WALTHER PILOT PILOT WA 400 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

6160
Inhoud
Explosietekening 2
EG-conformiteitsverklaring 61
Lijst met vervangstukken 62
1 Algemeen 66
1.1 Aanduiding van de modellen 66
1.2 Doelmatig gebruik 66
1.3 Ondoelmatig gebruik 67
2 Technische beschrijving 67
3 Veiligheidsinstructies 68
3.1 Aanduiding van de veiligheidsinstructies 68
3.2 Algemene veiligheidsinstructies 68
4 Montage 69
4.1 Bevestiging van het spuitpistool 69
4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen 69
5 Bediening 70
5.1 Veiligheidsinstructies 70
5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling 70
5.3 Het spuitprofiel testen 70
5.4 Het spuitprofiel veranderen 71
5.5 Ombouwen van het spuitpistool 72
6 Onderhoud 73
6.1 Veiligheidsinstructies 73
6.2 Basisreiniging 73
6.3 Routinematige reiniging 74
7 Reparatie 75
7.1 Lekkende naaldpakking vervangen 75
7.2 Vervanging van materiaalspuitkop, -naald, 75
veren en afdichtingen
8 Storingen opsporen en verhelpen 76
9 Wat te doen met afval 76
10 Technische gegevens 77
EG/EU-conformiteitsverklaring
De fabrikant verklaart onder geheel eigen verantwoording dat het hierna beschreven product aan
de algemeen aanvaarde veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voldoet. Bij een niet met ons
besproken wijziging aan het hierna beschreven product of bij oneigenlijk gebruik verliest deze
verklaring haar geldigheid.
Fabrikant WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH
Kärntner Str. 18 - 30
D - 42327 Wuppertal
Tel.: +49(0)202 / 787 - 0
Fax: +49(0)202 / 787 - 2217
www.walther-pilot.de • e-mail: [email protected]
Typekentekening Automatische spuitpistolen
WA 400 (standard-versie) 20 540
WA 410 (rondpomp-versie) 20 541
WA 420 (lagedruk-versie) 20 542
WA 430 (lagedruk-versie voor rondpomp) 20 543
WA 470-K (verspuiten van lijmen-stand.-vers.) 20 580
WA 471-K (versp. van lijmen-rondpomp-vers.) 20 581
WA 472-K (versp. van lijmen-lagedruk-versie) 20 582
WA 473-K (versp. v. lijmen-lage.-rondp.-versie) 20 583
Doelmatig gebruik verwerking van verstuifbare stoffen
Toegepaste normen en richtlijnen
EG-machinerichtlijnen 2006/42/EG
2014/34/EU (ATEX richtlijnen)
DIN EN ISO 12100
DIN EN 1953 DIN EN 13463-1
DIN EN 1127-1 DIN EN 13463-5
Specificatie overeenkomstig richtlijn 2014/34/EU
Categorie 2 Typenummer
II 2 G c T 5
Tech.File,Ref.:
2407
Gemachtigd voor de samenstelling van de technische documentatie:
Nico Kowalski, WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Kärntner Str. 18 - 30
D- 42327 Wuppertal
NB:
Het product moet worden ingebouwd in een ander apparaat. De ingebruikname is niet geoor-
loofd, totdat de conformiteit van het eindproduct met de richtlijn 2006/42/EC is vastgesteld.
Wuppertal, de 2 november 2016
Naam: Torsten Bröker
Positie: Manager Constructie en Ontwikkeling
Deze verklaring is geen garantie en kan derhalve niet worden gebruikt bij kwesties m.b.t. aansprakelijkheid.
Raadpleeg s.v.p. de veiligheidsvoorschriften in de productdocumentatie.
ppa.
6362
Lijst met vervangstukken:
PILOT WA 400
Standard
PILOT WA 410
rondpomp-versie
V 20 540 V 20541
Pos. Omschrijving
Aantal
Vervangstuk-n
Aantal
Vervangstuk-n
1 Luchtkopmoer 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300
2
Luchtkop naar keuze
spuitkopgruite 0,5 - 1,8 mm ø
1
V 11 360 30 060*
1
V 11 360 30 060*
spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø V 11 360 30 210* V 11 360 30 210*
3 Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 601 40 . . 3* 1 V 11 601 40 . . 3*
4 Tussenring 2 V 09 002 16 000 2 V 09 002 16 000
5 Luchtverdeelring 1 V 11 601 04 000 1 V 11 601 04 000
6 Pistoolhuis 1 V 20 540 10 000 1 V 20 540 30 000
7 Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003
8 Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000
9 Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003
11 Stop 1 V 20 540 33 005 - -
12 O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000
13 Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027
14 Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223
15 Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000
17 Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003
18 Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000
19 Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000
20 Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003
21 Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003
22 O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001
23 Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004
24 Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000
25 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 540 20 . . 3* 1 V 20 540 20 . . 3*
26 Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004
27 Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000
28 Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004
29 Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003
30 Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003
31 Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000
32 Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000
33 Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000
Lijst met vervangstukken:
PILOT WA 420
HVLP
PILOT WA 430
HVLP-rondpomp-versie
V 20 542 V 20 543
Pos. Omschrijving
Aantal
Vervangstuk-n
Aantal
Vervangstuk-n
1 Luchtkopmoer 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300
2
Luchtkop naar keuze
spuitkopgruite 0,5 - 1,8 mm ø
1
V 11 631 11 061*
1
V 11 631 11 061*
spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø V 11 631 11 211* V 11 631 11 211*
3 Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 601 40 . . 3* 1 V 11 601 40 . . 3*
4 Tussenring 2 V 09 002 16 000 2 V 09 002 16 000
5 Luchtverdeelring 1 V 11 631 04 000 1 V 11 631 04 000
6 Pistoolhuis 1 V 20 540 50 000 1 V 20 540 55 000
7 Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003
8 Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000
9 Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003
11 Stop 1 V 20 540 33 005 - -
12 O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000
13 Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027
14 Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223
15 Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000
17 Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003
18 Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000
19 Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000
20 Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003
21 Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003
22 O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001
23 Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004
24 Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000
25 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 540 20 . . 3* 1 V 20 540 20 . . 3*
26 Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004
27 Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000
28 Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004
29 Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003
30 Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003
31 Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000
32 Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000
33 Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000
6564
Andere luchtkoppen op aanvraag verkrijgbaar.
* Vermeldt voor het leveren van vervangstukken de overeenkomstige maten.
Wij raden aan alle in vet weergegeven vervangstukken (slijtende on- derdelen), in
voorraad te houden.
Spuitkopsets
Spuitkopsets bestaan uit luchtkop, materiaalspuitkop en materiaalnaald.
Vervangstuk-n
PILOT WA 400 / 410 V 15 400 06 . . 3
PILOT WA 420 / 430 V 15 420 03 . . 3
PILOT WA 470-K - WA 473-K V 15 580 02 . . 3
Uitvoering spuitkop naar keuze:
▪ 0,5 ▪ 0,8 ▪ 1,0 ▪ 1,2 ▪ 1,4 ▪ 1,5 ▪ 1,8 ▪ 2,0 ▪ 2,2 ▪ 2,5 mm ø
Lijst met vervangstukken:
PILOT WA 470-K
lijmen-Standard
PILOT WA 471-K
lijmen-rondpomp
PILOT WA 472-K
lijmen- HVLP
PILOT WA 473-K
lijmen
HVLP-rondpomp
V 20 580 V 20 581 V 20 582 V 20 583
Pos.
Omschrijving
Aantal
Vervangstuk-n
Aantal
Vervangstuk-n
Aantal
Vervangstuk-n
Aantal
Vervangstuk-n
1
Luchtkopmoer 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300
2
Luchtkop naar keuze
spuitkopgruite 0,5 - 1,0 mm ø
1
V 11 631 12 055*
1
V 11 631 12 055*
1
V 11 631 12 055*
1
V 11 631 12 055*
spuitkopgruite 1,2 - 1,8 mm ø V 11 631 12 205* V 11 631 12 205* V 11 631 12 205* V 11 631 12 205*
spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø V 11 631 12 255* V 11 631 12 255* V 11 631 12 255* V 11 631 12 255*
3
Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3*
5
Luchtverdeelring 1 V 11 601 04 000 1 V 11 601 04 000 1 V 11 631 04 000 1 V 11 631 04 000
6
Pistoolhuis 1 V 20 580 01 000 1 V 20 581 01 000 1 V 20 582 01 000 1 V 20 583 01 000
7
Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003
8
Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000
9
Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003
11
Stop 1 V 20 540 33 005 - - 1 V 20 540 33 005 - -
12
O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000
13
Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027
14
Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223
15
Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000
17
Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003
18
Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000
19
Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000
20
Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003
21
Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003
22
O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001
23
Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004
24
Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000
25
Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3*
26
Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004
27
Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000
28
Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004
29
Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003
30
Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003
31
Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000
32
Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000
33
Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000
6766
1 Allgemeen
1.1 Aanduiding van de modellen
Modellen: Automatische spuitpistolen
PILOT WA 400, WA 410, WA 420, WA 430, WA 470-K, WA 471-K,
WA 472-K, WA 473-K
Typen: WA 400 (standard-versie) 20 540
WA 410 (rondpomp-versie) 20 541
WA 420 (HVLP-versie) 20 542
WA 430 (HVLP-versie voor rondpomp) 20 543
WA 470-K (voor het verspuiten van lijmen-standard-versie) 20 580
WA 471-K (voor het verspuiten van lijmen-rondpomp-versie) 20 581
WA 472-K (voor het verspuiten van lijmen-HVLP-versie) 20 582
WA 473-K (v. h. verspuiten v. lijmen-HVLP-rondpomp-versie) 20 583
Fabrikant: WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH
Kärntner Str. 18-30
D-42327 Wuppertal
Tel.: 00 49 202 / 787-0
Fax: 00 49 202 / 787-2217
www.walther-pilot.de • Email: [email protected]
1.2 Doelmatig gebruik
De automatische spuitpistolen PILOT WA 400, WA 410, WA 420, WA 430 WA 470-K,
WA 471-K, WA 472-K en WA 473-K zijn uitsluitend bedoeld voor de verwerking van
verstuifbare stoffen. Aangezien alle materiaalgeleidende delen uit edelstaal zijn ver-
vaardigd, kunnen ook waterhoudende en agressieve stoffen worden verstoven,
waaronder:
verven en lakken;
vetten, olien en anticorrosiemiddelen;
lijmen;
ceramische glazuren
zuurhoudende stoffen en
beitsen.
Als de stoffen die u wilt verspuiten niet in deze lijst voorkomen, neem dan contact op
met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Wuppertal.
De verstuifbare stoffen mogen alleen op werkstukken of voorwerpen worden aange-
bracht.
De temperatuur van de te verstuiven stof mag in principe niet hoger liggen dan 80°C.
De modellen PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies voor verwer-
king van lijm PILOT WA 470-K - WA 73-K zijn geen manueel bediende spuitpistolen
en moeten daarom in een geschickte houder worden geplaatst.
Doelmatig gebruik betekent ook, dat alle instructies en aanwijzingen van deze
handleiding gelezen, begrepen en nageleefd worden.
Het apparaat voldoet aan de eisen bescherming tegen explosie, richtlijn 2014/34/EU
(ATEX) voor de op het typeplaatje aangegeven explosiegroep, categorie apparaat en
temperatuurklasse.
Bij gebruik van het apparaat is het noodzakelijk dat de in de gebruiksaanwijzing
omschreven bepalingen worden aangehouden.
De voorgeschreven inspectie- en ondehoudsintervallen moeten worden waargeno-
men.
De gegevens op het typeplaatje resp. de informatie in het hoofdstuk Technische
Gegevens moeten worden aangehouden en mogen niet worden overschreden. Er
mag absoluut geen overbelasting van het apparaat ontstaan.
Het apparaat mag in toepassingsgebieden met gevaar voor explosie alleen worden
ingezet met toestemming van de verantwoordelijke overheidsinstantie.
Het is aan de verantwoordelijke overheidsinstantie resp. de exploitant de mate
van explosiegevaar vast te stellen (indeling in zones).
Het is aan de exploitant te controleren en ervoor te zorgen dat alle technische gege-
vens en de kentekening overeenkomstig ATEX met de noodzakelijke voorschriften
overeenstemmen.
In geval van gebruik, waarbij door een evtl. uitval van het apparaat een gevaar voor
personen zou kunnen ontstaan, zijn door de exploitant passende veiligheidsmaatre-
gelen te nemen.
Als er bij gebruik onzekerheid ontstaat, doordat het apparaat naar mening van de
exploitant niet naar believen functioneert, moet het apparaat onmiddellijk worden
stopgezet en moet met contact worden opgenomen met WALTHER Spritz- und
Lackiersysteme.
Aarding/potentiaalnormalisatie
Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd
op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 10
6
Ω).
1.3 Ondoelmatig gebruik
Het spuitpistool mag niet op een andere wijze worden gebruikt dan beschreven
onder Doelmatig gebruik.
Elk ander gebruik is ondoelmatig.
Ondoelmatig gebruik is bijvoorbeeld:
het verstuiven van stoffen op mensen en dieren,
het verstuiven van vloeibare stikstof.
2 Technische beschrijving
De modellen PILOT WA 400 - WA 430 en WA 470-K - WA 473-K werken automatisch
met behulp van persluchtsturing en worden aangestuurd via een 3/2-wegsstuurven-
tiel.
Hiervoor kunnen hand-, voet- of magneetnozzels worden gebruikt.
Als het 3/2-wegsstuurventiel wordt geactiveerd, komt de voor de aansturing
noodzakelijke perslucht in de cilinderruimte van het spuitpistool en wordt de
maeriaaltoevoer geopend.
6968
Als de besturingslucht via het 3/2-wegstuurventiel opnieuw wordt onderbroken, onts-
napt eerst de perslucht die zich in de cilinderruimte bevindt. De veerdruk van de
zuigerveer drukt daarna de materiaalnaald opnieuw in de uitgangspositie en sluit zo
de materiaaltoevoer af.
Het materiaaldebiet en de vorm van de spuitstraal (vlak / breed / rond) worden inge-
steld met behulp van regelschroeven aan het pistool.
Het materiaaltoevoersysteem van de modellen PILOT WA 400 - WA 430 en WA
470-K - WA 473-K kan manueel worden geopend om bijvoorbeeld een verstopte
nozzle te reinigen.
De modellen PILOT WA 410 / 471-K en WA 430 / 473-K met dubbele aansluiting voor
de toevoer van het materiaal kunnen in een rondpompsysteem worden geintegreerd.
Op deze manier kunnen verschillende spuitpistolen via de ringvormig geinstalleerde
rondpompleiding gelijktijdig worden voorzien van spuitmateriaal.
De spuitpistolen PILOT WA 400 / 470-K en WA 420 / 472-K kunnen worden aanges-
loten aan materiaaldrukvaten en pompinstallaties.
De modellen PILOT WA 420 / 472-K en WA 430 / 473-K zijn zuivere lagedruk-spuit-
pistolen. Ze werken met een spuitdruk van 0,7 bar bij ingangsdruk van 4,5 bar.
3 Veiligheidsinstructies
3.1 Aanduiding van de veiligheitsinstructies
Waarschuwing
Het symbool en het woord „Warschuwing“ wijzen op een mogelijk gevaar voor per-
sonen.
Mogelijke gevolgen: zware of lichte verwondingen.
Opgelet
Het symbool en het woord „Opgelet“ wijzen op een mogelijk gevaar voor zaken.
Mogelijke gevolgen: beschadigung vaan voorwerpen.
Aanwijzing
Het symbool en het woord „Aanwijzing“ geven aanvullende informatie voor het
veilig en efficiet gebruik van het spuitpistool.
3.2 Algemene veiligheidsinstructies
De desbetreffende ongevalpreventievoorschriften en de overige erkende veiligheids-
technische en op het werk betrekking hebbende medische regels dienen in acht te
worden genomen.
Gebruik het spuitpistool uitsluitend in goed geventileerde ruimten. Tijdens het werk
is vuur, niet afgeschermd licht en roken verboden Bij het verspuiten van licht
ontvlambare materialen (b.v. lakken, lijm, reinigingsmiddelen enz.) bestaat een
verhoogd gezondheids-, explosie- en brandrisico.
Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd
op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 10
6
Ω).
Maak vóór ieder onderhoud en reparatie de lucht- en materiaaltoevoer naar het
spuitpistool vrij van druk- letselrisico.
Houd bij het verspuiten van materialen geen handen of andere lichaamsdelen voor
de onder druk staande spuitkop van het spuitpistool - letselrisico.
Richt het spuitpistool niet op personen en dieren - letselrisico.
Neem de verwerkings- en veiligheidsinstructies van de fabrikanten van spuitmateri-
aal en reinigingsmiddel in acht. Vooral agressieve en bijtende materialen kunnen
schade aan de gezondheid veroorzaken.
De met deeltjes geladen afgewerkte lucht moet uit de buurt van het werkgebied en
het bedrijfspersoneel worden gehouden. Draag desondanks de voorgeschreven
ademhalingsbescherming en de voorgeschreven werkkleding, als u met het spuitpi-
stool materialen verwerkt. Rondzwevende deeltjes vormen een gevaar voor uw
gezondheid.
Draag oorbescherming tijdens het werken met het spuitpistool. Het door het spuitpi-
stool geproduceerde geluidsniveau bedraagt ca. 86 dB (A).
Let er steeds op dat bij de inbedrijfstelling, vooral na montage- en onderhoudswerk-
zaamheden alle moeren en schroeven stevig zijn vastgedraaid.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen, omdat WALTHER uitsluitend voor
deze onderdelen een veilige en perfecte functie kan garanderen.
Wend u voor informatie over een risicoloos gebruik van het spuitpistool en de daarin
gebruikte materialen tot WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH,
D-42327 Wuppertal.
4 Montage
Het spuitpistool is door de fabrikant volledig gemonteerd. Voordat u het spuitpistool
in bedrijf kunt nemen, moet eerst het volgende gebeuren.
4.1 Bevestiging van het spuitpistool
Bevestig het spuitpistool aan een geschikte, stevige houder, zoals beschreven in het
volgende voorbeeld:
4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen
Waarschuwing
Let erop, dat u de aansluitingen voor de besturings- en de verstuivingslucht niet met
elkaar verwisselt p gevaar voor letsels.
1
Gebruik hiervoor de bevestigingsbout (1), diameter
12 mm.
Andere bevestigingsmiddelen op aanvraag.
1
2
3
4 4
7170
1 = Materiaalaansluiting (G 1/4“)
2 = Stuurluchtaansluiting (G 1/8“) met ST gemerkte
3 = Spuitluchtaansluiting (G 1/4“) met Z gemerkte
4 = Materiaalaansluiting voor rondpompversies PILOT WA 410 / 471-K en WA 430 / 473-K
Het spuitpistool is nu volledig gemonteerd en kan in bedrijf worden gesteld.
5 Bediening
5.1 Veiligheidsinstructies
Let bij de bediening van het spuitpistool in het bijzonder op de volgende veiligheids-
instructies!
Draag adembescherming en werkkleiding die aan de voorschriften beantwoor
den, als u met het spuitpistool materialen verstuift. Zwevende deeltjies zijn een
gevaar voer uw gezendheid.
Draag bij het werken met het spuitpistool en oorbescherming. Het geluidsniveau
van het spuitpistool bereikt ca. 86 dB (A) en kan schade aan het gehoor veroor
zaken.
Voor open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van
licht ontvlambare stoffen (zoals lakken, lijmen) is er verhoogd risico op brand en
entploffing.
5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling
Voordat u het spuitpistool in gebruik neemt, moet volgende voorwaarden voldaan
zijn:
De toevoer van besturingslucht naar het spuitpistool staat ender druk.
De toevoer van verstuingslucht naar het spuitpistool staat ender druk.
De materiaaltoevoer naar het spuitpistool staat ender druk.
Opgelet
De materiaaltoevoerdruk mag niet hoger ingesteld zijn dan: • 10 bar, aangezien de
betrouwbare werking van het spuitpistool anders niet gewaarborgd is. Stel de
besturingsluchtdruk in op • minstens 4,5 bar, zodat het spuitpistool in gebruik kan
worden genomen.
U kunt het spuitpistool in gebruik nemen en buiten bedrijf stellen door het 3/2-wegs-
stuurventiel te activeren (zie de handleiding van de fabrikant van de installatie).
Waarschuwing
Na beendiging van het werk moet de druk aan het spuitpistool altijd worden uitge-
schakeld. Onder druk staande leidingen kunnen barsten en personen in de onmid-
delijke omgeving kunnen door het vrijkomende materiaal worden verwond.
5.3 Het spuitprofiel testen
Het spuitprofiel moet altijd worden getest als:
het spuitpistool voor het eerst in gebruik wordt genomen;
ander verstuifmateriaalwordt gebruikt;
het spuitpistool voor onderhouds- of herstellingswerkzaamheden werd
gedemon teerd;
Het spuitprofiel kan worden getest op een testwerkstuk, een metalen plaat, karton of
papier.
Waarschuwing
Houd bij het verstuiven van materiaal geen handen of andere lichaams delen voor
de onder druk staande nozzle van het spuitpistool p gevaar voor letsels.
Waarschuwing
Let er bij de ingebruikname van het spuitpistool op dat er zich enkeke persoon in het
verstuifbereik van het pistool bevindt - gevaar voor letsels.
1. Neem het pistool in gebruik om het spuitprofiel te testesten (zie 5.2 Ingebruikname
en buitengebruikstelling).
2. Controleer het resultaat van de test en pas indien nodig de instellingen het
spuitpistool aan (zie 5.4 Het spuitprofiel veranderen).
5.4 Het spuitprofiel veranderen
Aan de PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies voor verwerking
van lijm PILOT WA 470-K - WA 473-K kunt u met de volgende instellingen het spuit-
profiel wijzigen.
Spuitlucht instellen
Instelling van het materiaaldebiet
Regelen van de materiaaldruk
Deze kan alleen aan de pomp of aan het druk reservoir worden ingesteld. Let
daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant.
Regelen van de verstuivingsluchtdruk
De verstuivingsluchtdruk wordt ingesteld aan het drukluchtreduceerventiel van de
1
2
R
B
Met behulp van de twee regelschroeven (R) en (B) kunt u een
optimaal spuitprofiel instellen.
Regelschroef (R) beinvloedt de rondheid van het profiel, regel-
schroef (B) de breedle of vlakheid van het profiel.
Draai kap (1) uit de basispositie (= inkeping op het
zuigerhuis)
naar binnen om het materiaaldebiet te verminderen
naar binnen om het materiaaldebiet te verhogen.
Met trekstang (2) kan het materiaaldebiet door de
spuitkop worden bediend zonder de verstuivings-
lucht in te schakelen.
7372
compressorinstallatie. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies
van de fabrikant.
Als u het spuitprofiel niet naar wens kunt instellen met de vermelde mogelijkheden,
moet u het spuitpistool ombouwen.(zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool ).
WALTHER biedt hiervoor een gamma uileenlopende luchtkop-, spuitkop- en naald-
combinaties aan.
Gebreken van een spuitprofiel verhelpen
Uit de volgende tabel kunt u afleiden met welke instellingen u het spuitprofiel kunt
beinvloeden.
Spuitbeeldproef Afwijking Vereiste instelling
Spuitbeeld is in het midden te dik Bredere spuitstraalvorm instellen
Spuitbeeld is aan de uiteinden te dik Rondere spuitstraalvorm instellen
Spuitbeeld is tamelijk grofdruppelig Verstuiverluchtdruk verhogen
Opgebrachte materiaal is in het mid-
den van het spuitbeeld erg dun
Verstuiverluchtdruk verlagen
Spuitbeeld is in het midden gespleten
Sproeierdiameter vergroten
Verstuiverluchtdruk verlagen
Materiaaldruk verhogen
Spuitbeeld is erg convex
Materiaaldruk verlagen
Verstuiverluchtdruk verhogen
5.5 Ombouwen van het spuitpistool
De bij het spuitmateriaal passende luchtkop-/ materiaalspuitkop-/ naaldcombinatie
vormt een op elkaar afgestemde eenheid - het spuitkop-inzelstuk. Vervang altijd het
volledige inzetstuk, zodat de gewenste spuitprofielkwaliteit behouden blijft.
Waarschuwing
Schakel, voordat u met het ombouwen begint, altijd eerst de druk van de besturings-
en verstuivingslucht alsook de materiaalloevoer naar het spuitpistool uit i.v.m. gevaar
voor letsels.
Aanwijzing
Om volgende procedures uit te voeren, raden wie u aan u de uitklaptekening aan het
begin van deze gebruiksaanwijzing te gebruiken (Pagina 2).
De luchtkap vervangen
1. Schroef de geribde luchtkapmoer (pos. 1) af van het pistoolhuis (pos. 6).
2. Trek de luchtkap (pos. 2) van het voorzelstuk naar beneden.
3. Plaats de gewenste luchtkap op het pistoolhuis.
4. Schroef de luchtkapmoer op het pistoolhuis.
Vervangen van de materiaalspuitkop en -naald
1. Verwijder de luchtkap (zie 5.5 De luchtkap vervangen).
2. Schroef de materiaalspuitkop (pos. 3) uit het pistoolhuis (SW 13). Demonteer de
dichtingsring (pos. 4) en de luchtverdeelring (pos. 5).
3. Schroef de trekstang (pos. 33) eruit.
4. Schroef de kap (pos. 32) van het pistoolhuis.
5. Trek de naald (pos. 25-29) uit het pistoolhuis.
Het monteren van het nieuwe nozzle-inzelstuk en van de overige onderdelen gebe-
urt in omgekeerde volgorde.
6 Onderhoud
6.1 Veiligheidsinstructies
Schakel voordat u met onderhoudswerkzaamheden gegint, allijd eerst de druk
van de besturingsen verstuvingslucht alsook van de materiaalloevoer naar het
spuitpistool uit p gevaar voor letsels.
Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van
licht entvlambare stoffen (zoals reinigingsmiddelen)is er verhoogd risico op
brand en ontploffing.
Respecteer de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel.
Vooral agressieve en bijtende reinigingsmiddelen kunnen schade aan de
gezondheid veroorzaken.
6.2 Basisreiniging
Om de levensduur en de werking van het spuitpistool lang te vrijwaren, moet het
pistool regelmatig worden gereinigd en gesmeerd.
Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool alleen die reinigingsmiddelen, die door
de fabrikant van de volgende bestandden bevallen:
gehalogeneerde koolwaterstoffen (zoals 1,1,1, trichloorethaan, methyleenchlo-
rid enz.);
zuren en zuurhoudende reinigingsmiddelen;
gerecycleerde oplosmiddelen (verbunde middelen);
ontlakkingsmiddelen.
De hiertoeven opgesomde bestanddelen veroorzaken bij gegalvaniseerde onderde-
len chemische reakties en schade als gevolg van corrosie.
Voor schade die het gevolg is van een dergelijke behandeling geeft WALTHER
Spritz- und Lackiersysteme geen garantie.
Reinig het spuitpistool
voor elke verandering van verf of materiaal.
wekelijks minstens eenmaal.
wekelijks verschillende malen in functie van het materiaal en de grad van
voerontreiniging.
Opgelet
Leg het spuitpistool niet in een oplosmiddel of een ander reinigingsmiddel. Een
onberispelijke werking van het pistool kan anders niet worden gegarandeerd.
Gewenst resultaat
7574
Opgelet
Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool geen harde of puntige voorwerpen. Dit
zou delicate onderdelen kunnen beschadigen en het spuitresultaat verslechteren.
1. Haal het spuitpistool uit elkaar, zie 5.5 De materiaalspuitkop en -naald
vervangen.
2. Reinig de luchtkap en de materiaalspuitkop met een kwast en het reinigingsmid-
del.
3. Reinig alle andere onderdelen en het pistoolhuis met een doek en het reini-
gingsmiddel.
4. Voorzie de volgende onderdelen van een dunne vetfilm:
de afdichtingsring van de zuiger
de O-ring van de zuiger
de materiaalnaald
de naaldveer
Gebruik daarvoor een zuur- en harsvrij vet en een kwast. Vervolgens steekt u het
spuitpistool in omgekeerde volgorde opnieuw in elkaar.
6.3 Routinematige reiniging
Als u regelmatig van verf verandert kunt u na het beeindigen van het spuitwerk (in
functie van het spuitmateriaal) het pistool ook reinigen, zonder dat u het daarbij uit
elkaar moet halen.
Aanwijzing
Reinig en smeer het spuitpistool toch regelmatig zolals beschreven in 6.2
Basisreiniging. Op deze manier bijven de betrouvbaarheid en de kwaliteit van het
spuitpistool behourden.
Voor u de routinematige reiniging kunt uitvoeren, moet aan volgende voorwaarden
voldaan zijn:
1. Het gereinigde materiaalreservoir wordt gevuld met een geschikt reinigingsmid-
del. Aan het spuitpistool mag alleen de materiaaltoevoer onder druk staan. Het
reinigingsmiddel mag niet worden verstoven.
2. Neem het pistool in gebruik, (zie 5.2 Ingetbruikname)
3. Stel het spuitpistool pas buiten gebruik als het alleen nog zuiver reinigingsmid-
del produccert.
Om niet de volledige verstuifinstallatie te moeten starten, kunt u de materiaaltoevoer
van de PILOT WA 400 - WA 430 en WA 470-K - WA 473-K ook manueel deblokkeren.
Schakel nu alle druk aan de verstuivingsinstallatie uit lot het volgende gebruik ervan.
7 Instandsetzung
Waarschuwing
Schakel voordat u met herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van
de besturings- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoe voer naar het spuit-
pistool uit p gevaar voor letsels.
Aanwijzing
Om volgende procedures uit te voeren gebruikt u de uitklaptekening aan het begin
deze gebruiksaanwijzing (site 2).
7.1 Lekkende naaldpakking vervangen
1. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit.
2. Schroef de trekstang (pos. 33) eruit.
3. Schroef de kap (pos. 32) uit het pistoolhuis (pos. 6).
4. Verwijder de draadbus (pos. 31) uit het pistoolhuis (SW 27).
5. Neem de zuigerveer (pos. 30) eruit.
6. Trek de zuiger en de materiaalnaald (pos. 25-29) uit het pistoolhuis.
7. De packingsschroef (pos. 21) wordt eruitgedraaid.
8. Verwijder de packingsveer (pos. 20) en het drukstuk (pos. 19).
9. Trek de naaldpacking (pos. 18) met een stuk gereedschap uit de zitting. Gebruik
daarbij een stuk ijzerdraad, waarvan het uiteinde tot een kleine haak gebogen
wordt.
10. Vet de nieuwe naaldpakking in met een zuur- en harsvrij vet.
11. Plaats de nieuwe naaldpakking in het pistoolhuis
Het montieren van de overige onderdelen gebeurt in omgekeerde volgorde.
Aanwijzing
De naaldpakking (pos. 18) die u uit het pistoolvoorzetstuk hebt gehaald, mag u niet
opnieuw gebruiken, omdat een lekvrije werking in dat geval niet gewaarborgd is.
7.2 Vervangen van materiaalspuitkop, -naald, veren en afdichtingen
Haal het spuitpistool uit elkaar zoals beschreven onder 5.5 Materiaalspuitkop en -
naald vervangen , als de volgende onderdelen moeten vervangen worden:
materiaalnozzle
drukveer van de zuiger
materiaalnaald*
naaldveer*
manchet van de zuiger*
O-ring van de zuiger*
Aanwijzing
De met * aangeduide onderdelen moet voor het monteren in het pistoolhuis worden
gesmeerd m.b.v. een zuur- en harsvrij vet.
1. Trek de trekstang van het spuitpistool naar achter. De
materiaaltoevoer wordt geopend en materiaalkanaal en
-spuitkop kunnen worden gereinigd.
2. Stel het spuitpistool pas buiten gebruik als het alleen
nog zuvier reinigingsmiddel produceert.
7776
WALTHER houdt de types PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies
voor verwerking van lijm PILOT WA 470-K - WA 473-K reparatiesets beschikbaar,
waarin alle slijtende onderdelen zitten:
Art. -n.: V 16 400 06 . . 3 (WA 400 / WA 410)
Art. -n.: V 16 420 03 . . 3 (WA 420 / WA 430)
Art. -n.: V 16 580 02 . . 3 (WA 400-K - WA 473-K)
De slijtende onderdelen worden ook in de lijst met vervangstukken opgesomd (aan-
geduid in vetjes).
8 Storingen opsporen en verhelpen
Waarschuwing
Schakel voordat u met onderhouds- of herstellingswerkzaamheden begint, altijd
eerst de druk van de besturings- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevo-
er naar het spuitpistool uit p gevaar voor letsels.
Fout Oorzak Oplossing
Pistool drupt
Materiaalspuitkop of -naaldve-
rontreinigd
Materiaalspuitkop of -naald
beschadigd
Pakkingsschroef te hardtzo-
gen aangedraaid
zie 5.5 Vervangen van de Materiaalspuikop
of -naald demonteren en reinigen
zie 7.2 Materiaalspuitkop of -naald vervan-
gen
Pakkingschroef (pos. 21) met
schroevdraaier lichtjes lossen
Pistool opent niet Te weinig besturingslucht besturingslucht verhogen tot min 4,5 bar
Materiaal lekt uit de lek-
boring
Naaldpakking lekt
De Pakkingsschroef is te los
zie 7.1 Naaldpakking vervangen
de Pakkingschroef (pos. 21) met een
schroevdraaier lichtjes aandraien
Schokkende of slingeren-
de spuitstraal
Te weinig materiaal in het
materialre servoir
Materiaal bijvullen (zie ge- bruiksaanwijzing
van de fabrikant van de installatie)
9 Wat te doen me afval
De materialen die bij de reiniging en het onderhoud worden gebruikt, moeten con-
form de wetten en de voorschriften in functie van de substantie en vakkundig worden
verwijderd.
Waarschuwing
Hou in het bijzonder rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van de spuit- en
reinigingsmiddelen. Substanties, die niet op correcte wijze worden afgevoerd,
brengen de gezondheid van mens en dier in gevaar.
10 Technische gegevens
Spuitkop: 0,5 - 0,8 - 1,0 - 1,2 - 1,4 - 1,5 - 1,8 - 2,0 -
2,2 - 2,5 mm ø
Gewicht: 580 g
Aansluiting:
Verstuivingslucht G 1/4“
Besturingslucht G 1/8“
Materiaaltoevoer G 1/4“
Drukbereik:
Besturingsluchtdruk min. 4,5 bar
Materiaaldruk max. 10 bar
Verstuivingsluchtdruk max. 8 bar
Maximale bedrijfstempe-
ratuur van het spuitpistool: 80 °C
Geluidsniveau
(gemetenop ca. 1 m
van het spuitpistool) 86 dB (A)
Luchtverbruik
Modelen PILOT WA 400 / 470-K en
WA 410 / 471-K
Modelen PILOT WA 420 / 472-K en
WA 430 / 473-K
Luchtkap: twee gaten Luchtkap: lagedruk
Verstuivingsluchtdruk
Luchtverbruik Ingangsluchtdruk op
pistool
Luchtverbruik
1,0 bar 18,0 m
3
/h 1,0 bar 12,0 m
3
/h
2,0 bar 24,6 m
3
/h 2,0 bar 16,2 m
3
/h
3,0 bar 29,4 m
3
/h 3,0 bar 18,6 m
3
/h
4,0 bar 33,0 m
3
/h 4,0 bar 21,6 m
3
/h
5,0 bar 36,0 m
3
/h 4,5 bar 22,8 m
3
/h*
6,0 bar 39,0 m
3
/h 6,0 bar 26,4 m
3
/h
* Bij een ingangsluchtdruk van 4,5 bar bedraagt de spuitluchtdruk 0,7 bar.
Technische wijzigingen voorbehouden.
Walther Spritz- und Lackiersysteme GmbH
Kärntner Straße 18 -30
.
D-42327 Wuppertal
T +49 202 787-0
.
F +49 202 787-2217
info@walther-pilot.de
.
www.walther-pilot.de
Das WALTHER PILOT-Programm
Hand-Spritzpistolen
Automatik-Spritzpistolen
Niederdruck-Spritzpistolen (System HVLP)
Zweikomponenten-Spritzpistolen
Materialdruckbehälter
Drucklose Behälter
Rührwerk-Systeme
Airless-Geräte und Flüssigkeitspumpen
Materialumlaufsysteme
Kombinierte Spritz- und Trockenboxen
Absaugsysteme mit Trockenabscheidung
Absaugsysteme mit Nassabscheidung
Trockner
Zuluft-Systeme
Atemschutzsysteme und Zubehör
The WALTHER PILOT programme
Hand-Held Spray Guns
Automatic Spray Guns
Low Pressure Spray Guns (System HVLP)
Two-Component Spray Guns
Material Pressure Tanks
Nonpressurized Tanks
Agitator Systems
Airless Equipment and Transfer Pumps
Material Circulation Systems
Combined Spraying and Drying Booths
Dry Back Overspray Extraction Systems
Wet Back Overspray Extraction Systems
Dryers
Ventilation Systems
Protective Respiratory Systems and
Accessory Items
Le programme de WALTHER PILOT
Pistolets de pulvérisation manuels
Pistolets de pulvérisation automatiques
Pistolets de pulvérisation - basse pression
(Système HVLP)
Installations de marquage
Réservoirs sous pression
Récipients de mélange et de stockage
Appareils de pulvérisation sans air
Pompes de transfert
Murs à aspiration sèche
Murs à rideau d‘eau
Cabines de poudrage
Cabines mixtes peinture-séchage
Installations de soufflage
Etuves
Très nombreux accessoires
Het WALTHER PILOT Programma
Manuele spuitpistolen
Automatische spuitpistolen
Lagedruk-spuitpistolen (systeem HVLP)
Markeerpistolen
Airless apparaten en vloeistofpompen
Druktanks
Drukloze tanks
Circulatiesystemen
Roersystemen
Gecombineered spuit- en droogboxen
Verfnevelafzuigsystemen met droge
afscheiding
Verfnevelafzuigsystemen met natte
afscheiding
Verluchtingsinstallaties
Allerlei accessoires
Technische Änderungen und Irrtümer vorbehalten. © WALTHER PILOT 03/2017

Documenttranscriptie

EG/EU-conformiteitsverklaring Inhoud Explosietekening EG-conformiteitsverklaring Lijst met vervangstukken 2 61 62 1 Algemeen 66 2 Technische beschrijving 67 3 Veiligheidsinstructies 68 1.1 1.2 1.3 3.1 3.2 4 4.1 4.2 5 Aanduiding van de modellen Doelmatig gebruik Ondoelmatig gebruik Montage Bevestiging van het spuitpistool Aansluiten van de toevoerleidingen Bediening 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 Veiligheidsinstructies Ingebruikname en buitengebruikstelling Het spuitprofiel testen Het spuitprofiel veranderen Ombouwen van het spuitpistool 6 Onderhoud Veiligheidsinstructies Basisreiniging Routinematige reiniging 7 Reparatie 7.1 7.2 Fabrikant WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH Kärntner Str. 18 - 30 D - 42327 Wuppertal Tel.: +49(0)202 / 787 - 0 Fax: +49(0)202 / 787 - 2217 www.walther-pilot.de • e-mail: [email protected] Typekentekening Automatische WA 400 WA 410 WA 420 WA 430 spuitpistolen (standard-versie) (rondpomp-versie) (lagedruk-versie) (lagedruk-versie voor rondpomp) 20 20 20 20 540 541 542 543 WA 470-K WA 471-K WA 472-K WA 473-K (verspuiten van lijmen-stand.-vers.) (versp. van lijmen-rondpomp-vers.) (versp. van lijmen-lagedruk-versie) (versp. v. lijmen-lage.-rondp.-versie) 20 20 20 20 580 581 582 583 66 66 67 Aanduiding van de veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies 6.1 6.2 6.3 De fabrikant verklaart onder geheel eigen verantwoording dat het hierna beschreven product aan de algemeen aanvaarde veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voldoet. Bij een niet met ons besproken wijziging aan het hierna beschreven product of bij oneigenlijk gebruik verliest deze verklaring haar geldigheid. 68 68 69 69 69 70 70 70 70 71 72 73 Lekkende naaldpakking vervangen Vervanging van materiaalspuitkop, -naald, veren en afdichtingen verwerking van verstuifbare stoffen EG-machinerichtlijnen 2006/42/EG 2014/34/EU (ATEX richtlijnen) DIN EN ISO 12100 DIN EN 1953 DIN EN 1127-1 DIN EN 13463-1 DIN EN 13463-5 Specificatie overeenkomstig richtlijn 2014/34/EU Categorie 2 II 2 G c T 5 Typenummer Tech.File,Ref.: 2407 73 73 74 Gemachtigd voor de samenstelling van de technische documentatie: Nico Kowalski, WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Kärntner Str. 18 - 30 D- 42327 Wuppertal 75 NB: Het product moet worden ingebouwd in een ander apparaat. De ingebruikname is niet geoorloofd, totdat de conformiteit van het eindproduct met de richtlijn 2006/42/EC is vastgesteld. 75 75 8 Storingen opsporen en verhelpen 76 9 Wat te doen met afval 76 10 Technische gegevens 77 60 Doelmatig gebruik Toegepaste normen en richtlijnen Wuppertal, de 2 november 2016 ppa. Naam: Torsten Bröker Positie: Manager Constructie en Ontwikkeling Deze verklaring is geen garantie en kan derhalve niet worden gebruikt bij kwesties m.b.t. aansprakelijkheid. Raadpleeg s.v.p. de veiligheidsvoorschriften in de productdocumentatie. 61 Lijst met vervangstukken: Lijst met vervangstukken: Pos. Omschrijving 1 Luchtkopmoer PILOT WA 400 Standard PILOT WA 410 rondpomp-versie PILOT WA 420 HVLP PILOT WA 430 HVLP-rondpomp-versie V 20 540 V 20541 V 20 542 V 20 543 Aantal 1 Vervangstuk-n V 11 360 04 300 Aantal Vervangstuk-n Pos. Omschrijving 1 V 11 360 04 300 1 Luchtkopmoer spuitkopgruite 0,5 - 1,8 mm ø spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø Vervangstuk-n Aantal Vervangstuk-n 1 V 11 360 04 300 1 V 11 360 04 300 Luchtkop naar keuze Luchtkop naar keuze 2 Aantal 1 V 11 360 30 060* V 11 360 30 210* 1 V 11 360 30 060* 2 spuitkopgruite 0,5 - 1,8 mm ø spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø V 11 360 30 210* 1 V 11 631 11 061* V 11 631 11 211* 1 V 11 631 11 061* V 11 631 11 211* 3 Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 601 40 . . 3* 1 V 11 601 40 . . 3* 3 Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 601 40 . . 3* 1 V 11 601 40 . . 3* 4 Tussenring 2 V 09 002 16 000 2 V 09 002 16 000 4 Tussenring 2 V 09 002 16 000 2 V 09 002 16 000 5 Luchtverdeelring 1 V 11 601 04 000 1 V 11 601 04 000 5 Luchtverdeelring 1 V 11 631 04 000 1 V 11 631 04 000 6 Pistoolhuis 1 V 20 540 10 000 1 V 20 540 30 000 6 Pistoolhuis 1 V 20 540 50 000 1 V 20 540 55 000 7 Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 7 Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 8 Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 8 Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 9 Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003 9 Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003 11 Stop 1 V 20 540 33 005 - - 11 Stop 1 V 20 540 33 005 - - 12 O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 12 O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 13 Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 13 Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 14 Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 14 Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 15 Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 15 Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 17 Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 17 Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 18 Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 18 Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 19 Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 19 20 Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 20 Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 21 Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 21 Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 22 O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 22 O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 23 Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 23 Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 24 Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 24 Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 25 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 540 20 . . 3* 1 V 20 540 20 . . 3* 25 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 540 20 . . 3* 1 V 20 540 20 . . 3* 26 Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 26 Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 27 Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 27 Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 28 Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 28 Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 29 Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 29 Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 30 Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 30 Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 31 Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 31 Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 32 Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 32 Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 33 Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 33 Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 62 63 Andere luchtkoppen op aanvraag verkrijgbaar. PILOT WA 470-K lijmen-Standard PILOT WA 471-K lijmen-rondpomp PILOT WA 472-K lijmen- HVLP PILOT WA 473-K lijmen HVLP-rondpomp * Vermeldt voor het leveren van vervangstukken de overeenkomstige maten. V 20 580 V 20 581 V 20 582 V 20 583 Pos. Omschrijving Aantal Aantal Aantal Aantal Lijst met vervangstukken: Wij raden aan alle in vet weergegeven vervangstukken (slijtende on- derdelen), in voorraad te houden. 1 Luchtkopmoer 1 Vervangstuk-n V 11 360 04 300 1 Vervangstuk-n V 11 360 04 300 1 Vervangstuk-n V 11 360 04 300 1 Vervangstuk-n V 11 360 04 300 Luchtkop naar keuze 2 spuitkopgruite 0,5 - 1,0 mm ø spuitkopgruite 1,2 - 1,8 mm ø V 11 631 12 055* 1 spuitkopgruite 2,0 - 2,5 mm ø V 11 631 12 205* V 11 631 12 055* 1 V 11 631 12 205* V 11 631 12 255* V 11 631 12 055* 1 V 11 631 12 255* V 11 631 12 205* 1 V 11 631 12 255* V 11 631 12 055* Spuitkopsets V 11 631 12 205* Spuitkopsets bestaan uit luchtkop, materiaalspuitkop en materiaalnaald. Vervangstuk-n V 11 631 12 255* 3 Materiaalspuitkop naar keuze 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3* 1 V 11 641 40 . . 3* PILOT WA 400 / 410 V 15 400 06 . . 3 5 Luchtverdeelring 1 V 11 601 04 000 1 V 11 601 04 000 1 V 11 631 04 000 1 V 11 631 04 000 PILOT WA 420 / 430 V 15 420 03 . . 3 6 Pistoolhuis 1 V 20 580 01 000 1 V 20 581 01 000 1 V 20 582 01 000 1 V 20 583 01 000 7 Afsluitstop 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 1 V 20 540 40 003 PILOT WA 470-K - WA 473-K V 15 580 02 . . 3 8 Breed- Rondstraalregeling 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 2 V 11 601 20 000 9 Materiaalansluitnippell 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003 1 V 20 540 22 003 2 V 20 540 22 003 11 Stop 1 V 20 540 33 005 - - 1 V 20 540 33 005 - - Uitvoering spuitkop naar keuze: 12 O-ring 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 1 V 09 103 18 000 ▪ 0,5 ▪ 0,8 ▪ 1,0 ▪ 1,2 ▪ 1,4 ▪ 1,5 ▪ 1,8 ▪ 2,0 ▪ 2,2 ▪ 2,5 mm ø 13 Snel-schroefverbinding compl. 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 1 V 66 100 02 027 14 Afdichting 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 1 V 66 100 02 223 15 Dubbele nippel 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 1 V 00 101 01 000 17 Bevestigingsbout 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 1 V 20 510 21 003 18 Naaldpakking compl. 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 19 Drukstuk 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 1 V 10 361 07 000 20 Pakkingsveer 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 1 V 20 510 12 003 21 Pakkingsschroef 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 1 V 20 510 11 003 22 O-ring 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 1 V 09 103 30 001 23 Dichtingsschroef 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 1 V 20 540 23 004 24 Groefring 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 1 V 09 222 00 000 25 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3* 1 V 20 580 30 . . 3* 26 Zuiger 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 1 V 20 540 26 004 27 Potmanchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 28 Klemring 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 1 V 20 540 25 004 29 Borgmoer 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 1 V 20 540 17 003 30 Zuigerveer 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 1 V 20 540 16 003 31 Draadbus compl. 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 1 V 20 540 31 000 32 Kap compl. 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 1 V 20 540 35 000 33 Trekstang compl. 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 1 V 20 540 39 000 64 65 1 1.1 Allgemeen Aanduiding van de modellen temperatuurklasse. Modellen: Automatische spuitpistolen PILOT WA 400, WA 410, WA 420, WA 430, WA 470-K, WA 471-K, WA 472-K, WA 473-K Typen: WA 400 WA 410 WA 420 WA 430 WA 470-K WA 471-K WA 472-K WA 473-K (standard-versie) (rondpomp-versie) (HVLP-versie) (HVLP-versie voor rondpomp) (voor het verspuiten van lijmen-standard-versie) (voor het verspuiten van lijmen-rondpomp-versie) (voor het verspuiten van lijmen-HVLP-versie) (v. h. verspuiten v. lijmen-HVLP-rondpomp-versie) 20 540 20 541 20 542 20 543 20 580 20 581 20 582 20 583 Fabrikant: WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH Kärntner Str. 18-30 D-42327 Wuppertal Tel.: 00 49 202 / 787-0 Fax: 00 49 202 / 787-2217 www.walther-pilot.de • Email: [email protected] 1.2 Doelmatig gebruik De automatische spuitpistolen PILOT WA 400, WA 410, WA 420, WA 430 WA 470-K, WA 471-K, WA 472-K en WA 473-K zijn uitsluitend bedoeld voor de verwerking van verstuifbare stoffen. Aangezien alle materiaalgeleidende delen uit edelstaal zijn vervaardigd, kunnen ook waterhoudende en agressieve stoffen worden verstoven, waaronder: • verven en lakken; • vetten, olien en anticorrosiemiddelen; • lijmen; • ceramische glazuren • zuurhoudende stoffen en • beitsen. Als de stoffen die u wilt verspuiten niet in deze lijst voorkomen, neem dan contact op met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Wuppertal. De verstuifbare stoffen mogen alleen op werkstukken of voorwerpen worden aangebracht. De temperatuur van de te verstuiven stof mag in principe niet hoger liggen dan 80°C. De modellen PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies voor verwerking van lijm PILOT WA 470-K - WA 73-K zijn geen manueel bediende spuitpistolen en moeten daarom in een geschickte houder worden geplaatst. Doelmatig gebruik betekent ook, dat alle instructies en aanwijzingen van deze handleiding gelezen, begrepen en nageleefd worden. Het apparaat voldoet aan de eisen bescherming tegen explosie, richtlijn 2014/34/EU (ATEX) voor de op het typeplaatje aangegeven explosiegroep, categorie apparaat en 66 Bij gebruik van het apparaat is het noodzakelijk dat de in de gebruiksaanwijzing omschreven bepalingen worden aangehouden. De voorgeschreven inspectie- en ondehoudsintervallen moeten worden waargenomen. De gegevens op het typeplaatje resp. de informatie in het hoofdstuk Technische Gegevens moeten worden aangehouden en mogen niet worden overschreden. Er mag absoluut geen overbelasting van het apparaat ontstaan. Het apparaat mag in toepassingsgebieden met gevaar voor explosie alleen worden ingezet met toestemming van de verantwoordelijke overheidsinstantie. Het is aan de verantwoordelijke overheidsinstantie resp. de exploitant de mate van explosiegevaar vast te stellen (indeling in zones). Het is aan de exploitant te controleren en ervoor te zorgen dat alle technische gegevens en de kentekening overeenkomstig ATEX met de noodzakelijke voorschriften overeenstemmen. In geval van gebruik, waarbij door een evtl. uitval van het apparaat een gevaar voor personen zou kunnen ontstaan, zijn door de exploitant passende veiligheidsmaatregelen te nemen. Als er bij gebruik onzekerheid ontstaat, doordat het apparaat naar mening van de exploitant niet naar believen functioneert, moet het apparaat onmiddellijk worden stopgezet en moet met contact worden opgenomen met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme. Aarding/potentiaalnormalisatie Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 106 Ω). 1.3 Ondoelmatig gebruik Het spuitpistool mag niet op een andere wijze worden gebruikt dan beschreven onder Doelmatig gebruik. Elk ander gebruik is ondoelmatig. Ondoelmatig gebruik is bijvoorbeeld: • het verstuiven van stoffen op mensen en dieren, • het verstuiven van vloeibare stikstof. 2 Technische beschrijving De modellen PILOT WA 400 - WA 430 en WA 470-K - WA 473-K werken automatisch met behulp van persluchtsturing en worden aangestuurd via een 3/2-wegsstuurventiel. Hiervoor kunnen hand-, voet- of magneetnozzels worden gebruikt. Als het 3/2-wegsstuurventiel wordt geactiveerd, komt de voor de aansturing noodzakelijke perslucht in de cilinderruimte van het spuitpistool en wordt de maeriaaltoevoer geopend. 67 Als de besturingslucht via het 3/2-wegstuurventiel opnieuw wordt onderbroken, ontsnapt eerst de perslucht die zich in de cilinderruimte bevindt. De veerdruk van de zuigerveer drukt daarna de materiaalnaald opnieuw in de uitgangspositie en sluit zo de materiaaltoevoer af. Het materiaaldebiet en de vorm van de spuitstraal (vlak / breed / rond) worden ingesteld met behulp van regelschroeven aan het pistool. Het materiaaltoevoersysteem van de modellen PILOT WA 400 - WA 430 en WA 470-K - WA 473-K kan manueel worden geopend om bijvoorbeeld een verstopte nozzle te reinigen. De modellen PILOT WA 410 / 471-K en WA 430 / 473-K met dubbele aansluiting voor de toevoer van het materiaal kunnen in een rondpompsysteem worden geintegreerd. Op deze manier kunnen verschillende spuitpistolen via de ringvormig geinstalleerde rondpompleiding gelijktijdig worden voorzien van spuitmateriaal. De spuitpistolen PILOT WA 400 / 470-K en WA 420 / 472-K kunnen worden aangesloten aan materiaaldrukvaten en pompinstallaties. De modellen PILOT WA 420 / 472-K en WA 430 / 473-K zijn zuivere lagedruk-spuitpistolen. Ze werken met een spuitdruk van 0,7 bar bij ingangsdruk van 4,5 bar. 3 3.1 Veiligheidsinstructies Aanduiding van de veiligheitsinstructies de onder druk staande spuitkop van het spuitpistool - letselrisico. Richt het spuitpistool niet op personen en dieren - letselrisico. Neem de verwerkings- en veiligheidsinstructies van de fabrikanten van spuitmateriaal en reinigingsmiddel in acht. Vooral agressieve en bijtende materialen kunnen schade aan de gezondheid veroorzaken. De met deeltjes geladen afgewerkte lucht moet uit de buurt van het werkgebied en het bedrijfspersoneel worden gehouden. Draag desondanks de voorgeschreven ademhalingsbescherming en de voorgeschreven werkkleding, als u met het spuitpistool materialen verwerkt. Rondzwevende deeltjes vormen een gevaar voor uw gezondheid. Draag oorbescherming tijdens het werken met het spuitpistool. Het door het spuitpistool geproduceerde geluidsniveau bedraagt ca. 86 dB (A). Let er steeds op dat bij de inbedrijfstelling, vooral na montage- en onderhoudswerkzaamheden alle moeren en schroeven stevig zijn vastgedraaid. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen, omdat WALTHER uitsluitend voor deze onderdelen een veilige en perfecte functie kan garanderen. Wend u voor informatie over een risicoloos gebruik van het spuitpistool en de daarin gebruikte materialen tot WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, D-42327 Wuppertal. Waarschuwing Het symbool en het woord „Warschuwing“ wijzen op een mogelijk gevaar voor personen. Mogelijke gevolgen: zware of lichte verwondingen. 4 Opgelet Het symbool en het woord „Opgelet“ wijzen op een mogelijk gevaar voor zaken. Mogelijke gevolgen: beschadigung vaan voorwerpen. 4.1 Montage Het spuitpistool is door de fabrikant volledig gemonteerd. Voordat u het spuitpistool in bedrijf kunt nemen, moet eerst het volgende gebeuren. Bevestiging van het spuitpistool Bevestig het spuitpistool aan een geschikte, stevige houder, zoals beschreven in het volgende voorbeeld: Aanwijzing Het symbool en het woord „Aanwijzing“ geven aanvullende informatie voor het veilig en efficiet gebruik van het spuitpistool. 3.2 Gebruik hiervoor de bevestigingsbout (1), diameter 12 mm. Andere bevestigingsmiddelen op aanvraag. 1 Algemene veiligheidsinstructies De desbetreffende ongevalpreventievoorschriften en de overige erkende veiligheidstechnische en op het werk betrekking hebbende medische regels dienen in acht te worden genomen. Gebruik het spuitpistool uitsluitend in goed geventileerde ruimten. Tijdens het werk is vuur, niet afgeschermd licht en roken verboden Bij het verspuiten van licht ontvlambare materialen (b.v. lakken, lijm, reinigingsmiddelen enz.) bestaat een verhoogd gezondheids-, explosie- en brandrisico. 4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen Waarschuwing Let erop, dat u de aansluitingen voor de besturings- en de verstuivingslucht niet met elkaar verwisselt p gevaar voor letsels. 4 Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 106 Ω). Maak vóór ieder onderhoud en reparatie de lucht- en materiaaltoevoer naar het spuitpistool vrij van druk- letselrisico. Houd bij het verspuiten van materialen geen handen of andere lichaamsdelen voor 68 3 2 1 69 4 1 2 3 4 = = = = Materiaalaansluiting (G 1/4“) Stuurluchtaansluiting (G 1/8“) met ST gemerkte Spuitluchtaansluiting (G 1/4“) met Z gemerkte Materiaalaansluiting voor rondpompversies PILOT WA 410 / 471-K en WA 430 / 473-K Het spuitpistool is nu volledig gemonteerd en kan in bedrijf worden gesteld. 5 5.1 Bediening Veiligheidsinstructies Let bij de bediening van het spuitpistool in het bijzonder op de volgende veiligheidsinstructies! • Draag adembescherming en werkkleiding die aan de voorschriften beantwoor den, als u met het spuitpistool materialen verstuift. Zwevende deeltjies zijn een gevaar voer uw gezendheid. • Draag bij het werken met het spuitpistool en oorbescherming. Het geluidsniveau van het spuitpistool bereikt ca. 86 dB (A) en kan schade aan het gehoor veroor zaken. • Voor open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van licht ontvlambare stoffen (zoals lakken, lijmen) is er verhoogd risico op brand en entploffing. 5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling Voordat u het spuitpistool in gebruik neemt, moet volgende voorwaarden voldaan zijn: • De toevoer van besturingslucht naar het spuitpistool staat ender druk. • De toevoer van verstuingslucht naar het spuitpistool staat ender druk. • De materiaaltoevoer naar het spuitpistool staat ender druk. Opgelet De materiaaltoevoerdruk mag niet hoger ingesteld zijn dan: • 10 bar, aangezien de betrouwbare werking van het spuitpistool anders niet gewaarborgd is. Stel de besturingsluchtdruk in op • minstens 4,5 bar, zodat het spuitpistool in gebruik kan worden genomen. U kunt het spuitpistool in gebruik nemen en buiten bedrijf stellen door het 3/2-wegsstuurventiel te activeren (zie de handleiding van de fabrikant van de installatie). Waarschuwing Na beendiging van het werk moet de druk aan het spuitpistool altijd worden uitgeschakeld. Onder druk staande leidingen kunnen barsten en personen in de onmiddelijke omgeving kunnen door het vrijkomende materiaal worden verwond. 5.3 Het • • • Het spuitprofiel testen spuitprofiel moet altijd worden getest als: het spuitpistool voor het eerst in gebruik wordt genomen; ander verstuifmateriaalwordt gebruikt; het spuitpistool voor onderhouds- of herstellingswerkzaamheden werd gedemon teerd; 70 Het spuitprofiel kan worden getest op een testwerkstuk, een metalen plaat, karton of papier. Waarschuwing Houd bij het verstuiven van materiaal geen handen of andere lichaams delen voor de onder druk staande nozzle van het spuitpistool p gevaar voor letsels. Waarschuwing Let er bij de ingebruikname van het spuitpistool op dat er zich enkeke persoon in het verstuifbereik van het pistool bevindt - gevaar voor letsels. 1. 2. Neem het pistool in gebruik om het spuitprofiel te testesten (zie 5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling). Controleer het resultaat van de test en pas indien nodig de instellingen het spuitpistool aan (zie 5.4 Het spuitprofiel veranderen). 5.4 Het spuitprofiel veranderen Aan de PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies voor verwerking van lijm PILOT WA 470-K - WA 473-K kunt u met de volgende instellingen het spuitprofiel wijzigen. Spuitlucht instellen R B Met behulp van de twee regelschroeven (R) en (B) kunt u een optimaal spuitprofiel instellen. Regelschroef (R) beinvloedt de rondheid van het profiel, regelschroef (B) de breedle of vlakheid van het profiel. Instelling van het materiaaldebiet 1 2 Draai kap (1) uit de basispositie (= inkeping op het zuigerhuis) • naar binnen om het materiaaldebiet te verminderen • naar binnen om het materiaaldebiet te verhogen. Met trekstang (2) kan het materiaaldebiet door de spuitkop worden bediend zonder de verstuivingslucht in te schakelen. Regelen van de materiaaldruk Deze kan alleen aan de pomp of aan het druk reservoir worden ingesteld. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant. Regelen van de verstuivingsluchtdruk De verstuivingsluchtdruk wordt ingesteld aan het drukluchtreduceerventiel van de 71 compressorinstallatie. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant. Als u het spuitprofiel niet naar wens kunt instellen met de vermelde mogelijkheden, moet u het spuitpistool ombouwen.(zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool ). WALTHER biedt hiervoor een gamma uileenlopende luchtkop-, spuitkop- en naaldcombinaties aan. Gebreken van een spuitprofiel verhelpen Uit de volgende tabel kunt u afleiden met welke instellingen u het spuitprofiel kunt beinvloeden. Gewenst resultaat Spuitbeeldproef 5.5 Afwijking Vereiste instelling Spuitbeeld is in het midden te dik • Bredere spuitstraalvorm instellen Spuitbeeld is aan de uiteinden te dik • Rondere spuitstraalvorm instellen Spuitbeeld is tamelijk grofdruppelig • Verstuiverluchtdruk verhogen Opgebrachte materiaal is in het midden van het spuitbeeld erg dun • Verstuiverluchtdruk verlagen Spuitbeeld is in het midden gespleten • Sproeierdiameter vergroten • Verstuiverluchtdruk verlagen • Materiaaldruk verhogen Spuitbeeld is erg convex • Materiaaldruk verlagen • Verstuiverluchtdruk verhogen Ombouwen van het spuitpistool De bij het spuitmateriaal passende luchtkop-/ materiaalspuitkop-/ naaldcombinatie vormt een op elkaar afgestemde eenheid - het spuitkop-inzelstuk. Vervang altijd het volledige inzetstuk, zodat de gewenste spuitprofielkwaliteit behouden blijft. Waarschuwing Schakel, voordat u met het ombouwen begint, altijd eerst de druk van de besturingsen verstuivingslucht alsook de materiaalloevoer naar het spuitpistool uit i.v.m. gevaar voor letsels. Aanwijzing Om volgende procedures uit te voeren, raden wie u aan u de uitklaptekening aan het begin van deze gebruiksaanwijzing te gebruiken (Pagina 2). De luchtkap vervangen 1. 2. 3. 4. Schroef de geribde luchtkapmoer (pos. 1) af van het pistoolhuis (pos. 6). Trek de luchtkap (pos. 2) van het voorzelstuk naar beneden. Plaats de gewenste luchtkap op het pistoolhuis. Schroef de luchtkapmoer op het pistoolhuis. 72 Vervangen van de materiaalspuitkop en -naald 1. 2. Verwijder de luchtkap (zie 5.5 De luchtkap vervangen). Schroef de materiaalspuitkop (pos. 3) uit het pistoolhuis (SW 13). Demonteer de dichtingsring (pos. 4) en de luchtverdeelring (pos. 5). 3. Schroef de trekstang (pos. 33) eruit. 4. Schroef de kap (pos. 32) van het pistoolhuis. 5. Trek de naald (pos. 25-29) uit het pistoolhuis. Het monteren van het nieuwe nozzle-inzelstuk en van de overige onderdelen gebeurt in omgekeerde volgorde. 6 6.1 • • • 6.2 Onderhoud Veiligheidsinstructies Schakel voordat u met onderhoudswerkzaamheden gegint, allijd eerst de druk van de besturingsen verstuvingslucht alsook van de materiaalloevoer naar het spuitpistool uit p gevaar voor letsels. Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van licht entvlambare stoffen (zoals reinigingsmiddelen)is er verhoogd risico op brand en ontploffing. Respecteer de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel. Vooral agressieve en bijtende reinigingsmiddelen kunnen schade aan de gezondheid veroorzaken. Basisreiniging Om de levensduur en de werking van het spuitpistool lang te vrijwaren, moet het pistool regelmatig worden gereinigd en gesmeerd. Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool alleen die reinigingsmiddelen, die door de fabrikant van de volgende bestandden bevallen: • gehalogeneerde koolwaterstoffen (zoals 1,1,1, trichloorethaan, methyleenchlorid enz.); • zuren en zuurhoudende reinigingsmiddelen; • gerecycleerde oplosmiddelen (verbunde middelen); • ontlakkingsmiddelen. De hiertoeven opgesomde bestanddelen veroorzaken bij gegalvaniseerde onderdelen chemische reakties en schade als gevolg van corrosie. Voor schade die het gevolg is van een dergelijke behandeling geeft WALTHER Spritz- und Lackiersysteme geen garantie. Reinig het spuitpistool • voor elke verandering van verf of materiaal. • wekelijks minstens eenmaal. • wekelijks verschillende malen in functie van het materiaal en de grad van voerontreiniging. Opgelet Leg het spuitpistool niet in een oplosmiddel of een ander reinigingsmiddel. Een onberispelijke werking van het pistool kan anders niet worden gegarandeerd. 73 Opgelet Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool geen harde of puntige voorwerpen. Dit zou delicate onderdelen kunnen beschadigen en het spuitresultaat verslechteren. 1. Haal het spuitpistool uit elkaar, zie 5.5 De materiaalspuitkop en -naald vervangen. 2. Reinig de luchtkap en de materiaalspuitkop met een kwast en het reinigingsmiddel. 3. Reinig alle andere onderdelen en het pistoolhuis met een doek en het reinigingsmiddel. 4. Voorzie de volgende onderdelen van een dunne vetfilm: • de afdichtingsring van de zuiger • de O-ring van de zuiger • de materiaalnaald • de naaldveer Gebruik daarvoor een zuur- en harsvrij vet en een kwast. Vervolgens steekt u het spuitpistool in omgekeerde volgorde opnieuw in elkaar. 6.3 Routinematige reiniging Als u regelmatig van verf verandert kunt u na het beeindigen van het spuitwerk (in functie van het spuitmateriaal) het pistool ook reinigen, zonder dat u het daarbij uit elkaar moet halen. Aanwijzing Reinig en smeer het spuitpistool toch regelmatig zolals beschreven in 6.2 Basisreiniging. Op deze manier bijven de betrouvbaarheid en de kwaliteit van het spuitpistool behourden. Voor u de routinematige reiniging kunt uitvoeren, moet aan volgende voorwaarden voldaan zijn: 1. 2. 3. Het gereinigde materiaalreservoir wordt gevuld met een geschikt reinigingsmiddel. Aan het spuitpistool mag alleen de materiaaltoevoer onder druk staan. Het reinigingsmiddel mag niet worden verstoven. Neem het pistool in gebruik, (zie 5.2 Ingetbruikname) Stel het spuitpistool pas buiten gebruik als het alleen nog zuiver reinigingsmiddel produccert. Om niet de volledige verstuifinstallatie te moeten starten, kunt u de materiaaltoevoer van de PILOT WA 400 - WA 430 en WA 470-K - WA 473-K ook manueel deblokkeren. Schakel nu alle druk aan de verstuivingsinstallatie uit lot het volgende gebruik ervan. 1. 2. Trek de trekstang van het spuitpistool naar achter. De materiaaltoevoer wordt geopend en materiaalkanaal en -spuitkop kunnen worden gereinigd. Stel het spuitpistool pas buiten gebruik als het alleen nog zuvier reinigingsmiddel produceert. 74 7 Instandsetzung Waarschuwing Schakel voordat u met herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van de besturings- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoe voer naar het spuitpistool uit p gevaar voor letsels. Aanwijzing Om volgende procedures uit te voeren gebruikt u de uitklaptekening aan het begin deze gebruiksaanwijzing (site 2). 7.1 Lekkende naaldpakking vervangen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit. Schroef de trekstang (pos. 33) eruit. Schroef de kap (pos. 32) uit het pistoolhuis (pos. 6). Verwijder de draadbus (pos. 31) uit het pistoolhuis (SW 27). Neem de zuigerveer (pos. 30) eruit. Trek de zuiger en de materiaalnaald (pos. 25-29) uit het pistoolhuis. De packingsschroef (pos. 21) wordt eruitgedraaid. Verwijder de packingsveer (pos. 20) en het drukstuk (pos. 19). Trek de naaldpacking (pos. 18) met een stuk gereedschap uit de zitting. Gebruik daarbij een stuk ijzerdraad, waarvan het uiteinde tot een kleine haak gebogen wordt. 10. Vet de nieuwe naaldpakking in met een zuur- en harsvrij vet. 11. Plaats de nieuwe naaldpakking in het pistoolhuis Het montieren van de overige onderdelen gebeurt in omgekeerde volgorde. Aanwijzing De naaldpakking (pos. 18) die u uit het pistoolvoorzetstuk hebt gehaald, mag u niet opnieuw gebruiken, omdat een lekvrije werking in dat geval niet gewaarborgd is. 7.2 Vervangen van materiaalspuitkop, -naald, veren en afdichtingen Haal het spuitpistool uit elkaar zoals beschreven onder 5.5 Materiaalspuitkop en naald vervangen , als de volgende onderdelen moeten vervangen worden: • materiaalnozzle • drukveer van de zuiger • materiaalnaald* • naaldveer* • manchet van de zuiger* • O-ring van de zuiger* Aanwijzing De met * aangeduide onderdelen moet voor het monteren in het pistoolhuis worden gesmeerd m.b.v. een zuur- en harsvrij vet. 75 WALTHER houdt de types PILOT WA 400 - WA 430 en de overeenkomstige versies voor verwerking van lijm PILOT WA 470-K - WA 473-K reparatiesets beschikbaar, waarin alle slijtende onderdelen zitten: Art. -n.: V 16 400 06 . . 3 (WA 400 / WA 410) Art. -n.: V 16 420 03 . . 3 (WA 420 / WA 430) Art. -n.: V 16 580 02 . . 3 (WA 400-K - WA 473-K) De slijtende onderdelen worden ook in de lijst met vervangstukken opgesomd (aangeduid in vetjes). 8 Storingen opsporen en verhelpen Waarschuwing Schakel voordat u met onderhouds- of herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van de besturings- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit p gevaar voor letsels. Fout Pistool drupt Pistool opent niet Materiaal lekt uit de lekboring Schokkende of slingerende spuitstraal 9 10 Technische gegevens Spuitkop: 0,5 - 0,8 - 1,0 - 1,2 - 1,4 - 1,5 - 1,8 - 2,0 - 2,2 - 2,5 mm ø Gewicht: 580 g Aansluiting: Verstuivingslucht G 1/4“ Besturingslucht G 1/8“ Materiaaltoevoer G 1/4“ Drukbereik: Besturingsluchtdruk min. 4,5 bar Materiaaldruk max. 10 bar Verstuivingsluchtdruk max. 8 bar Maximale bedrijfstemperatuur van het spuitpistool: 80 °C zie 7.2 Materiaalspuitkop of -naald vervangen Geluidsniveau (gemetenop ca. 1 m van het spuitpistool) 86 dB (A) Pakkingsschroef te hardtzogen aangedraaid Pakkingschroef (pos. 21) met schroevdraaier lichtjes lossen Luchtverbruik Te weinig besturingslucht besturingslucht verhogen tot min 4,5 bar Naaldpakking lekt zie 7.1 Naaldpakking vervangen De Pakkingsschroef is te los de Pakkingschroef (pos. 21) met een schroevdraaier lichtjes aandraien Oorzak Oplossing Materiaalspuitkop of -naaldverontreinigd zie 5.5 Vervangen van de Materiaalspuikop of -naald demonteren en reinigen Materiaalspuitkop of -naald beschadigd Te weinig materiaal in het materialre servoir Materiaal bijvullen (zie ge- bruiksaanwijzing van de fabrikant van de installatie) Wat te doen me afval De materialen die bij de reiniging en het onderhoud worden gebruikt, moeten conform de wetten en de voorschriften in functie van de substantie en vakkundig worden verwijderd. Waarschuwing Hou in het bijzonder rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van de spuit- en reinigingsmiddelen. Substanties, die niet op correcte wijze worden afgevoerd, brengen de gezondheid van mens en dier in gevaar. 76 Modelen PILOT WA 400 / 470-K en WA 410 / 471-K Luchtkap: twee gaten Modelen PILOT WA 420 / 472-K en WA 430 / 473-K Luchtkap: lagedruk Verstuivingsluchtdruk Luchtverbruik Ingangsluchtdruk op pistool Luchtverbruik 1,0 bar 18,0 m3/h 1,0 bar 12,0 m3/h 2,0 bar 24,6 m3/h 2,0 bar 16,2 m3/h 3,0 bar 29,4 m /h 3,0 bar 18,6 m3/h 4,0 bar 33,0 m3/h 4,0 bar 21,6 m3/h 5,0 bar 36,0 m /h 4,5 bar 22,8 m3/h* 6,0 bar 39,0 m /h 6,0 bar 26,4 m3/h 3 3 3 * Bij een ingangsluchtdruk van 4,5 bar bedraagt de spuitluchtdruk 0,7 bar. Technische wijzigingen voorbehouden. 77 Das WALTHER PILOT-Programm The WALTHER PILOT programme • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • Hand-Held Spray Guns Automatic Spray Guns Low Pressure Spray Guns (System HVLP) Two-Component Spray Guns Material Pressure Tanks Nonpressurized Tanks Agitator Systems Airless Equipment and Transfer Pumps Material Circulation Systems Combined Spraying and Drying Booths Dry Back Overspray Extraction Systems Wet Back Overspray Extraction Systems Dryers Ventilation Systems Protective Respiratory Systems and Accessory Items Le programme de WALTHER PILOT Het WALTHER PILOT Programma • Pistolets de pulvérisation manuels • Pistolets de pulvérisation automatiques • Pistolets de pulvérisation - basse pression (Système HVLP) • Installations de marquage • Réservoirs sous pression • Récipients de mélange et de stockage • Appareils de pulvérisation sans air • Pompes de transfert • Murs à aspiration sèche • Murs à rideau d‘eau • Cabines de poudrage • Cabines mixtes peinture-séchage • Installations de soufflage • Etuves • Très nombreux accessoires • • • • • • • • • • • Manuele spuitpistolen Automatische spuitpistolen Lagedruk-spuitpistolen (systeem HVLP) Markeerpistolen Airless apparaten en vloeistofpompen Druktanks Drukloze tanks Circulatiesystemen Roersystemen Gecombineered spuit- en droogboxen Verfnevelafzuigsystemen met droge afscheiding • Verfnevelafzuigsystemen met natte afscheiding • Verluchtingsinstallaties • Allerlei accessoires Walther Spritz- und Lackiersysteme GmbH Kärntner Straße 18 -30 . D-42327 Wuppertal T +49 202 787-0 . F +49 202 787-2217 [email protected] . www.walther-pilot.de Technische Änderungen und Irrtümer vorbehalten. © WALTHER PILOT 03/2017 Hand-Spritzpistolen Automatik-Spritzpistolen Niederdruck-Spritzpistolen (System HVLP) Zweikomponenten-Spritzpistolen Materialdruckbehälter Drucklose Behälter Rührwerk-Systeme Airless-Geräte und Flüssigkeitspumpen Materialumlaufsysteme Kombinierte Spritz- und Trockenboxen Absaugsysteme mit Trockenabscheidung Absaugsysteme mit Nassabscheidung Trockner Zuluft-Systeme Atemschutzsysteme und Zubehör
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41

WALTHER PILOT PILOT WA 400 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor