STIEBEL ELTRON HSBC 200 Operation Instruction

Pagina laadt ...

88 | HSBC www.stiebel-eltron.com

INHOUD



- Het toestel kan door kinderen vanaf 8jaar, alsook

door personen met fysieke, zintuiglijke of geeste-

lijke beperkingen of met een gebrek aan ervaring

en kennis gebruikt worden op voorwaarde dat er

iemand toezicht houdt of dat ze getraind zijn in

hoe ze het toestel veilig moeten gebruiken als-

ook over de gevaren die hiermee gepaard gaan.

Kinderen mogen niet met het toestel spelen. Kin-

deren mogen zonder toezicht geen reiniging of

gebruikersonderhoud uitvoeren.

- Aansluiting op het stroomnet is alleen als vaste

aansluiting toegestaan. Het toestel moet op

alle polen met een afstand van minstens 3mm

van de aansluiting van het net kunnen worden

losgekoppeld.

- Neem alle nationale en regionale voorschriften

en bepalingen in acht.

- Neem de minimumafstanden in acht (zie

hoofdstuk "Installatie/voorbereidingen/

montageplaats").

- Installatie, ingebruikname, onderhoud en repara-

tie van het toestel mogen alleen door een gekwa-

liﬁceerde installateur uitgevoerd worden.

Warmwaterboiler

- Tap het toestel af zoals beschreven in hoofd-

stuk "Installatie/Onderhoud/Warmwaterboiler

aftappen".

- Neem de maximaal toegelaten druk in acht (zie

hoofdstuk "Installatie/Technische gegevens/

Gegevenstabel").

- Het toestel staat onder druk. Tijdens verwarming

druppelt expansiewater uit het veiligheidsventiel.

- Stel het veiligheidsventiel regelmatig in wer-

king, zodat het niet gaat blokkeren door bijv.

kalkafzettingen.

- De uitloopopening van het veiligheidsventiel moet

geopend blijven naar de atmosfeer.

BIJZONDERE INFO

BEDIENING

1. Algemene aanwijzingen �� 89

1.1 Geldende documenten �� 89

1.2 Veiligheidsaanwijzingen ��89

1.3 Andere aandachtspunten in deze documentatie ��89

1.4 Instructies op het toestel ��89

1.5 Maateenheden �� 89

2. Veiligheid �� 90

2.1 Reglementair gebruik ��90

2.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen ��90

2.3 Keurmerk �� 90

3. Toestelcompatibiliteit �� 90

4. Toestelbeschrijving �� 90

5. Instellingen �� 91

6. Reiniging en onderhoud �� 91

7. Problemen verhelpen �� 91

INSTALLATIE

8. Veiligheid �� 92

8.1 Algemene veiligheidsaanwijzingen ��92

8.2 Voorschriften, normen en bepalingen��92

9. Toestelbeschrijving �� 92

9.1 Inhoud van het pakket �� 92

9.2 Toebehoren �� 92

10. Voorbereidingen �� 92

10.1 Montageplaats �� 92

10.2 Transport en oplevering ��93

11. Montage �� 96

11.1 Het toestel plaatsen ��96

11.2 Aansluiting verwarmingswater en veiligheidsventiel �� 96

11.3 Aansluiting sanitair warm water en veiligheidsgroep �� 98

11.4 Installatie vullen �� 99

11.5 Toestel ontluchten �� 100

12. Elektrische aansluiting �� 100

12.1 Elektrische nood-/bijverwarming en stuurspanning ��101

12.2 Sensormontage ��103

12.3 Afstandsbediening �� 104

13. Ingebruikname �� 104

13.1 Controles voor ingebruikname van de

warmtepompmanager �� 104

13.2 Ingebruikname van de warmtepompmanager ��105

13.3 Circulatiepompen Wilo-Para .../Sc ��106

13.4 Overdracht van het toestel ��107

14. Buitendienststelling �� 107

15. Onderhoud �� 107

16. Technische gegevens�� 108

16.1 Afmetingen en aansluitingen��108

16.2 Elektriciteitsschema HSBC 200 ��110

16.3 Elektriciteitsschema HSBC 200 S ��112

16.4 Gegevens over het energieverbruik ��114

16.5 Gegevenstabel ��114

GARANTIE | MILIEU EN RECYCLING

BEDIENING



www.stiebel-eltron.com HSBC | 89

NEDERLANDS

BEDIENING

1. Algemene aanwijzingen

De hoofdstukken "Bijzondere aanwijzingen" en "Bediening" zijn

bedoeld voor de gebruiker van het toestel en de installateur.

Het hoofdstuk "Installatie" is bedoeld voor de installateur.

Info

Lees voor gebruik deze handleiding zorgvuldig door en

bewaar deze.

Overhandig de handleiding zo nodig aan een volgende

gebruiker.

1.1 Geldende documenten

 Bedienings- en installatiehandleiding van de warmte-

pompmanager WPM

 Bedienings- en installatiehandleiding van de aangeslo-

ten warmtepomp

 Bedienings- en installatiehandleiding van alle overige

componenten die bij de installatie horen

1.2 Veiligheidsaanwijzingen

1.2.1 Structuur veiligheidsaanwijzingen

!

TREFWOORD soort gevaar

Hier staan mogelijke gevolgen wanneer de veiligheids-

voorschriften worden genegeerd.

 Hier staan maatregelen om gevaren te voorkomen.

1.2.2 Symbolen, soort gevaar

Symbool Soort gevaar

Letsel

Elektrische schok

Verbranding

(Verbranding, verschroeiing)

1.2.3 Trefwoorden

TREFWOORD Betekenis

GEVAAR Aanwijzingen die leiden tot zwaar letsel of overlijden, wan-

neer deze niet in acht worden genomen.

WAARSCHUWING Aanwijzingen die kunnen leiden tot zwaar letsel of overlij-

den, wanneer deze niet in acht worden genomen.

VOORZICHTIG Aanwijzingen die kunnen leiden tot middelmatig zwaar of

licht letsel, wanneer deze niet in acht worden genomen.

1.3 Andere aandachtspunten in deze documentatie

Info

Algemene aanwijzingen worden aangeduid met het hier-

naast afgebeelde symbool.

 Lees de aanwijzingen grondig door.

Symbool Betekenis

Materiële schade

(toestel-, indirecte-, milieuschade)

Het toestel afdanken

 Dit symbool geeft aan dat u iets moet doen. De vereiste han-

delingen worden stap voor stap beschreven.

 Deze symbolen geven het niveau van het softwaremenu

aan (in dit voorbeeld het 3eniveau).

1.4 Instructies op het toestel

Aansluitingen

Symbool Betekenis

Toevoer/ Ingang

Rode pijl: warm

Blauwe pijl: Koud

Groene pijl: neutraal

Uitloop/ Uitgang

Rode pijl: warm

Blauwe pijl: Koud

Groene pijl: neutraal

Sanitair warm water

Circulatie

Warmtepomp

Verwarming

1.5 Maateenheden

Info

Tenzij anders vermeld, worden alle afmetingen in milli-

meter aangegeven.

!

BEDIENING

Veiligheid

90 | HSBC www.stiebel-eltron.com

2. Veiligheid

2.1 Reglementair gebruik

Het toestel is bestemd voor het verwarmen en koelen (oppervlak-

tekoeling 18°C/23°C) van ruimten en voor de SWW-productie.

Het toestel is bestemd voor gebruik in een huishoudelijke omge-

ving. Het kan op een veilige manier bediend worden door onge-

schoolde personen. Het toestel kan ook buiten het huishouden

gebruikt worden, bijv. in een klein bedrijf, voor zover het op de-

zelfde wijze gebruikt wordt.

Elk ander gebruik of toepassing die verder gaat dan wat hier wordt

omschreven, geldt als onreglementair. Onder reglementair ge-

bruik valt ook het in acht nemen van deze handleiding evenals de

handleidingen voor het gebruikte toebehoren.

2.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen

WAARSCHUWING verbranding

Bij uitlooptemperaturen van meer dan 43°C bestaat ge-

vaar voor brandwonden.

!

WAARSCHUWING Letsel

Het toestel kan door kinderen vanaf 8jaar, alsook door

personen met fysieke, zintuiglijke of geestelijke beper-

kingen of met een gebrek aan ervaring en kennis ge-

bruikt worden op voorwaarde dat er iemand toezicht

houdt of dat ze getraind zijn in hoe ze het toestel veilig

moeten gebruiken alsook over de gevaren die hiermee

gepaard gaan. Kinderen mogen niet met het toestel spe-

len. Kinderen mogen zonder toezicht geen reiniging of

gebruikersonderhoud uitvoeren.

!

WAARSCHUWING Letsel

Gebruik het toestel om veiligheidsredenen alleen met de

gesloten frontbekleding.

Info

De SWW-boiler staat onder voedingsdruk. Tijdens ver-

warming druppelt expansiewater uit het veiligheidsven-

tiel.

 Waarschuw uw installateur als er na het verwarmen

nog water uitdruppelt.

2.3 Keurmerk

Zie het typeplaatje op het toestel.

3. Toestelcompatibiliteit

U kunt het toestel in combinatie met de volgende lucht-water-

warmtepompen gebruiken:

- WPL 13 E

- WPL 10 AC (S)

- WPL 15-25AC (S), WPL 15-25 A (S)

- WPL 19/24 IK

- WPL 07-17 ACS classic

- HPA-O 7-13 (C/S/CS) Premium

4. Toestelbeschrijving

Het bufferreservoir en de boiler voor drinkwater met warmtewis-

selaar zijn boven elkaar opgesteld en kunnen voor de oplevering

van elkaar gescheiden worden.

Het toestel is ingeschuimd in de kunststof mantel en uitgerust met

een afneembare frontbekleding. Het toestel wordt hydraulisch

en technisch verbonden met de warmtepomp. Alle hydraulische

aansluitingen zijn naar boven uitgevoerd.

Naast de boiler voor drinkwater en het bufferreservoir zijn andere

systeemcomponenten geïntegreerd:

- Warmtepompmanager

- Boilerlaadpomp

- uiterst efﬁciënte circulatiepomp voor een ongemengd

verwarmingscircuit

- Multifunctionele groep met veiligheidsventiel en

driewegomschakelklep

- Nood-/bijverwarming voor de mono-energetische werking

Warmwaterboiler

De stalen boiler is aan de binnenkant voorzien van speciaal direct

email en een veiligheidsanode. De anode met verbruiksindicator

beschermt de binnenkant van het reservoir tegen corrosie.

Het door de warmtepomp opgewarmde cv-water wordt via een

warmtewisselaar naar de SWW-boiler gepompt. De warmtewis-

selaar geeft de opgenomen warmte daarbij af aan het drinkwater.

De geïntegreerde warmtepompmanager regelt de opwarming van

het drinkwater op de gewenste temperatuur.

Buffervat

Het stalen vat is bestemd voor de hydraulische ontkoppeling van

de debieten van warmtepomp en verwarmingscircuit. Het door de

warmtepomp opgewarmde cv-water wordt door de boilerlaad-

pomp naar het buffervat getransporteerd. Bij aanvraag wordt het

cv-water met de geïntegreerde circulatiepomp van het verwar-

mingscircuit naar het verwarmingscircuit aangevoerd.

Warmtepompmanager (WPM)

De installatie wordt geregeld via de geïntegreerde warmtepomp-

manager.

De warmtepompmanager is geschikt voor de regeling van een

direct verwarmingscircuit en een mengcircuit.

U kunt de tijden en temperaturen voor de verwarmingsfunctie en

de opwarming van het sanitair warm water instellen. Als toebe-

horen zijn afstandsbedieningen voor de regeling van het directe

verwarmingscircuit en het mengklepcircuit beschikbaar.

Gedetailleerde informatie vindt u in de meegeleverde bedienings-

en installatiehandleiding van de warmtepompmanager WPM.

Multifunctionele groep (MFG)

De multifunctionele groep schakelt tussen verwarmingscircuit en

SWW-productie.

BEDIENING

Instellingen

www.stiebel-eltron.com HSBC | 91

NEDERLANDS

5. Instellingen

!

Materiële schade

Als de stroomvoorziening wordt onderbroken, is de ac-

tieve vorstbescherming van de installatie niet meer ge-

garandeerd.

 Onderbreek de stroomvoorziening ook buiten de

verwarmingsperiode niet.

Info

De warmtepompmanager beschikt over een automatische

zomer-winteromschakeling, zodat u de installatie tijdens

de zomer ingeschakeld kunt laten.

De installatie wordt geregeld via de geïntegreerde warmtepomp-

manager. Houd rekening met de bedienings- en installatiehand-

leiding van de warmtepompmanager.

OKMENU

D0000064711

6. Reiniging en onderhoud

 Laat de elektrische veiligheid van het toestel en de werking

van de veiligheidsgroep periodiek controleren door een

installateur.

 Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen of reinigings-

middelen met oplosmiddelen. Een vochtige doek volstaat om

het toestel te onderhouden en te reinigen.

Verbruiksindicator signaalanode

!

Materiële schade

Wanneer de kleur van de verbruiksindicator is gewijzigd

van wit naar rood, moet de signaalanode door een instal-

lateur worden gecontroleerd en evt. worden vervangen.

1 2

D0000055608

1 wit = anode ok

2 rood = controle door installateur vereist

Kalkaanslag

Bijna al het water geeft kalk af bij hoge temperaturen. De kalk

slaat neer in het toestel en beïnvloedt de werking en de levens-

duur van het toestel. De installateur, die op de hoogte is van de

plaatselijke waterkwaliteit, kan u meedelen wanneer het volgende

onderhoud uitgevoerd moet worden.

 Controleer periodiek de kranen. Verwijder kalk op de kraan-

uitlopen met in de handel verkrijgbare ontkalkingsmiddelen.

 Stel het veiligheidsventiel regelmatig in werking, zodat het

niet gaat blokkeren door bijv. kalkafzettingen.

7. Problemen verhelpen

Probleem Oorzaak Oplossing

Het water wordt niet

warm. De verwarming

werkt niet.

Er is geen spanning.

Controleer de zekeringen

van de huisinstallatie.

Waarschuw de installateur als u de oorzaak zelf niet kunt verhel-

pen. Houd het nummer op het typeplaatje (000000-0000-000000)

bij de hand voor een betere en snellere afhandeling.

No.:

000000-0000-000000

Made in Germany

D0000056320

INSTALLATIE

Veiligheid

92 | HSBC www.stiebel-eltron.com

INSTALLATIE

8. Veiligheid

Installatie, ingebruikname, onderhoud en reparatie van het toestel

mogen alleen door een gekwaliﬁceerde installateur uitgevoerd

worden.

8.1 Algemene veiligheidsaanwijzingen

Wij waarborgen de goede werking en de bedrijfszekerheid uit-

sluitend bij gebruik van originele onderdelen en vervangingson-

derdelen voor het toestel.

8.2 Voorschriften, normen en bepalingen

Info

Neem alle nationale en regionale voorschriften en be-

palingen in acht.

9. Toestelbeschrijving

9.1 Inhoud van het pakket

Bij het toestel wordt het volgende geleverd:

- Bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepomp-

manager WPM

- Buitentemperatuursensor AF PT

- 4 verstelbare voeten

- Afvoerslang

9.2 Toebehoren

Noodzakelijke accessoires

Afhankelijk van de voedingsdruk zijn veiligheidsgroepen en redu-

ceerventielen verkrijgbaar. Deze typegekeurde veiligheidsgroepen

beschermen het toestel tegen een ontoelaatbare drukoverschrij-

ding.

Noodzakelijk voor oppervlaktekoeling:

- Temperatuursensor PT1000

- Afstandsbediening FET

Overig toebehoren

- Pompmodule voor een gemengd verwarmingscircuit

HSBC-HKM

- Afstandsbediening voor de verwarmingsfunctie

- Veiligheidstemperatuurbegrenzer STB-FB

- Drukslangen

- Onthardingsarmatuur HZEA

10. Voorbereidingen

10.1 Montageplaats

!

Materiële schade

Plaats het toestel niet in een vochtige ruimte.

Monteer het toestel in een vorstvrije en droge ruimte in de buurt

van het aftappunt. Houd de afstand tussen het toestel en de warm-

tepomp beperkt om leidingverliezen te beperken.

Zorg ervoor dat de vloer voldoende draagvermogen heeft en goed

genivelleerd is (voor het gewicht, zie hoofdstuk "Technische ge-

gevens/Gegevenstabel").

De ruimte mag door stof, gassen of dampen geen gevaar voor

explosies inhouden.

Als u het toestel samen met andere verwarmingstoestellen in een

stookruimte opstelt, moet verzekerd zijn dat de werking van de

andere verwarmingstoestellen niet wordt beïnvloed.

Minimumafstanden

≥100 ≥400

≥800

≥500

≥100

≥500

≥100

D0000055505

De minimale afstanden aan de zijkant kunnen naar rechts of links

worden omgewisseld.

INSTALLATIE

Voorbereidingen

www.stiebel-eltron.com HSBC | 93

NEDERLANDS

10.2 Transport en oplevering

!

Materiële schade

Bewaar en transporteer het toestel bij temperaturen van

-20°C tot +60°C.

Oplevering

 Draai de 4 schroeven op de wegwerppallet eruit.

D0000055519

 Kantel het toestel en schroef de bijgeleverde 4 verstelbare

voeten in het toestel.

 Hef het toestel van de pallet. Gebruik de grijpuitsparingen

aan de onder- en achterzijde van het toestel voor een beter

houvast bij het transport.

Als smalle deuren of gangen de oplevering kunnen belemmeren,

kunt u het bovenste van het onderste deel van het toestel scheiden,

zoals in de volgende hoofdstukken is beschreven.

10.2.1 Frontbekleding demonteren/monteren

Frontbekleding demonteren

D0000055619

 Verwijder de schroef boven in het midden van het toestel.

 Haak de frontbekleding er van bovenaf uit.

D0000055620

XE03

AA01-X1.18

 Trek de stekker van de elektronische bedieningsmodule

(AA01-X1.18) en de aarding (XE03)op de warmtepompmana-

ger af.

Frontbekleding monteren

Monteer de frontbekleding in omgekeerde volgorde.

10.2.2 Toestelonderdelen scheiden/samenvoegen

Toestelonderdelen scheiden

D0000055874

 Trek de “Sensor verwarming” op het buffervat eruit.

INSTALLATIE

Voorbereidingen

94 | HSBC www.stiebel-eltron.com

D0000074034

 Maak de sensorkabel uit de geleidingsgroef in het isola-

tie-element los.

D0000055689

 Maak de steekverbinding van de 4 hydraulische aansluitingen

los. Trek daarvoor de veerklemmen met een schroevendraai-

er tot aan de aanslag eruit.

 Trek de hydraulische aansluitingen er naar voren uit.

D0000074009

 Verwijder de 4hydraulische slangen en het isolatie-element.

D0000074030

 Maak de 4 schroeven los van de beugels vooraan op het

toestel.

D0000074613

 Trek het bovenste toesteldeel naar voren.

D0000074011

1

1 Griprail

 Kantel het bovenste toesteldeel naar achteren. Gebruik de

griprail voor een beter houvast.

INSTALLATIE

Voorbereidingen

www.stiebel-eltron.com HSBC | 95

NEDERLANDS

D0000074010

 Leg het bovenste toestelgedeelte op een ondergrond om be-

schadiging te voorkomen.

Toestelonderdelen samenvoegen

Voeg de toestelonderdelen in omgekeerde volgorde samen.

De positioneringshulpmiddelen en de markering door een stippel-

lijn vergemakkelijken het opzetten en inschuiven van het bovenste

toesteldeel in de geleidegroef op het onderste toesteldeel:

D0000055687

1

2

4

3

5

1 Griprail

2 Geleidingsbout

3 streeplijn (perforatie in de plaat)

4 Geleidegroef

5 Positioneringshulpmiddel

1

D0000057300

1 streeplijn (perforatie in de plaat)

 Plaats het bovenste toesteldeel op de stippellijn op het on-

derste toesteldeel.

D0000074614

 Schuif het bovenste toesteldeel naar achter, totdat het afsluit

met het onderste toesteldeel. Wanneer u de toesteldelen cor-

rect samenvoegt, wordt de eindpositie door de geleidegroef

en de geleidingsbout aangegeven.

 Bevestig de beugels voor aan het toestel.

 Monteer het isolatie-element en de 4hydraulische slangen.

 Monteer de steekverbinding van de 4 hydraulische aanslui-

tingen. Let erop dat de veerklemmen vergrendelen.

 Steek de “Sensor verwarming” op het buffervat.

 Leg de sensorkabel in de geleidingsgroef in het isolatie-ele-

ment die daarvoor is voorzien.

INSTALLATIE

Montage

96 | HSBC www.stiebel-eltron.com

11. Montage

11.1 Het toestel plaatsen

 Neem bij plaatsing de minimumafstanden in acht (zie hoofd-

stuk "Voorbereidingen/ Montageplaats").

 Oneffenheden van de vloer kunnen met de verstelbare voeten

worden gecompenseerd.

11.2 Aansluiting verwarmingswater en

veiligheidsventiel

11.2.1 Veiligheidsaanwijzingen

!

Materiële schade

De verwarmingsinstallatie waarop het toestel wordt

aangesloten, moet door een installateur worden geïn-

stalleerd in overeenstemming met de waterinstallatie-

schema's in de planningsdocumenten.

!

Materiële schade

Wanneer bijkomende afsluitkleppen ingebouwd worden,

dient u een bijkomend veiligheidsventiel toegankelijk aan

te brengen op de warmtegenerator of in de onmiddellijke

nabijheid ervan in de aanvoerleiding.

Tussen de warmtegenerator en het veiligheidsventiel mag

geen afsluitklep gemonteerd zijn.

Zuurstofdiffusie

!

Materiële schade

Vermijd open verwarmingsinstallaties en vloerverwar-

mingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunststoﬂeidin-

gen.

Bij vloerverwarmingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunst-

stoﬂeidingen of open verwarmingsinstallaties kan door zuur-

stofdiffusie corrosie optreden aan de stalen delen (bijv. aan de

warmtewisselaar van de warmwaterboiler, aan buffervaten, stalen

verwarmingselementen of stalen buizen).

!

Materiële schade

De corrosieproducten (bijv. roestslib) kunnen in de com-

ponenten van de verwarmingsinstallatie neerslaan en

door vernauwing van de doorsnede vermogensverlies of

storingsuitschakelingen veroorzaken.

Voedingsleidingen

 Afhankelijk van de uitvoering van de verwarmingsinstallatie

(drukverliezen) kan de maximaal toegelaten leidinglengte

tussen het toestel en de warmtepomp variëren. Als richt-

waarde moet worden uitgegaan van een maximale lei-

dinglengte van 10 m en een leidingdiameter van 22-28mm.

 Bescherm de aanvoer- en retourleiding tegen vorst door ze

voldoende te isoleren.

 Bescherm alle voedingsleidingen door een mantelbuis tegen

vocht, schade en UV-straling.

 Sluit de hydraulische aansluitingen met een vlakke afdichting

aan.

Drukslangen tegen geluidsoverdracht:

Het toestel en de warmtepomp worden via buizen met verwar-

mingswater hydraulisch met elkaar verbonden. Om de overdracht

van waterzijdige mechanische trillingen te verminderen moet het

toestel met drukslangen worden aangesloten op de warmtepomp

(niet vereist bij WPL 15-25 A).

Drukverschil:

Wanneer het beschikbare externe drukverschil wordt overschre-

den, kunnen drukverliezen in de verwarmingsinstallatie tot een

verlaagd verwarmingsvermogen leiden.

 Let er bij het aanleggen van de buizen op dat het beschikbare

externe drukverschil niet wordt overschreden (zie hoofdstuk

"Technische gegevens/Gegevenstabel").

 Let bij de berekening van de drukverliezen op de aanvoer- en

retourleidingen en het drukverlies van de warmtepomp. De

drukverliezen moeten door het beschikbare drukverschil ge-

dekt worden.

11.2.2 Monteer evt. toebehoren van de pompmodule

Voor uitbreiding met een gemengd verwarmingscircuit kunt u als

de toebehoren verkrijgbare pompmodule HSBC-HKM monteren.

- aansluitbuizen

- voorgemonteerde aanlegtemperatuurregelaar

- Circulatiepomp verwarmingscircuit

- 3-weg mengklep met servomotor

- 2 kunststof borgschijven

- Bedienings- en installatiehandleiding van de circulatiepomp

van het verwarmingscircuit

D0000081487

 Verwijder de EPS-vormstukken aan de HSBC-zijde.

 Verwijder de wartelmoeren op de aansluiting “Retour verw.

gemengd”.

INSTALLATIE

Montage

www.stiebel-eltron.com HSBC | 97

NEDERLANDS

D0000081797

 Verwijder het T-stuk op de aansluiting “Aanvoer verw. ge-

mengd” van het bufferreservoir.

80 Nm +/- 5

14 Nm +/- 0,5

3 x 80 Nm +/- 5

D0000081488

1

2

1 Afsluitpluggen

2 Kunststof borghulp

 Vervang de afsluitpluggen met de meegeleverde kunststof

bevestigingshulpmiddelen op de aansluitingen “Aanvoer

verw. gemengd” en “Retour verw. gemengd”.

 Plaats de aansluitbuizen van de pompmodule erin.

1-2 Nm

D0000081576

 Neem bij de montage van de servomotor de correcte in-

bouwpositie van de aandrijfnok in acht.

D0000081489

 Plaats de EPS-vormstukken aan de HSBC-zijde.

Neem de instellingen in acht van de parameters in menu “IN-

STELLINGEN/VERWARMEN/VERWARMINGSCIRCUIT 2” in de mee-

geleverde Bedienings- en installatiehandleiding van de warmte-

pompmanager.

Elektrische aansluiting pompmodule

 Zie hoofdstuk “Installatie / Elektrische aansluiting / Elektri-

sche nood-/bijverwarming en stuurspanning”.

INSTALLATIE

Montage

98 | HSBC www.stiebel-eltron.com

11.2.3 Aansluiting

Installatievoorbeeld:

1

2

D0000055506

1 Verwarmingswater transporterende leiding

2 Drukslang (als toebehoren verkrijgbaar)

 Spoel de leidingen grondig door voordat de warmtepomp

wordt aangesloten. Vreemde voorwerpen (zoals laskorrels,

roest, zand, afdichtingsmateriaal) belemmeren de goede

werking van de warmtepomp.

 Monteer de verwarmingswater transporterende leidin-

gen (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Afmetingen en

aansluitingen").

Veiligheidsventiel

1

3

2

D0000055520

1 Afvoerslang

2 Bevestiging (niet meegeleverd)

3 Afvoer (niet meegeleverd)

 Gebruik een afvoerslang met voldoende capaciteit om het

water bij volledig geopend veiligheidsventiel ongehinderd af

te voeren.

 Controleer of de afvoerslang van het veiligheidsventiel geo-

pend is in de richting van de atmosfeer.

 Leg de afvoerslang van de veiligheidsklep met een traploos

verval naar de afvoer.

 Bevestig de afvoerslang om te vermijden dat de slang be-

weegt, wanneer er water uitloopt.

11.3 Aansluiting sanitair warm water en

veiligheidsgroep

11.3.1 Veiligheidsaanwijzingen

!

Materiële schade

De maximaal toegelaten druk mag niet worden over-

schreden (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gege-

venstabel").

!

Materiële schade

Het toestel moet met drukkranen worden gebruikt.

Koudwaterleiding

Als materiaal is thermisch verzinkt staal, roestvast staal, koper of

kunststof toegestaan.

!

Materiële schade

Een veiligheidsventiel is vereist.

Warmwaterleiding, circulatieleiding

Als materiaal is roestvast staal, koper en kunststof toegestaan.

11.3.2 Evt. circulatieleiding monteren

U kunt op de aansluiting "Circulatie" een circulatieleiding met een

externe circulatiepomp aansluiten (zie hoofdstuk “Technische ge-

gevens/Afmetingen en aansluitingen).

 Verwijder het afdichtkapje van de aansluiting "Circulatie" (zie

"Technische gegevens/Afmetingen en aansluitingen").

 Sluit de circulatieleiding aan.

11.3.3 Aansluiting sanitair warm water en veiligheidsgroep

 Spoel de buizen grondig door.

 Monteer de warmwateruitloopleiding en de koudwatertoe-

voerleiding (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Afmetingen

en aansluitingen"). Sluit de hydraulische aansluitingen met

een vlakke afdichting aan.

 Monteer een typegekeurd veiligheidsventiel in de koud-

watertoevoerleiding. Let erop dat, afhankelijk van de voe-

dingsdruk, eventueel ook een reduceerventiel moet worden

geplaatst.

 Kies afmetingen van de afvoerleiding zodanig dat het water

bij volledig geopend veiligheidsventiel ongehinderd afge-

voerd kan worden.

 De uitloopopening van het veiligheidsventiel moet geopend

blijven naar de atmosfeer.

 Leg de afvoerleiding van het veiligheidsventiel met een

traploos verval naar de afvoer.

INSTALLATIE

Montage

www.stiebel-eltron.com HSBC | 99

NEDERLANDS

11.4 Installatie vullen

Watertoestand verwarmingscircuit

Voordat de installatie gevuld wordt, moet er een analyse van het

vulwater voorhanden zijn. Deze analyse kan bijvoorbeeld opge-

vraagd worden bij de bevoegde watermaatschappij.

Om kalkschade te voorkomen, moet het vulwater eventueel voor-

behandeld worden (ontharding of ontzouting). De in het hoofdstuk

"Technische gegevens/Gegevenstabel" vermelde grenswaarden

voor het vulwater moeten absoluut nageleefd worden.

 Controleer de grenswaarden 8-12 weken na de ingebruikna-

me en tijdens het jaarlijkse onderhoud van de installatie.

Info

Bij een geleidbaarheid van >1000 μS/cm is waterbehan-

deling door ontzouting beter geschikt om corrosie te

vermijden.

Info

Wanneer u het vulwater behandelt met inhibitoren of

additieven, gelden dezelfde grenswaarden als bij ont-

zouting.

Info

Geschikte toestellen voor ontharden en voor het vullen

en spoelen van verwarmingsinstallaties zijn via de vak-

handel verkrijgbaar.

!

Materiële schade

Schakel de installatie niet elektrisch in voordat u deze

gaat vullen.

11.4.1 Verwarmingsinstallatie vullen

Info

 Vul de verwarmingsinstallatie uitsluitend via de on-

derste aftapkraan aan het buffervat.

Bij uitlevering bevindt de driewegomschakelklep van de multi-

functionele groep zich in de middelste stand, zodat het verwar-

mingscircuit en de warmtewisselaar voor het opwarmen van het

sanitair warm water gelijkmatig gevuld worden. Als de elektrische

voeding ingeschakeld wordt, wisselt de driewegomschakelklep

automatisch naar de verwarmingsfunctie.

Als u achteraf wilt vullen of aftappen, dan moet u de driewegom-

schakelklep eerst weer in de middelste stand zetten.

Instellingen van de warmtepompmanager:

 Roep het hoofdmenu op met toets MENU.

 Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets

OK:

 DIAGNOSE

 RELAISTEST INSTALLATIE

 AFTAPPEN HYD MFG

D0000055788

 Vul de verwarmingsinstallatie via de aftapkraan.

 Ontlucht het leidingsysteem.

11.4.2 SWW-boiler vullen

 Vul bet SWW-boiler via de koudwateraansluiting.

 Open alle na het toestel geplaatste aftapkranen totdat het

toestel is gevuld en het leidingnet luchtvrij is.

 Stel het doorstroomvolume in. Let daarbij op het maximaal

toegelaten doorstroomvolume bij een volledig geopende

kraan (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel").

Reduceer zo nodig het doorstroomvolume op de smoorklep

van de veiligheidsgroep.

 Voer een dichtheidscontrole uit.

 Test het veiligheidsventiel.

INSTALLATIE

Elektrische aansluiting

100 | HSBC www.stiebel-eltron.com

11.5 Toestel ontluchten

 Open tijdelijk de snelontluchter op de multifunctionele groep

om te ontluchten.

D0000055606

21

1 Elektronica

2 Snelontluchter

!

Materiële schade

De luchtuitblaasopening in de gekartelde kap van de

snelontluchter mag niet op de elektronica in de multi-

functionele groep gericht zijn.

 Draai de luchtuitblaasopening in de richting die aan-

gegeven is op de volgende afbeelding.

D0000055605

!

Materiële schade

Na het ontluchten dient u de snelontluchter opnieuw te

sluiten.

12. Elektrische aansluiting

WAARSCHUWING elektrische schok

Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitin-

gen en montage uit conform de voorschriften.

Scheid alle polen van het toestel van de netaansluiting

voor aanvang van alle werkzaamheden.

WAARSCHUWING elektrische schok

Aansluiting op het elektriciteitsnet is alleen als vaste

aansluiting mogelijk. Het toestel moet op alle polen met

een afstand van minstens 3mm van de aansluiting van

het net kunnen worden losgekoppeld. Aan deze vereis-

te wordt voldaan met magneetschakelaars, vermogens-

schakelaars, zekeringen enz.

!

Materiële schade

Beveilig de stroomcircuits voor het toestel en de sturing

afzonderlijk.

!

Materiële schade

Beveilig de stroomcircuits voor de compressor en de

elektrische nood-/bijverwarming afzonderlijk.

!

Materiële schade

Houd rekening met de speciﬁcaties op het typeplaatje.

De aangegeven spanning moet overeenkomen met de

netspanning.

Info

De verklaring van goedkeuring van de bevoegde ener-

giemaatschappij moet beschikbaar zijn om het toestel te

kunnen aansluiten.

De aansluitkast van het toestel bevindt zich achter de frontbekle-

ding (zie hoofdstuk "Voorbereidingen/Transport en oplevering/

Frontbekleding demonteren/monteren").

D0000055594

 Steek alle netaansluit- en sensorkabels door de kabeldoor-

voer in het toestel.

 Sluit de netaansluit- en sensorkabels aan overeenkomstig de

volgende gegevens.

INSTALLATIE

Elektrische aansluiting

www.stiebel-eltron.com HSBC | 101

NEDERLANDS

Het is uit het oogpunt van beveiliging verplicht de volgende ka-

beldoorsnedes te installeren:

Zekering Toewijzing Kabeldoorsnede

B 16 A

Elektrische nood-/

bijverwarming

(DHC)

3-fasig

2.5 mm²

1,5mm² bij slechts twee belaste aders,

aanleggen conform de geldende voor-

schriften

B 16 A

Elektrische nood-/

bijverwarming

(DHC)

1-fasig

2.5 mm²

1,5mm² bij plaatsing van een meerade-

rige elektriciteitskabel op een wand of

in een elektriciteitsbuis op een wand

B 16 A Sturing 1,5mm²

12.1 Elektrische nood-/bijverwarming en

stuurspanning

Toestelfunctie Werking van de elektrische nood-/bijverwar-

ming

Mono-energetisch

bedrijf

De elektrische nood-/bijverwarming waarborgt de ver-

warmingswerking en het bereiden van hogere warmwa-

tertemperaturen, wanneer het bivalentiepunt te laag is.

Noodwerking

Indien de warmtepomp bij een storing uitvalt, wordt het

verwarmingsvermogen overgenomen door de elektrische

nood-/bijverwarming.

HSBC 200: Elektrische aansluiting 3-fasig

D0000055646

XD02 Elektrische nood-/bijverwarming (DHC)

aansluitvermogen Klemaansluiting

2,9 kW PE N L1

5,9 kW PE N L2 L1

8,8 kW PE N L3 L2 L1

 Sluit de elektrische nood/-bijverwarming met het gewenste

vermogen aan volgens de tabel.

HSBC 200 S: Elektrische aansluiting 1-fasig

D0000056876

XD02 Elektrische nood-/bijverwarming (DHC)

aansluit-

vermogen

Kabeldoor-

snede

Klemaansluiting

2,9 kW 2.5 mm² PE N L

5,9 kW

2.5 mm² PE N L

 Sluit de kabels voor de elektrische nood/-bijverwarming met

het gewenste vermogen aan volgens de tabel.

Stuurspanning

!

Materiële schade

 Sluit aan de pompaansluitingen alleen energiezuini-

ge circulatiepompen aan die door ons goedgekeurd

zijn.

XD01.2 Vrijgavesignaal voor warmtepomp

EVU Vrijgavesignaal

Eventueel toebehoren van de pompmodule

br

bk

bu

bk

bu

gnye

3

AA01-X2.4

AA01-X1.6

AA01-X2.14

N

PE





L

1

2

N

PE

D0000082613

INSTALLATIE

Elektrische aansluiting

102 | HSBC www.stiebel-eltron.com

Aansluitconﬁguratie Warmtepompmanager

WAARSCHUWING elektrische schok

Aan de laagspanningsaansluitingen van het toestel

mogen alleen componenten aangesloten worden die met

veiligheidslaagspanning (SELV) werken en een veilige

scheiding ten opzichte van de netspanning verzekeren.

Wanneer andere componenten worden aangesloten,

kunnen delen van het toestel en aangesloten compo-

nenten onder netspanning staan.

 Gebruik uitsluitend door ons toegelaten componen-

ten.

