ABB PSE370 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

88 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
Dank u voor de aanschaf van deze ABB PSE Softstarter. Lees alle aan-


Deze gebruikershandleiding is een beknopte handleiding, bedoeld voor het
snel en eenvoudig installeren van de PSE Softstarter. Voor complete informa-


In deze gebruikershandleiding worden de volgende symbolen gebruikt:
Het icoontje voorzichtig in de linker marge, geeft de aanwezigheid

Het icoontje waarschuwing
in de linker marge, geeft de aanwe-
zigheid van een risico aan, dat in materiële schade kan resulteren.
Het symbool voor informatie , in de linker marge, maakt de lezer
attent op afdoende feiten en omstandigheden.
Het grasche symbool


Montage en elektrische aansluitingen voor de softstarter dienen plaats
-
zaamheden dienen te worden verricht door hiertoe bevoegd personeel.

controleren op zichtbare beschadigingen. Als u zulke beschadigingen

Til de softstarter onder geen beding op aan de aansluitstangen, aange-
zien dit schade aan het product kan veroorzaken.
Service en reparatie mogen alleen worden uitgevoerd door hiertoe bevoegd
personeel. NB: onbevoegde reparaties kunnen de garantie in gevaar brengen.
De gegevens in deze handleiding kunnen zonder voorafgaande mede-

1 Lees dit eerst
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 89 89
NL
De PSE Softstarter is microprocessor-gebaseerd en ontworpen met gebruik-
making van de nieuwste technologie voor het soepel starten, en - wanneer
van toepassing - soepel stoppen van standaard kooiankermotoren.
De PSE Softstarter biedt een reeks standaardfuncties.
 Geïntegreerde by-pass.
 
 Ingebouwde elektronische motorbeveiliging.
 
 Analoog uitgangssignaal kan variëren binnen het bereik 4 - 20 mA, cor-
responderend met 0 - 120 procent van ingestelde I
e
(klem 12 en 13).
100% komt overeen met 17.3 mA.
 Drie uitgangssignaalrelais voor aanduiding max. waarde variabele
regeling (Top of Ramp, TOR), uitschakelgebeurtenissen (FAULT) en

De PSE Softstarter kan op twee manieren worden geregeld:
 Aangesloten ingangen via klem 8 en 9, in circuit met klem 11 of 12.
 Veldbus communicatie-interface.
1. Controleer of u het juiste product hebt wat betreft werkspanning,
stuurspanning, nominale motorgegevens en het aantal gebruikte starts
per uur.
De PSE18...PSE370 Softstarters kunnen werken over brede spannings-
bereiken.
 Nominale werkspanning: 208 - 600 V AC
 Nominale stuurspanning: 100 - 250 V AC
Het product dient uitsluitend te worden gebruikt binnen de ge-

en de hoogte boven zeepeil. Capaciteitsvermindering is vereist boven
40 °C (104 °F) en boven 1000 m (3281 ft). Voor meer gegevens, zie
Softstarters Type PSE18...PSE370, Handleiding voor de installatie en
besturing, document-ID 1SFC132057M3101, beschikbaar op: http://
www.abb.com/lowvoltage.
2. Zorg ervoor dat de aanbevolen kortsluitingsbeveiligingen worden ge-
bruikt, in overeenstemming met de geldende normen.
2 Beschrving
01
02
90 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
3 Montage

voor montage met M6-bouten of met bouten van overeenkomende
afmetingen en sterkte.
1. Zoek de juiste tekening op met de afmetingen voor uw softstarter
2. Controleer het boorschema.
3. Voor toepassingen waarb de softstarter wordt geïnstalleerd in een behui-
zing: vergewis u ervan dat de afmetingen van de behuizing niet kleiner zn
dan de aanbevolen mininumafmeting. Kies de grootte uit de desbetreffende
tabel voor IEC of
.
Overeenkomstig
Zorg ervoor dat de behuizing minstens twee scharnierpunten heeft.
4. Controleer of de afstand tot de wand en het front en de montagehoek
aan de eisen voldoen.
5. Zorg ervoor dat er voldoende lucht door het product stroomt.
Risico van materiële schade. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen, stof
of geleidende deeltjes in de softstarter terechtkomen.
Gebruik van een te kleine behuizing en/of het anderszins niet in acht


03
04
05
06
07
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 91 91
NL
4 Aansluiting
Dit product is met grote zorg vervaardigd en getest, maar het risico
van transportschade bestaat en van schade door onjuiste hantering.

de eerste installatie:

en ontkoppel voor aanvang van werkzaamheden aan deze apparatuur

Montage en elektrische aansluitingen voor de softstarter dienen plaats
-
zaamheden dienen te worden verricht door hiertoe bevoegd personeel.
Voordat de Softstarters PSE grootte 18...170 voor het eerst worden
aangesloten op de voedingsspanning, moet eerst de stuurspanning
worden ingeschakeld om te waarborgen dat de bypassrelais in de ge-
opende stand staan. Dit is nodig ter voorkoming van onbedoeld starten

1. Sluit kabelklem 1L1, 3L2 en 5L3 aan op de bedrfsspanning van de
voedende kant.
2. Sluit kabelklemmen 2T1, 4T2 en 6T3 aan op de motor.
In driehoek geschakelde Softstarters PSE18...PSE370 veroorzaken
schade aan de apparatuur en brengen het risico met zich mee van

1SFC132265F0001
PSE
1SFC132263F0001
PSE
 Driehoekschakeling
08
08
92 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
09
10
12
11
-
sen de softstarter en de motor, aangezien dit stroompieken kan veroor-
zaken, waardoor de thyristoren in de softstarter kunnen doorbranden.
Als men toch zulke condensatoren wenst te gebruiken, moeten die

3. Sluit stuurspanning aan op kabelklem 1 en 2.
4. Sluit kabelklem 14 aan op de functionele aarding.
De aarding is geen aardsluitingsbeveiliging, maar een functionele aarding.

De massakabel moet worden aangesloten op de montageplaat, die ook

5. Sluit zonodig de start-, stop- en overige besturingscircuits inclusief de
analoge uitgang naar de aansluitingen, 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14 aan.
Dit deel gebruikt een interne 24 V DC. Niet voeden met een externe
spanning.
Sluit geen externe spanning aan op de regelkabelklemmen 8, 9, 10, 11,

schade aan de softstarter veroorzaken en garantie uitsluiten.
6. Sluit kabelklemmen 3, 4, 5, 6 en 7 aan b gebruikmaking van de sig-
naaluitgangsrelais. Dit zn potentieel vre contacten voor maximaal
250 V AC, 1,5 A AC-15. Zorg ervoor dat u hetzelfde spanningsniveau
gebruikt binnen dit kabelklemgedeelte.
Dezelfde externe spanning (maximaal 24 V DC of maximaal 250 V AC)
moet worden aangesloten op de uitgangsrelaisklemmen 3, 4, 5, 6 en 7.

softstarter veroorzaken en de garantie uitsluiten.
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 93 93
NL
13
7. Schakel de stuurspanning in op kabelklem 1 en 2.
8. Ga verder met het congureren van parameters volgens de beschr-
ving in hoofdstuk 6, Instellingen.
9. Schakel de hoofdstroomvoeding in.
-
venstaande stappen volgt, zal de PSE Softstarter zeker naar behoren
functioneren. Een voorbeeld van een complete installatie vindt u in de


vermogens automaat.
Op grond van de tweefaseregeling staat er op een aangesloten motor-

als er spanning op staat. Op uitgangskabelklemmen staat ook span-
ning als het apparaat is uitgeschakeld. Dit kan ernstig letsel of de dood
veroorzaken.
94 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
5 Basisfuncties
De HMI bestaat uit de onderdelen volgens
afbeelding 5.1.
LED-statusindicaties.
LCD-display met achtergrondverlichting.
Afsluittoets voor annuleren van para-
meterbewerkingen en voor verlaten van
een menu-niveau.
-
slaan van parameterwaarden, openen
van een menuniveau en resetten van
uitschakelgebeurtenissen.
Navigatietoetsen voor navigeren in het
-

tekst op het display geven aan dat het

of gescrold.
Zie het timingschema voor de basisfuncties
van de softstarter.
Afbeelding 5.1: HMI
14
1SFC132235F0001
Ready Run
Exit
Select
Reset
Protection
Fault
A
B
C DE
A
B
C
D
E
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 95 95
NL
6 Softstarter-instellingen
De PSE Softstarters bieden een soepele start en stop met twee ver-
schillende basisfuncties.
 Variabele spanningsregeling
 Variabele koppelregeling


dient u de nominale stroom in te stellen op de waarde die vermeld
wordt op het gegevensplaatje van de motor. Ga als volgt te werk om

e
):
1. Open vanuit het informatieniveau het niveau Instellingen door een druk
op de toets Kiezen. Zie grasche afbeelding 15
A
.
2. Druk nogmaals op kiezen om bewerking mogelk te maken van de
parameter I
e
. Dit wordt aangeduid door een knipperende waarde. Zie
grasche afbeelding 15
B
.
-
-

af van de motorprestaties en van de belastingskarakteristieken.
3. Verhoog of verlaag de waarde door herhaald drukken op de omhoog-
en omlaagtoetsen. Als u de toets ingedrukt houdt, wordt de wzigiging
versneld. Zie grasche afbeelding 15
C
.
4. Als de nominale stroom van de motor is bereikt, drukt u de keustoets
nogmaal in om de waarde op te slaan. Zie grasche afbeelding 15
D
.
5. Ga indien vereist verder met het instellen van andere parameters vol-
gens de toepassing en volgens dezelfde procedure.
15
15
96 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
De motor kan onverwachts starten als er een startsignaal aanwezig is,


Overschakelen van een regeltype op een ander type (veldsbusrege-
ling/bedradingsregeling).

Resetten van gebeurtenissen.


De PSE Softstarter biedt verschillende parameters voor uiteenlopende
toepassingen. Alle beschikbare parameters en toepassingsinstellingen
vindt u in tabel 6.1 en 6.2.
Door beide navigatietoetsen minstens vier seconden lang in te drukken,

Als men dit gedurende twee seconden herhaalt, wordt het LCD-display

Zie de Softstarters Type PSE18...PSE370, Handleiding voor de instal-
latie en besturing, document-ID 1SFC132057M3101, beschikaar op:
http://www.abb.com/lowvoltage.
16
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 97 97
NL
Tabel 6.1: Parameterlst
Beschrving Display Instellingenbereik Stan-
daard-
waarde
Huidige
instelling
Nominale stroom van motor
Individueel
Individueel
 1...30 s 10 s

OFF (Uit) , 1...30 s OFF
Aanloop-/eindspanning
30...70 % 40 %
Stroomlimiet
1,5...7 x I
e
7,0 x I
e

start
OFF (Uit), On (Aan) OFF

stop
OFF (Uit), On (Aan) On

OFF (Uit), 30...100 % OFF
Overbelastingsbeveiliging
elektromotor (EOL)
Uitschakelklasse

OFF (Uit), 10 A, 10, 20, 30
HAnd, Auto
1
10
HAnd
Onderbelastingsbeveiliging
Niveau

OFF (Uit), 0,2...1 x I
e
HAnd, Auto
1
OFF
HAnd
Rotorbeveiliging geblokkeerd
Niveau

OFF (Uit), 0,5...7 x I
e
HAnd, Auto
1
OFF
HAnd
Veldbusregeling
Veldbusadres
Parameter downloaden


OFF (Uit), On (Aan)
2
0...255
dPon, dPoF
4
trIP, LocC
5
HAnd, Auto
6
OFF
255
3
dPon
LocC
HAnd
HAnd = handmatig resetten van beveiliging of fout.
Auto = automatisch resetten van beveiliging of fout.
OFF (Uit) = regeling van motor door veldbus niet toege-
staan.
On (Aan) = regeling van motor door veldbus toegestaan
255 = adres van FieldBusPlug wordt gebruikt.
dPon = Downloaden van parameters van PLC ingeschakeld
dPoF = Downloaden van parameters van PLC geblokkeerd
Alleen beschikbar als eerder On (Aan) is geselecteerd.



Alleen beschikbar als eerder trIP is geselecteerd.
HAnd = handmatig resetten van beveiliging of fout.
Auto = automatisch resetten van beveiliging of fout.
1
2
4
5
3
98 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901
NL
Aanbevolen basisinstelling
Centrifugaal-
ventilator
10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Axiaalventilator 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Centrifugaal-
pomp
10 s 10 s 40 % 5,0 x I
e
OFF On
Hogedrukpomp 10 s 10 s 50 % 5,5 x I
e
OFF On
Compressor 5 s OFF 40 % 4,5 x I
e
OFF OFF
Slpmachine 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Mixer 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Boegpropeller 10 s OFF 40 % 4,5 x I
e
OFF OFF
Hydraulische
pomp
10 s OFF 40 % 4,5 x I
e
OFF OFF
Breker 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Transportband 10 s OFF 50 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Lift 10 s OFF 40 % 4,5 x I
e
OFF OFF
Lift 10 s OFF 40 % 4,5 x I
e
OFF OFF
Schaar 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Bandzaag 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
Cirkelzaag 10 s OFF 40 % 5,0 x I
e
OFF OFF
-

Voor zware toepassingen moeten de aanloop- en eindspanning
evenals de stroomlimiet
wellicht worden vergroot.
Tabel 6.2: Applicatie-instellingen
Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 99 99
NL
Status-
code
Gebeurtenis Oorzaak
SF20 Softwarefout Fout in software
SF3x
1
Shunt-fout
Bypass-relais gaat niet open of kortsluiting in
thyristor
SF4x
1
Bypass open
Bypass-relais of bypass-contactor sluit niet
SF50 Thermische overbelasting
softstarter
Thyristors oververhit
EF1x
1
Faseverlies

of meer fasen
EF20 Slechte netwerkkwaliteit Buitensporige storingen in het voedende net.
EF3x
1
Stroomverlies 
EF40 Fout in veldbus Fout in veldbuscommunicatie
EF50 Lage stuurspanning Spanning te laag of kortstondig onderbroken in
voedingsnet voor softstarter
EF6x
1
Hoge stroom

e
P1 Overbelastingsbeveiliging
elektromotor
Belasting op motor hoger dan nominale motor-
belasting en corresponderende EOL-klasse die
is geselecteerd.
De huidige eindparameter is ingesteld op een
te lage waarde.
P2 Onderbelastingsbeveiliging Belasting op motor te laag
P3 Rotorbeveiliging geblokkeerd Belasting op motor kortstondig te hoog
SF = Softstarter-fout
EF = externe fout
P = beveiliging
1
x = fase aantal, 4 geeft meerdere of onbekende fase(n) aan
7 Fouten lokaliseren en verhelpen
-
lende gebeurtenissen worden weergegeven op het LCD-scherm. Alle

Tabel 7.1: Gebeurtenissenlst

Documenttranscriptie

1 Lees dit eerst Dank u voor de aanschaf van deze ABB PSE Softstarter. Lees alle aanwijzingen zorgvuldig en zorg dat u alles hebt begrepen voordat u begint met monteren, aansluiten en configureren van de Softstarter. Deze gebruikershandleiding is een beknopte handleiding, bedoeld voor het snel en eenvoudig installeren van de PSE Softstarter. Voor complete informatie verwijzen we u naar Softstarters Type PSE18...PSE370, Handleiding voor installatie en inbedrijfsstelling, beschikbaar op: http://www.abb.com/lowvoltage In deze gebruikershandleiding worden de volgende symbolen gebruikt: Het icoontje voorzichtig in de linker marge, geeft de aanwezigheid van een risico aan, dat in lichamelijk letsel kan resulteren. in de linker marge, geeft de aanweHet icoontje waarschuwing zigheid van een risico aan, dat in materiële schade kan resulteren. NL Het symbool voor informatie , in de linker marge, maakt de lezer attent op afdoende feiten en omstandigheden. Het grafische symbool grafische informatie. in de rechter marge verwijst naar Montage en elektrische aansluitingen voor de softstarter dienen plaats te vinden volgens de toepasselijke wettelijke voorschriften en de werkzaamheden dienen te worden verricht door hiertoe bevoegd personeel. We verzoeken u om uw nieuwe PSE Softstarter bij het uitpakken te controleren op zichtbare beschadigingen. Als u zulke beschadigingen ontdekt: neem contact op met uw plaatselijke dealer. Til de softstarter onder geen beding op aan de aansluitstangen, aangezien dit schade aan het product kan veroorzaken. Service en reparatie mogen alleen worden uitgevoerd door hiertoe bevoegd personeel. NB: onbevoegde reparaties kunnen de garantie in gevaar brengen. De gegevens in deze handleiding kunnen zonder voorafgaande mededeling worden gewijzigd. 88 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 2 Beschrijving De PSE Softstarter is microprocessor-gebaseerd en ontworpen met gebruikmaking van de nieuwste technologie voor het soepel starten, en - wanneer van toepassing - soepel stoppen van standaard kooiankermotoren. De PSE Softstarter biedt een reeks standaardfuncties. • Geïntegreerde by-pass. • Variabele koppelregeling tijdens start en stop. • Ingebouwde elektronische motorbeveiliging. • Kickstart. • Analoog uitgangssignaal kan variëren binnen het bereik 4 - 20 mA, corresponderend met 0 - 120 procent van ingestelde Ie (klem 12 en 13). 100% komt overeen met 17.3 mA. • Drie uitgangssignaalrelais voor aanduiding max. waarde variabele regeling (Top of Ramp, TOR), uitschakelgebeurtenissen (FAULT) en in bedrijf (RUN). 1. Controleer of u het juiste product hebt wat betreft werkspanning, stuurspanning, nominale motorgegevens en het aantal gebruikte starts per uur. 01 De PSE18...PSE370 Softstarters kunnen werken over brede spanningsbereiken. • Nominale werkspanning: 208 - 600 V AC • Nominale stuurspanning: 100 - 250 V AC Het product dient uitsluitend te worden gebruikt binnen de gespecificeerde waarden. Houd rekening met de omgevingstemperatuur en de hoogte boven zeepeil. Capaciteitsvermindering is vereist boven 40 °C (104 °F) en boven 1000 m (3281 ft). Voor meer gegevens, zie Softstarters Type PSE18...PSE370, Handleiding voor de installatie en besturing, document-ID 1SFC132057M3101, beschikbaar op: http:// www.abb.com/lowvoltage. 2. Zorg ervoor dat de aanbevolen kortsluitingsbeveiligingen worden gebruikt, in overeenstemming met de geldende normen. 02 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 89 NL De PSE Softstarter kan op twee manieren worden geregeld: • Aangesloten ingangen via klem 8 en 9, in circuit met klem 11 of 12. • Veldbus communicatie-interface. 3 Montage De PSE Softstarters zijn er in drie verschillende grootten, geconstrueerd voor montage met M6-bouten of met bouten van overeenkomende afmetingen en sterkte. 1. Zoek de juiste tekening op met de afmetingen voor uw softstarter 03 2. Controleer het boorschema. 04 3. Voor toepassingen waarbij de softstarter wordt geïnstalleerd in een behuizing: vergewis u ervan dat de afmetingen van de behuizing niet kleiner zijn dan de aanbevolen mininumafmeting. Kies de grootte uit de desbetreffende tabel voor IEC of . 05 NL Overeenkomstig Zorg ervoor dat de behuizing minstens twee scharnierpunten heeft. 4. Controleer of de afstand tot de wand en het front en de montagehoek aan de eisen voldoen. 06 5. Zorg ervoor dat er voldoende lucht door het product stroomt. 07 Risico van materiële schade. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen, stof of geleidende deeltjes in de softstarter terechtkomen. Gebruik van een te kleine behuizing en/of het anderszins niet in acht nemen van de aanwijzingen, kan resulteren in oververhitting van de PSE Softstarter en bedrijfsstoringen. 90 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 4 Aansluiting Dit product is met grote zorg vervaardigd en getest, maar het risico van transportschade bestaat en van schade door onjuiste hantering. Daarom moet onderstaande procedure in acht genomen worden tijdens de eerste installatie: Gevaarlijke spanning. Veroorzaakt ernstig letsel of de dood. Schakel en ontkoppel voor aanvang van werkzaamheden aan deze apparatuur altijd eerst alle stroomtoevoer uit van deze apparatuur. Montage en elektrische aansluitingen voor de softstarter dienen plaats te vinden volgens de toepasselijke wettelijke voorschriften en de werkzaamheden dienen te worden verricht door hiertoe bevoegd personeel. NL Voordat de Softstarters PSE grootte 18...170 voor het eerst worden aangesloten op de voedingsspanning, moet eerst de stuurspanning worden ingeschakeld om te waarborgen dat de bypassrelais in de geopende stand staan. Dit is nodig ter voorkoming van onbedoeld starten van de apparatuur tijdens de aansluiting. 1. Sluit kabelklem 1L1, 3L2 en 5L3 aan op de bedrijfsspanning van de voedende kant. 08 2. Sluit kabelklemmen 2T1, 4T2 en 6T3 aan op de motor. 08 In driehoek geschakelde Softstarters PSE18...PSE370 veroorzaken schade aan de apparatuur en brengen het risico met zich mee van ernstig lichamelijk letsel of de dood. In lijn PSE 1SFC132263F0001 1SFC132265F0001 PSE Driehoekschakeling Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 91 �ondensatoren voor krachtfactorcompensatie zijn niet toegestaan tussen de softstarter en de motor, aangezien dit stroompieken kan veroorzaken, waardoor de thyristoren in de softstarter kunnen doorbranden. Als men toch zulke condensatoren wenst te gebruiken, moeten die worden aangesloten aan de lijnzijde van de softstarter. 3. Sluit stuurspanning aan op kabelklem 1 en 2. 09 4. Sluit kabelklem 14 aan op de functionele aarding. 10 De aarding is geen aardsluitingsbeveiliging, maar een functionele aarding. De massakabel dient zo kort mogelijk te zijn. �aximum lengte: 0,5 m. De massakabel moet worden aangesloten op de montageplaat, die ook geaard dient te zijn. NL 5. Sluit zonodig de start-, stop- en overige besturingscircuits inclusief de analoge uitgang naar de aansluitingen, 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14 aan. Dit deel gebruikt een interne 24 V DC. Niet voeden met een externe spanning. 11 Sluit geen externe spanning aan op de regelkabelklemmen 8, 9, 10, 11, 1�, 13 en 14. Indien men deze aanwijzing niet in acht neemt, kan dit schade aan de softstarter veroorzaken en garantie uitsluiten. 6. Sluit kabelklemmen 3, 4, 5, 6 en 7 aan bij gebruikmaking van de signaaluitgangsrelais. Dit zijn potentieel vrije contacten voor maximaal 250 V AC, 1,5 A AC-15. Zorg ervoor dat u hetzelfde spanningsniveau gebruikt binnen dit kabelklemgedeelte. Dezelfde externe spanning (maximaal 24 V DC of maximaal 250 V AC) moet worden aangesloten op de uitgangsrelaisklemmen 3, 4, 5, 6 en 7. Indien men deze aanwijzing niet in acht neemt, kan dit schade aan de softstarter veroorzaken en de garantie uitsluiten. 92 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 12 7. Schakel de stuurspanning in op kabelklem 1 en 2. 8. Ga verder met het configureren van parameters volgens de beschrijving in hoofdstuk 6, Instellingen. 9. Schakel de hoofdstroomvoeding in. De aansluiting van uw softstarter is redelijk flexibel, maar als u bovenstaande stappen volgt, zal de PSE Softstarter zeker naar behoren functioneren. Een voorbeeld van een complete installatie vindt u in de paragraaf met de grafische afbeeldingen. Bij de eerste wordt gebruik gemaakt van zekeringen en contactoren en bij de tweede van een vermogens automaat. 13 NL Op grond van de tweefaseregeling staat er op een aangesloten motorkabelklem altijd een gevaarlijke spanning. Raak kabelklemmen niet aan als er spanning op staat. Op uitgangskabelklemmen staat ook spanning als het apparaat is uitgeschakeld. Dit kan ernstig letsel of de dood veroorzaken. Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 93 5 Basisfuncties A Ready Run Protection Exit Fault E Afbeelding 5.1: HMI NL A LED-statusindicaties. B LCD-display met achtergrondverlichting. C Afsluittoets voor annuleren van parameterbewerkingen en voor verlaten van een menu-niveau. D Keuze-/resettoets voor wijzigen en opslaan van parameterwaarden, openen van een menuniveau en resetten van uitschakelgebeurtenissen. E Navigatietoetsen voor navigeren in het menu en voor het wijzigen van parameterwaarden. Knipperende nummers of tekst op het display geven aan dat het menu/de waarde kan worden gewijzigd of gescrold. D 1SFC132235F0001 Select Reset C De HMI bestaat uit de onderdelen volgens afbeelding 5.1. B Zie het timingschema voor de basisfuncties van de softstarter. 94 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 14 6 Softstarter-instellingen De PSE Softstarters bieden een soepele start en stop met twee verschillende basisfuncties. • • Variabele spanningsregeling Variabele koppelregeling Alle PSE Softstarters moeten worden geconfigureerd voor de nominale stroom van de motor. Aangezien de motor in lijn geschakeld moet zijn, dient u de nominale stroom in te stellen op de waarde die vermeld wordt op het gegevensplaatje van de motor. Ga als volgt te werk om deze parameter te wijzigen (Ie): Open vanuit het informatieniveau het niveau Instellingen door een druk op de toets Kiezen. Zie grafische afbeelding 15 A . 2. Druk nogmaals op kiezen om bewerking mogelijk te maken van de parameter Ie. Dit wordt aangeduid door een knipperende waarde. Zie grafische afbeelding 15 B . 15 NL 1. Denk er bij het instellen van de stroomlimiet en de aanloop- en eindspanning aan dat de startstroom hoog genoeg moet zijn zodat de motor het nominale toerental kan halen. De laagst mogelijke stroom hangt af van de motorprestaties en van de belastingskarakteristieken. 3. Verhoog of verlaag de waarde door herhaald drukken op de omhoogen omlaagtoetsen. Als u de toets ingedrukt houdt, wordt de wijzigiging versneld. Zie grafische afbeelding 15 C . 4. Als de nominale stroom van de motor is bereikt, drukt u de keustoets nogmaal in om de waarde op te slaan. Zie grafische afbeelding 15 D . 5. Ga indien vereist verder met het instellen van andere parameters volgens de toepassing en volgens dezelfde procedure. 15 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 95 De motor kan onverwachts starten als er een startsignaal aanwezig is, tijdens het verrichten van ��n van onderstaande acties. • Overschakelen van een regeltype op een ander type (veldsbusregeling/bedradingsregeling). • Resetten van gebeurtenissen. • Bij gebruik van een automatische resetfunctie voor gebeurtenissen. De PSE Softstarter biedt verschillende parameters voor uiteenlopende toepassingen. Alle beschikbare parameters en toepassingsinstellingen vindt u in tabel 6.1 en 6.2. Door beide navigatietoetsen minstens vier seconden lang in te drukken, worden de parameterinstellingen beschermd tegen onbedoelde wijzigingen. NL Als men dit gedurende twee seconden herhaalt, wordt het LCD-display ontgrendeld en kunnen de parameterinstellingen worden gewijzigd. Zie de Softstarters Type PSE18...PSE370, Handleiding voor de installatie en besturing, document-ID 1SFC132057M3101, beschikaar op: http://www.abb.com/lowvoltage. 96 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 16 Tabel 6.1: Parameterlijst Display Instellingenbereik Standaardwaarde Individueel Individueel Start variabele regeltijd 1...30 s 10 s Stop variabele regeltijd OFF (Uit) , 1...30 s OFF Aanloop-/eindspanning 30...70 % 40 % Stroomlimiet 1,5...7 x Ie 7,0 x Ie Variabele koppelregeling tijdens start OFF (Uit), On (Aan) OFF Variabele koppelregeling tijdens stop OFF (Uit), On (Aan) On OFF (Uit), 30...100 % OFF OFF (Uit), 10 A, 10, 20, 30 HAnd, Auto 1 10 HAnd Onderbelastingsbeveiliging Niveau Type bedrijf OFF (Uit), 0,2...1 x Ie HAnd, Auto 1 OFF HAnd Rotorbeveiliging geblokkeerd Niveau Type bedrijf OFF (Uit), 0,5...7 x Ie HAnd, Auto 1 OFF HAnd Veldbusregeling Veldbusadres Parameter downloaden Bedrijf bij fout Type bedrijf OFF (Uit), On (Aan) 2 0...255 dPon, dPoF 4 trIP, LocC 5 HAnd, Auto 6 OFF 255 3 dPon LocC HAnd Nominale stroom van motor Kickstart Overbelastingsbeveiliging elektromotor (EOL) Uitschakelklasse Type bedrijf Huidige instelling 5 Alleen beschikbar als eerder On (Aan) is geselecteerd. HAnd = handmatig resetten van beveiliging of fout. Auto = automatisch resetten van beveiliging of fout. trIP = Trip bij fout. 2 OFF (Uit) = regeling van motor door veldbus niet toegeLoc� = plaatselijke regeling bij fout - regeling via bedrading staan. is mogelijk On (Aan) = regeling van motor door veldbus toegestaan 6 Alleen beschikbar als eerder trIP is geselecteerd. 3 255 = adres van FieldBusPlug wordt gebruikt. HAnd = handmatig resetten van beveiliging of fout. 4 dPon = Downloaden van parameters van PLC ingeschakeld Auto = automatisch resetten van beveiliging of fout. dPoF = Downloaden van parameters van PLC geblokkeerd 1 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 97 NL Beschrijving Tabel 6.2: Applicatie-instellingen NL Aanbevolen basisinstelling Centrifugaalventilator 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Axiaalventilator 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Centrifugaalpomp 10 s 10 s 40 % 5,0 x Ie OFF On Hogedrukpomp 10 s 10 s 50 % 5,5 x Ie OFF On Compressor 5s OFF 40 % 4,5 x Ie OFF OFF Slijpmachine 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Mixer 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Boegpropeller 10 s OFF 40 % 4,5 x Ie OFF OFF Hydraulische pomp 10 s OFF 40 % 4,5 x Ie OFF OFF Breker 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Transportband 10 s OFF 50 % 5,0 x Ie OFF OFF Lift 10 s OFF 40 % 4,5 x Ie OFF OFF Lift 10 s OFF 40 % 4,5 x Ie OFF OFF Schaar 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Bandzaag 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF Cirkelzaag 10 s OFF 40 % 5,0 x Ie OFF OFF NB: de hier boven vermelde parameterwaarden dienen slechts als algemene richtlijnen. Variaties in belastingsomstandigheden kunnen verder afstellen noodzakelijk maken. Voor zware toepassingen moeten de aanloop- en eindspanning evenals de stroomlimiet wellicht worden vergroot. 98 Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 7 Fouten lokaliseren en verhelpen Afhankelijk van de configuratie van de PSE Softstarter kunnen verschillende gebeurtenissen worden weergegeven op het LCD-scherm. Alle statuscodes vindt u in tabel 7.1: Gebeurtenissenlijst. Statuscode Gebeurtenis Oorzaak SF20 Softwarefout Fout in software SF3x 1 Shunt-fout Bypass-relais gaat niet open of kortsluiting in thyristor SF4x 1 Bypass open Bypass-relais of bypass-contactor sluit niet Thermische overbelasting softstarter Thyristors oververhit SF50 Faseverlies Spanningsverlies van bedrijfsstroom voor ��n of meer fasen Slechte netwerkkwaliteit Buitensporige storingen in het voedende net. Stroomverlies Bedrijfsstroom verloren aan ��n of meer fasen EF40 Fout in veldbus Fout in veldbuscommunicatie EF50 Lage stuurspanning Spanning te laag of kortstondig onderbroken in voedingsnet voor softstarter Hoge stroom Bedrijfsstroom hoger dan 8 x Ie P1 Overbelastingsbeveiliging elektromotor Belasting op motor hoger dan nominale motorbelasting en corresponderende EOL-klasse die is geselecteerd. De huidige eindparameter is ingesteld op een te lage waarde. P2 Onderbelastingsbeveiliging Belasting op motor te laag P3 Rotorbeveiliging geblokkeerd Belasting op motor kortstondig te hoog EF1x 1 EF20 EF3x EF6x 1 1 SF = Softstarter-fout EF = externe fout P = beveiliging 1 x = fase aantal, 4 geeft meerdere of onbekende fase(n) aan Softstarters Type PSE18...PSE370 Gebruikershandleiding korte vorm 1SFC132059M9901 99 NL Tabel 7.1: Gebeurtenissenlijst
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192

ABB PSE370 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor