Weslo Cadence C6 Treadmill Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSAANWIJZING
Modelnummer WETL13806.0
Serienummer
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
Sticker met
Serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
produkt hebt gekocht.
www.iconeurope.com
Bezoek onze website
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATESEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
ONDERHOUD EN PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
WESLO is een merk van ICON IP, Inc.
2
3
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
m
atie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische
schok of persoonlijk letsel te verminderen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven in deze handleiding.
3. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan
iedere kant van de loopband. Zorg ervoor dat
de loopband geen luchtopeningen,
luchtroosters blokkeert. Leg een kleed onder
de loopband om de vloer te beschermen.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
7.
De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 115 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
9.
Draag geschikte kleding wanneer u de loop
-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan-
bevolen.
Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al-
tijd sportschoenen.
10. Steek de stekker alleen in een geaard stopcon-
tact (zie pagina 12). Geen elk ander apparaat
moet zich op dezelfde groep bevinden.
11. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
12. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband
niet wanneer het electrische snoer of stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
hij niet goed werkt. (Zie ONDERHOUD EN
PROBLEMEN OPLOSSEN op pagina 18 als de
loopband niet goed werkt.)
13. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge-
bruikt (raadpleeg HOE DE STROOM IN TE
SHAKELEN op pagina 13).
14. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de handle-
uningen wanneer u de loopband gebruikt.
15. De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de
metingen beïnvloeden. De pols-sensor is
alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene
hartslag meting.
16. De loopband kan een hoge snelheid
bereiken.Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
17. Laat de loopband nooit alleen als het oefen-
toestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de sleu
-
tel en trek de stekker uit het stopcontact als u
de loopband niet gebruikt.
18.
Voltooi eerst de montage van de loopband vo
-
ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie
MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
16.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of
verplaatsen.
19. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig ges-
loten is voordat u de loopband inklapt of ver-
plaatst.
20. Verander de hellingstand van de loopband
niet door voorwerpen onder de loopband te
plaatsen.
4
De stickers hier getoond zijn op uw looband geplakt. Let
erop dat de tekst op de stickers in het Engels is. Zoek
naar de stickers in het Nederlands en plak ze over de en-
gelse stickers. Als er een sticker onbreekt, of niet lees-
baar is, neem dan contact op met de winkel waar u dit ap-
paraat hebt gekocht (zie laatste pagina van deze handlei-
ding). Plak de stickers op de aangegeven plaatsen.
5
233006
FR
SP
IT
GR
DU
2
1. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
22. Steek nooit iets in welke opening dan ook.
23. GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vûr het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en voor
h
et bijregelen zoals beschreven is in deze
handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten-
zij een technicus dat aangeeft. Ander onder-
houd dan datgene wat vermeld staat in deze
handleiding moet door een technicus uitgevo-
erd worden.
24. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheid-
sproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk
letsel of schade door het gebruik van dit Produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Fijn dat u voor de nieuwe WESLO® CADENCE C6
loopband gekozen heeft. De CADENCE C6 loopband
is ontworpen om uw oefening thuis aangenamer en ef-
fectiever te maken. En wanneer u de loopband niet ge-
b
ruikt kunt u de CADENCE C6 loopband inklappen
zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan andere
loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn
zorgvuldig door voordat u de loopband gebruikt.
Neem mocht u nog vragen hebben contact op met de
winkel waar u de loopband heeft gekocht. Zorg ervoor
dat u het modelnummer en het serienummer bij de
hand heeft. Het modelnummer is PETL13806.0. Het
s
erienummer bevindt zich op een sticker op de loop-
band (zie kaft van deze handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Sluitknop
Bedieningspaneel
Sleutel/Klip
Loopband
Kap
Wiel
Voetkussentje
Bijstelbouten voor
de Achterroller
Accessoire Houder
Stroomonder-
breker
Aan/Uit Knop
MONTAGE
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het ver-
v
oer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking bevindt. Dit is
normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant van de loop-
b
and bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Voor de montage hebt u een zeskantsleutel , een phillips schroevendraaier , en engelse
sleutel , en neuspunt combinatietang nodig hebben .
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van de fiets om de kleine onderdelen te herkennen. Aandacht:
sommige kleine onderdelen zijn al gemonteerd om de verzending te vergemakkelijken. Om schade aan de
plastic onderdelen te vermijden, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage.
Handrail Washer (11)–2
2 3/4” Bolt (47)–4
Star Washer (81)–4
Washer (29)–4
3
2 1/2” Bolt (56)–4
C
Tussenring voor de
Staander (14)–6
Moer voor de
Staander (16)–4
Bout van de Handleuning (8)–4
Sterring voor de
Staander(9)–2
Stertussenring van de
Handleuning (5)–4
Schroef van het
Bedieningspaneel/Schr
oef van het Sluit
Mechanisme (95)–6
Sterring voor de
Dwarsstang (7)–2
Upright Bolt (2)–4
Schroef voor de
Dwarsstang
(85)–2
4” Bolt (120)–2
Base Pad
Screw (26)–6
Tussenring voor de
Wielbehuizing (32)–4
Moer voor de
Wielbehuizing
(43)–4
Bout van de Staander (2)–4
Wheel Housing Bolt (13)–4
Bout voor het Onderstel (1)–2
Wheel Housing Bolt (13)–4
6
7
2
52
13
32
32
45
43
13
32
32
45
43
3. Plaats de Basis (52) dichtbij de voorzijde van de
loopband.
Bekijk tekening 3a. Zoek naar de draadverbind-
ing in de Rechter Staander (54). Maak de draad
-
verbinding goed vast aan de connector aan het
eind van de Draadharnas (98). Trek vervolgens
het andere eind van de draadverbinding uit het
bovenste eind van de Rechter Staander (54) tot-
dat de Draadharnas helemaal om de Rechter
Staander ligt. Maak de Draadharnas aan het
bovenste eind van de Rechter Staander vast
zodat deze niet in de Staander kan vallen.
Bekijk tekening 3b. Druk de aangegeven
Doorvoerhuls (49) in de Rechter Staander (54).
52
3
98
54
54
54
49
98
52
Opbinddraad
3b
3a
98
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact
getrokken is. Laat een tweede persoon de Basis
(52) op de aangegeven plaats vasthouden.
Neem de Linker Staander (53) (de Rechter
S
taander [54] heeft een groot gat aan het laagste
uiteinde).
Houdt de Linker Staander (53) vast zodat de
twee kleine gaten aan de bovenkant zitten zoals
getoond. Steek twee Bouten van de Staander
(2) in de houder op de Linker Staander.
Maak de
Linker Staander aan de Basis (52) vast met de
Bouten voor de Staander, twee Tussenring voor de
Staander (14), en twee Moeren voor de Staander
(16). Draai de Moeren voor de Staander nog niet
vast.
Maak de Rechter Staander (54) op dezelfde manier
aan de Basis (52) vast.
2. Schuif de twee Wielbehuizingen (45) op de Basis
(52). Maak de Wielbehuizingen met twee Bouten
voor de Wielbehuizing (13), twee Tussenringen
voor de Wielbehuizing (32) en twee Moeren voor
de Wielbehuizing (43) vast.
1
52
53
16
2
2
1
6
1
4
14
14
14
5
4
Groot
Gat
Kleine
Gaten
8
4. Bekijk de inzet tekening en zoek naar een
Tussenstuk van het Onderstel (11). Houdt het
T
ussenstuk van het Onderstel tussen de Rechter
Staander (54) en het Onderstel (51) vast. Maak
d
e Rechter Staander vast aan het Onderstel met
een Bout van het Onderstel (1), een Tussenring
voor de Staander (14), en een Sterring van de
Staander (9). Draai de Bout van het Onderstel
nog niet te vast.
4
54
1
1
11
51
14
54
14
9
51
11
11
9
5. Plaats het andere Tussenstuk van het Onderstel
(11) tussen de Linker Staander (53) en het
Onderstel (51). Maak de Linker Staander vast
aan het Onderstel met een Bout van het
Onderstel (1), een Tussenring van de Staander
(14), en een Sterring voor de Staander (9). Draai
de Bout van het Onderstel nog niet te vast.
5
53
1
14
51
11
14
11
9
51
1
9
11
53
9
6
. Plaats het Bedieningspaneel (91) onderste-
boven op een zacht oppervlak om krassen te
vermijden.Houdt de Rechter Handleuning (33),
voorzien van een groot gat op de aangegeven
p
laats, bij het Bedieningspaneel.
Steek vervolgens de draad van het bedien-
ingspaneel in het gat in de zijkant van de
Rechter Handleuning (33). Trek met gebruik van
een knijptang de draad van het bedieningspa-
neel uit het gat naast de houder van de Rechter
Handleuning.
6
Draad van het
Bedieningspaneel
Grote
Gat
33
B
eugel
91
7. Zet de Rechter Handleuning (33) op het
Bedieningspaneel (91) zoals getoond. Zorg er-
voor dat de draad van het bedieningspaneel
niet bekneld raakt. Begin een Schroef voor de
Dwarsstang (85) met een Sterring van de
Dwarsstang (7) in de Rechter Handleuning vast
te draaien. Begin dan twee Schroeven van het
Bedieningspaneel (95) in de Rechter
Handleuning vast te draaien. Draai de Schroef
van de Dwarsstang vast en dan de twee
Schroeven van het Bedieningspaneel. Draai
de Schroeven niet te vast.
Maak de Linker Handleuning (niet getoond)
op dezelfde manier vast aan het
Bedieningspaneel. Aandacht: Er is geen draad
van het bedieningspaneel aan de linkerkant.
7
33
85
7
95
91
10
9. Plaats het Bedieningspaneel (91) op de
Staanders (53, 54).
Zorg ervoor dat de draden
niet bekneld raken. Begin vier Bouten van de
Handleuning (8) met vier Sterringen van de
Handleuning (5) vast te draaien in de Staanders
zoals getoond.
Laat voorzichtig met de hulp van de tweede per-
soon de Staanders (53, 54) neer op de grond
zoals aangegeven.
9
8
8
5
5
91
54
53
8
. Met de hulp van een tweede persoon, houd het
Bedieningspaneel (91) bij de Rechter Staander
(54).
M
aak de draadverbinding vast aan de
Draadharnas (98). Sluit de Draadharnas aan op
de draad van het Bedieningspaneel.
Zorg er-
voor dat de connectoren goed verbonden zijn
(zie tekening 8a). De aansluitingen dienen
gemakkelijk in elkaar te schuiven en op hun
plaats te klikken
. Als dit niet gebeurt, draai dan
een van de aansluitingen en probeer het op-
nieuw. ALS DE CONNECTORS NIET GOED
ZIJN AANGESLOTEN, KAN HET BEDIEN-
INGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN WAN-
NEER DE STROOM WORDT IN-
GESCHAKELD.
Steek de connectoren en het
overschot draad in de Rechter Staander (54).
8
91
54
98
Draad
v
an het
Bedienings
paneel
98
8a
10.
Bekijk de onderste tekening. Plaats de
Staanders (53, 54) zodaning dat het Onderstel
(51) van de loopband zich in het midden van de
Staanders bevindt.
Draai de twee Bouten van het Onderstel (1) en
de vier Bouten van de Staander (2) goed vast.
Zorg ervoor dat de Bouten van het Onderstel
niet te strak worden vastgedraaid.
10
2
51
1
53
51
54
Zicht van Boven
1
1
1
1
12. Zorg ervoor dat alle onderdelen goed zijn vastgedraaid voordat u de loopband gebruikt. Bewaar de
meegeleverde inbussleutels op een veilige plaats. De inbusssleutel is voor het bijstellen van de band (zie
pagina 19). Plaats een matje onder de loopband om uw vloer te beschermen.
11. Maak het Sluit Mechanisme (48) vast aan de
L
inker Staander (53) met twee Schroeven van
het Sluit Mechanisme (95). Begin beide
Schroeven van het Slot wat aan te draaien
voordat u ze goed vastdraait.
95
4
8
53
1
1
12
DE PERFORMANT LUBE
LOOPBAND
Uw loopband bevat een band die met PERFORMANT LUBE
is behandeld. BELANGRIJK: Behandel de band
of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband be-
schadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht de loopband niet goed func-
tioneren geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de elek-
triciteit om zodoende het risico van elektrische schok te verminde-
ren. Een snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als
het snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door
de fabrikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen.
Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
FR/SP
IT
Stopcontact
2
Stopcontact van
de loopband
1
13
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel bevat bepaalde keuzen om uw
oefeningen thuis meer effectiever te maken.
U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de
snelheid en de hellingstand van de loopband veran-
deren door een druk op een toets. Het bedieningspa-
neel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback
geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met een inge-
bouwde hartslagsensor.
Op het bedieningspaneel kunt u kiezen tussen vier
verschillende snelheidsprogramma’s. Elk programma
regelt automatisch de snelheid van de loopband terwijl
u een doeltreffende oefening uitvoert.
Om schade aan de loopband te vermijden, gebruik
altijd propere schoenen als u de loopband gebruikt.
Als u de loopband voor het eerst gebruikt, con-
troleer of de band recht loopt en centreer de loop-
band als dat nodig is (zie pagina 19).
HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN
De stekker in het stopcon-
tact steken (zie pagina 12).
Zoek naar de aan/uit knop
bij het snoer van de loop-
band. Plaamts de aan/uit
knop in de aan positie.
Sta op de zijrails van de loopband. Neem de klip die
aan de sleutel vast zit (bekijk tekening hierboven) en
doe de klip om uw taille. Steek vervolgens de sleutel in
het bedieningspaneel. Even later zullen de drie dis-
plays oplichten.
Belangrijk: Bij een noodsituatie
kunt u aan de sleutel van het bedieningspaneel
trekken, zodat de loopband vertraagt en tot stil-
stand komt. Test de clip door voorzichtig een paar
stappen achteruit te zetten totdat de sleutel uit het
bedieningspaneel wordt getrokken. Als de sleutel
niet uit het bedieningspaneel komt, stel dan de
lengte van de clip bij.
SCHEMA VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Aan
Positie
Sleutel
Clip
Opmerking: Als er een doorzichtig
stuk plastic op het bedieningspaneel
ligt, verwijder dan het plastic.
14
D
e sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
Kies de handmatige instelling.
Als u de sleutel in het
oefentoestel steekt,
wordt de handmatige in-
stelling ingeschakeld.
Wanneer u een snelhei
-
dsprogramma al
gekozen heeft, kunt u de handmatige instelling
weer kiezen door meerdere keren op de
Snelheidsprogramma [SPEED PROGRAMS] toets
te drukken totdat alleen maar nullen op de dis-
plays verschijnen.
Druk op de Start toets of de Snelheid [SPEED]
toetss om de loopband te starten.
Als u op een van deze toetsen drukt, begint de
loopband te bewegen met een snelheid van 2
km/u. Houd de handleuningen vast en begin te
stappen. Tijdens uw oefening kunt u de snelheid
naar wens wijzigen door op de Snelheidstoetsen
[SPEED Km/H] te drukken. Telkens als u op een
toets drukt, zal de snelheid veranderen met 0,1
km/u.; als u een toets ingedrukt houdt, dan zal de
snelheid verhogen met 0,5 km/u. Opmerking: Als
u op de toetsen hebt gedrukt, kan het een tijdje
duren voordat de loopband de gewenste snelheid
bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stop-
toets. De tijd zal beginnen te flikkeren op een van
de displays. Om de loopband opnieuw te starten,
druk op de Start-toets of op de Versnellingstoets
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Houdt om de helling van de loopband te veran-
deren de Versnellings- of Vertragings-toetsen [IN
-
CLINE] ingedrukt totdat de gewenste helling
bereikt is.
Volg uw vooruitgang met de displays.
D
e display linksonder
Terwijl u oefent, worden
o
p de display linksonder
de verlopen tijd [TIME] en
de gewandelde of
gelopen afstand [DIST.]
getoond. Aandacht: De display zal tijdens een snel-
heidsprogramma de resterende tijd in plaats van de
verlopen tijd van het programma aangeven.
De display rechtson-
der—Op de display
rechtsonder worden de
snelheid [SPEED] van
de loopband en het aan-
tal verbrande calorieën
[CALS.] bij benadering getoond. Op de display
wordt ook uw hartslag getoond als u de handsen-
soren vasthoudt (zie stap 6 op pagina 15).
De bovenste display
Op de bovenste display
verschijnt de verlopen
tijd [TIME], de afstand
[DIST.] die u hebt
gelopen of gewandeld,
de snelheid [SPEED] van de loopband of het aan-
tal verbrande calorieën. Druk herhaaldelijk op de
Displaytoets totdat op de bovenste display de in-
formatie die u wilt zien, verschijnt. Opmerking: Als
er informatie wordt getoond op de bovenste dis-
play, dan verschijnt dezelfde informatie niet meer
op de displays rechtsonder of linksonder.
Om de displays te resetten, druk op de Stoptoets,
verwijder de sleutel en steek de sleutel opnieuw in
het toestel bedieningspaneel.
Opgelet: Het bedien-
ingspaneel kan de snel-
heid en afstand in mijlen
of kilometers aangeven.
Om te zien welke mee-
teenheid geselecteerd
is, verwijder eerst de sleutel, houd de Stoptoets
ingedrukt en steek de sleutel opnieuw in het bedi-
eningspaneel. Als u een pieptoon hoort, laat dan
de Stoptoets los. Een “M” voor het metriek stelsel
en een “E” voor Engelse mijlen zullen op de dis-
play verschijnen. Druk om van eenheid te veran-
deren op de Snelheidstoename toets. Haal de
sleutel uit het bedieningspaneel wanneer de
gewenste eenheid gekozen is.
5
4
3
2
1
HOE DE HANDMATGE INSTELLING TE
G
EBRUIKEN
Uw hartslag meten als u dat wilt.
V
erwijder eerst de plas-
tic velletjes geplakt over
d
e metalen contactpun-
ten op de handleuning
om de handgreep met
hartslagsensor te ge-
bruiken. Zorg er ook
voor dat uw handen
proper zijn.
Om uw hartslag te meten, ga op de voetrails
staan en houd de metalen contactpunten vast—
beweeg uw handen niet. Als uw hartslag wordt
gedetecteerd, dan zal het kleine hartsymbool op
de display rechtsonder beginnen te flikkeren. Er
zullen een of twee streepjes verschijnen en
dan zal uw hartslag worden getoond. Voor een
juiste hartslagmeting houd de contactpunten
ongeveer 15 seconden vast.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets. Haal vervolgens de sleutel uit het bedien-
ingspaneel en bewaar deze op een veilige plek.
Zet de aan/uit-schakelaar dan op “uit” en trek het
elektriciteitssnoer uit het stopcontact.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
Kies een van de vier snelheidsprogramma’s.
Druk om een snelheid-
sprogramma te kiezen
meerdere keren op de
Snelheidsprogramma
toets. “P-1,” “P-2,” “P-3,”
of “P-4” zal een paar
seconden lang op de bovenste display verschij-
nen om aan te geven welk programma gekozen
is. De maximale snelheid van het gekozen pro-
gramma zal ook enkele seconden op een van de
displays verschijnen.
Leder programma bestaat uit 30 periodes, elk 1
minuut lang. Iedere periode heeft een geprogram-
meerde snelheid. Opgelet: Dezelfde snelheid kan
voor twee of meerdere segmenten geprogram-
meerd worden.
Op de Start-toets of de Versnellings-toets
d
rukken om het programma te starten.
Als de toets wordt ingedrukt, zal de loopband au-
tomatisch de snelheid aanpassen aan de in-
stelling die voor het eerste tijdsegment gepro-
grammeerd is. Houd de handleuning vast en
begin te stappen.
Als het eerste tijdsegment van het programma
voorbij is, zult u een reeks tonen horen. Als er een
nieuwe snelheid voor het tweede tijdsegment ge-
programmeerd is, dan zal de snelheidsinstelling
op een van de displays beginnen te knipperen om
u te verwittigen,
en dan zal de snelheid van de
loopband veranderen. Het programma zal door-
gaan totdat de 30 tijdsegmenten verstreken zijn.
De loopband zal dan vertragen en tot stilstand
komen.
Als de snelheid te hoog of te laag is tijdens het
programma, dan kunt u de snelheid handmatig bi-
jstellen door op de Versnellings- of Vertragings-
toets te drukken.
Als het volgende tijdsegment
start, dan zal de loopband de snelheid automa-
tisch aanpassen aan de snelheid die voor dat
tijdsegment geprogrammeerd is.
Om het programma te stoppen, druk op de
Stoptoets. De tijd zal beginnen te knipperen op
een van de displays. Om het programma opnieuw
te starten, druk op de Starttoets of op de
Versnellingstoets. De loopband zal beginnen te
draaien met een snelheid van 2 km/u. Als het vol-
gende tijdsegment start, dan zal de loopband de
snelheid automatisch aanpassen aan de snelheid
die voor dat tijdsegment geprogrammeerd is.
De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Raadpleeg stap 4 op pagina 14.
Volg uw vooruitgang met de displays.
Zie stap 5 op pagina 14.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 6 op deze pagina.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 7 op deze pagina.
7
6
5
4
3
2
1
7
6
Contactpunten
15
HOE EEN SNELHEIDSPROGRAMMA TE GE-
BRUIKEN
16
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
De stekker uit het stopcontact. WAARSCHUWING: U
moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kun-
n
en uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats
die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:
Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan
de plastic voetsteunen. Zorg ervoor dat u de kracht
van uw benen gebruikt in plaats van uw rug om de
loopband te tillen.
Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de
loopband goed vast. Trek, met gebruik van uw linker
hand, de veerslotknop naar links en houdt deze vast. Til
het onderstel op totdat de grendelstop voorbij het veer-
slotpen is. Laat de veerslotknop langzaam los.
Zorg er-
voor dat de grendel tegen de veerslotpen steunt.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband verplaatst, klap de loopband op in de
opbergstand zoals beschreven hierboven. Zorg ervoor dat
de grendel tegen de veerslotpen steunt.
1.
Houd de handleuningen vast en plaats uw voet tegen een
van de wielen. Trek niet op het onderstel terug.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voor-
wieltjes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de
gewenste plaats. Wees heel voorzichtig tijdens het ver-
plaatsen van de loopband zodat u het risico op per-
soonlijk letsel voorkomt. Verplaats de loopband niet
over een oneffen ondergrond.
3.
Plaats weer een voet tegen een van de wielen en kantel
de loopband tot deze weer rechtop staat.
Sluitpin
Onderstel
Sluitknop
Slot
Handleuning
Wiel
17
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals
aangegeven. Trek, met gebruik van uw linker hand, de
sluitknop naar links en houdt deze vast. Draai het onders-
tel totdat de grendel voorbij de veerslotpen is.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken. Buig door uw knieÎn en
houdt u rug recht om het risico op persoonlijk letsel te ver-
mijden.
Sluitpin
Onderstel
Sluitknop
ONDERHOUD EN PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Z
oek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 13 ).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter. De loop-
band kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedien-
ingspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop
uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder-
breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonder-
breker opnieuw in werking te stellen (te reset-
ten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het elec-
triciteitsnoer van de loopband bevindt. De knop
moet zich in de aan positie bevinden.
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de
schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspa-
neel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt (zie d. boven).
e.
Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet
naar behoren
OPLOSSING:
a.Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Verwijder de
drie Schroeven van de Kap (20) en twee Schroeven
van de Voetleuning (25). Verwijder dan voorzichtig
de Kap (65).
Zoek de Bladveerschakelaar (89) en de Magneet
(62) aan de linkerkant van de Katrol (71). Draai de
Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de afstand
tussen de Magneet en de Bladveerschakelaar
ongeveer 3 mm is. Draai, indien nodig, de Schroef
(3) wat los en verplaats de Bladveerschakelaar
enigszins. Draai de Schroef weer vast. Maak de kap
weer vast en laat de loopband een paar minuten
draaien om de snelheidsmeting na te kijken.
25
20
65
a
62
3
89
Zicht van
Boven
3 mm
71
Doorge-slagen
c
Resten
Aan
Positie
d
18
19
P
ROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING:
a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of
korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en
DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai met
de meegele-verde sleutel beide bouten van de
achterroller een 1/4 slag tegen de klok in.
Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u
de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kun-
nen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het
midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling tot de loopband goed
ligt.
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u erop
loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Als de loopband naar links is verschoven,
verwijder dan eerst de sleutel en HAAL DE
ELEKTRICITEITSSNOER UIT HET STOPCON-
TACT. Draai met gebruik van een inbussleutel
de linkerbijstelbout van de achterroller een kwart
slag met de klok mee. Zorg ervoor dat u de band
niet te strak aandraait. Als de loopband naar
rechts is verschoven, draai dan de bout van
de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in.
Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de
loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel
en haal DE STEKKER UIT HET STOPCON-
TACT wanneer de loopband slipt. Draai met de
meegeleverde sleutel beide bouten van de
achterroller een 1/4 slag met de klok mee.
Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u
de loopband 5 à 7 cm van het loopplatform kun-
nen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het
midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze handeling
tot de loopband goed ligt.
b
a
b
5
–7cm
Bouten van de
Achterroller
20
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe
-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als het doel is om vet te verbranden of uw cardiovas-
culair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. Het dia-
gram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor
vetverbranding en voor een aërobische oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder het diagram uw leeftijd opzoeken (leeftij-
den zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie
getallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven
uw trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn
voor vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is
voor aërobische oefeningen aanbevolen.
Vet verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een langere
tijd op een betrekkelijk lage intensiteit oefenen. Tijdens
de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw lichaam
gemakkelijk bereikbare
koolhydraten
. Pas na de eerste
paar minuten begint uw lichaam
vet
als energie vet ver-
bruiken. Stel de snelheid en de helling van de loopband
bij todat uw hartslag rond het laagste getal van uw trai-
n
ingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en
helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aërobische oefening
Uw oefening moet aërobische zijn als het uw doel is
uw cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aërobi-
schet oefening is een activiteit met een hogere zuur-
stoftoevoer voor een langere tijd. Deze hogere intensi-
teit vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed
naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een gro
-
tere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof
te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loop-
band bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van
uw trainingszone ligt als u een aërobische oefening
wilt uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Ledere oefening moet uit de volgende drie onderdelen
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren uit te rekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag
en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op
uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van
uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten).
Haal diep en regelmatig adem. Houd nooit uw adem
in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi
-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
d
er belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van de
gebruiker. Kunnen de nauwkeurigheid van de
hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen-
sor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor al-
gemene hartslagmeting.
21
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
D
e juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan-
ning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk
en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,
achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover moge-
lijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan.
Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15
seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om
uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been.
Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3
keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer.
Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
22
1 2 Bout voor het Onderstel
2
4 Bout van de Staander
3 2 Opbinddraadschroef/Magneet
Sensor Schroef
4 13 Schroef voor de Achterkant van het
Bedieningspaneel
5 4 Stertussenring van de Handleuning
6 1 Waarschuwings-sticker
7 2 Sterring voor de Dwarsstang
8 4 Bout van de Handleuning
9 2 Sterring voor de Staander
10 1 Elektriciteitssnoer Adapter
11 2 Tussenstuk van het Onderstel
12 1 Achterkant van het
Bedieningspaneel
13 4 Bout voor de Wielbehuizing
14 6 Tussenring voor de Staander
15 1 Sleutel/Klip
16 4 Moer voor de Staander
17 1 6mm Inbussleutel
18 1 4mm Inbussleutel
19 2 Schroef van de Houder
20 5 Schroef van de Kap
21 7 Schroef
22 1 Linker Handleuning
23 2 Bout van het wiel van de Helling
24 2 Bout van het Stroom
25 10 Schroef voor de Voetleuning
26 6 Schroef voor het Kussentje van de
Basis
27 2 Bout van het Achterloopplatform
28 4 Schroef van Loopband Geleider
29
2 Bijstelbout van de Achteroller
30 2 Bout van Motor
31 1 Schakelbout van de Motor
32 4 Tussenring voor de Wielbehuizing
33 1 Rechter Handleuning
34 2 Bout van de Motor
35
2
Bout van het Wiel
36
2
Sterring van de Achterroller
37 1 Stroomonder-breker
38
2
Sterring van de Motor
39
2
Tussenring van het Stroom
40 1 Hellingmotor
41
2
Motorbus
42
4
Sterring voor de Elektronica
43 4 Moer voor de Wielbehuizing
44 2 Moer van de Motor
45
2
Wielbehuizing
46 5 Moer
47 5 Klip van de Kap
4
8 1 Sluit Mechanisme
49 1 Doorvoerhuls
50 2 Schroef van Isolator
51 1 Onderstel
52 1 Basis
53 1 Linker Staander
54 1 Rechter Staander
55 1 Achterroller
56 1 Riem van de Motor
57 1 Beugel voor Elektronica
58 1 Installatie Bout van de Hellingmotor
59 1 Beugel voor Motor
60 1 Houder voor de Linker Achterrol
61 1 Houder voor de Rechter Achterrol
62 1 Magneet
63 6 Kussentje van de Basis
64 1 Sluiting
65 1 Kap
66 1 Onderkap
67 1 Linker Voetkussentje
68 1 Rechter Voetkussentje
69 4 Tussenring van de Wiel
70 2 Wiel
71 1 Voorste Roller/Katrol
72 1 Hellingpoot
73 1 Toegangsdeurtje
74 2 Staander Beschermkapje
75 4 Beschermkapje voor de
Handleuning
76 1 Loopband
77 2 Voorste Isolator
78 2 Platformkussen
79 1 Aandrijvings Motor
80 2 Opbinddraad
81 9 8” Opbinddraad
82 2 U-Moer
83 1 Sensorklip
84
1
Aardingsdraad van het
Bedieningspaneel
85 2 Schroef voor de Dwarsstang
86
1
Loopplatform
87
1
Controller
88 1 Dwarsstang voor het
Bedieningspaneel
89
1
Bladveerschakelaar
90 1 Elektriciteitssnoer
91 1 Bedieningspaneel
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WETL13806.0 R1006A
D
e GEDETAILLEERDE TEKENING in het midden van deze handleiding bekijken op pagina 24–27.
O
nder- Nr.Aantal Beschrijving Onder- Nr. Aantal Beschrijving
23
92 2 Moer van de Hellingmotor
93 1 Bout van de Hellingmotor
9
4 2 Loopband Geleider
95 6 Schroef van het
Bedieningspaneel/Schroef van het
Sluit Mechanisme
96 1 Pakking van de Onderkap
97 2 Wiel van de Helling
98 1 Draadharnas
99 1 Stekkerdoos
100 1 Draad van Hellingmotor
101 2 Ronde Pakkingring
102 2 Voorste Schroef van het Platform
103 1 Filter
104 1 Transformator
105 1 Aan/Uit Knop
106 1 Houder van de Stop
107 1 Achter Onderkap
108 2 Bout voor het Been
109 1 Aardingsdraad
110 1 Plaat van de Motor Isolator
111 1 Schutzplatte
112 1 Bout van de Voorste Roller
113 1 Tussenring van de Voorste Roller
1
14 19 Schroef
115 2 Schroef van het Stofkapje
116 6 Schroef van de Verbinding
117 4 Schroef van Transformator/Filter
Schroef
118 2 Moer van de Houder
119 2 Moer van Hellingpoot
# 1 10” Blauwe Draad, 2 Vrouwelijke
# 1 8” Blauwe Draad, 2 Vrouwelijke
# 1 Blauwe Draad von 4”, M/F
# 1 6” Groene/Gele Draad, F/R
# 1 4” Groene/Gele Draad, F/R
# 1 Witte Draad van 10”, 2F
# 1 Witte Draad van 6”, 2F
# 1 6" Rode Draad, m./w.
# 1 Zwarte Draad van 4”, M/F
#
1 Gebruikersaanwijzing
# Deze onderdelen woorden niet getoond.
Specificaties kunnen zonder aankondiging veranderen.
Onder- Nr.Aantal Beschrijving Onder- Nr. Aantal Beschrijving
GEDETAILLEERDE TEKENING A—Modelnr. WETL13806.0 R01006A
23
17
18
94
86
51
27
76
67
28
62
89
3
83
94
6
82
82
29
31
46
25
21
21
25
25
25
25
29
25
25
56
25
77
77
114
74
74
71
68
61
60
113
112
28
46
19
55
36
36
42
19
42
27
114
46
109
102
102
78
50
50
78
64
4
108
107
114
114
114
100
111
114
101
108
97
72
46
23
97
46
92
40
93
106
58
92
119
119
24
GEDETAILLEERDE TEKENING B—Modelnr. WETL13806.0 R01006A
65
47
47
4
7
90
10
66
96
24
20
114
114
20
20
115
58
39
39
118
20
99
114
114
24
20
34
38
44
79
34
30
59
38
57
87
104
117
103
21
21
117
21
42
42
101
41
110
117
37
105
47
47
25
GEDETAILLEERDE TEKENING C—Modelnr. WETL13806.0 R01006A
80
116
116
54
11
53
14
1
9
1
11
14
9
95
98
85
26
63
95
63
26
26
63
33
75
88
75
48
5
2
98
70
35
16
63
26
69
69
43
45
32
43
13
16
2
8
5
8
5
2
75
95
95
9
5
75
63
26
114
114
35
16
70
69
69
63
26
45
32
43
43
32
13
16
7
22
85
114
114
7
14
14
52
49
26
GEDETAILLEERDE TEKENING D—Modelnr. WETL13806.0 R01006A
15
91
73
4
12
4
4
4
4
4
4
4
4
4
81
21
84
27
Onderdeel Nr. 242601 R1006A Gedrukt in China © 2006 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit ap-
p
araat hebt gekocht.
Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER van het product (WETL213806.0)
de NAAM van het product (WESLO CADENCE C6 loopband)
het SERIENUMMER van het product (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING van het onderdeel (zie GETAILLEERDE TEKE-
NING en LIJST MET ONDERDELEN in het van het paginas 22 en 27)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Weslo Cadence C6 Treadmill Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor