ProForm PFEVEX73913 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Sticker met
serienummer
(beneden onderstel)
GEBRUIKERSHANDLEIDING
OPGELET
Lees voor gebruik van dit
apparaat alle instructies en
voorzorgsmaatregelen in deze
handleiding. Bewaar deze hand-
leiding voor verdere raadpleging.
Modelnr. PFEVEX73913.0
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
www.iconeurope.com
KLANTENDIENST
Neem contact op met de
Klantendienst (zie informatie
hieronder) of neem contact op met
de winkel waar u dit product gekocht
heeft wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken of
beschadigd zijn.
4021 529 7186
Maandag-Vrijdag 08:00-20:00
GMT; Zaterdag 09:00-13:00 GMT
Website:
www.iconsupport.eu
Email:
2
DE STICKER MET WAARSCHUWING
INHOUD
De waarschuwingsticker hier afgebeeld is met uw dit prod-
uct inbegrepen. Plak de sticker op de aangegeven plaats
over de Engelse waarschuwing heen. De hier getoonde
sticker(s) met waarschuwing is/zijn op de aangegeven
plaats(en) geplakt. Raadpleeg de laatste pagina van
deze handleiding wanneer een sticker ontbreekt of
niet leesbaar is en vraag om een vervangende sticker.
Plak de sticker op de aangegeven plaats. Aandacht: de
sticker(s) worden niet op ware grootte weergegeven.
PROFORM is een merk van ICON IP, Inc.
DE STICKER MET WAARSCHUWING. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN ...................................................3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA ..........................................................5
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
HOE DE TRAININGSFIETS TE GEBRUIKEN ....................................................13
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ...............................................22
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN ...............................................Laatste pagina
RECYCLING INFORMATIE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Laatste pagina
3
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om ervoor te zorgen dat alle gebruikers
van de trainingsfiets goed zijn geïnformeerd
over alle voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
vooral belangrijk voor personen van boven
de 35 jaar, of voor personen met bestaande
gezondheidsproblemen.
3. Gebruik de trainingsfiets alleen zoals in deze
handleiding beschreven wordt.
4. Deze trainingsfiets is alleen voor huiselijk
gebruik bedoeld. Gebruik de trainingsfiets
niet commercieel of voor verhuur.
5. Gebruik de trainingsfiets uitsluitend binnens-
huis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats
de trainingsfiets niet in een garage, op een
overdekt terras of bij water.
6. Plaats de trainingsfiets op een vlakke
ondergrond met minstens 0,6 m vrije ruimte
rondom de fiets. Leg een matje onder de
trainingsfiets om uw vloer of vloerbedekking
niet te beschadigen.
7. Controleer en draai alle delen regelmatig
aan. Vervang versleten onderdelen direct.
8. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de trainingsfiets vandaan.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de
trainingsfiets gebruikt. Draag nooit losse kle-
ding die in de fiets bekneld kan raken. Draag
altijd sportschoenen voor voetbescherming.
10. De trainingsfiets kan alleen door mensen die
minder dan 113 kg wegen worden gebruikt.
11. Wees voorzichtig bij het monteren en demon-
teren van de trainingsfiets.
12. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Verschillende factoren, waaronder
bewegingen van de gebruiker, kunnen de
nauwkeurigheid van de hartslagmetingen
beïnvloeden. De hartslagmonitor dient
slechts om de hartslag globaal te meten, als
hulpmiddel bij uw oefeningen.
13. Houd tijdens het gebruik van de trainings-
fiets uw rug recht. Krom uw rug niet.
14. Te veel oefenen kan tot ernstig letsel of de
dood leiden. Als u pijn voelt of duizelig wordt
tijdens het oefenen, dient u onmiddellijk te
stoppen en af te koelen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: lees, om het risico tot ernstig letsel te verminderen, alle
belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in deze handleiding en alle waarschuwingen op
uw trainingsfietsr voordat u deze gebruikt. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of
schade door het gebruik van dit product.
4
Hartslagmonitor
Zitting
Knop van de Zitting
Niveauknop
Wiel
Pedaal/Riem
Bedieningspaneel
Hendel
Knop van de Buis van de Zitting
Fijn dat u voor de nieuwe PROFORM
®
 345 ZLX-
trainingsfiets gekozen heeft. Fietsen is een effectieve
oefening voor het verbeteren van hart en vaten, het
opbouwen van uithoudingsvermogen en het vormge-
ven aan het gehele lichaam. De 345 ZLX trainingsfiets
heeft een aantal indrukwekkende functies die ont-
wikkeld zijn om uw oefeningen thuis effectiever en
aangenamer te maken.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de trainingsfiets. Raadpleeg
de omslag van deze handleiding als u nog vragen
hebt. Noteer het productnummer en het serienum-
mer voordat u met ons contact opneemt. De plaats
waar u de stickers met het productnummer en het
serienummer kunt vinden wordt op de omslag van de
handleiding aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.
Lengte: 104 cm
Breedte: 58 cm
Gewicht: 34 kg
VOORDAT U BEGINT
5
M4 x 16mm
Schroef (43)–4
M10 x 95mm
Schroef (53)–4
M8 Gespleten
Tussenring
(64)–8
M8 Borgmoer
(72)–4
M4 x 22mm
Schroef (31)–4
M6 x 20mm
Schroef (18)–4
M6 Gespleten
Tussenring
(74)–4
M8 x 16mm
Schroef (65)–4
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA
Raadpleeg de tekeningen hieronder om de kleine onderdelen voor de montage te herkennen. Het nummer tus-
sen haakjes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN achterin
deze handleiding. Het getal tussen de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Aandacht: als
een onderdeel zich niet in de hardwareset bevindt, controleert u of deze al vooraf is gemonteerd. Er zijn
mogelijk extra metalen onderdelen meegeleverd.
6
De montage moet door twee personen uitgevoerd
worden.
Leg alle onderdelen op een open plek en verwijder
het verpakkingsmateriaal. Gooi het verpakkings-
materiaal niet weg tot u volledig met de montage
klaar bent.
Linker onderdelen zijn met een “L” of “Left” en
rechter onderdelen zijn met een “R” of “Right”
aangegeven.
Raadpleeg bladzijde 5 om kleine onderdelen te
kunnen herkennen.
Naast het meegeleverde gereedschap heeft u het
volgende gereedschap nodig:
een kruiskopschroevendraaier
een instelbare sleutel
Montage is makkelijker met een set sleutels. Om
schade aan de onderdelen te vermijden, dient u
nooit elektrisch gereedschap te gebruiken.
1
MONTAGE
1. Ga naar www.iconsupport.eu op uw
computer en registreer uw product.
activeert uw garantie
bespaart u tijd als u ooit contact moet
opnemen met de Klantendienst
hiermee kunnen wij u op de hoogte stellen van
upgrades en aanbiedingen
Aandacht: indien u geen internettoegang heeft,
belt u met de Klantendienst (zie de voorkant van
deze handleiding) om uw product te registreren.
7
2. Plaats een stevig stuk verpakkingsmateriaal
onder de achterkant van het Onderstel (1).
Laat een tweede persoon het Onderstel
vasthouden tot deze stap is voltooid om te
voorkomen dat het valt.
Zoek de Achterste Stabilisator (3). Aandacht:
de Voorste Stabilisator (niet afgebeeld) heeft
wieltjes.
Richt de Achterste Stabilisator (3) zodat
de gelaste buizen niet gericht zijn naar het
Onderstel (1).
Maak de Achterste Stabilisator (3) aan het
Onderstel (1) vast met twee M10 x 95mm
Schroeven (53).
Verwijder het verpakkingsmateriaal.
2
3
53
Gelaste
buizen
1
3. Plaats een stevig stuk verpakkingsmateri-
aal onder de voorkant van het Onderstel (1).
Laat een tweede persoon het Onderstel
vasthouden tot deze stap is voltooid om te
voorkomen dat het valt.
Richt de Voorste Stabilisator (2) zodat de wielen
niet gericht zijn naar het Onderstel (1).
Bevestig de Voorste Stabilisator (2) aan het
Onderstel (1) met twee M10 x 95mm Schroeven
(53).
Verwijder het verpakkingsmateriaal.
3
Wiel
2
53
1
8
4
4. Maak de Knop van de Buis van de Zitting (27) in
het Onderstel (1) los met een paar draaien.
Oriënteer de Buis van de Zitting (6) zoals
getoond. Steek dan de Buis van de Zitting in het
Onderstel (1).
Verplaats de Buis van de Zitting (6) naar boven
of naar beneden in de gewenste positie en maak
de Knop van de Buis van de Zitting (27) vast in
een afstelgat in de Buis van de Zitting.
Beweeg de Buis voor de Zitting (6) naar
boven of naar beneden om te controleren of
de Knop van de Buis van de Zitting (27) vast-
zit in een van de afstelgaten in de Buis van
de Zitting.
6
Bijstelgaten
1
27
5
5. Oriënteer het Zitting (23) en de Drager van de
Zitting (24) zoals getoond.
Maak de Zitting (23) vast op de Drager van de
Zitting (24) met vier M8 Borgmoeren (72) en vier
M8 Gespleten Tussenringen (64). Aandacht: de
Borgmoeren en Tussenringen kunnen al aan de
onderkant van de Zitting vastgemaakt zijn.
23
24
64
72
9
6
7
7. Plaats, terwijl een tweede persoon het Handvat
(5) bij de Staander (4) houdt, de Draad voor de
Hartslag (61) in het gat van de Staander en trek
hem uit de bovenkant van de Staander.
Tip: Zorg ervoor dat de draden niet bekneld
raken. Bevestig de Handvat (5) aan de Staander
(4) met vier M6 x 20mm Schroeven (18) en vier
M6 Gespleten Tussenringen (74).
Vermijd het
afklemmen
van de draden
18
18
74
74
Gat
4
61
5
6. Verwijder de Knop van de Zitting (26) van de
Drager van de Zitting (24). Houd de Beugel van
de Zitting (30) in de Drager van de Zitting om te
voorkomen dat hij beweegt.
Steek dan de Drager van de Zitting (24) in de
Buis van de Zitting (6). Steek de Knop van de
Zitting (26) in de Buis van de Zitting en maak de
Knop van de Zitting vast in de Beugel van de
Zitting (30) in de Drager van de Zitting.
26
30
24
6
10
8
9. Richt de Staander (4) en de Draaikap (12) zoals
afgebeeld.
Schuif de Draaikap (12) omhoog naar het
Handvat (5). Tip: buig de Zwenkaskap iets om
het over de Handleuning te schuiven.
Maak de Draaikap (12) vast aan het Handvat (5)
met vier M4 x 22mm Schroeven (31).
43
43
9
12
31
31
4
5
8. Sluit, terwijl een tweede persoon het
Bedieningspaneel (13) bij de Staander (4) vast-
houdt, de draden van het bedieningspaneel aan
op de Verlengdraden (59) en de Draad voor de
Hartslag (61).
Stop het overschot aan draad in de Staander (4)
of in het Bedieningspaneel (13).
Tip: zorg ervoor dat de draden niet bekneld
raken. Maak het Bedieningspaneel (13) aan
de Staander (4) vast met vier M4 x 16mm
Schroeven (43).
Vermijd het
afklemmen van
de draden
13
61
59
4
11
10
11. Zoek naar het Rechter Pedaal (21).
Draai met gebruik van een Engelse sleutel het
Rechter Pedaal (21) naar rechts goed vast in
de Rechter Crankarm (19).
Draai het Linker Pedaal (niet getoond) naar
links in de Linker Crankarm (niet getoond).
Stel de riem van het Rechter Pedaal (21) in de
gewenste stand af en druk het uiteinde van de
riemen op het lipje van het Rechter Pedaal. Stel
de beugel van het Linkerpedaal op dezelfde
manier af (niet getoond).
11
10. Schuif de Voorste Deksel van het Scherm (7)
omhoog op de Staander (4).
Terwijl een tweede persoon de Staander
(4) vasthoudt bij het Onderstel (1), dient u
het Verlengdraad (59) te verbinden met de
Hoofddraad (58).
Plaats de Staander in (4) in het Onderstel (1).
Tip: Zorg ervoor dat de draden niet bekneld
raken. Maak de Staander (4) vast met vier M8
x 16mm Schroeven (65) en vier M8 Gespleten
Tussenringen (64).
Schuif de Voorste Deksel van het Scherm (7)
omlaag op het Onderstel (1) en druk het op zijn
plaats.
Vermijd het
afklemmen van
de draden
64
64
64
65
65
58
59
4
7
1
19
Riem
Lipje
21
12
12
12. Steek het Stroomadapter (67) in de aansluiting
op het onderstel van de trainingsfiets.
Steek, indien nodig, de Stroomadapter (67) in de
Stekkeradapter (A).
Aandacht: zie HOE DE STROOMADAPTER
IN TE STEKEN op bladzijde 13 om de
Stroomadapter (67) in een stopcontact te steken.
13. Nadat de trainingsfiets is gemonteerd, controleert u of deze juist is gemonteerd en goed werkt.
Zorg ervoor dat alle onderdelen van de trainingsfiets goed vastgedraaid worden. Aandacht: er kun-
nen extra onderdelen meegeleverd zijn. Plaats een matje onder de trainingsfiets om de vloer of het tapijt te
beschermen.
A
67
13
HOE DE STROOMADAPTER IN TE STEKEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de trainingsfiets aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, deze
tot kamertemperatuur komen voordat u de stroom-
adapter inschakelt. Als u dit niet doet kunt u het
bedieningspaneel of andere elektrische componen-
ten beschadigen.
Steek de stroom-
adapter in de
aansluiting die
zich op het
onderstel van
de trainingsfiets
bevindt. Daarna
steekt u de
stroomadapter in
de stekkeradap-
ter. Steek dan de
stekkeradapter
in een geschikt
stopcontact dat
goed geïnstalleerd is volgens de lokale codes en
verordeningen.
DE FIETS WATERPAS STELLEN
Draai, wanneer
de trainingsfiets
tijdens het gebruik
wat wiebelt, aan
één of aan beide
stelvoeten onder
de achterste sta-
bilisator totdat het
toestel niet meer
wiebelt.
DE HOOGTE VAN DE ZITTING AFSTELLEN
Voor een effectieve oefening moet de zitting op de
juiste hoogte staan. Wanneer de pedalen in de laagste
stand staan moeten uw knieën tijdens het fietsen wat
gebogen zijn.
Om de zitting af
te stellen, maakt
u de knop van
de buis van de
zitting met een
paar slagen los.
Vervolgens schuift
u de buis van de
zitting naar boven
of naar beneden
in de gewenste
positie en zet u
de knop vast in
een afstelgat in
de buis van de zitting. Beweeg de buis van de zitting
naar boven of naar beneden om te controleren of
de bijstelknop van de zitting in een van de bijstel-
gaten van de buis van de zitting vastzit.
DE POSITIE VAN DE ZITTING HORIZONTAAL
BIJSTELLEN
Om de positie
van de zitting
zijwaarts bij te
stellen, draait u
de knop van de
zitting eerst los.
Beweeg de zitting
naar voren of naar
achteren in de
gewenste positie
en draai de knop
van de zitting
opnieuw vast.
DE PEDAALRIEMEN AFSTELLEN
Om de pedaalrie-
men af te stellen
moet u eerst de
uiteinden van de
riemen van de lip-
jes op de pedalen
trekken. Stel de
riemen af op de
gewenste stand
en steek de ein-
den van de riemen
weer in de lipjes.
HOE DE TRAININGSFIETS TE GEBRUIKEN
Knop
Stelpoten
Knop van
de Zitting
Lipje
Riem
Stroomadapter
Stekkeradapter
14
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel bevat bepaalde keuzen om uw
oefeningen thuis effectiever en leuker te maken.
U kunt de weerstand van de pedalen door een druk
op een toets bijstellen wanneer u de handmatige
instelling van het bedieningspaneel gebruikt. Het
bedieningspaneel zal tijdens het oefenen doorlopend
trainingsinformatie weergeven. U kunt ook uw hartslag
meten wanneer u de handgreep van de hartslagmoni-
tor gebruikt.
Het bedieningspaneel biedt ook een keuze aan vooraf
ingestelde oefeningen. Iedere oefening verandert
automatisch de weerstand van de pedalen terwijl u een
doeltreffende oefening uitvoert. U kunt ook calorieën,
afstand of tijdsdoel instellen.
Het bedieningspaneel heeft ook een iFit instelling
waardoor het bedieningspaneel door middel van een
optionele iFit module op uw draadloos netwerk aan-
gesloten is. U kunt, met de iFit-modus, persoonlijke
oefeningen downloaden, uw eigen oefeningen samen-
stellen, resultaten van uw oefening bijhouden, tegen
andere iFit-hardlopers racen en vele andere keuzes
raadplegen. Ga naar www.iFit.com of bel met het
telefoonnummer op de kaft van deze handleiding
om wanneer dan ook een iFit module te kopen.
U kunt zelfs uw MP3-speler of CD-speler aansluiten op
het geluidssysteem van het bedieningspaneel en luis-
teren naar uw favoriete muziek of audioboeken terwijl u
oefeningen doet.
Om de handmatige instelling te gebruiken, zie
bladzijde 15. Om het geluidssysteem te gebruiken,
kijkt u op bladzijde 16. Voor gebruik van een vooraf
ingestelde oefening, zie bladzijde 17. Om een oefe-
ning met een ingesteld doel te gebruiken, raadpleeg
bladzijde 18. Om een iFit-oefening te gebruiken,
raadpleeg bladzijde 19. Voor het wijzigen van de
bedieningspaneelinstellingen, kijkt u op bladzijde 20.
Aandacht: als er een velletje plastic op de display ligt,
verwijder die dan.
Stinger
EBPE73013
PFEVEX73013
DIAGRAM VAN HET
BEDIENINGSPANEEL
15
DE HANDMATIGE INSTELLING GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
De display zal aangaan wanneer u het bedienings-
paneel inschakelt. Het bedieningspaneel is dan
klaar voor gebruik.
2. Kies de handmatige instelling.
Druk op de toets Manual Control (Handmatig
Controle) op het bedieningspaneel om de handma-
tige instelling te kiezen.
De handmatige instelling zal automatisch gekozen
worden als een draadloze iFit module niet in het
bedieningspaneel gestoken is en niet met iFit in
verbinding staat.
3. Verander de weerstand van de pedalen als u dat
wilt.
Verander tijdens het stappen de weerstand van
de pedalen door op de toetsen Quick Resistance
(Snelle Weerstands) -toename- en afnametoetsen
te drukken.
Aandacht: als u een toets hebt ingedrukt, zal het
een tijdje duren voordat de pedalen het gewenste
weerstandsniveau hebben bereikt.
4. Volg uw vordering op de display.
De display kan de volgende workout informatie
aangeven:
Cals. (Calorieën): deze display instelling zal bij
benadering het aantal calorieën die u verbrand
heeft weergeven.
Cals./Hr (Calorieën per Uur): deze display instel-
ling geeft bij benadering het aantal calorieën dat u
per uur verbrandt aangeven.
Dist. (Afstand): deze display instelling zal
de gestapte afstand in mijlen of in kilometers
aangeven.
Pulse (Hartslag): deze weergave toont uw hart-
slag wanneer u gebruik maakt van de handgreep
met hartslagsensor (zie stap 5).
Resist. (Weerstand): deze display instelling zal
telkens wanneer de weerstandsniveau van de
pedalen verandert, de weerstandsinstelling een
paar seconden lang aangeven.
Speed (Snelheid): deze display geeft de fietssnel-
heid in mijlen of kilometers per uur aan.
Time (Tijd): in de manuele instelling toont deze
weergave de verlopen tijd. Deze display instelling
zal, wanneer een workout gekozen wordt, de reste-
rende tijd van de workout aangeven.
Het scherm heeft verschillende display tabbla-
den. Druk op de Display toets totdat het gewenste
tabblad weergegeven wordt. U kunt ook op de
toename- en afnametoetsen naast de Enter toets
drukken.
Speed (Snelheid): dit tabblad zal een profiel van
de snelheidsinstellingen van de workout aangeven.
Een nieuw segment zal aan het einde van elke
minuut aangegeven worden.
My Trail (Mijn route): dit tabblad zal een route
van 400 m (1/4 mijl) aangeven. De opflikkerende
rechthoek zal uw vordering tijdens het oefenen
weergeven. Het My Trail-tabblad zal het aantal
rondjes aangeven dat u voltooit.
Calorie: dit tabblad zal bij benadering het aan-
tal calorieën dat u verbrand heeft aangeven. De
hoogte van elk segment stelt het aantal verbrande
calorieën tijdens dat segment voor.
De kolom van het intensiteitsniveau van de workout
zal tijdens het oefenen bij benadering het intensi-
teitsniveau van uw workout weergeven.
16
Druk op de Home (Thuis) toets om naar het
standaardmenu terug te keren (zie HOE DE
INSTELLINGEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
TE VERANDEREN op bladzijde 20 om het stan-
daardmenu in te stellen). Druk, indien nodig,
nogmaals op de Home toets.
Het draadloze symbool aan de
bovenkant van de display zal
wanneer een draadloze iFit
module in verbinding staat de
sterkte van uw draadloos sig-
naal weergeven. Vier bogen
geven volle sterkte aan.
Druk op de Home toets om de handmatige instel-
ling of een workout te verlaten. Druk, indien nodig,
nogmaals op de toets Home.
Druk om het volume van het bedie-
ningspaneel te veranderen, op de
volume toename- en afnametoetsen.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Als er velletjes
plastic op de
metalen contact-
punten van de
handgreep met
hartslagmonitor
bevinden, ver-
wijder deze dan.
Om uw hartslag
te meten, houd
uw handen op de
hartslagmonitor
met de palmen
van uw hand leunend tegen de contactpunten.
Beweeg uw handen niet en houd de handsen-
soren stevig vast.
Wanneer uw pols gemeten kan worden zal een
hartsymbooltje bij elke hartslag op de calorie
display opflikkeren. Er zullen een of twee streepjes
verschijnen en dan zal uw hartslag aangegeven
worden. Houd de contactpunten ten minste 15
seconden lang vast voor de meest nauwkeurige
hartslagwaarde.
Zorg ervoor dat uw handen geplaatst zijn zoals
hierboven aangegeven als uw hartslag niet op de
display aangegeven wordt. Zorg ervoor dat u uw
handen niet te veel beweegt of de contactpunten
niet te strak vasthoudt. Maak voor optimale werking
de contactpunten schoon met een zachte doek;
gebruik nooit alcohol, schuur- of chemische
middelen om de contactpunten schoon te
maken.
6. Het bedieningspaneel zal automatisch uitgaan
wanneer u klaar bent met uw oefening.
Indien de pedalen enkele seconden lang niet
bewegen zal een geluid te horen zijn, zal het bedie-
ningspaneel stilvallen en zal de tijd op de display
opflikkeren. Begin gewoon weer te stappen om de
workout te hervatten.
Als de pedalen enkele minuten lang niet bewegen
zal het bedieningspaneel uitgeschakeld worden en
zal de display gereset worden.
DE GELUIDSINSTALLATIE GEBRUIKEN
Steek een 3,5 mm mannelijk tot mannelijk audioka-
bel (niet meegeleverd) in de aansluiting op zowel het
bedieningspaneel als op uw MP3-speler, CD-speler, of
andere eigen audio-speler om via het geluidssysteem
van het bedieningspaneel muziek of audioboeken af te
spelen. Zorg ervoor dat de audiokabel goed ingestoken
is. Ga naar uw plaatselijke elektronicawinkel om
een audiokabel aan te schaffen.
Druk vervolgens op de play-toets van uw eigen audio-
speler. Pas het volume aan met de toetsen volume
verhogen en verlagen op het bedieningspaneel of de
volumeregelknop op uw persoonlijke audiospeler.
Contactpunten
17
HOE EEN VOORAFINGESTELDE WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
De display zal aangaan wanneer u het bedienings-
paneel inschakelt. Het bedieningspaneel is dan
klaar voor gebruik.
2. Kies een vooraf ingestelde oefening.
Druk herhaaldelijk op de 9 Calorie Workouts toets
of op de 9 Performance Workouts (9 Prestatie
Workouts) Workouts toets totdat de gewenste
vooraf ingestelde workout op de display verschijnt.
De display zal de tijdsduur en de naam van de wor-
kout aangeven wanneer u een vooraf ingestelde
workout kiest. Een profiel van de snelheidsinstellin-
gen van de workout zal op het scherm verschijnen.
Het maximum weerstandsniveau en de maximum
snelheid van de workout zullen ook in de display
verschijnen.
3. Begin te stappen om de workout te starten.
Iedere workout is verdeeld in segmenten van 1
minuut. Een weerstandsniveau- en één na te stre-
ven snelheid is voor elk segment geprogrammeerd.
Aandacht: hetzelfde weerstandsniveau en/of na
te streven snelheid kunnen voor opeenvolgende
segmenten geprogrammeerd worden.
Tijdens de
workout
zal het pro-
fiel op het
snelheid
tabblad uw
vordering
aangeven.
Het opflikkerende segment van het profiel stelt het
huidige segment van de workout voor. De hoogte
van het opflikkerende segment geeft de na te stre-
ven snelheid van het huidige segment aan.
Aan het einde van elke segment van de workout
zullen een aantal tonen te horen zijn en zal het
volgende segment van het profiel beginnen op te
flikkeren. Als er een andere weerstandsniveau en/
of na te streven snelheid voor het volgende seg-
ment geprogrammeerd is, dan zal die een paar
seconden lang in de display verschijnen om u te
waarschuwen. De weerstand van de pedalen zal
dan veranderen.
U wordt tijdens het oefenen aangespoord uw
stapsnelheid zo dicht mogelijk bij de na te stre-
ven snelheid van het huidige segment te houden.
Als er een opwaarts pijltje op de display ver-
schijnt, moet u uw tempo verhogen. Als er een
neerwaarts pijltje verschijnt, moet u uw tempo
verlagen. Behoud uw huidige snelheid wanneer er
geen pijl verschijnt.
BELANGRIJK: de doelsnelheid is uitsluitend
bedoeld om u te motiveren. Uw feitelike tempo
kan langzamer zijn dat de doelsnelheidinstellin-
gen. Zorg ervoor dat u op een tempo stapt dat
aangenaam voor u is.
Wanneer het weerstandsniveau voor het huidige
segment te hoog of te laag ligt kunt u de instel-
ling handmatig veranderen door op de toetsen
Quick Resistance (Snelle weerstand) te drukken.
BELANGRIJK: de pedalen zullen, wanneer
het huidig segment van de workout eindigt,
automatisch aan de geprogrammeerde weer-
standsinstelling van het volgend segment
aangepast worden.
Het programma zal zo doorgaan totdat het laatste
segment voltooid is. Stop gewoon met stappen
om de oefening wanneer dan ook te stoppen. De
tijd zal op de display knipperen. Ga eenvoudigweg
verder met stappen om de oefening te hervatten.
4. Volg uw vordering op de display.
Zie stap 4 op bladzijde 15.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op bladzijde 16.
6. Het bedieningspaneel zal automatisch uitgaan
wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 6 op bladzijde 16.
Profiel
18
HOE EEN DOELSTELLEN WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
De display zal aangaan wanneer u het bedienings-
paneel inschakelt. Het bedieningspaneel is dan
klaar voor gebruik.
2. Stel calorieën, afstand of tijdsdoel in.
Druk eerst op de Set A Goal (Stel-een-doel-in)
toets om een na te streven calorieën-, afstand- of
tijdsdoel in te stellen.
Druk vervolgens op de toename- en afnametoet-
sen naast de Enter toets totdat de naam van het
gewenste doel op de display verschijnt. Druk dan
op de Enter toets.
Druk dan op de toename- of afnametoetsen naast
de Enter toets om het gewenste na te streven doel
in te stellen.
3. Begin te stappen om de workout te starten.
Iedere workout is verdeeld in segmenten van 1
minuut. De doelsnelheid voor het huidige segment
verschijnt op de display aan het begin van elk
segment.
Houd uw fietssnelheid dichtbij de doelsnelheid
tijdens het oefenen. BELANGRIJK: de doelsnel-
heid is uitsluitend bedoeld om u te motiveren.
Uw feitelike tempo kan langzamer zijn dat de
doelsnelheidinstellingen. Zorg ervoor dat u op
een tempo stapt dat aangenaam voor u is.
U kunt handmatig de weerstand van de pedalen
naar wens wijzigen tijdens de oefening door te
drukken op de toetsen Quick Resistance (Snelle
Weerstand).
Aandacht: indien u handmatig de weerstand wijzigt
tijdens een caloriedoeloefening, dan wordt de duur
van de oefening automatisch afgesteld om ervoor
te zorgen dat u uw caloriedoel haalt.
Aandacht: het calorieëndoel is een schat-
ting van het aantal calorieën dat u tijdens de
workout zult verbranden. Het feitelijke aantal
calorieën dat u verbrandt zal van verschil-
lende factoren, zoals uw gewicht, afhangen.
Daarnaast heeft een handmatige wijziging van
de snelheid tijdens de oefening effect op het
aantal calorieën dat u zult verbranden.
De oefening zal op deze wijze doorgaan tot
het calorieën-, afstands- of tijdsdoel is bereikt.
Stop met stappen om de workout tot stilstand te
brengen. De tijd op de display zal stilstaan. Ga
eenvoudigweg verder met stappen om de oefening
te hervatten.
4. Volg uw vordering op de display.
Als u oefent telt de calorie, tijd of afstanddisplay
terug totdat het gewenste doel is bereikt.
Zie stap 4 op bladzijde 15.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op bladzijde 16.
6. Het bedieningspaneel zal automatisch uitgaan
wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 6 op bladzijde 16.
19
HOE EEN IFIT WORKOUT TE GEBRUIKEN
Aandacht: voor gebruik van een iFit-oefening heeft u
een optionele iFit-module nodig. Ga naar
www.iFit.com of bel met het telefoonnummer op
de kaft van deze handleiding om wanneer dan ook
een iFit module te kopen. U dient toegang te hebben
tot een computer met een internetverbinding en een
USB-poort. Daarnaast dient u ook toegang te hebben
tot een draadloos netwerk inclusief een 802.11b/g/n
router met geactiveerde SSID broadcast (verborgen
netwerken worden niet ondersteund). Een iFit.com-
lidmaatschap is ook vereist.
BELANGRIJK: om te voldoen aan de blootstellings-
vereisten, dienen de antenne en de zender in de
iFit-module minstens 20 cm afstand te hebben van
alle personen en mogen ze niet vlakbij of aangeslo-
ten zijn op een andere antenne of zender.
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
De display zal aangaan wanneer u het bedienings-
paneel inschakelt. Het bedieningspaneel is dan
klaar voor gebruik.
2. Steek het iFit module in het bedieningspaneel
Nadat u de iFit module in het bedieningspaneel
heeft geplaatst, drukt u op de toets Home. Het
hoofdscherm van iFit verschijnt op de display.
3. Kies een gebruiker.
U kunt, als er meer dan één gebruiker is geregis-
treerd bij uw iFit-lidmaatschap, overschakelen op
andere gebruikers in het iFit-hoofdscherm. Druk
op de toename- en afnametoetsen naast de Enter
toets om een gebruiker te kiezen.
4. Kies een iFit workout.
Druk op een van de iFit toetsen om een iFit wor-
kout te kiezen. U moet sommige workouts aan
uw lijst op www.iFit.com toevoegen voordat ze
gedownload kunnen worden.
Druk op de toets Map (Kaart), Train (Training) of
Lose Wt. (Gewicht verliezen) om de volgende oefe-
ning van dat type op uw lijst te downloaden.
Druk op de Compete (competitie) toets om aan een
race deel te nemen die u al eerder gekozen heeft.
Druk op de toets Track (route) om een recentelijke
iFit-oefening van uw planning opnieuw te doen.
Druk vervolgens op de toename- of afnametoetsen
om de gewenste workout te kiezen. Druk dan op de
Enter toets om de workout te starten.
Voor meer informatie over de iFit oefeningen,
kijkt u op www.iFit.com.
Wanneer u een vooraf ingestelde workout kiest
zal de display de tijdsduur van de workout en bij
benadering het aantal calorieën die u zult verbran-
den aangeven. De display kan ook de naam van
de workout aangeven. Als u een competitie wor-
kout kiest kan de display kan totdat de race begint
aftellen.
Aandacht: de iFit -toetsen kunnen ook demo-
oefeningen uitvoeren. Om de demo-oefeningen
te gebruiken, haalt u de iFit-module van het
bedieningspaneel af en drukt u op een van de
iFit-toetsen.
5. Begin met de workout.
Zie stap 3 op bladzijde 17.
Tijdens sommige oefeningen zal de stem van een
audio coach u begeleiden tijdens de oefening. U
kunt een audio-instelling voor uw audio-trainer
kiezen (zie HOE DE INSTELLINGEN VAN HET
BEDIENINGSPANEEL TE VERANDEREN op blad-
zijde 20).
Stop gewoon met stappen om de workout wanneer
dan ook te stoppen. De tijd zal op de display knip-
peren. Ga eenvoudigweg verder met stappen om
de oefening te hervatten.
20
6. Volg uw vordering op de display.
Zie stap 4 op bladzijde 15.
De My Trail (Mijn Pad) keuze zal een kaart aan-
geven van het pad waar u loopt of rent of zal
een piste en het aantal rondjes dat u voltooid
aangeven.
Het tabblad Compete (Competitie), zal tijdens een
competitie-oefening, uw vordering tijdens de race
aangeven. De bovenste lijn in de matrix zal laten
zien hoeveel u van de race voltooid heeft tijdens
de race. De andere lijnen geven de andere racers
aan. Het eind van het scherm geeft het eind van de
race aan.
7. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op bladzijde 16.
8. Het bedieningspaneel zal automatisch uitgaan
wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 6 op bladzijde 16.
Ga naar www.iFit.com voor meer informatie over de
iFit-modus.
HOE DE INSTELLINGEN VAN HET
BEDIENINGSPANEEL TE VERANDEREN
Het bedieningspaneel beschikt over een gebruikersin-
stelling waarmee u gebruiksinformatie kunt bekijken,
een meeteenheid kunt kiezen en het contrastniveau
van de display kunt bijstellen.
Als een iFit-module op het bedieningspaneel aangeslo-
ten is kunt U ook de informatie instelling gebruiken om
een audioinstelling voor de stem van de audio-trainer
te kiezen, een standaardmenu in te stellen, de status
van de iFit module te controleren en op downloads te
controleren.
1. Kies de informatie instelling.
Om de informatie-instelling te selecteren, houdt u
de Display (Weergave)-toets een paar seconden
ingedrukt tot de informatie-instelling op de weer-
gave verschijnt.
2. Bekijk de gebruiksinformatie.
De display toont bovendien het totale aantal uren
dat de trainingsfiets is gebruikt. De display toont
ook de totale afstand (in mijlen of kilometers) die u
op de trainingsfiets hebt getrapt.
3. Kies desgewenst een meeteenheid.
De woorden ENGLISH voor Engelse mijlen of
METRIC voor metrische kilometers zullen op de
display verschijnen om aan te geven welke meet-
eenheid momenteel gekozen is.
Druk herhaaldelijk op de Enter-toets om van
meeteenheid te veranderen om de gewenste meet-
eenheid te kiezen.
4. Pas het contrastniveau van de display indien
gewenst aan.
Druk op de afnametoets om het contrastniveau
te bekijken. Het huidige gekozen contrastniveau
zal op de display verschijnen. Druk op de toetsen
Quick Resistance (Snelle Weerstand) verhogen/
verlagen om het contrastniveau af te stellen.
21
5. Bepaal of een iFit module op het
bedieningspaneel aangesloten is.
De display zal wanneer een iFit module op het
bedieningspaneel aangesloten is, de woorden WIFI
MODULE of USB MODULE aangeven.
De display zal de woorden NO IFIT MODULE
(geen iFit) aangeven wanneer er geen module
aangesloten is. Ga naar stap 10 wanneer er geen
module aangesloten is.
6. Kies desgewenst een audio-instelling voor de
stem van uw audio-trainer.
Druk op de toets verlagen om de audio-instelling
voor de stem van uw audio-trainer te bekijken. De
momenteel geselecteerde audio-instelling voor de
stem van uw audio-trainer verschijnt in de display.
Druk om de audio-instelling te veranderen, her-
haaldelijk op de Enter toets om de stem van de
audio-trainer ON (aan) of OFF (uit) te zetten.
7. Stel desgewenst het standaardmenu in.
Druk op de afnametoets om de instelling van het
standaardmenu te bekijken. Het standaardmenu is
het menu dat op het bedieningspaneel zal verschij-
nen wanneer u deze inschakelt. Druk herhaaldelijk
op de Enter toets om de handmatige standaard-
menu instelling of het iFit menu als standaardmenu
te kiezen.
8. Controleer desgewenst de status van de iFit
module.
Druk op de afnametoets om de iFit status display
te bekijken. De woorden CHECK WIFI STATUS
(controleer WiFi-status) of CHECK USB STATUS
(controleer USB-status) verschijnen op de display.
Druk dan op de Enter-toets. Na een paar seconden
zal de status van de iFit module op de display ver-
schijnen. Houd de Display toets enkele seconden
lang ingedrukt om de display te verlaten.
9. Controleer desgewenst op downloads.
Druk op de toets verlagen om de downloads dis-
play te zien. De woorden SEND/RECEIVE DATA
(data zenden/ontvangen) zullen op de display
verschijnen.
Druk dan op de Enter toets. Het bedieningspa-
neel controleert dan op iFit workouts en firmware
downloads.
10. Verlaat de informatie instelling.
Druk op de Display toets om de informatie instelling
te verlaten.
22
Bekijk de onderdelen van de trainingsfiets regelmatig
en draai ze goed vast. Vervang versleten onderdelen
direct.
Gebruik een vochtige doek en een klein beetje milde
zeep om de trainingsfiets te reinigen. BELANGRIJK:
Houd vloeistoffen uit de buurt van het bedie-
ningspaneel om schade te voorkomen. Houd het
bedieningspaneel weg uit direct zonlicht.
PROBLEMEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
OPLOSSEN
Als er lijnen verschijnen in de display van het bedie-
ningspaneel, raadpleegt u stap 4 op bladzijde 20 en
past u het contrastniveau van de display aan.
Raadpleeg stap 5 op bladzijde 16 als het bedie-
ningspaneel uw hartslag niet aangeeft, wanneer u de
hartslagmonitor met handgreep gebruikt.
Indien u een vervangend stroomsnoer nodig heeft,
belt u met het nummer op de voorpagina van deze
handleiding. BELANGRIJK: om schade aan het
bedieningspaneel te voorkomen dient u alleen
een door de fabrikant geleverde stroomadapter te
gebruiken.
HOE DE SNELHEIDSSENSOR BIJ TE STELLEN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed
aangeeft, moet u de snelheidssensor bijstellen.
Haal eerst het stroomsnoer uit het stopcontact om de
snelheidssensor af te stellen. Verwijder dan het linker-
pedaal en de linkerpedaalschijf (zie de onderstaande
instructies).
Gebruik een stelsleutel en verwijder het linkerpedaal
door deze naar rechts te draaien.
Draai de linker
Pedaalschijf
(17) naar rechts
om het los te
maken van het
Linkerscherm
(11). Haal dan
voorzichtig de
Linkerpedaalschijf
van de
Linkercrankarm
(20).
Vind de Bladveerschakelaar (57). Draai de twee M4 x
13mm Schroeven met Rand (63) los maar verwijder
deze niet.
Draai aan de Linker Crankarm (20) totdat de Magneet
(55) op gelijke hoogte komt met de Bladveerschakelaar
(57). Schuif de Bladveerschakelaar wat dichter naar
of verder van de Magneet. Maak dan de M4 x 13mm
Schroeven met Rand (63) weer vast.
Steek de stroomadapter in het stopcontact en draai de
Linkercrankarm (20) even. Herhaal deze procedure tot
het bedieningspaneel goede informatie weergeeft.
Wanneer de Bladveerschakelaar goed is afgesteld
maak dan de linkerpedaalschijf en het linkerpedaal
weer vast.
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
20
17
11
57
63
55
20
23
HOE DE AANDRIJFRIEM BIJ TE STELLEN
De aandrijfriem moeten bijgesteld worden wanneer de
pedalen tijdens het stappen slippen, ook wanneer de
weerstand op de hoogste stand bijgesteld is.
Haal eerst de stroomadapter uit het stopcontact om
de drijfriem af te stellen. Verwijder dan het rechterpe-
daal, de knop van de buis van de zitting, de buis van
de zitting, de bovenste beschermkap, de achterste
beschermkap, de voorste beschermkap, de rechter
schijfkap en het rechterscherm (zie onderstaande
instructies).
Draai met gebruik van een stelsleutel het rechter
pedaal (21) naar links en haal eraf.
Verwijder vervolgens de Knop van de Buis van de
Zitting (27) en de Buis van de Zitting (6).
Gebruik een platte schroevendraaier om de Bovenste
Deksel van het Scherm (8) en de Achterste Deksel
van het Scherm (9) te verwijderen. Gebruik dan een
platte schroevendraaier om de Voorste Deksel van het
Scherm (7) los te maken.
Draai de rechter Pedaalschijf (17) naar rechts om
het los te maken van het Rechterscherm (10).
Haal dan voorzichtig de Linkerpedaalschijf van de
Rechtercrankarm (19).
Zie de GEDETAILLEERDE TEKENING achterin de
handleiding en verwijder de M4 x 19mm Schroeven
(44) en de M4 x 25mm Schroeven (62) van de Rechter
en Linker Schermen (10, 11). Verwijder dan voorzichtig
het Rechterscherm.
Maak vervolgens de M6 x 20mm Inbusschroef los (49).
Draai vervolgens de M8 x 50mm Inbusschroef (48)
vast totdat de Drijfriem (54) strak staat.
Als de Drijfriem (54) vastzit, draait u de M6 x 20mm
Inbusschroef aan (49).
Maak dan het rechterscherm, de rechterpedaalschijf,
de voorste beschermkap, de achterste beschermkap,
de bovenste beschermkap, de buis van de zitting, de
knop van de zitting en het rechterpedaal weer vast.
Steek de stroomadapter weer in het stopcontact.
10
17
27
21
19
7
9
8
6
48
49
54
24
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw
oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde
oefeninginformatie, dient u een erkend boek te kopen
of uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding
en voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren
van oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel
voor het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag
gebruiken als gids voor het vinden van het juiste
intensiteitniveau. De grafiek hieronder toont de aan-
bevolen hartslagen voor het verbranden van vet en
voor een aerobic oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden
afgerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie get-
allen boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensit-
eit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen
met uw hartslag in het middelste nummer van uw
trainingszone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-
oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere peri-
oden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot
30 minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningen-
programma, dient u uw hartslag niet langer dan 20
minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regel-
matig en diep bij het uitvoeren van de oefening; houd
uw adem niet in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
voordat u begint met dit of een ander
oefeningenprogramma, dient u een arts te
consulteren. Dit is vooral belangrijk voor
personen boven de 35 jaar of personen met
bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hart-
slag over het algemeen.
25
AANBEVOLEN STREKOEFENINGEN
De juiste manier voor verschillende basisstrekoefeningen wordt rechts getoond. Beweeg langzaam bij het strek-
ken–spring nooit op.
1. Teen Aanraken Strekoefening
Sta met lichtgebogen knieën en buig langzaam vanuit uw heupen
naar voren. Houd uw rug en schouders ontspannen als u zover
mogelijk naar beneden reikt, richting uw tenen. Houd deze positie
gedurende 15 seconden aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie
keer. Strekken: achillespees, achterkant van de knieën en rug.
2. Strekken van de Achillespees
Ga zitten met één uitgestrekt been. Breng de zool van de andere
voet naar u toe en laat deze rusten tegen de binnenkant van de dij
van uw uitgestrekte been. Probeer zover mogelijk naar uw teen te
reiken. Houd deze positie gedurende 15 seconden aan en ontspan
dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been. Strekken: achil-
lespezen, onderrug en liezen.
3. Strekken van Kuiten/Achillespees
Reik naar voren met het ene been voor de ander en plaats uw
handen tegen een muur. Houd uw achterbeen gestrekt en uw achter-
voet plat op de vloer. Buig uw voorbeen, leun naar voren en beweeg
uw heupen in de richting van de muur. Houd deze positie gedurende
15 seconden aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk
been. Voor het nog verder strekken van de achillespezen, kunt u ook
uw achterbeen buigen. Strekken: kuiten, achillespezen en enkels.
4. Strekken van de Dijbeenspier
Leun met een hand tegen de muur voor balans en reik met de
andere hand naar achteren en grijp uw voet. Breng uw hiel zo dicht
mogelijk bij uw billen. Houd deze positie gedurende 15 seconden
aan en ontspan dan weer. Herhaal dit drie keer voor elk been.
Strekken: dijbeenspier en heupspieren.
5. Strekken Binnenkant Dijbeen
Zit met de zolen van uw voeten tegen elkaar aan en uw knieën naar
buiten gericht. Trek uw voeten zover mogelijk naar uw liezen. Houd
deze positie gedurende 15 seconden aan en ontspan dan weer.
Herhaal dit drie keer. Strekken: dijbeenspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
26
1 1 Onderstel
2 1 Voorste Stabilisator
3 1 Achterste Stabilisator
4 1 Staander
5 1 Handvat
6 1 Buis van de Zitting
7 1 Voorste Deksel van het Scherm
8 1 Bovenste Deksel van het Scherm
9 1 Achterste Deksel van het Scherm
10 1 Rechter Scherm
11 1 Linker Scherm
12 1 Draaikap
13 1 Bedieningspaneel
14 1 Rechterkussen
15 1 Linkerkussen
16 1 Polssensor
17 2 Pedaalschijf
18 4 M6 x 20mm Schroef
19 1 Rechtercrankarm
20 1 Linkercrankarm
21 1 Rechterpedaal/Riem
22 1 Linkerpedaal/Riem
23 1 Zitting
24 1 Drager van de Zitting
25 1 Dop van de Buis van de Zitting
26 1 Knop van de Zitting
27 1 Knop van de Buis van de Zitting
28 1 Buiskraag van de Zitting
29 1 Contactpunt/Draad
30 1 Zittingbeugel
31 4 M4 x 22mm Schroef
32 2 Achterste Stabilisatiekap
33 1 Rechter Stabilisatiekap
34 1 Linker Stabilisatiekap
35 6 M4 x 19mm Schroef met Platte Kop
36 2 Voet
37 2 Schuimgreep
38 1 Katrol
39 1 Krukas
40 2 Cranklager
41 2 Borgring
42 1 Weerstandmechanisme
43 15 M4 x 16mm Schroef
44 6 M4 x 19mm Schroef
45 1 Rad
46 1 M4 x 13mm Heldere Schroef
47 1 Weerstandmotor
48 1 M6 x 50mm Inbusschroef
49 1 M6 x 20mm Inbusschroef
50 1 M6 Tussenring
51 1 Schroef van het Rad
52 4 M4 x 12mm Flensschroef
53 4 M10 x 95mm Schroef
54 1 Drijfriem
55 2 Magneet
56 1 Klem
57 1 Bladveerschakelaar/Draad
58 1 Hoofddraad
59 1 Verlengdraad
60 2 Klem van het Draad
61 1 Draad voor de Hartslag
62 2 M4 x 25mm Schroef
63 2 M4 x 13mm Schroef met Rand
64 12 M8 Gespleten Tussenring
65 4 M8 x 16mm Schroef
66 2 Kap van de Handleuning
67 1 Stroomadapter
68 2 Crankkap
69 2 M8 Klemmoer
70 2 5/16" Flensschroef
71 4 M8 x 20mm Bout
72 8 M8 Borgmoer
73 1 M4 x 12mm Schroef
74 4 M6 Gespleten Tussenring
75 2 Tussenstuk
* Gereedschap voor het Monteren
* Gebruikershandleiding
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
LIJST MET ONDERDELEN
Modelnr. PFEVEX73913.0 R0713A
Aandacht: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
27
4
6
9
13
14
15
8
18
74
74
18
18
12
23
24
25
26
37
61
72
31
31
31
64
30
5
43
66
37
1
2
3
10
11
17
17
27
19
20
21
22
28
32
32
33
34
38
39
40
40
41
42
45
47
54
55
55
56
57
46
58
59
68
68
70
70
71
71
72
72
69
75
65
65
65
64
64
53
36
36
53
52
51
50
49
48
43
43
43
63
43
43
43
44
44
44
44
44
62
62
64
64
43
65
41
60
7
35
73
35
35
16
66
31
29
60
67
69
75
GEDETAILLEERDE TEKENING
Modelnr. PFEVEX73913.0 R0713A
Onderdeel Nr. 348262 R0713A Gedrukt in China © 2013 ICON IP, Inc.
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gere-
cycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het ver-
werken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
RECYCLING INFORMATIE
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de vol-
gende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

ProForm PFEVEX73913 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor