Renkforce RF-DAB-CAR1 de handleiding

Type
de handleiding
68
Inhoudsopgave
Pagina
1. Inleiding ......................................................................................................................... 69
2. Verklaring van symbolen................................................................................................ 69
3. Voorgeschreven gebruik ................................................................................................70
4. Leveringsomvang .......................................................................................................... 71
5. Veiligheidsvoorschriften .................................................................................................72
6. Kenmerken en functies .................................................................................................. 73
7. Overzicht ....................................................................................................................... 74
8. Mechanische inbouw ..................................................................................................... 75
a) Montage op de sigarettenaansteker ....................................................................... 76
b) Montage aan het ventilatierooster .......................................................................... 76
c) Montage van de DAB-antenne ............................................................................... 77
9. Elektrische aansluiting ................................................................................................... 78
a) Antenneaansluiting ................................................................................................. 78
b) Aansluiten van de audio-uitgang AUX OUT ........................................................... 78
c) De audio-ingang AUX IN aansluiten ....................................................................... 79
d) Aansluiting van de stroomvoorziening .................................................................... 79
10. Bediening ....................................................................................................................... 80
a) Algemene bediening ............................................................................................... 80
b) Menu-instellingen ................................................................................................... 80
c) DAB-radiomodus .................................................................................................... 82
d) USB-gebruik ........................................................................................................... 83
e) Bluetooth
®
gebruik .................................................................................................. 84
f) Extern audio-apparaat afspelen ............................................................................. 86
11. Onderhoud en verzorging .............................................................................................. 86
a) Vervangen van de zekering .................................................................................... 86
b) Reiniging ................................................................................................................. 87
12. Problemen oplossen ...................................................................................................... 87
13. Verklaring van conformiteit (DOC) ................................................................................. 88
14. Afvoer ............................................................................................................................89
15. Technische gegevens .................................................................................................... 89
69
1. Inleiding
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit product.
Dit product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese voorschriften.
Volg de instructies van de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat te
handhaven en een ongevaarlijke werking te garanderen!
Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Deze bevat belangrijke instructies
voor de ingebruikname en bediening. Let hierop, ook wanneer u dit product aan
derden doorgeeft. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig voor toekomstige
referentie!
Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk.
Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be
2. Verklaring van symbolen
Het symbool met het uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke aanwijzingen
in deze gebruiksaanwijzing die in ieder geval moeten worden opgevolgd.
Het pijlsymbool ziet u, wanneer u bijzondere tips en aanwijzingen voor de
bediening zult verkrijgen.
70
3. Voorgeschreven gebruik
De Renkforce DAB+ voertuigontvanger RF-DAB-CAR1 wordt gebruikt voor de ontvangst van
DAB-radiozenders in voertuigen, het afspelen van audiobestanden van geschikte opslagmedia
en het versterken en afspelen van de op deze manier verkregen audiosignalen. Bovendien
dient het als handenvrij toestel en al weergave-apparaat voor mobiele telefoons met Bluetooth
®
.
De weergave vindt plaats via de autoradio en de daarop aangesloten luidsprekers.
Dit product is alleen geschikt voor aansluiting op een 12-24 V-gelijkspanning boordnet
met negatieve pool van de accu aan de carrosserie. De voertuig-ontvanger mag alleen in
voertuigen met dit soort boordspanning worden ingebouwd en gebruikt.
Door het montagetype dient de gebruiker er voor te zorgen dat het apparaat tegen vocht en
nattigheid beschermd wordt. Contact met vocht moet absoluut worden voorkomen.
Omwille van veiligheids- en toelatingsredenen mag u het product niet ombouwen en/of
veranderen. Als u het product voor een ander doel gebruikt dan hierboven beschreven, kan het
product worden beschadigd. Bovendien kan een foutief gebruik gevaren veroorzaken, zoals
bv. kortsluiting, brand, etc. Lees de gebruiksaanwijzing nauwkeurig en bewaar deze. Geef het
product uitsluitend samen met de gebruiksaanwijzing aan derden door.
Het woordmerk Bluetooth
®
is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG Inc. Het
gebruik van dit woordmerk werd in licentie gegeven.
Andere handelsmerken en handelsbenamingen zijn handelsmerken van de respectievelijke
eigenaren. Alle rechten voorbehouden.
71
4. Leveringsomvang
• DAB+ voertuig-ontvanger RF-DAB-CAR1
• Houder met zwanenhals
• Montagebeugel voor montage op het ventilatierooster
• Adapter voor sigarettenaansteker
• Metalen plaat voor magnetische montage
• DAB-antenne
• USB-kabel
• 4x kabelbinder
• Gebruiksaanwijzing
Actuele gebruiksaanwijzingen
Download de actuele gebruiksaanwijzingen via de link www.conrad.com/downloads of scan de
afgebeelde QR-code. Volg de aanwijzingen op de website.
72
5. Veiligheidsvoorschriften
Lees aandachtig de gebruiksaanwijzing en let in het bijzonder op de
veiligheidsvoorschriften. Als u de veiligheidsvoorschriften en de informatie
met betrekking tot het correct gebruik in deze gebruiksaanwijzing niet volgt,
zijn wij niet aansprakelijk voor de resulterende persoonlijke letsels/materiële
schade. Bovendien vervalt In zulke gevallen de garantie.
• Dit product is geen speelgoed. Houd het buiten bereik van kinderen en
huisdieren.
• Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos slingeren. Dit kan voor kinderen
gevaarlijk speelgoed zijn.
• Bescherm het product tegen hevige trillingen, hoge vochtigheid, water,
brandbare gassen, dampen en oplosmiddelen.
• Stal het product niet aan mechanische belasting bloot.
• Als er geen veilig bedrijf meer mogelijk is, neemt u het product buiten bedrijf
en beschermt u het tegen ongewenst gebruik. Het veilig bedrijf is niet langer
gewaarborgd, als het product:
- zichtbare schade vertoont,
- niet meer correct functioneert,
- gedurende langere tijd onder ongunstige omstandigheden is opgeslagen of
- aan hoge transportbelasting werd blootgesteld.
• Ga voorzichtig met het product om. Door stoten, slagen of vallen wordt het al
vanop geringe hoogte beschadigd.
• Neem ook de veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen in acht van de
overige apparaten waarop het product wordt aangesloten.
• Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken van
deze handleiding in acht.
• Raadpleeg een vakman wanneer u vragen heeft over de werkwijze, veiligheid
of aansluiting van het product.
• Laat onderhouds-, aanpassings- en herstellingswerken uitsluitend door een
vakman of deskundige werkplaats uitvoeren. Open het apparaat nooit.
• Raadpleeg onze technische helpdesk of andere vakmensen wanneer u vragen
heeft die niet in deze gebruiksaanwijzing worden beantwoord.
73
• Gebruik het toestel uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een tropisch
klimaat.
• Een te hoog volume in de auto heeft tot gevolg, dat akoestische
waarschuwingssignalen niet meer kunnen worden waargenomen. Hierdoor
brengt u uzelf en andere weggebruikers in gevaar. Let daarom op dat het
volume niet te hard staat.
• Onachtzaamheid in het verkeer kan leiden tot ernstige ongelukken. De
audio-installatie mag dientengevolge uitsluitend worden bediend als de
verkeerssituatie het toelaat. U dient er bovendien zorg voor te dragen dat
uw aandacht door het bedienen van de installatie niet van het verkeer wordt
afgeleid.
• Het wordt afgeraden gedurende een langere periode naar muziek met een te
hoog volume te luisteren. Hierdoor kan het gehoor worden beschadigd.
6. Kenmerken en functies
• DAB+-ontvanggedeelte voor digitale radio-ontvangst
• USB-poort voor het afspelen van muziek vanaf USB-opslagmedia
• Bluetooth
®
handsfree installatie
• Muziekweergave via Bluetooth
®
interface (A2DP)
• Verzending naar autoradio via audio-uitgang of FM-transmitter (geïntegreerd)
• Aansluiting voor externe audiobronnen
• 20 programmeerbare stationsgeheugens voor DAB-ontvangst
• Aangedreven door de sigarettenaansteker
• Zwanenhalshouder en houder voor montage op een ventilatierooster voor exibele
montagemogelijkheden
74
7. Overzicht
1 Toets SRC /
2 Toets PS/
3 Microfoon
4 Draaiknop MENU
5 Toets PL /
6 Toets /
7 Scherm
8 Antenneaansluiting
9 Audio-ingang AUX IN
10 Audio-uitgang AUX OUT
11 USB-aansluiting voedingsspanning
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
75
12 USB-interface audioweergave
8. Mechanische inbouw
De voertuigontvanger wordt met twee verschillende houders geleverd.
Zo kan het apparaat met behulp van een zwanenhals op de sigarettenaansteker worden
gemonteerd of als alternatief op een ventilatierooster worden gemonteerd.
Bij montage op de sigarettenaansteker is de voeding al in de houder geïntegreerd. Voor de
stroomverzorging bij montage op een ventilatierooster wordt een bijbehorende adapter voor de
sigarettenaansteker meegeleverd.
Kies de inbouwpositie zorgvuldig, zodat het apparaat geen invloed heeft op het
rijdenvandebestuurderofhem/haarvanhetverkeersgebeurenaeidt.
Er mogen geen onderdelen in het activiteitsgebied van de airbags worden
gemonteerd, omdat dit bij een ongeval kan leiden tot kwetsuren van de inzittenden.
Gebruik het meegeleverde montagemateriaal om een veilige montage te
garanderen.
Wijzigingen aan het voertuig, die door het inbouwen van de voertuig-ontvanger of
andere componenten nodig zijn, moeten altijd zo worden uitgevoerd, dat hierdoor
geen beperking van de verkeersveiligheid of van de constructieve stabiliteit van de
auto ontstaat. Bij veel auto´s vervalt al bij het uitzagen van een plaatgedeelte de
goedkeuring.
 HoudbijdemontagevanuwHi-installatierekeningmethetgevaardatbijeen
ongeluk verwondingen kunnen ontstaan door losgerukte apparatuur. Bevestig
daarom elk onderdeel stevig op een plaats waar het geen gevaar vormt voor
inzittenden.
12
76
a) Montage op de sigarettenaansteker
• Schuif de meegeleverde metalen plaat (indien nog niet gemonteerd) in de geleiding aan de
achterkant van de voertuigontvanger.
• Bevestig de voertuigontvanger aan de zwanenhals. De montageplaat van de zwanenhals is
magnetisch en houdt de voertuigontvanger automatisch vast.
• Steek de houder met zwanenhals in de sigarettenaansteker van uw auto.
• Stel de zwanenhals naar wens af.
• Het kogelgewricht op de montageplaat kan worden uitgelijnd door de wartelmoer los te
draaien, de kogelkoppeling naar wens te verstellen en de wartelmoer opnieuw vast te
draaien.
b) Montage aan het ventilatierooster
• Schuif de meegeleverde metalen plaat (indien nog niet gemonteerd) in de geleiding aan de
achterkant van de voertuigontvanger.
• Bevestig de voertuigontvanger aan de beugel. De montageplaat van de houder is
magnetisch en houdt de voertuigontvanger automatisch vast.
• Druk de klem aan de achterkant van de houder voor het ventilatierooster in elkaar en plaats
hem op een lamel van het ventilatierooster.
• Lijn het kogelgewricht van de montageplaat uit zoals vereist.
77
c) Montage van de DAB-antenne
Gebruik alleen de bijgeleverde DAB-antenne. Het is een actieve antenne. Als
andere antennes worden gebruikt, kunnen deze of de voertuigontvanger
beschadigd raken.
Voor lijmmontage is een minimale temperatuur van ca. 15 °C nodig. Reinig
het kleefoppervlak voor de montage met een geschikt reinigingsmiddel (vb.
reinigingsalcohol).
Kleef de antenne niet in de buurt van met metaal beklede raamonderdelen of in de
buurt van verwarmkabels. Dit kan een negatief effect hebben op de ontvangst.
Kleef de antenne niet in het gezichtsveld van de bestuurder. Deze mag het
gezichtsveld van de bestuurder niet beïnvloeden.
Let bij de keuze van de montageplaats op de lengte van de antennekabel. Het
moet tot aan de montageplaats van de voertuigontvanger reiken.
De DAB-antenne en de aansluitkabel mogen in geen geval in het bereik van een
airbag worden gemonteerd of geplaatst.
• Zet de montagepositie voor de DAB-antenne vast. De antenne moet horizontaal worden
gemonteerd in het bovenste deel van de binnenkant van de voorruit. Om een probleemloze
ontvangst te garanderen, houdt u een afstand van ca. 5 cm tussen de ontvangstkabels en
metalen onderdelen, zoals de carrosserie, het vensterkader, etc. aan.
• Trek de beschermfolie af en kleef de antenne zo dat de kabeluitlaat naar de voorruit frame
wijst.
• Na het vastkleven mag de antenne gedurende 24 uur niet mechanisch belast worden.
• Verbindingskabel tot aan de montageplaats van de voertuigontvanger leggen.
78
9. Elektrische aansluiting
Er mogen geen leidingen worden gemonteerd in het activeringsgebied van de
airbags, omdat dit bij een ongeval kan leiden tot kwetsuren van de inzittenden.
Let bij het leggen van leidingen op, dat deze niet ingeklemd worden of tegen
scherpe kanten aan schuren; gebruik bij doorvoeringen rubber kokers.
Gebruik voor de controle van de spanning aan boordspanningskabels alleen een
voltmeter of een diodetester, omdat normale controlelampen te hoge stromen
opnemen en daardoor de boordelektronica zou kunnen beschadigen.
Na de aansluiting kunnen de aansluitkabels met de meegeleverde kabelbinders
aan het dashboard of de zwanenhals worden bevestigd.
Aan de achterzijde van de montageplaat van de zwanenhals bevinden zich
kabelklemmen waarmee ook de aansluitkabels bevestigd kunnen worden.
a) Antenneaansluiting
• Sluit de antenneaansluiting van de meegeleverde DAB-antenne aan op de
antenneaansluiting (8) van de voertuigontvanger.
b) Aansluiten van de audio-uitgang AUX OUT
Als u geluid via een audiolijn naar de autoradio wilt zenden en uw autoradio heeft een audio-
ingang (meestal aangeduid met AUX IN), ga dan als volgt te werk.
Deze aansluiting is van betere kwaliteit dan audiotransmissie met behulp van de ingebouwde
FM-transmitter.
Gebruik voor de aansluiting alleen hiervoor geschikte, afgeschermde
aansluitkabels. Bij gebruik van andere kabels kunnen zich storingen voordoen.
Houd de lengte van de aansluitkabels zo kort mogelijk.
Leg de kabels niet in de buurt van andere kabels. Zo worden storende effecten op
de kabels voorkomen.
• Sluit de audio-uitgang AUX OUT (10) aan op de audio- ingang van uw autoradio.
• Gebruik een geschikte jackplug-kabel van 3,5 mm.
79
Wanneer de audio-uitgang AUX OUT (10) wordt gebruikt, wordt de FM-transmitter
automatisch uitgeschakeld.
c) De audio-ingang AUX IN aansluiten
Op de audio-ingang AUX IN (9) kan een extern audioapparaat (bijv. MP3-speler) worden
aangesloten, waarvan het signaal via de autoradio wordt weergegeven.
• Verbind de koptelefoonuitgang of de audio-uitgang van het externe apparaat met de audio-
ingang AUX IN (9).
• Gebruik een geschikte jackplug-kabel van 3,5 mm.
d) Aansluiting van de stroomvoorziening
In sommige auto‘s wordt de sigarettenaansteker niet via het contact in- en
uitgeschakeld. Dit kan leiden tot ontlading van de boordaccu. Verwijder in dit geval
de adapter van de sigarettenaansteker of de zwanenhals van de
sigarettenaansteker als u de voertuigontvanger niet nodig hebt.
• Sluit de kleine stekker van de meegeleverde USB-kabel aan op de USB-poort voor de
voeding (11).
• Sluit het grote uiteinde van de meegeleverde USB-kabel aan op een van de USB-poorten
op de adapter van de sigarettenaansteker met zwanenhals of op de aparte adapter voor de
sigarettenaansteker (afhankelijk van de gekozen montagemethode).
De tweede USB-poort op de adapter van de sigarettenaansteker of zwanenhals
kan worden gebruikt om een ander apparaat (bijv. een smartphone) op te laden.
Het totale energieverbruik van beide USB-uitgangen samen is 3 A.
80
10. Bediening
a) Algemene bediening
In- en uitschakelen
• Houd de toets / (6) ingedrukt om het apparaat in of uit te schakelen.
• Wanneer uw sigarettenaansteker met het ontsteking van de auto wordt in- en uitgeschakeld,
wordt de voertuigontvanger automatisch met de ontsteking in- en uitgeschakeld.
• Nadat het apparaat voor de eerste keer is ingeschakeld, wordt automatisch het DAB-
ontvangstbereik gescand.
Tijdens het zoeken geeft het scherm (7) de vooruitgang en het aantal gevonden
stations weer.
Na het voltooien van het zoeken naar zenders wordt het eerste station in de
zenderlijst weergegeven.
Bij opnieuw inschakelen start het apparaat dan in de laatst gekozen bedrijfsmodus
in.
De audiobron selecteren
• Druk op de toets SRC / (1) om de gewenste audiobron te selecteren:
DAB > Bluetooth
®
> MUSIC IN (audio-ingang AUX IN (9)) > USB
b) Menu-instellingen
• Om de menu-instellingen te selecteren, houdt u de MENU-draaiknop (4) ingedrukt.
• Door draaien van de MENU-draaiknop (4) worden de menupunten geselecteerd.
De menupunten kunnen ook worden geselecteerd door op de toetsen PS/ (2)
of PL / (5) te drukken.
• Druk op de MENU-draaiknop (4) om een menupunt te kiezen.
Naargelang de audiobron (DAB, USB-weergave, etc.) die op dat moment actief is,
kunnen onder bepaalde omstandigheden niet alle functies worden ingesteld.
81
Menu-instellingen
Volledige scan Volledig zoeken naar zenders in de DAB-ontvangstbereik.
TX frequentie Instellen van de zendfrequentie voor de FM-transmitter.
Stel de gewenste zendfrequentie in door aan de MENU-draaiknop (4)
te draaien en bevestig de instelling door op de MENU-draaiknop (4) te
drukken. Bij normaal bedrijf wordt de ingestelde zendfrequentie in het
midden van het display weergegeven (7). Kies een zendfrequentie die
nog niet door een radiozender is bezet.
Om het geluid van de voertuigontvanger via de autoradio te kunnen
ontvangen, stelt u de ontvangstfrequentie op de autoradio in op de hier
ingestelde zendfrequentie. Als u geluid uitzendt via de AUX OUT audio-
uitgang (10), is hier geen aanpassing vereist.
DRC Deze functie comprimeert de geluidsweergave om zachte tonen bij laag
volume of in een luide omgeving beter hoorbaar te maken.
Instellingen
OFF > geen compressie
1/2 > lichte compressie
1 > hoge compressie
Taal Instellen van de menutaal
Systeemreset Resetten van het systeem naar de fabrieksinstellingen in geval van
storingen.
Let op! Alle instellingen worden gewist.
SW-versie Weergave van de softwareversie
82
c) DAB-radiomodus
Zender zoeken
• Als er na het selecteren van de DAB-modus geen DAB-zender kan worden ontvangen, voert
u een zenderzoekloop uit (zie „Menu-instellingen“).
U kunt het zoeken naar zenders ook activeren door de toets SRC / (1)
ingedrukt te houden.
• Het apparaat zoekt dan in het DAB-ontvangstbereik naar zenders en bewaart de gevonden
zenders in de zenderlijst.
• Tijdens het zoeken geeft het scherm (7) de vooruitgang en het aantal gevonden stations
weer.
Zenders kiezen
• Druk kort op de toets PS/ (2) of PL / (5).
• Op het display (7) verschijnt de zenderlijst.
• Selecteer de gewenste zender met de MENU-draaiknop (4).
• Druk op de draaiknop MENU (4) om de geselecteerde zender af te spelen.
Stationgeheugens
De voertuigontvanger heeft 20 zendergeheugens waarop u uw favoriete zenders kunt opslaan.
• Stel de op te slaan zender in zoals beschreven onder „Zenderkeuze“.
• Houd de toets PS/ (2) ingedrukt totdat de geheugenbalk van de zender wordt
weergegeven.
• Selecteer de gewenste opslagplaats met de MENU-draaiknop (4).
Als er al een opslagplaats bezet is, wordt daar de bijbehorende zendernaam
weergegeven.
• Druk op de draaiknop MENU (4) om de zender op te slaan.
• Om een zender af te spelen uit de zendergeheugenlijst, houdt u de toets PL / (5)
ingedrukt totdat de zendergeheugenbalk wordt weergegeven.
• Selecteer de gewenste zender met de MENU-draaiknop (4).
• Druk op de draaiknop MENU (4) om de geselecteerde zender af te spelen.
83
d) USB-gebruik
Het apparaat is uitgerust met een USB-poort. MP3-bestanden die op een USB-opslagmedium
zijn opgeslagen, kunnen worden afgespeeld.
Verbind geen MP3-speler met de USB-interface, wanneer deze via batterijen
wordt aangedreven. De stroomvoorziening van de USB-interface kan de
geïnstalleerde batterijen opladen en daardoor tot de oververhitting of het
ontploffen van de batterijen leiden.
USB-media tot max. 64 GB en met een stroomopname van max. 500 mA kunnen
aan de USB-poort worden aangesloten. De media moeten FAT 32 geformatteerd
zijn.
Op de USB-interface werken alleen USB-opslagmedia. MP3-spelers met USB-
aansluiting schakelen bij het insteken in deze aansluiting in de regel in de PC-
modus. In deze modus is het afspelen van muziekbestanden niet mogelijk. U kunt
echter op elk moment de audio-uitgang van een MP3-speler aan de audio-ingang
AUX IN (9) aansluiten.
Vanwege de grote verscheidenheid van apparaten met USB-opslagmedia en hun
soms erg fabricagespecieke functies kan niet gegarandeerd worden, dat alle
media herkend worden en alle bedieningsmogelijkheden in combinatie met dit
apparaat beschikbaar zijn.
Als het opslagmedium niet wordt herkend, verwijdert u het nogmaals en sluit u het
dan opnieuw aan.
• Steek uw USB-opslagmedium in de USB-poort voor audioweergave (12).
• Het apparaat schakelt automatisch naar de betreffende ingang en start de weergave.
Afspeelcontrole
Toets / (6)
Start of stopt de weergave
Toets PS/ (2)
Eén nummer terug
Toets PL / (5)
Een nummer vooruit
84
e) Bluetooth
®
gebruik
Om een optimale telefoonontvangst mogelijk te maken en de elektromagnetische
straling in het voertuig zo laag mogelijk te houden, is het beter om bij het gebruik
van de mobiele telefoon altijd een buitenantenne te gebruiken.
Bij Bluetooth
®
gebruik kan de voertuig-ontvanger als handsfree-installatie voor
mobiele telefoons en/of als weergaveapparaat voor Bluetooth
®
A2DP-audio-
streaming worden gebruikt. Vóórdat echter een overdracht tussen uw mobiele
telefoon resp. Bluetooth
®
apparaat en de voertuig-ontvanger mogelijk is, moeten
beide apparaten met elkaar worden verbonden. Deze procedure wordt „pairing“
genoemd.
Pairing
• Schakel de voertuig-ontvanger in.
• Schakel uw mobiele telefoon in en activeer hier de Bluetooth
®
modus (zie hiervoor de
handleiding van de mobiele telefoon).
• Activeer op uw mobiele telefoon het zoeken naar andere Bluetooth
®
apparaten in het
ontvangstbereik.
• Wanneer de voertuigontvanger is gevonden, geeft uw Bluetooth
®
-apparaat de Bluetooth
®
-
naam van de voertuigontvanger weer (RF-DAB-CAR1).
• Sluit uw mobiele telefoon aan op de voertuig-ontvanger.
• Geef, indien nodig, het wachtwoord 0000 in om beide apparaten te koppelen.
• Na een geslaagde koppeling verschijnt het Bluetooth
®
-symbool rechtsboven op het
display (7) (knippert permanent zolang er geen verbinding is).
• Wanneer de verbindingsprocedure niet succesvol was, probeert u de procedure te herhalen.
Evt. moet eerst de voertuig-ontvanger in uw mobiele telefoon nogmaals worden gewist (zie
hiervoor gebruiksaanwijzing van de mobiele telefoon).
Er kan altijd maar één Bluetooth
®
apparaat met de voertuig-ontvanger worden
verbonden. Als er al een actieve Bluetooth
®
koppeling bestaat, moet deze
verbinding eerst worden verbroken. Dit gebeurt via het menu van uw mobiele
telefoon.
Als de voertuig-ontvanger of het mobiele telefoon, waarmee een actieve
verbinding bestaat, wordt uitgeschakeld of buiten het bereik wordt gebracht, wordt
de verbinding verbroken. Het Bluetooth
®
symbool op het scherm (7) knippert. Bij
het opnieuw inschakelen of zodra het mobiele telefoon weer binnen het bereik van
de voertuig-ontvanger komt, wordt de verbinding automatisch weer hersteld. Op
het scherm (7) verschijnt het Bluetooth
®
symbool opnieuw permanent.
85
Om deze automatische totstandkoming van de verbinding mogelijk te maken,
moet deze functie op het mobiele telefoon waarschijnlijk worden geactiveerd
(raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing bij uw mobiele telefoon).
Opnemen/Weigeren van een inkomend telefoongesprek
• Bij een inkomend telefoongesprek geeft het scherm (7) het oproepnummer van de beller
weer.
Wanneer de beller de nummerweergave heeft onderdrukt of wanneer het gsm-
netwerk deze functie niet ondersteunt, werkt de nummerweergave niet.
• Druk opnieuw op de toets SRC / (1) om het binnenkomend telefoongesprek te
beantwoorden.
• Druk opnieuw op de toets / (6) om een binnenkomend telefoongesprek te weigeren.
Voeren van een telefoongesprek
• Kies het gewenste oproepnummer via uw mobiele telefoon.
• De voertuigontvanger schakelt automatisch over naar Bluetooth
®
-modus en toont de
oproepprocedure op het display (7).
Beëindigen van een telefoongesprek
• Druk op de toets / (6) om het telefoongesprek te beëindigen.
Audio-streaming
Audio-streaming is het verzenden van audiogegevens (muziek) per Bluetooth
®
naar de
voertuig-ontvanger.
Wanneer u een A2DP-geschikt mobiele telefoon heeft, dan kunt u het zoals hiervoor
beschreven, via een pairing-procedure met de voertuig-ontvanger verbinden en een
audioverzending opbouwen.
• Verzeker uzelf ervan, dat beide apparaten m.b.v. pairing verbonden werden.
• Start de weergave bij uw mobiele telefoon (zie betreffende gebruiksaanwijzing).
• Druk op de toets SRC / (1) totdat Bluetooth
®
op de display (7) verschijnt.
• De audioverzending is nu geactiveerd.
• U kunt nu het weergave van uw mobiele telefoon op afstand bedienen met de toetsen
PS/ (2), PL / (5) en / (6) op dezelfde manier als bij het afspelen van
USB-opslagmedia.
86
f) Extern audio-apparaat afspelen
• Sluit de hoofdtelefoon of audio-uitgang van het externe audioapparaat aan zoals beschreven
in „De AUX IN audio-ingang aansluiten“.
• Druk op de toets SRC / (1) totdat op de display (7) „MUSIC IN“ verschijnt.
• Start de weergave op het externe audioapparaat.
• De weergave wordt geregeld vanaf het externe audioapparaat.
11. Onderhoud en verzorging
• Controleer regelmatig de technische veiligheid van de voertuig-ontvanger, bijvoorbeeld op
beschadiging van het netsnoer en de behuizing.
• Indien kan worden aangenomen dat gebruik zonder gevaren niet meer mogelijk is, dan moet
het product buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen onopzettelijk gebruik.
Schakel de stroomtoevoer uit!
a) Vervangen van de zekering
Het repareren van zekeringen of het overbruggen van de zekeringhouder is niet
toegestaan.
• De zekering van de sigarettenaansteker op de zwanenhalshouder is verwisselbaar.
• Als het lampje op de stekker van de sigarettenaansteker van de zwanenhalshouder niet
meer brandt terwijl de sigarettenaansteker van stroom wordt voorzien, vervangt u de
zekering, zoals hier beschreven.
Let op dat uitsluitend zekeringen van het aangegeven type en met de juiste
nominale stroomsterkte worden gebruikt (zie „Technische gegevens“ ).
• Trek de zwanenhalshouder uit de sigarettenaansteker.
• Schroef het uiteinde van de stekker van de sigarettenaansteker los (positief contact).
• Vervang de zekering door een zekering van hetzelfde type.
• Vervang het punt van de sigarettenaansteker (positief contact).
87
• Verbind de zwanenhalshouder nu pas weer met het boordnet en neem het in gebruik.
• Als de zekering opnieuw geactiveerd wordt, breng dan de zwanenhalshouder voor reparatie
naar een speciaalzaak.
b) Reiniging
• De buitenkant van het apparaat mag slechts met een zachte, droge doek of kwast worden
gereinigd.
Gebruik in geen geval agressieve reinigingsmiddelen, reinigingsalcohol of andere
chemische oplosmiddelen, omdat deze schade kunnen veroorzaken aan de
behuizing of zelfs de werking aantasten.
12. Problemen oplossen
U heeft met de Renkforce voertuig-ontvanger een product aangeschaft dat volgens de
nieuwste stand der techniek is ontwikkeld en veilig is in het gebruik. Als het toch tot problemen
of storingen komt, kunnen de volgende verklaringen bij het oplossen van het probleem nuttig
zijn.
Zonder functie, het apparaat kan niet worden ingeschakeld
• De stekker van de sigarettenaansteker is niet correct in de sigarettenaansteker gestoken.
• De USB-kabel is niet correct aangesloten op de USB-poort van de stroomvoorziening (11).
• De sigarettenaansteker wordt niet van stroom voorzien.
• De zekering van de sigarettenaansteker op de zwanenhals houder is geactiveerd. Vervang
de zekering zoals hierboven beschreven.
Bij het oproepen van een zender blijft de weergave gedempt.
• De opgeslagen zender heeft geen ontvangst (evt. door verandering van locatie). Start het
scannen van een zender.
• De DAB-antenne werd op een ongunstige plaats ingebouwd (vb. te dicht bij de metalen
onderdelen van het voertuig of achter een met metaal beklede autoruit).
• De antenneaansluiting is losgekomen van de antenneaansluiting (8). Controleer de
verbinding.
88
Het apparaat schakelt in de DAB-modus altijd opnieuw het geluid uit
• In tegenstelling tot de normale radiomodus, waarbij het in geval van storingen in de ontvangst
tot storende geluiden komt, wordt het volume bij DAB-weergave bij slechte ontvangst
uitgeschakeld. Dit komt vaak door de nog niet altijd zo goed uitgebouwde zenderontvangst,
vooral in landelijke streken. Het gaat hierbij niet om een defect van het apparaat.
• De DAB-antenne werd op een ongunstige plaats ingebouwd (vb. te dicht bij de metalen
onderdelen van het voertuig of achter een met metaal beklede autoruit).
• De antenneaansluiting heeft geen goed contact met de antenneaansluiting (8). Controleer
de verbinding.
Geluidsuitvoer via de autoradio is niet mogelijk, hoewel het apparaat anders
wel werkt
• De audioverbinding tussen de voertuigontvanger en de autoradio is defect.
Voor audio-aansluiting via kabel: Controleer de verbinding tussen de AUX OUT audio-
uitgang (10) en de audio-uitgang op de autoradio.
Voor audio-aansluiting via de geïntegreerde FM-transmitter: Controleer of de zendfrequentie
die op de FM-transmitter is ingesteld, overeenkomt met de ontvangstfrequentie die op de
autoradio is ingesteld. Sluit geen stekker aan op de AUX OUT audio-uitgang (10), anders
schakelt de FM-transmitter automatisch uit.
Het apparaat reageert niet meer op toetscommando‘s of vertoont andere
storingen
• Zet het apparaat terug op de fabrieksinstellingen (zie „Menu-instellingen“).
13. Verklaring van conformiteit (DOC)
Hiermee verklaart Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit
product met richtlijn 2014/53/EU overeenstemt.
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar op het
volgende internetadres: www.conrad.com/downloads
Kies een taal door een vlagsymbool te selecteren en voer het bestelnummer van
het product in het zoekveld in; vervolgens kunt u de EU-conformiteitsverklaring in
pdf-formaat downloaden.
89
14. Afvoer
Elektronische apparaten kunnen gerecycled worden en horen niet thuis in het
huisvuil. Het product dient na aoop van de levensduur volgens de geldende
wettelijke voorschriften te worden afgevoerd.
15. Technische gegevens
Bedrijfsspanning ........................................12-24 V/DC (adapter voor sigarettenaansteker)
5 V/DC (voertuig-ontvanger)
Zekering (zwanenhals stekker) ..................Zekering glazen buis F3AL/250V
Laadvermogen van de aansteker ..............3 A (totaal laadvermogen van beide uitgangen)
Ontvangstbereik ........................................Band III 174-240 MHz
Stationgeheugens ......................................20
Bluetooth
®
versie .......................................2.1 + EDR
Zendfrequentie ..........................................2402-2480 MHz (Bluetooth
®
)
87,6-108 MHz (FM-transmitter)
Zendvermogen ..........................................<100 mW (Bluetooth
®
)
<50 nW (FM-transmitter)
Interfaces ...................................................Bluetooth
®
, USB
Afspeelbare media .....................................USB, A2DP
Stroombelastbaarheid USB-interface ........max. 500 mA
USB-opslagmedia ......................................max. 64 GB
Afmetingen ................................................70 x 80 x 32 mm
Gewicht ......................................................70 g (zonder accessoires)
Bedrijfsvoorwaarden ..................................-20 tot +70 °C / 10-90 % rel. luchtvochtigheid
Opslagvoorwaarden ..................................-30 tot +80 °C / 10-90 % rel. luchtvochtigheid

Documenttranscriptie

Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding.......................................................................................................................... 69 2. Verklaring van symbolen................................................................................................ 69 3. Voorgeschreven gebruik................................................................................................. 70 4. Leveringsomvang........................................................................................................... 71 5. Veiligheidsvoorschriften.................................................................................................. 72 6. Kenmerken en functies................................................................................................... 73 7. Overzicht........................................................................................................................ 74 8. Mechanische inbouw...................................................................................................... 75 a) Montage op de sigarettenaansteker........................................................................ 76 b) Montage aan het ventilatierooster........................................................................... 76 c) Montage van de DAB-antenne................................................................................ 77 9. Elektrische aansluiting.................................................................................................... 78 a) Antenneaansluiting.................................................................................................. 78 b) Aansluiten van de audio-uitgang AUX OUT............................................................ 78 c) De audio-ingang AUX IN aansluiten........................................................................ 79 d) Aansluiting van de stroomvoorziening..................................................................... 79 10. Bediening........................................................................................................................ 80 a) Algemene bediening................................................................................................ 80 b) Menu-instellingen.................................................................................................... 80 c) DAB-radiomodus..................................................................................................... 82 d) USB-gebruik............................................................................................................ 83 e) Bluetooth® gebruik................................................................................................... 84 f) Extern audio-apparaat afspelen.............................................................................. 86 11. Onderhoud en verzorging............................................................................................... 86 a) Vervangen van de zekering..................................................................................... 86 b) Reiniging.................................................................................................................. 87 12. Problemen oplossen....................................................................................................... 87 13. Verklaring van conformiteit (DOC).................................................................................. 88 14. Afvoer............................................................................................................................. 89 15. Technische gegevens..................................................................................................... 89 68 1. Inleiding Geachte klant, Hartelijk dank voor de aanschaf van dit product. Dit product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese voorschriften. Volg de instructies van de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat te handhaven en een ongevaarlijke werking te garanderen! Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Deze bevat belangrijke instructies voor de ingebruikname en bediening. Let hierop, ook wanneer u dit product aan derden doorgeeft. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig voor toekomstige referentie! Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk. Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be 2. Verklaring van symbolen Het symbool met het uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing die in ieder geval moeten worden opgevolgd. Het pijlsymbool ziet u, wanneer u bijzondere tips en aanwijzingen voor de bediening zult verkrijgen. 69 3. Voorgeschreven gebruik De Renkforce DAB+ voertuigontvanger RF-DAB-CAR1 wordt gebruikt voor de ontvangst van DAB-radiozenders in voertuigen, het afspelen van audiobestanden van geschikte opslagmedia en het versterken en afspelen van de op deze manier verkregen audiosignalen. Bovendien dient het als handenvrij toestel en al weergave-apparaat voor mobiele telefoons met Bluetooth®. De weergave vindt plaats via de autoradio en de daarop aangesloten luidsprekers. Dit product is alleen geschikt voor aansluiting op een 12-24 V-gelijkspanning boordnet met negatieve pool van de accu aan de carrosserie. De voertuig-ontvanger mag alleen in voertuigen met dit soort boordspanning worden ingebouwd en gebruikt. Door het montagetype dient de gebruiker er voor te zorgen dat het apparaat tegen vocht en nattigheid beschermd wordt. Contact met vocht moet absoluut worden voorkomen. Omwille van veiligheids- en toelatingsredenen mag u het product niet ombouwen en/of veranderen. Als u het product voor een ander doel gebruikt dan hierboven beschreven, kan het product worden beschadigd. Bovendien kan een foutief gebruik gevaren veroorzaken, zoals bv. kortsluiting, brand, etc. Lees de gebruiksaanwijzing nauwkeurig en bewaar deze. Geef het product uitsluitend samen met de gebruiksaanwijzing aan derden door. Het woordmerk Bluetooth® is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG Inc. Het gebruik van dit woordmerk werd in licentie gegeven. Andere handelsmerken en handelsbenamingen zijn handelsmerken van de respectievelijke eigenaren. Alle rechten voorbehouden. 70 4. Leveringsomvang • DAB+ voertuig-ontvanger RF-DAB-CAR1 • Houder met zwanenhals • Montagebeugel voor montage op het ventilatierooster • Adapter voor sigarettenaansteker • Metalen plaat voor magnetische montage • DAB-antenne • USB-kabel • 4x kabelbinder • Gebruiksaanwijzing Actuele gebruiksaanwijzingen Download de actuele gebruiksaanwijzingen via de link www.conrad.com/downloads of scan de afgebeelde QR-code. Volg de aanwijzingen op de website. 71 5. Veiligheidsvoorschriften Lees aandachtig de gebruiksaanwijzing en let in het bijzonder op de veiligheidsvoorschriften. Als u de veiligheidsvoorschriften en de informatie met betrekking tot het correct gebruik in deze gebruiksaanwijzing niet volgt, zijn wij niet aansprakelijk voor de resulterende persoonlijke letsels/materiële schade. Bovendien vervalt In zulke gevallen de garantie. • Dit product is geen speelgoed. Houd het buiten bereik van kinderen en huisdieren. • Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos slingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn. • Bescherm het product tegen hevige trillingen, hoge vochtigheid, water, brandbare gassen, dampen en oplosmiddelen. • Stal het product niet aan mechanische belasting bloot. • Als er geen veilig bedrijf meer mogelijk is, neemt u het product buiten bedrijf en beschermt u het tegen ongewenst gebruik. Het veilig bedrijf is niet langer gewaarborgd, als het product: -- zichtbare schade vertoont, -- niet meer correct functioneert, -- gedurende langere tijd onder ongunstige omstandigheden is opgeslagen of -- aan hoge transportbelasting werd blootgesteld. • Ga voorzichtig met het product om. Door stoten, slagen of vallen wordt het al vanop geringe hoogte beschadigd. • Neem ook de veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen in acht van de overige apparaten waarop het product wordt aangesloten. • Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken van deze handleiding in acht. • Raadpleeg een vakman wanneer u vragen heeft over de werkwijze, veiligheid of aansluiting van het product. • Laat onderhouds-, aanpassings- en herstellingswerken uitsluitend door een vakman of deskundige werkplaats uitvoeren. Open het apparaat nooit. • Raadpleeg onze technische helpdesk of andere vakmensen wanneer u vragen heeft die niet in deze gebruiksaanwijzing worden beantwoord. 72 • Gebruik het toestel uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een tropisch klimaat. • Een te hoog volume in de auto heeft tot gevolg, dat akoestische waarschuwingssignalen niet meer kunnen worden waargenomen. Hierdoor brengt u uzelf en andere weggebruikers in gevaar. Let daarom op dat het volume niet te hard staat. • Onachtzaamheid in het verkeer kan leiden tot ernstige ongelukken. De audio-installatie mag dientengevolge uitsluitend worden bediend als de verkeerssituatie het toelaat. U dient er bovendien zorg voor te dragen dat uw aandacht door het bedienen van de installatie niet van het verkeer wordt afgeleid. • Het wordt afgeraden gedurende een langere periode naar muziek met een te hoog volume te luisteren. Hierdoor kan het gehoor worden beschadigd. 6. Kenmerken en functies • DAB+-ontvanggedeelte voor digitale radio-ontvangst • USB-poort voor het afspelen van muziek vanaf USB-opslagmedia • Bluetooth® handsfree installatie • Muziekweergave via Bluetooth® interface (A2DP) • Verzending naar autoradio via audio-uitgang of FM-transmitter (geïntegreerd) • Aansluiting voor externe audiobronnen • 20 programmeerbare stationsgeheugens voor DAB-ontvangst • Aangedreven door de sigarettenaansteker • Zwanenhalshouder en houder voor montage op een ventilatierooster voor flexibele montagemogelijkheden 73 7. Overzicht 1 Toets SRC / 2 Toets PS/ 3 Microfoon 4 Draaiknop MENU 5 Toets PL / 6 Toets 7 Scherm / 7 1 6 2 5 3 8 Antenneaansluiting 9 Audio-ingang AUX IN 10 Audio-uitgang AUX OUT 11 USB-aansluiting voedingsspanning 74 8 9 10 11 4 12 USB-interface audioweergave 12 8. Mechanische inbouw De voertuigontvanger wordt met twee verschillende houders geleverd. Zo kan het apparaat met behulp van een zwanenhals op de sigarettenaansteker worden gemonteerd of als alternatief op een ventilatierooster worden gemonteerd. Bij montage op de sigarettenaansteker is de voeding al in de houder geïntegreerd. Voor de stroomverzorging bij montage op een ventilatierooster wordt een bijbehorende adapter voor de sigarettenaansteker meegeleverd. Kies de inbouwpositie zorgvuldig, zodat het apparaat geen invloed heeft op het rijden van de bestuurder of hem/haar van het verkeersgebeuren afleidt. Er mogen geen onderdelen in het activiteitsgebied van de airbags worden gemonteerd, omdat dit bij een ongeval kan leiden tot kwetsuren van de inzittenden. Gebruik het meegeleverde montagemateriaal om een veilige montage te garanderen. Wijzigingen aan het voertuig, die door het inbouwen van de voertuig-ontvanger of andere componenten nodig zijn, moeten altijd zo worden uitgevoerd, dat hierdoor geen beperking van de verkeersveiligheid of van de constructieve stabiliteit van de auto ontstaat. Bij veel auto´s vervalt al bij het uitzagen van een plaatgedeelte de goedkeuring. Houd bij de montage van uw Hifi-installatie rekening met het gevaar dat bij een ongeluk verwondingen kunnen ontstaan door losgerukte apparatuur. Bevestig daarom elk onderdeel stevig op een plaats waar het geen gevaar vormt voor inzittenden. 75 a) Montage op de sigarettenaansteker • Schuif de meegeleverde metalen plaat (indien nog niet gemonteerd) in de geleiding aan de achterkant van de voertuigontvanger. • Bevestig de voertuigontvanger aan de zwanenhals. De montageplaat van de zwanenhals is magnetisch en houdt de voertuigontvanger automatisch vast. • Steek de houder met zwanenhals in de sigarettenaansteker van uw auto. • Stel de zwanenhals naar wens af. • Het kogelgewricht op de montageplaat kan worden uitgelijnd door de wartelmoer los te draaien, de kogelkoppeling naar wens te verstellen en de wartelmoer opnieuw vast te draaien. b) Montage aan het ventilatierooster • Schuif de meegeleverde metalen plaat (indien nog niet gemonteerd) in de geleiding aan de achterkant van de voertuigontvanger. • Bevestig de voertuigontvanger aan de beugel. De montageplaat van de houder is magnetisch en houdt de voertuigontvanger automatisch vast. • Druk de klem aan de achterkant van de houder voor het ventilatierooster in elkaar en plaats hem op een lamel van het ventilatierooster. • Lijn het kogelgewricht van de montageplaat uit zoals vereist. 76 c) Montage van de DAB-antenne Gebruik alleen de bijgeleverde DAB-antenne. Het is een actieve antenne. Als andere antennes worden gebruikt, kunnen deze of de voertuigontvanger beschadigd raken. Voor lijmmontage is een minimale temperatuur van ca. 15 °C nodig. Reinig het kleefoppervlak voor de montage met een geschikt reinigingsmiddel (vb. reinigingsalcohol). Kleef de antenne niet in de buurt van met metaal beklede raamonderdelen of in de buurt van verwarmkabels. Dit kan een negatief effect hebben op de ontvangst. Kleef de antenne niet in het gezichtsveld van de bestuurder. Deze mag het gezichtsveld van de bestuurder niet beïnvloeden. Let bij de keuze van de montageplaats op de lengte van de antennekabel. Het moet tot aan de montageplaats van de voertuigontvanger reiken. De DAB-antenne en de aansluitkabel mogen in geen geval in het bereik van een airbag worden gemonteerd of geplaatst. • Zet de montagepositie voor de DAB-antenne vast. De antenne moet horizontaal worden gemonteerd in het bovenste deel van de binnenkant van de voorruit. Om een probleemloze ontvangst te garanderen, houdt u een afstand van ca. 5 cm tussen de ontvangstkabels en metalen onderdelen, zoals de carrosserie, het vensterkader, etc. aan. • Trek de beschermfolie af en kleef de antenne zo dat de kabeluitlaat naar de voorruit frame wijst. • Na het vastkleven mag de antenne gedurende 24 uur niet mechanisch belast worden. • Verbindingskabel tot aan de montageplaats van de voertuigontvanger leggen. 77 9. Elektrische aansluiting Er mogen geen leidingen worden gemonteerd in het activeringsgebied van de airbags, omdat dit bij een ongeval kan leiden tot kwetsuren van de inzittenden. Let bij het leggen van leidingen op, dat deze niet ingeklemd worden of tegen scherpe kanten aan schuren; gebruik bij doorvoeringen rubber kokers. Gebruik voor de controle van de spanning aan boordspanningskabels alleen een voltmeter of een diodetester, omdat normale controlelampen te hoge stromen opnemen en daardoor de boordelektronica zou kunnen beschadigen. Na de aansluiting kunnen de aansluitkabels met de meegeleverde kabelbinders aan het dashboard of de zwanenhals worden bevestigd. Aan de achterzijde van de montageplaat van de zwanenhals bevinden zich kabelklemmen waarmee ook de aansluitkabels bevestigd kunnen worden. a) Antenneaansluiting • Sluit de antenneaansluiting van de meegeleverde DAB-antenne aan op de antenneaansluiting (8) van de voertuigontvanger. b) Aansluiten van de audio-uitgang AUX OUT Als u geluid via een audiolijn naar de autoradio wilt zenden en uw autoradio heeft een audioingang (meestal aangeduid met AUX IN), ga dan als volgt te werk. Deze aansluiting is van betere kwaliteit dan audiotransmissie met behulp van de ingebouwde FM-transmitter. Gebruik voor de aansluiting alleen hiervoor geschikte, afgeschermde aansluitkabels. Bij gebruik van andere kabels kunnen zich storingen voordoen. Houd de lengte van de aansluitkabels zo kort mogelijk. Leg de kabels niet in de buurt van andere kabels. Zo worden storende effecten op de kabels voorkomen. • Sluit de audio-uitgang AUX OUT (10) aan op de audio- ingang van uw autoradio. • Gebruik een geschikte jackplug-kabel van 3,5 mm. 78 Wanneer de audio-uitgang AUX OUT (10) wordt gebruikt, wordt de FM-transmitter automatisch uitgeschakeld. c) De audio-ingang AUX IN aansluiten Op de audio-ingang AUX IN (9) kan een extern audioapparaat (bijv. MP3-speler) worden aangesloten, waarvan het signaal via de autoradio wordt weergegeven. • Verbind de koptelefoonuitgang of de audio-uitgang van het externe apparaat met de audioingang AUX IN (9). • Gebruik een geschikte jackplug-kabel van 3,5 mm. d) Aansluiting van de stroomvoorziening In sommige auto‘s wordt de sigarettenaansteker niet via het contact in- en uitgeschakeld. Dit kan leiden tot ontlading van de boordaccu. Verwijder in dit geval de adapter van de sigarettenaansteker of de zwanenhals van de sigarettenaansteker als u de voertuigontvanger niet nodig hebt. • Sluit de kleine stekker van de meegeleverde USB-kabel aan op de USB-poort voor de voeding (11). • Sluit het grote uiteinde van de meegeleverde USB-kabel aan op een van de USB-poorten op de adapter van de sigarettenaansteker met zwanenhals of op de aparte adapter voor de sigarettenaansteker (afhankelijk van de gekozen montagemethode). De tweede USB-poort op de adapter van de sigarettenaansteker of zwanenhals kan worden gebruikt om een ander apparaat (bijv. een smartphone) op te laden. Het totale energieverbruik van beide USB-uitgangen samen is 3 A. 79 10. Bediening a) Algemene bediening In- en uitschakelen • Houd de toets / (6) ingedrukt om het apparaat in of uit te schakelen. • Wanneer uw sigarettenaansteker met het ontsteking van de auto wordt in- en uitgeschakeld, wordt de voertuigontvanger automatisch met de ontsteking in- en uitgeschakeld. • Nadat het apparaat voor de eerste keer is ingeschakeld, wordt automatisch het DABontvangstbereik gescand. Tijdens het zoeken geeft het scherm (7) de vooruitgang en het aantal gevonden stations weer. Na het voltooien van het zoeken naar zenders wordt het eerste station in de zenderlijst weergegeven. Bij opnieuw inschakelen start het apparaat dan in de laatst gekozen bedrijfsmodus in. De audiobron selecteren • Druk op de toets SRC / (1) om de gewenste audiobron te selecteren: DAB > Bluetooth > MUSIC IN (audio-ingang AUX IN (9)) > USB ® b) Menu-instellingen • Om de menu-instellingen te selecteren, houdt u de MENU-draaiknop (4) ingedrukt. • Door draaien van de MENU-draaiknop (4) worden de menupunten geselecteerd. De menupunten kunnen ook worden geselecteerd door op de toetsen PS/ of PL / (5) te drukken. (2) • Druk op de MENU-draaiknop (4) om een menupunt te kiezen. Naargelang de audiobron (DAB, USB-weergave, etc.) die op dat moment actief is, kunnen onder bepaalde omstandigheden niet alle functies worden ingesteld. 80 Menu-instellingen Volledige scan Volledig zoeken naar zenders in de DAB-ontvangstbereik. TX frequentie Instellen van de zendfrequentie voor de FM-transmitter. Stel de gewenste zendfrequentie in door aan de MENU-draaiknop (4) te draaien en bevestig de instelling door op de MENU-draaiknop (4) te drukken. Bij normaal bedrijf wordt de ingestelde zendfrequentie in het midden van het display weergegeven (7). Kies een zendfrequentie die nog niet door een radiozender is bezet. Om het geluid van de voertuigontvanger via de autoradio te kunnen ontvangen, stelt u de ontvangstfrequentie op de autoradio in op de hier ingestelde zendfrequentie. Als u geluid uitzendt via de AUX OUT audiouitgang (10), is hier geen aanpassing vereist. DRC Deze functie comprimeert de geluidsweergave om zachte tonen bij laag volume of in een luide omgeving beter hoorbaar te maken. Instellingen OFF > geen compressie 1/2 > lichte compressie 1 > hoge compressie Taal Instellen van de menutaal Systeemreset Resetten van het systeem naar de fabrieksinstellingen in geval van storingen. Let op! Alle instellingen worden gewist. SW-versie Weergave van de softwareversie 81 c) DAB-radiomodus Zender zoeken • Als er na het selecteren van de DAB-modus geen DAB-zender kan worden ontvangen, voert u een zenderzoekloop uit (zie „Menu-instellingen“). U kunt het zoeken naar zenders ook activeren door de toets SRC / ingedrukt te houden. (1) • Het apparaat zoekt dan in het DAB-ontvangstbereik naar zenders en bewaart de gevonden zenders in de zenderlijst. • Tijdens het zoeken geeft het scherm (7) de vooruitgang en het aantal gevonden stations weer. Zenders kiezen • Druk kort op de toets PS/ (2) of PL / (5). • Op het display (7) verschijnt de zenderlijst. • Selecteer de gewenste zender met de MENU-draaiknop (4). • Druk op de draaiknop MENU (4) om de geselecteerde zender af te spelen. Stationgeheugens De voertuigontvanger heeft 20 zendergeheugens waarop u uw favoriete zenders kunt opslaan. • Stel de op te slaan zender in zoals beschreven onder „Zenderkeuze“. • Houd de toets PS/ weergegeven. (2) ingedrukt totdat de geheugenbalk van de zender wordt • Selecteer de gewenste opslagplaats met de MENU-draaiknop (4). Als er al een opslagplaats bezet is, wordt daar de bijbehorende zendernaam weergegeven. • Druk op de draaiknop MENU (4) om de zender op te slaan. • Om een zender af te spelen uit de zendergeheugenlijst, houdt u de toets PL / ingedrukt totdat de zendergeheugenbalk wordt weergegeven. • Selecteer de gewenste zender met de MENU-draaiknop (4). • Druk op de draaiknop MENU (4) om de geselecteerde zender af te spelen. 82 (5) d) USB-gebruik Het apparaat is uitgerust met een USB-poort. MP3-bestanden die op een USB-opslagmedium zijn opgeslagen, kunnen worden afgespeeld. Verbind geen MP3-speler met de USB-interface, wanneer deze via batterijen wordt aangedreven. De stroomvoorziening van de USB-interface kan de geïnstalleerde batterijen opladen en daardoor tot de oververhitting of het ontploffen van de batterijen leiden. USB-media tot max. 64 GB en met een stroomopname van max. 500 mA kunnen aan de USB-poort worden aangesloten. De media moeten FAT 32 geformatteerd zijn. Op de USB-interface werken alleen USB-opslagmedia. MP3-spelers met USBaansluiting schakelen bij het insteken in deze aansluiting in de regel in de PCmodus. In deze modus is het afspelen van muziekbestanden niet mogelijk. U kunt echter op elk moment de audio-uitgang van een MP3-speler aan de audio-ingang AUX IN (9) aansluiten. Vanwege de grote verscheidenheid van apparaten met USB-opslagmedia en hun soms erg fabricagespecifieke functies kan niet gegarandeerd worden, dat alle media herkend worden en alle bedieningsmogelijkheden in combinatie met dit apparaat beschikbaar zijn. Als het opslagmedium niet wordt herkend, verwijdert u het nogmaals en sluit u het dan opnieuw aan. • Steek uw USB-opslagmedium in de USB-poort voor audioweergave (12). • Het apparaat schakelt automatisch naar de betreffende ingang en start de weergave. Afspeelcontrole Toets Toets PS/ Toets PL / / (6) (2) (5) Start of stopt de weergave Eén nummer terug Een nummer vooruit 83 e) Bluetooth® gebruik Om een optimale telefoonontvangst mogelijk te maken en de elektromagnetische straling in het voertuig zo laag mogelijk te houden, is het beter om bij het gebruik van de mobiele telefoon altijd een buitenantenne te gebruiken. Bij Bluetooth® gebruik kan de voertuig-ontvanger als handsfree-installatie voor mobiele telefoons en/of als weergaveapparaat voor Bluetooth® A2DP-audiostreaming worden gebruikt. Vóórdat echter een overdracht tussen uw mobiele telefoon resp. Bluetooth® apparaat en de voertuig-ontvanger mogelijk is, moeten beide apparaten met elkaar worden verbonden. Deze procedure wordt „pairing“ genoemd. Pairing • Schakel de voertuig-ontvanger in. • Schakel uw mobiele telefoon in en activeer hier de Bluetooth® modus (zie hiervoor de handleiding van de mobiele telefoon). • Activeer op uw mobiele telefoon het zoeken naar andere Bluetooth® apparaten in het ontvangstbereik. • Wanneer de voertuigontvanger is gevonden, geeft uw Bluetooth®-apparaat de Bluetooth®naam van de voertuigontvanger weer (RF-DAB-CAR1). • Sluit uw mobiele telefoon aan op de voertuig-ontvanger. • Geef, indien nodig, het wachtwoord 0000 in om beide apparaten te koppelen. • Na een geslaagde koppeling verschijnt het Bluetooth®-symbool rechtsboven op het display (7) (knippert permanent zolang er geen verbinding is). • Wanneer de verbindingsprocedure niet succesvol was, probeert u de procedure te herhalen. Evt. moet eerst de voertuig-ontvanger in uw mobiele telefoon nogmaals worden gewist (zie hiervoor gebruiksaanwijzing van de mobiele telefoon). Er kan altijd maar één Bluetooth® apparaat met de voertuig-ontvanger worden verbonden. Als er al een actieve Bluetooth® koppeling bestaat, moet deze verbinding eerst worden verbroken. Dit gebeurt via het menu van uw mobiele telefoon. Als de voertuig-ontvanger of het mobiele telefoon, waarmee een actieve verbinding bestaat, wordt uitgeschakeld of buiten het bereik wordt gebracht, wordt de verbinding verbroken. Het Bluetooth® symbool op het scherm (7) knippert. Bij het opnieuw inschakelen of zodra het mobiele telefoon weer binnen het bereik van de voertuig-ontvanger komt, wordt de verbinding automatisch weer hersteld. Op het scherm (7) verschijnt het Bluetooth® symbool opnieuw permanent. 84 Om deze automatische totstandkoming van de verbinding mogelijk te maken, moet deze functie op het mobiele telefoon waarschijnlijk worden geactiveerd (raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing bij uw mobiele telefoon). Opnemen/Weigeren van een inkomend telefoongesprek • Bij een inkomend telefoongesprek geeft het scherm (7) het oproepnummer van de beller weer. Wanneer de beller de nummerweergave heeft onderdrukt of wanneer het gsmnetwerk deze functie niet ondersteunt, werkt de nummerweergave niet. • Druk opnieuw op de toets SRC / beantwoorden. • Druk opnieuw op de toets / (1) om het binnenkomend telefoongesprek te (6) om een binnenkomend telefoongesprek te weigeren. Voeren van een telefoongesprek • Kies het gewenste oproepnummer via uw mobiele telefoon. • De voertuigontvanger schakelt automatisch over naar Bluetooth®-modus en toont de oproepprocedure op het display (7). Beëindigen van een telefoongesprek • Druk op de toets / (6) om het telefoongesprek te beëindigen. Audio-streaming Audio-streaming is het verzenden van audiogegevens (muziek) per Bluetooth® naar de voertuig-ontvanger. Wanneer u een A2DP-geschikt mobiele telefoon heeft, dan kunt u het zoals hiervoor beschreven, via een pairing-procedure met de voertuig-ontvanger verbinden en een audioverzending opbouwen. • Verzeker uzelf ervan, dat beide apparaten m.b.v. pairing verbonden werden. • Start de weergave bij uw mobiele telefoon (zie betreffende gebruiksaanwijzing). • Druk op de toets SRC / (1) totdat Bluetooth® op de display (7) verschijnt. • De audioverzending is nu geactiveerd. • U kunt nu het weergave van uw mobiele telefoon op afstand bedienen met de toetsen PS/ (2), PL / (5) en / (6) op dezelfde manier als bij het afspelen van USB-opslagmedia. 85 f) Extern audio-apparaat afspelen • Sluit de hoofdtelefoon of audio-uitgang van het externe audioapparaat aan zoals beschreven in „De AUX IN audio-ingang aansluiten“. • Druk op de toets SRC / (1) totdat op de display (7) „MUSIC IN“ verschijnt. • Start de weergave op het externe audioapparaat. • De weergave wordt geregeld vanaf het externe audioapparaat. 11. Onderhoud en verzorging • Controleer regelmatig de technische veiligheid van de voertuig-ontvanger, bijvoorbeeld op beschadiging van het netsnoer en de behuizing. • Indien kan worden aangenomen dat gebruik zonder gevaren niet meer mogelijk is, dan moet het product buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen onopzettelijk gebruik. Schakel de stroomtoevoer uit! a) Vervangen van de zekering Het repareren van zekeringen of het overbruggen van de zekeringhouder is niet toegestaan. • De zekering van de sigarettenaansteker op de zwanenhalshouder is verwisselbaar. • Als het lampje op de stekker van de sigarettenaansteker van de zwanenhalshouder niet meer brandt terwijl de sigarettenaansteker van stroom wordt voorzien, vervangt u de zekering, zoals hier beschreven. Let op dat uitsluitend zekeringen van het aangegeven type en met de juiste nominale stroomsterkte worden gebruikt (zie „Technische gegevens“ ). • Trek de zwanenhalshouder uit de sigarettenaansteker. • Schroef het uiteinde van de stekker van de sigarettenaansteker los (positief contact). • Vervang de zekering door een zekering van hetzelfde type. • Vervang het punt van de sigarettenaansteker (positief contact). 86 • Verbind de zwanenhalshouder nu pas weer met het boordnet en neem het in gebruik. • Als de zekering opnieuw geactiveerd wordt, breng dan de zwanenhalshouder voor reparatie naar een speciaalzaak. b) Reiniging • De buitenkant van het apparaat mag slechts met een zachte, droge doek of kwast worden gereinigd. Gebruik in geen geval agressieve reinigingsmiddelen, reinigingsalcohol of andere chemische oplosmiddelen, omdat deze schade kunnen veroorzaken aan de behuizing of zelfs de werking aantasten. 12. Problemen oplossen U heeft met de Renkforce voertuig-ontvanger een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ontwikkeld en veilig is in het gebruik. Als het toch tot problemen of storingen komt, kunnen de volgende verklaringen bij het oplossen van het probleem nuttig zijn. Zonder functie, het apparaat kan niet worden ingeschakeld • De stekker van de sigarettenaansteker is niet correct in de sigarettenaansteker gestoken. • De USB-kabel is niet correct aangesloten op de USB-poort van de stroomvoorziening (11). • De sigarettenaansteker wordt niet van stroom voorzien. • De zekering van de sigarettenaansteker op de zwanenhals houder is geactiveerd. Vervang de zekering zoals hierboven beschreven. Bij het oproepen van een zender blijft de weergave gedempt. • De opgeslagen zender heeft geen ontvangst (evt. door verandering van locatie). Start het scannen van een zender. • De DAB-antenne werd op een ongunstige plaats ingebouwd (vb. te dicht bij de metalen onderdelen van het voertuig of achter een met metaal beklede autoruit). • De antenneaansluiting is losgekomen van de antenneaansluiting (8). Controleer de verbinding. 87 Het apparaat schakelt in de DAB-modus altijd opnieuw het geluid uit • In tegenstelling tot de normale radiomodus, waarbij het in geval van storingen in de ontvangst tot storende geluiden komt, wordt het volume bij DAB-weergave bij slechte ontvangst uitgeschakeld. Dit komt vaak door de nog niet altijd zo goed uitgebouwde zenderontvangst, vooral in landelijke streken. Het gaat hierbij niet om een defect van het apparaat. • De DAB-antenne werd op een ongunstige plaats ingebouwd (vb. te dicht bij de metalen onderdelen van het voertuig of achter een met metaal beklede autoruit). • De antenneaansluiting heeft geen goed contact met de antenneaansluiting (8). Controleer de verbinding. Geluidsuitvoer via de autoradio is niet mogelijk, hoewel het apparaat anders wel werkt • De audioverbinding tussen de voertuigontvanger en de autoradio is defect. Voor audio-aansluiting via kabel: Controleer de verbinding tussen de AUX OUT audiouitgang (10) en de audio-uitgang op de autoradio. Voor audio-aansluiting via de geïntegreerde FM-transmitter: Controleer of de zendfrequentie die op de FM-transmitter is ingesteld, overeenkomt met de ontvangstfrequentie die op de autoradio is ingesteld. Sluit geen stekker aan op de AUX OUT audio-uitgang (10), anders schakelt de FM-transmitter automatisch uit. Het apparaat reageert niet meer op toetscommando‘s of vertoont andere storingen • Zet het apparaat terug op de fabrieksinstellingen (zie „Menu-instellingen“). 13. Verklaring van conformiteit (DOC) Hiermee verklaart Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit product met richtlijn 2014/53/EU overeenstemt. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is beschikbaar op het volgende internetadres: www.conrad.com/downloads Kies een taal door een vlagsymbool te selecteren en voer het bestelnummer van het product in het zoekveld in; vervolgens kunt u de EU-conformiteitsverklaring in pdf-formaat downloaden. 88 14. Afvoer Elektronische apparaten kunnen gerecycled worden en horen niet thuis in het huisvuil. Het product dient na afloop van de levensduur volgens de geldende wettelijke voorschriften te worden afgevoerd. 15. Technische gegevens Bedrijfsspanning.........................................12-24 V/DC (adapter voor sigarettenaansteker) 5 V/DC (voertuig-ontvanger) Zekering (zwanenhals stekker)...................Zekering glazen buis F3AL/250V Laadvermogen van de aansteker...............3 A (totaal laadvermogen van beide uitgangen) Ontvangstbereik.........................................Band III 174-240 MHz Stationgeheugens.......................................20 Bluetooth® versie........................................2.1 + EDR Zendfrequentie...........................................2402-2480 MHz (Bluetooth®) 87,6-108 MHz (FM-transmitter) Zendvermogen...........................................<100 mW (Bluetooth®) <50 nW (FM-transmitter) Interfaces....................................................Bluetooth®, USB Afspeelbare media......................................USB, A2DP Stroombelastbaarheid USB-interface.........max. 500 mA USB-opslagmedia.......................................max. 64 GB Afmetingen.................................................70 x 80 x 32 mm Gewicht.......................................................70 g (zonder accessoires) Bedrijfsvoorwaarden...................................-20 tot +70 °C / 10-90 % rel. luchtvochtigheid Opslagvoorwaarden...................................-30 tot +80 °C / 10-90 % rel. luchtvochtigheid 89
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92

Renkforce RF-DAB-CAR1 de handleiding

Type
de handleiding