Documenttranscriptie
基本操作ガイド
Basic Operation Guide
日本語
English
Guide de fonctionnement de base
Français
Guía de funcionamiento básico
Español
Basisanleitung
Deutsch
Guida all’uso di base
Basisbedieningshandleiding
Руководство по основным операциям
Өнім туралы ақпарат
基本操作指南
基本操作指南
Italiano
Nederlands
Русский
Қазақ
Basisbedieningshandleiding
Nederlands
Dit document bevat de “Basisbedieningshandleiding”
waarin de basishandelingen en -procedures voor het
fotograferen met flits worden beschreven.
Download en lees de “MT-26EX-RT
Instructiehandleiding” (PDF-bestand) van de Canonwebsite voor informatie over functies die niet in dit
document worden beschreven en andere details (p. 3).
Inleiding
De Canon Macro Twin Lite MT-26EX-RT is een flitser voor het maken van
close-upopnamen met Canon EOS camera’s, compatibel met E-TTL II/
E-TTL-autoflashsystemen. De flitser is uitgerust met diverse functies,
geschikt voor een groot aantal verschillende fotografiedoeleinden, van
eenvoudig tot geavanceerd. U kunt bijvoorbeeld de flitsverhouding tussen
flitskoppen A en B regelen, aan één kant flitsen en handmatig flitsen. U
kunt ook via radiotransmissie of optische transmissie opnamen met
meerdere draadloze flitsers maken via extra slave-units.
Lees de volgende informatie voordat u opnamen gaat maken
Lees eerst de “Veiligheidsmaatregelen” (pagina 6-7) om mislukte foto’s
en ongelukken te voorkomen. Lees deze handleiding ook zorgvuldig door
om er zeker van te zijn dat u het product op de juiste manier gebruikt.
Lees deze instructiehandleiding, maar ook de
instructiehandleiding van uw camera
Lees voordat u dit product gebruikt, deze instructiehandleiding en de
instructiehandleiding van uw camera door, zodat u bekend raakt met de
bediening van deze apparatuur. Zorg er ook voor dat u deze
handleiding goed bewaart, zodat u hem zo nodig opnieuw kunt
raadplegen.
De MT-26EX-RT gebruiken in combinatie met een camera
Gebruik met een EOS DIGITAL-camera (type A-camera)
U kunt met de MT-26EX-RT heel eenvoudig automatische
macroflitsopnamen maken, op dezelfde manier als met de interne
flitser van de camera.
Gebruik met een analoge EOS-camera
Een EOS-camera met een E-TTL II-/E-TTLautoflashmeetsysteem (type A-camera)
U kunt met de MT-26EX-RT heel eenvoudig automatische
macroflitsopnamen maken, op dezelfde manier als met de interne
flitser van de camera.
Een EOS-camera met een TTL-autoflashmeetsysteem (type
B-camera)
Raadpleeg de instructiehandleiding (p. 3).
* In deze instructiehandleiding wordt aangenomen dat u de MT-26EXRT gebruikt in combinatie met een type A-camera.
2
Instructiehandleidingen
Basisbedieningshandleiding
Het boekje is de basisbedieningshandleiding.
De meer gedetailleerde instructiehandleiding (PDFbestand) kunt u downloaden van de Canon-website.
De instructiehandleiding (PDF-bestand) downloaden en bekijken
1
Download de instructiehandleiding (PDF-bestand).
Ga naar de volgende Canon-website.
www.canon.com/icpd
2 Bekijk de instructiehandleiding (PDF-bestand).
Dubbelklik op de gedownloade instructiehandleiding (PDFbestand) om deze te openen.
Voor het bekijken van de instructiehandleiding (PDF-bestand)
hebt u een Adobe PDF-reader nodig, bijvoorbeeld Adobe Acrobat
Reader DC (bij voorkeur de meest recente versie).
U kunt Adobe Acrobat Reader DC gratis downloaden van internet.
Raadpleeg het Help-gedeelte van de PDF-reader en andere
documentatie voor informatie over het gebruik ervan.
3
Symbolen in deze handleiding
Pictogrammen in deze handleiding
9
8
: geeft het selectiewiel aan.
: geeft de selectie-/instelknop aan.
(p. **) : geeft de pagina aan waarop u meer informatie kunt vinden.
: waarschuwing om problemen met de flitser te voorkomen.
: aanvullende informatie.
M
: M rechts van de paginatitel geeft aan dat de functie wordt
uitgevoerd wanneer de opnamemodus van de camera is
ingesteld op <d/s/f/a/bulb(B)> (creatieve modi).
Uitgangspunten
In de instructies wordt ervan uitgegaan dat de MT-26EX-RT op de
camera is bevestigd en dat beide zijn ingeschakeld.
De pictogrammen die worden gebruikt om de knoppen, wieltjes en
symbolen in de tekst aan te geven, komen overeen met de
pictogrammen die u op de MT-26EX-RT en de camera aantreft.
Als u voor het instellen van een functie een optie wilt selecteren, wordt
hiervoor in deze handleiding voornamelijk het wiel <9> gebruikt.
Als bij de positie van functieknop 4 <?> wordt weergegeven, keert u
terug naar het vorige scherm door op <?> te drukken.
In de procedures gaan we ervan uit dat de gebruikersfuncties en
persoonlijke functies van de MT-26EX-RT en de menu- en
gebruikersfuncties van de camera zijn ingesteld op de
standaardwaarden.
Alle cijfers, zoals het aantal flitsen, zijn gebaseerd op het gebruik van vier
AA-/LR6-alkalinebatterijen en Canon-testprocedures.
In de procedures gaan we ervan uit dat u een macro-objectief gebruikt.
