ProForm PETL50707 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKSAANWIJZING
Modelnr. PETL50707.0
Serienr.
OPGELET
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op uw
volledige tevredenheid. Mocht u nog
vragen hebben, mochten sommige
onderdelen ontbreken of beschadigd
zijn neem dan contact op met de win-
kel waar u dit produkt hebt gekocht.
Onze website: www.iconsupport.eu
Sticker met
serienummer
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
RECYCLING INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
2
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
De stickers met waarschuwing hier getoond
zijn op de aangegeven plaatsen geplakt. Bel,
wanneer een sticker ontbreekt of niet lees-
baar is, het nummer op de kaft van deze
handleiding en vraag voor een vervang-
sticker. Plak de sticker op de aangegeven
plaats. Opmerking: De stickers worden niet op
ware groote weergegeven.
French Spanish Italian German Dutch
252913
3
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is bij-
zonder belangrijk voor mensen ouder dan 35
of mensen met gezondheidsproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,4 m ruimte rondom, ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan iedere
kant van de loopband. Zorg ervoor dat de
loopband geen luchtopeningen, luchtroosters
blokkeert. Leg een kleed onder de loopband
om de vloer te beschermen.
5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 113 kg wegen worden gebruikt.
9. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
10. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die in
de loopband verstrikt kan raken. Sportkleding
voor mannen en vrouwen aanbevolen.
Gebruik
de loopband nooit op blote voeten, op sokken
of op sandalen. Draag altijd sportschoenen.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 12). Geen elk ander appa-
raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
Wanneer de stop vervangen moet worden,
gebruik dan een ASTA goedgekeurde BS1362
die in de stoppendoos past. Een 13 amp stop
zou gebruikt moeten worden.
12. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge-
bruik dan alleen een drie-draadig snoer van
1mm2 (14-gauge) die niet langer is dan 1.5 m.
13. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het electrische snoer of
stekker beschadigd is. Gebruik de loopband
niet als hij niet goed werkt. (Zie Problemen
oplossen op pagina 19 als de loopband niet
goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg HOE DE ELEXTRICITEIT IN
TE SCHAKELEN- op pagina 13).
16. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de handle-
uningen wanneer u de loopband gebruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
18.
De hartslagsensor is geen medisch instru-
ment. Bepaalde factoren zoals bewegingen,
kunnen de juistheid van de metingen aantas-
ten. De hartslagsensor dient slechts om een
algemene hartslag te meten, als hulpmiddel bij
uw oefeningen.
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van
e
rnstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het
gebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
4
19. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, plaats de
s
troomonderbreker in de Reset positie als u
de loopband niet gebruikt. (Zie de tekening op
pagina 5 om de stroomonderbreker te vinden.)
2
0. Voltooi eerst de montage van de loopband vo-
ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie
MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
17.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of
verplaatsen.
21. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig gesloten
is voordat u de loopband inklapt of verplaatst.
22. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
23. Steek geen enkel onderwerp in welke open-
ing dan ook van de loopband.
24.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
n
a gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Eveneens de stekker uit het stopcon-
tact trekken vóór het schoonmaken van de
l
oopband, voor het plegen van onderhoud
en voor het bijregelen zoals beschreven is in
deze handleiding. Verwijder nooit de mo-
torkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Ander onderhoud dan datgene wat vermeld
staat in deze handleiding moet door een
technicus uitgevoerd worden.
25. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge-
bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel of voor verhuur.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIE
5
Fijn dat u voor de nieuwe PROFORM
®
STYLE 4500
loopband gekozen heeft. De STYLE 4500 loopband
combineert geavanceerde technologie met een inno-
vatief ontwerp zodat u bij u thuis uw lichamelijke condi-
tie kunt opbouwen en verbeteren. En wanneer u de
loopband niet gebruikt kunt u de STYLE 4500 loop-
band inklappen zodat hij minder ruimte in beslag
neemt dan andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voordat u de loopband begint te gebruiken.
Raadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog
vragen hebben nadat u de handleiding hebt
doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt,
schrijf het productnummer en serienummer even op.
D
e plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op
de kaft van de handleiding aangegeven.
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Sluitknop
Bedieningspaneel
Sleutel/Klip
Reset/off
Stroomonderbreker
Loopband
Kap
Wiel
Voetkussentje
Bijstelbouten voor
de Achterroller
Accessoire Houder
MONTAGE
D
e montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren.
P
laats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het ver-
voer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking bevindt. Dit is
normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant van de loop-
band bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroevendraaier
en engelse sleutels nodig hebben , en draadschaar .
Bekijk de tekeningen hieronder om u te helpen met het zoeken naar onderdelen. Het nummer tussen haakjes onder
iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind van deze handlei-
ding. Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is voor de montage. Opmerking:
Sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een onderdeel zich niet in de zak met on-
derdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is. Om schade aan de plastic onderdelen te vermij-
den, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage.
6
Handrail Washer (11)–2
2
3/4” Bolt (47)–4
S
tar Washer (81)–4
Washer (29)–4
3
2
1/2” Bolt (56)–4
C
M5 x 16mm
Schroef (85)–2
M10 Tussenring
(14)–2
1/2" Geaarde
Schroef (84)–1
M10 Moer (16)–4
M8 x 15mm Bout
(8)–6
M10 Sterring (9)–6
M8 Sterring
(5)–6
M4.2 x 19mm
Schroef (10)–6
M5 Sterring
(7)–2
M10 x 58mm Bout (2)–4
M10 x 60mm Bout (1)–2
4” Bolt (120)–2
M4 x 19mm Schroef
van de Voetkussentje
(26)–6
M6 Tussenring
(32)–4
M6 Moer (43)–4
Wheel Housing Bolt (13)–4
M6 x 58mm Bout (13)–4
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact
getrokken is.
Laat een tweede persoon de Basis (52) op de
aangegeven plaats vasthouden.
Bevestig zes Basis Kussentjes (63) aan de on
-
derkant van de Basis (52) vast met zes M4 x
19mm Tek Schroeven (26).
1
52
26
26
63
63
63
26
63
26
63
26
7
2. Laat een tweede persoon de Basis (52) op de
aangegeven plaats vasthouden.
Neem de Linker Staander (53) (de Rechter
S
taander [54] heeft een groot gat aan het laagste
uiteinde).
Houdt de Linker Staander (53) zodanig dat de
twee kleine gaten van het slot zich aan de
bovenkant bevinden zoals aangegeven. Steek
twee M10 x 58mm Bouten (2) in de houder op
de Linker Staander.
Maak de Linker Staander
aan de Basis (52) vast met de Bouten, twee M10
Sterringen (9) en twee M10 Klemmoeren (16).
Draai de Moeren nog niet te vast.
Maak de Rechter Staander (54) op dezelfde
manier aan de Basis (52) vast.
2
52
53
16
2
2
16
9
9
9
9
54
Groot
Gat
Kleine Gaten
3. Schuif de twee Wielbehuizingen (45) op de Basis
(52). Maak de Wielbehuizingen met twee M6 x
58mm Bouten (13), twee M6 Tussenringen (32)
en twee M6 Moeren (43) vast.
3
52
13
32
32
45
43
13
32
32
45
43
4. Plaats de Basis (52) dichtbij de voorzijde van de
loopband.
Bekijk de bovenste inzet-tekening. Draai de
draadverbinding in de Rechter Staander (54)
rond het eind van de Draadharnas (39) vast.
Trek dan aan het andere eind van de draad-
verbinding totdat de Draadharnas uit het boven-
ste eind van de Rechter Staander steekt. Maak
de Draadharnas vast aan de bovenkant van de
Rechter Staander zodat deze niet naar binnen
kan vallen.
Bekijk de onderste inzet-tekening. Druk de
aangegeven Doorvoerhuls (49) in de Rechter
Staander (54).
52
4
39
54
54
54
49
39
52
Opbind-
draad voor
de bedrading
4b
4a
39
8
5. Raadpleeg de linker inzet-tekening. Neem de
twee Tussenstukken voor het Onderstel (11).
O
pen het bijgeleverde smeervetpakket en
smeer beide kanten van beide Tussenstukken
v
oor het Onderstel. Zoek dan de buitenkant van
de twee Tussenstukken van het Onderstel.
Houdt een Tussenstuk van het Onderstel (11)
tussen de Rechter Staander (54) en het Lift
Onderstel (23), met de buitenkant van het
Tussenstuk van het Onderstel gericht naar
de Rechter Staander.
Maak de Rechter
Staander aan het Lift Onderstel vast met een
M10 x 60mm Bout (1), een M10 Tussenring
(14), en een M10 Sterring (9).
Draai de Bout
nog niet te vast.
5
54
1
1
11
23
14
54
14
9
23
11
Buiten-
kant
Binnen-
kant
11
9
6. Zie de linker inzet-tekening. Zoek naar de
buitenkant van het overblijvende Tussenstuk
van het Onderstel (11).
Houd het overgebleven Tussenstuk van het
Onderstel (11) tussen de Linker Staander (53)
en het Onderstel van het Liftonderstel (23), met
de buitenkant van het Tussenstuk voor het
Onderstel gericht naar de Linker Staander.
Maak de Linker Staander vast aan het Lift
Onderstel met een M10 x 60 Bout (1), een M10
Tussenring (14), en een M10 Sterring (9). Draai
de Bout nog niet te vast.
6
53
1
14
23
11
14
11
9
23
1
9
Buiten-
kant
Binnen-
kant
11
53
8. Bekijk de bovenste inzet-tekening. Mocht er
zich een bescherming aan het eind van de Draad
van het Bedieningspaneel zitten, druk dan op het
aangeven uiteinde en verwijder de bescherming
met een punttang. Gooi de bescherming weg.
Met de hulp van een tweede persoon, houd het
Bedieningspaneel (91) bij de Rechter Staander
(54).
Verwijder de gekleurde draadverbinding van de
Draadharnas (39). Sluit de Draadharnas aan op
de draad van het bedieningspaneel. Bekijk de
onderste inzet-tekening. De connectors
moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven en
op hun plaats klikken.
