Telcoma Zen de handleiding

Type
de handleiding
82
NL
MODELLEN EN TECHNISCHE GEGEVENS
ZEN 60: Onomkeerbare elektromechanische reductiemotor, voor
particulier gebruik, 24Vdc-motor met encoder, trekkracht max 600
N. Besturingseenheid en gebruikerslicht zijn ingebouwd.
ZEN 100: Onomkeerbare elektromechanische reductiemotor, voor
particulier gebruik, 24Vdc- motor met encoder, trekkracht max 1000
N. Besturingseenheid en gebruikerslicht zijn ingebouwd.
De reductiemotoren van de serie ZEN kunnen bij verschillende typen geleiders worden gebruikt, afhankelijk van de
omstandigheden. Ze zijn bovendien beschikbaar op beide modellen, voor de uitvoeringen met ketting of riem.
STALEN TRANSMISSIEGELEIDERS
ZENGB1: Enkele geleider, L=3200mm, riem en accessoires.
ZENGC1: Enkele geleider, L=3200mm, ketting en accessoires.
ZENGB2:
Modulaire geleider, 2 stuks L=1600mm, riem en accessoires.
ZENGC2:
Modulaire geleider, 2 stuks L=1600mm, ketting en accessoires.
ZENGB3:
Modulaire geleider, 3 stuks L=1060mm, riem en accessoires.
ZENGC3:
Modulaire geleider, 3 stuks L=1060mm, ketting en accessoires
APART LEVERBAAR
KSSTAR: Externe ontgrendelinrichting voor kanteldeuren.
BO: Adapterarm voor kanteldeuren met tegengewichten
ZENGB4: Supplementaire geleider en riem L= 1060mm alleen voor
modellen met riem.
ZENST2: Kit supplementaire bevestigingsbeugels.
83
NL
TECHNISCHE DATEN ZEN 60 ZEN 100
Stroomvoorziening motor 24 Vdc 24 Vdc
Max.oppervlakte deur 9 m
2
12 m
2
Openingsijd 20 sec 20 sec
Max. stroomopname (230Vac) 0.5 A 0.5 A
Max. stroomopname motor (24V) 5 A 5 A
Werkingstemperatuur -10 +70°C -10 +70°C
Beschermingsklasse IP 30 IP 30
Ingebouwde besturingseenheid Z124 Z124
Nuttige loop 2842 mm* 2842 mm*
Max. duwkracht 600 N 1000 N
Encoder Ja Ja
Lengte geleider 3200 mm** 3200 mm**
Batterijoplader apart leverbaar apart leverbaar
Gebruikerslicht 10W Halogen 10W Halogen
Onderbreking bedrijf 80% 80%
* met Optional ZENGB4: 3902 mm
** met Optional ZENGB4: 4240 mm max
CONTROLES VOORAF
Voordat u tot installatie overgaat, raden we u aan de volgende controles en/of handelingen uit te voeren.
1) Gelieve nauwkeurig de instructies te lezen en erop te letten dat u de juiste volgorde aanhoudt van de
afzonderlijke montagefasen.
2) Het apparaat mag niet in bedrijf worden gesteld in een omgeving waar zich ontvlambaar gas of brandbare
vloeistoffen bevinden.
3) De deur (sectionaal-/kanteldeur) moet een stevige en adequate structuur hebben.
4) De openings- of sluitmanoeuvres van de deur moeten plaatsvinden zonder dat er zich wrijvings- of vibratiepunten voordoen.
5) De deur moet uitsluitend open- en dichtgaan met behulp van de trek-/duwkracht (zonder keer- of draaibewegingen).
6) Verwijder de blokkeergrendel van de deur tijdens de sluitmanoeuvre.
PLATZBEDARF
Abb. 17
84
OVERZICHTSTEKENING (Afb.1)
NL
1) Reductiemotor
2) Besturingseenheid Z124 + Ontvanger OC2
3) Transmissiegeleiders
4) Geleidersteunen + beugels
5) Aandrijfarm
6) Antenne
7) Afstandsbediening
8) Knipperlicht
9) Stel fotocellen VEDO180
10) Stroomvoorzieningslijn
(230Vac)
Afb. 1
EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
De fabrikant: Telcoma srl
Via L. Manzoni, 11 - 31015 - Z.I. Campidui Conegliano (TV) - ITALIE
VERKLAART dat de producten: REDUCTIEMOTOR ZEN 60 en REDUCTIEMOTOR ZEN 100
in overeenstemming zijn met onderstaande EEG-Richtlijnen:
- EEG-Richtlijnen 73/23 EEG-Richtlijn 93/68 Laagspanning
- EEG-Richtlijn 89/336 EEG-Richtlijn 92/31
- EEG-Richtlijn 92/31 Elektromagnetische compatibiliteit
en dat: zijn toegepast onderstaande delen/clausules van de geharmoniseerde normen:
EN60335-1, EN 60204-1, EN 61000-6-3, EN61000-6-1 en voor zover van toepassing van de normen EN12445 en EN12453
VERKLARING VAN DE FABRIKANT (EEG-Richtlijn 98/37 Bijlage II, Deel B)
Het product is vervaardigd om in een machine te worden ingebouwd of om te worden geassembleerd met andere machines die samen een machine te vormen in de zin van de EEG-Richtlijn 98/37
En verklaart bovendien dat het niet is toegestaan het product in bedrijf te stellen tot de machine waarin zij zullen worden ingebouwd of waarvan zij een onderdeel gaan
vormen, geïdentificeerd zal zijn en de overeenstemming met de voorwaarden van de EEG-Richtlijn 98/87 zal zijn verklaard alsook met de nationale wetgeving waarin
die zal worden opgenomen, dat wil zeggen totdat het product waarop deze verklaring betrekking heeft een enkel geheel vormt met de uiteindelijke machine.
Conegliano, 01/01/2009
Wettelijke vertegenwoordiger
Augusto Silvio Brunello
85
NL
MONTAGE TRANSMISSIEGELEIDER
Indien u in het bezit bent van modulaire profielen van 1060mm of van 1600mm, assembleert u de geleider zoals
aangegeven staat in de procedure.
- Zoek een plaats waar de geleider helemaal kan worden uitgelegd.
- Draai de moer D los terugloopsteun F (afb.2) weg.
- Draai de geassembleerde geleiders met ketting/riem tot er één enkel profiel wordt gevormd.
- Sluit de geleiders A-B met behulp van het koppelprofiel C (afb. 3) aan.
- Breng het onderdeel F in de geleider (afb. 4).
- Breng de veer E aan en zet die met de daarvoor bestemde moer D vast. Monteer daarna het onderdeel G met schroef en moer M8 (afb. 5).
- Monteer de trekarm (afb. 6).
- Draai de moer D zodanig aan dat de ketting (riem) in tractie komt.
Afb. 2 Afb. 3
Afb. 4 Afb. 5
Afb. 6 Afb. 6A
Let op! Na afloop van de installering van de automatisering dient u te controleren of de ketting of riem goed
aangespannen is, ATT. abf.6A. Draai aan moer D indien de ketting bij gesloten deur niet gespannen blijkt te zijn.
86
NL
INSTALLATIE
SECTIONAALDEUR: bevestig de transmissiegeleider met de juiste pluggen en schroeven in het midden van de
sectionaaldeur, direct boven de veerstang. Wij raden aan de geleider ongeveer 40mm boven de passage van
de sectionaaldeur te installeren (afb. 7 en 8). Nivelleer de geleider op een gelijk niveau en blokkeer hem met de
geleidersteunen en de meegeleverde beugels (afb.9). Maak de bevestigingsbeugel voor de deur met de juiste
schroeven zo hoog mogelijk vast op de deur. Bevestig vervolgens de beugel aan de aandrijfarm (afb.10).
Afb. 7 Afb. 8
Afb. 9 Afb. 10
KANTELDEUR MET VEREN: bevestig de transmissiegeleider met de juiste schroeven en pluggen in het midden
van de kanteldeur, direct boven de deurstijl. Wij raden aan de geleider ongeveer 40mm boven de passage van
de deur te installeren (zoals bij de sectionaaldeur). Nivelleer de geleider en blokkeer hem met de geleidersteunen
en meegeleverde beugels.(afb. 9). Maak de bevestigingsbeugel van de deur met de juiste schroeven zo hoog
mogelijk vast op de deur. Bevestig vervolgens de beugel aan de aandrijfarm (afb. 10).
KANTELDEUR MET CONTRAGEWICHTEN: wij raden aan de adaptorarm (code BO) op het midden van de
kanteldeur te bevestigen op de hoogste dwarsbalk en het andere uiteinde op een van de horizontale dwarsbalken.
Voor de bevestiging bij de handgreep is een kleine afwijking toegestaan (afb.11). Bevestig de geleider met de
juiste pluggen en schroeven op ongeveer 20÷50 mm afstand van het maximumopeningspunt van de deur
(afb.12). Nivelleer de geleider en blokkeer hem met de geleidersteunen en de bijhorende beugels zoals (afb.9).
Maak de aandrijfarm met behulp van tenminste twee schroeven en moeren (niet meegeleverd) aan het uiteinde
van de adaptorarm vast.
87
NL
Afb. 11 Afb. 12
INSTALLATIE VAN DE REDUCTIEMOTOR: plaats de reductiemotor in het achterste uiteinde van de geleider
totdat de trekas H er helemaal is ingevoegd. U kunt hierbij helpen door de reductiemotor te draaien. Bevestig
de reductiemotor vervolgens met de schroeven M8x30 (afb. 13). Ga vervolgens over tot de voorbereiding van
de elektrische installatie. In geval u beschikt over een zeer kleine garage en u meer licht wenst te creëren, kan
de ZEN reductiemotor gemonteerd worden terwijl hij 180° gedraaid is (het omgekeerde van afb.13) zodat het
gebruikerslicht naar buiten gericht wordt.
Afb. 13
ELEKTRONISCHE BESTURINGSEENHEID Z124
In de automatiseringen ZEN 100 en ZEN 60 bevindt zich een besturingskaart, model Z124, van waaruit alle
elektrische verbindingen starten (motor, encoder, stroomvoorziening etc.) en die voorzien is van een connector
voor een radio-ontvanger model OC (optional) en van een schroefklem voor het gebruikerslicht.
88
NL
1) Klemmenstrip voor 230 V aansluitingen (lijn, primaire transformator en knipperlicht)
2) Zekering lijn T2A 230V
3) Zekering stroomvoorziening T10A 24V
4) Klemmenstrip aansluiting motor, 24V en secondaire transformator (22V)
5) Klemmenstrip voor gebruikerslicht 12V 10W
6) Connector aansluiting encoder
7) Connector voor optionele radiokaart model OC.
8) Programmeertoets radiokanaal 1
9) Led radiokanaal 1
10) Led radiokanaal 2
11) Programmeertoets radiokanaal 2
12) Klemmenstrip aansluiting uitgang tweede radiokanaal (indien beschikbaar).
13) Klemmenstrip aansluiting ingangen, 24V en antenne.
14) Knop P/P Stap-voor-stap
15) Led voor signalering status ingangen STAP- voor- STAP. Led uit = ingang open.
16) Knop PROG voor Programmering en Stop*
17) Reset besturingseenheid. Het eventjes in kortsluiting brengen van de 2 pinnen komt overeen met het
uitschakelen en weer inschakelen van de stroomvoorziening naar de besturingseenheid
18) Led voor signalering status ingang FOTOCEL. Led aan = ingang gesloten
19) Dip-switch functies
20) Led voor signalering status ingangen STOP. Led aan = ingang gesloten
21) Led Programmering (LD1)
22) Trimmer voor regeling van het vermogen.
(*) Deze STOP-knop moet niet als beveiliging worden beschouwd maar slechts als dienstknop die helpt om het testen
tijdens de installatie te vergemakkelijken .
BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN (afb. 14)
22
5
19
18
20
1312
6
21
17
16
14
15
8
9
10
11
4
3
2
1
Z124
P1
P2
Radio RX mod. OC (optional)
7
Afb. 14
89
NL
Mor n.
Mor n. Inrichting V I max Functie Opmerkingen
12
Transformator
(primair stroomcircuit)
230V 0,5A
Stroomvoorziening
Sluit deze uitgang aan op de primaire stroomkring van de meegeleverde
transformator.
35Lijn
230V 1A
Stroomvoorziening
besturingseenheid
Aan de 230V-lijn aansluiten. Zie elektrische aansluitingen.
67
Knipperlicht of
lampje
230V 0,5A
Bewegingsaanwijzer
Wanneer de besturingseenheid alleen op batterijen
werkt, vermindert de knipperlichtfrequentie tijdens
de manoeuvres
Tijdens de manoeuvre ingeschakeld. De inschakeling kan vervroegd
worden (voorwaarschuwing) zie dip switch functies nr.5. Door dips 3
en 4 te combineren zijn er met deze uitgang eveneens andere functies
mogelijk (zie tab. 3)
89Lampje
12Vcc 1A
Gebruikerslicht
Indien ingeschakeld tijdens de manoeuvres, wordt hij uitgeschakeld met
een vertraging van ongeveer 2 minuten.
11 10 , 15 NC-/NO- contact
Contactlijst tijdens sluiting
(C.M.)
Tijdens het sluiten stopt de motor en gaat helemaal open. Zie tabel 2 voor
het type aansluiting.
12 10 , 15 N.C.-contact Fotocel 1
Keert tijdens het sluiten de looprichting om. Sluit deze ingang aan op de
gemeenschappelijke leider indien hij niet gebruikt wordt.
13 10 , 15 N.C.-contact Stop
Alle functies worden geblokkeerd. Sluit deze ingang aan op de
gemeenschappelijke leider indien hij niet gebruikt wordt.
14 10 , 15 Knop n.o. Stap-voor-stap
Zie dip-switch functies nr.1 en nr.2 (tab.3)
16 17
Nevenhulpinrichtingen
24Vcc 1A
Stroomvoorziening
Permanente stroomvoorziening voor fotocellen en externe ontvangers.
18 Antenne Rx* Omhulsel
In geval een ontvanger op een daarvoor bestemde connector wordt
aangesloten gelieve u de kenmerken van de antenne te raadplegen die
door de fabrikant worden vereist
19 Antenne Rx* Besturingseenheid
20 21
Transformator
(secondair stroomcircuit)
22Vca 6,8A
Stroomvoorziening
Sluit deze ingang aan op het secondaire stroomcircuit van de
meegeleverde transformator (22V).
22 23 CB24
24Vcc 5A
Batterijoplader (optional)
Voorbereiding aansluiting van de batterijoplader CB24 (optional) en de
batterijen (optional)
24 25 Motor
24Vcc 5A
Openen /Sluiten
Ingang Uitgang
TAB. 1
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
Raadpleeg voor de aansluitingen de tabellen 1 en 2 en afbeelding 15.
In geval van al bestaande installaties is een algemene controle van de toestand van de conductoren gewenst (doorsnede,
isolering, contacten) en van de neveninrichtingen (fotocellen, ontvangers, toetsenborden, sleutelschakelaars etc.)
1) De doorsnede van de kabels moet berekend worden op basis van hun lengte en stroomopname.
2) Gebruik geen enkele meerpolige kabel samen voor andere apparatuur.
3) Indien de besturingskabels heel lange trajecten afleggen (meer dan 50 meter) raden wij een ontkoppeling aan
met relais die dicht bij de besturingseenheid zijn gemonteerd.
5) Alle N.C. -contacten die aan dezelfde ingang zijn gekoppeld moeten in serie worden aangesloten.
6) Alle N.O. -contacten die aan dezelfde ingang zijn gekoppeld moeten parallel worden aangesloten.
Advies voor een juiste installatie:
4) Alle N.C. -ingangen (fotocellen, contactlijsten en stops), die in de besturingseenheid niet gebruikt
worden, moet met de gemeenschappelijke leider in kortsluiting worden gebracht.
- Voor de stroomvoorziening van de besturingseenheid is de installatie voorzien van een onafhankelijke,
externe SCHEIDINGSSCHAKELAAR (niet meegeleverd), waarvan de capaciteit afhangt van de belasting.
-
DE INSTALLATIE van de apparatuur moet zo goed mogelijk worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel
met de bevoegdheden die vereist worden door de van kracht zijnde wetten en waarbij de regelgevingen EN
13241-1, EN 12453 en EN 12445 opgevolgd worden betreffende de veiligheid van automatisering.
90
NL
Z124
6
8
1
7
9
234
11
10
5
12
13
14
15
19
16
17
18
M
24V
c.c.
24V
c.c.
Antenna
FT1
C.M.
C
C
STOP
P/P
230V max. 100W
(cambio funzione con
dip n. 3 e 4)
Lampeggiante
24V
c.c.
230V
50Hz
22V
230V
24
20 23
2221
25
Aansluiting van
contactlijsten met
contact Normaal
Gesloten
Aansluiting van
contactlijsten met
contact Normaal Open
Overeenkomstig met
de regelgeving EN 12978
Niet gebruikte ingang.
Verbind klemmetje 11
met klemmetje 10 en zet
dip nr. 10 op OFF
Afb. 15
TAB. 2
!'%.-/%%0
123/'(44
3"5
Afb. 15B
91
NL
Met behulp van deze procedure kunnen we de deur, die op de reductiemotor is aangesloten, manoeuvreren zoals we
willen, met als doel de installatie voor te bereiden op de programmering en om te begrijpen of de reductiemotor op de
juiste wijze is aangesloten.
Tijdens deze handelingen functioneren de knoppen in de modus “persoon aanwezig” en worden de
veiligheidsmaatregelen genegeerd.
Procedure:
1) Terwijl u de knop PROG. ingedrukt houdt, voert u een reset uit waarbij u met de schroevendraaier de jump Reset
(deel 17 van afb.14) in kortsluiting brengt.
2) Houd de knop PROG. ingedrukt.
3) Led LD1 gaat na drie seconden branden.
4) Laat de toets PROG. los.
5) Activeer de functie voor de handmatige beweging en druk hiervoor opnieuw op knop PROG.
6) Led LD1 gaat nu van constant licht over naar knipperlicht. Procedure geactiveerd.
7) Druk op de toets P/P om de automatisering te openen.
8) Druk op de toets PROG om te sluiten.
9) Om naar een normale functionering terug te keren, dient u een reset van de besturingseenheid uit te voeren (breng
de connector in kortsluiting, deel 17 van afb.14)
Exit
6
MANOEUVRE VOOR HET PLAATSEN VAN DE DEUR
Om de deur te openen in geval van een stroomonderbreking, dient u als volgt
te handelen:
- sluit voor de veiligheid de 230V-stroomtoevoer af
- ga onder de geleider staan die zich dichtbij de ontgrendeltrekstang bevindt
- trek eerst naar beneden en vervolgens in de richting van de reductiemotor (zie afb.16).
Door de deur opnieuw te sluiten wordt de inrichting automatisch geblokkeerd.
Afb. 16
HANDMATIGE ONTGRENDELING VAN DE DEUR
92
NL
Verplichte procedure bij nieuwe installaties, waarvan het doel is om de manoeuvretijden en enkele nuttige parameters voor het
waarnemen van obstakels in het geheugen van de besturingseenheid op te laten slaan. Tijdens de zelfleringsfase wordt de
toets P/P (deel 14 van afb.14) meerdere malen geactiveerd; in plaats daarvan kan instructie P/P worden gegeven (klemmetje
14, afb. 15), of de radiozender gebruikt worden die in het geheugen van de ontvanger op het eerste kanaal is opgeslagen.
Belangrijke opmerkingen vòòr de programmering:
- Zet de besturingseenheid onder spanning en controleer met behulp van de bijbehorende leds (bij de contacten N.C.
moeten de Leds branden, bij contacten N.O. moeten de Leds uit zijn), of de instructie-ingangen goed werken.
- Plaats de vermogentrimmers in het midden zodat er een gevoeligheid verkregen wordt voor een gemiddeld obstakel.
- Maak het manoeuvregebied van de deur vrij.
PROGRAMMERING VAN BEDRIJFS- EN PAUZETIJD
PROGRAMMERING TIJDENPROGRAMMERING TIJDEN
Nadat de geleider en motor voor de sectionaaldeur geïnstalleerd zijn zoals beschreven in de ZEN instructiehandleiding,
gaat u als volgt te werk:
1) Deblokkeer de slede en sluit de deur. Plaats de stop van de sluitbeweging zodanig dat hij op de slede rust. Draai
vervolgens de schroef stevig vast - AFB.1/1A.
2) Deblokkeer de slede en open de deur tot aan het gewenste punt. Plaats de stop van de openingsbeweging zodanig
dat hij op de slede rust. Draai vervolgens de schroef stevig vast – AFB. 2/2A.
3) Maak de slede weer vast en zet de deur ongeveer halverwege het bewegingstraject.
4) Geef stroom en ga verder met de procedure voor zelflering van het bewegingstraject, zoals hieronder beschreven.
Zelflering ZEN met stop openings- en sluitbeweging
Standaard programmering – Alle dipswitches in de stand OFF
1) Houd de knop STOP/PROG ingedrukt tot de led LD1 gaat branden, circa 5 seconden.
2) Druk op de knop PP, de motor opent en bereikt de stop – AFB.2A.
3) De motor zal automatisch weer sluiten en bereikt de stop van de sluitbeweging – AFB.1A.
4) De motor voert een complete testcyclus uit (openings- en sluitbeweging).
OPMERKING: indien u de dipswitches 6 en 9 na de zelflering op ON zet, zal de pauzetijd een default van 30 sec. hebben
en zal de vertraging bij de sluitbeweging de door Telcoma ingestelde waarde hebben.
93
NL
Geavanceerde programmering - dipswitch 6 en dipswitch 9 in de stand ON
Pauzetijd en vertraging bij de sluitbeweging zijn programmeerbaar
1) Houd de knop STOP/PROG ingedrukt tot de led LD1 gaat branden, circa 5 seconden.
2) Druk op de knop PP, de motor opent en bereikt de stop – AFB.2A.
3) Wacht voor de gewenste pauzetijd en druk vervolgens opnieuw op PP, de motor zal weer sluiten.
4) Druk op PP wanneer u de vertraging wilt laten beginnen, de motor vertraagt.
5) De motor bereikt de stop van de sluitbeweging – AFB.1A.
6) De motor voert een complete testcyclus uit (openings- en sluitbeweging).
OPMERKING: indien u het sluitpunt (punt 5) handmatig wilt bepalen, verwijdert u de stop AFB.1A en drukt u op de knop PP
nadat de gewenste sluitpositie bereikt is.
Speciale functies
Indien de sluitpositie niet de gewenste positie is, is het mogelijk een precisieafstelling uit te voeren:
1) Zet met gesloten deur de dipswitch 8 in de stand ON, de led LD1 begint te knipperen.
2) Druk op de knop STOP/PROG om de deur een paar mm verder te laten sluiten.
3) Druk op de knop PP om de deur een paar mm te laten openen.
4) Zet de dipswitch 8 terug in de stand OFF
5) Voer een complete manoeuvre uit en controleer de sluitpositie.
96
NL
Funktie
N.
Dip
OFF ON
Bechrijving Opmerkingen
Modus Ingang
Stap-voor-Stap
Radiokanaal ch1
1
Openen - Stop - Sluiten
Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich; door
opnieuw te drukken sluit hij. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt gedrukt,
blokkeert de deur zich; door opnieuw te drukken gaat hij open.
2
1
Openen - Sluiten
Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich
korte tijd en gaat daarna dicht. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt
gedrukt, blokkeert de deur zich korte tijd en gaat vervolgens open.
2
1
Openen
Woonblokfunctie
Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, gebeurt er niets, wanneer de deur
open is, laadt de knopt P/P de pauzeduur op. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P
wordt gedrukt, blokkeert de deur een moment en gaat vervolgens open.
2
1
Openen - Sluiten
Besturing van openingsmanoeuvre uitgeschakeld
Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, gebeurt er niets. Wanneer er tijdens de
pauzetijd op knop P/P wordt gedrukt, sluit de deur. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt
gedrukt, blokkeert de deur een moment en gaat vervolgens open.
2
Modus uitgang
Knipperlicht
3
Knipperlicht (knip.)
Uitgang knipperlicht. Wanneer deze modus is ingesteld, krijgt u een knipperlichtfunctie
door een klein lampje (230V) op de klemmetjes 6 en 7 aan te sluiten.
4
3
Impuls 230V
Een impuls van één seconde (230V) bij openen (bij het begin van de
beweging).Nuttig voor het aansturen van een tijdrelais voor de verlichting of
om een (afb. 15B).
4
3
Gebruikerslicht
De uitgang (klemmetjes 6 en 7) wordt “gebruikerslicht” (230V, maximum100W).
Brandt tijdens de manoeuvres plus een vertraging van ongeveer 2 minuten.
4
3
Controlelampje
Deze uitgang heeft een functie als “controlelampje“(gedifferentieerd knipperlicht dat de status
van de deur aangeeft). Deur gesloten = uit; bij opening = langzaam knipperend; bij sluiting =
snel knipperend; tijdens pauze = 2 knipperingen met pauze; deur geblokkeerd door stopknop
= constant brandend licht. Na een reset of een stroomuitval is het controlelampje uit.
4
Voorwaarschuwing 5
Uitgeschakeld
Het knipperlicht wordt gelijktijdig met de motor van stroom voorzien.
Ingeschakeld
Het knipperlicht wordt tenminste 5 seconden vòòr iedere manoeuvre van stroom voorzien.
Opnieuw sluiten 6
Uitgeschakeld
Na een volledige opening, sluit de besturingseenheid de deur alleen weer door middel
van een handmatig bevel.
Ingeschakeld
Na een volledige opening, sluit de besturingseenheid de deur weer na een geprogrammeerde pauzeduur.
Eindslag 7
Uitgeschakeld
Functie uitgesloten
Ingeschakeld
Vermogensimpuls aan het einde van de sluiting. Is nuttig aangezien de
kanteldeur daarmee zijn beweging kan voltooien.
Sluitpositie 8
Uitgeschakeld
Functie uitgesloten
Ingeschakeld
Afstelling van het sluitpunt na de zelflering
Vertraging 9
Uitgeschakeld
Aan het eind van de loop wordt de vertraging niet uitgevoerd.
Ingeschakeld
Indien de vertraging is ingeschakeld halveert de motor zijn snelheid tegen het
einde van iedere bewegingsmanoeuvre.
Ingang contactlijst 10
Ingang NC
Eventueel aangesloten contactlijsten moeten een NC-contact hebben (zie tab.2)
Gebalanceerde ingang
Eventueel aangesloten contactlijsten moeten een NO-contact hebben met een
parallel geschakelde 8K2 weerstand (zie tab. 2)
TAB. 3
INSTELLING FUNCTIES (tab. 3)
De verschillende beschreven opties kunnen worden geselecteerd met de dip-switch-functies (deel 19 van afb.14).
- Gelieve er rekening mee te houden dat om de besturingseenheid een instellingswijziging te laten leren de stroom
moet worden uitgeschakeld en weer moet worden ingeschakeld, of anders dient u de 2 pinnen voor reset van de
besturingseenheid eventjes te laten kortsluiten.
VERMOGENSAFSTELLING
Volgens de regelgeving EN 12445 moeten alle automatiseringen de met een speciaal instrument gemeten botstest met
goed gevolg afleggen. Voer deze botstest uit en stel de kracht van de ZEN af met behulp van de trimmer (deel 22 Afb. 14).
Mocht dit niet voldoende zijn om binnen de grafiekwaarden van de norm te komen, dan raden wij u aan een zachte rubber
lijst aan de kop van de deur aan te brengen zodat de botsing minder hard aankomt. Mocht u nadat u de gevoeligheid hebt
afgesteld en een rubber lijst hebt aangebracht er nog niet in slagen aan de norm te voldoen, dan is het verplicht alternatieve
inrichtingen aan te brengen zoals bijvoorbeeld een contactlijst op de rand van het bewegende deel van de deur.
97
NL
INSTEEKONTVANGER model OC (optional)
1) De installatie van de automatisering moet op deugdelijke wijze uitgevoerd worden door vakmensen die aan de wettelijke
eisen voldoen en moet in overeenstemming zijn met de Machinerichtlijn 98/37/EG en de normen EN 12453 en EN 12445.
2)
Er moet gecontroleerd worden of de bestaande constructie-elementen stevig zijn met het oog op de kracht die door de motor ontwikkeld wordt.
3)
Er moet gecontroleerd worden of er aan het einde van de opening en aan het einde van de sluiting van de vleugels mechanische stops zijn die stevig genoeg zijn.
4) Controleer de staat van de kabels die eventueel reeds in de installatie aanwezig zijn.
5)
Er moet een risicoanalyse van de automatisering gemaakt worden en op basis daarvan moeten de nodige veiligheids- en waarschuwingssystemen toegepast worden.
6)
De bedieningselementen (bijv. de sleutelschakelaar) moeten zodanig geïnstalleerd worden dat de gebruiker zich niet op gevaarlijke plaatsen bevindt.
7)
Na afloop van de installatie moeten de veiligheids-, waarschuwings- en ontgrendelsystemen van de automatisering diverse keren getest worden.
8) Op de automatisering moet het CE-etiket of het CE-plaatje met informatie over de gevaren en de typegegevens aangebracht worden.
9)
De gebruiksaanwijzing, de veiligheidsvoorschriften en de EG-verklaring van overeenstemming moeten aan de eindgebruiker gegeven worden.
10)
Er moet nagegaan worden of de gebruiker de juiste automatische, handbediende en noodwerking van de automatisering begrepen heeft.
11) Informeer de gebruiker schriftelijk (bijvoorbeeld in de aanwijzingen voor gebruik) ten aanzien van het volgende:
a. eventueel nog aanwezige niet-beveiligde restrisico’s en voorspelbaar oneigenlijk gebruik.
b.
de stroomtoevoer los te koppelen wanneer er schoonmaakwerkzaamheden in de zone rondom de automatisering worden verricht of klein onderhoud (bijvoorbeeld: schilderwerk).
c.
dikwijls te controleren dat er geen zichtbare schade aan de automatisering is, en indien die er is, onmiddellijk de installateur te waarschuwen
d. geen kinderen in de onmiddellijke nabijheid van de automatisering te laten spelen
12) Er moet een onderhoudsplan van de installatie opgesteld worden (minimaal om de 6 maanden voor de beveiligingen)
waarbij de uitgevoerde werkzaamheden in een speciaal register genoteerd moeten worden.
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN M.B.T. DE INSTALLATIE
De ontvangers zijn zelflerend en kunnen meerdere codes op eenzelfde kanaal opslaan
De functies van de twee radiokanalen zijn:
Kanaal 1 Stap-voor-stap
Kanaal 2 niet aangesloten
Om de zenders in het geheugen op te slaan handelt u als volgt:
- Plaats de zender in de connector (deel 7 van afb. 14)
- Voorzie de besturingseenheid van stroom en wacht tot de leds op de ontvanger uitgaan.
- Druk op de ontvanger op de knop van het kanaal dat moet worden opgeslagen, (P1 stap-voor-stap) de overeenkomstige led zal beginnen te knipperen.
Knippert de led twee keer, gelieve u te wachten en de handeling te herhalen (maar de toets mag maar één keer worden ingedrukt).
- Verzend met de te programmeren afstandsbediening.
- Indien de led op de ontvanger lang knippert betekent dit dat het opslaan tot een goed einde is gebracht.
- Indien de code al in het geheugen bestaat, knipperen de leds op de ontvanger gelijktijdig.
De in het geheugen opgeslagen codes kunnen in reset worden gebracht: houd hiervoor gedurende ongeveer 15
seconden knop P1 van de ontvanger ingdrukt totdat beide leds gaan branden.
De antenne moet worden aangesloten op de klemmetjes 18 (omhulsel) en 19 (besturingseenheid) zie afb.15.
Voor verdere informatie en specificaties gelieve de handleiding te raadplegen die bij de ontvanger hoort.
VERWIJDERING
Dit product bestaat uit diverse onderdelen die ook weer verontreinigende stoffen kunnen bevatten. Het
product mag niet zomaar weggegooid worden! Informeer over de wijze van hergebruik of verwijdering
van het product en neem daarbij de wettelijke voorschriften die ter plaatse gelden in acht.
100
CERTIFICATO DI GARANZIA
PRODOTTO
DATA D’INSTALLAZIONE
TIMBRO E/O FIRMA DELL’INSTALLATORE
I
GARANZIA
La presente garanzia copre gli eventuali guasti e/o anomalie
dovuti a difetti e/o vizi di fabbricazione. La garanzia decade
automaticamente in caso di manomissione o errato utilizzo
del prodotto.
Durante il periodo di garanzia la ditta Telcoma srl si impegna
a riparare e/o sostituire le parti difettate e non manomesse.
Restano a intero ed esclusivo carico del cliente il diritto di
chiamata, nonché le spese di rimozione, imballo e trasporto
del prodotto per la riparazionee sostituzione.
GB
WARRANTY
This warranty covers any failure and/or malfunctioning due
to manifacturing faults and/or badworkmanship.
The warranty is automatically invalidated if the product is
tempered with or used incorrectly.
During the warranty period, Telcoma srl undertakes to repair
and/or replace faulty parts provided they have not been
tampered with.
The call-out charge as well as the expenses for disassembly
removal packing and transport of the product for repair or
replacement shall be charged entirelyto the customer.
F
GARANTIE
Cette garantie couvre les éventuelles pannes et/ou
anomalies imputables à des défauts eou vis de fabrication.
La garantie s'annule automatiquement si le produit a été
modifié ou utilisé de maniére impropre. L'entreprise Telcoma
srl s'engange, durant la periode de garantie du produit, à
reparer et/ou remplacer les piéces defectueuses n'ayant
pas subi de modifications. Restent entièrement et
exclusivament à la charge du client, le droit d'appel ainsi que
les frais d'enleévement, d'emballage et de transport du
produit pour sa réparation ousubstitution.
D
GARANTIE
Die vorliegende Garantie deckt eventuelle Defekte und/oder
Betriebsstörungen ab, die auf Fabricationsfehler
und/oder mängel zurück-zuführen sin. Die Garantie
verfällt automatisch im Falle von Manipulationen oder
fehlerhaftem Gebrauch des Produktes. Während der
Garantiezeit verpflichtet sich die Firma Telcoma srl, die
defekten und nicht manipulierten Teile zu reparieren
und/oder auszutauschen. Die Auforderung des
Kundendienstes als auch die Kosten für die Abholung, die
Verpackung und den Transport des Produkten für die
Reparatur bzw den Austausch gehen zu vollen und
ausschliefßlichen Lasten des Kunden.
E
GARANTÍA
La presente garantía es válida en el caso cie averias y/o
anomaliás causadas por defectos y/o desperfectos de
fabricación. La garantía automáticamente pierde valor en el
caso de arreglos improprios o utilizactión equivocada del
producto. Durante el periodo de garantía, la empresa
Telcoma srl se compromete a reparar y/o cambiar la partes
defectuosas que no hayan sido dañadas. Quedan a total y
exclusivo cargo del cliente el derecho de llamada, como asi
también los gastos de desmontaje, embalaje y transporte
del producto para la raparacióno cambio.
NL
GARANTIE
Deze garantie dekt eventuele storingen en/of defectendie te
wijten aan fabrieksfouten en/of gebreken. De garantie
vervalt automatisch indien de gebruiker zelf aan het produkt
gesleuteld heeft of veranderingen aangebracht heeft of
indien het produkt op verkeerde wijze gebruikt is. Tijdens de
garantietermijn neemt de Firma Telcoma srl de verplichting
op te defecte onderdelen te repareren en/of te vervangen
mits de gebruiker deze onderdelen niet zelf geprobeerd
heeft te repareren. De voorrijkosten alsmede de onkosten
voor het demonteren, het verpakken en verzenden van het
produkt te repareren of te vervangen zijn en blijven
uitsluitend voor rekening van deklant.
Telcoma srl - Via L. Manzoni, 11 - Z.I. Campidui
31015 Conegliano - (TV) Italy - Tel. 0438-451099
Fax 0438-451102 - Part. IVA 00809520265
http://www.telcoma.it E-mail: info@telcoma .it
Telcoma srl - Via L. Manzoni, 11 - Z.I. Campidui
31015 Conegliano - (TV) Italy - Tel. +39 0438-451099
Fax +39 0438-451102 - Part. IVA 00809520265

Documenttranscriptie

NL MODELLEN EN TECHNISCHE GEGEVENS ZEN 60: Onomkeerbare elektromechanische reductiemotor, voor particulier gebruik, 24Vdc-motor met encoder, trekkracht max 600 N. Besturingseenheid en gebruikerslicht zijn ingebouwd. ZEN 100: Onomkeerbare elektromechanische reductiemotor, voor particulier gebruik, 24Vdc- motor met encoder, trekkracht max 1000 N. Besturingseenheid en gebruikerslicht zijn ingebouwd. De reductiemotoren van de serie ZEN kunnen bij verschillende typen geleiders worden gebruikt, afhankelijk van de omstandigheden. Ze zijn bovendien beschikbaar op beide modellen, voor de uitvoeringen met ketting of riem. STALEN TRANSMISSIEGELEIDERS ZENGB1: Enkele geleider, L=3200mm, riem en accessoires. ZENGC1: Enkele geleider, L=3200mm, ketting en accessoires. ZENGB2: Modulaire geleider, 2 stuks L=1600mm, riem en accessoires. ZENGC2: Modulaire geleider, 2 stuks L=1600mm, ketting en accessoires. ZENGB3: Modulaire geleider, 3 stuks L=1060mm, riem en accessoires. ZENGC3: Modulaire geleider, 3 stuks L=1060mm, ketting en accessoires APART LEVERBAAR KSSTAR: Externe ontgrendelinrichting voor kanteldeuren. BO: Adapterarm voor kanteldeuren met tegengewichten ZENGB4: Supplementaire geleider en riem L= 1060mm alleen voor modellen met riem. ZENST2: Kit supplementaire bevestigingsbeugels. 82 NL TECHNISCHE DATEN ZEN 60 ZEN 100 24 Vdc 24 Vdc 9 m2 12 m2 Openingsijd 20 sec 20 sec Max. stroomopname (230Vac) 0.5 A 0.5 A 5A 5A Werkingstemperatuur -10 +70°C -10 +70°C Beschermingsklasse IP 30 IP 30 Ingebouwde besturingseenheid Z124 Z124 2842 mm* 2842 mm* 600 N 1000 N Stroomvoorziening motor Max.oppervlakte deur Max. stroomopname motor (24V) Nuttige loop Max. duwkracht Encoder Ja Ja Lengte geleider 3200 mm** 3200 mm** Batterijoplader apart leverbaar apart leverbaar Gebruikerslicht 10W Halogen 10W Halogen 80% 80% Onderbreking bedrijf * met Optional ZENGB4: 3902 mm ** met Optional ZENGB4: 4240 mm max CONTROLES VOORAF Voordat u tot installatie overgaat, raden we u aan de volgende controles en/of handelingen uit te voeren. 1) Gelieve nauwkeurig de instructies te lezen en erop te letten dat u de juiste volgorde aanhoudt van de afzonderlijke montagefasen. 2) Het apparaat mag niet in bedrijf worden gesteld in een omgeving waar zich ontvlambaar gas of brandbare vloeistoffen bevinden. 3) De deur (sectionaal-/kanteldeur) moet een stevige en adequate structuur hebben. 4) De openings- of sluitmanoeuvres van de deur moeten plaatsvinden zonder dat er zich wrijvings- of vibratiepunten voordoen. 5) De deur moet uitsluitend open- en dichtgaan met behulp van de trek-/duwkracht (zonder keer- of draaibewegingen). 6) Verwijder de blokkeergrendel van de deur tijdens de sluitmanoeuvre. PLATZBEDARF Abb. 17 83 NL 1) 2) 3) 4) 5) OVERZICHTSTEKENING (Afb.1) Reductiemotor Besturingseenheid Z124 + Ontvanger OC2 Transmissiegeleiders Geleidersteunen + beugels Aandrijfarm 6) Antenne Afb. 1 7) Afstandsbediening 8) Knipperlicht 9) Stel fotocellen VEDO180 10) Stroomvoorzieningslijn (230Vac) EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING De fabrikant: Telcoma srl Via L. Manzoni, 11 - 31015 - Z.I. Campidui Conegliano (TV) - ITALIE VERKLAART dat de producten: REDUCTIEMOTOR ZEN 60 en REDUCTIEMOTOR ZEN 100 in overeenstemming zijn met onderstaande EEG-Richtlijnen: - EEG-Richtlijnen 73/23 EEG-Richtlijn 93/68 Laagspanning - EEG-Richtlijn 89/336 EEG-Richtlijn 92/31 - EEG-Richtlijn 92/31 Elektromagnetische compatibiliteit en dat: zijn toegepast onderstaande delen/clausules van de geharmoniseerde normen: EN60335-1, EN 60204-1, EN 61000-6-3, EN61000-6-1 en voor zover van toepassing van de normen EN12445 en EN12453 VERKLARING VAN DE FABRIKANT (EEG-Richtlijn 98/37 Bijlage II, Deel B) Het product is vervaardigd om in een machine te worden ingebouwd of om te worden geassembleerd met andere machines die samen een machine te vormen in de zin van de EEG-Richtlijn 98/37 En verklaart bovendien dat het niet is toegestaan het product in bedrijf te stellen tot de machine waarin zij zullen worden ingebouwd of waarvan zij een onderdeel gaan vormen, geïdentificeerd zal zijn en de overeenstemming met de voorwaarden van de EEG-Richtlijn 98/87 zal zijn verklaard alsook met de nationale wetgeving waarin die zal worden opgenomen, dat wil zeggen totdat het product waarop deze verklaring betrekking heeft een enkel geheel vormt met de uiteindelijke machine. Conegliano, 01/01/2009 84 Wettelijke vertegenwoordiger Augusto Silvio Brunello NL MONTAGE TRANSMISSIEGELEIDER Indien u in het bezit bent van modulaire profielen van 1060mm of van 1600mm, assembleert u de geleider zoals aangegeven staat in de procedure. - Zoek een plaats waar de geleider helemaal kan worden uitgelegd. - Draai de moer D los terugloopsteun F (afb.2) weg. - Draai de geassembleerde geleiders met ketting/riem tot er één enkel profiel wordt gevormd. - Sluit de geleiders A-B met behulp van het koppelprofiel C (afb. 3) aan. - Breng het onderdeel F in de geleider (afb. 4). - Breng de veer E aan en zet die met de daarvoor bestemde moer D vast. Monteer daarna het onderdeel G met schroef en moer M8 (afb. 5). - Monteer de trekarm (afb. 6). - Draai de moer D zodanig aan dat de ketting (riem) in tractie komt. Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 Afb. 5 Afb. 6 Afb. 6A Let op! Na afloop van de installering van de automatisering dient u te controleren of de ketting of riem goed aangespannen is, ATT. abf.6A. Draai aan moer D indien de ketting bij gesloten deur niet gespannen blijkt te zijn. 85 NL INSTALLATIE SECTIONAALDEUR: bevestig de transmissiegeleider met de juiste pluggen en schroeven in het midden van de sectionaaldeur, direct boven de veerstang. Wij raden aan de geleider ongeveer 40mm boven de passage van de sectionaaldeur te installeren (afb. 7 en 8). Nivelleer de geleider op een gelijk niveau en blokkeer hem met de geleidersteunen en de meegeleverde beugels (afb.9). Maak de bevestigingsbeugel voor de deur met de juiste schroeven zo hoog mogelijk vast op de deur. Bevestig vervolgens de beugel aan de aandrijfarm (afb.10). Afb. 7 Afb. 8 Afb. 9 Afb. 10 KANTELDEUR MET VEREN: bevestig de transmissiegeleider met de juiste schroeven en pluggen in het midden van de kanteldeur, direct boven de deurstijl. Wij raden aan de geleider ongeveer 40mm boven de passage van de deur te installeren (zoals bij de sectionaaldeur). Nivelleer de geleider en blokkeer hem met de geleidersteunen en meegeleverde beugels.(afb. 9). Maak de bevestigingsbeugel van de deur met de juiste schroeven zo hoog mogelijk vast op de deur. Bevestig vervolgens de beugel aan de aandrijfarm (afb. 10). KANTELDEUR MET CONTRAGEWICHTEN: wij raden aan de adaptorarm (code BO) op het midden van de kanteldeur te bevestigen op de hoogste dwarsbalk en het andere uiteinde op een van de horizontale dwarsbalken. Voor de bevestiging bij de handgreep is een kleine afwijking toegestaan (afb.11). Bevestig de geleider met de juiste pluggen en schroeven op ongeveer 20÷50 mm afstand van het maximumopeningspunt van de deur (afb.12). Nivelleer de geleider en blokkeer hem met de geleidersteunen en de bijhorende beugels zoals (afb.9). Maak de aandrijfarm met behulp van tenminste twee schroeven en moeren (niet meegeleverd) aan het uiteinde van de adaptorarm vast. 86 NL Afb. 11 Afb. 12 INSTALLATIE VAN DE REDUCTIEMOTOR: plaats de reductiemotor in het achterste uiteinde van de geleider totdat de trekas H er helemaal is ingevoegd. U kunt hierbij helpen door de reductiemotor te draaien. Bevestig de reductiemotor vervolgens met de schroeven M8x30 (afb. 13). Ga vervolgens over tot de voorbereiding van de elektrische installatie. In geval u beschikt over een zeer kleine garage en u meer licht wenst te creëren, kan de ZEN reductiemotor gemonteerd worden terwijl hij 180° gedraaid is (het omgekeerde van afb.13) zodat het gebruikerslicht naar buiten gericht wordt. Afb. 13 ELEKTRONISCHE BESTURINGSEENHEID Z124 In de automatiseringen ZEN 100 en ZEN 60 bevindt zich een besturingskaart, model Z124, van waaruit alle elektrische verbindingen starten (motor, encoder, stroomvoorziening etc.) en die voorzien is van een connector voor een radio-ontvanger model OC (optional) en van een schroefklem voor het gebruikerslicht. 87 NL BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN (afb. 14) 1) Klemmenstrip voor 230 V aansluitingen (lijn, primaire transformator en knipperlicht) 2) Zekering lijn T2A 230V 3) Zekering stroomvoorziening T10A 24V 4) Klemmenstrip aansluiting motor, 24V en secondaire transformator (22V) 5) Klemmenstrip voor gebruikerslicht 12V 10W 6) Connector aansluiting encoder 7) Connector voor optionele radiokaart model OC. 8) Programmeertoets radiokanaal 1 9) Led radiokanaal 1 10) Led radiokanaal 2 11) Programmeertoets radiokanaal 2 12) Klemmenstrip aansluiting uitgang tweede radiokanaal (indien beschikbaar). 13) Klemmenstrip aansluiting ingangen, 24V en antenne. 14) Knop P/P Stap-voor-stap 15) Led voor signalering status ingangen STAP- voor- STAP. Led uit = ingang open. 16) Knop PROG voor Programmering en Stop* 17) Reset besturingseenheid. Het eventjes in kortsluiting brengen van de 2 pinnen komt overeen met het uitschakelen en weer inschakelen van de stroomvoorziening naar de besturingseenheid 18) Led voor signalering status ingang FOTOCEL. Led aan = ingang gesloten 19) Dip-switch functies 20) Led voor signalering status ingangen STOP. Led aan = ingang gesloten 21) Led Programmering (LD1) 22) Trimmer voor regeling van het vermogen. (*) Deze STOP-knop moet niet als beveiliging worden beschouwd maar slechts als dienstknop die helpt om het testen tijdens de installatie te vergemakkelijken . 12 11 10 13 8 9 14 P2 P1 15 7 16 Radio RX mod. OC (optional) 6 17 5 18 19 4 20 21 3 22 Z124 2 Afb. 14 88 1 NL ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN Raadpleeg voor de aansluitingen de tabellen 1 en 2 en afbeelding 15. In geval van al bestaande installaties is een algemene controle van de toestand van de conductoren gewenst (doorsnede, isolering, contacten) en van de neveninrichtingen (fotocellen, ontvangers, toetsenborden, sleutelschakelaars etc.) 1) De doorsnede van de kabels moet berekend worden op basis van hun lengte en stroomopname. 2) Gebruik geen enkele meerpolige kabel samen voor andere apparatuur. 3) Indien de besturingskabels heel lange trajecten afleggen (meer dan 50 meter) raden wij een ontkoppeling aan met relais die dicht bij de besturingseenheid zijn gemonteerd. 5) Alle N.C. -contacten die aan dezelfde ingang zijn gekoppeld moeten in serie worden aangesloten. 6) Alle N.O. -contacten die aan dezelfde ingang zijn gekoppeld moeten parallel worden aangesloten. Advies voor een juiste installatie: 4) Alle N.C. -ingangen (fotocellen, contactlijsten en stops), die in de besturingseenheid niet gebruikt worden, moet met de gemeenschappelijke leider in kortsluiting worden gebracht. - Voor de stroomvoorziening van de besturingseenheid is de installatie voorzien van een onafhankelijke, externe SCHEIDINGSSCHAKELAAR (niet meegeleverd), waarvan de capaciteit afhangt van de belasting. - DE INSTALLATIE van de apparatuur moet zo goed mogelijk worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel met de bevoegdheden die vereist worden door de van kracht zijnde wetten en waarbij de regelgevingen EN 13241-1, EN 12453 en EN 12445 opgevolgd worden betreffende de veiligheid van automatisering. TAB. 1 Mor n. Mor n. Inrichting V I max 1 2 Transformator 230V (primair stroomcircuit) 3 5 Lijn 230V 1A 6 7 Knipperlicht of lampje 230V 0,5A 8 9 Lampje 12Vcc 1A Functie 0,5A Stroomvoorziening Stroomvoorziening besturingseenheid Opmerkingen Sluit deze uitgang aan op de primaire stroomkring van de meegeleverde transformator. Aan de 230V-lijn aansluiten. Zie elektrische aansluitingen. Tijdens de manoeuvre ingeschakeld. De inschakeling kan vervroegd worden (voorwaarschuwing) zie dip switch functies nr.5. Door dips 3 Wanneer de besturingseenheid alleen op batterijen en 4 te combineren zijn er met deze uitgang eveneens andere functies werkt, vermindert de knipperlichtfrequentie tijdens mogelijk (zie tab. 3) de manoeuvres Bewegingsaanwijzer Gebruikerslicht Indien ingeschakeld tijdens de manoeuvres, wordt hij uitgeschakeld met een vertraging van ongeveer 2 minuten. 11 10 , 15 NC-/NO- contact Contactlijst tijdens sluiting (C.M.) Tijdens het sluiten stopt de motor en gaat helemaal open. Zie tabel 2 voor het type aansluiting. 12 10 , 15 N.C.-contact Fotocel 1 Keert tijdens het sluiten de looprichting om. Sluit deze ingang aan op de gemeenschappelijke leider indien hij niet gebruikt wordt. 13 10 , 15 N.C.-contact Stop Alle functies worden geblokkeerd. Sluit deze ingang aan op de gemeenschappelijke leider indien hij niet gebruikt wordt. 14 10 , 15 Knop n.o. Stap-voor-stap Zie dip-switch functies nr.1 en nr.2 (tab.3) Stroomvoorziening Permanente stroomvoorziening voor fotocellen en externe ontvangers. In geval een ontvanger op een daarvoor bestemde connector wordt aangesloten gelieve u de kenmerken van de antenne te raadplegen die door de fabrikant worden vereist 16 17 Nevenhulpinrichtingen 24Vcc 1A 18 Antenne Rx* Omhulsel 19 Antenne Rx* Besturingseenheid 20 21 Transformator 22Vca (secondair stroomcircuit) 6,8A Stroomvoorziening 22 23 CB24 24Vcc 5A Batterijoplader (optional) 24 25 Motor 24Vcc 5A Openen /Sluiten Ingang Sluit deze ingang aan op het secondaire stroomcircuit van de meegeleverde transformator (22V). Voorbereiding aansluiting van de batterijoplader CB24 (optional) en de batterijen (optional) Uitgang 89 NL TAB. 2 Aansluiting van contactlijsten met contact Normaal Gesloten Aansluiting van contactlijsten met contact Normaal Open Overeenkomstig met de regelgeving EN 12978 C.M. C FT1 P/P 24V c.c. STOP Antenna C Niet gebruikte ingang. Verbind klemmetje 11 met klemmetje 10 en zet dip nr. 10 op OFF 19 18 17 16 15 14 13 12 11 10 24V c.c. 8 9 24V c.c. 20 21 22 23 24 25 M 22V 1 2 3 4 5 6 7 Z124 230V 230V 50Hz (cambio funzione con dip n. 3 e 4) Afb. 15  90 Afb. 15B Lampeggiante 230V max. 100W  3"5 !'%.-/%%0 123/'(44 NL MANOEUVRE VOOR HET PLAATSEN VAN DE DEUR Met behulp van deze procedure kunnen we de deur, die op de reductiemotor is aangesloten, manoeuvreren zoals we willen, met als doel de installatie voor te bereiden op de programmering en om te begrijpen of de reductiemotor op de juiste wijze is aangesloten. ✓ Tijdens deze handelingen functioneren de knoppen in de modus “persoon aanwezig” en worden de veiligheidsmaatregelen genegeerd. Procedure: 1) Terwijl u de knop PROG. ingedrukt houdt, voert u een reset uit waarbij u met de schroevendraaier de jump Reset (deel 17 van afb.14) in kortsluiting brengt. 2) Houd de knop PROG. ingedrukt. 3) Led LD1 gaat na drie seconden branden. 4) Laat de toets PROG. los. 5) Activeer de functie voor de handmatige beweging en druk hiervoor opnieuw op knop PROG. 6) Led LD1 gaat nu van constant licht over naar knipperlicht. Procedure geactiveerd. 7) Druk op de toets P/P om de automatisering te openen. 8) Druk op de toets PROG om te sluiten. 9) Om naar een normale functionering terug te keren, dient u een reset van de besturingseenheid uit te voeren (breng de connector in kortsluiting, deel 17 van afb.14) 6 Exit HANDMATIGE ONTGRENDELING VAN DE DEUR Om de deur te openen in geval van een stroomonderbreking, dient u als volgt te handelen: - sluit voor de veiligheid de 230V-stroomtoevoer af - ga onder de geleider staan die zich dichtbij de ontgrendeltrekstang bevindt - trek eerst naar beneden en vervolgens in de richting van de reductiemotor (zie afb.16). Door de deur opnieuw te sluiten wordt de inrichting automatisch geblokkeerd. Afb. 16 91 NL PROGRAMMERING VAN BEDRIJFS- EN PAUZETIJD Verplichte procedure bij nieuwe installaties, waarvan het doel is om de manoeuvretijden en enkele nuttige parameters voor het waarnemen van obstakels in het geheugen van de besturingseenheid op te laten slaan. Tijdens de zelfleringsfase wordt de toets P/P (deel 14 van afb.14) meerdere malen geactiveerd; in plaats daarvan kan instructie P/P worden gegeven (klemmetje 14, afb. 15), of de radiozender gebruikt worden die in het geheugen van de ontvanger op het eerste kanaal is opgeslagen. Belangrijke opmerkingen vòòr de programmering: - Zet de besturingseenheid onder spanning en controleer met behulp van de bijbehorende leds (bij de contacten N.C. moeten de Leds branden, bij contacten N.O. moeten de Leds uit zijn), of de instructie-ingangen goed werken. - Plaats de vermogentrimmers in het midden zodat er een gevoeligheid verkregen wordt voor een gemiddeld obstakel. - Maak het manoeuvregebied van de deur vrij. PROGRAMMERING TIJDEN Nadat de geleider en motor voor de sectionaaldeur geïnstalleerd zijn zoals beschreven in de ZEN instructiehandleiding, gaat u als volgt te werk: 1) Deblokkeer de slede en sluit de deur. Plaats de stop van de sluitbeweging zodanig dat hij op de slede rust. Draai vervolgens de schroef stevig vast - AFB.1/1A. 2) Deblokkeer de slede en open de deur tot aan het gewenste punt. Plaats de stop van de openingsbeweging zodanig dat hij op de slede rust. Draai vervolgens de schroef stevig vast – AFB. 2/2A. 3) Maak de slede weer vast en zet de deur ongeveer halverwege het bewegingstraject. 4) Geef stroom en ga verder met de procedure voor zelflering van het bewegingstraject, zoals hieronder beschreven. Zelflering ZEN met stop openings- en sluitbeweging Standaard programmering – Alle dipswitches in de stand OFF 1) Houd de knop STOP/PROG ingedrukt tot de led LD1 gaat branden, circa 5 seconden. 2) Druk op de knop PP, de motor opent en bereikt de stop – AFB.2A. 3) De motor zal automatisch weer sluiten en bereikt de stop van de sluitbeweging – AFB.1A. 4) De motor voert een complete testcyclus uit (openings- en sluitbeweging). OPMERKING: indien u de dipswitches 6 en 9 na de zelflering op ON zet, zal de pauzetijd een default van 30 sec. hebben en zal de vertraging bij de sluitbeweging de door Telcoma ingestelde waarde hebben. 92 NL Geavanceerde programmering - dipswitch 6 en dipswitch 9 in de stand ON Pauzetijd en vertraging bij de sluitbeweging zijn programmeerbaar 1) 2) 3) 4) 5) 6) Houd de knop STOP/PROG ingedrukt tot de led LD1 gaat branden, circa 5 seconden. Druk op de knop PP, de motor opent en bereikt de stop – AFB.2A. Wacht voor de gewenste pauzetijd en druk vervolgens opnieuw op PP, de motor zal weer sluiten. Druk op PP wanneer u de vertraging wilt laten beginnen, de motor vertraagt. De motor bereikt de stop van de sluitbeweging – AFB.1A. De motor voert een complete testcyclus uit (openings- en sluitbeweging). OPMERKING: indien u het sluitpunt (punt 5) handmatig wilt bepalen, verwijdert u de stop AFB.1A en drukt u op de knop PP nadat de gewenste sluitpositie bereikt is. Speciale functies Indien de sluitpositie niet de gewenste positie is, is het mogelijk een precisieafstelling uit te voeren: 1) Zet met gesloten deur de dipswitch 8 in de stand ON, de led LD1 begint te knipperen. 2) Druk op de knop STOP/PROG om de deur een paar mm verder te laten sluiten. 3) Druk op de knop PP om de deur een paar mm te laten openen. 4) Zet de dipswitch 8 terug in de stand OFF 5) Voer een complete manoeuvre uit en controleer de sluitpositie. 93 NL INSTELLING FUNCTIES (tab. 3) De verschillende beschreven opties kunnen worden geselecteerd met de dip-switch-functies (deel 19 van afb.14). - Gelieve er rekening mee te houden dat om de besturingseenheid een instellingswijziging te laten leren de stroom moet worden uitgeschakeld en weer moet worden ingeschakeld, of anders dient u de 2 pinnen voor reset van de besturingseenheid eventjes te laten kortsluiten. TAB. 3 Funktie Modus Ingang Stap-voor-Stap Radiokanaal ch1 Modus uitgang Knipperlicht N. OFF ON Dip 1 2 1 2 1 2 1 2 3 4 3 4 3 4 3 4 Voorwaarschuwing 5 Opnieuw sluiten 6 Eindslag 7 Sluitpositie 8 Vertraging 9 Ingang contactlijst 10 • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • Bechrijving Opmerkingen Openen - Stop - Sluiten Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich; door opnieuw te drukken sluit hij. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich; door opnieuw te drukken gaat hij open. Openen - Sluiten Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich korte tijd en gaat daarna dicht. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur zich korte tijd en gaat vervolgens open. Openen Woonblokfunctie Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, gebeurt er niets, wanneer de deur open is, laadt de knopt P/P de pauzeduur op. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur een moment en gaat vervolgens open. Besturing van openingsmanoeuvre uitgeschakeld Wanneer er tijdens de opening op knop P/P wordt gedrukt, gebeurt er niets. Wanneer er tijdens de pauzetijd op knop P/P wordt gedrukt, sluit de deur. Wanneer er tijdens het sluiten op knop P/P wordt gedrukt, blokkeert de deur een moment en gaat vervolgens open. Knipperlicht (knip.) Uitgang knipperlicht. Wanneer deze modus is ingesteld, krijgt u een knipperlichtfunctie door een klein lampje (230V) op de klemmetjes 6 en 7 aan te sluiten. Impuls 230V Een impuls van één seconde (230V) bij openen (bij het begin van de beweging).Nuttig voor het aansturen van een tijdrelais voor de verlichting of om een (afb. 15B). Gebruikerslicht De uitgang (klemmetjes 6 en 7) wordt “gebruikerslicht” (230V, maximum100W). Brandt tijdens de manoeuvres plus een vertraging van ongeveer 2 minuten. Controlelampje Deze uitgang heeft een functie als “controlelampje“(gedifferentieerd knipperlicht dat de status van de deur aangeeft). Deur gesloten = uit; bij opening = langzaam knipperend; bij sluiting = snel knipperend; tijdens pauze = 2 knipperingen met pauze; deur geblokkeerd door stopknop = constant brandend licht. Na een reset of een stroomuitval is het controlelampje uit. Openen - Sluiten Uitgeschakeld Ingeschakeld Uitgeschakeld Ingeschakeld Uitgeschakeld Ingeschakeld Uitgeschakeld Ingeschakeld Uitgeschakeld Ingeschakeld Ingang NC Gebalanceerde ingang Het knipperlicht wordt gelijktijdig met de motor van stroom voorzien. Het knipperlicht wordt tenminste 5 seconden vòòr iedere manoeuvre van stroom voorzien. Na een volledige opening, sluit de besturingseenheid de deur alleen weer door middel van een handmatig bevel. Na een volledige opening, sluit de besturingseenheid de deur weer na een geprogrammeerde pauzeduur. Functie uitgesloten Vermogensimpuls aan het einde van de sluiting. Is nuttig aangezien kanteldeur daarmee zijn beweging kan voltooien. Functie uitgesloten de Afstelling van het sluitpunt na de zelflering Aan het eind van de loop wordt de vertraging niet uitgevoerd. Indien de vertraging is ingeschakeld halveert de motor zijn snelheid tegen het einde van iedere bewegingsmanoeuvre. Eventueel aangesloten contactlijsten moeten een NC-contact hebben (zie tab.2) Eventueel aangesloten contactlijsten moeten een NO-contact hebben met een parallel geschakelde 8K2 weerstand (zie tab. 2) VERMOGENSAFSTELLING Volgens de regelgeving EN 12445 moeten alle automatiseringen de met een speciaal instrument gemeten botstest met goed gevolg afleggen. Voer deze botstest uit en stel de kracht van de ZEN af met behulp van de trimmer (deel 22 Afb. 14). Mocht dit niet voldoende zijn om binnen de grafiekwaarden van de norm te komen, dan raden wij u aan een zachte rubber lijst aan de kop van de deur aan te brengen zodat de botsing minder hard aankomt. Mocht u nadat u de gevoeligheid hebt afgesteld en een rubber lijst hebt aangebracht er nog niet in slagen aan de norm te voldoen, dan is het verplicht alternatieve inrichtingen aan te brengen zoals bijvoorbeeld een contactlijst op de rand van het bewegende deel van de deur. 96 NL INSTEEKONTVANGER model OC (optional) De ontvangers zijn zelflerend en kunnen meerdere codes op eenzelfde kanaal opslaan De functies van de twee radiokanalen zijn: Kanaal 1 Stap-voor-stap Kanaal 2 niet aangesloten Om de zenders in het geheugen op te slaan handelt u als volgt: - Plaats de zender in de connector (deel 7 van afb. 14) - Voorzie de besturingseenheid van stroom en wacht tot de leds op de ontvanger uitgaan. - Druk op de ontvanger op de knop van het kanaal dat moet worden opgeslagen, (P1 stap-voor-stap) de overeenkomstige led zal beginnen te knipperen. Knippert de led twee keer, gelieve u te wachten en de handeling te herhalen (maar de toets mag maar één keer worden ingedrukt). - Verzend met de te programmeren afstandsbediening. - Indien de led op de ontvanger lang knippert betekent dit dat het opslaan tot een goed einde is gebracht. - Indien de code al in het geheugen bestaat, knipperen de leds op de ontvanger gelijktijdig. De in het geheugen opgeslagen codes kunnen in reset worden gebracht: houd hiervoor gedurende ongeveer 15 seconden knop P1 van de ontvanger ingdrukt totdat beide leds gaan branden. De antenne moet worden aangesloten op de klemmetjes 18 (omhulsel) en 19 (besturingseenheid) zie afb.15. Voor verdere informatie en specificaties gelieve de handleiding te raadplegen die bij de ontvanger hoort. BELANGRIJKE AANWIJZINGEN M.B.T. DE INSTALLATIE 1) De installatie van de automatisering moet op deugdelijke wijze uitgevoerd worden door vakmensen die aan de wettelijke eisen voldoen en moet in overeenstemming zijn met de Machinerichtlijn 98/37/EG en de normen EN 12453 en EN 12445. 2) Er moet gecontroleerd worden of de bestaande constructie-elementen stevig zijn met het oog op de kracht die door de motor ontwikkeld wordt. 3) Er moet gecontroleerd worden of er aan het einde van de opening en aan het einde van de sluiting van de vleugels mechanische stops zijn die stevig genoeg zijn. 4) Controleer de staat van de kabels die eventueel reeds in de installatie aanwezig zijn. 5) Er moet een risicoanalyse van de automatisering gemaakt worden en op basis daarvan moeten de nodige veiligheids- en waarschuwingssystemen toegepast worden. 6) De bedieningselementen (bijv. de sleutelschakelaar) moeten zodanig geïnstalleerd worden dat de gebruiker zich niet op gevaarlijke plaatsen bevindt. 7) Na afloop van de installatie moeten de veiligheids-, waarschuwings- en ontgrendelsystemen van de automatisering diverse keren getest worden. 8) Op de automatisering moet het CE-etiket of het CE-plaatje met informatie over de gevaren en de typegegevens aangebracht worden. 9) De gebruiksaanwijzing, de veiligheidsvoorschriften en de EG-verklaring van overeenstemming moeten aan de eindgebruiker gegeven worden. 10) Er moet nagegaan worden of de gebruiker de juiste automatische, handbediende en noodwerking van de automatisering begrepen heeft. 11) Informeer de gebruiker schriftelijk (bijvoorbeeld in de aanwijzingen voor gebruik) ten aanzien van het volgende: a. eventueel nog aanwezige niet-beveiligde restrisico’s en voorspelbaar oneigenlijk gebruik. b. de stroomtoevoer los te koppelen wanneer er schoonmaakwerkzaamheden in de zone rondom de automatisering worden verricht of klein onderhoud (bijvoorbeeld: schilderwerk). c. dikwijls te controleren dat er geen zichtbare schade aan de automatisering is, en indien die er is, onmiddellijk de installateur te waarschuwen d. geen kinderen in de onmiddellijke nabijheid van de automatisering te laten spelen 12) Er moet een onderhoudsplan van de installatie opgesteld worden (minimaal om de 6 maanden voor de beveiligingen) waarbij de uitgevoerde werkzaamheden in een speciaal register genoteerd moeten worden. VERWIJDERING Dit product bestaat uit diverse onderdelen die ook weer verontreinigende stoffen kunnen bevatten. Het product mag niet zomaar weggegooid worden! Informeer over de wijze van hergebruik of verwijdering van het product en neem daarbij de wettelijke voorschriften die ter plaatse gelden in acht. 97 CERTIFICATO DI GARANZIA PRODOTTO TIMBRO E/O FIRMA DELL’INSTALLATORE DATA D’INSTALLAZIONE  I F E GARANZIA GARANTIE GARANTÍA La presente garanzia copre gli eventuali guasti e/o anomalie dovuti a difetti e/o vizi di fabbricazione. La garanzia decade automaticamente in caso di manomissione o errato utilizzo del prodotto. Durante il periodo di garanzia la ditta Telcoma srl si impegna a riparare e/o sostituire le parti difettate e non manomesse. Restano a intero ed esclusivo carico del cliente il diritto di chiamata, nonché le spese di rimozione, imballo e trasporto del prodotto per la riparazione e sostituzione. Cette garantie couvre les éventuelles pannes et/ou anomalies imputables à des défauts eou vis de fabrication. La garantie s'annule automatiquement si le produit a été modifié ou utilisé de maniére impropre. L'entreprise Telcoma srl s'engange, durant la periode de garantie du produit, à reparer et/ou remplacer les piéces defectueuses n'ayant pas subi de modifications. Restent entièrement et exclusivament à la charge du client, le droit d'appel ainsi que les frais d'enleévement, d'emballage et de transport du produit pour sa réparation ou substitution. La presente garantía es válida en el caso cie averias y/o anomaliás causadas por defectos y/o desperfectos de fabricación. La garantía automáticamente pierde valor en el caso de arreglos improprios o utilizactión equivocada del producto. Durante el periodo de garantía, la empresa Telcoma srl se compromete a reparar y/o cambiar la partes defectuosas que no hayan sido dañadas. Quedan a total y exclusivo cargo del cliente el derecho de llamada, como asi también los gastos de desmontaje, embalaje y transporte del producto para la raparación o cambio. GB D NL WARRANTY GARANTIE GARANTIE This warranty covers any failure and/or malfunctioning due to manifacturing faults and/or bad workmanship. The warranty is automatically invalidated if the product is tempered with or used incorrectly. During the warranty period, Telcoma srl undertakes to repair and/or replace faulty parts provided they have not been tampered with. The call-out charge as well as the expenses for disassembly removal packing and transport of the product for repair or replacement shall be charged entirely to the customer. Die vorliegende Garantie deckt eventuelle Defekte und/oder Betriebsstörungen ab, die auf Fabricationsfehler und/oder mängel zurück-zuführen sin. Die Garantie verfällt automatisch im Falle von Manipulationen oder fehlerhaftem Gebrauch des Produktes. Während der Garantiezeit verpflichtet sich die Firma Telcoma srl, die defekten und nicht manipulierten Teile zu reparieren und/oder auszutauschen. Die Auforderung des Kundendienstes als auch die Kosten für die Abholung, die Verpackung und den Transport des Produkten für die Reparatur bzw den Austausch gehen zu vollen und ausschliefßlichen Lasten des Kunden. Deze garantie dekt eventuele storingen en/of defecten die te wijten aan fabrieksfouten en/of gebreken. De garantie vervalt automatisch indien de gebruiker zelf aan het produkt gesleuteld heeft of veranderingen aangebracht heeft of indien het produkt op verkeerde wijze gebruikt is. Tijdens de garantietermijn neemt de Firma Telcoma srl de verplichting op te defecte onderdelen te repareren en/of te vervangen mits de gebruiker deze onderdelen niet zelf geprobeerd heeft te repareren. De voorrijkosten alsmede de onkosten voor het demonteren, het verpakken en verzenden van het produkt te repareren of te vervangen zijn en blijven uitsluitend voor rekening van de klant. Telcoma srl -srl Via L. Manzoni, 11 -11 Z.I. Campidui Telcoma - Via L. Manzoni, - Z.I. Campidui 31015 Conegliano - (TV) Italy - Tel. +390438-451099 0438-451099 31015 Conegliano - (TV) Italy - Tel. 100 FaxFax +390438-451102 0438-451102- Part. - Part.IVA IVA00809520265 00809520265 http://www.telcoma.it E-mail: info@telcoma .it
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100

Telcoma Zen de handleiding

Type
de handleiding