4
Inhoud
Inleiding............................................................................................. 2
Instructiehandleidingen ..................................................................... 3
Symbolen in deze handleiding .......................................................... 4
Veiligheidsmaatregelen..................................................................... 6
Namen van onderdelen..................................................................... 8
De batterijen installeren .................................................................. 12
De bedieningsunit op de camera bevestigen en loskoppelen......... 13
De flitser op het objectief bevestigen en loskoppelen..................... 14
De flitser instellen............................................................................ 15
De flitser inschakelen...................................................................... 16
a: Volledig automatische flitsopnamen .................................. 18
l De flitsverhouding instellen...............................................19
f Flitsbelichtingscompensatie....................................................... 21
g FEB........................................................................................... 22
FEL: Flitsbelichtingsvergrendeling ................................................. 23
q: Handmatig flitsen ...................................................................... 24
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera ...................27
f Flitserblokkering als gevolg van temperatuurstijging ................ 28
Draadloos flitsen met radiotransmissie ...........................................30
Index ............................................................................................... 33
5
Veiligheidsmaatregelen
Zorg dat u deze veiligheidsmaatregelen leest om het product veilig te
kunnen gebruiken.
Houd u aan deze veiligheidsmaatregelen om te voorkomen dat de
gebruiker van het product of anderen verwondingen of letsel oplopen.
WAARSCHUWING:
Hiermee wordt gewezen op het risico van
ernstig letsel of levensgevaar.
Houd het product buiten bereik van jonge kinderen.
Een draagriem of kabel rond de nek van een persoon kan leiden tot verwurging.
De batterij is gevaarlijk zijn als deze wordt ingeslikt. Roep onmiddellijk medische hulp
in als deze wordt ingeslikt.
Gebruik alleen stroombronnen waarvan in deze gebruiksaanwijzing wordt
aangegeven dat ze bedoeld zijn voor gebruik met dit product.
Demonteer of wijzig het product niet.
Stel het product niet bloot aan harde schokken of trillingen.
Raak geen blootgelegde interne onderdelen aan.
Stop onmiddellijk met het gebruik van het product in geval van vreemde
omstandigheden, zoals de aanwezigheid van rook of een vreemde geur.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of verfverdunner
om het product schoon te maken.
Maak het product niet nat. Stop geen vreemde voorwerpen of vloeistoffen in het
product.
Gebruik het product niet waar mogelijk ontvlambare gassen aanwezig zijn.
Dit kan een elektrische schok, explosie of brand veroorzaken.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht wanneer u in de winkel verkrijgbare
batterijen of bijgeleverde batterijen gebruikt.
• Gebruik batterijen alleen voor het product waarvoor ze bedoeld zijn.
• Verwarm batterijen niet en stel ze niet bloot aan vuur.
• Laad batterijen alleen op met goedgekeurde batterijladers.
• Stel de polen niet bloot aan vuil en zorg ervoor dat ze niet in contact komen met
metalen pennen of andere metalen voorwerpen.
• Gebruik geen lekkende batterijen.
• Breng tape of ander isolatiemateriaal aan over de polen van de batterijen voordat u
batterijen weggooit.
Dit kan een elektrische schok, explosie of brand veroorzaken.
Indien een batterij lekt en het materiaal in contact komt met uw huid of kleding, dient u
de blootgestelde huid of kleding grondig af te spoelen met stromend water. In geval
van contact met de ogen dient u de ogen grondig te spoelen met ruime hoeveelheden
stromend water en onmiddellijk medische hulp in te roepen.
Laat het product tijdens gebruik niet langdurig in contact komen met hetzelfde
gedeelte van de huid.
Zelfs als het product niet warm aanvoelt, kan dit leiden tot eerstegraads verbrandingen,
zoals een rode huid of blaren. Het gebruik van een statief of vergelijkbare apparatuur
wordt aanbevolen wanneer het product wordt gebruikt op warme locaties of door
mensen met een slechte bloedsomloop of een minder gevoelige huid.
6
Veiligheidsmaatregelen
Volg aanwijzingen op om het gebruik uit te schakelen op locaties waar het gebruik
ervan verboden is.
Als u dit niet doet kunt u storingen in andere apparatuur veroorzaken als gevolg van
elektromagnetische golven. Dit kan zelfs ongelukken veroorzaken.
Voorkom brand, oververhitting, lekkage van chemische stoffen, explosies en
elektrische schokken door de onderstaande veiligheidsmaatregelen op te volgen:
• Zorg ervoor dat u de plus- en minzijde van de batterij in de juiste richting plaatst.
Flits niet in het gezicht van bestuurders van een auto of een ander voertuig.
Door de verblinding kunt u een ongeluk veroorzaken.
Gebruik de apparatuur niet in een vochtige of stoffige ruimte en berg deze hier ook
niet op.
Zo voorkomt u brand, oververhitting, elektrische schokken en brandwonden.
VOORZICHTIG:
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
Gebruik de flitser niet in de buurt van de ogen.
Dit kan pijn doen aan de ogen.
De flitser geeft tijdens het flitsen bijzonder veel warmte af. Houd vingers, andere
delen van uw lichaam en voorwerpen uit de buurt van de flitser terwijl u foto’s maakt.
Dit kan brandwonden of een storing in de flitser tot gevolg hebben.
Laat het product niet achter op locaties die worden blootgesteld aan extreem hoge
of lage temperaturen.
Het product kan extreem heet/koud worden en brandwonden of letsel veroorzaken
wanneer het wordt aangeraakt.
Raak geen onderdelen aan de binnenkant van het product aan.
Dit kan letsel veroorzaken.
Verwijder de batterijen uit het product als u dit gedurende langere tijd niet gebruikt.
Hiermee voorkomt u storingen of corrosie.
Wees voorzichtig als u de batterijen vervangt nadat u continu hebt geflitst.
De batterijen kunnen heet zijn en brandwonden veroorzaken.
Voorzorgsmaatregelen bij continu flitsen
Flits maximaal 20 keer continu op volle sterkte om verminderd
functioneren of beschadiging van de flitser als gevolg van
oververhitting te voorkomen. Laat de flitser na 20 keer continu flitsen
minstens 10 minuten afkoelen.
Als u 48 keer continu flitst en vervolgens herhaaldelijk met korte
tussenpozen flitst, kan de veiligheidsfunctie worden geactiveerd en
de flitser blokkeren. Als er sprake is van flitsbeperking, wordt het
flitsinterval automatisch ingesteld op circa 8-20 sec. Houd in dit geval
rekening met een wachttijd van minstens 25 minuten.
Zie voor meer informatie “Flitserblokkering als gevolg van
temperatuurstijging” op pagina 28.
7
Namen van onderdelen
Bedieningsunit
Functieknop 3
LCD-paneel
Functieknop 2
Functieknop 4
Functieknop 1
<,>
Knop Flitsverhouding
instellen/Flitskop
selecteren (p. 19, 24)
<d>
Knop voor
focuslampje (p. 17)
<E>
Flitsmodusknop
(p. 18, 24)
<Q>
Gereed-lampje/
testflitsknop (p. 17)
Aansluitkapje
Borgknop bevestigingsvoet (p. 13)
Aan-/uitschakelaar (p. 16)
<K>
: Ingeschakeld
<a> : Knop-/
wielvergrendeling
(ingeschakeld)
<J> : Uitgeschakeld
Bevestigingslampje
flitsbelichting (p. 18)
<9> Selectiewiel
<8> Instelknop
Ontgrendelingsknop (p. 13)
Borgknop bevestigingsvoet
(bedieningsunit) (p. 13)
Aansluiting voor
externe voeding
Contactpunten
Deksel van
batterijcompartiment
(p. 12)
Ontgrendelingsknop deksel
batterijcompartiment (p. 12)
Borgstift bevestigingsvoet
9
Namen van onderdelen
LCD-paneel
E-TTL II-/E-TTL-autoflash (p. 18)
G : Laadindicator (p. 16)
a : E-TTL II-/E-TTLautoflash
c : Hogesnelheidssynchronisatie
r : Synchronisatie op het tweede gordijn
Diffuseradapter (p. 11)
E : Bevestigd
aan A
F : Bevestigd
aan B
D : Bevestigd
aan A, B
f : Flitsbelichtingscompensatie
(p. 21)
< : Persoonlijke
functies
= : Gebruikersfuncties
> : Persoonlijke functies/
Gebruikersfuncties
Flitsbelichtingsniveau
Diafragma
FEB volgorde (p. 22)
g : FEB (p. 22)
Flitsbelichtingscompensatiewaarde
, : Instelling
flitsverhouding (p. 19)
Flitsgroep
l : Flitsen met A:B (flitsverhoudingsregeling)
4 : Aan één kant flitsen met A
5 : Aan één kant flitsen met B
Handmatig flitsen (p. 24)
10
Flitsverhouding
Namen van onderdelen
Bijgeleverde accessoires
Vakje voor bevestigingsring
Vakjes voor diffuseradapters
Vakjes voor flitskoppen
Draagtas
Diffuseradapter SDA-E1
Als u opnamen maakt terwijl de bijgeleverde diffuseradapter op de
flitskoppen is bevestigd, kunt u het flitslicht over een groot gebied
verspreiden en de schaduwen op het onderwerp onderdrukken.
Bevestig de diffuseradapter.
Bevestig de diffuseradapter goed op
een flitskop totdat deze op zijn plaats
klikt (zie afbeelding).
U kunt de diffuseradapter op flitskop
A of B bevestigen.
Verwijder de diffuseradapter door de
procedure in omgekeerde volgorde
uit te voeren. Til het
verwijderingspalletje aan de zijkant
van de adapter op en verwijder de
adapter van de flitskop.
11
De batterijen installeren
Installeer vier AA/R6-batterijen voor de voeding.
1
Open het deksel.
Schuif de ontgrendelingsknop naar
links (zie afbeelding), schuif het
deksel omlaag en open vervolgens
het deksel van het
batterijcompartiment.
de batterijen in het
2 Plaats
compartiment.
Zorg ervoor dat u de elektrische contactpunten
(“+” en “-”) van de batterijen plaatst zoals in het
batterijcompartiment is aangegeven.
De groeven aan de zijkanten van het
batterijcompartiment geven “-” aan.
Dit is handig wanneer u de batterijen
in het donker moet vervangen.
3 SluitSluithethetdeksel.
deksel van het
batterijcompartiment en schuif het
omhoog.
X Wanneer het deksel vastklikt, is het
vergrendeld.
LET OP
Gebruik geen “lithiumbatterijen van het type AA/R6”.
Bepaalde “lithiumbatterijen van het type AA/R6” kunnen in zeldzame gevallen
extreem heet worden bij gebruik. Gebruik daarom om veiligheidsredenen geen
“lithiumbatterijen van het type AA/R6”.
Raak bij continu flitsen nooit de flitser, de batterijen of het gedeelte bij
het batterijcompartiment aan.
Raak de flitser, de batterijen of het gedeelte bij het batterijcompartiment
niet aan als u herhaaldelijk continu met een korte interval flitst of de
modelflits gebruikt. De flitser, de batterijen en het gedeelte bij het
batterijcompartiment kunnen heet worden, waardoor u zich kunt branden.
Laat het product tijdens gebruik niet langdurig in contact komen met
hetzelfde gedeelte van de huid.
Zelfs als het product niet warm aanvoelt, kan dit leiden tot eerstegraads
verbrandingen, zoals een rode huid of blaren. Het gebruik van een statief
of vergelijkbare apparatuur wordt aanbevolen wanneer het product wordt
gebruikt op warme locaties of door mensen met een slechte bloedsomloop
of een minder gevoelige huid.
12
De batterijen installeren / De bedieningsunit op de camera bevestigen en loskoppelen
Bij het gebruik van niet-alkaline AA-/R6-batterijen is er mogelijk geen
contact tussen de batterijen en het apparaat, omdat de vorm van de
contactpunten niet gestandaardiseerd is.
Zie bij gebruik van de compacte voedingseenheid CP-E4N (afzonderlijk
verkrijgbaar) ook de instructiehandleiding bij de CP-E4N.
Vervang de batterijen door nieuwe als u <!> ziet of het LCD-paneel
wordt uitgeschakeld tijdens het opladen.
Gebruik vier nieuwe batterijen van hetzelfde merk. Vervang de vier
batterijen altijd gelijktijdig.
U kunt ook Ni-MH-batterijen van het type AA/HR6 gebruiken.
De bedieningsunit op de camera
bevestigen en loskoppelen
1
Bevestig de bedieningsunit.
Schuif de bevestigingsvoet van de
bedieningsunit helemaal op de
accessoireschoen van de camera.
de bedieningsunit vast.
2 ZetSchuif
de borgknop van de
bevestigingsvoet naar rechts.
X Als u een klik hoort, is de voet
vergrendeld.
de bedieningsunit.
3 Verwijder
Houd de ontgrendelingsknop
ingedrukt, schuif de borgknop naar
links en haal de bedieningsunit van
de camera.
Zorg ervoor dat u de MT-26EX-RT uitschakelt voordat u deze bevestigt of loskoppelt.
13
De flitser op het objectief bevestigen
en loskoppelen
1
Houd de ontgrendelknop op de
bevestigingsring ingedrukt en
bevestig de flitser aan de
voorkant van het objectief.
Plaats de ontgrendelknop boven.
Zorg dat de flitser stevig vastzit.
Houd de ontgrendelknop ingedrukt en
verwijder de flitser.
de flitskoppen A en B
2 Bevestig
aan de bijbehorende
bevestigingspunten.
Druk ze in de bevestigingspunten
totdat ze op hun plaats klikken.
Druk op de ontgrendeling als u de
flitskoppen wilt verwijderen (p. 8).
Bevestig de flitser altijd aan het objectief wanneer u fotografeert.
Wanneer u fotografeert met de flitser in uw hand, kan dit lagetemperatuurbrandwonden veroorzaken.
Raak de flitser of batterijen niet aan direct nadat u continu geflitst hebt of de
modelflits hebt gebruikt. Als u ze aanraakt, kan dit tot brandwonden leiden. Zorg
dat de flitser is afgekoeld voordat u de flitser verwijdert of batterijen vervangt.
Als u de bevestigingsring wilt draaien, houdt u de ontgrendelknop
ingedrukt.
Als de Macrolite Adapter 72C op de schroefdraad van de EF180mm
f/3.5L Macro USM-lensfilter vastzit en niet kan worden losgedraaid, duwt
u de ring tegen de lens (het objectief) en draait u in de juiste richting voor
het verwijderen van de adapter. Druk hierbij niet op de ontgrendelknop.
U kunt de flitser niet bevestigen op de EF-M28mm f/3.5 Macro IS STM.
Bij gebruik van de volgende objectieven bevestigt u eerst de Macrolite
Adapter (afzonderlijk verkrijgbaar) aan de voorkant van het objectief
(filterschroefdraad) en bevestigt u vervolgens de flitser.
• EF100mm f/2.8L Macro IS USM: Macrolite Adapter 67
• EF180mm f/3.5L Macro USM: Macrolite Adapter 72C
14
De flitser instellen
Instelbereik flitser
De flitser van de MT-26EX-RT kan binnen onderstaand bereik worden
ingesteld op het objectief en het onderwerp.
Standaardpositiemarkering
(horizontale hoek)
Hoekmeter
Ontgrendelknop
Flitskop
Draaiknop
Standaardpositiemarkering (verticale hoek)
"Als u de bevestigingsring wilt draaien, houdt u de ontgrendelknop
ingedrukt.
#Als u het flitskopbevestigingspunt wilt draaien, houdt u de
draaiknop ingedrukt.
$De flitskop kunt u rechtstreeks in de richting aangegeven door %
draaien.
Draai de flitskop niet verder dan is toegestaan. Als u dat wel doet, kan de
flitskop ontkoppeld raken van het bevestigingspunt en vallen.
Afhankelijk van de camera en het objectief kan het bereik kleiner zijn.
15
De flitser inschakelen
1
Zet de aan-/uitschakelaar in de
stand <K>.
X Het opladen van de flitser wordt
gestart.
X Tijdens het opladen ziet u <G>
op het LCD-paneel. Wanneer het
opladen van de flitser is voltooid,
verdwijnt deze indicatie.
of de flitser gereed is
2 Controleer
voor gebruik.
Het gereed-lampje verandert van uit
naar groen (snelle flits klaar) naar
rood (volledig opgeladen).
U kunt op de testflitsknop (gereedlampje) drukken om een testflits te
geven.
Snelle flits
Met de snelle flitsfunctie kunt u flitsopnamen maken als het gereedlampje groen brandt (voordat de flitser helemaal is opgeladen). De
snelle flits is altijd beschikbaar, ongeacht de ingestelde transportmodus
van de camera. Hoewel het flitsvermogen circa 1/2 tot 1/6 het volledige
vermogen is, is dit handig voor opnamen met een korter flitsinterval.
Bij handmatige flitsopnamen is deze functie beschikbaar als het
flitsvermogen is ingesteld op 1/4 of minder. Bij FEB of opnamen met
meerdere draadloze flitsers kunt u geen snelle flits gebruiken.
16
De flitser inschakelen
Automatische uitschakeling
Om de batterijen te sparen gaat de flitser automatisch uit als deze
ongeveer 90 seconden niet is gebruikt. U schakelt de MT-26EX-RT
weer in door de ontspanknop van de camera half in te drukken of op de
testflitsknop (gereed-lampje) van de flitser te drukken.
Als de flitser is ingesteld als masterunit voor opnamen met meerdere
draadloze flitsers en radiotransmissie, duurt het circa 5 minuten voordat
het apparaat automatisch wordt uitgeschakeld.
De blokkeerfunctie
Als u de aan-/uitschakelaar instelt op <a>, schakelt u de knoppen
en wieltjes van de flitser uit. Deze functie is handig wanneer u wilt
voorkomen dat de flitsfunctie-instellingen die u hebt ingesteld per
ongeluk worden gewijzigd.
Als u een knop of wieltje bedient, ziet u <k> op het LCD-paneel.
Als de blokkering actief is, worden de functies boven functieknoppen 1 4, zoals <u>, <@>, niet weergegeven.
Focuslampje
Druk op de knop <d> om het
focuslampje 20 sec. te laten branden,
zodat u gemakkelijker kunt
scherpstellen. Druk opnieuw op de knop
om het lampje uit te schakelen.
Het focuslampje gaat automatisch uit
wanneer u de ontspanknop op de
camera volledig indrukt.
Wanneer u van te dichtbij naar het focuslampje kijkt, kan dit tot
oogbeschadiging leiden.
17
a: Volledig automatische flitsopnamen
Als u de opnamemodus van de camera instelt op <d> (Program AE) of
volledig automatische modus, kunt u in de volledig automatische
E-TTL II-/E-TTL-flitsmodus fotograferen.
1
Stel de flitsmodus in op <a>.
Druk op de knop <E>.
Draai <9>, selecteer <Q> en
druk vervolgens op <8>.
Controleer of <M> niet wordt
weergegeven.
scherp op het onderwerp.
2 StelDruk
de ontspanknop half in om
scherp te stellen.
X De sluitertijd en het diafragma
worden in de zoeker weergegeven.
Controleer of in de zoeker <Q>
brandt.
de foto.
3 Maak
Als u de ontspanknop helemaal
Bevestigingslampje
flitsbelichting
18
indrukt, flitst het apparaat en wordt de
foto gemaakt.
X Bij standaardflitsbelichting brandt het
bevestigingslampje voor de
flitsbelichting circa 3 seconden.
l De flitsverhouding instellenN
U kunt de flitsverhouding (ratio) van de flitskoppen A en B aanpassen of
slechts één flitskop gebruiken. Hiermee creëert u schaduwen op het
onderwerp en een plastisch effect. U kunt de flitsverhouding als volgt in
1/2-stopwaarden instellen: 8:1 tot 1:1 tot 1:8 (13 instellingen).
A:B = 1:1
A:B = 4:1
Alleen met A flitsen
Alleen met B flitsen
Flitsen met de flitsverhouding A:B ingesteld
1
Stel in op <l>.
Druk op de knop <,>.
Draai <9>, selecteer <U> en
druk vervolgens op <8>.
op de knop <F>.
2 Druk
Druk op functieknop 3 <F>.
X De flitsverhouding wordt
geselecteerd.
de flitsverhouding in.
3 StelDraai
<9> om de flitsverhouding
A:B in te stellen en druk vervolgens
op <8>.
19
l De flitsverhouding instellenN
Aan één kant flitsen
Stel in op <4> of
<5>.
Druk op de knop <,>.
Draai <9>, selecteer <a> of
<b> en druk vervolgens op <8>.
Alleen met
A flitsen
Alleen met
B flitsen
Bij conversie naar het aantal stops is de flitsverhouding van 8:1 tot 1:1 tot
1:8 equivalent aan 3:1 tot 1:1 tot 1:3 (in stappen van 1/2 stop).
De details van de flitsverhoudingsinstellingen zijn als volgt.
Als <l>, <4> of <5> niet wordt weergegeven, flitsen
flitskoppen A en B met hetzelfde flitsvermogen.
Zie bij de flitsmodusinstelling <a> pagina 24 - 26.
20
f FlitsbelichtingscompensatieN
U kunt het flitsvermogen op dezelfde manier als de
belichtingscompensatie aanpassen. De flitsbelichtingscompensatiewaarde
kan worden ingesteld tot maximaal ±3 stops in stappen van 1/3 stop.
1
Druk op de knop <@>.
Druk op functieknop 2 <@>.
U kunt hiervoor ook op <8>
drukken.
X <f> wordt weergegeven en de
flitsbelichtingscompensatiewaarde is
geselecteerd.
de waarde voor de
2 Stel
flitsbelichtingscompensatie in.
Draai <9> om de waarde voor de
flitsbelichtingscompensatie in te
stellen en druk vervolgens op <8>.
X De flitsbelichtingscompensatiewaarde
is ingesteld.
“0.3” betekent stop van 1/3 en “0.7”
betekent stop van 2/3.
Zet de compensatiewaarde terug op
±0 als u de
flitsbelichtingscompensatie wilt
annuleren.
Over het algemeen kunt u het beste voor lichte onderwerpen een grotere
belichtingscompensatie en voor donkere onderwerpen een kleinere
belichtingscompensatie kiezen.
Als de belichtingscompensatie van de camera is ingesteld op stappen
van 1/2 stop, is de flitsbelichtingscompensatie maximaal ±3 stops in
stappen van 1/2 stop.
Wanneer de flitsbelichtingscompensatie zowel op de flitser als op de
camera wordt ingesteld, krijgt de instelling op de flitser voorrang.
21
g FEBN
U kunt drie opnamen maken terwijl het flitsvermogen automatisch steeds
verandert. Dit wordt FEB (Flash Exposure Bracketing) genoemd. Het
instelbare bereik is maximaal ±3 stops in stappen van 1/3 stop.
1
Druk op de knop <E>.
Druk op functieknop 3 <E>.
X <g> verschijnt en de FEBniveauweergave is geselecteerd.
het FEB-niveau in.
2 StelDraai
<9> om het FEB-niveau in te
stellen en druk vervolgens op <8>.
X Het FEB-niveau is ingesteld.
“0.3” betekent stop van 1/3 en “0.7”
betekent stop van 2/3.
Bij gebruik in combinatie met
flitsbelichtingscompensatie worden
FEB-opnamen gemaakt op basis van
de ingestelde
flitsbelichtingscompensatiewaarde.
Wanneer het FEB-bereik groter is
dan ±3 stops, ziet u aan het eind van
het flitsbelichtingsniveau <I> of <J>.
Nadat de drie opnamen zijn gemaakt, wordt FEB automatisch
geannuleerd.
Voordat u opnamen maakt met FEB, verdient het aanbeveling om de
transportmodus van de camera in te stellen op één opname en te
controleren of de flitser is opgeladen. Als de transportmodus is ingesteld
op continue opname, wordt de opname automatisch beëindigd na drie
continue opnamen.
U kunt FEB in combinatie met flitsbelichtingscompensatie of
flitsbelichtingsvergrendeling gebruiken.
Als de belichtingscompensatie van de camera is ingesteld op stappen van
1/2 stop, is de flitsbelichtingscompensatie maximaal ±3 stops in stappen
van 1/2 stop.
22
FEL: FlitsbelichtingsvergrendelingN
Met FE-vergrendeling (FE = Flash Exposure, flitsbelichting) zet u voor
elk deel van het onderwerp de juiste flitsbelichting vast.
Druk op de knop <B> van de camera als u <a> op het LCDpaneel ziet. Voor camera’s zonder een knop <B> drukt u op de knop
<A> (AE-vergrendeling) of <7>.
1
Stel scherp op het onderwerp.
op de knop <B>.
2 Druk
Zorg ervoor dat het onderwerp zich
midden in de zoeker bevindt en druk
op de knop <B> van de camera.
X De MT-26EX-RT geeft een voorflits
en in het geheugen wordt het vereiste
flitsvermogen voor het onderwerp
opgeslagen.
X Gedurende circa 0,5 seconde ziet u
“FEL” in de zoeker.
Telkens wanneer u op de knop <B>
drukt, ziet u een voorflits en wordt het
nieuwe flitsvermogen dat op dat moment
nodig is, in het geheugen opgeslagen.
Als er geen juiste belichting kan worden verkregen wanneer u een
flitsbelichtingsvergrendeling probeert te maken, knippert <Q> in de
zoeker. Verklein de afstand tot het onderwerp of open het diafragma en
voer opnieuw de flitsbelichtingsvergrendeling uit. U kunt bij gebruik van
een digitale camera ook een hogere ISO-snelheid instellen en daarna de
FE-vergrendeling opnieuw uitvoeren.
Als het gewenste onderwerp te klein is in de zoeker, is de FEvergrendeling wellicht niet erg effectief.
Als u op de knop <A> van een EOS M-camera drukt, verschijnt midden
in het scherm een cirkel die het flitsmeetbereik aangeeft. (Afhankelijk van
het cameramodel ziet u ook <d>.)
23
q: Handmatig flitsenN
U kunt de flitssterkte (flitsvermogen) instellen van 1/1 (volledige sterkte)
tot 1/512 in stappen van 1/3 stop. U kunt op drie manieren opnamen
maken: met beide flitskoppen (A en B) en dezelfde flitssterkte, met
beide flitskoppen (A en B) en verschillende flitssterkten en met één
flitskop (alleen A of alleen B).
We raden u aan de opnamemodus van de camera in te stellen op
<f> of <a>. Maak bovendien eerst een testopname om de
belichting te controleren.
Flitsen met flitskop A en B en dezelfde flitssterkte
1
Stel de flitsmodus in op <q>.
Druk op de knop <E>.
Draai <9>, selecteer <R> en
druk vervolgens op <8>.
<,> uit.
2 Schakel
Druk op de knop <,>.
Draai <9>, selecteer <M> en
druk vervolgens op <8>.
het flitsvermogen in.
3 StelDruk
op functieknop 2 <@> of
<8>.
X Het flitsvermogenniveau is
geselecteerd.
Draai <9> om het flitsvermogen in
te stellen en druk vervolgens op
<8>.
Als u hogesnelheidssynchronisatie hebt ingesteld, is het instelbereik 1/1
- 1/64.
Bij flitsen aan beide kanten is het richtgetal anders dan wanneer u aan
één kant flitst, zelfs als de flitssterkte-instellingen hetzelfde zijn.
24
q: Handmatig flitsenN
Flitsen met flitskop A en B en verschillende flitssterkten
1
Stel in op <4> en
<5>.
Druk op de knop <,>.
Draai <9>, selecteer <U> en
druk vervolgens op <8>.
een flitskop.
2 Selecteer
Druk op functieknop 3 <F> of
<8> en draai <9> om flitskop A of
B te selecteren.
het flitsvermogen in.
3 StelDruk
op functieknop 3 <1> of
<8>.
Draai <9> om het flitsvermogen in
te stellen en druk vervolgens op
<8>.
Herhaal stap 2 en 3 om het
flitsvermogen voor flitskop A en B in
te stellen.
25
q: Handmatig flitsenN
Aan één kant flitsen
1
Alleen met
A flitsen
Stel <4> of <5> in.
Druk op de knop <,>.
Draai <9>, selecteer <a> of
<b> en druk vervolgens op <8>.
Alleen met
B flitsen
het flitsvermogen in.
2 StelDruk
op functieknop 3 <@> of
<8>.
Draai <9> om het flitsvermogen in
te stellen en druk vervolgens op
<8>.
26
Flitseraansturing via het menuscherm van de camera
Bij gebruik van een EOS DIGITAL-camera van 2007 of later kunt u flitsfuncties
of gebruikersfuncties instellen via het menuscherm van de camera.
Zie voor bediening van de camera de instructiehandleiding van de camera.
Flitsfuncties instellen
1
Selecteer [Externe Speedlite
besturing].
Selecteer [Externe Speedlite
besturing] of [Flitsbesturing].
[Flits functie
2 Selecteer
instellingen].
Selecteer [Flits functie instellingen]
of [Func.inst. externe flitser].
X Het scherm voor instelling wordt
weergegeven.
3
Stel de functie in.
Het scherm voor instelling en de weergegeven onderdelen
variëren, afhankelijk van de camera.
Selecteer bij het instellen van de functies voor draadloos flitsen
[1:Slave A, B en C] voor C.Fn-15 in [Flitser C.Fn instellingen]
of [C.Fn-inst. externe flitser].
Selecteer een onderdeel en stel de functie in.
Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
27
f Flitserblokkering als gevolg
van temperatuurstijging
Als u via een reeks flitsen of de modelflits herhaaldelijk met korte
tussenpozen flitst, kunnen de flitskoppen, de batterijen en het gedeelte
bij het batterijcompartiment heet worden.
Als u herhaaldelijk flitst, wordt het flitsinterval stapsgewijs (binnen
het bereik) groter tot ongeveer 20 sec. Zo wordt voorkomen dat de
flitskoppen slechter functioneren of beschadigd raken door
oververhitting. Als u in deze situatie herhaaldelijk blijft flitsen,
wordt het flitsen automatisch beperkt.
Als er een beperking is voor flitsopnamen, verschijnt bovendien
een waarschuwingspictogram ten teken dat de temperatuur stijgt
en wordt het flitsinterval (waarmee u kunt flitsen) automatisch
ingesteld op circa 8 sec. (niveau 1) of circa 20 sec. (niveau 2).
Temperatuurstijgingswaarschuwing
Als de inwendige temperatuur van de flitser stijgt, verschijnt de
waarschuwing. Deze kent twee niveaus. Als u in deze situatie bij niveau
1 herhaaldelijk continu blijft flitsen, wordt het beperkingsniveau
verhoogd tot niveau 2.
Weergave
Niveau 1 (Flitsinterval:
circa 8 sec.)
Niveau 2 (Flitsinterval:
circa 20 sec.)
Pictogram
e
f
Verlichting LCD-paneel
Rood (brandt)
Rood (knippert)
Aantal continue flitsen en wachttijd
In de volgende tabel ziet u hoe vaak u continu kunt flitsen voordat de
waarschuwing (niveau 1) wordt weergegeven plus de vereiste wachttijd
(richtlijn) totdat u weer normaal kunt flitsen.
Functie
Continue flits op vol
vermogen (p. 7)
Modelflits
28
Aantal continue flitsen voor
waarschuwing van niveau 1
(richtlijn)
Benodigde
intervaltijd
(richtlijn)
48 keer of meer
25 min. of langer
f Flitserblokkering als gevolg van temperatuurstijging
LET OP
Raak bij continu flitsen nooit de flitskoppen, de batterijen en het gedeelte
bij het batterijcompartiment aan.
Raak de flitskoppen, de batterijen of het gedeelte bij het batterijcompartiment
niet aan als u herhaaldelijk continu met een korte interval flitst of de modelflits
gebruikt. De flitskoppen, de batterijen en het gedeelte bij het
batterijcompartiment kunnen heet worden, waardoor u zich kunt branden.
Open of sluit het deksel van het batterijcompartiment niet als er een
beperking is ingesteld voor het flitsen. Als u dat wel doet, heft u de
beperking op en dit kan leiden tot gevaarlijke situaties.
Ook als er geen waarschuwing van niveau 1 wordt weergegeven, wordt
het flitsinterval verlengd naarmate de flitskoppen warmer worden.
Laat bij een waarschuwing van niveau 2 de flitser minstens 25 minuten
afkoelen.
Zelfs als u na de waarschuwing van niveau 1 stopt met flitsen, kan het
zijn dat er een waarschuwing van niveau 2 verschijnt.
Als u bij hoge temperaturen flitsopnamen maakt, wordt de flitsblokkering
mogelijk geactiveerd voordat u het aantal malen hebt geflitst dat in de
tabel op de vorige pagina staat vermeld.
Zie voor waarschuwingen over het aantal keren flitsen pagina 7 of pagina
28.
In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat de MT-26EX-RT niet flitst
vanwege omgevingsfactoren zoals temperatuurstijgingen.
Bij gebruik van de diffuseradaper verschijnt de waarschuwing al na een
iets kleiner aantal continue flitsen.
Wanneer C.Fn-22-1 is ingesteld, wordt de waarschuwing met rood
verlicht LCD-paneel niet weergegeven, zelfs niet als de temperatuur van
de flitskop stijgt.
Zie bij gebruik van de compacte voedingseenheid CP-E4N (afzonderlijk
verkrijgbaar) ook de instructiehandleiding bij de CP-E4N.
29
Draadloos flitsen met radiotransmissie
9 Landen en regio’s waar draadloos flitsen met radiotransmissie
is toegestaan
Voor sommige landen en regio’s gelden restricties voor het draadloos flitsen met
radiotransmissie en onrechtmatig gebruik ervan kan strafbaar zijn op basis van
nationale of lokale wetgeving. Controleer op de website van Canon waar het is
toegestaan draadloos te flitsen met radiotransmissie om te voorkomen dat u deze
wetgeving schendt.
Canon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele problemen die het
gevolg zijn van het draadloos flitsen met radiotransmissie in andere landen en
regio’s.
9 Modelnummer
MT-26EX-RT: DS401211 (inclusief module CH9-1216 voor draadloos flitsen met
radiotransmissie)
Hierbij verklaar ik, Canon Inc., dat deze apparatuur conform is met Richtlijn 2014/
53/EU.
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring kan worden geraadpleegd
op het volgende internetadres:
http://www.canon-europe.com/ce-documentation
Specificaties voor draadloze verbindingen
2404 MHz - 2476 MHz/ 4dBm
Neem contact op met het volgende kantoor voor de oorspronkelijke
Conformiteitsverklaring:
CANON EUROPA N.V.
Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands
CANON INC.
30-2, Shimomaruko 3-chome, Ohta-ku, Tokyo 146-8501, Japan
30
Draadloos flitsen met radiotransmissie
Uitsluitend bestemd voor de Europese Unie en EER
(Noorwegen, IJsland en Liechtenstein)
Dit symbool geeft aan dat dit product in overeenstemming met de
AEEA-richtlijn (2012/19/EU) en de nationale wetgeving niet mag
worden afgevoerd met het huishoudelijk afval. Dit product moet
worden ingeleverd bij een aangewezen, geautoriseerd
inzamelpunt, bijvoorbeeld wanneer u een nieuw gelijksoortig
product aanschaft, of bij een geautoriseerd inzamelpunt voor
hergebruik van elektrische en elektronische apparatuur (EEA). Een
onjuiste afvoer van dit type afval kan leiden tot negatieve effecten
op het milieu en de volksgezondheid als gevolg van potentieel
gevaarlijke stoffen die veel voorkomen in elektrische en
elektronische apparatuur (EEA). Bovendien werkt u door een juiste
afvoer van dit product mee aan het effectieve gebruik van
natuurlijke hulpbronnen. Voor meer informatie over waar u uw
afgedankte apparatuur kunt inleveren voor recycling kunt u contact
opnemen met het gemeentehuis in uw woonplaats, de
reinigingsdienst, of het afvalverwerkingsbedrijf. U kunt ook het
schema voor de afvoer van afgedankte elektrische en
elektronische apparatuur (AEEA) raadplegen. Ga voor meer
informatie over het inzamelen en recyclen van afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur naar
www.canon-europe.com/weee.
Grafische symbolen op het apparaat
Gelijkstroom
GOOI BATTERIJEN NIET WEG, MAAR LEVER ZE IN CONFORM DE
LOKALE REGELGEVING.
31
Index
A
Aan één kant flitsen ..................20, 26
Aan-/uitschakelaar ..........................16
Accessoires.....................................11
Accessoireschoen...........................13
Automatisch uitschakelen ...............17
B
Batterijen.........................................12
Bevestigingslampje flitsbelichting ...18
Blokkeerfunctie ...............................17
C
Creatieve zone..................................4
D
Diffuseradapter ...............................11
Draagtas .........................................11
E
E-TTL II-/E-TTL-autoflash ...............18
F
FEB .................................................22
Flitsbelichtingscompensatie ............21
Flitsbelichtingsniveau................10, 21
Flitsbelichtingsvergrendeling (FEL)
........................................................23
Flitsbesturing...................................27
Flitserblokkering..............................28
Flitsfuncties instellen.......................27
Flitsinterval..................................7, 28
Flitskop..............................................8
Wisselen ...............................20, 26
Flitsmodus.................................10, 18
Flitsvermogen .................................24
Focuslampje....................................17
G
Gereed-lampje ................................16
H
Handmatig flitsen ............................24
Aan één kant flitsen ................... 26
Flitsvermogen ............................ 24
L
LCD-paneel .................................... 10
LOCK.............................................. 17
M
M (handmatige belichting) .............. 24
Macrolite Adapter ........................... 14
N
Namen van onderdelen .................... 8
O
Opladen.......................................... 16
P
P (Program AE) .............................. 18
R
RATIO....................................... 19, 24
Regeling flitsverhouding
A:B ............................................. 19
Knop RATIO......................... 19, 25
S
Snelle flits ....................................... 16
T
Mteken (Sterretje) ........................... 4
Temperatuurstijging ........................ 28
Testflits ........................................... 16
Type A-camera ................................. 2
Type B-camera ................................. 2
V
Veiligheidsmaatregelen .................... 6
Volledig automatische flitsopnamen
....................................................... 18
W
Waarschuwingspictogram .............. 28
33
De beschrijvingen in deze instructiehandleiding dateren van juli 2017. Voor
informatie over de compatibiliteit met producten van latere datum neemt u contact
op met een Canon Service Center. De meeste recente versie van de
instructiehandleiding vindt u op de website van Canon.