Cannondale Trigger de handleiding

Type
de handleiding
130728.PDF
p/n 130728
Revision A, 03/14
1
INHOUD
VEILIGHEIDS INFORMATIE .....................................2
TECHNISCHE INFORMATIE ...............................3-17
VERVANGINGSONDERDELEN .........................18-19
ONDERHOUD .................................................... 20
UW CANNONDALE-DEALER
Om er zeker van te zijn dat uw fiets op de juiste wijze
wordt onderhouden en dat garantievoorwaarden van
toepassing blijven, raden wij u aan alle onderhouds-
werkzaamheden te laten uitvoeren door uw geauto-
riseerde Cannondale-dealer.
OPMERKING
Ongeautoriseerde service, onderhoud of
vervangingsonderdelen kunnen leiden tot
aanzienlijke schade en het vervallen van de
garantievoorwaarden.
OVER DIT SUPPLEMENT
De supplementen bij deze handleiding bieden
belangrijke modelspecifieke informatie met
betrekking tot veiligheid, onderhoud en techniek.
Ze kunnen niet dienen ter vervanging van uw
Cannondale Handleiding voor de Eigenaar.
Dit supplement kan slechts een van meerdere
supplementen voor uw fiets zijn. Zorg dat u alle
supplementen verkrijgt en leest.
Als u een handleiding of een supplement nodig hebt,
of als u vragen hebt over uw fiets, neem dan direct
contact op met uw Cannondale dealer, of bel ons via
een van de telefoonnummers die u op de achterflap
van deze handleiding vindt.
U kunt Adobe Acrobat PDF-versies van alle
Cannondale handleidingen en supplementen
downloaden van onze website: http://www.
cannondale.com/
Phoud er rekening mee dat de specificaties en
informatie in deze handleiding zijn onderhevig aan
verandering voor verbetering van het product. Voor
de meest recente product informatie, ga naar
http://www.cannondale.com/
BELANGRIJKE AANWIJZING
In deze bijlage wordt uitzonderlijk belangrijke
Informatie op de volgende manier aangeduid:
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien
niet voorkomen, kan leiden tot zware verwon-
dingen of zelfs overlijden.
OPMERKING
Geeft aanwijzingen die moeten worden
opgevolgd om schade te voorkomen.
NL
Het gebruiksdoel voor
alle modellen is ASTM
CONDITION 4, OverMountain.
ASTM F2043
Voor extreem
o-road rijden
2
VEILIGHEIDS INFORMATIE
BELANGRIJKE
MEDEDELINGEN OVER
COMPOSIETEN
WAARSCHUWING
Uw fiets (frame en componenten) is gemaakt
van composietmaterialen, ook wel genoemd
‘carbon fiber.
Alle rijders moeten op de hoogte zijn van
een aantal fundamentele zaken betreende
composieten. Compostietmaterialen die zijn
samengesteld uit carbonvezels zijn sterk en
licht maar bij een crash of bij overbelasting zullen
carbonvezels niet buigen maar breken.
Voor uw eigen veiligheid en omdat u een
dergelijke fiets gebruikt, moet u zeer strikt de
procedures voor service, onderhoud en inspectie
van alle composietonderdelen (frame, stuurpen,
vork, stuur, zadelpen, enz.) volgen. Vraag uw
Cannondale-dealer om hulp.
Het is zeer belangrijk dat u deel II, sectie D,
Veiligheids-inspecties” in uw Cannondale
gebruikershandboek leest voordat u gaat rijden.
NIET OPVOLGEN VAN DEZE VEILIGHEID-
SINSTRUCTIES KAN LEIDEN TOT ONGEVALLEN
WAARBIJ U ZWAAR GEWOND OF VERLAMD
KUNT RAKEN OF KUNT KOMEN TE OVERLIJDEN.
INSPECTIE EN
BOTSINGSSCHADE
WAARSCHUWING
NA EEN VAL OF BOTSING:
Inspecteer het frame zorgvuldig op
beschadigingen (zie DEEL II, hoofdstuk
D. Veiligheidsinspectie in uw Cannondale
Handleiding voor de Eigenaar.)
Rij niet op uw fiets als u enig teken ziet
van schade, zoals gebroken, gesplinterde of
gedelamineerde koolstofvezel.
AL DE VOLGENDE ZAKEN KUNNEN WIJZEN OP
DELAMINATIE OF SCHADE:
Het frame voelt vreemd of anders dan
anders aan
Koolstof voelt zacht aan of heeft een andere
vorm
Kraken of andere onverklaarbare geluiden
Zichtbare scheurtjes, een witte
of melkachtige kleur in het
koolstofvezelgedeelte
BLIJVEN RIJDEN OP EEN BESCHADIGD FRAME
MAAKT DE KANS OP FRAMEBREUK GROTER.
EEN ONGELUK MET IN HET ERGSTE GEVAL DE
DOOD KAN HET GEVOLG ZIJN.
130728.PDF
M
H
N
F
B
P
I
D
E’
K
L
J
A
O
C
E
ASTM F2043
For extreme
ASTM CONDITION 4
ALL-MOUNTAIN
G
3
TECHNISCHE INFORMATIE
GEOMETRIE
Size (cm/in) SM MD L XL
A Zitbuislengte
ALUMINIUM:
43.2/17.0 45.7/18.0 48.3/19.0 50.8/20.0
CARBON:
43.2/17.0 45.7/18.0 48.3/19.0 50.8/20.0
B Bovenbuis Horizontaal
ALUMINIUM:
56.6/22.3 59.8/23.5 62.4/24.6 65.2/25.7
CARBON:
56.6/22.3 59.8/23.5 62.4/24.6 65.2/25.7
C Bovenbuis Feitelijk
ALUMINIUM:
54.3/21.4 57.4/22.6 60.0/23.6 62.9/24.8
CARBON:
53.0/20.9 56.1/22.1 58.7/23.1 61.6/24.3
D Balhoofdhoek 68.0° * * *
E Eectieve Zitbuisboek 73.5° * * *
E’ Werkelijke Zitbuishoek 73.1° 73.3° 73.8° 74.1°
F Beenvrijheid/Standover 74.4/29.3 74.5/29.3 75.1/29.6 75.5/29.7
G Balhoofdbuislengte 9.7/3.8 11.0/4.3 12.2/4.8 13.4/5.3
H Wielbasis 111.6/43.9 114.9/45.2 117.7/46.3 120.6/47.5
I Afstand Vooras – Hart Bracket 68.0/26.8 71.3/28.1 74.1/29.2 77.0/30.3
J Lengte Achtervork 43.6/17.2 * * *
K Bottombracket Drop 0.2/0.1 * * *
L Bottom-Brackethoogte 35.1/13.8 * * *
M Vorksprong 5.0/2.0 * * *
N Naloop 8.9/3.5 * * *
O Stack 56.5/22.2 57.6/22.7 58.8/23.2 59.9/23.6
P Reach 39.9/15.7 42.7/16.8 45.0/17.7 47.4/18.7
Hoogte Balhoofdbuis (cm/in) 53.0/20.9 * * *
Veerweg achter (cm/in) 14.0/5.5 * * *
Oog-tot-oog achterdamper (cm/in)
15.5/6.1 * * *
Slag
achterdamper (cm/in) 5.0/2.0 * * *
Aanbevolen sag % 0.35 * * *
NL
M
H
N
F
B
P
I
D
E’
K
L
J
A
O
C
E
ASTM F2043
For extreme
ASTM CONDITION 4
ALL-MOUNTAIN
G
4
TRIGGER 27.5 140MM GEOMETRIE
Size SM MD L XL
A Zitbuislengte
ALUMINIUM:
43.2/17.0 45.7/18.0 48.3/19.0 50.8/20.0
CARBON:
43.2/17.0 45.7/18.0 48.3/19.0 50.8/20.0
B Bovenbuis Horizontaal
ALUMINIUM:
56.6/22.3 59.8/23.5 62.4/24.6 65.2/25.7
CARBON:
56.6/22.3 59.8/23.5 62.4/24.6 65.2/25.7
C Bovenbuis Feitelijk
ALUMINIUM:
54.3/21.4 57.4/22.6 60.0/23.6 62.9/24.8
CARBON:
53.0/20.9 56.1/22.1 58.7/23.1 61.6/24.3
D Balhoofdhoek 68.0° * * *
E Eectieve Zitbuisboek 73.5° * * *
E’ Werkelijke Zitbuishoek 73.1° 73.3° 73.8° 74.1°
F Beenvrijheid/Standover 74.4/29.3 74.5/29.3 75.1/29.6 75.5/29.7
G Balhoofdbuislengte 9.7/3.8 11.0/4.3 12.2/4.8 13.4/5.3
H Wielbasis 111.6/43.9 114.9/45.2 117.7/46.3 120.6/47.5
I Afstand Vooras – Hart Bracket 68.0/26.8 71.3/28.1 74.1/29.2 77.0/30.3
J Lengte Achtervork 43.6/17.2 * * *
K Bottombracket Drop 0.2/0.1 * * *
L Bottom-Brackethoogte 35.1/13.8 * * *
M Vorksprong 5.0/2.0 * * *
N Naloop 8.9/3.5 * * *
O Stack 56.5/22.2 57.6/22.7 58.8/23.2 59.9/23.6
P Reach 39.9/15.7 42.7/16.8 45.0/17.7 47.4/18.7
Hoogte Balhoofdbuis (cm/in) 53.0/20.9 * * *
Veerweg achter (cm/in) 14.0/5.5 * * *
Oog-tot-oog achterdamper (cm/in)
15.5/6.1 * * *
Slag
achterdamper (cm/in) 5.0/2.0 * * *
Aanbevolen sag % 0.35 * * *
130728.PDF
QSISEAL/
BEARING SEAL
HD169/
BEARINGS
X
FRAME SIZE HEADTUBE LENGTH (X)
SM 97mm
MD 109mm
LARGE 122mm
X-LARGE 134mm
5
Veerweg achter
(per afstandsbediening instelbaar )
TRIGGER 29 - FLOW - 80 mm, ELEVATE - 130 mm
TRIGGER 27.5 - FLOW - 85 mm, ELEVATE - 140 mm
Headset Cannondale Si (see also Replacement Parts for conversion kits)
Chainline 50 mm
BB Shell Width CRB - PF30/73mm | ALLOY - BB30 73 mm
Diameter Zadelpen 31.6mm
Front Derailleur S3 Direct Mount, Bottom pull
Voorderailleur 142mm (convertible to 135mm)
Rear Brake Post Mount Adapters - 160/180/185/203
WAARSCHUWING
Kijk in uw Cannondale gebruikershandboek voor meer
informatie over de volgende specificaties:
Gebruiksdoel ASTM Condition 4, All-Mountain, OverMountain
Maximum Bandbreedte
TRIGGER 29 29 X 2.35 in | TRIGGER 27.5 - 27.5 X 2.5 In
Maximum Vorklengte TRIGGER 29 - 575mm | TRIGGER 275. - 545 mm
Minimum Insteek Van Zadelpen 100 mm
Maximale Gewichtslimiet (Lbs/Kg)
* Alleen Zadeltas
RIDER LUGGAGE* TOTAL
300 / 136 5 / 2.3 305 / 138
SPECIFICATIES
GEÏNTEGREERDE
BALHOOFDBUIS
Beide frametypes hebben geïntegreerde Si
lagercups. Bij de alu-frames zijn de cups in de
balhoofdbuis gefreesd. Bij de carbon-modellen
zijn de cups vastgelijmd in de balhoofdbuis.
Cannondale Headshok System Integrationlagers
kunnen direct in beide types worden gebruikt.
Voor 1,5”en 1 1/8” adapter headsets, zie de sectie
Vervangingsonderdelen.
OPMERKING
De lagercups in de balhoofdbuis niet vlakken,
afschuren of bewerken. Bij het verwijderen
van adapters, lagers, of een cup uit de carbon
balhoofdbuis, moet er bijzonder goed worden
opgelet dat het gereed-schap dat wordt gebruikt
om de lagers te verwijderen NIET in contact komt
met een van de ingelijmde cups.
NL
T30
Loctite 242 (blue)
10 Nm (88.5 InLbs)
5mm
Loctite 242 (blue)
7 Nm (62 InLbs)
PIVOT AXLE
2.5mm
Loctite 242 (blue)
2.5 Nm ( 22.0 InLbs)
RD HANGER
BRAKE ADAPTER
CAGE MOUNTING BOLTS
Grease
3 Nm (26.5 InLbs)
Cable Clamps
4mm
Loctite 242 (blue)
3 Nm (26.5.5 InLbs)
4mm
Loctite 242 (blue)
4 Nm (35 InLbs)
FD ADAPTER
PIVOT CAP
4mm
Loctite 242 (blue)
3 Nm (26.5.5 InLbs)
SHOCK BOLTS
5mm
Loctite 242 (blue)
8 Nm (71 InLbs)
4mm
Loctite 242 (blue)
5 Nm (44 InLbs)
PIVOT AXLE PINCH BOLTS
6
AANHAALMOMENTEN
Voor uw veiligheid en om de duurzaamheid en prestaties van uw fiets te kunnen garanderen, is het zeer
belangrijk de correcte aanhaalmomenten voor de bevestigingsmiddelen (bouten, schroeven, moeren) van uw
fiets te gebruiken. We dringen er sterk op aan dat u de aanhaalmomenten bij uw dealer laat instellen met
behulp van een momentsleutel. Als u besluit zelf de bevesti-gingspunten vast te draaien, gebruik dan een
goede momentsleutel!
130728.PDF
PIVOT AXLE
(large end)
SHIM
Loctite 242 (blue)
5 Nm, (44 inLbs)
M5X20
BEARINGS
(small end)
PRELOAD
SCREW
4mm
Loctite 242 (blue)
4 Nm (35 InLbs)
FD ADAPTER
pivot axle removal tool
included in KP169/
7
NL
HOOFDDRAAIPUNT
MOTAGE AANWIJZINGEN
Volg de volgende aanwijzingen voor de juiste
montage van de pivot as.
1. Tandwielkant (Tk): Tik de as in tot tegen het lager.
2. Plaats de shim op de as aan de niet-tandwiell kant (n-tk).
3. Plaats de swingarm gelijk met buitenrand van piviot as tk.
4. Draai tijdelijk de n-tk klembout aan.
5. Breng de voorderailleur adaptor aan. Dit zorgt voor de juiste
uitlijning.
6. Draai de n-tk klembout los
7. Plaats voorspanningbout
8. Draai tk klembout aan 5Nm
9. Draai n-tk klembout aan 5Nm
10. Draai de voorspannngbout aan 3Nm
DEMONTAGE AANWIJZINGEN
1. Verwijder de voorderailleur adaptor.
2. Verwijder de voorspannongbout en draai de klembouten los.
3. Breng de KP169/ aan in de as vanaf de n-tk.
Tik voorzichtig de as uit de lagers met een kunstof hamer.
5mm
Loctite 242 (blue)
7 Nm (62 InLbs)
KP169/ tool usage
PIVOT AXLE
PIVOT SPACERS
BEARINGS
DROPOUT
small end
SEATSTAYS
8
DROPOUT
BELANGRIJKE INFORMATIE
Het special service gereedschap bestaat uit
onderdelen welke hierboven geschaduwd zijn
aangegeven.
Wanneer u de seat stays wilt bevestigen aan de
uitvaleinden gebruik dan een 5mm inbus sleutel
en draai aan met het aangegeven moment. (zie
tekening en aanwijzing hierboven)
ONDERHOUD
De conditie van de lagers, de pivot as en de spacers
moeten regelmatig worden gecontoleerd. Deze
onderdelen zijn onderhevig aan normale slijtage en
zullen optijd moeten worden vervangen.
De regelmaat van inspectie hangt af hoe en waar
u rijdt. Overmatige speling, zichtbare slijtage en
misschien corrosie van de lagers duiden op schade.
Mocht u schade in welke vorm dan ook aantreen
stopt u dan rijden tot de onderdelen zijn vervangen.
Doorrijden kan verdere schade tot gevolg hebben.
Zie de kitlijst achter in dit supplement voor de
vervangende onderdelen.
130728.PDF
4
1
5
3
2
2
1
5
4
3
14
13
9
Controleer of er voldoende ruimte op de kabels zit. De boog moet ongeveer 35 mm onder het bracket door lopen. Te weinig speling op
de kabel kan resulteren in ongewild schakelen of de kabeleinden worden uit de behuizing in de onderbuis getrokken als de bike volledig
inveert. De lengte van de bekabeling kan het best worden bepaald door de demper uit de bike te verwijderen. Op die manier kunt u de
swingarm volledig naar boven door de volledige veerweg duwen en zien wat er met de bekabeling gebeurt tijdens het inveren. Het lijkt
of er teveel bekabeling onder het bracket loopt als de correcte lengte is bepaald. Op de foto is de bekabeling gekruist om te voorkomen
dat de kabel voor de achterderailleur in contact komt met de tandwielen. U kunt ook een kabelbinder gebruiken om dit te voorkomen. Let
erop dat de afsluitdopjes en de rubber afdichtingsdop worden gemonteerd zoals getoond in de tekening.
1. Achterderailleur
2. Voorderailleur
3. Achterrem
4. Afstandsbediening voor
de demper
13. Afsluitdopje 4 mm
14. Rubber afdichtingsdopje
5. Afstandsbediening voor
de zadelpen
KABEL-
GELEIDING
NL
10
BOTTOM BRACKET - PF30
Carbon frames have a 46 mm I.D. bottom bracket bearing system press interface. The shell width is 73mm.
Maintenance
In general, you should inspect the condition of the bearings annually (at a minimum) or anytime the crankset assembly
is disassembled , serviced, or if a problem is indicated.
To inspect, when the crankset is removed, rotate the inner bearing race of both bearings; rotation should be smooth, and
quiet. Execesssive play, roughness or corrossion indicates a damaged bearing.
Removal
To avoid serious damage to the frame, it is important to remove bearing systems very carefully using proper tools
indicated by the manufacture’s service instructions. Make sure the bearings(cup or adpater parts) are driven out
squarely and evenly from inside the shell!!! Do not pry components from shell.
Replacement
PressFit BB30 bearings are not removable from the adapters or cup systems that are pressed into the frame bottom
bracket shell. Therefore, damaged bearings must be removed and replaced as new entire sets. Before installing any new
bearing units into the shell, thoroughly clean the inside surface of the bottom bracket shell with a clean dry shop towel.
Also, make sure both bearing units and the BB shell surfaces are clean and dry. Do not apply grease to either.
Follow the manufacture’s instruction for assembly and installtion of the bearing system. Use a headset press such as
Park Tool HHP-2. See www.parktool.com/product/bearing-cup-press-HHP-2 Select appropriate press and adapters to
ensure that force is only applied to the cup and not the bearing inside. Press until the both cup flanges are mated to the
BB shell edge.
NOTICE
Consult with your Cannondale Dealer on the quality and compatibilty of any proposed replacement
component.
Make sure the PRESSFIT BB30 30 system is intended for use with with a 46 mm I.D. BB shell. Confirm acutal
part dimensions with a micrometer.
Do not use chemical solvents to clean. Do not remove frame material or use surfacing tools on bottom
bracket shell.
Frame damage, caused by improper components, component installation or removal is not covered by your
warranty.
130728.PDF
11
NL EN
BOTTOM BRACKET - BB30
The bottom bracket shell is compatible with the BB30 Standard. See www.bb30standard.com.
Maintenance
Inspect bearing condition annually (at a minimum) and anytime the crankset assembly is disassembled or serviced.
With the crankset removed, rotate the inner bearing race of both bearings; rotation should be smooth. No play or
movement inside the shell. If the bearing is damaged, replace both bearings with new ones.
Bearing Removal
Remove the old bearings with the bearing removal tool KT011/.
Bearing Installation
To install bearings, use a headset press and Cannondale tool KT010/ . Clean inside of shell apply a high-quality
bicycle bearing grease to the inside surface. Press bearing one at a time. Press each bearing until seated. Following
installation, apply a light coating of a high-quality bicycle bearing grease to both sides of each bearing to help repel
moisture.
Do not re-use removed bearings. Install both bearings as a new set.
NOTICE
BEARINGS - Frequent or routine renewal of undamaged bearings is not recommended. Repeated removal
and reinstallation can damage the inside BB shell surfaces resulting in poor bearing fit. Do not face, mill or
machine the bottom bracket shell for any reason. Doing so can result in serious damage and possibly a ruined
bike frame.
DO NOT CUT, FACE, OR USE ABRASIVES TO CLEAN THE INSIDE IF THE BB SHELL.
We strongly recommend that these procedures be performed by an Authorized Cannondale Dealer. Damage
caused by improper installation/removal is not covered under your warranty.
12
ACHTERDAMPER
WAARSCHUWING
GEBRUIK ALLEEN EEN HOGEDRUKPOMP - CANNONDALE - 1MP01/SLV OM DE DRUK IN TE STELLEN OF AF TE LEZEN.
Het gebruik van een niet-compatibele pomp (een pomp die niet ontworpen is voor de hoge druk in de
demper), kan leiden tot aanzienlijk persoonlijk letsel of kan zorgen voor een onjuiste drukinstelling of
uitlezing waardoor de rijder de controle over de bike kan verliezen en een ongeval kan krijgen.
LUCHTDRUK INSTELLEN
1. Zet de damper in Flow mode.
2. Laat de druk uit de negatieve kamer.
3. Breng de positieve kamer op de juiste druk (zie tabel).
4. Breng de negatieve op de juiste druk (zie tabel).
5. Stel de reound instelling in (zie tabel).
6. Controleer de sag. Meer sag zak 1 regel in de tabel,
Wilt u meer sag (stugger) ga dan 1 regel omhoog in de
table. Herhaal stap 1-5.
INSTELLING SAG
1. Plaats de o-ring tegen de stop
2. Ga in rijhouding op dfe fiets zitten.
3. Stap af en controleer de sag indicatie.
35% sag - Trail
40% sag - Enduro
GEWICHT RIJDER
TRIGGER 27.5 TRIGGER 29
POSITIEVE
KAMER
NEGATIEVE
KAMER
REBOUND
POSITIEVE
KAMER
NEGATIEVE
KAMER
REBOUND
Lbs Kg
CRB ALLOY CRB ALLOY CRB ALLOY CRB ALLOY
100-109 45-49 175 175 180 150 12 160 135 12
110-119 50-54 195 195 195 165 12 180 150 12
120-129 54-59 210 210 210 180 11 195 165 12
130-139 59-63 230 225 225 190 11 215 180 11
140-149 64-68 250 245 240 205 10 230 190 10
150-159 68-72 265 260 255 220 10 245 205 9
160-169 73-77 280 280 265 235 9 260 220 8
170-179 77-81 295 295 280 250 8 275 235 7
180-189 82-86 315 315 295 265 7 295 250 6
190-199 86-90 335 335 315 285 6 310 260 5
200-209 91-95 350 350 325 300 5 325 275 4
210-219 95-99 370 370 340 310 4 340 290 3
220-229 100-104 385 385 355 325 3 360 300 2
230-239 104-108 405 405 370 340 2 375 315 1
240-249 109-113 420 420 385 355 1 390 330 0
Air pressure listed in (psi).
REBOUND -- Links om van volledig dicht.
130728.PDF
Cable tension is released.
FLOW
STOP
“35% Sag
O-RING
POSITIVE AIR
NEGATIVE AIR
13
NL
POSITIEVE KAMER NEGATIEVE KAMER
Min druk 100 psi 0 psi
Max druk 450 psi 400 psi
LET OP!
Neem min en max druk in acht. Maak de
pomp en het ventiel schoon voordat u de
pomp aansluit.
Het loskoppelen van de pomp kan leiden tot een zeer gering drukverlies. Om het feitelijk verlies van de pomp
te kunnen vaststellen moet u de druk instellen, de pomp loskoppelen en daarna weer vastkoppelen en de druk
aflezen. U kunt het verlies compenseren door het drukverlies toe te voegen aan de waarden in de tabel.
14
REBOUND-INSTELLING
De rebound controleert de snelheid waarmee het achterwiel in zijn oorspronkelijke positie terugkeert nadat
het is ingeveerd. De juiste rebound-instelling is een kwestie van persoonlijke voorkeur en hangt af van het
gewicht van de rijder, de rijstijl en de omstandigheden. Een basisregel is dat de rebound zo snel mogelijk moet
zijn zonder dat de terugveersnelheid zo hoog is dat u een ‘duw’ krijgt en uit het zadel wordt geduwd.
Het instellen van de rebound:
1. De rebound-circuits voor de beide veerwegen werken onafhankelijk van elkaar. Let erop dat de afstands-
bediening in dezelfde stand staat als de rebound die u wilt aanpassen. Zie ook de paragraaf ‘Instelling
veerweg’.
2. Draai de juiste reboundknop met de klok mee totdat deze niet verder draait. Draai nu de knop tegen de
klok in en tel het aantal klikstanden. Een goed uitgangspunt voor een basisinstelling is zeven (7) klikjes
vanaf de volledig gesloten stand terugdraaien. Elke rebound-knop heeft een verstelbereik van ongeveer
dertien (13) klikstanden.
TRIGGER 29 ELEVATE = 80mm
TRIGGER 27.5 ELEVATE = 85mm
TRIGGER 29 FLOW = 130mm
TRIGGER 27.5 FLOW = 140mm
OPMERKING
Draai de knop niet geforceerd voorbij de laatste klikstand.
WAARSCHUWING
BLIJF MET UW HANDEN WEG VAN DE BEWEGENDE LINK. Doe alleen
aanpassingen als u niet in het zadel zit en niet op de fiets rijdt. Het aanpassen
van de rebound terwijl u rijdt of op de fiets zit, kan leiden tot aanzienlijke
verwondingen aan uw hand of vingers en kan leiden tot verlies aan controle
over de fiets hetgeen weer kan leiden tot een ongeval waarbij u gewond kunt
raken of kunt komen te overlijden.
130728.PDF
15
NL
INSTELLING VEERWEG
De DYAD RT2 heeft twee verschillende standen voor de veerweg die kunnen worden ingesteld met een
afstandsbedieningshendel op het stuur. Het schakelen tussen de twee standen heeft tot gevolg dat de sag
en de brackethoogte veranderen. Het bracket komt hoger te liggen en de balhoofden zitbuishoek worden
steiler voor betere klimeigenschappen of het bracket komt juist lager te liggen met vlakkere hoeken
voor betere afdalingseigenschappen. Zodoende zit de rijder altijd in de juiste positie, aangepast aan de
terreinomstandigheden. Het is eigenlijk zo dat je twee compleet verschillende bikes tot je beschikking hebt
met het simpelweg omzetten van een hendeltje.
De werking van de afstandsbediening:
Druk de hendel naar voren totdat hij inklikt in de ELEVATE 90 mm-positie.
Druk op de blokkeerknop aan het uiteinde van de hendel om de blokkade op te heen. Door de kabelspanning
komt de hendel terug in de FLOW 160 mm-positie.
TRIGGER 29 ELEVATE = 80mm
TRIGGER 27.5 ELEVATE = 85mm
TRIGGER 29 FLOW = 130mm
TRIGGER 27.5 FLOW = 140mm
In deze stand (korte veerweg) werkt de demper
met een kleine luchtkamer waardoor er een
progressieve veercurve ontstaat met XC-
dempingscircuits voor trailrijden, rollend terrrein
en betere klimprestaties.
Veercurve is steiler
Sag wordt beperkt tot 60%
BB komt hoger, scherpere geometrie
De L.A.S. (linear airspring technology) van
de DYAD RT2 geeft een veercurve die vrijwel
identiek is aan een staalveer en hij is gekoppeld
aan een snelheidsafhankelijk dempingscircuit
dat specifiek is afgesteld voor maximale
prestaties tijdens het afdalen.
Zachtere veercurve
Sag is 100%
BB ligt lager, stabiele geometri
16
MONTAGE VAN DE KABEL VAN DE
AFSTANDS-BEDIENING
Bevestig de kabel als de demper is losgemaakt uit
het frame.
1. Zet de bike op een werkstandaard met het achterwiel
ondersteund zodat de Shock link (hevel) niet beweegt
en de demper straks eenvoudig kan worden geplaatst en
opnieuw gemonteerd.
2. Bepaal de lengte van de buitenkabel. Laat voldoende
ruimte voor de demper om te kunnen bewegen en hou
rekening met de volledige stuuruitslag. Teveel buitenkabel
kan leiden tot contact met andere bewegende delen van
het frame.
3. Zet metalen kapjes op beide uiteinden van de buitenkabel.
4. Zet de hendel in de FLOW mode. Zet een nieuwe
derailleurkabel ( 1,2 mm) in de hendel, steek deze door
het kabeleinde en de buitenkabel en duw de binnenkabel
richting de demper.
5. Voer de buitenkabel met de binnenkabel onder de dem-
perbrug door en steek deze in de onderzijde van de spoel-
kamer van de demper, omhoog richting het kabelanker.
Zorg ervoor dat u een nieuwe of scherp afgeknipte binnen-
kabel hebt en dat de kabelklemschroef ver genoeg naar
buiten gedraaid is. Anders zult u merken dat het moeilijk
is om de kabel door de spoelkamer te leiden en voorbij de
kabelklemschroef.
WAARSCHUWING
RISICOFACTOR HOGE DRUK - Verwijder nooit
de eind-kappen van de spoelkamer! Er staat
zeer hoge druk op de eindkappen en door het
losmaken daarvan kunnen deze met extreem
veel kracht en hoge snelheid wegvliegen
waardoor er potentieel gevaar bestaat op zware
of zelfs dodelijke verwondingen.
6. Trek de kabel strak en draai de 1,5 mm klemschroef in
het kabelanker stevig vast (0,5 – 1,2 Nm).
7. Knip de kabel ongeveer 1,5 cm boven het kabelanker af
en dop hem af met een kabeleindkapje.
130728.PDF
7
1
9
11
6
8
10
2
4
3
12
NLG1-2
NLG1-2
(O.D. only)
Pin
2.5 Nm, Loctite 242 (blue)
5 Nm, Loctite 262 (red)
SFHS M3X6
SFHS M6X8
CABLE STOP
BUSHING
TOP NUT
LEVER MAIN
SPRING
CLAMP BRACKET
LEVER
RELEASE
SHCS M3X10
Pin
a
l
ig
n
Slot
BASE PLATE
c
a
ble to shoc
k
17
8. Monteer de Dyad RT2-demper terug in het frame.
Maak de schroefdraad van de bevestigingsbouten
schoon en doe er Loctite 242 (blauw) op. Vastdraaien
met 8,0 Nm (71 InLbs).
9. Zet de buitenkabel vast in de geleider op de onderbuis.
10. Test of de hendel goed functioneert door te schakelen
tussen de 160 mm en 95 mm veerwegmodus.
Een beschermplaat of
sticker moet worden
aangebracht om schade
door schuren van de kabel
te voorkomen.
LINKSE MONTAGE OP HET STUUR RECHTSE MONTAGE OP HET STUUR
NL
KP326/
KP180/
QC616/
KP018/ - ceramic
KB6180/ - standard
KP170/GRN
KP170/BLK
KP170/RED
KP010/
73mm
KF103/
KP173/
M4X12mm
M4X13mm
4mm
Loctite 242 (blue)
5 Nm (44 InLbs)
KH118/ _ _ _HT
1.5 STEM ONLY
Steerer is for 1.5 stems only
and is frame size specific.
FRAME
SIZE
HEAD
TUBE
LENGTH
SMALL 97 mm
MEDIUM 109 mm
LARGE 122 mm
X-LARGE 134 mm
4mm
Loctite 242 (blue)
4 Nm (35 InLbs)
3 mm
KP183/ (alloy)
25X
KP329/ (carbon)
4X
1234567
1MP01/SLV
66mm
M5X16
M5X16
M5X16
A
5mm
Loctite 242 (blue)
5 Nm (44 InLbs)
Loctite 242 (blue)
8 Nm (71 InLbs)
A
B
A
Loctite 242 (blue)
7 Nm (62 InLbs)
Loctite 242 (blue)
12 Nm (106 InLbs)
KP190/
C
G
F
KP345/
D
E
M5X16mm
M5X16mm
A
A
KP174/
B
ALLOY
A
ISCG03
(required spacer)
KP197/
(PF30)
2X
KP313/
A
B
KP312/
10X
(BB30)
0.75
1.0
KP290/ (alloy)
4X
CODE DESCRIPTION
29 27.5
CRB ALLOY CRB ALLOY
KP173/ KIT, DER. HANGER; SI12 X X X X
KP174/ KIT, SPACER, SI12, 142 TO 135MM X X X X
KP190/ KIT, AXLE, SYNTACE, X12, 142X12MM X X X X
KP288/02/BLK
KIT,LINK,HWARE,TRIGGER29 CRB
--- BEARINGS SOLD SEPERATELY---
X X
KP288/BLK
KIT,LINK,HWARE,TRIGGER29
--- BEARINGS SOLD SEPERATELY---
X
KP343/
KIT,LINK,HWARE,TRIGGER 650B Alloy
--- BEARINGS SOLD SEPERATELY---
X
KP289/
KIT,BEARINGS,PIVOT,TRIGGER29
W/CIR-CLIPS
X X X X
KP175/X KIT,ADAPTER,SI12 PM/160 1.0 X X
KP176/X KIT,ADAPTER,SI12 PM/180 1.0 X X
KP177/X KIT,ADAPTER,SI12 PM/185 1.0 X X
KP178/X KIT,ADAPTER,SI12 PM/203 1.0 X X
KP175/ KIT,ADAPTER,SI12 PM/160 0.75 X X
KP176/ KIT,ADAPTER,SI12 PM/180 0.75 X X
KP177/ KIT,ADAPTER,SI12 PM/185 0.75 X X
KP178/ KIT,ADAPTER,SI12 PM/203 0.75 X X
CODE DESCRIPTION
29 27.5
CRB ALLOY CRB ALLOY
KP286/ KIT,SHOCK,TRIGGER29 DYAD RT2 X X
KP340/ KIT SHOCK TRIGGER DYAD RT2 650B X X
KP287/ KIT,SHOCK MOUNT HWARE,TRIGGER29 X X X
KP342/ KIT SHOCK
MOUNT HWARE TRIG 650B Alloy
X
KP291/X KIT,SPACER,F.DER,TRIGGER29 X X
KP341/ KIT SPACER F.DER TRIGGER 650b X X
KP345/
KIT CHAINSUCK C-STAY PROTECT TRIG 650B
X
KP292/ KIT,GUARD,C-STAY JEKYLL ALLOY X X
KP344/ KIT,GUARD,C-STAY TRIG CARBON 29/650B X X
1MP01/SLV KIT,PUMP,HP DYAD RT2 X X X X
KP180/ KIT,LEVER,TRAVEL ADJUST X X X X
KP169/ KIT,TOOL,JEKYLL PIVOT X X X X
18
VERVANGINGSONDERDELEN
130728.PDF
KP326/
KP180/
QC616/
KP018/ - ceramic
KB6180/ - standard
KP170/GRN
KP170/BLK
KP170/RED
KP010/
73mm
KF103/
KP173/
M4X12mm
M4X13mm
4mm
Loctite 242 (blue)
5 Nm (44 InLbs)
KH118/ _ _ _HT
1.5 STEM ONLY
Steerer is for 1.5 stems only
and is frame size specific.
FRAME
SIZE
HEAD
TUBE
LENGTH
SMALL 97 mm
MEDIUM 109 mm
LARGE 122 mm
X-LARGE 134 mm
4mm
Loctite 242 (blue)
4 Nm (35 InLbs)
3 mm
KP183/ (alloy)
25X
KP329/ (carbon)
4X
1234567
1MP01/SLV
66mm
M5X16
M5X16
M5X16
A
5mm
Loctite 242 (blue)
5 Nm (44 InLbs)
Loctite 242 (blue)
8 Nm (71 InLbs)
A
B
A
Loctite 242 (blue)
7 Nm (62 InLbs)
Loctite 242 (blue)
12 Nm (106 InLbs)
KP190/
C
G
F
KP345/
D
E
M5X16mm
M5X16mm
A
A
KP174/
B
ALLOY
A
ISCG03
(required spacer)
KP197/
(PF30)
2X
KP313/
A
B
KP312/
10X
(BB30)
0.75
1.0
KP290/ (alloy)
4X
CODE DESCRIPTION
29 27.5
CRB ALLOY CRB ALLOY
KF115/ KIT,GEL,DYNAMIC,CARBN X X X X
KP170/BLK KIT,SEATBINDER,MTN QR,34.9,BLK X X
KP170/GRN KIT,SEATBINDER,MTN QR,34.9,GRN X X X X
KP170/RED KIT,SEATBINDER,MTN QR,34.9,RED X X
KP197/ KIT,BEARING,BB-PF30 X X
KP329/
KIT,BB CABLEGUIDE,F+R,JEKYLL (CRB ONLY)
X
KP313/ KIT,ISCG SPACER,PF30 X
KP018/ KIT,BEARING,BB-SI,CERAMIC,2PCS X X
KB6180/ KIT,BEARING,BB-SI,2PCS X X
QC616/ KIT,CIRCLIPS (2) BB-SI X X
KP010/ KIT,ADAPTER,SIBB TO 73MM TAP X X
KF368/ KIT,TOOL,SIBB/73 ADP.INSTALL X X
KF366/ KIT,TOOL,SIBB ADPAPTER EXTRACT X X
CODE DESCRIPTION
29 27.5
CRB ALLOY CRB ALLOY
KF103/ KIT,GUARD,SCUFFGUARD-8PK X X X X
KP329/
KIT,BB CABLEGUIDE,F+R,JEKYLL (CRB ONLY)
X X
KP312/ KIT GROMMET 10X X X
KP183/ KIT,ZIP TIES, CABLEGUIDE /25 X X X X
KH118/097HT KIT,STEER,SUPERMAX, 1.5” X X X X
KH118/109HT KIT,STEER,SUPERMAX, 1.5” X X X X
KH118/122HT KIT,STEER,SUPERMAX, 1.5” X X X X
KH118/134HT KIT,STEER,SUPERMAX, 1.5” X X X X
QSISEAL/ KIT,SEAL,UPPER BEARING,58MM OD X X X X
HD169/ KIT,BEARINGS, HEADSET- 2 X X X X
KP058/ KIT,HEADSET,INT HEADSHOK TO 1 1/8” X X X X
KP119/ KIT,HEADSET,INT H-SHOK TO 1.5 X X X X
KP205/ KIT,HEADSET,INT H-SHOK TO TAPERED X X X X
KH118/ _ _ _HT
Steerer is for
1.5 stems only
And is frame
size specific
FRAME
SIZE
HEAD-
TUBE
LENGTH
SMALL 97mm
MEDIUM 109mm
LARGE 122mm
X-LARGE 134mm
KF368/
73 mm
QC616/
KP018/ - ceramic
KB6180/ - standard
QSISEAL
HD169/
KF103/
KP290/
KP170/GRN
12 mm
KP058/
1 1/8”
KP119/
1.5”
KP205/
TAPER
19
Positie frameserienummer (barcode-label met 7 karakters) Gebruik dit serienummer
voor garantieregistratie en bij eventuele diefstal. Zie ook het Cannondale handboek Voor
meer informatie over garantieregistratie.
NL
20
ONDERHOUD
De onderstaande tabel laat alleen de aanvullende onderhoudswerkzaamheden zien. Kijk in uw Cannondale
gebruikershandboek voor meer informatie over het basisonderhoud aan uw bike. Neem contact op met
uw Cannondale-dealer voor het maken van een compleet onderhoudsplan dat aangepast is aan uw
rijstijl, de onderdelen en de gebruiksomstandigheden. Volg de aanwijzingen voor onderhoud zoals die zijn
voorgeschreven door de fabrikanten van de niet-Cannondale componenten op uw bike.
ITEM FREQUENTIE
BUITEN- EN BINNENKABELS – Uw fiets is uitgerust met kleine
zelfklevende frameprotectors - KF103/. Plaats dit materiaal op het
frame op de plaatsen waar kabels en buitenkabels over de lak schuren.
In de loop van de tijd kunnen de kabels zover in het frame schuren dat
er aanzienlijke schade kan ontstaan.
LET OP: schade aan uw fiets die veroorzaakt is door schurende
kabels valt niet onder de garantie. Bovendien zijn zelfklevende
framebeschermers geen oplossing voor verkeerd gemonteerde
of verkeerd lopende binnen- en buitenkabels. Als u merkt dat de
gebruikte protectors zeer snel verslijten, neem dan contact op met uw
Cannondale-dealer om de kabelloop van uw fiets te controleren.
VOOR DE EERSTE RIT
INSPECTIE OP BESCHADIGINGEN – Maak de framedelen schoon en
controleer het hele frame/swingarm/hevelconstructie op scheurtjes
of beschadigingen. Zie ook het onderdeel ‘Veiligheidsinspecties’ in uw
Cannondale gebruikershandboek.
VOOR EN NA ELKE RIT
CONTROLEER DE AANHAALMOMENTEN – In aanvulling op
de controle van andere onderdelen, controleer de specifieke
aanhaalmomenten voor uw fiets. Haal alle bouten/moeren aan met
het AANHAALMOMENT dat is voorgeschreven in dit supplement.
NA ENKELE RITTEN
CONTROLEER LAGERS, VERVANG VERSLETEN OF BESCHADIGDE
ONDERDELEN:
DEMPERHEVEL STAANDE ACHTERVORKEN
SWINGARM DRAAIPUNT
IN NATTE, MODDERIGE,
STOFFIGE OMSTANDIGHEDEN
ELKE 25 UUR.
IN DROGE OMSTANDIGHEDEN
ELKE 50 UUR.
VORK & ACHTERDEMPER – Kijk in de gebruikershandleiding van de fabrikant voor onderhoudsinformatie
over uw voorvork.
WAARSCHUWING
ELK ONDERDEEL VAN EEN SLECHT ONDERHOUDEN BIKE KAN BREKEN OF SLECHT FUNCTIONEREN
HETGEEN KAN LEIDEN TOT EEN ONGEVAL WAARBIJ U ZWAAR OF DODELIJK GEWOND OF VERLAMD
KUNT RAKEN. Vraag uw Cannondale-dealer om een compleet onderhoudsprogramma samen te stellen,
inclusief een lijst van de onderdelen aan uw fiets die U ZELF regelmatig moet controleren. Regelmatige
controles zijn nodig om problemen te voorkomen die kunnen leiden tot een ongeval.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Cannondale Trigger de handleiding

Type
de handleiding