Weslo Cadence S5 Treadmill Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSAANWIJZING
Sticker met
Serienummer
Modelnummer WETL13906.1
Serienummer
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voor
-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa
-
raat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid. Mocht
u nog vragen hebben, mochten
sommige onderdelen ontbreken
of beschadigd zijn neem dan con-
tact op met de winkel waar u dit
produkt hebt gekocht.
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
ONDERHOUD EN PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
Aandacht: U vindt een TEKENING OM ONDERDELEN TE HERKENNEN, een GEDETAILLEERDE TEKENING
en een LIJST MET ONDERDELEN in het midden van deze handleiding.
WESLO is een merk van ICON IP, Inc.
2
3
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
matie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische
schok of persoonlijk letsel te verminderen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge-
bruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
is.
3. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte
achter de loopband en 0,5 m ruimte aan ie
-
dere kant van de loopband. Zorg ervoor dat
de loopband geen luchtopeningen, luchtroos-
ters blokkeert. Leg een kleed onder de loop-
band om de vloer te beschermen.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe-
gevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
7. De loopband kan alleen door mensen die min-
der dan 113 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop-
band.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de loop-
band gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aan
-
bevolen.
Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al-
tijd sportschoenen.
10. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie pagina 10). Geen elk ander appa-
raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
11. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge-
bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of
korter.
12. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van-
daan.
13. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het electrische snoer of
stekker beschadigd is. Gebruik de loopband
niet als hij niet goed werkt. (Zie ONDERHOUD
EN PROBLEMEN OPLOSSEN op pagina 17
als de loopband niet goed werkt.)
14.
Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband ge
-
bruikt (raadpleeg GEBRUIK EN BIJSTELLEN
op pagina 10).
15. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de hand-
leuningen wanneer u de loopband gebruikt.
16. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om schok-
kende versnellingen te voorkomen.
17. Laat de loopband nooit alleen als het oefen-
toestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de
sleutel en trek de stekker uit het stopcontact
als u de loopband niet gebruikt.
18. De hartslagsensor is geen medisch instru-
ment. Bepaalde factoren zoals bewegingen,
kunnen de juistheid van de metingen aantas
-
ten. De hartslagsensor dient slechts om een
algemene hartslag te meten, als hulpmiddel
bij uw oefeningen.
19. Voltooi eerst de montage van de loopband vo-
ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie
MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
15.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of
verplaatsen.
20. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig ges-
loten is voordat u de loopband inklapt of ver-
plaats.
21. Verander de hellingstand van de loopband
niet door voorwerpen onder de loopband te
plaatsen.
4
Let erop dat de tekst op de sticker in het Engels is.
Zoek naar de sticker in het Nederlands en plak ze over
de Engelse sticker. Als er een sticker onbreekt, of niet
leesbaar is, neem dan contact op met de winkel waar u
dit apparaat hebt gekocht en vraag kosteloos om een
nieuwe sticker. Plak de sticker op de aangegeven
plaats.
233006
FR SP IT GR DU
V atch Warning Decal, Treadmill
2
2. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
23. Steek nooit iets in welke opening dan ook.
24. GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
t
act. Eveneens de stekker uit het stopcontact
trekken vóór het schoonmaken van de loop-
band, voor het plegen van onderhoud en voor
h
et bijregelen zoals beschreven is in deze
handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten-
zij een technicus dat aangeeft. Ander onder-
h
oud dan datgene wat vermeld staat in deze
handleiding moet door een technicus uitge-
voerd worden.
2
5. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond-
heidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoon-
lijk letsel of schade door het gebruik van dit Produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Fijn dat u voor de nieuwe WESLO
®
CADENCE S5
loopband gekozen heeft. De CADENCE S5 loopband
is ontworpen om uw oefening thuis aangenamer en ef-
fectiever te maken. En wanneer u de loopband niet ge-
b
ruikt kunt u de CADENCE S5 loopband inklappen
zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan andere
loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn zorg-
vuldig door voordat u de loopband gebruikt. Neem
mocht u nog vragen hebben contact op met de winkel
waar u de loopband heeft gekocht. Zorg ervoor dat u
het modelnummer en het serienummer bij de hand
heeft. Het modelnummer is WETL13906.1. Het serien-
u
mmer bevindt zich op een sticker op de loopband (zie
kaft van deze handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de te-
kening hieronder en de verschillende onderdelen.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Sluitknop
Bedieningspaneel
Sleutel/Klip
Stroomonderbreker
Hellingpen/Hellingpoot
Loopband
Kap
Wiel
Voetkussentje
Bijstelbouten voor
de Achterroller
Houder voor de Waterfles
(fles niet inbegrepen)
RECHTERKANT
Aan/Uit Knop
6
1. Laat een tweede persoon de Basis (52) op de
aangegeven plaats vasthouden.
Neem de Linker Staander (53) (de Rechter Staander [54]
heeft een groot gat aan het laagste uiteinde).
Houd de Linker Staander (53) zo vast dat de krom-
ming aan de aangegeven kant zit. Steek twee Bouten
voor de Staander (2) in de houder op de Linker
Staander. Maak de Linker Staander aan de Basis (52)
vast met de Bouten voor de Staander, twee Tussenring
voor het Onderstel (14),
en twee Moeren voor de Staander
(16). Draai de Moeren voor de Staander nog niet vast.
Maak de Rechter Staander (54) op dezelfde manier aan
de Basis (52) vast.
2. Schuif de twee Wielbehuizingen (62) op de Basis (52)
met de kop van elke Bout van het Wiel (35) op de
buitenkant, zoals getoond. Maak de Wielbehuizingen met
twee Bouten voor de Wielbehuizing (6), twee
Tussenringen voor de Wielbehuizing (11) en twee
Moeren voor de Wielbehuizing (15) vast.
MONTAGE
D
e montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren.
P
laats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Aandacht: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het
vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking be-
vindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant
van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Voor de montage hebt u een zeskantsleutel , een phillips schroevendraaier , twee moer-
sleutels en draadsnijtangen nodig.
Opmerking: Kijk in de TEKENING OM ONDERDELEN TE HERKENNEN in het midden van deze handleiding
om de kleine onderdelen bij de montage te herkennen. Sommige onderdelen kunnen vooraf gemonteerd
zijn.
52
53
54
16
1
2
2
16
14
14
14
2
52
Groot
Gat
6
11
62
15
11
6
62
35
35
15
Kromming
7
3. Met de hulp van een tweede persoon, til de
Handleuningen (53, 54) op zodat de Basis (52) plat op de
g
rond staat zoals getoond. Plaats dan de voorkant van
het Onderstel (51) van de loopband tussen de
S
taanders.
Raadpleeg de inzet-tekening. Neem dan de draad aan
de binnenkant van het laagste uiteinde van de Rechter
Handleuning (54). Bind de draad aan de Draadkoker (98)
door middel van een plastic opbinddraad. Trek dan aan
het andere uiteinde van de draad totdat het uiteinde van
de draadkoker aan het aangegeven gat in het bovenste
uiteinde van de Rechter Handleuning verschijnt.
Laat een tweede persoon de voorkant van het Onderstel
(51) optillen. Houd een Tussenstuk van het Onderstel
(111) tussen de Rechter Staander (54) en het Onderstel.
Maak de Rechter Staander en het Tussenstuk van het
Onderstel aan het Onderstel vast met een Schakelbout
voor het Onderstel (1), een Tussenring voor het
Onderstel (14) en een Sterring voor het Onderstel (9).
Herhaal deze stap aan de linkerkant van de loopband.
9
111
52
14
1
5
4
51
Groot
Gat
G
at
3
53
98
54
Opbind
-draad
98
4. Draai het Bedieningspaneel (91) naar beneden. Zorg er-
voor dat de voorkant van het Bedieningspaneel niet
wordt beschadigd.
Neem de Rechter Handleuning (55) met een groot gat
aan een zijkant.
Maak de Rechter Handleuning (55) aan het Bedienings-
paneel (91) vast met twee Schroeven voor het
Bedieningspaneel (4), een Schroef voor de Dwarsstang
(5) en een Sterring voor de Dwarsstang (12).
12
91
4
Groot Gat
5
55
4
Draad
8
6. Houd het Bedieningspaneel (91) bij de Rechter Staander
(54). Raak de Rechter Handleuning aan om de statis-
che energie te ontladen.
Steek het uiteinde van de Draadkoker (98) in het gat aan
de onderkant van de Rechter Handleuning (55) en trek
het uit het grote gat in de zijkant. Steek dan het uiteinde
van de Draadkoker door de twee plastic opbinddraden.
Druk het uiteinde van de Draadkoker (98) in het
aangegeven aansluitstuk aan de achterkant van het
Bedieningspaneel (91). Het uiteinde van de Draadkoker
moet zacht in het aansluitstuk worden geschoven en
vastklikken. Als dat niet het geval is, draai het uiteinde
van de Draadkoker dan om en probeer het opnieuw. ALS
DE VERBINDINGSKLEM NIET GOED WORDT
AANGESLOTEN, DAN KAN HET BEDIENINGSPA-
NEEL WORDEN BESCHADIGD ALS U HET TOESTEL
AANZET.
Plastic
Opbinddraden
Aansluitstuk
91
55
98
54
5. Plaats de Linker Handleuning (56) op het Bedieningspa-
neel (91). Maak het uiteinde van de aardingsdraad van
h
et Bedieningspaneel aan het aangegeven gaatje in de
Linker Handleuning vast met een Zilveren Aardings-
s
chroef (8).
Maak de Linker Handleuning (56) aan het
Bedieningspaneel (91) vast met twee Schroeven voor het
Bedieningspaneel (4), een Schroef voor de Dwarsstang
(5) en een Sterring voor de Dwarsstang (12).
Zorg er-
voor dat de aardingsdraad niet gekneld raakt.
12
91
4
5
56
8
Aardingsdraad
G
aatje
6
5
98
7. Steek het losse stuk van de Draadkoker (98) in de
Rechter Staander (54). Maak dan de twee plastic opbind-
draden rond de Draadkoker vast en snijd de uiteinden
van de plastic opbinddraden af.
98
Plastic
Opbinddraden
54
7
9
9. Laat de Handleuningen (55, 56) zacht op de grond za-
kken. Centreer het Onderstel (51) tussen de
Handleuningen en draai de vier Bouten voor de
Staander (2) vast. Plaats de Handleuningen dan op-
nieuw in verticale positie.
Raadpleeg de inzet-tekening. Maak het Veerslot (108)
aan de Linker Staander (53) vast met twee Schroeven
voor het Veerslot (7).
Zorg ervoor dat het Veerslot
georiënteerd is zoals getoond.
Raadpleeg DE HELLING VAN DE LOOPBAND VERAN-
DEREN op pagina 14. Verander de helling van de loop-
band als u dat wenst.
10.Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Andacht: Extra
delen kunnen meegeleverd worden. Bewaar de meegeleverde (zeshoekige) sleutels op een veilige plaats. U
zult de grote sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina 18). Leg een matje onder de
loopband om uw vloerbedekking te beschermen.
108
53
7
8. Plaats het Bedieningspaneel (91) op de Rechter
Staander (54) en de Linker Staander (niet getoond).
D
raai vier Bouten voor de Handleuning (3) met vier
Tussenringen voor de Handleuning (13) en vier
S
terringen voor de Handleuning (10) (er worden slechts
twee getoond) in de Rechter en de Linker Staander.
Draai daarna de vier Handleuningbouten strak vast.
Steek het losse stuk van de Draadkoker (98) in de
Rechter Staander (54).
Maak de Achterkant van het Bedieningspaneel (93) aan
het Bedieningspaneel (91) vast met vier Schroeven voor
de Achterkant van het Bedieningspaneel (7).
Zorg er-
voor dat de Draadkoker (98) in de aangegeven gleuf
zit aan de Achterkant van het Bedieningspaneel
zodat de draden niet gekneld zitten.
9
1
54
7
7
10
98
Gleuf
13
3
93
8
9
55, 56
51
2
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WETL13906.1 R0606A
Onder-
N
r. Aantal Beschrijving
Onder-
N
r. Aantal Beschrijving
Onder-
N
r. Aantal Beschrijving
1 2 Schakelbout van het
Onderstel
2 4 Bout voor de Staander
3 4 Bout van de
Handleuning
4 4 Schroef van het
B
edieningspaneel
5 2 Dwarsstang Schroef
6 4 Bout voor de
Wielbehuizing
7 6 Schroef van het
Veerslot/Schroef voor de
Achterkant van het
Bedieningspaneel
8 1 Zilveren Aardingsschroef
9 2 Tussenring voor het
Onderstel
10 4 Stertussenring van
Handleuning
11 4 Tussenring voor de
Wielbehuizing
12 2 Sterring voor de
Dwarsstang
13 4 Tussenring voor de
Handleuning
14 6 Tussenring voor het
Onderstel
15 4 Moer voor de
Wielbehuizing
16 4 Moer voor de Staander
17 1 16 mm Inbussleutel
18 1 4 mm Inbussleutel
19 2 Schroef van de
Houder
20 5 Schroef van de Kap
21 18 Schroef
22 1 Bijstelbout van de Voorste
Roller
23
1 Geaarde Schroef
24 2 Bout voor het
Aansluitpaneel
25 10 Schroef voor de
Voetleuning
26
6 Schroef voor het
Kussentje van de Basis
27 2 Moer van de Motor
28 4
Schroef van Loopband
Geleider
29 2 Bijstelbout van de
Achterroller
30
2 Bout van Motorhouder
31 1 Schakelbout van de Motor
32 2 Incline Leg Bolt
33 2 Schroef van Isolator
34 2 Bout van de Motor
35 2 Bout van het Wiel
36 2 Sterring vand de
Achterroller
37 1 Sterring van de
Voorroller
38 2 Ster-tussenring van de
Motor
39 2 Tussenring voor het
Aansluitpaneel
4
0 1 Sterring voor de Aarding
41 13 Schroef van de
Voetkussentje
42 6 Sterring voor de
Elektronica
43 4 Tussenring voor de
Hellingspoot
44 2 Moer van de Motor
45 2 Moer voor de
Onderstelspil
46 5 Moeren
47 5 Klip van de Kap
48 4 Moer voor de
Handleuning
49 3 Kleine Moer
50 2 Bevestiging van de iso-
latie
51 1 Onderstel
52 1 Basis
53 1 Linkerstaander
54 1 Rechter Staander
55 1 Rechter Handleuning
56 1 Linker Handleuning
57 1 Beugel voor Elektronica
58 1 Stofscherm
59 1 Beugel voor Motor
60 1 Houder voor de Linker
Achterrol
61 1 Houder voor de Rechter
Achterrol
62 2 Wielbehuizing
63 6 Kussen voor de Basis
64
1 Sluiting
65 1 Kap
66
1
Onderkap
67 1 Linker Voetkussentje
68 1 Kap rechter Voetkussentje
69
2 Hellingstelpoot
70
2
Wiel
71 4 Tussenstuk van de Wiel
72 1
Motorisolatie
73 2 Motorbus
74 4 Staander Beschermkapje
75 2 Beschermkapje voor
de Staander
76 4 Beschermkapje voor de
Handleuning
77 2 Platformkussen, Voorkant
78
2
Platformkussen,
Middendeel
79
1 Aandrijvings Motor
80
4
Opbinddraad voor de
bedrading
81 4 8” Opbinddraad
82 1 Houder voor de
Opbinddraad
83 1 Snelheidsensorclip
84 1 Metalen oog voor de
V
oorste Bemanteling
85 1 Pakkingring
86 0 (Niet gebruikt)
87 1 Controller
88 1 Transformator
89 1 Filter
90 1 Electrische Snoer
91 1 Bedieningspaneel
92 1 Dwarsstang voor het
Bedieningspaneel
93 1 Bedieningspaneel
94 0 (Niet gebruikt)
95 1 Aarde-kabel
96 1 Aarde-kabel
97 1 Bladveershakelaar
98 1 Draadharnas
99 1 Montage van de
Aansluitdoos
100 1 Loopoppervlak
101 1 Loopband
102 0 (Niet gebruikt)
103 2 Loopband Geleider
104 1 Wieltje/Katrol
105 1 Magneet
106 1 Riem van de Motor
107 1 Achteroller
108 1 Montage van de
Veerslotpen
109 1 Sleutel/Klip
110 2 Hellingspen
111 2 Tussenstuk van het
Onderstel
112
1 Electrische snoer Adapter
113 1 Waarschuwingsticker
114
1
Schroef voor de
Opbinddraadhouder
# 1 Rode Draad van 6”, M/F
#
1 Zwarte Draad van 4”, M/F
#
1
Blauwe Draad von 4”, M/F
# 1 Blauwe Draad von 8”, 2F
#
1
Blauwe Draad von
10”, 2F
# 1 Witte Draad van 6”, 2F
# 1 Witte Draad van 10”, 2F
# 1 Gebruikersaanwijzing
# Deze onderdelen woorden niet ge-
toond.
Deze technische gegevens
kunnen zonder voorafgaande verwitti-
ging worden gewijzigd.
H
andrail Washer (11)–2
2 3/4” Bolt (47)–4
W
Star Washer (81)–4
Washer (29)–4
3
Bout voor de Staander (2)–4
Schroef van het
Bediening-
spaneel (4)–4
Dwarsstang
Schroef (5)–2
Schroef van het
Veerslot/Schroef voor
de Achterkant van het
Bedieningspaneel
(7)–6
Tussenring voor
het Onderstel
(9)–2
Stertussenring
van Handleuning
(10)–4
Tussenring voor
de Wielbehuizing
(11)–4
Sterring voor de
Dwarsstang
(12)–2
Tussenring voor
de Handleuning
(13)–4
Tussenring voor
het Onderstel
(14)–6
Moer voor de
Wielbehuizing
(15)–4
Moer voor de
Staander (16)–4
4” Bolt (120)–2
Bout van de Handleuning (3)–4
Schakelbout van hat Onderstl (1)–2
Bout voor de Wielbehuizing (6)–4
Zilveren Aardings-
schroef (8)–1
Haal deze kaart uit de handleiding en gebruik ze om de kleine onderdelen te identificeren tijdens de mon-
t
age. Bewaar deze kaart en de GEDETAILLEERDE TEKENING/LIJST MET ONDERDELEN voor verdere
raadpleging.
TEKENING OM ONDERDELEN TE HERKENNEN
80
21
21
103
17
81
100
51
27
101
67
28
105
97
21
83
103
109
54
52
35
70
35
51
65
113
111
53
14
1
9
45
45
29
98
1
111
14
9
63
26
75
3
93
34
38
44
31
79
46
63
26
63
26
26
63
25
21
21
25
25
25
25
29
25
25
106
7
108
34
25
77
77
41
30
74
74
64
41
59
38
104
68
61
60
37
22
28
18
46
19
107
36
36
69
110
32
46
43
43
69
110
46
32
43
43
42
19
42
66
90
84
24
20
41
41
20
20
21
58
39
39
49
20
27
57
87
88
21
89
71
71
51
70
71
71
63
26
98
75
99
112
7
7
7
7
76
56
76
55
76
76
41
41
41
92
48
33
3
4
5
6
10
10
10
10
3
3
11
6
12
13
13
13
13
15
21
21
21
21
21
96
23
26
63
40
42
42
46
47
47
47
47
49
62
62
85
91
95
73
72
82
21
41
41
5
12
24
48
4
33
114
82
11
15
16
16
2
2
33
11
15
15
11
8
79
50
50
79
76
20
47
14
14
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. WETL13906.1 R0606A
10
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
u
de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. Belangrijk: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa-
brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen. Belangrijk: De loopband kan niet op
een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut ge-
bruikt worden.
FR/SP
IT
Stopcontact van de
Loopband
1
FR/SP
IT
Stopcontact
2
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
1
1
ETWE13906
WETL13906
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband heeft verschil-
lende functies zodat u uw oefeningen doeltreffender
kunt maken.
U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de
snelheid en de hellingstand van de loopband verande-
ren door een druk op een toets. Het bedieningspaneel
zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven.
U kunt zelfs uw hartslag meten met een ingebouwde
hartslagsensor.
Op het bedieningspaneel kunt u kiezen tussen vier ver-
schillende snelheidsprogramma’s. Elk programma
regelt automatisch de snelheid van de loopband terwijl
u een doeltreffende oefening uitvoert.
Opmerking: Als er een doorzichtig stuk plastic op
het bedieningspaneel ligt, verwijder dan het plas-
tic. Om schade aan de loopband te vermijden, ge-
bruik altijd propere schoenen als u de loopband
gebruikt. Als u de loopband voor het eerst ge
-
bruikt, controleer of de band recht loopt en cen-
treer de loopband als dat nodig is (zie pagina 18).
HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN
De stekker in het stopcontact
steken (zie pagina 10). Zoek
naar de aan/uit knop bij de
Rechter Staander. Plaamts
de aan/uit knop in de aan
positie.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband staan.
Zoek naar de clip die aan de sleutel vast zit (zie teke-
ning boven) en maak de clip aan de tailleband van uw
kleding vast. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Kort daarna zal de piste en de drie displays oplichten.
Belangrijk: Bij een noodsituatie kunt u aan de sleu-
tel van het bedieningspaneel trekken, zodat de
loopband vertraagt en tot stilstand komt. Test de
clip door voorzichtig een paar stappen achteruit te
zetten totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt getrokken. Als de sleutel niet uit het bedie-
ningspaneel komt, stel dan de lengte van de clip
bij.
BEDIENINGSPANEEL
Aan
Positie
Sleutel
Clip
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 11.
Kies de handmatige instelling.
Als u de sleutel in het
oefentoestel steekt,
wordt de handmatige
instelling ingeschakeld.
Als u een snelheidspro-
gramma hebt gekozen,
kies dan opnieuw de handmatige instelling door
herhaaldelijk op de Programmakeuzetoets [PRO-
GRAM SELECT] te drukken totdat er alleen nullen
op de displays verschijnen.
Druk op de Start-toets of de Versnellingstoets
om de loopband te starten.
Als u op een van deze toetsen drukt, begint de
loopband te bewegen met een snelheid van 2
km/u. Houd de handleuningen vast en begin te
stappen. Tijdens uw oefening kunt u de snelheid
naar wens wijzigen door op de Snelheidstoetsen
[SPEED Km/H] te drukken. Telkens als u op een
toets drukt, zal de snelheid veranderen met 0,1
km/u.; als u een toets ingedrukt houdt, dan zal de
snelheid verhogen met 0,5 km/u. Opmerking: Als
u op de toetsen hebt gedrukt, kan het een tijdje
duren voordat de loopband de gewenste snelheid
bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stop-
toets. De tijd zal beginnen te flikkeren op een van
de displays. Om de loopband opnieuw te starten,
druk op de Start-toets of op de Versnellingstoets.
Uw vordering op de piste en de drie displays
volgen.
De Piste —De piste
stelt een afstand van
400 meter voor. De indi-
cators rond de piste zul
-
len tijdens uw oefening
na elkaar oplichten tot
-
dat de hele piste brandt. De piste zal dan doven en
de indicators zullen opnieuw oplichten. Het aantal
voltooiden rondes verschijnt in het midden van de
piste.
De display linkson-
der—Terwijl u oefent,
w
orden op de display
linksonder de verlopen
t
ijd en de gewandelde of
gelopen afstand
getoond.
De display rechtson-
der—Op de display
rechtsonder worden de
snelheid van de loop-
band en het aantal ver-
brande calorieën bij be-
nadering getoond. Op de display wordt ook uw
hartslag getoond als u de handsensoren
vasthoudt (zie stap 5).
De prioriteitsdisplay—
De bovenste display is
de prioriteitsdisplay. Op
de
prioriteitsdisplay
wor-
den de verlopen tijd, de
gewandelde of gelopen
afstand, de snelheid van de loopband of het aantal
verbrande calorieën bij benadering getoond. Druk
herhaaldelijk op de Prioriteitsdisplay-toefs [PRIOR-
ITY DISPLAY]. totdat de prioriteitsdisplay de infor-
matie toont die u wenst. Opmerking: Als de infor-
matie op de prioriteitsdisplay wordt weergegeven,
zal die informatie niet op de displays links- en
rechtsonder verschijnen.
Om de displays te resetten, druk op de Stoptoets,
verwijder de sleutel en steek de sleutel opnieuw in
het toestel bedieningspaneel.
Opgelet: Het bedien-
ingspaneel kan de snel-
heid en de afstand in mi
-
jlen of kilometers tonen.
Om te zien welke mee-
teenheid geselecteerd
is, houd de Stoptoets ingedrukt, steek de sleutel
in het bedieningspaneel en laat dan de Stoptoets
los. De Snelheid display zal een “E” aangeven
(voor engelse mijlen) of een “M” aangeven (voor
kilometers). Druk op de Versnellingstoets om de
meeteenheid te wijzigen. Wanneer u de gewenste
eenheid hebt gekozen haal dan de sleutel uit en
steek deze weer in.
4
3
2
1
ETWE13906
WETL13906
12
ETWE13906
WETL13906
ETWE13906
WETL13906
ETWE13906
WETL13906
ETWE13906
WETL13906
H
OE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
13
Meet uw hartslag als u dat wilt.
Voordat u de handsen-
soren gebruikt, verwi-
jder het plastic laagje
v
an de metalen con-
tactpunten. Zorg ervoor
dat uw handen proper
zijn.
Om uw hartslag te meten, ga op de voetrails
staan en houd de metalen contactpunten vast –
beweeg uw handen niet. Als uw hartslag wordt
gedetecteerd, dan zal het kleine hartsymbool op
de display rechtsonder beginnen te flikkeren. Er
zullen een of twee streepjes verschijnen en dan
zal uw hartslag worden getoond.
Voor een juiste
hartslagmeting houd de contactpunten
ongeveer 15 seconden vast.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetrails staan, druk op de Stoptoets, en
haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Bewaar
de sleutel op een veilige plaats. Zet de aan/uit-
schakelaar dan op “uit” en trek het elektriciteitss-
noer uit het stopcontact.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 11.
Kies een van de vier snelheidsprogramma’s.
Om een snelheidspro-
gramma te kiezen, druk
herhaaldelijk op de
Programmakeuzetoets
[PROGRAM SELECT];
“P-1”, “P-2”, “P-3” of “P-
4” zal enkele seconden op de prioriteitsdisplay
verschijnen en het gekozen programma
aangeven. De maximale snelheid van het
gekozen programma zal ook enkele seconden op
een van de displays verschijnen.
Elk programma bestaat uit 30 tijdsegmenten van
één minuut. U kunt een snelheid instellen voor elk
t
ijdsegment. Opmerking: U kunt dezelfde snelheid
instellen voor twee of meer opeenvolgende tijd-
s
egmenten. Op de profielen links naast de
Programmakeuzetoets wordt de snelheid van de
loopband tijdens de programma’s getoond.
Druk op de Starttoets of de Versnellingstoets
om het programma te starten.
Als de toets wordt ingedrukt, zal de loopband au-
tomatisch de snelheid aanpassen aan de in-
stelling die voor het eerste tijdsegment gepro-
grammeerd is. Houd de handleuning vast en
begin te stappen.
Als het eerste tijdsegment van het programma
voorbij is, zult u een reeks tonen horen. Als er een
nieuwe snelheid voor het tweede tijdsegment ge-
programmeerd is, dan zal de snelheidsinstelling
op een van de displays beginnen te knipperen om
u te verwittigen,
en dan zal de snelheid van de
loopband veranderen. Het programma zal door-
gaan totdat de 30 tijdsegmenten verstreken zijn.
De loopband zal dan vertragen en tot stilstand
komen.
Als de snelheid te hoog of te laag is tijdens het
programma, dan kunt u de snelheid handmatig bi-
jstellen door op de Versnellings- of Vertragings-
toets te drukken. Als het volgende tijdsegment
start, dan zal de loopband de snelheid automa-
tisch aanpassen aan de snelheid die voor dat
tijdsegment geprogrammeerd is.
Om het programma te stoppen, druk op de
Stoptoets. De tijd zal beginnen te knipperen op
een van de displays. Om het programma opnieuw
te starten, druk op de Starttoets of op de
Versnellingstoets. De loopband zal beginnen te
draaien met een snelheid van 2 km/u. Als het vol-
gende tijdsegment start, dan zal de loopband de
snelheid automatisch aanpassen aan de snelheid
die voor dat tijdsegment geprogrammeerd is.
Uw vordering op de piste en de drie displays
volgen.
Raadpleeg stap 4 op pagina 12.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan
-
neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 6 op deze pagina.
5
4
3
2
1
6
5
ETWE13906
WETL13906
Metal
Contacts
HOE EEN SNELHEIDSPROGRAMMA TE GE-
BRUIKEN
14
DE HELLING VAN DE LOOPBAND VERANDEREN
O
m de intensiteit van uw oefening te variëren kunt u
de helling van de loopband aanpassen. De loopband
k
ent drie verschillende standen.
V
oordat u de helling
verandert moet u wel eerst de sleutel verwijderen
en de stekker uit het stopcontact trekken.
Klap ver-
volgens de loopband in (zie pagina 15).
Verwijder om de helling aan te passen de pen voor de
helling uit het rechter been voor de helling. Stel het
b
een voor de helling op de gewenste hoogte en steek
de pen weer volledig in. Stel het linker been voor de
h
elling op dezelfde manier bij.
O
PGELET: Voordat u
de loopband gebruikt, zorg ervoor dat beide hel-
lingstelpoten op dezelfde hoogte staan en beide
hellingspennen volledig in de hellingstelpoten zit-
ten.
Als u de hellingstelpoten hebt bijgesteld, laat de loop-
band dan zakken (raadpleeg pagina 16).
Pen voor
de Helling
Hellingstelpoot
Pen voor
de Helling
15
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
De stekker uit het stopcontact. WAARSCHUWING: U
moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kun-
n
en uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats
die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:
Om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan
de plastic voetsteunen. Buig door uw knieën en houd
uw rug recht. Zorg ervoor dat u de kracht van uw
benen gebruikt in plaats van uw rug om de loopband
te tillen.
Til de loopband half omhoog.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de
loopband goed vast. Trek, met gebruik van uw linker
hand, de veerslotknop naar links en houdt deze vast. Til
het onderstel op totdat de grendelstop voorbij het veer-
slotpen is. Laat de veerslotknop langzaam los.
Zorg er-
voor dat de veerslotpen helemaal in het onderstel zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband verplaatst, klap de loopband op in de
opbergstand zoals beschreven hierboven. Zorg ervoor dat
de grendel tegen de veerslotpen steunt.
1. Houd de handleuningen vast en plaats uw voet tegen een
van de wielen.
Trek niet op het onderstel terug.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voor-
wieltjes. Verplaats de loopband voorzichtig naar de
gewenste plaats.
Verplaats de loopband nooit zonder
het onderstel op te klappen. Wees heel voorzichtig tij-
dens het verplaatsen van de loopband zodat u het
risico op persoonlijk letsel voorkomt. Verplaats de
loopband niet over een oneffen ondergrond.
3. Plaats weer een voet tegen een van de wielen en kantel
de loopband tot deze weer rechtop staat.
Veerslotpen
Handleuning
Onderstel
Wiel
Onderstel
Veerslotknop
Grendelstop
16
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals aangege-
ven. Trek, met gebruik van uw linker hand, de veerslot-
knop naar links en houdt deze vast. Draai het onderstel
totdat de grendel voorbij de veerslotpen is.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat
de loopband op de vloer zakken. Laat de loopband niet
op de grond vallen. Buig door uw knieën en houdt u
rug recht om het risico op persoonlijk letsel te vermij-
den.
V
eerslotpen
Veerslotknop
Grendelstop
17
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Z
oek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
neem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact (zie pagina 10).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 m of korter. De loop-
band kan niet op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedie-
ningspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop
uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder-
breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonder-
breker opnieuw in werking te stellen (te reset-
ten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electrici-
teitsnoer van de loopband bevindt. De knop moet
zich in de aan positie bevinden.
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING:
a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie tekening
boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de scha-
kelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt.
e. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING:
a.
Oplossing: a. Haal de sleutel uit het bedieningspa
-
neel en
TREK DE STEKKER UIT HET STOPCON-
TACT. Verwijder de vijf aangegeven Schroeven
(20) en de twee Schroeven voor de Voetleuning
(25). Verwijder dan voorzichtig de Kap (65).
Zoek de Bladveerschakelaar (97) en de Magneet
(113) aan de linkerkant van de Katrol (104). Draai
de Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat met
de Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de af
-
stand tussen de Magneet en de Bladveerscha-
kelaar ongeveer 3 mm is. Draai, indien nodig, de
Schroef (21) wat los en verplaats de Bladveer-
schakelaar enigszins. Draai de Schroef weer vast.
Maak de Kap weer vast en laat de loopband een
paar minuten draaien om de snelheidsmeting na te
kijken.
25
20
20
20
20
65
a
113
21
97
Zicht van
Boven
3 mm
104
Doorgeslagen
c
Resetten
Aan
Positie
d
18
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
O
PLOSSING: a
. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b
. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal
de sleutel uit het bedieningspaneel en
DE STEK-
KER UIT HET STOPCONTACT. Draai met de
meegeleverde sleutel beide bouten van de achter-
roller een 1/4 slag tegen de klok in. Wanneer de
loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5
à 7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg er-
voor dat de band goed in het midden ligt. Steek de
stekker en de sleutel weer in en laat de loopband
een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling
tot de loopband goed ligt.
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u erop
loopt.
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Als de loopband naar links verschoven is, verwi-
jder eerst de sleutel en TREK DE STEKKER UIT
HET STOPCONTACT. Gebruik een bussleutel,
draai de bout van de linker achterste rol een halve
draai met de klok mee. Zorg ervoor dat de loopband
niet te strak wordt gespannen. Als de loopband
naar rechts verschoven is, draai dan de bout van
de linker achterste rol een halve draai tegen de klok
in. Steek dan de stekker in het stopcontact, steek de
sleutel in het toestel en laat de loopband enkele minuten draaien. Herhaal deze stappen totdat
de loopband gecentreerd is.
Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de loopband slipt. Draai met de
meegeleverde sleutel beide bouten van de achter-
roller een 1/4 slag met de klok mee. Wanneer de
loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 5 à 7
cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor
dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker
en de sleutel weer in en laat de loopband een paar
minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loop
-
band goed ligt.
b
a
b
5–7cm
Bouten van
Achterroller
19
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe-
ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie
raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu-
lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit
het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen
door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram
hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet
verbranding en voor een aerobic oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u
eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge-
tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor
vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor
aerobic oefeningen aanbevolen.
Vet Verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lan-
gere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw
lichaam makkelijke bereikbare
koolhydraten
. Pas na de
eerste paar minuten begint uw lichaam
vet
als energie
te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de
loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal
van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en
helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het
middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic Oefening
Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw
cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic
oefening is een activiteit met een hogere zuurstof toe-
voer voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit
vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed
naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een gro
-
tere prestatie van uw longen om het bloed van zuurstof
te voorzien. Stel de snelheid en de helling van de loop-
band bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van
uw trainingszone ligt als u een aerobic oefening wilt
uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm-
fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en
wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe-
ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag
en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op
uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van
uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten).
Haal diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem
in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi
-
nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw
spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen
na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust
tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u
als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te
hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te
oefenen.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
a
nder oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De hartslag-sensor is geen medisch instru-
ment. Verschillende factoren zoals beweging
van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid
van de hartslag metingen beïnvloeden. De
hartslag-sensor is alleen als hulpmiddel be-
doeld voor algemene hartslag meting.
Onderdeel Nr. 243443 R0606A
Gedrukt in
©
2006 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit ap-
p
araat hebt gekocht.
Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER van het produkt (WETL13906.1)
de NAAM van het produkt (WESLO
®
CADENCE S5 loopband)
het SERIENUMMER VAN het produkt (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING van het onderdeel (zie GETAILLEERDE TEKE-
NING en LIJST MET ONDERDELEN in het midden van deze handleiding)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23

Weslo Cadence S5 Treadmill Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor