Laserliner MultiMeter Pocket XP de handleiding

Categorie
Multimeters
Type
de handleiding
32
Functie / toepassing
Multimeter voor de meting in het bereik van de overspannings-
categorie CAT III tot max. 600 V / CAT IV tot max. 600 V. Met dit
meetapparaat kunnen gelijk- en wisselspanningsmetingen,
gelijken wisselstroommetingen, doorgangs- en diodetests, weer-
standsmetingen, capaciteits-, frequentie- en tastgraadmetingen
binnen de gespeciceerde bereiken worden uitgevoerd.
Symbolen
Waarschuwing voor een gevarenpunt
Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning:
door onbeschermde, spanningvoerende onderdelen
in de behuizing bestaat gevaar voor elektrische schokken.
Veiligheidsklasse II: het controleapparaat beschikt
over een versterkte of dubbele isolatie.
Overspanningscategorie III: bedrijfsmiddelen in vaste
installaties en voor toepassingen waarbij bijzondere
vereisten aan de betrouwbaarheid en de beschik-
baarheid van de bedrijfsmiddelen worden gesteld,
bijv. schakelaars in vaste installaties en apparaten
voor industriële toepassingen met constante
aansluiting op de vaste installatie.
Overspanningscategorie II: eenfasige verbruikers die
op normale contactdozen worden aangesloten; bijv.
huishoudelijke apparaten, draagbare gereedschappen.
Overspanningscategorie IV: apparaten bedoeld voor
de toepassing aan of in de buurt van de voeding in
de elektrische installatie van gebouwen en vanaf de
hoofdverdeler gezien in de richting van het net bijv.
verbruiksmeter, overstroomschakelaar en stuureenheid
voor dag- en nachtstroom
Lees de handleiding, de bijgevoegde brochure 'Garantie-
en aanvullende aanwijzingen' evenals de actuele informatie
en aanwijzingen in de internet-link aan het einde van deze
handleiding volledig door. Volg de daarin beschreven
aanwijzingen op. Bewaar deze documentatie en geef ze
door als u het apparaat doorgeeft.
!
NL
MultiMeter Pocket XP
33
Veiligheidsinstructies
Gebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de
aangegeven specicaties.
De meetapparaten en het toebehoren zijn geen kinderspeelgoed.
Buiten het bereik van kinderen bewaren.
Ombouwwerkzaamheden of veranderingen aan het apparaat
zijn niet toegestaan, hierdoor komen de goedkeuring en de
veiligheidsspecicatie te vervallen.
Stel het apparaat niet bloot aan mechanische belasting,
extreme temperaturen of sterke trillingen.
Bij het werken met spanningen van meer dan 24 V/AC rms resp.
60 V/DC dient u uiterst voorzichtig te zijn. Bij contact met de
elektrische geleiders bestaa.
Als het apparaat met vocht of andere geleidende resten bevochtigd
is, mag niet onder spanning worden gewerkt. Vanaf een spanning
van 24 V/AC rms resp. 60 V/DC bestaat gevaar voor levensgevaar-
lijke schokken op grond van de vochtigheid.
• Reinig en droog het apparaat vóór gebruik.
Let bij gebruik buitenshuis op dat het apparaat alleen onder
dienovereenkomstige weersomstandigheden resp. na het treffen
van geschikte veiligheidsmaatregelen toegepast wordt.
In overspanings-categorie III (CAT III - 600 V) mag de spanning
van 600 V tussen het controleapparaat en de aarding niet
worden overschreden.
In overspanings-categorie IV (CAT IV - 600 V) mag de spanning
van 600 V tussen het controleapparaat en de aarding niet
worden overschreden.
Bij de toepassing van het apparaat samen met het meettoebehoren
geldt de telkens kleinste overspanningscategorie (CAT), nominale
spanning en nominale stroom.
Waarborg vóór iedere meting dat het te controleren bereik
(bijv. leiding), het testapparaat en het toegepaste toebehoren
(bijv. aansluitleiding) in optimale staat verkeren. Test het apparaat
op bekende spanningsbronnen (bijv. 230 V-contactdoos voor de
AC-controle of de autoaccu voor de DC-controle).
Het apparaat mag niet meer worden gebruikt als een of meerdere
functies uitvallen of de batterijlading zwak is.
De verbinding van het apparaat naar alle stroombronnen en
meetkringen moet worden onderbroken voordat u de afdekking
opent om de batterij(en) / zekering(en) te vervangen. Schakel het
apparaat niet in als de afdekking geopend is.
Neem de veiligheidsvoorschriften van lokale resp. nationale
instanties voor het veilige en deskundige gebruik van het toestel
in acht en draag eventueel voorgeschreven veiligheidsuitrusting
(bijv. elektricien-handschoenen).
NL
34
Grijp de meetpunten alleen vast aan de handgrepen. De meet-
contacten mogen tijdens de meting niet worden aangeraakt.
Let op dat altijd de correcte aansluitingen en de correcte positie
van de draaischakelaar evenals het correcte meetbereik voor
de betreffende meting geselecteerd zijn.
Voer werkzaamheden in gevaarlijke nabijheid van elektrische
installaties niet alleen uit en uitsluitend volgens de instructies
van een verantwoordelijke elektromonteur.
Schakel vóór het meten resp. controleren van dioden, weer-
standen of batterijladingen de spanning van de stroomkring uit.
Let op dat alle hoogspanningscondensators ontladen zijn.
Verbind altijd eerst de zwarte meetleiding voordat u de rode op
de spanning aansluit. Bij het verwijderen gaat u in omgekeerde
volgorde te werk.
Gebruik uitsluitend de originele meetleidingen. Deze moeten over
dezelfde nominale spannings-, categorie- en ampère-waarden
beschikken als het meetapparaat.
Veiligheidsinstructies
Uittree-opening led
Omgang met kunstmatige, optische straling OStrV
(verordening inzake kunstmatige optische straling)
Aanvullende opmerking voor het gebruik
Neem bij werkzaamheden aan elektrische installaties altijd de van
toepassing zijnde technische veiligheidsregels in acht, onder andere:
1. Vrijschakelen, 2. Tegen hernieuwd inschakelen beveiligen,
3. Spanningsvrijheid tweepolig controleren, 4. Aarden en kortsluiten,
5. Aangrenzende, spanningvoerende onderdelen beveiligen
en afdekken.
Het apparaat werkt met leds uit de risicogroep RG0 (vrij van
gevaar) overeenkomstig de geldende normen voor fotobiologische
veiligheid (EN 62471:2008-09 / IEC/TR 62471:2006-07vv) in de
telkens actuele lezing.
Stralingsvermogen: peak-golflengte is 456 nm. De gemiddelde
stralingsdichtheid ligt onder de grenswaarden van de risicogroep RG0.
NL
MultiMeter Pocket XP
35
Veiligheidsinstructies
Omgang met elektromagnetische straling
Het meettoestel voldoet aan de voorschriften en grenswaarden
voor de elektromagnetische compatibiliteit volgens de EMC-richtlijn
2014/30/EU die wordt afgedekt door de radio-apparatuurrichtlijn
2014/53/EU (RED).
Plaatselijke gebruiksbeperkingen, bijv. in ziekenhuizen, in vliegtuigen,
op pompstations of in de buurt van personen met een pacemaker,
moeten in acht worden genomen. Een gevaarlijk effect op of storing
van en door elektronische apparaten is mogelijk.
Meetpunten
Meetcontacten
De toegankelijke straling van de leds is bij doelmatig gebruik en
onder redelijkerwijs te voorziene voorwaarden ongevaarlijk voor
het menselijk oog en de menselijke huid.
Tijdelijke, irriterende optische uitwerkingen (bijv. verblinding,
flitsblindheid, nabeelden, belemmeringen van het kleurenzien)
kunnen niet helemaal worden uitgesloten, in het bijzonder bij
weinig omgevingslicht.
• Kijk niet langer met opzet in de stralingsbron.
Er is geen onderhoud vereist om de grenswaarden van de
risicogroep RG0 te waarborgen.
Veiligheidsinstructies
Omgang met radiografische straling
Het meettoestel is uitgerust met een radiograsche interface.
Het meettoestel voldoet aan de voorschriften en grenswaarden
voor de elektromagnetische compatibiliteit en radiograsche
straling volgens de radio-apparatuurrichtlijn 2014/53/EU (RED).
Bij dezen verklaart Umarex GmbH & Co. KG dat het radiograsche
installatietype MultiMeter Pocket XP voldoet aan de wettelijke eisen
en verdere bepalingen van de Europese radio-apparatuurrichtlijn
2014/53/EU (RED).
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeenstemming is
beschikbaar onder het volgende internetadres:
http://laserliner.com/info?an=mumepocxp
Met beschermkap: CAT III tot max. 600 V / CAT IV tot max. 600 V
Zonder beschermkap: CAT II tot max. 1000 V
NL
36
1
10
11
2
3
9
4
6
8
7
5
Automatische uitschakeling
Actuele meetwaarde
wordt behouden
Maximale waarde
Minimale waarde
Diodetest
Doorgangstest
Bluetooth actief
Automatische bereikskeuze
Gelijkstroommetingen
Wisselspanningsmetingen
Batterijlading gering
Hertz (frequentie)
Procent (tastgraad)
Mega (ohm)
Kilo (ohm)
Ohm (weerstand)
Nano (10-9) (capaciteit)
Micro (10-6)
(ampère, capaciteit)
Milli (10-3) (volt, ampère)
Farad (capaciteit)
Volt (spanning)
Ampère (stroomsterkte)
Meetwaardeweergave
1
Draaischakelaar voor de
instelling van de meetfunctie
2
Ingangsbus rood (+)
3
COM-bus zwart (–)
4
10A ingangsbus rood (+)
5
Omschakelen van de meet-
functie
6
MIN-/MAX-meting,
Handmatige bereikskeuze
7
LC-display
8
Zaklamp
9
Zaklamp AAN / UIT,
Bluetooth AAN /UIT
10
Actuele meetwaarde
behouden, Lcd-verlichting
AAN/UIT
11
Batterijvakje aan de
achterzijde
NL
MultiMeter Pocket XP
37
1.
2.
Functie Maximale grenswaarden
Max. ingangsspanning tussen de betreffende
ingangsklemmen en de aarde:
V AC, V DC 10 MΩ ingangsimpedantie
V AC, V DC, frequentie, tastgraad 600 V eff
Weerstand, doorgang, capaciteit,
diodetest
250 V eff
Max. ingangsstroom en zekering in het te meten stroombereik:
10 A AC/DC
snelle zekering 10 A / 600 V eff
(inschakelduur max. 30 sec. om
de 15 min.)
μA AC/DC, mA AC/DC
snelle zekering
500 mA / 600 V eff
Maximale grenswaarden
AUTO-OFF-functie
Het meetapparaat schakelt na 15 minuten inactiviteit automatisch
uit om de batterijen te sparen. Houd de Mode-toets tijdens het
inschakelen ingedrukt om de functie uit te schakelen.
Plaatsen van de batterijen
1
Bevestiging van de meetpunten
2
Bij niet-gebruik en tijdens het
transport dienen de meetpunten
steeds in de houder op de achterzijde
gepositioneerd en de beschermkappen
geplaatst te zijn om letsel door de
meetpunten te vermijden.
NL
38
Aansluiting van de meetpunten
3
De zwarte meetpunt (-) moet altijd op de 'COM-bus' worden
aangesloten. Bij stroommetingen moet de rode meetpunt (+)
op de linker ingangsbus (4) worden aangesloten. Bij alle andere
stroommetingen moet de rode meetpunt op de rechter ingangs-
bus (2) worden aangesloten.
Let vóór iedere meting op de correcte aansluiting van
de meetpunten. Spanningsmetingen met aangesloten
stroomaansluitingen 10 A of in mA-bereik kunnen leiden
tot activering van de ingebouwde zekering en tot schade
aan de meetkring.
!
Met stromen in het bereik tot 10 A niet langer dan
30 seconden. Hierdoor kan / kunnen het apparaat of
de meetpunten beschadigd raken.
!
Stroommeting DC/AC
4
Zet de draaischakelaar voor de stroommeting op 'μA', 'mA' of '10 A'
en druk op de toets 'Mode' om de spanningssoort (AC, DC) in
te stellen. Let op dat de meetpunten correct zijn aangesloten.
μA / mA = rechter ingangsbus rood (+) (2)
10A = 10 A = 10A-ingangsbus rood (+) (4)
Schakel de stroomkring uit voordat u het meetapparaat aansluit.
Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject.
De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display
weergegeven. Schakel de stroomkring opnieuw uit voordat u het
meetapparaat verwijdert.
rood zwart
NL
MultiMeter Pocket XP
39
Spanningsmeting AC
5
Zet de draaischakelaar op positie 'V~' voor de spanningsmeting AC.
Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject.
De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display
weergegeven.
rood
rood
zwart
zwart
Frequentie- en tastgraadmeting
6
Spanningsmeting DC
7
Zet de draaischakelaar op de positie 'Hz' / '%' en druk een keer op
de toets ‘Mode’ om de functie ‘Frequentiemeting’ te activeren.
Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. Druk op
de toets 'Mode' om van Hz naar %-tastgraad om te schakelen.
Zet de draaischakelaar op positie 'V
...
' voor de spanningsmeting DC.
Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject.
De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display
weergegeven.
rood
zwart
NL
40
Doorgangstest
9
Zet de draaischakelaar op de positie ‘Ω’ en druk een keer op de
toets ‘Mode’ om de functie ‘Doorgangstest’ te activeren. Verbind
vervolgens de meetcontacten met het meetobject. Als doorgang
wordt een meetwaarde van < 50 Ohm herkend, hetgeen door
middel van een akoestisch signaal wordt bevestigd. Indien geen
meet-waarde, maar 'O.L' op het display wordt weergegeven,
werd het meet-bereik overschreden of de meetkring is niet
gesloten resp. onderbroken.
Weerstandsmeting
8
Zet de draaischakelaar op 'Ω' voor de weerstandsmeting. Verbind
vervolgens de meetcontacten met het meetobject. De berekende
meetwaarde wordt op het display weergegeven. Indien geen
meetwaarde, maar 'O.L' op het display wordt weergegeven, werd
het meetbereik overschreden of de meetkring is niet gesloten resp.
onderbroken. Weerstanden kunnen alleen separaat correct worden
gemeten, daarom moeten beide onderdelen eventueel van de
resterende schakeling worden gescheiden.
rood
zwart
Bij weerstandsmetingen dienen de meetpunten vrij
van verontreinigingen, olie, soldeerlak of vergelijkbare
verontreinigingen te zijn omdat anders verkeerde
meetresultaten kunnen optreden.
!
rood
zwart
NL
MultiMeter Pocket XP
41
+
+
Diodetest
10
Capaciteitsmeting
11
Zet de draaischakelaar voor de diodetest op 'Ω' en druk twee
keer op de toets 'Mode' om de functie 'Diodetest' te activeren.
Verbind vervolgens de meetcontacten met de diode. De berekende
meetwaarde van de doorlaatspanning wordt op het display weer-
gegeven. Indien geen meetwaarde, maar 'O.L' op het display wordt
weergegeven, werd de diode in blokkeerrichting gemeten of is de
diode defect. Als 0,0 V gemeten wordt, is de diode defect of er is
een kortsluiting voorhanden.
Zet de draaischakelaar voor de capaciteitsmeting op de positie
'CAP' en druk drie keer op de toets 'Mode' om de functie
'Capaciteits-meting' te activeren. Verbind vervolgens de meetcon-
tacten met het meetobject. B gepoolde condensatoren moet de
pluspool met de rode meetpunt worden verbonden.
Doorlaatrichting
rood zwart
roodzwart
NL
42
1 sec1 sec
2 sec
1 sec
1 sec
2 sec
1 sec
2 sec
Autorange
13.1
Handmatig bereik
13.2
Bij het inschakelen van het meetapparaat wordt
automatisch de Autorange-functie geactiveerd.
Deze functie zoekt in de dienovereenkomstige
meetfuncties naar het optimale bereik voor
de meting.
De Range-functie is alleen
mogelijk in de bereiken
spannings-, stroom- en
weerstandsmeting.
MIN-/MAX-functie
12
Bij het inschakelen van het meettoestel is de
MIN-/MAX-functie gedeactiveerd.
De MIN-/MAX-functie is niet
beschikbaar voor de bereiken
frequentie, tastgraad, weer-
stand, doorgang, diodetest en
capaciteit.
NL
MultiMeter Pocket XP
43
ON
2 sec
OFF
2 sec
1.
2.
Zaklamp
14
De zaklamp wordt in- en uitgeschakeld door het indrukken van
toets 9.
Bluetooth activeren / deactiveren
15
Bluetooth wordt geactiveerd en gedeactiveerd door het lang
indrukken van toets 9.
Hold-functie
16
Met de Hold-functie kan de actuele meetwaarde op het display
worden gehouden. Druk opnieuw op de toets 'HOLD' (10) om deze
functie te deactiveren.
LCD-Backlight
17
Vervangen van de zekering
18
Bij de vervanging van de zekering onderbreekt u eerst de verbinding
van de meetpunten naar alle spanningsbronnen en vervolgens naar
het apparaat. Open de behuizing en vervang de zekering door een
zekering van hetzelfde type en dezelfde specicatie (10A / 600V resp.
500mA / 600V). Sluit de behuizing en draai de schroeven goed vast.
Opmerkingen inzake onderhoud en reiniging
Reinig alle componenten met een iets vochtige doek en vermijd het
gebruik van reinigings-, schuur- en oplosmiddelen. Verwijder de
batterij(en) voordat u het apparaat gedurende een langere tijd niet
gebruikt. Bewaar het apparaat op een schone, droge plaats.
NL
44
Gegevensoverdracht
Applicatie (app)
Het toestel beschikt over een Bluetooth
®
*-functie die de gegevens-
overdracht naar mobiele eindtoestellen met een Bluetooth
®
*-interface
(bv. smartphone, tablet) mogelk maakt door middel van radiograsche
techniek.
Voor de systeemvereisten van een Bluetooth
®
*-verbinding verwijzen
wij naar http://laserliner.com/info?an=ble
Het toestel kan een Bluetooth
®
*-verbinding opbouwen met toestellen
die compatibel zijn met Bluetooth 4.0.
De reikwijdte is beperkt tot max. 10 m van het eindtoestel en is
in sterke mate afhankelijk van de omgevingsvoorwaarden zoals
bijv. de dikte en de samenstelling van muren, van radiografische
storingsbronnen en van de verzendings-/ontvangsteigenschappen
van het eindtoestel.
Bluetooth
®
* moet na het inschakelen altd geactiveerd worden
omdat het meetsysteem of meettoestel gecongureerd is voor een
heel gering stroomverbruik.
Via een app kan een mobiel eindtoestel een verbinding maken met
het ingeschakelde meettoestel.
Voor het gebruik van de Bluetooth
®
*-functie is een applicatie vereist.
Deze kunt u al naargelang het eindtoestel in de betreffende 'stores'
downloaden:
Na de start van de applicatie en de geactiveerde Bluetooth
®
*-functie
kan een mobiel eindtoestel een verbinding maken met het meettoestel.
Als de applicatie meerdere actieve meettoestellen herkent, kiest u
het passende meettoestel uit de lijst.
Bij de volgende start kan de verbinding naar dit meettoestel
automatisch tot stand worden gebracht.
* Die Bluetooth
®
Wortmarke und das Logo sind eingetragene Warenzeichen der Bluetooth SIG, Inc.
Let op dat de Bluetooth
®
*-interface van het mobiele
eindtoestel geactiveerd moet zijn.
!
Kalibratie
Het meetapparaat moet regelmatig gekalibreerd en gecontroleerd
worden om de nauwkeurigheid van de meetresultaten te kunnen waar-
borgen. Wij adviseren, het apparaat een keer per jaar te kalibreren.
NL
MultiMeter Pocket XP
45
Technische gegevens
Functie Bereik
Nauwkeurigheid
% van de meetwaarde (rdg)
+ minst signicante cijfer
(digits)
DC-spanning
400.0 mV ± (1,0% rdg ± 8 digits)
4.000 V
40.00 V
400.0 V
± (1,0% rdg ± 3 digits)
600 V ± (1,2% rdg ± 3 digits)
AC-spanning
50-60 Hz
Echte effectieve
waarde (TrueRMS)
4.000 V
40.00 V
400.0 V
± (1,0% rdg ± 5 digits)
600 V ± (1,2% rdg ± 5 digits)
DC-stroom
400.0 μA ± (1,0% rdg ± 3 digits)
4.000 μA
40.00 mA
400.0 mA
± (1,5% rdg ± 3 digits)
10A ± (2,5% rdg ± 5 digits)
AC-stroom
50-60 Hz
Echte effectieve
waarde (TrueRMS)
400.0 μA ± (2,0% rdg ± 5 digits)
4.000 μA
40.00 mA
400.0 mA
± (2,5% rdg ± 5 digits)
10A ± (3,0% rdg ± 7 digits)
Weerstand
400.0 Ω ± (1,0% rdg ± 4 digits)
4.000 kΩ
40.00 kΩ
400.0 kΩ
4.000 MΩ
± (1,5% rdg ± 2 digits)
40.00 MΩ ± (3,5% rdg ± 3 digits)
Capaciteit
40.00 nF ± (5,0% rdg ± 35 digits)
400.0 nF
± (3,0% rdg ± 5 digits)4.000 µF
40.00 µF
400.0 µF ± (4,0% rdg ± 5 digits)
4000 µF ± (5,0% rdg ± 5 digits)
Frequentie
9.999 Hz
± (1,0% rdg ± 5 digits)
99.99 Hz
999.9 Hz
9.999 kHz
Tastgraad
1%…99% ± (1,2% rdg ± 2 digits)
Pulsbreedte: 100 μs ... 100 ms
Frequentie: 5 Hz...100 kHz
NL
46
Technische veranderingen voorbehouden. 17W46
De nauwkeurigheden zn gespeciceerd voor de omgevings-
temperatuur 18 ... 28 °C, rel. luchtvochtigheid < 70 % rH.
Alle wisselspannings- en wisselstroombereiken zn gespeciceerd
voor 5% ... 100 % van het meetbereik.
EU-bepalingen en afvoer
Het apparaat voldoet aan alle van toepassing zijnde
normen voor het vrije goederenverkeer binnen de EU.
Dit product is een elektrisch apparaat en moet
volgens de Europese richtlijn voor oude elektrische
en elektronische apparatuur gescheiden verzameld
en afgevoerd worden.
Verdere veiligheids- en aanvullende instructies onder:
http://laserliner.com/info?an=mumepocxp
Diodetest Teststroom / -spanning ≤ 0,3 mA / ≤ 3,3 V
Doorgangstest
Teststroom ≤ 0,5 mA
Activeringsdrempel ≤ 50 ohm
Polariteit Voortekens voor negatieve polariteit
LC-display 0 … 3999
Zekering
10A / 600V, ink (5 x 20 mm)
500mA / 600V ink (5 x 20 mm)
Veiligheidsklasse II, dubbele isolatie
Overspanning CAT III - 600V, CAT IV - 600V
Verontreinigingsgraad 2
Werkomstandigheden
Luchtvochtigheid max. 80% rH, niet
condenserend, tot 31°C, daarboven lineaire
vermindering (derating) tot 50% rH / ≤ 40°C,
werkhoogte max. 2000 m boven NAP (Nieuw
Amsterdams Peil)
Opslagvoorwaarden -20°C … 60°C, Luchtvochtigheid max. 80% rH
Bedrijfsgegevens
radiograsche module
Interface Bluetooth LE 4.x
Frequentieband: ISM band 2400-2483.5 MHz,
40 kanalen;zendvermogen: max. 10 mW;
bandbreedte: 2 MHz
bitrate: 1 Mbit/s; modulatie: GFSK / FHSS
Stroomverzorging 2 x AAA 1,5 Volt-batterijen
Afmetingen 67 x 120 x 47 mm
Gewicht 262 g
NL

Documenttranscriptie

! Lees de handleiding, de bijgevoegde brochure 'Garantieen aanvullende aanwijzingen' evenals de actuele informatie en aanwijzingen in de internet-link aan het einde van deze handleiding volledig door. Volg de daarin beschreven aanwijzingen op. Bewaar deze documentatie en geef ze door als u het apparaat doorgeeft. Functie / toepassing Multimeter voor de meting in het bereik van de overspanningscategorie CAT III tot max. 600 V / CAT IV tot max. 600 V. Met dit meetapparaat kunnen gelijk- en wisselspanningsmetingen, gelijken wisselstroommetingen, doorgangs- en diodetests, weerstandsmetingen, capaciteits-, frequentie- en tastgraadmetingen binnen de gespecificeerde bereiken worden uitgevoerd. Symbolen Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning: door onbeschermde, spanningvoerende onderdelen in de behuizing bestaat gevaar voor elektrische schokken. Waarschuwing voor een gevarenpunt Veiligheidsklasse II: het controleapparaat beschikt over een versterkte of dubbele isolatie. Overspanningscategorie II: eenfasige verbruikers die op normale contactdozen worden aangesloten; bijv. huishoudelijke apparaten, draagbare gereedschappen. Overspanningscategorie III: bedrijfsmiddelen in vaste installaties en voor toepassingen waarbij bijzondere vereisten aan de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van de bedrijfsmiddelen worden gesteld, bijv. schakelaars in vaste installaties en apparaten voor industriële toepassingen met constante aansluiting op de vaste installatie. Overspanningscategorie IV: apparaten bedoeld voor de toepassing aan of in de buurt van de voeding in de elektrische installatie van gebouwen en vanaf de hoofdverdeler gezien in de richting van het net bijv. verbruiksmeter, overstroomschakelaar en stuureenheid voor dag- en nachtstroom 32 NL MultiMeter Pocket XP Veiligheidsinstructies • Gebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de aangegeven specificaties. • De meetapparaten en het toebehoren zijn geen kinderspeelgoed. Buiten het bereik van kinderen bewaren. • Ombouwwerkzaamheden of veranderingen aan het apparaat zijn niet toegestaan, hierdoor komen de goedkeuring en de veiligheidsspecificatie te vervallen. • Stel het apparaat niet bloot aan mechanische belasting, extreme temperaturen of sterke trillingen. • Bij het werken met spanningen van meer dan 24 V/AC rms resp. 60 V/DC dient u uiterst voorzichtig te zijn. Bij contact met de elektrische geleiders bestaa. • Als het apparaat met vocht of andere geleidende resten bevochtigd is, mag niet onder spanning worden gewerkt. Vanaf een spanning van 24 V/AC rms resp. 60 V/DC bestaat gevaar voor levensgevaarlijke schokken op grond van de vochtigheid. • Reinig en droog het apparaat vóór gebruik. • Let bij gebruik buitenshuis op dat het apparaat alleen onder dienovereenkomstige weersomstandigheden resp. na het treffen van geschikte veiligheidsmaatregelen toegepast wordt. • In overspanings-categorie III (CAT III - 600 V) mag de spanning van 600 V tussen het controleapparaat en de aarding niet worden overschreden. • In overspanings-categorie IV (CAT IV - 600 V) mag de spanning van 600 V tussen het controleapparaat en de aarding niet worden overschreden. • Bij de toepassing van het apparaat samen met het meettoebehoren geldt de telkens kleinste overspanningscategorie (CAT), nominale spanning en nominale stroom. • Waarborg vóór iedere meting dat het te controleren bereik (bijv. leiding), het testapparaat en het toegepaste toebehoren (bijv. aansluitleiding) in optimale staat verkeren. Test het apparaat op bekende spanningsbronnen (bijv. 230 V-contactdoos voor de AC-controle of de autoaccu voor de DC-controle). • Het apparaat mag niet meer worden gebruikt als een of meerdere functies uitvallen of de batterijlading zwak is. • De verbinding van het apparaat naar alle stroombronnen en meetkringen moet worden onderbroken voordat u de afdekking opent om de batterij(en) / zekering(en) te vervangen. Schakel het apparaat niet in als de afdekking geopend is. • Neem de veiligheidsvoorschriften van lokale resp. nationale instanties voor het veilige en deskundige gebruik van het toestel in acht en draag eventueel voorgeschreven veiligheidsuitrusting (bijv. elektricien-handschoenen). NL 33 • Grijp de meetpunten alleen vast aan de handgrepen. De meetcontacten mogen tijdens de meting niet worden aangeraakt. • Let op dat altijd de correcte aansluitingen en de correcte positie van de draaischakelaar evenals het correcte meetbereik voor de betreffende meting geselecteerd zijn. • Voer werkzaamheden in gevaarlijke nabijheid van elektrische installaties niet alleen uit en uitsluitend volgens de instructies van een verantwoordelijke elektromonteur. • Schakel vóór het meten resp. controleren van dioden, weerstanden of batterijladingen de spanning van de stroomkring uit. • Let op dat alle hoogspanningscondensators ontladen zijn. • Verbind altijd eerst de zwarte meetleiding voordat u de rode op de spanning aansluit. Bij het verwijderen gaat u in omgekeerde volgorde te werk. • Gebruik uitsluitend de originele meetleidingen. Deze moeten over dezelfde nominale spannings-, categorie- en ampère-waarden beschikken als het meetapparaat. Aanvullende opmerking voor het gebruik Neem bij werkzaamheden aan elektrische installaties altijd de van toepassing zijnde technische veiligheidsregels in acht, onder andere: 1. Vrijschakelen, 2. Tegen hernieuwd inschakelen beveiligen, 3. Spanningsvrijheid tweepolig controleren, 4. Aarden en kortsluiten, 5. Aangrenzende, spanningvoerende onderdelen beveiligen en afdekken. Veiligheidsinstructies Omgang met kunstmatige, optische straling OStrV (verordening inzake kunstmatige optische straling) Uittree-opening led •H  et apparaat werkt met leds uit de risicogroep RG0 (vrij van gevaar) overeenkomstig de geldende normen voor fotobiologische veiligheid (EN 62471:2008-09 / IEC/TR 62471:2006-07vv) in de telkens actuele lezing. • S tralingsvermogen: peak-golflengte is 456 nm. De gemiddelde stralingsdichtheid ligt onder de grenswaarden van de risicogroep RG0. 34 NL MultiMeter Pocket XP • De toegankelijke straling van de leds is bij doelmatig gebruik en onder redelijkerwijs te voorziene voorwaarden ongevaarlijk voor het menselijk oog en de menselijke huid. • Tijdelijke, irriterende optische uitwerkingen (bijv. verblinding, flitsblindheid, nabeelden, belemmeringen van het kleurenzien) kunnen niet helemaal worden uitgesloten, in het bijzonder bij weinig omgevingslicht. • Kijk niet langer met opzet in de stralingsbron. • Er is geen onderhoud vereist om de grenswaarden van de risicogroep RG0 te waarborgen. Veiligheidsinstructies Omgang met elektromagnetische straling • Het meettoestel voldoet aan de voorschriften en grenswaarden voor de elektromagnetische compatibiliteit volgens de EMC-richtlijn 2014/30/EU die wordt afgedekt door de radio-apparatuurrichtlijn 2014/53/EU (RED). • Plaatselijke gebruiksbeperkingen, bijv. in ziekenhuizen, in vliegtuigen, op pompstations of in de buurt van personen met een pacemaker, moeten in acht worden genomen. Een gevaarlijk effect op of storing van en door elektronische apparaten is mogelijk. Veiligheidsinstructies Omgang met radiografische straling • Het meettoestel is uitgerust met een radiografische interface. • Het meettoestel voldoet aan de voorschriften en grenswaarden voor de elektromagnetische compatibiliteit en radiografische straling volgens de radio-apparatuurrichtlijn 2014/53/EU (RED). • Bij dezen verklaart Umarex GmbH & Co. KG dat het radiografische installatietype MultiMeter Pocket XP voldoet aan de wettelijke eisen en verdere bepalingen van de Europese radio-apparatuurrichtlijn 2014/53/EU (RED). De volledige tekst van de EU-verklaring van overeenstemming is beschikbaar onder het volgende internetadres: http://laserliner.com/info?an=mumepocxp Meetpunten Met beschermkap: CAT III tot max. 600 V / CAT IV tot max. 600 V Meetcontacten Zonder beschermkap: CAT II tot max. 1000 V NL 35 Meetwaardeweergave Automatische uitschakeling Actuele meetwaarde wordt behouden Maximale waarde Minimale waarde Diodetest Doorgangstest Bluetooth actief Automatische bereikskeuze Gelijkstroommetingen Wisselspanningsmetingen Batterijlading gering Hertz (frequentie) Procent (tastgraad) Mega (ohm) Kilo (ohm) Ohm (weerstand) Nano (10-9) (capaciteit) Micro (10-6) (ampère, capaciteit) Milli (10-3) (volt, ampère) Farad (capaciteit) Volt (spanning) Ampère (stroomsterkte) 8 7 11 9 10 6 5 1 2 4 3 1 Draaischakelaar voor de instelling van de meetfunctie 2 Ingangsbus rood (+) 3 COM-bus zwart (–) 4 10A ingangsbus rood (+) 5 Omschakelen van de meetfunctie 6 MIN-/MAX-meting, Handmatige bereikskeuze 36 NL 7 LC-display 8 Zaklamp 9 Zaklamp AAN / UIT, Bluetooth AAN /UIT 10 Actuele meetwaarde behouden, Lcd-verlichting AAN/UIT 11 Batterijvakje aan de achterzijde MultiMeter Pocket XP Maximale grenswaarden Functie Maximale grenswaarden Max. ingangsspanning tussen de betreffende ingangsklemmen en de aarde: V AC, V DC 10 MΩ ingangsimpedantie V AC, V DC, frequentie, tastgraad 600 V eff Weerstand, doorgang, capaciteit, diodetest 250 V eff Max. ingangsstroom en zekering in het te meten stroombereik: 10 A AC/DC snelle zekering 10 A / 600 V eff (inschakelduur max. 30 sec. om de 15 min.) μA AC/DC, mA AC/DC snelle zekering 500 mA / 600 V eff AUTO-OFF-functie Het meetapparaat schakelt na 15 minuten inactiviteit automatisch uit om de batterijen te sparen. Houd de Mode-toets tijdens het inschakelen ingedrukt om de functie uit te schakelen. 1 Plaatsen van de batterijen 1. 2. 2 Bevestiging van de meetpunten Bij niet-gebruik en tijdens het transport dienen de meetpunten steeds in de houder op de achterzijde gepositioneerd en de beschermkappen geplaatst te zijn om letsel door de meetpunten te vermijden. NL 37 3 Aansluiting van de meetpunten De zwarte meetpunt (-) moet altijd op de 'COM-bus' worden aangesloten. Bij stroommetingen moet de rode meetpunt (+) op de linker ingangsbus (4) worden aangesloten. Bij alle andere stroommetingen moet de rode meetpunt op de rechter ingangsbus (2) worden aangesloten. ! Let vóór iedere meting op de correcte aansluiting van de meetpunten. Spanningsmetingen met aangesloten stroomaansluitingen 10 A of in mA-bereik kunnen leiden tot activering van de ingebouwde zekering en tot schade aan de meetkring. 4 Stroommeting DC/AC rood zwart Zet de draaischakelaar voor de stroommeting op 'μA', 'mA' of '10 A' en druk op de toets 'Mode' om de spanningssoort (AC, DC) in te stellen. Let op dat de meetpunten correct zijn aangesloten. μA / mA = rechter ingangsbus rood (+) (2) 10A = 10 A = 10A-ingangsbus rood (+) (4) Schakel de stroomkring uit voordat u het meetapparaat aansluit. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display weergegeven. Schakel de stroomkring opnieuw uit voordat u het meetapparaat verwijdert. ! 38 Met stromen in het bereik tot 10 A niet langer dan 30 seconden. Hierdoor kan / kunnen het apparaat of de meetpunten beschadigd raken. NL MultiMeter Pocket XP 5 Spanningsmeting AC zwart rood Zet de draaischakelaar op positie 'V~' voor de spanningsmeting AC. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display weergegeven. 6 Frequentie- en tastgraadmeting zwart rood Zet de draaischakelaar op de positie 'Hz' / '%' en druk een keer op de toets ‘Mode’ om de functie ‘Frequentiemeting’ te activeren. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. Druk op de toets 'Mode' om van Hz naar %-tastgraad om te schakelen. 7 Spanningsmeting DC zwart rood Zet de draaischakelaar op positie 'V.–..' voor de spanningsmeting DC. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. De berekende meetwaarde en de polariteit worden op het display weergegeven. NL 39 8 Weerstandsmeting zwart rood Zet de draaischakelaar op 'Ω' voor de weerstandsmeting. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. De berekende meetwaarde wordt op het display weergegeven. Indien geen meetwaarde, maar 'O.L' op het display wordt weergegeven, werd het meetbereik overschreden of de meetkring is niet gesloten resp. onderbroken. Weerstanden kunnen alleen separaat correct worden gemeten, daarom moeten beide onderdelen eventueel van de resterende schakeling worden gescheiden. ! Bij weerstandsmetingen dienen de meetpunten vrij van verontreinigingen, olie, soldeerlak of vergelijkbare verontreinigingen te zijn omdat anders verkeerde meetresultaten kunnen optreden. 9 Doorgangstest zwart rood Zet de draaischakelaar op de positie ‘Ω’ en druk een keer op de toets ‘Mode’ om de functie ‘Doorgangstest’ te activeren. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. Als doorgang wordt een meetwaarde van < 50 Ohm herkend, hetgeen door middel van een akoestisch signaal wordt bevestigd. Indien geen meet-waarde, maar 'O.L' op het display wordt weergegeven, werd het meet-bereik overschreden of de meetkring is niet gesloten resp. onderbroken. 40 NL MultiMeter Pocket XP 10 Diodetest rood zwart Doorlaatrichting Zet de draaischakelaar voor de diodetest op 'Ω' en druk twee keer op de toets 'Mode' om de functie 'Diodetest' te activeren. Verbind vervolgens de meetcontacten met de diode. De berekende meetwaarde van de doorlaatspanning wordt op het display weergegeven. Indien geen meetwaarde, maar 'O.L' op het display wordt weergegeven, werd de diode in blokkeerrichting gemeten of is de diode defect. Als 0,0 V gemeten wordt, is de diode defect of er is een kortsluiting voorhanden. 11 Capaciteitsmeting zwart rood + + Zet de draaischakelaar voor de capaciteitsmeting op de positie 'CAP' en druk drie keer op de toets 'Mode' om de functie 'Capaciteits-meting' te activeren. Verbind vervolgens de meetcontacten met het meetobject. Bij gepoolde condensatoren moet de pluspool met de rode meetpunt worden verbonden. NL 41 12 MIN-/MAX-functie Bij het inschakelen van het meettoestel is de MIN-/MAX-functie gedeactiveerd. 1 sec 1 sec De MIN-/MAX-functie is niet beschikbaar voor de bereiken frequentie, tastgraad, weerstand, doorgang, diodetest en capaciteit. 2 sec 13.1 Autorange Bij het inschakelen van het meetapparaat wordt automatisch de Autorange-functie geactiveerd. Deze functie zoekt in de dienovereenkomstige meetfuncties naar het optimale bereik voor de meting. 13.2 Handmatig bereik 2 sec 1 sec 1 sec 1 sec 2 sec 42 NL De Range-functie is alleen mogelijk in de bereiken spannings-, stroom- en weerstandsmeting. MultiMeter Pocket XP 14 Zaklamp De zaklamp wordt in- en uitgeschakeld door het indrukken van toets 9. 15 Bluetooth activeren / deactiveren Bluetooth wordt geactiveerd en gedeactiveerd door het lang indrukken van toets 9. 16 Hold-functie Met de Hold-functie kan de actuele meetwaarde op het display worden gehouden. Druk opnieuw op de toets 'HOLD' (10) om deze functie te deactiveren. 17 LCD-Backlight ON 2 sec OFF 2 sec 18 Vervangen van de zekering Bij de vervanging van de zekering onderbreekt u eerst de verbinding van de meetpunten naar alle spanningsbronnen en vervolgens naar het apparaat. Open de behuizing en vervang de zekering door een zekering van hetzelfde type en dezelfde specificatie (10A / 600V resp. 500mA / 600V). Sluit de behuizing en draai de schroeven goed vast. 2. 1. Opmerkingen inzake onderhoud en reiniging Reinig alle componenten met een iets vochtige doek en vermijd het gebruik van reinigings-, schuur- en oplosmiddelen. Verwijder de batterij(en) voordat u het apparaat gedurende een langere tijd niet gebruikt. Bewaar het apparaat op een schone, droge plaats. NL 43 Kalibratie Het meetapparaat moet regelmatig gekalibreerd en gecontroleerd worden om de nauwkeurigheid van de meetresultaten te kunnen waarborgen. Wij adviseren, het apparaat een keer per jaar te kalibreren. Gegevensoverdracht Het toestel beschikt over een Bluetooth®*-functie die de gegevensoverdracht naar mobiele eindtoestellen met een Bluetooth®*-interface (bijv. smartphone, tablet) mogelijk maakt door middel van radiografische techniek. Voor de systeemvereisten van een Bluetooth®*-verbinding verwijzen wij naar http://laserliner.com/info?an=ble Het toestel kan een Bluetooth®*-verbinding opbouwen met toestellen die compatibel zijn met Bluetooth 4.0. De reikwijdte is beperkt tot max. 10 m van het eindtoestel en is in sterke mate afhankelijk van de omgevingsvoorwaarden zoals bijv. de dikte en de samenstelling van muren, van radiografische storingsbronnen en van de verzendings-/ontvangsteigenschappen van het eindtoestel. Bluetooth® * moet na het inschakelen altijd geactiveerd worden omdat het meetsysteem of meettoestel geconfigureerd is voor een heel gering stroomverbruik. Via een app kan een mobiel eindtoestel een verbinding maken met het ingeschakelde meettoestel. Applicatie (app) Voor het gebruik van de Bluetooth®*-functie is een applicatie vereist. Deze kunt u al naargelang het eindtoestel in de betreffende 'stores' downloaden: ! Let op dat de Bluetooth®*-interface van het mobiele eindtoestel geactiveerd moet zijn. Na de start van de applicatie en de geactiveerde Bluetooth®*-functie kan een mobiel eindtoestel een verbinding maken met het meettoestel. Als de applicatie meerdere actieve meettoestellen herkent, kiest u het passende meettoestel uit de lijst. Bij de volgende start kan de verbinding naar dit meettoestel automatisch tot stand worden gebracht. * Die Bluetooth® Wortmarke und das Logo sind eingetragene Warenzeichen der Bluetooth SIG, Inc. 44 NL MultiMeter Pocket XP Technische gegevens Functie DC-spanning AC-spanning 50-60 Hz Echte effectieve waarde (TrueRMS) DC-stroom AC-stroom 50-60 Hz Echte effectieve waarde (TrueRMS) Weerstand Bereik Nauwkeurigheid % van de meetwaarde (rdg) + minst significante cijfer (digits) 400.0 mV ± (1,0% rdg ± 8 digits) 4.000 V 40.00 V 400.0 V ± (1,0% rdg ± 3 digits) 600 V ± (1,2% rdg ± 3 digits) 4.000 V 40.00 V 400.0 V ± (1,0% rdg ± 5 digits) 600 V ± (1,2% rdg ± 5 digits) 400.0 μA ± (1,0% rdg ± 3 digits) 4.000 μA 40.00 mA 400.0 mA ± (1,5% rdg ± 3 digits) 10A ± (2,5% rdg ± 5 digits) 400.0 μA ± (2,0% rdg ± 5 digits) 4.000 μA 40.00 mA 400.0 mA ± (2,5% rdg ± 5 digits) 10A ± (3,0% rdg ± 7 digits) 400.0 Ω ± (1,0% rdg ± 4 digits) 4.000 kΩ 40.00 kΩ 400.0 kΩ 4.000 MΩ ± (1,5% rdg ± 2 digits) 40.00 MΩ ± (3,5% rdg ± 3 digits) 40.00 nF ± (5,0% rdg ± 35 digits) 400.0 nF Capaciteit 4.000 µF ± (3,0% rdg ± 5 digits) 40.00 µF 400.0 µF ± (4,0% rdg ± 5 digits) 4000 µF ± (5,0% rdg ± 5 digits) 9.999 Hz Frequentie 99.99 Hz 999.9 Hz ± (1,0% rdg ± 5 digits) 9.999 kHz 1%…99% Tastgraad ± (1,2% rdg ± 2 digits) Pulsbreedte: 100 μs ... 100 ms Frequentie: 5 Hz...100 kHz NL 45 Diodetest Teststroom / -spanning ≤ 0,3 mA / ≤ 3,3 V Doorgangstest Teststroom ≤ 0,5 mA Activeringsdrempel ≤ 50 ohm Polariteit Voortekens voor negatieve polariteit LC-display 0 … 3999 Zekering 10A / 600V, flink (5 x 20 mm) 500mA / 600V flink (5 x 20 mm) Veiligheidsklasse II, dubbele isolatie Overspanning CAT III - 600V, CAT IV - 600V Verontreinigingsgraad 2 Werkomstandigheden Luchtvochtigheid max. 80% rH, niet condenserend, tot 31 °C, daarboven lineaire vermindering (derating) tot 50 % rH / ≤ 40 °C, werkhoogte max. 2000 m boven NAP (Nieuw Amsterdams Peil) Opslagvoorwaarden -20°C … 60°C, Luchtvochtigheid max. 80% rH Bedrijfsgegevens radiografische module Interface Bluetooth LE 4.x Frequentieband: ISM band 2400-2483.5 MHz, 40 kanalen;zendvermogen: max. 10 mW; bandbreedte: 2 MHz bitrate: 1 Mbit/s; modulatie: GFSK / FHSS Stroomverzorging 2 x AAA 1,5 Volt-batterijen Afmetingen 67 x 120 x 47 mm Gewicht 262 g De nauwkeurigheden zijn gespecificeerd voor de omgevingstemperatuur 18 ... 28 °C, rel. luchtvochtigheid < 70 % rH. Alle wisselspannings- en wisselstroombereiken zijn gespecificeerd voor 5 % ... 100 % van het meetbereik. Technische veranderingen voorbehouden. 17W46 EU-bepalingen en afvoer Het apparaat voldoet aan alle van toepassing zijnde normen voor het vrije goederenverkeer binnen de EU. Dit product is een elektrisch apparaat en moet volgens de Europese richtlijn voor oude elektrische en elektronische apparatuur gescheiden verzameld en afgevoerd worden. Verdere veiligheids- en aanvullende instructies onder: http://laserliner.com/info?an=mumepocxp 46 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64

Laserliner MultiMeter Pocket XP de handleiding

Categorie
Multimeters
Type
de handleiding