Cannondale Jekyll de handleiding

Type
de handleiding
126584
2011 JEKYLL.
OWNER’S MANUAL SUPPLEMENT.
OWNER’S MANUAL SUPPLEMENT.
2011 JEKYLL.
OWNER’S MANUAL SUPPLEMENT.
22
VEILIGHEIDSINFORMATIE
GEBRUIKSDOEL
ASTM F2043
Voor extreem
o-road rijden
Het gebruiksdoel voor alle modellen is
ASTM CONDITION 4, OverMountain.
WAARSCHUWINGEN
ZORG DAT U GOED BEGRIJPT WAT HET GEBRUIKSDOEL EN DE
MOGELIJKHEDEN VAN UW BIKE ZIJN. ONJUIST GEBRUIK VAN
UW BIKE IS GEVAARLIJK.
Lees het Cannondale gebruikershandboek voor meer informatie
over het bedoeld gebruik en de gebruikscategorieën 1-5.
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN OVER
COMPOSIETEN
WAARSCHUWINGEN
Uw ets (frame en componenten) is gemaakt van compo-
sietmaterialen, ook wel genoemd carbon ber.
Alle rijders moeten op de hoogte zijn van een aantal
fundamentele zaken betreende composieten. Compo-
stietmaterialen die zijn samengesteld uit carbonvezels zijn
sterk en licht maar bij een crash of bij overbelasting zullen
carbonvezels niet buigen maar breken.
Voor uw eigen veiligheid en omdat u een dergelijke ets
gebruikt, moet u zeer strikt de procedures voor service,
onderhoud en inspectie van alle composietonderdelen
(frame, stuurpen, vork, stuur, zadelpen, enz.) volgen.
Vraag uw Cannondale-dealer om hulp.
Het is zeer belangrijk dat u deel II, sectie D, “Veiligheids-
inspecties” in uw Cannondale gebruikershandboek leest
voordat u gaat rijden.
NIET OPVOLGEN VAN DEZE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
KAN LEIDEN TOT ONGEVALLEN WAARBIJ U ZWAAR
GEWOND OF VERLAMD KUNT RAKEN OF KUNT KOMEN
TE OVERLIJDEN.
INSPECTIE & BESCHADIGINGEN NA EEN
CRASH VAN CARBON FRAMES/VORKEN
WAARSCHUWINGEN
NA EEN CRASH OF BOTSING:
Inspecteer het frame grondig op beschadigingen (Zie
deel II, sectie D ‘Veiligheidsinspecties’ in uw Cannondale
gebruikershandboek.)
Rij niet met de ets als u ergens een beschadiging
aantreft, zoals gebroken, versplinterde of gedelamineerde
carbonvezels.
DE VOLGENDE ZAKEN KUNNEN DUIDEN OP EEN
DELAMINATIE OF BESCHADIGING:
Een ongebruikelijk of raar gevoel in het frame
Carbon dat zacht aanvoelt of van vorm is veranderd
Krakende of andere onverklaarbare geluiden
Zichtbare scheuren, een wit of melkachtige kleur
aanwezig in de carbon onderdelen
Als u toch op een beschadigd frame gaat rijden, ver-
groot u de kans op een breuk waardoor u gewond
kunt raken of kunt komen te overlijden.
FIETSREPARATIES/WERKSTANDAARDS
De klemkrachten van een werkstandaard kunnen zo groot zijn
dat ze aanzienlijke schade aan uw frame kunnen veroorzaken.
LET OP
Klem uw ets nooit met het frame vast in een werkstandaard.
Plaats uw ets in/op de werkstandaard en klem de uitgeschoven
zadelpen vast in de klemconstructie. Schuif de zadelpen niet
voorbij de “MINIMUM INSERT”-markering. Omdat uw carbon
zadelpen ook beschadigd kan raken door de klemconstructie van
de werkstandaard, is het verstandig de klemkracht zodanig in te
stellen dat deze juist voldoende is om de ets vast te klemmen.
Maak de zadelpen schoon en bescherm het oppervlak met een
doek voordat u de zadelpen vastklemt. Als u een oude ongebruikte
zadelpen hebt, gebruik dan deze in plaats van de originele
zadelpen om uw ets vast te klemmen in de werkstandaard.
3
126584.PDF
3
126584.PDF
JEKYLL FRAMES
BallisTec Carbontechnologie
Lichte, stijve en supersterke constructie uit carbonvezel.
Nieuwe carbonconstructie met hoge sterkte en hoge impactweerstand. Ultrasterke vezels die ontwikkeld zijn door het
Japanse leger als kogelwerend materiaal, en impact-bestendige hars met een hoog smeltpunt worden gebruikt als primaire
constructiematerialen voor het frame, terwijl de high-moduls carbonvezels op strategische plaatsen worden gebruikt om de
stijfheid te verhogen. BallisTec carbon is lichter en stijver dan aluminium, sterker en duurzamer dan staal. Het is bestand tegen
inslaande stenen en botsingen die de carbon ‘schilden van de concurrentie kreupel zouden maken.
SmartFormed Aluminium
De aluminium versies worden gebouwd met SmartFormed, zevenvoudig gebutted en warmtebehandeld 6000-series aluminium.
Alleen al de onderbuis heeft zeven verschillende wanddiktes, die zijn ontstaan door de buis in de lengte te butten. Daarna wordt
de buis mechanisch gevormd en krijgt vervolgens via hydroforming z’n uiteindelijke vorm. Zeer arbeidsintensief en moeilijk maar
het toont wel Cannondale’s voortdurende meesterschap over de aluminium-kunst. De onderstaande illustratie van het ongelakte
frame laat zien waar er gebruik is gemaakt van aluminium composieten. De verschillende schaduwkleuren geven de verschillende
soorten aluminium onderdelen aan.
Benaming
1. Bovenbuis 9. DYAD RT2 Pull Shock schokdemper 17. Klem voor de buitenkabels
2. Onderbuis (DT) 10. Draaipunt op de onderbuis 18. Kettingbeschermplaat (carbon)
3. Zitbuis 11. Draaipunt bij de zitbuis 19. Interne kabelgeleiding door de
onderbuis (carbon uitvoering)
4. Geïntegreerde balhoofdbuis 12. Hoofddraaipunt
5. Seatstay/staande achtervorken 13. Adapter van voorderailleur (S3) 20. Ingelijmde lagercups (carbon uitvoering)
6. Chainstay/liggende achtervorken 14. Achterderailleurbevestiging 21. Ingefreesde lagercups (alu uitvoering)
7. Bottom bracket 15. Adapter voor achterrem 22. Externe kabelgeleiding (alu uitvoering)
8. Shock Link demperhevel 16. Draaipunt bij de dropout 23. X-12 Thru-Axle steekas
Geïntegreerde balhoofdbuis
Beide frametypes hebben geïntegreerde Si lagercups. Bij de alu-frames zijn de cups in de balhoofdbuis gefreesd. Bij de carbon-
modellen zijn de cups vastgelijmd in de balhoofdbuis. Cannondale Headshok System Integration-lagers kunnen direct in beide
types worden gebruikt. Voor 1,5”en 1 1/8” adapter headsets, zie de sectie Vervangingsonderdelen.
LET OP
De lagercups in de balhoofdbuis niet vlakken, afschuren of bewerken. Bij het
verwijderen van adapters, lagers, of een cup uit de carbon balhoofdbuis, moet er
bijzonder goed worden opgelet dat het gereedschap dat wordt gebruikt om de lagers
te verwijderen NIET in contact komt met een van de ingelijmde cups.
4
1
20
1
2
2
3
3
4
4
21
5
5
10
6
6
7
7
ISCG03
ISCG03
8
8
9
9
10
11
11
12
12
13
13
14
14
15
15
16
16
18
19
17
19
17
22
23
23
4
BallisTec Carbon
SmartFormed Aluminium
5
126584.PDF
KF366/
KF368/
Loctite™ 609
b
KT010/
KT011/
a
4
3
73mm
73mm
1
2
5
5
126584.PDF
BOTTOM BRACKET
Het bottom-brackethuis is compatibel met de BB30-standaard. Zie ook http://www.bb30standard.com/.
De SI bottom-bracketadapter maakt het mogelijk om standaard Engelse/73mm bottom bracket cranksets te monteren.
Benaming
1. Bottom-brackethuis a. BB groef voor Circlip (borgveer)
2. ISCG03 bevestigingsplaat b. Groef in de aandrijfkant van de adapter
3. Circlip (borgveer)
4. Lager
5. 73mm adapter
66
LAGERONDERHOUD
Controleer de lagers regelmatig (minimaal eenmaal per jaar) en in ieder geval elke keer als de crankset wordt gedemonteerd
of als daar onderhoud aan gepleegd wordt. Als de crankset is verwijderd, voel dan of de binnenste lagerschaal van beide lagers
soepel en geruisloos draait. Bovendien mogen de lagers geen speling hebben of bewegen in het brackethuis. Als de lagers bescha-
digd zijn, beide lagers door nieuwe vervangen.
Montage/demontage van het bracketlager (alleen door professionele etsmonteur)
Verwijder de oude lagers met het speciale gereedschap om lagers te verwijderen KT011/.
Monteer de lagers met behulp van een balhoofdpers en tool KT010/. Maak de binnenzijde van het brackethuis schoon en doe
een inke hoeveelheid lagervet van hoge kwaliteit aan de binnenzijde van het brackethuis. Pers slechts één lager tegelijk in het
brackethuis. Pers elk lager zover in dat het tegen de circlip (borgveer) komt te liggen. Na de montage doet u een dunne laag van
een hoogwaardig lagervet op de beide zijden van de lagers om vocht af te stoten
TIP: enzij de circlip is beschadigd, hoeft deze niet verwijderd te worden tijdens de demontage van het lager. Gebruik een smalle
schroevendraaier of een ander dun scherp gereedschap om de schuine kant van de clip uit de groef te wippen en de clip
vervolgens, tegen de klok in, in zijn geheel uit de groef te verwijderen.
Montage/demontage van de bracketadapter (alleen door professionele etsmonteur)
Voordat u de adapter monteert, moet u de lagers en de circlips (borgveren) verwijderen en de binnenzijde van het bottom-brackethuis
en de adapter schoonmaken. Gebruik een schone rafelvrije doek en doop deze in de alcohol of spiritus en maak het brackethuis
daarmee schoon. Breng voorzichtig een kleine hoeveelheid Loctite™ 609 aan op de plaats waar de lagers in het brackethuis zitten
en op de buitenzijde van de adapter. Monteer de adapter met een balhoofdpers en montagegereedschap KF368/. De groef in
de adapter moet gepositioneerd zijn aan de aandrijfkant van het bottom bracket. Pers de adapter zo ver in het brackethuis dat de
gegroefde zijde van de adapter geheel vlak tegen de buitenzijde van de aangedreven kant van het brackethuis ligt. Laat de Loctite
gedurende mininaal 12 uur drogen (bij kamertemperatuur) voordat de standaard bottom bracket crankset wordt gemonteerd.
Lees ook de instructies op de technische data-sheet van Loctite: http://tds.loctite.com/tds5/docs/609-EN.PDF
Om de adapter te verwijderen gebruikt u Tool KF366/ in combinatie met een balhoofdlagerpers op de manier zoals getoond in
de bovenstaande tekening. Na de demontage is het noodzakelijk om alle resten Loctite grondig te verwijderen voordat de SI-
circlips en lagers gemonteerd worden. Gebruik daarvoor Loctite 768. Gebruik een tandenstoker om alle resten uit de groeven te
verwijderen. Instructies voor het verwijderen van Loctite: http://tds.loctite.com/
LET OP
LAGERS - Het regelmatig verwijderen van onbeschadigde lagers wordt niet aanbevolen. Veelvuldige (de)montage kan de binnen-
zijde van het BB-huis beschadigen waardoor de lagers op termijn slecht passen. OP GEEN ENKELE WIJZE HET BOTTOM BRACKET UIT-
FREZEN, AFVLAKKEN OF MACHINAAL BEWERKEN. Daardoor kan zware schade ontstaan en mogelijk het frame onbruikbaar worden.
ADAPTERS - Gebruik alleen adapters/gereedschappen die door Cannondale worden aanbevolen. Andere mogelijke adapters/
gereedschappen kunnen schade veroorzaken. Zie ook de sectie ‘Vervangingsonderdelen verderop in deze handleiding. Een adap-
ter is geen reparatie-onderdeel’ dus het bottom-brackethuis moet in goede staat zijn. Veelvuldige (de)montage van de adapter of
het gebruik van onjuist gereedschap kan leiden tot beschadigingen. Dit wordt daarom niet aanbevolen.
Loctite 609 - Langdurig contact van de vloeistof met het frame kan leiden tot verkleuring of schade. Let erop dat de over-
vloedige Loctite direct wordt verwijderd en niet in contact komt met gelakte oppervlakten.
Gebruik geen mes, frees of schuurmiddelen om de binnenzijde van het BB-huis schoon te maken.
We adviseren ten zeerste deze procedures door een erkende Cannondale-dealer te laten uitvoeren. Schade door een onjuiste
montage/demontage valt NIET onder de garantie.
7
126584.PDF
4
3
1
1
2
5
9
10
9
10
8
6
3
BHCS
M5X16
FHCS
M4X16
SHCS
M5X12
7
7
126584.PDF
KABELVOERING
Benaming
1. Achterderailleur
2. Voorderailleur
3. Achterrem
4. Afstandsbediening voor de demper
5. Afstandsbediening voor de zadelpen
6. Geleider bovenbuis
7. Behuizing voor klemgeleiders
op de onderbuis
8. Bidonnokken
9. Dubbele geleider (alu uitvoering)
10. Enkele geleider
11. Bottom bracket kabelgeleiders
(carbon uitvoering)
12. Afsluitdopje 5mm
13. Afsluitdopje 4 mm
14. Rubber afdichtingsdopje
8
35 mm
5 mm
4 mm
1
2
13
14
12
13
1
600mm SRAM
650mm Shimano
155mm
8
Let op de oriëntatie van de klemmen
op de onderbuis. De kleine plaat moet
(parallel met de kabels) onder de
behuizing worden geplaatst met
de ronde zijde naar boven, zoals
getoond. Het maakt echter niet uit
welke kabel aan welke kant komt.
LET OP
Onjuiste plaatsing van de klem-
men kan leiden tot beschadi-
gingen aan de kabels. Draai de
bevestigingsschroeven niet te
strak aan.
Controleer of er voldoende ruimte op de kabels zit. De boog moet ongeveer 35 mm onder
het bracket door lopen. Te weinig speling op de kabel kan resulteren in ongewild schake-
len of de kabeleinden worden uit de behuizing in de onderbuis getrokken als de bike
volledig inveert. De lengte van de bekabeling kan het best worden bepaald door de
demper uit de bike te verwijderen. Op die manier kunt u de swingarm volledig naar
boven door de volledige veerweg duwen en zien wat er met de bekabeling gebeurt
tijdens het inveren. Het lijkt of er teveel bekabeling onder het bracket loopt als de
correcte lengte is bepaald. Op de foto is de bekabeling gekruist om te voorkomen dat
de kabel voor de achterderailleur in contact komt met de tandwielen. U kunt ook een
kabelbinder gebruiken om dit te voorkomen. Let erop dat de afsluitdopjes en de rubber
afdichtingsdop worden gemonteerd zoals getoond in de tekening.
9
126584.PDF
M6X30
M6X30
M5X16
M5X16
M5X16
M5X16
KP169/
6
7
1
2
3
4
4
6
10
9
9
8
8
8
a
a
a
a
2
c
d
c
d
b
6
b
6
8.0 Nm, 71.0 InLbs Loctite 242 (blue)
5.0 Nm, 44.0 InLbs Loctite 242 (blue)
8
= 5.0 Nm, 44.0 InLbs - Loctite™ 242 (blue)
8
= 8.0 Nm, 71.0 InLbs - Loctite™ 242 (blue)
9
5
9
126584.PDF
SHOCK LINK
Benaming
1. Shock Link demperhevel 8. Klembouten
2. Hevel-as bij de seatstay 9. Bevestigingsbout van demper
3. Hevel-as bij de onderbuis 10. Achterremleiding
4. Klembus a. Opening
5. Gereedschap voor hevel (Link) (incl. KP169/) b. Binnenste lagerschaal
6. Lager (61802-2RS, 15X24X5) c. Brede uiteinde
7. Staande achtervork/Seatstay d. small end
1010
LET OP
Onjuiste montage (draaipunt/klembus) kan resulteren in
speling op de hevel, versnelde slijtage of beschadiging.
Draai de bouten niet te vast. Gebruik altijd een momentsleutel.
Altijd eerst de klembouten losmaken voordat de link wordt gedemonteerd.
Voordat de hevel opnieuw gemonteerd wordt, de conditie van alle lagers controleren. Indien nodig de lagers vervangen.
Maak de draadeinden schoon en doe een kleine hoeveelheid Loctite 242 (blauw) op de schroefdraad van de klembouten. Zet de
bouten vast met 5 Nm.
Maak de draaipunten schoon en doe een dunne laag vet op de hevel-assen en de klembussen.
Schuif de hevel-as van de bevestiging bij de onderbuis en de hevel-as van de seatstay in tegenovergestelde richting in de hevel
(zie tekening).
Gebruik gereedschap KP169/ om de hevel en de klembus samen te voegen. Let op dat beide strak aansluiten tegen de
binnenzijde van de lagerschaal voordat de klembouten worden aangedraaid. Draai de assen zodanig met het gereedschap dat de
opening tussen het lager en de link aan beide zijden gelijk is.
Voer de kabels op de juiste manier rond het draaipunt. Zie hiervoor ook de paragraaf ”Kabelgeleiding”.
