Philips AC4012 Handleiding

Categorie
Luchtreinigers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

79
NL
Nederlands
10 Garantie en service 93
Onderdelen of accessoires
bestellen 93
11 Kennisgevingen 93
Elektromagnetische velden
(EMV) 93
Naleving van norm voor
elektromagnetische velden
(EMF) 93
Recycling 94
Inhoud
1 Belangrijk
Veiligheid 80
2 Uw luchtreiniger 82
De inhoud van de doos 82
3 Aan de slag 83
Filters plaatsen 83
4 De luchtreiniger gebruiken 84
De luchtkwaliteitsindicator 84
Het beschermingsalarm voor
gezonde lucht 84
Inschakelen 84
De gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssensor instellen 85
De ventilatorsnelheid wijzigen 85
Handmatig 85
De timer instellen 86
5 De luchtreiniger
schoonmaken 87
De luchtreiniger schoonmaken 87
De luchtkwaliteitssensor reinigen 87
6 Reinig het voorlter 88
7 De lters vervangen 89
Vervang het NanoProtect
actieve koolstolter en het
NanoProtect-lter. 89
8 De levensduurteller van het
lter terugzetten 90
9 Problemen oplossen 91
80
NL
Indien het netsnoer
beschadigd is, moet
het worden vervangen
door Philips, een door
Philips geautoriseerd
servicecentrum of
personen met vergelijkbare
kwalicaties om gevaar te
voorkomen.
Gebruik het apparaat niet
als de stekker, het netsnoer
of het apparaat zelf
beschadigd is.
Dit apparaat kan worden
gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door
personen met verminderde
lichamelijke, zintuiglijke of
geestelijke capaciteiten
of weinig ervaring en
kennis, mits zij toezicht
of instructie hebben
ontvangen aangaande
veilig gebruik van het
apparaat, en zij de gevaren
van het gebruik begrijpen.
Kinderen mogen niet
met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud
mogen niet zonder toezicht
door kinderen worden
uitgevoerd.
De luchtinlaat en -uitlaat
mogen niet worden
geblokkeerd. Leg dus geen
voorwerpen boven op
1 Belangrijk
Veiligheid
Lees deze gebruiksaanwijzing
zorgvuldig door voordat u het
apparaat gaat gebruiken. Bewaar de
gebruiksaanwijzing om deze zo nodig
later te kunnen raadplegen.
Gevaar
Zorg ervoor dat er
geen ontvlambare
schoonmaakmiddelen,
water of andere
vloeistoen in het apparaat
komen. Zo voorkomt u
elektrische schokken en/of
brandgevaar.
Maak het apparaat niet
schoon met (ontvlambare)
schoonmaakmiddelen,
water of andere
vloeistoen. Zo voorkomt u
elektrische schokken en/of
brandgevaar.
Waarschuwing
Controleer of het voltage
aangegeven op de
onderkant of de achterkant
van het apparaat
overeenkomt met de
plaatselijke netspanning
voordat u het apparaat
gaat aansluiten.
81
NL
Nederlands
Zorg dat alle lters correct
zijn geplaatst voordat u het
apparaat inschakelt.
Gebruik alleen
oorspronkelijke, speciaal
voor dit apparaat
bestemde lters van
Philips. Gebruik geen
andere lters.
Stoot niet met harde
voorwerpen tegen het
apparaat (dit geldt in
het bijzonder voor de
luchtinlaat en -uitlaat).
Gebruik alleen het handvat
op de achterkant om het
apparaat op te tillen of te
verplaatsen.
Steek niet uw vingers of
andere voorwerpen in de
luchtuitlaat.
Gebruik dit apparaat niet
als u insectenwerende
middelen hebt gebruikt
die rook verspreiden
of in ruimten waar zich
olieresten bevinden, waar
wierook wordt gebrand of
waar chemische dampen
hangen.
Gebruik het apparaat niet
in de buurt van apparaten
die op gas werken,
verwarmingsapparatuur of
open haarden.
Haal altijd de stekker uit
het stopcontact als u
de luchtuitlaat of voor de
luchtinlaat.
Let op
Dit apparaat is geen
vervanging voor goede
ventilatie, regelmatig
stofzuigen of het gebruik
van een afzuigkap of
ventilator tijdens het koken.
Als het stopcontact niet
goed is gemonteerd,
wordt de stekker van het
apparaat warm. Steek de
stekker van het apparaat
in een correct gemonteerd
stopcontact.
Plaats en gebruik het
apparaat altijd op een
droge, stabiele, vlakke en
horizontale ondergrond.
Laat minimaal 20 cm
vrij achter en aan beide
zijden van het apparaat.
Laat boven het apparaat
minimaal 30 cm vrij.
Plaats geen voorwerpen
op het apparaat en ga er
niet op zitten.
Plaats het apparaat
niet direct onder een
airconditioning. Zo
voorkomt u dat er
condensdruppels op het
apparaat terechtkomen.
82
NL
2 Uw luchtreiniger
Gefeliciteerd met uw aankoop en
welkom bij Philips!
Registreer uw product op
www.philips.com/welcome om optimaal
gebruik te kunnen maken van de door
Philips geboden ondersteuning.
Lees deze gebruiksaanwijzing
zorgvuldig door voordat u de eenheid
plaatst en gebruikt. Bewaar de
gebruiksaanwijzing om deze zo nodig
later te kunnen raadplegen.
De inhoud van de doos
Controleer de inhoud van de doos (afb.
a):
A Luchtkwaliteitssensor
B Filter 4: NanoProtect-lter (AC4124)
C Filter 3: NanoProtect actieve
koolstolter (AC4123)
D Filter 1: voorlter
E Gebruiksaanwijzing
F Garantie
het apparaat niet meer
gebruikt en voordat u het
gaat schoonmaken.
Gebruik het apparaat
niet in een ruimte
waar zich grote
temperatuurverschillen
voordoen, omdat hierdoor
condens in het apparaat
kan ontstaan.
Plaats het apparaat op ten
minste 2 meter afstand
van elektrische apparaten
die radiogolven ontvangen
(bijvoorbeeld TV's,
radio's en radiograsche
klokken) om storingen te
voorkomen.
Het apparaat is uitsluitend
bedoeld voor huishoudelijk
gebruik bij normale
gebruiksomstandigheden.
Gebruik het apparaat niet
in vochtige ruimten of in
ruimten met een hoge
temperatuur, zoals een
badkamer, toilet of keuken.
Koolmonoxide
(CO) en radon (Rn)
worden niet door dit
apparaat verwijderd.
Het apparaat kan niet
worden gebruikt als
beveiligingsmechanisme
bij ongevallen met
verbrandingsprocessen of
gevaarlijke chemicaliën.
83
NL
Nederlands
Opmerking
Zorg dat de kant met de twee
uitsteeksels in uw richting wijst, en dat
alle haakjes van het voorlter op de
juiste manier op de luchtreiniger zijn
bevestigd.
7 Plaats het voorpaneel terug door
eerst de bovenste haakjes in
het bovenste gedeelte van de
luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk
vervolgens het paneel tegen de
luchtreiniger (2) aan (afb. g).
3 Aan de slag
Filters plaatsen
Bij levering bevinden alle lters zich
al in de luchtreiniger, maar u dient de
verpakking van de lters te verwijderen
voordat u het apparaat in gebruik kunt
nemen. Verwijder alle lters, verwijder
de verpakking van de lters en plaats
de lters terug in de luchtreiniger zoals
hierna beschreven.
Opmerking
Plaats de lters in de juiste positie.
Zorg dat u de lters in de juiste volgorde
plaatst: NanoProtect-lter, NanoProtect
actieve koolstolter, voorlter.
Zorg dat de kant met het label in uw
richting wijst.
1 Plaats uw vingers in de
uitsparingen in de zijpanelen en
trek het bovenste gedeelte van het
voorpaneel voorzichtig naar u toe.
2 Trek het onderste gedeelte van
het paneel voorzichtig naar buiten
(1) en til vervolgens het bovenste
gedeelte van het voorpaneel naar
u toe (2) (afb. b).
3 Verwijder alle lters uit de
luchtreiniger (afb. c).
4 Verwijder al het
verpakkingsmateriaal van de lters
(afb. d).
5 Plaats de lters terug in de
luchtreiniger (afb. e).
6 Plaats het voorlter in de
luchtreiniger (afb. f).
84
NL
Beschermingsalarm
voor gezonde lucht
Doe dit
Lampje voor
vervanging van lter
blijft branden. Dit
duurt ongeveer 2
weken. Op de laatste
dag van de 2 weken,
piept de luchtreiniger
om de 30 minuten
om u te waarschuwen
dat de lters moeten
worden vervangen.
Vervang het
NanoProtect
actieve
koolstolter
en het
NanoProtect-
lter.
Inschakelen
1
Steek de stekker van de
luchtreiniger in het stopcontact.
» Alle lampjes gaan twee keer
branden en u hoort een
pieptoon. Dan gaan de lampjes
weer uit.
2 Druk op de knop
om de
luchtreiniger in te schakelen
(afb. i).
» De luchtkwaliteitsindicator geeft
de huidige luchtkwaliteit aan.
» Het lampje
van de
ventilatorsnelheid gaat branden
(afb. j).
3 Druk op de knop
om de
luchtreiniger uit te schakelen.
4 De luchtreiniger
gebruiken
De
luchtkwaliteitsindicator
Kleur van de
luchtkwaliteitsindicator
Luchtkwalitei-
tsniveau
Blauw Goed
Paars Fair
Rood Vreselijk
De luchtkwaliteitsindicator gaat
automatisch aan als u de luchtreiniger
inschakelt.
Opmerking
De luchtkwaliteit wordt
door de ingebouwde sensor
gemeten. Vervolgens licht de
luchtkwaliteitsindicator automatisch
op in de kleur die bij de betreende
luchtkwaliteit hoort. Als de lucht schoon
is, licht de luchtkwaliteitsindicator
blauw op. Als de luchtkwaliteit slechter
wordt, verandert de kleur van de
luchtkwaliteitsindicator in paars of rood.
Het beschermingsalarm
voor gezonde lucht
Het ltervervangingslampje ( ) geeft
aan dat de lters moeten worden
vervangen (afb. h).
85
NL
Nederlands
Timerlampje Gevoeligheidsniveau
Extra gevoelig
Gevoelig
Standaard
2 Druk op de knop
om het
gevoeligheidsniveau van de
luchtkwaliteitssensor aan te passen
(afb. k).
» Een van de lampjes
(
, of ) gaat branden om
het voorkeursniveau voor
de gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssensor aan te
geven.
3 Druk op de knop
om de
luchtreiniger uit te schakelen.
Opmerking
Na het wijzigen van het
gevoeligheidsniveau begint de
luchtreiniger zodra deze wordt
ingeschakeld automatisch op het
ingestelde gevoeligheidsniveau te
werken.
De ventilatorsnelheid
wijzigen
Handmatig
De snelheid van de ventilator kan
handmatig worden ingesteld.
1 Druk op de knop
om de
luchtreiniger in te schakelen (afb.
i).
2 Druk één of meerdere keren
op de knop
om de gewenste
ventilatorsnelheid te kiezen:
, ,
of
(afb. l).
De gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssensor
instellen
Mensen met bepaalde
gezondheidsproblemen (denk
aan allergische reacties en astma)
hebben extra behoefte aan gezonde
lucht. Daarom kan de gevoeligheid
van de luchtkwaliteitssensor van
de luchtreiniger worden aangepast.
Als u de sensor instelt op een
hoger gevoeligheidsniveau, start de
luchtreiniger eerder (bij een lager
vervuilingsniveau) met het reinigen van
de lucht.
Er zijn 3 gevoeligheidsniveaus:
Extra gevoelig (standaardinstelling)
Gevoelig
Standaard
U kunt de gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssenssor op de volgende
manier aanpassen.
Opmerking
Als de sensor op een hogere
gevoeligheid is ingesteld, start
de luchtreiniger bij lagere
vervuilingsniveaus met het reinigen
van de lucht om de lucht nog schoner
te maken. Steek de stekker van de
luchtreiniger in het stopcontact
voordat u de gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssensor aanpast.
1 Druk op de knop
en steek
tegelijkertijd de stekker in het
stopcontact.
» De luchtreiniger piept twee keer
en een van de lampjes
( , of
) gaat branden om het huidige
gevoeligheidsniveau van de
luchtkwaliteitssensor aan te
geven.
86
NL
Als u de timerfunctie wilt uitschakelen,
drukt u herhaaldelijk op de knop
tot
het timerlampje (
, , of ) uit gaat.
Tip
Als de luchtkwaliteitsindicator blauw is,
betekent dit dat de luchtkwaliteit goed
is en dat u een lagere ventilatorsnelheid
kunt selecteren.
Slaapmodus
In de slaapmodus werkt het luchtlter
vrijwel geruisloos en zijn alle lampjes
gedimd om uw nachtrust niet te
verstoren.
1 Druk op de knop
om de
luchtreiniger in te schakelen (afb.
i).
2 Druk op de knop om de
slaapmodus te selecteren.
» Het lampje
gaat branden (afb.
m).
Als u een andere ventilatorsnelheid wilt
selecteren, drukt u op de knop
.
De timer instellen
Met de timerfunctie kunt u de
luchtreiniger zo instellen dat deze
gedurende een bepaald aantal uren
in werking is. Wanneer de ingestelde
tijd is verstreken, schakelt de timer het
apparaat automatisch uit.
1 Druk op de knop
om de
luchtreiniger in te schakelen
(afb. i).
2 Druk op de knop
om de timer in
te schakelen (afb. k).
» Het lampje voor de timer (
, ,
of
) gaat branden.
3 Druk herhaaldelijk op de knop
om het aantal uren te selecteren
gedurende welke de luchtreiniger
in werking moet zijn.
87
NL
Nederlands
Opmerking
Als de vochtigheidsgraad in de
ruimte zeer hoog is, bestaat
de kans op condensvorming
op de luchtkwaliteitssensor.
Hierdoor kan het gebeuren dat de
luchtkwaliteitsindicator aangeeft
dat de luchtkwaliteit slecht is,
terwijl dit niet zo is. In dit geval
moet u de luchtkwaliteitssensor
reinigen of een van de handmatige
snelheidsinstellingen gebruiken.
1 Reinig de inlaat en de uitlaat van
de luchtkwaliteitssensor met een
zachte borstel (afb. n).
2 Verwijder het deksel van de
luchtkwaliteitssensor (afb. o).
3 Reinig de luchtkwaliteitssensor,
de stonlaat en de stofuitlaat met
een licht bevochtigd wattenstaafje
(afb. p).
4 Maak ze droog met een droog
wattenstaafje.
5 Plaats het klepje van de
luchtkwaliteitssensor terug.
5 De luchtreiniger
schoonmaken
Opmerking
Haal altijd de stekker uit het
stopcontact voordat u de luchtreiniger
schoonmaakt.
Dompel de luchtreiniger nooit onder in
water of een andere vloeistof.
Maak de luchtreiniger nooit schoon met
schurende, agressieve of brandbare
schoonmaakmiddelen zoals bleek of
alcohol.
Alleen het voorlter mag worden
afgewassen. Andere luchtreinigerlters
zijn niet wasbaar en mogen ook niet
met een stofzuiger worden gereinigd.
De luchtreiniger
schoonmaken
Reinig regelmatig de binnen- en
buitenkant van de luchtreiniger om
ophoping van stof te voorkomen.
1 Stof de luchtreiniger af met een
droge, zachte doek.
2 Gebruik een droge, zachte doek om
de luchtinlaat en -uitlaat schoon te
maken.
De luchtkwaliteitssensor
reinigen
Reinig de luchtkwaliteitssensor om de 2
maanden om de luchtreiniger optimaal
te laten functioneren. Reinig de sensor
vaker als u de luchtreiniger in een
stoge omgeving gebruikt.
88
NL
6 Reinig het
voorfilter
Opmerking
Het voorlter kan worden afgewassen
en met de stofzuiger worden gereinigd.
Reinig het voorlter om de twee weken
om de luchtreiniger optimaal te laten
functioneren.
1 Schakel de luchtreiniger uit en haal
de stekker uit het stopcontact.
2 Plaats uw vingers in de
uitsparingen in de zijpanelen en
trek het onderste gedeelte van
het voorpaneel (1) voorzichtig
naar u toe. Til vervolgens de
haakjes boven aan het paneel
uit het bovenste gedeelte van de
luchtreiniger (2) (afb. b).
3 Om het voorlter te verwijderen,
pakt u de twee uitsteeksels vast en
trekt het lter naar u toe (afb. q).
4 Gebruik een stofzuiger om het
voorlter te reinigen of was het
voorlter af onder een lopende
kraan. Als het voorlter heel vuil
is, kunt u een zachte borstel
gebruiken om het stof weg te
borstelen (afb. r).
5 Laat het voorlter drogen.
6 Plaats het voorlter terug in de
luchtreiniger. Bevestig alle haakjes
goed op de luchtreiniger (afb. f).
7 Plaats het voorpaneel terug door
eerst de bovenste haakjes in
het bovenste gedeelte van de
luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk
vervolgens het paneel tegen de
luchtreiniger (2) aan (afb. g).
Opmerking
U kunt het stof van het voorlter ook
met een stofzuiger verwijderen.
Zorg dat het voorlter helemaal droog
is. Als het voorlter nog vochtig is,
kunnen bacteriën zich in het lter
vermenigvuldigen en de levensduur van
het voorlter verkorten.
Zorg dat de kant met de twee
uitsteeksels in uw richting wijst, en dat
alle haakjes van het voorlter op de
juiste manier op de luchtreiniger zijn
bevestigd.
89
NL
Nederlands
Opmerking
Plaats de lters in de juiste positie.
Zorg dat u de lters in de juiste volgorde
plaatst: NanoProtect-lter, NanoProtect
actieve koolstolter, voorlter.
Zorg dat de kant met het label in uw
richting wijst.
1 Schakel de luchtreiniger uit en haal
de stekker uit het stopcontact.
2 Plaats uw vingers in de
uitsparingen in de zijpanelen en
trek het onderste gedeelte van het
voorpaneel voorzichtig naar u toe.
Til het paneel uit de haakjes boven
aan de luchtreiniger (afb. b).
3 Verwijder de lters met het label op
het lter. Pak de lters aan beide
kanten vast en gooi ze voorzichtig
in de prullenbak (afb. s).
Opmerking
Raak het geplooide oppervlak van het
lter niet aan en ruik niet aan het lter.
Het lter bevat vervuilende stoen uit
de lucht.
Was uw handen nadat u de gebruikte
lters hebt weggegooid.
4 Verwijder al het
verpakkingsmateriaal van de
nieuwe lters (afb. d).
5 Plaats eerst het nieuwe
NanoProtect-lter in de
luchtreiniger (afb. t).
6 Plaats vervolgens het nieuwe
NanoProtect actieve koolstolter in
de luchtreiniger (afb. u).
7 Plaats het voorlter in de
luchtreiniger (afb. f).
7 De filters
vervangen
Het ltervervangingslampje ( ) geeft
aan dat de lters moeten worden
vervangen.
Opmerking
Als u het voorpaneel verwijdert om
het lter te vervangen terwijl de
luchtreiniger is ingeschakeld, zijn alle
lampjes op het bedieningspaneel uit.
Zodra het voorpaneel is teruggeplaatst
op de luchtreiniger, knipperen
alle lampjes twee keer. Dan is de
luchtreiniger uitgeschakeld. 1 Druk
op de knop
om de luchtreiniger weer
in te schakelen.
Vervang het NanoProtect
actieve koolstolter en
het NanoProtect-lter.
Opmerking
Het NanoProtect actieve koolstolter
en het NanoProtect-lter zijn niet
wasbaar en kunnen ook niet met een
stofzuiger worden gereinigd.
Vervang zowel het NanoProtect actieve
koolstolter als het NanoProtect-lter
wanneer het lampje
gaat branden. Dit
lampje brandt ongeveer 2 weken.
Op de laatste dag van de 2 weken piept
de luchtreiniger om de 30 minuten om
u te waarschuwen dat de lters moeten
worden vervangen.
90
NL
8 De
levensduurteller
van het filter
terugzetten
Als u de lters vervangt, is het belangrijk
dat u na aoop ook de levensduurteller
van de lters terugzet. Zo werkt
de luchtreiniger synchroon aan de
levensduur van de lters.
Zet de ltertijd na het vervangen van de
lters terug op nul:
1 Schakel de luchtreiniger uit en haal
de stekker uit het stopcontact.
2 Vervang de lters van de
luchtreiniger (zie ‘De lters
vervangen’).
3 Steek de stekker in het stopcontact
en zet de luchtreiniger weer aan.
4 Houd de knop 2 seconden
ingedrukt (afb. v).
Opmerking
Zorg dat de luchtreiniger op het
stopcontact is aangesloten en is
ingeschakeld wanneer u deze op nul
zet.
Vervang de lters pas wanneer het
lampje gaat branden.
Opmerking
Zorg dat de kant met de twee
uitsteeksels in uw richting wijst, en dat
alle haakjes van het voorlter op de
juiste manier op de luchtreiniger zijn
bevestigd.
8 Plaats het voorpaneel terug door
eerst de bovenste haakjes in
het bovenste gedeelte van de
luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk
vervolgens het paneel tegen de
luchtreiniger (2) aan (afb. g).
9 Zet de levensduur van het
NanoProtect actieve koolstolter
en het NanoProtect-lter terug op
nul (zie ‘De levensduurteller van
het lter terugzetten’).
91
NL
Nederlands
9 Problemen oplossen
Dit hoofdstuk behandelt in het kort de problemen die u kunt tegenkomen tijdens het
gebruik van uw luchtreiniger. Als u er niet in slaagt het probleem op te lossen met
behulp van de onderstaande informatie, neem dan contact op met het Consumer Care
Centre in uw land.
Probleem Mogelijke oplossing
Het lampje
brandt
continu.
Het lter is vol. Vervang het lter en reset de
levensduurteller van het lter.
Er komt geen lucht uit
de luchtuitlaat.
De luchtreiniger is niet op de stroomvoorziening
aangesloten. Steek de stekker van de luchtreiniger in het
stopcontact en schakel het apparaat in.
De ventilatorsnelheid
verandert niet wanneer
de slaapmodus wordt
geactiveerd.
In de slaapmodus is de ventilatorsnelheid heel laag
ingesteld. Als u de snelheid van de ventilator wilt wijzigen,
drukt u een of meerdere keren op de knop
om de
gewenste ventilatorsnelheid in te stellen.
De luchtstroom
afkomstig uit de
luchtuitlaat is
aanzienlijk zwakker
dan voorheen.
Het voorlter is vuil. Maak het voorlter schoon (zie het
hoofdstuk 'Het voorlter reinigen').
U hebt niet al het verpakkingsmateriaal van de lters
verwijderd. Zorg dat al het verpakkingsmateriaal wordt
verwijderd.
De luchtkwaliteit wordt
niet beter, ook niet
als de luchtreiniger al
gedurende lange tijd is
ingeschakeld.
Een van de lters is niet in de luchtreiniger geplaatst.
Controleer of alle lters op de juiste manier in de
volgende volgorde zijn geplaatst: 1) NanoProtect-lter,
2) NanoProtect actieve koolstolter en 3) voorlter.
De luchtkwaliteitsensor is vochtig. De vochtigheidsgraad
in de ruimte is hoog en veroorzaakt condens. Zorg dat
de luchtkwaliteitssensor schoon en droog is (zie ‘De
luchtkwaliteitssensor reinigen’).
De kleur van de
luchtkwaliteitsindicator
blijft ongewijzigd.
De luchtkwaliteitssensor is verontreinigd. Reinig de
luchtkwaliteitssensor (zie ‘De luchtkwaliteitssensor
reinigen’).
De ruimte wordt onvoldoende geventileerd. Open een
raam om de luchtcirculatie te verbeteren.
Ik heb schonere lucht
nodig omdat ik een
allergie heb.
U kunt de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor
wijzigen (zie ‘De gevoeligheid van de
luchtkwaliteitssensor instellen’) om de luchtreiniger de
lucht nog beter te laten zuiveren.
92
NL
Probleem Mogelijke oplossing
De luchtreiniger maakt
te veel geluid.
Controleer of u al het verpakkingsmateriaal van de
lters hebt verwijderd.
Als het apparaat nog steeds te luid is, kunt u de
snelheid van de ventilator lager zetten.
De luchtreiniger blijft
aangeven dat ik een
lter moet vervangen,
maar dat heb ik al
gedaan.
Misschien hebt u niet goed op de knop
gedrukt. Steek
de stekker van het apparaat in het stopcontact, druk op
de knop
om het apparaat in te schakelen, en houd de
knop
2 seconden ingedrukt.
93
NL
Nederlands
11 Kennisgevingen
Elektromagnetische
velden (EMV)
Dit Philips-apparaat voldoet aan alle
toepasbare richtlijnen en voorschriften
met betrekking tot blootstelling aan
elektromagnetische velden.
Naleving van norm voor
elektromagnetische velden
(EMF)
Koninklijke Philips N.V. maakt en
verkoopt vele consumentenproducten
die net als andere elektronische
apparaten elektromagnetische signalen
kunnen uitstralen en ontvangen.
Een van de belangrijkste zakelijke
principes van Philips is ervoor te zorgen
dat al onze producten voldoen aan alle
geldende vereisten inzake gezondheid
en veiligheid en ervoor te zorgen dat
onze producten ruimschoots voldoen
aan de EMF-normen die gelden op het
ogenblik dat onze producten worden
vervaardigd.
Philips streeft ernaar geen producten te
ontwikkelen, te maken en op de markt
te brengen die schadelijk kunnen zijn
voor de gezondheid. Philips bevestigt
dat als zijn producten correct voor het
daartoe bestemde gebruik worden
aangewend, deze volgens de nieuwste
wetenschappelijke onderzoeken op het
moment van de publicatie van deze
handleiding veilig zijn om te gebruiken.
10 Garantie en
service
Als u informatie nodig hebt of als u een
probleem hebt, gaat u naar de Philips-
website (www.philips.com) of neemt u
contact op met het Philips Consumer
Care Centre in uw land (u vindt het
telefoonnummer in het 'worldwide
guarantee'-vouwblad). Als er geen
Consumer Care Centre in uw land is, ga
dan naar uw Philips-dealer.
Onderdelen of
accessoires bestellen
Als u een onderdeel moet vervangen
of als u een extra onderdeel wilt
kopen, kunt u contact opnemen met
uw Philips-dealer of gaat u naar www.
philips.com/support.
Als u problemen hebt bij het bestellen
van onderdelen, neemt u contact op
met het Philips Consumer Care Centre
in uw land (u vindt het telefoonnummer
in het 'worldwide guarantee'-
vouwblad).
94
NL
Philips speelt een actieve rol in de
ontwikkeling van internationale EMV-
en veiligheidsnormen, wat Philips in
staat stelt in te spelen op toekomstige
normen en deze tijdig te integreren in
zijn producten.
Eventuele wijzigingen of modicaties
aan het apparaat die niet uitdrukkelijk
zijn goedgekeurd door Philips
Consumer Lifestyle kunnen tot gevolg
hebben dat gebruikers het recht
verliezen het apparaat te gebruiken.
Recycling
Dit symbool betekent dat dit
product niet bij het gewone
huishoudelijke afval mag worden
weggegooid (2012/19/EU).
Volg de geldende regels in uw land
voor de gescheiden inzameling van
elektrische en elektronische producten.
Als u correct verwijdert, voorkomt u
negatieve gevolgen voor het milieu en
de volksgezondheid.

Documenttranscriptie

Inhoud 1 10 Garantie en service    Belangrijk Veiligheid    2 Uw luchtreiniger    De inhoud van de doos    3 Aan de slag    Filters plaatsen    80 82 82 83 83 4 De luchtreiniger gebruiken    84 De luchtkwaliteitsindicator    Het beschermingsalarm voor gezonde lucht    Inschakelen    De gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor instellen    De ventilatorsnelheid wijzigen    Handmatig    De timer instellen    93 Onderdelen of accessoires bestellen    93 11 Kennisgevingen    93 Elektromagnetische velden (EMV)    Naleving van norm voor elektromagnetische velden (EMF)    Recycling     93 93 94 84 84 84 85 85 85 86 5 De luchtreiniger schoonmaken    6 Reinig het voorfilter    88 7 De filters vervangen    89 Vervang het NanoProtect actieve koolstoffilter en het NanoProtect-filter.    89 8 De levensduurteller van het filter terugzetten    90 9 Problemen oplossen    Ne de r la nd s 87 De luchtreiniger schoonmaken    87 De luchtkwaliteitssensor reinigen   87 91 NL 79 1 Belangrijk Veiligheid Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar de gebruiksaanwijzing om deze zo nodig later te kunnen raadplegen. Gevaar •• Zorg ervoor dat er geen ontvlambare schoonmaakmiddelen, water of andere vloeistoffen in het apparaat komen. Zo voorkomt u elektrische schokken en/of brandgevaar. •• Maak het apparaat niet schoon met (ontvlambare) schoonmaakmiddelen, water of andere vloeistoffen. Zo voorkomt u elektrische schokken en/of brandgevaar. Waarschuwing •• Controleer of het voltage aangegeven op de onderkant of de achterkant van het apparaat overeenkomt met de plaatselijke netspanning voordat u het apparaat gaat aansluiten. 80 NL •• Indien het netsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door Philips, een door Philips geautoriseerd servicecentrum of personen met vergelijkbare kwalificaties om gevaar te voorkomen. •• Gebruik het apparaat niet als de stekker, het netsnoer of het apparaat zelf beschadigd is. •• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke capaciteiten of weinig ervaring en kennis, mits zij toezicht of instructie hebben ontvangen aangaande veilig gebruik van het apparaat, en zij de gevaren van het gebruik begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mogen niet zonder toezicht door kinderen worden uitgevoerd. •• De luchtinlaat en -uitlaat mogen niet worden geblokkeerd. Leg dus geen voorwerpen boven op •• Zorg dat alle filters correct zijn geplaatst voordat u het apparaat inschakelt. •• Gebruik alleen oorspronkelijke, speciaal voor dit apparaat bestemde filters van Philips. Gebruik geen andere filters. •• Stoot niet met harde voorwerpen tegen het apparaat (dit geldt in het bijzonder voor de luchtinlaat en -uitlaat). •• Gebruik alleen het handvat op de achterkant om het apparaat op te tillen of te verplaatsen. •• Steek niet uw vingers of andere voorwerpen in de luchtuitlaat. •• Gebruik dit apparaat niet als u insectenwerende middelen hebt gebruikt die rook verspreiden of in ruimten waar zich olieresten bevinden, waar wierook wordt gebrand of waar chemische dampen hangen. •• Gebruik het apparaat niet in de buurt van apparaten die op gas werken, verwarmingsapparatuur of open haarden. •• Haal altijd de stekker uit het stopcontact als u NL 81 Ne de r la nd s de luchtuitlaat of voor de luchtinlaat. Let op •• Dit apparaat is geen vervanging voor goede ventilatie, regelmatig stofzuigen of het gebruik van een afzuigkap of ventilator tijdens het koken. •• Als het stopcontact niet goed is gemonteerd, wordt de stekker van het apparaat warm. Steek de stekker van het apparaat in een correct gemonteerd stopcontact. •• Plaats en gebruik het apparaat altijd op een droge, stabiele, vlakke en horizontale ondergrond. •• Laat minimaal 20 cm vrij achter en aan beide zijden van het apparaat. Laat boven het apparaat minimaal 30 cm vrij. •• Plaats geen voorwerpen op het apparaat en ga er niet op zitten. •• Plaats het apparaat niet direct onder een airconditioning. Zo voorkomt u dat er condensdruppels op het apparaat terechtkomen. het apparaat niet meer gebruikt en voordat u het gaat schoonmaken. •• Gebruik het apparaat niet in een ruimte waar zich grote temperatuurverschillen voordoen, omdat hierdoor condens in het apparaat kan ontstaan. •• Plaats het apparaat op ten minste 2 meter afstand van elektrische apparaten die radiogolven ontvangen (bijvoorbeeld TV's, radio's en radiografische klokken) om storingen te voorkomen. •• Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik bij normale gebruiksomstandigheden. •• Gebruik het apparaat niet in vochtige ruimten of in ruimten met een hoge temperatuur, zoals een badkamer, toilet of keuken. •• Koolmonoxide (CO) en radon (Rn) worden niet door dit apparaat verwijderd. Het apparaat kan niet worden gebruikt als beveiligingsmechanisme bij ongevallen met verbrandingsprocessen of gevaarlijke chemicaliën. 82 NL 2 Uw luchtreiniger Gefeliciteerd met uw aankoop en welkom bij Philips! Registreer uw product op www.philips.com/welcome om optimaal gebruik te kunnen maken van de door Philips geboden ondersteuning. Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de eenheid plaatst en gebruikt. Bewaar de gebruiksaanwijzing om deze zo nodig later te kunnen raadplegen. De inhoud van de doos Controleer de inhoud van de doos (afb. a): A Luchtkwaliteitssensor B Filter 4: NanoProtect-filter (AC4124) C Filter 3: NanoProtect actieve koolstoffilter (AC4123) D Filter 1: voorfilter E Gebruiksaanwijzing F Garantie 3 Aan de slag Filters plaatsen Bij levering bevinden alle filters zich al in de luchtreiniger, maar u dient de verpakking van de filters te verwijderen voordat u het apparaat in gebruik kunt nemen. Verwijder alle filters, verwijder de verpakking van de filters en plaats de filters terug in de luchtreiniger zoals hierna beschreven. Opmerking • Zorg dat de kant met de twee uitsteeksels in uw richting wijst, en dat alle haakjes van het voorfilter op de juiste manier op de luchtreiniger zijn bevestigd. 7 Plaats het voorpaneel terug door eerst de bovenste haakjes in het bovenste gedeelte van de luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk vervolgens het paneel tegen de luchtreiniger (2) aan (afb. g). Opmerking • Plaats de filters in de juiste positie. • Zorg dat u de filters in de juiste volgorde plaatst: NanoProtect-filter, NanoProtect actieve koolstoffilter, voorfilter. • Zorg dat de kant met het label in uw richting wijst. 2 3 4 5 6 Plaats uw vingers in de uitsparingen in de zijpanelen en trek het bovenste gedeelte van het voorpaneel voorzichtig naar u toe. Trek het onderste gedeelte van het paneel voorzichtig naar buiten (1) en til vervolgens het bovenste gedeelte van het voorpaneel naar u toe (2) (afb. b). Ne de r la nd s 1 Verwijder alle filters uit de luchtreiniger (afb. c). Verwijder al het verpakkingsmateriaal van de filters (afb. d). Plaats de filters terug in de luchtreiniger (afb. e). Plaats het voorfilter in de luchtreiniger (afb. f). NL 83 4 De luchtreiniger gebruiken De luchtkwaliteitsindicator Kleur van de luchtkwaliteitsindicator Blauw Paars Rood Luchtkwaliteitsniveau Goed Fair Vreselijk De luchtkwaliteitsindicator gaat automatisch aan als u de luchtreiniger inschakelt. Opmerking • De luchtkwaliteit wordt door de ingebouwde sensor gemeten. Vervolgens licht de luchtkwaliteitsindicator automatisch op in de kleur die bij de betreffende luchtkwaliteit hoort. Als de lucht schoon is, licht de luchtkwaliteitsindicator blauw op. Als de luchtkwaliteit slechter wordt, verandert de kleur van de luchtkwaliteitsindicator in paars of rood. Het beschermingsalarm voor gezonde lucht Het filtervervangingslampje ( ) geeft aan dat de filters moeten worden vervangen (afb. h). 84 NL Beschermingsalarm voor gezonde lucht Lampje voor vervanging van filter blijft branden. Dit duurt ongeveer 2 weken. Op de laatste dag van de 2 weken, piept de luchtreiniger om de 30 minuten om u te waarschuwen dat de filters moeten worden vervangen. Doe dit Vervang het NanoProtect actieve koolstoffilter en het NanoProtectfilter. Inschakelen 1 2 Steek de stekker van de luchtreiniger in het stopcontact. »» Alle lampjes gaan twee keer branden en u hoort een pieptoon. Dan gaan de lampjes weer uit. Druk op de knop  om de luchtreiniger in te schakelen (afb. i). »» De luchtkwaliteitsindicator geeft de huidige luchtkwaliteit aan. »» Het lampje van de ventilatorsnelheid gaat branden (afb. j). 3 Druk op de knop  om de luchtreiniger uit te schakelen. Timerlampje Mensen met bepaalde gezondheidsproblemen (denk aan allergische reacties en astma) hebben extra behoefte aan gezonde lucht. Daarom kan de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor van de luchtreiniger worden aangepast. Als u de sensor instelt op een hoger gevoeligheidsniveau, start de luchtreiniger eerder (bij een lager vervuilingsniveau) met het reinigen van de lucht. Er zijn 3 gevoeligheidsniveaus: • Extra gevoelig (standaardinstelling) • Gevoelig • Standaard U kunt de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssenssor op de volgende manier aanpassen. 2 • Als de sensor op een hogere gevoeligheid is ingesteld, start de luchtreiniger bij lagere vervuilingsniveaus met het reinigen van de lucht om de lucht nog schoner te maken. Steek de stekker van de luchtreiniger in het stopcontact voordat u de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor aanpast. Druk op de knop  en steek tegelijkertijd de stekker in het stopcontact. »» De luchtreiniger piept twee keer en een van de lampjes ( , of ) gaat branden om het huidige gevoeligheidsniveau van de luchtkwaliteitssensor aan te geven.  3 Druk op de knop  om de luchtreiniger uit te schakelen. Opmerking • Na het wijzigen van het gevoeligheidsniveau begint de luchtreiniger zodra deze wordt ingeschakeld automatisch op het ingestelde gevoeligheidsniveau te werken. De ventilatorsnelheid wijzigen Handmatig De snelheid van de ventilator kan handmatig worden ingesteld. 1  1 Druk op de knop om het gevoeligheidsniveau van de luchtkwaliteitssensor aan te passen (afb. k). »» Een van de lampjes ( , of ) gaat branden om het voorkeursniveau voor de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor aan te geven. Ne de r la nd s Opmerking Gevoeligheidsniveau Extra gevoelig Gevoelig Standaard  De gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor instellen 2 Druk op de knop  om de luchtreiniger in te schakelen (afb. i). Druk één of meerdere keren op de knop om de gewenste ventilatorsnelheid te kiezen: , of (afb. l). NL , 85 •• Als de luchtkwaliteitsindicator blauw is, betekent dit dat de luchtkwaliteit goed is en dat u een lagere ventilatorsnelheid kunt selecteren. Slaapmodus In de slaapmodus werkt het luchtfilter vrijwel geruisloos en zijn alle lampjes gedimd om uw nachtrust niet te verstoren. 1 2 Druk op de knop  om de luchtreiniger in te schakelen (afb. i). Druk op de knop om de slaapmodus te selecteren. »» Het lampje gaat branden (afb. m). Als u een andere ventilatorsnelheid wilt selecteren, drukt u op de knop . De timer instellen Met de timerfunctie kunt u de luchtreiniger zo instellen dat deze gedurende een bepaald aantal uren in werking is. Wanneer de ingestelde tijd is verstreken, schakelt de timer het apparaat automatisch uit. 3 86 Druk op de knop om de timer in te schakelen (afb. k). »» Het lampje voor de timer ( , , of ) gaat branden.  2 Druk op de knop  om de luchtreiniger in te schakelen (afb. i).  1 Druk herhaaldelijk op de knop om het aantal uren te selecteren gedurende welke de luchtreiniger in werking moet zijn. NL Als u de timerfunctie wilt uitschakelen, drukt u herhaaldelijk op de knop tot het timerlampje ( , , of ) uit gaat.  Tip 5 De luchtreiniger schoonmaken Opmerking • Haal altijd de stekker uit het stopcontact voordat u de luchtreiniger schoonmaakt. • Dompel de luchtreiniger nooit onder in water of een andere vloeistof. • Maak de luchtreiniger nooit schoon met schurende, agressieve of brandbare schoonmaakmiddelen zoals bleek of alcohol. • Alleen het voorfilter mag worden afgewassen. Andere luchtreinigerfilters zijn niet wasbaar en mogen ook niet met een stofzuiger worden gereinigd. De luchtreiniger schoonmaken Opmerking • Als de vochtigheidsgraad in de ruimte zeer hoog is, bestaat de kans op condensvorming op de luchtkwaliteitssensor. Hierdoor kan het gebeuren dat de luchtkwaliteitsindicator aangeeft dat de luchtkwaliteit slecht is, terwijl dit niet zo is. In dit geval moet u de luchtkwaliteitssensor reinigen of een van de handmatige snelheidsinstellingen gebruiken. 1 2 3 4 5 Reinig de inlaat en de uitlaat van de luchtkwaliteitssensor met een zachte borstel (afb. n). Verwijder het deksel van de luchtkwaliteitssensor (afb. o). Reinig de luchtkwaliteitssensor, de stofinlaat en de stofuitlaat met een licht bevochtigd wattenstaafje (afb. p). Maak ze droog met een droog wattenstaafje. Plaats het klepje van de luchtkwaliteitssensor terug. Reinig regelmatig de binnen- en buitenkant van de luchtreiniger om ophoping van stof te voorkomen. 2 Stof de luchtreiniger af met een droge, zachte doek. Ne de r la nd s 1 Gebruik een droge, zachte doek om de luchtinlaat en -uitlaat schoon te maken. De luchtkwaliteitssensor reinigen Reinig de luchtkwaliteitssensor om de 2 maanden om de luchtreiniger optimaal te laten functioneren. Reinig de sensor vaker als u de luchtreiniger in een stoffige omgeving gebruikt. NL 87 6 Reinig het voorfilter Opmerking • Het voorfilter kan worden afgewassen en met de stofzuiger worden gereinigd. • Reinig het voorfilter om de twee weken om de luchtreiniger optimaal te laten functioneren. 1 2 3 4 5 6 7 88 Schakel de luchtreiniger uit en haal de stekker uit het stopcontact. Plaats uw vingers in de uitsparingen in de zijpanelen en trek het onderste gedeelte van het voorpaneel (1) voorzichtig naar u toe. Til vervolgens de haakjes boven aan het paneel uit het bovenste gedeelte van de luchtreiniger (2) (afb. b). Om het voorfilter te verwijderen, pakt u de twee uitsteeksels vast en trekt het filter naar u toe (afb. q). Gebruik een stofzuiger om het voorfilter te reinigen of was het voorfilter af onder een lopende kraan. Als het voorfilter heel vuil is, kunt u een zachte borstel gebruiken om het stof weg te borstelen (afb. r). Laat het voorfilter drogen. Plaats het voorfilter terug in de luchtreiniger. Bevestig alle haakjes goed op de luchtreiniger (afb. f). Plaats het voorpaneel terug door eerst de bovenste haakjes in het bovenste gedeelte van de luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk vervolgens het paneel tegen de luchtreiniger (2) aan (afb. g). NL Opmerking • U kunt het stof van het voorfilter ook met een stofzuiger verwijderen. • Zorg dat het voorfilter helemaal droog is. Als het voorfilter nog vochtig is, kunnen bacteriën zich in het filter vermenigvuldigen en de levensduur van het voorfilter verkorten. • Zorg dat de kant met de twee uitsteeksels in uw richting wijst, en dat alle haakjes van het voorfilter op de juiste manier op de luchtreiniger zijn bevestigd. 7 De filters vervangen Het filtervervangingslampje ( ) geeft aan dat de filters moeten worden vervangen. Opmerking • Als u het voorpaneel verwijdert om het filter te vervangen terwijl de luchtreiniger is ingeschakeld, zijn alle lampjes op het bedieningspaneel uit. • Zodra het voorpaneel is teruggeplaatst op de luchtreiniger, knipperen alle lampjes twee keer. Dan is de luchtreiniger uitgeschakeld. 1 Druk op de knop om de luchtreiniger weer in te schakelen. Opmerking • Plaats de filters in de juiste positie. • Zorg dat u de filters in de juiste volgorde plaatst: NanoProtect-filter, NanoProtect actieve koolstoffilter, voorfilter. • Zorg dat de kant met het label in uw richting wijst. 1 2 3  Schakel de luchtreiniger uit en haal de stekker uit het stopcontact. Plaats uw vingers in de uitsparingen in de zijpanelen en trek het onderste gedeelte van het voorpaneel voorzichtig naar u toe. Til het paneel uit de haakjes boven aan de luchtreiniger (afb. b). Verwijder de filters met het label op het filter. Pak de filters aan beide kanten vast en gooi ze voorzichtig in de prullenbak (afb. s). Opmerking Opmerking • Het NanoProtect actieve koolstoffilter en het NanoProtect-filter zijn niet wasbaar en kunnen ook niet met een stofzuiger worden gereinigd. Vervang zowel het NanoProtect actieve koolstoffilter als het NanoProtect-filter wanneer het lampje gaat branden. Dit lampje brandt ongeveer 2 weken. Op de laatste dag van de 2 weken piept de luchtreiniger om de 30 minuten om u te waarschuwen dat de filters moeten worden vervangen. • Raak het geplooide oppervlak van het filter niet aan en ruik niet aan het filter. Het filter bevat vervuilende stoffen uit de lucht. • Was uw handen nadat u de gebruikte filters hebt weggegooid. 4 5 6 7 Verwijder al het verpakkingsmateriaal van de nieuwe filters (afb. d). Ne de r la nd s Vervang het NanoProtect actieve koolstoffilter en het NanoProtect-filter. Plaats eerst het nieuwe NanoProtect-filter in de luchtreiniger (afb. t). Plaats vervolgens het nieuwe NanoProtect actieve koolstoffilter in de luchtreiniger (afb. u). Plaats het voorfilter in de luchtreiniger (afb. f). NL 89 Opmerking • Zorg dat de kant met de twee uitsteeksels in uw richting wijst, en dat alle haakjes van het voorfilter op de juiste manier op de luchtreiniger zijn bevestigd. 8 9 Plaats het voorpaneel terug door eerst de bovenste haakjes in het bovenste gedeelte van de luchtreiniger (1) te bevestigen. Druk vervolgens het paneel tegen de luchtreiniger (2) aan (afb. g). Zet de levensduur van het NanoProtect actieve koolstoffilter en het NanoProtect-filter terug op nul (zie ‘De levensduurteller van het filter terugzetten’). 8 De levensduurteller van het filter terugzetten Als u de filters vervangt, is het belangrijk dat u na afloop ook de levensduurteller van de filters terugzet. Zo werkt de luchtreiniger synchroon aan de levensduur van de filters. Zet de filtertijd na het vervangen van de filters terug op nul: 1 2 3 4 Schakel de luchtreiniger uit en haal de stekker uit het stopcontact. Vervang de filters van de luchtreiniger (zie ‘De filters vervangen’). Steek de stekker in het stopcontact en zet de luchtreiniger weer aan. Houd de knop 2 seconden ingedrukt (afb. v). Opmerking • Zorg dat de luchtreiniger op het stopcontact is aangesloten en is ingeschakeld wanneer u deze op nul zet. • Vervang de filters pas wanneer het lampje gaat branden. 90 NL 9 Problemen oplossen Dit hoofdstuk behandelt in het kort de problemen die u kunt tegenkomen tijdens het gebruik van uw luchtreiniger. Als u er niet in slaagt het probleem op te lossen met behulp van de onderstaande informatie, neem dan contact op met het Consumer Care Centre in uw land. Het lampje continu. Mogelijke oplossing brandt Het filter is vol. Vervang het filter en reset de levensduurteller van het filter. Er komt geen lucht uit de luchtuitlaat. De luchtreiniger is niet op de stroomvoorziening aangesloten. Steek de stekker van de luchtreiniger in het stopcontact en schakel het apparaat in. De ventilatorsnelheid verandert niet wanneer de slaapmodus wordt geactiveerd. In de slaapmodus is de ventilatorsnelheid heel laag ingesteld. Als u de snelheid van de ventilator wilt wijzigen, drukt u een of meerdere keren op de knop om de gewenste ventilatorsnelheid in te stellen. De luchtstroom afkomstig uit de luchtuitlaat is aanzienlijk zwakker dan voorheen. • Het voorfilter is vuil. Maak het voorfilter schoon (zie het hoofdstuk 'Het voorfilter reinigen'). • U hebt niet al het verpakkingsmateriaal van de filters verwijderd. Zorg dat al het verpakkingsmateriaal wordt verwijderd. De luchtkwaliteit wordt niet beter, ook niet als de luchtreiniger al gedurende lange tijd is ingeschakeld. • Een van de filters is niet in de luchtreiniger geplaatst. Controleer of alle filters op de juiste manier in de volgende volgorde zijn geplaatst: 1) NanoProtect-filter, 2) NanoProtect actieve koolstoffilter en 3) voorfilter. • De luchtkwaliteitsensor is vochtig. De vochtigheidsgraad in de ruimte is hoog en veroorzaakt condens. Zorg dat de luchtkwaliteitssensor schoon en droog is (zie ‘De luchtkwaliteitssensor reinigen’). De kleur van de luchtkwaliteitsindicator blijft ongewijzigd. • De luchtkwaliteitssensor is verontreinigd. Reinig de luchtkwaliteitssensor (zie ‘De luchtkwaliteitssensor reinigen’). • De ruimte wordt onvoldoende geventileerd. Open een raam om de luchtcirculatie te verbeteren. Ik heb schonere lucht nodig omdat ik een allergie heb. U kunt de gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor wijzigen (zie ‘De gevoeligheid van de luchtkwaliteitssensor instellen’) om de luchtreiniger de lucht nog beter te laten zuiveren. NL 91 Ne de r la nd s Probleem Probleem Mogelijke oplossing De luchtreiniger maakt te veel geluid. • Controleer of u al het verpakkingsmateriaal van de filters hebt verwijderd. • Als het apparaat nog steeds te luid is, kunt u de snelheid van de ventilator lager zetten. De luchtreiniger blijft aangeven dat ik een filter moet vervangen, maar dat heb ik al gedaan. Misschien hebt u niet goed op de knop gedrukt. Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact, druk op de knop  om het apparaat in te schakelen, en houd de knop 2 seconden ingedrukt. 92 NL 10 Garantie en service 11 Kennisgevingen Als u informatie nodig hebt of als u een probleem hebt, gaat u naar de Philipswebsite (www.philips.com) of neemt u contact op met het Philips Consumer Care Centre in uw land (u vindt het telefoonnummer in het 'worldwide guarantee'-vouwblad). Als er geen Consumer Care Centre in uw land is, ga dan naar uw Philips-dealer. Elektromagnetische velden (EMV) Als u een onderdeel moet vervangen of als u een extra onderdeel wilt kopen, kunt u contact opnemen met uw Philips-dealer of gaat u naar www. philips.com/support. Als u problemen hebt bij het bestellen van onderdelen, neemt u contact op met het Philips Consumer Care Centre in uw land (u vindt het telefoonnummer in het 'worldwide guarantee'vouwblad). Naleving van norm voor elektromagnetische velden (EMF) Koninklijke Philips N.V. maakt en verkoopt vele consumentenproducten die net als andere elektronische apparaten elektromagnetische signalen kunnen uitstralen en ontvangen. Een van de belangrijkste zakelijke principes van Philips is ervoor te zorgen dat al onze producten voldoen aan alle geldende vereisten inzake gezondheid en veiligheid en ervoor te zorgen dat onze producten ruimschoots voldoen aan de EMF-normen die gelden op het ogenblik dat onze producten worden vervaardigd. Philips streeft ernaar geen producten te ontwikkelen, te maken en op de markt te brengen die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. Philips bevestigt dat als zijn producten correct voor het daartoe bestemde gebruik worden aangewend, deze volgens de nieuwste wetenschappelijke onderzoeken op het moment van de publicatie van deze handleiding veilig zijn om te gebruiken. NL 93 Ne de r la nd s Onderdelen of accessoires bestellen Dit Philips-apparaat voldoet aan alle toepasbare richtlijnen en voorschriften met betrekking tot blootstelling aan elektromagnetische velden. Philips speelt een actieve rol in de ontwikkeling van internationale EMVen veiligheidsnormen, wat Philips in staat stelt in te spelen op toekomstige normen en deze tijdig te integreren in zijn producten. Eventuele wijzigingen of modificaties aan het apparaat die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door Philips Consumer Lifestyle kunnen tot gevolg hebben dat gebruikers het recht verliezen het apparaat te gebruiken. Recycling Dit symbool betekent dat dit product niet bij het gewone huishoudelijke afval mag worden weggegooid (2012/19/EU). Volg de geldende regels in uw land voor de gescheiden inzameling van elektrische en elektronische producten. Als u correct verwijdert, voorkomt u negatieve gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid. 94 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96

Philips AC4012 Handleiding

Categorie
Luchtreinigers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor