WAGNER W 550 Handleiding

Categorie
Verfspuit
Type
Handleiding
NL
31
W 550
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw WAGNER spuitpistool.
Lees voor inbedrijfstelling van het apparaat de gebruikshandleiding nauwkeurig
door en neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Bewaar de gebruikshandleiding
zorgvuldig.
Algemene veiligheidsaanwijzingen
Let op! Lees alle aanwijzingen goed door. Fouten bij het opvolgen van hieronder
vermelde aanwijzingen kunnen leiden tot elektrische schokken, brand en/
of ernstig letsel. Met het hieronder gebruikte begrip "elektrisch gereedschap"
wordt zowel elektrisch gereedschap op netvoeding (met netkabel) bedoeld als
oplaadbaar elektrisch gereedschap (zonder netkabel).
1. Werkplek
Houd uw werkplek schoon en opgeruimd. a) Rommel en slecht verlichte
werkplekken kunnen leiden tot ongevallen.
Gebruik het apparaat niet in een explosiegevaarlijke omgeving met b)
brandbare vloeistoen, gassen of stof. Elektrisch gereedschap wekt vonken op
die stof of dampen kunnen ontsteken.
Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van elektrisch c)
gereedschap op afstand. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het
apparaat verliezen.
2. Elektrische veiligheid
De netstekker van het apparaat moet passen in de wandcontactdoos. a)
De stekker mag op geen enkele manier worden gewijzigd. Gebruik geen
stekkeradapter voor geaarde apparaten. Ongewijzigde stekkers en passende
wandcontactdozen verminderen het risico van elektrische schokken.
Voorkom contact van uw lichaam met geaarde oppervlakken van b.v. b)
buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico op
elektrische schokken wanneer uw lichaam is geaard.
Houd het apparaat uit de regen en breng het niet in contact met water. c) In
en elektrisch apparaat binnendringend water verhoogd het risico van elektrische
schokken.
Gebruik de netkabel niet voor andere doeleinden, b.v. om het apparaat d)
aan te dragen, op te hangen of om de stekker uit de wandcontactdoos
te trekken. Houd de kabel verwijderd van warmtebronnen, olie, scherpe
randen of bewegende delen van apparaten. Beschadigde kabels en kabels die in
de war zijn verhogen het risico van elektrische schokken.
Wanneer u buiten met elektrisch gereedschap werkt, dient u uitsluitend e)
verlengkabels te gebruiken die voor buitengebruik zijn toegestaan. Het
gebruik van voor buitengebruik geschikte verlengkabels vermindert het risico van
elektrische schokken.
NL
32
W 550
3. Veiligheid van personen
Wees alert, let op wat u doet en gebruik uw gezond verstand bij het werken a)
met elektrisch gereedschap. Gebruik het apparaat niet wanneer u moe bent
of onder de invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Eén moment van
onachtzaamheid tijdens het gebruik van het apparaat kan leiden tot ernstig letsel.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen en draag altijd een b)
veiligheidsbril. Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals
stofmasker, antislip veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van type en gebruik van het elektrisch gereedschap, vermindert het risico
van letsel.
Voorkom onbedoeld starten van het gereedschap. Verzeker u ervan c)
dat de schakelaar in de stand "UIT" staat, voordat u de netstekker in de
wandcontactdoos steekt. Wanneer u tijdens het dragen van het apparaat een
vinger op de schakelaar houdt of het apparaat ingeschakeld op de netvoeding
aansluit, kan dit leiden tot ongevallen.
Verwijder afstelgereedschap of moersleutels voordat u het apparaat d)
inschakelt. Gereedschap of een moersleutel die zich in een draaiend deel van het
apparaat bevindt, kan leiden tot letsel.
Overschat uzelf niet. Zorg voor een goede houding en bewaar op elk e)
moment uw evenwicht. Dan kunt u het apparaat in onverwachte situaties beter
onder controle houden.
Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleding of sierraden. f) Houd
haren, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende delen. Loszittende
kleding, sierraden of lange haren kunnen door bewegende delen worden gegrepen.
Dit apparaat is niet bedoeld om te worden gebruikt door personen (inclusief g)
kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke of geestelijke vaardigheden,
met onvoldoende ervaring en/of met onvoldoende kennis, tenzij zij onder
toezicht staan van een persoon die voor hun veiligheid verantwoordelijk is
of zij door deze persoon zijn geïnstrueerd in het gebruik van het apparaat.
Kinderen moeten onder toezicht staan om te voorkomen dat zij spelen met het
apparaat.
4. Zorgvuldige omgang met en gebruik van elektrisch gereedschap
Zorg dat u het apparaat niet overbelast. Gebruik voor uw werkzaamheden a)
het daarvoor bedoelde elektrische gereedschap. Met het juiste elektrische
gereedschap werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven vermogensbereik.
Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is. b)
Elektrisch gereedschap dat niet meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en
moet worden gerepareerd.
Verwijder de stekker uit de wandcontactdoos voordat u afstellingen aan het c)
apparaat uitvoert, accessoires vervangt of het apparaat aan de kant legt.
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt dat het apparaat onbedoeld wordt gestart.
Bewaar elektrisch gereedschap, wanneer het niet wordt gebruikt, buiten d)
NL
33
W 550
bereik van kinderen. Laat geen personen met het apparaat werken die daar
niet mee vertrouwd zijn of die deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektrisch gereedschap is gevaarlijk wanneer dit door onervaren personen wordt
gebruikt.
Onderhoud het apparaat zorgvuldig. Controleer dat bewegende delen e)
correct functioneren en niet klemmen en dat er geen onderdelen zijn
gebroken of zodanig beschadigd dat de werking van het apparaat
nadelig wordt beïnvloed. Laat beschadigde onderdelen voor gebruik van
het apparaat repareren. Veel ongevallen worden veroorzaakt door slecht
onderhouden elektrisch gereedschap.
Gebruik elektrisch gereedschap, accessoires, hulpmiddelen enz. in f)
overeenstemming met deze aanwijzingen en zoals voor dit specieke
type apparaat is voorgeschreven. Houd daarbij rekening met de
werkomstandigheden en de uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van
elektrisch gereedschap voor ander dan het bedoelde gebruik kan leiden tot
gevaarlijke situaties.
5. Service
Laat het apparaat uitsluitend repareren door gekwaliceerd technisch a)
personeel en uitsluitend met originele onderdelen. Daarmee blijft de
veiligheid van het apparaat gewaarborgd.
Wanneer het netsnoer van dit apparaat is beschadigd, moet dit door de b)
fabrikant, zijn klantenservice of een gelijkwaardig gekwaliceerd persoon
worden vervangen om gevaren te voorkomen.
Veiligheidsaanwijzingen voor spuitpistolen
Uitsluitend coatingmateriaal, zoals verven, lakken, lazuren, enz., met een vlampunt van
•
21°C of hoger verspuiten, zonder aanvullende verwarming. (in Duitsland: coatingmateriaal
in gevarenklasse A II resp. A III, zie verfblik)
Het apparaat mag niet worden gebruikt op arbeidsplaatsen, die vallen onder de wetgeving
•
voor plaatsen waar ontplongsgevaar kan heersen.
In de directe omgeving van de spuitwerkzaamheden mogen zich geen ontstekingsbronnen
•
bevinden, zoals b.v. open vuur, brandende sigaretten, sigaren en pijpen, vonken,
gloeidraden, hete oppervlakken, enz.
Verspuit geen stoen, waarvan de evt. gevaren niet bekend zijn
•
.
Verwijder voor alle werkzaamheden aan het spuitpistool de netstekker uit de
•
wandcontactdoos.
De spuitpistolen mogen niet worden gebruikt voor het spuiten van brandbare stoen.
•
De spuitpistolen mogen niet worden gereinigd met brandbare oplosmiddelen met een
•
vlampunt lager dan 21°C.
Let op gevaren, die kunnen worden veroorzaakt door het verspoten materiaal en neem de
•
aanwijzingen op het materiaalreservoir of van de fabrikant van het materiaal in acht.
Aanbeveling: Draag bij spuitwerkzaamheden een adembescherming en een
beschermbril.
LET OP! GEVAAR VOOR VERWONDING!
Het spuitpistool nooit op zichzelf, personen of dieren richten.
Let erop, dat tijdens het gebruik van de W 550, zowel binnen als buiten, geen
•
NL
34
W 550
oplosmiddeldampen door het apparaat worden aangezogen.
Houd buiten rekening met de windrichting. Door de wind kan het coatingmateriaal
•
zich over grote afstanden verplaatsen en daardoor schade veroorzaken. Tijdens gebruik
binnen moet er worden gezorgd voor voldoende ventilatie.
Laat geen kinderen met het apparaat werken.
•
Open het apparaat nooit om zelf reparaties uit te voeren aan elektrische delen!
•
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt met goede werkend ventiel.
•
Stop het
gebruik van het apparaat wanneer er verf in de ventilatieslang (Afb. 1, Pos. 11)
omhoog komt! Demonteer en reinig de ventilatieslang, het ventiel en het membraan;
vervang zonodig het membraan.
Leg het spuitpistool niet neer.
•
Met originele WAGNER accessoires en reserveonderdelen heeft u de garantie dat
aan alle veiligheidsvoorschriften is voldaan.
Technische gegevens
Max. viscositeit. 90 DIN-s
Spanning 230 - 240 V
~
Opgenomen vermogen 280 W
Verstuivingsvermogen: 65 W
Dubbel geïsoleerd
Geluidsdrukniveau 74 dB (A)
Trillingsniveaus < 2,5 m/s
Gewicht 1,3 kg
TechnDat_NL
Beschrijving (Afb. 1)
Luchtkap1) Sproeikop2)
Dopmoer3) Spuitpistool voorstuk4)
Handbeugel5) Spuitpistool achterstuk6)
Materiaalhoeveelheidregulering7) Luchtlter kap8)
Netsnoer9) Container10)
Ventilatieslang11) Ventiel12)
Beschreibung_NL
Verwerkbare coatingmateriaal
Oplosmiddelhoudende en waterverdunbare lakken, lazuren, grondverf, 2-componenten
lakken, blanke lakken, autolakken, beitsen en houtconserveermiddelen.
Niet-verwerkbaar coatingmateriaal
Muurverf (dispersies) enz. logen en zuurhoudend coatingmateriaal .
Materialen met een vlampunt onder 21°C.
NL
35
W 550
Voorbereiden van het materiaal
Met de meegeleverde spuitopzet kunnen verven, lakken en beitsen onverdund of enigszins
verdund worden verspoten. Gedetailleerde informatie vindt u in het technische datablad
van de fabrikant ( downloaden via internet).
1. Roer het materiaal door en vul de benodigde hoeveelheid in het verfreservoir.
Verdunningsadvies
Te verspuiten materiaal
Beits onverdund
Houtveredelingsmiddel,
beits, olie, desinfectiemiddel,
plantenbeschermingsmiddel
onverdund
Oplosmiddelhoudende of waterverdunbare
lak, grondverf, autolak, hoogviskeuze beits
5 - 10 % verdunnen
Visko
2. Wanneer onvoldoende verf wordt aangevoerd kan stap voor stap 5 - 10 %
verdunning worden toegevoegd tot de verfaanvoer voldoet aan de wensen.
Inbedrijfstelling
Voor aansluiting op het stroomnet erop letten, dat de netspanning overeenkomt met de
gegevens op het machineplaatje.
Container van het spuitpistool losschroeven.
•
Aanzuigstok uitrichten (afb. 2)
•
Bij een juiste stand van de aanzuigstok kan de inhoud van het reservoir nagenoeg
zonder restant worden verspoten.
Bij spuitwerkzaamheden op liggende voorwerpen: aanzuigstok naar voren draaien. (Afb. 2 A)
Bij spuitwerkzaamheden boven het hoofd: aanzuigstok naar achteren draaien.
(Afb. 2 B)
Container op papieren onderlegger zetten en het voorbereide coatingmateriaal ingieten
•
- container vast aan het spuitpistool schroeven.
Voor- en achterstuk van het pistool aan elkaar koppelen (afb. 3).
•
Apparaat alleen op vlakke en schone oppervlakken neerzetten om kantelen te
•
voorkomen!
Haal de trekker over. De W 550 is voorzien van een tweetraps trekker. Eerst wordt de turbine
•
gestart. Wanneer de trekker verder wordt ingedrukt, wordt materiaal getransporteerd.
Spuitbeeld aan het spuitpistool instellen.
•
Aan het spuitpistool kunnen afhankelijk van toepassing en object drie
verschillende spuitstraalvormen worden ingesteld.
Keuze spuitbeeld
Afb. 4 A = verticale vlakke straal voor het horizontaal opbrengen van verf
Afb. 4 B = horizontale vlakke straal voor het verticaal opbrengen van verf
Afb. 4 C = ronde straal voor hoeken en randen en voor moeilijk
bereikbare oppervlakken
NL
36
W 550
Instelling van de gewenste spuitstraalvorm (Afb. 5)
Bij licht aangetrokken dopmoer (2) de luchtkap (1) in de gewenste spuitbeeldpositie
draaien (pijl). Vervolgens de dopmoer weer vastdraaien.
verwonding! Nooit tijdens het instellen van de luchtkap aan de handbeugel trekken.
WAARSCHUWING! Gevaar voor verwonding! Nooit tijdens het instellen van
de luchtkap aan de handbeugel trekken.
Instelling van de hoeveelheid materiaal (afb. 6)
Hoeveelheid materiaal instellen door de stelschroef op de trekker te verdraaien.
- naar links draaien minder materiaal
+ naar rechts draaien meer materiaal
Spuittechniek
Het spuitbeeld wordt grotendeels bepaald door de gladheid en reinheid van het
•
oppervlak voor het spuiten. Daarom het oppervlak zorgvuldig voorbehandelen en
stofvrij houden.
Niet op te spuiten oppervlakken afdekken.
•
Schroefdraad e.d. aan het spuitobject afdekken.
•
Het is aan te raden om op karton of vergelijkbare ondergrond een spuitproef door te
•
voeren, om de juiste instelling van het spuitpistool te bepalen.
Belangrijk: Buiten het spuitvlak beginnen en onderbrekingen binnen het spuitvlak
vermijden.
Goed (afb. 7a)
•
Houd het spuitpistool ten alle tijde in gelijkmatige afstand van ongeveer
5 - 15 cm tot het spuitobject.
Fout (afb. 7b)
•
Sterke verfnevelvorming, ongelijkmatige oppervlaktekwaliteit.
Beweeg het spuitpistool gelijkmatig heen en weer of op en neer, afhankelijk van de
•
spuitbeeldinstelling.
Een gelijkmatige spuitpistoolgeleiding garandeert een uniforme oppervlaktekwaliteit.
•
Bij ophoping van coatingmateriaal aan de sproeier (A) en luchtkap (B) (afb. 8) - beide
•
delen met oplosmiddel resp. water reinigen.
Werkonderbreking van maximaal 4 uur
Apparaat uitschakelen.
•
Bij het verwerken van 2-componentenlakken moet het apparaat direct worden
•
gereinigd.
Buiten bedrijf stellen en reinigen
Deskundige reiniging is een voorwaarde voor een storingsvrij gebruik van het
verfopbrengapparaat. Bij niet of ondeskundig uitgevoerde reiniging vervalt elke
aanspraak op garantie.
NL
37
W 550
Netstekker verwijderen. Ontlucht het container bij lange werkonderbrekingen en bij 1)
het beëindigen van de werkzaamheden. Dit kan worden gedaan door het container
kort open te draaien en weer af te sluiten of door de trekker in te drukken en de verf
terug te laten lopen in de verfemmer.
Pistool demonteren. Haak (afb. 3 b "klik") iets omlaag drukken. Voorstuk en achterstuk 2)
van het pistool ten opzichte van elkaar verdraaien.
Container losschroeven. Overig coatingmateriaal in verfblik teruggieten.3)
Maak container en stijgbuis met een kwast zo ver mogelijk schoon. Reinig de
4)
ontluchtingsboring (Afb. 10, Pos. C).
Container met oplosmiddel resp. water opvullen. Container vastschroeven.
5)
Alleen
oplosmiddel met een vlampunt boven 21°C gebruiken.
Pistool weer in elkaar zetten (afb. 3).6)
Netstekker insteken, apparaat inschakelen en oplosmiddel resp. water in een container
7)
of op een doek spuiten.
De hierboven beschreven procedure herhalen, totdat zuiver oplosmiddel resp. water 8)
uit de sproeier komt.
Apparaat uitschakelen en netstekker verwijderen.9)
Draai het container los en maak het leeg. Verwijder de aanzuigstok met
10)
containerafdichting.
LET OP! Reinig nooit afdichtingen, membraan en sproeier- of luchtopeningen van het
spuitpistool met spitse metalen voorwerpen.
Luchttoevoerslang en membraan zijn slechts beperkt oplosmiddelbestendig.
Niet in oplosmiddel leggen, maar alleen afvegen.
Trek de ventilatieslang (13, afb. 10 A) boven van het pistoollichaam af. Draai het
11)
ventieldeksel (14) los. Verwijder het membraan (15). Reinig alle delen zorgvuldig.
WAARSCHUWING! Het achterstuk van het pistool nooit in water of andere
vloeistof onderdompelen. Behuizing uitsluitend
met een doordrenkte doek reinigen.
Spuitpistool en container aan de buitenkant met een in oplosmiddel resp. water
12)
gedrenkte doek reinigen.
Dopmoer losschroeven, luchtkap en sproeier verwijderen. Reinig luchtkap,
13)
spuitkopafdichting en spuitkop met kwast en oplosmiddel resp. water.
Montage
Het apparaat mag uitsluitend met onbeschadigd membraan (afb. 10 A, 15) worden
gebruikt. Plaats het membraan met de stift naar boven op het onderste deel van het
ventiel. Zie daarvoor ook de markering op het pistoollichaam. Breng voorzichtig het
ventieldeksel aan en draai het vast. Steek de ventilatieslang op het ventieldeksel en op
de nippel op het pistoollichaam.
Schuif de spuitkopafdichting (pos. 4) met de groef (sleuf) naar voren in de spuitkop
(afb. 10 B). Breng de spuitkop aan op het pistoollichaam en zoek de juiste positie door deze
te draaien. Breng de luchtkap aan op de spuitkop en draai deze met de wartel vast.
Steek de reservoirafdichting van onder af op de stijgbuis en schuif deze door tot over
de kraag. Draai de reservoirafdichting daarbij licht heen en weer. Steek de stijgbuis met
reservoirafdichting in het pistoollichaam.
NL
38
W 550
Onderhoud
Waarschuwing! Apparaat nooit zonder luchtlter in werking zetting, eventueel
aangezogen vuil kan het functioneren beïnvloeden.
Afhankelijk naar vervuiling de luchtlter vervangen (afb. 9). Gladde luchtlterzijde moet
•
naar het apparaat toe worden geplaatst.
Om het pistool gemakkelijker te kunnen monteren, kunt u na het reinigen een ruime
•
hoeveelheid smeervet (bijgeleverd) aanbrengen op de O-ring van het voorstuk
(afb. 10 pos. 5).
Reserveonderdelenlijst (Afb. 10)
Pos. Benaming Bestelnr.
1 Dopmoer 0417 319
2 Luchtkap 0414 368
3 Sproeierp 0417 349
4 Sproeierpakking 0417 706
5 O-ring 0417 308
6 Stelschroef materiaalhoeveelheid met veer compl 0417 910
7 Voorstuk pistool compl. incl. container 800 ml 0417 914
8 Luchtlterset (rechts + links) 0417 912
9 Luchtlter kap 0417 303
10 Containerafdichting 0417 358
11 Aanzuigstok 0417 357
12 Container met deksel 0413 909
13
14
15
Ventilatieslnag
Ventieldeksel
Membraan
2304 027
18 Smeervet 9892 550
Toebehoren
Extra container met deksel maakt een probleemloze verfwissel mogelijk. De deksel
verhindert het uitdrogen van verf en het verdampen van oplosmiddel.
Het nieuwe CLICK&PAINT SYSTEM biedt met het juist opzetstuk en diverse toebehoren
voor elke klus het juiste gereedschap.
i
Wij adviseren om de W 550 niet te gebruiken met het WallPerfect
spuitopzetstuk
Accessoires (niet bij levering inbegrepen)
Benaming
Bestelnr.
Reservoir 800 ml met deksel
Voorkomt het uitdrogen van de verf en het verdampen van het oplosmiddel.
0413 909
NL
39
W 550
Accessoires (niet bij levering inbegrepen)
Brilliant-spuitopzet incl. reservoir 600 ml
Geoptimaliseerd mondstuk en luchtgeleiding voor briljante lakresultaten
0417 932
Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 800 ml
Voor het snel wisselen van verf. Voor middelgrote en grote voorwerpen en
meubels.
0417 914
Spuitopzet voor kleine hoeveelheden incl. reservoir 250 ml
Foor ligreine voorwerpen, gedetailleerd en creatief werk..
0417 918
Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 1400 ml
Vlot werken op grote voorwerpen zoals blokhutten, garagedeuren. enz.
0417 917
Detail- en radiatorspuitopzet met verlengstuk incl. reservoir 600 ml
Voor moeilijk bereikbare plaatsen, b. v. radiatoren, hoekjes in kasten, nissen,
enz.
0417 915
Meer informatie over de productenreeks van WAGNER voor renovatiewerkzaamheden
onder www.wagner-group.com
Verhelpen van storingen
Storing Oorzaak Oplossing
Er komt geen coating-
materiaal uit de
sproeier
sproeier verstopt
aanzuigstok verstopt
stelschroef materiaalhoeveelheid te ver
naar links gedraaid (-)
aanzuigstok los
geen drukopbouw in de container
reinigen
reinigen
Naar rechts draaien (+)
insteken
container vastdraaien
Coatingmateriaal
druppelt na uit de
sproeier
Sproeier los
Sproeier versleten
Sproeipakking versleten
ophoping coatingmateriaal aan
luchtkap, sproeier of naald
aandraaien
vervangen
vervangen
reinigen
Te grove verstuiving coatingmateriaal heeft te hoge
viscositeit
hoeveelheid materiaal te groot
stelschroef materiaalhoeveelheid te ver
naar rechts gedraaid (+)
sproeier verontreinigd
luchtlter sterk vervuild
te lage drukopbouw in container
verdunnen
stelschroef materiaalhoeveel-
heid naar links draaien (-)
Reinigen
vervangen
container vastdraaien
Spuitstraal trilt coatingmateriaal in container raakt op
luchtlter sterk vervuild
navullen
vervangen
Coatingmateriaal vormt
uitlopers
teveel coatingmateriaal opgespoten. stelschroef materiaalhoeveel-
heid naar links draaien (-)
Stör NL
NL
40
W 550
Storing Oorzaak Oplossing
Teveel
coatingmateriaalnevel
(Overspray)
afstand tot het spuitobject te groot
teveel coatingmateriaal-opgespoten
spuitafstand verkleinen
stelschroef materiaalhoeveel-
heid naar links draaien (-)
Verf in de
ventilatieslang
membraan vuil
membraan defect
membraan reinigen
membraan vervangen
Stör NL
Milieu
Het apparaat met accessoires dient milieubewust te worden gerecycled. Deponeer
het apparaat niet bij het huisvuil. Bescherm het milieu en lever het apparaat in
bij een lokaal inzamelpunt of informeer bij de winkel.
Belangrijke aanwijzing m.b.t. productaansprakelijkheid!
Op basis van een sinds 01.01.1990 geldende EU-verordening is de fabrikant uitsluitend
aansprakelijk voor zijn product, wanneer alle onderdelen van hem afkomstig zijn of door
hem zijn vrijgegeven, resp. wanneer de apparatuur correct is gemonteerd en wordt gebruikt.
Bij gebruik van niet-originele accessoires en reserveonderdelen kan de aansprakelijkheid
geheel of gedeeltelijk vervallen.
2 jaar garantie
De garantie bedraagt 2 jaar, gerekend vanaf de dag van verkoop (kassabon). Deze garantie omvat
en is beperkt tot het gratis verhelpen van eventuele gebreken, die aantoonbaar te wijten zijn aan
het gebruik van niet onberispelijk materiaal bij de fabricage of montagefouten of tot het kosteloos
vervangen van de defecte onderdelen. De garantie geldt niet in geval van beschadigingen te
wijten aan ondeskundig gebruik of ondeskundige inbedrijfname. Degarantie vervalt bij zelfstandig
uitgevoerde montages of reparaties, die niet in onze bedieningshandleiding zijn vermeld. De
aan normale slijtage onderhevige onderdelen zijn eveneens uitgesloten van garantie. Industriële
toepassingen zijn van aansprakelijkheid uitgesloten. Wij behouden ons het recht op garantieclaim
uitdrukkelijk voor. De garantie vervalt indien het apparaat door andere personen dan het Wagner-
personeel wordt geopend. Transportschade, onderhoudswerkzaam heden evenals schade en
storingen door ondeskundige onderhoudswerkzaamheden zijn uitgesloten van garantie. De
garantie geldt alleen als het aankoopbewijs en de volledig ingevulde garantiekaart kunnen worden
voorgelegd. Tenzij de Wet anders oordeelt, zijn garantieclaims uitgesloten voor alle persoonlijke
ongelukken, materiële schade of verdere schade voortvloeiend uit een schadegeval, in het bijzonder
indien het apparaat voor een andere toepassing dan in de bedieningshandleiding beschreven werd
gebruikt, niet volgens onze bedieningshandleiding in bedrijf werd genomen of onderhouden,
of indien reparaties zelfstandig door niet deskundigen werden uitgevoerd. Wij behouden ons
alle reparaties en reparaties in onze werkplaats voor, die buiten het aangegeven bestek van deze
handleiding vallen.
Indien het een garantie of reparatie betreft, richt u zich tot de desbetreende dealer.
41
W 550
D
NL
GB
F
CE Konformitätserklärung
Wir erklären in alleiniger Verantwortung, dass dieses Produkt den folgenden einschlä-
gigen Bestimmungen entspricht:
98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG
Angewandte harmonisierte Normen:
EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006;
EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006;
EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000
CE Declaration of Conformity
We declare under sole responsibility that this product conforms to the following
relevant stipulations: 98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG
Applied harmonised norms:
EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006;
EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006;
EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000
CE Déclaration de conformité
Nous déclarons sous notre responsabilité que ce produit est en conformité avec les
réglementations suivantes:
98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG
Conforme aux normes et documents normalisés:
EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006;
EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006;
EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000
CE Conformiteitsverklaring
Wij verklaren dat dit product voldoet aan de volgende normen:
98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG
En normatieve dokumenten:
EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006;
EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006;
EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000
J. Wagner GmbH
Otto-Lilienthal-Str. 18 W. van der Hoeven i. V. J. Ulbrich
D-88677 Markdorf Managing Director Development Manager

Documenttranscriptie

W 550 NL Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw WAGNER spuitpistool. Lees voor inbedrijfstelling van het apparaat de gebruikshandleiding nauwkeurig door en neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Bewaar de gebruikshandleiding zorgvuldig. Algemene veiligheidsaanwijzingen Let op! Lees alle aanwijzingen goed door. Fouten bij het opvolgen van hieronder vermelde aanwijzingen kunnen leiden tot elektrische schokken, brand en/ of ernstig letsel. Met het hieronder gebruikte begrip "elektrisch gereedschap" wordt zowel elektrisch gereedschap op netvoeding (met netkabel) bedoeld als oplaadbaar elektrisch gereedschap (zonder netkabel). 1. Werkplek a) Houd uw werkplek schoon en opgeruimd. Rommel en slecht verlichte werkplekken kunnen leiden tot ongevallen. b) Gebruik het apparaat niet in een explosiegevaarlijke omgeving met brandbare vloeistoffen, gassen of stof. Elektrisch gereedschap wekt vonken op die stof of dampen kunnen ontsteken. c) Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van elektrisch gereedschap op afstand. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het apparaat verliezen. 2. Elektrische veiligheid a) De netstekker van het apparaat moet passen in de wandcontactdoos. De stekker mag op geen enkele manier worden gewijzigd. Gebruik geen stekkeradapter voor geaarde apparaten. Ongewijzigde stekkers en passende wandcontactdozen verminderen het risico van elektrische schokken. b) Voorkom contact van uw lichaam met geaarde oppervlakken van b.v. buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico op elektrische schokken wanneer uw lichaam is geaard. c) Houd het apparaat uit de regen en breng het niet in contact met water. In en elektrisch apparaat binnendringend water verhoogd het risico van elektrische schokken. d) Gebruik de netkabel niet voor andere doeleinden, b.v. om het apparaat aan te dragen, op te hangen of om de stekker uit de wandcontactdoos te trekken. Houd de kabel verwijderd van warmtebronnen, olie, scherpe randen of bewegende delen van apparaten. Beschadigde kabels en kabels die in de war zijn verhogen het risico van elektrische schokken. e) Wanneer u buiten met elektrisch gereedschap werkt, dient u uitsluitend verlengkabels te gebruiken die voor buitengebruik zijn toegestaan. Het gebruik van voor buitengebruik geschikte verlengkabels vermindert het risico van elektrische schokken. 31 NL W 550 3. Veiligheid van personen a) Wees alert, let op wat u doet en gebruik uw gezond verstand bij het werken met elektrisch gereedschap. Gebruik het apparaat niet wanneer u moe bent of onder de invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Eén moment van onachtzaamheid tijdens het gebruik van het apparaat kan leiden tot ernstig letsel. b) Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen en draag altijd een veiligheidsbril. Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals stofmasker, antislip veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk van type en gebruik van het elektrisch gereedschap, vermindert het risico van letsel. c) Voorkom onbedoeld starten van het gereedschap. Verzeker u ervan dat de schakelaar in de stand "UIT" staat, voordat u de netstekker in de wandcontactdoos steekt. Wanneer u tijdens het dragen van het apparaat een vinger op de schakelaar houdt of het apparaat ingeschakeld op de netvoeding aansluit, kan dit leiden tot ongevallen. d) Verwijder afstelgereedschap of moersleutels voordat u het apparaat inschakelt. Gereedschap of een moersleutel die zich in een draaiend deel van het apparaat bevindt, kan leiden tot letsel. e) Overschat uzelf niet. Zorg voor een goede houding en bewaar op elk moment uw evenwicht. Dan kunt u het apparaat in onverwachte situaties beter onder controle houden. f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleding of sierraden. Houd haren, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende delen. Loszittende kleding, sierraden of lange haren kunnen door bewegende delen worden gegrepen. g) Dit apparaat is niet bedoeld om te worden gebruikt door personen (inclusief kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke of geestelijke vaardigheden, met onvoldoende ervaring en/of met onvoldoende kennis, tenzij zij onder toezicht staan van een persoon die voor hun veiligheid verantwoordelijk is of zij door deze persoon zijn geïnstrueerd in het gebruik van het apparaat. Kinderen moeten onder toezicht staan om te voorkomen dat zij spelen met het apparaat. 4. Zorgvuldige omgang met en gebruik van elektrisch gereedschap a) Zorg dat u het apparaat niet overbelast. Gebruik voor uw werkzaamheden het daarvoor bedoelde elektrische gereedschap. Met het juiste elektrische gereedschap werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven vermogensbereik. b) Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is. Elektrisch gereedschap dat niet meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet worden gerepareerd. c) Verwijder de stekker uit de wandcontactdoos voordat u afstellingen aan het apparaat uitvoert, accessoires vervangt of het apparaat aan de kant legt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt dat het apparaat onbedoeld wordt gestart. d) Bewaar elektrisch gereedschap, wanneer het niet wordt gebruikt, buiten 32 W 550 NL bereik van kinderen. Laat geen personen met het apparaat werken die daar niet mee vertrouwd zijn of die deze aanwijzingen niet hebben gelezen. Elektrisch gereedschap is gevaarlijk wanneer dit door onervaren personen wordt gebruikt. e) Onderhoud het apparaat zorgvuldig. Controleer dat bewegende delen correct functioneren en niet klemmen en dat er geen onderdelen zijn gebroken of zodanig beschadigd dat de werking van het apparaat nadelig wordt beïnvloed. Laat beschadigde onderdelen voor gebruik van het apparaat repareren. Veel ongevallen worden veroorzaakt door slecht onderhouden elektrisch gereedschap. f) Gebruik elektrisch gereedschap, accessoires, hulpmiddelen enz. in overeenstemming met deze aanwijzingen en zoals voor dit specifieke type apparaat is voorgeschreven. Houd daarbij rekening met de werkomstandigheden en de uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van elektrisch gereedschap voor ander dan het bedoelde gebruik kan leiden tot gevaarlijke situaties. 5. Service a) Laat het apparaat uitsluitend repareren door gekwalificeerd technisch personeel en uitsluitend met originele onderdelen. Daarmee blijft de veiligheid van het apparaat gewaarborgd. b) Wanneer het netsnoer van dit apparaat is beschadigd, moet dit door de fabrikant, zijn klantenservice of een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon worden vervangen om gevaren te voorkomen. Veiligheidsaanwijzingen voor spuitpistolen • Uitsluitend coatingmateriaal, zoals verven, lakken, lazuren, enz., met een vlampunt van 21°C of hoger verspuiten, zonder aanvullende verwarming. (in Duitsland: coatingmateriaal in gevarenklasse A II resp. A III, zie verfblik) Het apparaat mag niet worden gebruikt op arbeidsplaatsen, die vallen onder de wetgeving voor plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen. In de directe omgeving van de spuitwerkzaamheden mogen zich geen ontstekingsbronnen bevinden, zoals b.v. open vuur, brandende sigaretten, sigaren en pijpen, vonken, gloeidraden, hete oppervlakken, enz. Verspuit geen stoffen, waarvan de evt. gevaren niet bekend zijn. Verwijder voor alle werkzaamheden aan het spuitpistool de netstekker uit de wandcontactdoos. De spuitpistolen mogen niet worden gebruikt voor het spuiten van brandbare stoffen. De spuitpistolen mogen niet worden gereinigd met brandbare oplosmiddelen met een vlampunt lager dan 21°C. Let op gevaren, die kunnen worden veroorzaakt door het verspoten materiaal en neem de aanwijzingen op het materiaalreservoir of van de fabrikant van het materiaal in acht. Aanbeveling: Draag bij spuitwerkzaamheden een adembescherming en een beschermbril. LET OP! GEVAAR VOOR VERWONDING! Het spuitpistool nooit op zichzelf, personen of dieren richten. Let erop, dat tijdens het gebruik van de W 550, zowel binnen als buiten, geen • • • • • • • • 33 W 550 NL oplosmiddeldampen door het apparaat worden aangezogen. • Houd buiten rekening met de windrichting. Door de wind kan het coatingmateriaal zich over grote afstanden verplaatsen en daardoor schade veroorzaken. Tijdens gebruik binnen moet er worden gezorgd voor voldoende ventilatie. Laat geen kinderen met het apparaat werken. Open het apparaat nooit om zelf reparaties uit te voeren aan elektrische delen! Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt met goede werkend ventiel. Stop het gebruik van het apparaat wanneer er verf in de ventilatieslang (Afb. 1, Pos. 11) omhoog komt! Demonteer en reinig de ventilatieslang, het ventiel en het membraan; vervang zonodig het membraan. Leg het spuitpistool niet neer. • • • • Met originele WAGNER accessoires en reserveonderdelen heeft u de garantie dat aan alle veiligheidsvoorschriften is voldaan. Technische gegevens Max. viscositeit. Spanning Opgenomen vermogen Verstuivingsvermogen: Dubbel geïsoleerd Geluidsdrukniveau Trillingsniveaus Gewicht 90 DIN-s 230 - 240 V ~ 280 W 65 W 74 dB (A) < 2,5 m/s 1,3 kg TechnDat_NL Beschrijving (Afb. 1) 1) Luchtkap 3) Dopmoer 5) Handbeugel 7) Materiaalhoeveelheidregulering 9) Netsnoer 11) Ventilatieslang 2) Sproeikop 4) Spuitpistool voorstuk 6) Spuitpistool achterstuk 8) Luchtfilter kap 10) Container 12) Ventiel Beschreibung_NL Verwerkbare coatingmateriaal Oplosmiddelhoudende en waterverdunbare lakken, lazuren, grondverf, 2-componenten lakken, blanke lakken, autolakken, beitsen en houtconserveermiddelen. Niet-verwerkbaar coatingmateriaal Muurverf (dispersies) enz. logen en zuurhoudend coatingmateriaal . Materialen met een vlampunt onder 21°C. 34 W 550 NL Voorbereiden van het materiaal Met de meegeleverde spuitopzet kunnen verven, lakken en beitsen onverdund of enigszins verdund worden verspoten. Gedetailleerde informatie vindt u in het technische datablad van de fabrikant ( downloaden via internet). 1. Roer het materiaal door en vul de benodigde hoeveelheid in het verfreservoir. Verdunningsadvies Te verspuiten materiaal Beits Houtveredelingsmiddel, beits, olie, desinfectiemiddel, plantenbeschermingsmiddel Oplosmiddelhoudende of waterverdunbare lak, grondverf, autolak, hoogviskeuze beits onverdund onverdund 5 - 10 % verdunnen Visko 2. Wanneer onvoldoende verf wordt aangevoerd kan stap voor stap 5 - 10 % verdunning worden toegevoegd tot de verfaanvoer voldoet aan de wensen. Inbedrijfstelling Voor aansluiting op het stroomnet erop letten, dat de netspanning overeenkomt met de gegevens op het machineplaatje. Container van het spuitpistool losschroeven. Aanzuigstok uitrichten (afb. 2) Bij een juiste stand van de aanzuigstok kan de inhoud van het reservoir nagenoeg zonder restant worden verspoten. Bij spuitwerkzaamheden op liggende voorwerpen: aanzuigstok naar voren draaien. (Afb. 2 A) Bij spuitwerkzaamheden boven het hoofd: aanzuigstok naar achteren draaien. (Afb. 2 B) Container op papieren onderlegger zetten en het voorbereide coatingmateriaal ingieten - container vast aan het spuitpistool schroeven. Voor- en achterstuk van het pistool aan elkaar koppelen (afb. 3). Apparaat alleen op vlakke en schone oppervlakken neerzetten om kantelen te voorkomen! Haal de trekker over. De W 550 is voorzien van een tweetraps trekker. Eerst wordt de turbine gestart. Wanneer de trekker verder wordt ingedrukt, wordt materiaal getransporteerd. Spuitbeeld aan het spuitpistool instellen. • • • • • • • Aan het spuitpistool kunnen afhankelijk van toepassing en object drie verschillende spuitstraalvormen worden ingesteld. Keuze spuitbeeld Afb. 4 A = verticale vlakke straal  voor het horizontaal opbrengen van verf Afb. 4 B = horizontale vlakke straal voor het verticaal opbrengen van verf Afb. 4 C = ronde straal  voor hoeken en randen en voor moeilijk bereikbare oppervlakken 35 NL W 550 Instelling van de gewenste spuitstraalvorm (Afb. 5) Bij licht aangetrokken dopmoer (2) de luchtkap (1) in de gewenste spuitbeeldpositie draaien (pijl). Vervolgens de dopmoer weer vastdraaien. verwonding! Nooit tijdens het instellen van de luchtkap aan de handbeugel trekken. WAARSCHUWING! Gevaar voor verwonding! Nooit tijdens het instellen van de luchtkap aan de handbeugel trekken. Instelling van de hoeveelheid materiaal (afb. 6) Hoeveelheid materiaal instellen door de stelschroef op de trekker te verdraaien. - naar links draaien  minder materiaal + naar rechts draaien  meer materiaal Spuittechniek • Het spuitbeeld wordt grotendeels bepaald door de gladheid en reinheid van het oppervlak voor het spuiten. Daarom het oppervlak zorgvuldig voorbehandelen en stofvrij houden. Niet op te spuiten oppervlakken afdekken. Schroefdraad e.d. aan het spuitobject afdekken. Het is aan te raden om op karton of vergelijkbare ondergrond een spuitproef door te voeren, om de juiste instelling van het spuitpistool te bepalen. • • • Belangrijk: Buiten het spuitvlak beginnen en onderbrekingen binnen het spuitvlak vermijden. Goed (afb. 7a) Houd het spuitpistool ten alle tijde in gelijkmatige afstand van ongeveer 5 - 15 cm tot het spuitobject. Fout (afb. 7b) Sterke verfnevelvorming, ongelijkmatige oppervlaktekwaliteit. Beweeg het spuitpistool gelijkmatig heen en weer of op en neer, afhankelijk van de spuitbeeldinstelling. Een gelijkmatige spuitpistoolgeleiding garandeert een uniforme oppervlaktekwaliteit. Bij ophoping van coatingmateriaal aan de sproeier (A) en luchtkap (B) (afb. 8) - beide delen met oplosmiddel resp. water reinigen. • • • • • Werkonderbreking van maximaal 4 uur • Apparaat uitschakelen. • Bij het verwerken van 2-componentenlakken moet het apparaat direct worden gereinigd. Buiten bedrijf stellen en reinigen Deskundige reiniging is een voorwaarde voor een storingsvrij gebruik van het verfopbrengapparaat. Bij niet of ondeskundig uitgevoerde reiniging vervalt elke aanspraak op garantie. 36 W 550 NL 1) Netstekker verwijderen. Ontlucht het container bij lange werkonderbrekingen en bij het beëindigen van de werkzaamheden. Dit kan worden gedaan door het container kort open te draaien en weer af te sluiten of door de trekker in te drukken en de verf terug te laten lopen in de verfemmer. 2) Pistool demonteren. Haak (afb. 3 b "klik") iets omlaag drukken. Voorstuk en achterstuk van het pistool ten opzichte van elkaar verdraaien. 3) Container losschroeven. Overig coatingmateriaal in verfblik teruggieten. 4) Maak container en stijgbuis met een kwast zo ver mogelijk schoon. Reinig de ontluchtingsboring (Afb. 10, Pos. C). 5) Container met oplosmiddel resp. water opvullen. Container vastschroeven. Alleen oplosmiddel met een vlampunt boven 21°C gebruiken. 6) Pistool weer in elkaar zetten (afb. 3). 7) Netstekker insteken, apparaat inschakelen en oplosmiddel resp. water in een container of op een doek spuiten. 8) De hierboven beschreven procedure herhalen, totdat zuiver oplosmiddel resp. water uit de sproeier komt. 9) Apparaat uitschakelen en netstekker verwijderen. 10) Draai het container los en maak het leeg. Verwijder de aanzuigstok met containerafdichting. LET OP! Reinig nooit afdichtingen, membraan en sproeier- of luchtopeningen van het spuitpistool met spitse metalen voorwerpen. Luchttoevoerslang en membraan zijn slechts beperkt oplosmiddelbestendig. Niet in oplosmiddel leggen, maar alleen afvegen. 11) Trek de ventilatieslang (13, afb. 10 A) boven van het pistoollichaam af. Draai het ventieldeksel (14) los. Verwijder het membraan (15). Reinig alle delen zorgvuldig. WAARSCHUWING! Het achterstuk van het pistool nooit in water of andere vloeistof onderdompelen. Behuizing uitsluitend met een doordrenkte doek reinigen. 12) Spuitpistool en container aan de buitenkant met een in oplosmiddel resp. water gedrenkte doek reinigen. 13) Dopmoer losschroeven, luchtkap en sproeier verwijderen. Reinig luchtkap, spuitkopafdichting en spuitkop met kwast en oplosmiddel resp. water. Montage Het apparaat mag uitsluitend met onbeschadigd membraan (afb. 10 A, 15) worden gebruikt. Plaats het membraan met de stift naar boven op het onderste deel van het ventiel. Zie daarvoor ook de markering op het pistoollichaam. Breng voorzichtig het ventieldeksel aan en draai het vast. Steek de ventilatieslang op het ventieldeksel en op de nippel op het pistoollichaam. Schuif de spuitkopafdichting (pos. 4) met de groef (sleuf ) naar voren in de spuitkop (afb. 10 B). Breng de spuitkop aan op het pistoollichaam en zoek de juiste positie door deze te draaien. Breng de luchtkap aan op de spuitkop en draai deze met de wartel vast. Steek de reservoirafdichting van onder af op de stijgbuis en schuif deze door tot over de kraag. Draai de reservoirafdichting daarbij licht heen en weer. Steek de stijgbuis met reservoirafdichting in het pistoollichaam. 37 W 550 NL Onderhoud Waarschuwing! Apparaat nooit zonder luchtfilter in werking zetting, eventueel aangezogen vuil kan het functioneren beïnvloeden. Afhankelijk naar vervuiling de luchtfilter vervangen (afb. 9). Gladde luchtfilterzijde moet naar het apparaat toe worden geplaatst. Om het pistool gemakkelijker te kunnen monteren, kunt u na het reinigen een ruime hoeveelheid smeervet (bijgeleverd) aanbrengen op de O-ring van het voorstuk (afb. 10 pos. 5). • • Reserveonderdelenlijst (Afb. 10) Pos. Benaming 1 Dopmoer 2 Luchtkap 3 Sproeierp 4 Sproeierpakking 5 O-ring 6 Stelschroef materiaalhoeveelheid met veer compl 7 Voorstuk pistool compl. incl. container 800 ml 8 Luchtfilterset (rechts + links) 9 Luchtfilter kap 10 Containerafdichting 11 Aanzuigstok 12 Container met deksel 13 Ventilatieslnag 14 Ventieldeksel 15 Membraan 18 Smeervet Bestelnr. 0417 319 0414 368 0417 349 0417 706 0417 308 0417 910 0417 914 0417 912 0417 303 0417 358 0417 357 0413 909 2304 027 9892 550 Toebehoren Extra container met deksel maakt een probleemloze verfwissel mogelijk. De deksel verhindert het uitdrogen van verf en het verdampen van oplosmiddel. Het nieuwe CLICK&PAINT SYSTEM biedt met het juist opzetstuk en diverse toebehoren voor elke klus het juiste gereedschap. i Wij adviseren om de W 550 niet te gebruiken met het WallPerfect spuitopzetstuk Accessoires (niet bij levering inbegrepen) Benaming Bestelnr. Reservoir 800 ml met deksel Voorkomt het uitdrogen van de verf en het verdampen van het oplosmiddel. 0413 909 38 W 550 NL Accessoires (niet bij levering inbegrepen) Brilliant-spuitopzet incl. reservoir 600 ml Geoptimaliseerd mondstuk en luchtgeleiding voor briljante lakresultaten 0417 932 Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 800 ml Voor het snel wisselen van verf. Voor middelgrote en grote voorwerpen en meubels. 0417 914 Spuitopzet voor kleine hoeveelheden incl. reservoir 250 ml Foor filigreine voorwerpen, gedetailleerd en creatief werk.. 0417 918 Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 1400 ml Vlot werken op grote voorwerpen zoals blokhutten, garagedeuren. enz. 0417 917 Detail- en radiatorspuitopzet met verlengstuk incl. reservoir 600 ml Voor moeilijk bereikbare plaatsen, b. v. radiatoren, hoekjes in kasten, nissen, enz. 0417 915 Meer informatie over de productenreeks van WAGNER voor renovatiewerkzaamheden onder www.wagner-group.com Verhelpen van storingen Storing Oorzaak Oplossing Er komt geen coatingmateriaal uit de sproeier sproeier verstopt aanzuigstok verstopt stelschroef materiaalhoeveelheid te ver naar links gedraaid (-) aanzuigstok los geen drukopbouw in de container reinigen reinigen Coatingmateriaal druppelt na uit de sproeier Sproeier los Sproeier versleten Sproeipakking versleten ophoping coatingmateriaal aan luchtkap, sproeier of naald aandraaien vervangen vervangen coatingmateriaal heeft te hoge viscositeit hoeveelheid materiaal te groot stelschroef materiaalhoeveelheid te ver naar rechts gedraaid (+) sproeier verontreinigd luchtfilter sterk vervuild te lage drukopbouw in container verdunnen coatingmateriaal in container raakt op luchtfilter sterk vervuild navullen vervangen Te grove verstuiving Spuitstraal trilt Coatingmateriaal vormt teveel coatingmateriaal opgespoten. uitlopers Naar rechts draaien (+) insteken container vastdraaien reinigen stelschroef materiaalhoeveelheid naar links draaien (-) Reinigen vervangen container vastdraaien stelschroef materiaalhoeveelheid naar links draaien (-) Stör NL 39 W 550 NL Storing Oorzaak Oplossing Teveel coatingmateriaalnevel (Overspray) afstand tot het spuitobject te groot teveel coatingmateriaal-opgespoten spuitafstand verkleinen stelschroef materiaalhoeveelheid naar links draaien (-) Verf in de ventilatieslang membraan vuil membraan defect membraan reinigen membraan vervangen Stör NL Milieu Het apparaat met accessoires dient milieubewust te worden gerecycled. Deponeer het apparaat niet bij het huisvuil. Bescherm het milieu en lever het apparaat in bij een lokaal inzamelpunt of informeer bij de winkel. Belangrijke aanwijzing m.b.t. productaansprakelijkheid! Op basis van een sinds 01.01.1990 geldende EU-verordening is de fabrikant uitsluitend aansprakelijk voor zijn product, wanneer alle onderdelen van hem afkomstig zijn of door hem zijn vrijgegeven, resp. wanneer de apparatuur correct is gemonteerd en wordt gebruikt. Bij gebruik van niet-originele accessoires en reserveonderdelen kan de aansprakelijkheid geheel of gedeeltelijk vervallen. 2 jaar garantie De garantie bedraagt 2 jaar, gerekend vanaf de dag van verkoop (kassabon). Deze garantie omvat en is beperkt tot het gratis verhelpen van eventuele gebreken, die aantoonbaar te wijten zijn aan het gebruik van niet onberispelijk materiaal bij de fabricage of montagefouten of tot het kosteloos vervangen van de defecte onderdelen. De garantie geldt niet in geval van beschadigingen te wijten aan ondeskundig gebruik of ondeskundige inbedrijfname. Degarantie vervalt bij zelfstandig uitgevoerde montages of reparaties, die niet in onze bedieningshandleiding zijn vermeld. De aan normale slijtage onderhevige onderdelen zijn eveneens uitgesloten van garantie. Industriële toepassingen zijn van aansprakelijkheid uitgesloten. Wij behouden ons het recht op garantieclaim uitdrukkelijk voor. De garantie vervalt indien het apparaat door andere personen dan het Wagnerpersoneel wordt geopend. Transportschade, onderhoudswerkzaam heden evenals schade en storingen door ondeskundige onderhoudswerkzaamheden zijn uitgesloten van garantie. De garantie geldt alleen als het aankoopbewijs en de volledig ingevulde garantiekaart kunnen worden voorgelegd. Tenzij de Wet anders oordeelt, zijn garantieclaims uitgesloten voor alle persoonlijke ongelukken, materiële schade of verdere schade voortvloeiend uit een schadegeval, in het bijzonder indien het apparaat voor een andere toepassing dan in de bedieningshandleiding beschreven werd gebruikt, niet volgens onze bedieningshandleiding in bedrijf werd genomen of onderhouden, of indien reparaties zelfstandig door niet deskundigen werden uitgevoerd. Wij behouden ons alle reparaties en reparaties in onze werkplaats voor, die buiten het aangegeven bestek van deze handleiding vallen. Indien het een garantie of reparatie betreft, richt u zich tot de desbetreffende dealer. 40 W 550 D CE Konformitätserklärung Wir erklären in alleiniger Verantwortung, dass dieses Produkt den folgenden einschlägigen Bestimmungen entspricht: 98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG Angewandte harmonisierte Normen: EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006; EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006; EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000 GB CE Declaration of Conformity We declare under sole responsibility that this product conforms to the following relevant stipulations: 98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG Applied harmonised norms: EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006; EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006; EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000 F CE Déclaration de conformité Nous déclarons sous notre responsabilité que ce produit est en conformité avec les réglementations suivantes: 98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG Conforme aux normes et documents normalisés: EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006; EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006; EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000 NL CE Conformiteitsverklaring Wij verklaren dat dit product voldoet aan de volgende normen: 98/37/EG, 2006/95/EG; 2004/108/EG; 2002/95/EG; 2002/96/EG En normatieve dokumenten: EN 61000-3-2:2006; EN 61000-3-3:1995+A1:2001+A2:2005; EN 55014-1:2006; EN 55014-2:1997+A1:2001; EN 50366:2003+A1:2006; EN 50144-1:1998+A1:2002+A2:2003; EN 50144-2-7:2000 J. Wagner GmbH Otto-Lilienthal-Str. 18 D-88677 Markdorf 41 W. van der Hoeven Managing Director i. V. J. Ulbrich Development Manager
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

WAGNER W 550 Handleiding

Categorie
Verfspuit
Type
Handleiding