45
DE KAP AANDOEN
Nadat u klaar bent met de montage, bent u
klaar om het RPB® NOVA 3® ademhalings-
toestel aan te doen. Controleer eerst in de
kap of deze vrij is van stof, vuil of veront-
reinigingen. Zorg altijd dat er lucht door het
ademhalingstoestel stroomt wanneer u de kap
aantrekt.
AFBEELDING 5.1 OP PAGINA 21
Pas het formaat van de schuimvoering van
het ademhalingstoestel aan door de ratelknop
die onder de capekraag aan de achterkant van
de schuimvoering van het ademhalingstoestel
zit te draaien.
AFBEELDING 5.2 OP PAGINA 21
Vouw de cape terug, open de binnenste kraag
en plaats uw vingers op de binnenste kraag
en aan de zijkant van de kap op ongeveer
oorhoogte. Til de kap op en plaats deze op het
hoofd. Zorg dat er lucht door het Ademha-
lingstoestel stroomt voordat u deze aandoet.
AFBEELDING 5.3 OP PAGINA 22
Trek de binnenste Kraag aan rond de nek
en gebruikt het elastische koord om ervoor
te zorgen dat deze goed aansluit - dit houdt
verontreinigingen in de lucht tegen.
AFBEELDING 5.4 OP PAGINA 22
Pas de Cape van het Ademhalingstoestel rond
het lichaam aan en maak de karabijnhaken
aan beide kanten van de cape vast.
AFBEELDING 5.5 OP PAGINA 22
Bevestig de NV2022-riem op heupniveau en
pas deze aan voor comfort. Plaats de regelaar
niet bij de wervelkolom.
AFBEELDING 5.6 OP PAGINA 22
Controleer de luchtdruk opnieuw en pas
indien nodig aan. Met luchttoevoer in uw
beademingsapparaat bent u nu klaar om het
werkgebied binnen te gaan.
DE KAP UITTREKKEN
Wanneer u klaar bent met werken, verlaat
de werkplaats met het ademhalingstoestel
aan terwijl er nog lucht in de kap stroomt.
Afhankelijk van de verontreinigingen, kan het
raadzaam zijn om de buitenkant van de kap
en uw werkkleding te reinigen voordat u het
ademhalingstoestel verwijdert. Een reinigings-
programma op de werkplek kan nodig zijn.
OPSLAG
Reinig het ademhalingstoestel na gebruik vol-
gens het reinigingsprogramma van uw bedrijf
of volg de aanwijzingen in deze handleiding.
Laat het drogen en berg het ademhalingstoe-
stel op door het op te hangen op een schone,
droge plaats, weg van het werkgebied. Stop
de cape niet in de kap tenzij deze grondig is
gereinigd. Voordat u het ademhalingstoestel
voor langere tijd opbergt, zorg dat het toestel
volgens de reinigingsinstructies in deze
gebruiksaanwijzing is gereinigd. Het wordt
aanbevolen om het ademhalingstoestel in
een container of opbergtas op te bergen of te
vervoeren. Bewaren op een koele en droge
plaats tussen -10°C en + 45°C (14°F to 113°F)
<90%rv.
Na gebruik:
AFBEELDING 6.1 OP PAGINA 23
Lange termijn opslag of transport:
AFBEELDING 6.2 OP PAGINA 21