11
126584.PDF
11
126584.PDF
Benaming
1. Hoofddraaipunt 8. Klembouten
2. Adapter voor voorderailleur (S3) 9. Bout voor het hoofddraaipunt
3. Bevestigingsbout voorderailleur a. Opening
4. Klembus b. Binnenste lagerschaal
5. Klembouten c. Brede uiteinde
6. Lager (61802-2RS, 15X24X5) d. Smalle uiteinde
7. Chainstay
Altijd eerst de klembouten losdraaien.
Voordat de achtervork opnieuw
gemonteerd wordt, de conditie van
alle lagers controleren. Indien nodig
de lagers vervangen.
Maak de draadeinden schoon en
doe een kleine hoeveelheid Loctite
242 (blauw) op de schroefdraad van
de klembouten.
De bouten altijd vastzetten met een
momentsleutel tot maximaal 5 Nm.
HOOFDDRAAIPUNT
Benaming
1. Staande achtervorken/seatstay 4. Vulringen voor het draaipunt
2. Linker dropout (uitvaleinde) 5. Asbout van het draaipunt
3. Rechter dropout
DROPOUT
Voordat de constructie wordt gemon-
teerd, eerst controleren of de lagers in
goede conditie zijn.
Controleer de liggende achtervork. Als
de lagers beschadigd zijn moet u deze
verwijderen en vervangen door nieuwe.
Plaats de smalle rand van de opvul-
ringen voor het draaipunt met de op-
staande kant in de lagers. De platte
zijde van de opvulringen moet naar
buiten gericht zijn.
Steek een 5 mm inbussleutel volledig in
de asbout om beschadiging te voorko-
men tijdens het draaien van de bouten.
Altijd een momentsleutel gebruiken
voor het vastzetten met de voorge-
schreven aanhaalmoment.
LET OP
Onjuiste montage van de klem-
bussen kan leiden tot speling in
de hevel en kan de slijtage ver-
snellen of schade veroorzaken.
Draai de klembouten niet te
strak aan.
M5X20
1
6
4
a
8
M5X20
5
a
5
2
3
c
d
M5X12
7
1
5
5
4
4
2
3
12
A
B
K
REACH
STACK
H
I
J
F
L
M
D
G
E
C
12
Let op dat de specicaties en informatie in dit handboek aan veranderingen overheving zijn als gevolg van productverbeteringen.
Voor de meest recente informatie, ga naar http://www.cannondale.com/tech_center/
GEOMETRIE/SPECIFICATIES
Geometrie
JEKYLL
SMALL MEDIUM LARGE XLARGE
A Zitbuislengte (cm/inch) 43.2/17.0 45.7/18.0 48.3/19.0 50.8/20.0
B Bovenbuis horizontaal (cm/inch) 55.6/21.9 58.8/23.1 61.4/24.2 64.2/25.3
C Bovenbuis feitelijk (cm/inch) 53.4/21.0 56.4/22.2 59.1/23.3 61.8/24.3
D Balhoofdhoek 67.7° 67.8° 67.9° 68.0°
E Eectieve zitbuisboek 73.6°
* *
73.5°
F Beenvrijheid/standover (cm/inch)
75.2/29.6 75.3/29.6 76.4/30.1 77.7/30.6
G Balhoofdbuislengte (cm/inch) 13.4/5.3
* *
16.0/6.3
H Wielbasis (cm/inch) 110.0/43.3 113.1/44.5 115.5/45.5 118.4/46.6
I Afstand vooras – hart bracket (cm/inch) 67.2/26.5 70.3/27.7 72.7/28.6 75.6/29.8
J Lengte achtervork (cm/inch) 42.8/16.9
* * *
K Bottombracket drop (cm/inch) 1.2/0.5
* * *
L Bottom-brackethoogte (cm/inch) 35.0/13.8
* * *
M Vorksprong (cm/inch) 4.0/1.6
* * *
N Naloop (cm/inch) 9.5/3.8 9.5/3.8 9.4/3.7 9.3/3.7
Stack (cm) 584.755 585.257 585.757 609.806
REACH (cm) 384.365 415.788 441.268 461.837
13
126584.PDF
13
126584.PDF
Specicaties
Frametypes BallisTec carbon of SmartFormed aluminium
Balhoofdbuis Integrated SI
Kettinglijn 50 mm
Bracketbreedte BB30 73 mm
Veerweg achter
(per afstandbediening instelbaar)
ELEVATE - 90 mm
FLOW - 150 mm
Achterdemper FOX DYAD RT2 Pull Shock schokdemper
Diameter zadelpen
Gebruik alleen een zadelpen met een diameter van 31,6 mm
Gebruik geen zadelpennen met een andere diameter. Gebruik geen zadelpen met
een shim of adapter. Gebruik carbon gel (KF 115/ bij de montage van de zadelpen).
VOORDERAILLEUR S3 Direct mount, kabel naar beneden (bottom pull)
Inbouwbreedte 142 mm (om te bouwen tot 135 mm)
Achterrem Post Mount-adapters - 160/180/185/203
WAARSCHUWING
Kijk in uw Cannondale gebruikershandboek voor meer informatie over de volgende specicaties:
GEBRUIKSDOEL ASTM gebruikscategorie 4, All-Mountain OverMountain
Maximum bandbreedte 2.5”
MAXIMUM VORKLENGTE 545 mm
Minimum insteek van zadelpen 100 mm
Aanhaalmomenten
Voor uw veiligheid en om de duurzaamheid en prestaties van uw ets te kunnen garanderen, is het zeer belangrijk de correcte
aanhaalmomenten voor de bevestigingsmiddelen (bouten, schroeven, moeren) van uw ets te gebruiken. We dringen er sterk
op aan dat u de aanhaalmomenten bij uw dealer laat instellen met behulp van een momentsleutel. Als u besluit zelf de bevesti-
gingspunten vast te draaien, gebruik dan een goede momentsleutel!
BESCHRIJVING Nm In Lbs Loctite™
Adapter voor achterrem 10.0 88.5
242 (blauw)
Bevestigingsbouten van demper 8.0 71.0
Bout van draaipunt bij uitvaleinden 7.0 62.0
Klembouten van Shock Link
5.0 44.0
Klembouten van hoofddraaipunt
Kabelgeleiders onder het bottom bracket
2.5 22.0
Schroeven van achterderailleurhanger
Behuizing van kabelgeleiders (maximum) 3.0 26.5
14
1
8
13
9
9
16
17
7
2
4
3
5
14
18
. 5”
15
11
20
19
10
8
6
12
5-10 InLbs
14
FOX DYAD RT2 PULL SHOCK SCHOKDEMPER
De DYAD RT2 achterdemper is ontwikkeld en gebouwd door Fox Racing Shocks in samenwerking met Cannondale. Dit supplement
bevat veiligheidsinformatie en instructies voor de set-up en bediening van de demper in het frame. Voor de speci eke veiligheids-
en onderhoudsinstructies van de fabrikant, kunt u de Fox Racing Shox Original equipment (OE) klantproductenwebsite bezoeken.
Ga naar http://www.foxracingshox.com/fox_tech_center/owners_manuals/09/custprod/index.html
Benaming
1. ELEVATE - 90 mm Rebound
2. FLOW - 150 mm Rebound
3. Ventiel negatieve luchtkamer
4. Ventiel positieve luchtkamer
5. Ventieldopjes
6. Luchtkamer voor lange veerweg
7. Luchtkamer voor korte veerweg
8. Spoelkamer
9. Eindkap van spoelkamer
10. Vaste verbindingsoog
11. Verbindingsoog aan de zuiger
12. Kabelanker
13. Kabelklemschroef
14. Kabel afstandsbediening
15. Eindkapje van kabel afst. bediening
16. Metalen dopje
17. Buitenkabel afstandsbediening
18. Brug
19. Bussen
20. Reducer/vulringen
OPMERKING
Alleen met water en zeep wassen. Nooit een
hogedrukreiniger gebruiken om schoon te maken.
Bevestig de demper zoals getoond op de volgende
pagina. De demper nooit op een andere manier
bevestigen. Dat kan leiden tot ernstige schade aan
het frame, de link of de demper.
15
126584.PDF
15
126584.PDF
Onderhoud & service-informatie
WAARSCHUWINGEN
GEVAAR WEGENS HOGE DRUK Demonteer of maak de demper nooit open, breng geen wijzigingen aan en
probeer geen intern onderhoud te plegen aan de demper. U kunt zelf geen onderhoud plegen aan de DYAD RT2-
demper. Probeer nooit de eindkappen van de spoelkamer te verwijderen! Het uitvoeren van enige vorm van mechanische
service of onderhoud aan deze demper kan leiden tot zware verwondingen of u kunt komen te overlijden. De montage van de
afstandsbediening moet worden uitgevoerd door een professionele  etsmonteur.
Alle service- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door FOX Racing Shox of een FOX geautoriseerd service center worden
uitgevoerd.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen via: http://www.foxracingshox.com/fox/contact
Montage in het frame
Let erop dat de DYAD RT2 alleen op de hieronder getoonde wijze in het frame gemonteerd mag worden.
Controles voordat u gaat rijden
1. Maak de buitenzijde van de demper schoon met zeepen water en droog deze af met een zachte droge doek. Inspecteer grondig
de gehele buitenzijde van de demper. GA NIET RIJDEN MET DE DEMPER ALS U ENIGE VORM VAN SCHADE AANTREFT.
Neem contact op met FOX Racing Shox voor verdere inspectie en reparatie.
2. Stel de Sag in. Zie de paragraaf ‘Sag instellen’.
3. Stel de Rebound in. Zie de paragraaf Rebound instellen’.
16
FLOW mode
(long travel)
150 mm
FWD
ELEVATE mode
(short travel)
90 mm
16
Sag instellen:
1. Zet de demper in de FLOW- 150 mm (long travel)
mode met de hendel van de afstandsbediening.
2. In deze mode zal de Sag-intstelling 100% zijn.
Als de DYAD RT2 wordt omgeschakeld naar de
ELEVATE- 90 mm mode, zal de sag automatisch
worden verminderd tot 60%.
3. Verwijder het ventieldopje van het ventiel voor
de negatieve luchtkamer.
Zet de luchtpomp (Cannondale 1 MP01/SLV)
op het ventiel voor de negatieve luchtkamer,
en druk vervolgens op de aaatknop om alle
lucht uit de demper te laten lopen (ingedrukt
houden). Zet de ventieldop weer op het ventiel.
4. Verwijder het ventieldopje van de positieve
luchtkamer. Zet de pomp op het ventiel van de
positieve luchtkamer.
Stel de luchtdruk in de positieve kamer in met de
voorgeschreven druk uit de tabel voor de DYAD RT2.
Zet de ventieldop weer op het ventiel.
5. Zet opnieuw de pomp op het negatieve –
luchtkamer en stel de negatieve luchtdruk in
voor hetzelfde gewicht. Zet de ventieldop weer op
het ventiel.
Als u na het instellen van de sag toch vindt dat u meer
of minder sag wilt hebben, kies dan in de tabel het
eerstvolgende lichtere of zwaardere gewichtsbereik.
Herhaal stap 1t/m 4.
Hendel aan de linkerhand getoond.
17
126584.PDF
17
126584.PDF
Aanbevolen luchtdruk
De DYAD RT2 demper biedt de beste sag-prestaties in het bereik tussen 33% en 40% van de volledige veerweg. De onderstaande tabel be-
vat de instellingswaarden die overeenkomen met dit doelbereik. Als u na het instellen van de sag toch vindt dat u meer of minder sag wilt
hebben, kies dan in de tabel het eerstvolgende lichtere of zwaardere gewichtsbereik. Herhaal stap1 t/m 4 van het instellen van de sag.
TOTAALGEWICHT RIJDER
LUCHTDRUK
VENTIEL POSITIEVE
LUCHTKAMER
VENTIEL
NEGATIEVE LUCHTKAMER
lbs kg psi bar psi bar
100 - 109 45 - 49 188 13.0 159.0 11.0
110 - 119 50 - 54 207 14.3 175 12.0
120 - 129 54 - 59 226 15.6 191 13.1
130 - 139 59 -63 245 16.9 206 14.2
140 - 149 64 - 68 264 18.2 222 15.3
150 - 159 68 - 72 282 19.5 238 16.4
160 - 169 73 - 77 301 20.8 254 17.5
170 - 179 77 - 81 320 22.1 270 18.6
180 - 189 82 - 86 339 23.4 286 19.7
190 - 199 86 - 90 358 24.7 302 20.8
200 - 209 91 - 95 376 26.0 318 21.9
210 - 219 95 - 99 395 27.3 334 23.0
220 - 229 100 - 104 414 28.6 349 24.1
230 - 239 104 - 108 433 29.8 365 25.2
240 - 249 109 - 113 450 31.1 381 26.3
MINIMUM LUCHTDRUK: 100 6.9 0 0
MAXIMUM LUCHTDRUK: 450 31.1 400 27.6
OPMERKING
OM SCHADE AAN DE DEMPER TE VOORKOMEN: 1. Hou de juiste volgorde aan bij het instellen van de sag.
2. Overschrijd de minimum/maximum druklimieten niet. 3. Let erop dat de demperpomp en de ventielen op
de DYAD RT2 schoon zijn voordat u de pomp aansluit.
WAARSCHUWINGEN
GEBRUIK ALLEEN EEN HOGEDRUKPOMP  CANNONDALE 1MP01/SLV OM DE DRUK IN TE STELLEN OF AF TE LEZEN.
Het gebruik van een niet-compatibele pomp (een pomp die niet ontworpen is voor de hoge druk in de demper), kan leiden tot
aanzienlijk persoonlijk letsel of kan zorgen voor een onjuiste drukinstelling of uitlezing waardoor de rijder de controle over de
bike kan verliezen en een ongeval kan krijgen.
Het loskoppelen van de pomp kan leiden tot een zeer gering drukverlies. Om het feitelijk verlies van de pomp te kunnen
vaststellen moet u de druk instellen, de pomp loskoppelen en daarna weer vastkoppelen en de druk aezen. U kunt het verlies
compenseren door het drukverlies toe te voegen aan de waarden in de tabel.
1818
Rebound-instelling
De rebound controleert de snelheid waarmee het achterwiel in zijn oorspronkelijke positie terugkeert nadat het is ingeveerd.
De juiste rebound-instelling is een kwestie van persoonlijke voorkeur en hangt af van het gewicht van de rijder, de rijstijl en de
omstandigheden. Een basisregel is dat de rebound zo snel mogelijk moet zijn zonder dat de terugveersnelheid zo hoog is dat u
een duw krijgt en uit het zadel wordt geduwd.
Het instellen van de rebound:
1. De rebound-circuits voor de beide veerwegen werken onafhankelijk van elkaar. Let erop dat de afstandsbediening in dezelfde
stand staat als de rebound die u wilt aanpassen. Zie ook de paragraaf ‘Instelling veerweg’.
2. Draai de juiste reboundknop met de klok mee totdat deze niet verder draait. Draai nu de knop tegen de klok in en tel het
aantal klikstanden. Een goed uitgangspunt voor een basisinstelling is zeven (7) klikjes vanaf de volledig gesloten stand
terugdraaien. Elke rebound-knop heeft een verstelbereik van ongeveer dertien (13) klikstanden.
ELEVATE 90 mm FLOW 150 mm
OPMERKING
Draai de knop niet geforceerd voorbij de laatste klikstand.
WAARSCHUWING
BLIJF MET UW HANDEN WEG VAN DE BEWEGENDE LINK. Doe alleen aanpassingen als u
niet in het zadel zit en niet op de ets rijdt. Het aanpassen van de rebound terwijl u rijdt of op
de ets zit, kan leiden tot aanzienlijke verwondingen aan uw hand of vingers en kan leiden tot
verlies aan controle over de ets hetgeen weer kan leiden tot een ongeval waarbij u gewond
kunt raken of kunt komen te overlijden.
19
126584.PDF
19
126584.PDF
Instelling veerweg
De DYAD RT2 heeft twee verschillende standen voor de veerweg die kunnen worden ingesteld met een afstandsbedieningshendel
op het stuur. Het schakelen tussen de twee standen heeft tot gevolg dat de sag en de brackethoogte veranderen. Het bracket komt
hoger te liggen en de balhoofden zitbuishoek worden steiler voor betere klimeigenschappen of het bracket komt juist lager te
liggen met vlakkere hoeken voor betere afdalingseigenschappen. Zodoende zit de rijder altijd in de juiste positie, aangepast aan
de terreinomstandigheden. Het is eigenlijk zo dat je twee compleet verschillende bikes tot je beschikking hebt met het simpelweg
omzetten van een hendeltje.
De werking van de afstandsbediening:
Druk de hendel naar voren totdat hij inklikt in de ELEVATE 90 mm-positie.
Druk op de blokkeerknop aan het uiteinde van de hendel om de blokkade op te heen.
Door de kabelspanning komt de hendel terug in de FLOW 150 mm-positie.
ELEVATE 90 mm FLOW 150 mm
In deze stand (korte veerweg) werkt de demper met
een kleine luchtkamer waardoor er een progressieve
veercurve ontstaat met XC-dempingscircuits voor
trailrijden, rollend terrrein en betere klimprestaties.
Veercurve is steiler
Sag wordt beperkt tot 60%
BB komt hoger, scherpere geometrie
De L.A.S. (linear airspring technology) van de DYAD
RT2 geeft een veercurve die vrijwel identiek is aan een
staalveer en hij is gekoppeld aan een snelheidsafhankelijk
dempingscircuit dat speciek is afgesteld voor maximale
prestaties tijdens het afdalen.
Zachtere veercurve
Sag is 100%
BB ligt lager, stabiele geometri
2020
Montage van de kabel van de afstands-
bediening
Bevestig de kabel als de demper is losgemaakt uit het frame.
1. Zet de bike op een werkstandaard met het achterwiel
ondersteund zodat de Shock link (hevel) niet beweegt
en de demper straks eenvoudig kan worden geplaatst en
opnieuw gemonteerd.
2. Bepaal de lengte van de buitenkabel. Laat voldoende ruimte
voor de demper om te kunnen bewegen en hou rekening
met de volledige stuuruitslag. Teveel buitenkabel kan leiden
tot contact met andere bewegende delen van het frame.
3. Zet metalen kapjes op beide uiteinden van de buitenkabel.
4. Zet de hendel in de FLOW-150 mm mode. Zet een nieuwe
derailleurkabel ( 1,2 mm) in de hendel, steek deze door
het kabeleinde en de buitenkabel en duw de binnenkabel
richting de demper.
5. Voer de buitenkabel met de binnenkabel onder de dem-
perbrug door en steek deze in de onderzijde van de spoel-
kamer van de demper, omhoog richting het kabelanker.
Zorg ervoor dat u een nieuwe of scherp afgeknipte binnen-
kabel hebt en dat de kabelklemschroef ver genoeg naar
buiten gedraaid is. Anders zult u merken dat het moeilijk
is om de kabel door de spoelkamer te leiden en voorbij de
kabelklemschroef.
WAARSCHUWING
RISICOFACTOR HOGE DRUK - Verwijder nooit de eind-
kappen van de spoelkamer! Er staat zeer hoge druk op de
eindkappen en door het losmaken daarvan kunnen deze
met extreem veel kracht en hoge snelheid wegvliegen
waardoor er potentieel gevaar bestaat op zware of zelfs
dodelijke verwondingen.
6. Trek de kabel strak en draai de 1,5 mm klemschroef in het
kabelanker stevig vast (0,5 – 1,2 Nm).
7. Knip de kabel ongeveer 1,5 cm boven het kabelanker af en
dop hem af met een kabeleindkapje.
21
126584.PDF
21
126584.PDF
LINKSE MONTAGE OP HET STUUR RECHTSE MONTAGE OP HET STUUR
8. Monteer de Dyad RT2-demper terug in het frame.
Maak de schroefdraad van de bevestigingsbouten schoon
en doe er Loctite 242 (blauw) op. Vastdraaien met 8,0 Nm
(71 InLbs).
9. Zet de buitenkabel vast in de geleider op de onderbuis.
10. Test of de hendel goed functioneert door te schakelen
tussen de 150 mm en 90 mm veerwegmodus.
7
1
9
11
6
8
10
2
4
3
12
NLG1-2
NLG1-2
(O.D. only)
Pin
2.5 Nm, Loctite 242 (blue)
5 Nm, Loctite 262 (red)
SFHS M3X6
SFHS M6X8
CABLE STOP
BUSHING
TOP NUT
LEVER MAIN
SPRING
CLAMP BRACKET
LEVER
RELEASE
SHCS M3X10
Pin
a
l
ig
n
Slot
BASE PLATE
c
a
ble to shoc
k
22
B
B
KP180/
QSISEAL/
12 mm
KF103/
KP058/
KP119/
KP182/
QC616/
KP018/
KB6180/
KF368/
KP054/
KP189/
KP170/BLK
KP170/RED
73mm
KF115/
HD169/
HEADSHOK
1 1/8”
1.5”
BHCS
M5X16
FHCS
M4X16
FHCS
M4X8
SHCS
M5X12
22
VERVANGINGSONDERDELEN
De volgende vervangingsonderdelen en kits zijn verkrijgbaar via de Cannondale-dealer:
NO. (AANTAL) KIT OMSCHRIJVING
QSISEAL/
KIT, PAKKING, BOVENSTE LAGER, 58MM BD
HD169/
KIT, LAGERS, HEADSET- 2 , HSHOK
KP058/
KIT, HEADSET, INT HSHOK NAAR 1 1/8”
KP119/
KIT, HEADSET, INT HSHOK NAAR 1.5
KP018/
KIT, LAGER, BB-SI, KERAMISCH ,2 STUKS
KB6180/
KIT, LAGER, BB-SI, 2 STUKS
QC616/
KIT, CIRCLIPS (2) BB-SI
KP010/
KIT, ADAPTER, SIBB NAAR 73MM TAP
KF368/
KIT,TOOL, SIBB/73 INSTALLATIE-ADAPTER
KF366/
KIT,TOOL, SIBB DEMONTAGE-ADPAPTER
NO. (AANTAL) KIT OMSCHRIJVING
KF115/
KIT,GEL,DYNAMIC,CARBON
KP170/BLK
KIT, ZADELPENKLEM, MTN QR, 34,9, ZWART
KP170/RED
KIT, ZADELPENKLEM, MTN QR, 34,9, ROOD
KP182/
KIT, BB KABELGELEIDER , V+A, JEKYLL
KP183/
KIT, KABELBINDERS, KABELGELEIDERS/25
KP189/
KIT,GELEIDER, BEHUIZING, SCHROEFBEV. 3
KP054/
KIT, BESCHERMER, SCUFFGUARD, ONDERBUIS
KF103/
KIT, BESCHERMER, SCUFFGUARD-8 PK
KP180/
KIT, HENDEL, VEERWEGVERSTELLING
23
126584.PDF
KP173/
KP174/
A
B
B
KP175/
KP176/
KP177/
KP178/
KP187/
KP186/
A
KP190/
A
B
A
M6X30
KP181/
M6X30
KP179/
M5X16
M5X16
M5X20
M5X20
M5X12
1MP01/SLV
KP169/
A
B
23
126584.PDF
NO. (AANTAL) KIT DESCRIPTION
KP184/BLK
KIT, LINK, BEVESTIGINGSMATERIAAL,
JEKYLL
KP184/RED
KP185/
KIT, LAGERS, DRAAIPUNT, JEKYLL
KP186/
KIT, SPACER, VOORDERAIILEUR, JEKYLL
KP187/
KIT,CH.STAY PROTECTOR, JEKYLL
KP190/
KIT, STEEKAS, SYNTACE, X12, 142X12MM
KP169/
KIT,TOOL, JEKYLL DRAAAIPUNT
KP181/
KIT, DEMPERBEVESTIGINGSMATERIAAL,
JEKYLL
NO. (AANTAL) KIT OMSCHRIJVING
KP173/
KIT, DERAILLEURHANGER; SI12
KP174/
KIT, SPACER, SI12, 142 NAAR 135 MM
KP175
KIT, ADAPTER , SI12 PM/160
KP176
KIT, ADAPTER, SI12 PM/180
KP177
KIT, ADAPTER, SI12 PM/185
KP178/
KIT, ADAPTER, SI12 PM/203
KP179/
KIT, DEMPER JEKYLL DYAD RT2
1MP01/SLV
KIT, POMP,HP DYAD RT2
2424
ONDERHOUD
De onderstaande tabel laat alleen de aanvullende onderhoudswerkzaamheden zien. Kijk in uw Cannondale gebruikershandboek
voor meer informatie over het basisonderhoud aan uw bike. Neem contact op met uw Cannondale-dealer voor het maken van een
compleet onderhoudsplan dat aangepast is aan uw rijstijl, de onderdelen en de gebruiksomstandigheden. Volg de aanwijzingen
voor onderhoud zoals die zijn voorgeschreven door de fabrikanten van de niet-Cannondale componenten op uw bike.
ITEM FREQUENTIE
BUITEN- EN BINNENKABELS Uw ets is uitgerust met kleine zelfklevende
frameprotectors. Plaats dit materiaal op het frame op de plaatsen waar kabels en
buitenkabels over de lak schuren. In de loop van de tijd kunnen de kabels zover in
het frame schuren dat er aanzienlijke schade kan ontstaan.
LET OP: schade aan uw ets die veroorzaakt is door schurende kabels valt niet onder
de garantie. Bovendien zijn zelfklevende framebeschermers geen oplossing voor
verkeerd gemonteerde of verkeerd lopende binnen- en buitenkabels. Als u merkt dat
de gebruikte protectors zeer snel verslijten, neem dan contact op met uw Cannondale-
dealer om de kabelloop van uw ets te controleren.
VOOR DE EERSTE RIT
INSPECTIE OP BESCHADIGINGEN – Maak de framedelen schoon en controleer het
hele frame/swingarm/hevelconstructie op scheurtjes of beschadigingen. Zie ook het
onderdeel ‘Veiligheidsinspecties’ in uw Cannondale gebruikershandboek.
VOOR EN NA ELKE RIT
CONTROLEER DE AANHAALMOMENTEN – In aanvulling op de controle van andere
onderdelen, controleer de specieke aanhaalmomenten voor uw ets. Haal alle bouten/
moeren aan met het AANHAALMOMENT dat is voorgeschreven in dit supplement.
NA ENKELE RITTEN
KETTINGPLAAT Vervang deze protector als deze beschadigd raakt. Zie ook de
sectie Vervangingsonderdelen verderop in deze handleiding, KP187/.
CONTROLEER LAGERS, VERVANG VERSLETEN OF BESCHADIGDE ONDERDELEN:
• SHOCK LINK ASSEMBLY • SEAT STAY • DROPOUT PIVOT
• CHAIN STAY • FRAME
IN NATTE, MODDERIGE, STOFFIGE
OMSTANDIGHEDEN ELKE 25 UUR.
IN DROGE OMSTANDIGHEDEN ELKE
50 UUR.
VORK – Kijk in de gebruikershandleiding van de fabrikant voor onderhoudsinformatie over uw voorvork.
DYAD RT2 Pull Shock achterdemper – Zie pagina 14.
WAARSCHUWING
ELK ONDERDEEL VAN EEN SLECHT ONDERHOUDEN BIKE KAN BREKEN OF SLECHT FUNCTIONEREN HETGEEN KAN
LEIDEN TOT EEN ONGEVAL WAARBIJ U ZWAAR OF DODELIJK GEWOND OF VERLAMD KUNT RAKEN.
Vraag uw Cannondale-dealer om een compleet onderhoudsprogramma samen te stellen, inclusief een lijst van de onderdelen
aan uw ets die U ZELF regelmatig moet controleren. Regelmatige controles zijn nodig om problemen te voorkomen die
kunnen leiden tot een ongeval.
WARNING
READ THIS SUPPLEMENT AND YOUR CANNONDALE BICYCLE OWNER’S MANUAL.
Both contain important safety information. Keep both for future reference.
CANNONDALE USA
Cycling Sports Group, Inc.
172 Friendship Road,
Bedford, Pennsylvania, 15522-6600, USA
(Voice): 1-800-BIKE-USA
(Fax): 814-623-6173
custserv@cyclingsportsgroup.com
CANNONDALE AUSTRALIA
Cycling Sports Group
Unit 8, 31-41 Bridge Road
Stanmore NSW 2048
Phone: +61 (0)2 8595 4444
Fax: +61 (0) 8595 4499
askus@cyclingsportsgroup.com.au
CANNONDALE EUROPE
Cycling Sports Group Europe, B.V.
mail: Postbus 5100
visits: Hanzepoort 27
7570 GC, Oldenzaal, Netherlands
(Voice): +41 61.4879380
(Fax): 31-5415-14240
servicedeskeurope@cyclingsportsgroup.com
CANNONDALE JAPAN
Namba Sumiso Building 9F,
4-19, Minami Horie 1-chome,
Nishi-ku, Osaka 550-0015, Japan
(Voice): 06-6110-9390
(Fax): 06-6110-9361
cjcustserv@cannondale.com
CANNONDALE UK
Cycling Sports Group
Vantage Way, The Fulcrum,
Poole, Dorset, BH12 4NU
(Voice): +44 (0)1202 732288
(Fax): +44 (0)1202 723366
sales@cyclingsportsgroup.co.uk
WWW.CANNONDALE.COM
© 2011 Cycling Sports Group
126584 (01/11)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25

Cannondale Jekyll de handleiding

Type
de handleiding