WAGNER W 550 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de WAGNER W 550 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
NL
42
W 550
1. Uitleg van de gebruikte symbolen
Dit symbool duidt op een potentieel gevaar voor u, resp. het
apparaat. Onder dit symbool vindt u belangrijke informatie over
het vermijden van letsel en schade op het apparaat.
Gevaar voor een elektrische schok
i
Duidt toepassingstips en andere bijzonder nuttige aanwijzingen
aan.
Met dit symbool aangeduide apparaten en accessoires zijn
geschikt voor de verwerking van dunvloeibare materialen zoals
bijvoorbeeld lak, lazuurverf en speciaal daarop ingestelde muurverf.
Als het materiaal dit logo heeft is het bijzonder goed geschikt voor
het gebruik met het overeenkomstige apparaat.
Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing
Lees voor inbedrijfstelling van het apparaat de gebruikshandleiding nauwkeurig door en
neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Bewaar de gebruikshandleiding zorgvuldig.
Inhoudsopgave
1. Uitleg van de gebruikte symbolen ..............................................42
2. Algemene veiligheidsaanwijzingen ............................................. 43
3. Veiligheidsaanwijzingen voor spuitpistolen .....................................45
4. Beschrijving/ Leveringsomvang ................................................47
5. Verwerkbare coatingmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
6. Niet-verwerkbaar coatingmateriaal ............................................. 47
7. Voorbereiden van het materiaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
8. Inbedrijfstelling ................................................................ 48
9. Instelling van de gewenste spuitstraalvorm .....................................48
10. Instelling van de hoeveelheid materiaal (afb. 6) ................................ 48
11. Spuittechniek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
12. Werkonderbreking van maximaal 4 uur ........................................49
13. Buiten bedrijf stellen en reinigen .............................................. 49
14. Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
15. Reserveonderdelenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
16. Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
17. Verhelpen van storingen ......................................................52
18. Technische gegevens .........................................................53
19. Milieu ........................................................................54
20. Belangrijke aanwijzing m.b.t. productaansprakelijkheid! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
CE Conformiteitsverklaring .......................................................56
NL
43
W 550
2. Algemene veiligheidsaanwijzingen
Let op! Lees alle aanwijzingen goed door. Fouten bij het opvolgen van hieronder
vermelde aanwijzingen kunnen leiden tot elektrische schokken, brand en/of
ernstig letsel. Met het hieronder gebruikte begrip "elektrisch gereedschap"
wordt zowel elektrisch gereedschap op netvoeding (met netkabel) bedoeld als
oplaadbaar elektrisch gereedschap (zonder netkabel).
1. Veiligheid op de werkplek
Houd de werkplek schoon en goed verlicht. a) Wanorde en niet verlichte
werkplekken kunnen tot ongevallen leiden.
Gebruik het apparaat niet in een explosiegevaarlijke omgeving met b)
brandbare vloeistoen, gassen of stof. Elektrisch gereedschap wekt vonken op
die stof of dampen kunnen ontsteken.
Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van elektrisch c)
gereedschap op afstand. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het
apparaat verliezen.
2. Elektrische veiligheid
De netstekker van het apparaat moet passen in de wandcontactdoos. a)
De stekker mag op geen enkele manier worden gewijzigd. Gebruik geen
stekkeradapter voor geaarde apparaten. Ongewijzigde stekkers en passende
wandcontactdozen verminderen het risico van elektrische schokken.
Voorkom contact van uw lichaam met geaarde oppervlakken van b.v. b)
buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico op
elektrische schokken wanneer uw lichaam is geaard.
Houd het apparaat uit de regen en breng het niet in contact met water. c) In
en elektrisch apparaat binnendringend water verhoogd het risico van elektrische
schokken.
Gebruik de netkabel niet voor andere doeleinden, b.v. om het apparaat d)
aan te dragen, op te hangen of om de stekker uit de wandcontactdoos
te trekken. Houd de kabel verwijderd van warmtebronnen, olie, scherpe
randen of bewegende delen van apparaten. Beschadigde kabels en kabels die in
de war zijn verhogen het risico van elektrische schokken.
Als u met elektrisch gereedschap buiten werkt, gebruik dan uitsluitend e)
verlengsnoeren die ook voor buiten geschikt zijn. Het gebruik van voor
buitengebruik geschikte verlengkabels vermindert het risico van elektrische schokken.
Als het gebruik van het apparaat in een vochtige omgeving niet valt f)
NL
44
W 550
te vermijden, gebruik dan een aardlekschakelaar. Het gebruik van een
aardlekschakelaar voorkomt het risico van een elektrische schok.
3. Veiligheid van personen
Wees alert, let op wat u doet en gebruik uw gezond verstand bij het werken a)
met elektrisch gereedschap. Gebruik het apparaat niet wanneer u moe bent
of onder de invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Eén moment van
onachtzaamheid tijdens het gebruik van het apparaat kan leiden tot ernstig letsel.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen en draag altijd een b)
veiligheidsbril. Het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals
stofmasker, antislip veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van type en gebruik van het elektrisch gereedschap, vermindert het risico
van letsel.
Voorkom onbedoeld starten van het gereedschap. c) Overtuig u ervan, dat het
elektrische gereedschap is uitgeschakeld voordat u het op de stroomtoevoer
aansluit, het oppakt of draagt. Wanneer u tijdens het dragen van het apparaat
een vinger op de schakelaar houdt of het apparaat ingeschakeld op de netvoeding
aansluit, kan dit leiden tot ongevallen.
Verwijder afstelgereedschap of moersleutels voordat u het apparaat d)
inschakelt. Gereedschap of een moersleutel die zich in een draaiend deel van het
apparaat bevindt, kan leiden tot letsel.
Vermijd een abnormale lichaamshouding. Zorg voor een goede houding en e)
bewaar op elk moment uw evenwicht. Dan kunt u het apparaat in onverwachte
situaties beter onder controle houden.
Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleding of sierraden. f) Houd
haren, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende delen. Loszittende
kleding, sierraden of lange haren kunnen door bewegende delen worden gegrepen.
Dit toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar en verder ook door personen met g)
verminderde lichamelijke, sensorische of mentale capaciteiten of gebrek
aan ervaring en kennis gebruikt worden, als er toezicht op hen gehouden
wordt of zij over het veilige gebruik van het toestel onderricht werden en de
daaruit voortkomende gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet spelen met het
toestel. Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet door kinderen zonder toezicht
uitgevoerd worden.
4. Zorgvuldige omgang met en gebruik van elektrisch gereedschap
Zorg dat u het apparaat niet overbelast. Gebruik voor uw werkzaamheden a)
het daarvoor bedoelde elektrische gereedschap. Met het juiste elektrische
gereedschap werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven vermogensbereik.
NL
45
W 550
Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is. b)
Elektrisch gereedschap dat niet meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en
moet worden gerepareerd.
Verwijder de stekker uit de wandcontactdoos voordat u afstellingen aan het c)
apparaat uitvoert, accessoires vervangt of het apparaat aan de kant legt.
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt dat het apparaat onbedoeld wordt gestart.
Bewaar elektrisch gereedschap, wanneer het niet wordt gebruikt, buiten d)
bereik van kinderen. Laat geen personen met het apparaat werken die daar
niet mee vertrouwd zijn of die deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektrisch gereedschap is gevaarlijk wanneer dit door onervaren personen wordt
gebruikt.
Onderhoud het apparaat zorgvuldig. Controleer dat bewegende delen e)
correct functioneren en niet klemmen en dat er geen onderdelen zijn
gebroken of zodanig beschadigd dat de werking van het apparaat
nadelig wordt beïnvloed. Laat beschadigde onderdelen voor gebruik van
het apparaat repareren. Veel ongevallen worden veroorzaakt door slecht
onderhouden elektrisch gereedschap.
Gebruik elektrisch gereedschap, accessoires, hulpmiddelen enz. in f)
overeenstemming met deze aanwijzingen en zoals voor dit specieke
type apparaat is voorgeschreven. Houd daarbij rekening met de
werkomstandigheden en de uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van
elektrisch gereedschap voor ander dan het bedoelde gebruik kan leiden tot
gevaarlijke situaties.
5. Service
Laat het apparaat uitsluitend repareren door gekwaliceerd technisch a)
personeel en uitsluitend met originele onderdelen. Daarmee blijft de
veiligheid van het apparaat gewaarborgd.
Wanneer het netsnoer van dit apparaat is beschadigd, moet dit door de b)
fabrikant, zijn klantenservice of een gelijkwaardig gekwaliceerd persoon
worden vervangen om gevaren te voorkomen.
3. Veiligheidsaanwijzingen voor spuitpistolen
Het apparaat mag niet worden gebruikt op arbeidsplaatsen, die vallen onder de wetgeving
•
voor plaatsen waar ontplongsgevaar kan heersen.
In de directe omgeving van de spuitwerkzaamheden mogen zich geen ontstekingsbronnen
•
bevinden, zoals b.v. open vuur, brandende sigaretten, sigaren en pijpen, vonken,
gloeidraden, hete oppervlakken, enz.
Verspuit geen stoen, waarvan de evt. gevaren niet bekend zijn
•
.
NL
46
W 550
Verwijder voor alle werkzaamheden aan het spuitpistool de netstekker uit de
•
wandcontactdoos.
De spuitpistolen mogen niet worden gebruikt voor het spuiten van brandbare stoen.
•
De spuitpistolen mogen niet worden gereinigd met brandbare oplosmiddelen.
•
Let op gevaren, die kunnen worden veroorzaakt door het verspoten materiaal en neem de
•
aanwijzingen op het materiaalreservoir of van de fabrikant van het materiaal in acht.
Let op!
•
Draag adembescherming: verfnevel en oplosmiddeldampen zijn schadelijk
voor de gezondheid. Werk uitsluitend in ruimten met goede natuurlijke ventilatie
of gebruik geforceerde ventilatie. Het dragen van werkkleding, veiligheidsbril,
gehoorbescherming en handschoenen wordt aanbevolen.
LET OP! GEVAAR VOOR LETSEL!
Richt de spuitstraal nooit op personen of dieren!
Stopcontacten en schakelaars beslist afplakken. Gevaar voor een
elektrische schok door binnendringend spuitmateriaal!
Pas op! Apparaat nooit met beschadigde of ontbrekende
spuitkopafdichting laten werken. Bij ontbrekende of beschadigde
spuitkopafdichting kan vloeistof in het apparaat binnendringen
en daardoor het risico op een elektrische schok toenemen.
Controleer de mondstukafdichting voor elk gebruik.
Let erop, dat tijdens het gebruik van de W 550, zowel binnen als buiten, geen
•
oplosmiddeldampen door het apparaat worden aangezogen.
Houd buiten rekening met de windrichting. Door de wind kan het coatingmateriaal
•
zich over grote afstanden verplaatsen en daardoor schade veroorzaken. Tijdens gebruik
binnen moet er worden gezorgd voor voldoende ventilatie.
Laat geen kinderen met het apparaat werken.
•
Open het apparaat nooit om zelf reparaties uit te voeren aan elektrische delen!
•
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt met goede werkend ventiel.
Stop het gebruik van het apparaat wanneer er verf in de ventilatieslang
(Afb. 1, Pos. 11) omhoog komt! Demonteer en reinig de ventilatieslang, het
ventiel en het membraan; vervang zonodig het membraan.
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt met goede werkend ventiel.
•
Stop het
gebruik van het apparaat wanneer er verf in de ventilatieslang (Afb. 1, Pos. 11)
omhoog komt! Demonteer en reinig de ventilatieslang, het ventiel en het membraan;
vervang zonodig het membraan.
Leg het spuitpistool niet neer.
•
Met originele WAGNER accessoires en reserveonderdelen heeft u de garantie dat
aan alle veiligheidsvoorschriften is voldaan.
NL
47
W 550
4. Beschrijving/ Leveringsomvang
Beschrijving/ Leveringsomvang (Afb. 1)
Luchtkap1) Spuitkop2)
Dopmoer3) Spuitpistool voorstuk4)
Handbeugel5) Spuitpistool achterstuk6)
Materiaalhoeveelheidregulering7) Luchtlter kap8)
Netsnoer9) Container10)
Ventilatieslang11) Ventiel12)
Roerstaaf13) Gebruiksaanwijzing14)
Reserve15) spuitkopafdichting* Smeervet*16)
* Bevindt zich in het reservoir, a.u.b. voor inbedrijfname verwijderen!
5. Verwerkbare coatingmateriaal
Oplosmiddelhoudende en waterverdunbare lakken, lazuren, grondverf, 2-componenten
lakken, blanke lakken, autolakken, beitsen en houtconserveermiddelen.
Alle coatingmaterialen met rood Perfect Spray-logo
6. Niet-verwerkbaar coatingmateriaal
Muurverf zonder rood Perfect Spray-logo
Logen en zuurhoudend coatingmateriaal
Brandbare coatingmaterialen.
7. Voorbereiden van het materiaal
Met de meegeleverde spuitopzet kunnen verven, lakken en beitsen onverdund of enigszins
verdund worden verspoten. Gedetailleerde informatie vindt u in het technische datablad
van de fabrikant ( downloaden via internet).
1. Roer het materiaal door en vul de benodigde hoeveelheid in het verfreservoir.
Verdunningsadvies
Te verspuiten materiaal
Beits onverdund
Houtveredelingsmiddel, beits, olie, desinfectiemiddel,
plantenbeschermingsmiddel onverdund
Oplosmiddelhoudende of waterverdunbare lak,
grondverf, autolak, hoogviskeuze beits
5 - 10 % verdunnen
Muurverf met rood Perfect Spray-logo volgens informatie van de
fabrikant verdunnen
2. Wanneer onvoldoende verf wordt aangevoerd kan stap voor stap 5 - 10 %
NL
48
W 550
verdunning worden toegevoegd tot de verfaanvoer voldoet aan de wensen.
