6
INHOUD
1. INLEIDING ................................................. 7
1.1 Letters tussen haakjes ...................................7
1.2 Problemen en reparaties ...............................7
2. BESCHRIJVING ...........................................7
2.1 Beschrijving van het apparaat ......................7
2.2 Beschrijving van het bedieningspaneel .........7
2.3 Beschrijving van de accessoires .....................7
2.4 Beschrijving van het melkreservoir ...............7
3. EERSTE INWERKINGSTELLING VAN HET
APPARAAT ................................................. 7
4. HET APPARAAT INSCHAKELEN .....................8
5. HET APPARAAT UITSCHAKELEN ...................8
6. INSTELLINGEN VAN HET MENU ....................8
6.1 Ontkalken......................................................8
6.2 Filter installeren ............................................9
6.3 Filter vervangen ............................................9
6.4 Tijd instellen..................................................9
6.5 Automatische inschakeling ...........................9
6.6 Automatische uitschakeling ..........................9
6.7 Energiebesparing ..........................................9
6.8 Temperatuur instellen .................................10
6.9 Instelling waterhardheid .............................10
6.10 Activering/Deactivering van het
geluidssignaal .............................................10
6.11 Instelling taal ..............................................10
6.12 Kopjesverlichting ........................................10
6.13 Fabriekswaarden (reset) ..............................10
6.14 Functie statistiek .........................................10
7. SPOELING ................................................ 11
8. KOFFIE ZETTEN ........................................ 11
8.1 Selectie van het aroma van de koe ...........11
8.2 Selectie hoeveelheid koe in het kopje ......11
8.3 Instelling hoeveelheid voor mijn koe .......11
8.4 Afstelling van de koemolen......................11
8.5 Tips voor een warmere koe ......................12
8.6 Koe zetten met koebonen .....................12
8.7 Koe zetten met voorgemalen koe .........12
9. BEREIDING VAN DRANKEN MET MELK ....... 12
9.1 Melkreservoir vullen en plaatsen ................12
9.2 De hoeveelheid schuim regelen ..................13
9.3 Bereiding van cappuccino of latte macchiato ..
..................................................................13
9.4 Reiniging van het melkreservoir na ieder
gebruik .......................................................13
9.5 Programmering van de hoeveelheid koe en
melk voor een kop cappuccino of melk ........ 13
10. BEREIDING VAN HEET WATER .................... 14
10.1 Wijziging van de automatisch afgegeven
hoeveelheid water ......................................14
11. REINIGING ............................................... 14
11.1 De machine reinigen ...................................14
11.2 Reiniging van het interne circuit van de
machine ......................................................14
11.3 Reiniging van het koedikbakje .................14
11.4 Reiniging van het drupbakje en het
condensbakje ..............................................15
11.5 Reiniging van de binnenkant van de machine
..................................................................15
11.6 Reiniging van het waterreservoir ................15
11.7 Reiniging van de tuitjes van de koeuitloop ..
..................................................................15
11.8 Reiniging van de trechter voor voorgemalen
koe ...........................................................15
11.9 Reiniging van de zetgroep ...........................15
11.10 Reiniging van het melkreservoir..................16
11.11 Reiniging van de spuitmond heet water/
stoom ..........................................................16
12. ONTKALKEN ............................................ 16
13. PROGRAMMERING VAN DE WATERHARDHEID
............................................................... 17
13.1 Meting van de waterhardheid .....................17
13.2 Waterhardheid instellen ..............................18
14. VERZACHTINGSFILTER .............................. 18
14.1 Filter installeren ..........................................18
14.2 Filter vervangen ..........................................19
14.3 Filter verwijderen ........................................19
15. TECHNISCHE GEGEVENS ............................ 19
15.1 Aanbevelingen voor de energiebesparing ...19
16. OP HET DISPLAY WEERGEGEVEN BERICHTEN ..
............................................................... 20
17. PROBLEMEN OPLOSSEN ............................ 21
7
Lees altijd het boekje met de veiligheidsvoorschriften voordat u
het apparaat gebruikt.
1. INLEIDING
1.1 Letters tussen haakjes
De letters tussen haakjes verwijzen naar de legenda aangegeven
onder Beschrijving van het apparaat (pag. 2-3).
1.2 Problemen en reparaties
Probeer eventuele problemen allereerst op te lossen met behulp
van de aanwijzingen van de hoofdstukken “16. Op het display
weergegeven berichten” en “17. Problemen oplossen”.
Wanneer deze aanwijzingen niet doeltreend blijken te zijn of
als u verdere opheldering wenst, raden wij u aan de klantenser-
vice te raadplegen door te bellen naar het nummer vermeld op
het bijgevoegde blad "Klantenservice".
Indien uw land niet op dit blad vermeld staat, bel dan het num-
mer dat vermeld wordt op de garantie. Benader voor eventuele
reparaties uitsluitend de Technische Dienst van De’Longhi. De
adressen staan vermeld op het garantiecerticaat dat bij de ma-
chine geleverd wordt.
2. BESCHRIJVING
2.1 Beschrijving van het apparaat
(pag. 3 - A )
A1. Bedieningspaneel
A2. Regelknop maalgraad
A3. Kopjesplaat
A4. Deksel koebonenreservoir
A5. Deksel trechter voorgemalen koe
A6. Trechter voor voorgemalen koe
A7. Koebonenreservoir
A8. Hoofdschakelaar (*alleen bepaalde modellen)
A9. Zitting stekker voedingskabel (*alleen modellen met af-
neembare kabel)
A10. Waterreservoir
A11. Deurtje zetgroep
A12. Zetgroep
A13. Spuitmond heet water/stoom
A14. Koeuitloop (in hoogte verstelbaar)
A15. Koedikbakje
A16. Condensbakje
A17. Kopjesrooster
A18. Indicator waterniveau van het drupbakje
A19. Drupbakje
A20. Rooster drupbakje
A21. Lampjes kopjesverlichting
2.2 Beschrijving van het bedieningspaneel
(pag. 2 - B )
Enkele toetsen op het paneel hebben een dubbele functie: die
wordt in de beschrijving tussen haakjes aangegeven.
B1. Display: helpt de gebruiker bij het gebruik van het apparaat
B2. Selectieknop: draaien om de gewenste hoeveelheid koe
te selecteren. (In het MENU programmering: draaien om de
gewenste functie te selecteren)
B3. Toets : om de machine in en uit te schakelen
B4. Toets P om het menu te openen
B5. Toets : om een spoeling uit te voeren. (In het MENU
programmering heeft de toets de functie "ESC": druk op de
toets om de geselecteerde functie af te sluiten en terug te
gaan naar het hoofdmenu)
B6. Toets selectie aroma : druk op de toets om het
aroma van de koe te selecteren
B7. Toets : om 1 kopje koe te zetten met de op het dis-
play weergegeven instellingen
B8. Toets : om 2 kopjes koe te zetten met de op het
display weergegeven instellingen
B9. Toets voor het afgeven van heet water ( In het menu
programmering heeft de toets de functie “OK”: druk op de
toets om de gekozen functie te bevestigen)
B10. Toets CAPPUCCINO: voor het bereiden van cappuccino of
opgeschuimde melk
2.3 Beschrijving van de accessoires
(pag. 2 - C )
C1. Reactiestrookje (*voor bepaalde modellen)
C2. Doseerschepje voorgemalen koe
C3. Ontkalker (*voor bepaalde modellen)
C4. Verzachtingslter (*voor bepaalde modellen)
C5. Kwastje (*voor bepaalde modellen)
C6. Afgiftepijpje heet water
C7. Voedingskabel (*voor bepaalde modellen)
2.4 Beschrijving van het melkreservoir
(pag. 2 - D )
D1. Regelknop schuim en CLEAN-functie
D2. Deksel melkreservoir
D3. Melkreservoir
D4. Opvoerpijpje melk
D5. Afgiftepijpje opgeschuimde melk (verstelbaar)
3. EERSTE INWERKINGSTELLING VAN HET
APPARAAT
Let op:
• Voorafgaand aan het eerste gebruik moeten alle afneem-
bare accessoires die in contact komen met water of melk
worden afgespoeld met warm water.
• Bij het eerste gebruik is het watercircuit van de machine
leeg en kan de machine derhalve veel lawaai maken: het
lawaai neemt af naar mate het circuit gevuld wordt.
8
• Eventuele koesporen in de koemolen zijn het gevolg
van de tests van de werking in de fabriek en zijn een teken
van onze zorgvuldigheid ten aanzien van het product.
1. Modellen met afneembare kabel (C7):
Steek de stek-
ker van de voedingskabel in de daarvoor bestemde zitting
(A10) op de achterkant van het apparaat;
2. Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet (afb. 1); zorg
ervoor dat de hoofdschakelaar (A8) op de achterkant van
het apparaat is ingedrukt (afb. 2);
3. Verwijder het waterreservoir (A10), vul het met vers water
tot de lijn MAX (afb. 3A) en plaats het reservoir daarna
weer terug (afb. 3B);
Selecteer de gewenste taal door de selectieknop te draaien of
wacht tot op het display (B1) de talen automatisch worden af-
gewisseld (ongeveer om de 3 seconden):
4. Houd bij het verschijnen van Nederlands de toets
(B9) enkele seconden ingedrukt (afb. 4), tot op het display
de gemaakte keuze wordt bevestigd;
Volg nu de door het apparaat op het display weergegeven
aanwijzingen:
5. Controleer of het afgiftepijpje heet water (C6) op de spuit-
mond (A13) is aangebracht en zet er een bak onder (afb. 5)
met een minimuminhoud van 100 ml;
6. Druk op de toets om de afgifte van heet water te be-
vestigen (afb. 4): het apparaat geeft water af uit het afgif-
tepijpje en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Nu is de koemachine klaar voor het normale gebruik.
Let op:
• Bij het eerste gebruik moeten 4-5 kopjes koe of 4-5
kopjes cappuccino worden gezet voordat de machine een
bevredigend resultaat begint te geven.
• Tijdens de bereiding van de eerste 5-6 koppen cappuccino,
is het normaal om geluid van kokend water te horen: ver-
volgens zal dit geluid minder worden.
• Om te genieten van een koe die nog beter smaakt en
voor betere prestaties van de machine, wordt aanbevolen
het verzachtingslter (C4) te installeren volgens de aan-
wijzingen van hoofdstuk “14. Verzachtingslter” (*indien
aanwezig). Als uw model zonder verzachtingslter wordt
geleverd, kan dit worden aangeschaft bij de erkende ser-
vicecentra van De’Longhi.
• Wij raden aan de waterhardheid zo spoedig mogelijk in te
stellen volgens de procedure beschreven in hoofdstuk “13.
Programmering van de waterhardheid”.
4. HET APPARAAT INSCHAKELEN
Let op:
• Bij elke inschakeling voert het apparaat automatisch een
voorverwarmings- en spoelcyclus uit, die niet onderbroken
mag worden. Het apparaat is pas klaar voor gebruik na het
uitvoeren van deze cycli.
• Alleen voor modellen met hoofdschakelaar (A8): controleer
voorafgaand aan de inschakeling van het apparaat of de
hoofdschakelaar op de achterkant van het apparaat ge-
plaatst is op stand I «afb. 3».
Gevaar voor brandwonden!
Tijdens de spoeling kan een beetje heet water uit de tuitjes
van de koeuitloop (A14) komen dat in het drupbakje (A19)
eronder opgevangen wordt. Wees voorzichtig niet in contact te
komen met de hete waterspatten.
• Druk, om het apparaat in te schakelen, op de toets
(B3) (afb. 6): op het display (B1) verschijnt het beri-
cht “Opwarming, Even wachten”.
Zodra de opwarming is voltooid, voert het apparaat een spoe-
ling uit; op deze manier laat het apparaat, naast de verwarming
van de ketel, heet water door de interne leidingen stromen,
zodat ook deze verwarmd worden.
Het apparaat is op temperatuur wanneer op het display het be-
richt verschijnt dat het aroma en de hoeveelheid koe aangeeft.
5. HET APPARAAT UITSCHAKELEN
Bij elke uitschakeling en indien men koe heeft bereid voert
het apparaat automatisch een spoeling uit.
Gevaar voor brandwonden!
Tijdens de spoeling loopt een beetje heet water uit de tuitjes
van de koeuitloop (A14). Wees voorzichtig niet in contact te
komen met de hete waterspatten.
Druk, om het apparaat uit te schakelen, op de toets (B3-
afb. 6). Indien voorzien, voert het apparaat een spoeling uit en
wordt het vervolgens uitgeschakeld (stand-by).
Let op:
Als het apparaat voor langere tijd niet gebruikt zal worden,
wordt aangeraden om de stekker uit het stopcontact te verwi-
jderen. Voor de daarmee uitgeruste modellen is het voldoende
om de hoofdschakelaar (A8) op stand 0 te plaatsen.
Opgelet!
Verwijder nooit de stekker of, voor de daarmee uitgeruste mod-
ellen, plaats de hoofdschakelaar nooit op de stand 0 voordat
het apparaat is uitgeschakeld met de toets (stand-by).
6. INSTELLINGEN VAN HET MENU
Open het menu programmeringen met de toets P (B4); in dit
menu kunnen de volgende items geselecteerd worden:
6.1 Ontkalken
Verwijs voor de aanwijzingen voor de ontkalking naar hoofdstuk
“12. Ontkalken”.
9
6.2 Filter installeren
Verwijs voor de aanwijzingen met betrekking tot de installatie
van het lter (C4) naar paragraaf “14.1 Filter installeren”.
6.3 Filter vervangen
Verwijs voor de aanwijzingen met betrekking tot de vervanging
van het lter (C4) naar paragraaf “14.2 Filter vervangen”.
6.4 Tijd instellen
Ga als volgt te werk als u de tijd op het display (B1) wenst in
te stellen:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9) (afb. 3);
4. Draai de selectieknop (afb. 7) om de uren te wijzigen;
5. Druk op de toets om te bevestigen;
6. Draai de selectieknop (afb. 7) om de minuten te wijzigen;
7. Druk op de toets om te bevestigen.
De tijd is nu ingesteld: druk vervolgens op de toets (B5)
om het menu af te sluiten.
6.5 Automatische inschakeling
Het is mogelijk om het tijdstip van de automatische inschake-
ling zo in te stellen dat men het apparaat op een bepaalde tijd
(‘s morgens bijvoorbeeld) klaar voor gebruik aantreft en onmid-
dellijk koe kan zetten.
Let op:
Opdat de functie geactiveerd wordt, moet de tijd al correct zijn
ingesteld.
Ga als volgt te werk om de automatische inschakeling te
activeren:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Druk nogmaals op de toets om de activering te
bevestigen;
5. Draai de selectieknop om de uren te kiezen;
6. Druk op de toets om te bevestigen;
7. Draai de selectieknop (afb. 7) om de minuten te wijzigen;
8. Druk op de toets om te bevestigen;
9. Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af
te sluiten.
Na de bevestiging van de tijd wordt de activering van de au-
tomatische inschakeling op het display gesignaleerd door het
symbool dat naast de tijd wordt weergegeven en onder
het menu-item Automatische Inschakeling.
Om de functie te deactiveren:
1. Selecteer in het menu het item automatische inschakeling;
2. Druk op de toets : op het display verschijnt het be-
richt "Deactiveren?";
3. Druk op de toets om te bevestigen.
Op het display wordt het symbool niet meer weergegeven.
6.6 Automatische uitschakeling
Het is mogelijk om het tijdsinterval te wijzigen zodat het appa-
raat na 15 of 30 minuten of na 1, 2 of 3 uur wordt uitgeschakeld.
Ga als volgt te werk om de automatische uitschakeling te
herprogrammeren:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Draai de selectieknop (afb. 6) tot de gewenste werkingstijd
verschijnt (15 of 30 minuten, of 1, 2 of 3 uur);
5. Druk op de toets om te bevestigen;
6. Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af
te sluiten.
De automatische uitschakeling is zo geherprogrammeerd.
6.7 Energiebesparing
Door middel van deze functie kan de modus energiebesparing
worden in- of uitgeschakeld. Wanneer de functie actief is, wordt
een lager energieverbruik gegarandeerd, in overeenstemming
met de geldende Europese normen.
De activering van de energiebesparing wordt in het menu ge-
signaleerd door een asterisk onder het item “Energiebesparing”.
Ga als volgt te werk om de modus “energiebesparing” te active-
ren of te deactiveren:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Druk nogmaals op de toets om de modus energiebe-
sparing in of uit te schakelen;
5. Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af
te sluiten.
Wanneer de functie actief is, verschijnt na een periode van inac-
tiviteit de melding “Energiebesparing” op het display.
Let op:
• In de energiebesparende modus heeft het apparaat enkele
seconden nodig voordat de eerste koe of de eerste drank
met melk wordt afgegeven, omdat het apparaat moet
voorverwarmen.
• Druk, voor het bereiden van een van de dranken, op een
willekeurige toets om de energiebesparing af te sluiten;
druk vervolgens op de toets van de gewenste drank.
• Wanneer het melkreservoir (D) is aangebracht, wordt de
functie “energiebesparing” niet geactiveerd.
10
6.8 Temperatuur instellen
Ga als volgt te werk als u de temperatuur van het water voor het
zetten van de koe wenst te wijzigen:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Draai de selectieknop tot het display de gewenste tempe-
ratuur weergeeft (●=laag; ●●●●=hoog);
5. Druk op de toets om te bevestigen;
6. Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af
te sluiten.
6.9 Instelling waterhardheid
Zie voor de aanwijzingen voor de instelling van de waterhard-
heid hoofdstuk “13. Programmering van de waterhardheid”.
6.10 Activering/Deactivering van het
geluidssignaal
Deze functie dient voor de activering of deactivering van het
geluidssignaal dat de machine laat horen bij elke druk op de
toetsen en bij elke plaatsing/verwijdering van accessoires: de
machine is vooraf ingesteld met het actieve geluidssignaal. Ga
als volgt te werk om het geluidssignaal in of uit te schakelen:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Druk nogmaals op de toets om het geluidssignaal te
activeren of te deactiveren;
5. De activering van het geluidssignaal wordt in het menu
gesignaleerd door een asterisk onder het item “Geluids-
signaal”. Druk vervolgens op de toets (B5) om het
menu af te sluiten.
6.11 Instelling taal
Ga als volgt te werk als u de taal van het display (B1) wenst te
wijzigen:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Draai de selectieknop tot het display de gewenste taal
weergeeft;
5. Druk op de toets om te bevestigen;
6. Op het display verschijnt een melding die de geïnstalleerde
taal bevestigt;
7. Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af
te sluiten.
6.12 Kopjesverlichting
Door middel van deze functie worden de lampjes van de kop-
jesverlichting (A21) geactiveerd of gedeactiveerd: de machine
is standaard ingesteld met actieve kopjesverlichting. De lamp-
jes gaan bij iedere afgifte van koe en cappuccino en bij elke
spoeling branden.
Ga als volgt te werk om deze functie te activeren of te
deactiveren:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7) tot op het display (B1)
het bericht “Kopjesverlichting” verschijnt;
3. Druk op de toets (B9): het display (B1) toont "Deacti-
veren?" of "Activeren?";
4. Druk op de toets om de kopjesverlichting te active-
ren of te deactiveren;
5. De activering van de functie wordt in het menu gesigna-
leerd door een asterisk onder het item “Kopjesverlichting”.
Druk vervolgens op de toets (B5) om het menu af te
sluiten.
6.13 Fabriekswaarden (reset)
Met deze functie worden alle menu-instellingen en alle pro-
grammeringen van de hoeveelheden teruggesteld naar de
fabriekswaarden (behalve de taal, die op de huidige instelling
gehandhaafd wordt).
Ga als volgt te werk om de fabriekswaarden te herstellen:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Druk nogmaals op de toets om te bevestigen en af
te sluiten.
6.14 Functie statistiek
Met deze functie worden de statistische gegevens van de ma-
chine weergegeven. Ga voor de weergave als volgt te werk:
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7), tot op het display de
gewenste functie wordt weergegeven;
3. Druk op de toets (B9);
4. Door de selectieknop te draaien (afb. 7), kan gecontroleerd
worden:
- hoeveel kopjes koe er zijn gezet;
- hoeveel bereidingen met melk er in totaal zijn
afgegeven;
- hoeveel liter water er in totaal is afgegeven;
- hoeveel ontkalkingen er zijn uitgevoerd;
- hoe vaak de verzachtingslter is vervangen.
5. Druk vervolgens 2 maal op de toets (B5) om het
menu af te sluiten.
11
7. SPOELING
Door middel van deze functie is het mogelijk heet water uit de
koeuitloop (A14) en het afgiftepijpje heet water (C6), indien
aanwezig, te laten stromen om het interne circuit van de machi-
ne te reinigen en te verwarmen.
Plaats onder de koeuitloop en het afgiftepijpje heet water een
bak met een minimuminhoud van 100ml (afb. 5).
Opgelet! Gevaar voor brandwonden!
Laat de machine nooit onbeheerd tijdens de afgifte van heet
water.
1. Druk op de toets (B5) om deze functie te activeren:
op het display (B1) verschijnt het bericht “SPOELING, Even
wachten”;
2. Na enkele seconden stroomt, eerst uit de koeuitloop en
vervolgens uit het afgiftepijpje heet water (indien aanwe-
zig), heet water dat het interne circuit van het apparaat
reinigt en verwarmt: op het display verschijnt het bericht
"SPOELING" en een voortgangsbalk die, naarmate de be-
reiding vordert, wordt opgevuld;
3. Druk op een willekeurige toets om de functie te stoppen of
wacht op de automatische onderbreking.
Let op:
• Wanneer het apparaat langer dan 3-4 dagen niet gebruikt
wordt, wordt streng aanbevolen om, na het opnieuw in-
schakelen, 2/3 spoelingen uit te voeren alvorens het appa-
raat opnieuw te gebruiken;
• Het is normaal dat er na het uitvoeren van deze functie
water aanwezig is in het koedikbakje (A14).
8. KOFFIE ZETTEN
8.1 Selectie van het aroma van de koe
De machine is in de fabriek ingesteld voor het zetten van koe
met een “Normaal aroma”.
U kunt kiezen tussen de volgende aroma's:
Extra mild aroma
Mild aroma
Normaal aroma
Sterk aroma
Extra sterk aroma
Druk, om van aroma te veranderen, herhaaldelijk op de selectie-
toets aroma (B6) (afb. 8), tot op het display (B1) het
gewenste aroma wordt weergegeven.
8.2 Selectie hoeveelheid koe in het kopje
De machine is in de fabriek ingesteld voor het zetten van een
normale kop. Draai, om de hoeveelheid koe te selecteren, de
selectieknop (B2) (afb. 7) tot op het display (B1) het bericht van
de gewenste hoeveelheid koe wordt weergegeven:
Geselecteerde koe Hoeveelheid per kopje
(ml)
MIJN KOFFIE Programmeerbaar:
van ≃20 tot ≃180
KLEINE KOP
≃40
NORMALE KOP
≃60
GROTE KOP
≃90
EXTRA GROTE KOP
≃120
8.3 Instelling hoeveelheid voor mijn koe
De machine is in de fabriek ingesteld voor de afgifte van onge-
veer 30ml “mijn koe”. Ga als volgt te werk als u deze hoeveel-
heid wenst te wijzigen:
1. Plaats een kopje onder de tuitjes van de koeuitloop (A14)
(afb. 9);
2. Draai de selectieknop (B2) (afb. 7) tot het bericht “MIJN
KOFFIE” wordt weergegeven;
3. Houd de toets (B7) ingedrukt (afb. 10) tot de machine
koe begint af te geven; laat de knop dan los;
4. Druk, zodra de koe in het kopje het gewenste niveau be-
reikt, opnieuw op de toets (afb. 10).
Nu is de hoeveelheid koe in het kopje geprogrammeerd vol-
gens de nieuwe instelling.
8.4 Afstelling van de koemolen
De koemolen mag niet worden afgesteld, althans in het
begin, aangezien hij in de fabriek al is ingesteld voor het verkrij-
gen van een correcte koeafgifte.
Indien men echter na het bereiden van de eerste kopjes koe
merkt dat de afgifte weinig volumineus is of met weinig crème,
of te langzaam loopt (druppelsgewijs), moet een correctie wor-
den uitgevoerd met de regelknop van de maalgraad (A2) (afb.
11).
Let op:
Deze regelknop mag alleen verplaatst worden wanneer de kof-
emolen in werking is.
Als de koe te langzaam loopt of hele-
maal niet loopt, draai dan één klik naar
rechts in de richting van het cijfer 7.
Om daarentegen een volumineuzer
afgifte van de koe en een verbeterde
crème te verkrijgen, moet de knop één
klik naar links worden gedraaid in de
richting van het cijfer 1 (niet meer dan één klik per keer, anders
kan het gebeuren dat de koe druppelsgewijs loopt).
Het eect van deze correctie is pas merkbaar na de afgifte van
ten minste 2 achtereenvolgende kopjes koe. Als na deze af-
12
stelling nog niet het gewenste resultaat wordt bereikt, moet
de correctie herhaald worden door de regelknop nog een klik
verder te draaien.
8.5 Tips voor een warmere koe
Voor het verkrijgen van een warmere koe wordt aangeraden
om:
• voorafgaand aan de afgifte een spoeling uit te voeren door
middel van toets (B5), zoals beschreven in hoofdstuk
“6.1 Ontkalken”;
• de kopjes te verwarmen met warm water (gebruik de
heet water-functie, zie hoofdstuk “10. Bereiding van heet
water”);
• in het menu de koetemperatuur “hoog” te selecteren (zie
paragraaf “6.8 Temperatuur instellen”).
8.6 Koe zetten met koebonen
Opgelet!
Gebruik geen gekarameliseerde of gekonjte koebonen
omdat deze aan de koemolen kunnen blijven kleven en hem
onbruikbaar maken.
1. Voeg de koebonen toe aan het hiervoor bestemde reser-
voir (A7) (afb. 12);
2. Plaats onder de tuitjes van de koeuitloop (A14):
- 1 kopje, als u 1 kopje koe wenst te zetten (afb. 9);
- 2 kopjes, als u 2 kopjes koe wenst te zetten.
3. Breng de afgiftegroep omlaag, zo dicht mogelijk bij de
kopjes: zo wordt een betere crème verkregen (afb. 13);
4. Druk op de toets voor de gewenste koeafgifte (1 kopje -
B7 of 2 kopjes - B8 , afb. 10 en 14)
5. De bereiding start en op het display (B1) verschijnen de ge-
selecteerde hoeveelheid en een voortgangsbalk die, naar
mate de bereiding vordert, wordt opgevuld.
Let op:
• Terwijl het apparaat de koe bereidt, kan de afgifte op
ieder gewenst moment onderbroken worden door op een
willekeurige toets te drukken.
• Zodra de afgifte beëindigd is en men een grotere hoeveel-
heid koe in het kopje wenst, volstaat het om (binnen 3
seconden) één van de toetsen voor koeafgifte ( of
ingedrukt te houden).
Zodra de bereiding is voltooid , is
het apparaat weer klaar voor nieuw
gebruik.
Let op:
• Tijdens het gebruik worden er op het display enkele be-
richten weergegeven (VUL RESERVOIR, LEDIG KOFFIE
DIKBAKJE, enz.) waarvan de betekenis wordt beschreven
in hoofdstuk “16. Op het display weergegeven berichten”.
• Raadpleeg voor het verkrijgen van een warmere koe pa-
ragraaf “8.5 Tips voor een warmere koe”.
• Loopt de koe druppelsgewijs, is de koe weinig volumi-
neus, met weinig crème, of te koud, lees dan de tips van
hoofdstuk “17. Problemen oplossen”.
8.7 Koe zetten met voorgemalen koe
Opgelet!
• Vul nooit voorgemalen koe bij als het apparaat is uitge-
schakeld; dit om te voorkomen dat de voorgemalen koe
in het apparaat verspreid wordt en het apparaat vuil wordt.
In dit geval kan het apparaat beschadigd worden.
• Voeg nooit meer dan 1 afgestreken doseerschepje (C2) toe,
anders kan de binnenkant van de machine vuil worden of
de trechter (A6) verstopt raken.
Let op:
Wanneer er voorgemalen koe gebruikt wordt, kan er slechts
één kopje koe tegelijk gezet worden.
1. Druk herhaaldelijk op de toets (B6) (afb. 8) tot
op het display (B1) "Voorgemalen" verschijnt.
2. Controleer dat de trechter niet verstopt is en voeg vervol-
gens een afgestreken doseerschepje voorgemalen koe
toe (afb. 15).
3. Plaats een kopje onder de tuitjes van de koeuitloop (A14)
(afb. 9).
4. Druk op de afgiftetoets voor 1 kopje (B7) (afb. 10).
5. De bereiding begint. Het display toont de geselecteerde
hoeveelheid en een voortgangsbalk die, naarmate de be-
reiding vordert, wordt opgevuld.
Let op:
Als de modus “Energiebesparing” actief is, kan het enkele secon-
den duren voordat de afgifte van de eerste koe begint.
9. BEREIDING VAN DRANKEN MET MELK
Let op:
• Om te voorkomen dat er melk wordt verkregen die weinig
is opgeschuimd of grote luchtbellen bevat, moeten het
deksel van het melkreservoir (D2) en de spuitmond heet
water/stoom (A13) altijd gereinigd worden zoals aangege-
ven in de paragrafen “9.4 Reiniging van het melkreservoir
na ieder gebruik”, “11.10 Reiniging van het melkreservoir”
en “11.11 Reiniging van de spuitmond heet water/stoom”.
9.1 Melkreservoir vullen en plaatsen
1. Neem het deksel (D2) weg (afb. 16);
2. Vul het melkreservoir (D3) met een voldoende hoeveelheid
melk, niet meer dan het niveau MAX dat op het reservoir
wordt aangegeven (afb. 17). Denk eraan dat ieder op de
zijkant van het reservoir aangegeven streepje overeen-
komt met 100 ml melk;
13
Let op:
• Voor dikker en homogener schuim moet magere of half-
volle melk op koelkasttemperatuur (ongeveer 5° C) wor-
den gebruikt.
• Als de modus “energiebesparing” actief is, kan het enke-
le seconden duren voordat de afgifte van de cappuccino
begint.
3. Zorg ervoor dat het melkopvoerpijpje (D4) goed geplaatst
is in de daarvoor bestemde zitting op de onderkant van het
deksel van het melkreservoir (afb. 18);
4. Plaats het deksel terug op het melkreservoir;
5. Verwijder het afgiftepijpje heet water (C6) van de spuit-
mond (A13) (afb. 19);
6. Plaats het melkreservoir en druk het stevig aan op de
spuitmond (afb. 20): de machine laat een geluidssignaal
horen (indien actief);
7. Plaats een voldoende groot kopje onder de tuitjes van de
koeuitloop (A14) en onder het afgiftepijpje van de opge-
schuimde melk (D5); regel de lengte van het afgiftepijpje
door het eenvoudig naar beneden te trekken en dichter bij
het kopje te brengen (afb. 21);
8. Volg de onderstaande aanwijzingen voor de verschillende
functies.
9.2 De hoeveelheid schuim regelen
Door de schuimregelknop (D1) te draaien, kan de hoeveelheid
schuim geselecteerd worden die tijdens de bereiding van de
Cappuccino wordt afgegeven.
Stand regelknop Beschrijving
Geen schuim
Weinig schuim
Max. schuim
9.3 Bereiding van cappuccino
1. Draai, na het aanbrengen van het melkreservoir (D), de
schuimregelknop (D1) op het deksel van het melkreservoir
(D2) naar de gewenste stand (afb. 22);
2. Druk op toets CAPPUCCINO (B10). Op het display (B1) ver-
schijnt het bericht “CAPPUCCINO” en een voortgangsbalk
die, naarmate de bereiding vordert, wordt opgevuld;
3. Na afgifte van de melk zal de machine automatisch de
koe zetten.
Let op:
• Als u de bereiding tijdens de afgifte wenst te onderbreken,
druk dan tweemaal op de toets CAPPUCCINO.
• Laat het melkreservoir niet lang buiten de koelkast: hoe
hoger de temperatuur van de melk (5°C is ideaal), hoe
slechter zal de kwaliteit van het schuim zijn.
9.4 Reiniging van het melkreservoir na ieder
gebruik
Opgelet! Gevaar voor brandwonden
Tijdens de reiniging van de interne leidingen van het melkre-
servoir (D) komt er een beetje heet water en stoom uit het af-
giftepijpje opgeschuimde melk (D5). Wees voorzichtig niet in
contact te komen met de hete waterspatten.
Na elk gebruik van de functies met melk verschijnt op het dis-
play (B1) het knipperende bericht "KNOP OP CLEAN". Voer als
volgt de reiniging uit om melkresten te verwijderen:
1. Laat het melkreservoir (D) aangebracht op het apparaat
(het is niet nodig om het melkreservoir leeg te maken);
2. Plaats een kop of bakje onder het pijpje voor de afgifte van
opgeschuimde melk (afb. 21);
3. Draai de schuimregelknop (D1) naar "CLEAN" (afb. 23): op
het display verschijnt een voortgangsbalk die, naar mate
de handeling vordert, wordt opgevuld, evenals de melding
"Reiniging bezig, Even wachten". De reiniging wordt auto-
matisch onderbroken;
4. Plaats de schuimregelknop terug naar één van de instellin-
gen voor schuim;
5. Verwijder het melkreservoir en reinig de spuitmond (A13)
altijd met een spons (afb. 24).
Let op:
• Als er meerdere dranken op basis van melk bereid moeten
worden, reinig het melkreservoir dan na de laatste drank.
• Het reservoir met melk kan in de koelkast bewaard
worden.
• In sommige gevallen is het nodig om te wachten tot de
machine opgewarmd is om de reiniging uit te voeren.
9.5 Programmering van de hoeveelheid koe
en melk voor een kop cappuccino
De machine is in de fabriek ingesteld voor het zetten van de
standaard hoeveelheden. Ga als volgt te werk om deze hoeveel-
heden te wijzigen:
1. Plaats een kopje onder de tuitjes van de koeuitloop (A14)
en onder het afgiftepijpje van de melk (D5) (afb. 21);
2. Houd de toets CAPPUCCINO B10 ingedrukt tot op het
display (B1) het bericht "PROGRAM. MELK Program. hoe-
veelheid" verschijnt;
3. Laat de toets los. De machine start de afgifte van melk;
14
4. Druk, zodra de gewenste hoeveelheid melk in het kopje
bereikt wordt, opnieuw op de toets CAPPUCCINO;
5. De machine stopt de afgifte van de melk en start na enkele
seconden de afgifte van de koe; op het display verschijnt
het bericht "PROGRAM. KOFFIE Program. hoeveelheid";
6. Druk, zodra de gewenste hoeveelheid koe in het kopje
wordt bereikt, nogmaals op de toets CAPPUCCINO. De kof-
eafgifte wordt onderbroken.
Nu is de machine geherprogrammeerd met de nieuwe hoeveel-
heden melk en koe.
10. BEREIDING VAN HEET WATER
Opgelet! Gevaar voor brandwonden.
Laat de machine nooit onbeheerd wanneer er heet water wordt
afgegeven. De afgiftegroep (C6) wordt tijdens de afgifte heet en
mag dus alleen bij de handgreep worden vastgepakt.
1. Controleer of het afgiftepijpje heet water correct vastge-
koppeld is;
2. Plaats een bakje onder de uitloop (zo dicht mogelijk om
spatten te voorkomen);
3. Druk op de toets (B9) (afb. 4). Op het display (B1) ver-
schijnt het bericht “HEET WATER” en een voortgangsbalk
die, naarmate de bereiding vordert, wordt opgevuld;
4. De machine levert ongeveer 250 ml heet water en onder-
breekt daarna automatisch de afgifte. Druk, om de afgifte
heet water handmatig te onderbreken, op de toets .
Let op:
Als de modus “Energiebesparing” actief is, kan het enkele secon-
den duren voordat er heet water wordt afgegeven.
10.1 Wijziging van de automatisch afgegeven
hoeveelheid water
De machine is in de fabriek ingesteld om automatisch ongeveer
250ml heet water af te geven. Ga als volgt te werk als u deze
hoeveelheid wenst te wijzigen:
1. Plaats een bakje onder het afgiftepijpje (C6);
2. Houd de toets (B9) ingedrukt, tot de afgifte van heet
water begint; laat de toets vervolgens los.
3. Druk, zodra het hete water in het kopje het gewenste ni-
veau bereikt, opnieuw op de toets .
De machine is nu geherprogrammeerd volgens de nieuwe
hoeveelheid.
11. REINIGING
11.1 De machine reinigen
De volgende onderdelen van de machine moeten regelmatig
worden schoongemaakt:
- het interne circuit van de machine;
- het koedikbakje (A15);
- het drupbakje (A19) , het rooster van het drupbakje “A20.
Rooster drupbakje”en het condensbakje (A16);
- het waterreservoir (A10);
- de tuitjes van de koeuitloop (A14);
- de trechter voor voorgemalen koe (A6);
- de zetgroep (A12), bereikbaar na het openen van het deur-
tje (A11);
- het melkreservoir (D);
- de spuitmond heet water/stoom (A13);
Opgelet!
• Gebruik voor de reiniging van de machine geen oplosmid-
delen, schurende reinigingsmiddelen of alcohol. De su-
perautomatische apparaten van De’Longhi behoeven voor
hun reiniging geen chemische additieven.
• Geen enkel onderdeel van de machine mag in de vaatwas-
ser gewassen worden, met uitzondering van het melkre-
servoir (D).
• Gebruik geen metalen voorwerpen voor het verwijderen
van aanslag of koeresten omdat ze de metalen of plastic
oppervlakken kunnen beschadigen.
11.2 Reiniging van het interne circuit van de
machine
Als het apparaat langer dan 3/4 dagen niet is gebruikt, wordt
aangeraden om het in te schakelen en om, voorafgaand aan het
nieuwe gebruik:
- 2/3 spoelingen uit te voeren door middel van de toets
(B5);
- gedurende enkele seconden heet water af te geven door
middel de toets (B9).
11.3 Reiniging van het koedikbakje
Wanneer op het display (B1) het bericht “LEDIG KOFFIEDIKBAK
JE” verschijnt, moet dit bakje geledigd en gereinigd worden.
Zolang het koedikbakje (A15) niet gereinigd wordt, kan de
machine geen koe zetten. De machine signaleert de noodzaak
tot lediging ook als het bakje niet volledig vol is, maar wanneer
er 72 uur verlopen zijn vanaf de eerste bereiding (opdat de 72
uur goed berekend worden, moet de machine nooit worden
uitgeschakeld met de hoofdschakelaar).
Let op! Gevaar voor brandwonden
Als men verschillende cappuccino’s na elkaar bereidt, wordt het
metalen kopjesrooster (A17) warm. Wacht tot het afkoelt alvo-
rens het aan te raken en neem het enkel aan de voorkant vast.
Voor het uitvoeren van de reiniging (bij ingeschakeld apparaat):
15
• Verwijder het drupbakje (A19) (afb. 25), maak het leeg en
schoon.
• Maak het koedikbakje (A15) leeg en zorgvuldig schoon
en zorg ervoor dat alle eventuele koeresten op de bodem
worden verwijderd: indien het bij uw model werd gele-
verd, is het kwastje (C5) voorzien van een spatel die voor
deze handeling geschikt is.
• Controleer het rode condensbakje (A16) en maak het leeg
indien het vol is.
Opgelet!
Als het drupbakje wordt verwijderd, moet altijd ook het koe-
dikbakje geledigd worden, ook als het nog niet vol is.
Gebeurt dit niet dan kan het gebeuren dat, bij het zetten van
verdere kopjes koe, het koedikbakje voller wordt dan voor-
zien en de machine verstopt raakt.
Let op:
Het is normaal dat er na het uitvoeren van deze reiniging water
aanwezig is in het koedikbakje (A14).
11.4 Reiniging van het drupbakje en het
condensbakje
Opgelet!
Het drupbakje (A19) is voorzien van een (rode) drijvende indi-
cator (A18) van het waterniveau in het bakje (afb. 26). Voor dat
deze indicator uit het kopjesrooster (A17) zal steken, moet het
bakje geledigd en gereinigd worden, anders kan het water over
de rand van het bakje lopen en de machine, het plaatsingsop-
pervlak of de omringende zone beschadigen.
Om het drupbakje te verwijderen:
1. Verwijder het drupbakje en het koedikbakje (A15) (afb.
25);
2. Maak het drupbakje en het koedikbakje leeg en was ze;
3. Controleer het rode condensbakje (A16) en maak het leeg
als het vol is;
4. Plaats het drupbakje samen met het koedikbakje terug.
11.5 Reiniging van de binnenkant van de
machine
Gevaar voor elektrische schokken!
Voorafgaand aan de handelingen voor de reiniging van de bin-
nenkant moet de machine worden uitgeschakeld (zie hoofdstuk
“5. Het apparaat uitschakelen”) en losgekoppeld van het elektri-
citeitsnet. Dompel de machine nooit onder in water.
1. Controleer regelmatig (ongeveer eenmaal per maand) of
de binnenkant van de machine (alleen bereikbaar nadat
het drupbakje (A19) is weggenomen) vuil is. Verwijder, in-
dien nodig, de koeresten met een kwast (gebruik, indien
bij uw model geleverd, het accessoire (C5)) en een spons;
2. Zuig alle resten op met een stofzuiger (afb. 27).
11.6 Reiniging van het waterreservoir
1. Reinig regelmatig (ongeveer eenmaal per maand) en bij
elke vervanging van het verzachtingslter (C4) (indien
aanwezig) het waterreservoir (A10) met een vochtige doek
en een beetje mild reinigingsmiddel;
2. Verwijder het lter (C4) (indien aanwezig) en spoel het af
onder stromend water;
3. Plaats het lter terug (indien aanwezig), vul het reservoir
met vers water en plaats het reservoir terug;
4. (alleen voor modellen met verzachtingslter) Laat 100ml
water afgeven.
11.7 Reiniging van de tuitjes van de koeuitloop
1. Reinig de tuitjes van de koeuitloop (A14) regelmatig met
een spons of een doek (afb. 28A);
2. Controleer of de gaatjes van de koeuitloop verstopt zijn.
Verwijder eventuele koeresten met een tandenstoker
(afb. 28B).
11.8 Reiniging van de trechter voor voorgemalen
koe
Controleer regelmatig (ongeveer eenmaal per maand) of de
trechter voor voorgemalen koe (A6) verstopt is. Verwijder
eventuele koeresten met een kwast (gebruik, indien bijgele-
verd, het accessoire (C5)).
11.9 Reiniging van de zetgroep
De zetgroep (A11) moet ten minste eenmaal per maand worden
gereinigd.
Opgelet!
De zetgroep kan niet verwijderd worden wanneer de machine
is ingeschakeld.
1. Controleer of de machine de uitschakeling correct heeft
uitgevoerd (zie hoofdstuk “5. Het apparaat uitschakelen”);
2. Verwijder het waterreservoir (A10);
3. Open het deurtje van de zetgroep (A11) (afb. 28) aan de
rechterkant van de machine;
4. Druk de twee gekleurde ontgrendelknoppen naar binnen
en trek tegelijkertijd de zetgroep naar buiten (afb. 29);
5. Dompel de zetgroep ongeveer 5 minuten onder in water en
spoel hem vervolgens af onder de kraan;
Opgelet!
SPOEL UITSLUITEND MET WATER
GEEN REINIGINGSMIDDELEN GEEN VAATWASMACHINE
Reinig de zetgroep zonder gebruik van reinigingsmiddelen
omdat deze schade kunnen veroorzaken.
6. Gebruik een kwast (gebruik, indien bijgeleverd, het acces-
soire (C5)) en verwijder eventuele koeresten uit de zit-
ting van de zetgroep die via het deurtje zichtbaar is;
16
7. Plaats na de reiniging de zetgroep terug in de houder; druk
vervolgens op het opschrift PUSH tot de klik van de koppe-
ling wordt gehoord;
Let op:
Als het moeilijk is om de zetgroep terug te plaatsen, dan moet
hij (voorafgaand aan de terugplaatsing) op de juiste grootte
gebracht worden door op de twee hendels te drukken (afb. 30).
8. Controleer na de terugplaatsing of de twee gekleurde
knoppen correct naar buiten gesprongen zijn;
9. Sluit het deurtje van de zetgroep;
10. Plaats het waterreservoir terug.
11.10 Reiniging van het melkreservoir
Ga voor de reiniging van het melkreservoir (D), na iedere berei-
ding met melk, als volgt te werk:
1. Verwijder het deksel (D2);
2. Verwijder het melkafgiftepijpje (D5) en het melkopvoer-
pijpje (D4) (afb. 32);
3. Draai de schuimregelknop
(D1) linksom naar de
stand “INSERT” (afb. 33)
en trek hem naar boven
weg;
4. Was alle onderdelen zorg-
vuldig met heet water
en een mild reinigings-
middel. Alle onderdelen
kunnen in de vaatwasser
gewassen worden, mits
ze in het bovenste rek van
de vaatwasser worden
geplaatst.
Besteed speciale aandacht dat er in de uitsparing en de
groef onder de knop (zie afb. 34) geen melkresten ach-
terblijven: schraap de groef eventueel schoon met een
tandenstoker;
34 35
5. Spoel de binnenkant van de zitting van de schuimregel-
knop onder stromend water (zie afb. 35);
33
6. Controleer ook of het opvoerpijpje en het afgiftepijpje
melk vrij zijn van melkresten;
7. Hermonteer de regelknop, in overeenkomst met het op-
schrift “INSERT”, het afgiftepijpje en het melkopvoerpijpje;
8. Plaats het deksel terug op het melkreservoir (D3).
11.11 Reiniging van de spuitmond heet water/
stoom
Reinig de spuitmond (A13) na iedere bereiding met melk met
een spons en verwijder alle melkresten van de pakkingen (afb.
23).
12. ONTKALKEN
Opgelet!
• Lees voorafgaand aan het gebruik de aanwijzingen en het
etiket van de ontkalker, zoals aangegeven op de verpak-
king van het product.
• Wij raden aan om uitsluitend de ontkalker van De'Longhi
te gebruiken. Het gebruik van ongeschikte ontkalkers,
evenals het niet regelmatig ontkalken, kan leiden tot het
optreden van gebreken die niet gedekt worden door de
garantie van de fabrikant.
• De ontkalker kan kwetsbare oppervlakken aantasten.
Wordt het product per ongeluk gemorst, neem het dan
onmiddellijk op.
Voor het uitvoeren van de ontkalking
Ontkalker Ontkalker De’Longhi
Bak Aanbevolen inhoud: 1,8l
Tijd ~45min
Ontkalk de machine wanneer op het display (B1) de (knipperen-
de) melding “ONTKALK” verschijnt.
1. Schakel de machine in en wacht tot ze klaar is voor gebruik;
2. Open het menu met de toets P (B4);
3. Draai de selectieknop (B2) tot op het display “Ontkalken”
verschijnt;
4. Selecteer met de toets (B9). Op het display (B1)
verschijnt "Ontkalken Ok?": druk opnieuw op om de
functie te activeren;
5. Op het display verschijnt het bericht "LEDIG DRUPBAKJE",
afgewisseld met "VERWIJDER FILTER" (indien aanwezig)
en met "Voeg ontkalker toe, Ok?";
6. Maak het waterreservoir (A10) helemaal leeg en neem het
verzachtingslter (C4) (indien aanwezig) uit; maak vervol-
gens het drupbakje (A19) (g 24) en het koedikbakje
(A15) leeg en plaats ze terug;
17
7. Giet de ontkalker in het waterreservoir tot aan het niveau A
aangegeven op de zijkant van het reservoir (afb. 36) (komt
overeen met één verpakking van 100ml); voeg vervolgens
water toen (één liter) tot aan het niveau B (afb. 37); plaats
het waterreservoir terug;
36
B
A
A
37
B
A
B
8. Plaats onder de koeuit-
loop (A14) en onder het
afgiftepijpje heet water
(C6) een lege bak met een
minimuminhoud van 1,8
liter (afb. 38).
Opgelet! Gevaar voor
brandwonden
Uit de koeuitloop en uit
het afgiftepijpje heet water
stroomt heet water dat zuren
bevat. Wees dus voorzichtig
niet in contact te komen met
deze oplossing.
9. Druk op de toets om het toevoegen van de ontkal-
kingsoplossing te bevestigen: het display toont “Ontkalken
bezig” en het ontkalkingsprogramma wordt gestart. De
ontkalkingsvloeistof stroomt uit zowel de koeuitloop als
het afgiftepijpje heet water en er wordt automatisch, met
tussenpozen, een reeks spoelingen uitgevoerd om de kalk-
resten uit de koemachine te verwijderen;
Na ongeveer 25 minuten onderbreekt het apparaat de ontkal-
king en verschijnt op het display de melding “SPOELING”, afge-
wisseld met “VUL RESERVOIR”.
10. Het apparaat is nu klaar voor een spoeling met vers water.
Maak de voor het opvangen van de ontkalkingsoplossing
gebruikte bak leeg, verwijder het waterreservoir, maak
het leeg en spoel het af onder stromend water, vul het tot
niveau MAX met vers water en zet het terug in de machine:
het display toont "SPOELING, Ok?";
11. Plaats de bak voor het opvangen van de ontkalkingsoplos-
sing terug onder de koeuitloop en het afgiftepijpje heet
water/stoom (afb. 37);
12. Druk op de toets om de spoeling te starten. Het hete
water stroomt uit de uitlopen en op het display verschijnt
het bericht “SPOELING, Even wachten”;
13. Wanneer het waterreservoir leeg is, verschijnt op het
display de melding "SPOELING", afgewisseld met "VUL
RESERVOIR" en "BRENG FILTER WEER IN" (indien eerder
verwijderd);
14. Verwijder het waterreservoir, plaats het lter terug (indien
eerder verwijderd), vul het waterreservoir tot MAX met
vers water en plaats het terug in de machine: het display
toont "SPOELING Ok?";
15. Plaats de voor het opvangen van het spoelwater gebruikte
bak terug onder het afgiftepijpje heet water;
16. Druk op de toets om de spoeling te starten: het ap-
paraat hervat de spoeling, alleen vanuit het afgiftepijpje
heet water, en op het display verschijnt het bericht “SPOE-
LING, Even wachten”;
17. Aan het einde verschijnt op het display het bericht "Spoe-
ling voltooid, Ok?";
18. Druk op de toets heet water, het display toont "VUL
RESERVOIR";
19. Maak het drupbakje leeg, verwijder het waterreservoir en
vul het met vers water tot aan het niveau MAX; plaats het
reservoir terug in de machine.
De ontkalkingsprocedure is voltooid.
Let op:
• Als de ontkalkingscyclus niet correct wordt beëindigd (bijv.
vanwege stroomuitval), wordt aangeraden om de cyclus te
herhalen;
• Het is normaal dat er na het uitvoeren van de ontkalkings-
cyclus water aanwezig is in het koedikbakje (A15).
13. PROGRAMMERING VAN DE WATERHARDHEID
Het bericht ONTKALKEN wordt weergegeven na een vooraf be-
paalde periode van werking, die afhankelijk is van de hardheid
van het water. De machine wordt in de fabriek ingesteld op ni-
veau 4 van hardheid. Het is mogelijk om de machine in te stellen
op basis van de werkelijke plaatselijke waterhardheid, zodat de
ontkalking minder vaak uitgevoerd hoeft te worden.
13.1 Meting van de waterhardheid
1. Bij enkele modellen wordt het reactiestrookje (C1) ge-
leverd, gevoegd bij de Engelstalige handleiding. Als uw
model niet geleverd wordt met het reactiestrookje, kan
het worden aangeschaft bij een servicecentrum.
2. Dompel het strookje gedurende ongeveer één seconde
volledig onder in een glas water;
38
1,8 l
18
Let op:
Het lter heeft een duur van twee maanden bij normaal ge-
bruik. Wordt de machine niet gebruikt terwijl het lter geïnstal-
leerd is, dan heeft het een maximale duur van 3 weken.
3. Laat, om het lter te activeren, water in het gat van het
lter lopen, zoals aangegeven op afb. 39, en laat het water
langer dan één minuut uit de zijopeningen stromen;
4. Verwijder het waterreservoir (A10) uit de machine en vult
het met water;
5. Plaats het lter in het waterreservoir en dompel een tien-
tal seconden helemaal onder, houd het lter schuin om de
luchtbellen te laten ontsnappen (afb. 41);
6. Plaats het lter in de daarvoor bestemde zitting en duw
het stevig aan (afb. 42);
41 42
7. Sluit, indien aanwezig,
het reservoir af met het
deksel (afb. 43) en plaats
het reservoir terug in de
machine;
Op het moment dat het lter
geïnstalleerd wordt, moet de
aanwezigheid aan de machi-
ne gesignaleerd worden.
8. Druk op de toets P (B4)
om het menu te openen;
9. Draai de selectieknop (B2)
(afb. 9) tot op het display
(B1) het bericht “Filter in-
stalleren” verschijnt;
10. Druk op de toets (B9);
11. Het display toont het opschrift “Activeren?”;
12. Druk op de toets om de selectie te bevestigen: het
display toont “Heet water Ok?”;
13. Plaats onder het afgiftepijpje heet water (C6) een bak met
een minimuminhoud van 500 ml;
14. Druk op de toets om de keuze te bevestigen; het ap-
paraat begint heet water af te geven en het display toont
“Even wachten...”;
43
3. Neem het strookje uit het water en schud het lichtjes. Na
ongeveer 1 minuut vormen zich 1, 2, 3 of 4 rode vierkant-
jes, afhankelijk van de hardheid van het water. Ieder vier-
kantje komt overeen met 1 niveau;
zacht water
hard water
zeer hard water
matig hard water
13.2 Waterhardheid instellen
1. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
2. Draai de selectieknop (B2) tot aan de selectie van het item
“Waterhardheid”.
3. Bevestig de keuze met druk op de toets (B9);
4. Draai de selectieknop en stel het door het teststrookje (C1)
waargenomen niveau in (zie afb. van vorige paragraaf);
5. Druk op de toets om de instelling te bevestigen;
6. Druk op de toets (B5) om het menu af te sluiten.
De machine is nu geherprogrammeerd volgens de nieuwe in-
stelling van de waterhardheid.
14. VERZACHTINGSFILTER
Enkele modellen worden geleverd met een verzachtingsl-
ter (C4): indien uw model hier niet over beschikt, raden wij
aan er een aan te schaen bij de bevoegde servicecentra van
De’Longhi. Volg de hierop volgende aanwijzingen voor een cor-
rect gebruik van het lter.
14.1 Filter installeren
1. Verwijder het lter (C4) uit de verpakking;
2. Draai de datumschijf (zie afb. 38) tot de volgende 2 ge-
bruiksmaanden getoond worden;
0,5 L
39
40
19
15. Wanneer de afgifte voltooid is, keert het apparaat automa-
tisch terug naar “Koe klaar”.
Het lter is nu geactiveerd en dit wordt in het menu op het
display gesignaleerd door een asterisk onder het item “Filter
installeren”; de machine kan gebruikt worden.
14.2 Filter vervangen
Wanneer het display (B1) het bericht “VERVANG HET FILTER”
weergeeft, of wanneer er twee maanden verstreken zijn (zie
datumschijf), of ook als het apparaat gedurende 3 weken niet
wordt gebruikt, moet het lter (C4) worden vervangen:
1. Verwijder het reservoir (A10) en het opgebruikte lter;
2. Neem de nieuwe lter uit de verpakking en ga verder zoals
beschreven onder de stappen 2-3-4-5-6 van de vorige
paragraaf;
3. Plaats onder het afgiftepijpje heet water een bak met een
minimuminhoud van 500ml;
4. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
5. Draai de selectieknop (B2) tot op het display het bericht
"Filter vervangen" verschijnt;
6. Druk op de toets (B9);
7. Het display toont het opschrift “Ok?”;
8. Druk op de toets om de selectie te bevestigen;
9. Op het display verschijnt het bericht “HEET WATER Ok?”;
10. Druk op de toets om de keuze te bevestigen; het ap-
paraat begint heet water af te geven en het display toont
“Even wachten...”;
11. Wanneer de afgifte voltooid is, keert het apparaat automa-
tisch terug naar “Koe klaar”.
Het nieuwe lter is nu geactiveerd en de machine kan gebruikt
worden .
14.3 Filter verwijderen
Als u het apparaat verder zonder het lter (C4) wenst te ge-
bruiken, moet het verwijderd worden en moet de verwijdering
gesignaleerd worden. Ga als volgt te werk:
1. Verwijder het reservoir (A10) en het opgebruikte lter;
2. Druk op de toets P (B4) om het menu te openen;
3. Draai de selectieknop (B2) (afb. 9) tot op het display (B1)
het bericht “Filter installeren *” verschijnt;
4. Druk op de toets (B9);
5. Het display toont het opschrift “Deactiveren?”;
6. Druk op toets om te bevestigen en op toets
(B5) om het menu af te sluiten.
15. TECHNISCHE GEGEVENS
Spanning: 220-240 V~ 50/60 Hz max. 10A
Geabsorbeerd vermogen: 1450W
Druk: 1,5MPa (15 bar)
Maximuminhoud waterreservoir: 1,8 l
Afmetingen BxDxH: 240x430x350 mm
Gewicht (verschillend afhankelijk
van de modellen): 9,7 / 9,4 kg
Max. capaciteit koebonenreservoir: 250 g
De’Longhi behoudt zich het recht voor om, op elk gewenst
moment, de technische en esthetische kenmerken te wijzigen,
waarbij de functies en de kwaliteit van de producten onveran-
derd blijven.
15.1 Aanbevelingen voor de energiebesparing
• Om het energieverbruik na de afgifte van één of meerdere
dranken te beperken, moeten het melkreservoir (D) of de
accessoires worden weggenomen.
• Stel de automatische uitschakeling in op 15 minuten (zie
hoofdstuk “6.6 Automatische uitschakeling”):
• Activeer de functie Energiebesparing (zie hoofdstuk “6.7
Energiebesparing”);
• Voer de ontkalkingscyclus uit wanneer de machine dat
vraagt.
20
16. OP HET DISPLAY WEERGEGEVEN BERICHTEN
WEERGEGEVEN BERICHT MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
VUL RESERVOIR Het water in het reservoir (A10) is niet
voldoende.
Vul het reservoir met water en/of plaats het
correct terug door stevig aan te drukken en de
vastkoppeling gevoeld wordt (afb. 3).
Het reservoir (A18) is niet correct geplaatst. Plaats het reservoir terug en druk het stevig
aan (afb. 3).
LEDIG KOFFIEDIKBAKJE Het koedikbakje (A15) is vol. Maak het koedikbakje en het drupbakje
(A19) leeg , reinig ze en plaats ze terug (afb.
25). Belangrijk: als het drupbakje wordt ver-
wijderd, moet altijk ook het koedikbakje
geledigd worden, ook als het niet geheel vol is.
Wordt deze handeling niet uitgevoerd, dan kan
het gebeuren dat het koedikbakje, bij het
zetten van verdere kopjes koe, voller wordt
dan voorzien en het apparaat verstopt raakt.
PLAATS KOFFIEDIKBAKJE Na de reiniging is het koedikbakje (A15) niet
teruggeplaatst.
Verwijder het drupbakje (A19) en plaats het
koedikbakje.
GEBRUIK VOORGEMALEN
KOFFIE
Men heeft de functie "gemalen koe" gese-
lecteerd, maar de trechter (A6) bevat geen
voorgemalen koe.
Voeg voorgemalen koe toe in de trechter
(afb. 12) of maak de selectie van de functie
voorgemalen koe ongedaan.
TE FIJN GEMALEN, REGEL
MAALGRAAD
De maalgraad is te jn en de koe loopt daar-
door te langzaam, of helemaal niet.
Herhaal de koeafgifte en draai de regelknop
van de maalgraad (A2) (afb. 11) één klik naar
rechts in de richting van het cijfer 7 terwijl de
koemolen in werking is. Als de afgifte na
het zetten van minstens 2 kopjes koe nog
steeds te langzaam verloopt, herhaal dan de
correctie door de regelknop nog een klik ver-
der te verplaatsen (zie par. “8.4 Afstelling van
de koemolen”). Als het probleem zich blijft
voordoen, controleer dan of het waterreservoir
(A10) goed geplaatst is.
Als het verzachtingslter (C4) aanwezig is, zou
er sprake kunnen zijn van een luchtbel in het
circuit, die de afgifte blokkeert.
Plaats het afgiftepijpje heet water in de ma-
chine en laat een beetje water lopen totdat de
stroom regelmatig is.
ONTKALK Geeft aan dat de machine ontkalkt moet
worden.
Het ontkalkingsprogramma moet zo spoedig
mogelijk worden uitgevoerd, zoals beschreven
in hfdst. “12. Ontkalken”.
VERLAAG KOFFIEDOSIS Er is te veel koe gebruikt. Selecteer een milder aroma door op de knop
(B6) (afb. 8) te drukken, of verminder
de hoeveelheid voorgemalen koe.
→
21
WEERGEGEVEN BERICHT MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
VUL KOFFIEBONENRESERVOIR De koebonen zijn op. Vul het koebonenreservoir (A7) (afb. 12).
De trechter voor voorgemalen koe (A6) is
verstopt.
Ledig de trechter met de hulp van de kwast
(C5) zoals beschreven in par. “11.8 Reiniging
van de trechter voor voorgemalen koe”.
PLAATS ZETGROEP Na de reiniging is de zetgroep niet geplaatst
(A12).
Plaats de zetgroep zoals beschreven in par.
“11.9 Reiniging van de zetgroep”.
PLAATS RESERVOIR Het reservoir (A10) is niet correct geplaatst. Plaats het reservoir correct terug en duw het
stevig aan (afb. 3B).
ALGEMEEN ALARM De binnenkant van de machine is zeer vuil. Reinig de machine zorgvuldig zoals beschre-
ven in hfdst. “11. Reiniging”. Wanneer de ma-
chine na de reiniging het bericht nog steeds
weergeeft, moet contact worden opgenomen
met een servicecentrum.
VERVANG HET FILTER Het verzachtingslter (C4) is opgebruikt. Vervang het lter of verwijder het vol-
gens de aanwijzingen van paragraaf “14.
Verzachtingslter”
KNOP OP CLEAN Er is net melk afgegeven en daarom moeten
de interne leidingen van het melkreservoir (D)
gereinigd worden.
Draai de schuimregelknop (D1) naar de stand
CLEAN.
PLAATS
WATERAFGIFTEGROEP
Het waterafgiftepijpje (C6) is niet aangebracht
of slecht geplaatst.
Plaats het waterafgiftepijpje en druk het stevig
aan.
PLAATS MELKRESERVOIR Het melkreservoir (D) is niet correct geplaatst. Plaats het melkreservoir en druk het stevig aan
(afb. 20).
CIRCUIT LEEG VUL CIRCUIT
HEET WATER
Ok?
Het hydraulische circuit is leeg.
Druk op (B9) en laat uit het waterafgif-
tepijpje (C6) water afgeven tot de stroom re-
gelmatig verloopt. Als het probleem zich blijft
voordoen, controleer dan of het waterreservoir
(A10) goed geplaatst is.
17. PROBLEMEN OPLOSSEN
Hieronder wordt een aantal mogelijke storingen aangegeven.
Wanneer het probleem niet op de beschreven wijze kan worden opgelost, neem dan contact op met de Technische Servicedienst.
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
De koe is niet warm. De kopjes zijn niet voorverwarmd. Verwarm de kopjes door ze te spoelen met
heet water (N.B.: hiervoor kan de functie heet
water gebruikt worden).
De interne circuits van het apparaat zijn afge-
koeld omdat er sinds het laatste kopje koe
2/3 minuten verstreken zijn.
Alvorens koe te zetten, moet de zetgroep
met een spoeling verwarmd worden door mid-
del van toets (B5).
De koetemperatuur is laag ingesteld. Stel in het menu de hoge koetemperatuur in.
→
22
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
De koe is weinig volumineus
of heeft weinig crème.
De koe is te grof gemalen. Draai de regelknop van de maalgraad (A) één
klik naar links in de richting van het cijfer 1
terwijl de koemolen in werking is (afb. 10).
Draai de knop één klik per keer tot de afgifte
naar wens verloopt. Het eect is pas zichtbaar
na het zetten van 2 kopjes koe (zie par. “8.4
Afstelling van de koemolen”).
De koe is niet geschikt. Gebruik koe voor espressomachines.
De koe wordt te langzaam
of druppelsgewijs afgegeven.
De koe is te jn gemalen. Draai de regelknop van de maalgraad (A2) één
klik naar rechts in de richting van het cijfer 7
terwijl de koemolen in werking is (afb. 11).
Draai de knop één klik per keer tot de afgifte
naar wens verloopt. Het eect is pas zichtbaar
na het zetten van 2 kopjes koe (zie par. “8.4
Afstelling van de koemolen”).
De koe loopt niet uit één
of uit beide tuitjes van de
koeuitloop.
De tuitjes van de koeuitloop (A14) zijn
verstopt.
Reinig de tuitjes met een tandenstoker (afb.
28B).
De melk stroomt niet uit het
afgiftepijpje (D5)
Het deksel (D2) van het melkreservoir is vuil Reinig het deksel van het melkreservoir zoals
beschreven in par. “11.10 Reiniging van het
melkreservoir”.
Het apparaat wordt niet
ingeschakeld
De stekker is niet in het stopcontact gestoken. Steek de stekker in het stopcontact.
De hoofdschakelaar (A8) is niet ingeschakeld. Plaats de hoofdschakelaar op stand I (afb. 2).
De zetgroep kan niet verwij-
derd worden
De uitschakeling van de machine is niet correct
uitgevoerd
Schakel de machine uit met de toets
(B3) afb. 6) (zie hfdst. “5. Het apparaat
uitschakelen”).
De melk vertoont grote
bellen, komt spuitend uit het
melkafgiftepijpje (D5) of heeft
weinig schuim
De melk is niet voldoende koud of het is geen
halfvolle melk.
Gebruik magere of halfvolle melk op koelkast-
temperatuur (ongeveer 5°C). Indien het resul-
taat nog steeds niet naar wens is, probeer dan
een ander merk melk.
De schuimregelknop (D1) is niet goed
afgesteld.
Stel in volgens de aanwijzingen van par. “9.2
De hoeveelheid schuim regelen”.
Het deksel (D2) of de schuimregelknop (D1) op
het melkreservoir zijn vuil
Reinig het deksel en de regelknop van het
melkreservoir zoals beschreven in par. “11.10
Reiniging van het melkreservoir”.
De spuitmond heet water/stoom (A13) is vuil Reinig de spuitmond zoals beschreven in
par. “11.11 Reiniging van de spuitmond heet
water/stoom”.
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
-
12
-
13
-
14
-
15
-
16
-
17
Gerelateerde artikelen
-
DeLonghi ECAM350.50.B KAFFEMASKIN de handleiding
-
-
-
DeLonghi Dinamica ECAM 350.35 de handleiding
-
-
-
-
-
-
Andere documenten
-
AEG KKK994500 Handleiding
-
Smeg ECF01CREU CREAM de handleiding
-
Smeg ECF01WHEU de handleiding
-
Sencor SCW 3001YL Handleiding
-
Sencor SES 1710BK de handleiding
-
Sencor SES 4010SS Handleiding
-
Whirlpool W11 CM145 Gebruikershandleiding
-
Whirlpool KMT11 F45 de handleiding
-
-
Elettrobar 570072 Handleiding
