Alpha innotec PWZSV de handleiding

Merk: Alpha innotec

Model: PWZSV

Type: de handleiding

83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding

Brine/Water-warmtepompen

Warmtecentrale brine

Installatie- en

gebruikershandleiding

PWZS(V) H1 serie

PWZS(V) H3 serie

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Inhoudsopgave

1 Over deze handleiding ................................. 3

1.1 Geldigheid ................................................. 3

1.2 Andere geldende documenten .................. 3

1.3 Symbolen en markeringen ........................ 3

1.4 Contact ...................................................... 4

2 Veiligheid ......................................................... 4

2.1 Beoogd gebruik ......................................... 4

  .................. 4

2.3 Persoonlijke beschermingsmiddelen ........ 4

2.4 Restrisico’s ................................................ 4

2.5 Verwijdering .............................................. 5

2.6 Vermijden van materiële schade ............... 5

3 Beschrijving .................................................... 6

3.1 Opbouw ..................................................... 6

3.2 Toebehoren ............................................... 7

3.3 Werking ..................................................... 8

4 Bedrijf en onderhoud ................................... 8

4.1 Energie- en milieubewust bedrijf ............... 8

4.2 Onderhoud ................................................ 8

5 Levering, opslag, transport en

opstelling ......................................................... 9

5.1 Leveringsomvang ...................................... 9

5.2 Opslag ....................................................... 9

5.3 Uitpakken en transport .............................. 9

5.4 Opstelling .................................................11

6 Montage en aansluiting ..............................11

6.1 Modulekast demonteren ..........................11

6.2 Modulekast inbouwen ............................. 14

6.3 Montage van de

hydraulische aansluitingen ...................... 14

6.4 Elektrische aansluitingen tot

stand brengen ......................................... 15

6.5 Montage van het bedieningselement ...... 19

7 Spoelen, vullen en ontluchten ................. 20

7.1 Het frontpaneel van de modulekast

verwijderen .............................................. 20

7.2 Warmtebron vullen, spoelen

en ontluchten ........................................... 20

7.3 Ontluchten van de circulatiepomp

van de warmtebron ................................. 21

7.4 Spoelen en vullen van het

verwarmingscircuit .................................. 22

  ............................. 23

 

spoelen, vullen en ontluchten ................. 23

9 Hydraulische aansluitingen isoleren ...... 23

10 Overstortventiel instellen ........................... 24

10.1 Bij PWZS-apparaten ............................... 24

10.2 Bij PWZSV-apparaten ............................. 24

11 Inbedrijfstelling ............................................. 25

12 Onderhoud .................................................... 26

12.1 Basis ....................................................... 26

12.2 Onderhoud volgens behoefte ................. 26

12.3 Verdamper en condensor reinigen en

spoelen.................................................... 26

12.4 Jaarlijks onderhoud ................................. 26

13 Storingen ....................................................... 26

13.1 Veiligheidstemperatuurbegrenzer

ontgrendelen ........................................... 26

13.2 Manuele deblokkering van

de circulatiepompen ................................ 27

14 Demontage en verwijdering ..................... 27

14.1 Demontage ............................................. 27

14.2 Verwijdering en recycling ........................ 27

 ............. 27

Technische gegevens / leveringsomvang .... 28

PWZS 42H3S ................................................... 28

PWZS 82H3S – PWZS 102H3S ...................... 29

PWZS 122H3S ................................................. 30

PWZSV 62H1S – PWZSV 92H1S .................... 31

PWZSV 122H1S ............................................... 32

PWZSV 62H3S – PWZSV 92H3S.................... 33

PWZSV 122H3S – PWZSV 162H3S ................ 34

Vermogenscurves .............................................. 35

PWZS 42H3S ................................................... 35

PWZS 82H3S ................................................... 36

PWZS 102H3S ................................................. 37

PWZS 122H3S ................................................. 38

PWZSV 62H1S /PWZSV 62H3S ...................... 39

PWZSV 92H1S ................................................. 40

PWZSV 122H1S ............................................... 41

PWZSV 92H3S ................................................ 42

PWZSV 122H3S ............................................... 43

PWZSV 162H3S ............................................... 44

Afbeeldingen maten .......................................... 45

Afbeeldingen maten ......................................... 45

Bedieningselement en wandhouder ................. 46

Opstellingsschema’s .......................................... 47

Hydraulische integratie ..................................... 49

Standaard ......................................................... 49

 ...................................... 50

Legenda hydraulische integratie ...................... 51

Aansluitschema‘s ............................................... 52

PWZS 42H3S – PWZS 122H3S /

PWZSV 122H3S / PWZSV 162H3S ........ 52

PWZSV 62H3S / PWZSV 92H3S..................... 53

PWZSV 62H1S – PWZSV 122H1S .................. 54

Stroomschema‘s ................................................. 55

PWZS 42H3S – PWZS 82H3S ........................ 55

PWZS 102H3S – PWZS 122H3S .................... 58

PWZSV 62H3S / PWZSV 92H3S..................... 61

PWZSV 62H1S – PWZSV 122H1S .................. 64

PWZSV 122H3S ............................................... 67

PWZSV 162H3S ............................................... 70

EG-conformiteitsverklaring .............................. 75

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

1 Over deze handleiding

Deze handleiding is een bestanddeel van het appa-

raat.

 Lees de handleiding aandachtig door, voordat u

werkzaamheden aan en met het apparaat be-

gint, en neem deze bij alle werkzaamheden altijd

in acht, met name de waarschuwingen en veilig-

heidsinstructies.

 Bewaar de handleiding binnen handbereik aan

het apparaat en overhandig deze bij een eventu-

ele verandering van eigenaar aan de nieuwe ei-

genaar.

 Raadpleeg bij vragen of onduidelijkheden de lo-

kale partner van de fabrikant of de klantenservice.

 Neem ook alle andere geldende documenten in

acht.

1.1 Geldigheid

Deze handleiding geldt uitsluitend voor het door het ty-

     -

paraat ( “Typeplaatje”, pagina 7, en “Apparaat-

sticker”, pagina 3).

1.2 Andere geldende documenten

De volgende documenten bevatten aanvullende infor-

matie over deze handleiding:

 planningshandboek, hydraulische integratie

 gebruiksaanwijzing van de verwarmings- en

warmtepompregelaar

 korte beschrijving van de warmtepompregelaar

 gebruiksaanwijzing van de uitbreidingsprintplaat

(toebehoren)

 logboek, indien door de fabrikant bij dit apparaat

meegeleverd

Apparaatsticker

De apparaatsticker bevat belangrijke informatie voor

het contact met de fabrikant of de lokale partner van

de fabrikant.

 Plak hier de apparaatsticker (barcode met serie-

en artikelnummer).

1.3 Symbolen en markeringen

Markering van waarschuwingen

Symbool Betekenis

Veiligheidsrelevante informa-

tie. Waarschuwing voor letsel.

GEVAAR Dit duidt op een acuut gevaar

dat tot ernstig letsel of zelfs

de dood kan leiden.

WAARSCHUWING Dit duidt op een mogelijk ge-

vaarlijke situatie die tot ern-

stig letsel of zelfs de dood kan

leiden.

VOORZICHTIG Dit duidt op een mogelijk ge-

vaarlijke situatie die tot mid-

delzwaar of licht letsel kan lei-

den.

LET OP Dit duidt op een mogelijk ge-

vaarlijke situatie die tot mate-

riële schade kan leiden.

Symbolen in het document

Symbool Betekenis

Informatie voor de vakman

Informatie voor de gebruiker



Voorwaarde voor een handeling



Te verrichten handeling (één stap)

1., 2., 3., … Genummerde stap binnen een te

verrichten handeling die uit meerde-

re stappen bestaat. Neem de volg-

orde in acht.

Aanvullende informatie, bijv. tip voor

makkelijker werken, verwijzing naar

normen



Verwijzing naar gedetailleerdere in-

formatie op een andere plaats in de-

ze handleiding of in een ander do-

cument

 Opsomming

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

1.4 Contact

Actuele adressen voor de aankoop van toebehoren,

voor service of voor het beantwoorden van vragen

over het apparaat en deze handleiding kunt u altijd op

internet vinden:

 Duitsland: www.alpha-innotec.de

 EU: www.alpha-innotec.com

2 Veiligheid

Gebruik het apparaat uitsluitend in technisch onberis-

pelijke toestand, voor het beoogde doel, veiligheids-

en risicobewust en met inachtneming van deze hand-

leiding.

2.1 Beoogd gebruik

Het apparaat is uitsluitend voor de volgende functies

bedoeld:

 Verwarmen

 Bereiding van warm drinkwater

 Koelen (optie, met toebehoren)

 In het kader van het beoogde gebruik dienen de

bedrijfsvoorwaarden ( “Technische gegevens /

leveringsomvang”, vanaf pagina 28) alsmede

de handleiding en andere geldende documenten

in acht te worden genomen.

 Neem bij het gebruik de lokale voorschriften in

acht: wetten, normen, richtlijnen.

Ieder ander gebruik van het apparaat geldt als onei-

genlijk.

2.2 

De bij de levering inbegrepen installatie- en gebrui-

kershandleidingen zijn gericht op alle gebruikers van

het product.

De bediening via de verwarmings- en warmtepompre-

gelaar en werkzaamheden aan het product die voor

eindklanten / exploitanten bestemd zijn, zijn voor al-

le leeftijdsgroepen van personen geschikt, die de acti-

viteiten en daaruit resulterende gevolgen begrijpen en

de noodzakelijke werkzaamheden kunnen uitvoeren.

Kinderen en volwassenen die niet ervaren zijn in de

omgang met het product en de noodzakelijke activitei-

ten en daaruit resulterende gevolgen niet begrijpen,

moeten door personen die de omgang met het product

begrijpen en voor de veiligheid verantwoordelijk zijn,

opgeleid en indien nodig gecontroleerd worden.

Kinderen mogen niet met het product spelen.

      -

soneel geopend worden.

Alle instruerende informatie in deze handleiding is uit-



      

werkzaamheden aan het apparaat veilig en correct uit

      -

soneel bestaat het risico op levensgevaarlijk letsel en

materiële schade.

 Verzeker u ervan dat het personeel vertrouwd is

met de lokale voorschriften, met name op het ge-

bied van veilig en risicobewust werken.

 Laat werkzaamheden aan de elektriciteit en elek-

tronica alleen uitvoeren door vakpersoneel met

een opleiding in ‘elektriciteit’.

 Laat andere werkzaamheden aan de installatie al-



bijv.

 verwarmingsinstallateur

 sanitairmonteur

 koelmonteur (onderhoud)

Binnen de garantieperiode mogen service- en repa-

ratiewerkzaamheden alleen worden uitgevoerd door

personeel dat door de fabrikant is geautoriseerd.

2.3 Persoonlijke

beschermingsmiddelen

Aan scherpe apparaatranden bestaat gevaar voor snij-

wonden aan de handen.

 Draag bij het transport snijvaste veiligheidshand-

schoenen.

2.4 Restrisico’s

Letsel door elektrische stroom

Bepaalde componenten in het apparaat staan onder

levensgevaarlijke spanning. Alvorens de bekleding

van het apparaat te openen:

 Schakel het apparaat spanningsvrij.

 Beveilig het apparaat tegen opnieuw inschakelen.

 Voor PWZSV-apparaten: Restspanning op de in-

verter. Wacht 90 seconden alvorens het apparaat

te openen.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Aanwezige aardingsverbindingen binnen behuizingen

of op montageplaten mogen niet gewijzigd worden. In-

dien dit desondanks nodig is bij reparatie- of montage-

werkzaamheden:

 Breng de aardaansluitingen na voltooiing van de

werkzaamheden weer in de originele toestand.



explosieve atmosfeer

Sommige bestanddelen van antivriesmengsels, bijv.

ethanol of methanol, zijn licht ontvlambaar en vormen

een explosieve atmosfeer.

 Meng antivriesmiddelen daarom in goed geventi-

leerde ruimten.

 Neem de markeringen met betrekking tot de ge-

-

heidsbepalingen na.

Letsel en milieuschade door koudemiddel

Het apparaat bevat koudemiddel dat gevaarlijk is voor

de gezondheid en het milieu. Indien koudemiddel uit

het apparaat lekt:

1. Schakel het apparaat uit.

2. Ventileer de opstellingsruimte goed.

3. Stel de geautoriseerde klantenservice op de

hoogte.

2.5 Verwijdering

Batterijen

-

delijk voor het milieu.

     

overeenstemming met de lokale voorschriften.

Milieugevaarlijke media

Een onjuiste verwijdering van milieugevaarlijke media

(antivriesmiddel, koudemiddel) is schadelijk voor het

milieu.

 Vang de media veilig op.

 Verwijder de media milieuvriendelijk in overeen-

stemming met de lokale voorschriften.

2.6 Vermijden van materiële schade

Buitenbedrijfstelling/verwarming legen

Als het systeem/de warmtepomp buiten bedrijf wordt

gesteld of wordt geleegd nadat dit/deze al was ge-

vuld, moet ervoor worden gezorgd dat de condensor

en eventueel aanwezige warmtewisselaars in het ge-

val van vorst volledig zijn geleegd. Restwater in warm-

tewisselaars en condensor kan schade aan de com-

ponenten tot gevolg hebben.

 Leeg het systeem en de condensor volledig, open

de ontluchtingsventielen.

 Blaas indien nodig uit met perslucht.

Ondeskundige werkwijze

Voorwaarden voor een minimalisering van steen- en

corrosieschade in warmwaterverwarmingsinstallaties:

 Vakkundige planning en ingebruikname

 Corrosietechnisch gesloten installatie

 Integratie van een voldoende gedimensioneerde

drukhouder

 Gebruik van gedemineraliseerd verwarmingswa-

ter (VE-water) of met water overeenkomstig VDI

2035

 Regelmatig onderhoud en service

Indien een installatie niet onder de genoemde voor-

waarden gepland, in bedrijf gesteld en gebruikt wordt,

bestaat er risico op de volgende beschadigingen en

storingen:

 Storingen en uitval van onderdelen en componen-

ten, bijv. pompen, kleppen

 Interne en externe lekkage, bijv. aan warmtewis-

selaars

 Verkleining van doorsneden en verstopping van

onderdelen, bijv. warmtewisselaars, buisleidin-

gen, pompen

 Materiaalmoeheid

 Vorming van gasbellen en gaskussens (cavitatie)

 Vermindering van de warmteoverdracht, bijv. door

vorming van aanslag, afzettingen, en daarmee

samenhangende geluiden, bijv. kookgeluiden,

stroomgeluiden

 Neem bij alle werkzaamheden aan en met het ap-

paraat de informatie in deze handleiding in acht.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Ongeschikte kwaliteit van het vul- en

aanvullende water in het verwarmingscircuit

Het rendement van de installatie en de levensduur van

de warmteopwekker en de verwarmingscomponenten

hangen in belangrijke mate af van de kwaliteit van het

verwarmingswater.

Wanneer de installatie met onbehandeld drinkwater

wordt gevuld, slaat calcium als ketelsteen neer. Aan

de warmteoverdrachtsvlakken van de verwarming ont-

staat dan kalkaanslag. Hierdoor daalt het rendement

en stijgen de energiekosten. In extreme gevallen wor-

den de warmtewisselaars beschadigd.

 Vul de installatie uitsluitend met gedemineralise-

erd verwarmingswater (VE-water) of met water

overeenkomstig VDI 2035 (zoutarme werkwijze

van de installatie).

Ongeschikte kwaliteit van het water of het



 Zorg ervoor dat de elektrische geleidbaarheid van

het drinkwater ten minste 100 /cm bedraagt en

dat het drinkwater binnen de drinkwaterkwaliteit ligt.

Ongeschikte kwaliteit van het water-

antivriesmengsel in de warmtebron

PWZS apparaten

 Het gebruik van zuiver water met een vlakkeplaat-

collector of een boorsonde is niet toegestaan.

 Zorg er bij gebruik van de warmtebron met wa-

ter of een water-antivriesmengsel voor dat het ge-

bruikte water voldoet aan de kwaliteitseisen voor

de verwarmingswaterzijde.

 “7 Spoelen, vullen en ontluchten”, pagina 20

PWZSV apparaten

 Het gebruik van zuiver water in de warmtebron is

niet toegestaan.

 Zorg er bij gebruik van de warmtebron met een

water-antivriesmengsel voor dat het gebruikte wa-

ter voldoet aan de kwaliteitseisen voor de verwar-

mingswaterzijde.

 “7 Spoelen, vullen en ontluchten”, pagina 20

3 Beschrijving

3.1 Opbouw

AANWIJZING

In dit hoofdstuk worden de componenten ge-

noemd die relevant zijn voor het uitvoeren van

de in deze handleiding beschreven taken.

Warmtecentrale

1 Overstortventiel

2 Ontluchter (2x)

3 3-wegomschakelklep verwarmingscircuit/

warm water

4 Elektrische schakelkast

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

 

 

7 Modulekast

8 Circulatiepomp verwarmingscircuit/warm

water

9 Elektrisch verwarmingselement

10 Handmatige vermogensregeling elektrisch

verwarmingselement (MLRH)

Typeplaatje

Op de volgende plaatsen zijn typeplaatjes op het ap-

paraat aangebracht:

 bovenaan op de warmtecentrale

 links op de modulekast

Het typeplaatje bevat helemaal bovenaan de volgen-

de informatie:

 apparaattype, artikelnummer

 serienummer, apparaatindex

Verder bevat het typeplaatje een overzicht van de be-

langrijkste technische gegevens.

Modulekast

1 Draaglussen

2 Warmtebroningang

3 Warmtebronuitgang

4 Verwarmingsretour

5 Flexibele koppeling

6 Verdamper

7 Circulatiepomp warmtebron

8 Vul-/aftapkraan warmtebron

9 Vul-/aftapkraan verwarming

10 Compressor

11 Condensor

12 Verwarmingsaanvoer

AANWIJZING

Bij alle KFE-kogelkranen zijn de slangaan-

sluitingen niet bij de levering inbegrepen.

Bedieningseenheid

In de bijgeleverde verpakking bevinden zich:

1 wandhouder

2 bedienings element met bevestigingsplaat

3 deksel

Aansluitingen

1 Aansluiting voor ruimtebedieningseenheid

RBE RS 485 (accessoires)

2 RJ45 aansluiting voor kabel op netwerk

3 Aansluiting voor LIN-buskabel naar

regelaarprintplaat

4 RJ45 aansluiting niet toegewezen

3.2 Toebehoren

Voor het apparaat is het volgende toebehoren verkrijg-

baar via de lokale partner van de fabrikant:

 “koelpakket” voor uitbreiding van apparaten van

het type H met een koelfunctie

 ruimtethermostaat voor het schakelen van de

koelfunctie (indien geïnstalleerd)

 dauwpuntbewaking voor beveiliging van een sys-

teem met koelfunctie bij lage aanvoertemperaturen

 uitbreidingsprintplaat

 zwerfstroomanode

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

3.3 Werking

Vloeibaar koudemiddel wordt verdampt (verdamper);

de energie voor dit proces is milieuwarmte en komt uit

de warmtebron ‘aardbodem’ (collector, aardsonde of

grondwater via een tussenwisselaar). Het gasvormi-

ge koudemiddel wordt gecomprimeerd (compressor);

hierbij stijgt de druk en dus ook de temperatuur. Het

gasvormige koudemiddel met hoge temperatuur wordt

gecondenseerd (condensor).

Hierbij wordt de hoge temperatuur aan het verwar-

mingswater afgegeven en in het verwarmingscircuit

benut. Het vloeibare koudemiddel met hoge druk en

hoge temperatuur wordt ontspannen (expansieklep).

De druk en temperatuur dalen en het proces begint

opnieuw.

Door de geïntegreerde omschakelklep en de geïnte-

-

warmde verwarmingswater worden gebruikt voor de

warmdrinkwaterlading of de gebouwverwarming. De

benodigde temperaturen en het gebruik worden door

de warmtepompregelaar bestuurd. Een eventueel be-

nodigde naverwarming, ondersteuning van de vloer-

verwarming of verhoging van de warmdrinkwatertem-

peratuur zijn mogelijk met het geïntegreerde elektri-

sche verwarmingselement, dat indien nodig door de

warmtepompregelaar wordt aangestuurd.

Een geïntegreerd overstortventiel zorgt ervoor dat

de warmtepomp bij het sluiten van alle verwarmings-

circuits niet in hogedrukstoring gaat. Door de geïnte-



en warmtebron wordt vermeden dat contactgeluiden

en trillingen op de vaste leidingen en dus op het ge-

bouw worden overgedragen.

Koeling

Apparaten van het type H kunnen met het toebeho-

ren ‘koelpakket’ worden uitgebreid. Bij apparaten met

koelfunctie bestaan de volgende mogelijkheden ( ge-

bruiksaanwijzing van de verwarmings- en warmtepom-

pregelaar):

 passieve koeling (zonder compressor)

 besturing van de koelfunctie via de verwarmings-

en warmtepompregelaar

 automatische omschakeling tussen verwarmings-

en koelmodus

Netwerkaansluiting aan het

bedieningselement

Het bedieningselement kan via een netwerkkabel met

een computer of netwerk worden verbonden. De ver-

warmings- en warmtepompregelaar kan dan door de

computer of vanuit het netwerk worden bestuurd.

4 Bedrijf en onderhoud

AANWIJZING

Het apparaat wordt via het bedieningselement

van de verwarmings- en warmtepompregelaar

bediend ( gebruiksaanwijzing van de verwar-

mings- en warmtepompregelaar).

4.1 Energie- en milieubewust bedrijf

Ook bij het gebruik van een brine-waterwarmtepomp

blijven de algemeen geldende voorwaarden voor een

energie- en milieubewust bedrijf van een verwar-

mingsinstallatie onveranderd van kracht. Tot de be-

langrijkste maatregelen behoren:

 geen onnodig hoge aanvoertemperatuur

 geen onnodig hoge warmdrinkwatertemperatuur

(neem de lokale voorschriften in acht)

 de ramen niet continu op een kier/in kiepstand

zetten (ventileren), maar korte tijd helemaal ope-

nen (luchten)

4.2 Onderhoud

Het apparaat slechts aan de buitenzijde schoonvegen

met een vochtige doek of een doek en een milde rei-

niger (afwasmiddel, neutrale reiniger). Gebruik geen

agressieve, schurende, zuur- of chloorhoudende reini-

gingsmiddelen.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

5 Levering, opslag, transport en

opstelling

LET OP

Beschadiging van de kast en de apparaatcompo-

nenten door zware voorwerpen.

 Zet geen voorwerpen op het apparaat die zwaar-

der zijn dan 30 kg.

5.1 Leveringsomvang

AANWIJZING

      

pakketten op de kast.

 Controleer de levering direct na ontvangst op ui-

terlijke schade en volledigheid.

 Bij eventuele gebreken dient u direct bij de leve-

rancier te reclameren.

Het extra pakket bevat:

 sticker met het apparaatnummer om aan te bren-

gen op pagina 3 van deze handleiding

 Bedieningseenheid, bestaande uit:

wandhouder, deksel, bedieningselement (+ be-

vestigingsplaat)

voor wandmontage: 3 schroeven en 3 pluggen

voor montage op het apparaat: 4 schroeven, 2

kabelbinders, trekontlasting

 Veiligheidsklep, buitensensor

 klemschroefverbindingen (Montage klemring al-

leen met koperbuis toegestaan!)

 Reserveonderdelen bij demontage modulekast:

 isolatieslangen (2x)

 kabelbinders (4x)

 O-ringen (6x), vlakke afdichting (1x)

 kogelkranen met vul- en aftapinrichting

5.2 Opslag

 Pak het apparaat indien mogelijk pas kort voor de

montage uit.

 Bescherm het apparaat tijdens de opslag tegen:

 vocht

 vorst

 stof en vuil

5.3 Uitpakken en transport

AANWIJZING

De modulkast kan worden verwijderd voor

transport ( “Modulekast demonteren”, pa-

gina 11).

Instructies voor een veilig transport

De warmtecentrale en de modulekast zijn zwaar

( “Technische gegevens / leveringsomvang”, vanaf

pagina 28). Er bestaat gevaar voor letsel en materiële

schade, indien de kast met de apparaatcomponenten valt

of omvalt of indien de modulekast valt.

 De warmtecentrale en de modulekast dienen

daarom met meerdere personen te worden ge-

transporteerd en opgesteld.

 Beveilig de warmtecentrale tijdens het transport.

Draag de modulekast aan de draaglussen.

Aan scherpe apparaatranden bestaat gevaar voor snij-

wonden aan de handen.

 Draag snijvaste veiligheidshandschoenen.

De hydraulische aansluitingen zijn niet op mechani-

sche belastingen berekend.

 Het apparaat mag daarom niet aan de hydrauli-

sche aansluitingen worden opgetild of getrans-

porteerd.

Indien de modulekast meer dan 45° wordt gekanteld,

loopt compressorolie in het koelcircuit.

 Kantel het apparaat met ingebouwde modulekast

niet meer dan 45°.

Transporteer het apparaat bij voorkeur met een pallet-

wagen of eventueel met een steekwagen.

Transport met een palletwagen

 Transporteer het apparaat verpakt en op een hou-

ten pallet bevestigd naar de opstellingsplaats.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Uitpakken

AANWIJZING

Indien het apparaat niet met een palletwagen

wordt getransporteerd, mag het pas na het

uitpakken en demonteren van de kastpanelen

van de pallet worden getild.

1. Verwijder de plastic folies. Let erop dat het appa-

raat hierbij niet wordt beschadigd.

2. Verwijder de bevestigingshoeken en het trans-

port- en verpakkingsmateriaal milieuvriendelijk

in overeenstemming met de lokale voorschriften.

3. Verwijder op de opstellingsplaats de folie van het

kunststof element van het frontpaneel.

Demonteren van de kastpanelen voor

transport met steekwagen of dragen

 Het apparaat is uitgepakt ( “Uitpakken”, pa-

gina 10).

Om beschadigingen van de kastpanelen te voorkomen:

1. Draai 2 schroeven beneden aan het frontpa-

neel los.

Licht het frontpaneel naar boven uit en zet het

neer op een veilige plek.

2. Draai 3 schroeven het rechter zijpaneel los.

Licht de zijpaneel naar boven en zet ze op een

veilige plek neer.

3. Draai 3 schroeven het linker zijpaneel los.

Licht de zijpaneel naar boven en zet ze op een

veilige plek neer.

Transport met een steekwagen

AANWIJZING

 Bij het transport met een steekwagen moet

de modulekast ingeschoven zijn.

 De volgende afbeelding met de steekwa-

gen toont het transport van het apparaat

op de linkerzijde; het kan echter ook op de

rechterzijde worden getransporteerd.

 De kastpanelen zijn gedemonteerd.

Om beschadigingen te voorkomen: laad het apparaat

uitsluitend zijwaarts op de steekwagen.

807270

Transporteer het apparaat op de steekwagen.

Dragen van het apparaat

 De kastpanelen zijn gedemonteerd.

1. Demonteer de modulekast ( “Modulekast de-

monteren”, pagina 11) en draag deze aan de

draaglussen naar de opstellingsplaats.

2. Draag de kast met de apparaatcomponenten

apart naar de opstellingsplaats.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

5.4 Opstelling

Eisen aan de opstellingsruimte en -plaats

AANWIJZING

Neem voor de eisen aan de opstellingsruimte

en -plaats de lokale voorschriften en normen

in acht. De tabel vermeldt de in Duitsland gel-

dende voorschriften volgens EN 378-1.

Koudemiddel Grenswaarde [kg/m³]

R 134a 0,25

R 404A 0,52

R 407C 0,31

R 410A 0,44

R 448A 0,39

 ‘Technische gegevens/leverings omvang’, hoofdstuk

‘Algemene gegevens toestel’.

Minimale ruimtevolume =

Koudemiddelvolume [kg]

Grenswaarde [kg/m³]

AANWIJZING

Indien meerdere warmtepompen van hetzelfde

type worden opgesteld, hoeft slechts met één

warmtepomp rekening te worden gehouden.

Indien meerdere warmtepompen van verschil-

lende typen worden opgesteld, hoeft slechts

rekening te worden gehouden met de warmte-

pomp met de grootste koudemiddelinhoud.

 Het minimale ruimtevolume komt overeen met de

eisen voor het gebruikte koudemiddel.

 Opstelling alleen binnen in een gebouw.

 De opstellingsruimte is droog en vorstvrij.

 De afstanden zijn in acht genomen

 “Opstellingsschema’s”, vanaf pagina 47

 De ondergrond is geschikt voor de opstelling van

het apparaat:

 

 voldoende draagvermogen voor het gewicht

van het apparaat

Apparaat uitlijnen

 Het apparaat dient door middel van de in hoogte

verstelbare poten op de opstellingsplaats stabiel

en waterpas te worden uitgelijnd met behulp van

een moersleutel SW 13. Verstelbereik: 25 mm.

6 Montage en aansluiting

6.1 Modulekast demonteren

LET OP

Indien de modulekast meer dan 45° wordt gekan-

teld, loopt compressorolie in het koelcircuit.

 Kantel de modulekast niet meer dan 45°.

In de modulekast is het complete koudecircuit van de

warmtecentrale ondergebracht.

De modulekast kan worden uitgetrokken, om service-

werkzaamheden en het transport te vergemakkelijken.

1. Verwijder het frontpaneel door onderaan beide

schroeven los te draaien en het frontpaneel naar

boven uit te lichten. Zet het veilig neer.

LET OP

Alleen voor het geval dat de warmtepomp al

aangesloten en met water gevuld is: sluit de

afsluiters. Maak de modulekast leeg.

Afsluiters

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

2. Koppel eerst de elektrische aansluitingen los.

Bij 400V-apparaten:

trek de stekkers uit elkaar.

Bij 230V-apparaten

moet u eerst de afdekking van de schakelkast

verwijderen. De grote witte stekker zit onderaan

en moet naar onderen eraf getrokken worden.

Verder zoals bij 400V-apparaten.

3. Verwijder de isolatie aan de buizen links- en

rechtsachter (retour en aanvoer brine) door de ka-

belbinders door te snijden en de isolatieslangen

weg te nemen.

4. Koppel de hydrauliek los.

Verwijder de klemmen.

1 Klemmen

5.       

buizen zo ver mogelijk naar beneden te duwen,

om zo de verbinding uiteen te halen.

Vooraan links moet de verwarmingsaanvoer uit el-

kaar worden geschroefd.

Til de moer zo op bij het verwijderen van de mo-

dulekast, dat de buizen niet worden beschadigd.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

6. Draai de beide schroeven aan de zijkanten los.

7. Kantel de verwarmingsaansluitingen naar de

warmtepomp om de modulekast gemakkelijker er-

uit te kunnen trekken.

8. Pak de modulekast onderaan vast en trek deze

naar voren, tot de draaglussen bereikbaar zijn.

9. Om de vloer te beschermen en de modulekast (③)

gemakkelijker te kunnen bewegen: leg er planken

(④) onder, bijv. van het verpakkingsmateriaal.

10. Til de moer (①) aan de verwarmingsaanvoer op en

houd deze in deze positie vast.

11. Trek de modulekast aan de draaglussen (②) lang-

zaam en voorzichtig uit het apparaat.

LET OP

Let erop dat hierbij geen buizen worden be-

schadigd.

12. Trek de modulekast helemaal uit en zet deze op

de planken.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

6.3 Montage van de

hydraulische aansluitingen

LET OP

De warmtebroninstallatie moet volgens de

richtlijnen van het planningshandboek wor-

den uit gevoerd.

 Planningshandboek / hydraulische integratie



Aansluitingen warmtebronnen en verwarmingszij-

de, zie

“Afbeeldingen maten”, pagina 45, en

“Opstellingsschema’s”, vanaf pagina 47

AANWIJZING

De warmtebron kan bovenaan, rechts of links

worden aangesloten.

Als de warmtebron aan de zijkant wordt aangesloten,

kunnen de kabels tot een restlengte van ten minste

250 mm van de rand van het apparaat worden afges-

neden

 “Afbeeldingen maten”, pagina 45

LET OP

Beschadiging van de koperen leidingen door ontoe-

laatbare belasting!

 Beveilig alle aansluitingen tegen verdraaiing.

 De warmtebroninstallatie is volgens de voorschrif-

ten uitgevoerd ( planningshandboek, maat-

schetsen, opstellingsschema’s).

 De diameters en lengtes van de buizen van het

verwarmingscircuit en de warmtebron zijn vol-

doende gedimensioneerd.

 De vrije opvoerhoogte van de circulatiepom-

pen brengt ten minste de voor dit apparaattype

vereiste minimale doorstroomhoeveelheid op

( “Technische gegevens / leveringsomvang”,

vanaf pagina 28).

 De leidingen voor de warmtebron en de verwar-

ming zijn via een vast punt aan de wand of het

plafond bevestigd.

6.2 Modulekast inbouwen

Voer de montage van de modulekast in omgekeerde

volgorde uit.

 Bij het opnieuw monteren, dienen de beschik-

bare O-ringen aan de warmtepompaansluitin-

gen te worden vervangen door de bijgeleverde

O-ringen.

 Wij adviseren om eerst de beide schroeven

aan te brengen, voordat de buizen weer in el-

kaar worden gestoken.

 De buizen moeten opnieuw worden geïso-

leerd. Gebruik hiervoor de bijgeleverde isola-

tieslangen.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

6.4 Elektrische aansluitingen tot

stand brengen

LET OP

Vernieling van de compressor door een verkeerd

draaiveld!

 Verzeker u ervan dat voor de voedingsstroom een

rechts draaiveld beschikbaar is.

Fundamentele informatie over de elektrische

aansluiting

AANWIJZING

Zorg ervoor dat het apparaat te allen tijde met

stroom wordt gevoed. Na werkzaamheden

binnen in het apparaat en na het aanbrengen

van de apparaatpanelen moet de elektrische

voeding direct weer worden ingeschakeld.

 Voor elektrische aansluitingen gelden eventueel

voorschriften van het lokale energiebedrijf

 De stroomvoorziening van de warmtepomp moet

uitgerust zijn met een vermogensschakelaar vol-

gens IEC 60947-2 die op alle polen is aangeslo-

ten en een afstand van ten minste 3 mm tussen

de contacten heeft

 Let op de waarde van de uitschakelstroom

( “Technische gegevens / leveringsomvang”,

vanaf pagina 28)

 Neem de voorschriften voor elektromagnetische

compatibiliteit (EMC) in acht

 Leg niet-afgeschermde elektriciteitsleidingen

en afgeschermde leidingen (buskabels) op vol-

doende afstand (> 100 mm)

 Maximale kabellengte: 30 m.

De LIN-buskabel moet een afgeschermde kabel

van minimaal 4 x 0,5 mm² zijn

Klemringschroefverbindingen en kogelkranen

monteren

LET OP

Lekkage of breuk van de wartelmoer door te hoge

krachtuitoefening!

 Draai de wartelmoer niet harder aan dan hierbe-

schreven is.

1. Controleer de buiseinden op krassen, verontreini-

gingen en vervormingen.

2. Controleer de correcte positie van de klemring op



3.          

aan de aanslag.

4. Draai de wartelmoer handvast aan en breng een

watervaste markering aan.

5. 

6. Controleer de verbinding op dichtheid.

Indien de verbinding niet dicht is:

1. Maak de verbinding weer los en controleer de

buis op beschadiging.

2. Draai de wartelmoer handvast aan en haal deze





een klempositie bevindt.

Het apparaat op warmtebron,

drinkwaterleidingen en verwarmingscircuit

aansluiten

1. Monteer afsluiters aan de aansluitingen van het

warmtebron- en verwarmingscircuit.

2. Breng op het hoogste punt van de warmtebron en

het verwarmingscircuit een ontluchter aan.

3. Aanbeveling: monteer aan de ingang van de



4.     -

stemming met de lokale voorschriften aan.

5. Aanbeveling: Monteer een expansievat met door-

stroomarmatuur, om drukschommelingen en wa-

terslagen te compenseren en onnodig waterver-

lies te voorkomen.

6. Zorg ervoor dat de bedrijfsoverdruk ( “Techni-

sche gegevens / leveringsomvang”, vanaf pagi-

na 28) in acht wordt genomen. Monteer indien

nodig een drukregelaar.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Omklemmen 1 x kabel / 3 x kabel

1. De voorgeïnstalleerde lastkabel naar voren uit-

trekken en tegelijkertijd 3x lastkabel bovenaan

naar binnen trekken.

2. Voor geschikte beveiligingen zorgen, naargelang

de aansluiting.

3. Afzonderlijke draden volgens de instructies (zie

rechts) aansluiten.

X10

1 Regeling elektrisch verwarmingselement

X10 Aansluitklem (voorbeeld H3S)

X9 Aansluitklem

2 Handmatige vermogensregeling

elektrisch verwarmingselement (MLRH)

3 Elektrisch verwarmingselement

Kabels en leidingen naar binnen trekken en

verbindingen tot stand brengen

1. Alle kabels naar externe verbruikers moeten wor-

den gestript, voor ze in de kabelgoot van de scha-

kelkast worden gelegd.

2. De elektrische schakelkast openen:

 Draai de 2 schroeven aan de bovenzijde van de

afdekplaat van de elektrische schakelkast los

 Neem de afdekplaat weg

3. De regel-/sensorleidingen en voedingsleiding van

het apparaat installeren en aansluiten:

 Breng de leidingen uitsluitend via de loze leidin-

gen (①) en (②) aan de bovenzijde in het appa-

raat

AANWIJZING

De afbeelding toont een apparaatvariant zon-

der koeling.

4. Steek de leidingen onderaan door de kabelope-

ningen in de schakelkast.

5. 

( “Aansluitschema‘s”, vanaf pagina 52, en

“Stroomschema‘s”, vanaf pagina 55).

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

PWZSV 62H3S

1 toevoerleiding

externe bedrading interne bedrading

L1 1L1

L2 1L2

L3 1L3

1N1

1N2

1N3

N N

PE PE

X10

3 toevoerleidingen

externe bedrading interne bedrading

PE besturing PE

L1 verwarmingselement 1L1

L besturing L

L2 compressor L2

L2 verwarmingselement 1L2

L3 verwarmingselement 1L3

N compressor 1N

1N1

1N2

1N3

N besturing N

PE compressor PE

PE verwarmingselement PE

X10

= Brug

4. Als alle elektrische aansluitingswerkzaamheden

voltooid zijn, de schakelkast binnen in het appa-

raat afsluiten.

5. Sluit het voorpaneel van het apparaat, indien er

niet meteen nog andere installatiewerkzaamhe-

den in het apparaat moeten worden uitgevoerd.

PWZS...H3S, PWZSV 122H3S,

PWZSV 162H3S

1 toevoerleiding

externe bedrading interne bedrading

L1 L1

1L1

L2 L2

1L2

L3 L3

1L3

N 1N1

1N2

1N3

PE PE

X10

3 toevoerleidingen

externe bedrading interne bedrading

PE besturing PE

L1 compressor L1

L1 verwarmingselement 1L1

L besturing L

L2 compressor L2

L2 verwarmingselement 1L2

L3 compressor L3

L3 verwarmingselement 1L3

N verwarmingselement 1N1

1N2

1N3

N besturing N

PE compressor PE

PE verwarmingselement PE

X10

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Besturing elektrisch

verwarmingselement

AANWIJZING

Het elektrisch verwarmingselement is in stappen van 0,5 kW instelbaar.

Beveiligingen warmtepomp

De onderstaande beveiligingen gelden alleen voor de toestand bij levering. Indien extra verbruikers op de regelaar

worden aangesloten, moet altijd de maximale beveiliging worden gebruikt.

De instelling van het verwarmingselement wordt gedaan in de regelaar onder „Systeeminstellingen“.

3~400V

WP-vermogen Compressor-stroom C10 C16 C20 C25

4 kW 4,8

3500 W 7500 W 9000 W 9000 W

6 kW 5

3500 W 7500 W 9000 W 9000 W

8 kW 6

3000 W 7000 W 8000 W 9000 W

9 kW 12

X 3000 W 4500 W 7500 W

10 kW 7,6

2500 W 6000 W 7500 W 9000 W

12 kW 9,5

X 6000 W 6500 W 9000 W

2-6 kW 12

X 3000 W 4500 W 7500 W

3-12 kW 9

X 5000 W 6500 W 9000 W

4-16 kW 10

X 4500 W 6000 W 8500 W

1~230V: alleen elektrisch verwarmingselement

B20 Stroom B25 Stroom B32 Stroom B40 Stroom B50 Stroom

3500

17,75 A 4500

22,83

6000

30,43

7500

3804,00

9000

45,65

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

LET OP

Monteer de wandhouder met bedienings-

element alleen verticaal op een wand!

2. Bevestig de wandhouder met behulp van het bij-

geleverde 3 schroeven (en pluggen).

 “Wandmontage”, pagina 46

3. Het bedieningselement op de wandhouder steken.

4. De LIN-buskabel wordt bovenaan rechts aan de

achterzijde uit de warmtepomp geleid en onder-

aan in het bedieningselement gestoken.

 “Aansluitingen”, pagina 7

Montage op het apparaat

1. Het frontpaneel verwijderen.

LET op

Het frontpaneel moet worden verwijderd, om

beschadigingen in het apparaat te voorko-

men!

2. De 4 gaten met de wandhouder aftekenen en

door het deksel boren.

 “Montage op het apparaat”, pagina 46

6.5 Montage van het

bedieningselement

Wanneer de warmtepomp bedrijfsklaar is, moet het

bedieningselement aan de wand (①) of vooraan op het

apparaat (②) worden bevestigd.

Hiervoor moet de bevestigingsplaat van het bedie-

ningselement worden losgemaakt, zodat het op de

wandhouder kan worden gestoken.

Wandmontage

1. De kabel wordt ofwel in de wand gelegd (bijv. in-

bouwdoos), ofwel door de onderzijde.

Voor de kabelgeleiding van de onderzijde moet

u de plastic strip (gearceerd oppervlak) van de

wandhouder afbreken.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

7 Spoelen, vullen en ontluchten

7.1 Het frontpaneel van de

modulekast verwijderen

 Schroef het frontpaneel van de modulekast los.

7. 2 Warmtebron vullen, spoelen

en ontluchten

In de warmtebron moet vorstbeveiliging gegarandeerd

zijn.

Toegestaan zijn antivriesmiddelen op basis van:

 monopropyleenglycol

 mono-ethyleenglycol

 ethanol

 methanol

Antivriesmiddelen op zoutbasis zijn niet toegestaan.

 Bij de keuze van het antivriesmiddel ervoor zor-

gen dat de compatibiliteit met de volgende materi-

alen gewaarborgd is:

 messing (CW602N en CW614N)

 roestvrij staal (AISI304, AISI316 en AISI316L)

 koper (Cu-DHP CW024A – EN1652)

 gietijzer (EN-GJL-150)

 composiet (PES 30% GF)

 EPDM (ethyleen-propyleen-dien-rubber)

 

 

3. Het gat voor de kabeldoorvoer boren en het door-

voerbuisje (bijgeleverd) aanbrengen.

4. De wandhouder met de bijgeleverde 4 schroeven

bevestigen.

5. Het bedieningselement op de houder steken.

6. De reeds bevestigde LIN-buskabel en, optioneel,

de RBE- en netwerkkabel over de houder leggen

en met kabelbinders (bijgeleverd) bevestigen.

7. De kabel(s) zo afkorten (ca. 1 m), dat het frontpa-

neel nog links of rechts kan worden neergezet.

De LIN-buskabel moet ca. 10 cm korter zijn dan

de andere kabels.

8. Het deksel op de houder bevestigen.

Als de werkzaamheden voltooid zijn, kan het deksel op

de houder van de bedieningselement worden aange-

bracht.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

7.3 Ontluchten van de circulatiepomp

van de warmtebron

 Het frontpaneel van de modulekast is verwijderd.

1. Plaats een bak onder de pomp, om de weglopen-

de vloeistof op te vangen.

2. Draai de ontluchtingsschroef (①) in het midden

van de circulatiepomp van de warmtebron los.

3. Wacht tot er gelijkmatig vloeistof uitloopt.

4. Draai de ontluchtingsschroef (①) in het midden

van de circulatiepomp van de warmtebron weer

vast.

5. Schroef het frontpaneel van de modulekast vast.

6. Verwijder de opgevangen vloeistof in overeen-

stemming met de lokale voorschriften.

7. Stel de installatiedruk op 1 bar in.

Als een antivriesmiddel niet compatibel is met een

van deze materialen, dan mag het niet gebruikt

worden.

Antivriesmiddelen uit ons productassortiment zijn

in relatie tot onze apparaten en de door ons aange-

kochte accessoires onschadelijk en garanderen de

compatibiliteit met de opgesomde materialen.

 Bij de keuze van het antivriesmiddel op de druk-

verliezen letten.

 Het gekozen en gebruikte antivriesmiddel moet

-

riteiten en waterstaatsinstanties voldoen.

WAARSCHUWING

Methanol en ethanol kunnen brandbare en

explosieve gassen verspreiden. Daarom

dienen de voor antivriesmiddelen gelden-

de veiligheidsbepalingen in acht te worden

genomen!

Bij alle gebruikte antivriesmiddelen dienen

de markeringen met betrekking tot de ge-

vaarlijke stoen in acht te worden geno-

men en de betreende veiligheidsbepalin-

gen te worden nageleefd.

 Ervoor zorgen dat de mengverhouding van water

en antivriesmiddel de gevraagde minimale vorst-

beschermingstemperatuur in de warmtebron ga-

randeert.

 “Technische gegevens / leveringsomvang”, vanaf

pagina 28

 Zorg er bij gebruik van de warmtebron met een

water-antivriesmengsel voor dat het gebruikte wa-

ter voldoet aan de kwaliteitseisen voor de verwar-

mingswaterzijde.

 “Kwaliteit verwarmingswater”, pagina 22

 De afvoerleiding van de veiligheidsklep is aange-

sloten.

 De ruimte is geventileerd.

1. Spoel de warmtebroninstallatie goed door.

2. Meng het antivriesmiddel zorgvuldig met water in

de vereiste verhouding, voordat de warmtebron

ermee wordt gevuld.

3. Controleer de concentratie van het water-anti-

vriesmengsel.

4. Vul de warmtebron met het water-antivriesmeng-

sel.

Vul de installatie, tot deze helemaal luchtvrij is.

5. Vul het apparaat via de kogelkranen in de modu-

lekast.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

 De afvoerleiding van de veiligheidsklep is aange-

sloten.

 Het frontpaneel van de modulekast is verwijderd.

 Let erop dat de drempeldruk van de veiligheids-

klep niet wordt overschreden.

1. Trek de beugelstift (②) aan de onderzijde van de

klepmotor (①) uit.

2. Trek de klepmotor voorzichtig naar boven van de

3 wegomschakelklep (③).

3. Draai de spil aan de 3 wegomschakelklep, zodat

de afgeronde zijde van de spil naar markering A

van de aansluitingen op de 3 wegomschakelklep

gericht is.

4. Spoel het warmdrinkwaterlaadcircuit gedurende

ca. 1 minuut.

5. Draai de spil, zodat de afgeronde zijde van de

spil naar markering B van de aansluitingen op de

3 wegomschakelklep gericht is.

6. Spoel het verwarmingscircuit grondig, tot er geen

lucht meer uit ontsnapt.

7. Zet de klepmotor (①) op de 3 wegomschakelklep

(③).

7.4 Spoelen en vullen van het

verwarmingscircuit

LET OP

Het systeem moet volledig vrij van lucht zijn,

alvorens het in bedrijf wordt gesteld.

Kwaliteit verwarmingswater

AANWIJZING

 Gedetailleerde informatie vindt u onder an-

dere in de (Duitse) VDI-richtlijn 2035 “Ver-

meidung von Schäden in Warmwasser-

heizanlagen”

 vereiste pH-waarde: 8,2 … 10;

bij aluminium materialen:

pH-waarde: 8,2 … 8,5

 Vul de installatie uitsluitend met gedemineralise-

erd verwarmingswater (VE-water) of met water

overeenkomstig VDI 2035 (zoutarme werkwijze

van de installatie).

Voordelen van de zoutarme werkwijze:

 geringe corrosieve eigenschappen

 geen vorming van ketelsteen

 ideaal voor gesloten verwarmingscircuits

 ideale pH-waarde door zelfalkalisering na het vul-

len van de installatie

 Indien de benodigde waterkwaliteit niet kan wor-

den ingesteld, de hulp van een vakbedrijf inroe-

pen, dat zich in de behandeling van verwarmings-

water gespecialiseerd heeft.

 Bewaar een installatieboek bij voor warmwater-

verwarmingsinstallaties met de relevante plan-

ningsgegevens (VDI 2035).

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

8. Steek de beugelstift (②) in de onderzijde van de

klepmotor.

9. Let erop dat de beugelstift correct is vastgeklikt:

 De klepmotor zit vast op de 3 wegomschakelklep.

 Beide punten van de beugelstift liggen op het uit-

stekende gedeelte.

 De punten van de beugelstift zijn ca. 2 mm zicht-

baar (niet veel meer!).

10. Schroef het frontpaneel van de modulekast vast.

8 

-

vrij staal en geschikt voor normaal drinkwater.

8.1 

spoelen, vullen en ontluchten

LET OP

Drinkwater moet binnen de drinkwaterkwali-

teit liggen. Een maximale chloridegehalte van

150 mg/l mag niet worden overschreden.

LET OP

Vóór met het spoelen en vullen van het warm-

    

afvoerleiding van de veiligheidsklep aange-

sloten zijn. De activeringsdruk van de veilig-

heidsklep mag niet worden overschreden.

1. Open de klep voor de koudtapwatertoevoer aan



2. Open de tapkranen van de warmtapwaterkleppen.

3. 

meer uit de kleppen aan de tapkranen komt.

4. Sluit de warmtapwaterkleppen aan de tapkranen.

9 Hydraulische aansluitingen

isoleren

1. Isoleer het verwarmingscircuit, de warmtebron en

de drinkwaterleidingen in overeenstemming met

de lokale voorschriften.

2. Open de afsluiters.

3. Voer een drukproef uit en controleer de dichtheid.

4. Isoleer de interne leidingen aan de modulekast

met het isolatiemateriaal uit het bijgeleverde extra

pakket.

5. Isoleer de externe, plaatselijke buisleidingen.

6. Isoleer alle aansluitingen, armaturen en leidingen.

7. 

8. Isoleer bij apparaten met koeling ook het verwar-



Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

10 Overstortventiel instellen

10.1 Bij PWZS-apparaten

AANWIJZING

 De handelingen in dit hoofdstuk zijn alleen

    -

zakelijk.

 Voer de werkstappen snel uit, want anders

kan de maximale retourtemperatuur wor-

den overschreden en gaat de warmtepomp

in hogedrukstoring.

 Indien de instelknop aan het overstortven-

tiel naar rechts wordt gedraaid, wordt het

temperatuurverchil (de spreiding) groter, bij

een draai naar links wordt dit kleiner.

De installatie werkt in de verwarmingsmodus (het

beste in koude toestand).

1. Bij een lage stooklijn: zet de installatie op ‘gefor-

ceerde verwarming’.

 Gebruiksaanwijzing van de verwarmings- en

warmtepompregelaar.

2. Sluit de ventielen naar het verwarmingscircuit.

3. Let erop dat de volledige volumestroom via het

overstortventiel wordt geleid.

4. Lees aan de verwarmings- en warmtepomprege-

laar de aanvoer- en retourtemperatuur af.

 Gebruiksaanwijzing van de verwarmings- en

warmtepompregelaar.

5. Draai de instelknop (②) van het overstortventiel

(①), tot de spreiding tussen aanvoer- en retour-

temperatuur als volgt is ingesteld:

 Varmekildetemperatur 0 °C: 8 K

 Varmekildetemperatur 10 °C: 10 K

6. Open de ventielen naar het verwarmingscircuit.

7. Zet de verwarmings- en warmtepompregelaar

weer terug.

10.2 Bij PWZSV-apparaten

Al in de IBN-assistent bestaat de mogelijkheid om in

 -

stortventiel in overeenstemming met het hydraulisch

systeem in te stellen.

Bevestig de IBN-assistent of:

Het menupunt “Bypassventiel instel” is standaard in-

gesteld op “Nee”. De instelfunctie voor de overstort-

ventiel is gedeactiveerd.

 Het stuursignaal UWP is de indicatie van het mo-

menteel gevraagde pompvermogen in %

 De werkelijke doorstroming is de huidige door-

stroming (meetnauwkeurigheid +/- 200 l/h)

1. Open de overstortventiel, sluit de verwarmingscir-

cuits.

2. Zet het menupunt “Bypassventiel instel” van “Nee”

op “Ja”; de circulatiepomp wordt voor 100 % aan-

gestuurd – de pomp komt op snelheid.

3. Als het stuursignaal UWP 100 % bereikt, de over-

stortventiel zo ver sluiten, dat de maximale door-

stroming kan worden gegarandeerd.

 “Technische gegevens / leveringsomvang”, vanaf

pagina 28

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

1 Overstortventiel

2 Instelknop

4. Als men het menu “Bypassventiel instel” verlaat

of na uiterlijk 1 uur schakelt de circulatiepomp

weer om naar de standaardregeling.

5. Open de ventielen naar het verwarmingscircuit.

11 Inbedrijfstelling

1. Controleer de installatie nog eens grondig en

werk de installatiechecklist af.

De installatiecontrole helpt schade aan de warm-

tepompinstallatie te voorkomen, die door een on-

vakkundige uitvoering kan ontstaan.

Controleer of

 het rechts draaiveld van de voedingsstroom

(compressor) juist is aangesloten;

 de opstelling en montage van de warmte-

centrale overeenkomstig deze installatie- en

gebruikershandleiding zijn uitgevoerd;

 de elektrische installatie vakkundig is uitge-

voerd;

 de stroomvoorziening van de warmtepomp uit-

gerust is met een vermogensschakelaar vol-

gens IEC 60947-2 die op alle polen is aange-

sloten en die een afstand van ten minste 3 mm

tussen de contacten heeft; op de waarde

van de uitschakelstroom letten;

 het verwarmingscircuit en de warmtebron

doorgespoeld, gevuld en grondig ontlucht zijn;

 alle schuiven en afsluiters van het

verwarmings circuit geopend zijn;

 de concentratie van het antivriesmiddel vol-

doende is;

 alle schuiven en afsluiters van de warmtebron

geopend zijn;

 alle leidingen en componenten van de installa-

tie dicht zijn.

2. Vul het opleveringsprotocol voor warmtepompin-

stallaties zorgvuldig in en onderteken het.

3. In Duitsland:

Stuur het opleveringsprotocol voor warmtepom-

pinstallaties en de installatiechecklist naar de

klantenservice van de fabrikant.

In andere landen:

Stuur het opleveringsprotocol voor warmtepomp-

installaties en de installatiechecklist naar de loka-

le partner van de fabrikant.

4. De inbedrijfstelling van de warmtepompinstallatie

wordt door onderhoudspersoneel uitgevoerd dat

door de fabrikant daartoe is geautoriseerd. Hier

zijn kosten mee verbonden!

De eerste vulling en de eerste inbedrijfstelling van het

   

vakmensen worden uitgevoerd.

Controleer of

 -

vat geopend is.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

12 Onderhoud

AANWIJZING

Wij adviseren een onderhoudsovereenkomst

af te sluiten met een gespecialiseerd verwar-

mingsbedrijf.

12.1 Basis

Het koelcircuit van de warmtepomp heeft geen regel-

matig onderhoud nodig.

Lokale voorschriften – bijv. de Verordening (EG)

517/2014 – schrijven onder andere dichtheidscontroles

voor en/of het bijhouden van een logboek bij bepaalde

warmtepompen.

De hermetische dichtheid en de hoeveelheid koude-

middel zijn criteria die bepalen of een logboek moet

worden bijgehouden en of dichtheidscontroles moeten

worden uitgevoerd, en met welke tijdsintervallen deze

dienen plaats te vinden.

 Zorg ervoor dat de lokale voorschriften met be-

    

worden nageleefd.

12.2 Onderhoud volgens behoefte

 Controle en reiniging van de componenten van het

verwarmingscircuit en de warmtebron, bijv. kleppen,



 Controle van de werking van de plaatselijke veilig-



de veiligheidsklep voor het verwarmingscircuit

12.3 Verdamper en condensor reinigen

en spoelen

 Reinig en spoel de verdamper/condensor nauw-

gezet volgens de voorschriften van de fabrikant.

 Neutraliseer de restanten na het spoelen van de

verdamper/condensor met behulp van een che-

misch reinigingsmiddel en spoel de verdamper/

condensor vervolgens grondig met water.

12.4 Jaarlijks onderhoud

 Stel analytisch de kwaliteit van het verwarmings-

water vast. Bij afwijkingen van de voorschriften

moeten onmiddellijk geschikte maatregelen wor-



 Reiniging van de :

1. Het  via de aftapkraan

aan de kouddrinkwateringang laten leeglopen.

2. Het  en de warmdrinkwa-

terleidingen via de warmdrinkwaterkranen in het

gebouw luchten.

3. Het  controleren en via

de reinigingsopening van het  reinigen.

4. Het  na de reiniging en

controle weer vullen.

5. Het  en de warmdrinkwa-

terleidingen via de warmdrinkwaterkranen in het

gebouw ontluchten.

13 Storingen

 Stel de oorzaak van de storing vast via het diag-

noseprogramma van de verwarmings- en warmte-

pompregelaar.

 Raadpleeg de lokale partner van de fabrikant

of de klantenservice. Houd hierbij de storings-

melding en het apparaatnummer ( “Apparaat-

sticker”, pagina 3) klaar.

13.1 Veiligheidstemperatuurbegrenzer

ontgrendelen

Er is een veiligheidstemperatuurbegrenzer in het elek-

trische verwarmingselement ingebouwd. Bij een uitval

van de warmtepomp of lucht in de installatie:

 Controleer of de resetknop (②) van de veiligheids-

temperatuurbegrenzer (①) uitgesprongen is (ca.

2 mm).

 Druk de uitgesprongen resetknop (②) weer in.

 Indien de veiligheidstemperatuurbegrenzer her-

haaldelijk reageert, dient de lokale partner van de

fabrikant of de klantenservice te worden geraad-

pleegd.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

13.2 Manuele deblokkering van

de circulatiepompen

Circulatiepompen kunnen blokkeren door sedimenten

of langere stilstandperiodes. Deze blokkade kan hand-

matig worden verwijderd.

Deblokkering van de warmtebron-

circulatiepomp

1. Schroef het frontpaneel van de modulekast los.

2. Draai de ontluchtingsschroef (①) in het midden

van de circulatiepomp van de warmtebron los.

3. Steek een schroevendraaier in de opening en laat

de geblokkeerde as los in de draairichting van de

circulatiepomp.

4. De ontluchtingsschroef (①) opnieuw plaatsen en

vastdraaien.

5. Schroef het frontpaneel van de modulekast vast.

Deblokkering van de verwarmings-

circulatiepomp

 Steek de schroevendraaier in het gat (①), druk de

plunjer in de circulatiepomp tegen de as en laat

de geblokkeerde as in de draairichting van de cir-

culatiepomp los.

14 Demontage en verwijdering

14.1 Demontage

 Het apparaat is spanningsvrij geschakeld en te-

gen inschakelen beveiligd.

 Alle media zijn veilig opgevangen.

 Sorteer de componenten volgens de materialen.

14.2 Verwijdering en recycling

 Verwijder milieugevaarlijke media in overeen-

stemming met de lokale voorschriften, bijv. anti-

vriesmengsel, koudemiddel.

 De componenten van het apparaat en de verpak-

kingsmaterialen dienen volgens de lokale voor-

schriften voor recycling te worden afgevoerd.

14.3 

LET OP

Alvorens de verwarmings- en warmtepom-

pregelaar tot schroot wordt verwerkt, dient

    

te worden verwijderd. De batterij kan met een

schroevendraaier worden uitgeschoven. De

batterij en alle elektronische onderdelen die-

nen milieuvriendelijk te worden afgevoerd.

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens verwarmingsvermogen/COP PWZS 42H3S

bij B0/W35 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

4,70 ı 4,70

bij B0/W45 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

4,42 ı 3,42

bij B0/W55 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

4,16 ı 2,58

bij B7/W35 doorstromen analoog aan B0/W35 kW ı COP

5,83 ı 5,70

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW —

Toepassingsgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. I aanvoer verwarmingscircuit max. °C 20 I 60

Warmtebronretour min. I max. °C -5 – 25

Aanvullende bedrijfspunten … B0/W65

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand dB(A) 31

Geluidsvermogenniveau volgens EN12102 dB(A) 43

Warmtebron

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog B0/W35 I maximaal l/h 700 ı 1050 ı 1575

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,74 (—) ı 1050

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol I propyleenglycol I methanol I ethanol • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -13

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Verwarmingscircuit

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog aan B0/W35 I maximaal l/h 450 ı 850 ı 1300

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,72 (—) ı 850

Drukverliezen warmtepomp ∆p ı volumestroom bar ı l/h — (—) ı —

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg (kg) 215 (—)

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) ı kg (kg) 90 (—) ı 125 (—)

Type koudemiddel I hoeveelheid koudemiddel … ı kg R410A ı 1,05

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186

Zwerfstroomanode geïntegreerd: • ja — nee —

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf I elektrisch verwarmingselement tot °C ı tot °C 59 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min) l 245

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70

Maximale druk bar 10

Elektrische gegevens

Spanningscode ı beveiliging op alle polen warmtepomp*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C10

Spanningscode ı beveiliging stuurspanning **) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode ı beveiliging elektrisch verwarmingselement **) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı B16

Spanningscode ı beveiliging op alle polen bij aansluiting via een gemeenschappelijke toevoerleiding*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C25

WP*): effect. opgenomen vermogen bij B0/W35 volgens EN14511 I stroomverbruik I cosφ kW ı A ı … 1,00 ı 2,44 ı 0,59

WP*): max. machinestroom I max. opgenomen vermogen binnen de toepassingsgrenzen A ı kW 4,8 ı 2,3

Aanloopstroom: direct I met softstarter A ı A 22,0 ı —

Beschermingsgraad IP 20

Vermogen elektrisch verwarmingselement kW 0 – 9

Opgenomen vermogen circulatiepomp verwarmingscircuit I warmtebron

min. — max. W ı W 2 – 60 ı 5 – 87

Overige apparaatinformatie

Veiligheidsklep verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I —

Expansievat verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I —

Overstortventiel I omschakelklep verwarmingswater - warm drinkwater geïntegreerd: • ja — nee • I •

Flexibele koppelingen verwarmingscircuit I warmtebron geïntegreerd: • ja — nee • I •

*) alleen compressor, **) lokale voorschriften in acht nemen, ***) gegevens voor 25% mono-ethyleenglycol

813450b

Verwarmingsvermogen ı COP

Technische gegevens / leveringsomvang

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens verwarmingsvermogen/COP PWZS 82H3S PWZS 102H3S

bij B0/W35 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

7,70 ı 4,90 9,34 ı 5,05

bij B0/W45 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

6,84 ı 3,61 8,84 ı 3,80

bij B0/W55 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

6,49 ı 2,91 8,30 ı 2,82

bij B7/W35 doorstromen analoog aan B0/W35 kW ı COP

9,20 ı 5,96 11,19 ı 6,30

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW — —

Toepassingsgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. I aanvoer verwarmingscircuit max. °C 20 I 60 20 I 60

Warmtebronretour min. I max. °C -5 – 25 -5 – 25

Aanvullende bedrijfspunten … B0/W65 B0/W65

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand dB(A) 31 32

Geluidsvermogenniveau volgens EN12102 dB(A) 43 44

Warmtebron

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog B0/W35 I maximaal l/h 1200 ı 1750 ı 2600 1500 ı 2200 ı 3300

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,76 (—) ı 1750 0,93 (—) ı 2200

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol I propyleenglycol I methanol I ethanol • I • I • I • • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -13 -13

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Verwarmingscircuit

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog aan B0/W35 I maximaal l/h 650 ı 1300 ı 1600 800 ı 1600 ı 2000

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,55 (—) ı 1300 0,52 (—) ı 1600

Drukverliezen warmtepomp ∆p ı volumestroom bar ı l/h — (—) ı — — (—) ı —

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg (kg) 235 (—) 240 (—)

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) ı kg (kg) 110 (—) ı 125 (—) 115 (—) ı 125 (—)

Type koudemiddel I hoeveelheid koudemiddel … ı kg R410A ı 1,72 R410A ı 1,98

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186 186

Zwerfstroomanode geïntegreerd: • ja — nee — —

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf I elektrisch verwarmingselement tot °C ı tot °C 57 I 65 56 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min) l 235 230

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70 70

Maximale druk bar 10 10

Elektrische gegevens

Spanningscode ı beveiliging op alle polen warmtepomp*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C10 3~N/PE/400V/50Hz ı C10

Spanningscode ı beveiliging stuurspanning **) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode ı beveiliging elektrisch verwarmingselement **) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı B16 3~N/PE/400V/50Hz ı B16

Spanningscode ı beveiliging op alle polen bij aansluiting via een gemeenschappelijke toevoerleiding*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C25 3~N/PE/400V/50Hz ı C25

WP*): effect. opgenomen vermogen bij B0/W35 volgens EN14511 I stroomverbruik I cosφ kW ı A ı … 1,57 ı 3,02 ı 0,75 1,90 ı 3,73 ı 0,74

WP*): max. machinestroom I max. opgenomen vermogen binnen de toepassingsgrenzen A ı kW 6,01 ı 3,10 7,63 ı 4,00

Aanloopstroom: direct I met softstarter A ı A 30,0 ı — — ı 22,0

Beschermingsgraad IP 20 20

Vermogen elektrisch verwarmingselement kW 0 – 9 0 – 9

Opgenomen vermogen circulatiepomp verwarmingscircuit I warmtebron

min. — max. W ı W 2 – 60 ı 3 – 140 2 – 60 ı 2 – 180

Overige apparaatinformatie

Veiligheidsklep verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I — — I —

Expansievat verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I — — I —

Overstortventiel I omschakelklep verwarmingswater - warm drinkwater geïntegreerd: • ja — nee • I • • I •

Flexibele koppelingen verwarmingscircuit I warmtebron geïntegreerd: • ja — nee • I • • I •

*) alleen compressor, **) lokale voorschriften in acht nemen, ***) gegevens voor 25% mono-ethyleenglycol

813452b 813453b

Verwarmingsvermogen ı COP

Technische gegevens / leveringsomvang

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens verwarmingsvermogen/COP PWZS 122H3S

bij B0/W35 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

12,18 ı 5,00

bij B0/W45 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

11,24 ı 3,76

bij B0/W55 standaardpunt volgens EN14511 kW ı COP

10,63 ı 2,97

bij B7/W35 doorstromen analoog aan B0/W35 kW ı COP

14,55 ı 6,06

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW —

Toepassingsgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. I aanvoer verwarmingscircuit max. °C 20 I 60

Warmtebronretour min. I max. °C -5 – 25

Aanvullende bedrijfspunten … B0/W65

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand dB(A) 31

Geluidsvermogenniveau volgens EN12102 dB(A) 43

Warmtebron

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog B0/W35 I maximaal l/h 1900 ı 2800 ı 4200

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,75 (—) ı 2800

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol I propyleenglycol I methanol I ethanol • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -13

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Verwarmingscircuit

Volumestroom: minimaal I nominaal analoog aan B0/W35 I maximaal l/h 1050 ı 2050 ı 2600

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,38 (—) ı 2050

Drukverliezen warmtepomp ∆p ı volumestroom bar ı l/h — (—) ı —

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg (kg) 245 (—)

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) ı kg (kg) 120 (—) ı 125 (—)

Type koudemiddel I hoeveelheid koudemiddel … ı kg R410A ı 2,25

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186

Zwerfstroomanode geïntegreerd: • ja — nee —

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf I elektrisch verwarmingselement tot °C ı tot °C 55 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min) l 225

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70

Maximale druk bar 10

Elektrische gegevens

Spanningscode ı beveiliging op alle polen warmtepomp*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C10

Spanningscode ı beveiliging stuurspanning **) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode ı beveiliging elektrisch verwarmingselement **) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı B16

Spanningscode ı beveiliging op alle polen bij aansluiting via een gemeenschappelijke toevoerleiding*)**) … ı A 3~N/PE/400V/50Hz ı C32

WP*): effect. opgenomen vermogen bij B0/W35 volgens EN14511 I stroomverbruik I cosφ kW ı A ı … 2,45 ı 4,70 ı 0,75

WP*): max. machinestroom I max. opgenomen vermogen binnen de toepassingsgrenzen A ı kW 9,44 ı 4,80

Aanloopstroom: direct I met softstarter A ı A — ı 26,0

Beschermingsgraad IP 20

Vermogen elektrisch verwarmingselement kW 0 – 9

Opgenomen vermogen circulatiepomp verwarmingscircuit I warmtebron

min. — max. W ı W 2 – 60 ı 2 – 180

Overige apparaatinformatie

Veiligheidsklep verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I —

Expansievat verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I —

Overstortventiel I omschakelklep verwarmingswater - warm drinkwater geïntegreerd: • ja — nee • I •

Flexibele koppelingen verwarmingscircuit I warmtebron geïntegreerd: • ja — nee • I •

*) alleen compressor, **) lokale voorschriften in acht nemen, ***) gegevens voor 25% mono-ethyleenglycol

813454b

Verwarmingsvermogen ı COP

Technische gegevens / leveringsomvang

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens Waarden tussen haakjes: (1 compressor) PWZSV 62H1S PWZSV 92H1S

Verwarmingsvermogen | COP

bij B0/W35 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP

3,32 ı 4,86 4,00 ı 4,76

bij B0/W45 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP 3,09 ı 3,76 3,82 ı 3,74

bij B0/W55 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP 2,95 ı 3,13 3,41 ı 2,90

bij B7/W35 doorstr. van B0/W35 deellastbedrijf kW | COP

4,18 ı 5,94 4,91 ı 5,74

Verwarmingsvermogen bij B0/W35 min. | max. kW | kW

1,25 ı 5,95 1,77 ı 8,65

bij B0/W45 min. | max. kW | kW 1,16 ı 5,50 1,79 ı 8,42

bij B0/W55 min. | max. kW | kW 1,00 ı 5,17 1,96 ı 8,18

bij B7/W35 min. | max. kW | kW

1,55 ı 7,20 2,31 ı 10,60

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW - -

Toepassingsgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. | Aanvoer verwarmingscircuit max. Verwarmen binnen warmtebron min. / max. °C 20 I 65 20 I 65

Warmtebron Verwarmen min. | max. °C -5 I 30 -5 I 30

Aanvullende bedrijfspunten …

B-9/W60 B-9/W60

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand min. | max. dB(A) 29 ı 36 29 ı 39

Geluidsvermogenniveau min. | max. dB(A) – –

Geluidsvermogenniveau volgens EN 12102 dB(A) 44 ı 51 44 ı 54

Tonaliteit | Diepfrequent dB(A) | • ja – nee – –

Warmtebron

Volumestroom (buisafmetingen) l/h 1450 2000

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) | l/h 0,5 ( – ) ı 1450 0,56 ( – ) ı 2000

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol | propyleenglycol | methanol | ethanol • I • I • I • • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -15 -15

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Regelgebied circulatiepomp min. | max. l/h 300 | 3500 300 | 4000

Verwarmingscircuit

Volumestroom (buisafmetingen) | minimaal volume buffervat | minimaal volume scheidingsbuffervat l/h | l | l 1050 ı – ı – 1500 ı – ı –

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) | l/h 0,65 ( – ) ı 1050 0,46 ( – ) ı 1500

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg (kg) 205 ( – ) 209 ( – )

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) | kg (kg) 80 ( – ) ı 125 ( – ) 84 ( – ) ı 125 ( – )

Type koudemiddel | hoeveelheid koudemiddel … | kg R407C ı 1,16 R407C ı 1,25

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186 186

Beschermingsanode Externe stroom | Magnesium • ja – nee – | – – | –

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf | elektrisch verwarmingselement tot °C | tot °C 58 I 65 58 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min) l 240 240

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70 70

Maximumdruk | Testdruk bar | bar 10 | 13 10 | 13

Elektrische gegevens

Spanningscode | alpolige afzekering warmtepomp*)**) … | A 1~N/PE/230V/50Hz ı C16 1~N/PE/230V/50Hz ı C16

Spanningscode | alpolige afzekering warmtepomp*) + elektrisch verwarmingselement **) … | A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode | afzekering stuurspanning **) … | A 1~N/PE/230V/50Hz ı B40 1~N/PE/230V/50Hz ı B40

Spanningscode | afzekering elektrisch verwarmingselement **) … | A — —

WP*): effect. opg. vermogen B0/W35 (deellastbedrijf) EN14511 | stroomverbruik | cosφ kW | A | … 0,67 ı 3,0 ı 1,00 0,84 ı 3,6 ı 1,0

WP*): effect. opg. vermogen B0/W35 volgens EN14511: min. | max. kW | kW 0,24 ı 1,4 0,3 ı 2,2

WP*): max. machinestroom | max. opg. vermogen binnen de toepassingsgrenzen A | kW 12 ı 2,6 12 ı 2,9

Aanloopstroom: direct | met softstarter A | A < 5 ı — < 5 ı —

Beschermingsgraad IP 20 20

Aardlekschakelaar indien vereist type B B

Vermogen elektrisch verwarmingselement 3 | 2 | 1 fasig kW | kW | kW — ı 6 ı 3 — ı 6 ı 3

Opgenomen vermogen circulatiepomp verwarmingscircuit | warmtebron min. | max. W | W 2 – 60 ı 5 – 87 2 – 60 ı 3 – 140

Overige apparaatinformatie

Veiligheidsafsluiter verwarmingscircuit | Drempeldruk bij de levering inbegrepen: • ja – nee | bar • I 3 • I 3

Veiligheidsafsluiter warmtebron | Drempeldruk bij de levering inbegrepen: • ja – nee | bar — I — — I —

Buffervat voor tijdelijke opslag | Volume bij de levering inbegrepen: • ja – nee | l — I — — I —

Expansievat verwarmingscircuit | Volume | Drempeldruk bij de levering inbegrepen: • ja – nee | l | bar — I — — I —

Expansievat warmtebron | Volume | Drempeldruk bij de levering inbegrepen: • ja – nee | l | bar — I — — I —

Overstortventiel | omschakelklep verw. -warm drinkwater geïntegreerd: • ja – nee • I • • I •

Trillingsontkoppelingen verwarmingscircuit | warmtebron bij de levering inbegrepen of geïntegreerd: • ja – nee • I • • I •

Regelaar | Warmtehoeveelheidsregistratie | Extra bord bij de levering inbegrepen of geïntegreerd: • ja – nee • I • I — • I • I —

813599b 813593b

*) alleen compressor, **) lokale voorschriften in acht nemen, ***) gegevens voor 25% mono-ethyleenglycol

Technische gegevens / leveringsomvang

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens PWZSV 122H1S

bij B0/W35 volgens EN14511 deellastbedrijf kW ı COP

5,06 ı 4,87

bij B0/W45 volgens EN14511 deellastbedrijf kW ı COP 4,78 ı 3,75

bij B0/W55 volgens EN14511 deellastbedrijf kW ı COP 4,58 ı 3,13

bij B7/W35 doorstr. van B0/W35 deellastbedrijf kW ı COP 5,92 ı 6,08

bij B0/W35 volgens EN14511 min. I max. kW ı kW

2,48 ı 13,56

bij B0/W45 volgens EN14511 min. I max. kW ı kW 2,24 ı 12,88

bij B0/W55 volgens EN14511 min. I max. kW ı kW 2,54 ı 12,53

bij B7/W35 volgens EN14511 min. I max. kW ı kW 2,94 ı 15,82

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW —

Gebruiksgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. I aanvoer verwarmingscircuit max. °C 20 I 65

Warmtebron min. I max. °C -5 I 30

Aanvullende bedrijfspunten …

B-9/W60

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand min. I max. dB(A) 29 ı 36

Geluidsdrukniveau volgens EN12102 min. I max. dB(A) 44 ı 51

Warmtebron

Volumestroom (buisafmetingen) l/h 3200

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) ı l/h 1,08 (—) ı 1270 (—)

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol I propyleenglycol I methanol I ethanol • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -15

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Verwarmingscircuit

Volumestroom (buisafmetingen) | minimaal volume buffervat | minimaal volume scheidingsbuffervat l/h | l | l 2300 ı – ı –

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) ı l/h 0,69 (—) ı 870 (—)

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg 218 (—)

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) ı kg (kg) 93 (—) ı 125 (—)

Type koudemiddel I hoeveelheid koudemiddel … ı kg R407c ı 2,0

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186

Zwerfstroomanode geïntegreerd: • ja — nee —

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf I elektrisch verwarmingselement tot °C ı tot °C 55 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min.) l 240

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70

Maximale druk bar 10

Elektrische gegevens

Spanningscode ı beveiliging op alle polen warmtepomp*)**) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı C25

Spanningscode ı beveiliging op alle polen warmtepomp*) + elektrisch verwarmingselement **) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode ı beveiliging stuurspanning **) … ı A 1~N/PE/230V/50Hz ı B40

Spanningscode ı beveiliging elektrisch verwarmingselement **) … ı A —

WP*): effect. opg. vermogen B0/W35 (50Hz) EN14511 I stroomopname I cosφ kW ı A ı … 1,04 ı 4,86 ı 0,93

WP*): effect. opg. vermogen B0/W35 volgens EN14511: min. I max. kW ı kW 0,53 ı 3,29

WP*): max. machinestroom I max. opg. vermogen binnen de gebruiksgrenzen A ı kW 20,5 ı 4,63

Aanloopstroom: direct I met softstarter A ı A < 5 ı —

Beschermingsgraad IP 20

Vermogen elektrisch verwarmingselement kW 0 – 9

Opgenomen vermogen circulatiepomp verwarmingscircuit I warmtebro

min. — max. W ı W 2 – 60 ı 3 – 180

Overige apparaatinformatie

Veiligheidsklep verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee • I —

Expansievat verwarmingscircuit I warmtebron bij leveringsomvang inbegrepen: • ja — nee — I —

Overstortventiel I omschakelklep geïntegreerd: • ja — nee • I •

Flexibele koppelingen verwarmingscircuit I warmtebron geïntegreerd: • ja — nee • I •

*) alleen compressor, **) lokale voorschriften in acht nemen, ***) gegevens voor 25% mono-ethyleenglycol

813500b

Verwarmingsvermogen ı COP

Verwarmingsvermogen

Technische gegevens / leveringsomvang

Technische wijzigingen voorbehouden | 83056500pNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH

Vermogensgegevens

Waarden tussen haakjes: (1 compressor)

PWZSV 62H3S PWZSV 92H3S

Verwarmingsvermogen | COP

bij B0/W35 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP

3,32 ı 4,86 4,00 ı 4,76

bij B0/W45 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP 3,09 ı 3,76 3,82 ı 3,74

bij B0/W55 volgens EN14511 deellastbedrijf kW | COP 2,95 ı 3,13 3,41 ı 2,90

bij B7/W35 doorstr. van B0/W35 deellastbedrijf kW | COP

4,18 ı 5,94 4,91 ı 5,74

Verwarmingsvermogen bij B0/W35 min. | max. kW | kW

1,25 ı 5,95 1,77 ı 8,65

bij B0/W45 min. | max. kW | kW 1,16 ı 5,50 1,79 ı 8,42

bij B0/W55 min. | max. kW | kW 1,00 ı 5,17 1,96 ı 8,18

bij B7/W35 min. | max. kW | kW

1,55 ı 7,20 2,31 ı 10,60

Koelvermogen bij max. volumestroom (B15/W25), apparaten met passieve koeling: code K kW -

Toepassingsgrenzen

Retour verwarmingscircuit min. | Aanvoer verwarmingscircuit max. Verwarmen binnen warmtebron min. / max. °C 20 I 65 20 I 65

Retour verwarmingscircuit min. | Aanvoer verwarmingscircuit max. Koeling binnen warmtebron min. / max. °C 18 I - 18

Warmtebron Verwarmen min. | max. °C -5 I 30 -5 I 30

Aanvullende bedrijfspunten …

B-9/W60 B-9/W60

Geluid

Geluidsdrukniveau op 1 m afstand tot apparaatrand min. | max. dB(A) 29 ı 36 29 ı 39

Geluidsvermogenniveau min. | max. dB(A) – –

Geluidsvermogenniveau volgens EN 12102 dB(A) 44 ı 51 44 ı 54

Tonaliteit | Diepfrequent dB(A) | • ja – nee – –

Warmtebron

Volumestroom (buisafmetingen) l/h 1450 2000

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK)*** | volumestroom bar (bar) | l/h 0,5 ( – ) ı 1450 0,56 ( – ) ı 2000

Goedgekeurd antivriesmiddel mono-ethyleenglycol | propyleenglycol | methanol | ethanol • I • I • I • • I • I • I •

Antivriesmiddelconcentratie: vorstvrij tot minimaal °C -15 -15

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Regelgebied circulatiepomp min. | max. l/h 300 | 3500 300 | 4000

Verwarmingscircuit

Volumestroom (buisafmetingen) | minimaal volume buffervat | minimaal volume scheidingsbuffervat l/h | l | l 1050 ı – ı – 1500 ı – ı –

Max. vrije opvoerhoogte warmtepomp ∆p (met koeling ∆pK) | volumestroom bar (bar) | l/h 0,65 ( – ) ı 1050 0,46 ( – ) ı 1500

Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk bar 3 3

Algemene apparaatgegevens

Gewicht totaal (met koeling) kg (kg) 205 ( – ) 209 ( – )

Gewicht kast (met koeling) ı gewicht toren (met koeling) kg (kg) | kg (kg) 80 ( – ) ı 125 ( – ) 84 ( – ) ı 125 ( – )

Type koudemiddel | hoeveelheid koudemiddel … | kg R407C ı 1,16 R407C ı 1,25

Warmdrinkwaterreservoir

Netto-inhoud l 186 186

Beschermingsanode Externe stroom | Magnesium • ja – nee – | – – | –

Warmdrinkwatertemperatuur warmtepompbedrijf | elektrisch verwarmingselement tot °C | tot °C 58 I 65 58 I 65

Hoeveelheid mengwater volgens ErP: 2009/125/EG (bij 40 °C, verbruik van 10 l/min) l 240 240

Warmhoudverlies volgens ErP: 2009/125/EG (bij 65 °C) W 70 70

Maximumdruk | Testdruk bar | bar 10 | 13 10 | 13

Elektrische gegevens

Spanningscode | alpolige afzekering warmtepomp*)**) … | A 1~N/PE/230V/50Hz ı C16 1~N/PE/230V/50Hz ı C16

Spanningscode | alpolige afzekering warmtepomp*) + elektrisch verwarmingselement **) … | A 1~N/PE/230V/50Hz ı B10 1~N/PE/230V/50Hz ı B10

Spanningscode | afzekering stuurspanning **) … | A 3~N/PE/400V/50Hz ı B16 3~N/PE/400V/50Hz ı B16

Spanningscode | afzekering elektrisch verwarmingselement **) … | A 3~N/PE/400V/50Hz ı C35 3~N/PE/400V/50Hz ı C35

WP*): effect. opg. vermogen B0/W35 (deellastbedrijf) EN14511 | stroomverbruik | cosφ kW | A | … 0,68 ı 3,0 ı 1,0 0,84 ı 3,6 ı 1,0