DeWalt DW077 Handleiding

Categorie
Meten, testen
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

2
Copyright DEWALT
Dansk 13
Deutsch 24
English 37
Español 48
Français 60
Italiano 72
Nederlands 84
Norsk 96
Português 107
Suomi 119
Svenska 130
Türkçe
141
EÏÏËÓÈη 153
84
NEDERLANDS
ROTERENDE LASER DW077
Gefeliciteerd!
U heeft gekozen voor een machine van DEWALT.
Jarenlange ervaring, voortdurende produktontwikkeling
en innovatie maken DEWALT tot een betrouwbare
partner voor de professionele gebruiker.
Technische gegevens
DW077
Spanning V 9,6/12/14,4/18
Rotatiesnelheid min
-1
0/10/80/280/800
Laserklasse 3R
Beveiligingsklasse IP54
Nauwkeurigheid mm/m +/- 0,1
Uitlijningsbereik ° +/- 5
Bedrijfstemperatuur °C -5 - +45
Schroefdraad opname 5/8" x 11
Gewicht (zonder accu) kg 2,5
Accu DE9095 DE9503
Type accu NiCd NiMH
Spanning V 18 18
Gewicht kg 1,1 1,1
Oplader DE9116
Netspanning V
AC
230
Oplaadduur (ca.) min 60
Gewicht kg 0,4
Zekeringen:
230 V machines 10 A
In deze handleiding worden de volgende
pictogrammen gebruikt:
Duidt op mogelijk lichamelijk letsel,
levensgevaar of kans op beschadiging
van de machine indien de instructies in
deze handleiding worden genegeerd.
Geeft elektrische spanning aan.
Brandgevaar.
EG-Verklaring van overeenstemming
DW077
DEWALT verklaart dat deze elektrische machines in
overeenstemming zijn met: 98/37/EEG, 89/336/EEG,
73/23/EEG, EN 60335, EN 55014-1, EN 55014-2,
EN 61000-3-2, EN 61000-3-3, EN 60825-1 &
EN 61010-1.
Neem voor meer informatie contact op met
DEWALT, zie het adres hieronder of op de
achterkant van deze handleiding.
DW077
L
pA
(geluidsdruk) dB(A)* < 70
Gewogen kwadratische gemiddelde waarde
van de versnelling m/s
2
< 2.5
* op de werkplek
Director Engineering and Product Development
Horst Großmann
DEWALT, Richard-Klinger-Straße 11,
D-65510, Idstein, Duitsland
85
NEDERLANDS
Veiligheidsinstructies
Neem bij het gebruik van elektrische machines
altijd de plaatselijk geldende veiligheids-
voorschriften in acht in verband met brandgevaar,
gevaar voor elektrische schokken en lichamelijk
letsel.
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door
voordat u met de machine gaat werken. Zie ook
de handleiding van iedere andere elektrische
machine die bij de werkzaamheden met deze
machine worden gebruikt.
Bewaar deze instructies zorgvuldig!
Algemeen
1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving
Een rommelige werkomgeving kan tot
ongelukken leiden.
2 Houd rekening met omgevingsinvloeden
Stel elektrische machines niet bloot aan vocht.
Zorg dat de werkomgeving goed is verlicht.
Gebruik elektrische machines niet in de buurt van
brandbare vloeistoffen of gassen.
3 Bescherming tegen elektrische schok
Vermijd lichamelijk contact met geaarde
voorwerpen (bijv. buizen, radiatoren, fornuizen en
koelkasten).
Onder extreme werkomstandigheden
(bijv. hoge vochtigheid, ontwikkeling van
metaalstof, enz.) kan de elektrische veiligheid
door een scheidingstransformator of een aardlek-
(FI-)schakelaar voor te schakelen, verhoogd
worden.
4 Houd kinderen uit de buurt
Laat kinderen niet aan de machine of het
verlengsnoer komen. Onder 16 jaar is supervisie
verplicht.
5 Gebruik de juiste machine
Het gebruik volgens bestemming is beschreven
in deze handleiding. Gebruik geen lichte machine
of hulpstukken voor het werk van zware machines.
De machine werkt beter en veiliger indien u deze
gebruikt voor het beoogde doel.
Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van
lichamelijk letsel uitsluitend de in deze
gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en
hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor
het beoogde doel.
6 Onderhoud de machine met zorg
Houd de machine schoon om beter en veiliger te
kunnen werken. Houdt u aan de instructies met
betrekking tot het onderhoud en het vervangen
van accessoires. Controleer regelmatig het snoer
en laat dit bij beschadigingen door een erkend
DEWALT Service-center repareren.
Controleer het verlengsnoer regelmatig en
vervang het in geval van beschadiging. Houd de
bedieningsorganen droog en vrij van olie en vet.
7 Berg de machine veilig op
Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines
op in een droge, zorgvuldig afgesloten ruimte,
buiten het bereik van kinderen.
8 Controleer de machine op beschadigingen
Controleer de machine vóór gebruik zorgvuldig
op beschadigingen om er zeker van te zijn dat
deze naar behoren zal functioneren. Controleer
of de bewegende delen niet klemmen, verdraaid
of gebroken zijn. Ga na of de accessoires en
hulpstukken correct zijn gemonteerd en of aan
alle andere voorwaarden voor een juiste werking
is voldaan. Ga bij vervanging of reparatie van
beschadigde veiligheidsinrichtingen of defecte
onderdelen te werk zoals aangegeven.
Gebruik geen machine waarvan de schakelaar
defect is. Laat de schakelaar vervangen door een
erkend DEWALT Service-center.
9 Verwijder de accu
Verwijder de accu wanneer u de machine niet
gebruikt, alvorens onderhoud te verrichten of
hulpstukken te verwisselen.
10 Wendt u voor reparaties tot een erkend
DEWALT Service-center
Deze elektrische machine voldoet aan alle
geldende veiligheidsvoorschriften. Ter voorkoming
van ongevallen mogen reparaties uitsluitend door
daartoe bevoegde technici worden uitgevoerd.
Aanvullende veiligheidsinstructies voor lasers
Deze laser voldoet aan klasse 3R volgens DIN
EN 60825-1:2001-11 (max. 5 nW, 600-680 nm).
Vervang de laserdiode niet door een ander type.
Laat de laser bij beschadigingen door een erkend
servicecentrum repareren.
Het installeren, afstellen en bedienen van de laser is
uitsluitend toegestaan voor de daartoe bevoegde en
opgeleide personen.
86
NEDERLANDS
De omgeving waarin een klasse-3R-laser wordt
gebruikt dient te zijn aangegeven door middel van
een geschikt waarschuwingsbord.
Gebruik de laser niet voor enig ander doel dan
het projecteren van lijnen.
Controleer vóór het eerste gebruik dat de
veiligheidswaarschuwingen op het label in uw taal
zijn opgesteld. Gebruik de machine niet indien
het de waarschuwingen niet in uw taal draagt!
Verwijder geen enkele van de waarschuwingslabels
op de machine.
Laat geen kinderen aan de laser komen.
Omdat de straal van de klasse-3R-laser over een
lange afstand een hoge zichtbaarheid geeft, blijft het
potentiele risico van schade aan de ogen
onveranderd binnen het toepassingsbereik.
Kijk nooit direct en opzettelijk in de laserstraal.
Schijn met de laserstraal nooit in de ogen van
andere personen.
Gebruik geen optische middelen om de laserstraal
te bekijken, tenzij meer bepaald goedgekeurd
door een laserbeambte.
Plaats de machine in een opstelling waarbij de
laserstraal personen niet op ooghoogte kan
kruisen. Wees extra alert voor de aanwezigheid
van trappen en spiegelende oppervlakken.
Extra veiligheidsrichtlijnen voor accu’s
Brandgevaar! Voorkom kortsluiting
tussen de contactpunten van een losse
accu. Bewaar of verplaats de accu niet
zonder dat de meegeleverde afdekdop
over de contactpunten is geplaatst.
De accuvloeistof bestaat uit een 25-30 %
oplossing van kalium hydroxide en kan gevaarlijk
zijn. Indien accuvloeistof met de huid in aanraking
is gekomen, spoel dan de huid onmiddellijk met
water af. Neutraliseer de vloeistof met een zwak
zuur zoals citroensap of azijn. Indien de
accuvloeistof in de ogen is gekomen, spoel de
ogen dan gedurende minimaal 10 minuten met
schoon stromend water. Raadpleeg vervolgens
een arts.
Probeer nooit een accu open te maken.
Labels op de oplader en op de accu
De labels op de oplader en op de accu laten de
volgende pictogrammen zien:
100%
Laadproces op gang
100%
Laadproces beëindigd
Accu defect
Niet met geleidende voorwerpen aan de
contactpunten komen
Geen beschadigde accu’s laden
Lees voor het gebruik de handleiding
Gebruik de oplader uitsluitend voor
DEWALT-accu’s; andere accu’s kunnen
barsten en letsel of schade veroorzaken
Niet aan water blootstellen
Beschadigd snoer direct laten vervangen
+40 ˚c
+4 ˚c
Alleen laden bij temperaturen tussen 4
°C en 40 °C
Versleten accu’s dienen op
milieubewuste wijze te worden verwerkt
Verbrand de accu nooit
Labels op de machine
Op de machine vindt u de volgende pictogrammen:
Lees voor het gebruik de handleiding
87
NEDERLANDS
Laserwaarschuwing
klasse 3R-laser
Kijk niet in de laserstraal.
Protection class: IP54
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Roterende laser
1 Muurbevestiging
1 Afstandsbediening
1 Schijfkaart
1 Bril
1 Transportkoffer
1 Oplader (DW077K/DW077KH)
1 Accu (DW077K/DW077KH)
1 Handleiding
Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door
voordat u met de machine gaat werken.
