Documenttranscriptie
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om gevaar voor brand of een
elektrische schok te voorkomen.
Om oververhitting en brandgevaar te vermijden, mag u
de ventilatie-openingen van het apparaat niet afdekken
met kranten, een tafelkleed, gordijnen e.d. Plaats nooit
een brandende kaars bovenop het apparaat
Om gevaar voor brand of een elektrische schok te
voorkomen, mag u geen voorwerpen als vazen op het
apparaat zetten.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals
een boekenrek of ingebouwde kast.
Gooi lege batterijen niet weg, maar
lever deze in als klein chemisch
afval (KCA).
2NL
Betreffende deze
gebruiksaanwijzing
• De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor de
modellen STR-DA1000ES en STR-DB790.
Controleer uw modelnummer, dat rechtsonder op het
voorpaneel staat vermeld. De afbeeldingen in deze
gebruiksaanwijzing tonen het model STRDA1000ES, behalve waar anders vermeld staat.
Verschillen in bediening tussen de modellen worden
in de tekst duidelijk aangegeven, als bijvoorbeeld
"Alleen model STR-DA1000ES".
• De aanwijzingen in deze handleiding beschrijven de
bediening met de toetsen op de tuner/versterker zelf.
U kunt echter ook de toetsen van de bijgeleverde
afstandsbediening gebruiken, met dezelfde of
soortgelijke namen als die op de tuner/versterker.
Voor nadere bijzonderheden over het gebruik van uw
afstandsbediening:
– STR-DA1000ES:
RM-LG112
– STR-DB790:
RM-PP412
Zie de afzonderlijke gebruiksaanwijzing die bij de
afstandsbediening is geleverd.
NL
Omtrent de landcodes
Over welke uitvoering van dit apparaat u beschikt,
is afleesbaar aan de landcode die staat vermeld
onderaan het achterpaneel (zoals in de onderstaande
afbeelding).
R
L
+
–
SURROUND BACK
CENTER
AC OUTLET
SUB WOOFER
4-XXX-XXX-XX AA
Landcode
Verschillen in bediening die samenhangen met de
landcode staan in de tekst duidelijk aangegeven,
zoals bijvoorbeeld "alleen de modellen met
landcode AA".
Deze tuner/versterker is voorzien van Dolby* Digital
en Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital
Surroundakoestieksysteem.
* Vervaardigd onder licentie van Dolby Laboratories.
"Dolby", "Pro Logic" en het dubbele-D symbool
zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
** "De termen "DTS", "DTS-ES Digital Surround" en
"Neo:6" zijn handelsmerken van Digital Theater
Systems, Inc.
3NL
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
1: Keuze van de juiste aansluitingen voor
uw apparatuur ................................... 6
1a: Aansluiten van apparatuur met
digitale audio-uitgangen ............. 8
1b: Aansluiten van apparatuur met
meerkanaalsuitgangsaansluitingen ............... 11
1c: Aansluiten van apparatuur met
alleen analoge audio-uitgangen 13
2: Antennes aansluiten .......................... 15
3: Luidsprekers aansluiten .................... 16
4: Het netsnoer aansluiten..................... 20
5: De luidsprekers instellen................... 21
6: De luidsprekerniveaus en de balans
bijregelen ........................................ 24
— TEST TONE
Versterkerfuncties
Keuze van een beeld/geluidsbron ......... 26
Luisteren naar meerkanaals-geluid ....... 26
— MULTI CH IN
Luisteren naar de FM/AM radio ........... 27
FM zenders automatisch voorinstellen . 28
— AUTOBETICAL
(Alleen voor de modellen met
landcode CEL of CEK)
Voorinstellen van radiozenders............. 29
Gebruik van het Radio Data Systeem
(RDS).............................................. 30
(Alleen voor de modellen met
landcode CEL of CEK)
Aanduidingen omschakelen .................. 31
Betekenis van de aanduidingen in het
uitleesvenster .................................. 32
Genieten van Surround Sound
akoestiek
Alleen de voorluidsprekers gebruiken .. 34
Genieten van de beste akoestiekweergave
35
— AUTO FORMAT DIRECT
Keuze van een klankbeeld .................... 36
Keuze van de middenachter-
4NL
decodeerfunctie .............................. 38
— SURR BACK DECODING
Geavanceerde aanpassingen
en instellingen
Omschakelen van de audio-ingangskeuze
voor digitale beeld/geluidsbronnen 40
— INPUT MODE
Zelf aanpassen van klankbeelden ......... 40
Bijregelen van de equalizer-toonregeling.
42
Geavanceerde instellingen.................... 42
Andere bedieningsfuncties
Naamgeving van voorkeurzenders en
geluidsbronnen ............................... 47
Automatisch uitschakelen met de
sluimerfunctie................................. 48
Keuze van het luidsprekersysteem ....... 48
Opnemen............................................... 49
CONTROL A1II Bedieningssysteem . 50
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen.......................... 52
Verhelpen van storingen....................... 53
Technische gegevens ............................ 56
Bedieningsorganen en
verwijzingspagina's ........................ 60
Index ..................................................... 62
Voorbereidingen
1: Keuze van de juiste aansluitingen voor uw apparatuur
In de stappen 1a – 1c vanaf pagina 8 wordt beschreven hoe u allerlei apparatuur kunt aansluiten op deze
tuner/versterker. Alvorens u hiermee begint, neemt u eerst even de lijst met "Aan te sluiten apparatuur"
hieronder door, om te zien op welke pagina's de aanwijzingen staan voor de betreffende apparaten.
Nadat u al uw apparatuur hebt aangesloten, kunt u doorgaan met de volgende stap "2: Antennes
aansluiten" (pagina 15).
Aan te sluiten apparatuur
Type apparaat om aan te sluiten
Pagina
DVD videospeler
Met digitale audio-uitgangena)
8–9
Met meerkanaals audio-uitgangb)
11–12
Met alleen analoge audio-uitgangenc)
8–9
TV of videomonitor
Met component-type video-ingangend)
9 of 12
Met alleen S-video of composiet video-ingangen
14
Satelliet-ontvanger
Met digitale audio-uitgangena)
8–9
Met alleen analoge audio-uitgangenc)
8–9
CD/Super Audio CD-speler
Met meerkanaals audio-uitgangb)
11
Met alleen analoge audio-uitgangenc)
13
Minidisc-recorder/Cassettedeck
Met digitale audio-uitganga)
Met alleen analoge audio-uitgangenc)
Analoge platenspeler
13
13
Meerkanaals-decodeerapparaat
11
Videorecorder, videocamera, videospelapparaat, enz.
14
a)
b)
c)
d)
6NL
10
Model met DIGITAL OPTICAL OUTPUT of DIGITAL COAXIAL OUTPUT aansluiting e.d.
Model met MULTI CH OUTPUT aansluitbussen e.d. Deze aansluiting dient voor weergave via de tuner/
versterker van de geluidssignalen die zijn gedecodeerd door de ingebouwde meerkanaals-decodeertrap van het
betreffende apparaat.
Model voorzien van AUDIO OUT L/R uitgangsaansluitingen e.d.
Model met component-video (Y, B-Y, R-Y) ingangsaansluitingen.
Vereiste aansluitsnoeren
A Audio-aansluitsnoer
Wit (L)
Rood (R)
B Audio/video-aansluitsnoer
F Coaxiale digitaalkabel
G Mono audio-aansluitsnoer
Zwart
Geel (video)
Wit (audio L)
Rood (audio R)
Tip
Het audio-aansluitsnoer A kan worden gesplitst
in twee mono audio-aansluitsnoeren G.
C Video-aansluitsnoer
Geel
Voorbereidingen
De aansluitschema's op de volgende bladzijden zijn gebaseerd op het gebruik van de volgende los
verkrijgbare aansluitsnoeren (A t/m H) (niet bijgeleverd).
H Component video-aansluitsnoer
D S-video aansluitsnoer
Groen
Blauw
Rood
E Optische digitaalkabel
Opmerkingen
• Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u begint met het aansluiten ervan.
• Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom en andere bijgeluiden te voorkomen.
• Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op dat u de kleuren van de linker en rechter stekkers en
aansluitbussen niet verwisselt: sluit geel aan op geel (voor het videosignaal); wit op wit (voor het linker
audiokanaal) en rood op rood (voor het rechter audiokanaal).
• Bij het aansluiten van de optische digitaalkabel steekt u de stekkers recht in de aansluitbussen tot ze vastklikken.
• Let op dat de optische digitaalkabel niet geknikt of verwrongen wordt.
Als u beschikt over Sony componenten met CONTROL A1II
aansluitingen
Zie "CONTROL A1II Bedieningssysteem" op pagina 50.
7NL
.
1a: Aansluiten van apparatuur met digitale audiouitgangen
Aansluiten van een DVD-speler, TV-toestel of satellietontvanger
Voor nadere bijzonderheden over de vereiste aansluitsnoeren (A–H), zie pagina 7.
1 Maak de audio-aansluitingen.
DVD-speler
OUTPUT
AUDIO
OUT
OUTPUT
OUTPUT
DIGITAL
OPTICAL
DIGITAL
COAXIAL
L
R
E*
DIGITAL
F*
A
COMPONENT VIDEO
Y
OPTICAL
R
PB/CB
/B-Y
PR/CR
/R-Y
TV/
SAT
IN
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
DVD
IN
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
OUT
IN
MD
OUT
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
DVD
FM
CD/SACD
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
R
MULTI CH IN
CONTROL
A1
ANTENNA
L
AUDIO
ANALOG
E
VIDEO
S-VIDEO
VIDEO
A
OUTPUT
OUTPUT
DIGITAL
OPTICAL
AUDIO
OUT
L
R
Satelliet-ontvanger
* Maak de aansluiting naar keuze via de COAXIAL IN ASSIGNABLE DVD CD/SACD of OPTICAL DVD IN
stekkerbus. Wij raden u aan gebruik te maken van de COAXIAL IN ASSIGNABLE DVD CD/SACD aansluiting.
8NL
Opmerking
2 Maak de video-aansluitingen.
De onderstaande afbeelding toont de aansluitingen voor een TV-toestel, een satelliet-ontvanger en een
DVD-speler met COMPONENT VIDEO (Y, B-Y, R-Y) uitgangsaansluitingen. Door aansluiten van
een TV-toestel met component-video ingangen verkrijgt u een betere beeldkwaliteit.
Opmerking
Voorbereidingen
U kunt het TV-geluid via deze tuner/versterker beluisteren door de audio-uitgangen van uw TV-toestel aan te sluiten
op de TV/SAT AUDIO IN aansluitingen van de tuner/versterker. Daarbij is het niet nodig de video-uitgang van het
TV-toestel aan te sluiten op de TV/SAT VIDEO IN aansluiting van de tuner/versterker.
Met deze tuner/versterker kunnen component-videosignalen niet worden omgezet in S-video of gewone
videosignalen (en andersom ook niet).
TV of videomonitor
DVD-speler
OUTPUT
R-Y
COMPONENT
B-Y
Y
OUTPUT
OUTPUT
VIDEO
S VIDEO
H
DIGITAL
OPTICAL
C
D
H
Y
INPUT
INPUT
VIDEO
S VIDEO
C
D
COMPONENT VIDEO
R
PB/CB
/B-Y
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
COMPONENT
B-Y
Y
DVD
IN
TV/
SAT
IN
INPUT
R-Y
OUT
IN
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
IN
CD/
SACD
U
AM
SIGNAL
GND
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
CONTROL
A1
ANALOG
ANTENNA
R
L
AUDIO
MULTI CH IN
H
VIDEO
C
OUTPUT
COMPONENT
B-Y
R-Y
Y
S-VIDEO
VIDEO
D
OUTPUT
OUTPUT
VIDEO
S VIDEO
Satelliet-ontvanger
wordt vervolgd
9NL
Aansluiten van een minidisc-recorder/cassettedeck
Voor nadere bijzonderheden over de vereiste aansluitsnoeren (A–H), zie pagina 7.
Minidisc-recorder/
Cassettedeck
INPUT OUTPUT
LINE
LINE
DIGITAL
L
OPTICAL
IN
OUT
l
DIGITAL
OPTICAL
A
IN
A
l
E
OUT
OUT
l
E
l
R
COMPONENT VIDEO
Y
R
PB/CB
/B-Y
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
DVD
IN
TV/
SAT
IN
IN
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
OUT
IN
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
CONTROL
A1
MULTI CH IN
ANTENNA
ANALOG
R
L
AUDIO
VIDEO
S-VIDEO
VIDEO
Tip
Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz en 96
kHz.
Opmerking
U kunt geen digitale opnamen maken van digitale meerkanaals Surround Sound signalen.
10NL
1 Maak de audio-aansluitingen.
Als uw DVD-speler or Super Audio CD-speler is voorzien van meerkanaals-uitgangen, dan kunt u die
verbinden met de MULTI CH IN aansluitingen van deze tuner/versterker, om zo te genieten van
meerkanaals-geluidsweergave. Bovendien kunt u op deze meerkanaals-ingangsaansluitingen ook een
extern meerkanaals-decodeerapparaat aansluiten.
Voor nadere bijzonderheden over de vereiste aansluitsnoeren (A–H), zie pagina 7.
DIGITAL
OPTICAL
COMPONENT VIDEO
Y
R
PB/CB
/B-Y
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
DVD
IN
TV/
SAT
IN
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
Voorbereidingen
1b: Aansluiten van apparatuur met meerkanaalsuitgangsaansluitingen
OUT
IN
U
AM
SIGNAL
GND
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
CONTROL
A1
MULTI CH IN
ANTENNA
ANALOG
A A
FRONT
R
L
AUDIO
VIDEO
S-VIDEO
VIDEO
G G
SURROUND CENTER
L
R
MULTI CH OUT
SUB
WOOFER
DVD-speler
Super Audio CD-speler,
Meerkanaals-decodeertrap, enz.
Tip
Met deze aansluitingen zult u ook kunnen genieten van meerkanaals-weergave van andere geluidsbronnen dan alleen
Dolby Digital of DTS.
wordt vervolgd
11NL
2 Maak de video-aansluitingen.
De onderstaande afbeelding toont de aansluitingen voor een DVD-speler met COMPONENT VIDEO
(Y, B-Y, R-Y) uitgangsaansluitingen. Door aansluiten van een TV-toestel met component-video
ingangen verkrijgt u een betere beeldkwaliteit.
Opmerking
Met deze tuner/versterker kunnen component-videosignalen niet worden omgezet in S-video of
gewone videosignalen (en andersom ook niet).
DVD-speler
OUTPUT
R-Y
COMPONENT
B-Y
OUTPUT
OUTPUT
VIDEO
S VIDEO
Y
H
DIGITAL
OPTICAL
C
INPUT
R-Y
D
H
COMPONENT VIDEO
R
PB/CB
/B-Y
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
COMPONENT
B-Y
Y
DVD
IN
TV/
SAT
IN
TV of videomonitor
OUT
IN
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
CONTROL
A1
12NL
MULTI CH IN
ANTENNA
ANALOG
R
L
AUDIO
VIDEO
VIDEO
S-VIDEO
Y
INPUT
INPUT
VIDEO
S VIDEO
C
D
Aansluiten van audio-apparatuur
Voor nadere bijzonderheden over de vereiste aansluitsnoeren (A–H), zie pagina 7.
Voorbereidingen
1c: Aansluiten van apparatuur met alleen analoge audiouitgangen
Platenspeler
A
DIGITAL
COMPONENT VIDEO
Y
OPTICAL
R
PB/CB
/B-Y
PR/CR
/R-Y
TV/
SAT
IN
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
DVD
IN
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
OUT
IN
MD
OUT
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
OUT
FRONT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
L
AUDIO
MULTI CH IN
VIDEO
ANALOG
ANTENNA
A
A
IN
INPUT OUTPUT
OUTPUT
LINE
LINE
CD/Super Audio CDspeler
l
OUT
A
S-VIDEO
VIDEO
l
CONTROL
A1
R
LINE
L
L
R
R
Minidisc-recorder/
Cassettedeck
Opmerking
Als uw platenspeler een aardingsdraad heeft, sluit u die aan op de U SIGNAL GND aardaansluiting.
wordt vervolgd
13NL
Aansluiten van video-apparatuur
Door een TV-toestel aan te sluiten op de MONITOR aansluitingen, kunt u de beelden van een
aangesloten ingangsbron bekijken (pagina 26). Voor nadere bijzonderheden over de vereiste
aansluitsnoeren (A–H), zie pagina 7.
Videorecorder
INPUT OUTPUT
VIDEO
IN
VIDEO
OUT
AUDIO
IN
AUDIO
OUT
TV of videomonitor
L
INPUT
INPUT
VIDEO
S VIDEO
B
B
L
R
L
OUT
DIGITAL
OPTICAL
COMPONENT VIDEO
R
PB/CB
/B-Y
TV/
SAT
IN
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
D
Y
DVD
IN
naar de
VIDEO 3
INPUT
stekkerbussen
C
IN
OUT
IN
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
FRONT
OUT
COAXIAL
SURR
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
MULTI CH IN
ANTENNA
ANALOG
R
L
AUDIO
VIDEO
S-VIDEO
OUT
VIDEO
L
OUT
B, D
B
VIDEO
IN
VIDEO
OUT
AUDIO
IN
AUDIO
OUT
D
INPUT
OUTPUT
S VIDEO
S VIDEO
L
L
Camcorder of
videospelapp
araat
14NL
IN
IN
B
INPUT OUTPUT
L
CONTROL
A1
L
CD/SACD
L
DVD
R
R
Videorecorder
D
2: Antennes aansluiten
AM kaderantenne
(bijgeleverd)
FM draadantenne
(bijgeleverd)
DIGITAL
OPTICAL
COMPONENT VIDEO
Y
R
PB/CB
/B-Y
L
IN
MONITOR
OUT
PHONO
DVD
IN
TV/
SAT
IN
PR/CR
/R-Y
IN
TV/SAT
IN
DVD
IN
MONITOR
OUT
IN
MD/
TAPE
R
VIDEO
1
L
OUT
MD
IN
MD
OUT
Voorbereidingen
Sluit de bijgeleverde AM kaderantenne en de FM draadantenne als volgt aan.
OUT
IN
U
AM
U
COAXIAL IN
ASSIGNABLE
SIGNAL
GND
IN
CD/
SACD
R
L
VIDEO
2
OUT
FRONT
COAXIAL
SURR
DVD
CD/SACD
FM
DVD
IN
75
R
L
TV/
SAT
IN
SUB WOOFER CENTER
CONTROL
A1
MULTI CH IN
ANALOG
ANTENNA
R
L
AUDIO
VIDEO
S-VIDEO
VIDEO
*
*
De vorm van de aansluitstekker kan verschillend zijn voor de diverse landcodes.
Opmerkingen
• Om te voorkomen dat de AM kaderantenne stoorsignalen oppikt, dient u deze uit de buurt te houden van de tuner/
versterker en andere apparatuur.
• Strek de FM draadantenne tot zijn volle lengte uit.
• Na aansluiten van de FM draadantenne dient u die zo horizontaal mogelijk te leiden.
• Gebruik de U SIGNAL GND aardaansluiting niet voor het aarden van de tuner/versterker.
15NL
3: Luidsprekers aansluiten
Sluit uw luidsprekers aan op de tuner/versterker. Op deze tuner/versterker kunt u een 7.1-kanaals
luidsprekersysteem aansluiten (bij de STR-DA1000ES) of een 6.1-kanaals systeem (bij de STRDB790).
Om te genieten van levensechte meerkanaals-geluidsweergave zijn er vijf gewone luidsprekers nodig
(twee voorluidsprekers, een middenluidspreker en twee achterluidsprekers) plus een speciale
lagetonen-luidspreker (voor in totaal 5.1 kanalen).
De meest indrukwekkende hi-fi weergave van DVD-discs met Surround EX geluid verkrijgt u door
toevoeging van een extra middenachterluidspreker (voor 6.1 kanalen) of nog beter twee
middenachterluidsprekers (voor 7.1 kanalen, alleen bij de STR-DA1000ES) (zie "Keuze van de
middenachter-decodeerfunctie" op pagina 38).
Voorbeeld van een 7.1-kanaals luidsprekersysteem
Middenluidspreker
Rechter voorluidspreker
Rechter
achterluidspreker
Linker
voorluidspreker
Lagetonenluidspreker
Linker achterluidspreker
Rechter achterluidspreker
Linker achterluidspreker
Tips
• Als u een 6.1-kanaals luidsprekersysteem aansluit, plaats de middenachterluidspreker dan recht achter uw favoriete
luisterplaats.
• Aangezien de weergave van de actieve lagetonen-luidspreker niet richtingsgevoelig is, kunt u die luidspreker
opstellen waar u maar wilt.
Luidspreker-impedantie
Voor de beste meerkanaals-geluidsweergave dient u luidsprekers met een nominale impedantie van 8
ohm of meer aan te sluiten op de FRONT, CENTER, SURROUND en SURROUND BACK
aansluitbussen en daarbij de IMPEDANCE SELECTOR luidspreker-impedantiekiezer in de op "8Ω"
te zetten. Controleer de gebruiksaanwijzing van uw luidsprekers als u niet zeker bent van de impedantie
ervan. (Deze informatie staat meestal ook vermeld aan de achterkant van de luidsprekerboxen.)
16NL
Opmerking
Schakel altijd eerst de stroom uit, voordat u de IMPEDANCE SELECTOR schakelaar omzet.
Voorbereidingen
Desgewenst kunt u ook luidsprekers met een nominale impedantie tussen 4 en 8 ohm aansluiten op een
of meer van de luidspreker-aansluitingen. Let echter op dat u de IMPEDANCE SELECTOR schakelaar
op "4Ω" zet als u slechts een enkele luidspreker met een nominale impedantie tussen de 4 en 8 ohm
aansluit.
wordt vervolgd
17NL
Vereiste aansluitsnoeren
A Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
B Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
(+)
(–)
Zwart
STR-DA1000ES
Linker
achterluidspreker
E
Rechter
achterluidspreker *
e E
Linker
achterluidspreker *
e E
A
e
A
Middenluidspreker
E
A
e
A
IMPEDANCE
SELECTOR
R
L
+
R
L
+
SURR
BACK
SURR
–
R
4
–
L
+
FRONT
B
IMPEDANCE SELECTOR
8
+
AC OUTLET
CENTER
–
R
–
L
+
FRONT
A
–
SPEAKERS
SUB WOOFER
SPEAKERS
FRONT B**
A
A
A
B
INPUT
E
e E
Rechter
achterluidspreker
e E
Rechter
voorluidspreker
e
Linker
voorluidspreker
AUDIO
IN
Lagetonenluidspreker
* U kunt kiezen welk stel voorluidsprekers u wilt gebruiken, met de SPEAKERS schakelaar. Zie voor nadere
bijzonderheden zie "Keuze van het luidsprekersysteem" (pagina 48).
**Als u slechts een enkele middenachterluidspreker wilt gebruiken, sluit u die dan aan op de SPEAKERS SURR
BACK L aansluitbussen.
18NL
STR-DB790
E
Middenachterluids
preker
e E
Middenluidspreker
e E
A
Voorbereidingen
Linker
achterluidspreker
e
A
A
IMPEDANCE
SELECTOR
R
+
L
R
L
SURROUND BACK
L
+
IMPEDANCE SELECTOR
SURR
–
R
–
+
CENTER
AC OUTLET
FRONT
B
–
+
FRONT
A
–
SPEAKERS
SUB WOOFER
SPEAKERS
FRONT B*
A
A
A
B
INPUT
E
e E
Rechter
achterluidspreker
e E
Rechter
voorluidspreker
e
Linker
voorluidspreker
AUDIO
IN
Lagetonenluidspreker
* U kunt kiezen welk stel voorluidsprekers u wilt gebruiken, met de SPEAKERS schakelaar. Zie voor nadere
bijzonderheden zie "Keuze van het luidsprekersysteem" (pagina 48).
19NL
4: Het netsnoer aansluiten
Steek de stekker van het netsnoer in een gewoon
wandstopcontact.
AC OUTLET*
Oorspronkelijke instellingen
maken
Alvorens u de tuner/versterker voor het eerst in
gebruik neemt, dient u het apparaat als volgt in
de uitgangsstand terug te stellen.
Volg deze aanwijzingen ook als u de gemaakte
instellingen wilt annuleren, om terug te keren
naar de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
1
2
AC OUTLET
Netsnoer
b
Naar een
wandstopcontact
* Alleen voor de modellen met landcode U, CA, SP,
TW.
Het aantal, de configuratie en de vorm van de
netstroomuitgang(en) kan verschillen per model en
per landcode van het apparaat.
Opmerkingen
• De AC OUTLET netstroomuitgang(en) op het
achterpaneel van de tuner/versterker zijn in/
uitschakelbaar, dat wil zeggen dat de aangesloten
apparatuur slechts van stroom wordt voorzien zolang
de tuner/versterker zelf staat ingeschakeld.
• Let op dat het totale stroomverbruik van de
apparatuur aangesloten op de AC OUTLET
netstroomuitgang(en) achterop de tuner/versterker
het op het achterpaneel aangegeven
maximumvermogen niet overschrijdt. Sluit op de
netuitgang(en) in geen geval huishoudelijke
apparatuur met een hoog stroomverbruik aan, zoals
een strijkijzer, ventilator, of TV-toestel. De
apparatuur zou daardoor defect kunnen raken.
20NL
Druk op de ?/1 schakelaar om de
tuner/versterker uit te schakelen.
Houd daarna de ?/1 schakelaar nog
eens 5 seconden lang ingedrukt.
De aanduiding "INITIAL" verschijnt in het
uitleesvenster.
Al de volgende onderdelen worden gewist
of in de uitgangsstand teruggesteld:
• Alle instellingen van de SP SETUP,
LEVEL, EQ, CUSTOMIZE en TUNER
menu's.
• De klankbeelden die waren gekozen voor
de diverse geluidsbronnen en
voorkeurzenders.
• Alle vastgelegde voorkeurzenders.
• Alle vastgelegde namen voor
geluidsbronnen en voorkeurzenders.
Via het SP SETUP menu kunt u vaststellen
welke soorten luidsprekers er zijn aangesloten
op de tuner/versterker, van welke afmetingen.
1
2
3
Druk op de ?/1 schakelaar om de
tuner/versterker aan te zetten.
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "SP SETUP".
Draai aan de MENU instelknop om de
gewenste parameter te kiezen.
Zie voor nadere bijzonderheden zie
"Luidspreker-instelparameters".
Opmerking
Bepaalde instelparameters kunnen in vage grijze
letters in het uitleesvenster verschijnen. Dan is de
parameter in dat geval automatisch vast ingesteld,
vanwege het gekozen klankbeeld of andere
luidspreker-instellingen. Afhankelijk van de
instellingen zult u soms bepaalde luidsprekers
niet kunnen bijregelen.
4
5
Draai aan de –/+ knop om de
instelparameter te kiezen.
Herhaal de stappen 3 en 4 totdat u alle
hieronder genoemde parameters naar
wens hebt ingesteld.
Luidspreker-instelparameters
De oorspronkelijke instellingen staan
onderstreept aangegeven.
x XXXX SET (Eenvoudige
luidsprekerinstelling)
• EASY SET
U kunt de luidsprekerinstellingen
automatisch maken door keuze van een
vooringesteld luidsprekerpatroon (zie
daarvoor de bijgeleverde "Snelstartgids").
• NORM. SET
Kies deze stand om de instellingen voor elk
van de luidsprekers handmatig te maken.
x SP PAT. XXX (Luidspreker-instelpatroon)
Na keuze van EASY SET kunt u hiermee het
luidsprekerinstelpatroon kiezen. Draai een de –/
+ knop om een luidsprekerinstelpatroon te
kiezen en druk op de MEMORY/ENTER toets
om uw keuze in te voeren. Het geschikte
luidsprekerpatroon voor uw luidsprekers vindt u
in de bijgeleverde Snelstartgids.
x
SW
(SUB WOOFER) (Lagetonenluidspreker)
• YES
Als u een lagetonen-luidspreker aansluit,
kiest u voor "YES".
• NO
Als u geen lagetonen-luidspreker aansluit,
kiest u voor "NO". De voorluidsprekers
worden automatisch ingesteld op "LARGE".
Hierdoor worden de basverdelingscircuits
ingeschakeld, zodat de laagste LFE signalen
door de andere luidsprekers worden
weergegeven.
x
L
R
Voorbereidingen
5: De luidsprekers
instellen
(FRONT) (Voorluidsprekers)
• LARGE
Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die
alle lage tonen zonder problemen kunnen
weergeven, dan kiest u de stand "LARGE".
Gewoonlijk zal de stand "LARGE" het best
voldoen.
• SMALL
Klinkt het geluid vervormd, of is de
ruimtelijke weergave van meerkanaals
Surround Sound niet naar wens, met te weinig
basweergave, dan kiest u de stand "SMALL"
om de basverdelingscircuits in te schakelen,
zodat de laagste frequenties van de
voorkanalen worden overgeheveld naar de
aparte lagetonen-luidspreker. Als u voor de
voorluidsprekers de stand "SMALL" kiest,
worden de middenluidspreker, de
achterluidsprekers en de
middenachterluidsprekers ook automatisch
ingesteld op "SMALL" (tenzij u eerder de
stand "NO" hebt gekozen).
x
C
(CENTER) (Middenluidspreker)
• LARGE
Is er een grote middenluidspreker aangesloten
die alle lage tonen zonder problemen kan
weergeven, dan kiest u de stand "LARGE".
Gewoonlijk zal de stand "LARGE" het best
voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
wordt vervolgd
21NL
ingesteld op "SMALL", kunt u de
middenluidspreker niet instellen op
"LARGE".
• SMALL
Klinkt het geluid vervormd, of is de
ruimtelijke weergave van meerkanaals
Surround Sound niet naar wens, met te weinig
basweergave, dan kiest u de stand "SMALL"
om de basverdelingscircuits in te schakelen,
zodat de laagste frequenties van het
middenkanaal worden overgeheveld naar de
voorluidsprekers (als die op "LARGE" zijn
ingesteld) of naar de aparte lagetonenluidspreker.
• NO of MIX
Als u geen middenluidspreker aansluit, kiest u
voor "NO" of "MIX". Al het geluid van het
middenkanaal wordt dan weergegeven door
de voorluidsprekers.
Als u kiest voor "MIX" wordt het geluid van
het middenkanaal weergegeven door de
voorluidsprekers via analoge verwerking
(analoog samengemengd) mits voor de
voorluidsprekers de stand "LARGE" is
gekozen. Dit levert een betere
geluidsweergave op dan de digitale
verwerking. Wanneer u kiest voor een
meerkanaals ingangssignaal, vindt er altijd
analoge menging plaats, ongeacht of er is
gekozen voor de "NO" of "MIX" stand.
aparte lagetonen-luidspreker of naar andere
"LARGE" luidsprekers.
• NO
Als u geen lagetonen-luidspreker aansluit,
kiest u voor "NO".
x
Tip
SR
SL
(SURROUND)
(Achterluidsprekers)
• LARGE
Zijn er grote achterluidsprekers aangesloten
die alle lage tonen zonder problemen kunnen
weergeven, dan kiest u de stand "LARGE".
Gewoonlijk zal de stand "LARGE" het best
voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op "SMALL", kunt u de
achterluidsprekers niet instellen op
"LARGE".
• SMALL
Klinkt het geluid vervormd, of is de
ruimtelijke weergave van meerkanaals
Surround Sound niet naar wens, met te weinig
basweergave, dan kiest u de stand "SMALL"
om de basverdelingscircuits in te schakelen,
zodat de laagste frequenties van de
achterkanalen worden overgeheveld naar de
22NL
x
SB
(SURR BACK)
(Achterluidsprekers)
STR-DA1000ES
• DUAL
Als u twee middenachterluidsprekers hebt
aangesloten, kiest u voor "DUAL". Het geluid
wordt dan weergegeven via maximaal 7.1
kanalen.
• SINGLE
Als u slechts een enkele
middenachterluidspreker hebt aangesloten,
kiest u voor "SINGLE". Het geluid wordt dan
weergegeven via maximaal 6.1 kanalen.
• NO
Als u geen middenachterluidspreker aansluit,
kiest u voor "NO".
STR-DB790
• YES
Als u wel een middenachterluidspreker hebt
aangesloten, kiest u voor "YES".
• NO
Als u geen middenachterluidspreker aansluit,
kiest u voor "NO".
Uw keuze van het "LARGE" of "SMALL"
luidsprekerformaat bepaalt voor elk stel luidsprekers
of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste
frequenties al dan niet naar de betreffende
luidspreker(s) zal uitsturen. Als de lage tonen uit een
bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de
basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar
de speciale lagetonen-luidspreker of naar een ander stel
"LARGE" luidsprekers die er beter op zijn berekend.
Meestal is het beter de bassen van de verschillende
kanalen intact te laten, indien mogelijk. Daarom kunt u
zelfs met een stel kleine luidsprekers toch beter de
stand "LARGE" kiezen als u de lage tonen ook door die
luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom, als u
grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat die de
laagste tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers
best "SMALL" kiezen.
Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst,
kiest u dan voor alle luidsprekers de stand "LARGE".
Als er te weinig bassen klinken, kunt u die extra
versterken met de grafiek-toonregeling. Zie voor het
instellen van de grafiek-toonregeling zie pagina 42.
L
R
DIST. X.X m
(Voorluidsprekerafstand)
Oorspronkelijke instelling: 3.0 m (10 ft)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
voorluidsprekers (A). U kunt deze afstand instellen
van 1,0 meter tot 7,0 meter, in stapjes van 0,1 meter.
Als de beide voorluidsprekers niet op gelijke afstand
van uw luisterplaats staan, kiest u dan de afstand tot de
dichtstbijzijnde luidspreker.
Bij gebruik van een enkele middenachterluidspreker
x SB DIST. X.X m
(Middenachterluidsprekerafstand)
Oorspronkelijke instelling: 3.0 m (10 ft)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
middenachterluidspreker. U kunt deze afstand instellen
van 1,0 meter tot 7,0 meter, in stapjes van 0,1 meter.
Als u twee middenachterluidsprekers gebruikt, die niet
op gelijke afstand van uw luisterplaats staan (alleen
voor de STR-DA1000ES), kiest u dan de afstand tot de
dichtstbijzijnde luidspreker.
Voorbereidingen
x
Als de beide achterluidsprekers niet op gelijke afstand
van uw luisterplaats staan, kiest u dan de afstand tot de
dichtstbijzijnde luidspreker.
Uitleg
A
30Ëš
30Ëš
100Ëš-120Ëš
A
100Ëš-120Ëš
Bij gebruik van twee middenachterluidsprekers
(De hoek B hoort gelijk te zijn)
A
30Ëš
100Ëš-120Ëš
30Ëš
A
100Ëš-120Ëš
B
B
B
x C DIST. X.X m
(Middenluidsprekerafstand)
Oorspronkelijke instelling: 3.0 m (10 ft)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
middenluidspreker. U kunt deze afstand instellen van
1,0 meter tot 7,0 meter, in stapjes van 0,1 meter.
x SL SR DIST. X.X m
(Achterluidsprekerafstand)
Oorspronkelijke instelling: 3.0 m (10 ft)
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
achterluidsprekers. U kunt deze afstand instellen van
1,0 meter tot 7,0 meter, in stapjes van 0,1 meter.
U kunt de weergave van de tuner/versterker aanpassen
aan uw luidsprekeropstelling, door de
luidsprekerafstanden in te voeren. Het is echter niet
mogelijk de middenluidspreker verder af te zetten dan
de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien kunt
u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter
bij uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers.
Evenmin kunt u de achterluidsprekers verder van uw
luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook
weer niet meer dan 4,5 meter dichterbij.
Deze beperkingen gelden omdat een onjuiste opstelling
van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave
van akoestiekeffecten.
Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de
feitelijke afstand, zal het geluid via die luidspreker(s)
met een grotere vertraging worden weergegeven. Met
andere woorden, de luidsprekers klinken dan verder
weg.
Als u bijvoorbeeld de afstand van de
middenluidspreker 1 tot 2 meter dichterbij kiest dan de
feitelijke afstand, zal dit een vrij natuurgetrouw effect
geven alsof u zich "binnenin" het beeldscherm bevindt.
En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt omdat de
achterluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het
verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij
kiezen dan de werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk
effect bereiken.
Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig
naar een geluidsbron luistert, kunt u vaak een
aanzienlijke verbetering in akoestiek bewerkstelligen.
Probeer het maar eens!
Voor geavanceerde
luidsprekerinstellingen
Gebruik het CUSTOMIZE menu en stel
"MENU" in op "MENU EXP." om extra
mogelijkheden te verkrijgen. Dan kunt u nog
meer parameters precies naar wens instellen,
wordt vervolgd
23NL
zoals bijvoorbeeld de hoogte waarop de
achterluidsprekers hangen.
Voor nadere bijzonderheden over "MENU", zie
pagina 42. Voor nadere bijzonderheden over het
maken van de instellingen, zie pagina 44.
6: De luidsprekerniveaus
en de balans bijregelen
— TEST TONE
Regel de luidsprekerniveaus en de balans van de
weergave bij door vanaf uw luisterplaats goed
naar de testtoon te luisteren. De weergave kunt u
hierbij met de afstandsbediening regelen.
Tip
Deze tuner/versterker laat een testtoon horen met een
frequentie rond de 800 Hz.
1
2
Druk op de ?/1 toets van de
afstandsbediening om de tuner/
versterker aan te zetten.
Druk op de TEST TONE toets van de
afstandsbediening.
Dan verschijnt er "T.TONE" in het
uitleesvenster en klinkt er een testtoon via
elk van de luidsprekers achtereenvolgend.
3
Stel de luidsprekerniveaus en de
balans van de weergave zodanig bij
met behulp van het LEVEL menu, dat
de testtoon via alle luidsprekers even
luid klinkt.
Zie voor nadere bijzonderheden over de
LEVEL menu-instellingen, zie pagina 40.
Tips
• Om het geluidsniveau van alle luidsprekers
tegelijk bij te stellen, drukt u op de MASTER
VOL +/– toets van de afstandsbediening of
draait u aan de MASTER VOLUME –/+ knop
van de tuner/verster zelf.
• Voor deze instelling kunt u ook de –/+ toetsen
op de tuner/versterker gebruiken.
4
Druk na het instellen nogmaals op de
TEST TONE toets.
Dan wordt de testtoon uitgeschakeld.
Om de testtoon door slechts een
enkele luidspreker te horen
Zet het onderdeel "T.TONE" in het LEVEL
menu op "FIX" (pagina 40). Dan klinkt de
testtoon alleen via de door u gekozen
luidspreker.
24NL
Voor de meest nauwkeurige
instelling
Voorbereidingen
U kunt de testtoon of de weergave van een
geluidsbron ook horen via twee aangrenzende
luidsprekers, om zo hun onderlinge balans en
geluidssterkte bij te regelen.
Zet het onderdeel "MENU" in het CUSTOMIZE
menu op "MENU EXP." (pagina 42). Kies
vervolgens de twee luidsprekers die u wilt
bijregelen, via het onderdeel "P.NOISE" of
"P.AUDIO" in het LEVEL menu (pagina 45).
Opmerking
De testtoon werkt niet wanneer de ANALOG DIRECT
of MULTI CH IN functie is ingeschakeld.
25NL
Versterkerfuncties
Keuze van een beeld/
geluidsbron
1
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de weergavebron te kiezen.
De gekozen ingangsstand wordt in het
uitleesvenster getoond.
Voor weergave van een Aanduiding
2
3
— MULTI CH IN
U kunt luisteren naar de zuivere
geluidsweergave van een geluidsbron die is
aangesloten op de MULTI CH IN
ingangsaansluitingen. Zo kunt u het best
genieten van analoge geluidsbronnen met
superieure kwaliteit, zoals DVD's en Super
Audio CD's. Zie tevens "D.PWR." (pagina 43).
De diverse akoestiekfuncties worden niet
toegepast bij gebruik van deze ingangen.
Videorecorder
VIDEO 1 of
VIDEO 2
Camcorder of
videospelapparaat
VIDEO 3
DVD videospeler
DVD
Satelliet-ontvanger
TV/SAT
Minidisc-recorder of
cassettedeck
MD/TAPE
CD- of Super Audio CDspeler
CD/SACD
STR-DB790
Ingebouwde tuner (FMradio)
Tuner (FM)
Druk op de MULTI CH toets van de
afstandsbediening.
Ingebouwde tuner (AMradio)
Tuner (AM)
Platenspeler
PHONO
STR-DA1000ES
Schakel het geluidsbron-apparaat in en
start de weergave.
Draai aan de MASTER VOLUME –/+
knop om de geluidssterkte te regelen.
Dempen van de geluidsweergave
Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening.
Bij luisteren via een hoofdtelefoon
• Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, kunt u
alleen de volgende klankbeelden kiezen (pagina 37).
– HEADPHONE (2CH)
– HEADPHONE THEATER
• Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en u
gebruikt de MULTI CH IN functie (zie "Luisteren
naar meerkanaals-geluid"), kan niet altijd het geluid
van alle kanalen worden weergegeven, afhankelijk
van de luidspreker-instellingen.
26NL
Luisteren naar
meerkanaals-geluid
Beweeg de instelknop van de
afstandsbediening om in te stellen op
"MULTI CH" en druk dan de knop in om uw
keuze in te voeren.
Wanneer er geen
middenluidspreker of lagetonenluidspreker is aangesloten
Als u voor de middenluidspreker de stand "NO"
of "MIX" hebt gekozen, of voor de lagetonenluidspreker de stand "NO" in het SP SETUP
instelmenu (pagina 21), en u zet de MULTI CH
IN meerkanaals-weergave aan, dan wordt het
analoge geluid van de middenluidspreker of de
lagetonen-luidspreker weergegeven via de
linker en rechter voorluidsprekers.
Luisteren naar de FM/AM
radio
1
Hiervoor kunt u ook de INPUT
SELECTOR keuzeschakelaar van de tuner/
versterker gebruiken.
Opmerking
De afstemschaal voor de directe afstemming heeft een
andere maatstaf bij de verschillende modellen.
Model
FM
AM
STR-DA1000ES
100 kHz
10 kHz*
STR-DB790
50 kHz
9 kHz
* De AM afstamschaal kan worden omgeschakeld (zie
pagina 57).
2
3
Druk op de ALT toets en dan op de
D.TUNING toets van de
afstandsbediening.
Versterkerfuncties
Via de ingebouwde tuner van dit apparaat kunt u
luisteren naar uitzendingen van de FM en AM
radio. Voor de bediening zult u de FM en AM
antennes moeten aansluiten op de tuner/
versterker (zie pagina 15).
STR-DA1000ES:
Beweeg de instelknop van de
afstandsbediening om in te stellen op
"TUNER" en druk dan de knop enkele
malen in om te kiezen voor FM of AM.
STR-DB790:
Druk enkele malen op de TUNER toets
van de afstandsbediening om te kiezen
voor FM of AM.
Druk op de cijfertoetsen van de
afstandsbediening om de
afstemfrequentie in te voeren.
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
1 b 0 b 2 b 5 b 0
Automatische afstemming
1
2
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de FM of AM te kiezen.
Druk op de TUNING + of TUNING –
toets.
Druk op de TUNING + toets om de
afstemband van laag naar hoog te
doorzoeken; druk op de TUNING – toets
om van hoog naar laag te zoeken.
De tuner/versterker stopt met zoeken
wanneer er een radiozender wordt
ontvangen.
Directe afstemming
Voer de afstemfrequentie van de gewenste
zender rechtstreeks in met de cijfertoetsen van
de afstandsbediening.
Nadere bijzonderheden over de bijgeleverde
afstandsbediening vindt u in de
gebruiksaanwijzing die bij de afstandsbediening
hoort.
Voorbeeld 2: AM 1350 kHz
(U hoeft de laatste "0" niet in te voeren als
de afstemschaal in stapjes van 10 kHz
verspringt.)
1 b 3 b 5 b 0
Bij afstemming op een AM zender zult u de
richting van de AM kaderantenne moeten
verstellen om de beste ontvangst te
verkrijgen.
Als het afstemmen op een zender
niet lukt en de ingevoerde cijfers
knipperen
Controleer of u wel precies de juiste frequentie
hebt gekozen. Zo niet, dan herhaalt u stap 3. Als
de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, dan
is die frequentie in uw gebied niet te ontvangen.
27NL
Opmerkingen
FM zenders automatisch
voorinstellen
— AUTOBETICAL
(Alleen voor de modellen met landcode
CEL of CEK)
Met deze automatische zenderopslag kunt u
maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS
zenders in het afstemgeheugen van de tuner/
versterker vastleggen, zonder doublures. Hierbij
kiest de tuner/versterker automatisch alleen de
best doorkomende zenders.
Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in
het afstemgeheugen wilt vastleggen, zie
"Voorinstellen van radiozenders"
1
2
Druk op de ?/1 schakelaar om de
tuner/versterker uit te schakelen.
Houd de MEMORY/ENTER toets
ingedrukt en druk nogmaals op de ?/1
toets om de tuner/versterker weer in te
schakelen.
De aanduiding "AUTO-BETICAL
SELECT" verschijnt en de tuner/versterker
gaat op zoek naar alle plaatselijk te
ontvangen FM radiozenders en FM RDS
zenders en legt deze in het afstemgeheugen
vast.
Bij elke RDS informatiezender controleert
de tuner/versterker eerst of er nog andere
zenders zijn die hetzelfde programma
uitzenden, om daarvan dan alleen de
duidelijkst doorkomende zender vast te
leggen. De gekozen RDS informatiezenders
worden gesorteerd op alfabetische volgorde
van hun officiële Program Service
zendernaam, en krijgen dan elk een letterplus-cijfer voorinstelcode toegewezen Voor
nadere bijzonderheden over "RDS", zie
pagina 30.
De gewone FM radiozenders krijgen ook
een letter-plus-cijfer code en worden dan na
de RDS zenders vastgelegd.
Na afloop van het vastleggen verschijnt de
aanduiding "FINISH" even in het
uitleesvenster en dan keert de tuner/
versterker terug naar de normale
bedieningsfunctie.
28NL
• Druk niet op enige toets van de tuner/versterker of de
bijgeleverde afstandsbediening totdat de
"Autobetical" zenderopslag is voltooid, behalve de
?/1 schakelaar.
• Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig
zijn deze procedure opnieuw uit te voeren, om de
best te ontvangen zenders in uw nieuwe woongebied
vast te leggen.
• Zie voor het afstemmen op de vastgelegde
voorkeurzenders, zie "Afstemmen op een
vastgelegde voorkeurzender".
• Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw
FM antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde
instellingen niet meer geldig zijn. In dat geval volgt
u weer de bovenstaande aanwijzingen om de zenders
opnieuw vast te leggen.
Voorinstellen van
radiozenders
Voorinstellen van
radiozenders
1
2
3
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de FM of AM te kiezen.
Stem af op de radiozender die u wilt
voorinstellen, met de automatische
zoekafstemming (pagina 27) of de
directe afstemming (pagina 27).
Druk op de MEMORY/ENTER toets.
De aanduiding "MEMORY" verschijnt
enkele seconden lang in het uitleesvenster.
Verricht de stappen 4 en 5 voordat deze
aanduiding dooft.
4
Druk op de PRESET TUNING + of
PRESET TUNING – toets om een
zendernummer te kiezen.
Als u een andere geheugenpagina wilt
kiezen, drukt u op de SHIFT toets van de
afstandsbediening.
Als de "MEMORY" aanduiding dooft
voordat u een nummer hebt gekozen, gaat u
terug naar stap 3.
5
Druk nogmaals op de MEMORY/ENTER
toets.
De ontvangen radiozender wordt dan
vastgelegd onder uw gekozen
voorinstelnummer.
Als de "MEMORY" aanduiding dooft
voordat u op de MEMORY/ENTER toets
hebt gedrukt, gaat u terug naar stap 3.
6
1
2
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de FM of AM te kiezen.
Druk enkele malen op de PRESET
TUNING + of PRESET TUNING – toets
om in te stellen op de gewenste zender.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat
u een voorkeurzender verder in de gekozen
richting en de onderstaande volgorde:
tA1yA2y...yA0yB1yB2y...yB0T
Versterkerfuncties
U kunt tot 30 van uw favoriete FM en AM
radiozenders in het geheugen vastleggen als
voorkeurzenders. Dan kunt u in het vervolg zo'n
voorkeurzender in een handomdraai kiezen.
Afstemmen op een
vastgelegde voorkeurzender
tC0y...yC2yC1T
Afstemmen met de
afstandsbediening
1 STR-DA1000ES:
Beweeg de instelknop van de
afstandsbediening om in te stellen op
"TUNER" en druk dan de knop enkele malen
in om te kiezen voor FM of AM.
STR-DB790:
Druk enkele malen op de TUNER toets om
in te stellen op FM of AM.
2 Druk enkele malen op de D.SKIP/CH/
PRESET +/– toets om in te stellen op de
gewenste zender.
Een vaste voorkeurzender direct
kiezen
Druk op de cijfertoetsen van de
afstandsbediening.
Dan wordt er afgestemd op de voorkeurzender
van het gekozen nummer in de huidige
geheugenpagina. Druk op de SHIFT van de
afstandsbediening als u een andere
geheugenpagina zoekt.
Herhaal de stappen van 2 t/m 5 voor elk
van de voorkeurzenders die u wilt
vastleggen.
29NL
d)
Gebruik van het Radio
Data Systeem (RDS)
(Alleen voor de modellen met landcode
CEL of CEK)
Met deze tuner/versterker kunt u ook gebruik
maken van de RDS functies van het Radio Data
Systeem, waarmee radiozenders naast de
gewone uitzendingen allerlei nuttige informatie
doorgeven. De volgende handige RDS functies
zijn beschikbaar.
Ontvangst van RDS
informatie-uitzendingen
Kies eenvoudigweg een radiozender uit de
FM band met de directe afstemming
(pagina 27), de automatische afstemming
(pagina 27) of de geheugenafstemming
(pagina 29).
Tekstberichten die door de RDS zender worden
uitgezonden.
Opmerkingen
• Als er een nooduitzending of waarschuwingsbericht
door de overheid wordt uitgezonden, gaat in het
uitleesvenster de aanduiding "ALARM" knipperen.
• Als een radiozender een bepaalde RDS functie niet
verzorgt, verschijnt er "NO XX" (zoals bijvoorbeeld
"NO CT") in het uitleesvenster.
• Wanneer een zender radiotekst uitzendt, verschijnt
deze in het uitleesvenster met hetzelfde tempo als
waarmee het bericht wordt uitgezonden. De snelheid
van de tekst is dus alleen afhankelijk van de snelheid
van de uitzending.
Overzicht van de
programmatypes
PTY aanduiding Type uitzending
NEWS
Nieuwsbulletins
AFFAIRS
Actualiteitenprogramma's met
achtergronden van het nieuws
Wanneer er is afgestemd op een zender die RDS
informatie uitzendt, licht de RDS indicator op en
verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster.
INFO
Informatieve uitzendingen met de
weersverwachting, nieuws voor
consumenten, medisch advies e.d.
Opmerking
SPORT
Sportverslagen en -uitslagen.
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen
zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd de RDS
signalen niet duidelijk genoeg uitzendt of als de
signaalsterkte onvoldoende is.
EDUCATE
Educatieve programma's, met
wetenswaardigheden en
praktische tips
DRAMA
Hoorspelen en andere radioseries
CULTURE
Programma's over nationale en
regionale cultuur, zoals
taalkwesties en sociale
vraagstukken
SCIENCE
Uitzendingen over
natuurwetenschappen en
technologie
VARIED
Gevarieerde uitzendingen, zoals
vraaggesprekken,
quizprogramma's en allerlei
amusement
Aangeven van RDS informatie
in het uitleesvenster
Druk tijdens ontvangst van een RDS zender
meermalen op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de RDS informatie in het
uitleesvenster kringsgewijze als volgt:
PS zendernaam of voorkeurzendernaam a) t
Afstemfrequentieb) t PTY PT
programmatypec) t RT radiotekstd) t CT
huidige tijd (in een 24-uurs aanduiding) t
Gekozen klankbeeld t Geluidssterkte
a)
b)
c)
30NL
Deze informatie verschijnt alleen als er een PS
zendernaam wordt ontvangen of als u zelf een naam
voor de voorkeurzender hebt ingevoerd.
Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM
zenders die geen RDS informatie uitzenden.
Type programma dat wordt uitgezonden (zie
pagina 30).
POP M
Populaire muziekprogramma's
ROCK M
Rockmuziek-programma's
EASY M
"Easy listening"
achtergrondmuziek
LIGHT M
Licht klassiek, met vocale,
instrumentale en koormuziek
CLASSICS
Klassieke muziekuitvoeringen,
orkestrale werken en
kamermuziek, opera enz.
PTY aanduiding Type uitzending
OTHER M
Alle muziek die niet in de
bovenstaande categorieën past,
zoals rhythm & blues en reggae
Weeroverzicht, weersverwachting
FINANCE
Beursberichten, financieel en
zakennieuws, enz.
CHILDREN
Kinderprogramma's
SOCIAL
Programma's over mensen en hun
bezigheden
RELIGION
Programma's over religieuze
aangelegenheden
PHONE IN
Programma's waarin luisteraars
via de telefoon of in een publiek
forum hun mening kunnen geven
TRAVEL
Programma's over reizen. Niet
voor aankondigingen die met de
TP/TA verkeersinformatiefuncties
te vinden zijn.
LEISURE
Programma's over
vrijetijdsbesteding en hobbies als
vissen, tuinieren, koken e.d.
JAZZ
Programma's met jazz en
geïmproviseerde muziek
COUNTRY
Country & western
muziekprogramma's
NATION M
Programma's met de nationale of
streekmuziek van een bepaald
gebied
OLDIES
Populaire muziek uit vroeger
dagen
FOLK M
Volksmuziekprogramma's
DOCUMENT
Documentaire programma's
NONE
Programma's die niet in een van de
bovenstaande categorieën vallen.
Omschakelen van de
aanduidingen in het
uitleesvenster
U kunt het klankbeeld enz. controleren door
deze aanduidingen in het uitleesvenster te laten
verschijnen.
Versterkerfuncties
WEATHER
Aanduidingen
omschakelen
Druk enkele malen op de DISPLAY toets.
Bij elke druk op de DISPLAY toets veranderen
de aanduidingen als volgt.
Zelfgekozen geluidsbron-naam* t Ingevoerde
naam t Klankbeeld-naam t Geluidssterkte
* De zelfgekozen naam verschijnt alleen als er een
zelfgekozen naam voor de geluidsbron is ingevoerd
(pagina 47). De zelfgekozen naam verschijnt niet als
er alleen spaties zijn gekozen, of als de naam gelijk
is aan de ingevoerde naam.
31NL
Betekenis van de aanduidingen in het uitleesvenster
1
2
3
4
5
6
SLEEP SP A SP B ; DIGITAL EX ; PRO LOGIC II DTS-ES NEO:6
MEMORY
OPT COAX MULTI CH IN
D.RANGE EQ STEREO MONO RDS
DIRECT
L C R
SW L F E
SL SB SR
qh qg
qf qd qs
qa
9
8
7
A SLEEP: Deze aanduiding licht op wanneer de
sluimerfunctie is ingeschakeld.
I EQ: Deze aanduiding licht op wanneer de
equalizer-toonregeling is ingeschakeld.
B SPA/SPB: Hier wordt het gekozen
luidsprekersysteem aangegeven (A of B).
Deze aanduiding dooft wanneer de
luidsprekerweergave wordt uitgeschakeld of
wanneer er een hoofdtelefoon wordt aangesloten.
J D.RANGE: Deze aanduiding licht op
wanneer de dynamiekcompressie is
ingeschakeld (pagina 45).
C ; DIGITAL (EX): Deze aanduiding licht op
wanneer de tuner/versterker signalen
decodeert die zijn opgenomen in het Dolby
Digital formaat.
D ; PRO LOGIC (II): Deze aanduiding licht
op wanneer de tuner/versterker de Pro Logic
signaalverwerking toepast op een 2-kanaals
geluidsbron, om aparte signalen te verkrijgen
voor een middenluidspreker en
achterluidsprekers. Deze aanduiding
verschijnt ook wanneer de Pro Logic II
filmgeluid/muziek-decodeertrap is
ingeschakeld. De aanduiding licht echter niet
op als u voor de aanwezigheid van een
middenluidspreker en achterluidsprekers de
stand "NO" hebt gekozen.
E DTS (-ES): Deze aanduiding licht op
wanneer er DTS signalen binnenkomen.
F NEO:6: Deze aanduiding licht op wanneer de
DTS Neo:6 filmgeluid/muziek-decodeertrap
is ingeschakeld.
G DIRECT: Deze aanduiding licht op wanneer
de ANALOG DIRECT functie is
ingeschakeld.
H Afstem-aanduidingen: Deze lichten op
wanneer u de tuner gebruikt voor de ontvangst
van radiozenders e.d. Zie blz. 27-30 voor de
bediening van de tuner voor radio-ontvangst.
32NL
0
K MULTI CH IN: Deze aanduiding licht op
tijdens het bijregelen van het lagetonenniveau
bij meerkanaals-weergave.
L COAX: Deze aanduiding licht op wanneer er
een digitaal signaal binnenkomt via de
COAXIAL ingangsaansluiting.
M OPT: Deze aanduiding licht op wanneer er
een digitaal signaal binnenkomt via de
OPTICAL ingangsaansluiting.
N LFE: Deze aanduiding licht op wanneer de
afgespeelde disc een apart LFE (Low
Frequency Effect) lagetonen-kanaal bevat en
dat LFE signaal ook daadwerkelijk wordt
weergegeven.
O Weergavekanaal-aanduidingen: De
letters (L, C, R, enz.) geven aan welke
geluidskanalen er worden weergegeven. Aan
de oplichtende vakjes rond de letters kunt u
zien hoe de tuner/versterker het geluid mengt
en via welke luidsprekers het wordt
weergegeven (gebaseerd op de luidsprekerinstellingen).
L(linker voorluidspreker), R (rechter
voorluidspreker), C (middenluidspreker
(mono)), SL (linksachter), SR
(rechtsachter), S (achterluidsprekers (mono
weergave of de achterkanalen gebaseerd op
Pro Logic decodering)), SB
(middenachterluidsprekers (de
achterkanalen gebaseerd op 6.1-kanaals
matrix-decodering))
Bijvoorbeeld:
L
SW
SL
C
R
SR
P SW: Deze aanduiding licht op als er voor de
aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker
"YES" is gekozen (pagina 21). Zolang deze
aanduiding brandt, ontvangt de tuner/
versterker een LFE lagetonensignaal dat is
opgenomen op de disc of stelt het apparaat zelf
een lagetonensignaal samen voor weergave
door de lagetonen-luidspreker. Deze
aanduiding licht niet op tijdens gebruik van de
2CH STEREO weergave.
Versterkerfuncties
Opnameformaat (voor/achter): 3/2
Uitgangskanaal: Geen achterluidsprekers
Klankbeeld: A.F.D. AUTO
33NL
1
Genieten van Surround Sound
akoestiek
Alleen de
voorluidsprekers
gebruiken
2
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om in te stellen op de geluidsbron die u
zuivere analoog weergegeven wilt
horen.
Druk op de DIRECT toets van de
afstandsbediening.
De aanduiding "A.DIRECT" licht op in het
uitleesvenster en u hoort een analoog
geluidssignaal.
Opmerkingen
In deze stand geeft de tuner/versterker alleen
geluid weer via de linker en rechter
voorluidsprekers. De lagetonen-luidspreker
geeft hierbij ook geen geluid weer.
Luisteren naar 2-kanaals
stereo geluidsbronnen (2CH
STEREO)
Bij standaard 2-kanaals stereo geluidsbronnen
wordt er helemaal geen akoestiekverwerking
toegepast, en meerkanaals-geluidsbronnen
worden samengemengd tot de gewone twee
kanalen.
Druk op de 2CH toets.
De aanduiding "2CH ST." verschijnt in het
uitleesvenster en de tuner/versterker schakelt
over naar de 2CH STEREO weergavestand.
Opmerking
De lagetonen-luidspreker zal in de 2CH STEREO
weergavestand geen geluid geven. Als u 2-kanaals
stereo geluidsbronnen wilt beluisteren via de linker en
rechter voorluidsprekers en de lagetonen-luidspreker,
kiest u dan de A.F.D. weergavestand.
Luisteren naar analoge
geluidsweergave (ANALOG
DIRECT)
U kunt de weergave van de gekozen geluidsbron
omschakelen naar tweekanaals analoge
weergave. Die weergavestand is bij uitstek
geschikt voor de beste kwaliteit analoge
geluidsbronnen. Zie ook de beschrijving onder
"D.PWR." op pagina 43.
Tijdens het gebruik van deze weergavefunctie
kunt u alleen de geluidssterkte en de balans van
de voorluidsprekers bijregelen.
34NL
• Deze functie wordt automatisch uitgeschakeld
wanneer u overschakelt naar een ander klankbeeld
(zie blz. 34-38).
• Tijdens gebruik van deze functie zal de testtoon niet
werken.
Genieten van de beste
akoestiekweergave
— AUTO FORMAT DIRECT
A.F.D. instelling
(Aanduiding)
Decodeerstand
A.F.D. AUTO
(A.F.D. AUTO)
Zoals gecodeerd
PRO LOGIC
(DOLBY PL)
Dolby Pro Logic
PRO LOGIC II MOVIE
(PLII MOV)
Dolby Pro Logic II
PRO LOGIC II MUSIC
(PLII MUS)
Neo:6 Cinema
(NEO6 CIN)
DTS Neo:6
Neo:6 Music
(NEO6 MUS)
Automatische decodering van
het inkomend geluidssignaal
In deze stand zal de tuner/versterker automatisch
waarnemen wat voor geluidssignaal er
binnenkomt (Dolby Digital, DTS, standaard 2kanaals stereo, enz.) om vervolgens de juiste
decodering daarvoor toe te passen. Met deze
functie wordt het geluid precies weergegeven
zoals het werd opgenomen/gecodeerd, zonder
toevoeging van enig akoestiekeffect. Als er
echter geen laagfrequente signalen
binnenkomen (Dolby Digital LFE, enz.) zal er
wel een laagfrequent signaal voor weergave
door de lagetonen-luidspreker worden
uitgestuurd.
Druk enkele malen op de A.F.D. toets om in
te stellen op "A.F.D. AUTO".
De tuner/versterker neemt automatisch waar
welk soort geluidssignaal er binnenkomt en past
dan indien nodig de juiste decodering toe.
Stereo geluid omzetten in
meerkanaals-weergave (2kanaals decodering)
Met deze functie kunt u het type decodering
kiezen voor weergave van 2-kanaals
geluidsbronnen. Deze tuner/versterker kan 2kanaals geluid omzetten in 5-kanaals weergave
via Dolby Pro Logic II, in 6-kanaals weergave
met DTS Neo:6, of in 4-kanaals weergave met
de oorspronkelijke Dolby Pro Logic. Overigens
worden DTS 2CH geluidsbronnen niet
gedecodeerd met de DTS Neo:6; die worden
weergegeven in 2 kanalen.
Druk enkele malen op de A.F.D. toets om de
gewenste 2-kanaals decodeerfunctie te
kiezen.
x PRO LOGIC
Deze stand zorgt voor normale Dolby Pro Logic
decodering. Een geluidsbron die is opgenomen met 2
kanalen wordt gedecodeerd naar 4.1 kanalen.
Genieten van Surround Sound akoestiek
Met de Auto Format Direct (A.F.D.) functie
kunt automatisch de juiste decodeerstand kiezen
voor het weer te geven geluid.
gevallen kan het echter helpen om met de SURR
BACK DECODING toets (pagina 38) een
middenachter-decodeerfunctie te kiezen die nog beter
past bij de geluidsbron.
x PRO LOGIC II MOVIE
Deze stand zorgt voor Dolby Pro Logic II Movie
filmgeluid-decodering. Deze instelling is ideaal voor
speelfilms met Dolby Surround geluid. Bovendien
kunt u met deze functie het geluid ook horen in 5.1
kanalen bij weergave van oude speelfilms of video's
met later ingevoegd geluid.
x PRO LOGIC II MUSIC
Deze stand zorgt voor speciale Dolby Pro Logic II
Music muziek-decodering. Dit is ideaal voor de
weergave van normale stereo geluidsbronnen zoals
muziek-CD's.
x Neo:6 Cinema
Deze stand is voor DTS Neo:6 Cinema filmgeluiddecodering.
x Neo:6 Music
Deze stand is voor de nieuwe DTS Neo:6 Music
muziek-decodering. Dit is ideaal voor de weergave van
normale stereo geluidsbronnen zoals muziek-CD's.
Tip
In de meeste gevallen zal de "A.F.D. AUTO" stand de
best klinkende decodering opleveren. In sommige
wordt vervolgd
35NL
Als u een lagetonen-luidspreker
aansluit
Als het inkomend geluidssignaal een 2-kanaals
stereo signaal is, of als de geluidsbron geen geen
afzonderlijk LFE lagetonenkanaal bevat,
genereert de tuner/versterker zelf een
laagfrequent signaal voor weergave door de
lagetonen-luidspreker. Er wordt echter geen
laagfrequent signaal uitgestuurd wanneer er is
gekozen voor de "Neo:6 Cinema" of "Neo:6
Music" stand.
Keuze van een klankbeeld
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg een van de
voorgeprogrammeerde klankbeelden te kiezen
die de tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw
luisterkamer even indrukwekkend laten klinken
als een bioscoopzaal of een concertzaal.
Keuze van een klankbeeld
voor speelfilms
Druk enkele malen op de MOVIE toets om in
te stellen op het gewenste klankbeeld.
Het gekozen klankbeeld wordt in het
uitleesvenster getoond.
Klankbeeld
Aanduiding
CINEMA STUDIO EX A DCS
C.ST.EX A
CINEMA STUDIO EX B DCS
C.ST.EX B
CINEMA STUDIO EX C DCS
C.ST.EX C
VIRTUAL MULTI DIMENSION
DCS
V.M.DIM
Omtrent DCS (Digital Cinema
Sound)
De klankbeelden met de vermelding DCS zijn
gebaseerd op DCS technologie.
DCS is een algemene term voor de digitale
signaalverwerking voor thuistheater-akoestiek
die ontwikkeld is door Sony. Het DCS systeem
reproduceert met een DSP Digitale Signaal
Processor (DSP) de akoestische eigenschappen
van een echte filmmuziekstudio in Hollywood.
De DCS akoestiekfuncties leveren ook in uw
huiskamer een natuurgetrouwe weergave van
het complete filmgeluid met achtergrond,
dialoog en geluidseffecten, geheel volgens de
bedoeling van de regisseur, om volop mee te
leven met speelfilms bij u thuis.
x C.ST.EX A (CINEMA STUDIO EX A) DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony
Pictures Entertainment "Cary Grant Theater"
filmstudio. Een fraaie standaard akoestiek, geschikt
voor allerlei soorten speelfilms.
x C.ST.EX B (CINEMA STUDIO EX B) DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony
Pictures Entertainment "Kim Novak Theater"
36NL
filmstudio. Ideaal voor science-fiction of actiefilms
met veel speciale geluidseffecten.
–
x C.ST.EX C (CINEMA STUDIO EX C) DCS
Reproduceert de karakteristieke klank van de Sony
Pictures Entertainment filmorkest-opnamestudio.
Deze akoestiek is ideaal voor musicals en klassieke
films met veel achtergrondmuziek.
Opmerkingen
x V.M.DIM (VIRTUAL MULTI DIMENSION)
Genieten van filmgeluid met
CINEMA STUDIO EX
klankbeelden
De CINEMA STUDIO EX klankbeelden zijn
ideaal voor de weergave van filmgeluid in een
meerkanaals-formaat, zoals bij DVD videodiscs
e.d., met ruimtelijke geluidseffecten. Hiermee
kunt u genieten van de diverse akoestische
eigenschappen van de Sony Pictures
Entertainment filmstudio's in uw huiskamer.
De CINEMA STUDIO EX akoestiekeffecten
zijn opgebouwd uit de volgende drie
componenten.
• Virtual Multi Dimension
Hiermee worden 5 stel virtuele luidsprekers
rondom de luisteraar gesimuleerd, op basis
van slechts een enkel paar werkelijke
achterluidsprekers.
• Screen Depth Matching
Deze techniek laat de dialoog direct van de
personages op het scherm komen en het
achtergrondgeluid van rondom hen, binnenin
uw beeldscherm, net als in de bioscoop.
• Cinema Studio Reverberation
Hiermee wordt de karakteristieke
geluidsweerkaatsing en diepe ruime klank
van een bioscoopzaal gesimuleerd.
De CINEMA STUDIO EX klankbeelden bieden
u de geïntegreerde totaalklank van deze drie
effecten tegelijk.
Tip
Aan de verpakking kunt u zien met welk
akoestieksysteem het beeldmateriaal op een DVD
videodisc e.d. is opgenomen.
–
: Dolby Digital discs
–
: Dolby Surround gecodeerde
geluidsbronnen
• De effecten die werken met virtuele luidsprekers
kunnen soms wat extra ruis in de weergave
veroorzaken.
• Bij het luisteren naar klankbeelden die werken met
virtuele luidsprekers zult u geen geluid direct uit de
echte achterluidsprekers horen.
Keuze van een klankbeeld
voor muziek
Druk enkele malen op de MUSIC toets om in
te stellen op het gewenste klankbeeld.
Het gekozen klankbeeld wordt in het
uitleesvenster getoond.
Klankbeeld
Aanduiding
HALL
HALL
JAZZ CLUB
JAZZ
LIVE CONCERT
CONCERT
x HALL
Reproduceert de akoestiek van een klassieke
concertzaal.
Genieten van Surround Sound akoestiek
DCS
Hiermee worden 5 stel virtuele luidsprekers rondom de
luisteraar gesimuleerd, op basis van slechts een enkel
paar werkelijke achterluidsprekers.
: DTS Digital Surround gecodeerde
geluidsbronnen
x JAZZ (JAZZ CLUB)
Geeft de akoestiek van een jazzclub of dansclub.
x CONCERT (LIVE CONCERT)
Geeft de akoestiek van een concertzaal met 300
zitplaatsen.
Wanneer er een hoofdtelefoon is
aangesloten
Dan kunt u alleen kiezen uit de volgende
klankbeelden.
x HEADPHONE (2CH)
Hierbij wordt het geluid gewoon in 2-kanaals stereo
weergegeven. Bij standaard 2-kanaals stereo
geluidsbronnen wordt er helemaal geen
akoestiekverwerking toegepast, en meerkanaalsgeluidsbronnen worden samengemengd tot de gewone
twee kanalen.
x HEADPHONE THEATER DCS
Dit stelt u in staat de sfeer van een bioscoop te horen
bij het beluisteren van filmgeluid via de hoofdtelefoon.
Opmerking
Als u een hoofdtelefoon aansluit terwijl er een
klankbeeld is gekozen, schakelt het systeem
wordt vervolgd
37NL
automatisch over naar HEADPHONE (2CH) in het
geval van een klankbeeld dat is gekozen met de 2CH of
A.F.D. toets, of naar HEADPHONE THEATER bij
een klankbeeld dat is gekozen met de MOVIE of
MUSIC toets.
Uitschakelen van het
akoestiekeffect
Druk op de 2CH of A.F.D. toets.
Opmerking
De klankbeelden werken niet voor PCM signalen met
een frequentie van 96 kHz.
Keuze van de
middenachterdecodeerfunctie
— SURR BACK DECODING
Hiermee kunt u de decodeerfunctie kiezen voor
de middenachterkanalen van een meerkanaalsingangssignaal.
Door het decoderen van het
middenachterluidspreker-signaal van speelfilms
op DVD-discs (enz.) die zijn opgenomen in het
Dolby Digital EX, DTS-ES Matrix of DTS-ES
Discrete 6.1formaat, verkrijgt u een optimaal
akoestiekeffect achterin, zoals bedoeld door de
makers van de film.
Druk enkele malen op de SURR BACK
DECODING toets om de gewenste
middenachter-decodeerfunctie te kiezen.
Zie voor nadere bijzonderheden zie "Hoe u de
gewenste middenachter-decodeerfunctie kiest"
op pagina 39.
Tip
U kunt de middenachter-decodeerfunctie ook kiezen
via het onderdeel "SB XXXX" in het CUSTOMIZE
menu (pagina 43).
Opmerking
U kunt de middenachter-decodeerfunctie alleen kiezen
wanneer er is ingesteld op de A.F.D.
decodeerkeuzestand.
38NL
Hoe u de gewenste middenachter-decodeerfunctie kiest
U kunt uw keuze voor een middenachter-decodeerfunctie baseren op het inkomend geluidssignaal.
Bij keuze van de "SB AUTO" stand
Wanneer het ingangssignaal een 6.1-kanaals vlagsignaala) bevat, wordt aan de hand daarvan de juiste
decodeerfunctie toegepast voor decodering van het middenachterluidspreker-signaal.
Uitgangskanalen
Toegepaste middenachter-decodeerfunctie
Dolby Digital 5.1
5.1e)
—
Dolby Digital EXb)
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
DTS 5.1
5.1e)
—
DTS-ES Matrix 6.1c)
6.1e)
DTS Matrix decodeerfunctie
DTS-ES Discrete 6.1d)
6.1e)
DTS Discrete decodeerfunctie
Bij keuze van de "SB MTRX" stand
De Dolby Digital EX decodeerfunctie wordt toegepast voor het decoderen van het
middenachterluidspreker-signaal, ongeacht het 6.1-kanaals vlagsignaala) van de ingangssignalen. Deze
decodeerfunctie voldoet aan de normen van Dolby Digital EX en werkt net zo als de decodeerfunctiesf)
die daadwerkelijk in de bioscoop worden gebruikt.
Ingangssignaal
Uitgangskanalen
Toegepaste middenachter-decodeerfunctie
Dolby Digital 5.1
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
Dolby Digital EXb)
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
DTS 5.1
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
DTS-ES Matrix 6.1c)
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
DTS-ES Discrete 6.1d)
6.1e)
Matrix decodeerfunctie geschikt voor Dolby Digital EX
Genieten van Surround Sound akoestiek
Ingangssignaal
Bij keuze van de "SB OFF" stand
Dan wordt er geen middenachterkanaal-decodering toegepast.
a)
b)
c)
d)
e)
f)
Het 6.1-kanaals decodeer-vlagsignaal is een decoderingsinstructie die is opgenomen in geluidsbronnen zoals
DVD-discs.
Dit is het signaal van een Dolby Digital DVD met een Surround EX vlagsignaal. Op de Dolby Corporation
webpagina kunt u zien hoe dergelijke Surround EX speelfilms te onderscheiden zijn.
Dit is beeld/geluidsmateriaal met een vlagsignaal om aan te geven dat het zowel Surround EX als 5.1-kanaals
signalen bevat.
Dit is beeld/geluidsmateriaal met zowel 5.1-kanaals signalen als een extra signaal om die gegevens in 6.1
afzonderlijke kanalen om te zetten. De discrete 6.1 kanalen zijn specifiek voor DVD, niet dezelfde als gebruikt in
de bioscoop.
Wanneer er twee middenachterluidsprekers zijn aangesloten, wordt het totaalgeluid weergegeven via 7.1 kanalen
(alleen bij de STR-DA1000ES).
Deze decodeerfunctie is te gebruiken voor alle 6.1 formaten (Dolby Digital EX, DTS-ES Matrix 6.1 en DTS-ES
Discrete 6.1).
Opmerking
De kans bestaat dan de middenachterluidspreker geen geluid geeft in de Dolby Digital EX stand. Sommige discs
hebben geen Dolby Digital EX vlagsignaal, ook al staat op de verpakking wel een Dolby Digital EX beeldmerk. In
dat geval zal de stand "SB MTRX" het best voldoen.
39NL
Geavanceerde aanpassingen en
instellingen
Omschakelen van de
audio-ingangskeuze voor
digitale beeld/
geluidsbronnen
— INPUT MODE
U kunt de audio-ingangskeuze omschakelen
voor beeld/geluidsbronnen die digitale audioingangsaansluitingen hebben.
1
2
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de weergavebron te kiezen.
Zelf aanpassen van
klankbeelden
Via het LEVEL menu kunt u de klankbeelden
naar eigen inzicht aanpassen voor uw specifieke
luistersituatie.
Betreffende de aangegeven onderdelen
Welke onderdelen u kunt aanpassen in elk menu, zal
per klankbeeld verschillend zijn. Bepaalde
instelparameters kunnen slechts vaag zichtbaar zijn.
Dat betekent dat de betreffende parameter niet
beschikbaar is of dat die vast staat en dus niet
instelbaar is.
Aanpassingen via het LEVEL
menu
Druk enkele malen op de INPUT MODE
toets om de audio-ingang te kiezen.
U kunt de luidsprekerbalans en het niveau van
elke luidsperker instellen. Deze instellingen zijn
van toepassing op alle klankbeelden.
De gekozen audio-ingangsstand wordt in
het uitleesvenster getoond.
1
Audio-ingangsstanden
• AUTO IN
Verleent voorrang aan de analoge
geluidssignalen die binnenkomen via de
AUDIO IN (L/R) aansluitingen wanneer er
geen digitale geluidssignalen zijn.
• COAX IN
Stelt in op de digitale geluidssignalen die
binnenkomen via de DIGITAL COAXIAL
ingangsaansluiting.
• OPT IN
Stelt in op de digitale geluidssignalen die
binnenkomen via de DIGITAL OPTICAL
ingangsaansluitingen.
• ANALOG
Stelt in op de analoge geluidssignalen die
binnenkomen via de AUDIO IN (L/R)
ingangsaansluitingen.
2
3
Start de weergave van een geluidsbron
die is gecodeerd met meerkanaalsakoestiekeffecten (DVD, enz.).
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "LEVEL".
Draai aan de MENU knop om de
instelparameter te kiezen.
Zie voor nadere bijzonderheden zie
"LEVEL menu-parameters" hieronder.
4
5
Luister naar het weergegeven geluid
en draai aan de –/+ instelknop om de
gekozen parameter bij te regelen.
Herhaal de stappen 3 en 4 voor de
andere parameters die u wilt instellen.
LEVEL menu-parameters
x T.TONE (Test Tone)
Oorspronkelijke instelling: OFF
Zorgt dat de testtoon achtereenvolgens door elk van de
luidsprekers wordt weergegeven. Bij instellen op
"AUTO" wordt de testtoon automatisch door elk van
de luidsprekers achtereen weergegeven. Bij instellen
op "FIX" kunt u kiezen welke luidspreker de testtoon
moet weergeven.
x BAL. XXXX (Voorluidsprekerbalans)
Oorspronkelijke instelling: 0 (BALANCE)
40NL
Laat u de balans van de linker en rechter
voorluidsprekers bijregelen. U kunt de balans
aanpassen van L (+1 to +16), via 0, naar R (+1 to +16)
in 33 stapjes.
x CTR XXX.X dB
(Middenluidsprekerniveau)
x SUR.L. XXX.X dB
(Niveau van de (linker) achterluidspreker)
x SUR.R. XXX.X dB
(Niveau van de (rechter)
achterluidspreker)
x SBL XXX.X dB
(Niveau van de (linker)
middenachterluidspreker)**
x SBR XXX.X dB
(Niveau van de (rechter)
middenachterluidspreker)**
x S.W. XXX dB
(Lagetonenluidsprekerniveau)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Deze kunt u instellen van -20 dB tot +10 dB in stapjes
van 0,5 dB.
x MULTI CH IN SW. XXX dB
(Meerkanaals lagetonenluidsprekerniveau)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u het niveau van de MULTI CH IN
lagetonenluidspreker met +10 dB verhogen. Deze
instelling kan nodig zijn als u een DVD-speler aansluit
op de MULTI CH IN stekkerbussen. Het niveau van de
lagetonenluidspreker zal bij een DVD-speler ongeveer
10 dB minder zijn dan bij een Super Audio CD-speler.
* Alleen als er voor de middenachterluidspreker
"SINGLE" is gekozen (voor de STR-DA1000ES) of
"YES" (voor de STR-DB790) in het SP SETUP
menu.
** Alleen als er voor de middenachterluidspreker
"DUAL" is gekozen in het SP SETUP menu (alleen
voor de STR-DA1000ES).
Voor geavanceerde LEVEL menuinstellingen
Gebruik het CUSTOMIZE menu en stel
"MENU" in op "MENU EXP." om meer
uitgebreide instellingen mogelijk te maken.
Voor nadere bijzonderheden over "MENU", zie
pagina 42. Voor nadere bijzonderheden over het
maken van de instellingen, zie pagina 45.
Klankbeelden terugstellen in
de oorspronkelijke stand
1
2
Druk op de ?/1 schakelaar om de
tuner/versterker uit te schakelen.
Houd nu de MUSIC toets ingedrukt en
druk op de
?/1.
De aanduiding "S.F CLR." verschijnt in het
uitleesvenster en alle klankbeelden worden
teruggesteld op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen.
Geavanceerde aanpassingen en instellingen
x SB XXX.X dB
(Middenachterluidsprekerniveau)*
de middenluidspreker en de achterluidsprekers het
formaat "SMALL" is gekozen.
– HALL
– JAZZ CLUB
– LIVE CONCERT
x EFCT. XXX (Effectniveau)
Oorspronkelijke instelling: STD
Hiermee bepaalt u de intensiteit van de
akoestiekeffecten.
Opmerking
Bij keuze van een van de volgende klankbeelden zal de
lagetonenluidspreker geen geluid weergeven als alle
luidsprekers staan ingesteld op het "LARGE" formaat
in het SP SETUP menu. De lagetonenluidspreker zal
echter wel geluid weergeven als het digitale
ingangssignaal een afzonderlijk LFE (Laag Frequent
Effect) signaal bevat, of als voor de voorluidsprekers,
41NL
Bijregelen van de
equalizer-toonregeling
U kunt de klankkleur (van lage, midden- en hoge
tonen) voor elke luidspreker bijregelen via het
EQ menu.
Lage tonen
Hoge tonen
Frequentie
(Hz)
2
3
4
5
Frequentie
(Hz)
Start de weergave van een geluidsbron
die is gecodeerd met meerkanaalsakoestiekeffecten (DVD, enz.).
1
2
Draai aan de MENU knop om de
instelparameter te kiezen.
3
Zie voor nadere bijzonderheden zie "EQ
menu-parameters" hieronder.
4
Luister naar het weergegeven geluid
en draai aan de –/+ instelknop om de
gekozen parameter bij te regelen.
Herhaal de stappen 3 en 4 voor de
andere parameters die u wilt instellen.
U kunt de equalizer-toonregeling niet bijregelen
wanneer het apparaat PCM signalen van 96 kHz
decodeert of wanneer de DTS 96/24, DTS-ES Matrix
of DTS Neo:6 decodering wordt toegepast.
EQ menu-parameters
x EQ
Oorspronkelijke instelling: OFF
Kies de stand "ON" om de equalizer-toonregeling in te
schakelen.
R BASS XXX.X dB
x L
(Lagetonen-niveau voorluidsprekers)
R TREB. XXX.X dB
x L
(Hogetonen-niveau voorluidsprekers)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Deze kunt u instellen van -10 dB tot +10 dB in stapjes
van 1 dB.
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "CUSTOM".
Draai aan de MENU knop om de
instelparameter te kiezen.
Zie voor nadere bijzonderheden zie
"CUSTOMIZE menu-parameters"
hieronder.
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "EQ".
Opmerking
42NL
Gebruik van het CUSTOMIZE
menu om de tuner/versterker
precies in te stellen
U kunt diverse instellingen van de tuner/
versterker via het CUSTOMIZE menu naar
wens aanpassen.
Niveau
(dB)
1
Geavanceerde
instellingen
Draai aan de –/+ knop om de gekozen
parameter bij te regelen.
Herhaal de stappen 2 en 3 voor de
andere parameters die u wilt instellen.
CUSTOMIZE menu-parameters
De oorspronkelijke instelling is onderstreept
aangegeven.
x MENU (Extra menu-instellingen tonen)
• MENU EXP.
De geavanceerde parameters voor de SP SETUP en
LEVEL menu's worden weergegeven en kunnen
bijgeregeld worden.
Nadere bijzonderheden over de verschillende
instelmogelijkheden vindt u op blz. 21, 40 en de
volgende bladzijden.
• MENU STD
Hiermee worden er geen extra parameters getoond.
x 96 XXXX DTS (DTS 96/24
decodeerfunctie)
• 96 AUTO
Wanneer er nu een DTS 96/24 signaal binnenkomt,
wordt het weergegeven volgens een
bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
• 96 OFF
Wanneer er nu een DTS 96/24 signaal binnenkomt,
wordt het weergegeven volgens een
bemonsteringsfrequentie van 48 kHz.
Opmerkingen
x SB XXXX
(Middenachter-decodeerfunctie)
Via het CUSTOMIZE menu kunt u instellen op de
gewenste middenachter-decodeerfunctie (pagina 38).
Voor nadere bijzonderheden over de decodeerfuncties,
zie pagina 39.
• SB AUTO
• SB MTRX
• SB OFF
Opmerking
Deze parameter geldt alleen in de A.F.D. automatische
decodeerstand (pagina 35).
x S.F XXXX (Automatische
klankbeeldkeuze)
• S.F LINK
Hiermee kunt u het laatst gekozen klankbeeld voor
een bepaalde geluidsbron automatisch weer laten
toepassen, de volgende keer dat u die geluidsbron
weergeeft. Als u bijvoorbeeld het HALL klankbeeld
kiest voor weergave van een CD/SACD en dan
overschakelt naar een andere geluidsbron, zal bij het
terugkeren naar de HALL geluidsbron weer
automatisch het CD/SACD klankbeeld gelden.
• S.F FIX
Hierbij wordt niet automatisch weer hetzelfde
klankbeeld gekozen.
x DEC. XXXX
(Decodeerformaat voor digitale
ingangssignalen)
Hiermee kiest u het soort decodering dat moet worden
toegepast op de signalen die binnenkomen via de
DIGITAL IN audio-ingangen.
De oorspronkelijke instelling is "DEC. AUTO" voor
VIDEO 3 en TV/SAT, en "DEC. PCM" voor DVD en
MD/TAPE.
• DEC. AUTO
Hierbij kan er automatisch worden overgeschakeld
tussen DTS, Dolby Digital en PCM.
• DEC. PCM
Hierbij worden alle doorkomende signalen verwerkt
als PCM signalen (ter voorkoming van
onderbrekingen wanneer de weergave begint). Ook
al komen er andere signalen binnen, dan nog wordt er
geluid weergegeven. Deze tuner/versterker kan
echter geen DTS-CD signalen decoderen
wanneer de stand "DEC. PCM" is gekozen. Als
zich in de "DEC. AUTO" stand het probleem
voordoet dat de weergave via de digitale audioingangen (van een CD e.d.) wordt onderbroken
wanneer het afspelen begint, schakelt u dan over naar
de "DEC. PCM" stand.
x D.PWR. XXXX
(Digitale stroombesparing)
• D.PWR. OFF
Hiermee kunt u automatisch de stroom van de niet
benodigde digitale circuits laten uitschakelen bij
weergave van analoge geluidssignalen met de
ANALOG DIRECT of MULTI CH IN functie. Dan
kunt u genieten van de zuiverste analoge
muziekweergave zonder enige invloed van de
digitale circuits.
• D.PWR. ON
Hierbij blijven de digitale circuits altijd
ingeschakeld. Kies deze stand als u gehinderd wordt
door de inschakelvertraging die optreedt bij de
"D.PWR. OFF" stand.
x PWR.S. XXX
(CONTROL A1: Stroombesparing)
• PWR.S. ON
De automatische inschakelfunctie werkt nu niet,
maar de tuner/versterker zal in de gebruiksklaarstand
wel minder stroom verbruiken.
• PWR.S. OFF
Hiermee kunt u de tuner/versterker automatisch laten
inschakelen, zodra er een ander apparaat dat is
aangesloten via CONTROL A1 snoeren (pagina 50)
wordt ingeschakeld.
Geavanceerde aanpassingen en instellingen
• Deze parameter geldt alleen in de A.F.D.
automatische decodeerstand (pagina 35). Bij de
andere klankbeelden staat deze parameter altijd op
"96 OFF".
• De DTS 96/24 decodeerfunctie werkt alleen in de
A.F.D. automatische decodeerstand (pagina 35).
Wanneer een ander klankbeeld is gekozen, wordt de
standaard 48 kHz decodering gebruikt.
• Ook wanneer er nu DTS 96/24 signaal binnenkomt,
wordt het weergegeven volgens een
bemonsteringsfrequentie van 48 kHz, als er voor
bepaalde luidsprekers "SMALL" is gekozen of als er
voor de lagetonen-luidspreker "NO" is gekozen.
x COAX-XXX
(Coaxiale ingangstoewijzing)
• DVD
Hiermee kunt u de COAXIAL ingangsaansluiting
toewijzen aan de DVD ingang.
• CD
Hiermee kunt u de COAXIAL ingangsaansluiting
toewijzen aan de CD/SACD ingang.
x [DIMMER]
Hiermee bepaalt u de helderheid van het uitleesvenster.
wordt vervolgd
43NL
x NAME IN
(Naamgeving van voorkeurzenders en
geluidsbronnen)
Hiermee kunt u zelf namen invoeren voor uw
voorkeurzenders en geluidsbronnen gekozen met de
INPUT SELECTOR schakelaar. Zie voor nadere
bijzonderheden zie "Naamgeving van voorkeurzenders
en geluidsbronnen" op pagina 47.
De afstanden worden aangegeven in meters.
x PL. XXXX
(Plaats van de achterluidsprekers)*
Hiermee kunt u de juiste plaats van de
achterluidsprekers kiezen voor de beste klank van de
akoestiekeffecten bij de Cinema Studio EX
klankbeelden (pagina 36).
Geavanceerde SP SETUP
menu-parameters
100Ëš
Wanneer het onderdeel "MENU" op "MENU
EXP." is gezet, verschijnen alle onderstaande
parameters, die u desgewenst kunt bijregelen.
Zie pagina 21 voor de SP SETUP menuinstellingen. De oorspronkelijke instellingen
staan onderstreept aangegeven.
Alle SP SETUP menu-parameters
XXXX SET
SP PAT. XXX
SW
L
C
SL
SB
L
C
SL
SB
(SUB WOOFER)
R
(FRONT)
(CENTER)
SR
(SURROUND)
(SURR BACK)
R
DIST. X.X m (FRONT)*
DIST. X.X m (CENTER)*
SR
DIST. X.X m (SURROUND)*
DIST. X.X m (SURR BACK)*
DISTANCE**
PL. XXXX**
HGT. XXXX**
SP > XXX Hz**
* Bij aflevering geldt de eenheid "ft." (Engelse voet)
voor de STR-DA1000ES. Bij aflevering geldt de
eenheid "m" (meter) voor de STR-DB790.
** Deze parameters zijn alleen instelbaar wanneer het
onderdeel "MENU" op "MENU EXP." is gezet.
x DISTANCE (Afstandseenheid)
Hiermee kiest u de eenheid waarin de afstanden van de
luidsprekers worden gemeten.
• ft. (Engelse voet, oorspronkelijke instelling voor de
STR-DA1000ES)
De afstanden worden aangegeven in Engelse voeten.
• m (meter, oorspronkelijke instelling voor de STRDB790)
44NL
120Ëš
A
A
B
B
• SIDE
Kies deze stand als uw achterluidsprekers zich
bevinden in het gebied A.
• BEHD
Kies deze stand als uw achterluidsprekers zich
bevinden in het gebied B.
Tip
De parameter voor de plaats van de achterluidsprekers
is speciaal bestemd voor de beste klank van de Cinema
Studio EX klankbeelden.
Bij de andere klankbeelden is de plaats van de
achterluidsprekers niet zo kritiek. Die klankbeelden
zijn ontworpen met het idee dat de achterluidsprekers
achter de luisterplaats zouden staan, maar het
klankbeeld blijft toch ook redelijk goed in balans als de
achterluidsprekers veel meer aan de zijkant staan. Als
de luidsprekers echter direct van links en rechts op de
luisteraan gericht staan, zullen de klankbeelden minder
duidelijk klinken, tenzij u de stand "SIDE" kiest.
Toch hebben alle luistersituaties een heleboel
variabelen, zoals de geluidsweerkaatsing van de
wanden, dus u kunt wel eens betere resultaten
verkrijgen met de "BEHD" stand als uw luidsprekers
hoog boven uw luisterplaats hangen, ook al is dat direct
links en rechts ervan.
Daarom willen we u aanbevelen, ook al strookt het niet
precies met de bovenstaande uitleg, een meerkanaalsgecodeerde geluidsbron af te spelen en dan de stand te
kiezen die de meest ruimtelijke klank oplevert, met
daarbij nog een goede samenhang tussen de
akoestiekweergave van de achterluidsprekers en het
directe geluid van de voorluidsprekers. Als u niet met
zekerheid kunt zeggen welke stand het best klinkt,
kiest u dan de "BEHD" stand en gebruik in dat geval de
parameters voor luidsprekerafstand en voor
luidsprekerniveau om de meest evenwichtige
weergave te bereiken.
Alle LEVEL menu-parameters
x HGT. XXXX
(Hoogte achterluidsprekers)*
P.NOISE*
Hiermee kunt u de juiste hoogte van de
achterluidsprekers kiezen voor de beste klank van de
akoestiekeffecten bij de Cinema Studio EX
klankbeelden (pagina 36).
P.AUDIO*
T.TONE
BAL. XXXX
CTR XXX.X dB
SUR.L. XXX.X dB
SUR.R. XXX.X dB
SB XXX.X dB
B
SBL XXX.X dB**
SBR XXX.X dB**
60
A
A
30
S.W. XXX dB
MULTI CH IN
D.RANGE
• LOW
Kies deze stand als uw achterluidsprekers zich
bevinden in het hoogtebereik A.
• HIGH
Kies deze stand als uw achterluidsprekers zich
bevinden in het hoogtebereik B.
* Dit onderdeel is niet beschikbaar wanneer er voor
ontbrekende achterluidsprekers "NO" is gekozen.
x SP > XXX Hz
(Luidsprekers scheidingsfilterfrequentie)
Oorspronkelijke instelling: 100 Hz
Hiermee kunt u de grensfrequentie voor de lage tonen
kiezen bij luidsprekers die als "SMALL" staan
aangemerkt in het "SP SETUP" luidsprekerinstelmenu. Voor deze lagetonen-grensfrequentie kunt
u kiezen uit drie waarden (60 Hz, 100 Hz of 150 Hz).
Geavanceerde LEVEL menuparameters
Wanneer het onderdeel "MENU" op "MENU
EXP." is gezet, verschijnen alle onderstaande
parameters, die u desgewenst kunt bijregelen.
Zie pagina 40 voor de LEVEL menuinstellingen. De oorspronkelijke instellingen
staan onderstreept aangegeven.
S.W. XXX dB
COMP.*
EFCT. XXX
* Deze parameters zijn alleen instelbaar wanneer het
onderdeel "MENU" op "MENU EXP." is gezet.
** Deze parameters zijn alleen instelbaar wanneer voor
dubbele middenachterluidsprekers "DUAL" is
gekozen (pagina 23) (alleen voor de STRDA1000ES).
x P.NOISE (Fase-ruis)
Oorspronkelijke instelling: OFF
Zorgt dat de testtoon beurtelings door twee
aangrenzende luidsprekers wordt weergegeven.
x P.AUDIO (Fase-audio)
Geavanceerde aanpassingen en instellingen
B
Oorspronkelijke instelling: OFF
Zorgt dat de 2-kanaals voorluidsprekersignalen (in
plaats van de testtoon) beurtelings door twee
aangrenzende luidsprekers wordt weergegeven.
x D.RANGE COMP.
(Compressie van het dynamisch bereik)
Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een
speelfilm-geluidsspoor comprimeren, dus verkleinen.
Dit kan handig om 's avonds laat een speelfilm te
bekijken; met het geluid zacht behoudt u toch een rijke,
volle klank.
• OFF
Hierbij wordt het geluidsspoor normaal
weergegeven, zonder compressie.
• STD
Hierbij wordt het geluidsspoor weergegeven met het
volledig dynamisch bereik, zoals gekozen door de
opnamestudio-technicus.
• MAX
Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch
verkleind.
wordt vervolgd
45NL
Tip
Met de dynamiekcompressie kunt u tijdens weergave
het dynamisch bereik van een speelfilm-geluidsspoor
comprimeren volgens de dynamiek-informatie vervat
in het Dolby Digital signaal. We willen u aanbevelen
de "MAX" compressie te gebruiken. Hiermee wordt
het dynamisch bereik drastisch beperkt, zodat u zonder
bezwaar ook's avonds laat kunt genieten van een
speelfilm met zacht ingesteld geluid. In tegenstelling
tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus hierbij
vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende
compressie.
Opmerking
De compressie van het dynamisch bereik is alleen
mogelijk met Dolby Digital geluidsbronnen.
46NL
Een zelfgekozen naam invoeren
Andere bedieningsfuncties
1
Naamgeving van
voorkeurzenders en
geluidsbronnen
Draai aan de –/+ knop om een letterteken te
kiezen en dan aan de MENU knop om de
cursor te verplaatsen naar de plaats voor de
volgende letter.
Tips
• Voor het kiezen van het soort letterteken draait
u aan de –/+ knop.
Alfabet (hoofdletters) t Cijfers t Symbolen
• Voor het invoeren van een spatie draait u aan de
–/+ knop totdat er een spatie in het
uitleesvenster verschijnt.
• Bij een vergissing in de letterkeuze, draait u aan
de MENU knop tot de onjuiste letter gaat
knipperen en dan draait u aan de –/+ knop om
het juiste letterteken te kiezen.
Naamgeving van een
voorkeurzender
2
3
4
5
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de FM of AM te kiezen.
Stem af op de voorkeurzender
waarvoor u een zelfgekozen naam wilt
invoeren (pagina 29).
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "TUNER".
Draai aan de MENU knop om in te
stellen op "NAME IN".
Druk op de MEMORY/ENTER toets.
De cursor gaat knipperen en nu kunt u een
letterteken kiezen. Volg de aanwijzingen
onder "Een zelfgekozen naam invoeren".
2
Druk op de MEMORY/ENTER toets.
Uw gekozen naam wordt nu in het
geheugen vastgelegd.
Opmerking (alleen voor de modellen met
landcode CEL of CEK)
Andere bedieningsfuncties
U kunt een zelfgekozen naam van maximaal 8
letters invoeren voor elk van uw
voorkeurzenders en de geluidsbronnen die u
kiest met de INPUT SELECTOR schakelaar,
om bij weergave die naam in het uitleesvenster
van de tuner/versterker te zien.
1
Gebruik de MENU knop en de –/+ knop
voor het invoeren van de gewenste
naam.
Wanneer u een naam voor een RDS zender invoert, zal
bij het afstemmen toch de vaste Program Service (PS)
naam verschijnen, in plaats van de door u gekozen
naam. (U kunt de vaste Program Service (PS) naam
niet wijzigen. Elke naam die u invoert zal worden
overschreven door de vaste Program Service (PS)
naam.)
Naamgeving van een geluidsbron
1
2
3
4
Draai aan de INPUT SELECTOR knop
om de geluidsbron te kiezen waarvoor
u een zelfgekozen naam wilt invoeren.
Druk enkele malen op de MAIN MENU
toets om in te stellen op "CUSTOM".
Draai aan de MENU knop om in te
stellen op "NAME IN".
Druk op de MEMORY/ENTER toets.
De cursor gaat knipperen en nu kunt u een
letterteken kiezen. Volg de aanwijzingen
onder "Een zelfgekozen naam invoeren".
47NL
Automatisch uitschakelen
met de sluimerfunctie
U kunt de tuner/versterker automatisch laten
uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest met
de afstandsbediening, zodat u gerust met muziek
in slaap kunt vallen.
Nadere bijzonderheden vindt u in de
gebruiksaanwijzing die bij de afstandsbediening
hoort.
Druk op de ALT toets, en dan op de SLEEP
toets van de afstandsbediening terwijl de
stroom is ingeschakeld.
Bij elke druk op de SLEEP toets veranderen de
aanduidingen als volgt:
2:00:00 t 1:30:00 t 1:00:00 t 0:30:00 t
OFF
Nadat u de sluimertijd hebt ingesteld, blijft de
aanduiding "SLEEP" branden in het
uitleesvenster.
Tip
Om de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker
uitschakelt te controleren, drukt u op de ALT toets en
dan op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De
resterende speelduur verschijnt in het uitleesvenster.
48NL
Keuze van het
luidsprekersysteem
U kunt kiezen naar welk stel voorluidsprekers u
wilt luisteren.
Druk enkele malen op de SPEAKERS toets
om in te stellen op de voorluidsprekers u
wilt gebruiken.
Het gekozen luidsprekersysteem wordt in het
uitleesvenster getoond. Om de
luidsprekerweergave uit te schakelen, drukt u
not zovaak op de SPEAKERS toets totdat de SP
A en SP B aanduidingen allebei gedoofd zijn.
Luidspreker-keuzemogelijkheden
• SP A
De luidsprekers die zijn aangesloten op de
FRONT SPEAKERS A aansluitbussen.
• SP B
De luidsprekers die zijn aangesloten op de
FRONT SPEAKERS B aansluitbussen.
• SP A SP B
De luidsprekers die zijn aangesloten op zowel
de FRONT SPEAKERS A als de B
aansluitbussen (parallel doorverbonden). In
dit geval mag u alleen voorluidsprekers met
een nominale impedantie van 8 ohm of hoger
aansluiten en moet u bovendien de
IMPEDANCE SELECTOR schakelaar in de
"4Ω" stand zetten.
Opnemen
Alvorens u gaat opnemen, dient u eerst nog even
te controleren of alle aansluitingen in orde zijn.
Opnemen op een
audiocassette of minidisc
1
2
Stel in op de geluidsbron die u wilt
opnemen.
Breng het weergave-apparaat in
gereedheid voor afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact
disc in de CD-speler.
3
4
Opnemen op een
videocassette
Met deze tuner/versterker kunt u beelden
opnemen vanaf een videorecorder of
televisietoestel. Ook bestaat de mogelijkheid om
tijdens het bewerken van video-opnamen een
nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een
geluidsbron naar keuze. Zie voor nadere
aanwijzingen tevens de gebruiksaanwijzing van
uw videorecorder.
1
2
3
Start het opnemen op het opnameapparaat en start dan de weergave van
de geluidsbron.
4
• U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met
een opname-apparaat dat is aangesloten op de
analoge MD/TAPE OUTaansluitingen. Voor het
opnemen van digitale signalen zult u een digitaal
opname-apparaat moeten aansluiten op de DIGITAL
OPTICAL MD OUT aansluitingen.
• De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet
van invloed op de signalen die worden doorgegeven
via de MD/TAPE OUT aansluitingen.
• De analoge geluidssignalen van de gekozen
geluidsbron worden uitgestuurd via de MD/TAPE
OUT aansluitingen.
• De geluidssignalen die binnenkomen via de MULTI
CH IN aansluitingen worden niet doorgegeven via de
MD/TAPE OUT aansluitingen, ook niet wanneer de
MULTI CH IN functie wordt gebruikt. Alleen de
analoge geluidssignalen van de huidige of eerder
voor weergave gekozen geluidsbron worden
uitgestuurd.
• Er worden ook geen geluidssignalen doorgegeven
via de DIGITAL OPTICAL MD OUT aansluitingen
wanneer de ANALOG DIRECT functie wordt
Breng het weergave-apparaat in
gereedheid voor afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen
videocassette in de videorecorder.
Plaats een voor opnemen geschikte
cassette of minidisc in het opnameapparaat en stel zo nodig het
opnameniveau in.
Opmerkingen
Stel in op de beeld/geluidsbron die u
wilt opnemen.
Plaats een voor opnemen geschikte
videocassette in de videorecorder
(VIDEO 1 of VIDEO 2) die u voor
opnemen gebruikt.
Andere bedieningsfuncties
Via deze tuner/versterker kunt u geluidsbronnen
opnemen op cassette of op minidisc. Zie voor
nadere aanwijzingen tevens de
gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of
minidisc-recorder.
gebruikt. De digitale circuits worden buiten de
signaalbaan geschakeld, voor een zo zuiver
mogelijke geluidskwaliteit, wanneer de "D.PWR.
OFF" parameter staat ingesteld op "D.PWR.".
Start het opnemen op de opnamevideorecorder en start dan de
weergave van de videocassette of de
laserdisc die u wilt opnemen.
Opmerkingen
• U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met
een opname-apparaat dat is aangesloten op de
analoge VIDEO 1 OUT of VIDEO 2 OUT
aansluitingen.
• Zorg dat er zowel digitale als analoge aansluitingen
zijn gemaakt op de TV/SAT en DVD ingangen. Het
is niet mogelijk analoge opnamen te maken als er
alleen digitale aansluitingen zijn gemaakt.
• Bepaalde geluidsbronnen kunnen zijn voorzien van
een kopieerbeveiliging die het opnemen blokkeert.
Een dergelijke geluidsbron zult u niet kunnen
opnemen.
• De analoge geluidssignalen van de gekozen
geluidsbron worden uitgestuurd via de VIDEO 1
OUT of VIDEO 2 OUT aansluitingen.
• De geluidssignalen die binnenkomen via de MULTI
CH IN aansluitingen worden niet doorgegeven via de
VIDEO 1 OUT of VIDEO 2 OUT aansluitingen, ook
wordt vervolgd
49NL
niet wanneer de MULTI CH IN functie wordt
gebruikt. Alleen de analoge geluidssignalen van de
huidige of eerder voor weergave gekozen
geluidsbron worden uitgestuurd.
CONTROL A1II
Bedieningssysteem
Het CONTROL A1II bedieningssysteem werd
ontwikkeld om de bediening van een stereoinstallatie bestaande uit afzonderlijke Sony
componenten te vereenvoudigen. De
CONTROL A1II aansluitingen zijn in staat tot
het doorgeven van bedieningssignalen voor
diverse automatische functies die gewoonlijk
alleen beschikbaar zijn in volledig geïntegreerde
systemen.
Op dit moment bieden de CONTROL A1II
aansluitingen tussen een Sony CD-speler,
versterker (of tuner/versterker), minidiscrecorder en cassettedeck de mogelijkheid van
automatische geluidsbronkeuze en
gesynchroniseerd opnemen.
Opmerking
Gebruik geen tweeweg-afstandsbediening wanneer de
CONTROL A1II aansluitingen via een PC-interface
aansluitset zijn verbonden met een personal computer
waarop het "MD Editor" programma of een soortgelijk
toepassingsprogramma draait. Gebruik ook de
aangesloten apparatuur niet op een manier die niet
overeenkomt met de functies van het
toepassingsprogramma, want dan kan het programma
niet naar behoren werken.
CONTROL A1II en CONTROL A1
compatibiliteit
Het CONTROL A1 bedieningssysteem is uitgebracht
in een vernieuwde versie, CONTROL A1II genaamd,
hetgeen het standaard bedieningssysteem is voor de
Sony 300-disc CD-wisselaar en andere recente Sony
apparatuur. Componenten met CONTROL A1
bedieningsaansluitingen en die met CONTROL A1II
aansluitingen zijn onderling te verbinden en samen te
gebruiken. In principe zijn de meeste functies van het
CONTROL A1 bedieningssysteem ook beschikbaar in
het nieuwe CONTROL A1II bedieningssysteem.
Bij een onderlinge verbinding tussen componenten met
CONTROL A1 aansluitingen en die met CONTROL
A1II aansluitingen kan het aantal beschikbare
bedieningsfuncties echter beperkt zijn, afhankelijk van
de aangesloten apparatuur. Nadere bijzonderheden
vindt u in de gebruiksaanwijzing(en) van de aan sluiten
apparatuur.
50NL
Als u beschikt over een Sony CD-wisselaar
met een COMMAND MODE
keuzeschakelaar
Aansluitingen
U kunt maximaal 10 voor het CONTROL A1II
systeem geschikte componenten onderling
doorverbinden, in elke gewenste volgorde. Van
elk type apparaat kunt u er echter slechts één
tegelijk aansluiten (dus slechts 1 CD-speler, 1
minidisc-recorder, 1 cassettedeck en 1 tuner/
versterker).
(Afhankelijk van het model kan het wel eens
mogelijk zijn meer dan één compact disc speler
of minidisc-speler aan te sluiten. Zie voor
nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing
van de betreffende componenten.)
De ingangskeuzeschakelaar van de tuner/
versterker schakelt automatisch over naar de
juiste ingangsbron wanneer u de weergavetoets
op een van de aangesloten componenten indrukt
(automatische geluidsbron-keuze).
De CONTROL A1II bedieningsfuncties zullen
werken zolang de te bedienen apparatuur is
ingeschakeld, ook al staan de andere
aangesloten componenten alle uitgeschakeld.
Opmerking
Tijdens het opnemen kunt u beter niet het afspelen
starten van een andere component dan de opnamebron.
Hierdoor zou namelijk de automatische geluidsbronkeuze overschakelen op de andere component.
Andere bedieningsfuncties
Als de COMMAND MODE schakelaar van uw
CD-wisselaar kan worden ingesteld op CD 1,
CD 2 of CD 3, zet u deze dan in de "CD 1" stand
en sluit de CD-wisselaar aan op de CD ingangen
van de versterker (of tuner/versterker).
Als u echter een Sony CD-wisselaar met VIDEO
OUT aansluitingen heeft, dan u zet de
COMMAND MODE schakelaar in de "CD 2"
stand en sluit u de CD-wisselaar aan op de
VIDEO 2 ingangen van de versterker (of tuner/
versterker).
Basis-bedieningsfuncties
Bijvoorbeeld:
Minidisc- Cassette- Andere
Versterker CDcomponentene
(Tuner/
speler recorder deck
versterker)
Bij het CONTROL A1II bedieningssysteem
verlopen de bedieningssignalen beide kanten op,
dus er is geen verschil tussen IN en OUT
aansluitingen. Als een component meer dan een
CONTROL A1II aansluiting heeft, kunt u naar
keuze één hiervan gebruiken, of op elk ervan een
verschillende geluidscomponent aansluiten.
Bij sommige voor het CONTROL A1 systeem
geschikte componenten wordt een aansluitsnoer
vast bijgeleverd. Dan kunt u voor het aansluiten
gebruik maken van dat aansluitsnoer.
Heeft u zo'n snoer niet, gebruik dan een los in de
audiohandel verkrijgbaar ministekker-snoer van
minder dan 2 meter lengte met 2-polige (mono)
ministekkers, zonder weerstand.
51NL
Aansluiten
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het apparaat
terechtkomen, trekt u dan de stekker van de tuner/
versterker uit het stopcontact en laat het apparaat eerst
nakijken door bevoegd vakpersoneel, alvorens het
weer in gebruik te nemen.
Stroomvoorziening
• Controleer, alvorens de tuner/versterker in gebruik te
nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat
overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De
bedrijfsspanning staat vermeld op het naamplaatje op
het achterpaneel van de tuner/versterker.
• Zolang de stekker van het netsnoer in het stopcontact
zit, blijft er spanning op het apparaat staan, ook al is
de tuner/versterker zelf uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt
de tuner/versterker geruime tijd niet te gebruiken.
Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te
trekken; trek nooit aan het snoer.
• (Alleen voor de modellen met landcode U of CA:)
Een van de stekkerpoten van het netsnoer kan dikker
zijn dan de andere, om te zorgen dat de stekker
slechts op één manier in het stopcontact past. Mocht
de stekker echter niet in het stopcontact passen,
raadpleeg dan uw audio-handelaar.
• Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te
vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende
vakhandel verrichten.
Hitte in het inwendige
Alhoewel het apparaat tijdens gebruik nogal warm kan
worden, wijst dat niet op storing in de werking. Vooral
bij afspelen op hoog volume kunnen de boven-, onderen zijpanelen na verloop van tijd heet worden. Pas
hiervoor op en raak de behuizing liever niet aan.
Opstelling
• Zet de tuner/versterker op een goed geventileerde
plaats, met voldoende luchtdoorstroming om de
inwendige onderdelen te koelen, in het belang van
een langdurige betrouwbare werking.
• Plaats de tuner/versterker niet dichtbij een
warmtebron of in direct zonlicht. Vermijd plaatsen
met veel stof, vocht en mechanische trillingen of
schokken.
• Zet niets bovenop het apparaat dat de ventilatieopeningen zou kunnen blokkeren, in het belang van
een storingsvrije werking.
52NL
Voor het maken van enige aansluiting, schakelt u eerst
de tuner/versterker uit en trekt u de stekker uit het
stopcontact.
Schoonmaken
Reinig de behuizing, het voorpaneel en de
bedieningsorganen met een zachte doek, licht
bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Gebruik
geen schuurspons of schuurmiddelen en ook geen
oplosmiddelen zoals wasbenzine of spiritus.
Mocht u verder nog vragen of problemen met de
bediening van de tuner/versterker hebben, aarzel dan
niet contact op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
Verhelpen van storingen
Als bij het gebruik van de tuner/versterker een
van de volgende problemen zich voordoet,
neemt u dan de controlepunten even door om het
probleem te verhelpen. Mocht de storing niet zo
gemakkelijk te verhelpen zijn, raadpleeg dan
a.u.b. de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
• Controleer of de geluidsbron juist is aangesloten
op de audio-ingangen voor het betreffende
apparaat.
• Controleer of alle stekkers van de aansluitsnoeren
stevig in de stekkerbussen zitten, zowel bij de
tuner/versterker als bij het geluidsbron-apparaat
zelf.
Er komt geen geluid uit een van de
voorluidsprekers.
• Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
stekkerbus om te controleren of de hoofdtelefoon
wel goed geluid geeft. Als ook bij de aangesloten
hoofdtelefoon slechts via één kanaal geluid te
horen is, kan er iets mis zijn met de aansluitingen
van het weergave-apparaat op de tuner/versterker.
Controleer dan of alle stekkers van het
aansluitsnoer aan beide zijden, op de tuner/
versterker en de geluidsbron zelf, stevig in de
stekkerbussen zijn gestoken. Als bij de
aangesloten hoofdtelefoon wel via beide kanalen
geluid te horen is, kan er iets mis zijn met de
aansluitingen van de voorluidsprekers op de tuner/
versterker. Controleer dan de aansluitingen van de
luidspreker die geen geluid geeft.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld
op de juiste geluidsbron.
Er wordt geen geluid weergegeven van
analoge 2-kanaals geluidsbronnen.
• Controleer of de INPUT MODE schakelaar niet
op "COAX IN" of "OPT IN" staat (pagina 40).
• Controleer of de MULTI CH IN functie wel is
ingeschakeld.
Er klinkt geen geluid bij afspelen van digitale
geluidsbronnen (via de COAXIAL of OPTICAL
ingangsaansluiting).
• Controleer of de INPUT MODE schakelaar niet
op "ANALOG" staat (pagina 40). Controleer of
de INPUT MODE ingangskeuze niet staat
ingesteld op "COAX IN" voor een geluidsbron die
is aangesloten op de OPTICAL
ingangsaansluiting, of op "OPT IN" voor een
geluidsbron die is aangesloten op de COAXIAL
ingangsaansluiting.
• Controleer of de MULTI CH IN functie wel is
ingeschakeld.
Aanvullende informatie
Er wordt geen geluid weergegeven, van geen
enkele geluidsbron.
• Controleer of de tuner/versterker en de andere
apparaten allemaal zijn ingeschakeld.
• Controleer of de MASTER VOLUME –/+ knop
niet in de –∞ dB stand staat.
• Controleer of de SPEAKERS schakelaar niet op
"off" staat (pagina 48).
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening om de demping ongedaan te
maken.
• Controleer of de SPEAKERS schakelaar niet op
"off" staat (pagina 48).
• Controleer of er geen hoofdtelefoon is
aangesloten.
• Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening om de demping ongedaan te
maken.
• Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is
in werking getreden, vanwege kortsluiting.
Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de
kortsluiting en schakel het apparaat weer in.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Stel de weergave evenwichtig in met de
parameters van het LEVEL menu.
Er klinkt een storende bromtoon of andere
bijgeluiden.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een
transformator of een motor en ten minste 3 meter
van een TV-toestel of tl-verlichting.
• Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld TV-toestel.
• Sluit een aardingsdraad aan op de U SIGNAL
GND platenspeler-aardaansluiting (maar alleen
als er inderdaad een platenspeler is aangesloten).
• Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil.
Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of
zuivere alcohol.
wordt vervolgd
53NL
De middenluidspreker geeft geen geluid.
• Zorg dat de klankbeeldfuncties zijn ingeschakeld
(druk op de A.F.D., MOVIE of MUSIC toets).
• Kies een van de CINEMA STUDIO EX
klankbeelden (pagina 36).
• Stel de geluidssterkte van de middenluidspreker
wat hoger in (pagina 24).
• Zorg dat de parameter voor het
middenluidsprekerformaat staat ingesteld op
"SMALL" of "LARGE" (pagina 21).
De middenachterluidspreker(s) geeft/geven
geen geluid.
• Sommige discs bevatten niet het vereiste Dolby
Digital EX vlagsignaal, ook al staat op de
verpakking wel een Dolby Digital EX beeldmerk.
In dat geval zal de stand "SB MTRX" het best
voldoen (pagina 43).
• Kies de op te nemen geluidsbron met de INPUT
SELECTOR keuzeknop.
De FM radio-ontvangst klinkt niet goed.
• Installeer een FM buitenantenne en sluit deze aan
op de tuner/versterker met een 75-ohm
coaxiaalkabel (niet bijgeleverd), zoals hieronder
aangegeven. Als u de tuner/versterker aansluit op
een buitenantenne dient deze zorgvuldig geaard te
worden, ter bescherming tegen blikseminslag.
Sluit de aardingsdraad nooit aan op een
gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is
dit uiterst gevaarlijk.
FM buitenantenne
Tuner/versterker
AM
De achterluidsprekers/
middenachterluidsprekers geven niet of
nauwelijks geluid.
• Zorg dat de klankbeeldfuncties zijn ingeschakeld
(druk op de A.F.D., MOVIE of MUSIC toets).
• Kies een van de CINEMA STUDIO EX
klankbeelden (pagina 36).
• Stel de geluidssterkte van de luidspreker(s) wat
hoger in (pagina 24).
• Zorg dat de parameter voor het
middenluidsprekerformaat staat ingesteld op
"SMALL" of "LARGE" (pagina 22).
• Zorg dat de parameter voor het
middenluidsprekerformaat staat ingesteld op
"DUAL" of "SINGLE" (STR-DA1000ES), of
"YES" (STR-DB790) (pagina 22).
Het akoestiekeffect werkt niet.
• Zorg dat de klankbeeldfuncties zijn ingeschakeld
(druk op de A.F.D., MOVIE of MUSIC toets).
• De klankbeeldfuncties werken niet voor signalen
met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 48
kHz.
Er wordt geen Dolby Digital of DTS
meerkanaals-geluid weergegeven.
• Controleer of de afgespeelde DVD disc e.d. wel is
voorzien van Dolby Digital of DTS meerkanaalsgeluid.
• Bij aansluiten van een DVD videospeler e.d. op de
digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/
versterker dient u ook te zorgen dat de audioinstellingen (voor de geluidsweergave) van het
aangesloten apparaat goed zijn ingesteld.
Het opnemen lukt niet.
• Controleer of de betrokken apparaten naar
behoren zijn aangesloten.
54NL
U
COAXIAL
FM
75
Aardingsdraad
(niet bijgeleverd)
ANTENNA
naar een aardpunt
Het afstemmen op een radiozender lukt niet.
• Controleer of de antennes naar behoren zijn
aangesloten. Verstel zonodig de stand van de
antennes en sluit een buitenantenne aan.
• Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor
ontvangst (bij gebruik van de automatische
zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming.
• Zorg dat het afsteminterval juist ingesteld (bij het
afstemmen op AM radiozenders met directe
afstemming).
• Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de
vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het
geheugen gewist (bij gebruik van de
geheugenafstemming). Leg de gewenste zenders
in het afstemgeheugen vast (pagina 29).
• Druk op de DISPLAY toets zodat de
afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt.
De RDS informatiefuncties werken niet.*
• Zorg dat u goed bent afgestemd op een FM RDS
zender.
• Stem af op een FM zender die krachtiger
doorkomt.
De gewenste RDS informatie wordt niet
aangegeven.*
• Neem contact op met de radiozender om uit te
vinden of ze de betreffende dienst inderdaad
verzorgen. Ook als dat normaal wel zo is, dan nog
kan een bepaalde dienst tijdelijk niet beschikbaar
zijn.
Op het TV-scherm of de videomonitor is geen
beeld of slechts een onduidelijk beeld
zichtbaar.
• Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/
geluidsbron in.
• Stel het TV-toestel in op de gewenste
beeldweergave.
• Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld TV-toestel.
Afstandsbediening
De afstandsbediening werkt niet.
• Richt de afstandsbediening recht op de
afstandsbedieningssensor
voorop de tuner/
versterker.
• Verwijder eventuele obstakels tussen de
afstandsbediening en de tuner/versterker.
• Als de batterijen in de afstandsbediening leeg
kunnen zijn, vervangt u ze dan alle door nieuwe.
• Zorg dat de bedieningsstand van de tuner/
versterker overeenkomt met de bedieningsstand
van de afstandsbediening. Als de bedieningsstand
van de tuner/versterker niet overeenkomt met die
van de afstandsbediening, zal de tuner/versterker
niet reageren op de afstandsbediening. Om de
bedieningsstand van de afstandsbediening om te
schakelen, drukt u op de ?/1 toets terwijl u de
INPUT MODE toets ingedrukt houdt. Telkens
wanneer u op de ?/1 toets drukt, wordt de
bedieningsstand omgeschakeld tussen "C.MODE.
AV2" en "C.MODE. AV1". (De oorspronkelijke
instelling is "C.MODE. AV2".)
• Let op dat u op de afstandsbediening de juiste
beeld/geluidsbron hebt gekozen.
DEC. EROR
Deze foutmelding verschijnt als de tuner/versterker
een signaal niet kan decoderen (bijvoorbeeld een
DTS-CD signaal) terwijl het onderdeel "DEC." is
ingesteld op "DEC. PCM". Schakel dan over naar
"DEC. AUTO".
PROTECT
De luidsprekers krijgen een onregelmatige stroom
door. Schakel de tuner/versterker uit, maak de
luidsprekeraansluitingen in orde en schakel het
apparaat weer in. Als dit probleem blijft bestaan
schakelt u dan de tuner/versterker uit en neem
contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Pagina's met aanwijzingen voor
het wissen van het geheugen van
de tuner/versterker
Voor wissen van
Leest u
Alle geheugen-instellingen
pagina 20
De zelf aangepaste klankbeelden
pagina 41
Aanvullende informatie
De DIGITAL OPTICAL MD OUT aansluiting
knippert rood.
• Wanneer er "AUTO IN" is gekozen bij de INPUT
MODE ingangskeuze, zal deze aansluitbus rood
knipperen zolang er geen digitaal geluidssignaal
binnenkomt. Dit hangt samen met de INPUT
MODE ingangskeuzefunctie; het is normaal en
duidt niet op storing in de werking.
mededeling. Aan de mededeling kunt u de
toestand van het systeem aflezen. Lees de
onderstaande beschrijvingen om het probleem
op te lossen. Mocht de storing niet zo
gemakkelijk te verhelpen zijn, raadpleeg dan
a.u.b. de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
* Alleen voor de modellen met landcode CEL of CEK.
Foutmeldingen
Als er een storing optreedt, toont het
uitleesvenster een code van twee cijfers en een
55NL
Technische gegevens
Versterker-gedeelte
UITGANGSVERMOGEN
STR-DA1000ES:
Nominaal uitgangsvermogen bij stereo weergave
(8 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
100 W + 100 W
(4 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
80 W + 80 W
Referentie-uitgangsvermogen
(8 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
FRONT1): 100 W + 100 W
CENTER1): 100 W
SURR1): 100 W + 100 W
SURR BACK1): 100 W + 100 W
(4 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
FRONT1): 80 W + 80 W
CENTER1): 80 W
SURR1): 80 W + 80 W
SURR BACK1): 80 W + 80 W
STR-DB790:
Nominaal uitgangsvermogen bij stereo weergave
(8 ohm, bij 1 kHz, THV 0,7%)
100 W + 100 W2)
90 W + 90 W3)
(4 ohm, bij 1 kHz, THV 0,7%)
90 W + 90 W2)
80 W + 80 W3)
Referentie-uitgangsvermogen2)
(8 ohm, bij 1 kHz, THV 0,7%)
FRONT1): 100 W + 100 W
CENTER1): 100 W
SURR1): 100 W + 100 W
SURR BACK1): 100 W
(4 ohm, bij 1 kHz , THV 0,7%)
FRONT1): 90 W + 90 W
CENTER1): 90 W
SURR1): 90 W + 90 W
SURR BACK1): 90 W
(8 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
FRONT1): 90 W + 90 W
CENTER1): 90 W
SURR1): 90 W + 90 W
SURR BACK1): 90 W
(4 ohm, van 20 Hz – 20 kHz, THV 0,09%)
FRONT1): 80 W + 80 W
CENTER1): 80 W
SURR1): 80 W + 80 W
SURR BACK1): 80 W
Nominaal maximaal beschikbaar uitgangsvermogen
bij stereo weergave2)
(aan 8 ohm, JEITA norm)
110 W + 110 W
56NL
Nominaal maximaal beschikbaar uitgangsvermogen
bij Surround Sound weergave
(aan 8 ohm, JEITA norm)
FRONT2): 110 W + 110 W
CENTER2): 110 W
SURR2): 110 W + 110 W
SURR BACK2):110 W
1) Afhankelijk van de klankbeeld-instellingen en de
geluidsbron kan er soms hierdoor geen geluid
worden weergegeven.
2) Gemeten onder de volgende omstandigheden:
Landcode
Stroomvereiste
SP, CEL, CEK
230 V wisselstroom,
50 Hz
AU
240 V wisselstroom,
50 Hz
TW
110 V wisselstroom,
60 Hz
3) Gemeten onder de volgende omstandigheden:
Landcode
Stroomvereiste
KR
220 V wisselstroom,
60 Hz
CN
220 V wisselstroom,
50 Hz
Frequentiebereik
PHONO
RIAA aanpassingscurve
±0,5 dB
MULTI CH IN, CD/
10 Hz – 100 kHz
SACD, MD/TAPE, DVD, +0,5/–2 dB (bij keuze
TV/SAT, VIDEO 1, 2, 3 voor ANALOG
DIRECT)
Ingangen (analoog)
PHONO
Gevoeligheid: 2,5 mV
impedantie: 50 kOhm
Signaal/ruis3): 86 dB (A,
2,5 mV4))
MULTI CH IN, CD/
Gevoeligheid: 150 mV
SACD, MD/TAPE, DVD, impedantie: 50 kOhm
TV/SAT, VIDEO 1, 2, 3 Signaal/ruis4): 96 dB
(A, 150 mV5))
4) INGANG KORTGESLOTEN
5) Gewogen netwerk, ingangsniveau
Ingangen (digitaal)
DVD (Coaxiaal)
Impedantie: 75 ohm
Signaal/ruis: 100 dB
(A, 20 kHz LPF)
DVD, TV/SAT, MD,
VIDEO3 (Optisch)
Signaal/ruis: 100 dB
(A, 20 kHz LPF)
Uitgangen
MD/TAPE (REC OUT),
VIDEO 1, 2 (AUDIO
OUT)
Spanning: 150 mV
Impedantie: 2,2 kOhm
SUB WOOFER
Spanning: 2 V
Impedantie: 1 kOhm
6) U kunt de AM afstemschaal als volgt omschakelen
tussen 9 kHz en 10 kHz. Stem af op een AM zender
en schakel de tuner/versterker uit. Houd nu de
PRESET TUNING + of TUNING + toets ingedrukt
en druk weer op de ?/1 schakelaar. Houd er
rekening mee dat bij het omschakelen van de
afstemschaal alle voorkeurzenders uit het geheugen
verdwijnen. Om de afstemschaal terug te zetten op
10 kHz (of 9 kHz), herhaalt u deze procedure.
Video-gedeelte
Ingangen/uitgangen
Video:
S-video:
COMPONENT VIDEO:
EQ
±10 dB, in stapjes van
1 dB
FM afstemgedeelte
Algemeen
Afstembereik
87,5 - 108,0 MHz
Antenne
FM draadantenne
Antenna-aansluitingen
75 ohm, asymmetrisch
Gevoeligheid
Mono:
18,3 dBf, 2,2 µV/75 ohm
Stereo:
38,3 dBf, 22,5 µV/75 ohm
Bruikbare gevoeligheid
11,2 dBf, 1 µV/75 ohm
Signaal/ruisverhouding
Mono:
76 dB
Stereo:
70 dB
Harmonische vervorming bij 1 kHz
Mono:
0,3%
Stereo:
0,5%
Kanaalscheiding
45 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik
30 Hz – 15 kHz,
+0,5/–2 dB
Selectiviteit
60 dB bij 400 kHz
Stroomvereiste
Landcode
Stroomvereiste
U, CA
120 V wisselstroom, 60 Hz
CEL, CEK
230 V wisselstroom, 50/60 Hz
AU
240 V wisselstroom, 50 Hz
SP
220 – 230 V wisselstroom, 50/
60 Hz
TW
110 V wisselstroom, 60 Hz
KR
220 V wisselstroom, 60 Hz
CN
220 V wisselstroom, 50 Hz
Stroomverbruik
Landcode
Stroomverbruik
U
290 W
CA
340 VA
AM afstemgedeelte
CEL, CEK, AU
290 W
Afstembereik
STR-DA1000ES:
SP, KR, CN
290 W
TW
290 W
530 – 1710 kHz6)
(bij 10-kHz afstemschaal)
531 – 1710 kHz6)
(bij 9-kHz afstemschaal)
STR-DB790:
531 – 1602 kHz
(bij 9-kHz afstemschaal)
Antenne
Kaderantenne
Bruikbare gevoeligheid
50 dB/m (bij 1000 kHz of
999 kHz)
Signaal/ruisverhouding
54 dB (bij 50 mV/m)
Harmonische vervorming 0,5% (50 mV/m, 400 Hz)
Selectiviteit
Bij 9 kHz:
35 dB
Bij 10 kHz:
40 dB
Aanvullende informatie
Versterking
1 Vt-t, 75 ohm
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
C: 0,286 Vt-t, 75 ohm
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
B-Y: 0,7 Vt-t, 75 ohm
R-Y: 0,7 Vt-t, 75 ohm
80 MHz HD doorlaat
Stroomverbruik (in de gebruiksklaar-stand)
1W
Netstroomuitgangen
Landcode
Netstroomuitgangen
U, CA
1 uitschakelbaar, maximaal
120 W/1 A
SP
1 uitschakelbaar, maximaal
100 W
Afmetingen
430 × 161 × 400 mm
57NL
Gewicht (ca.)
incl. uitstekende
onderdelen en knoppen
14,5 kg
Bijgeleverd toebehoren
FM draadantenne (1)
AM kaderantenne (1)
STR-DA1000ES:
Afstandsbediening RM-LG112 (1)
R6 (AA-formaat) batterijen (2)
STR-DB790:
Afstandsbediening RM-PP412 (1)
R6 (AA-formaat) batterijen (2)
Zie voor nadere bijzonderheden over de landcode
van uw uitvoering zie pagina 3.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden, zonder kennisgeving.
58NL
Bedieningsorganen en verwijzingspagina's
Gebruik van deze pagina
Via deze pagina en de afbeelding kunt u de
diverse knoppen en andere onderdelen vinden
die in de tekst vermeld staan.
Nummer in afbeelding
r
DISPLAY 7 (31)
R
R
Naam van knop/onderdeel Verwijzingspagina
Hoofdapparaat
ALPHABETISCHE
VOLGORDE
A.F.D. qd (34, 35, 38, 43)
DISPLAY 7 (31)
Uitleesvenster 5 (32)
INPUT MODE 8 (40)
INPUT SELECTOR 0 (26, 27, 29, 34, 40, 44, 47)
Infrarood-ontvanger1
MAIN MENU 3 (21, 40, 42, 47)
MASTER VOLUME –/+ 9 (24, 26)
MEMORY/ENTER 4 (21, 29, 47)
MENU w; (21, 23, 40, 42, 47)
MOVIE qs (36, 37)
MULTI CHANNEL DECODING indicator 6
MUSIC qa (37, 41)
PHONES hoofdtelefoon-aansluiting wa
PRESET TUNING –/+ qj (29)
SPEAKERS ws (48)
SURR BACK DECODING qg (38)
TUNING –/+ qh (27, 57)
VIDEO 3 INPUT aansluitingen ql (14)
60NL
KNOPPEN MET CIJFERS EN
SYMBOLEN
2CH qf (34, 38)
–/+ qk (21, 40, 42, 47)
?/1 (aan/uit-schakelaar) 2
2
ws
waw;
3
4
ql
5
qk qj
6
qh
qg qf qd qs qa
7
8
q;
9
Aanvullende informatie
1
Deksel verwijderen
PUSH
Druk op de kant met PUSH om het deksel te
verwijderen. Na het verwijderen dient u te zorgen dat er
geen kinderen aan het losse deksel kunnen komen.
61NL
Index
A
Afstemmen
op automatische wijze 27
op directe wijze 27
voorkeurzenders 29
Automatische afstemming 27
B
Bandopnamen. Zie Opnemen
Bijgeleverd toebehoren 58
Bijregelen
CUSTOMIZE parameters
42
EQ toonregelparameter 42
LEVEL niveau-parameter
40, 45
luidsprekerniveau 24
SP SETUP
luidsprekerparameters 21,
44
C
CUSTOMIZE menu 42
D
Digital Cinema Sound 36
Directe afstemming 27
E
EQ toonregelmenu 42
H
Het geheugen van de tuner/
versterker wissen 20
K
Keuze
beeld/geluidsbron 26
van een klankbeeld 36–37
voorluidsprekersysteem 48
Klankbeeld
kiezen 36–37
terugstellen 41
voorgeprogrammeerd 36–
37
zelf aanpassen 40
L
LEVEL niveau-instelmenu 40,
45
Luidsprekers
aansluiten 16
impedantie 16
luidsprekerniveaus
bijregelen 24
opstelling 16
N
Naamgeving 47
O
Omschakelen
aanduidingen 31
Opnemen
op een audiocassette of
minidisc 49
op een videocassette 49
R
RDS 30
S
Scheidingsfilterfrequentie 45
Sluimerfunctie 48
SP SETUP
luidsprekerinstelmenu 21,
44
T
Testtoon 24
V
Video-opname. Zie Opnemen
62NL
Voorkeurzenders
afstemmen 29
methode 29
Z
Zelfgekozen namen Zie
Naamgeving
Zendernamen Zie Naamgeving