Sony rm vl 1400 t de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

2
NL
Kenmerken
Met de afstandsbediening RM-VL1400T kunt u alle A/V-
componenten bedienen met één afstandsbediening. U
hebt dan niet voor elke A/V-component een afzonderlijke
afstandsbediening nodig. Hierna volgen de belangrijkste
kenmerken van het apparaat.
Maximaal 10 componenten tegelijk
bedienen
Met de afstandsbediening kunt u maximaal 10
componenten bedienen, inclusief uw televisie,
videorecorder, satelliettuner, DVD-speler, versterker,
CD-speler, enzovoort.
Centrale bediening van A/V-componenten
van Sony met één afstandsbediening
De afstandsbediening is in de fabriek ingesteld voor het
bedienen van Sony-componenten, dus na het uitpakken
kunt u de afstandsbediening onmiddellijk gebruiken als
regelcentrum voor uw A/V-componenten van Sony.
Afstandsbedieningssignalen voor
componenten van andere merken dan
Sony zijn ook vooraf ingesteld
De afstandsbediening herkent ook de voorinstelcodes van
componenten van de meeste andere merken, naast die
van Sony. Selecteer eenvoudig de bijbehorende codes om
al uw A/V-componenten te bedienen.
Aanleerfunctie voor het programmeren
van verschillende andere
afstandsbedieningssignalen
Deze afstandsbediening beschikt over een aanleerfunctie
waarmee het apparaat de afstandsbedieningssignalen kan
aanleren die zijn vereist om andere, niet vooraf
ingestelde componenten of functies te bedienen.
Daarnaast kan deze afstandsbediening
afstandsbedieningssignalen aanleren (alleen
infraroodsignalen) van andere componenten dan A/V-
componenten, zoals airconditioning, verlichting,
enzovoort (bepaalde producten of functies zijn wellicht
niet beschikbaar).
Maximaal 10 opdrachtreeksen
(componentmacro’s) instellen met
maximaal 32 opeenvolgende stappen
U kunt maximaal 10 opdrachtreeksen (componentmacro’s)
instellen die maximaal 32 opeenvolgende stappen
uitvoeren met een druk op één toets.
Helder, gemakkelijk leesbaar organisch
EL-display en volledig verlichte toetsen
Door het geïntegreerde organische EL-display
(elektroluminescentie) en volledig verlichte toetsen kunt u
de afstandsbediening eenvoudig in het donker gebruiken.
Verwijdering van oude
elektrische en
elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese
Unie en andere Europese
landen met gescheiden
ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking wijst
erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag
worden behandeld. Het moet echter naar een plaats
worden gebracht waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de correcte manier wordt verwijderd,
voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij
tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer
details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Verwijdering van oude
batterijen (in de Europese
Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat
de meegeleverde batterij van dit product niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden.
Door deze batterijen op juiste wijze af te voeren,
voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die
zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt
bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
In het geval dat de producten om redenen van veiligheid,
prestaties dan wel in verband met data-integriteit een
permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze
batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij
op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het
product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd
te worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor
de recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal.
Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het
gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te
verwijderen. Overhandig de batterij bij het
desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van
batterijen.
Voor meer details in verband met het recyclen van dit
product of batterij, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast
met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar
u het product hebt gekocht.
3
NL
Inhoudsopgave
Kenmerken........................................................... 2
Voorbereidingen
Uitpakken ............................................................. 4
De batterijen plaatsen ......................................... 4
Plaats en functie van bedieningselementen..... 5
Basisfuncties
De bediening van A/V-componenten
instellen ............................................................. 7
A/V-componenten instellen die niet worden
weergegeven in de lijst met voorinstelcodes ...
8
De A/V-componenten bedienen met de
afstandsbediening ............................................ 9
De gewenste A/V-component selecteren ........... 9
A/V-componenten bedienen ............................ 10
Overige handige functies ................................. 11
De afstandsbediening in het donker
bedienen ........................................................ 11
De bedieningselementen vergrendelen ........... 11
De toetsfunctie controleren .............................. 11
Geavanceerde functies
Signalen van een andere component
programmeren ................................................ 12
Een signaal programmeren onder de
COMPONENT-keuzetoets .............................. 13
Als de afstandsbediening niet correct werkt .... 14
De functie van een “aangeleerd” signaal
wijzigen of wissen .......................................... 14
De tekens op het scherm wijzigen .................. 15
De A/V-componentnaam wijzigen .................... 16
De functienaam van labelkeuzetoetsen
wijzigen .......................................................... 16
De functielabels wijzigen .................................. 17
Een opdrachtreeks (componentmacro)
gebruiken ........................................................ 18
Een componentmacro programmeren ............. 18
Controleren of een componentmacro op de
juiste manier wordt uitgevoerd ....................... 19
Geprogrammeerde stappen van een
componentmacro wissen ............................... 20
De inschakelopdracht van een geselecteerde
A/V-component instellen ................................ 21
De instellingen van een COMPONENT-
keuzetoets kopiëren naar een andere toets ...
22
Het volume regelen van visuele
componenten die zijn aangesloten op een
audiocomponent ............................................. 23
Overigen
De toetsverlichting instellen ............................ 24
Het display instellen ......................................... 26
De pieptoon instellen ........................................ 27
De instellingen opnieuw instellen ................... 28
Een COMPONENT-keuzetoets of
labelkeuzetoets opnieuw instellen ................. 28
Alle instellingen opnieuw instellen .................... 28
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ..................................... 30
Onderhoud ......................................................... 30
Technische gegevens ....................................... 30
Problemen oplossen ......................................... 31
Overzicht van vooraf ingestelde functies ....... 34
Televisie (analoog) ............................................ 35
Televisie (digitaal) ............................................. 36
Videorecorder ................................................... 37
Analoge satellietreceiver
Digitale satellietreceiver ................................. 38
Digitale satellietreceiver (No. 3201) ................. 39
DVD-speler ....................................................... 40
Analoge kabeldoos .......................................... 40
DVD-recorder
Combinatie van DVD/videorecorder .............. 41
Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler ..... 42
Receiver/versterker .......................................... 43
CD-speler ......................................................... 44
Cassettedeck ................................................... 44
MD-deck ........................................................... 45
4
NL
Voorbereidingen
Uitpakken
Controleer de inhoud van de verpakking voordat u de
afstandsbediening gebruikt.
Afstandsbediening RM-VL1400T (1)
Gebruiksaanwijzing (1)
Lijst met voorinstelcodes (1)
Garantiekaart (1)
R6-batterijen (AA-formaat) (2)
De batterijen plaatsen
Schuif het deksel van de batterijhouder open en plaats
twee LR6-alkalinebatterijen (AA-formaat) (niet
bijgeleverd) in de houder.
De batterijen vervangen
Onder normale omstandigheden gaan de alkalinebatterijen
maximaal 5 maanden mee. Als de afstandsbediening niet op de
juiste manier werkt, zijn de batterijen bijna leeg en wordt “E
weergegeven op het scherm.
Opmerkingen over het vervangen van de
batterijen
•Vervang de batterijen binnen één uur. Anders worden de
instellingen van het apparaat (pagina 24) geïnitialiseerd.
Probeer droge batterijen niet opnieuw op te laden.
•Draag droge batterijen niet samen met muntstukken of andere
metalen voorwerpen. Als de positieve en negatieve
aansluitpunten van de batterijen per ongeluk in contact komen
met metalen voorwerpen, kan warmte worden geproduceerd.
•Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt,
verwijdert u de batterijen om beschadiging door batterijlekkage
of corrosie te voorkomen.
•Gebruik geen verschillende typen batterijen tegelijk.
Als u de batterijen vervangt, moet u beide vervangen door
nieuwe.
De bijgeleverde mangaanbatterijen zijn bedoeld om het
apparaat te testen. U kunt het beste in de handel verkrijgbare
alkalinebatterijen gebruiken. (Oplaadbare batterijen kunnen
niet worden gebruikt.)
5
NL
wordt vervolgd
Plaats en functie van
bedieningselementen
Afstandsbediening
De PROGRAM +-toets, cijfertoets 5 en N-toets zijn voorzien
van een voelstip.
1 -toets (licht) (pagina 11, 24)
Hiermee kunt u de verlichting van de toetsen
helderder maken in het donker. Druk één keer op de
toets om de verlichting van de toets in of uit te
schakelen.
2 Organisch EL-display
Hierin worden de functies, het instelmenu, het
overdrachtspictogram, enzovoort weergegeven.
3 Labelkeuzetoetsen
Hiermee kunt u de gewenste
A/V-component of de gewenste functie op het
scherm selecteren.
4 SCROLL-toets
Hiermee kunt u wisselen tussen de functies die op
het scherm worden weergegeven wanneer u de A/V-
componenten bedient. Druk hierop om te wisselen
tussen 4 pagina’s.
5 t-toets (ingangskeuze)
6
COMPONENT-keuzetoetsen (TV/VCR/SAT/
DVD) (pagina 9)
Hiermee kunt u de gewenste A/V-component
selecteren.
7 Cijfertoetsen
8 1-/-/—toets
9 DIGITAL/ANALOG-toets
q; 2 (volume) +/–-toetsen* (pagina 10)
Hiermee past u het volume aan.
qa %-toets (dempen)* (pagina 10)
Hiermee schakelt u het geluid uit. Druk op de toets om
het geluid uit te schakelen en druk nogmaals op de
toets om het vorige volume te herstellen.
qs GUIDE-toets
qd OK-toets en cursortoetsen (V/v/B/b)
qf RETURN-toets
qg Afspeelfunctietoetsen (m/N/M/z/x/
X)
qh 1-toets (aan/uit)
qj OTHER-toets
Hiermee geeft u de A/V-componenten weer die niet zijn
ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen. Druk
hierop om te wisselen tussen 2 pagina’s.
qk 2-/ENT-toets (invoer)
Hiermee selecteert u het programma.
ql PROGRAM +/–-toetsen
Hiermee selecteert u het programma.
w; /-toets (teletekst)
wa
-toets (oproepen)
ws a-toets (TV aan)
wd MENU-toets
wf TOOLS-toets
wg Kleurtoetsen (A (rood)/B (groen)/C
(geel)/D (blauw))
*
Opmerking over de
2
+/–- en
%
-toetsen
Wanneer u een visuele component selecteert, wordt het
volume van de televisie geregeld. Wanneer u een
audiocomponent selecteert, wordt het volume van de
versterker geregeld (pagina 23).
Opmerking
De functie van de toets verandert afhankelijk van de instelling van
de afstandsbediening of de A/V-component die u wilt bedienen.
Zie het “Overzicht van vooraf ingestelde functies” (pagina 34)
voor meer informatie over de bediening van de toetsen voor elke
A/V-component in de in de fabriek ingestelde stand.
6
NL
Display
1 Schermtitel
Hier wordt de status van de afstandsbediening
weergegeven.
2 Labelfunctie
Als u op een toets drukt, verschijnt de functie van de
toets op de tweede regel op het scherm. De tekens die
op het scherm worden weergegeven, kunnen worden
gewijzigd (pagina 15).
3 Weergave van A/V-component/functie
Hier worden de A/V-componenten weergegeven die u
kunt selecteren met de labelkeuzetoetsen of de functies
die beschikbaar zijn voor elke A/V-component. De
tekens die op het scherm worden weergegeven, kunnen
worden gewijzigd (pagina 15).
4 Paginanummer
7
NL
wordt vervolgd
Basisfuncties
De bediening van A/V-componenten instellen
—Componentcode instellen
De afstandsbediening wordt in de fabriek ingesteld voor het bedienen van A/V-componenten van Sony. (Zie de
onderstaande tabel.)
Als u de afstandsbediening gebruikt voor in de fabriek ingestelde Sony-componenten, slaat u de volgende procedures over.
Als u de afstandsbediening wilt gebruiken voor A/V-componenten van andere merken, of voor A/V-componenten van Sony
die niet worden bediend door de afstandsbediening, moet u de procedures uitvoeren om de componentcode in te stellen.
Fabrieksinstelling
COMPONENT-keuzetoetsen
TV
VCR
SAT
DVD
Labelkeuzetoets links
Labelkeuzetoets midden
Labelkeuzetoets rechts
Labelkeuzetoets links
Labelkeuzetoets midden
Labelkeuzetoets rechts
Schermtitel Vooraf ingestelde A/V-componenten
TV Sony-televisie (analoog)
VCR Sony-videorecorder
SAT Analoge Sony-satellietreceiver
DVD Sony-DVD-speler
CABLE Analoge kabeldoos
DVD-R Sony-DVD-recorder
AMP Sony-receiver/-versterker
CD Sony-CD-speler
MD Sony-MD-deck
TAPE Sony-cassettedeck
Pagina 1/2
Pagina 2/2
OTHER
1 Raadpleeg de tabellen in de bijgeleverde
“Lijst met voorinstelcodes” voor de
viercijferige voorinstelcode voor de
gewenste A/V-component.
Als er meer dan één codenummer wordt vermeld,
gebruikt u het codenummer dat als eerste wordt
vermeld. Als u bijvoorbeeld een Panasonic-televisie
wilt instellen, moet u het codenummer 8095 gebruiken.
2 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
3 Druk op de V/v-toetsen om “1 PRESET”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“PRESET” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het
menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken.
4 Druk op de COMPONENT-keuzetoets
voor de gewenste A/V-component.
Het label van de geselecteerde A/V-component en de
voorinstelcode die momenteel is ingesteld, worden
op het scherm weergegeven.
Tips
Als u A/V-componenten wilt instellen die niet zijn
ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen, drukt u
herhaaldelijk op de OTHER-toets en drukt u vervolgens
op de labelkeuzetoets bij de gewenste A/V-component.
•U kunt andere componenten instellen onder de
COMPONENT-keuzetoetsen of labelkeuzetoetsen dan die
zijn ingesteld onder de toetsen of op het scherm. Houd er
echter rekening mee dat onder de TV-toets alleen een
televisie kan worden ingesteld en dat onder de
labelkeuzetoets (waaronder een versterker is ingesteld als
fabrieksinstelling) alleen een versterker of DVD-speler
van een thuisbioscoop kan worden ingesteld.
8
NL
5 Druk op de cijfertoetsen om de
viercijferige voorinstelcode in te voeren en
druk vervolgens op de OK-toets of de
middelste labelkeuzetoets.
Voorbeeld: “8095” invoeren Druk op 8, 0, 9, 5 en
druk vervolgens op de OK-toets.
Er klinkt een pieptoon en de viercijferige
voorinstelcode die u hebt ingesteld en “OK” worden
weergegeven op het scherm. Vervolgens wordt het
scherm zoals in stap 3 weergegeven.
6 Herhaal stap 4 en 5 als u voorinstelcodes
wilt instellen voor andere A/V-
componenten.
7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerkingen
Als u een voorinstelcode invoert die niet in de tabel in de
bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes” wordt weergegeven en
op de OK-toets drukt, klinkt er vijf keer een pieptoon.
Vervolgens verschijnen de opgegeven viercijferige code en
“NG” op het scherm en het scherm uit stap 4 wordt opnieuw
weergegeven. Controleer de voorinstelcode en probeer de code
opnieuw in te voeren.
Als u niet binnen 60 seconden na elke stap opnieuw iets invoert
in de afstandsbediening, wordt de instelprocedure geannuleerd
en wordt de instelstand gesloten. Begin opnieuw vanaf het
begin.
De afstandsbediening herkent het type A/V-component
wanneer een voorinstelcode wordt ingevoerd in stap 5 en
vervolgens wordt de schermtitel bepaald die wordt
weergegeven wanneer u de A/V-component gebruikt. Als de
schermtitel niet overeenkomt met de component die u hebt
ingesteld, kunt u het componentlabel wijzigen.
•U kunt geen A/V-componenten instellen wanneer u andere
afstandsbedieningssignalen programmeert met de
aanleerfunctie (pagina 12), een componentmacro programmeert
(pagina 18) of het label wijzigt (pagina 15). In een dergelijk
geval herstelt u de instellingen voor de A/V-component (pagina
28) en stelt u de A/V-componenten opnieuw in.
A/V-componenten instellen die niet
worden weergegeven in de lijst met
voorinstelcodes
—Zoekfunctie
U kunt A/V-componenten die niet worden weergegeven
in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”, instellen
met de zoekfunctie.
Voordat u de zoekfunctie start
Stel elke A/V-component in op de volgende status, zodat
de zoekfunctie goed functioneert.
Televisie, versterker: ingeschakeld
CD-speler, MD-deck, Cassettedeck: ingeschakeld
met een afspeelbron.
Andere component: uitgeschakeld
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “1 PRESET”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“PRESET” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de COMPONENT-keuzetoets
voor de gewenste A/V-component.
Het label van de geselecteerde A/V-component en de
voorinstelcode die momenteel is ingesteld, worden
op het scherm weergegeven.
9
NL
wordt vervolgd
4 Druk op de toets PROGRAM + of
PROGRAM – en druk vervolgens
herhaaldelijk op de 1-toets (aan/uit) tot
de A/V-component op de volgende manier
reageert.
Televisie: wordt uitgeschakeld.
Versterker: wordt uitgeschakeld of het volume
wordt verhoogd.
CD-speler, MD-deck, Cassettedeck: wordt
uitgeschakeld of het afspelen wordt gestart.
Andere component: wordt ingeschakeld
5 Druk op de OK-toets of op de middelste
labelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en de viercijferige
voorinstelcode die u hebt ingesteld en “OK” worden
weergegeven op het scherm. Vervolgens wordt het
scherm zoals in stap 2 weergegeven.
6 Herhaal stap 3 tot en met 5 als u andere A/
V-componenten wilt instellen.
7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
De A/V-componenten
bedienen met de
afstandsbediening
Selecteer de gewenste A/V-component door op de
COMPONENT-keuzetoets op de afstandsbediening te
drukken en bedien de A/V-component.
De gewenste A/V-component
selecteren
Druk op de COMPONENT-keuzetoets om de gewenste
A/V-component te selecteren.
Als u op de OTHER-toets drukt, worden de A/V-
componenten die u kunt selecteren, op het scherm
weergegeven. Selecteer de gewenste A/V-component
door op de bijbehorende labelkeuzetoets te drukken. U
kunt de A/V-componenten die op het scherm worden
weergegeven, wisselen door herhaaldelijk op de OTHER-
toets te drukken.
10
NL
A/V-componenten bedienen
Druk op de betreffende toetsen op de afstandsbediening
om uw A/V-componenten te bedienen.
U kunt de functies die op het scherm worden weergegeven,
selecteren met de labelkeuzetoetsen die bij elke functie horen.
U kunt de functies die op het scherm worden weergegeven,
wisselen door herhaaldelijk op de SCROLL-toets te drukken.
Voorbeeld: een televisie bedienen
1 Druk op de TV-toets.
De afstandsbediening staat in de wachtstand voor het
bedienen van de televisie.
2 Druk op de 1-toets (aan/uit).
De televisie wordt ingeschakeld.
3 Druk op de toetsen voor de gewenste
handeling.
Wanneer een signaal wordt verzonden, wordt
weergegeven. U kunt ook andere toetsen gebruiken, zoals
de toetsen 2 (volume) +/–, PROGRAM +/–, %
(dempen), de cursortoetsen en de MENU-toets. Zie ook
“Overzicht van vooraf ingestelde functies” (pagina 34)
voor de functies van de toetsen voor elke broncomponent.
Tip
Als de afstandsbediening niet naar behoren werkt, controleert u
de functie van de toets met de labelfunctie (pagina 11) of
programmeert u de signalen met de aanleerfunctie (pagina 12).
Informatie over de z/REC-toets (opname)
Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening
alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de
toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt.
Het volume regelen
Druk op de 2 (volume) +/–-toetsen om het volume aan
te passen. Druk op de %-toets (dempen) om het geluid
tijdelijk uit te schakelen. Wanneer u een visuele
component selecteert, wordt het volume van de televisie
geregeld. Wanneer u een audiocomponent selecteert,
wordt het volume van de versterker geregeld.
Zie “Het volume regelen van de visuele componenten die
zijn aangesloten op een audiocomponent” op pagina 23
voor informatie over het wijzigen van de instelling van
de volumeregeling.
Opmerking
Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van de
televisie of versterker programmeert met de aanleerfunctie
(pagina 12), verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal ook
om andere componenten dan een televisie of versterker te
bedienen.
Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van
andere componenten dan een televisie of versterker
programmeert, verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal
om de A/V-component te bedienen in plaats van het volume van
de televisie of versterker.
2 (volume)
+/–-toetsen
%-toets
(dempen)
z/REC-toets
(opname)
11
NL
Overige handige functies
De afstandsbediening in het donker
bedienen
COMPONENT
Druk op de -toets (licht) om de toetsverlichting van de
afstandsbediening in te schakelen. Druk nogmaals op de
-toets (licht) om de verlichting uit te schakelen.
Als u langer dan 10 seconden niet op een toets drukt,
wordt de toetsverlichting van de afstandsbediening
automatisch uitgeschakeld.
Standaardinstellingen voor de
toetsverlichting
Instelling voor uitschakelen 10 seconden
Helderheidsniveau 15 (maximum)*
Fade-effect Aan
Instelling voor inschakelen Alle toetsen
*
Het helderheidsniveau is vooraf ingesteld in de fabriek op 15
(maximum). Als u de afstandsbediening gebruikt met deze
instelling, kan de levensduur van de batterijen korter zijn.
Zie “De toetsverlichting instellen” (pagina 24) om de
instellingen voor de toetsverlichting te wijzigen.
De bedieningselementen
vergrendelen
—Hold-functie
U kunt alle toetsen vergrendelen met de Hold-functie om
ongewenste bediening van de toetsen te voorkomen.
1
Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de
SCROLL-toets.
Alle toetsen worden vergrendeld en het volgende
bericht wordt op het scherm weergegeven.
-toets
(licht)
De toetsfunctie controleren
—Labelfunctie
Als u op een toets drukt, verschijnt de functie van de
toets op de tweede regel op het scherm wanneer de
afstandsbediening bedieningssignalen verzendt.
U kunt de functie ook weergeven zonder de
bedieningssignalen van de afstandsbediening te
verzenden.
Zie “De tekens op het scherm wijzigen” (pagina 15) als u
de tekens op het scherm wilt wijzigen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de gewenste toets.
De toetsfunctie wordt op de tweede regel op het
scherm weergegeven. De afstandsbedieningssignalen
worden niet verzonden.
Toetsfunctie
De bedieningselementen ontgrendelen
Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de SCROLL-
toets.
12
NL
Geavanceerde functies
4
Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets die hoort bij de A/V-
component die de afstandsbediening moet
aanleren.
Het label van de geselecteerde A/V-component
verschijnt op de tweede regel op het scherm.
5
Druk op de toets waaronder u het signaal
wilt programmeren.
Het display wordt uitgeschakeld en de aanleerstand
van de afstandsbediening wordt ingeschakeld.
Tip
Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, kunt u
het label wijzigen. Zie “De tekens op het scherm wijzigen”
(pagina 15) voor meer informatie.
6 Houd de toets op de andere
afstandsbediening ingedrukt tot u een
pieptoon hoort.
Er klinkt een pieptoon en de aangeleerde toetsnaam
en “OK” worden op de derde regel op het scherm
weergegeven.
7 Herhaal stap 5 en 6 om signalen onder
andere toetsen te programmeren.
8 Druk op de -toets (licht).
Het scherm uit stap 3 wordt opnieuw weergegeven.
Signalen van een andere
component programmeren
—Aanleerfunctie
Als u A/V-componenten of toetsfuncties wilt bedienen
die niet vooraf zijn ingesteld, gebruikt u de volgende
procedure voor het “aanleren” om de programmeerbare
signalen te “programmeren” onder de toetsen van de
afstandsbediening.
U kunt de aanleerfunctie ook gebruiken om het signaal
van afzonderlijke toetsen te wijzigen nadat u de
voorinstelcode hebt ingesteld (pagina 7). U kunt
eventueel het label wijzigen (pagina 15) van de
aangeleerde toets.
Opmerking
Bepaalde specifieke afstandsbedieningssignalen kunnen wellicht
niet worden aangeleerd.
1 Plaats de afstandsbediening recht
tegenover de afstandsbediening van de A/
V-component.
2 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
3 Druk op de V/v-toetsen om “2 LEARN”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
LEARN” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het
menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken.
RM-VL1400T
Andere afstandsbediening
ongeveer 5-10 cm
tussenruimte
13
NL
wordt vervolgd
Een signaal programmeren onder de
COMPONENT-keuzetoets
1 Voer stap 1 tot en met 3 van de
aanleerprocedure uit (pagina 12).
2 Houd de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets ingedrukt waaronder u het
signaal wilt programmeren.
Het display wordt uitgeschakeld en de aanleerstand
van de afstandsbediening wordt ingeschakeld.
3 Houd de toets op de andere
afstandsbediening ingedrukt tot u een
pieptoon hoort.
Er klinkt een pieptoon en de aangeleerde toetsnaam
en “OK” worden op de derde regel op het scherm
weergegeven.
4 Herhaal stap 2 en 3 om signalen onder
andere COMPONENT-keuzetoetsen of
labelkeuzetoetsen te programmeren.
5 Druk op de -toets (licht).
“LEARN” wordt weergegeven als schermtitel.
6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerkingen
Als u niet binnen 60 seconden na elke stap opnieuw iets invoert
in de afstandsbediening, wordt de instelprocedure geannuleerd
en wordt de instelstand gesloten. Begin opnieuw vanaf het
begin.
Als u stap 6 niet binnen 10 seconden na stap 5 uitvoert, klinkt
er twee keer een pieptoon en worden de geselecteerde
toetsnaam en “NG” weergegeven op de derde regel op het
scherm. Vervolgens keert de weergave terug naar het scherm
zoals dat is weergegeven in stap 4. Begin opnieuw bij stap 5.
Als de afstandsbediening in stap 6 onjuiste signalen aanleert,
wist u het aangeleerde signaal door tegelijkertijd op de
-
toets (licht) te drukken en op de toets waaronder het onjuiste
signaal is aangeleerd (pagina 14). Begin opnieuw vanaf stap 5.
Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van
de televisie of versterker programmeert met de aanleerfunctie
(pagina 12), verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal
ook om andere componenten dan een televisie of versterker te
bedienen.
Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van
andere componenten dan een televisie of versterker
programmeert, verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal
ook om andere A/V-componenten te bedienen in plaats van het
volume van de televisie of versterker.
Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen
signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt. Daarom moet u deze toets langer
dan 2 seconden ingedrukt houden als de toets wordt gebruikt
voor een aangeleerde handeling.
9
Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op
de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
14
NL
Als de afstandsbediening niet correct
werkt
Als de aangeleerde toets niet correct werkt, wist u eerst
het aangeleerde signaal (pagina 14) en voert u vervolgens
de aanleerprocedure opnieuw uit vanaf stap 1. (Als het
volume bijvoorbeeld zeer hoog wordt nadat u slechts één
keer op de 2 (volume) +-toets hebt gedrukt, kan er een
storing zijn opgetreden tijdens de aanleerprocedure.)
Voor nauwkeurig aanleren
Verplaats de afstandsbedieningen niet tijdens de
aanleerprocedure.
• Houd de toets op de andere afstandsbediening goed
ingedrukt tot u een pieptoon ter bevestiging hoort.
• Gebruik nieuwe batterijen in beide
afstandsbedieningen.
Voer de aanleerprocedure niet uit op plaatsen die
worden blootgesteld aan direct zonlicht of sterke
fluorescerende lampen of in de buurt van een
plasmascherm. (Dit kan storing veroorzaken.)
• De richting van het signaal van de afstandsbediening
kan verschillen, afhankelijk van de afstandsbediening.
Als het aanleren niet functioneert, wijzigt u de positie
van de twee afstandsbedieningen.
• Wanneer u deze afstandsbediening programmeert vanaf
een afstandsbediening met een interactief
signaaluitwisselsysteem (wordt bij sommige Sony-
versterkers en -receivers geleverd), kan het
responssignaal van de component het aanleren op de
afstandsbediening verstoren. In dat geval moet u
bijvoorbeeld naar een andere ruimte gaan waar geen
storing door de signalen optreedt.
BELANGRIJK
Houd de afstandsbediening buiten het bereik
van kleine kinderen en huisdieren.
Schakel ook de Hold-functie in om alle toetsen van de
afstandsbediening te vergrendelen (pagina 11) wanneer deze
niet wordt gebruikt. Apparaten, zoals een airconditioning,
verwarming, elektrische apparaten en elektrische rolluiken of
gordijnen, kunnen gevaarlijk zijn als ze per ongeluk
infraroodsignalen ontvangen.
De functie van een “aangeleerd”
signaal wijzigen of wissen
Als u de “aangeleerde” functie wilt wijzigen, wist u eerst
de functie en voert u de aanleerprocedure opnieuw uit.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “2 LEARN”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“LEARN” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Houd COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets ingedrukt waarvoor u het
aangeleerde signaal wilt wissen.
Het label van de geselecteerde A/V-component
verschijnt op de tweede regel op het scherm.
4 Houd de -toets (licht) ingedrukt
wanneer u op de toets op de
afstandsbediening drukt waarvoor u het
aangeleerde signaal wilt wissen.
Er klinkt een pieptoon en de gewiste toetsnaam en
“OK” worden op het scherm weergegeven.
Tip
Als u nogmaals op de toets drukt waarvoor u het aangeleerde
signaal wilt wissen terwijl u de
-toets (licht) ingedrukt
houdt, wordt het label van de toetsfunctie en -naam
geïnitialiseerd.
5 Herhaal stap 3 en 4 om de aangeleerde
signalen van andere toetsen te wissen.
15
NL
wordt vervolgd
De tekens op het scherm
wijzigen
U kunt de A/V-componentnamen of -functies of de
toetsfuncties (labels) wijzigen die op het scherm worden
weergegeven.
U kunt als volgt tekens en cijfers invoeren door op de
cijfertoetsen te drukken.
11 c , c - c . c : c ; c < c = c > c ? c @ c /
2A c B c C c a c b c c c 2 c À c Á c  c à c Ä c Å
c Æ c Ç c à c á c â c ã c ä c å c æ c ç
3D c E c F c d c e c f c 3 c È c É c Ê c Ë c è c é c ê
c ë
4G c H c I c g c h c i c 4 c Ì c Í c Î c Ï c ì c í c î c ï
5J c K c L c j c k c l c 5
6M c N c O c m c n c o c 6 c Ñ c Ò c Ó c Ô c Õ c
Ö c Ø c Œ c ñ c ò c ó c ô c õ c ö c ø c œ
7P c Q c R c S c p c q c r c s c 7 c ß
8T c U c V c t c u c v c 8 c Ù c Ú c Û c Ü c ù c ú c
û c ü
9W c X c Y c Z c w c x c y c z c 9 c ´
Y
c ´y c ÿ
00 c N c b c B c ?b c B? c x c X c T c t c R
c r
-/-- ! c " c # c $ c % c & c ' c ( c ) c * c +
(1-)
ENT (spatie) c [ c \ c ] c ^ c _ c { c | c } c ˜ c · c ¡ c ¨
(2-) c ª c ´ c
c º c ¿
U kunt als volgt tekens en cijfers invoeren door op de
V/ v-toetsen te drukken.
A c B c C c D c E c F c G c H c I c J c K c L c M
c N c O c P c Q c R c S c T c U c V c W c X c Y
c Z c a c b c c c d c e c f c g c h c i c j c k c l c m
c n c o c p c q c r c s c t c u c v c w c x c y c z c
1 c 2 c 3 c 4 c 5 c 6 c 7 c 8 c 9 c 0 c À c Á c  c
à c Ä c Å c Æ c Ç c È c É c Ê c Ë c Ì c Í c Î c Ï c
Ñ c Ò c Ó c Ô c Õ c Ö c Ø c Œ c Ù c Ú c Û c Ü c
´
Y
c ß c à c á c â c ã c ä c å c æ c ç c è c é c ê c ë c
ì c í c î c ï c ñ c ò c ó c ô c õ c ö c ø c œ c ù c ú c
û c ü c ´y c ÿ c (spatie) c N c b c B c ?b c B? c x
c X c T c t c R c r c ! c " c # c $ c % c & c ' c
( c ) c * c + c , c - c . c / c : c ; c < c = c > c ? c
@ c [ c \ c ] c ^ c _ c { c | c } c ˜ c · c ¡ c ¨ c ª c ´
c
c º c ¿
6 Druk op de -toets (licht).
Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven.
7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerkingen over het programmeren
van signalen voor een airconditioning
Seizoensaanpassingen
Als u de instellingen van de airconditioning per seizoen
aanpast, moet u de afstandsbedieningssignalen voor de
nieuwe instellingen programmeren op de
afstandsbediening.
Als het in-/uitschakelen niet correct functioneert
Als de afstandsbediening alleen “ON” met één toets en “OFF”
met een andere toets kan uitvoeren, terwijl de afstandsbediening
van de airconditioning “ON/OFF” kan bedienen met één toets,
moet u het signaal als volgt programmeren onder twee toetsen
van de afstandsbediening.
1 Wis het “aangeleerde” signaal voor in-/uitschakelen
van de geprogrammeerde toets.
2 Programmeer alleen het signaal voor inschakelen van
de airconditioning opnieuw onder de toets door de
procedure bij “Signalen van een andere
afstandsbediening programmeren” (pagina 12) uit te
voeren.
3 Programmeer het signaal voor uitschakelen van de
airconditioning onder een andere toets.
De twee toetsen van de afstandsbediening zijn
respectievelijk geprogrammeerd met het signaal voor
inschakelen en het signaal voor uitschakelen van de
airconditioning, zodat u de airconditioning kunt bedienen
met de afstandsbediening.
16
NL
De A/V-componentnaam wijzigen
U kunt maximaal 6 tekens of cijfers invoeren.
1
Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op
de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2
Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL” te
selecteren en druk vervolgens op de OK-toets
of de middelste labelkeuzetoets.
“LABEL” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het
menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken.
3
Houd de COMPONENT-keuzetoets of
labelkeuzetoets die hoort bij de A/V-component die
u wilt wijzigen, langer dan 2 seconden ingedrukt.
De geselecteerde A/V-componentnaam en de cursor (
x
)
worden op het scherm weergegeven en de
afstandsbediening staat in de wachtstand voor invoeren.
4 Druk op de cijfertoetsen of V/v-toetsen
om cijfers of tekens in te voeren.
Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de
cursor (
x
) wordt weergegeven. Druk op de B/b-
toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de
cursor (
x
) te verplaatsen.
5 Druk op de OK-toets of op de middelste
labelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en de A/V-componentnaam
wordt gewijzigd.
6
Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op
de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug
naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten.
De functienaam van labelkeuzetoetsen
wijzigen
U kunt maximaal 6 tekens of cijfers invoeren.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“LABEL” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de COMPONENT-keuzetoets of
de labelkeuzetoets waaronder de A/V-
component is ingesteld waarvan u de
functie wilt wijzigen.
De geselecteerde A/V-component verschijnt op de
tweede regel op het scherm.
4 Druk herhaaldelijk op de SCROLL-toets
en druk vervolgens op de labelkeuzetoets
die hoort bij de functie die u wilt wijzigen.
De geselecteerde functie en de cursor (
x
) worden op
het scherm weergegeven en de afstandsbediening
staat in de wachtstand voor invoeren.
17
NL
5 Druk op de cijfertoetsen of V/v-toetsen
om cijfers of tekens in te voeren.
Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de
cursor (
x
) wordt weergegeven. Druk op de B/b-
toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de
cursor (
x
) te verplaatsen.
6 Druk op de OK-toets of op de middelste
labelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en de functienaam wordt
gewijzigd.
7 Druk op de -toets (licht).
Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven.
8 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
De functielabels wijzigen
—Labelfunctie
U kunt maximaal 10 tekens of cijfers invoeren.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“LABEL” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de COMPONENT-keuzetoets of
de labelkeuzetoets waaronder de A/V-
component is ingesteld waarvan u het
functielabel wilt wijzigen.
De geselecteerde A/V-component verschijnt op de
tweede regel op het scherm.
4 Houd de toets waarvoor u het functielabel
wilt wijzigen, langer dan 2 seconden
ingedrukt.
Het geselecteerde functielabel en de cursor (
x
)
worden op het scherm weergegeven en de
afstandsbediening staat in de wachtstand voor
invoeren.
5 Druk op de cijfertoetsen of de V/v-
toetsen om cijfers of tekens in te voeren.
Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de
cursor (
x
) wordt weergegeven. Druk op de B/b-
toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de
cursor (
x
) te verplaatsen.
6 Druk op de OK-toets of op de middelste
labelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en het functielabel wordt
gewijzigd.
7 Druk op de -toets (licht).
Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven.
8 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
18
NL
Een opdrachtreeks
(componentmacro)
gebruiken
U kunt een bedieningsprogramma van maximaal 32
stappen (componentmacro) instellen onder een
COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets die hoort
bij een willekeurige component.
Wanneer u bijvoorbeeld een DVD bekijkt door een
televisie en DVD-recorder aan te sluiten op een
versterker, is het nodig een reeks bedieningsopdrachten
zoals hieronder uit te voeren.
1 Schakel de televisie in.
2 Schakel de DVD-recorder in.
3 Schakel de versterker in.
4 Selecteer de betreffende video-ingang op de televisie
om de DVD te bekijken.
5 Selecteer de betreffende audio-ingang op de versterker
om de DVD te bekijken.
6 Start het afspelen met de DVD-recorder.
Met de componentmacro kunt u deze stappen uitvoeren
door een van de COMPONENT-keuzetoetsen of
labelkeuzetoetsen langer dan 2 seconden ingedrukt te
houden.
Een componentmacro programmeren
Volg de onderstaande procedure om een
componentmacro te programmeren. U kunt maximaal 32
opeenvolgende handelingen programmeren.
Voorbeeld: de bovenstaande procedure
programmeren onder de DVD-toets
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“MACRO” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de DVD-toets.
“MACRO DVD” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als u A/V-componenten wilt selecteren die niet zijn
ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen, drukt u
herhaaldelijk op de OTHER-toets en drukt u vervolgens op
de labelkeuzetoets bij de gewenste A/V-component die op
het scherm wordt weergegeven.
4 Druk op de TV-toets en druk op de 1-
toets (aan/uit).
5 Druk op de DVD-toets en druk op de 1-
toets (aan/uit).
6 Druk herhaaldelijk op de OTHER-toets,
druk op de labelkeuzetoets die hoort bij de
versterker en druk vervolgens op de 1-
toets (aan/uit).
7 Druk herhaaldelijk op de t-toets
(ingangskeuze) om de betreffende video-
ingang op de televisie te selecteren om de
DVD te bekijken.
8 Druk op de ingangskeuzetoets op de
versterker om de betreffende audio-ingang
te selecteren om de DVD te bekijken.
9 Druk op de DVD-toets en druk op N.
10
Druk op de -toets (licht).
Er klinkt een pieptoon en het programmeren is
voltooid.
19
NL
wordt vervolgd
Controleren of een componentmacro
op de juiste manier wordt uitgevoerd
Volg de onderstaande procedure om te controleren of de
geprogrammeerde componentmacro naar behoren functioneert.
Een componentmacro uitvoeren
1 Houd de COMPONENT-keuzetoets
waaronder de gewenste componentmacro
is geprogrammeerd, langer dan 2
seconden ingedrukt.
Het pictogram voor signaaloverdracht wordt op het
scherm weergegeven en de geprogrammeerde
componentmacro wordt uitgevoerd.
Tip
Wanneer het pictogram voor signaaloverdracht ( ) wordt
weergegeven en de componentmacro wordt uitgevoerd, wordt
“CANCEL” weergegeven op de derde regel op het scherm. U
kunt het uitvoeren van de componentmacro annuleren door op de
rechterlabelkeuzetoets te drukken.
De geprogrammeerde stappen van een
componentmacro controleren en een
vertraging toevoegen
Met een vertraging kunt u een interval tussen stappen
instellen. Op de afstandsbediening is de vertragingstijd
ingesteld op 250 ms (1/4 seconde).
Als een componentmacro niet naar behoren wordt
uitgevoerd, controleert u de geprogrammeerde stappen en
probeert u een vertraging toe te voegen om het programma
op de juiste manier uit te voeren.
1
Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op
de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2
Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO” te
selecteren en druk vervolgens op de OK-toets
of de middelste labelkeuzetoets.
“MACRO” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het
menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken.
11
Druk op de -toets (licht) of druk twee
keer op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerkingen
Als de procedure langer dan 60 seconden wordt onderbroken,
wordt het programmeren geannuleerd. U kunt niet doorgaan
vanaf het punt waar u was gebleven.
Als u handelingen probeert te programmeren onder een toets
waaronder al een componentmacro is geprogrammeerd, klinkt
er twee keer een pieptoon om u te waarschuwen dat u geen
componentmacro onder de toets kunt programmeren. In een
dergelijk geval wist u de geprogrammeerde componentmacro
(pagina 20) en begint u opnieuw met programmeren vanaf stap
1.
•U kunt geen stappen wissen tijdens het programmeren. Als u
zich hebt vergist bij het programmeren, stopt u meteen met
programmeren en wist u de componentmacro (pagina 20).
Vervolgens begint u opnieuw bij stap 1.
U kunt maximaal 32 opeenvolgende handelingen programmeren.
Wanneer u 32 stappen hebt geprogrammeerd, kunt u niet meer
stappen in de componentmacro programmeren. Als u de
geprogrammeerde stappen wilt wijzigen, wist u de
componentmacro (pagina 20) en begint u opnieuw bij stap 1.
20
NL
Geprogrammeerde stappen van een
componentmacro wissen
Als u zich hebt vergist bij het programmeren of als u een
nieuwe componentmacro wilt programmeren, volgt u de
onderstaande procedure om de componentmacro te
wissen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“MACRO” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Houd de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets ingedrukt waaronder de
gewenste componentmacro is
geprogrammeerd en druk op de -toets
(licht).
Er klinkt een pieptoon en de componentmacro wordt
gewist.
4 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
3 Houd de SCROLL-toets ingedrukt en druk
op de COMPONENT-keuzetoets of
labelkeuzetoets waaronder de gewenste
componentmacro is geprogrammeerd.
“MACRO” en de geselecteerde A/V-componentnaam
worden op de eerste regel op het scherm
weergegeven en de geprogrammeerde stappen
worden op het scherm weergegeven.
4 Druk op de V/v-toetsen zodat de positie
van de vertraging op de derde regel op het
scherm wordt weergegeven en druk
vervolgens op de SCROLL-toets.
Er wordt een vertraging toegevoegd tussen de tweede
en derde regel op het scherm en “[DELAY]” wordt op
de derde regel op het scherm weergegeven.
5 Druk op de OK-toets of op de middelste
labelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en het programmeren is
voltooid.
6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerkingen
Als de afstandsbedieningssensors van A/V-componenten te ver
van elkaar zijn verwijderd of wanneer deze zijn bedekt, worden
de opeenvolgende stappen die in een componentmacro zijn
geprogrammeerd, mogelijk niet uitgevoerd.
Als een componentmacro om de een of andere reden niet correct
wordt uitgevoerd, zoals hierboven vermeld, stelt u alle A/V-
componenten in op de status zoals die was voordat de
componentmacro werd uitgevoerd. Als u dit niet doet, werken de
A/V-componenten niet correct wanneer de componentmacro de
volgende keer wordt uitgevoerd.
Aangezien sommige A/V-componenten zijn ontworpen om te
worden in-/uitgeschakeld wanneer deze het signaal voor in-/
uitschakelen ontvangen, worden dergelijke componenten
mogelijk niet ingeschakeld met de componentmacro.
Controleer of de A/V-componenten zijn in- of uitgeschakeld
voordat u de componentmacro gebruikt.
21
NL
De inschakelopdracht van
een geselecteerde
A/V-component instellen
(alleen voor Sony-componenten)
U kunt A/V-componenten zo instellen dat deze worden
ingeschakeld wanneer u ze selecteert.
Deze functie is alleen beschikbaar voor Sony-
componenten.
Voorbeeld: de inschakelfunctie
programmeren onder de TV-toets
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om
“6 UTILITY” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “1 POWER
ON” te selecteren en druk vervolgens op
de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“POWER ON” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de TV-toets.
Er klinkt een pieptoon en “TV ON” wordt
weergegeven op de derde regel op het scherm.
5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
De inschakelfunctie wissen
Druk nogmaals op de TV-toets in stap 4. Er klinkt een
pieptoon en “TV OFF” wordt op de derde regel op het
scherm weergegeven. Vervolgens wordt de instelling
geannuleerd.
Opmerkingen
•U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een
COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een
componentmacro is geprogrammeerd (pagina 18).
In dit geval wordt de A/V-component ingeschakeld wanneer u
op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets drukt.
Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, wordt de
geprogrammeerde componentmacro uitgevoerd.
•U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een
COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een
afstandsbedieningssignaal is geprogrammeerd met de
aanleerfunctie (pagina 12).
In dit geval wordt het geprogrammeerde signaal verzonden
wanneer u op de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets drukt. Vervolgens wordt de A/V-component
ingeschakeld.
•U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een
COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een
aangeleerd afstandsbedieningssignaal (pagina 12) en een
componentmacro (pagina 18) zijn geprogrammeerd.
In dit geval wordt het geprogrammeerde signaal verzonden
wanneer u op de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets drukt. Vervolgens wordt de A/V-component
ingeschakeld. Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt
houdt, wordt de geprogrammeerde componentmacro
uitgevoerd.
22
NL
De instellingen van een
COMPONENT-keuzetoets
kopiëren naar een andere
toets
U kunt alle instellingen van een COMPONENT-
keuzetoets of labelkeuzetoets kopiëren naar een andere
COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets.
Opmerkingen
Als er al een “aangeleerde” functie (pagina 12) of
componentmacro (pagina 18) is geprogrammeerd of als de
naam of het label van de A/V-component is gewijzigd, kunt u
de instellingen niet kopiëren naar een COMPONENT-
keuzetoets of labelkeuzetoets. (Er klinkt vijf keer een pieptoon
en “NG” verschijnt op het scherm.)
•Tekens die wordt weergegeven wanneer de toets wordt
gebruikt, worden ook vervangen.
Voorbeeld: de instellingen van de TV-
toets kopiëren naar de MD-toets
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om
“6 UTILITY” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “2 COPY” te
selecteren en druk vervolgens op de OK-
toets of de middelste labelkeuzetoets.
“COPY” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de TV-toets.
“TV” wordt weergegeven in de tweede regel op het
scherm.
5 Druk herhaaldelijk op de OTHER-toets en
druk vervolgens op de middelste
labelkeuzetoets (MD).
Er klinkt een pieptoon en “TV >> MD” wordt
weergegeven op de tweede regel op het scherm.
6 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
De instellingen opnieuw instellen
Volg de procedure die wordt beschreven in “Een COMPONENT-
keuzetoets of labelkeuzetoets opnieuw instellen” op pagina 28.
23
NL
Het volume regelen van
visuele componenten die
zijn aangesloten op een
audiocomponent
De volumetoetsen (2 +/- en %) van de
afstandsbediening zijn in de fabriek ingesteld om het
volume te regelen volgens het principe dat u het geluid
van de visuele componenten beluistert via de
luidsprekers van de televisie en het geluid van de
audiocomponenten via de luidsprekers die op de
versterker zijn aangesloten.
Het afstandsbedieningssignaal dat wordt verzonden door
op de volumetoetsen te drukken, is als volgt in de fabriek
ingesteld:
Visuele component: hiermee wordt het signaal
verzonden om het volume van een televisie te regelen.
Audiocomponent: hiermee wordt het signaal
verzonden om het volume van een versterker te regelen.
Als u bijvoorbeeld het volume wilt regelen wanneer u
een DVD-speler gebruikt, hoeft u niet de televisie te
selecteren om het volume van de televisie te regelen.
Als u een versterker hebt aangesloten op visuele
componenten, wijzigt u de instelling van de
volumeregeling van alle visuele componenten om het
volume van de versterker te regelen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om
“6 UTILITY” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “3 AUDIO
SETTING” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“AUDIO SETTING” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de b-toets of op de
rechterlabelkeuzetoets.
Er klinkt een pieptoon en “AMP” wordt weergegeven
tussen de [ ].
5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
De instellingen opnieuw instellen
Druk in stap 4 op de B-toets of de linkerlabelkeuzetoets.
24
NL
Overigen
De toetsverlichting
instellen
U kunt de instelling voor de toetsverlichting van de
afstandsbediening wijzigen. De toetsverlichting is in de
fabriek zo ingesteld dat deze automatisch wordt
uitgeschakeld wanneer u langer dan 10 seconden geen
toetsen hebt ingedrukt. U kunt ook de helderheid en het
fade-effect (waarmee u de helderheid van de
toetsverlichting aanpast) van de toetsverlichting
aanpassen. Daarnaast kunt u aanpassen welke toetsen de
toetsverlichting activeren.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT
SETTINGS” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “1 LIGHT
OFF TIME” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“LIGHT OFF TIME” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
U kunt de tijd voor automatisch uitschakelen
instellen tussen 1 en 60 seconden. Wanneer u op de
toets drukt, wordt de tijd verlaagd/verhoogd met 1
seconde.
Opmerking
Als u de tijd voor automatisch uitschakelen instelt op
langer dan 10 seconden, kan dit ten koste gaan van
de levensduur van de batterijen.
5 Druk op de -toets (licht), de middelste
labelkeuzetoets, de OK-toets of de
RETURN-toets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
6 Druk op de V/v-toetsen om “2 LIGHT
BRIGHTNESS” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“LIGHT BRIGHTNESS” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
7 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
U kunt de helderheid instellen van 1 tot 15. Wanneer
u op de toets drukt, wordt het niveau verlaagd/
verhoogd met 1.
8 Druk op de -toets (licht), de middelste
labelkeuzetoets, de OK-toets of de
RETURN-toets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
25
NL
9 Selecteer V/v-toetsen om “3 FADE
EFFECT” te selecteren en druk op de OK-
toets.
“FADE EFFECT” wordt weergegeven als schermtitel
en de huidige instelling wordt tussen [ ]
weergegeven.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
10
Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een
pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling
verplaatst
ON: de toetsverlichting in-/uitfaden
OFF: normale toetsverlichting
11
Druk op de -toets (licht), de middelste
labelkeuzetoets, de OK-toets of de
RETURN-toets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
12
Druk op de V/v-toetsen om “4 LIGHT
ON MODE” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“LIGHT ON MODE” wordt weergegeven als
schermtitel en de huidige instelling wordt tussen [ ]
weergegeven.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
13
Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een
pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling
verplaatst.
ALL: u activeert de toetsverlichting door op een
willekeurige toets op de afstandsbediening te
drukken behalve de 2 +/– en PROGRAM +/–-
toetsen.
LIGHT: u activeert de toetsverlichting door alleen op
de -toets (licht) te drukken.
14
Druk op de -toets (licht) of druk drie
keer op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
26
NL
Het display instellen
U kunt de instelling van het display wijzigen. De
afstandsbediening is in de fabriek zo ingesteld dat het
display automatisch wordt uitgeschakeld wanneer u het
langer dan 30 seconden niet gebruikt. U kunt ook de
helderheid van het display wijzigen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT
SETTINGS” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “5 DISP. OFF
TIME” te selecteren en druk vervolgens
op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“DISP. OFF TIME” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
U kunt de tijd voor automatisch uitschakelen
instellen tussen 1 en 60 seconden. Wanneer u op de
toets drukt, wordt de tijd verlaagd/verhoogd met 1
seconde.
5 Druk op de -toets (licht), de middelste
labelkeuzetoets, de OK-toets of de
RETURN-toets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
6 Druk op de V/v-toetsen om “6 DISP.
BRIGHTESS” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“DISP. BRIGHTNESS” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
7 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
U kunt de helderheid instellen van 1 tot 3. Wanneer u
op de toets drukt, wordt het niveau verlaagd/
verhoogd met 1.
8 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
27
NL
De pieptoon instellen
De pieptoon ter bevestiging van de afstandsbediening is
in de fabriek ingeschakeld. U kunt de instelling wijzigen
zodat de pieptoon is uitgeschakeld.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT
SETTINGS” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als
schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “7 BEEP
SOUND” te selecteren en druk vervolgens
op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“BEEP SOUND” wordt weergegeven als schermtitel
en de huidige instelling wordt tussen [ ]
weergegeven.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of
rechterlabelkeuzetoets.
Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een
pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling
verplaatst.
ON: hiermee wordt de pieptoon ingeschakeld.
OFF: hiermee wordt de pieptoon uitgeschakeld.
5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer
op de RETURN-toets.
De instelstand wordt gesloten en de
afstandsbediening keert terug naar de wachtstand
voor het bedienen van de A/V-componenten.
Opmerking
Wanneer u instellingen opgeeft, klinkt er een pieptoon, zelfs
wanneer u deze hebt uitgeschakeld.
28
NL
De instellingen opnieuw
instellen
Een COMPONENT-keuzetoets of
labelkeuzetoets opnieuw instellen
U kunt de instellingen voor A/V-componenten opnieuw
instellen op de fabrieksinstellingen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “7 RESET”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“RESET” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het
menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om
“1 COMPONENT” te selecteren en druk
vervolgens op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“COMPONENT” wordt weergegeven in de tweede
regel op het scherm.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
4
Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de
labelkeuzetoets die u opnieuw wilt instellen.
Er klinkt een pieptoon en alle instellingen van de
geselecteerde component worden opnieuw ingesteld
op de fabrieksinstellingen.
5 Druk op de -toets (licht) of druk drie
keer op de RETURN-toets.
De instellingen zijn voltooid en de afstandsbediening
wordt hersteld naar de status van vóór de wijzigingen
in de instellingen.
Alle instellingen opnieuw instellen
U kunt alle instellingen opnieuw instellen op de
fabrieksinstellingen.
1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk
op de OTHER-toets.
“SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel.
2 Druk op de V/v-toetsen om “7 RESET”
te selecteren en druk vervolgens op de
OK-toets of de middelste labelkeuzetoets.
“RESET” wordt weergegeven als schermtitel.
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
3 Druk op de V/v-toetsen om “2 ALL” te
selecteren en druk vervolgens op de OK-
toets of de middelste labelkeuzetoets.
“RESET ALL SETTINGS?” wordt weergegeven op
de tweede regel op het scherm en “NO” wordt
weergegeven tussen [ ].
Tip
Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u
het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te
drukken.
29
NL
4 Druk op de b-toets of
rechterlabelkeuzetoets en druk vervolgens
op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
“REALLY?” wordt weergegeven op de tweede regel
op het scherm en “NO” wordt weergegeven tussen [ ].
Tip
Als u “NO” selecteert en op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets drukt, wordt het scherm weergegeven zoals
in stap 2.
5 Druk op de b-toets of de
rechterlabelkeuzetoets en druk vervolgens
op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets.
Wanneer het opnieuw instellen is voltooid, klinkt er
een pieptoon en gaan alle instellingen terug naar de
fabrieksinstellingen.
Tip
Als u “NO” selecteert en op de OK-toets of de middelste
labelkeuzetoets drukt, wordt het scherm weergegeven zoals
in stap 2.
6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer
op de RETURN-toets.
De afstandsbediening keert terug naar de status nadat
u de in de fabriek ingestelde TV-toets hebt ingedrukt.
30
NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Laat het apparaat niet vallen en stel het ook niet bloot
aan schokken om de werking niet te verstoren.
Laat het apparaat niet achter in de buurt van
warmtebronnen of op een plaats waar het is
blootgesteld aan directe zonnestraling, overmatig stof
of mechanische schokken.
Steek geen vreemde voorwerpen in het apparaat. Indien
er een voorwerp of vloeistof in de behuizing
terechtkomt, moet u het apparaat laten nakijken door
een deskundige alvorens het weer in gebruik te nemen.
Stel de afstandsbedieningsdetectoren van uw
componenten niet bloot aan directe zonnestraling of
andere krachtige lichtbronnen. Overmatig licht kan de
werking van de afstandsbediening verstoren.
Houd de afstandsbediening buiten het bereik van kleine
kinderen en huisdieren. Bepaalde elektrische
apparatuur zoals airconditionings,
verwarmingstoestellen, elektrische toestellen en
elektrisch bediende rolluiken of gordijnen die met
infrarood straling werken, kan gevaarlijk zijn wanneer
er per ongeluk op een toets van de afstandsbediening
wordt gedrukt.
Onderhoud
Reinig de behuizing met een zachte doek die lichtjes is
bevochtigd met een zacht zeepsopje. Gebruik geen
oplosmiddelen zoals thinner, alcohol of benzine,
aangezien die de behuizing kunnen aantasten.
Technische gegevens
Werkingsbereik
Ong. 10 m (afhankelijk van het merk van de
componenten)
Voeding
Twee LR6-alkalinebatterijen (AA-formaat) (niet
bijgeleverd)
Batterijlevensduur
Ongeveer 5 maanden
Bij gebruik met alkalinebatterijen.
Als een Sony-televisie ongeveer
300 keer per dag wordt in- of uitgeschakeld terwijl
alkalinebatterijen worden gebruikt.
Als de instelling voor de toetsverlichting wordt
ingesteld op helderheidsniveau 5 en op
verlichtingsduur 10 seconden, en als de instelling voor
het scherm wordt ingesteld op helderheidsniveau 1 en
schermduur 30 seconden.
Afmetingen
Ongeveer 60,4 x 227,5 x 29,4 mm (b x h x d)
Gewicht
170 g (zonder batterijen)
Aanleerbare signalen
*
Capaciteit per signaal: maximaal 300 bits
Signaalfrequentiebereik: 455 kHz en tot maximaal 300 kHz
Signaalinterval: maximaal 1 seconde
*Bepaalde signalen kunnen niet worden aangeleerd door de
afstandsbediening, zelfs niet als de signalen voldoen aan deze
specificaties.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden
zonder voorafgaande kennisgeving.
De geldigheid van het CE-keurmerk is beperkt tot de
landen/regio's waar dit keurmerk wettelijk moet worden
nageleefd, hoofdzakelijk in de landen van de EER
(Europese Economische Ruimte).
31
NL
wordt vervolgd
Problemen oplossen
Als u problemen ondervindt met het instellen of gebruik van de afstandsbediening, controleert u eerst de batterijen
(pagina 4) en vervolgens de onderstaande items.
Probleem
U kunt de componenten niet
bedienen.
U kunt de componenten niet
bedienen, zelfs niet nadat u de
voorinstelcode hebt ingesteld.
U kunt het volume niet regelen.
De afstandsbediening kan de
afstandsbedieningssignalen niet
aanleren.
Oplossing
•Ga dichter bij de component staan. De maximale werkingsafstand is ongeveer 10 m.
•Richt de afstandsbediening rechtstreeks op de component en controleer of er geen obstakels zijn
tussen de afstandsbediening en de component.
•Schakel de A/V-componenten zo nodig eerst in.
Controleer of u de juiste COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets hebt ingedrukt.
Controleer of de component geschikt is voor infraroodafstandsbediening. Als de component
bijvoorbeeld wordt geleverd zonder afstandsbediening, kan de component wellicht niet worden
bediend met een afstandsbediening.
•U hebt een andere component toegewezen aan de COMPONENT-keuzetoets of het
componentlabel. Een bijbehorende component wordt bepaald door een voorinstelcode in te
stellen. Om deze reden kan de naam van de component die u vooraf hebt ingesteld, verschillen
van de naam van het component label. In dit geval wordt u aangeraden de voorinstelcode
opnieuw in te stellen en de componentnaam (pagina 7) op het label te wijzigen (pagina 15).
•Stel de componentcode correct in. Als de code die als eerste wordt vermeld voor de component,
niet functioneert, probeert u alle codes voor de component in de volgorde waarin deze worden
vermeld in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”.
•Bepaalde functies zijn wellicht niet vooraf ingesteld. Als bepaalde of alle toetsen niet correct
functioneren, zelfs niet als u de componentcodes hebt ingesteld, gebruikt u de aanleerfunctie om
de afstandsbedieningssignalen voor de component te programmeren (pagina 12).
•De gewenste A/V-component kan wellicht niet worden bediend met de voorinstelcode in de
“Lijst met voorinstelcodes”. Zie “A/V-componenten instellen die niet worden weergegeven in de
lijst met voorinstelcodes” (pagina 8) om de beschikbare voorinstelcode voor de A/V-component
in te stellen.
•Als de visuele componenten zijn aangesloten op een audiosysteem, moet u de afstandsbediening
instellen zoals wordt beschreven bij “Het volume regelen van de visuele componenten die zijn
aangesloten op een audiosysteem” (pagina 23).
•U hebt afstandsbedieningssignalen op de volumetoetsen van de televisie of versterker
geprogrammeerd. In dit geval verzendt de afstandsbediening de aangeleerde signalen in plaats
van de signalen voor volumeregeling wanneer u een andere component dan een televisie of
versterker selecteert.
•Als u de aanleerfunctie gebruikt, moet u de afstandsbediening en de afstandsbediening van de A/
V-component op een afstand van 5 tot 10 cm van elkaar af plaatsen.
• Zorg ervoor dat de batterijen van de afstandsbediening van de A/V-component voldoende zijn
geladen. Als dit niet het geval is, moet u de batterijen vervangen.
Voordat u de aanleerfunctie gebruikt, moet u alle andere infraroodapparaten, zoals
airconditioners of hoofdtelefoons, uitschakelen.
•U mag de aanleerfunctie niet gebruiken in de buurt van een plasmascherm. Verplaats het
apparaat of schakel het plasmascherm uit.
•U mag de aanleerfunctie niet gebruiken bij sterke fluorescerende lampen. Verplaats het apparaat.
•Wanneer u deze afstandsbediening signalen aanleert van een afstandsbediening met een
interactief signaaluitwisselsysteem (wordt bij sommige Sony-receivers en -versterkers geleverd),
kan het responssignaal van de hoofdeenheid het aanleren op de afstandsbediening verstoren. In
dat geval moet u naar een plaats gaan waar de signalen de hoofdeenheid niet kunnen bereiken
(bijvoorbeeld een andere kamer).
32
NL
Probleem
U kunt een component niet
bedienen, zelfs niet nadat u de
afstandsbedieningssignalen hebt
geprogrammeerd met de
“aanleerfunctie”.
“NG” wordt weergegeven op de
derde regel op het scherm en er
klinkt vijf keer een pieptoon
terwijl u de voorinstelcode instelt.
“NG” wordt weergegeven op de
derde regel op het scherm en er
klinkt vijf keer een pieptoon terwijl
u de aanleerfunctie gebruikt.
“FULL” wordt weergegeven op de
derde regel op het scherm en er
klinkt vijf keer een pieptoon terwijl
u de aanleerfunctie gebruikt.
“NG” wordt weergegeven op de
derde regel op het scherm en er
klinkt vijf keer een pieptoon
wanneer u de instellingen van een
componentlabel naar een ander
componentlabel kopieert.
Er klinkt twee keer een pieptoon
wanneer u de voorinstelcode instelt.
Er klinkt twee keer een pieptoon
wanneer u de aanleerfunctie
gebruikt.
Er klinkt twee keer een pieptoon
wanneer u een componentmacro
programmeert.
“NG” wordt weergegeven op de
derde regel op het scherm en er
klinkt twee keer een pieptoon terwijl
u de inschakelfunctie programmeert.
Oplossing
Controleer
of de afstandsbediening de juiste signalen heeft aangeleerd. Zie “Opmerkingen” op
pagina 13 of “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14) en voer de aanleerprocedure nogmaals uit
(pagina 12).
Het
instellen van de voorinstelcode is niet voltooid. Stel de voorinstelcode nogmaals in aan de
hand van de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”.
•Het aanleren is niet voltooid. Probeer de aanleerprocedure nogmaals uit te voeren (pagina 12)
aan de hand van “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14).
Tijdens de aanleerprocedure hebt u een andere toets ingedrukt dan de toets waarvoor u het signaal
wilt programmeren. Programmeer het signaal nogmaals op de juiste toets (pagina 12).
Het geheugen voor aangeleerde signalen is vol. Wis aangeleerde signalen die niet vaak worden
gebruikt (pagina 14) en programmeer het gewenste signaal voor de afstandsbediening.
•De instelling kan in de volgende gevallen niet worden gekopieerd naar COMPONENT-
keuzetoetsen of labelkeuzetoetsen:
– Er is een aangeleerd signaal of componentmacro geprogrammeerd.
– Het componentlabel van de toets is gewijzigd.
– Het functielabel van de toets is gewijzigd.
In dit geval stelt u deze instellingen opnieuw in (pagina 28) voordat u begint met kopiëren.
•U probeert de instellingen van een andere A/V-component dan een televisie of versterker te
kopiëren naar de labelkeuzetoets waaraan een televisie of versterker is toegewezen. Aan de TV-
toets is alleen een televisie toegewezen en aan de labelkeuzetoets waarvoor vooraf een versterker
is ingesteld, is alleen een versterker of DVD-speler van een thuisbioscoop toegewezen.
•De afstandsbediening kan de instellingen niet kopiëren als de hoeveelheid geprogrammeerde
signaalgegevens te groot is. Wis in dit geval geprogrammeerde signalen die niet vaak worden
gebruikt (pagina 14) en kopieer de instellingen opnieuw.
De voorinstelcode kan in de volgende gevallen niet worden ingesteld onder de COMPONENT-
keuzetoets of labelkeuzetoets:
– Er is een aangeleerd signaal of componentmacro geprogrammeerd.
– Het componentlabel van de toets is gewijzigd.
– Het functielabel van de toets is gewijzigd.
In dit geval stelt u deze instellingen opnieuw in (pagina 28) voordat u begint met instellen.
•Zie “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14).
•Er is een ander signaal van de afstandsbediening op de gewenste toets geprogrammeerd. Wis het
aangeleerde signaal (pagina 14) of programmeer het signaal voor de afstandsbediening op een
andere toets (pagina 12).
•De wachttijd voor het aanleren (10 seconden) is verstreken. Begin opnieuw vanaf het begin.
U wilt
een componentmacro toewijzen aan de COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets
waaraan een andere componentmacro is toegewezen. Wis de componentmacro die is toegewezen
aan de toets (pagina 20) en wijs de gewenste componentmacro toe.
•Er zijn bij controle van de componentmacro meer dan 32 stappen geprogrammeerd na het
toevoegen van een vertraging. Er kunnen maximaal 32 stappen (inclusief vertraging) worden
geprogrammeerd. Programmeer de componentmacro opnieuw.
U wilt de inschakelfunctie programmeren (pagina 21) voor een COMPONENT-keuzetoets of
labelkeuzetoets waaraan een voorinstelcode voor een apparaat van een ander merk dan Sony is
toegewezen. De inschakelfunctie kan alleen worden geprogrammeerd voor een toets waaraan een
voorinstelcode voor een apparaat van Sony is toegewezen.
33
NL
Probleem
Een componentmacro functioneert
niet correct.
Het display wordt automatisch
uitgeschakeld.
De instelstand wordt onverwachts
gesloten tijdens het instellen.
Er klinkt geen pieptoon ter
bevestiging.
Er klinkt een pieptoon ter
bevestiging, zelfs wanneer u de
pieptoon hebt uitgeschakeld.
E” verschijnt op het scherm.
De instelstand van de
afstandsbediening kan niet
worden geactiveerd.
Oplossing
•Wanneer u een componentmacro programmeert, moet u de handelingen in de juiste volgorde
programmeren (pagina 18).
•Wijzig de richting van de afstandsbediening. Als de macro nog steeds niet correct functioneert,
plaatst u de afstandsbediening dichter bij de A/V-componenten.
Controleer of de geprogrammeerde A/V-componenten gereed zijn om de juiste signalen te
ontvangen (pagina 18).
•Als u de voorinstelcode hebt gewijzigd of signalen voor de afstandsbediening hebt
geprogrammeerd na de componentmacro, wordt het nieuwe signaal verzonden wanneer u de
componentmacro uitvoert.
•Het interval tussen de geprogrammeerde stappen is te kort. Zie “De geprogrammeerde stappen
van een componentmacro controleren en een vertraging toevoegen” (pagina 19) om het interval
te verlengen of de volgorde van de stappen te wijzigen.
De afstandsbediening is in de fabriek zo ingesteld dat het display automatisch wordt uitgeschakeld
wanneer u het langer dan 30 seconden niet gebruikt (automatisch uitschakelen). U kunt de tijd
voor automatisch uitschakelen instellen tussen 1 en 60 seconden (pagina 26).
Als u de afstandsbediening niet binnen 60 seconden gebruikt, wordt de instelstand gesloten. Voer
de volgende stap binnen 60 seconden uit.
De pieptoon is uitgeschakeld. Schakel deze in (pagina 27).
Er klinkt een pieptoon ter bevestiging in de instelstand, zelfs wanneer u de pieptoon hebt
uitgeschakeld.
De batterijen zijn bijna leeg. Vervang de batterijen door nieuwe.
Als “E” op het scherm wordt weergegeven, kan de instelstand van de afstandsbediening niet
worden geactiveerd. Vervang de batterijen door nieuwe.
34
NL
Overzicht van vooraf ingestelde functies
Schermtitel Codenummer Merk en component
TV 8001 Sony-televisie (analoog)
VCR 1003 Sony-videorecorder
SAT 3001 Analoge Sony-satellietreceiver
DVD 0001 Sony-DVD-speler
CABLE 9001 Analoge kabeldoos
DVD-R 0203 Sony-DVD-recorder
AMP 4001 Sony-receiver/-versterker
CD 5001 Sony-CD-speler
MD 7001 Sony-MD-deck
TAPE 6001 Sony-cassettedeck
De afstandsbediening kan signalen aanleren van afstandsbedieningen van de meeste bekende merken.
Wanneer u een voorinstelcode (pagina 7) instelt, kan de afstandsbediening elke A/V-component bedienen.
De afstandsbediening wordt in de fabriek ingesteld voor het bedienen van A/V-componenten van Sony. (Zie de
onderstaande tabel.)
Component Schermtitel
Televisie (analoog) TV
Televisie (digitaal) TV
Videorecorder VCR
Analoge satellietreceiver SAT
Digitale satellietreceiver SAT
DVD-speler DVD
Analoge kabeldoos CABLE
DVD-recorder, combinatie van DVD/videorecorder DVD-R
Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler DVD
Receiver/versterker AMP
CD-speler CD
MD-deck MD
Cassettedeck TAPE
De afstandsbediening onthoudt het signaal voor de overeenkomende A/V-componenten van Sony. Wanneer een A/V-
component van een ander merk wordt ingesteld, kan de functie van een toets een andere naam hebben. Zie de
volgende tabellen voor de toetsfuncties. (Wijzig indien nodig de functies die overeenkomen met de labelkeuzetoetsen
en schermmemo’s nadat u de voorinstelcode hebt ingesteld.)
35
NL
wordt vervolgd
Televisie (analoog)
Toets/weergave
1
t
1-9, 0, - (1-), ENT (2-)
2 +, –
%
PROGRAM +, –
/
a
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
A (Red)
B (Green)
C (Yellow)
D (Blue)
INFO
SLEEP
A/B
WIDE
PIP
SWAP
PIPCH+
PIPCH–
Label
POWER
INPUT
1-9, 0, -/--, ENTER
VOLUME+
VOLUME–
MUTING
PROGRAM+
PROGRAM–
RECALL
TELETEXT
TV ON
MENU
R, r, T, t
OK
RETURN
RED
GREEN
YELLOW
BLUE
INFO
SLEEP
DUAL SOUND
WIDE
PIP ON/OFF
PIP SWAP
PIP CH+
PIP CH–
Display
(labelkeuzetoetsen)
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Pagina 3/4
Toetsen
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De ingangsstand wijzigen
Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0
en 5 (of op 5 en ENT).
Volume omhoog: +
Volume omlaag: –
Het geluid van de televisie uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar
het vorige volume.
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN van de televisie uitvoeren,
afhankelijk van de instelling van de fabrikant van de televisie.
Overschakelen naar teletekst
Inschakelen
Overschakelen van teletekst naar televisie
Het scherm MENU openen
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren
De stand uitschakelen
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Het huidige programma op televisie weergeven
De slaapfunctie van de televisie bedienen (werkt alleen bij een televisie met de
slaapfunctie)
Het geluid van een dubbel geluidsspoor wisselen
Overschakelen naar WIDE
De “beeldinzet” in- of uitschakelen
De “beeldinzet” omwisselen
Omhoog door televisiezenders in de “beeldinzet” bladeren
Omlaag door televisiezenders in de “beeldinzet” bladeren
36
NL
Toets/weergave
1
t
1-9, 0, - (1-), ENT (2-)
2 +, –
%
PROGRAM +, –
DIGITAL/ANALOG
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
TOOLS
m
N
M
A (Red)
B (Green)
C (Yellow)
D (Blue)
INFO
SLEEP
A/B
2PICS
16:9
FREEZE
Label
POWER
INPUT
1-9, 0, -/--, ENTER
VOLUME+
VOLUME–
MUTING
PROGRAM+
PROGRAM–
RECALL
D/A MODE
TELETEXT
TV ON
EPG
MENU
R, r, T, t
OK
RETURN
TOOLS
VIDEO 1
VIDEO 2
VIDEO 3
RED
GREEN
YELLOW
BLUE
INFO
SLEEP
DUAL SOUND
TWIN PICS
16:9
FREEZE
Televisie (digitaal)
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Toetsen
Display
(labelkeuzetoetsen)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De ingangsstand wijzigen
Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0
en 5 (of op 5 en ENT).
Volume omhoog: +
Volume omlaag: –
Het geluid van de televisie uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar
het vorige volume.
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN van de televisie uitvoeren,
afhankelijk van de instelling van de fabrikant van de televisie.
Schakelen tussen de digitale/analoge stand
Overschakelen naar teletekst
Inschakelen
Overschakelen van teletekst naar televisie
De programmagids gebruiken
Het MENU venster openen
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het MENU venster invoeren
De stand uitschakelen
De instelstand OPTION openen
VIDEO 1 wijzigen
VIDEO 2 wijzigen
VIDEO 3 wijzigen
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Het huidige programma op televisie weergeven
De slaapfunctie van de televisie bedienen (werkt alleen bij een televisie met de
slaapfunctie)
Het geluid van een dubbel geluidsspoor wisselen
Het scherm in tweeën delen zodat u twee beelden tegelijk kunt bekijken
Overschakelen naar WIDE
Een stilstaande afbeelding van het huidige programma weergeven
37
NL
wordt vervolgd
Toets/weergave
1
t
1-9, 0, - (1-), ENT (2-)
PROGRAM +, –
/
a
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
m
N
M
x
X
z (REC)*
CMSKIP
HS REW
PLAYx2
QTIMER
SRCHT
SRCHt
CNTR
SP/LP
TV
LINE1
LINE2
DV IN
Label
POWER
ANT/SW
1-9, 0, -/--, ENTER
PROGRAM+
PROGRAM–
DISPLAY
INPUT
MENU
R, r, T, t
OK
EXIT
m
N
M
x
X
z
CM SKIP
H.S.REW
PLAYx2
QUICKTIMER
SEARCHT
SEARCHt
COUNTER
SP/LP
TV TUNER
LINE1
LINE2
DV INPUT
Videorecorder
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Pagina 4/4
* Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De antenne-uitvoer wijzigen
Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0
en 5 (of op 5 en ENT).
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
Het schermdisplay weergeven
De ingangsstand wijzigen
Het scherm MENU openen
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren
De stand uitschakelen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Opnemen
Reclame overslaan
Terugspoelen met hoge snelheid
Afspelen met dubbele snelheid
De opnameduur per 30 minuten selecteren en opnemen starten
REVIEW vergrendelde beeldzoekfunctie
CUE vergrendelde beeldzoekfunctie
De tellerweergave wijzigen
De bandsnelheid wisselen
Terugkeren naar televisie (de externe ingang opnieuw instellen)
De ingangsbron selecteren: LINE 1
De ingangsbron selecteren: LINE 2
De ingangsbron selecteren: Digitale video-ingang
Pagina 3/4
38
NL
Toets/weergave
1
t
1-9, 0
- (1-)
PROGRAM +, –
DIGITAL/ANALOG
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
TOOLS
A (Red)
B (Green)
C (Yellow)
D (Blue)
HELP
FAVORT
SERV
PILOT
PRSNL
A/B
Label
POWER
INPUT
1-9, 0
-/--
PROGRAM+
PROGRAM–
RECALL
INTRCTV
TELETEXT
BOX OFFICE
GUIDE
MENU
R, r, T, t
OK
EXIT
EPG
RED
GREEN
YELLOW
BLUE
HELP
FAVORITE
SERVICE
PILOT
PERSONAL
SAT A/B
Analoge satellietreceiver
Digitale satellietreceiver
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De uitgang van de satellietreceiver overschakelen naar de televisie. (Wanneer u een
televisiekabel of antenne op de receiver aansluit, schakelt de uitgang tussen een
televisie- en een satellietprogramma.)
De programma’s wijzigen
Getallen met twee cijfers selecteren
Dit werkt op dezelfde manier als de afstandsbediening van uw satelliettuner
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
Terugkeren naar de zender waarop het laatst was afgestemd
Het scherm INTERACTIVE weergeven
Overschakelen naar teletekst
Het scherm BOX OFFICE weergeven
De Master Guide openen
Het scherm MENU openen
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren
De stand uitschakelen
Het scherm EPG weergeven of verbergen
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
De Help weergeven
Alleen omhoog/omlaag schakelen langs favoriete zenders
De “PAY PER VIEW” of “programme download” servicefunctie uitvoeren
Het scherm EPG in- of uitschakelen
De instelmodi weergeven
Schakelen tussen receivers
39
NL
wordt vervolgd
Toets/weergave
1
t
1-9, 0
- (1-)
PROGRAM +, –
DIGITAL/ANALOG
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
m
N
M
x
X
z (REC)*
A (Red)
B (Green)
C (Yellow)
D (Blue)
HELP
SERV
Label
POWER
INPUT
1-9, 0
-/--
PROGRAM+
PROGRAM–
INTRCTIV
TELETEXT
BOX OFFICE
GUIDE
MENU
R, r, T, t
OK
EXIT
m
N
M
x
X
z
RED
GREEN
YELLOW
BLUE
HELP
SERVICE
Digitale satellietreceiver (No. 3201)
Pagina
1/4
* Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Toetsen
Display
(Label select
buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De uitgang van de satellietreceiver overschakelen naar de televisie. (Wanneer u een
televisiekabel of antenne op de receiver aansluit, schakelt de uitgang tussen een
televisie- en een satellietprogramma.)
De programma’s wijzigen
Getallen met twee cijfers selecteren
Dit werkt op dezelfde manier als de afstandsbediening van uw satelliettuner
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
Het scherm INTERACTIVE weergeven
Overschakelen naar teletekst
Het scherm BOX OFFICE weergeven
De Master Guide openen
Het scherm MENU openen
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren
De stand uitschakelen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Opnemen
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
Fastext-toets
De Help weergeven
De “PAY PER VIEW” of “programme download” servicefunctie uitvoeren
40
NL
Toets/weergave
1
1-9, 0
- (1-)
ENT (2-)
PROGRAM +, –
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
TOOLS
m
N
M
x
X
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
SLOWT
SLOWt
P.MODE
SRCHT
SRCHt
EJECT
Label
POWER
1-9, 0
+10
ENTER
>
.
DISPLAY
SUBTITLE
TOP MENU
DVD MENU
R, r, T, t
OK
RETURN
SET UP
m
N
M
x
X
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
SLOWT
SLOWt
PLAY MODE
SEARCHT
SEARCHt
EJECT
DVD-speler
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Pagina 4/4
Pagina 3/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm
Nummer 10 en hoger selecteren
De instelling invoeren. Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm.
Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje
Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje
De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven
De ondertiteling wijzigen
Het hoofdmenu weergeven
Het DVD-menu weergeven
De cursor verplaatsen
De items uitvoeren die zijn geselecteerd op het scherm
Terugkeren naar het vorige scherm
Het scherm voor instellingen openen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Het geluid aanpassen
De herhaalstand openen
De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen
De weergavehoek wisselen
Het beeld vertraagd weergeven in de omgekeerde richting
Het beeld vertraagd weergeven in de voorwaartse richting
De afspeelstand wijzigen
Zoeken in de omgekeerde richting
Zoeken in de voorwaartse richting
De lade openen of sluiten
Toets/weergave
1
1-9, 0
ENT (2-)
PROGRAM +, –
Label
POWER
1-9, 0
ENTER
PROGRAM+
PROGRAM–
RECALL
Analoge kabeldoos
Toetsen
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De programma’s wijzigen
Het programma openen
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN bedienen.
41
NL
wordt vervolgd
Toets/weergave
1
1-9, 0
- (1-)
ENT (2-)
PROGRAM +, –
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
TOOLS
m
N
M
x
X
z (REC)*
2
A (Red)
D (Blue)
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
SLOWT
SLOWt
P.MODE
SRCHT
SRCHt
EJECT
R.MODE
Label
POWER
1-9, 0
+10
ENTER
PROGRAM+
PROGRAM–
DECKCHANGE
DISPLAY
SUBTITLE
TOP MENU
DVD MENU
R, r, T, t
OK
RETURN
SET UP
m
N
M
x
X
z
>
.
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
SLOWT
SLOWt
PLAY MODE
SEARCHT
SEARCHt
EJECT
REC MODE
DVD-recorder
Combinatie van DVD/videorecorder*
1
Pagina 1/4 Pagina 2/4
Pagina 4/4
*
1
Het is mogelijk dat de afstandsbediening de videorecorder van een combinatie van DVD-recorder/videorecorder niet kan bedienen,
hoewel de voorinstelcode is ingesteld. In een dergelijk geval kunt u de functies voor de videorecorder met de aanleerfunctie
programmeren op lege toetsen of de videorecorder toewijzen aan een andere toets in de componentmacro.
*
2
Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Pagina 3/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm
Nummer 10 en hoger selecteren
Instellingen opgeven of items instellen die zijn geselecteerd op het scherm
Programma met een hoger nummer: +
Programma met een lager nummer: –
Het deck wisselen
De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven
De ondertiteling wijzigen
Het hoofdmenu weergeven
Het DVD-menu weergeven
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het menuvenster invoeren
Terugkeren naar het vorige scherm
Het scherm voor instellingen openen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Opnemen
Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje
Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje
Het geluid aanpassen
De herhaalstand openen
De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen
De weergavehoek wisselen
Het beeld vertraagd weergeven in de omgekeerde richting
Het beeld vertraagd weergeven in de voorwaartse richting
De afspeelstand wijzigen
Zoeken in de omgekeerde richting
Zoeken in de voorwaartse richting
De lade openen of sluiten
De opnamestand wijzigen
42
NL
Toets/weergave
1
t
1-9, 0
- (1-)
ENT (2-)
2 +, –
%
PROGRAM +, –
DIGITAL/ANALOG
/
a
GUIDE
MENU
V, v, B, b
OK
RETURN
TOOLS
m
N
M
x
X
SFIELD
TUNER
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
EJECT
P.MODE
Label
POWER
INPUT
1-9, 0
+10
ENTER
VOLUME+
VOLUME–
MUTING
>
.
DISC SKIP
BAND
DISPLAY
SUBTITLE
TOP MENU
MENU
R, r, T, t
OK
RETURN
SET UP
m
N
M
x
X
SOUNDFIELD
TUNER
AUDIO
REPEAT
CLEAR
ANGLE
EJECT
PLAY MODE
Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler
Pagina 1/4 Pagina 2/4 Pagina 3/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De ingangsstand wijzigen
Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm
Nummer 10 en hoger selecteren
Instellingen opgeven of items instellen die zijn geselecteerd op het scherm
Volume omhoog: +
Volume omlaag: –
Het volume van de combinatie thuisbioscoop/DVD-speler uitschakelen. Druk
nogmaals op de toets om terug te keren naar het vorige volume.
Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje
Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje
De volgende disc selecteren
De band selecteren
De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven
De ondertiteling wijzigen
Het hoofdmenu weergeven
Het DVD-menu weergeven
De cursor verplaatsen
Het geselecteerde item in het menuvenster invoeren
Terugkeren naar het vorige scherm
Het scherm voor instellingen openen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Het geluidsveld in- of uitschakelen
De tunerband selecteren
Het geluid aanpassen
De herhaalstand openen
De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen
De weergavehoek wisselen
De lade openen of sluiten
De afspeelstand wijzigen
43
NL
wordt vervolgd
Toets/weergave
1
t
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
2 +, –
%
PROGRAM +, –
DIGITAL/ANALOG
/
SFIELD
CENTR+
CENTR–
GENRE
REAR+
REAR–
T.TONE
WOOFR+
WOOFR–
D.IN
Label
POWER
INPUT
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
VOLUME+
VOLUME–
MUTING
PRESET+
PRESET–
SHIFT
BAND
5.1INPUT
SOUNDFIELD
CENTER+
CENTER–
GENRE
REAR+
REAR–
TEST TONE
SUBWOOFER+
SUBWOOFER–
DIGITAL IN
Receiver/versterker
Pagina 1/4 Pagina 2/4 Pagina 3/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De geselecteerde ingang opeenvolgend wijzigen
De ingangsbron selecteren: VIDEO1
De ingangsbron selecteren: VIDEO2
De ingangsbron selecteren: AUX
De ingangsbron selecteren: TUNER
De ingangsbron selecteren: CD
De ingangsbron selecteren: TAPE
De ingangsbron selecteren: MD/DAT
De ingangsbron selecteren: TV
De ingangsbron selecteren: PHONO
De ingangsbron selecteren: DVD
Volume omhoog: +
Volume omlaag: –
Het geluid van de receiver/versterker uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om
terug te keren naar het vorige volume.
Frequentie omhoog tijdens vooraf instellen of afstemmen: +
Frequentie omlaag tijdens vooraf instellen of afstemmen: –
De band of voorkeursselectie wijzigen
De tunerband selecteren
Het meerkanaals geluid van 5.1-kanaals ingangen en hoger wijzigen
Het geluidsveld in- of uitschakelen
Het niveau van de middenluidspreker aanpassen
Het niveau van de middenluidspreker aanpassen
Een geluidsveldgenre selecteren
Het niveau van de achterluidspreker aanpassen
Het niveau van de achterluidspreker aanpassen
Een testtoon uitvoeren
Het subwooferniveau regelen
Het subwooferniveau regelen
De digitale ingang wisselen
Pagina 4/4
44
NL
Toets/weergave
1
1-9, 0
- (1-)
ENT (2-)
PROGRAM +, –
/
m
N
M
x
X
z (REC)*
REPEAT
SHFFL
FADER
EJECT
P.MODE
CLEAR
Label
POWER
1-9, 0
+10
ENTER
>
.
DISC SKIP
DISPLAY
m
N
M
x
X
z
REPEAT
SHUFFLE
FADER
EJECT
PLAY MODE
CLEAR
CD-speler
Pagina 1/4 Pagina 2/4
* Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
Het tracknummer selecteren
Nummer 10 en hoger selecteren
De instelling invoeren
De volgende track selecteren
De vorige track selecteren
De volgende disc selecteren
Het display van de CD-speler in- of uitschakelen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Opnemen
De stand voor herhaaldelijk afspelen selecteren
Afspelen in willekeurige volgorde
Infaden/uitfaden wisselen
Openen/sluiten
De afspeelstand wijzigen
De instelling wissen
Toets/weergave
1
- (1-)
ENT (2-)
V
v
B
b
OK
RETURN
m
N
M
x
X
z (REC)*
Label
POWER
DECK Ab
DECK Bb
A/B
DECK BN
DECK Bx
DECK Bm
DECK BM
DECK BX
DECK Bz
DECK Am
DECK AN
DECK AM
DECK Ax
DECK AX
DECK Az
Cassettedeck
* Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Toetsen
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
De afspeelrichting van deck A wijzigen
De afspeelrichting van deck B wijzigen
Het deck selecteren: Deck A of Deck B (alleen voor dubbel cassettedeck)
Deck B afspelen
Deck B stoppen
Deck B terugspoelen
Deck B snel vooruitspoelen
Deck B onderbreken
Deck B opnemen
Deck A terugspoelen
Deck A afspelen
Deck A snel vooruitspoelen
Deck A stoppen
Deck A onderbreken
Deck A opnemen
45
NL
Toets/weergave
1
1-9, 0
- (1-)
ENT (2-)
PROGRAM +, –
/
m
N
M
x
X
z (REC)*
REPEAT
SHFFL
FADER
EJECT
P.MODE
CLEAR
CDSYNC
DECK A
DECK B
Label
POWER
1-9, 0
+10
ENTER
>
.
DISC SKIP
DISPLAY
m
N
M
x
X
z
REPEAT
SHUFFLE
FADER
EJECT
PLAY MODE
CLEAR
CD SYNCRO
DECK A
DECK B
MD-deck
Pagina 1/4 Pagina 2/4
* Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan
2 seconden wordt ingedrukt.
Pagina 3/4
Toetsen
Display
(Label select buttons)
Functie
Het apparaat in-/uitschakelen
Het tracknummer selecteren
Nummer 10 en hoger selecteren
De instelling invoeren
De volgende track selecteren
De vorige track selecteren
De volgende disc selecteren
De weergavestand wijzigen of de weergave in- of uitschakelen
Terugspoelen
Afspelen
Snel vooruitspoelen
Stoppen
Pauzeren
Opnemen
De stand voor herhaaldelijk afspelen selecteren
Afspelen in willekeurige volgorde
Infaden/uitfaden wisselen
Openen/sluiten
De afspeelstand wijzigen
De instelling wissen
Synchroniseren met de CD starten
Een deck van het dubbele MD-deck selecteren: A
Een deck van het dubbele MD-deck selecteren: B

Documenttranscriptie

Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen) Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verwijdering van oude batterijen (in de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen) Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de meegeleverde batterij van dit product niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door deze batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. In het geval dat de producten om redenen van veiligheid, prestaties dan wel in verband met data-integriteit een permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal. Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te verwijderen. Overhandig de batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van batterijen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product of batterij, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. 2NL Kenmerken Met de afstandsbediening RM-VL1400T kunt u alle A/Vcomponenten bedienen met één afstandsbediening. U hebt dan niet voor elke A/V-component een afzonderlijke afstandsbediening nodig. Hierna volgen de belangrijkste kenmerken van het apparaat. Maximaal 10 componenten tegelijk bedienen Met de afstandsbediening kunt u maximaal 10 componenten bedienen, inclusief uw televisie, videorecorder, satelliettuner, DVD-speler, versterker, CD-speler, enzovoort. Centrale bediening van A/V-componenten van Sony met één afstandsbediening De afstandsbediening is in de fabriek ingesteld voor het bedienen van Sony-componenten, dus na het uitpakken kunt u de afstandsbediening onmiddellijk gebruiken als regelcentrum voor uw A/V-componenten van Sony. Afstandsbedieningssignalen voor componenten van andere merken dan Sony zijn ook vooraf ingesteld De afstandsbediening herkent ook de voorinstelcodes van componenten van de meeste andere merken, naast die van Sony. Selecteer eenvoudig de bijbehorende codes om al uw A/V-componenten te bedienen. Aanleerfunctie voor het programmeren van verschillende andere afstandsbedieningssignalen Deze afstandsbediening beschikt over een aanleerfunctie waarmee het apparaat de afstandsbedieningssignalen kan aanleren die zijn vereist om andere, niet vooraf ingestelde componenten of functies te bedienen. Daarnaast kan deze afstandsbediening afstandsbedieningssignalen aanleren (alleen infraroodsignalen) van andere componenten dan A/Vcomponenten, zoals airconditioning, verlichting, enzovoort (bepaalde producten of functies zijn wellicht niet beschikbaar). Maximaal 10 opdrachtreeksen (componentmacro’s) instellen met maximaal 32 opeenvolgende stappen U kunt maximaal 10 opdrachtreeksen (componentmacro’s) instellen die maximaal 32 opeenvolgende stappen uitvoeren met een druk op één toets. Helder, gemakkelijk leesbaar organisch EL-display en volledig verlichte toetsen Door het geïntegreerde organische EL-display (elektroluminescentie) en volledig verlichte toetsen kunt u de afstandsbediening eenvoudig in het donker gebruiken. Inhoudsopgave Kenmerken ........................................................... 2 Voorbereidingen Uitpakken ............................................................. 4 De batterijen plaatsen ......................................... 4 Plaats en functie van bedieningselementen ..... 5 Basisfuncties De bediening van A/V-componenten instellen ............................................................. 7 A/V-componenten instellen die niet worden weergegeven in de lijst met voorinstelcodes ... 8 De A/V-componenten bedienen met de afstandsbediening ............................................ 9 De inschakelopdracht van een geselecteerde A/V-component instellen ................................ 21 De instellingen van een COMPONENTkeuzetoets kopiëren naar een andere toets ... 22 Het volume regelen van visuele componenten die zijn aangesloten op een audiocomponent ............................................. 23 Overigen De toetsverlichting instellen ............................ 24 Het display instellen ......................................... 26 De pieptoon instellen ........................................ 27 De instellingen opnieuw instellen ................... 28 De gewenste A/V-component selecteren ........... 9 Een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets opnieuw instellen ................. 28 A/V-componenten bedienen ............................ 10 Alle instellingen opnieuw instellen .................... 28 Overige handige functies ................................. 11 De afstandsbediening in het donker bedienen ........................................................ 11 De bedieningselementen vergrendelen ........... 11 De toetsfunctie controleren .............................. 11 Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen ..................................... 30 Onderhoud ......................................................... 30 Technische gegevens ....................................... 30 Geavanceerde functies Problemen oplossen ......................................... 31 Signalen van een andere component programmeren ................................................ 12 Overzicht van vooraf ingestelde functies ....... 34 Een signaal programmeren onder de COMPONENT-keuzetoets .............................. 13 Televisie (digitaal) ............................................. 36 Als de afstandsbediening niet correct werkt .... 14 Analoge satellietreceiver Digitale satellietreceiver ................................. 38 De functie van een “aangeleerd” signaal wijzigen of wissen .......................................... 14 Televisie (analoog) ............................................ 35 Videorecorder ................................................... 37 Digitale satellietreceiver (No. 3201) ................. 39 De tekens op het scherm wijzigen .................. 15 DVD-speler ....................................................... 40 De A/V-componentnaam wijzigen .................... 16 Analoge kabeldoos .......................................... 40 De functienaam van labelkeuzetoetsen wijzigen .......................................................... 16 DVD-recorder Combinatie van DVD/videorecorder .............. 41 De functielabels wijzigen .................................. 17 Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler ..... 42 Een opdrachtreeks (componentmacro) gebruiken ........................................................ 18 Receiver/versterker .......................................... 43 Een componentmacro programmeren ............. 18 Cassettedeck ................................................... 44 Controleren of een componentmacro op de juiste manier wordt uitgevoerd ....................... 19 MD-deck ........................................................... 45 CD-speler ......................................................... 44 Geprogrammeerde stappen van een componentmacro wissen ............................... 20 3NL Voorbereidingen Uitpakken De batterijen plaatsen Controleer de inhoud van de verpakking voordat u de afstandsbediening gebruikt. Schuif het deksel van de batterijhouder open en plaats twee LR6-alkalinebatterijen (AA-formaat) (niet bijgeleverd) in de houder. • Afstandsbediening RM-VL1400T (1) • • • • Gebruiksaanwijzing (1) Lijst met voorinstelcodes (1) Garantiekaart (1) R6-batterijen (AA-formaat) (2) De batterijen vervangen Onder normale omstandigheden gaan de alkalinebatterijen maximaal 5 maanden mee. Als de afstandsbediening niet op de juiste manier werkt, zijn de batterijen bijna leeg en wordt “E” weergegeven op het scherm. Opmerkingen over het vervangen van de batterijen • Vervang de batterijen binnen één uur. Anders worden de instellingen van het apparaat (pagina 24) geïnitialiseerd. • Probeer droge batterijen niet opnieuw op te laden. • Draag droge batterijen niet samen met muntstukken of andere metalen voorwerpen. Als de positieve en negatieve aansluitpunten van de batterijen per ongeluk in contact komen met metalen voorwerpen, kan warmte worden geproduceerd. • Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijdert u de batterijen om beschadiging door batterijlekkage of corrosie te voorkomen. • Gebruik geen verschillende typen batterijen tegelijk. • Als u de batterijen vervangt, moet u beide vervangen door nieuwe. • De bijgeleverde mangaanbatterijen zijn bedoeld om het apparaat te testen. U kunt het beste in de handel verkrijgbare alkalinebatterijen gebruiken. (Oplaadbare batterijen kunnen niet worden gebruikt.) 4NL 5 t-toets (ingangskeuze) Plaats en functie van bedieningselementen 6 COMPONENT-keuzetoetsen (TV/VCR/SAT/ DVD) (pagina 9) Hiermee kunt u de gewenste A/V-component selecteren. Afstandsbediening 7 Cijfertoetsen 8 1-/-/—toets 9 DIGITAL/ANALOG-toets q; 2 (volume) +/–-toetsen* (pagina 10) Hiermee past u het volume aan. qa %-toets (dempen)* (pagina 10) Hiermee schakelt u het geluid uit. Druk op de toets om het geluid uit te schakelen en druk nogmaals op de toets om het vorige volume te herstellen. qs GUIDE-toets qd OK-toets en cursortoetsen (V/v/B/b) qf RETURN-toets qg Afspeelfunctietoetsen (m/N/M/z/x/ X) qh 1-toets (aan/uit) qj OTHER-toets Hiermee geeft u de A/V-componenten weer die niet zijn ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen. Druk hierop om te wisselen tussen 2 pagina’s. qk 2-/ENT-toets (invoer) Hiermee selecteert u het programma. ql PROGRAM +/–-toetsen Hiermee selecteert u het programma. w; /-toets (teletekst) wa -toets (oproepen) De PROGRAM +-toets, cijfertoets 5 en N-toets zijn voorzien van een voelstip. ws a-toets (TV aan) 1 wd MENU-toets -toets (licht) (pagina 11, 24) Hiermee kunt u de verlichting van de toetsen helderder maken in het donker. Druk één keer op de toets om de verlichting van de toets in of uit te schakelen. 2 Organisch EL-display Hierin worden de functies, het instelmenu, het overdrachtspictogram, enzovoort weergegeven. 3 Labelkeuzetoetsen Hiermee kunt u de gewenste A/V-component of de gewenste functie op het scherm selecteren. 4 SCROLL-toets Hiermee kunt u wisselen tussen de functies die op het scherm worden weergegeven wanneer u de A/Vcomponenten bedient. Druk hierop om te wisselen tussen 4 pagina’s. wf TOOLS-toets wg Kleurtoetsen (A (rood)/B (groen)/C (geel)/D (blauw)) * Opmerking over de 2 +/–- en %-toetsen Wanneer u een visuele component selecteert, wordt het volume van de televisie geregeld. Wanneer u een audiocomponent selecteert, wordt het volume van de versterker geregeld (pagina 23). Opmerking De functie van de toets verandert afhankelijk van de instelling van de afstandsbediening of de A/V-component die u wilt bedienen. Zie het “Overzicht van vooraf ingestelde functies” (pagina 34) voor meer informatie over de bediening van de toetsen voor elke A/V-component in de in de fabriek ingestelde stand. wordt vervolgd 5NL Display 1 Schermtitel Hier wordt de status van de afstandsbediening weergegeven. 2 Labelfunctie Als u op een toets drukt, verschijnt de functie van de toets op de tweede regel op het scherm. De tekens die op het scherm worden weergegeven, kunnen worden gewijzigd (pagina 15). 3 Weergave van A/V-component/functie Hier worden de A/V-componenten weergegeven die u kunt selecteren met de labelkeuzetoetsen of de functies die beschikbaar zijn voor elke A/V-component. De tekens die op het scherm worden weergegeven, kunnen worden gewijzigd (pagina 15). 4 Paginanummer 6NL Basisfuncties De bediening van A/V-componenten instellen —Componentcode instellen De afstandsbediening wordt in de fabriek ingesteld voor het bedienen van A/V-componenten van Sony. (Zie de onderstaande tabel.) Als u de afstandsbediening gebruikt voor in de fabriek ingestelde Sony-componenten, slaat u de volgende procedures over. Als u de afstandsbediening wilt gebruiken voor A/V-componenten van andere merken, of voor A/V-componenten van Sony die niet worden bediend door de afstandsbediening, moet u de procedures uitvoeren om de componentcode in te stellen. Fabrieksinstelling Vooraf ingestelde A/V-componenten TV Sony-televisie (analoog) VCR VCR Sony-videorecorder SAT SAT Analoge Sony-satellietreceiver DVD DVD Sony-DVD-speler Labelkeuzetoets links CABLE Analoge kabeldoos Labelkeuzetoets midden DVD-R Sony-DVD-recorder Labelkeuzetoets rechts AMP Sony-receiver/-versterker Labelkeuzetoets links CD Sony-CD-speler Labelkeuzetoets midden MD Sony-MD-deck Labelkeuzetoets rechts TAPE Sony-cassettedeck OTHER Schermtitel TV 1 Pagina 2/2 Pagina 1/2 COMPONENT-keuzetoetsen Raadpleeg de tabellen in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes” voor de viercijferige voorinstelcode voor de gewenste A/V-component. 3 Druk op de V/v-toetsen om “1 PRESET” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “PRESET” wordt weergegeven als schermtitel. Als er meer dan één codenummer wordt vermeld, gebruikt u het codenummer dat als eerste wordt vermeld. Als u bijvoorbeeld een Panasonic-televisie wilt instellen, moet u het codenummer 8095 gebruiken. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 4 Druk op de COMPONENT-keuzetoets voor de gewenste A/V-component. Het label van de geselecteerde A/V-component en de voorinstelcode die momenteel is ingesteld, worden op het scherm weergegeven. 2 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. Tips • Als u A/V-componenten wilt instellen die niet zijn ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen, drukt u herhaaldelijk op de OTHER-toets en drukt u vervolgens op de labelkeuzetoets bij de gewenste A/V-component. • U kunt andere componenten instellen onder de COMPONENT-keuzetoetsen of labelkeuzetoetsen dan die zijn ingesteld onder de toetsen of op het scherm. Houd er echter rekening mee dat onder de TV-toets alleen een televisie kan worden ingesteld en dat onder de labelkeuzetoets (waaronder een versterker is ingesteld als fabrieksinstelling) alleen een versterker of DVD-speler van een thuisbioscoop kan worden ingesteld. NL wordt vervolgd 7 5 Druk op de cijfertoetsen om de viercijferige voorinstelcode in te voeren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Voorbeeld: “8095” invoeren Druk op 8, 0, 9, 5 en druk vervolgens op de OK-toets. Er klinkt een pieptoon en de viercijferige voorinstelcode die u hebt ingesteld en “OK” worden weergegeven op het scherm. Vervolgens wordt het scherm zoals in stap 3 weergegeven. 6 Herhaal stap 4 en 5 als u voorinstelcodes wilt instellen voor andere A/Vcomponenten. 7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. A/V-componenten instellen die niet worden weergegeven in de lijst met voorinstelcodes —Zoekfunctie U kunt A/V-componenten die niet worden weergegeven in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”, instellen met de zoekfunctie. Voordat u de zoekfunctie start Stel elke A/V-component in op de volgende status, zodat de zoekfunctie goed functioneert. Televisie, versterker: ingeschakeld CD-speler, MD-deck, Cassettedeck: ingeschakeld met een afspeelbron. Andere component: uitgeschakeld 1 “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Opmerkingen • Als u een voorinstelcode invoert die niet in de tabel in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes” wordt weergegeven en op de OK-toets drukt, klinkt er vijf keer een pieptoon. Vervolgens verschijnen de opgegeven viercijferige code en “NG” op het scherm en het scherm uit stap 4 wordt opnieuw weergegeven. Controleer de voorinstelcode en probeer de code opnieuw in te voeren. • Als u niet binnen 60 seconden na elke stap opnieuw iets invoert in de afstandsbediening, wordt de instelprocedure geannuleerd en wordt de instelstand gesloten. Begin opnieuw vanaf het begin. • De afstandsbediening herkent het type A/V-component wanneer een voorinstelcode wordt ingevoerd in stap 5 en vervolgens wordt de schermtitel bepaald die wordt weergegeven wanneer u de A/V-component gebruikt. Als de schermtitel niet overeenkomt met de component die u hebt ingesteld, kunt u het componentlabel wijzigen. • U kunt geen A/V-componenten instellen wanneer u andere afstandsbedieningssignalen programmeert met de aanleerfunctie (pagina 12), een componentmacro programmeert (pagina 18) of het label wijzigt (pagina 15). In een dergelijk geval herstelt u de instellingen voor de A/V-component (pagina 28) en stelt u de A/V-componenten opnieuw in. 8NL Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Druk op de V/v-toetsen om “1 PRESET” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “PRESET” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de COMPONENT-keuzetoets voor de gewenste A/V-component. Het label van de geselecteerde A/V-component en de voorinstelcode die momenteel is ingesteld, worden op het scherm weergegeven. 4 Druk op de toets PROGRAM + of PROGRAM – en druk vervolgens herhaaldelijk op de 1-toets (aan/uit) tot de A/V-component op de volgende manier reageert. Televisie: wordt uitgeschakeld. Versterker: wordt uitgeschakeld of het volume wordt verhoogd. CD-speler, MD-deck, Cassettedeck: wordt uitgeschakeld of het afspelen wordt gestart. Andere component: wordt ingeschakeld De A/V-componenten bedienen met de afstandsbediening Selecteer de gewenste A/V-component door op de COMPONENT-keuzetoets op de afstandsbediening te drukken en bedien de A/V-component. De gewenste A/V-component selecteren Druk op de COMPONENT-keuzetoets om de gewenste A/V-component te selecteren. 5 Druk op de OK-toets of op de middelste labelkeuzetoets. Er klinkt een pieptoon en de viercijferige voorinstelcode die u hebt ingesteld en “OK” worden weergegeven op het scherm. Vervolgens wordt het scherm zoals in stap 2 weergegeven. 6 Herhaal stap 3 tot en met 5 als u andere A/ V-componenten wilt instellen. 7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. Als u op de OTHER-toets drukt, worden de A/Vcomponenten die u kunt selecteren, op het scherm weergegeven. Selecteer de gewenste A/V-component door op de bijbehorende labelkeuzetoets te drukken. U kunt de A/V-componenten die op het scherm worden weergegeven, wisselen door herhaaldelijk op de OTHERtoets te drukken. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. wordt vervolgd 9NL A/V-componenten bedienen Druk op de betreffende toetsen op de afstandsbediening om uw A/V-componenten te bedienen. U kunt de functies die op het scherm worden weergegeven, selecteren met de labelkeuzetoetsen die bij elke functie horen. U kunt de functies die op het scherm worden weergegeven, wisselen door herhaaldelijk op de SCROLL-toets te drukken. Het volume regelen Druk op de 2 (volume) +/–-toetsen om het volume aan te passen. Druk op de %-toets (dempen) om het geluid tijdelijk uit te schakelen. Wanneer u een visuele component selecteert, wordt het volume van de televisie geregeld. Wanneer u een audiocomponent selecteert, wordt het volume van de versterker geregeld. Zie “Het volume regelen van de visuele componenten die zijn aangesloten op een audiocomponent” op pagina 23 voor informatie over het wijzigen van de instelling van de volumeregeling. 2 (volume) +/–-toetsen %-toets (dempen) Voorbeeld: een televisie bedienen 1 Druk op de TV-toets. De afstandsbediening staat in de wachtstand voor het bedienen van de televisie. 2 Druk op de 1-toets (aan/uit). De televisie wordt ingeschakeld. 3 Druk op de toetsen voor de gewenste handeling. Wanneer een signaal wordt verzonden, wordt weergegeven. U kunt ook andere toetsen gebruiken, zoals de toetsen 2 (volume) +/–, PROGRAM +/–, % (dempen), de cursortoetsen en de MENU-toets. Zie ook “Overzicht van vooraf ingestelde functies” (pagina 34) voor de functies van de toetsen voor elke broncomponent. Tip Als de afstandsbediening niet naar behoren werkt, controleert u de functie van de toets met de labelfunctie (pagina 11) of programmeert u de signalen met de aanleerfunctie (pagina 12). Informatie over de z/REC-toets (opname) Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. z/REC-toets (opname) 10NL Opmerking Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van de televisie of versterker programmeert met de aanleerfunctie (pagina 12), verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal ook om andere componenten dan een televisie of versterker te bedienen. Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van andere componenten dan een televisie of versterker programmeert, verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal om de A/V-component te bedienen in plaats van het volume van de televisie of versterker. De bedieningselementen ontgrendelen Overige handige functies De afstandsbediening in het donker bedienen Houd de toets. -toets (licht) ingedrukt en druk op de SCROLL- De toetsfunctie controleren —Labelfunctie -toets (licht) COMPONENT Druk op de -toets (licht) om de toetsverlichting van de afstandsbediening in te schakelen. Druk nogmaals op de -toets (licht) om de verlichting uit te schakelen. Als u langer dan 10 seconden niet op een toets drukt, wordt de toetsverlichting van de afstandsbediening automatisch uitgeschakeld. Als u op een toets drukt, verschijnt de functie van de toets op de tweede regel op het scherm wanneer de afstandsbediening bedieningssignalen verzendt. U kunt de functie ook weergeven zonder de bedieningssignalen van de afstandsbediening te verzenden. Zie “De tekens op het scherm wijzigen” (pagina 15) als u de tekens op het scherm wilt wijzigen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de gewenste toets. De toetsfunctie wordt op de tweede regel op het scherm weergegeven. De afstandsbedieningssignalen worden niet verzonden. Standaardinstellingen voor de toetsverlichting Instelling voor uitschakelen 10 seconden Helderheidsniveau 15 (maximum)* Fade-effect Aan Instelling voor inschakelen Alle toetsen Toetsfunctie * Het helderheidsniveau is vooraf ingesteld in de fabriek op 15 (maximum). Als u de afstandsbediening gebruikt met deze instelling, kan de levensduur van de batterijen korter zijn. Zie “De toetsverlichting instellen” (pagina 24) om de instellingen voor de toetsverlichting te wijzigen. De bedieningselementen vergrendelen —Hold-functie U kunt alle toetsen vergrendelen met de Hold-functie om ongewenste bediening van de toetsen te voorkomen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de SCROLL-toets. Alle toetsen worden vergrendeld en het volgende bericht wordt op het scherm weergegeven. 11NL Geavanceerde functies Signalen van een andere component programmeren 4 —Aanleerfunctie Als u A/V-componenten of toetsfuncties wilt bedienen die niet vooraf zijn ingesteld, gebruikt u de volgende procedure voor het “aanleren” om de programmeerbare signalen te “programmeren” onder de toetsen van de afstandsbediening. U kunt de aanleerfunctie ook gebruiken om het signaal van afzonderlijke toetsen te wijzigen nadat u de voorinstelcode hebt ingesteld (pagina 7). U kunt eventueel het label wijzigen (pagina 15) van de aangeleerde toets. Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets die hoort bij de A/Vcomponent die de afstandsbediening moet aanleren. Het label van de geselecteerde A/V-component verschijnt op de tweede regel op het scherm. 5 Druk op de toets waaronder u het signaal wilt programmeren. Opmerking Bepaalde specifieke afstandsbedieningssignalen kunnen wellicht niet worden aangeleerd. 1 Plaats de afstandsbediening recht tegenover de afstandsbediening van de A/ V-component. Het display wordt uitgeschakeld en de aanleerstand van de afstandsbediening wordt ingeschakeld. Tip Andere afstandsbediening Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, kunt u het label wijzigen. Zie “De tekens op het scherm wijzigen” (pagina 15) voor meer informatie. 6 ongeveer 5-10 cm tussenruimte 2 RM-VL1400T Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Er klinkt een pieptoon en de aangeleerde toetsnaam en “OK” worden op de derde regel op het scherm weergegeven. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 3 Houd de toets op de andere afstandsbediening ingedrukt tot u een pieptoon hoort. Druk op de V/v-toetsen om “2 LEARN” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LEARN” wordt weergegeven als schermtitel. 7 Herhaal stap 5 en 6 om signalen onder andere toetsen te programmeren. 8 Druk op de -toets (licht). Het scherm uit stap 3 wordt opnieuw weergegeven. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. NL 12 9 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Een signaal programmeren onder de COMPONENT-keuzetoets 1 Voer stap 1 tot en met 3 van de aanleerprocedure uit (pagina 12). 2 Houd de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets ingedrukt waaronder u het signaal wilt programmeren. Opmerkingen • Als u niet binnen 60 seconden na elke stap opnieuw iets invoert in de afstandsbediening, wordt de instelprocedure geannuleerd en wordt de instelstand gesloten. Begin opnieuw vanaf het begin. • Als u stap 6 niet binnen 10 seconden na stap 5 uitvoert, klinkt er twee keer een pieptoon en worden de geselecteerde toetsnaam en “NG” weergegeven op de derde regel op het scherm. Vervolgens keert de weergave terug naar het scherm zoals dat is weergegeven in stap 4. Begin opnieuw bij stap 5. • Als de afstandsbediening in stap 6 onjuiste signalen aanleert, wist u het aangeleerde signaal door tegelijkertijd op de toets (licht) te drukken en op de toets waaronder het onjuiste signaal is aangeleerd (pagina 14). Begin opnieuw vanaf stap 5. • Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van de televisie of versterker programmeert met de aanleerfunctie (pagina 12), verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal ook om andere componenten dan een televisie of versterker te bedienen. Als u afstandsbedieningssignalen onder de volumetoetsen van andere componenten dan een televisie of versterker programmeert, verzenden deze toetsen het aangeleerde signaal ook om andere A/V-componenten te bedienen in plaats van het volume van de televisie of versterker. • Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. Daarom moet u deze toets langer dan 2 seconden ingedrukt houden als de toets wordt gebruikt voor een aangeleerde handeling. Het display wordt uitgeschakeld en de aanleerstand van de afstandsbediening wordt ingeschakeld. 3 Houd de toets op de andere afstandsbediening ingedrukt tot u een pieptoon hoort. Er klinkt een pieptoon en de aangeleerde toetsnaam en “OK” worden op de derde regel op het scherm weergegeven. 4 Herhaal stap 2 en 3 om signalen onder andere COMPONENT-keuzetoetsen of labelkeuzetoetsen te programmeren. 5 Druk op de -toets (licht). “LEARN” wordt weergegeven als schermtitel. 6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. wordt vervolgd 13NL Als de afstandsbediening niet correct werkt Als de aangeleerde toets niet correct werkt, wist u eerst het aangeleerde signaal (pagina 14) en voert u vervolgens de aanleerprocedure opnieuw uit vanaf stap 1. (Als het volume bijvoorbeeld zeer hoog wordt nadat u slechts één keer op de 2 (volume) +-toets hebt gedrukt, kan er een storing zijn opgetreden tijdens de aanleerprocedure.) De functie van een “aangeleerd” signaal wijzigen of wissen Als u de “aangeleerde” functie wilt wijzigen, wist u eerst de functie en voert u de aanleerprocedure opnieuw uit. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Voor nauwkeurig aanleren • Verplaats de afstandsbedieningen niet tijdens de aanleerprocedure. • Houd de toets op de andere afstandsbediening goed ingedrukt tot u een pieptoon ter bevestiging hoort. • Gebruik nieuwe batterijen in beide afstandsbedieningen. • Voer de aanleerprocedure niet uit op plaatsen die worden blootgesteld aan direct zonlicht of sterke fluorescerende lampen of in de buurt van een plasmascherm. (Dit kan storing veroorzaken.) • De richting van het signaal van de afstandsbediening kan verschillen, afhankelijk van de afstandsbediening. Als het aanleren niet functioneert, wijzigt u de positie van de twee afstandsbedieningen. • Wanneer u deze afstandsbediening programmeert vanaf een afstandsbediening met een interactief signaaluitwisselsysteem (wordt bij sommige Sonyversterkers en -receivers geleverd), kan het responssignaal van de component het aanleren op de afstandsbediening verstoren. In dat geval moet u bijvoorbeeld naar een andere ruimte gaan waar geen storing door de signalen optreedt. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Druk op de V/v-toetsen om “2 LEARN” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LEARN” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 BELANGRIJK Houd de afstandsbediening buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Houd COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets ingedrukt waarvoor u het aangeleerde signaal wilt wissen. Het label van de geselecteerde A/V-component verschijnt op de tweede regel op het scherm. Schakel ook de Hold-functie in om alle toetsen van de afstandsbediening te vergrendelen (pagina 11) wanneer deze niet wordt gebruikt. Apparaten, zoals een airconditioning, verwarming, elektrische apparaten en elektrische rolluiken of gordijnen, kunnen gevaarlijk zijn als ze per ongeluk infraroodsignalen ontvangen. 4 Houd de -toets (licht) ingedrukt wanneer u op de toets op de afstandsbediening drukt waarvoor u het aangeleerde signaal wilt wissen. Er klinkt een pieptoon en de gewiste toetsnaam en “OK” worden op het scherm weergegeven. Tip Als u nogmaals op de toets drukt waarvoor u het aangeleerde signaal wilt wissen terwijl u de -toets (licht) ingedrukt houdt, wordt het label van de toetsfunctie en -naam geïnitialiseerd. 5 14NL Herhaal stap 3 en 4 om de aangeleerde signalen van andere toetsen te wissen. 6 Druk op de -toets (licht). Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven. 7 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De tekens op het scherm wijzigen U kunt de A/V-componentnamen of -functies of de toetsfuncties (labels) wijzigen die op het scherm worden weergegeven. U kunt als volgt tekens en cijfers invoeren door op de cijfertoetsen te drukken. 1 1c,c-c.c:c;c<c=c>c?c@c/ 2 AcBcCcacbccc2cÀcÁcÂcÃcÄcÅ cÆcÇcàcácâcãcäcåcæcç 3 DcEcFcdcecfc3cÈcÉcÊcËcècécê cë Opmerkingen over het programmeren van signalen voor een airconditioning 4 GcHcIcgchcic4cÌcÍcÎcÏcìcícîcï 5 JcKcLcjckclc5 Seizoensaanpassingen Als u de instellingen van de airconditioning per seizoen aanpast, moet u de afstandsbedieningssignalen voor de nieuwe instellingen programmeren op de afstandsbediening. 6 McNcOcmcncoc6cÑcÒcÓcÔcÕc ÖcØcŒcñcòcócôcõcöcøcœ 7 PcQcRcScpcqcrcsc7cß 8 TcUcVctcucvc8cÙcÚcÛcÜcùcúc ûcü Als het in-/uitschakelen niet correct functioneert 9 W c X c Y c Z c w c x c y c z c 9 c Ý c ý c ÿ Als de afstandsbediening alleen “ON” met één toets en “OFF” met een andere toets kan uitvoeren, terwijl de afstandsbediening van de airconditioning “ON/OFF” kan bedienen met één toets, moet u het signaal als volgt programmeren onder twee toetsen van de afstandsbediening. 0 0 c N c b c B c ?b c B? c x c X c T c t c R cr -/-(1-) !c"c#c$c%c&c'c(c)c*c+ 1 Wis het “aangeleerde” signaal voor in-/uitschakelen van de geprogrammeerde toets. 2 Programmeer alleen het signaal voor inschakelen van de airconditioning opnieuw onder de toets door de procedure bij “Signalen van een andere afstandsbediening programmeren” (pagina 12) uit te voeren. 3 Programmeer het signaal voor uitschakelen van de airconditioning onder een andere toets. ENT (2-) (spatie) c [ c \ c ] c ^ c _ c { c | c } c ˜ c · c ¡ c ¨ De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. cªc´c‚cºc¿ U kunt als volgt tekens en cijfers invoeren door op de V/ v-toetsen te drukken. AcBcCcDcEcFcGcHcIcJcKcLcM c N c O c P c Q c R c S c T c U cV c W c X cY cZcacbcccdcecfcgchcicjckclcm cncocpcqcrcsctcucvcwcxcyczc De twee toetsen van de afstandsbediening zijn 1c2c3c4c5c6c7c8c9c0cÀcÁcÂc respectievelijk geprogrammeerd met het signaal voor ÃcÄcÅcÆcÇcÈcÉcÊcËcÌcÍcÎcÏc inschakelen en het signaal voor uitschakelen van de airconditioning, zodat u de airconditioning kunt bedienen Ñ c Ò c Ó c Ô c Õ c Ö c Ø c Œ c Ù c Ú c Û c Ü c Ý c ß c à c á c â c ã c ä c å c æ c ç c è c é c ê c ë c met de afstandsbediening. ìcícîcïcñcòcócôcõcöcøcœcùcúc û c ü c ý c ÿ c (spatie) c N c b c B c ?b c B? c x cXcTctcRcrc!c"c#c$c%c&c'c (c)c*c+c,c-c.c/c:c;c<c=c>c?c @c [c\c]c^c_c{c|c}c˜c·c¡c¨cªc´ c‚cºc¿ wordt vervolgd 15NL De A/V-componentnaam wijzigen U kunt maximaal 6 tekens of cijfers invoeren. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. De functienaam van labelkeuzetoetsen wijzigen U kunt maximaal 6 tekens of cijfers invoeren. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LABEL” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LABEL” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Tip Houd de COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets die hoort bij de A/V-component die u wilt wijzigen, langer dan 2 seconden ingedrukt. De geselecteerde A/V-componentnaam en de cursor (x) worden op het scherm weergegeven en de afstandsbediening staat in de wachtstand voor invoeren. Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets waaronder de A/Vcomponent is ingesteld waarvan u de functie wilt wijzigen. De geselecteerde A/V-component verschijnt op de tweede regel op het scherm. 4 Druk op de cijfertoetsen of V/v-toetsen om cijfers of tekens in te voeren. Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de cursor (x) wordt weergegeven. Druk op de B/btoetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de cursor (x) te verplaatsen. 5 Druk op de OK-toets of op de middelste labelkeuzetoets. Er klinkt een pieptoon en de A/V-componentnaam wordt gewijzigd. 6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. 16NL 4 Druk herhaaldelijk op de SCROLL-toets en druk vervolgens op de labelkeuzetoets die hoort bij de functie die u wilt wijzigen. De geselecteerde functie en de cursor (x) worden op het scherm weergegeven en de afstandsbediening staat in de wachtstand voor invoeren. 5 Druk op de cijfertoetsen of V/v-toetsen om cijfers of tekens in te voeren. 3 Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de cursor (x) wordt weergegeven. Druk op de B/btoetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de cursor (x) te verplaatsen. 6 Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets waaronder de A/Vcomponent is ingesteld waarvan u het functielabel wilt wijzigen. De geselecteerde A/V-component verschijnt op de tweede regel op het scherm. Druk op de OK-toets of op de middelste labelkeuzetoets. Er klinkt een pieptoon en de functienaam wordt gewijzigd. 7 Druk op de -toets (licht). 4 Het geselecteerde functielabel en de cursor (x) worden op het scherm weergegeven en de afstandsbediening staat in de wachtstand voor invoeren. Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven. 8 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Houd de toets waarvoor u het functielabel wilt wijzigen, langer dan 2 seconden ingedrukt. 5 Druk op de cijfertoetsen of de V/vtoetsen om cijfers of tekens in te voeren. Voer cijfers of tekens in vanaf de positie waar de cursor (x) wordt weergegeven. Druk op de B/btoetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets om de cursor (x) te verplaatsen. De functielabels wijzigen —Labelfunctie U kunt maximaal 10 tekens of cijfers invoeren. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 6 Druk op de OK-toets of op de middelste labelkeuzetoets. Er klinkt een pieptoon en het functielabel wordt gewijzigd. 7 Druk op de -toets (licht). Het scherm uit stap 2 wordt opnieuw weergegeven. 8 2 Druk op de V/v-toetsen om “3 LABEL” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LABEL” wordt weergegeven als schermtitel. Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 17NL Een opdrachtreeks (componentmacro) gebruiken U kunt een bedieningsprogramma van maximaal 32 stappen (componentmacro) instellen onder een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets die hoort bij een willekeurige component. Wanneer u bijvoorbeeld een DVD bekijkt door een televisie en DVD-recorder aan te sluiten op een versterker, is het nodig een reeks bedieningsopdrachten zoals hieronder uit te voeren. 1 Schakel de televisie in. 2 Schakel de DVD-recorder in. 3 Schakel de versterker in. 4 Selecteer de betreffende video-ingang op de televisie om de DVD te bekijken. 5 Selecteer de betreffende audio-ingang op de versterker om de DVD te bekijken. 6 Start het afspelen met de DVD-recorder. 2 “MACRO” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Tip Als u A/V-componenten wilt selecteren die niet zijn ingesteld onder de COMPONENT-keuzetoetsen, drukt u herhaaldelijk op de OTHER-toets en drukt u vervolgens op de labelkeuzetoets bij de gewenste A/V-component die op het scherm wordt weergegeven. 4 Druk op de TV-toets en druk op de 1toets (aan/uit). 5 Druk op de DVD-toets en druk op de 1toets (aan/uit). 6 Druk herhaaldelijk op de OTHER-toets, druk op de labelkeuzetoets die hoort bij de versterker en druk vervolgens op de 1toets (aan/uit). 7 Druk herhaaldelijk op de t-toets (ingangskeuze) om de betreffende videoingang op de televisie te selecteren om de DVD te bekijken. 8 Druk op de ingangskeuzetoets op de versterker om de betreffende audio-ingang te selecteren om de DVD te bekijken. 9 Druk op de DVD-toets en druk op N. Een componentmacro programmeren Voorbeeld: de bovenstaande procedure programmeren onder de DVD-toets 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. Druk op de DVD-toets. “MACRO DVD” wordt weergegeven als schermtitel. Met de componentmacro kunt u deze stappen uitvoeren door een van de COMPONENT-keuzetoetsen of labelkeuzetoetsen langer dan 2 seconden ingedrukt te houden. Volg de onderstaande procedure om een componentmacro te programmeren. U kunt maximaal 32 opeenvolgende handelingen programmeren. Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. 10 Druk op de NL 18 -toets (licht). Er klinkt een pieptoon en het programmeren is voltooid. 11 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Controleren of een componentmacro op de juiste manier wordt uitgevoerd Volg de onderstaande procedure om te controleren of de geprogrammeerde componentmacro naar behoren functioneert. Een componentmacro uitvoeren 1 Opmerkingen • Als de procedure langer dan 60 seconden wordt onderbroken, wordt het programmeren geannuleerd. U kunt niet doorgaan vanaf het punt waar u was gebleven. • Als u handelingen probeert te programmeren onder een toets waaronder al een componentmacro is geprogrammeerd, klinkt er twee keer een pieptoon om u te waarschuwen dat u geen componentmacro onder de toets kunt programmeren. In een dergelijk geval wist u de geprogrammeerde componentmacro (pagina 20) en begint u opnieuw met programmeren vanaf stap 1. • U kunt geen stappen wissen tijdens het programmeren. Als u zich hebt vergist bij het programmeren, stopt u meteen met programmeren en wist u de componentmacro (pagina 20). Vervolgens begint u opnieuw bij stap 1. • U kunt maximaal 32 opeenvolgende handelingen programmeren. Wanneer u 32 stappen hebt geprogrammeerd, kunt u niet meer stappen in de componentmacro programmeren. Als u de geprogrammeerde stappen wilt wijzigen, wist u de componentmacro (pagina 20) en begint u opnieuw bij stap 1. Houd de COMPONENT-keuzetoets waaronder de gewenste componentmacro is geprogrammeerd, langer dan 2 seconden ingedrukt. Het pictogram voor signaaloverdracht wordt op het scherm weergegeven en de geprogrammeerde componentmacro wordt uitgevoerd. Tip Wanneer het pictogram voor signaaloverdracht ( ) wordt weergegeven en de componentmacro wordt uitgevoerd, wordt “CANCEL” weergegeven op de derde regel op het scherm. U kunt het uitvoeren van de componentmacro annuleren door op de rechterlabelkeuzetoets te drukken. De geprogrammeerde stappen van een componentmacro controleren en een vertraging toevoegen Met een vertraging kunt u een interval tussen stappen instellen. Op de afstandsbediening is de vertragingstijd ingesteld op 250 ms (1/4 seconde). Als een componentmacro niet naar behoren wordt uitgevoerd, controleert u de geprogrammeerde stappen en probeert u een vertraging toe te voegen om het programma op de juiste manier uit te voeren. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “MACRO” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. NL wordt vervolgd 19 3 Houd de SCROLL-toets ingedrukt en druk Geprogrammeerde stappen van een componentmacro wissen op de COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder de gewenste Als u zich hebt vergist bij het programmeren of als u een componentmacro is geprogrammeerd. nieuwe componentmacro wilt programmeren, volgt u de “MACRO” en de geselecteerde A/V-componentnaam worden op de eerste regel op het scherm weergegeven en de geprogrammeerde stappen worden op het scherm weergegeven. 4 onderstaande procedure om de componentmacro te wissen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. Druk op de V/v-toetsen zodat de positie van de vertraging op de derde regel op het scherm wordt weergegeven en druk vervolgens op de SCROLL-toets. Er wordt een vertraging toegevoegd tussen de tweede en derde regel op het scherm en “[DELAY]” wordt op de derde regel op het scherm weergegeven. 2 Druk op de V/v-toetsen om “4 MACRO” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “MACRO” wordt weergegeven als schermtitel. 5 Druk op de OK-toets of op de middelste labelkeuzetoets. Tip Er klinkt een pieptoon en het programmeren is voltooid. 6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Opmerkingen • Als de afstandsbedieningssensors van A/V-componenten te ver van elkaar zijn verwijderd of wanneer deze zijn bedekt, worden de opeenvolgende stappen die in een componentmacro zijn geprogrammeerd, mogelijk niet uitgevoerd. • Als een componentmacro om de een of andere reden niet correct wordt uitgevoerd, zoals hierboven vermeld, stelt u alle A/Vcomponenten in op de status zoals die was voordat de componentmacro werd uitgevoerd. Als u dit niet doet, werken de A/V-componenten niet correct wanneer de componentmacro de volgende keer wordt uitgevoerd. • Aangezien sommige A/V-componenten zijn ontworpen om te worden in-/uitgeschakeld wanneer deze het signaal voor in-/ uitschakelen ontvangen, worden dergelijke componenten mogelijk niet ingeschakeld met de componentmacro. Controleer of de A/V-componenten zijn in- of uitgeschakeld voordat u de componentmacro gebruikt. 20NL Houd de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets ingedrukt waaronder de gewenste componentmacro is geprogrammeerd en druk op de -toets (licht). Er klinkt een pieptoon en de componentmacro wordt gewist. 4 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. De inschakelopdracht van een geselecteerde A/V-component instellen 4 Druk op de TV-toets. Er klinkt een pieptoon en “TV ON” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm. (alleen voor Sony-componenten) U kunt A/V-componenten zo instellen dat deze worden ingeschakeld wanneer u ze selecteert. Deze functie is alleen beschikbaar voor Sonycomponenten. Voorbeeld: de inschakelfunctie programmeren onder de TV-toets 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. 5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. De inschakelfunctie wissen “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. Druk nogmaals op de TV-toets in stap 4. Er klinkt een pieptoon en “TV OFF” wordt op de derde regel op het scherm weergegeven. Vervolgens wordt de instelling geannuleerd. Opmerkingen 2 Druk op de V/v-toetsen om “6 UTILITY” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de V/v-toetsen om “1 POWER ON” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “POWER ON” wordt weergegeven als schermtitel. • U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een componentmacro is geprogrammeerd (pagina 18). In dit geval wordt de A/V-component ingeschakeld wanneer u op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets drukt. Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, wordt de geprogrammeerde componentmacro uitgevoerd. • U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een afstandsbedieningssignaal is geprogrammeerd met de aanleerfunctie (pagina 12). In dit geval wordt het geprogrammeerde signaal verzonden wanneer u op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets drukt. Vervolgens wordt de A/V-component ingeschakeld. • U kunt de inschakelfunctie programmeren onder een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaronder een aangeleerd afstandsbedieningssignaal (pagina 12) en een componentmacro (pagina 18) zijn geprogrammeerd. In dit geval wordt het geprogrammeerde signaal verzonden wanneer u op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets drukt. Vervolgens wordt de A/V-component ingeschakeld. Als u de toets langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, wordt de geprogrammeerde componentmacro uitgevoerd. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 21NL De instellingen van een COMPONENT-keuzetoets kopiëren naar een andere toets 3 “COPY” wordt weergegeven als schermtitel. U kunt alle instellingen van een COMPONENTkeuzetoets of labelkeuzetoets kopiëren naar een andere COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets. Tip Opmerkingen • Als er al een “aangeleerde” functie (pagina 12) of componentmacro (pagina 18) is geprogrammeerd of als de naam of het label van de A/V-component is gewijzigd, kunt u de instellingen niet kopiëren naar een COMPONENTkeuzetoets of labelkeuzetoets. (Er klinkt vijf keer een pieptoon en “NG” verschijnt op het scherm.) • Tekens die wordt weergegeven wanneer de toets wordt gebruikt, worden ook vervangen. Druk op de V/v-toetsen om “2 COPY” te selecteren en druk vervolgens op de OKtoets of de middelste labelkeuzetoets. Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 4 Druk op de TV-toets. “TV” wordt weergegeven in de tweede regel op het scherm. Voorbeeld: de instellingen van de TVtoets kopiëren naar de MD-toets 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. 5 Er klinkt een pieptoon en “TV >> MD” wordt weergegeven op de tweede regel op het scherm. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Druk op de V/v-toetsen om “6 UTILITY” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel. Druk herhaaldelijk op de OTHER-toets en druk vervolgens op de middelste labelkeuzetoets (MD). 6 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. Tip De instellingen opnieuw instellen Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. Volg de procedure die wordt beschreven in “Een COMPONENTkeuzetoets of labelkeuzetoets opnieuw instellen” op pagina 28. 22NL Het volume regelen van visuele componenten die zijn aangesloten op een audiocomponent De volumetoetsen (2 +/- en %) van de afstandsbediening zijn in de fabriek ingesteld om het volume te regelen volgens het principe dat u het geluid van de visuele componenten beluistert via de luidsprekers van de televisie en het geluid van de audiocomponenten via de luidsprekers die op de versterker zijn aangesloten. Het afstandsbedieningssignaal dat wordt verzonden door op de volumetoetsen te drukken, is als volgt in de fabriek ingesteld: Visuele component: hiermee wordt het signaal verzonden om het volume van een televisie te regelen. Audiocomponent: hiermee wordt het signaal verzonden om het volume van een versterker te regelen. Als u bijvoorbeeld het volume wilt regelen wanneer u een DVD-speler gebruikt, hoeft u niet de televisie te selecteren om het volume van de televisie te regelen. Als u een versterker hebt aangesloten op visuele componenten, wijzigt u de instelling van de volumeregeling van alle visuele componenten om het volume van de versterker te regelen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. 3 Druk op de V/v-toetsen om “3 AUDIO SETTING” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “AUDIO SETTING” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 4 Druk op de b-toets of op de rechterlabelkeuzetoets. Er klinkt een pieptoon en “AMP” wordt weergegeven tussen de [ ]. 5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. De instellingen opnieuw instellen Druk in stap 4 op de B-toets of de linkerlabelkeuzetoets. 2 Druk op de V/v-toetsen om “6 UTILITY” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “UTILITY” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 23NL Overigen De toetsverlichting instellen U kunt de instelling voor de toetsverlichting van de afstandsbediening wijzigen. De toetsverlichting is in de fabriek zo ingesteld dat deze automatisch wordt uitgeschakeld wanneer u langer dan 10 seconden geen toetsen hebt ingedrukt. U kunt ook de helderheid en het fade-effect (waarmee u de helderheid van de toetsverlichting aanpast) van de toetsverlichting aanpassen. Daarnaast kunt u aanpassen welke toetsen de toetsverlichting activeren. 1 4 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. U kunt de tijd voor automatisch uitschakelen instellen tussen 1 en 60 seconden. Wanneer u op de toets drukt, wordt de tijd verlaagd/verhoogd met 1 seconde. Opmerking Als u de tijd voor automatisch uitschakelen instelt op langer dan 10 seconden, kan dit ten koste gaan van de levensduur van de batterijen. 5 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Druk op de -toets (licht), de middelste labelkeuzetoets, de OK-toets of de RETURN-toets. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 6 2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT SETTINGS” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Druk op de V/v-toetsen om “2 LIGHT BRIGHTNESS” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LIGHT BRIGHTNESS” wordt weergegeven als schermtitel. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de V/v-toetsen om “1 LIGHT OFF TIME” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LIGHT OFF TIME” wordt weergegeven als schermtitel. 7 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. U kunt de helderheid instellen van 1 tot 15. Wanneer u op de toets drukt, wordt het niveau verlaagd/ verhoogd met 1. 8 Druk op de -toets (licht), de middelste labelkeuzetoets, de OK-toets of de RETURN-toets. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 24NL 9 Selecteer V/v-toetsen om “3 FADE EFFECT” te selecteren en druk op de OKtoets. “FADE EFFECT” wordt weergegeven als schermtitel en de huidige instelling wordt tussen [ ] weergegeven. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 10 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling verplaatst ON: de toetsverlichting in-/uitfaden OFF: normale toetsverlichting 13 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling verplaatst. ALL: u activeert de toetsverlichting door op een willekeurige toets op de afstandsbediening te drukken behalve de 2 +/– en PROGRAM +/–toetsen. LIGHT: u activeert de toetsverlichting door alleen op de -toets (licht) te drukken. 14 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. 11 Druk op de -toets (licht), de middelste labelkeuzetoets, de OK-toets of de RETURN-toets. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. 12 Druk op de V/v-toetsen om “4 LIGHT ON MODE” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “LIGHT ON MODE” wordt weergegeven als schermtitel en de huidige instelling wordt tussen [ ] weergegeven. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 25NL Het display instellen 4 U kunt de instelling van het display wijzigen. De afstandsbediening is in de fabriek zo ingesteld dat het display automatisch wordt uitgeschakeld wanneer u het langer dan 30 seconden niet gebruikt. U kunt ook de helderheid van het display wijzigen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. U kunt de tijd voor automatisch uitschakelen instellen tussen 1 en 60 seconden. Wanneer u op de toets drukt, wordt de tijd verlaagd/verhoogd met 1 seconde. 5 Druk op de -toets (licht), de middelste labelkeuzetoets, de OK-toets of de RETURN-toets. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 6 2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT SETTINGS” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Druk op de V/v-toetsen om “6 DISP. BRIGHTESS” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “DISP. BRIGHTNESS” wordt weergegeven als schermtitel. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de V/v-toetsen om “5 DISP. OFF TIME” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “DISP. OFF TIME” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 26NL 7 Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. U kunt de helderheid instellen van 1 tot 3. Wanneer u op de toets drukt, wordt het niveau verlaagd/ verhoogd met 1. 8 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. De pieptoon instellen 4 De pieptoon ter bevestiging van de afstandsbediening is in de fabriek ingeschakeld. U kunt de instelling wijzigen zodat de pieptoon is uitgeschakeld. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Druk op de B/b-toetsen of de linker- of rechterlabelkeuzetoets. Telkens wanneer de instelling verandert, klinkt er een pieptoon en wordt [ ] naar de nieuwe instelling verplaatst. ON: hiermee wordt de pieptoon ingeschakeld. OFF: hiermee wordt de pieptoon uitgeschakeld. 5 Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. De instelstand wordt gesloten en de afstandsbediening keert terug naar de wachtstand voor het bedienen van de A/V-componenten. 2 Druk op de V/v-toetsen om “5 UNIT Opmerking Wanneer u instellingen opgeeft, klinkt er een pieptoon, zelfs SETTINGS” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste wanneer u deze hebt uitgeschakeld. labelkeuzetoets. “UNIT SETTINGS” wordt weergegeven als schermtitel. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de V/v-toetsen om “7 BEEP SOUND” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “BEEP SOUND” wordt weergegeven als schermtitel en de huidige instelling wordt tussen [ ] weergegeven. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 27NL De instellingen opnieuw instellen 5 Een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets opnieuw instellen Druk op de -toets (licht) of druk drie keer op de RETURN-toets. De instellingen zijn voltooid en de afstandsbediening wordt hersteld naar de status van vóór de wijzigingen in de instellingen. U kunt de instellingen voor A/V-componenten opnieuw instellen op de fabrieksinstellingen. 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. Alle instellingen opnieuw instellen U kunt alle instellingen opnieuw instellen op de fabrieksinstellingen. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. 2 1 Houd de -toets (licht) ingedrukt en druk op de OTHER-toets. “SET MODE” wordt weergegeven als schermtitel. Druk op de V/v-toetsen om “7 RESET” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “RESET” wordt weergegeven als schermtitel. 2 Tip “RESET” wordt weergegeven als schermtitel. Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 3 Druk op de V/v-toetsen om “1 COMPONENT” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. “COMPONENT” wordt weergegeven in de tweede regel op het scherm. 3 Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 4 Druk op de COMPONENT-keuzetoets of de labelkeuzetoets die u opnieuw wilt instellen. Er klinkt een pieptoon en alle instellingen van de geselecteerde component worden opnieuw ingesteld op de fabrieksinstellingen. 28NL Druk op de V/v-toetsen om “7 RESET” te selecteren en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Druk op de V/v-toetsen om “2 ALL” te selecteren en druk vervolgens op de OKtoets of de middelste labelkeuzetoets. “RESET ALL SETTINGS?” wordt weergegeven op de tweede regel op het scherm en “NO” wordt weergegeven tussen [ ]. Tip Als een nummer wordt weergegeven voor het menu, kunt u het menu selecteren door op de betreffende cijfertoets te drukken. 4 Druk op de b-toets of rechterlabelkeuzetoets en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. “REALLY?” wordt weergegeven op de tweede regel op het scherm en “NO” wordt weergegeven tussen [ ]. Tip Als u “NO” selecteert en op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets drukt, wordt het scherm weergegeven zoals in stap 2. 5 Druk op de b-toets of de rechterlabelkeuzetoets en druk vervolgens op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets. Wanneer het opnieuw instellen is voltooid, klinkt er een pieptoon en gaan alle instellingen terug naar de fabrieksinstellingen. Tip Als u “NO” selecteert en op de OK-toets of de middelste labelkeuzetoets drukt, wordt het scherm weergegeven zoals in stap 2. 6 Druk op de -toets (licht) of druk twee keer op de RETURN-toets. De afstandsbediening keert terug naar de status nadat u de in de fabriek ingestelde TV-toets hebt ingedrukt. 29NL Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen Technische gegevens • Laat het apparaat niet vallen en stel het ook niet bloot aan schokken om de werking niet te verstoren. • Laat het apparaat niet achter in de buurt van warmtebronnen of op een plaats waar het is blootgesteld aan directe zonnestraling, overmatig stof of mechanische schokken. • Steek geen vreemde voorwerpen in het apparaat. Indien er een voorwerp of vloeistof in de behuizing terechtkomt, moet u het apparaat laten nakijken door een deskundige alvorens het weer in gebruik te nemen. • Stel de afstandsbedieningsdetectoren van uw componenten niet bloot aan directe zonnestraling of andere krachtige lichtbronnen. Overmatig licht kan de werking van de afstandsbediening verstoren. • Houd de afstandsbediening buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Bepaalde elektrische apparatuur zoals airconditionings, verwarmingstoestellen, elektrische toestellen en elektrisch bediende rolluiken of gordijnen die met infrarood straling werken, kan gevaarlijk zijn wanneer er per ongeluk op een toets van de afstandsbediening wordt gedrukt. Werkingsbereik Ong. 10 m (afhankelijk van het merk van de componenten) Voeding Twee LR6-alkalinebatterijen (AA-formaat) (niet bijgeleverd) Batterijlevensduur Ongeveer 5 maanden • Bij gebruik met alkalinebatterijen. • Als een Sony-televisie ongeveer 300 keer per dag wordt in- of uitgeschakeld terwijl alkalinebatterijen worden gebruikt. • Als de instelling voor de toetsverlichting wordt ingesteld op helderheidsniveau 5 en op verlichtingsduur 10 seconden, en als de instelling voor het scherm wordt ingesteld op helderheidsniveau 1 en schermduur 30 seconden. Afmetingen Ongeveer 60,4 x 227,5 x 29,4 mm (b x h x d) Gewicht 170 g (zonder batterijen) Aanleerbare signalen* Onderhoud Reinig de behuizing met een zachte doek die lichtjes is bevochtigd met een zacht zeepsopje. Gebruik geen oplosmiddelen zoals thinner, alcohol of benzine, aangezien die de behuizing kunnen aantasten. Capaciteit per signaal: maximaal 300 bits Signaalfrequentiebereik: 455 kHz en tot maximaal 300 kHz Signaalinterval: maximaal 1 seconde * Bepaalde signalen kunnen niet worden aangeleerd door de afstandsbediening, zelfs niet als de signalen voldoen aan deze specificaties. Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving. De geldigheid van het CE-keurmerk is beperkt tot de landen/regio's waar dit keurmerk wettelijk moet worden nageleefd, hoofdzakelijk in de landen van de EER (Europese Economische Ruimte). 30NL Problemen oplossen Als u problemen ondervindt met het instellen of gebruik van de afstandsbediening, controleert u eerst de batterijen (pagina 4) en vervolgens de onderstaande items. Probleem Oplossing U kunt de componenten niet bedienen. • Ga dichter bij de component staan. De maximale werkingsafstand is ongeveer 10 m. • Richt de afstandsbediening rechtstreeks op de component en controleer of er geen obstakels zijn tussen de afstandsbediening en de component. • Schakel de A/V-componenten zo nodig eerst in. • Controleer of u de juiste COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets hebt ingedrukt. • Controleer of de component geschikt is voor infraroodafstandsbediening. Als de component bijvoorbeeld wordt geleverd zonder afstandsbediening, kan de component wellicht niet worden bediend met een afstandsbediening. • U hebt een andere component toegewezen aan de COMPONENT-keuzetoets of het componentlabel. Een bijbehorende component wordt bepaald door een voorinstelcode in te stellen. Om deze reden kan de naam van de component die u vooraf hebt ingesteld, verschillen van de naam van het component label. In dit geval wordt u aangeraden de voorinstelcode opnieuw in te stellen en de componentnaam (pagina 7) op het label te wijzigen (pagina 15). U kunt de componenten niet bedienen, zelfs niet nadat u de voorinstelcode hebt ingesteld. • Stel de componentcode correct in. Als de code die als eerste wordt vermeld voor de component, niet functioneert, probeert u alle codes voor de component in de volgorde waarin deze worden vermeld in de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”. • Bepaalde functies zijn wellicht niet vooraf ingesteld. Als bepaalde of alle toetsen niet correct functioneren, zelfs niet als u de componentcodes hebt ingesteld, gebruikt u de aanleerfunctie om de afstandsbedieningssignalen voor de component te programmeren (pagina 12). • De gewenste A/V-component kan wellicht niet worden bediend met de voorinstelcode in de “Lijst met voorinstelcodes”. Zie “A/V-componenten instellen die niet worden weergegeven in de lijst met voorinstelcodes” (pagina 8) om de beschikbare voorinstelcode voor de A/V-component in te stellen. U kunt het volume niet regelen. • Als de visuele componenten zijn aangesloten op een audiosysteem, moet u de afstandsbediening instellen zoals wordt beschreven bij “Het volume regelen van de visuele componenten die zijn aangesloten op een audiosysteem” (pagina 23). • U hebt afstandsbedieningssignalen op de volumetoetsen van de televisie of versterker geprogrammeerd. In dit geval verzendt de afstandsbediening de aangeleerde signalen in plaats van de signalen voor volumeregeling wanneer u een andere component dan een televisie of versterker selecteert. De afstandsbediening kan de afstandsbedieningssignalen niet aanleren. • Als u de aanleerfunctie gebruikt, moet u de afstandsbediening en de afstandsbediening van de A/ V-component op een afstand van 5 tot 10 cm van elkaar af plaatsen. • Zorg ervoor dat de batterijen van de afstandsbediening van de A/V-component voldoende zijn geladen. Als dit niet het geval is, moet u de batterijen vervangen. • Voordat u de aanleerfunctie gebruikt, moet u alle andere infraroodapparaten, zoals airconditioners of hoofdtelefoons, uitschakelen. • U mag de aanleerfunctie niet gebruiken in de buurt van een plasmascherm. Verplaats het apparaat of schakel het plasmascherm uit. • U mag de aanleerfunctie niet gebruiken bij sterke fluorescerende lampen. Verplaats het apparaat. • Wanneer u deze afstandsbediening signalen aanleert van een afstandsbediening met een interactief signaaluitwisselsysteem (wordt bij sommige Sony-receivers en -versterkers geleverd), kan het responssignaal van de hoofdeenheid het aanleren op de afstandsbediening verstoren. In dat geval moet u naar een plaats gaan waar de signalen de hoofdeenheid niet kunnen bereiken (bijvoorbeeld een andere kamer). wordt vervolgd 31NL Probleem Oplossing U kunt een component niet bedienen, zelfs niet nadat u de afstandsbedieningssignalen hebt geprogrammeerd met de “aanleerfunctie”. Controleer of de afstandsbediening de juiste signalen heeft aangeleerd. Zie “Opmerkingen” op pagina 13 of “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14) en voer de aanleerprocedure nogmaals uit (pagina 12). “NG” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm en er klinkt vijf keer een pieptoon terwijl u de voorinstelcode instelt. Het instellen van de voorinstelcode is niet voltooid. Stel de voorinstelcode nogmaals in aan de hand van de bijgeleverde “Lijst met voorinstelcodes”. “NG” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm en er klinkt vijf keer een pieptoon terwijl u de aanleerfunctie gebruikt. • Het aanleren is niet voltooid. Probeer de aanleerprocedure nogmaals uit te voeren (pagina 12) aan de hand van “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14). • Tijdens de aanleerprocedure hebt u een andere toets ingedrukt dan de toets waarvoor u het signaal wilt programmeren. Programmeer het signaal nogmaals op de juiste toets (pagina 12). “FULL” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm en er klinkt vijf keer een pieptoon terwijl u de aanleerfunctie gebruikt. Het geheugen voor aangeleerde signalen is vol. Wis aangeleerde signalen die niet vaak worden gebruikt (pagina 14) en programmeer het gewenste signaal voor de afstandsbediening. “NG” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm en er klinkt vijf keer een pieptoon wanneer u de instellingen van een componentlabel naar een ander componentlabel kopieert. • De instelling kan in de volgende gevallen niet worden gekopieerd naar COMPONENTkeuzetoetsen of labelkeuzetoetsen: – Er is een aangeleerd signaal of componentmacro geprogrammeerd. – Het componentlabel van de toets is gewijzigd. – Het functielabel van de toets is gewijzigd. In dit geval stelt u deze instellingen opnieuw in (pagina 28) voordat u begint met kopiëren. • U probeert de instellingen van een andere A/V-component dan een televisie of versterker te kopiëren naar de labelkeuzetoets waaraan een televisie of versterker is toegewezen. Aan de TVtoets is alleen een televisie toegewezen en aan de labelkeuzetoets waarvoor vooraf een versterker is ingesteld, is alleen een versterker of DVD-speler van een thuisbioscoop toegewezen. • De afstandsbediening kan de instellingen niet kopiëren als de hoeveelheid geprogrammeerde signaalgegevens te groot is. Wis in dit geval geprogrammeerde signalen die niet vaak worden gebruikt (pagina 14) en kopieer de instellingen opnieuw. Er klinkt twee keer een pieptoon wanneer u de voorinstelcode instelt. De voorinstelcode kan in de volgende gevallen niet worden ingesteld onder de COMPONENTkeuzetoets of labelkeuzetoets: – Er is een aangeleerd signaal of componentmacro geprogrammeerd. – Het componentlabel van de toets is gewijzigd. – Het functielabel van de toets is gewijzigd. In dit geval stelt u deze instellingen opnieuw in (pagina 28) voordat u begint met instellen. Er klinkt twee keer een pieptoon wanneer u de aanleerfunctie gebruikt. • Zie “Voor nauwkeurig aanleren” (pagina 14). • Er is een ander signaal van de afstandsbediening op de gewenste toets geprogrammeerd. Wis het aangeleerde signaal (pagina 14) of programmeer het signaal voor de afstandsbediening op een andere toets (pagina 12). • De wachttijd voor het aanleren (10 seconden) is verstreken. Begin opnieuw vanaf het begin. Er klinkt twee keer een pieptoon wanneer u een componentmacro programmeert. • U wilt een componentmacro toewijzen aan de COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaraan een andere componentmacro is toegewezen. Wis de componentmacro die is toegewezen aan de toets (pagina 20) en wijs de gewenste componentmacro toe. • Er zijn bij controle van de componentmacro meer dan 32 stappen geprogrammeerd na het toevoegen van een vertraging. Er kunnen maximaal 32 stappen (inclusief vertraging) worden geprogrammeerd. Programmeer de componentmacro opnieuw. “NG” wordt weergegeven op de derde regel op het scherm en er klinkt twee keer een pieptoon terwijl u de inschakelfunctie programmeert. U wilt de inschakelfunctie programmeren (pagina 21) voor een COMPONENT-keuzetoets of labelkeuzetoets waaraan een voorinstelcode voor een apparaat van een ander merk dan Sony is toegewezen. De inschakelfunctie kan alleen worden geprogrammeerd voor een toets waaraan een voorinstelcode voor een apparaat van Sony is toegewezen. 32NL Probleem Oplossing Een componentmacro functioneert niet correct. • Wanneer u een componentmacro programmeert, moet u de handelingen in de juiste volgorde programmeren (pagina 18). • Wijzig de richting van de afstandsbediening. Als de macro nog steeds niet correct functioneert, plaatst u de afstandsbediening dichter bij de A/V-componenten. • Controleer of de geprogrammeerde A/V-componenten gereed zijn om de juiste signalen te ontvangen (pagina 18). • Als u de voorinstelcode hebt gewijzigd of signalen voor de afstandsbediening hebt geprogrammeerd na de componentmacro, wordt het nieuwe signaal verzonden wanneer u de componentmacro uitvoert. • Het interval tussen de geprogrammeerde stappen is te kort. Zie “De geprogrammeerde stappen van een componentmacro controleren en een vertraging toevoegen” (pagina 19) om het interval te verlengen of de volgorde van de stappen te wijzigen. Het display wordt automatisch uitgeschakeld. De afstandsbediening is in de fabriek zo ingesteld dat het display automatisch wordt uitgeschakeld wanneer u het langer dan 30 seconden niet gebruikt (automatisch uitschakelen). U kunt de tijd voor automatisch uitschakelen instellen tussen 1 en 60 seconden (pagina 26). De instelstand wordt onverwachts gesloten tijdens het instellen. Als u de afstandsbediening niet binnen 60 seconden gebruikt, wordt de instelstand gesloten. Voer de volgende stap binnen 60 seconden uit. Er klinkt geen pieptoon ter bevestiging. De pieptoon is uitgeschakeld. Schakel deze in (pagina 27). Er klinkt een pieptoon ter bevestiging, zelfs wanneer u de pieptoon hebt uitgeschakeld. Er klinkt een pieptoon ter bevestiging in de instelstand, zelfs wanneer u de pieptoon hebt uitgeschakeld. “E” verschijnt op het scherm. De batterijen zijn bijna leeg. Vervang de batterijen door nieuwe. De instelstand van de afstandsbediening kan niet worden geactiveerd. Als “E” op het scherm wordt weergegeven, kan de instelstand van de afstandsbediening niet worden geactiveerd. Vervang de batterijen door nieuwe. 33NL Overzicht van vooraf ingestelde functies De afstandsbediening kan signalen aanleren van afstandsbedieningen van de meeste bekende merken. Wanneer u een voorinstelcode (pagina 7) instelt, kan de afstandsbediening elke A/V-component bedienen. De afstandsbediening wordt in de fabriek ingesteld voor het bedienen van A/V-componenten van Sony. (Zie de onderstaande tabel.) Schermtitel Codenummer Merk en component TV 8001 Sony-televisie (analoog) VCR 1003 Sony-videorecorder SAT 3001 Analoge Sony-satellietreceiver DVD 0001 Sony-DVD-speler CABLE 9001 Analoge kabeldoos DVD-R 0203 Sony-DVD-recorder AMP 4001 Sony-receiver/-versterker CD 5001 Sony-CD-speler MD 7001 Sony-MD-deck TAPE 6001 Sony-cassettedeck De afstandsbediening onthoudt het signaal voor de overeenkomende A/V-componenten van Sony. Wanneer een A/Vcomponent van een ander merk wordt ingesteld, kan de functie van een toets een andere naam hebben. Zie de volgende tabellen voor de toetsfuncties. (Wijzig indien nodig de functies die overeenkomen met de labelkeuzetoetsen en schermmemo’s nadat u de voorinstelcode hebt ingesteld.) Component Schermtitel Televisie (analoog) TV Televisie (digitaal) TV Videorecorder VCR Analoge satellietreceiver SAT Digitale satellietreceiver SAT DVD-speler DVD Analoge kabeldoos CABLE DVD-recorder, combinatie van DVD/videorecorder DVD-R Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler DVD Receiver/versterker AMP CD-speler CD MD-deck MD Cassettedeck TAPE 34NL Televisie (analoog) Toets/weergave Toetsen Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De ingangsstand wijzigen 1-9, 0, - (1-), ENT (2-) 1-9, 0, -/--, ENTER Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0 en 5 (of op 5 en ENT). 2 +, – VOLUME+ Volume omhoog: + VOLUME– Volume omlaag: – % MUTING Het geluid van de televisie uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar het vorige volume. PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – RECALL De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN van de televisie uitvoeren, afhankelijk van de instelling van de fabrikant van de televisie. / TELETEXT Overschakelen naar teletekst a TV ON Inschakelen Overschakelen van teletekst naar televisie MENU MENU Het scherm MENU openen V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren RETURN RETURN De stand uitschakelen A (Red) RED Fastext-toets B (Green) GREEN Fastext-toets C (Yellow) YELLOW Fastext-toets D (Blue) BLUE Fastext-toets INFO INFO Het huidige programma op televisie weergeven SLEEP SLEEP De slaapfunctie van de televisie bedienen (werkt alleen bij een televisie met de slaapfunctie) A/B DUAL SOUND Het geluid van een dubbel geluidsspoor wisselen WIDE WIDE Overschakelen naar WIDE PIP PIP ON/OFF De “beeldinzet” in- of uitschakelen SWAP PIP SWAP De “beeldinzet” omwisselen PIPCH+ PIP CH+ Omhoog door televisiezenders in de “beeldinzet” bladeren PIPCH– PIP CH– Omlaag door televisiezenders in de “beeldinzet” bladeren Pagina 1/4 Pagina 2/4 Pagina 3/4 Display (labelkeuzetoetsen) Label 1 wordt vervolgd 35NL Televisie (digitaal) Toets/weergave Toetsen Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De ingangsstand wijzigen 1-9, 0, - (1-), ENT (2-) 1-9, 0, -/--, ENTER Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0 en 5 (of op 5 en ENT). 2 +, – VOLUME+ Volume omhoog: + VOLUME– Volume omlaag: – % MUTING Het geluid van de televisie uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar het vorige volume. PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – RECALL De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN van de televisie uitvoeren, afhankelijk van de instelling van de fabrikant van de televisie. DIGITAL/ANALOG D/A MODE Schakelen tussen de digitale/analoge stand / TELETEXT Overschakelen naar teletekst a TV ON Inschakelen Overschakelen van teletekst naar televisie GUIDE EPG De programmagids gebruiken MENU MENU Het MENU venster openen V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het MENU venster invoeren RETURN RETURN De stand uitschakelen TOOLS TOOLS De instelstand OPTION openen m VIDEO 1 VIDEO 1 wijzigen N VIDEO 2 VIDEO 2 wijzigen M VIDEO 3 VIDEO 3 wijzigen A (Red) RED Fastext-toets B (Green) GREEN Fastext-toets C (Yellow) YELLOW Fastext-toets D (Blue) BLUE Fastext-toets INFO INFO Het huidige programma op televisie weergeven SLEEP SLEEP De slaapfunctie van de televisie bedienen (werkt alleen bij een televisie met de slaapfunctie) A/B DUAL SOUND Het geluid van een dubbel geluidsspoor wisselen 2PICS TWIN PICS Het scherm in tweeën delen zodat u twee beelden tegelijk kunt bekijken 16:9 16:9 Overschakelen naar WIDE FREEZE FREEZE Een stilstaande afbeelding van het huidige programma weergeven Pagina 1/4 Pagina 2/4 Display (labelkeuzetoetsen) Label 1 36NL Videorecorder Het apparaat in-/uitschakelen t ANT/SW De antenne-uitvoer wijzigen 1-9, 0, - (1-), ENT (2-) 1-9, 0, -/--, ENTER Het programma wijzigen. Als u bijvoorbeeld naar programma 5 wilt gaan, drukt u op 0 en 5 (of op 5 en ENT). PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – / DISPLAY Het schermdisplay weergeven a INPUT De ingangsstand wijzigen MENU MENU Het scherm MENU openen V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren RETURN EXIT De stand uitschakelen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren z (REC)* z Opnemen CMSKIP CM SKIP Reclame overslaan HS REW H.S.REW Terugspoelen met hoge snelheid PLAYx2 PLAYx2 Afspelen met dubbele snelheid QTIMER QUICKTIMER De opnameduur per 30 minuten selecteren en opnemen starten SRCHT SEARCHT REVIEW vergrendelde beeldzoekfunctie SRCHt SEARCHt CUE vergrendelde beeldzoekfunctie Pagina 3/4 CNTR COUNTER De tellerweergave wijzigen SP/LP SP/LP De bandsnelheid wisselen TV TV TUNER Terugkeren naar televisie (de externe ingang opnieuw instellen) Pagina 4/4 Display (Label select buttons) Functie POWER Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave LINE1 LINE1 De ingangsbron selecteren: LINE 1 LINE2 LINE2 De ingangsbron selecteren: LINE 2 DV IN DV INPUT De ingangsbron selecteren: Digitale video-ingang * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. wordt vervolgd 37NL Analoge satellietreceiver Digitale satellietreceiver Display (Label select buttons) Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De uitgang van de satellietreceiver overschakelen naar de televisie. (Wanneer u een televisiekabel of antenne op de receiver aansluit, schakelt de uitgang tussen een televisie- en een satellietprogramma.) 1-9, 0 1-9, 0 De programma’s wijzigen - (1-) -/-- Getallen met twee cijfers selecteren Dit werkt op dezelfde manier als de afstandsbediening van uw satelliettuner PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – RECALL Terugkeren naar de zender waarop het laatst was afgestemd DIGITAL/ANALOG INTRCTV Het scherm INTERACTIVE weergeven / TELETEXT Overschakelen naar teletekst a BOX OFFICE Het scherm BOX OFFICE weergeven GUIDE GUIDE De Master Guide openen MENU MENU Het scherm MENU openen V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren RETURN EXIT De stand uitschakelen TOOLS EPG Het scherm EPG weergeven of verbergen A (Red) RED Fastext-toets B (Green) GREEN Fastext-toets C (Yellow) YELLOW Fastext-toets D (Blue) BLUE Fastext-toets HELP HELP De Help weergeven FAVORT FAVORITE Alleen omhoog/omlaag schakelen langs favoriete zenders SERV SERVICE De “PAY PER VIEW” of “programme download” servicefunctie uitvoeren Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave PILOT PILOT Het scherm EPG in- of uitschakelen PRSNL PERSONAL De instelmodi weergeven A/B SAT A/B Schakelen tussen receivers 38NL Digitale satellietreceiver (No. 3201) Toets/weergave Toetsen Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De uitgang van de satellietreceiver overschakelen naar de televisie. (Wanneer u een televisiekabel of antenne op de receiver aansluit, schakelt de uitgang tussen een televisie- en een satellietprogramma.) 1-9, 0 1-9, 0 De programma’s wijzigen - (1-) -/-- Getallen met twee cijfers selecteren Dit werkt op dezelfde manier als de afstandsbediening van uw satelliettuner PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – DIGITAL/ANALOG INTRCTIV Het scherm INTERACTIVE weergeven / TELETEXT Overschakelen naar teletekst a BOX OFFICE Het scherm BOX OFFICE weergeven GUIDE GUIDE De Master Guide openen MENU MENU Het scherm MENU openen V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het scherm MENU invoeren RETURN EXIT De stand uitschakelen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren z (REC)* z Opnemen A (Red) RED Fastext-toets B (Green) GREEN Fastext-toets C (Yellow) YELLOW Fastext-toets D (Blue) BLUE Fastext-toets HELP HELP De Help weergeven SERV SERVICE De “PAY PER VIEW” of “programme download” servicefunctie uitvoeren Pagina 1/4 Display (Label select buttons) Label 1 * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. wordt vervolgd 39NL DVD-speler Het apparaat in-/uitschakelen 1-9, 0 1-9, 0 Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm - (1-) +10 Nummer 10 en hoger selecteren ENT (2-) ENTER De instelling invoeren. Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm. PROGRAM +, – > Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje . Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje / DISPLAY De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven a SUBTITLE De ondertiteling wijzigen GUIDE TOP MENU Het hoofdmenu weergeven MENU DVD MENU Het DVD-menu weergeven V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK De items uitvoeren die zijn geselecteerd op het scherm RETURN RETURN Terugkeren naar het vorige scherm TOOLS SET UP Het scherm voor instellingen openen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren AUDIO AUDIO Het geluid aanpassen REPEAT REPEAT De herhaalstand openen CLEAR CLEAR De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen ANGLE ANGLE De weergavehoek wisselen SLOWT SLOWT Het beeld vertraagd weergeven in de omgekeerde richting SLOWt SLOWt Het beeld vertraagd weergeven in de voorwaartse richting Pagina 3/4 Pagina 4/4 Display (Label select buttons) Functie POWER Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave P.MODE PLAY MODE De afspeelstand wijzigen SRCHT SEARCHT Zoeken in de omgekeerde richting SRCHt SEARCHt Zoeken in de voorwaartse richting EJECT EJECT De lade openen of sluiten Analoge kabeldoos Toets/weergave Toetsen Label Functie 1 POWER Het apparaat in-/uitschakelen 1-9, 0 1-9, 0 De programma’s wijzigen ENT (2-) ENTER Het programma openen PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – RECALL De functie JUMP, FLASHBACK of CHANNEL RETURN bedienen. 40NL DVD-recorder Combinatie van DVD/videorecorder*1 Het apparaat in-/uitschakelen 1-9, 0 1-9, 0 Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm - (1-) +10 Nummer 10 en hoger selecteren ENT (2-) ENTER Instellingen opgeven of items instellen die zijn geselecteerd op het scherm PROGRAM +, – PROGRAM+ Programma met een hoger nummer: + PROGRAM– Programma met een lager nummer: – DECKCHANGE Het deck wisselen / DISPLAY De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven a SUBTITLE De ondertiteling wijzigen GUIDE TOP MENU Het hoofdmenu weergeven MENU DVD MENU Het DVD-menu weergeven V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het menuvenster invoeren RETURN RETURN Terugkeren naar het vorige scherm TOOLS SET UP Het scherm voor instellingen openen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren z (REC)*2 z Opnemen A (Red) > Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje D (Blue) . Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje AUDIO AUDIO Het geluid aanpassen REPEAT REPEAT De herhaalstand openen CLEAR CLEAR De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen ANGLE ANGLE De weergavehoek wisselen SLOWT SLOWT Het beeld vertraagd weergeven in de omgekeerde richting SLOWt SLOWt Het beeld vertraagd weergeven in de voorwaartse richting Pagina 3/4 P.MODE PLAY MODE De afspeelstand wijzigen SRCHT SEARCHT Zoeken in de omgekeerde richting SRCHt SEARCHt Zoeken in de voorwaartse richting Pagina 4/4 Display (Label select buttons) Functie POWER Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave EJECT EJECT De lade openen of sluiten R.MODE REC MODE De opnamestand wijzigen *1 Het is mogelijk dat de afstandsbediening de videorecorder van een combinatie van DVD-recorder/videorecorder niet kan bedienen, hoewel de voorinstelcode is ingesteld. In een dergelijk geval kunt u de functies voor de videorecorder met de aanleerfunctie programmeren op lege toetsen of de videorecorder toewijzen aan een andere toets in de componentmacro. 2 * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. wordt vervolgd 41NL Combinatie van thuisbioscoop/DVD-speler Display (Label select buttons) Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De ingangsstand wijzigen 1-9, 0 1-9, 0 Cijfertoetsen: Items instellen die zijn geselecteerd op het scherm - (1-) +10 Nummer 10 en hoger selecteren ENT (2-) ENTER Instellingen opgeven of items instellen die zijn geselecteerd op het scherm 2 +, – VOLUME+ Volume omhoog: + VOLUME– Volume omlaag: – % MUTING Het volume van de combinatie thuisbioscoop/DVD-speler uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar het vorige volume. PROGRAM +, – > Verdergaan naar de volgende locatie of het volgende liedje . Teruggaan naar de vorige locatie of het vorige liedje DISC SKIP De volgende disc selecteren DIGITAL/ANALOG BAND De band selecteren / DISPLAY De huidige afspeelstatus op het scherm weergeven a SUBTITLE De ondertiteling wijzigen GUIDE TOP MENU Het hoofdmenu weergeven MENU MENU Het DVD-menu weergeven V, v, B, b R, r, T, t De cursor verplaatsen OK OK Het geselecteerde item in het menuvenster invoeren RETURN RETURN Terugkeren naar het vorige scherm TOOLS SET UP Het scherm voor instellingen openen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren SFIELD SOUNDFIELD Het geluidsveld in- of uitschakelen TUNER TUNER De tunerband selecteren AUDIO AUDIO Het geluid aanpassen Pagina 2/4 Pagina 3/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave REPEAT REPEAT De herhaalstand openen CLEAR CLEAR De geselecteerde tekens van het scherm verwijderen ANGLE ANGLE De weergavehoek wisselen EJECT EJECT De lade openen of sluiten P.MODE PLAY MODE De afspeelstand wijzigen 42NL Receiver/versterker Het apparaat in-/uitschakelen t INPUT De geselecteerde ingang opeenvolgend wijzigen 1 1 De ingangsbron selecteren: VIDEO1 2 2 De ingangsbron selecteren: VIDEO2 3 3 De ingangsbron selecteren: AUX 4 4 De ingangsbron selecteren: TUNER 5 5 De ingangsbron selecteren: CD 6 6 De ingangsbron selecteren: TAPE 7 7 De ingangsbron selecteren: MD/DAT 8 8 De ingangsbron selecteren: TV 9 9 De ingangsbron selecteren: PHONO 0 0 De ingangsbron selecteren: DVD 2 +, – VOLUME+ Volume omhoog: + VOLUME– Volume omlaag: – % MUTING Het geluid van de receiver/versterker uitschakelen. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar het vorige volume. PROGRAM +, – PRESET+ Frequentie omhoog tijdens vooraf instellen of afstemmen: + PRESET– Frequentie omlaag tijdens vooraf instellen of afstemmen: – SHIFT De band of voorkeursselectie wijzigen DIGITAL/ANALOG BAND De tunerband selecteren / 5.1INPUT Het meerkanaals geluid van 5.1-kanaals ingangen en hoger wijzigen SFIELD SOUNDFIELD Het geluidsveld in- of uitschakelen CENTR+ CENTER+ Het niveau van de middenluidspreker aanpassen CENTR– CENTER– Het niveau van de middenluidspreker aanpassen GENRE GENRE Een geluidsveldgenre selecteren REAR+ REAR+ Het niveau van de achterluidspreker aanpassen REAR– REAR– Het niveau van de achterluidspreker aanpassen Pagina 3/4 Pagina 4/4 Display (Label select buttons) Functie POWER Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave T.TONE TEST TONE Een testtoon uitvoeren WOOFR+ SUBWOOFER+ Het subwooferniveau regelen WOOFR– SUBWOOFER– Het subwooferniveau regelen D.IN DIGITAL IN De digitale ingang wisselen wordt vervolgd 43NL CD-speler Display (Label select buttons) Functie POWER Het apparaat in-/uitschakelen 1-9, 0 1-9, 0 Het tracknummer selecteren - (1-) +10 Nummer 10 en hoger selecteren ENT (2-) ENTER De instelling invoeren PROGRAM +, – > De volgende track selecteren . De vorige track selecteren DISC SKIP De volgende disc selecteren / DISPLAY Het display van de CD-speler in- of uitschakelen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren z (REC)* z Opnemen REPEAT REPEAT De stand voor herhaaldelijk afspelen selecteren SHFFL SHUFFLE Afspelen in willekeurige volgorde FADER FADER Infaden/uitfaden wisselen Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave EJECT EJECT Openen/sluiten P.MODE PLAY MODE De afspeelstand wijzigen CLEAR CLEAR De instelling wissen * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. Cassettedeck Toets/weergave Toetsen Label Functie 1 POWER Het apparaat in-/uitschakelen - (1-) DECK Ab De afspeelrichting van deck A wijzigen ENT (2-) DECK Bb De afspeelrichting van deck B wijzigen A/B Het deck selecteren: Deck A of Deck B (alleen voor dubbel cassettedeck) V DECK BN Deck B afspelen v DECK Bx Deck B stoppen B DECK Bm Deck B terugspoelen b DECK BM Deck B snel vooruitspoelen OK DECK BX Deck B onderbreken RETURN DECK Bz Deck B opnemen m DECK Am Deck A terugspoelen N DECK AN Deck A afspelen M DECK AM Deck A snel vooruitspoelen x DECK Ax Deck A stoppen X DECK AX Deck A onderbreken z (REC)* DECK Az Deck A opnemen * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. 44NL MD-deck Het apparaat in-/uitschakelen 1-9, 0 1-9, 0 Het tracknummer selecteren - (1-) +10 Nummer 10 en hoger selecteren ENT (2-) ENTER De instelling invoeren PROGRAM +, – > De volgende track selecteren . De vorige track selecteren DISC SKIP De volgende disc selecteren / DISPLAY De weergavestand wijzigen of de weergave in- of uitschakelen m m Terugspoelen N N Afspelen M M Snel vooruitspoelen x x Stoppen X X Pauzeren z (REC)* z Opnemen REPEAT REPEAT De stand voor herhaaldelijk afspelen selecteren SHFFL SHUFFLE Afspelen in willekeurige volgorde FADER FADER Infaden/uitfaden wisselen EJECT EJECT Openen/sluiten P.MODE PLAY MODE De afspeelstand wijzigen CLEAR CLEAR De instelling wissen Pagina 3/4 Display (Label select buttons) Functie POWER Pagina 2/4 Toetsen Label 1 Pagina 1/4 Toets/weergave CDSYNC CD SYNCRO Synchroniseren met de CD starten DECK A DECK A Een deck van het dubbele MD-deck selecteren: A DECK B DECK B Een deck van het dubbele MD-deck selecteren: B * Om fouten te voorkomen, verzendt de afstandsbediening alleen signalen met de z/REC-toets (opname) als de toets langer dan 2 seconden wordt ingedrukt. 45NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180

Sony rm vl 1400 t de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor