Manitowoc Ice S model Owner Instruction Manual

Type
Owner Instruction Manual
1
IJsmachines
model S
Installatie
Plaats van installatie van de ijsmachine
De plaats gekozen voor de ijsmachine moet beantwoorden aan de
volgende criteria. Indien een van deze criteria niet beantwoord is,
moet men een andere plaats kiezen.
De plaats van installatie moet gesloten zijn.
De plaats van installatie mag geen in de lucht hangende
bezoedelende elementen en dergelijke hebben.
De milieutemperatuur mag niet onder de 4,4°C liggen en
mag de 43°C niet overschrijden.
De plaats van installatie mag zich niet in de nabijheid van
warmtebronnen bevinden noch blootgesteld zijn aan
rechtstreekse zonnestralen.
De plaats van installatie moet voldoende ruimte hebben voor
de aansluitingen van water, afvoer en elektriciteit geplaatst
achter de machine.
De plaats van installatie mag de luchtcirculatie aan de
binnenkant of rond de machine niet verstoppen. De
volgende tabel raadplegen voor de vereiste minimum
afstanden.
S300/S320/S420/
S450/S500/S600/
S850/S1000
Autonoom
luchtkoeling
Waterkoeling
en extern
Bovenste
gedeelte/zij-kanten
203mm (8”) *203 mm (8”)
Achterste gedeelte 127 mm (5”) *127 mm (5”)
S1400/S1800
Autonoom
luchtkoeling
Waterkoeling
en extern
Bovenste
gedeelte/zij-kanten
610mm (24”) *203mm (8”)
Achterste gedeelte 305mm (12”) *127mm (5”)
*Er is geen minimum afstand vereist. De aangeduide waarden worden uitsluitend
aanbevolen voor een grotere efficiëntie van werking en voor een gemakkelijker
onderhoud.
OPGELET
De ijsmachine moet beschermd worden in geval van een
blootstelling aan temperaturen
onder 0°C. De garantie dekt
geen eventuele defecten te wijten aan de blootstelling van de
machine aan temperaturen onder nul.
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Alle elektrische aansluitingen moeten conform de plaatselijke,
staats- en nationale normen zijn.
Spanning
De maximum toegestane variatie van spanning is gelijk aan ±
10% van de nominale spanning bij de start van de machine
(wanneer de elektrische belasting het hoogste is).
WAARSCHUWING
De aardeaansluiting van de ijsmachine moet conform de
nationale en plaatselijke normen zijn.
Zekering/automatische schakelaar
Voor de vaste bedrading moet een aparte stroomverbreker
voorzien zijn die het contact tussen alle polen verbreekt en 3 mm
contactafstand heeft. Automatische schakelaars dienen conform
H.A.C.R. te zijn (geldt niet voor Canada).
Minimum amperage van het circuit
Het minimum amperage van het circuit dient voor het afmeten
van de kabels van de elektrische voeding (het minimum
amperage van het circuit is niet gelijk aan het bedrijfsamperage
van de ijsmachine).
De afmetingen (of diameter) van de elektrische kabels zijn ook
afhankelijk van de plaats van de machine, de gebruikte
materialen, de lengte van de kabels, enz. en moeten bepaald
worden door een gekwalificeerde elektricien.
(De volgende tabel raadplegen voor elektrische gegevens.)
Manitowoc Foodservice Internationa S.A.S. 18 Chemin de Charbonnières F-69132 Ecully Cedex
Téléphone : +33 (0)4 72 18 22 50 Fax : +33 (0)4 72 18 22 60 Site Web – www.manitowocfsg.com
# 80-1573-3
11/07
2
Elektrische gegevens ijsmachines
Spanning Luchtkoeling Waterkoeling Extern
Aansluiting op
de
Fase
Cyclus
Zekering/
Automatische
schakelaar max.
Minimum
amperage van
circuit
Zekering/
Automatische
schakelaar max.
Minimum
amperage van
circuit
Zekering/
Automatische
schakelaar
max.
Minimum
amperage van
circuit
115/1/60
20 12.9 20 12.1 N/A N/A
S300
230/1/50
15 6.4 15 5.9 N/A N/A
115/1/60
15 11.3 15 10.2 N/A N/A
208-230/1/60
15 6.0 15 5.6 N/A N/A
S320
230/1/50
15 6.0 15 5.6 N/A N/A
115/1/60
20 14.2 20 13.5 N/A N/A
208-230/1/60
15 6.1 15 5.7 N/A N/A
S420/S450
230/1/50
15 7.1 15 6.8 N/A N/A
115/1/60
20 20.0 20 13.5 20 20.0
208-230/1/60
15 6.1 15 5.7 15 8.3
S500
230/1/50
15 7.1 15 6.8 15 6.7
208-230/1/60
15 8.3 15 7.9 15 8.9
S600
230/1/50
15 6.7 15 6.1 15 7.1
208-230/1/60
20 11.9 20 10.9 20 11.9
208-230/3/60
15 9.2 15 8.2 15 9.2
S850
230/1/50
20 10.8 20 9.4 15 10.4
208-230/1/60
20 13.6 20 12.6 20 12.8
208-230/3/60
15 9.9 15 8.9 15 9.9
S1000
230/1/50
20 12.6 20 11.2 20 12.0
208-230/1/60
30 17.1 30 16.1 N/A N/A
208-230/3/60
20 11.4 20 10.4 N/A N/A
S1200
230/1/50
30 13.7 30 12.3 N/A N/A
208-230/1/60
30 17.5 30 16.1 30 17.1
208-230/3/60
20 13.2 20 11.8 20 12.8
S1400
230/1/50
30 15.1 30 13.7 30 14.7
208-230/1/60
30 19.8 30 18.4 30 19.4
208-230/3/60
20 13.5 20 12.1 20 13.1
S1600
230/1/50
30 16.7 30 15.3 30 16.3
208-230/1/60
40 23.5 40 22.1 40 23.1
208-230/3/60
20 13.4 20 12.0 20 13.0
S1800
230/1/50
40 21.9 40 20.5 40 21.5
3
WAARSCHUWING
Alle leidingwerk moet conform de plaatselijke, staats-
en nationale normen zijn.
Afmetingen/aansluitingen van de toevoer- en afvoerleidingen van het water
De ingang voor water voor de productie van ijs alleen aansluiten op
bronnen van drinkwater.
Niet aansluiten op bronnen van warm water.
Een klep monteren voor de sluiting van het water.
Water- en afvoerleidingen isoleren om de vorming van condens te
voorkomen.
Plaats
Water-
temperatuur
Water-
druk
Aansluiting op de
ijsmachine
Afmetingen buizen te
verbinden met de
ijsmachine
Toevoer water voor
productie ijs
4,4°C (40°F) min.
32,2°C (90°F) max.
20 Bar (1,4 Psi) min.
80 Bar (5,5 Psi) min.
Schroefdraden leiding
vrouwelijk element van
19,1 mm (3/8”)
Minimum binnendiameter
9,5 mm (3/8”)
Afvoer water voor
productie ijs
--- ---
Schroefdraden leiding
vrouwelijk element van
19,1 mm (1/2”)
Minimum binnendiameter
12,7 mm (1/2”)
Toevoer water
condensator
4,4°C (40°F) min.
32,2°C (90°F) max.
20 Bar (1,4 Psi) min.
150 Bar (10,3 Psi) min.
Schroefdraden leiding vrouwelijk element
Uitgang water
condensator
--- ---
Schroefdraden leiding
vrouwelijk element van
19,1 mm (1/2”)
Minimum binnendiameter
12,7 mm (1/2”)
Afvoer voor
verzamelbak
--- ---
Schroefdraden leiding
vrouwelijk element van
19,1 mm (3/4”)
Minimum binnendiameter
19,1 mm (3/4”)
1
Min. = minimum
2
Max. = maximum
4
Werking en onderhoud
CONTROLE VAN DE CONSISTENTIE VAN HET IJS
De sonde voor de consistentie van het ijs wordt in de fabriek
ingesteld zodanig dat een consistentie van de ijsbrug van 0,32
mm (1/8") gegarandeerd is.
Opmerking: Verifiëren of het spatwerend paneel op zijn
plaats staat bij het uitvoeren van deze controle. Het
voorkomt dat water uit het waterkanaal spat.
1. De brug inspecteren die de blokjes met elkaar
verbindt. Deze moet een consistentie van ongeveer
0,32 cm (1/8") hebben.
2. Indien bijregeling nodig is, de sonde voor de
consistentie van het ijs rechtsom draaien om de
consistentie van de brug te vergroten of linksom
draaien om deze te verkleinen.
Bijregeling van de consistentie van het ijs
3. Verifiëren of de kabel en de beugel van de sonde
voor de consistentie van het ijs de beweging van de
sonde niet beperkt.
WATERPEIL
De waterpeilsensor wordt zodanig ingesteld dat het juiste
waterpeil boven het pomphuis gegarandeerd is. Het waterpeil
kan niet bijgeregeld worden. Als het waterpeil onjuist is, de
waterpeilsensor op beschadiging controleren (verbuigingen,
enz.) De sensor indien nodig repareren of vervangen.
CONSISTENTIE IJSBRUG
0,32 MM (1/8")
REGEL-
SCHROEF
PLAATS VAN
WATERPEILSENSOR
SV3141
SV3113
SV3132
5
Sequens van werking
De schakelaar dient zich op de stand ICE (IJS) te bevinden en het spatwerend paneel dient op zijn plaats op de verdamper te staan,
voordat de ijsmachine gestart kan worden.
EERSTE START OF START NA AUTOMATISCHE
UITSCHAKELING
1. Aftapping van water
Voordat de compressor wordt geactiveerd, worden de
waterpomp en de wateraftapsolenoïdeklep 45 seconden
geactiveerd om al het gebruikte water uit de ijsmachine af
te tappen. Dit garandeert dat de ijsproductiecyclus met
vers water begint.
Ook de verzamelklep(pen) wordt/worden tijdens het
aftappen van het water geactiveerd, maar blijft/blijven 5
seconden langer actief (50 seconden in totaal) gedurende
de eerste start van het koelsysteem.
Alleen bij S1000 S1400 S1800 - De luchtprocessor wordt
de laatste 10 seconden van de cyclus geactiveerd.
2. Starten van het koelsysteem
De compressor wordt 45 seconden na het aftappen van
het water geactiveerd en blijft actief gedurende alle vries-
en verzamelsequensen. De watervulklep wordt tegelijk
met de compressor geactiveerd. De verzamelklep(pen)
blijven 5 seconden actief tijdens de eerste start van de
compressor en wordt/worden daarna gedeactiveerd.
Op hetzelfde ogenblik dat de compressor geactiveerd
wordt, ontvangt de motor van de ventilator van de
condensator (in de met lucht gekoelde modellen) stroom
voor de hele tijdsduur van de sequensen van bevriezing
en verzameling. De motor van de ventilator is aangesloten
via een drukregelaar van de ventilatorcyclus, waardoor de
motor in- en uitgeschakeld kan worden (de compressor
en de motor van de ventilator van de condensator zijn met
elkaar verbonden via de contactgever; hierdoor worden
telkens wanneer de spoel van de contactgever wordt
geactiveerd, de compressor en de motor van de ventilator
van stroom voorzien.
VRIESSEQUENS
3. Voorkoeling
De compressor wordt 30 seconden (60 seconden voor de
eerste cyclus) voorafgaand aan de waterstroom
ingeschakeld om de verdamper voor te koelen. De
watervulklep blijft actief totdat het waterpeil volgens de
sensor in orde is.
4. Bevriezing
De waterpomp wordt na de voorkoeling opnieuw
geactiveerd. Er wordt een stroom water langs de
verdamper in gelijke hoeveelheden in elke blokcel geleid,
waarin het bevriest. De watervulklep wordt geactiveerd
en daarna nogmaals gedeactiveerd om het waterkanaal
opnieuw te vullen.
Wanneer er voldoende ijs is gevormd, komt de waterstroom
(niet het ijs) in contact met de sensor van de consistentie van
het ijs. Na ongeveer een minuut continu contact van het water
met de sensor, wordt de verzamelsequens gestart. De
ijsmachine kan de verzamelsequens pas starten nadat 6
minuten vriesvergrendeling zijn verstreken.
VERZAMELSEQUENS
5. Aftapping van water
De verzamelklep(pen) gaat/gaan open aan het begin van
de aftapping van het water om warm koelgas naar de
verdamper te leiden.
De waterpomp gaat verder met werken en de
wateraftapklep wordt 45 seconden geactiveerd om het
water in het kanaal van het putje te laten lopen. De
watervulklep wordt geactiveerd (ingeschakeld) en precies
op tijd gedeactiveerd (uitgeschakeld). De watervulklep
wordt de laatste 15 seconden van de 45 seconden durende
aftapping van water geactiveerd.
Na de aftapping van water gedurende 45 seconden
worden de watervulklep, de waterpomp en de aftapklep
gedeactiveerd (zie de paragraaf “Bijregeling van de
aftapping van water” voor uitvoerige informatie).
6
6. Verzameling
De verzamelklep(pen) blijft/blijven geopend en het
koelgas verwarmt de verdamper, waardoor de blokjes als
een plaat van de verdamper vandaan en in de opvangbak
schuiven. De schuivende plaat blokjes duwt het
spatwerend paneel naar buiten, waardoor de
opvangbakschakelaar opengaat.
Door het tijdelijke openen en weer sluiten van de
opvangbakschakelaar wordt de verzamelsequens
beëindigd en keert de ijsmachine terug naar de
vriessequens (stap 3 -4).
Alleen bij S1000 S1400 S1800 - De luchtprocessor wordt
de laatste 35 seconden van de cyclus geactiveerd en blijft
gedurende de hele verzamelcyclus actief. De
luchtcompressor wordt automatisch 60 seconden
geactiveerd wanneer de verzamelcyclus langer heeft
geduurd dan 75 seconden in de vorige cyclus.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
7. Automatische uitschakeling
Wanneer de opslagbak aan het einde van de
verzamelcyclus vol is , kan de plaat blokjes het
spatwerend paneel niet volledig naar buiten duwen
waardoor dit geopend blijft. Als het spatwerend paneel
30 seconden geopend blijft, wordt de ijsmachine
uitgeschakeld. De ijsmachine blijft 3 minuten
uitgeschakeld en wordt daarna automatisch opnieuw
gestart.
De machine blijft uitgeschakeld totdat er voldoende ijs uit
de bak verwijderd is om het ijs te verwijderen van het
spatwerend paneel. Terwijl het spatwerend paneel weer
naar de werkstand zwaait, wordt de schakelaar van de
opvangbak weer gesloten en wordt de ijsmachine
opnieuw gestart (fase 1 -2) mits de vertragingsperiode
van 3 minuten is verstreken.
VEILIGHEIDSTIMERS
Het regelpaneel bevat de volgende niet-afstelbare
veiligheidstimers:
De ijsmachine wordt 6 minuten in de vriescyclus
vergrendeld voordat er een verzamelcyclus kan
worden gestart.
De maximum tijd van bevriezing is 60 minuten,
waarna het regelpaneel automatisch een
verzamelcyclus start (fase 5 & 6).
De maximum tijd van verzameling is 3,5 minuten,
waarna het regelpaneel automatisch een vriescyclus
start (fase 3 & 4).
SPOELCYCLUS MET WARM WATER
Door het sluiten van het achterste gedeelte van de verdamper kan
zich ijs vormen aan de achterkant van de verdamper en de plastic
onderdelen van het verdamperframe. Wanneer er 200
vries/verzamelcycli zijn uitgevoerd, start het regelpaneel een
spoeling met warm water.
Nadat de 200e verzamelcyclus voltooid is:
worden de schoonmaak- en verzamel-LED's geactiveerd
om aan te geven dat de machine met warm water wordt
gespoeld;
worden de compressor en de verzamelklep geactiveerd;
wordt de waterpomp geactiveerd;
wordt de klep van de watertoevoer geactiveerd totdat er
water in contact komt met de waterpeilsonde;
verwarmen de compressor en de verzamelklep het water 5
minuten, waarna ze geactiveerd worden;
blijft de waterpomp 5 minuten daarna nog actief (10
minuten in totaal), waarna deze gedeactiveerd wordt.
De spoelcyclus met warm water kan beëindigd worden door de
schakelaar naar de stand OFF (UIT) en weer naar de stand ICE (IJS)
te brengen.
7
SCHOONMAAK VAN DE
BINNENKANT EN TOTALE
DESINFECTERING
Teneinde een altijd efficiënte werking van de ijsmachine te
garanderen, moet deze alle zes maanden schoongemaakt en
gedesinfecteerd worden. Indien de schoonmaak en de
desinfectie meer frequent noodzakelijk blijken te zijn, moet
men zich tot een gekwalificeerd assistentiebedrijf wenden dat
in staat is de kwaliteitstest van het water uit te voeren en de
meest geschikte behandeling van het water of de installatie
van de AuCS
®
-accessoire (Automatic Cleaning System) aan te
raden. Indien dit noodzakelijk blijkt te zijn kan een bijzonder
vuile ijsmachine volledig gedemonteerd worden voor de
schoonmaak en de desinfectie.
OPGELET
Uitsluitend door Manitowoc goedgekeurd detergent
(onderdeelnummer 94-0546-3) en desinfecteerproduct
(onderdeelnummer 94-0565-3) voor ijsmachines gebruiken.
Het is in strijd met de wet om deze producten te gebruiken
voor andere dan de op het etiket aangegeven doeleinden.
Vóór het gebruik, aandachtig de etiketten op de verpakkingen
van de producten lezen.
OPGELET
De producten voor de schoonmaak en de desinfectie van de
ijsmachines niet met elkaar mengen. Het is in strijd met de
wet om deze producten te gebruiken voor andere dan de op
het etiket aangegeven doeleinden.
WAARSCHUWING
Rubberen handschoenen en een beschermende bril (en/of
beschermingen voor het gezicht) dragen wanneer men
detergenten en desinfecteerproducten voor ijsmachines
gebruikt.
SCHOONMAAKPROCEDURE
Om kalkincrustaties of andere minerale afzet te verwijderen
moet men detergenten voor ijsmachines gebruiken. Niet
gebruiken om algen of slijk weg te nemen. Voor het
verwijderen van algen en slijk, zie de paragraaf “Procedure
van desinfectie”.
Fase 1 De schakelaar op de stand OFF (UIT) zetten na de
afscheiding van het ijs van de verdamper op het einde van de
verzamelcyclus. Ofwel de schakelaar op OFF zetten en het ijs
op de verdamper laten smelten.
OPGELET
Geenszins ingrijpen om de afscheiding van het ijs van de
verdamper te forceren, hetgeen schade zou kunnen
berokkenen.
Fase 2 Om een cyclus van schoonmaak te starten, moet men
de schakelaar naar de stand CLEAN (SCHOONMAKEN)
brengen. De water stroomt door de wateraftapklep naar de
afvoer. Het lampje "Clean" gaat branden om aan te geven dat
de ijsmachine in de schoonmaakmodus is.
Fase 3 Twee minuten wachten of wachten totdat er water
over de verdamper gaat stromen.
Fase 4 De juiste hoeveelheid Manitowoc detergent voor
ijsmachines toevoegen aan het waterkanaal.
Model Hoeveelheid
detergent
S300/S320/S420 88 ml
S450/S500/S600/S850/S1000 150 ml
S1400/S1800 266 ml
Fase 5 De ijsmachine voert automatisch een
schoonmaakcyclus van tien minuten uit, gevolgd door zes
spoelcycli en stopt daarna. Het lampje "Clean" gaat uit om aan
te geven dat de schoonmaakcyclus voltooid is. Deze hele
cyclus duurt ongeveer 30 minuten.
Fase 6 Wanneer het schoonmaakproces stopt, moet men de
schakelaar naar de stand OFF (UIT) brengen. Zie “Procedure
van desinfectie” op de volgende pagina.
8
PROCEDURE VAN DESINFECTIE
Om algen of slijk weg te nemen moet men een
desinfecteerproduct gebruiken. Dit product niet gebruiken
voor de verwijdering van kalkincrustaties of andere minerale
afzet.
Fase 1 De schakelaar op de stand OFF (UIT) zetten na de
afscheiding van het ijs van de verdamper op het einde van de
verzamelcyclus. Ofwel de schakelaar op OFF zetten en het ijs
op de verdamper laten smelten.
OPGELET
Geenszins ingrijpen om de afscheiding van het ijs van de
verdamper te forceren, hetgeen schade zou kunnen
berokkenen.
WAARSCHUWING
Voordat men tewerk gaat, moet men de ijsmachine (en de
dispenser indien van toepassing) loskoppelen van het net met
de elektrische schakelaar.
Fase 2 Zie de paragraaf “Verwijdering van onderdelen voor
schoonmaak/desinfectie” voor het verwijderen van de
onderdelen van de ijsmachine.
Fase 3 Water mengen met desinfecteerproduct
Type oplossing Water Gemengd met
Desinfecteer-
product
23 l 120 ml desinfecteerproduct
Fase 4 Met de desinfecteeroplossing en een spons of doek
alle onderdelen en binnenoppervlakken van de machine
desinfecteren (afvegen). De volgende gedeelten desinfecteren:
A. Zijwanden
B. Onderkant (gedeelte boven het waterkanaal)
C. Plastic onderdelen van de verdamper
D. Opvangbak of dispenser
Fase 5 Gesteriliseerde ruimtes niet naspoelen s.v.p.
Fase 6 De verwijderde onderdelen weer installeren, de
stroomtoevoer herstellen en de schakelaar naar de stand ICE
(IJS) brengen.
9
VERWIJDERING VAN ONDERDELEN
VOOR SCHOONMAAK/DESINFECTIE
Fase 1 De stroom- en watertoevoer naar de ijsmachine (en
naar de dispenser indien van toepassing) uitschakelen.
WAARSCHUWING
Voordat men tewerk gaat, moet men de ijsmachine (en de
dispenser indien van toepassing) loskoppelen van het net met
de elektrische schakelaar.
Fase 2 Alle ijs uit de bak wegnemen.
Fase 3 Het waterwerend paneel en de onderdelen verwijderen
die u wilt schoonmaken of desinfecteren. Voor de procedures
voor verwijdering van deze onderdelen, zie de volgende
pagina's.
WAARSCHUWING
Rubberen handschoenen en een beschermende bril (en/of
beschermingen voor het gezicht) dragen wanneer men
detergenten en desinfecteerproducten voor ijsmachines
gebruikt.
Fase 4 De verwijderde onderdelen in een juist gemengde
oplossing laten weken.
Type oplossing Water Gemengd met
Detergent 4 l 500 ml detergent
Desinfecteer-
product
23 l 120 ml desinfecteerproduct
Fase 5 Met een zachte borstel of spons (GEEN draadborstel)
de onderdelen zorgvuldig schoonmaken.
OPGELET
De producten voor de schoonmaak en de desinfectie niet met
elkaar mengen. Het is in strijd met de wet om deze producten
te gebruiken voor andere dan de op het etiket aangegeven
doeleinden.
OPGELET
De motor van de waterpomp niet onderdompelen in de
schoonmaak- of desinfecteeroplossing.
Fase 6 Met de desinfecteeroplossing en een spons of doek
alle binnenoppervlakken van de machine en de
opvangbak/dispenser desinfecteren (afvegen).
Fase 7 Gesteriliseerde ruimtes niet naspoelen s.v.p.
Fase 8 De verwijderde onderdelen weer installeren.
Opmerking: Bij een onvolledige spoeling van de sonde voor
de consistentie van het ijs of van de waterpeilsonde kan er
residu achterblijven. Als gevolg hiervan kan de ijsmachine
slecht werken. Voor de beste resultaten de sondes tijdens het
spoelen borstelen of afvegen. De sondes grondig droogmaken
alvorens ze weer te installeren.
Fase 9 De water- en stroomtoevoer inschakelen.
10
11
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11

Manitowoc Ice S model Owner Instruction Manual

Type
Owner Instruction Manual