WALTHER PILOT PILOT WA XV Handleiding

Type
Handleiding
6160
Inhoud
Explosietekening 2
EG-conformiteitsverklaring 61
Lijst met
reservedelen 62
1 Algemeen 64
1.1 Aanduiding van het model 64
1.2 Doelmatig gebruik 64
1.3 Ondoelmatig gebruik 65
2 Technische beschrijving 65
3 Veiligheidsinstructies 66
3.1 Aanduiding van de veiligheidsinstructies 66
3.2 Algemene veiligheidsinstructies 66
4 Montage 67
4.1 Bevestiging van het spuitpistool 67
4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen 67
5 Bediening 68
5.1 Veiligheidsinstructies 68
5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling 68
5.3 Het spuitprofiel testen 68
5.4 Het spuitprofiel veranderen 69
5.5 Ombouwen van het spuitpistool 71
6 Reiniging en onderhoud 73
6.1 Veiligheidsinstructies 73
6.2 Basisreiniging 73
6.3 Routinematige reiniging 74
7 Reparatie 75
7.1 Lekkende naaldpakking vervangen 75
7.2 Vervanging van nozzle, naald, veren en dichtingen 76
8 Storingen opsporen en verhelpen 76
9 Wat te doen met afval 77
10 Technische gegevens 77
EG-conformiteitsverklaring
De fabrikant verklaart onder geheel eigen verantwoording dat het hierna beschreven
product aan de algemeen aanvaarde veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voldoet.
Bij een niet met ons besproken wijziging aan het hierna beschreven product of bij onei-
genlijk gebruik verliest deze verklaring haar geldigheid.
Fabrikant WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH
Kärntner Str. 18 - 30
D - 42327 Wuppertal
Tel.: +49(0)202 / 787 - 0
Fax: +49(0)202 / 787 - 2217
www.walther-pilot.de • e-mail: [email protected]
Typekentekening Automatisch spuitpistool PILOT WA XV
WA XV V 20 662 03
WA XV met trekker V 20 642 03
WA XV-HVLP V 20 672 03
WA XV draaisproeier V 20 662 21
Doelmatig gebruik verwerking van verstuifbare stoffen
Toegepaste normen en richtlijnen
EG-richtlijnen voor machines 2006 / 42 / EC
94/9 EC (ATEX richtlijnen)
EN ISO 12100-1
EN ISO 12100-2 DIN EN 1953
DIN EN 1127-1 DIN EN 13463-1
Specificatie overeenkomstig richtlijn 94 / 9 / EC
Categorie 2 Typenummer II 2 G c T 5
Tech.File,Ref.:
2411
Gemachtigd voor de samenstelling van de technische documentatie:
Nico Kowalski, WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Kärntner Str. 18 - 30
D- 42327 Wuppertal
NB:
Het product moet worden ingebouwd in een ander apparaat. De ingebruikname is niet
geoorloofd, totdat de conformiteit van het eindproduct met de richtlijn 2006 / 42 / EC
is vastgesteld.
Wuppertal, de 1 januari 2010
Naam: Torsten Bröker
Positie: Manager Constructie en Ontwikkeling
Deze verklaring is geen garantie en kan derhalve niet worden gebruikt bij kwesties m.b.t. aanspra-
kelijkheid. Raadpleeg s.v.p. de veiligheidsvoorschriften in de productdocumentatie.
i.V.
6362
Lijst met
reservedelen
PILOT WA XV
PILOT WA XV
met trekker
PILOT WA XV-HVLP
PILOT WA XV
draaisproeier
V 20 662 03
V 20 642 03
V 20 672 03
V 20 662 21
Pos.
Benaming
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
1
Luchtkopmoer
1
V 01 101 03 000
1
V 01 101 03 000
1
V 01 101 03 000
1
V 01 101 03 000
2a
Luchtkop
naar keuze
Brede straal
1
V 01 101 02 . . 6*
1
V 01 101 02 . . 6*
1
V 01 101 86 . . 6*
-
-
2b
Luchtkop
naar keuze
draaisproeier
-
-
-
-
-
-
1
V 01 101 71
. .
9
3
Materiaalnozzle
naar keuze
1
V 01 101 07 . . 3*
1
V 01 101 07 . . 3*
1
V 01 101 85
. .
3*
1
V 01 101 37
. .
3**
4
Luchtverdeelring
1
V 11 301 02 000
1
V 11 301 02 000
1
V 11 301 02 000
1
V 11 301 02 000
5a
Pistoolvoorzetstuk
1
V 20 660 02 000
1
V 20 660 02 000
1
V 20 660 02 000
1
V 20 660 02 000
5b
Pistoolvoorzetstuk (
alleen bij
rondpompsystemen
)
1
V 20 661 02 000
1
V 20 661 02 000
1
V 20 661 02 000
1
V 20 661 02 000
6
Naaldpakking
1
V 09 001 72 000
1
V 09 001 72 000
1
V 09 001 72 000
1
V 09 001 72 000
7
Contrabus
1
V 20 660 05 000
1
V 20 660 05 000
1
V 20 660 05 000
1
V 20 660 05 000
8
Drukveer
1
V 20 660 06 000
1
V 20 660 06 000
1
V 20 660 06 000
1
V 20 660 06 000
9
Pakkingbus
1
V 20 660 07 000
1
V 20 660 07 000
1
V 20 660 07 000
1
V 20 660 07 000
10
Dichting
1
V 09 001 67 000
1
V 09 001 67 000
1
V 09 001 67 000
1
V 09 001 67 000
11
Pistoolchaam
compl.
1
V 20 660 01 000
1
V 20 660 01 000
1
V 20 671 01 000
1
V 20 660 01 000
12
Bredestraalregeling
compl.
1
V 20 660 20 000
1
V 20 660 20 000
1
V 20 660 20 000
1
V 20 660 20 000
13
Cilinderkopschroef
1
V 20 660 08 000
1
V 20 660 08 000
1
V 20 660 08 000
1
V 20 660 08 000
14
Dubbele nippel
2
V 00 101 01 000
2
V 00 101 01 000
2
V 00 101 01 000
2
V 00 101 01 000
15
Usit-ring
1
V 09 002 07 000
1
V 09 002 07 000
1
V 09 002 07 000
1
V 09 002 07 000
16
Zeskantmoer
1
V 20 660 04 003
1
V 20 660 04 003
1
V 20 660 04 003
1
V 20 660 04 003
17
Dichtingsschroef
1
V 20 201 02 000
1
V 20 201 02 000
1
V 20 201 02 000
1
V 20 201 02 000
18
O-ring
1
V 09 102 02 000
1
V 09 102 02 000
1
V 09 102 02 000
1
V 09 102 02 000
19
Afschermkap
1
V 20 660 42 000
1
V 20 660 42 000
1
V 20 660 42 000
1
V 20 660 42 000
20
Manchet
1
V 20 660 32 000
1
V 20 660 32 000
1
V 20 671 32 000
1
V 20 660 32 000
21
O-ring
1
V 09 102 11 000
1
V 09 102 11 000
1
V 09 102 11 000
1
V 09 102 11 000
22
Afsluitschroef
1
V 20 660 33 000
1
V 20 660 33 000
1
V 20 660 33 000
1
V 20 660 33 000
23
O-ring
1
V 09 102 09 000
1
V 09 102 09 000
1
V 09 102 09 000
1
V 09 102 09 000
24
Stuurzuiger
1
V 20 660 31 000
1
V 20 660 31 000
1
V 20 660 31 000
1
V 20 660 31 000
25
Manchet
1
V 20 651 06 000
1
V 20 651 06 000
1
V 20 651 06 000
1
V 20 651 06 000
26
Steunschijf
1
V 20 660 34 000
1
V 20 660 34 000
1
V 20 660 34 000
1
V 20 660 34 000
27
Materiaalnaald
naar keuze
1
V 20 660 51 . .3*
-
-
-
-
1
V 20 660 51 . . 3*
28
Naaldmoer
2
V 10 506 02 000
-
-
-
-
2
V 10 506 02 000
29
Naaldveer
1
V 20 651 07 000
-
-
-
-
1
V 20 651 07 000
30
Zuigerschroef
1
V 20 660 36 003
-
-
-
-
1
V 20 660 36 003
31
Zuigerveer
1
V 20 606 11 000
1
V 20 606 11 000
1
V 20 606 11 000
1
V 20 606 11 000
32
Veerschotel
1
V 20 660 35 000
1
V 20 660 35 000
1
V 20 660 35 000
1
V 20 660 35 000
33
Veerbus
1
V 20 660 37 000
1
V 20 660 37 000
1
V 20 660 37 000
1
V 20 660 37 000
34
Veerstift
2
V 20 660 38 000
2
V 20 660 38 000
2
V 20 660 38 000
2
V 20 660 38 000
Lijst met
reservedelen
PILOT WA XV PILOT WA XV
met trekker
PILOT WA XV-HVLP PILOT WA XV
draaisproeier
V 20 662 03 V 20 642 03 V 20 672 03 V 20 662 21
Pos.
Benaming
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
Stk.
No.reseveond.
35 Regelschroef 1 V 20 660 39 120 - - - - 1 V 20 660 39 120
36 Zuigerschroef - - 1 V 20 664 05 000 1 V 20 664 05 000 - -
37 Materiaalnaald naar keuze - - 1 V 20 664 43 . . 3* 1 V 20 664 43 . . 3*** - -
38 Aanslagbout - - 1 V 20 664 02 000 1 V 20 664 02 000 - -
39 Naaldveer - - 1 V 20 206 04 000 1 V 20 206 04 000 - -
40 Regelschroef - - 1 V 20 664 04 000 1 V 20 664 04 000 - -
41 Schijf - - 1 V 20 664 03 000 1 V 20 664 03 000 - -
42 U-schijf - - 1 V 20 679 85 000 1 V 20 679 85 000 - -
43 Tandveerring - - 1 V 20 679 84 000 1 V 20 679 84 000 - -
44 Cilinderkopschroef - - 1 V 20 660 41 684 1 V 20 660 41 684 - -
45 Midden-lucht regeling - - - - 1 V 20 671 40 000 - -
* Vermeld voor het leveren van reserevedelen de overeenkomstige maten. Wij raden aan alle in het vet
weergegeven vervangstuk-ken (slijtende onderdelen) in voorraad te houden.
** Luchtkop voor PILOT WA XV-draaistraal in breedstraal altijd een maat groter bestellen; bijv. mondstuk
1,0 mm Ø = breedstraal-luchtkop 2,0 mm Ø.
***
Materiaalnaald naar keuze
0,3 ø für 0,3 Düse V 20 664 43 033
0,5 ø für 0,5 Düse V 20 664 43 053
voor nozzles
0,8 - 1,5 mm ø V 20 664 43 083*
1,8 - 2,0 mm ø V 20 664 43 123*
2,5 - 3,0 mm ø V 20 664 43 253*
6564
1 Algemeen
1.1 Aanduiding van het model
Model: Automatisch spuitpistool PILOT WA XV
Type: WA XV V 20 662 03
WA XV met trekker V 20 642 03
WA XV-HVLP V 20 672 03
WA XV draaisproeier V 20 662 21
Fabrikant: WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH
Kärntner Str. 18-30
D-42327 Wuppertal
Tel.: 00 49 (0)202 / 787-0
Fax:
00 49 (0)202 / 787-2217
www.walther-pilot.de • Email: [email protected]
1.2 Doelmatig gebruik
Het automatische spuitpistool WA XV de PILOT serie is uitsluitend bedoeld voor de
verwerking van verstuifbare stoffen. Aangezien alle materiaalgeleidende delen uit
edelstaal zijn vervaardigd, kunnen ook waterhoudende en agressieve stoffen worden
verstoeven, waaronder:
verven en lakken
vetten, olien en anticorrosiemiddelen
lijmen
ceramische glazuren
beitsen
Als de stoffen die u wilt verspuiten niet in deze lijst voorkomen, neem dan contact op
met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH in Wuppertal.
De verstuifbare stoffen mogen alleen op werkstukken of voorwerpen worden aange-
bracht.
De temperatuur van de te verstuiven stof mag in principe niet hoger liggen dan 80°C.
De WA XV/-met trekker is geen manueel bediende machine en moet daarom in een
geschikte houder worden geplaatst.
Doelmatig gebruik betekent ook, dat alle instructies en aanwijzingen van deze hand-
leiding gelezen, begrepen en nageleefd worden.
Het apparaat voldoet aan de eisen bescherming tegen explosie, richtlijn 94 / 9 EG
(ATEX) voor de op het typeplaatje aangegeven explosiegroep, categorie apparaat en
temperatuurklasse. Bij gebruik van het apparaat is het noodzakelijk dat de in de
gebruiksaanwijzing omschreven bepalingen worden aangehouden. De voorgeschre-
ven inspectie- en ondehoudsintervallen moeten worden waargenomen.
De gegevens op het typeplaatje resp. de informatie in het hoofdstuk Technische
Gegevens moeten worden aangehouden en mogen niet worden overschreden. Er
mag absoluut geen overbelasting van het apparaat ontstaan.
Het apparaat mag in toepassingsgebieden met gevaar voor explosie alleen worden
ingezet met toestemming van de verantwoordelijke overheidsinstantie.
Het is aan de verantwoordelijke overheidsinstantie resp. de exploitant de mate
van explosiegevaar vast te stellen (indeling in zones).
Het is aan de exploitant te controleren en ervoor te zorgen dat alle technische gege-
vens en de kentekening overeenkomstig ATEX met de noodzakelijke voorschriften
overeenstemmen. In geval van gebruik, waarbij door een evtl. uitval van het appa-
raat een gevaar voor personen zou kunnen ontstaan, zijn door de exploitant passen-
de veiligheidsmaatregelen te nemen. Als er bij gebruik onzekerheid ontstaat, doordat
het apparaat naar mening van de exploitant niet naar believen functioneert, moet het
apparaat onmiddellijk worden stopgezet en moet met contact worden opgenomen
met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme.
Aarding/potentiaalnormalisatie
Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd
op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 10
6
Ω).
1.3 Ondoelmatig gebruik
Het spuitpistool mag niet op een andere wijze worden gebruikt dan beschreven
onder 1.2 Doelmatig gebruik. Elk ander gebruik is ondoelmatig.
Ondoelmatig gebruik is bijvoorbeeld:
• het verstuiven van stoffen op mensen en dieren.
• het verstuiven van vloeibare stikstof.
2 Technische beschrijving
De modellen WA XV van de PILOT-serie werken volautomatisch met behulp van
persluchtsturing en worden aangestuurd via een 3/2-wegsstuurventiel. Hiervoor kun-
nen hand-, voet- of magneetnozzles worden gebruikt.
Als het 3/2-wegsstuurventiel wordt geactiveerd, komt de voor de aansturing noodza-
kelijke perslucht in de cilinderruimte van het spuitpistool en worden achtereenvol-
gens het verstuivingsluchtkanaal en het toevoersysteem van de te verstuiven stof
geopend.
Als de besturingslucht via het 3/2-wegsstuurventiel opnieuw wordt onderbroken,
ontsnapt eerst de perslucht die zich in de cilinderruimte bevindt. De veerdruk van de
zuigerveer drukt daarna de materiaalnaald opnieuw in de uitgangspositie en sluit zo
de toevoer van te versproeien materiaal en verstuivingslucht af.
Het materiaaldebiet en de vorm van de spuitstraal (vlak, breed of rond) worden inge-
steld met behulp van regelschroeven aan het pistool.
Het materiaaltoevoersysteem van model WA XV met trekker kan manueel worden
geopend om bijvoorbeeld een verstopte nozzle te reinigen.
De model PILOT WA XV-HVLP is een zuivere lagedruk-spuitpistool en werkt met een
spuitdruk van 0,7 bar bij ingangsdruk van 3,5 bar.
Met behulp van het pistoolvoorzetstuk met dubbele aansluiting voor de toevoer van
het materiaal kan het PILOT WA XV-spuitpistool in een rondpompsysteem worden
geïntegreerd. Op deze manier kunnen verschillende spuitpistolen via de ringvormig
geïnstalleerde rondpompleiding gelijktijdig worden voorzien van spuitmateriaal. Het
spuitpistool kan worden aangesloten aan materiaaldrukvaten en pompinstallaties.
6766
3 Veiligheidsinstructies
3.1 Aanduiding van de veiligheidsinstructies
Gevaar
Het pictogram en de risico-aanduiding "Gevaar" wijzen op een mogelijk gevaar voor
Personen. Mogelijke gevolgen: zware of lichte verwondingen.
Opgelet
Het pictogram en de risico-aanduiding "Opgelet" wijzen op een mogelijk gevaar
voor materiele schade. Mogelijke gevolgen: materiele schade.
Aanwijzing
Het pictogram en de risico-aanduiding "Aanwijzing" wijzen op bijkomende, nuttige
informatie voor een veilig en efficient gebruik van het spuitpistool
3.2 Algemene veiligheidsinstructies
De desbetreffende ongevalpreventievoorschriften en de overige erkende veilig-
heids- technische en op het werk betrekking hebbende medische regels dienen in
acht te worden genomen.
Gebruik het spuitpistool uitsluitend in goed geventileerde ruimten. Tijdens het
werk is vuur, niet afgeschermd licht en roken verboden Bij het verspuiten van licht
ontvlambare materialen (b.v. lakken, lijm, reinigingsmiddelen enz.) bestaat een
verhoogd gezondheids-, explosie- en brandrisico.
Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd
op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 10
6
Ω)
Maak vóór ieder onderhoud en reparatie de lucht- en materiaaltoevoer naar het
spuitpistool vrij van druk- letselrisico.
Houd bij het verspuiten van materialen geen handen of andere lichaamsdelen
voor de onder druk staande spuitkop van het spuitpistool – letselrisico.
Richt het spuitpistool niet op personen en dieren – letselrisico.
Neem de verwerkings- en veiligheidsinstructies van de fabrikanten van spuitma-
teriaal en reinigingsmiddel in acht. Vooral agressieve en bijtende materialen kun-
nen schade aan de gezondheid veroorzaken.
De met deeltjes geladen afgewerkte lucht moet uit de buurt van het werkgebied
en het bedrijfspersoneel worden gehouden. Draag desondanks de voorgeschre-
ven ademhalingsbescherming en de voorgeschreven werkkleding, als u met het
spuitpistool materialen verwerkt. Rondzwevende deeltjes vormen een gevaar
voor uw gezondheid.
Draag oorbescherming tijdens het werken met het spuitpistool. Het door het spuit-
pistool geproduceerde geluidsniveau bedraagt ca. 86 dB (A).
Let er steeds op dat bij de inbedrijfstelling, vooral na montage- en onderhouds-
werkzaamheden alle moeren en schroeven stevig zijn vastgedraaid.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen, omdat WALTHER uitsluitend
voor deze onderdelen een veilige en perfecte functie kan garanderen.
Wend u voor informatie over een risicoloos gebruik van het spuitpistool en de daarin
gebruikte materialen tot WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, D-42327
Wuppertal.
4 Montage
Het spuitpistool is door de fabrikant volledig gemonteerd. Voordat u het spuitpistool
in bedrijf kunt nemen, moeten eerst het volgende geheuren:
4.1 Bevestiging van het spuitpistool
Bevestig het spuitpistool aan een geschikte, stevige houder, zoals beschreven in het
volgende voorbeeld:
4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen
Gevaar
Let erop, dat u de aansluitingen voor de stuur- en de verstuivingslucht niet met elk-
aar verwisselt - gevaar voor letsels.
Het spuitpistool is nu volledig gemonteerd en kan in bedrijf worden gesteld.
PILOT WA XV HVLP
1. Schuif het spuitpistool met boorgat 12
mm op het -profiel van de houder.
2. Richt het spuitpistool op het te behandelen
werkstuk. Verschuif en draai hiervoor het
spuitpistool in de lengteas van het profiel.
3. Draai cilinderschroef vast met een zes-
kant dopsleutel (8) vast.
1. Schroef de toevoerleiding
• van de verstuivingslucht aan de met
“SPRITZLUFT” gemarkeerde
aansluiting van het spuitpistool (G 1/4").
• van de besturingslucht aan de met
“STEUERLUFT” gemarkeerde
aansluiting van het spuitpistool (G 1/4").
• van de materiaaltoevoer aan de
aansluiting van het spuitpistool
(G 3/8").
2. Draai de drie zeskantmoeren van de
aansluitingen vast met de
gereedschapssleutel.
SPRITZLUFT
STEUERLUFT
PILOT WA XV HVLP
6968
5 Bediening
5.1 Veiligheidsinstructies
Let bij de bediening van het spuitpistool in het bijzonder op de volgende veiligheids-
instructies!
Draag adembescherming en werkkleding die aan de voorschriften beantwoor-
den, als u met het spuitpistool materialen verstuift. Zwevende deeltjes zijn een
gevaar voor uw gezondheid.
Draag bij het werken met het spuitpistool een oorbescherming. Het geluidsni-
veau van het spuitpistool bereikt ca. 86 db(A) en kan schade aan het gehoor
veroorzaken.
Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van
licht ontvlambare stoffen (zoals lakken, lijmen en reinigingsmiddelen) is er
verhoogd risico op brand en ontploffing.
5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling
Voordat u het spuitpistool in gebruik neemt, moet aan de volgende voorwaarden
voldaan zijn:
De toevoer van verstuivingslucht naar het spuitpistool staat onder druk.
De materiaaltoevoer staat onder druk.
De toevoer van besturingslucht naar het spuitpistool staat onder druk.
Opgelet
De materiaaltoevoerdruk mag niet hoger ingesteld zijn dan
10 bar bij WA XV / WA XV draaisproeier
15 bar bij WA XV met trekker / WA XV-HVLP
aangezien de betrouwbare werking van het spuitpistool anders niet gewaarborgd is.
Stel de besturingsluchtdruk in op
maximaal 8 bar,
zodat het spuitpistool in gebruik kan worden genomen.
U kunt het spuitpistool in gebruik nemen en in bedrijf stellen door het 3/2-wegsstuur-
ventiel te activeren (zie de handleiding van de fabrikant van de installatie).
Gevaar
Na beëindiging van het werk moet de druk aan het spuitpistool altijd worden uitge-
schakeld. Onder druk staande leidingen kunnen barsten en personen in de onmid-
dellijke omgeving kunnen door het vrijkomende materiaal worden verwond.
5.3 Het spuitprofiel testen
Het spuitprofiel moet altijd worden getest als:
het spuitpistool voor het eerst in gebruik wordt genomen.
ander verstuifmateriaal wordt gebruikt.
het spuitpistool voor onderhouds- of herstellingswerkzaamheden werd gedemon-
teerd.
Het spuitprofiel kan worden getest op een testwerkstuk, een metalen plaat, karton of
papier.
Gevaar
Houd bij het verstuiven van materiaal geen handen of andere lichaamsdelen voor de
onder druk staande nozzle van het spuitpistool - gevaar voor letsels.
Gevaar
Let er bij de ingebruikname van het spuitpistool op, dat er zich geen enkele persoon
in het verstuifbereik van het pistool bevindt - gevaar voor letsels.
1. Neem het pistool in gebruik om het spuitprofiel te testen (zie 5.2 Ingebruikname
en buitengebruikstelling).
2. Controleer het resultaat van de test en pas indien nodig de instellingen van het
spuitpistool aan (zie 5.4 Het spuitprofiel veranderen).
5.4 Het spuitprofiel veranderen
Aan de PILOT WA XV / WA XV met trekker / WA XV-HVLP / WA XV draaisproeier
kunt u met de volgende instellingen het spuitprofiel wijzigen.
Instellen van een brede of een vlakke straal
Brede / vlakke straal of ronde straal instellen
1. Los de geribde luchtkopmoer lichtfies.
2. Draai Iuchtkap los:
• verticale positie van de
luchtkopklauwen
= vlakke straal
• horizontale positie van de
luchtkopklauwen
= brede straal
3. Draai de Iuchtkopmoer vast.
4. Los contramoer met een sleutel
(SW 11).
5. Draai de fijninstelschroef 
• in de richting - voor een ronde straal-
vorm.
• in de richting + voor een bredere of
vlakkere straalvorm.
6. Draai de regelschroef opnieuw vast,
hiermee stelt u de gekozen straalvorm
vast int.
7170
Midden-lucht regulering (alleen PILOT WA XV-HVLP)
Instelling van het debiet
1. Draai de regelschroef van de materiaaltoevoer uit de basispositie
(= inkeping aan de veerbus)
in de richting - om het debiet te verminderen.
in de richting + om het debiet te verhogen.
Regelen van de materiaaldruk
Deze kan alleen aan de pomp of aan het drukreservoir worden ingesteld. Let daarbij
op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant.
Regelen van de verstuivingsluchtdruk
De verstuivingsluchtdruk wordt ingesteld aan het drukluchtreduceerventiel van de
compressorinstallatie. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies
van de fabrikant.
Als u het spuitprofiel niet naar wens kunt instellen met de vermelde mogelijkheden,
dat moet u het spuitpistool ombouwen (zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool).
WALTHER biedt hiervoor een gamma uiteenlopende luchtkop-, nozzle- en naald-
combinaties aan.
Gebreken van een spuitprofiel verhelpen
Uit de volgende tabel kunt u afleiden met welke instellingen u het spuitprofiel kunt
beïnvloeden.
Spuitbeeldproef Afwijking Vereiste instelling
Spuitbeeld is in het midden te dik Bredere spuitstraalvorm instellen
Spuitbeeld is aan de uiteinden te
dik
Rondere spuitstraalvorm instellen
Spuitbeeld is tamelijk grofdruppelig Verstuiverluchtdruk verhogen
Opgebrachte materiaal is in het
midden van het spuitbeeld erg dun
Verstuiverluchtdruk verlagen
Spuitbeeld is in het midden gesple-
ten
Sproeierdiameter vergroten
Verstuiverluchtdruk verlagen
Materiaaldruk verhogen
Spuitbeeld is erg convex
Materiaaldruk verlagen
Verstuiverluchtdruk verhogen
nagestreefd spuitresultaat
De stelschroef dient voor de regeling van de mid-
den-lucht.
5.5 Ombouwen van het spuitpistool
De bij het te verstuiven materiaal passende luchtkop-/materiaalnozzle-/naaldcombi-
natie vormt een op elkaar afgestemde eenheid - het nozzle-inzetstuk. Vervang altijd
het volledige inzetstuk, zodat de gewenste spuitprofielkwaliteit behouden blijft.
Gevaar
Schakel voordat u met het ombouwen begint, altijd eerst de druk van de stuuren
verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit - gevaar
voor letsels.
De luchtkop vervangen
Vervangen van de materiaalnozzle en -naald
WA XV / WA XV-HVLP / WA XV draaisproeier:
1. Schroef de geribde luchtkopmoer los.
2. Trek de luchtkop van het pistoolvoor-
zet-stuk naar beneden.
3. Plaats de gewenste luchtkop op het
pistoolvoorzetstuk.
4. Schroef de luchtkopmoer op het
pistoolvoorzetstuk.
1. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit
(zie 5.2 Buitengebruikstelling).
2. Verwijder de luchtkop (zie 5.5 De lucht-
kap vervangen).
3. Schrroef de materiaalnozzle op het
pistoolvoorzetstuk (SW 12).
4. Schroef de materiaalnozzle op het
pistoolvoorzetstuk (SW 12).
5. Trek de beide veerstiften eruit.
6. Schroef de veerbus met een schroefs-
leutel SW 27 Ios.
7372
Het monteren van het nieuwe nozzle-inzetstuk en van de overige onderdelen gebe-
urt in omgekeerde volgorde.
Aanwijzing
De naaldinstelmaat bedraagt 126 mm (WA XV, WA XV-HVLP, WA XV Draaisproeier)
en 160 mm (WA XV met trekker) vanaf de punt van de naald tot en met de naaldmo-
er / aanslagbout.
WA XV met trekker / WA XV-HVLP:
Het monteren van het nieuwe nozzle-inzetstuk en van de overige onderdelen gebe-
urt in omgekeerde volgorde.
7. Haal de drukveer uit het pistoolhuis.
8. Trek de zuiger voorzichtig met een
tang uit het pistoolhuis.
9. Schroef met de schroefsleutels SW 13
en SW 22 de zuigerschroef van de
stuurzuiger . De materiaalnaald is
nu Ios en kan eruitgetrokken worden.
10. Schroef nu de beide naaldmoeren los.
1. Schakel elke druk aan het spuitpistool
uit (zie 5.2 Buitengebruikstelling).
2. Verwijder de luchtkap (zie 5.5 De luch-
fkop vervangen).
3. Schroef de materiaalnozzle op het
pistool-voorzetstuk (SW 12).
4. Schroef de cilinderschroef en trek de
schijf naar beneden.
5. Schroef de regelschroef voor het mate-
riaaldebiet Ios.
6. Trek de naaldveer eruit.
7. Trek de zuiger en ook de materiaaln-
aald eruit.
8. Schroef de materiaalnaald uit de
aanslagbout .
6 Reiniging en onderhoud
6.1 Veiligheidsinstructies
Schakel voordat u met onderhoudswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk
van de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het
spuitpistool uit - gevaar voor letsels.
Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van
licht ontvlambare stoffen (zoals reinigingsmiddelen) is er verhoogd risico op
brand en ontploffing.
Respecteer de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel.
Vooral agressieve en bijtende reinigingsmiddelen kunnen schade aan de
gezondheid veroorzaken.
6.2 Basisreiniging
Om de levensduur en de werking van het spuitpistool lang te vrijwaren, moet het
pistool regelmatig worden gereinigd en gesmeerd. Gebruik voor het reinigen van het
spuitpistool alleen die reinigingsmiddelen, die door de fabrikant van het spuitmate-
riaal zijn opgesomd en geen van de volgende bestanddelen bevatten:
gehalogeneerde koolwaterstoffen (zoals 1,1,1-trichloorethaan, methyleenchlori-
de, enz.)
zuren en zuurhoudende reinigingsmiddelen
gerecycleerde oplosmiddelen (verdunde middelen)
ontlakkingsmiddelen
De hierboven opgesomde bestanddelen veroorzaken bij gegalvaniseerde onderde-
len chemische reacties en schade als gevolg van corrosie.
Voor schade die het gevolg is van een dergelijke behandeling geeft WALTHER
Spritz- und Lackiersysteme geen garantie.
Reinig het spuitpistool
voor elke verandering van verf of materiaal.
wekelijks minstens eenmaal.
wekelijks verschillende malen in functie van het materiaal en de graad van
verotreiniging.
Opgelet
Leg het spuitpistool niet in een oplosmiddel of een ander reinigingsmiddel. Een
onberispelijke werking van het pistool kan anders niet worden gegarandeerd.
Opgelet
Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool geen harde of puntige voorwerpen. Dit
zou delicate onderdelen kunnen beschadigen en het spuitresultaat verslechteren.
126 mm
160 mm
7574
1. Haal het spuitpistool uit elkaar, zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool.
2. Reinig de luchtkop en de materiaalnozzle met een kwast en het reinigingsmid-
del.
3. Reinig alle andere onderdelen en het pistoolhuis met een doek en het reini-
gingsmiddel
4. Voorzie de volgende onderdelen van een dunne vetfilm:
de afdichtingsring van de zuiger
de O-ring van de zuiger
de materiaalnaald
de naaldveer
het binnenste van het pistoolhuis
Gebruik daarvoor een zuurvrij, niet uithardend vet en een kwast.
Vervolgens steekt u het spuitpistool in omgekeerde volgorde opnieuw in elkaar.
6.3 Routinematige reiniging
Als u regelmatig van verf verandert kunt u na het beëindigen van het spuitwerk (in
functie van het spuitmateriaal) het pistool ook reinigen, zonder dat u het daarbij uit
elkaar moet halen.
Aanwijzing
Reinig en smeer het spuitpistool toch regelmatig volgens zoals beschreven onder
6.2 Basisreiniging. Op deze manier blijven de betrouwbaarheid en de kwaliteit van
het spuitpistool behouden.
Voor u de routinematige reiniging kunt uitvoeren, moet aan volgende voorwaarden
voldaan zijn:
Het gereinigde materiaalreservoir wordt gevuld met een geschikt reinigingsmid-
del.
Aan het spuitpistool mag alleen de materiaaltoevoer onder druk staan. Het
reinigingsmiddel mag niet worden verstoven.
Om het spuitpistool te reinigen moet u de verstuifinstallatie aanzetten.
1. Neem het pistool in gebruik, zie 5.2 Ingebruikname.
2. Stel het spuitpistool pas buiten gebruik, als het alleen nog zuiver reinigingsmid-
del produceert.
alleen WA XV met trekker / WA XV -HVLP
Om niet de volledige verstufinstallatie te moeten starten, kunt u de materiaaltoevoer
ook manueel deblokkeren.
1. Trek de schijf van het spuitpistool naar
achter. De materiaaltoevoer wordt geopend en
materiaalkanaal en -nozzle kunnen worden
gereinigd.
2. Laat de schijf pas Ios, als het alleen nog
zuiver reinigingsmiddel produceert.
Schakel nu alle druk aan de verstuivingsinstallatie uit
tot het volgende gebruik ervan.
7 Reparatie
Gevaar
Schakel voordat u met herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van
de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool
uit - gevaar voor letsels.
7.1 Lekkende naaldpakking vervangen
10. Vet de nieuwe naaldpakking in met een zuurvrij, niet uithardend vet in
.
11. Plaats de nieuwe naaldpakking in het pistoolhuis.
De overige onderdelen monteert u in omgekeerde volgorde.
Opgelet
De naaldpakking die uit het pistoolhuis hebt gehaald, mag u niet opnieuw gebruiken,
omdat een lekvrije werking in dat geval niet gewaarborgd is.
5. Trek het pistoolvoorzetstuk voorzichtig
uit het pistoolhuis.
6. Verwijder dichting (en vervang hem
indien beschadigd).
7. Schroef met een schroefsleutel SW 11
de pakkingbus van het
pistoolvoor-
zetstuk.
8. Neem de drukveer (en vervang hem
indien beschadigd) en de contrabus uit
de inschroefopening.
9. Trek de naaldpakking
met een gereed-
schap uit de zitting. Gebruik daarbij een
vaste draad, waarvan het uiteinde tot een
kleine haak is gebogen.
1. Schakel elke druk aan het spuitpistool
uit, zie 5.2 Buitengebruikstelling.
2. Trek de witte afdekkap van het
pistool-huis.
3. Schroef de zeskantmoer met een
schroefsleutel SW 17 Ios.
4. Trek de usit-ring naar beneden.
7776
7.2 Vervanging van nozzle, naald, veren en dichtingen
Haal het spuitpistool zoals beschreven onder 5.5 Matenaalnozzle en -naald vervan-
gen, als de volgende onderdelen moeten vervangen worden:
materiaalnozzle
drukveer van de zuiger
materiaalnaald*
naaldveer*
afdichtingsring van de zuiger*
O-ring van de zuiger*
Opgelet
De met * aangeduide onderdelen moet voor het monteren in het pistoolhuis worden
gesmeerd m.b.v. een zuurvrij, niet uithardend vet.
WALTHER houdt voor de types WA XV reparatiesets beschikbaar. De slijtende
onderdelen worden ook in de lijst met vervangstukken opgesomd (aangeduid in
vetjes).
Reparatieset - materiaaltoevoer:
WA XV: artikelnr.: V 16 115 03 . . 3
WA XV met trekker: artikelnr.: V 16 116 03 . . 3
WA XV-HVLP: artikelnr.: V 16 117 03 . . 3
WA XV draaisproeier: artikelnr.: V 16 115 21 . . 3
8 Storingen opsporen en verhelpen
Gevaar
Schakel voordat u met onderhouds- of herstellingswerkzaamheden begint, altijd
eerst de druk van de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar
het spuitpistool uit - gevaar voor letsels.
Fout Oorzaak Oplossing
Pistool trupt
Materiaalnozzle of -naald
verontreinigd of beschadigd
Pakkingbus te hard aange-
draaid
Demonteren, reinigen of vervan-
gen zie 5.5 Vervangen van ...
Pakkingbus m.b.v. schroefsleutel
SW 11 lichtjes lossen
Pistool opent niet
Te weinig besturingslucht Bestruringslucht verhogen tot
max. 8 bar (zie handleiding van de
fabrikant van de installatie)
Pulserende of vlakke
straal
Te weinig materiaal in het
materiaalreservoir
Materiaal bijvullen (zie handleiding
van de fabrikant van de installatie)
Materiaal lekt uit de
pakkingbus
Naaldpakking lekt
De pakkingbus is te los
Zie 7.1... naaldpakking vervangen
De pakkingbus (SW 11) lichtjes
aandraaien
9 Wat te doen met afval
De stoffen en substanties die bij het onderhoud en het herstellen worden gebruikt,
moeten conform de wetten en de voorschriften in functie van de substantie en
vakkundig worden verwijderd.
Gevaar
Hou in het bijzonder rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van de spuit- en
reinigingsmiddelen. Substanties, die niet op correcte wijze worden afgevoerd,
brengen de gezondheid en het milieu van mens en dier in gevaar.
10 Technische gegevens
Gewicht: 920 g
Aansluiting:
Verstuivingslucht G 1/4“
Besturingslucht G 1/4“
Materiaaltoevoer G 3/8“
Drukbereik:
Besturingsluchtdruk max. 8
bar
Materiaaldruk max. 10 bar (WA XV / WA XV draaisproeier)
max. 15 bar (WA XV met trekker /
WA XV-HVLP)
Verstuivingslucht zie tabel
maximale bedrijfstemperatuur
van het spuitpistool 80 °C
Geluidsniveau
(gemeten op ca. 1 m
van het spuitpistool) 86 dB (A)
Luchtverbruik van een luchtkap met zes gaten:
1,0 bar verstuivingslucht 8,2 m
3
/h
2,0 bar verstuivingslucht 12,1 m
3
/h
3,0 bar verstuivingslucht 16,0 m
3
/h
4,0 bar verstuivingslucht 20,1 m
3
/h
5,0 bar verstuivingslucht 24,0 m
3
/h
6,0 bar verstuivingslucht 28,0 m
3
/h
Technische wijzigingen voorbehouden.

Documenttranscriptie

EG-conformiteitsverklaring Inhoud Explosietekening EG-conformiteitsverklaring Lijst met reservedelen 2 61 62 1 Algemeen 64 2 Technische beschrijving 65 3 Veiligheidsinstructies 66 1.1 1.2 1.3 3.1 3.2 Aanduiding van het model Doelmatig gebruik Ondoelmatig gebruik Aanduiding van de veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies 66 66 Montage 67 5 Bediening 68 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 6 6.1 6.2 6.3 7 7.1 7.2 Fabrikant WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH Kärntner Str. 18 - 30 D - 42327 Wuppertal Tel.: +49(0)202 / 787 - 0 Fax: +49(0)202 / 787 - 2217 www.walther-pilot.de • e-mail: [email protected] Typekentekening Automatisch spuitpistool PILOT WA XV WA XV WA XV met trekker WA XV-HVLP WA XV draaisproeier Doelmatig gebruik verwerking van verstuifbare stoffen 64 64 65 4 4.1 4.2 De fabrikant verklaart onder geheel eigen verantwoording dat het hierna beschreven product aan de algemeen aanvaarde veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voldoet. Bij een niet met ons besproken wijziging aan het hierna beschreven product of bij oneigenlijk gebruik verliest deze verklaring haar geldigheid. Bevestiging van het spuitpistool Aansluiten van de toevoerleidingen Veiligheidsinstructies Ingebruikname en buitengebruikstelling Het spuitprofiel testen Het spuitprofiel veranderen Ombouwen van het spuitpistool Reiniging en onderhoud 67 67 68 68 68 69 71 73 Veiligheidsinstructies Basisreiniging Routinematige reiniging 73 73 74 Reparatie Lekkende naaldpakking vervangen Vervanging van nozzle, naald, veren en dichtingen 75 75 76 8 Storingen opsporen en verhelpen 76 9 Wat te doen met afval 77 10 Technische gegevens 77 60 V V V V 20 20 20 20 662 642 672 662 03 03 03 21 Toegepaste normen en richtlijnen EG-richtlijnen voor machines 2006 / 42 / EC 94/9 EC (ATEX richtlijnen) EN ISO 12100-1 EN ISO 12100-2 DIN EN 1953 DIN EN 1127-1 DIN EN 13463-1 Specificatie overeenkomstig richtlijn 94 / 9 / EC Categorie 2 Typenummer II 2 G c T 5 Tech.File,Ref.: 2411 Gemachtigd voor de samenstelling van de technische documentatie: Nico Kowalski, WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, Kärntner Str. 18 - 30 D- 42327 Wuppertal NB: Het product moet worden ingebouwd in een ander apparaat. De ingebruikname is niet geoorloofd, totdat de conformiteit van het eindproduct met de richtlijn 2006 / 42 / EC is vastgesteld. Wuppertal, de 1 januari 2010 i.V. Naam: Torsten Bröker Positie: Manager Constructie en Ontwikkeling Deze verklaring is geen garantie en kan derhalve niet worden gebruikt bij kwesties m.b.t. aansprakelijkheid. Raadpleeg s.v.p. de veiligheidsvoorschriften in de productdocumentatie. 61 Lijst met reservedelen PILOT WA XV-HVLP PILOT WA XV draaisproeier V 20 662 03 V 20 642 03 V 20 672 03 V 20 662 21 V 20 662 03 V 20 642 03 V 20 672 03 V 20 662 21 No.reseveond. No.reseveond. No.reseveond. Stk. Stk. 1 V 01 101 03 000 1 V 01 101 03 000 1 V 01 101 03 000 1 V 01 101 02 . . 6* 1 V 01 101 02 . . 6* 1 V 01 101 86 . . 6* No.reseveond. Benaming No.reseveond. Stk. naar keuze Luchtkop draaisproeier PILOT WA XV met trekker Stk. 2b naar keuze PILOT WA XV Pos. Luchtkop Brede straal PILOT WA XV draaisproeier Stk. Luchtkopmoer PILOT WA XV-HVLP Stk. 1 2a PILOT WA XV met trekker Stk. Benaming PILOT WA XV Stk. Pos. Lijst met reservedelen No.reseveond. 1 V 01 101 03 000 35 Regelschroef 1 V 20 660 39 120 - - - - 1 V 20 660 39 120 36 Zuigerschroef - - 1 V 20 664 05 000 1 V 20 664 05 000 - - 37 Materiaalnaald naar keuze - - 1 V 20 664 43 . . 3* 1 V 20 664 43 . . 3*** - - - - No.reseveond. No.reseveond. - - - - - - 1 V 01 101 71 . . 9 38 Aanslagbout - - 1 V 20 664 02 000 1 V 20 664 02 000 - - Materiaalnozzle naar keuze 1 V 01 101 07 . . 3* 1 V 01 101 07 . . 3* 1 V 01 101 85 . . 3* 1 V 01 101 37 . . 3** 39 Naaldveer - - 1 V 20 206 04 000 1 V 20 206 04 000 - - 40 Regelschroef - - 1 V 20 664 04 000 1 V 20 664 04 000 - - 4 Luchtverdeelring 1 V 11 301 02 000 1 V 11 301 02 000 1 V 11 301 02 000 1 V 11 301 02 000 41 Schijf - - 1 V 20 664 03 000 1 V 20 664 03 000 - - 5a Pistoolvoorzetstuk 1 V 20 660 02 000 1 V 20 660 02 000 1 V 20 660 02 000 1 V 20 660 02 000 42 U-schijf - - 1 V 20 679 85 000 1 V 20 679 85 000 - - 5b Pistoolvoorzetstuk (alleen bij rondpompsystemen) 1 V 20 661 02 000 1 V 20 661 02 000 1 V 20 661 02 000 1 V 20 661 02 000 43 Tandveerring - - 1 V 20 679 84 000 1 V 20 679 84 000 - - Cilinderkopschroef - - 1 V 20 660 41 684 1 V 20 660 41 684 - - Midden-lucht regeling - - - - 1 V 20 671 40 000 - - 3 6 Naaldpakking 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 1 V 09 001 72 000 44 7 Contrabus 1 V 20 660 05 000 1 V 20 660 05 000 1 V 20 660 05 000 1 V 20 660 05 000 45 8 Drukveer 1 V 20 660 06 000 1 V 20 660 06 000 1 V 20 660 06 000 1 V 20 660 06 000 9 Pakkingbus 1 V 20 660 07 000 1 V 20 660 07 000 1 V 20 660 07 000 1 V 20 660 07 000 10 Dichting 1 V 09 001 67 000 1 V 09 001 67 000 1 V 09 001 67 000 1 V 09 001 67 000 11 Pistoolchaam compl. 1 V 20 660 01 000 1 V 20 660 01 000 1 V 20 671 01 000 1 V 20 660 01 000 12 Bredestraalregeling compl. 1 V 20 660 20 000 1 V 20 660 20 000 1 V 20 660 20 000 1 V 20 660 20 000 13 Cilinderkopschroef 1 V 20 660 08 000 1 V 20 660 08 000 1 V 20 660 08 000 1 V 20 660 08 000 14 Dubbele nippel 2 V 00 101 01 000 2 V 00 101 01 000 2 V 00 101 01 000 2 V 00 101 01 000 15 Usit-ring 1 V 09 002 07 000 1 V 09 002 07 000 1 V 09 002 07 000 1 V 09 002 07 000 16 Zeskantmoer 1 V 20 660 04 003 1 V 20 660 04 003 1 V 20 660 04 003 1 V 20 660 04 003 17 Dichtingsschroef 1 V 20 201 02 000 1 V 20 201 02 000 1 V 20 201 02 000 1 V 20 201 02 000 18 O-ring 1 V 09 102 02 000 1 V 09 102 02 000 1 V 09 102 02 000 1 V 09 102 02 000 19 Afschermkap 1 V 20 660 42 000 1 V 20 660 42 000 1 V 20 660 42 000 1 V 20 660 42 000 20 Manchet 1 V 20 660 32 000 1 V 20 660 32 000 1 V 20 671 32 000 1 V 20 660 32 000 21 O-ring 1 V 09 102 11 000 1 V 09 102 11 000 1 V 09 102 11 000 1 V 09 102 11 000 22 Afsluitschroef 1 V 20 660 33 000 1 V 20 660 33 000 1 V 20 660 33 000 1 V 20 660 33 000 23 O-ring 1 V 09 102 09 000 1 V 09 102 09 000 1 V 09 102 09 000 1 V 09 102 09 000 24 Stuurzuiger 1 V 20 660 31 000 1 V 20 660 31 000 1 V 20 660 31 000 1 V 20 660 31 000 25 Manchet 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 1 V 20 651 06 000 26 Steunschijf 1 V 20 660 34 000 1 V 20 660 34 000 1 V 20 660 34 000 1 V 20 660 34 000 27 Materiaalnaald naar keuze 1 V 20 660 51 . .3* - - - - 1 V 20 660 51 . . 3* 28 Naaldmoer 2 V 10 506 02 000 - - - - 2 V 10 506 02 000 29 Naaldveer 1 V 20 651 07 000 - - - - 1 V 20 651 07 000 30 Zuigerschroef 1 V 20 660 36 003 - - - - 1 V 20 660 36 003 31 Zuigerveer 1 V 20 606 11 000 1 V 20 606 11 000 1 V 20 606 11 000 1 V 20 606 11 000 32 Veerschotel 1 V 20 660 35 000 1 V 20 660 35 000 1 V 20 660 35 000 1 V 20 660 35 000 33 Veerbus 1 V 20 660 37 000 1 V 20 660 37 000 1 V 20 660 37 000 1 V 20 660 37 000 34 Veerstift 2 V 20 660 38 000 2 V 20 660 38 000 2 V 20 660 38 000 2 V 20 660 38 000 62 * Vermeld voor het leveren van reserevedelen de overeenkomstige maten. Wij raden aan alle in het vet weergegeven vervangstuk-ken (slijtende onderdelen) in voorraad te houden. ** Luchtkop voor PILOT WA XV-draaistraal in breedstraal altijd een maat groter bestellen; bijv. mondstuk 1,0 mm Ø = breedstraal-luchtkop 2,0 mm Ø. *** Materiaalnaald naar keuze 0,3 ø für 0,3 Düse V 20 664 43 033 0,5 ø für 0,5 Düse V 20 664 43 053 voor nozzles 0,8 - 1,5 mm ø V 20 664 43 083* 1,8 - 2,0 mm ø V 20 664 43 123* 2,5 - 3,0 mm ø V 20 664 43 253* 63 1 1.1 Algemeen Aanduiding van het model Model: Automatisch spuitpistool PILOT WA XV Type: WA XV WA XV met trekker WA XV-HVLP WA XV draaisproeier Fabrikant: WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH Kärntner Str. 18-30 D-42327 Wuppertal Tel.: 00 49 (0)202 / 787-0 Fax: 00 49 (0)202 / 787-2217 www.walther-pilot.de • Email: [email protected] 1.2 V V V V 20 20 20 20 662 642 672 662 03 03 03 21 Doelmatig gebruik Het automatische spuitpistool WA XV de PILOT serie is uitsluitend bedoeld voor de verwerking van verstuifbare stoffen. Aangezien alle materiaalgeleidende delen uit edelstaal zijn vervaardigd, kunnen ook waterhoudende en agressieve stoffen worden verstoeven, waaronder: • verven en lakken • vetten, olien en anticorrosiemiddelen • lijmen • ceramische glazuren • beitsen Als de stoffen die u wilt verspuiten niet in deze lijst voorkomen, neem dan contact op met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH in Wuppertal. De verstuifbare stoffen mogen alleen op werkstukken of voorwerpen worden aangebracht. De temperatuur van de te verstuiven stof mag in principe niet hoger liggen dan 80°C. De WA XV/-met trekker is geen manueel bediende machine en moet daarom in een geschikte houder worden geplaatst. Doelmatig gebruik betekent ook, dat alle instructies en aanwijzingen van deze handleiding gelezen, begrepen en nageleefd worden. Het apparaat voldoet aan de eisen bescherming tegen explosie, richtlijn 94 / 9 EG (ATEX) voor de op het typeplaatje aangegeven explosiegroep, categorie apparaat en temperatuurklasse. Bij gebruik van het apparaat is het noodzakelijk dat de in de gebruiksaanwijzing omschreven bepalingen worden aangehouden. De voorgeschreven inspectie- en ondehoudsintervallen moeten worden waargenomen. De gegevens op het typeplaatje resp. de informatie in het hoofdstuk Technische Gegevens moeten worden aangehouden en mogen niet worden overschreden. Er mag absoluut geen overbelasting van het apparaat ontstaan. Het apparaat mag in toepassingsgebieden met gevaar voor explosie alleen worden ingezet met toestemming van de verantwoordelijke overheidsinstantie. 64 Het is aan de verantwoordelijke overheidsinstantie resp. de exploitant de mate van explosiegevaar vast te stellen (indeling in zones). Het is aan de exploitant te controleren en ervoor te zorgen dat alle technische gegevens en de kentekening overeenkomstig ATEX met de noodzakelijke voorschriften overeenstemmen. In geval van gebruik, waarbij door een evtl. uitval van het apparaat een gevaar voor personen zou kunnen ontstaan, zijn door de exploitant passende veiligheidsmaatregelen te nemen. Als er bij gebruik onzekerheid ontstaat, doordat het apparaat naar mening van de exploitant niet naar believen functioneert, moet het apparaat onmiddellijk worden stopgezet en moet met contact worden opgenomen met WALTHER Spritz- und Lackiersysteme. Aarding/potentiaalnormalisatie Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 106 Ω). 1.3 Ondoelmatig gebruik Het spuitpistool mag niet op een andere wijze worden gebruikt dan beschreven onder 1.2 Doelmatig gebruik. Elk ander gebruik is ondoelmatig. Ondoelmatig gebruik is bijvoorbeeld: • het verstuiven van stoffen op mensen en dieren. • het verstuiven van vloeibare stikstof. 2 Technische beschrijving De modellen WA XV van de PILOT-serie werken volautomatisch met behulp van persluchtsturing en worden aangestuurd via een 3/2-wegsstuurventiel. Hiervoor kunnen hand-, voet- of magneetnozzles worden gebruikt. Als het 3/2-wegsstuurventiel wordt geactiveerd, komt de voor de aansturing noodzakelijke perslucht in de cilinderruimte van het spuitpistool en worden achtereenvolgens het verstuivingsluchtkanaal en het toevoersysteem van de te verstuiven stof geopend. Als de besturingslucht via het 3/2-wegsstuurventiel opnieuw wordt onderbroken, ontsnapt eerst de perslucht die zich in de cilinderruimte bevindt. De veerdruk van de zuigerveer drukt daarna de materiaalnaald opnieuw in de uitgangspositie en sluit zo de toevoer van te versproeien materiaal en verstuivingslucht af. Het materiaaldebiet en de vorm van de spuitstraal (vlak, breed of rond) worden ingesteld met behulp van regelschroeven aan het pistool. Het materiaaltoevoersysteem van model WA XV met trekker kan manueel worden geopend om bijvoorbeeld een verstopte nozzle te reinigen. De model PILOT WA XV-HVLP is een zuivere lagedruk-spuitpistool en werkt met een spuitdruk van 0,7 bar bij ingangsdruk van 3,5 bar. Met behulp van het pistoolvoorzetstuk met dubbele aansluiting voor de toevoer van het materiaal kan het PILOT WA XV-spuitpistool in een rondpompsysteem worden geïntegreerd. Op deze manier kunnen verschillende spuitpistolen via de ringvormig geïnstalleerde rondpompleiding gelijktijdig worden voorzien van spuitmateriaal. Het spuitpistool kan worden aangesloten aan materiaaldrukvaten en pompinstallaties. 65 3 3.1 Veiligheidsinstructies Aanduiding van de veiligheidsinstructies Gevaar Het pictogram en de risico-aanduiding "Gevaar" wijzen op een mogelijk gevaar voor Personen. Mogelijke gevolgen: zware of lichte verwondingen. Opgelet Het pictogram en de risico-aanduiding "Opgelet" wijzen op een mogelijk gevaar voor materiele schade. Mogelijke gevolgen: materiele schade. 4 Montage Het spuitpistool is door de fabrikant volledig gemonteerd. Voordat u het spuitpistool in bedrijf kunt nemen, moeten eerst het volgende geheuren: 4.1 Bevestiging van het spuitpistool Bevestig het spuitpistool aan een geschikte, stevige houder, zoals beschreven in het volgende voorbeeld: 1. Schuif het spuitpistool met boorgat  12 mm op het  -profiel van de houder. Aanwijzing Het pictogram en de risico-aanduiding "Aanwijzing" wijzen op bijkomende, nuttige informatie voor een veilig en efficient gebruik van het spuitpistool 3.2 • • • • • • • • • • • 2. Richt het spuitpistool op het te behandelen werkstuk. Verschuif en draai hiervoor het spuitpistool in de lengteas van het profiel. 3. Draai cilinderschroef  vast met een zeskant dopsleutel (8) vast. Algemene veiligheidsinstructies De desbetreffende ongevalpreventievoorschriften en de overige erkende veiligheids- technische en op het werk betrekking hebbende medische regels dienen in acht te worden genomen. Gebruik het spuitpistool uitsluitend in goed geventileerde ruimten. Tijdens het werk is vuur, niet afgeschermd licht en roken verboden Bij het verspuiten van licht ontvlambare materialen (b.v. lakken, lijm, reinigingsmiddelen enz.) bestaat een verhoogd gezondheids-, explosie- en brandrisico. Gegarandeerd dient te worden dat het spuitpistool zowel separaat als gemonteerd op de installatie, voldoende geaard is (Maximale weerstand: 106 Ω) Maak vóór ieder onderhoud en reparatie de lucht- en materiaaltoevoer naar het spuitpistool vrij van druk- letselrisico. Houd bij het verspuiten van materialen geen handen of andere lichaamsdelen voor de onder druk staande spuitkop van het spuitpistool – letselrisico. Richt het spuitpistool niet op personen en dieren – letselrisico. Neem de verwerkings- en veiligheidsinstructies van de fabrikanten van spuitmateriaal en reinigingsmiddel in acht. Vooral agressieve en bijtende materialen kunnen schade aan de gezondheid veroorzaken. De met deeltjes geladen afgewerkte lucht moet uit de buurt van het werkgebied en het bedrijfspersoneel worden gehouden. Draag desondanks de voorgeschreven ademhalingsbescherming en de voorgeschreven werkkleding, als u met het spuitpistool materialen verwerkt. Rondzwevende deeltjes vormen een gevaar voor uw gezondheid. Draag oorbescherming tijdens het werken met het spuitpistool. Het door het spuitpistool geproduceerde geluidsniveau bedraagt ca. 86 dB (A). Let er steeds op dat bij de inbedrijfstelling, vooral na montage- en onderhoudswerkzaamheden alle moeren en schroeven stevig zijn vastgedraaid. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen, omdat WALTHER uitsluitend voor deze onderdelen een veilige en perfecte functie kan garanderen. Wend u voor informatie over een risicoloos gebruik van het spuitpistool en de daarin gebruikte materialen tot WALTHER Spritz- und Lackiersysteme GmbH, D-42327 Wuppertal. 66 4.2 Aansluiten van de toevoerleidingen Gevaar Let erop, dat u de aansluitingen voor de stuur- en de verstuivingslucht niet met elkaar verwisselt - gevaar voor letsels. 1. Schroef de toevoerleiding • van de verstuivingslucht aan de met “SPRITZLUFT” gemarkeerde aansluiting van het spuitpistool (G 1/4"). • van de besturingslucht aan de met “STEUERLUFT” gemarkeerde aansluiting van het spuitpistool (G 1/4"). • van de materiaaltoevoer aan de aansluiting  van het spuitpistool (G 3/8"). PILOT WA XV HVLP PILOT WA XV HVLP 2. Draai de drie zeskantmoeren  van de aansluitingen vast met de gereedschapssleutel. STEUERLUFT SPRITZLUFT Het spuitpistool is nu volledig gemonteerd en kan in bedrijf worden gesteld. 67 5 5.1 Bediening Veiligheidsinstructies Let bij de bediening van het spuitpistool in het bijzonder op de volgende veiligheidsinstructies! • Draag adembescherming en werkkleding die aan de voorschriften beantwoorden, als u met het spuitpistool materialen verstuift. Zwevende deeltjes zijn een gevaar voor uw gezondheid. • Draag bij het werken met het spuitpistool een oorbescherming. Het geluidsniveau van het spuitpistool bereikt ca. 86 db(A) en kan schade aan het gehoor veroorzaken. • Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van licht ontvlambare stoffen (zoals lakken, lijmen en reinigingsmiddelen) is er verhoogd risico op brand en ontploffing. 5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling Voordat u het spuitpistool in gebruik neemt, moet aan de volgende voorwaarden voldaan zijn: • De toevoer van verstuivingslucht naar het spuitpistool staat onder druk. • De materiaaltoevoer staat onder druk. • De toevoer van besturingslucht naar het spuitpistool staat onder druk. Opgelet De materiaaltoevoerdruk mag niet hoger ingesteld zijn dan • 10 bar bij WA XV / WA XV draaisproeier • 15 bar bij WA XV met trekker / WA XV-HVLP aangezien de betrouwbare werking van het spuitpistool anders niet gewaarborgd is. Stel de besturingsluchtdruk in op • maximaal 8 bar, zodat het spuitpistool in gebruik kan worden genomen. U kunt het spuitpistool in gebruik nemen en in bedrijf stellen door het 3/2-wegsstuurventiel te activeren (zie de handleiding van de fabrikant van de installatie). Gevaar Na beëindiging van het werk moet de druk aan het spuitpistool altijd worden uitgeschakeld. Onder druk staande leidingen kunnen barsten en personen in de onmiddellijke omgeving kunnen door het vrijkomende materiaal worden verwond. 5.3 Gevaar Houd bij het verstuiven van materiaal geen handen of andere lichaamsdelen voor de onder druk staande nozzle van het spuitpistool - gevaar voor letsels. Gevaar Let er bij de ingebruikname van het spuitpistool op, dat er zich geen enkele persoon in het verstuifbereik van het pistool bevindt - gevaar voor letsels. 1. 2. 5.4 Neem het pistool in gebruik om het spuitprofiel te testen (zie 5.2 Ingebruikname en buitengebruikstelling). Controleer het resultaat van de test en pas indien nodig de instellingen van het spuitpistool aan (zie 5.4 Het spuitprofiel veranderen). Het spuitprofiel veranderen Aan de PILOT WA XV / WA XV met trekker / WA XV-HVLP / WA XV draaisproeier kunt u met de volgende instellingen het spuitprofiel wijzigen. Instellen van een brede of een vlakke straal 1. Los de geribde luchtkopmoer  lichtfies. 2. Draai Iuchtkap  los: • verticale positie van de luchtkopklauwen = vlakke straal • horizontale positie van de luchtkopklauwen = brede straal 3. Draai de Iuchtkopmoer  vast. Brede / vlakke straal of ronde straal instellen 4. Los contramoer  met een sleutel (SW 11). 5. Draai de fijninstelschroef  • in de richting - voor een ronde straal- vorm. • in de richting + voor een bredere of vlakkere straalvorm. 6. Draai de regelschroef  opnieuw vast, hiermee stelt u de gekozen straalvorm vast int. Het spuitprofiel testen Het spuitprofiel moet altijd worden getest als: • het spuitpistool voor het eerst in gebruik wordt genomen. • ander verstuifmateriaal wordt gebruikt. • het spuitpistool voor onderhouds- of herstellingswerkzaamheden werd gedemonteerd. Het spuitprofiel kan worden getest op een testwerkstuk, een metalen plaat, karton of papier. 68 69 Midden-lucht regulering (alleen PILOT WA XV-HVLP) De stelschroef  dient voor de regeling van de midden-lucht.  Ombouwen van het spuitpistool De bij het te verstuiven materiaal passende luchtkop-/materiaalnozzle-/naaldcombinatie vormt een op elkaar afgestemde eenheid - het nozzle-inzetstuk. Vervang altijd het volledige inzetstuk, zodat de gewenste spuitprofielkwaliteit behouden blijft. Gevaar Schakel voordat u met het ombouwen begint, altijd eerst de druk van de stuuren verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit - gevaar voor letsels.  Instelling van het debiet 1. 5.5 Draai de regelschroef  van de materiaaltoevoer uit de basispositie (= inkeping aan de veerbus) • in de richting - om het debiet te verminderen. • in de richting + om het debiet te verhogen. Regelen van de materiaaldruk Deze kan alleen aan de pomp of aan het drukreservoir worden ingesteld. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant. Regelen van de verstuivingsluchtdruk De verstuivingsluchtdruk wordt ingesteld aan het drukluchtreduceerventiel van de compressorinstallatie. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies van de fabrikant. De luchtkop vervangen Vervangen van de materiaalnozzle en -naald 1. Schroef de geribde luchtkopmoer  los. 2. Trek de luchtkop  van het pistoolvoorzet-stuk naar beneden. 3. Plaats de gewenste luchtkop op het pistoolvoorzetstuk. 4. Schroef de luchtkopmoer  op het pistoolvoorzetstuk. Als u het spuitprofiel niet naar wens kunt instellen met de vermelde mogelijkheden, dat moet u het spuitpistool ombouwen (zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool). WALTHER biedt hiervoor een gamma uiteenlopende luchtkop-, nozzle- en naaldcombinaties aan. Gebreken van een spuitprofiel verhelpen Uit de volgende tabel kunt u afleiden met welke instellingen u het spuitprofiel kunt beïnvloeden. nagestreefd spuitresultaat Spuitbeeldproef Afwijking Vereiste instelling Spuitbeeld is in het midden te dik •Bredere spuitstraalvorm instellen Spuitbeeld is aan de uiteinden te dik •Rondere spuitstraalvorm instellen Spuitbeeld is tamelijk grofdruppelig •Verstuiverluchtdruk verhogen Opgebrachte materiaal is in het midden van het spuitbeeld erg dun •Verstuiverluchtdruk verlagen Spuitbeeld is in het midden gespleten •Sproeierdiameter vergroten •Verstuiverluchtdruk verlagen •Materiaaldruk verhogen Spuitbeeld is erg convex •Materiaaldruk verlagen •Verstuiverluchtdruk verhogen 70 WA XV / WA XV-HVLP / WA XV draaisproeier: 1. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit (zie 5.2 Buitengebruikstelling). 2. Verwijder de luchtkop (zie 5.5 De luchtkap vervangen). 3. Schrroef de materiaalnozzle  op het pistoolvoorzetstuk (SW 12). 4. Schroef de materiaalnozzle  op het pistoolvoorzetstuk (SW 12). 5. Trek de beide veerstiften  eruit. 6. Schroef de veerbus  met een schroefsleutel SW 27 Ios. 71 7. Haal de drukveer  uit het pistoolhuis. 8. Trek de zuiger  voorzichtig met een tang uit het pistoolhuis. 9. Schroef met de schroefsleutels SW 13 en SW 22 de zuigerschroef  van de stuurzuiger . De materiaalnaald  is nu Ios en kan eruitgetrokken worden. 10. Schroef nu de beide naaldmoeren  los. 6 6.1 • • • 6.2 Het monteren van het nieuwe nozzle-inzetstuk en van de overige onderdelen gebeurt in omgekeerde volgorde. 160 mm 126 mm Aanwijzing De naaldinstelmaat bedraagt 126 mm (WA XV, WA XV-HVLP, WA XV Draaisproeier) en 160 mm (WA XV met trekker) vanaf de punt van de naald tot en met de naaldmoer / aanslagbout. WA XV met trekker / WA XV-HVLP: 1. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit (zie 5.2 Buitengebruikstelling). 2. Verwijder de luchtkap (zie 5.5 De luchfkop vervangen). 3. Schroef de materiaalnozzle op het pistool-voorzetstuk (SW 12). 4. Schroef de cilinderschroef en trek de schijf naar beneden. 5. Schroef de regelschroef voor het materiaaldebiet Ios. 6. Trek de naaldveer  eruit. 7. Trek de zuiger  en ook de materiaalnaald  eruit. 8. Schroef de materiaalnaald  uit de aanslagbout . Reiniging en onderhoud Veiligheidsinstructies Schakel voordat u met onderhoudswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit - gevaar voor letsels. Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van licht ontvlambare stoffen (zoals reinigingsmiddelen) is er verhoogd risico op brand en ontploffing. Respecteer de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel. Vooral agressieve en bijtende reinigingsmiddelen kunnen schade aan de gezondheid veroorzaken. Basisreiniging Om de levensduur en de werking van het spuitpistool lang te vrijwaren, moet het pistool regelmatig worden gereinigd en gesmeerd. Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool alleen die reinigingsmiddelen, die door de fabrikant van het spuitmateriaal zijn opgesomd en geen van de volgende bestanddelen bevatten: • gehalogeneerde koolwaterstoffen (zoals 1,1,1-trichloorethaan, methyleenchloride, enz.) • zuren en zuurhoudende reinigingsmiddelen • gerecycleerde oplosmiddelen (verdunde middelen) • ontlakkingsmiddelen De hierboven opgesomde bestanddelen veroorzaken bij gegalvaniseerde onderdelen chemische reacties en schade als gevolg van corrosie. Voor schade die het gevolg is van een dergelijke behandeling geeft WALTHER Spritz- und Lackiersysteme geen garantie. Reinig het spuitpistool • voor elke verandering van verf of materiaal. • wekelijks minstens eenmaal. • wekelijks verschillende malen in functie van het materiaal en de graad van verotreiniging. Opgelet Leg het spuitpistool niet in een oplosmiddel of een ander reinigingsmiddel. Een onberispelijke werking van het pistool kan anders niet worden gegarandeerd. Opgelet Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool geen harde of puntige voorwerpen. Dit zou delicate onderdelen kunnen beschadigen en het spuitresultaat verslechteren. Het monteren van het nieuwe nozzle-inzetstuk en van de overige onderdelen gebeurt in omgekeerde volgorde. 72 73 1. 2. Haal het spuitpistool uit elkaar, zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool. Reinig de luchtkop en de materiaalnozzle met een kwast en het reinigingsmiddel. 3. Reinig alle andere onderdelen en het pistoolhuis met een doek en het reinigingsmiddel 4. Voorzie de volgende onderdelen van een dunne vetfilm: • de afdichtingsring van de zuiger • de O-ring van de zuiger • de materiaalnaald • de naaldveer • het binnenste van het pistoolhuis Gebruik daarvoor een zuurvrij, niet uithardend vet en een kwast. Vervolgens steekt u het spuitpistool in omgekeerde volgorde opnieuw in elkaar. 6.3 Routinematige reiniging Als u regelmatig van verf verandert kunt u na het beëindigen van het spuitwerk (in functie van het spuitmateriaal) het pistool ook reinigen, zonder dat u het daarbij uit elkaar moet halen. Aanwijzing Reinig en smeer het spuitpistool toch regelmatig volgens zoals beschreven onder 6.2 Basisreiniging. Op deze manier blijven de betrouwbaarheid en de kwaliteit van het spuitpistool behouden. Voor u de routinematige reiniging kunt uitvoeren, moet aan volgende voorwaarden voldaan zijn: • Het gereinigde materiaalreservoir wordt gevuld met een geschikt reinigingsmiddel. • Aan het spuitpistool mag alleen de materiaaltoevoer onder druk staan. Het reinigingsmiddel mag niet worden verstoven. Om het spuitpistool te reinigen moet u de verstuifinstallatie aanzetten. 1. Neem het pistool in gebruik, zie 5.2 Ingebruikname. 2. Stel het spuitpistool pas buiten gebruik, als het alleen nog zuiver reinigingsmiddel produceert. alleen WA XV met trekker / WA XV -HVLP Om niet de volledige verstufinstallatie te moeten starten, kunt u de materiaaltoevoer ook manueel deblokkeren. 1. Trek de schijf  van het spuitpistool naar achter. De materiaaltoevoer wordt geopend en materiaalkanaal en -nozzle kunnen worden gereinigd. 2. Laat de schijf  pas Ios, als het alleen nog zuiver reinigingsmiddel produceert. Schakel nu alle druk aan de verstuivingsinstallatie uit tot het volgende gebruik ervan. 74 7 Reparatie Gevaar Schakel voordat u met herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit - gevaar voor letsels. 7.1 Lekkende naaldpakking vervangen 1. Schakel elke druk aan het spuitpistool uit, zie 5.2 Buitengebruikstelling. 2. Trek de witte afdekkap  van het pistool-huis. 3. Schroef de zeskantmoer  met een schroefsleutel SW 17 Ios. 4. Trek de usit-ring  naar beneden. 5. Trek het pistoolvoorzetstuk  voorzichtig uit het pistoolhuis. 6. Verwijder dichting  (en vervang hem indien beschadigd). 7. Schroef met een schroefsleutel SW 11 de pakkingbus  van het pistoolvoorzetstuk. 8. Neem de drukveer  (en vervang hem indien beschadigd) en de contrabus  uit de inschroefopening. 9. Trek de naaldpakking  met een gereedschap uit de zitting. Gebruik daarbij een vaste draad, waarvan het uiteinde tot een kleine haak is gebogen. 10. Vet de nieuwe naaldpakking in met een zuurvrij, niet uithardend vet in. 11. Plaats de nieuwe naaldpakking in het pistoolhuis. De overige onderdelen monteert u in omgekeerde volgorde. Opgelet De naaldpakking die uit het pistoolhuis hebt gehaald, mag u niet opnieuw gebruiken, omdat een lekvrije werking in dat geval niet gewaarborgd is. 75 7.2 Vervanging van nozzle, naald, veren en dichtingen 9 Haal het spuitpistool zoals beschreven onder 5.5 Matenaalnozzle en -naald vervangen, als de volgende onderdelen moeten vervangen worden: • materiaalnozzle • drukveer van de zuiger • materiaalnaald* • naaldveer* • afdichtingsring van de zuiger* • O-ring van de zuiger* Opgelet De met * aangeduide onderdelen moet voor het monteren in het pistoolhuis worden gesmeerd m.b.v. een zuurvrij, niet uithardend vet. WALTHER houdt voor de types WA XV reparatiesets beschikbaar. De slijtende onderdelen worden ook in de lijst met vervangstukken opgesomd (aangeduid in vetjes). Reparatieset - materiaaltoevoer: WA XV: WA XV met trekker: WA XV-HVLP: WA XV draaisproeier: 8 artikelnr.: artikelnr.: artikelnr.: artikelnr.: V V V V 16 16 16 16 115 116 117 115 03 03 03 21 . . . . . . . . 3 3 3 3 Storingen opsporen en verhelpen Gevaar Schakel voordat u met onderhouds- of herstellingswerkzaamheden begint, altijd eerst de druk van de stuur- en verstuivingslucht alsook van de materiaaltoevoer naar het spuitpistool uit - gevaar voor letsels. Fout Pistool trupt Pistool opent niet Pulserende of vlakke straal Materiaal lekt uit de pakkingbus Oorzaak Oplossing Materiaalnozzle of -naald verontreinigd of beschadigd Demonteren, reinigen of vervangen zie 5.5 Vervangen van ... Pakkingbus te hard aangedraaid Pakkingbus m.b.v. schroefsleutel SW 11 lichtjes lossen Te weinig besturingslucht Bestruringslucht verhogen tot max. 8 bar (zie handleiding van de fabrikant van de installatie) Te weinig materiaal in het materiaalreservoir Materiaal bijvullen (zie handleiding van de fabrikant van de installatie) Naaldpakking lekt Zie 7.1... naaldpakking vervangen De pakkingbus is te los De pakkingbus (SW 11) lichtjes aandraaien 76 Wat te doen met afval De stoffen en substanties die bij het onderhoud en het herstellen worden gebruikt, moeten conform de wetten en de voorschriften in functie van de substantie en vakkundig worden verwijderd. Gevaar Hou in het bijzonder rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van de spuit- en reinigingsmiddelen. Substanties, die niet op correcte wijze worden afgevoerd, brengen de gezondheid en het milieu van mens en dier in gevaar. 10 Technische gegevens Gewicht: 920 g Aansluiting: Verstuivingslucht G 1/4“ Besturingslucht G 1/4“ Materiaaltoevoer G 3/8“ Drukbereik: Besturingsluchtdruk Materiaaldruk max. 8 bar max. 10 bar (WA XV / WA XV draaisproeier) max. 15 bar (WA XV met trekker / WA XV-HVLP) Verstuivingslucht zie tabel maximale bedrijfstemperatuur van het spuitpistool 80 °C Geluidsniveau (gemeten op ca. 1 m van het spuitpistool) 86 dB (A) Luchtverbruik van een luchtkap met zes gaten: 1,0 bar verstuivingslucht 8,2 m3/h 2,0 bar verstuivingslucht 12,1 m3/h 3,0 bar verstuivingslucht 16,0 m3/h 4,0 bar verstuivingslucht 20,1 m3/h 5,0 bar verstuivingslucht 24,0 m3/h 6,0 bar verstuivingslucht 28,0 m3/h Technische wijzigingen voorbehouden. 77
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49

WALTHER PILOT PILOT WA XV Handleiding

Type
Handleiding