Beschrijving (fig. A)
De roterende laser DW077 is ontworpen voor het
projecteren van laserlijnen voor ondersteuning bij
professionele toepassingen. De machine kan zowel
binnens- als buitenshuis worden gebruikt voor
horizontaal (waterpas) en verticaal (loodrecht)
uitlijnen. De machine kan ook een stilstaande
laserpunt geven die handmatig kan worden gericht
voor het bepalen of verplaatsen van een markering.
De toepassingen variëren van het installeren van
plafond- en muursystemen tot het egaliseren van
funderingen en het aanleggen van vloeren.
De machine is geschikt voor DEWALT accu’s van
9,6, 12, 14,4 en 18 V.
1 Aan/uit-schakelaar
2 Draaggreep
3 Waterpasknop
4 Muurbevestiging
5 Blokkeerknop tandheugelwiel
6 Klem voor muurmontage
7 Vergrendeling klem voor muurmontage
8 Bevestigingsknop
9 Tandheugelwiel
10 Roterende laserkop
11 Accu
Oplader
Uw DE9116 oplader is geschikt voor DEWALT NiCd-
en NiMH-accu’s van 7,2 tot 18 V.
11 Accu
12 Accu-vergrendelingsknoppen
13 Oplader
14 Oplaadindicatie (rood)
Display
15 Bedrijfsindicatielamp
16 Uitlijnindicatie (X-as)
17 Uitlijnindicatie (Y-as)
18 Scanmodustoets
19 Rotatiesnelheidstoets
20 Insteltoetsen links/rechts
Afstandsbediening
18 Scanmodustoets
19 Rotatiesnelheidstoets
20 Insteltoetsen links/rechts
21 Insteltoetsen omhoog/omlaag
22 Handmatige afstelling-toets
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is geschikt voor veschillende
voltages (zie technische gegevens). Controleer altijd
of de accuspanning overeenkomt met de waarde op
het typeplaatje. Controleer tevens of de
ingangsspanning van de oplader overeenkomt met
uw netspanning.
Uw DEWALT-oplader is dubbel
geïsoleerd overeenkomstig EN 60335.
Vervangen van het snoer of de stekker
Als de stekker of het snoer wordt vervangen,
moet de oude stekker c.q. het oude snoer worden
weggegooid. Het is gevaarlijk om de stekker van een
los snoer in het stopcontact te steken.
Gebruik van verlengsnoeren
Gebruik verlengsnoeren alleen in uiterste noodzaak.
Gebruik een goedgekeurd snoer dat beantwoordt
aan het vermogen van de oplader
(zie technische gegevens).
88
NEDERLANDS
De minimum geleiderdikte is 1 mm
2
; de maximum
snoerlengte is 30 m.
Uitpakken
Waarschuwingslabel aanbrengen (fig. B)
De veiligheidswaarschuwingen op het label op de
machine moeten in de taal van de gebruiker zijn
opgesteld. Voor dat doel wordt een apart vel met
zelfklevende labels met de machine geleverd.
Controleer dat de veiligheidswaarschuwingen op
het label in uw taal zijn opgesteld.
De waarschuwingen zijn als volgt:
LASERSTRAAL
NIET IN DE STRAAL STAREN
KLASSE-3R-LASERPRODUCT
Wanneer de waarschuwingen in een vreemde
taal zijn, ga als volgt te werk:
Trek het gewenste label van het vel.
Plaats het label zorgvuldig over de vreemde taal.
Duw het label op de plaats.
Monteren en instellen
Verwijder vóór het monteren en instellen
altijd de accu uit de machine.
Schakel de machine altijd uit alvorens de
accu aan te brengen of te verwijderen.
Gebruik uitsluitend DEWALT-accu’s
en -opladers.
Accu (fig. A & C1 - C4)
Opladen (fig. A)
Als u de accu voor de eerste keer of na langdurige
opslag oplaadt, zal deze slechts voor ca. 80%
worden opgeladen. Na een aantal laad- en ontlaad-
cycli wordt de accu echter compleet opgeladen.
Controleer altijd de netspanning, voordat u de accu
oplaadt. Als de netspanning normaal aanwezig is,
maar de accu niet wordt opgeladen, breng dan uw
oplader naar een erkend DEWALT Service-center.
Tijdens het opladen kunnen oplader en accu warm
aanvoelen. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
Laad de accu niet op bij
omgevingstemperaturen <4 °C of >40 °C.
Aanbevolen oplaadtemperatuur: ca. 24 °C.
Plaats de accu (11) in de oplader (13) zoals
afgebeeld en steek de stekker van de oplader in
het contact. Let erop dat de accu goed in de
oplader zit. De rode oplaad-indicatie (14) begint
te knipperen. Na ca. 1 uur stopt het knipperen en
brandt de indicatie continu. De accu is nu
volledig opgeladen en de oplader schakelt
automatisch over naar de compensatiestand.
Na ongeveer 4 uur schakelt de oplader
uiteindelijk naar de druppellaadstand.
De accu kan op elk gewenst moment uit de
oplader worden gehaald of voor onbepaalde tijd
in de op het net aangesloten oplader blijven zitten.
De rode oplaad-indicatie begint snel te knipperen
als het laden problemen oplevert. Steek de accu
opnieuw in de oplader of probeer een andere
accu. Breng, indien nodig, uw oplader naar een
erkend DEWALT Service-center.
Sommige energiebronnen (zoals generatoren of
spanningsomvormers) kunnen tijdelijke
laadproblemen veroorzaken. De rode oplaad-
indicatie knippert dan tweemaal snel en de
oplader schakelt uit. Dit kan meerdere malen
voorkomen. Zodra het mogelijk is, schakelt de
oplader automatisch weer naar de laadstand.
Aanbrengen en verwijderen van de accu (fig. C1)
Duw de accu in de machine (11) totdat de accu
vastklikt.
Verwijder de accu door het tegelijkertijd
indrukken van de twee vergrendelknoppen (12).
Trek dan de accu uit de machine.
Accu-afdekdop (fig. C2)
De meegeleverde afdekdop wordt gebruikt om de
contactpunten van de losse accu te beschermen.
Zonder de afdekdop kunnen de contactpunten
worden kortgesloten door rondslingerende metalen
voorwerpen, waardoor brandgevaar ontstaat en de
accu beschadigd raakt.
Neem de afdekdop (11) af voordat u de accu (24)
in de lader of de machine plaatst.
Plaats de afdekdop over de contactpunten
meteen nadat de accu uit de lader of machine is
genomen.
89
NEDERLANDS
Zorg dat de afdekdop op zijn plaats zit
voodat u een losse accu opbergt of
transporteert.
Compensatiestand
De compensatiestand helpt om de
maximale capaciteit van de accu te
handhaven. Het is aan te bevelen om
deze functie wekelijks dan wel elke
10 laad-/ontlaadcycli te gebruiken.
Start het laadproces zoals hierboven beschreven.
Als de oplaad-indicatie stopt met knipperen,
laat u de accu nog ca. 4 uur in de oplader.
Vertraagd opladen van verhitte accu’s
Wanneer een verhitte accu in de oplader wordt
geplaatst, wordt het oplaad-proces automatisch
uitgesteld. Nadat de accu is afgekoeld, schakelt de
oplader automatisch over naar de laadstand.
Hierdoor wordt een lange levensduur van de accu
gegarandeerd. De rode oplaad-indicatie (14)
knippert gedurende de vertragingstijd afwisselend
kort en lang.
Lege-accu-indicatie (fig. C1)
De lege-accu-indicatielamp (15) bevindt zich op het
controlepaneel. De indicatielamp brandt terwijl de
machine is ingeschakeld. Hij gaat knipperen om aan
te geven dat de accu moet worden opgeladen.
Tegelijkertijd valt de machine automatisch stil.
Schakel de machine uit zodra de indicatielamp
knippert en neem de accu (11) uit de machine
om hem op te laden.
De machine blijft non-operationeel
zolang een lege accu is aangebracht.
Accutype (fig. C3 & C4)
De machine is geschikt voor accu’s van verschillende
voltages.
Om accu’s van 18 volt aan te brengen, draait u
de adapterplaat (25) naar positie A.
Om accu’s van 9,6, 12 of 14,4 volt aan te brengen,
draait u de adapterplaat (25) naar positie B.
Zie de tabel achterin voor een selectie van te
gebruiken accu’s.
Opstellen van de machine (fig. D1 - D5)
De machine kan in verschillende opstellingen
worden geplaatst en kan voor diverse toepassingen
worden gebruikt.
Vloeropstelling (fig. D1)
Plaats de machine op een relatief vlak en egaal
oppervlak.
Stel de machine in voor waterpas of loodrecht
uitlijnen.
Muuropstelling (fig. D2 - D4)
De machine is uitgerust met een klem (4) voor
montage aan muurrails om het waterpas uitlijnen van
verlaagde plafonds en soortgelijke speciale projecten
te vereenvoudigen (fig. D2).
Bevestig de machine op de muurbevestiging
door de draadpen (23) in een van de
aansluitpunten in de machine te steken en de
knop (8) aan te draaien.
Zet de machine op de zijkant met de klem (6) in
positie voor bevestiging aan de muurrail (fig. D3).
Terwijl de muurbevestiging (4) naar de muur
gericht is, draait u de vergrendeling (7) hiervan
rechtsom om de klembek te openen.
Plaats de klembek over de muurrail en draai de
vergrendeling (7) linksom om de klembek op de
rail vast te zetten.
Controleer of de vergrendeling (7) goed is
vergrendeld.
Controleer voordat u de machine aan
een muurrail bevestigt of de rail stevig
aan de muur is vastgemaakt.
Als alternatief kan de machine met behulp van de
montagegaten (27) in de muurbevestiging aan de
muur worden opgehangen (fig. D2).
Houd de machine op de gewenste positie
tegen de muur en markeer de locatie van de
twee bevestigingsgaten op de muur (fig. D4).
Boor een gat op elk van de gemarkeerde
locaties (vereist: ø 6 mm, ca. 35 mm diep).
Steek een overeenkomstige plug in elk van de
gaten.
Draai een schroef in elk van de pluggen
(vereist: 6 x 50 mm).
Hang de machine aan de schroeven op.
90
NEDERLANDS
Verstel de waterpasknop (3) om de machine
indien nodig te stabiliseren.
Stel de machine in voor waterpas uitlijnen.
Statiefopstelling (fig. D5)
De machine is uitgerust met een opname voor
montage aan een DE0735/DE0736 statief (optioneel)
of een ander stafief met dezelfde specificaties, die
vermeld staan in de technische gegevens
Plaats het statief (28) op een relatief vlak en egaal
oppervlak.
Monteer de machine op het statief door de
draadpen (29) in de opname (30) in het onderstel
te draaien.
Stel de machine in voor waterpas of loodrecht
uitlijnen.
Afstellen van de machine (fig. A, E1 & E2)
De machine kan afgesteld worden voor zowel
waterpas (fig. E1) als loodrecht (fig. E2) uitlijnen.
Automatische uitlijnfunctie (fig. A)
Schakel de machine in om de uitlijningsprocedure
in werking te stellen. De uitlijningsprocedure
wordt aangegeven door het knipperen van de
indicatielampen (16 & 17) en de laserstraal.
Zodra de machine is uitgelijnd, stoppen de
indicatielampen en de laserstraal met knipperen
en branden ze continu.
De indicatielampen en de laserstraal beginnen
herhaaldelijk drie maal snel te knipperen om aan
te geven dat de machine op een helling buiten
het uitlijningsbereik van 5° staat opgesteld.
Schakel de machine uit, plaats de machine in
een aangepaste opstelling binnen het
uitlijningsbereik en schakel de machine weer in.
Afstelling voor waterpas uitlijnen (fig. E1)
Plaats de machine in de gewenste stand,
zoals afgebeeld.
Schakel de machine in om de
uitlijningsprocedure in werking te stellen.
Afstelling voor loodrecht uitlijnen (fig. E2)
Plaats de machine in de gewenste stand,
zoals afgebeeld.
Schakel de machine in om de uitlijningsprocedure
in werking te stellen.
Aangezien de uitlijningsprocedure voor loodrecht
uitlijnen enkel afstelling van de Y-as vergt, brandt
alleen de corresponderende indicatielamp (17).
Handmatig uitlijnen (fig. A)
Met behulp van de afstandsbediening kan de machine
handmatig worden uitgelijnd. De handmatige
uitlijnmodus is vooral geschikt bij toepassingen met
schuintes in zowel de X- als de Y-as.
Om de handmatige uitlijnmodus te activeren,
drukt u de toets (22) in. De indicatielampen
(16 & 17) gaan uit.
Gebruik de toetsen (20) om de machine in
de X-as uit te lijnen.
Gebruik de toetsen (21) om de machine in
de Y-as uit te lijnen.
Om de handmatige uitlijnmodus te beëindigen,
drukt u de toets (22) nogmaals in.
Nadat de handmatige uitlijnmodus is
beëindigd, treedt de automatische
uitlijnfunctie in werking en wordt de machine
opnieuw uitgelijnd. De handmatige
afstelling is onmiddellijk verloren!
Uitlijnen van de laserlijn (fig. A & F1 - F5)
Waterpas uitlijnen
Schakel de machine in met roterende laserkop
en breng de laserlijn op een lijn met de
gemarkeerde positie.
Het afstellen geschiedt als volgt:
Machine in vloeropstelling (fig. F1):
De machine kan op ieder stevig object worden
geplaatst om de gewenste hoogte te bereiken.
Machine in muuropstelling (fig. F2):
Draai de blokkeerknop (5) los en draai aan het
tandheugelwiel (9) om de machine in de juiste
stand te zetten Draai de blokkeerknop (5) vast.
Machine in statiefopstelling (fig. F3):
Verstel het statief om de machine op de juiste
hoogte te zetten.
Loodrecht uitlijnen (fig. A, F4 & F5)
Schakel de machine in met roterende laserkop
en breng de laserlijn op een lijn met de
gemarkeerde positie.
91
NEDERLANDS
Het afstellen geschiedt als volgt:
Gebruik de toetsen (20) om de laserkop te
bewegen tot de laserlijn op een lijn is met de
gemarkeerde positie (fig. A).
Schuin uitlijnen (fig. A)
Indien het voor de toepassing nodig is dat de laserlijn
schuin wordt uitgelijnd, gaat u als volgt te werk:
Schakel de machine in met roterende laserkop
en activeer de handmatige uitlijnmodus.
Breng de laserlijn op een lijn met de schuinte:
Gebruik de toetsen (20) om de machine in de
X-as uit te lijnen.
Gebruik de toetsen (21) om de machine in de
Y-as uit te lijnen.
Aanwijzingen voor gebruik
Neem altijd de veiligheidsinstructies in
acht en houdt u aan de geldende
voorschriften.
Markeer altijd het middelpunt van de laserlijn
of -punt.
Om de werkafstand en de nauwkeurigheid te
vergroten, stelt u de machine in het midden van
het werkgebied op.
Extreme temperatuurswisselingen veroorzaken
speling op onderdelen in het binnenwerk,
wat van invloed kan zijn op de nauwkeurigheid
van de machine. Controleer regelmatig de
nauwkeurigheid wanneer u de machine onder
dergelijke omstandigheden gebruikt.
Hoewel de machine kleine uitlijnfouten
automatisch corrigeert, kan het nodig zijn om de
machine opnieuw af te stellen als er een schok is
geregistreerd.
Laat de laserkop bij een erkend servicecentrum
kalibreren nadat de machine is gevallen of
gekanteld.
Gebruik voor uw eigen gemak altijd de
afstandsbediening om de machine te bedienen.
Met de afstandsbediening kunt u niet alleen de
machine van een afstand bedienen, u blijft ook
van de machine af, waardoor de kans dat de
afstelling van de machine beïnvloed wordt
minimaal is.
Voor gebruik:
Voer de kalibratietests uit om de nauwkeurigheid
te controleren.
Zorg dat de machine stevig staat opgesteld.
In- en uitschakelen (fig. A)
Om de machine in te schakelen, drukt u
de aan/uit-schakelaar (1) in.
Om de machine uit te schakelen, drukt u
de aan/uit-schakelaar (1) nogmaals in.
Instellen van de rotatiesnelheid (fig. G)
De laserkop kan op verschillende rotatiesnelheden
worden ingesteld waarmee de kwaliteit van de lijn
wordt bepaald.
Druk de toets (19) in. Iedere keer als de toets
wordt ingedrukt verspringt de rotatiesnelheid
cyclisch van ‘snel’ naar ‘gemiddeld’, ‘langzaam’,
‘kruipend’ en ‘stationair’.
Voor een heldere lijn stelt u de laserkop in op een
lage rotatiesnelheid.
Voor een solide lijn stelt u de laserkop in op een
hoge rotatiesnelheid.
Roteren van de laserkop (fig. H1 & H2)
De laserkop kan in de stilstand zowel naar links als
naar rechts worden bewogen.
Toepassingen met waterpas uitlijnen:
Gebruik de toetsen (20) om de laserkop in de
gewenste richting te bewegen.
Toepassingen met loodrecht uitlijnen:
Gebruik de toetsen (21) om de laserkop in de
gewenste richting te bewegen.
Handmatig roteren van de laserkop (fig. H2)
De laserkop kan ook handmatig worden geroteerd.
Draai de laserkop (10) in de gewenste positie.
Probeer nooit de laserkop te bewegen
terwijl hij ronddraait op een van tevoren
ingestelde rotatiesnelheid.
Scanmodus (fig. I)
De laserkop kan op verschillende snelheden worden
ingesteld terwijl de kop heen en weer beweegt,
waardoor een scannende laserlijn wordt geprojecteerd.
Druk de toets (18) in om de scanmodus te
activeren. De scansnelheid begint in ‘snel’ tempo.
92
NEDERLANDS
Om de scansnelheid in te stellen, drukt u de
toets (19) in. Iedere keer als de toets wordt
ingedrukt verspringt de scansnelheid cyclisch van
‘kruipend’ naar ‘langzaam’, ‘gemiddeld’ en ‘snel’.
Toepassingen met waterpas uitlijnen:
Gebruik de toetsen (20) om het scanoppervlak
in de gewenste richting te bewegen.
Gebruik de toetsen (21) om het scanoppervlak
af te stellen.
Toepassingen met loodrecht uitlijnen:
Gebruik de toetsen (21) om het scanoppervlak
in de gewenste richting te bewegen.
Druk de toets (18) in om de scanmodus te
beëindigen.
Verticale overbrengingsfunctie (fig. J1 & J2)
De uitlijnribben (31) helpen bij het bepalen van de
positie van de omhoog gerichte laserstraal (32)
boven een gemarkeerde positie op de vloer
Plaats een kruis op de vloer.
Plaats de machine boven het midden van het
kruis en breng de ribben op een lijn met de
markeringen op de vloer.
Breng het midden van het kruis over met behulp
van de omhoog gerichte laserstraal.
Let op! Deze functie werkt alleen op vlakke
ondergronden en kan uitsluitend worden gebruikt
voor het grofweg overbrengen van een gemarkeerde
positie. Voor het uiterst nauwkeurig overbrengen van
markeringen raden wij u de toepassing van een
speciale DEWALT puntlaser aan.
Uitlijnfoutmelding
De uitlijnfoutmelding wordt automatisch geactiveerd
8 seconden nadat de uitlijningsprocedure is voltooid.
Zodra de uitlijnfoutmelding is geactiveerd,
controleert de machine voortdurend de richtpositie.
Afhankelijk van het geregistreerde afwijkingsniveau
reageert de machine als volgt op uitlijnfouten:
Afwijkingen < 2 mm over 10 m: een uitlijnfout
wordt zonder mededelen automatisch
gecorrigeerd.
Afwijkingen 2 - 20 mm over 10 m: een uitlijnfout
wordt automatisch gecorrigeerd. De laserkop
stopt tijdelijk met roteren en de laserstraal begint
te knipperen ter indicatie dat de machine
opnieuw uitlijnt.
Afwijkingen > 20 mm over 10 m: een uitlijnfout
leidt tot onderbreking van de werking van de
machine. De laserkop stopt met roteren en de
laserstraal gaat uit. Er klinkt een snel piepend
audiosignaal en de aan/uit-indicatie knippert
tegelijkertijd. Om verder te gaan:
Schakel de machine uit. Controleer de
afstelling en stel indien nodig opnieuw af
voordat u de machine weer inschakelt.
Hulpmiddelen (fig. (K1 - K4)
Er zijn verschillende hulpmiddelen meegeleverd die
van pas kunnen komen bij het gebruik van de
machine.
Afstandsbediening (fig. K1)
De afstandsbediening maakt handmatig ingrijpen in
de automatische uitlijnfunctie mogelijk indien een
afstelling voor schuin uitlijnen is gewenst. De maximale
schuinte komt overeen met het uitlijningsbereik van
de machine.
Met de afstandsbediening kunt u tevens van een
afstand tot 30 m rond de machine de laserlijn
activeren en de laserkop bedienen.
Laserbril (fig. K2)
De rode brillenglazen verbeteren de zichtbaarheid
van de laserstraal onder omstandigheden met
schelle verlichting of over lange afstanden. Het beste
resulaat wordt binnenshuis bereikt. De bril filtert het
omgevingslicht en intensifeert de geprojecteerde
punt of lijn. De bril kan niet de laserstraal tegenhouden.
Kijk nooit direct in de laserstraal met
deze bril.
DE0730 Schijfkaart (fig. K3)
De schijfkaart localiseert en markeert de laserstraal
als de straal de kaart kruist, waardoor de zichtbaarheid
van de geprojecteerde lijn verbeterd wordt.
De laserstraal gaat door het rode plastic oppervlak
heen en wordt gereflecteerd door de achterkant van
de kaart. Voor eenvoudige ondersteuning bij
waterpas en loodrecht uitlijnen is de kaart voorzien
van een inchschaal en een metrieke schaal. Door de
magneten bovenop kan hij aan plafondrails of stalen
balken worden vastgezet.
93
NEDERLANDS
Muurbevestiging (fig. K4)
De muurbevestiging kan ook gebruikt worden als
een standaard om extra stabiliteit aan de machine te
geven.
Opties
Uw dealer verstrekt u graag de nodige informatie
over de juiste accessoires.
Dit zijn:
DE0772 Digitale laserdetector
DE0734 Meetlat
DE0735 Statief
DE0736 Statief
Accu’s
Spanning NiCd NiMH
9,6 DE9061 DE9036
12 DE9071/DE9075 DE9037
14,4 DE9091/DE9092 DE9038
18 DE9095/DE9096 DE9039
Onderhoud
Uw DEWALT-machine is ontworpen om gedurende
lange tijd probleemloos te functioneren met een
minimum aan onderhoud. Een juiste behandeling en
regelmatige reiniging van de machine garanderen
een hoge levensduur.
Kalibratietest ter plaatse (fig. F5, L1 & L2)
De ter plaatse verrichtbare kalibratietests dienen
zorgvuldig en nauwkeurig te worden uitgevoerd om
de juiste diagnose te stellen. Laat de machine bij een
erkend servicecentrum kalibreren zodra een fout
wordt gesignaleerd.
Laat de laserkop altijd bij een erkend
servicecentrum kalibreren.
Tests voor waterpasuitlijning (fig. L1 & L2)
De volgende tests worden uitgevoerd om de kalibratie
van de laserkop voor waterpas uitlijnen te controleren.
Plaats de machine in een ruimte op ongeveer
15 m van een verticaal oppervlak.
Plaats de machine in een statiefopstelling en stel
de machine in voor waterpas uitlijnen.
Om een test voor waterpasuitlijning van de X-as uit
te voeren (fig. L1):
Plaats de machine zodanig dat de X-as parallel
met het verticale oppervlak is.
Schakel de machine in en draai de kop totdat de
laserpunt op het verticale oppervlak verschijnt.
Markeer het middelpunt van de laserstraal.
Schakel de machine uit en draai de machine
zodanig dat de X-as omgekeerd parallel met het
verticale oppervlak is.
Schakel de machine in, draai de kop en markeer
nogmaals het middelpunt van de laserstraal op
het oppervlak. Schakel de machine uit.
Meet de verschillen tussen de markeringen.
Indien het verschil tussen de markeringen 3,2 mm
of minder bedraagt, dan is de laserkop correct
gekalibreerd.
Indien het verschil tussen de markeringen meer
dan 3,2 mm bedraagt, dan dient de laserkop te
worden gekalibreerd.
Om een test voor waterpasuitlijning van de Y-as uit
te voeren (fig. L2):
Plaats de machine zodanig dat de Y-as parallel
met het verticale oppervlak is.
Terwijl u dezelfde procedure volgt als hierboven
staat beschreven, markeert u het middelpunt van
de laserpunt op het oppervlak, waarna de
machine 180° wordt gedraaid om het middelpunt
van de laserpunt nogmaals te markeren.
Meet de verschillen tussen de markeringen.
Indien het verschil tussen de markeringen 3,2 mm
of minder bedraagt, dan is de laserkop correct
gekalibreerd.
Indien het verschil tussen de markeringen meer
dan 3,2 mm bedraagt, dan dient de laserkop te
worden gekalibreerd.
Test voor loodrecht uitlijnen (fig. F5)
De volgende test wordt uitgevoerd om de kalibratie
van de laserkop voor loodrecht uitlijnen te controleren.
Plaats de machine in een ruimte op ongeveer 1 m
van een verticaal oppervlak.
Plaats de machine in een vloeropstelling en stel
de machine in voor loodrecht uitlijnen.
Markeer de boven- en onderkant van het verticale
oppervlak met behulp van een schietlood.
Schakel de machine in breng de laserstraal op
een lijn met de onderste markering.
94
Beweeg de kop met behulp van de
afstandsbediening totdat de laserstraal op de
bovenste markering staat.
Indien de laserstraal met de bovenste markering
samenvalt, dan is de laserkop correct gekalibreerd.
Indien de laserstraal niet met de bovenste
markering samenvalt, dan dient de laserkop te
worden gekalibreerd.
Reiniging
Trek de stekker van de oplader uit het stopcontact
voordat u de behuizing met een zachte doek
reinigt.
Verwijder de accu voordat u de machine reinigt.
Houd de ventilatiesleuven vrij en maak de behuizing
regelmatig schoon met een zachte doek.
Maak de lens indien nodig schoon met een zachte
doek of een in alcohol gedrenkte wattenstaaf.
Gebruik geen andere reinigingsmiddelen.
Milieu
Gescheiden inzameling. Dit product mag
niet met het gewone huishoudelijke afval
worden weggegooid.
Wanneer uw oude DEWALT-product aan vervanging
toe is of het u niet langer van dienst kan zijn, gooi
het dan niet bij het huishoudelijk afval. Zorg ervoor
dat het product gescheiden kan worden ingezameld.
Door gebruikte producten en verpakkingen
gescheiden in te zamelen, worden de
materialen gerecycled en opnieuw
gebruikt. Hergebruik van gerecyclede
materialen voorkomt milieuvervuiling en
vermindert de vraag naar grondstoffen.
Inzamelpunten voor gescheiden inzameling van
electrische huishoudproducten bij gemeentelijke
vuilnisbergen of bij de verkoper waar u een nieuw
product koopt, kunnen aan plaatselijke voorschriften
gebonden zijn.
DEWALT biedt de mogelijkheid tot inzamelen en
recyclen van afgedankte DEWALT-producten.
Om gebruik te maken van deze service, retourneert
u het product naar een van de erkende servicecentra,
die deze producten voor ons verzamelt.
U kunt het adres van het dichtstbijzijnde
servicecentrum opvragen via de adressen op de
achterzijde van deze handleiding. U kunt ook een
lijst van onze servicecentra en meer informatie m.b.t.
onze klantenservice vinden op het volgende
Internet-adres: www.2helpU.com
Oplaadbare accu
De duurzame accu moet worden opgeladen,
zodra deze niet meer genoeg energie levert voor
werkzaamheden die daarvóór nog moeiteloos
konden worden verricht. Versleten accu’s dienen op
milieubewuste wijze te worden verwijderd:
Gebruik de energie van de accu helemaal op en
verwijder dan de accu uit de machine.
NiCd- en NiMH-accu’s zijn recycleerbaar.
Breng ze naar uw handelaar of naar een
plaatselijk verwerkingscentrum voor klein chemisch
afval. De ingezamelde accu’s worden dan op
milieuvriendelijke wijze gerecycleerd of verwijderd.
NEDERLANDS
95
GARANTIE
• 30 DAGEN „NIET GOED, GELD TERUG“
GARANTIE •
Indien uw DEWALT elektrisch gereedschap om
welke reden dan ook niet geheel aan uw
verwachtingen voldoet, stuurt u het dan compleet
zoals bij aankoop binnen 30 dagen terug naar
DEWALT, samen met uw aankoopbewijs en uw
rekeningnummer.
U ontvangt dan uw geld terug.
• 1 JAAR GRATIS SERVICE-CONTRACT •
Mocht uw DEWALT elektrisch gereedschap
binnen 12 maanden na aankoop nazicht of
reparatie behoeven, dan worden deze
werkzaamheden gratis uitgevoerd in onze
Service-centers op vertoon van het
aankoopbewijs. Stuur uw machine rechtstreeks
of via uw dealer naar een erkend DEWALT
Service-center.
• 1 JAAR GARANTIE •
Mocht uw DEWALT elektrisch gereedschap
binnen 12 maanden na datum van aankoop
defect raken tengevolge van materiaal- of
constructiefouten, dan garanderen wij de
kosteloze vervanging van alle defecte delen of
van het hele apparaat, zulks ter beoordeling van
DEWALT, op voorwaarde dat:
het produkt niet foutief gebruikt werd
het produkt niet gerepareerd is door
onbevoegden
het aankoopbewijs met daarop de
aankoopdatum wordt overlegd
Informeer bij uw dealer of bij het DEWALT-
hoofdkantoor naar het adres van het dichtstbijzijnde
Service-center (zie de achterzijde van deze
handleiding). Een overzicht van erkende DEWALT
Service-centers en nadere informatie over onze
service vindt u ook op Internet:
www.2helpU.com
NEDERLANDS

Documenttranscriptie

Dansk 13 Deutsch 24 English 37 Español 48 Français 60 Italiano 72 Nederlands 84 Norsk 96 Português 107 Suomi 119 Svenska 130 Türkçe 141 EÏÏËÓÈη 153 Copyright DEWALT 2 NEDERLANDS ROTERENDE LASER DW077 Gefeliciteerd! EG-Verklaring van overeenstemming U heeft gekozen voor een machine van DEWALT. Jarenlange ervaring, voortdurende produktontwikkeling en innovatie maken DEWALT tot een betrouwbare partner voor de professionele gebruiker. Technische gegevens DW077 V 9,6/12/14,4/18 min-1 0/10/80/280/800 3R IP54 mm/m +/- 0,1 ° +/- 5 °C -5 - +45 5/8" x 11 kg 2,5 Spanning Rotatiesnelheid Laserklasse Beveiligingsklasse Nauwkeurigheid Uitlijningsbereik Bedrijfstemperatuur Schroefdraad opname Gewicht (zonder accu) DW077 DEWALT verklaart dat deze elektrische machines in overeenstemming zijn met: 98/37/EEG, 89/336/EEG, 73/23/EEG, EN 60335, EN 55014-1, EN 55014-2, EN 61000-3-2, EN 61000-3-3, EN 60825-1 & EN 61010-1. Neem voor meer informatie contact op met DEWALT, zie het adres hieronder of op de achterkant van deze handleiding. DW077 LpA (geluidsdruk) DE9095 NiCd V 18 kg 1,1 Oplader Netspanning Oplaadduur (ca.) Gewicht Zekeringen: 230 V machines DE9503 NiMH 18 1,1 10 A Duidt op mogelijk lichamelijk letsel, levensgevaar of kans op beschadiging van de machine indien de instructies in deze handleiding worden genegeerd. Geeft elektrische spanning aan. 84 m/s2 < 2.5 * op de werkplek Director Engineering and Product Development Horst Großmann DE9116 VAC 230 min 60 kg 0,4 In deze handleiding worden de volgende pictogrammen gebruikt: Brandgevaar. < 70 Gewogen kwadratische gemiddelde waarde van de versnelling Accu Type accu Spanning Gewicht dB(A)* DEWALT, Richard-Klinger-Straße 11, D-65510, Idstein, Duitsland NEDERLANDS Veiligheidsinstructies Neem bij het gebruik van elektrische machines altijd de plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften in acht in verband met brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken en lichamelijk letsel. Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u met de machine gaat werken. Zie ook de handleiding van iedere andere elektrische machine die bij de werkzaamheden met deze machine worden gebruikt. Bewaar deze instructies zorgvuldig! Algemeen 1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving Een rommelige werkomgeving kan tot ongelukken leiden. 2 Houd rekening met omgevingsinvloeden Stel elektrische machines niet bloot aan vocht. Zorg dat de werkomgeving goed is verlicht. Gebruik elektrische machines niet in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen. 3 Bescherming tegen elektrische schok Vermijd lichamelijk contact met geaarde voorwerpen (bijv. buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten). Onder extreme werkomstandigheden (bijv. hoge vochtigheid, ontwikkeling van metaalstof, enz.) kan de elektrische veiligheid door een scheidingstransformator of een aardlek(FI-)schakelaar voor te schakelen, verhoogd worden. 4 Houd kinderen uit de buurt Laat kinderen niet aan de machine of het verlengsnoer komen. Onder 16 jaar is supervisie verplicht. 5 Gebruik de juiste machine Het gebruik volgens bestemming is beschreven in deze handleiding. Gebruik geen lichte machine of hulpstukken voor het werk van zware machines. De machine werkt beter en veiliger indien u deze gebruikt voor het beoogde doel. Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van lichamelijk letsel uitsluitend de in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor het beoogde doel. 6 Onderhoud de machine met zorg Houd de machine schoon om beter en veiliger te kunnen werken. Houdt u aan de instructies met betrekking tot het onderhoud en het vervangen van accessoires. Controleer regelmatig het snoer en laat dit bij beschadigingen door een erkend DEWALT Service-center repareren. Controleer het verlengsnoer regelmatig en vervang het in geval van beschadiging. Houd de bedieningsorganen droog en vrij van olie en vet. 7 Berg de machine veilig op Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines op in een droge, zorgvuldig afgesloten ruimte, buiten het bereik van kinderen. 8 Controleer de machine op beschadigingen Controleer de machine vóór gebruik zorgvuldig op beschadigingen om er zeker van te zijn dat deze naar behoren zal functioneren. Controleer of de bewegende delen niet klemmen, verdraaid of gebroken zijn. Ga na of de accessoires en hulpstukken correct zijn gemonteerd en of aan alle andere voorwaarden voor een juiste werking is voldaan. Ga bij vervanging of reparatie van beschadigde veiligheidsinrichtingen of defecte onderdelen te werk zoals aangegeven. Gebruik geen machine waarvan de schakelaar defect is. Laat de schakelaar vervangen door een erkend DEWALT Service-center. 9 Verwijder de accu Verwijder de accu wanneer u de machine niet gebruikt, alvorens onderhoud te verrichten of hulpstukken te verwisselen. 10 Wendt u voor reparaties tot een erkend DEWALT Service-center Deze elektrische machine voldoet aan alle geldende veiligheidsvoorschriften. Ter voorkoming van ongevallen mogen reparaties uitsluitend door daartoe bevoegde technici worden uitgevoerd. Aanvullende veiligheidsinstructies voor lasers • Deze laser voldoet aan klasse 3R volgens DIN EN 60825-1:2001-11 (max. 5 nW, 600-680 nm). Vervang de laserdiode niet door een ander type. Laat de laser bij beschadigingen door een erkend servicecentrum repareren. Het installeren, afstellen en bedienen van de laser is uitsluitend toegestaan voor de daartoe bevoegde en opgeleide personen. 85 NEDERLANDS De omgeving waarin een klasse-3R-laser wordt gebruikt dient te zijn aangegeven door middel van een geschikt waarschuwingsbord. • Gebruik de laser niet voor enig ander doel dan het projecteren van lijnen. • Controleer vóór het eerste gebruik dat de veiligheidswaarschuwingen op het label in uw taal zijn opgesteld. Gebruik de machine niet indien het de waarschuwingen niet in uw taal draagt! • Verwijder geen enkele van de waarschuwingslabels op de machine. • Laat geen kinderen aan de laser komen. Omdat de straal van de klasse-3R-laser over een lange afstand een hoge zichtbaarheid geeft, blijft het potentiele risico van schade aan de ogen onveranderd binnen het toepassingsbereik. • Kijk nooit direct en opzettelijk in de laserstraal. • Schijn met de laserstraal nooit in de ogen van andere personen. • Gebruik geen optische middelen om de laserstraal te bekijken, tenzij meer bepaald goedgekeurd door een laserbeambte. • Plaats de machine in een opstelling waarbij de laserstraal personen niet op ooghoogte kan kruisen. Wees extra alert voor de aanwezigheid van trappen en spiegelende oppervlakken. Labels op de oplader en op de accu De labels op de oplader en op de accu laten de volgende pictogrammen zien: 100% Laadproces op gang 100% Laadproces beëindigd Accu defect Niet met geleidende voorwerpen aan de contactpunten komen Geen beschadigde accu’s laden Lees voor het gebruik de handleiding Gebruik de oplader uitsluitend voor DEWALT-accu’s; andere accu’s kunnen barsten en letsel of schade veroorzaken Extra veiligheidsrichtlijnen voor accu’s Brandgevaar! Voorkom kortsluiting tussen de contactpunten van een losse accu. Bewaar of verplaats de accu niet zonder dat de meegeleverde afdekdop over de contactpunten is geplaatst. • De accuvloeistof bestaat uit een 25-30 % oplossing van kalium hydroxide en kan gevaarlijk zijn. Indien accuvloeistof met de huid in aanraking is gekomen, spoel dan de huid onmiddellijk met water af. Neutraliseer de vloeistof met een zwak zuur zoals citroensap of azijn. Indien de accuvloeistof in de ogen is gekomen, spoel de ogen dan gedurende minimaal 10 minuten met schoon stromend water. Raadpleeg vervolgens een arts. • Probeer nooit een accu open te maken. Niet aan water blootstellen Beschadigd snoer direct laten vervangen +40 ˚c +4 ˚c Alleen laden bij temperaturen tussen 4 °C en 40 °C Versleten accu’s dienen op milieubewuste wijze te worden verwerkt Verbrand de accu nooit Labels op de machine Op de machine vindt u de volgende pictogrammen: Lees voor het gebruik de handleiding 86 NEDERLANDS Laserwaarschuwing klasse 3R-laser Kijk niet in de laserstraal. Protection class: IP54 Inhoud van de verpakking De verpakking bevat: 1 Roterende laser 1 Muurbevestiging 1 Afstandsbediening 1 Schijfkaart 1 Bril 1 Transportkoffer 1 Oplader (DW077K/DW077KH) 1 Accu (DW077K/DW077KH) 1 Handleiding • Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door voordat u met de machine gaat werken. 9 Tandheugelwiel 10 Roterende laserkop 11 Accu Oplader Uw DE9116 oplader is geschikt voor DEWALT NiCden NiMH-accu’s van 7,2 tot 18 V. 11 Accu 12 Accu-vergrendelingsknoppen 13 Oplader 14 Oplaadindicatie (rood) Display 15 Bedrijfsindicatielamp 16 Uitlijnindicatie (X-as) 17 Uitlijnindicatie (Y-as) 18 Scanmodustoets 19 Rotatiesnelheidstoets 20 Insteltoetsen links/rechts Afstandsbediening 18 Scanmodustoets 19 Rotatiesnelheidstoets 20 Insteltoetsen links/rechts 21 Insteltoetsen omhoog/omlaag 22 Handmatige afstelling-toets Beschrijving (fig. A) Elektrische veiligheid De roterende laser DW077 is ontworpen voor het projecteren van laserlijnen voor ondersteuning bij professionele toepassingen. De machine kan zowel binnens- als buitenshuis worden gebruikt voor horizontaal (waterpas) en verticaal (loodrecht) uitlijnen. De machine kan ook een stilstaande laserpunt geven die handmatig kan worden gericht voor het bepalen of verplaatsen van een markering. De toepassingen variëren van het installeren van plafond- en muursystemen tot het egaliseren van funderingen en het aanleggen van vloeren. De machine is geschikt voor DEWALT accu’s van 9,6, 12, 14,4 en 18 V. 1 Aan/uit-schakelaar 2 Draaggreep 3 Waterpasknop 4 Muurbevestiging 5 Blokkeerknop tandheugelwiel 6 Klem voor muurmontage 7 Vergrendeling klem voor muurmontage 8 Bevestigingsknop De elektrische motor is geschikt voor veschillende voltages (zie technische gegevens). Controleer altijd of de accuspanning overeenkomt met de waarde op het typeplaatje. Controleer tevens of de ingangsspanning van de oplader overeenkomt met uw netspanning. Uw DEWALT-oplader is dubbel geïsoleerd overeenkomstig EN 60335. Vervangen van het snoer of de stekker Als de stekker of het snoer wordt vervangen, moet de oude stekker c.q. het oude snoer worden weggegooid. Het is gevaarlijk om de stekker van een los snoer in het stopcontact te steken. Gebruik van verlengsnoeren Gebruik verlengsnoeren alleen in uiterste noodzaak. Gebruik een goedgekeurd snoer dat beantwoordt aan het vermogen van de oplader (zie technische gegevens). 87 NEDERLANDS De minimum geleiderdikte is 1 mm2; de maximum snoerlengte is 30 m. Laad de accu niet op bij omgevingstemperaturen <4 °C of >40 °C. Aanbevolen oplaadtemperatuur: ca. 24 °C. Uitpakken Waarschuwingslabel aanbrengen (fig. B) De veiligheidswaarschuwingen op het label op de machine moeten in de taal van de gebruiker zijn opgesteld. Voor dat doel wordt een apart vel met zelfklevende labels met de machine geleverd. • Controleer dat de veiligheidswaarschuwingen op het label in uw taal zijn opgesteld. De waarschuwingen zijn als volgt: LASERSTRAAL NIET IN DE STRAAL STAREN KLASSE-3R-LASERPRODUCT • Wanneer de waarschuwingen in een vreemde taal zijn, ga als volgt te werk: – Trek het gewenste label van het vel. – Plaats het label zorgvuldig over de vreemde taal. – Duw het label op de plaats. Monteren en instellen • Verwijder vóór het monteren en instellen altijd de accu uit de machine. • Schakel de machine altijd uit alvorens de accu aan te brengen of te verwijderen. Gebruik uitsluitend DEWALT-accu’s en -opladers. Accu (fig. A & C1 - C4) Opladen (fig. A) Als u de accu voor de eerste keer of na langdurige opslag oplaadt, zal deze slechts voor ca. 80% worden opgeladen. Na een aantal laad- en ontlaadcycli wordt de accu echter compleet opgeladen. Controleer altijd de netspanning, voordat u de accu oplaadt. Als de netspanning normaal aanwezig is, maar de accu niet wordt opgeladen, breng dan uw oplader naar een erkend DEWALT Service-center. Tijdens het opladen kunnen oplader en accu warm aanvoelen. Dit is normaal en duidt niet op een defect. 88 • Plaats de accu (11) in de oplader (13) zoals afgebeeld en steek de stekker van de oplader in het contact. Let erop dat de accu goed in de oplader zit. De rode oplaad-indicatie (14) begint te knipperen. Na ca. 1 uur stopt het knipperen en brandt de indicatie continu. De accu is nu volledig opgeladen en de oplader schakelt automatisch over naar de compensatiestand. Na ongeveer 4 uur schakelt de oplader uiteindelijk naar de druppellaadstand. De accu kan op elk gewenst moment uit de oplader worden gehaald of voor onbepaalde tijd in de op het net aangesloten oplader blijven zitten. • De rode oplaad-indicatie begint snel te knipperen als het laden problemen oplevert. Steek de accu opnieuw in de oplader of probeer een andere accu. Breng, indien nodig, uw oplader naar een erkend DEWALT Service-center. • Sommige energiebronnen (zoals generatoren of spanningsomvormers) kunnen tijdelijke laadproblemen veroorzaken. De rode oplaadindicatie knippert dan tweemaal snel en de oplader schakelt uit. Dit kan meerdere malen voorkomen. Zodra het mogelijk is, schakelt de oplader automatisch weer naar de laadstand. Aanbrengen en verwijderen van de accu (fig. C1) • Duw de accu in de machine (11) totdat de accu vastklikt. • Verwijder de accu door het tegelijkertijd indrukken van de twee vergrendelknoppen (12). Trek dan de accu uit de machine. Accu-afdekdop (fig. C2) De meegeleverde afdekdop wordt gebruikt om de contactpunten van de losse accu te beschermen. Zonder de afdekdop kunnen de contactpunten worden kortgesloten door rondslingerende metalen voorwerpen, waardoor brandgevaar ontstaat en de accu beschadigd raakt. • Neem de afdekdop (11) af voordat u de accu (24) in de lader of de machine plaatst. • Plaats de afdekdop over de contactpunten meteen nadat de accu uit de lader of machine is genomen. NEDERLANDS Zorg dat de afdekdop op zijn plaats zit voodat u een losse accu opbergt of transporteert. Opstellen van de machine (fig. D1 - D5) De machine kan in verschillende opstellingen worden geplaatst en kan voor diverse toepassingen worden gebruikt. Compensatiestand De compensatiestand helpt om de maximale capaciteit van de accu te handhaven. Het is aan te bevelen om deze functie wekelijks dan wel elke 10 laad-/ontlaadcycli te gebruiken. • Start het laadproces zoals hierboven beschreven. • Als de oplaad-indicatie stopt met knipperen, laat u de accu nog ca. 4 uur in de oplader. Vertraagd opladen van verhitte accu’s Wanneer een verhitte accu in de oplader wordt geplaatst, wordt het oplaad-proces automatisch uitgesteld. Nadat de accu is afgekoeld, schakelt de oplader automatisch over naar de laadstand. Hierdoor wordt een lange levensduur van de accu gegarandeerd. De rode oplaad-indicatie (14) knippert gedurende de vertragingstijd afwisselend kort en lang. Lege-accu-indicatie (fig. C1) De lege-accu-indicatielamp (15) bevindt zich op het controlepaneel. De indicatielamp brandt terwijl de machine is ingeschakeld. Hij gaat knipperen om aan te geven dat de accu moet worden opgeladen. Tegelijkertijd valt de machine automatisch stil. • Schakel de machine uit zodra de indicatielamp knippert en neem de accu (11) uit de machine om hem op te laden. De machine blijft non-operationeel zolang een lege accu is aangebracht. Accutype (fig. C3 & C4) De machine is geschikt voor accu’s van verschillende voltages. • Om accu’s van 18 volt aan te brengen, draait u de adapterplaat (25) naar positie A. • Om accu’s van 9,6, 12 of 14,4 volt aan te brengen, draait u de adapterplaat (25) naar positie B. Zie de tabel achterin voor een selectie van te gebruiken accu’s. Vloeropstelling (fig. D1) • Plaats de machine op een relatief vlak en egaal oppervlak. • Stel de machine in voor waterpas of loodrecht uitlijnen. Muuropstelling (fig. D2 - D4) De machine is uitgerust met een klem (4) voor montage aan muurrails om het waterpas uitlijnen van verlaagde plafonds en soortgelijke speciale projecten te vereenvoudigen (fig. D2). • Bevestig de machine op de muurbevestiging door de draadpen (23) in een van de aansluitpunten in de machine te steken en de knop (8) aan te draaien. • Zet de machine op de zijkant met de klem (6) in positie voor bevestiging aan de muurrail (fig. D3). • Terwijl de muurbevestiging (4) naar de muur gericht is, draait u de vergrendeling (7) hiervan rechtsom om de klembek te openen. • Plaats de klembek over de muurrail en draai de vergrendeling (7) linksom om de klembek op de rail vast te zetten. • Controleer of de vergrendeling (7) goed is vergrendeld. Controleer voordat u de machine aan een muurrail bevestigt of de rail stevig aan de muur is vastgemaakt. • Als alternatief kan de machine met behulp van de montagegaten (27) in de muurbevestiging aan de muur worden opgehangen (fig. D2). – Houd de machine op de gewenste positie tegen de muur en markeer de locatie van de twee bevestigingsgaten op de muur (fig. D4). – Boor een gat op elk van de gemarkeerde locaties (vereist: ø 6 mm, ca. 35 mm diep). – Steek een overeenkomstige plug in elk van de gaten. – Draai een schroef in elk van de pluggen (vereist: 6 x 50 mm). – Hang de machine aan de schroeven op. 89 NEDERLANDS • Verstel de waterpasknop (3) om de machine indien nodig te stabiliseren. • Stel de machine in voor waterpas uitlijnen. Statiefopstelling (fig. D5) De machine is uitgerust met een opname voor montage aan een DE0735/DE0736 statief (optioneel) of een ander stafief met dezelfde specificaties, die vermeld staan in de technische gegevens • Plaats het statief (28) op een relatief vlak en egaal oppervlak. • Monteer de machine op het statief door de draadpen (29) in de opname (30) in het onderstel te draaien. • Stel de machine in voor waterpas of loodrecht uitlijnen. Afstellen van de machine (fig. A, E1 & E2) De machine kan afgesteld worden voor zowel waterpas (fig. E1) als loodrecht (fig. E2) uitlijnen. Automatische uitlijnfunctie (fig. A) • Schakel de machine in om de uitlijningsprocedure in werking te stellen. De uitlijningsprocedure wordt aangegeven door het knipperen van de indicatielampen (16 & 17) en de laserstraal. Zodra de machine is uitgelijnd, stoppen de indicatielampen en de laserstraal met knipperen en branden ze continu. • De indicatielampen en de laserstraal beginnen herhaaldelijk drie maal snel te knipperen om aan te geven dat de machine op een helling buiten het uitlijningsbereik van 5° staat opgesteld. Schakel de machine uit, plaats de machine in een aangepaste opstelling binnen het uitlijningsbereik en schakel de machine weer in. Afstelling voor waterpas uitlijnen (fig. E1) • Plaats de machine in de gewenste stand, zoals afgebeeld. • Schakel de machine in om de uitlijningsprocedure in werking te stellen. Afstelling voor loodrecht uitlijnen (fig. E2) • Plaats de machine in de gewenste stand, zoals afgebeeld. • Schakel de machine in om de uitlijningsprocedure in werking te stellen. 90 Aangezien de uitlijningsprocedure voor loodrecht uitlijnen enkel afstelling van de Y-as vergt, brandt alleen de corresponderende indicatielamp (17). Handmatig uitlijnen (fig. A) Met behulp van de afstandsbediening kan de machine handmatig worden uitgelijnd. De handmatige uitlijnmodus is vooral geschikt bij toepassingen met schuintes in zowel de X- als de Y-as. • Om de handmatige uitlijnmodus te activeren, drukt u de toets (22) in. De indicatielampen (16 & 17) gaan uit. • Gebruik de toetsen (20) om de machine in de X-as uit te lijnen. • Gebruik de toetsen (21) om de machine in de Y-as uit te lijnen. • Om de handmatige uitlijnmodus te beëindigen, drukt u de toets (22) nogmaals in. Nadat de handmatige uitlijnmodus is beëindigd, treedt de automatische uitlijnfunctie in werking en wordt de machine opnieuw uitgelijnd. De handmatige afstelling is onmiddellijk verloren! Uitlijnen van de laserlijn (fig. A & F1 - F5) Waterpas uitlijnen • Schakel de machine in met roterende laserkop en breng de laserlijn op een lijn met de gemarkeerde positie. • Het afstellen geschiedt als volgt: Machine in vloeropstelling (fig. F1): • De machine kan op ieder stevig object worden geplaatst om de gewenste hoogte te bereiken. Machine in muuropstelling (fig. F2): • Draai de blokkeerknop (5) los en draai aan het tandheugelwiel (9) om de machine in de juiste stand te zetten Draai de blokkeerknop (5) vast. Machine in statiefopstelling (fig. F3): • Verstel het statief om de machine op de juiste hoogte te zetten. Loodrecht uitlijnen (fig. A, F4 & F5) • Schakel de machine in met roterende laserkop en breng de laserlijn op een lijn met de gemarkeerde positie. NEDERLANDS • Het afstellen geschiedt als volgt: • Gebruik de toetsen (20) om de laserkop te bewegen tot de laserlijn op een lijn is met de gemarkeerde positie (fig. A). Schuin uitlijnen (fig. A) Indien het voor de toepassing nodig is dat de laserlijn schuin wordt uitgelijnd, gaat u als volgt te werk: • Schakel de machine in met roterende laserkop en activeer de handmatige uitlijnmodus. • Breng de laserlijn op een lijn met de schuinte: – Gebruik de toetsen (20) om de machine in de X-as uit te lijnen. – Gebruik de toetsen (21) om de machine in de Y-as uit te lijnen. Aanwijzingen voor gebruik Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht en houdt u aan de geldende voorschriften. • Markeer altijd het middelpunt van de laserlijn of -punt. • Om de werkafstand en de nauwkeurigheid te vergroten, stelt u de machine in het midden van het werkgebied op. • Extreme temperatuurswisselingen veroorzaken speling op onderdelen in het binnenwerk, wat van invloed kan zijn op de nauwkeurigheid van de machine. Controleer regelmatig de nauwkeurigheid wanneer u de machine onder dergelijke omstandigheden gebruikt. • Hoewel de machine kleine uitlijnfouten automatisch corrigeert, kan het nodig zijn om de machine opnieuw af te stellen als er een schok is geregistreerd. • Laat de laserkop bij een erkend servicecentrum kalibreren nadat de machine is gevallen of gekanteld. • Gebruik voor uw eigen gemak altijd de afstandsbediening om de machine te bedienen. Met de afstandsbediening kunt u niet alleen de machine van een afstand bedienen, u blijft ook van de machine af, waardoor de kans dat de afstelling van de machine beïnvloed wordt minimaal is. Voor gebruik: • Voer de kalibratietests uit om de nauwkeurigheid te controleren. • Zorg dat de machine stevig staat opgesteld. In- en uitschakelen (fig. A) • Om de machine in te schakelen, drukt u de aan/uit-schakelaar (1) in. • Om de machine uit te schakelen, drukt u de aan/uit-schakelaar (1) nogmaals in. Instellen van de rotatiesnelheid (fig. G) De laserkop kan op verschillende rotatiesnelheden worden ingesteld waarmee de kwaliteit van de lijn wordt bepaald. • Druk de toets (19) in. Iedere keer als de toets wordt ingedrukt verspringt de rotatiesnelheid cyclisch van ‘snel’ naar ‘gemiddeld’, ‘langzaam’, ‘kruipend’ en ‘stationair’. • Voor een heldere lijn stelt u de laserkop in op een lage rotatiesnelheid. • Voor een solide lijn stelt u de laserkop in op een hoge rotatiesnelheid. Roteren van de laserkop (fig. H1 & H2) De laserkop kan in de stilstand zowel naar links als naar rechts worden bewogen. Toepassingen met waterpas uitlijnen: • Gebruik de toetsen (20) om de laserkop in de gewenste richting te bewegen. Toepassingen met loodrecht uitlijnen: • Gebruik de toetsen (21) om de laserkop in de gewenste richting te bewegen. Handmatig roteren van de laserkop (fig. H2) De laserkop kan ook handmatig worden geroteerd. • Draai de laserkop (10) in de gewenste positie. Probeer nooit de laserkop te bewegen terwijl hij ronddraait op een van tevoren ingestelde rotatiesnelheid. Scanmodus (fig. I) De laserkop kan op verschillende snelheden worden ingesteld terwijl de kop heen en weer beweegt, waardoor een scannende laserlijn wordt geprojecteerd. • Druk de toets (18) in om de scanmodus te activeren. De scansnelheid begint in ‘snel’ tempo. 91 NEDERLANDS • Om de scansnelheid in te stellen, drukt u de toets (19) in. Iedere keer als de toets wordt ingedrukt verspringt de scansnelheid cyclisch van ‘kruipend’ naar ‘langzaam’, ‘gemiddeld’ en ‘snel’. • Toepassingen met waterpas uitlijnen: – Gebruik de toetsen (20) om het scanoppervlak in de gewenste richting te bewegen. – Gebruik de toetsen (21) om het scanoppervlak af te stellen. • Toepassingen met loodrecht uitlijnen: – Gebruik de toetsen (21) om het scanoppervlak in de gewenste richting te bewegen. • Druk de toets (18) in om de scanmodus te beëindigen. Verticale overbrengingsfunctie (fig. J1 & J2) De uitlijnribben (31) helpen bij het bepalen van de positie van de omhoog gerichte laserstraal (32) boven een gemarkeerde positie op de vloer • Plaats een kruis op de vloer. • Plaats de machine boven het midden van het kruis en breng de ribben op een lijn met de markeringen op de vloer. • Breng het midden van het kruis over met behulp van de omhoog gerichte laserstraal. Let op! Deze functie werkt alleen op vlakke ondergronden en kan uitsluitend worden gebruikt voor het grofweg overbrengen van een gemarkeerde positie. Voor het uiterst nauwkeurig overbrengen van markeringen raden wij u de toepassing van een speciale DEWALT puntlaser aan. Uitlijnfoutmelding De uitlijnfoutmelding wordt automatisch geactiveerd 8 seconden nadat de uitlijningsprocedure is voltooid. Zodra de uitlijnfoutmelding is geactiveerd, controleert de machine voortdurend de richtpositie. Afhankelijk van het geregistreerde afwijkingsniveau reageert de machine als volgt op uitlijnfouten: – Afwijkingen < 2 mm over 10 m: een uitlijnfout wordt zonder mededelen automatisch gecorrigeerd. – Afwijkingen 2 - 20 mm over 10 m: een uitlijnfout wordt automatisch gecorrigeerd. De laserkop stopt tijdelijk met roteren en de laserstraal begint te knipperen ter indicatie dat de machine opnieuw uitlijnt. 92 – Afwijkingen > 20 mm over 10 m: een uitlijnfout leidt tot onderbreking van de werking van de machine. De laserkop stopt met roteren en de laserstraal gaat uit. Er klinkt een snel piepend audiosignaal en de aan/uit-indicatie knippert tegelijkertijd. Om verder te gaan: • Schakel de machine uit. Controleer de afstelling en stel indien nodig opnieuw af voordat u de machine weer inschakelt. Hulpmiddelen (fig. (K1 - K4) Er zijn verschillende hulpmiddelen meegeleverd die van pas kunnen komen bij het gebruik van de machine. Afstandsbediening (fig. K1) De afstandsbediening maakt handmatig ingrijpen in de automatische uitlijnfunctie mogelijk indien een afstelling voor schuin uitlijnen is gewenst. De maximale schuinte komt overeen met het uitlijningsbereik van de machine. Met de afstandsbediening kunt u tevens van een afstand tot 30 m rond de machine de laserlijn activeren en de laserkop bedienen. Laserbril (fig. K2) De rode brillenglazen verbeteren de zichtbaarheid van de laserstraal onder omstandigheden met schelle verlichting of over lange afstanden. Het beste resulaat wordt binnenshuis bereikt. De bril filtert het omgevingslicht en intensifeert de geprojecteerde punt of lijn. De bril kan niet de laserstraal tegenhouden. Kijk nooit direct in de laserstraal met deze bril. DE0730 Schijfkaart (fig. K3) De schijfkaart localiseert en markeert de laserstraal als de straal de kaart kruist, waardoor de zichtbaarheid van de geprojecteerde lijn verbeterd wordt. De laserstraal gaat door het rode plastic oppervlak heen en wordt gereflecteerd door de achterkant van de kaart. Voor eenvoudige ondersteuning bij waterpas en loodrecht uitlijnen is de kaart voorzien van een inchschaal en een metrieke schaal. Door de magneten bovenop kan hij aan plafondrails of stalen balken worden vastgezet. NEDERLANDS Muurbevestiging (fig. K4) De muurbevestiging kan ook gebruikt worden als een standaard om extra stabiliteit aan de machine te geven. Opties Uw dealer verstrekt u graag de nodige informatie over de juiste accessoires. Dit zijn: – DE0772 Digitale laserdetector – DE0734 Meetlat – DE0735 Statief – DE0736 Statief Accu’s Spanning 9,6 12 14,4 18 NiCd DE9061 DE9071/DE9075 DE9091/DE9092 DE9095/DE9096 NiMH DE9036 DE9037 DE9038 DE9039 Onderhoud Uw DEWALT-machine is ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos te functioneren met een minimum aan onderhoud. Een juiste behandeling en regelmatige reiniging van de machine garanderen een hoge levensduur. Kalibratietest ter plaatse (fig. F5, L1 & L2) De ter plaatse verrichtbare kalibratietests dienen zorgvuldig en nauwkeurig te worden uitgevoerd om de juiste diagnose te stellen. Laat de machine bij een erkend servicecentrum kalibreren zodra een fout wordt gesignaleerd. Laat de laserkop altijd bij een erkend servicecentrum kalibreren. Tests voor waterpasuitlijning (fig. L1 & L2) De volgende tests worden uitgevoerd om de kalibratie van de laserkop voor waterpas uitlijnen te controleren. • Plaats de machine in een ruimte op ongeveer 15 m van een verticaal oppervlak. • Plaats de machine in een statiefopstelling en stel de machine in voor waterpas uitlijnen. Om een test voor waterpasuitlijning van de X-as uit te voeren (fig. L1): • Plaats de machine zodanig dat de X-as parallel met het verticale oppervlak is. • Schakel de machine in en draai de kop totdat de laserpunt op het verticale oppervlak verschijnt. • Markeer het middelpunt van de laserstraal. • Schakel de machine uit en draai de machine zodanig dat de X-as omgekeerd parallel met het verticale oppervlak is. • Schakel de machine in, draai de kop en markeer nogmaals het middelpunt van de laserstraal op het oppervlak. Schakel de machine uit. • Meet de verschillen tussen de markeringen. • Indien het verschil tussen de markeringen 3,2 mm of minder bedraagt, dan is de laserkop correct gekalibreerd. • Indien het verschil tussen de markeringen meer dan 3,2 mm bedraagt, dan dient de laserkop te worden gekalibreerd. Om een test voor waterpasuitlijning van de Y-as uit te voeren (fig. L2): • Plaats de machine zodanig dat de Y-as parallel met het verticale oppervlak is. • Terwijl u dezelfde procedure volgt als hierboven staat beschreven, markeert u het middelpunt van de laserpunt op het oppervlak, waarna de machine 180° wordt gedraaid om het middelpunt van de laserpunt nogmaals te markeren. • Meet de verschillen tussen de markeringen. • Indien het verschil tussen de markeringen 3,2 mm of minder bedraagt, dan is de laserkop correct gekalibreerd. • Indien het verschil tussen de markeringen meer dan 3,2 mm bedraagt, dan dient de laserkop te worden gekalibreerd. Test voor loodrecht uitlijnen (fig. F5) De volgende test wordt uitgevoerd om de kalibratie van de laserkop voor loodrecht uitlijnen te controleren. • Plaats de machine in een ruimte op ongeveer 1 m van een verticaal oppervlak. • Plaats de machine in een vloeropstelling en stel de machine in voor loodrecht uitlijnen. • Markeer de boven- en onderkant van het verticale oppervlak met behulp van een schietlood. • Schakel de machine in breng de laserstraal op een lijn met de onderste markering. 93 NEDERLANDS • Beweeg de kop met behulp van de afstandsbediening totdat de laserstraal op de bovenste markering staat. • Indien de laserstraal met de bovenste markering samenvalt, dan is de laserkop correct gekalibreerd. • Indien de laserstraal niet met de bovenste markering samenvalt, dan dient de laserkop te worden gekalibreerd. Reiniging • Trek de stekker van de oplader uit het stopcontact voordat u de behuizing met een zachte doek reinigt. • Verwijder de accu voordat u de machine reinigt. • Houd de ventilatiesleuven vrij en maak de behuizing regelmatig schoon met een zachte doek. • Maak de lens indien nodig schoon met een zachte doek of een in alcohol gedrenkte wattenstaaf. Gebruik geen andere reinigingsmiddelen. Milieu Gescheiden inzameling. Dit product mag niet met het gewone huishoudelijke afval worden weggegooid. Wanneer uw oude DEWALT-product aan vervanging toe is of het u niet langer van dienst kan zijn, gooi het dan niet bij het huishoudelijk afval. Zorg ervoor dat het product gescheiden kan worden ingezameld. Door gebruikte producten en verpakkingen gescheiden in te zamelen, worden de materialen gerecycled en opnieuw gebruikt. Hergebruik van gerecyclede materialen voorkomt milieuvervuiling en vermindert de vraag naar grondstoffen. Inzamelpunten voor gescheiden inzameling van electrische huishoudproducten bij gemeentelijke vuilnisbergen of bij de verkoper waar u een nieuw product koopt, kunnen aan plaatselijke voorschriften gebonden zijn. 94 DEWALT biedt de mogelijkheid tot inzamelen en recyclen van afgedankte DEWALT-producten. Om gebruik te maken van deze service, retourneert u het product naar een van de erkende servicecentra, die deze producten voor ons verzamelt. U kunt het adres van het dichtstbijzijnde servicecentrum opvragen via de adressen op de achterzijde van deze handleiding. U kunt ook een lijst van onze servicecentra en meer informatie m.b.t. onze klantenservice vinden op het volgende Internet-adres: www.2helpU.com Oplaadbare accu De duurzame accu moet worden opgeladen, zodra deze niet meer genoeg energie levert voor werkzaamheden die daarvóór nog moeiteloos konden worden verricht. Versleten accu’s dienen op milieubewuste wijze te worden verwijderd: • Gebruik de energie van de accu helemaal op en verwijder dan de accu uit de machine. • NiCd- en NiMH-accu’s zijn recycleerbaar. Breng ze naar uw handelaar of naar een plaatselijk verwerkingscentrum voor klein chemisch afval. De ingezamelde accu’s worden dan op milieuvriendelijke wijze gerecycleerd of verwijderd. NEDERLANDS GARANTIE • 30 DAGEN „NIET GOED, GELD TERUG“ GARANTIE • Indien uw DEWALT elektrisch gereedschap om welke reden dan ook niet geheel aan uw verwachtingen voldoet, stuurt u het dan compleet zoals bij aankoop binnen 30 dagen terug naar DEWALT, samen met uw aankoopbewijs en uw rekeningnummer. U ontvangt dan uw geld terug. • 1 JAAR GRATIS SERVICE-CONTRACT • Mocht uw DEWALT elektrisch gereedschap binnen 12 maanden na aankoop nazicht of reparatie behoeven, dan worden deze werkzaamheden gratis uitgevoerd in onze Service-centers op vertoon van het aankoopbewijs. Stuur uw machine rechtstreeks of via uw dealer naar een erkend DEWALT Service-center. • 1 JAAR GARANTIE • Mocht uw DEWALT elektrisch gereedschap binnen 12 maanden na datum van aankoop defect raken tengevolge van materiaal- of constructiefouten, dan garanderen wij de kosteloze vervanging van alle defecte delen of van het hele apparaat, zulks ter beoordeling van DEWALT, op voorwaarde dat: • het produkt niet foutief gebruikt werd • het produkt niet gerepareerd is door onbevoegden • het aankoopbewijs met daarop de aankoopdatum wordt overlegd Informeer bij uw dealer of bij het DEWALThoofdkantoor naar het adres van het dichtstbijzijnde Service-center (zie de achterzijde van deze handleiding). Een overzicht van erkende DEWALT Service-centers en nadere informatie over onze service vindt u ook op Internet: www.2helpU.com 95
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168

DeWalt DW077 Handleiding

Categorie
Meten, testen
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor