Nederlands–2
Bosch eBike Systems 1 270 020 XBP | (13.4.16)
Zodra u bij normaal gebruik niet meer op de pedalen trapt of
zodra u een snelheid van 25/45 km per uur heeft bereikt,
wordt de ondersteuning door de aandrijving van de eBike uit-
geschakeld. De aandrijving wordt automatisch weer geacti-
veerd zodra u op de pedalen trapt of de snelheid onder
25/45 km per uur daalt.
Als u het eBike-systeem wilt uitschakelen, heeft u de volgen-
de mogelijkheden:
–Druk op de aan-/uittoets 1 van de boordcomputer.
– Schakel de eBike-accu aan de aan-/uittoets uit (zie ge-
bruiksaanwijzing van de accu).
Als de eBike zo’n 10 minuten lang niet beweegt en er geen
knop op de boordcomputer wordt ingedrukt, zal het eBike-sy-
steem zichzelf automatisch uitschakelen om energie te be-
sparen.
Opmerking: Schakel het eBike-systeem alleen uit als u de
eBike parkeert.
Opmerking: Als de batterijen van de boordcomputer leeg
zijn, dan kunt u uw eBike toch nog aan de fietsaccu inschake-
len. Er wordt echter aanbevolen om de interne batterijen zo
snel mogelijk te vervangen om schade te vermijden.
Indicaties en instellingen van de boordcomputer
Symbolen en hun betekenis
Energievoorziening van de boordcomputer
De boordcomputer wordt door twee CR2016-knoopcellen
van spanning voorzien.
Batterijen vervangen (zie afbeelding A)
Als de boordcomputer „LOW BAT” op het display aangeeft,
haal dan de boordcomputer van het stuur door de bevesti-
gingsschroef 3 van de boordcomputer uit te draaien. Open
het deksel van het batterijvak 10 met een geschikte munt,
verwijder de lege batterijen en plaats de nieuwe batterijen
van het type CR 2016 erin. De door Bosch aanbevolen batte-
rijen kunt u bij uw fietshandelaar verkrijgen.
Let bij het inzetten van de batterijen op de juiste poolaanslui-
tingen.
Sluit het batterijvak opnieuw en bevestig de boordcomputer
met de bevestigingsschroef 3 aan het stuur van uw eBike.
Accuoplaadindicatie
De acculaadtoestandsindicatie g geeft de laadtoestand van
de eBike-accu weer. De laadtoestand van de eBike-accu kan
eveneens aan de LED’s aan de accu zelf afgelezen worden.
Hulp bij het lopen in- en uitschakelen
De functie hulp bij het lopen kan het lopen met de eBike ver-
gemakkelijken. De snelheid in deze functie is afhankelijk van
de ingeschakelde versnelling en kan maximaal 6 km per uur
bereiken. Hoe kleiner de gekozen versnelling, hoe lager de snel-
heid in de functie hulp bij het lopen (bij volledig vermogen).
De functie hulp bij het lopen mag uitsluitend bij het lo-
pen met de eBike worden gebruikt. Als de wielen van de
eBike bij het gebruik van de hulp bij het lopen geen contact
met de grond maken, bestaat gevaar voor letsel.
Voor het activeren van de duwhulp drukt u kort de toets
„WALK” aan uw boordcomputer. Druk na de activering bin-
nen 3 s op de toets „+” en houd deze toets ingedrukt. De aan-
drijving van de eBike wordt ingeschakeld.
Opmerking: De duwhulp kan op het ondersteuningsniveau
„OFF” niet worden geactiveerd.
De duwhulp wordt uitgeschakeld zodra een van de volgende
situaties van toepassing is:
– U laat de toets „+” 6 los,
– de wielen van de eBike worden geblokkeerd (bijv. door het
remmen of het raken van een hindernis),
– de snelheid overschrijdt 6 km/h.
Opmerking: Bij eigen systemen kan de duwhulp door het in-
drukken van de „WALK”-toets direct gestart worden.
Symbool Verklaring
Korte toetsdruk (minder dan 1 seconde)
Middellange toetsdruk (tussen 1 seconden en
2,5 seconden)
Lange toets druk (langer dan 2,5 seconden)
In de indicatie g komt elk streepje in het accusymbool over-
een met ongeveer 20 % van de capaciteit:
De eBike-accu is volledig geladen.
De eBike-accu moet bijgeladen worden.
De LED’s van de laadtoestandsindicatie aan de
accu gaan uit. De capaciteit voor de ondersteuning
van de aandrijving is opgebruikt en de ondersteu-
ning wordt uitgeschakeld. De resterende capaci-
teit wordt voor de verlichting ter beschikking ge-
steld, de indicatie knippert.
De capaciteit van de eBike-accu volstaat voor nog
ongeveer 2 uur fietsverlichting.
OBJ_BUCH-2819-001.book Page 2 Wednesday, April 13, 2016 3:29 PM