Als dit niet gebeurt, draai
dan een van de aansluitingen en probeer het op-
nieuw. ALS DE CONNECTORS NIET GOED ZIJN
AANGESLOTEN, KAN HET BEDIENINGSPA-
NEEL BESCHADIGD RAKEN WANNEER DE
STROOM WORDT INGESCHAKELD.
Steek de
aansluitstukken en het overschot van de kabel in
de Rechter Staander (54).
8
91
54
39
Draad van het
Bedieningspaneel
9. Maak het Bedieningspaneel (91) vast aan de
Rechter Staander (54) en de Linker Staander (53)
met zes M8 x 15mm Bouten (8) en zes M8
Sterringen (5).
Zorg ervoor dat geen draden
bekneld raken. Draai alle zes Bouten van de
Handleuning aan voordat u ze vastdraait.
Laat voorzichtig met de hulp van de tweede per-
soon de Staanders (53, 54) neer op de grond
zoals aangegeven.
9
8
8
8
5
5
5
8
5
91
54
53
39
9
7
. Plaats het Bedieningspaneel (91) ondersteboven
op een zacht oppervlak om krassen te vermij-
den.Houdt de Rechter Handleuning (33), voorzien
van een groot gat op de aangegeven plaats, bij
h
et Bedieningspaneel.
S
teek vervolgens de draad van het bedieningspa-
neel in het gat in de zijkant van de Rechter
Handleuning (33). Trek met gebruik van een knijp-
tang de draad van het bedieningspaneel uit het
gat naast de houder van de Rechter Handleuning.
Plaats vervolgens de Rechter Handleuning (33)
op het Bedieningspaneel (91).
Zorg ervoor dat
de draden niet bekneld raken.
Begin een M5 x
16mm Schroef (85) met een M5 Sterrng (7) in de
Rechter Handleuning vast te draaien, en dan twee
M4,2 x 19mm Schroeven (10) in de Rechter
Handleuning.
Draai de M5 x 16mm Schroef en
dan de twee M4,2 x 19mm Schroeven vast.
Draai de Schroeven niet te vast.
Maak de Linker Handleuning (niet getoond) op
dezelfde manier vast aan het
Bedieningspaneel.
Opmerking: Er zitten geen
draden aan de linkerkant.
7
D
raad van het
Bedieningspaneel
Groot
Gat
33
H
ouder
O
pbinddraad
85
7
10
91
Schild
Flap
Draad van
het Bediening-
spaneel
10
11. Draai het cilindergedeelte van de Gasveer (98)
naar beneden tot de aangegeven positie.
Verwijder de Kit van de Veerklip (96) van het
uiteinde van de Gasveer.
Breng het cilindergedeelte van de Gasveer (98)
op dezelfde hoogte als de houder in het midden
van de Basis (52). Druk het uiteinde van de
Gasveer op de kogel van de houder.
Opmerking: waarschijnlijk moet u het Onderstel
(niet getoond) licht naar voren of naar achteren
duwen om het uiteinde van de Gasveer op
dezelfde hoogte als de kogel te brengen.
Bekijk de onderste tekening. Steek een Kit van
de Veerklip (96) in de twee aangegeven kleine
gaten in de zuiger van de Gasveer (98). Draai
dan de Veerklip totdat de klem op de Gasveer
klikt.
Met de hulp van een tweede persoon, laat het
Onderstel (niet getoond) op de grond zakken.
96
98
98
52
52
Gaten
96
Houder
Houder
11
10. Laat een tweede persoon het Onderstel (51) van
de loopband optillen en vasthouden.
Neem de Gasveer (98). Merk op dat de Gasveer
e
en zuiger- en een cilindergedeelte heeft.
Raadpleeg de twee kleine inzet-tekeningen.
Zoek de Veerklem (96) in het zuigergedeelte
van de Gasveer. Met uw nagel of het uiteinde
van een schroevendraaier, druk op het uiteinde
van de Veerklem om de klem te lossen. Draai
de Veerklem en trek de Veerklem uit de
Gasveer.
Verlies de Springveer niet.
Opmerking: er worden extra Veerklemmen bi-
jgeleverd.
Houd dan het zuigergedeelte van de Gasveer
(98) bij de houder in het midden van het
Onderstel (51). Druk het uiteinde van de
Gasveer zo ver mogelijk op de kogel van de
houder.
Bekijk de onderste inzet-tekening. Steek een
Veerklip (96) in de twee aangegeven kleine
gaten in de zuiger van de Gasveer (98). Draai
dan de Veerklip totdat de klem op de Gasveer
klikt.
9
8
96
98
51
51
Houder
C
ilinder
Z
uiger
Houder
10
9
6
96
Gaten
96
15. Zorg ervoor dat alle onderdelen goed zijn vastgedraaid voordat u de loopband gebruikt. Bewaar de
meegeleverde inbussleutels op een veilige plaats. De inbussleutel is voor het bijstellen van de band (zie pag
-
ina 20). Plaats een matje onder de loopband om uw vloer te beschermen.
13. Bekijk de onderste tekening. Plaats de
Staanders (53, 54) zodaning dat het Onderstel
(51) van de loopband zich in het midden van de
Staanders bevindt.
Draai de twee M10 x 60mm Bouten (1) en de
vier M10 x 58mm Bouten (2) goed vast.
Zorg
ervoor dat u de M10 x 60mm Bouten niet te
vast draait.
13
2
51
1
53
51
54
Zicht van Boven
14. Maak de Bemanteling van het Veerslot (48) aan
de Linker Staander (53) met twee M4.2 x 19mm
Schroeven (10); Begin beide Schroeven van
het Slot wat aan te draaien voordat u ze
goed vastdraait. Zorg ervoor dat het grote
gat in de Bemanteling van het Veerslot aan
de getoonde kant zit.
Verwijder de knop van de pen. Zorg ervoor dat
de kraag en de veer op de pen zitten.
(Opmerking: Plaats, mochten er twee kragen
zijn, een kraag aan beide kanten van de veer.)
Steek de pen dan in de Bemanteling van het
Veerslot (48). Draai de knop dan opnieuw op de
pen.
Steek het snoer in (raadpleeg GEBRUIK EN BI
-
JSTELLEN op pagina 12).
Verander vervol-
gens de hellinginstelling van de loopband
tot de laagste stand zoals op pagina 14 is
beschreven. Het slot kan, wanneer dit niet
gebeurt, de loopband niet in de opbergstand
houden.
10
Pen
Veer
Kraag
Knop
48
53
Groot Gat
14
12. Maak de aardingsdraad van de Draadkoker (69)
aan het aangegeven gat in de Basis (52) vast
m
et een 1/2" Geaarde Schroef (84).
52
39
G
aatje
1
2
84
Gat
11
12
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u
de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband.
Bekijk tekening 2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en ge-
aard stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke regelingen.
BELANGRIJK: De loopband kan niet op een stopcontact met
onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.
FR/SP
IT
Stopcontact van de
Loopband
1
F
I
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
13
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het en-
gels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse talen op
het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw taal op het
bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband heeft verschil-
lende functies zodat u uw oefeningen doeltreffender kunt
maken.
U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de snel-
heid en de hellingstand van de loopband veranderen
door een druk op een toets. Het bedieningspaneel zal U
tijdens uw oefening voortdurend feedback geven. U kunt
zelfs uw hartslag meten met een ingebouwde hart-
slagsensor.
Het bedieningspaneel bevat zes snelheidsprogramma’s.
Elk programma regelt automatisch de snelheid van de
loopband terwijl u een doeltreffende oefening uitvoert.
Om het handmatig te Instelling te gebruiken, volg de
stappen beginnende op bladzijde 14. Raadpleeg pagina
16 om een snelheidsprogramma te gebruiken.
Opmerking: Draag alleen schone schoenen wanneer
u de loopband gebruikt om beschadiging aan het
loopplatform te voorkomen. Inspecteer wanneer u
voor het eerst de loopband gebruikt af en toe de lig-
ging van de band. Centreer deze mocht het nodig
zijn (zie pagina 20).
HOE DE ELEKTRICITEIT IN TE SCHAKELEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische com-
ponenten beschadigen.
De stekker in het stopcon-
tact steken (zie pagina 12).
Zoek vervolgens naar de
reset/off stroomonder-
breker op het onderstel van
de loopband bij het snoer.
Plaats de stroomonder-
breker in de reset positie.
Ga vervolgens op de voetbalken van de loopband
staan. Zoek naar de klip dat aan de sleutel vastzit
(raadpleeg tekening benoorden) en schuif de klip in de
band van uw kleding. Steek dan de sleutel in het bedi-
eningspaneel. De display zullen gaan branden. BE
-
LANGRIJK: In geval van nood kan de sleutel uit het
bedieningspaneel getrokken worden zodat de loop
-
band tot stilstand komt. Test de klip door een paar
stapjes naar achteren te nemen. Stel de klip wat bij
wanneer de sleutel niet uit het bedieningspaneel
getrokken wordt.
BEDIENINGSPANEEL
Reset
Positie
Sleutel
Klip
Opmerking: Als er een doorzichtig stuk
plastic op het bedieningspaneel ligt,
verwijder dan het plastic.
14
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GE-
BRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
s
teken.
Raadpleeg HOE DE ELEXTRICITEIT IN TE
SCHAKELEN op pagina 13
2. Kies de handmatige instelling.
De handmatige in-
stelling zal gekozen
worden wanneer u de
sleutel in het bedien-
ingspaneel steekt. U
kunt, wanneer u een
snelheidsprogramma gekozen hebt, de hand-
matige instelling opnieuw kiezen door meerdere
keren op de Kies Programma [WORKOUT
SELECT] toets te drukken totdat alleen maar
nullen op de displays verschijnen.
3. Druk op de Start toets of de Snelheid [SPEED]
toetss om de loopband te starten.
Als de toets wordt ingedrukt, de loopband zal be-
ginnen te draaien met een snelheid van 2 km/u.
Houd de handleuningen vast en begin te stappen.
Tijdens uw oefening kunt u de snelheid naar wens
wijzigen door op de Snelheidstoetsen te drukken.
Telkens als u op een toets drukt, zal de snelheid
worden gewijzigd met 0,1 Km/u; als u de toets
ingedrukt houdt, dan zal de snelheid met 0,5 Km/u
verhogen. Opmerking: Als u de toetsen hebt inge-
drukt, kan het enkele seconden duren voordat de
gewenste snelheid wordt bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stop-toets
[STOP]. De tijd zal beginnen te flikkeren op een
van de displays. Om de loopband opnieuw te
starten, druk op de Start-toets [START] of op de
Versnellingstoets.
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Houdt om de helling van de loopband te veran-
d
eren de Versnellings- of Vertragings-toetsen [IN-
CLINE] ingedrukt totdat de gewenste helling
bereikt is.
5. Volg uw vooruitgang met de displays.
De display linksonder
Terwijl u oefent, worden
op de display linksonder
de verlopen tijd [TIME] en
de gewandelde of
gelopen afstand [DIST.]
getoond. Opmerking: De display zal, tijdens een
sneldheidsprogramma, de overblijvende tijd in
plaats van de verlopen tijd van het programma
aangeven.
De display
rechtsonder—Op de dis-
play rechtsonder worden
de snelheid [SPEED] van
de loopband en het aan-
tal verbrande calorieën
[CALS.] bij benadering getoond. Op de display
wordt ook uw hartslag getoond als u de handsen-
soren vasthoudt (zie stap 6 op pagina 15).
De bovenste display
Op de bovenste display
verschijnt de verlopen tijd
[TIME], de afstand
[DIST.] die u hebt
gelopen of gewandeld,
de snelheid [SPEED] van de loopband of het aan-
tal verbrande calorieën. Druk herhaaldelijk op de
Displaytoets totdat op de bovenste display de infor
-
matie die u wilt zien, verschijnt. Opmerking: Als er
informatie wordt getoond op de bovenste display,
dan verschijnt dezelfde informatie niet meer op de
displays rechtsonder of linksonder.
15
Om de displays te resetten, druk op de Stoptoets,
verwijder de sleutel en steek de sleutel opnieuw in
h
et toestel bedieningspaneel.
O
pmerking: Het bedien-
ingspaneel kan de snel-
heid en afstand in mijlen
of kilometers aangeven.
Om te zien welke mee-
teenheid geselecteerd is,
verwijder eerst de sleutel, houd de Stoptoets inge-
drukt en steek de sleutel opnieuw in het bedien-
ingspaneel.Een “M” voor het metriek stelsel en een
“E” voor Engelse mijlen zullen op de display ver-
schijnen. Druk om van eenheid te veranderen op
de Snelheidstoename toets. Haal de sleutel uit het
bedieningspaneel wanneer de gewenste eenheid
gekozen is.
6. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Voordat u de handsen-
soren gebruikt, verwijder
het plastic laagje van de
metalen contactpunten.
Zorg ervoor dat uw han-
den proper zijn.
Om uw hartslag te meten,
ga op de voetrails
staan en houd de metalen contactpunten vast –
b
eweeg uw handen niet.
A
ls uw hartslag wordt
gedetecteerd, dan zal het kleine hartsymbool op de
d
isplay rechtsonder beginnen te flikkeren. Er zullen
een of twee streepjes verschijnen en dan zal uw
hartslag worden getoond.
Voor een juiste hart-
slagmeting houd de contactpunten ongeveer
15 seconden vast.
7. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets
en stel de hellingstand in de laagste positie.
De helling van de loopband moet zich in de laag-
ste stand bevinden wanneer u de loopband wilt
opbergen anders kan de loopband beschadigd
worden. Haal vervolgens de sleutel uit het bedien-
ingspaneel en bewaar deze op een veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge-
bruiken, plaats de stroomonderbreker in de “off”
positie en neem het snoer uit het stopcontact.
BE-
LANGRIJK: Als u dit niet doet kunnen de elek-
trische onderdelen te snel slijten.
Contactpunten
16
HOE DE SNELDHEIDSPROGRAMMA TE GE-
BRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
s
teken.
Raadpleeg HOE DE ELEXTRICITEIT IN TE
SCHAKELEN op pagina 13.
2. Kies een van de zes snelheidsprogramma’s.
Druk, om een snelheid-
sprogramma te kiezen,
meerdere keren op de
Kies Programma
[WORKOUT SELECT]
toets: “P- 1,” “P- 2,” “P-
3,” “P- 4,” “P- 5,” of “P- 6” zal een paar seconden
lang op de bovenste display van het gekozen pro-
gramma worden aangegeven. De maxmum snel-
heidsinstelling van het gekozen programma zal
ook op een van de display een paar seconden lang
opflikkeren.
Alle workout zijn onderverdeeld in 30 segmenten
van één minuut. Opmerking: Een profiel van de
snelheid instellingen van de workout zullen langs
de matrix aan de linkerkant van de display lopen.
De profielen op het bedieningspaneel geven aan
hoe de snelheid van de loopband tijdens de pro-
gramma’s zal veranderen.
3. Op de Start-toets of de Versnellings-toets
drukken om het programma te starten.
Als de toets wordt ingedrukt, zal de loopband au-
tomatisch de snelheid aanpassen aan de instelling
die voor het eerste tijdsegment segment van het
workout is. Houd de handleuning vast en begin te
stappen.
Als het eerste tijdsegment van het programma
voorbij is, zult u een reeks tonen horen. Als er een
nieuwe snelheid voor het tweede tijdsegment ge-
programmeerd is, dan zal de snelheidsinstelling op
e
en van de displays beginnen te knipperen om u te
verwittigen,
en dan zal de snelheid van de loop-
b
and veranderen.
H
et programma zal doorgaan
totdat alle segmenten voltooid zijn. De loopband
zal dan langzaam tot stilstand komen.
Mocht de snelheidsinstelling te hoog of te laag zijn
tijdens het programma, dan kunt u de instelling
handmatig overschrijven door op de Snelheid
[SPEED] toetsen te drukken. Echter, bij het begin
van het volgend segment zal de loopband au-
tomatisch de snelheidsinstelling voor het vol-
gende segment instellen.
Drup op de Stop toets [STOP] om het programma
te stoppen. De tijd zal op een van de displays be-
ginnen de flikkeren. Om het workout opnieuw te
starten, druk op de Start-toets [START] of de
Versnellingstoets. De loopband zal beginnen te
draaien met een snelheid van 2 km/u. Als het vol-
gende tijdsegment start, dan zal de loopband de
snelheid automatisch aanpassen aan de snelheid
die voor dat tijdsegment geprogrammeerd is.
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Zie stap 4 op pagina 14.
5. Volg uw vooruitgang met de displays.
Zie stap 5 op pagina 14-15.
6. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 15.
7.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan
-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 7 op pagina 15.
17
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Plaats de helling in de laagste stand voordat u de loop-
b
and opbergt. U kunt, als u dit niet doet, de loopband
permanent beschadigen. Haal de sleutel uit het bedien-
ingspaneel en trek de stekker uit het stopcontact.
OPEGELET: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaat-
sen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats
die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:
Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan
de plastic voetsteunen. Buig door uw knieÎn en houd
uw rug recht. Zorg ervoor dat u de kracht van uw
benen gebruikt in plaats van uw rug om de loopband
te tillen.
Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de
loopband goed vast. Trek, met gebruik van uw linker
hand, de veerslotknop naar links en houdt deze vast. Til
het onderstel op totdat de grendelstop voorbij het veer-
slotpen is. Laat de veerslotknop langzaam los.
Zorg er-
voor dat de sluitpin goed in het slot zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de
loopband inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg er-
voor dan het onderstel goed met het sluitpin is beves-
tigd.
1. Houd de handleuningen vast en plaats uw voet tegen een
van de wielen. Trek niet op het onderstel terug.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwielt-
jes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste
plaats.
Verplaats de loopband nooit zonder het onders-
tel op te klappen. Wees heel voorzichtig tijdens het
verplaatsen van de loopband zodat u het risico op per-
soonlijk letsel voorkomt. Verplaats de loopband niet
over een oneffen ondergrond.
3. Plaats weer een voet tegen een van de wielen en kantel
de loopband tot deze weer rechtop staat.
Veerslotpen
Onderstel
Veerslotknop
Grendelstop
Handleuning
Wiel
18
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals
aangegeven. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
veerslotknop naar links en houdt deze vast. Laat de veer-
slotknop langzaam los.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken. Laat de loopband niet op
de grond vallen. Buig door uw knieën en houdt u rug
recht om het risico op persoonlijk letsel te vermijden.
Veerslotpen
Veerslotknop
Onderstel
19
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 12).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter. BELAN-
GRIJK: De loopband kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout cir-
cut gebruikt worden.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedien-
ingspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop
uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder-
breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonder-
breker opnieuw in werking te stellen (te reset-
ten).
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de
schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspa-
neel.
d. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING:
a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Verwijder
de drie M4.2 x 19mm Schroeven van de Kap (20)
en twee M5.5 x 25mm Schroeven (25). Verwijder
dan voorzichtig de Kap (65).
Zoek de Bladveerschakelaar (89) en de Magneet
(62) aan de linkerkant van de Katrol (71). Draai de
Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de afstand
tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar
ongeveer 3 mm is. Draai, indien nodig, de
Schroef (3) wat los en verplaats de
Bladveerschakelaar enigszins. Draai de Schroef
weer vast. Maak de kap weer vast en laat de loop
-
band een paar minuten draaien om de snelhei-
dsmeting na te kijken.
25
20
65
a
Doorgeslagen
Resetten
c
62
3
89
Zicht van Boven
3 mm
71
20
P
ROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
b
and minder en kan zelfs beschadigd worden.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
S
TEKKER UIT HET STOPCONTACT.
D
raai met
de meegeleverde sleutel beide bouten van de
achterroller een 1/4 slag tegen de klok in. Wanneer
de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband
5 à 8 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg
ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek
de stekker en de sleutel weer in en laat de loop-
band een paar minuten draaien. Herhaal deze
handeling tot de loopband goed ligt.
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u erop
loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Als de loopband naar links is verschoven, ver-
wijder dan eerst de sleutel en HAAL DE ELEK-
TRICITEITSSNOER UIT HET STOPCONTACT.
Draai met gebruik van een inbussleutel de linkerbi-
jstelbout van de achterroller een kwart slag met de
klok mee. Zorg ervoor dat u de band niet te strak
aandraait. Als de loopband naar rechts is ver-
schoven, draai dan de bout van de achterroller
een 1/2 slag tegen de klok in. Steek de stekker en
de sleutel weer in en laat de loopband een paar
minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
b.Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de loopband slipt. Draai met de
meegeleverde sleutel beide bouten van de achter-
roller een 1/4 slag met de klok mee. Wanneer de
loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5
à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg er-
voor dat de band goed in het midden ligt. Steek de
stekker en de sleutel weer in en laat de loopband
een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling
tot de loopband goed ligt.
b
a
b
5-8 cm
Bouten van de
Achterroller
21
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor ver-
branding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftij
-
den zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie
getallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven
uw trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn
voor vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is
voor aerobic oefeningen aanbevolen.
Vet verbruiken—Om effectief vet te verbranden moet
U voor een langere tijd op een betrekkelijke lage inten-
siteit oefenen. Tijdens de eerste minuten van uw oefe
-
ning gebruikt uw lichaam makkelijke bereikbare
kool-
hydraten
. Pas na de eerste paar minuten begint uw li-
chaam
vet
als energie te verbruiken. Stel de snelheid
e
n de helling van de loopband bij todat uw hartslag
rond het laagste getal van uw trainingszone ligt als u
vet wilt verbranden. Stel voor maximale vet verbran-
ding, de snelheid en helling van de loopband bij totdat
uw hartslag rond het middelste getal van uw trainings-
zone ligt.
Aerobic oefening—Uw oefening moet aerobic zijn als
het uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete-
ren. Een aerobic oefening is een activiteit met een ho-
gere zuurstof toevoer voor een langere tijd. Deze ho-
gere intensiteit vraagt een grotere prestatie van uw
hart om bloed naar uw spieren te pompen. Het vereist
ook een grotere prestatie van uw longen om het bloed
van zuurstof te voorzien. Stel de snelheid en de helling
van de loopband bij totdat uw hartslag rond het hoog-
ste getal van uw trainingszone ligt als u een aerobic
oefening wilt uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en wat
lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefening
verhoogt uw lichaamstemperatuur, uw hartslag en bevor-
dert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensiteit
van uw oefening na het opwarmen zodat uw hartslag
binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 30 minuten
vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefen-
programma uw oefening tot 20 minuten). Haal diep en
regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
a
nder oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld.
22
12M10 x 60mm Bout
2 6 M10 x 58mm Bout
3 2 M4.2 x 13mm Schroef van de
Voetkussentje
4 14 M4.2 x 16mm Schroef
5 6 M8 Sterring
6 1 Waarschuwingsticker
7 2 M5 Sterring
8 6 M8 x 15mm Bout
9 2 M10 Sterring
10 16 M4.2 x 19mm Schroef
11 4 Tussenstuk van het Onderstel
12 1 Bedieningspaneel
13 4 M6 x 58mm Bout
14 6 M10 Tussenring
15 1 Sleutel/Klip
16 4 M10 Moer
17 1 6 mm Inbussleutel
18 1 4 mm Inbussleutel
19 4 M8 x 30mm Schroef
20 3 M4.2 x 19mm Schroef van de Kap
21 10 M4.2 x 13mm Schroef
22 1 Linker Handleuning
23 1 Liftonderstel
24 1 Montage van Sluitpen
25 6 M5.5 x 25mm Schroef
26 6 M4 x 19mm Schroef van de
Voetkussentje
27 2 M8 x 35mm Bout
28 4 M4.2 x 13mm Schroef van
Loopband Geleider
29 2 M6 x 70mm Bout
30 2 1/4" Bout van Motorhouder
31 1 M8 x 102mm Bout
32 4 M6 Tussenring
33 1 Rechter Handleuning
34
2
M8 x 20mm Bout
35 2 M10 x 65mm Bout
36 2 M6 Sterring
37 1 Reset/off Stroomonderbreker
38 2 M8.4 Sterring
39 1 Draadkoker
40 1 Hellingmotor
41 4 M4.2 x 13mm Schroef van
Onderkap
42 4 M4.2 Sterring
43 4 M6 Moer
44 6 M8 Moer
45 2 Wielbehuizing
46 1 M8 Moer
47 3 Klip van de Kap
48 1 Bemanteling van het Veerslot
49 2 Pakkingring
50 2 Bevestiging van de isolatie
51 1 Onderstel
52 1 Basis
53 1 Linker Staander
54 1 Rechter Staander
55 1 Achterroller
56 1 Riem van de Motor
57 1 Beugel voor Elektronica
58 1 3/8" x 1 3/4" Bout
59 1 Beugel voor Motor
60 1 Houder voor de Linker Achterrol
61 1 Houder voor de Rechter Achterrol
62 1 Magneet
63 6 Kussentje van de Basis
64 1 Sluiting
65 1 Kap
66 1 Onderkap
67 1 Linker Voetkussentje
68 1 Kap rechter Voetkussentje
69 4 Tussenstuk van de Wiel
70 2 Wiel
71 1 Wieltje/Katrol
72 1 3/8" x 1 1/4" Bout
73 1 Deurtje
74 1 Achter Poot, links
75 4 M5.5 x 30mm Schroef
76 1 Loopband
77 4 Beschermkapje voor de
Handleuning
78 2 Platformkussen
79 1 Aandrijvings Motor
80 3 Opbinddraad voor de bedrading
81 9
8" Opbinddraad
82 1 3/8" Moer
83 1 Snelheidsensorclip
84 1 1/2" Geaarde Schroef
85 2 M5 x 16mm chroef
86 1 Loopoppervlak
87 1 Controller
88 1 Dwarsstang voor het
Bedieningspaneel
89 1 Bladveershakelaar
90 1 Electrische Snoer
91 1 Bedieningspaneel
92 1 3/8" Slotmoer
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. PETL50707.0 R
0807A
D
e GEDETAILLEERDE TEKENING Aan het einde van deze handleiding bekijken om de onderdelen die hieron-
der opgesomd staan te kunnen vinden.
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
23
93 2 Loopband Geleider
94 1 5 mm Inbussleutel
9
5 2 Staander Beschermkapje
96 1 Kit met Gasveerklemmen
97 1 Achter Poot, rechts
98 1 Gasveer
99 1 Contactdoos
100 1 Hellingsmotordraad
101 2 Tussenring van de voorste roller
102 6 Kooibeugels
103 2 Waarschuwingsticker
104 1 Transformator
105 1 Filter
106 1 Motorisolatie
107 2 Motorbus
108 4 M10 Slotmoer
109 2 M4 x 10mm Schroef
110 2 M4 x 12mm Schroef
111
3 M4 Moer
112 1 M4 x 10mm Geaarde Schroef
113 2 M4 Tussenring
114 1 M4 Sterring
1
15 1 Gaatje
116 1 Plugadapter
117 1 Montage van de Aansluitdoos
118 1 Tussenstuk van de Hellingsmotor
* Zwarte Draad van 8", M/F
* Zwarte Draad van 4", 2F
* Blauwe Draad von 6", 2F
* Blauwe Draad von 14", M/F
* Rode Draad van 10", M/F
* Witte Draad van 12", 2F
* Witte Draad van 6", 2F
* Blauwe Draad von 8", 2F
* Groene/Geel Draad von 10", F/R
* Groene/Geel Draad von 4", F/R
* Gebruikersaanwijzing
*Deze onderdelen woorden niet getoond.
Deze technische gegevens kunnen zonder vooraf-
gaande verwittiging worden gewijzigd.
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
24
GEDETAILLEERDE TEKENING A—Modelnr. PETL50707.0 R0807A
93
17
81
86
51
76
67
28
62
89
3
83
93
6
31
46
25
25
25
25
25
75
75
56
25
71
68
28
18
61
19
44
27
29
55
36
21
42
21
29
60
36
19
42
27
44
19
19
78
50
78
64
4
10
50
41
41
41
41
10
94
97
10
10
74
11
11
108
108
44
44
101
101
21
104
95
95
25
GEDETAILLEERDE TEKENING B—Modelnr. PETL50707.0 R0807A
34
38
44
79
34
30
59
38
107
106
115
112
114
111
113
110
111
117
110
37
113
66
90
20
20
20
99
65
47
47
47
57
21
21
42
42
21
109
87
2
23
2
72
58
92
82
40
49
100
21
105
116
118
26
GEDETAILLEERDE TEKENING C—Modelnr. PETL50707.0 R0807A
80
4
3
54
11
53
14
1
9
1
11
14
9
39
85
26
63
10
63
26
26
63
3
3
77
22
88
77
24
5
9
2
9
39
70
35
108
63
26
69
69
43
45
32
43
13
16
2
8
5
8
5
2
77
10
10
10
77
63
26
10
10
10
10
35
108
70
69
69
63
26
45
32
43
43
32
13
16
84
85
7
7
8
5
102
102
8
102
103
103
119
118
52
49
16
10
48
27
GEDETAILLEERDE TEKENING D—Modelnr. PETL50707.0 R0807A
15
91
73
4
12
9
4
4
4
4
4
4
4
4
4
21
Onderdeel Nr. 257865 R0807A Gedrukt in China © 2007 ICON IP, Inc
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen te bestellen, bekijk dan de kaft van deze handleiding. Zorg ervoor dat u de volgende infor-
matie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
het modelnummer en serienummer van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
de naam van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE TE-
KENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronisch product mag niet bij het gemeentelijk afval worden ge-
gooid. Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet wor-
den gerecycled aan het einde van de levenscyclus.
Gebruik recycling installaties die bevoegd zijn voor het verwerken van dit soort
afval in uw streek. Zo zult u het milieu helpen beschermen en de Europese nor-
men voor milieubescherming helpen verbeteren. Als u meer informatie nodig
hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem contact op met uw plaat-
selijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

ProForm PETL50707 de handleiding

Type
de handleiding