8. Inbedrijfstelling
Voor aansluiting op het stroomnet erop letten, dat de netspanning overeenkomt met de
gegevens op het machineplaatje.
Container van het spuitpistool losschroeven.
•
Aanzuigstok uitrichten (afb. 2)
•
Bij een juiste stand van de aanzuigstok kan de inhoud van het reservoir nagenoeg
zonder restant worden verspoten.
Bij spuitwerkzaamheden op liggende voorwerpen: aanzuigstok naar voren draaien. (Afb. 2 A)
Bij spuitwerkzaamheden boven het hoofd: aanzuigstok naar achteren draaien.
(Afb. 2 B)
Container op papieren onderlegger zetten en het voorbereide coatingmateriaal ingieten
•
- container vast aan het spuitpistool schroeven.
Voor- en achterstuk van het pistool aan elkaar koppelen (afb. 3).
•
Apparaat alleen op vlakke en schone oppervlakken neerzetten om kantelen te
•
voorkomen!
Haal de trekker over. De W 550 is voorzien van een tweetraps trekker. Eerst wordt de turbine
•
gestart. Wanneer de trekker verder wordt ingedrukt, wordt materiaal getransporteerd.
Spuitbeeld aan het spuitpistool instellen.
•
9. Instelling van de gewenste spuitstraalvorm
Aan het spuitpistool kunnen afhankelijk van toepassing en object drie verschillende
spuitstraalvormen worden ingesteld.
WAARSCHUWING! Gevaar voor verwonding! Nooit tijdens het instellen
van de luchtkap aan de handbeugel trekken.
Bij licht aangetrokken dopmoer (afb. 5, 1) de luchtkap (2) in de gewenste spuitbeeldpositie
draaien (pijl). Vervolgens de dopmoer weer vastdraaien.
Afb. 4 A = verticale vlakke straal voor het horizontaal opbrengen van verf
Afb. 4 B = horizontale vlakke straal voor het verticaal opbrengen van verf
Afb. 4 C = ronde straal voor hoeken en randen en voor moeilijk
bereikbare oppervlakken
10. Instelling van de hoeveelheid materiaal (afb. 6)
Hoeveelheid materiaal instellen door de stelschroef op de trekker te verdraaien.
- naar links draaien minder materiaal
+ naar rechts draaien meer materiaal
NL
49
W 550
11. Spuittechniek
Het spuitbeeld wordt grotendeels bepaald door de gladheid en reinheid van het
•
oppervlak voor het spuiten. Daarom het oppervlak zorgvuldig voorbehandelen en
stofvrij houden.
Niet op te spuiten oppervlakken afdekken.
•
Schroefdraad e.d. aan het spuitobject afdekken.
•
Het is aan te raden om op karton of vergelijkbare ondergrond een spuitproef door te
•
voeren, om de juiste instelling van het spuitpistool te bepalen.
Belangrijk: Buiten het spuitvlak beginnen en onderbrekingen binnen het spuitvlak
vermijden.
Goed (afb. 7a)
•
Houd het spuitpistool ten alle tijde in gelijkmatige afstand van ongeveer
5 - 15 cm tot het spuitobject.
Fout (afb. 7b)
•
Sterke verfnevelvorming, ongelijkmatige oppervlaktekwaliteit.
Beweeg het spuitpistool gelijkmatig heen en weer of op en neer, afhankelijk van de
•
spuitbeeldinstelling.
Een gelijkmatige spuitpistoolgeleiding garandeert een uniforme oppervlaktekwaliteit.
•
Bij ophoping van coatingmateriaal aan de sproeier (A) en luchtkap (B) (afb. 8) - beide
•
delen met oplosmiddel resp. water reinigen.
12. Werkonderbreking van maximaal 4 uur
Apparaat uitschakelen.
•
Bij het verwerken van 2-componentenlakken moet het apparaat direct worden
•
gereinigd.
13. Buiten bedrijf stellen en reinigen
Deskundige reiniging is een voorwaarde voor een storingsvrij gebruik van het
verfopbrengapparaat. Bij niet of ondeskundig uitgevoerde reiniging vervalt elke
aanspraak op garantie.
Netstekker verwijderen. Ontlucht het container bij lange werkonderbrekingen en bij 1)
het beëindigen van de werkzaamheden. Dit kan worden gedaan door het container
kort open te draaien en weer af te sluiten of door de trekker in te drukken en de verf
terug te laten lopen in de verfemmer.
Pistool demonteren. Haak (afb. 3 b "klik") iets omlaag drukken. 2) Voorste en achterste
pistooldeel tegen elkaar draaien en uit elkaar halen.
Container losschroeven. Overig coatingmateriaal in verfblik teruggieten.3)
Maak container en stijgbuis met een kwast zo ver mogelijk schoon. Reinig de
4)
ontluchtingsboring (Afb. 10, Pos. C).
Container met oplosmiddel resp. water opvullen. Container vastschroeven.
5)
Gebruik voor het schoonmaken geen brandbare materialen.
Pistool weer in elkaar zetten (afb. 3).6)
NL
50
W 550
Netstekker insteken, apparaat inschakelen en oplosmiddel resp. water in een container
7)
of op een doek spuiten.
De hierboven beschreven procedure herhalen, totdat zuiver oplosmiddel resp. water 8)
uit de sproeier komt.
Apparaat uitschakelen en netstekker verwijderen.9)
Draai het container los en maak het leeg. Verwijder de aanzuigstok met
10)
containerafdichting.
LET OP! Reinig nooit afdichtingen, membraan en sproeier- of luchtopeningen van het
spuitpistool met spitse metalen voorwerpen.
Luchttoevoerslang en membraan zijn slechts beperkt oplosmiddelbestendig.
Niet in oplosmiddel leggen, maar alleen afvegen.
Trek de ventilatieslang (afb. 10 A, 13) boven van het pistoollichaam af. Draai het
11)
ventieldeksel (14) los. Verwijder het membraan (15). Reinig alle delen zorgvuldig.
WAARSCHUWING! Het achterstuk van het pistool nooit in water of andere
vloeistof onderdompelen. Behuizing uitsluitend met een doordrenkte
doek reinigen.
Spuitpistool en container aan de buitenkant met een in oplosmiddel resp. water
12)
gedrenkte doek reinigen.
Dopmoer losschroeven, luchtkap en spuitkop verwijderen. Reinig luchtkap,
13)
spuitkopafdichting en spuitkop met kwast en oplosmiddel resp. water.
Montage
Het apparaat mag uitsluitend met onbeschadigd membraan (afb. 10 A, 15) worden
gebruikt. Plaats het membraan met de stift naar boven op het onderste deel van het
ventiel. Zie daarvoor ook de markering op het pistoollichaam. Breng voorzichtig het
ventieldeksel aan en draai het vast. Steek de ventilatieslang op het ventieldeksel en op
de nippel op het pistoollichaam.
Pas op! Apparaat nooit met beschadigde of ontbrekende spuitkopafdichting
laten werken. Bij ontbrekende of beschadigde spuitkopafdichting kan
vloeistof in het apparaat binnendringen en daardoor het risico op een
elektrische schok toenemen.
Schuif de spuitkopafdichting (pos. 4) met de groef (sleuf) naar voren in de spuitkop
(afb. 10 B). Breng de spuitkop aan op het pistoollichaam en zoek de juiste positie door deze
te draaien. Breng de luchtkap aan op de spuitkop en draai deze met de wartel vast.
Steek de reservoirafdichting van onder af op de stijgbuis en schuif deze door tot over
de kraag. Draai de reservoirafdichting daarbij licht heen en weer. Steek de stijgbuis met
reservoirafdichting in het pistoollichaam.
NL
51
W 550
14. Onderhoud
Waarschuwing! Apparaat nooit zonder luchtlter in werking zetting,
eventueel aangezogen vuil kan het functioneren beïnvloeden. Voor het
wisselen stekker eruit trekken.
Afhankelijk naar vervuiling de luchtlter vervangen (afb. 9).
•
Om het pistool gemakkelijker te kunnen monteren, kunt u na het reinigen een ruime
•
hoeveelheid smeervet (bijgeleverd) aanbrengen op de O-ring van het voorstuk
(afb. 10 pos. 5).
15. Reserveonderdelenlijst
Reserveonderdelenlijst (Afb. 10)
Pos. Benaming Bestelnr.
1 Dopmoer 0417 319
2 Luchtkap 2305 129
3 Spuitkop 2305 131
4 Spuitkopafdichting 0417 706
5 O-ring 0417 308
6 Stelschroef materiaalhoeveelheid met veer compl 0417 910
7 Voorstuk pistool compl. incl. container 800 ml 0417 914
8 Luchtlterset (rechts + links) 0417 912
9 Luchtlter kap 0417 303
10 Containerafdichting 0417 358
11 Aanzuigstok 0417 357
12 Container met deksel 0413 909
13,14,15 Ventilatieslnag, ventieldeksel, membraan 2304 027
16 Roerstaaf 2304 419
17 Smeervet (zonder afb.) 2315 539
16. Toebehoren
Het nieuwe CLICK&PAINT SYSTEM biedt met het juist opzetstuk en diverse toebehoren
voor elke klus het juiste gereedschap.
i
Wij adviseren om de W 550 niet te gebruiken met het WallPerfect
spuitopzetstuk
NL
52
W 550
Accessoires (niet bij levering inbegrepen)
Benaming
Bestelnr.
Reservoir 800 ml met deksel
Voorkomt het uitdrogen van de verf en het verdampen van het oplosmiddel.
0413 909
HVLP-handgreepverlenging
Voor het eenvoudig aanbrengen van verf op plafonds en liggende objecten 2307 678
Brilliant-spuitopzet incl. reservoir 600 ml
Geoptimaliseerd mondstuk en luchtgeleiding voor briljante lakresultaten
0417 932
Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 800 ml
Voor het snel wisselen van verf. Voor middelgrote en grote voorwerpen en
meubels.
0417 914
Spuitopzet voor kleine hoeveelheden incl. reservoir 250 ml
Foor ligreine voorwerpen, gedetailleerd en creatief werk.
0417 918
Perfect Spray Spuitopzet incl. reservoir 1400 ml
Vlot werken op grote voorwerpen zoals blokhutten, garagedeuren. enz.
0417 917
Detail- en radiatorspuitopzet met verlengstuk incl. reservoir 600 ml
Voor moeilijk bereikbare plaatsen, b. v. radiatoren, hoekjes in kasten, nissen,
enz.
0417 915
Meer informatie over de productenreeks van WAGNER voor renovatiewerkzaamheden
onder www.wagner-group.com
17. Verhelpen van storingen
Storing Oorzaak Oplossing
Er komt geen
coating-materiaal
uit de sproeier
Spuitkop verstopt
•
Aanzuigstok verstopt
•
Stelschroef materiaalhoeveelheid
•
te ver naar links gedraaid (-)
Aanzuigstok los
•
Geen drukopbouw in de
•
container
Reinigen
Reinigen
Naar rechts draaien (+)
Insteken
Container vastdraaien
Coatingmateriaal
druppelt na uit de
sproeier
Spuitkop los
•
Spuitkop versleten
•
Spuitkopafdichting ontbreekt of
•
is versleten
Ophoping coatingmateriaal aan
•
luchtkap, spuitkop of naald
Aandraaien
Vervangen
In takt zijnde
spuitkopafdichting
plaatsen
Reinigen
NL
53
W 550
Storing Oorzaak Oplossing
Te grove verstuiving Coatingmateriaal heeft te hoge
•
viscositeit
Hoeveelheid materiaal te groot
•
Stelschroef materiaalhoeveelheid
te ver naar rechts gedraaid (+)
Spuitkop verontreinigd
•
Luchtlter sterk vervuild
•
Te lage drukopbouw in container
•
Verdunnen
Stelschroef
materiaalhoeveelheid
naar links draaien (-)
Reinigen
Vervangen
Container vastdraaien
Spuitstraal trilt Coatingmateriaal in container
•
raakt op
Luchtlter sterk vervuild
•
Spuitkopafdichting ontbreekt of
•
is versleten
Navullen
Vervangen
In takt zijnde
spuitkopafdichting
plaatsen
Coatingmateriaal
vormt uitlopers
Teveel coatingmateriaal
•
opgespoten.
Stelschroef materiaal-
hoeveelheid naar links
draaien (-)
Teveel coating-
materiaalnevel
(Overspray)
Afstand tot het spuitobject te
•
groot
Teveel coatingmateriaal-
•
opgespoten
Spuitafstand
verkleinen
Stelschroef materiaal-
hoeveelheid naar links
draaien (-)
Verf in de
ventilatieslang
Membraan vuil
•
Membraan defect
•
Membraan reinigen
Membraan vervangen
18. Technische gegevens
Technische gegevens
Max. viscositeit. 90 DIN-s
Spanning 230 V
~
, 50 Hz
Opgenomen vermogen 280 W
Verstuivingsvermogen 65 W
Dubbel geïsoleerd
Geluidsdrukniveau* 79 dB (A); Onzekerheid K = 4 dB (A)
Geluidsdrukvermogen* 92 dB (A); Onzekerheid K = 4 dB (A)
Trillingsniveaus < 2,5 m/s; Onzekerheid K = 1,5 m/s
Gewicht 1,3 kg
* Gemeten volgens EN 50144-2-7:2000
** Gemeten volgens EN 60745-1
NL
54
W 550
Informatie over het trillingsniveau
Het aangegeven trillingsniveau is volgens een genormaliseerde testprocedure gemeten
en kan ter vergelijking van elektrisch gereedschap worden gebruikt.
Het trillingsniveau dient ook voor een inleidende inschatting van de trillingsbelasting.
Pas op! De trillingsemissiewaarde kan tijdens het feitelijke gebruik van het elektrische
gereedschap van de aangegeven waarde afwijken, afhankelijk van de wijze waarop het
elektrische gereedschap wordt gebruikt. Het is noodzakelijk om veiligheidsmaatregelen
ter bescherming van de bedienende persoon vast te leggen, die op een schatting van
de blootstelling tijdens de feitelijke gebruiksvoorwaarden berusten (hierbij dienen alle
delen van de bedrijfscyclus in acht genomen te worden, bijvoorbeeld tijden, waarin het
elektrische gereedschap is uitgeschakeld, en zulke, waarin het weliswaar is ingeschakeld
maar zonder belasting draait).
19. Milieu
Het toestel met toebehoren en verpakking moet milieuvriendelijk gerecycled
worden. Deponeer het apparaat niet bij het huisvuil. Bescherm het milieu en lever
het apparaat in bij een lokaal inzamelpunt of informeer bij de winkel. Verfresten
en oplosmiddelen mogen niet in de riolering, het afvoersysteem of het huisvuil
worden gestort. Deze dienen als speciaal afval apart te worden afgevoerd. Neem
daarvoor de aanwijzingen op de productverpakkingen in acht.
20. Belangrijke aanwijzing m.b.t. productaansprakelijkheid!
Op grond van een EU-verordening is de fabrikant alleen volledig aansprakelijk voor zijn
product bij productfouten, als alle onderdelen van de fabrikant komen of door de fabrikant
zijn vrijgegeven en als de toestellen vakkundig gemonteerd en gebruikt worden. Bij
het gebruik van vreemde toebehoren en reserveonderdelen kan de aansprakelijkheid
geheel of gedeeltelijk vervallen, als het gebruik van de vreemde toebehoren of vreemde
reserveonderdelen tot een productfout leidt.
NL
55
W 550
2 jaar garantie
De garantie bedraagt 2 jaar, gerekend vanaf de dag van verkoop (kassabon). Deze
garantie omvat en is beperkt tot het gratis verhelpen van eventuele gebreken, die
aantoonbaar te wijten zijn aan het gebruik van niet onberispelijk materiaal bij de
fabricage of montagefouten of tot het kosteloos vervangen van de defecte onderdelen.
De garantie geldt niet in geval van beschadigingen te wijten aan ondeskundig gebruik of
ondeskundige inbedrijfname. Degarantie vervalt bij zelfstandig uitgevoerde montages of
reparaties, die niet in onze bedieningshandleiding zijn vermeld. De aan normale slijtage
onderhevige onderdelen zijn eveneens uitgesloten van garantie. Industriële toepassingen
zijn van aansprakelijkheid uitgesloten. Wij behouden ons het recht op garantieclaim
uitdrukkelijk voor. De garantie vervalt indien het apparaat door andere personen dan
het Wagner-personeel wordt geopend. Transportschade, onderhoudswerkzaam heden
evenals schade en storingen door ondeskundige onderhoudswerkzaamheden zijn
uitgesloten van garantie. De garantie geldt alleen als het aankoopbewijs en de volledig
ingevulde garantiekaart kunnen worden voorgelegd. Tenzij de Wet anders oordeelt,
zijn garantieclaims uitgesloten voor alle persoonlijke ongelukken, materiële schade of
verdere schade voortvloeiend uit een schadegeval, in het bijzonder indien het apparaat
voor een andere toepassing dan in de bedieningshandleiding beschreven werd gebruikt,
niet volgens onze bedieningshandleiding in bedrijf werd genomen of onderhouden, of
indien reparaties zelfstandig door niet deskundigen werden uitgevoerd. Wij behouden
ons alle reparaties en reparaties in onze werkplaats voor, die buiten het aangegeven
bestek van deze handleiding vallen.
Indien het een garantie of reparatie betreft, richt u zich tot de desbetreende dealer.
NL
56
W 550
CE Konformitätserklärung
Wir erklären in alleiniger Verantwortung, dass dieses Produkt (Type 0440) den fol-
genden einschlägigen Bestimmungen entspricht:
2006/42/EG; 2004/108/EG; 2011/65/EG; 2002/96/EG.
Angewandte harmonisierte Normen:
EN 60745-1:2009+A11:2010; EN 50580:2012; EN 55014-1:2006+A1:2009+A2:2011;
EN 55014-2:1997+Corrigendum 1997+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009
+ A2:2009; EN 61000-3-3:2008; EN 62233:2008
CE Declaration of Conformity
We declare under sole responsibility that this product (Type 0440) conforms to the
following relevant stipulations:
2006/42/EG; 2004/108/EG; 2011/65/EG; 2002/96/EG.
Applied harmonised norms:
EN 60745-1:2009+A11:2010; EN 50580:2012; EN 55014-1:2006+A1:2009+A2:2011;
EN 55014-2:1997+Corrigendum 1997+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009
+ A2:2009; EN 61000-3-3:2008; EN 62233:2008
CE Déclaration de conformité
Nous déclarons sous notre responsabilité que ce produit (Type 0440) est en conformité
avec les réglementations suivantes:
2006/42/EG; 2004/108/EG; 2011/65/EG; 2002/96/EG.
Conforme aux normes et documents normalisés:
EN 60745-1:2009+A11:2010; EN 50580:2012; EN 55014-1:2006+A1:2009+A2:2011;
EN 55014-2:1997+Corrigendum 1997+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009
+ A2:2009; EN 61000-3-3:2008; EN 62233:2008
CE Conformiteitsverklaring
Wij verklaren dat dit product (Type 0440) voldoet aan de volgende normen:
2006/42/EG; 2004/108/EG; 2011/65/EG; 2002/96/EG.
En normatieve dokumenten:
EN 60745-1:2009+A11:2010; EN 50580:2012; EN 55014-1:2006+A1:2009+A2:2011;
EN 55014-2:1997+Corrigendum 1997+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009
+ A2:2009; EN 61000-3-3:2008; EN 62233:2008
NL
F
GB
D
i.V. T. Jeltsch i. V. J. Ulbrich
Senior Vice President Vice President Engineering
Global Product Strategy & Planning
Dokumentationsverantwortlicher
Responsible person for documents
Responsable de la documentation
Documentatieverantwoordelijke
J. Wagner GmbH Otto-Lilienthal-Str. 18 D-88677 Markdorf
58
W 550
www.wagner-group.com
Irrtümer und Änderungen vorbehalten.
Not responsible for errors and changes.
Sous réserves d’erreurs et de modications.
Fouten en wijzigingen voorbehouden.
Part. No. 0417 850 07/2013_RS
© Copyright by J.Wagner GmbH
NL
Wagner Spraytech Benelux B.V.
De Heldinnenlaan 200
3543 MB Utrecht
+31/30/2 41 41 55 +31/30/2 41 17 87
AUS
Wagner Spraytech
Australia Pty. Ltd.,
14-16 Kevlar Close,
Braeside, VIC 3195/Australia
+61/3/95 87 20 00 +61/3/95 80 91 20
HR
Adresa servisa:
EL-ME-HO
Horvatinčićev put 2
10436 Rakov Potok/Kroatien
/+385(-1)65 86 - 028
SK
Phobos Corporation Spol.r.o
Stanicna 6, 92700 Sala
Slowakei
+421/31/7 70 78 84 +421/31/7 70 22 42
PL
PUT Wagner Service
ul. E. Imieli 14
41-605 Swietochlowice
+48/32/2 45 06 19 +48/32/2 41 42 51
CH
J. Wagner AG
Industriestraße 22
9450 Altstätten
+41/71/7 57 22 11 +41/71/7 57 23 23
H
Magyarországi szerviz
Hondimpex KFT.
Kossuth L. u. 48-50
8060 Mór
+36(-22)/407 321 +36(-22)/407 852
DK/S
Wagner Spraytech
Scandinavia A/S
Helgeshøj Allé 28
DK-2630 Tåstrup
+45/43 27 18 18 +45/43 43 05 28
E
J. Wagner Spraytech Ibérica S.A.
Ctra. N-340, Km 1245,4
08750 Molins de Rei (Barcelona)
+34/93/6 80 00 28 +34/93/6 68 01 56
B
Wagner Spraytech Belgie
Veilinglaan 56-58
1861 Meise-Wolvertem
+32/2/2 69 46 75 +32/2/2 69 78 45
SLO
Adresa servisa:
GMA Elektromehanika d.o.o.
Cesta Andreja Bitenca 115,
Ljubljana 1000/Slovenija
+386(1)/583 83 04 +386(1)/518 38 03
GB
Wagner Spraytech (UK) Ltd.
The Coach House
2 Main Road
Middleton Cheney OX17 2ND
01295 714200 01295 710100
D
J. Wagner GmbH
Otto-Lilienthal-Str. 18
D-88677 Markdorf
Hotline 0180 5 59 24 637
+49/ (0) 75 44/ 505-1169
CZ
E-Coreco s.r.o.
Na Roudné 102
301 00 Plzeň
+420 734 792 823 +420 227 077 364
F
Wagner France S.a.r.l.
12 Avenue des Tropiques
Z.A. de Courtaboeuf
91978 Les Ulis Cedex
0 825 011 111 +33 (0) 1 69 81 72 57
/