X2.2X2.3X2.4X2.5X2.6X2.7

X2.8X2.9X2.10X2.11X2.12X2.13

X2.14

X2.15

X1.1

CAN A

X1.19

CAN A

X1.18

CAN B

X1.17 X1.16 X1.15 X1.14 X1.13 X1.12 X1.2

CAN B

X1.3X1.4X1.5X1.6X1.7X1.8X1.9X1.10X1.11

X2.1

+

-

L

H

+

-

L

H

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

3

+

IN

T

+

IN

T

1

2

1

2

+

-

L

H

+

-

L

H

L

N

PE

L‘

L*

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

N

PE





N

PE





AA01 (WPM)

D0000082589

Veiligheidslaagspanning

X1.1

CAN A

+

-

L

H

+

-

L

H

CAN (aansluiting voor warmtepomp en warm-

tepompuitbreiding WPE)

X1.2

CAN B

+

-

L

H

+

-

L

H

CAN (aansluiting voor afstandsbediening FET

en Internet Service Gateway ISG)

X1.3 Signaal

Massa

1

2

Buitensensor

X1.4 Signaal

Massa

1

2

Buffersensor (verwarmingscircuitsensor 1)

Veiligheidslaagspanning

X1.5 Signaal

Massa

1

2

Aanvoersensor

X1.6 Signaal

Massa

1

2

Verwarmingscircuitsensor 2

X1.7 Signaal

Massa

1

2

Verwarmingscircuitsensor 3

X1.8 Signaal

Massa

1

2

Sensor warmwaterboiler

X1.9 Signaal

Massa

1

2

Bronsensor

X1.10 Signaal

Massa

1

2

2e warmteopwekker (2.WE)

X1.11 Signaal

Massa

1

2

VL koelen

X1.12 Signaal

Massa

1

2

Circulatiesensor

X1.13

Signaal

Massa

Signaal

1

2

3

Afstandsbediening FE7/Telefoonschakelaar/

Stooklijnoptimalisatie/SG Ready

X1.14

ongeregeld 12V

Ingang

GND

+

IN

Analoge ingang 0...10V

X1.15

ongeregeld 12V

Ingang

GND

+

IN

Analoge ingang 0...10V

X1.16 Signaal

Massa

1

2

PWM-uitgang 1

X1.17 Signaal

Massa

1

2

PWM-uitgang 2

X1.18

CAN B

+

-

L

H

+

-

L

H

CAN (aansluiting voor afstandsbediening FET

en Internet Service Gateway ISG)

X1.19

CAN A

+

-

L

H

+

-

L

H

CAN (aansluiting voor warmtepomp en warm-

tepompuitbreiding WPE)

Netspanning

X2.1

L

N

PE

L

N

Voeding

X2.2 L' (EVU ingang)

L* (pompen L)

L'

L* (pompen L)

L' (EVU ingang)

L* (pompen L)

X2.3

L

N

PE

L

N

PE

Verwarmingscircuitpomp 1

X2.4

L

N

PE

L

N

PE

Verwarmingscircuitpomp 2

X2.5

L

N

PE

L

N

PE

Verwarmingscircuitpomp 3

X2.6

L

N

PE

L

N

PE

Bufferpomp 1

X2.7

L

N

PE

L

N

PE

Bufferpomp 2

X2.8

L

N

PE

L

N

PE

Warmwatercirculatiepomp

X2.9

L

N

PE

L

N

PE

Bronpomp/ontdooien

X2.10

L

N

PE

L

N

PE

Storingsuitgang

X2.11

L

N

PE

L

N

PE

Circulatiepomp/2. WE warm water

INSTALLATIE

Elektrische aansluiting

www.stiebel-eltron.com HSBC | 103

NEDERLANDS

Netspanning

X2.12

L

N

PE

L

N

PE

2. WE verwarming

X2.13

L

N

PE

L

N

PE

Koelen

X2.14

Mengklep OPEN

N

PE

Mengklep DICHT

5

N

PE

6

Mengklep verwarmingscircuit 2

( X2.14.1 Mengklep OPEN

X2.14.2 Mengklep DICHT )

X2.15

Mengklep OPEN

N

PE

Mengklep DICHT

5

N

PE

6

Mengklep verwarmingscircuit 3

( X2.15.1 Mengklep OPEN

X2.15.2 Mengklep DICHT )

Info

Bij iedere fout aan het toestel schakelt uitgang X2.10 een

230V-signaal.

Bij tijdelijke fouten schakelt de uitgang gedurende een

bepaalde periode het signaal door.

Bij fouten die tot een permanente uitschakeling van het

toestel leiden, schakelt de uitgang voortdurend door.

Eventueel toebehoren veiligheidstemperatuurbegrenzer voor

vloerverwarming STB-FB

X2.2X2.3X2.4

X1.1

CAN A

X1.2

CAN B

X1.3X1.4X1.5

X2.1

+

-

L

H

+

-

L

H

1

2

1

2

1

2

X1.6

1

2

L

N

PE

L‘

L*

L

N

PE

L

N

PE

X2.5

L

N

PE

X2.2X2.3X2.4X2.5X2.6 X2.1

L

N

PE

L‘

L*

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

AA01

D0000084470

 Verwijder de brug aan AA01 tussen X2.1 (L) en X2.2 (L*).

 Sluit de veiligheidstemperatuurbegrenzer STB-FB op AA01

tussen X2.1 (L) en X2.2 (L*) aan.

12.2 Sensormontage

12.2.1 Buitentemperatuursensor AF PT

De buitentemperatuursensors zijn zeer belangrijk voor de goede

werking van de verwarmingsinstallatie. Schenk daarom aandacht

aan een correcte plaatsing en een goede isolatie van de buiten-

temperatuursensors.

D0000082609

- Plaats de buitentemperatuursensor op een noord- of

noordoostmuur.

- Let erop dat de buitentemperatuursensor onbeschermd aan

weersinvloeden blootstaat, maar niet direct in de zon.

- Monteer de buitentemperatuursensor niet boven ramen,

deuren en luchtkokers.

- Neem de volgende minimale afstanden in acht: 2,5m van de

grond, 1m zijdelings van ramen en deuren.

Montage

 Trek het deksel eraf.

 Bevestig het onderste gedeelte met de meegeleverde

schroef.

 Sluit de elektriciteitskabel aan.

 Sluit de buitentemperatuursensor op AA01-X1.3 aan.

 Zet het deksel erop. Het deksel moet hoorbaar vergrendelen.

INSTALLATIE

Ingebruikname

104 | HSBC www.stiebel-eltron.com

12.2.2 Evt. toebehoren temperatuursensor bij

oppervlaktekoeling

Bij oppervlaktekoeling is de montage van een als toebehoren ver-

krijgbare temperatuursensor vereist.

 Demonteer de frontbekleding (zie hoofdstuk "Voorbereidin-

gen/Transport en oplevering/Frontbekleding demonteren/

monteren").

D0000062830

 Steek de temperatuursensor in sensorhuls "Sensor WP koe-

len optioneel".

 Sluit de temperatuursensor op AA01-X1.11 aan.

12.3 Afstandsbediening

12.3.1 Afstandsbediening FE 7

3

1

1 2 3

26�21�01�0008

Met de afstandsbediening FE 7 kunt u de gevraagde kamertempe-

ratuur voor verwarmingscircuit 1 of verwarmingscircuit 2 alleen

in automatische werking met ± 5°C wijzigen. Bovendien kunt u

de bedrijfsmodus kiezen.

 Sluit de afstandsbediening op AA01-X1.13 aan.

12.3.2 Afstandsbediening FET

1

2

3

4

5

6

H

L

+

D0000082612

Met afstandsbediening FET kunt u de bedrijfsmodus en de ge-

vraagde kamertemperatuur voor verwarmingscircuit 1 of verwar-

mingscircuit 2 met ± 5°C kiezen.

 Sluit de afstandsbediening op AA01-X1.2 aan.

13. Ingebruikname

Voor de ingebruikname kunt u een beroep doen op onze klanten-

service (tegen betaling).

Als u het toestel commercieel gebruikt, dient u voor de ingebruik-

name rekening te houden met de eventuele voorschriften van

de bedrijfsveiligheidsverordening. Meer informatie hieromtrent

vindt u bij de bevoegde toezichthoudende instantie (in Duitsland

is dat bijv. TÜV).

13.1 Controles voor ingebruikname van de

warmtepompmanager

!

Materiële schade

Bij vloerverwarmingen moet u rekening houden met de

maximale systeemtemperatuur.

 Controleer of de verwarmingsinstallatie met de juiste druk

gevuld is en de snelontluchter gesloten is.

 Controleer of de buitensensor op de juiste wijze geplaatst en

aangesloten is.

 Controleer of de aansluiting op het net op deskundige wijze

is uitgevoerd.

 Controleer of de signaalkabel naar de warmtepomp (BUS-ka-

bel) juist aangesloten is.

INSTALLATIE

Ingebruikname

www.stiebel-eltron.com HSBC | 105

NEDERLANDS

Veiligheidstemperatuurbegrenzer

Info

Bij temperaturen lager dan -15°C kan de veiligheidstem-

peratuurbegrenzer worden geactiveerd. Het toestel kan al

tijdens de opslag of het transport aan deze temperaturen

zijn blootgesteld.

 Controleer of de veiligheidstemperatuurbegrenzer is

geactiveerd.

HSBC 200

1

D0000055607

HSBC 200 S

1

D0000084474

1 Resettoets van de veiligheidstemperatuurbegrenzer

13.2 Ingebruikname van de warmtepompmanager

Voer de ingebruikname van de warmtepompmanager en alle in-

stellingen in overeenstemming met de bedienings- en installatie-

handleiding van de warmtepompmanager uit.

Info

Controleer of in de warmtepompmanager voor het warm-

waterbedrijf optie "PARALLELLE WERKING" ingesteld is.

Bij deze instelling wordt de laadpomp ook in het warm-

waterbedrijf geactiveerd.

Instellingen van de warmtepompmanager:

 Roep het hoofdmenu op met toets MENU.

 Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets

OK:

 INSTELLING

Waarde

 WARM WATER

 BASISINSTELLING

 WARMWATERBEDRIJF PARALLELLE WERKING

Info

Bij de eenfasige aansluiting moet de warmtepompma-

nager voor de berekening van de warmtehoeveelheid als

volgt ingesteld worden.

Instellingen van de warmtepompmanager:

 Roep het hoofdmenu op met toets MENU.

 Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets

OK:

 INSTELLING

Waarde

 VERWARMEN

 ELEKTRISCHE NAVERWARMING

 AANTAL TRAPPEN 2

Instelling voor oppervlaktekoeling

!

Materiële schade

Condensatie door het niet bereiken van het dauwpunt kan

tot materiële schade leiden. De HSBC is daarom uitslui-

tend toegelaten voor oppervlaktekoeling.

Instelling van de warmtepompmanager voor oppervlaktekoeling:

 Roep het hoofdmenu op met toets MENU.

 Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets

OK:

 INSTELLING

Waarde

 KOELEN

 KOELEN AAN

 BASISINSTELLING

 VERMOGEN KOELEN Specifiek voor de installatie

 ACTIEVE KOELING

 OPPERVLAKTEKOELING AAN

 GEVRAAGDE AANVOERTEMP. Specifiek voor de installatie

 HYSTERESIS AANVOERTEMP Specifiek voor de installatie

 GEVRAAGDE KAMERTEMP Specifiek voor de installatie

INSTALLATIE

Ingebruikname

106 | HSBC www.stiebel-eltron.com

13.3 Circulatiepompen Wilo-Para .../Sc

Verlicht display (leds)

Meldingsweergave:

LED gaat groen branden in normaal bedrijf

LED brandt/knippert bij storing

Weergave van het gekozen regelingstype Δp-v, Δp-c

en constant-toerental

Weergave van de gekozen karakteristiek (I, II, III) bin-

nen het regelingstype

Weergavencombinaties van de LED’s tijdens de ont-

luchtingsfuncties, handmatige herinschakeling en

vergrendeling

Bedieningstoets

Indrukken

Regelingstype selecteren

Selectie van de karakteristiek (I, II, III) binnen het rege-

lingstype

Lang indrukken

Ontluchtingsfunctie activeren (3 seconden indrukken)

Handmatige herinschakeling activeren

(5 seconden indrukken)

Knop blokkeren/deblokkeren (8 seconden indrukken)

Ontluchtingsfunctie activeren (3 seconden indrukken)

Handmatige herinschakeling activeren

(5 seconden indrukken)

Knop blokkeren/deblokkeren (8 seconden indrukken)

Regelingstypen en functies

Verschildruk variabel

∆p-v (I, II, III)

Aanbeveling bij tweepijpsverwarmingssystemen met

radiatoren voor het reduceren van stromingsgeluiden

aan thermostaatventielen.

De pomp reduceert de opvoerhoogte tot de helft bij een

dalend debiet in het leidingnet.

Besparing van elektrische energie door de aanpassing

van de opvoerhoogte aan de debietbehoefte en gerin-

gere stroomsnelheid.

Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter

selectie.

Verschildruk constant

∆p-c (I, II, III)

Aanbeveling bij vloerverwarmingen of bij grote lei-

dingen of alle toepassingen zonder veranderlijke buis-

netwerkkarakteristiek (bijv. oplaadpompen), alsmede

enkelebuis-verwarmingssystemen met verwarmings-

elementen.

De regeling houdt de ingestelde opvoerhoogte con-

stant, onafhankelijk van het getransporteerde debiet.

Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter

selectie.

Constant toerental

(I, II, III)

Aanbeveling voor installaties met onveranderlijke in-

stallatieweerstand die een constant debiet vragen.

De pomp loopt op drie vooraf aangegeven niveaus voor

constant toerental (I, II, III).

Info

Fabrieksinstelling: Constant-toerental,

karakteristiek III

Ontluchten

Installatie op een correcte manier vullen en ontluchten.

Indien de pomp niet vanzelf ontlucht:

Ontluchtingsfunctie via de bedieningstoets activeren,

3seconden indrukken, vervolgens loslaten.

De ontluchtingsfunctie start en houdt ongeveer 10mi-

nuten aan.

De bovenste en onderste LED-rijen knipperen afwisse-

lend met een afstand van 1seconde.

Om te annuleren de bedieningstoets 3 seconden in-

drukken.

Info

Na het ontluchten toont de LED-weerga-

ve de eerder ingestelde waarden van de

pomp.

Regelingstype instellen

Regelingstype

selecteren

De LED-selectie van de regelingstypes en de bijbeho-

rende karakteristieken vindt rechtsom plaats.

Bedieningstoets kort (ca. 1 seconde) indrukken.

LED’s geven het ingestelde regelingstype en de karak-

teristiek aan.

De weergave van de mogelijke instellingen hierna:

Bedie-

ningstoets

Led-weergave Regelingstype Karakte-

ristiek

1x

Constant toerental

II

2x

Constant toerental

I

3x

Verschildruk variabel ∆p-v

III

4x

Verschildruk variabel ∆p-v

II

5x

Verschildruk variabel ∆p-v

I

6x

Verschildruk constant ∆p-c

III

7x

Verschildruk constant ∆p-c

II

8x

Verschildruk constant ∆p-c

I

*9x

Constant toerental

III

(*) Met de 9e knopdruk is de basisinstelling (constant-toerental/

karakteristiek III) weer bereikt.

II

III

I

H/m

Q/m³/ h

III

I

II

H/m

Q/m³/ h

I

III

II

H/m

Q/m³/

h

sec3

min10

INSTALLATIE

Buitendienststelling

www.stiebel-eltron.com HSBC | 107

NEDERLANDS

13.4 Overdracht van het toestel

 Leg aan de gebruiker de werking van het toestel uit en maak

hem vertrouwd met het gebruik ervan.

 Wijs de gebruiker op mogelijk gevaar.

 Overhandig deze handleiding.

14. Buitendienststelling

!

Materiële schade

Houd rekening met de temperatuurgrenzen en het mi-

nimale circulatievolume aan de warmteafgiftezijde (zie

hoofdstuk "Technische gegevens/gegevenstabel").

!

Materiële schade

Tap bij een volledig uitgeschakelde warmtepomp en in

geval van vorstgevaar de installatie af (zie hoofdstuk "On-

derhoud/SWW-boiler aftappen").

 Wanneer de installatie buiten werking wordt gesteld, zet de

warmtepompmanager dan op stand-by, zodat de veiligheids-

functies ter bescherming van de installatie (bijv. vorstbe-

scherming) actief blijven.

15. Onderhoud

WAARSCHUWING elektrische schok

Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitin-

gen en montage uit conform de voorschriften.

WAARSCHUWING elektrische schok

Koppel alle polen van het toestel los van de netspanning

voordat u met de werken begint.

Buffervat aftappen

D0000055788

 Tap het buffervat af via de aftapkraan.

SWW-boiler aftappen

VOORZICHTIG verbranding

Tijdens het aftappen kan er heet water uit het toestel

lopen.

 Sluit de afsluitklep in de koudwateraanvoerleiding.

 open de warmwaterklep van alle aftappunten.

D0000055604

 Tap de boiler voor warm drinkwater af via de aftapkraan.

Boiler warm drinkwater reinigen en ontkalken

!

Materiële schade

Gebruik geen ontkalkingspomp en geen ontkalkingsmid-

delen om de boiler te reinigen.

 Reinig het toestel via de revisieﬂens.

Zie voor het aanzetkoppel van de ﬂensschroeven het hoofdstuk

"Technische gegevens/ Afmetingen en aansluitingen".

Signaalanode vervangen

 Vervang de signaalanode als deze is versleten.

INSTALLATIE

Technische gegevens

108 | HSBC www.stiebel-eltron.com

16. Technische gegevens

16.1 Afmetingen en aansluitingen

16.1.1 HSBC 200 | HSBC 200 S

1844

10-20

1908

871

94

680

340

170

340

425

510

595

85

577

662

1160

1328

c10

d01

c01

e02

d02

c06

e01

b01

c12

177

1360

D0000055503

HSBC 200 HSBC 200 S

b01 Doorvoer elektr. kabels

c01 Koudwatertoevoer Diameter mm 22 22

c06 Warmwateruitloop Diameter mm 22 22

c10 Circulatie Buitenschroefdraad G 1/2 G 1/2

c12 Veiligheidsventiel afvoer Diameter mm 22 22

d01 WP-aanvoer Diameter mm 28 28

d02 WP-retour Diameter mm 28 28

e01 Verwarming aanvoer Diameter mm 22 22

e02 Verwarming retour Diameter mm 22 22

INSTALLATIE

Technische gegevens

www.stiebel-eltron.com HSBC | 109

NEDERLANDS

Overige afmetingen en aansluitingen

h08

h53

h16

i01

i18

D0000060246

HSBC 200 HSBC 200 S

h08 Sensor WP-koelen

optioneel

Diameter mm 9,5 9,5

h16 Warmwatersensor Diameter mm 9,5 9,5

h53 Sensor verwarming Diameter mm 9,5 9,5

i01 Flens

Diameter mm 140 140

Steekcirkeldiameter mm 120 120

Schroeven M 10 M 10

Aanzetkoppel Nm 55 55

i18 Veiligheidsanode Binnendraad G 1 1/4 G 1 1/4

16.1.2 Toebehoren HSBC-HKM

622

1908

85

170

e31

e30

c

1

10-20

D0000056347

HSBC-HKM

e30 Aanvoer verw. gemengd Diameter mm 22

e31 Retour verw. gemengd Diameter mm 22

INSTALLATIE

Technische gegevens

110 | HSBC www.stiebel-eltron.com

16.2 Elektriciteitsschema HSBC 200

X2.2X2.3X2.4X2.5X2.6X2.7

X2.8X2.9X2.10X2.11X2.12X2.13

X2.14

X2.15

X1.1

CAN A

X1.19

CAN A

X1.18

CAN B

X1.17 X1.16 X1.15 X1.14 X1.13 X1.12 X1.2

CAN B

X1.3X1.4X1.5X1.6X1.7X1.8X1.9X1.10X1.11

X2.1

XD02

DHC (MFG)

L3 L2

L1

1

3

4

12 22 32

11 3121

BT55

<T

AA07

KF20

KF21

KF22

1

3

1

3

1

EB01

MFG

X59

1

2N 3

2

5

N

MA15

BP10

BF01

M

1~

M

1~

PWM

GND

3

2

1

4

p

OUT

+5V

GND

Hz

T2

T1

+5V

OUT

GND

PT 1000

AA07

(MFG)

X71 X72X70X69X68

X67X66

X65X63X62X61X60

KF20KF21KF22

H L

X64

BT02

BT01

BT06

BT20

MA14

ws (PWM)

br (GND)

L

MA10

M

1~

N

L

M

1~

N

4321 4321

32121

4321

1

2

3 4

5

6

1

2

3 4

5

6

321

1

2

1 2 3 4 51 2 3 4 5

1

2

1

2

1

2

Netz

XD01.1

2

N

2

3

4

L1

1

X27

AA06

4

3

2

1

1 = H

2 = L

3 =

4 = +12V

L’

2

L

1

EVU

+

-

L

H

+

-

L

H

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

3

+

IN

T

+

IN

T

1

2

1

2

+

-

L

H

+

-

L

H

L

N

PE

L‘

L*

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

N

PE





N

PE





T

+

AA01 (WPM)

XD01.2

XE03

AA01 Laagspanning (Warmtepompmanager WPM)

AA06 Bedieningseenheid

AA07 Elektronische bijverwarming MFG

EB01 Bijverwarming MFG (n.a. bij HSBB/HSBC 200 S BE)

BF01 Debiet en temperatuur verwarmingscircuit

BP10 Druksensor verwarmingscircuit

BT01 Temperatuursensor WP-aanvoer

BT02 Temperatuursensor WP-retour

BT06 Temperatuursensor WP buffervat (n.a. bij HSBB en TSBB eco)

BT20 Temperatuursensor WW-boiler

BT55 VTB MFG (handmatig terugschakelend)

MA10 Motor pomp verwarmingscircuit (n.a. bij HSBB en TSBB eco)

MA14 Motor bufferlaadpomp (PWM/1-10V)

MA15 Motor omschakelventiel verwarming-WW

KF20 Relais bijverwarming MFG

KF21 Relais bijverwarming MFG

KF22 Relais bijverwarming MFG

XD01.1 Aansluitklem elektriciteitsnet

XD01.2 Aansluitklemmen contact energiemaatschappij

XD02 Aansluitklem MFG-net

XD04.2 Aansluitklem externe laagspanning

XD05 Aansluitklem BUS

XD11 Aansluitklem sturing

XD20 Klem hoofdaansluiting intern

XE03 Aardingsklem sturing

AA01-X1.1 Stekker CAN A (aansluiting WP)

AA01-X1.2 Stekker CAN B (aansluiting FET/ ISG)

AA01-X1.3 Stekker buitentemperatuursensor

Pagina laadt ...

INSTALLATIE

Technische gegevens

112 | HSBC www.stiebel-eltron.com

16.3 Elektriciteitsschema HSBC 200 S

X2.2X2.3X2.4X2.5X2.6X2.7

X2.8X2.9X2.10X2.11X2.12X2.13

X2.14

X2.15

X1.1

CAN A

X1.19

CAN A

X1.18

CAN B

X1.17 X1.16 X1.15 X1.14 X1.13 X1.12 X1.2

CAN B

X1.3X1.4X1.5X1.6X1.7X1.8X1.9X1.10X1.11

X2.1

XD02

L N

L

1

3

4

22 12

1121

BT55

<T

AA07

KF22

KF21

KF20

1

3

1

3

1

EB01

MFG

X59

L

LN N

2

5

N

MA15

BP10

BF01

M

1~

M

1~

PWM

GND

3

2

1

4

p

OUT

+5V

GND

Hz

T2

T1

+5V

OUT

GND

PT 1000

AA07

(MFG)

X71 X72X70X69X68

X67X66

X65X63X62X61X60

KF20KF21KF22

H L

X64

BT02

BT01

BT06

BT20

MA14

ws (PWM)

br (GND)

L

MA10

M

1~

N

L

M

1~

N

4321 4321

32121

4321

1

2

3 4

5

6

1

2

3 4

5

6

321

1

2

1 2 3 4 51 2 3 4 5

1

2

1

2

1

2

XD01.1

2

N

2

3

4

L1

1

X27

AA06

4

3

2

1

1 = H

2 = L

3 =

4 = +12V

L’

2

L

1

+

-

L

H

+

-

L

H

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

3

+

IN

T

+

IN

T

1

2

1

2

+

-

L

H

+

-

L

H

L

N

PE

L‘

L*

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

L

N

PE

N

PE





N

PE





T

+

AA01 (WPM)

XD01.2

XE03

AA01 Laagspanning (Warmtepompmanager WPM)

AA06 Bedieningseenheid

AA07 Elektronische bijverwarming MFG

EB01 Bijverwarming MFG (n.a. bij HSBB/HSBC 200 S BE)

BF01 Debiet en temperatuur verwarmingscircuit

BP10 Druksensor verwarmingscircuit

BT01 Temperatuursensor WP-aanvoer

BT02 Temperatuursensor WP-retour

BT06 Temperatuursensor WP buffervat (n.a. bij HSBB en TSBB eco)

BT20 Temperatuursensor WW-boiler

BT55 VTB MFG (handmatig terugschakelend)

MA10 Motor pomp verwarmingscircuit (n.a. bij HSBB en TSBB eco)

MA14 Motor bufferlaadpomp (PWM/1-10V)

MA15 Motor omschakelventiel verwarming-WW

KF20 Relais bijverwarming MFG

KF21 Relais bijverwarming MFG

KF22 Relais bijverwarming MFG

XD01.1 Aansluitklem elektriciteitsnet

XD01.2 Aansluitklemmen contact energiemaatschappij

XD02 Aansluitklem MFG-net

XD04.2 Aansluitklem externe laagspanning

XD05 Aansluitklem BUS

XD11 Aansluitklem sturing

XD20 Klem hoofdaansluiting intern

XE03 Aardingsklem sturing

AA01-X1.1 Stekker CAN A (aansluiting WP)

AA01-X1.2 Stekker CAN B (aansluiting FET/ ISG)

AA01-X1.3 Stekker buitentemperatuursensor

Pagina laadt ...

INSTALLATIE

Technische gegevens

114 | HSBC www.stiebel-eltron.com

16.4 Gegevens over het energieverbruik

Productgegevensblad: Warmwaterboiler volgens verordening (EU) nr. 812/2013

HSBC 200 HSBC 200 S

233510 234801

Fabrikant STIEBEL ELTRON STIEBEL ELTRON

Modelidentificatie van de leverancier HSBC 200 HSBC 200 S

Energieklasse B B

Warmhoudverliezen W 55 55

Boilervolume l 189 189

16.5 Gegevenstabel

HSBC 200 HSBC 200 S

233510 234801

Hydraulische gegevens

Nominale inhoud warmwaterboiler voor tapwater l 168 168

Nominale inhoud bufferreservoir l 100 100

Oppervlakte warmtewisselaar m² 3,3 3,3

Inhoud warmtewisselaar l 21 21

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 1,0 m³/h hPa 656 656

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 1,5 m³/h hPa 527 527

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 2,0 m³/h hPa 210 210

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 1,0 m³/h hPa 725 725

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 1,5 m³/h hPa 663 663

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 2,0 m³/h hPa 444 444

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 1,0 m³/h hPa 665 665

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 1,5 m³/h hPa 518 518

Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 2,0 m³/h hPa 189 189

Werkingsgebied

Max. toegelaten druk warmwaterboiler voor tapwater MPa 1,0 1,0

Testdruk tapwaterboiler MPa 1,5 1,5

Max. doorstroomvolume l/min 25 25

Max. toegelaten druk bufferreservoir MPa 0,3 0,3

Testdruk buffervat MPa 0,45 0,45

Max. toegelaten temperatuur °C 95 95

Max. toegelaten temperatuur aan primaire zijde °C 75 75

Eisen waterkwaliteit

Waterhardheid °dH ≤3 ≤3

pH-waarde 8,0-8,5 8,0-8,5

Zuurstof (ontzouten) 8,0-10,0 8,0-10,0

Geleidbaarheid (ontharden) μS/cm <1000 <1000

Geleiding (ontzouten) μS/cm 20-100 20-100

Chloride (ontharden) mg/l <30 <30

Zuurstof 8-12 weken na vulling (ontharden) mg/l <0,02 <0,02

Zuurstof 8-12 weken na vulling (ontzouten) mg/l <0,1 <0,1

Verbruik

Verbruik nood-/bijverwarming kW 8,8 5,9

Verbruik laadpomp max. W 60 60

max. verbruik circulatiepomp verwarmingszijde W 60 60

Energiegegevens

Energieverbruik in stand-by/24 u bij 65 °C kWh 1,3 1,3

Energieklasse B B

Elektrische gegevens

Nominale spanning sturing V 230 230

Fasen sturing 1/N/PE 1/N/PE

Beveiliging sturing A 1 x B 16 1 x B 16

Nominale spanning nood-/bijverwarming V 400 230

Fasen nood-/bijverwarming 3/N/PE 2/N/PE

Beveiliging bijkomende verwarming A 3 x B 16 2 x B 16

Frequentie Hz 50 50

Uitvoeringen

Beschermingsgraad (IP) IP20 IP20

INSTALLATIE

Technische gegevens

www.stiebel-eltron.com HSBC | 115

NEDERLANDS

HSBC 200 HSBC 200 S

Afmetingen

Hoogte mm 1908 1908

Breedte mm 680 680

Diepte mm 871 871

Kantelmaat mm 2107 2107

Gewichten

Gewicht gevuld kg 471 471

Gewicht leeg kg 203 203

Overige gegevens

HSBC 200 HSBC 200 S

233510 234801

Maximale opstelhoogte m 2000 2000

Garantie

Voor toestellen die buiten Duitsland zijn gekocht, gelden de

garantievoorwaarden van onze Duitse ondernemingen niet.

Bovendien kan in landen waar één van onze dochtermaat-

schappijen verantwoordelijk is voor de verkoop van onze

producten, alleen garantie worden verleend door deze doch-

termaatschappij. Een dergelijk garantie wordt alleen verstrekt,

wanneer de dochtermaatschappij eigen garantievoorwaarden

heeft gepubliceerd. In andere situaties wordt er geen garantie

verleend.

Voor toestellen die in landen worden gekocht waar wij geen

dochtermaatschappijen hebben die onze producten verkopen,

verlenen wij geen garantie. Een eventueel door de importeur

verzekerde garantie blijft onverminderd van kracht.

Milieu en recycling

Wij verzoeken u ons te helpen ons milieu te beschermen. Doe

de materialen na het gebruik weg overeenkomstig de natio-

nale voorschriften.

GARANTIE | MILIEU EN RECYCLING

Pagina laadt ...

Deutschland

STIEBEL ELTRON GmbH & Co. KG

Dr.-Stiebel-Straße 33 | 37603 Holzminden

Tel. 05531 702-0 | Fax 05531 702-480

info@stiebel-eltron.de

www.stiebel-eltron.de

Verkauf Tel. 05531 702-110 | Fax 05531 702-95108 | info-center@stiebel-eltron.de

Kundendienst Tel. 05531 702-111 | Fax 05531 702-95890 | kundendienst@stiebel-eltron.de

Ersatzteilverkauf Tel. 05531 702-120 | Fax 05531 702-95335 | ersatzteile@stiebel-eltron.de

Irrtum und technische Änderungen vorbehalten! | Subject to errors and technical changes! | Sous réserve

d‘erreurs et de modifications techniques! | Onder voorbehoud van vergissingen en technische wijzigingen!|

Salvo error o modificación técnica! | Excepto erro ou alteração técnica | Zastrzeżone zmiany techniczne i

ewentualne błędy | Omyly a technické změny jsou vyhrazeny! | A muszaki változtatások és tévedések jogát

fenntartjuk! | Отсутствие ошибок не гарантируется. Возможны технические изменения. | Chyby a

technické zmeny sú vyhradené! Stand 9375

Australia

STIEBEL ELTRON Australia Pty. Ltd.

6 Prohasky Street | Port Melbourne VIC 3207

Tel. 03 9645-1833 | Fax 03 9645-4366

info@stiebel.com.au

www.stiebel.com.au

Austria

STIEBEL ELTRON Ges.m.b.H.

Gewerbegebiet Neubau-Nord

Margaritenstraße 4 A | 4063 Hörsching

Tel. 07221 74600-0 | Fax 07221 74600-42

info@stiebel-eltron.at

www.stiebel-eltron.at

Belgium

STIEBEL ELTRON bvba/sprl

't Hofveld 6 - D1 | 1702 Groot-Bijgaarden

Tel. 02 42322-22 | Fax 02 42322-12

info@stiebel-eltron.be

www.stiebel-eltron.be

China

STIEBEL ELTRON (Tianjin) Electric Appliance

Co., Ltd.

Plant C3, XEDA International Industry City

Xiqing Economic Development Area

300085 Tianjin

Tel. 022 8396 2077 | Fax 022 8396 2075

info@stiebeleltron.cn

www.stiebeleltron.cn

Czech Republic

STIEBEL ELTRON spol. s r.o.

K Hájům 946 | 155 00 Praha 5 - Stodůlky

Tel. 251116-111 | Fax 235512-122

info@stiebel-eltron.cz

www.stiebel-eltron.cz

Finland

STIEBEL ELTRON OY

Kapinakuja 1 | 04600 Mäntsälä

Tel. 020 720-9988

info@stiebel-eltron.fi

www.stiebel-eltron.fi

France

STIEBEL ELTRON SAS

7-9, rue des Selliers

B.P 85107 | 57073 Metz-Cédex 3

Tel. 0387 7438-88 | Fax 0387 7468-26

info@stiebel-eltron.fr

www.stiebel-eltron.fr

Hungary

STIEBEL ELTRON Kft.

Gyár u. 2 | 2040 Budaörs

Tel. 01 250-6055 | Fax 01 368-8097

info@stiebel-eltron.hu

www.stiebel-eltron.hu

Japan

NIHON STIEBEL Co. Ltd.

Kowa Kawasaki Nishiguchi Building 8F

66-2 Horikawa-Cho

Saiwai-Ku | 212-0013 Kawasaki

Tel. 044 540-3200 | Fax 044 540-3210

info@nihonstiebel.co.jp

www.nihonstiebel.co.jp

Netherlands

STIEBEL ELTRON Nederland B.V.

Daviottenweg 36 | 5222 BH 's-Hertogenbosch

Tel. 073 623-0000 | Fax 073 623-1141

info@stiebel-eltron.nl

www.stiebel-eltron.nl

Poland

STIEBEL ELTRON Polska Sp. z O.O.

ul. Działkowa 2 | 02-234 Warszawa

Tel. 022 60920-30 | Fax 022 60920-29

biuro@stiebel-eltron.pl

www.stiebel-eltron.pl

Russia

STIEBEL ELTRON LLC RUSSIA

Urzhumskaya street 4,

building 2 | 129343 Moscow

Tel. 0495 7753889 | Fax 0495 7753887

info@stiebel-eltron.ru

www.stiebel-eltron.ru

Slovakia

TATRAMAT - ohrievače vody s.r.o.

Hlavná 1 | 058 01 Poprad

Tel. 052 7127-125 | Fax 052 7127-148

info@stiebel-eltron.sk

www.stiebel-eltron.sk

Switzerland

STIEBEL ELTRON AG

Industrie West

Gass 8 | 5242 Lupfig

Tel. 056 4640-500 | Fax 056 4640-501

info@stiebel-eltron.ch

www.stiebel-eltron.ch

Thailand

STIEBEL ELTRON Asia Ltd.

469 Moo 2 Tambol Klong-Jik

Amphur Bangpa-In | 13160 Ayutthaya

Tel. 035 220088 | Fax 035 221188

info@stiebeleltronasia.com

www.stiebeleltronasia.com

United Kingdom and Ireland

STIEBEL ELTRON UK Ltd.

Unit 12 Stadium Court

Stadium Road | CH62 3RP Bromborough

Tel. 0151 346-2300 | Fax 0151 334-2913

info@stiebel-eltron.co.uk

www.stiebel-eltron.co.uk

United States of America

STIEBEL ELTRON, Inc.

17 West Street | 01088 West Hatfield MA

Tel. 0413 247-3380 | Fax 0413 247-3369

info@stiebel-eltron-usa.com

www.stiebel-eltron-usa.com

A 319204-41139-9437

4<AMHCMO=bjcaeg>

Documenttranscriptie

INHOUD | Bijzondere info BIJZONDERE INFO BEDIENING 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 Algemene aanwijzingen�� 89 Geldende documenten�� 89 Veiligheidsaanwijzingen�� 89 Andere aandachtspunten in deze documentatie�� 89 Instructies op het toestel�� 89 Maateenheden�� 89 2. 2.1 2.2 2.3 Veiligheid�� 90 Reglementair gebruik�� 90 Algemene veiligheidsaanwijzingen�� 90 Keurmerk�� 90 3. Toestelcompatibiliteit�� 90 4. Toestelbeschrijving�� 90 5. Instellingen�� 91 6. Reiniging en onderhoud�� 91 7. Problemen verhelpen�� 91 INSTALLATIE 8. 8.1 8.2 Veiligheid�� 92 Algemene veiligheidsaanwijzingen�� 92 Voorschriften, normen en bepalingen�� 92 9. 9.1 9.2 Toestelbeschrijving�� 92 Inhoud van het pakket�� 92 Toebehoren�� 92 10. 10.1 10.2 Voorbereidingen�� 92 Montageplaats�� 92 Transport en oplevering�� 93 11. 11.1 11.2 11.3 11.4 11.5 Montage�� 96 Het toestel plaatsen�� 96 Aansluiting verwarmingswater en veiligheidsventiel�� 96 Aansluiting sanitair warm water en veiligheidsgroep�� 98 Installatie vullen�� 99 Toestel ontluchten�� 100 12. 12.1 12.2 12.3 Elektrische aansluiting�� 100 Elektrische nood-/bijverwarming en stuurspanning��101 Sensormontage��103 Afstandsbediening�� 104 13. 13.1 13.2 13.3 13.4 Ingebruikname�� 104 Controles voor ingebruikname van de warmtepompmanager�� 104 Ingebruikname van de warmtepompmanager��105 Circulatiepompen Wilo-Para .../Sc��106 Overdracht van het toestel��107 14. Buitendienststelling�� 107 15. Onderhoud�� 107 16. 16.1 16.2 16.3 16.4 16.5 Technische gegevens�� 108 Afmetingen en aansluitingen��108 Elektriciteitsschema HSBC 200��110 Elektriciteitsschema HSBC 200 S��112 Gegevens over het energieverbruik��114 Gegevenstabel��114 BIJZONDERE INFO -- Het toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar, alsook door personen met fysieke, zintuiglijke of geestelijke beperkingen of met een gebrek aan ervaring en kennis gebruikt worden op voorwaarde dat er iemand toezicht houdt of dat ze getraind zijn in hoe ze het toestel veilig moeten gebruiken alsook over de gevaren die hiermee gepaard gaan. Kinderen mogen niet met het toestel spelen. Kinderen mogen zonder toezicht geen reiniging of gebruikersonderhoud uitvoeren. -- Aansluiting op het stroomnet is alleen als vaste aansluiting toegestaan. Het toestel moet op alle polen met een afstand van minstens 3 mm van de aansluiting van het net kunnen worden losgekoppeld. -- Neem alle nationale en regionale voorschriften en bepalingen in acht. -- Neem de minimumafstanden in acht (zie hoofdstuk "Installatie/voorbereidingen/ montageplaats"). -- Installatie, ingebruikname, onderhoud en reparatie van het toestel mogen alleen door een gekwalificeerde installateur uitgevoerd worden. Warmwaterboiler -- Tap het toestel af zoals beschreven in hoofdstuk "Installatie/Onderhoud/Warmwaterboiler aftappen". -- Neem de maximaal toegelaten druk in acht (zie hoofdstuk "Installatie/Technische gegevens/ Gegevenstabel"). -- Het toestel staat onder druk. Tijdens verwarming druppelt expansiewater uit het veiligheidsventiel. -- Stel het veiligheidsventiel regelmatig in werking, zodat het niet gaat blokkeren door bijv. kalkafzettingen. -- De uitloopopening van het veiligheidsventiel moet geopend blijven naar de atmosfeer. GARANTIE | MILIEU EN RECYCLING 88 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Bediening Algemene aanwijzingen 1. 1.3 Info Algemene aanwijzingen worden aangeduid met het hiernaast afgebeelde symbool. ff Lees de aanwijzingen grondig door. Algemene aanwijzingen De hoofdstukken "Bijzondere aanwijzingen" en "Bediening" zijn bedoeld voor de gebruiker van het toestel en de installateur. Het hoofdstuk "Installatie" is bedoeld voor de installateur. Info Lees voor gebruik deze handleiding zorgvuldig door en bewaar deze. Overhandig de handleiding zo nodig aan een volgende gebruiker. 1.1 1.2 Symbool ! ff Dit symbool geeft aan dat u iets moet doen. De vereiste handelingen worden stap voor stap beschreven.  Deze symbolen geven het niveau van het softwaremenu aan (in dit voorbeeld het 3e niveau). 1.4 Symbool Veiligheidsaanwijzingen Rode pijl: warm Blauwe pijl: Koud Groene pijl: neutraal Rode pijl: warm Blauwe pijl: Koud Groene pijl: neutraal Sanitair warm water Circulatie 1.2.2 Symbolen, soort gevaar ! Betekenis Toevoer / Ingang Uitloop / Uitgang TREFWOORD soort gevaar Hier staan mogelijke gevolgen wanneer de veiligheidsvoorschriften worden genegeerd. ff Hier staan maatregelen om gevaren te voorkomen. Symbool Instructies op het toestel Aansluitingen 1.2.1 Structuur veiligheidsaanwijzingen ! Betekenis Materiële schade (toestel-, indirecte-, milieuschade) Het toestel afdanken Geldende documenten Bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepompmanager WPM Bedienings- en installatiehandleiding van de aangesloten warmtepomp Bedienings- en installatiehandleiding van alle overige componenten die bij de installatie horen Andere aandachtspunten in deze documentatie Warmtepomp Soort gevaar Letsel Verwarming Elektrische schok Verbranding (Verbranding, verschroeiing) 1.2.3 Trefwoorden 1.5 Maateenheden Info Tenzij anders vermeld, worden alle afmetingen in millimeter aangegeven. TREFWOORD GEVAAR Betekenis Aanwijzingen die leiden tot zwaar letsel of overlijden, wanneer deze niet in acht worden genomen. WAARSCHUWING Aanwijzingen die kunnen leiden tot zwaar letsel of overlijden, wanneer deze niet in acht worden genomen. VOORZICHTIG Aanwijzingen die kunnen leiden tot middelmatig zwaar of licht letsel, wanneer deze niet in acht worden genomen. www.stiebel-eltron.com HSBC | 89 NEDERLANDS BEDIENING Bediening Veiligheid 2. Veiligheid 4. 2.1 Reglementair gebruik Het bufferreservoir en de boiler voor drinkwater met warmtewisselaar zijn boven elkaar opgesteld en kunnen voor de oplevering van elkaar gescheiden worden. Het toestel is bestemd voor het verwarmen en koelen (oppervlaktekoeling 18 °C/23 °C) van ruimten en voor de SWW-productie. Het toestel is bestemd voor gebruik in een huishoudelijke omgeving. Het kan op een veilige manier bediend worden door ongeschoolde personen. Het toestel kan ook buiten het huishouden gebruikt worden, bijv. in een klein bedrijf, voor zover het op dezelfde wijze gebruikt wordt. Elk ander gebruik of toepassing die verder gaat dan wat hier wordt omschreven, geldt als onreglementair. Onder reglementair gebruik valt ook het in acht nemen van deze handleiding evenals de handleidingen voor het gebruikte toebehoren. 2.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING verbranding Bij uitlooptemperaturen van meer dan 43 °C bestaat gevaar voor brandwonden. ! ! WAARSCHUWING Letsel Het toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar, alsook door personen met fysieke, zintuiglijke of geestelijke beperkingen of met een gebrek aan ervaring en kennis gebruikt worden op voorwaarde dat er iemand toezicht houdt of dat ze getraind zijn in hoe ze het toestel veilig moeten gebruiken alsook over de gevaren die hiermee gepaard gaan. Kinderen mogen niet met het toestel spelen. Kinderen mogen zonder toezicht geen reiniging of gebruikersonderhoud uitvoeren. WAARSCHUWING Letsel Gebruik het toestel om veiligheidsredenen alleen met de gesloten frontbekleding. Info De SWW-boiler staat onder voedingsdruk. Tijdens verwarming druppelt expansiewater uit het veiligheidsventiel. ff Waarschuw uw installateur als er na het verwarmen nog water uitdruppelt. 2.3 Keurmerk Zie het typeplaatje op het toestel. 3. Toestelcompatibiliteit U kunt het toestel in combinatie met de volgende lucht-waterwarmtepompen gebruiken: -- WPL 13 E -- WPL 10 AC (S) -- WPL 15-25 AC (S), WPL 15-25 A (S) -- WPL 19/24 IK -- WPL 07-17 ACS classic -- HPA-O 7-13 (C/S/CS) Premium Toestelbeschrijving Het toestel is ingeschuimd in de kunststof mantel en uitgerust met een afneembare frontbekleding. Het toestel wordt hydraulisch en technisch verbonden met de warmtepomp. Alle hydraulische aansluitingen zijn naar boven uitgevoerd. Naast de boiler voor drinkwater en het bufferreservoir zijn andere systeemcomponenten geïntegreerd: -- Warmtepompmanager -- Boilerlaadpomp -- uiterst efficiënte circulatiepomp voor een ongemengd verwarmingscircuit -- Multifunctionele groep met veiligheidsventiel en driewegomschakelklep -- Nood-/bijverwarming voor de mono-energetische werking Warmwaterboiler De stalen boiler is aan de binnenkant voorzien van speciaal direct email en een veiligheidsanode. De anode met verbruiksindicator beschermt de binnenkant van het reservoir tegen corrosie. Het door de warmtepomp opgewarmde cv-water wordt via een warmtewisselaar naar de SWW-boiler gepompt. De warmtewisselaar geeft de opgenomen warmte daarbij af aan het drinkwater. De geïntegreerde warmtepompmanager regelt de opwarming van het drinkwater op de gewenste temperatuur. Buffervat Het stalen vat is bestemd voor de hydraulische ontkoppeling van de debieten van warmtepomp en verwarmingscircuit. Het door de warmtepomp opgewarmde cv-water wordt door de boilerlaadpomp naar het buffervat getransporteerd. Bij aanvraag wordt het cv-water met de geïntegreerde circulatiepomp van het verwarmingscircuit naar het verwarmingscircuit aangevoerd. Warmtepompmanager (WPM) De installatie wordt geregeld via de geïntegreerde warmtepompmanager. De warmtepompmanager is geschikt voor de regeling van een direct verwarmingscircuit en een mengcircuit. U kunt de tijden en temperaturen voor de verwarmingsfunctie en de opwarming van het sanitair warm water instellen. Als toebehoren zijn afstandsbedieningen voor de regeling van het directe verwarmingscircuit en het mengklepcircuit beschikbaar. Gedetailleerde informatie vindt u in de meegeleverde bedieningsen installatiehandleiding van de warmtepompmanager WPM. Multifunctionele groep (MFG) De multifunctionele groep schakelt tussen verwarmingscircuit en SWW-productie. 90 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Bediening Instellingen 5. Instellingen ! Verbruiksindicator signaalanode ! Materiële schade Als de stroomvoorziening wordt onderbroken, is de actieve vorstbescherming van de installatie niet meer gegarandeerd. ff Onderbreek de stroomvoorziening ook buiten de verwarmingsperiode niet. Materiële schade Wanneer de kleur van de verbruiksindicator is gewijzigd van wit naar rood, moet de signaalanode door een installateur worden gecontroleerd en evt. worden vervangen. 1 2 D0000055608 De installatie wordt geregeld via de geïntegreerde warmtepompmanager. Houd rekening met de bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepompmanager. 1 wit = anode ok 2 rood = controle door installateur vereist Kalkaanslag OK D0000064711 MENU 6. Reiniging en onderhoud ff Laat de elektrische veiligheid van het toestel en de werking van de veiligheidsgroep periodiek controleren door een installateur. ff Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen met oplosmiddelen. Een vochtige doek volstaat om het toestel te onderhouden en te reinigen. Bijna al het water geeft kalk af bij hoge temperaturen. De kalk slaat neer in het toestel en beïnvloedt de werking en de levensduur van het toestel. De installateur, die op de hoogte is van de plaatselijke waterkwaliteit, kan u meedelen wanneer het volgende onderhoud uitgevoerd moet worden. ff Controleer periodiek de kranen. Verwijder kalk op de kraanuitlopen met in de handel verkrijgbare ontkalkingsmiddelen. ff Stel het veiligheidsventiel regelmatig in werking, zodat het niet gaat blokkeren door bijv. kalkafzettingen. 7. Problemen verhelpen Probleem Het water wordt niet warm. De verwarming werkt niet. Oorzaak Er is geen spanning. Oplossing Controleer de zekeringen van de huisinstallatie. Waarschuw de installateur als u de oorzaak zelf niet kunt verhelpen. Houd het nummer op het typeplaatje (000000-0000-000000) bij de hand voor een betere en snellere afhandeling. Made in Germany www.stiebel-eltron.com D0000056320 No.: 000000-0000-000000 HSBC | 91 NEDERLANDS Info De warmtepompmanager beschikt over een automatische zomer-winteromschakeling, zodat u de installatie tijdens de zomer ingeschakeld kunt laten. Installatie Veiligheid INSTALLATIE 10. Voorbereidingen 10.1 Montageplaats Veiligheid Installatie, ingebruikname, onderhoud en reparatie van het toestel mogen alleen door een gekwalificeerde installateur uitgevoerd worden. 8.1 Algemene veiligheidsaanwijzingen Wij waarborgen de goede werking en de bedrijfszekerheid uitsluitend bij gebruik van originele onderdelen en vervangingsonderdelen voor het toestel. 8.2 Voorschriften, normen en bepalingen Info Neem alle nationale en regionale voorschriften en bepalingen in acht. 9. Toestelbeschrijving 9.1 Inhoud van het pakket Bij het toestel wordt het volgende geleverd: -- Bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepompmanager WPM -- Buitentemperatuursensor AF PT -- 4 verstelbare voeten -- Afvoerslang 9.2 ! Materiële schade Plaats het toestel niet in een vochtige ruimte. Monteer het toestel in een vorstvrije en droge ruimte in de buurt van het aftappunt. Houd de afstand tussen het toestel en de warmtepomp beperkt om leidingverliezen te beperken. Zorg ervoor dat de vloer voldoende draagvermogen heeft en goed genivelleerd is (voor het gewicht, zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel"). De ruimte mag door stof, gassen of dampen geen gevaar voor explosies inhouden. Als u het toestel samen met andere verwarmingstoestellen in een stookruimte opstelt, moet verzekerd zijn dat de werking van de andere verwarmingstoestellen niet wordt beïnvloed. Minimumafstanden ≥400 8. ≥100 ≥500 ≥500 ≥100 Toebehoren Afhankelijk van de voedingsdruk zijn veiligheidsgroepen en reduceerventielen verkrijgbaar. Deze typegekeurde veiligheidsgroepen beschermen het toestel tegen een ontoelaatbare drukoverschrijding. ≥100 Noodzakelijke accessoires D0000055505 Overig toebehoren -- Pompmodule voor een gemengd verwarmingscircuit HSBC-HKM -- Afstandsbediening voor de verwarmingsfunctie -- Veiligheidstemperatuurbegrenzer STB-FB -- Drukslangen -- Onthardingsarmatuur HZEA ≥800 Noodzakelijk voor oppervlaktekoeling: -- Temperatuursensor PT1000 -- Afstandsbediening FET De minimale afstanden aan de zijkant kunnen naar rechts of links worden omgewisseld. 92 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Voorbereidingen 10.2 Transport en oplevering ! XE03 Materiële schade Bewaar en transporteer het toestel bij temperaturen van -20 °C tot +60 °C. D0000055519 NEDERLANDS Oplevering ff Draai de 4 schroeven op de wegwerppallet eruit. ff Kantel het toestel en schroef de bijgeleverde 4 verstelbare voeten in het toestel. ff Hef het toestel van de pallet. Gebruik de grijpuitsparingen aan de onder- en achterzijde van het toestel voor een beter houvast bij het transport. AA01-X1.18 D0000055620 Als smalle deuren of gangen de oplevering kunnen belemmeren, kunt u het bovenste van het onderste deel van het toestel scheiden, zoals in de volgende hoofdstukken is beschreven. ff Trek de stekker van de elektronische bedieningsmodule (AA01-X1.18) en de aarding (XE03)op de warmtepompmanager af. 10.2.1 Frontbekleding demonteren/monteren Frontbekleding demonteren Frontbekleding monteren Monteer de frontbekleding in omgekeerde volgorde. 10.2.2 Toestelonderdelen scheiden/samenvoegen D0000055874 D0000055619 Toestelonderdelen scheiden ff Verwijder de schroef boven in het midden van het toestel. ff Haak de frontbekleding er van bovenaf uit. ff Trek de “Sensor verwarming” op het buffervat eruit. www.stiebel-eltron.com HSBC | 93 D0000074030 D0000074034 Installatie Voorbereidingen ff Maak de sensorkabel uit de geleidingsgroef in het isolatie-element los. ff Maak de steekverbinding van de 4 hydraulische aansluitingen los. Trek daarvoor de veerklemmen met een schroevendraaier tot aan de aanslag eruit. ff Trek de hydraulische aansluitingen er naar voren uit. D0000074613 D0000055689 ff Maak de 4 schroeven los van de beugels vooraan op het toestel. ff Trek het bovenste toesteldeel naar voren. D0000074011 D0000074009 1 ff Verwijder de 4 hydraulische slangen en het isolatie-element. 1 Griprail ff Kantel het bovenste toesteldeel naar achteren. Gebruik de griprail voor een beter houvast. 94 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Voorbereidingen 1 streeplijn (perforatie in de plaat) ff Plaats het bovenste toesteldeel op de stippellijn op het onderste toesteldeel. NEDERLANDS ff Leg het bovenste toestelgedeelte op een ondergrond om beschadiging te voorkomen. D0000057300 D0000074010 1 Toestelonderdelen samenvoegen Voeg de toestelonderdelen in omgekeerde volgorde samen. 1 D0000074614 De positioneringshulpmiddelen en de markering door een stippellijn vergemakkelijken het opzetten en inschuiven van het bovenste toesteldeel in de geleidegroef op het onderste toesteldeel: 2 3 D0000055687 4 5 1 2 3 4 5 Griprail Geleidingsbout streeplijn (perforatie in de plaat) Geleidegroef Positioneringshulpmiddel www.stiebel-eltron.com ff Schuif het bovenste toesteldeel naar achter, totdat het afsluit met het onderste toesteldeel. Wanneer u de toesteldelen correct samenvoegt, wordt de eindpositie door de geleidegroef en de geleidingsbout aangegeven. ff Bevestig de beugels voor aan het toestel. ff Monteer het isolatie-element en de 4 hydraulische slangen. ff Monteer de steekverbinding van de 4 hydraulische aansluitingen. Let erop dat de veerklemmen vergrendelen. ff Steek de “Sensor verwarming” op het buffervat. ff Leg de sensorkabel in de geleidingsgroef in het isolatie-element die daarvoor is voorzien. HSBC | 95 Installatie Montage 11. Montage 11.1 Het toestel plaatsen ff Neem bij plaatsing de minimumafstanden in acht (zie hoofdstuk "Voorbereidingen / Montageplaats"). ff Oneffenheden van de vloer kunnen met de verstelbare voeten worden gecompenseerd. 11.2 Aansluiting verwarmingswater en veiligheidsventiel 11.2.1 Veiligheidsaanwijzingen ! Materiële schade De verwarmingsinstallatie waarop het toestel wordt aangesloten, moet door een installateur worden geïnstalleerd in overeenstemming met de waterinstallatieschema's in de planningsdocumenten. Drukslangen tegen geluidsoverdracht: Het toestel en de warmtepomp worden via buizen met verwarmingswater hydraulisch met elkaar verbonden. Om de overdracht van waterzijdige mechanische trillingen te verminderen moet het toestel met drukslangen worden aangesloten op de warmtepomp (niet vereist bij WPL 15-25 A). Drukverschil: Wanneer het beschikbare externe drukverschil wordt overschreden, kunnen drukverliezen in de verwarmingsinstallatie tot een verlaagd verwarmingsvermogen leiden. ff Let er bij het aanleggen van de buizen op dat het beschikbare externe drukverschil niet wordt overschreden (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel"). ff Let bij de berekening van de drukverliezen op de aanvoer- en retourleidingen en het drukverlies van de warmtepomp. De drukverliezen moeten door het beschikbare drukverschil gedekt worden. 11.2.2 Monteer evt. toebehoren van de pompmodule ! Materiële schade Wanneer bijkomende afsluitkleppen ingebouwd worden, dient u een bijkomend veiligheidsventiel toegankelijk aan te brengen op de warmtegenerator of in de onmiddellijke nabijheid ervan in de aanvoerleiding. Tussen de warmtegenerator en het veiligheidsventiel mag geen afsluitklep gemonteerd zijn. Zuurstofdiffusie ! Voor uitbreiding met een gemengd verwarmingscircuit kunt u als de toebehoren verkrijgbare pompmodule HSBC-HKM monteren. -- aansluitbuizen -- voorgemonteerde aanlegtemperatuurregelaar -- Circulatiepomp verwarmingscircuit -- 3-weg mengklep met servomotor -- 2 kunststof borgschijven -- Bedienings- en installatiehandleiding van de circulatiepomp van het verwarmingscircuit Materiële schade Vermijd open verwarmingsinstallaties en vloerverwarmingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunststofleidingen. Bij vloerverwarmingen met niet-zuurstofdiffusiedichte kunststofleidingen of open verwarmingsinstallaties kan door zuurstofdiffusie corrosie optreden aan de stalen delen (bijv. aan de warmtewisselaar van de warmwaterboiler, aan buffervaten, stalen verwarmingselementen of stalen buizen). Materiële schade De corrosieproducten (bijv. roestslib) kunnen in de componenten van de verwarmingsinstallatie neerslaan en door vernauwing van de doorsnede vermogensverlies of storingsuitschakelingen veroorzaken. Voedingsleidingen ff Afhankelijk van de uitvoering van de verwarmingsinstallatie (drukverliezen) kan de maximaal toegelaten leidinglengte tussen het toestel en de warmtepomp variëren. Als richtwaarde moet worden uitgegaan van een maximale leidinglengte van 10 m en een leidingdiameter van 22-28 mm. ff Bescherm de aanvoer- en retourleiding tegen vorst door ze voldoende te isoleren. ff Bescherm alle voedingsleidingen door een mantelbuis tegen vocht, schade en UV-straling. ff Sluit de hydraulische aansluitingen met een vlakke afdichting aan. D0000081487 ! ff Verwijder de EPS-vormstukken aan de HSBC-zijde. ff Verwijder de wartelmoeren op de aansluiting “Retour verw. gemengd”. 96 | HSBCwww.stiebel-eltron.com D0000081797 Installatie Montage ff Verwijder het T-stuk op de aansluiting “Aanvoer verw. gemengd” van het bufferreservoir. 1 D0000081489 80 Nm +/- 5 ff Plaats de EPS-vormstukken aan de HSBC-zijde. Neem de instellingen in acht van de parameters in menu “INSTELLINGEN/VERWARMEN/VERWARMINGSCIRCUIT 2” in de meegeleverde Bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepompmanager. 3 x 80 Nm +/- 5 D0000081488 14 Nm +/- 0,5 Elektrische aansluiting pompmodule ff Zie hoofdstuk “Installatie / Elektrische aansluiting / Elektrische nood-/bijverwarming en stuurspanning”. 1-2 Nm D0000081576 1 Afsluitpluggen 2 Kunststof borghulp ff Vervang de afsluitpluggen met de meegeleverde kunststof bevestigingshulpmiddelen op de aansluitingen “Aanvoer verw. gemengd” en “Retour verw. gemengd”. ff Plaats de aansluitbuizen van de pompmodule erin. ff Neem bij de montage van de servomotor de correcte inbouwpositie van de aandrijfnok in acht. www.stiebel-eltron.com HSBC | 97 NEDERLANDS 2 Installatie Montage 11.3 Aansluiting sanitair warm water en veiligheidsgroep 11.2.3 Aansluiting Installatievoorbeeld: 11.3.1 Veiligheidsaanwijzingen 1 ! Materiële schade De maximaal toegelaten druk mag niet worden overschreden (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel"). ! Materiële schade Het toestel moet met drukkranen worden gebruikt. D0000055506 Koudwaterleiding 2 Als materiaal is thermisch verzinkt staal, roestvast staal, koper of kunststof toegestaan. ! 1 Verwarmingswater transporterende leiding 2 Drukslang (als toebehoren verkrijgbaar) ff Spoel de leidingen grondig door voordat de warmtepomp wordt aangesloten. Vreemde voorwerpen (zoals laskorrels, roest, zand, afdichtingsmateriaal) belemmeren de goede werking van de warmtepomp. ff Monteer de verwarmingswater transporterende leidingen (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Afmetingen en aansluitingen"). Materiële schade Een veiligheidsventiel is vereist. Warmwaterleiding, circulatieleiding Als materiaal is roestvast staal, koper en kunststof toegestaan. 11.3.2 Evt. circulatieleiding monteren U kunt op de aansluiting "Circulatie" een circulatieleiding met een externe circulatiepomp aansluiten (zie hoofdstuk “Technische gegevens/Afmetingen en aansluitingen). ff Verwijder het afdichtkapje van de aansluiting "Circulatie" (zie "Technische gegevens/Afmetingen en aansluitingen"). ff Sluit de circulatieleiding aan. Veiligheidsventiel 1 2 D0000055520 3 1 Afvoerslang 2 Bevestiging (niet meegeleverd) 3 Afvoer (niet meegeleverd) ff Gebruik een afvoerslang met voldoende capaciteit om het water bij volledig geopend veiligheidsventiel ongehinderd af te voeren. ff Controleer of de afvoerslang van het veiligheidsventiel geopend is in de richting van de atmosfeer. ff Leg de afvoerslang van de veiligheidsklep met een traploos verval naar de afvoer. ff Bevestig de afvoerslang om te vermijden dat de slang beweegt, wanneer er water uitloopt. 11.3.3 Aansluiting sanitair warm water en veiligheidsgroep ff Spoel de buizen grondig door. ff Monteer de warmwateruitloopleiding en de koudwatertoevoerleiding (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Afmetingen en aansluitingen"). Sluit de hydraulische aansluitingen met een vlakke afdichting aan. ff Monteer een typegekeurd veiligheidsventiel in de koudwatertoevoerleiding. Let erop dat, afhankelijk van de voedingsdruk, eventueel ook een reduceerventiel moet worden geplaatst. ff Kies afmetingen van de afvoerleiding zodanig dat het water bij volledig geopend veiligheidsventiel ongehinderd afgevoerd kan worden. ff De uitloopopening van het veiligheidsventiel moet geopend blijven naar de atmosfeer. ff Leg de afvoerleiding van het veiligheidsventiel met een traploos verval naar de afvoer. 98 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Montage Watertoestand verwarmingscircuit Voordat de installatie gevuld wordt, moet er een analyse van het vulwater voorhanden zijn. Deze analyse kan bijvoorbeeld opgevraagd worden bij de bevoegde watermaatschappij. Om kalkschade te voorkomen, moet het vulwater eventueel voorbehandeld worden (ontharding of ontzouting). De in het hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel" vermelde grenswaarden voor het vulwater moeten absoluut nageleefd worden. ff Controleer de grenswaarden 8-12 weken na de ingebruikname en tijdens het jaarlijkse onderhoud van de installatie. Info Bij een geleidbaarheid van >1000 µS/cm is waterbehandeling door ontzouting beter geschikt om corrosie te vermijden. Info Wanneer u het vulwater behandelt met inhibitoren of additieven, gelden dezelfde grenswaarden als bij ontzouting. 11.4.1 Verwarmingsinstallatie vullen Info ff Vul de verwarmingsinstallatie uitsluitend via de onderste aftapkraan aan het buffervat. Bij uitlevering bevindt de driewegomschakelklep van de multifunctionele groep zich in de middelste stand, zodat het verwarmingscircuit en de warmtewisselaar voor het opwarmen van het sanitair warm water gelijkmatig gevuld worden. Als de elektrische voeding ingeschakeld wordt, wisselt de driewegomschakelklep automatisch naar de verwarmingsfunctie. Als u achteraf wilt vullen of aftappen, dan moet u de driewegomschakelklep eerst weer in de middelste stand zetten. Instellingen van de warmtepompmanager: ff Roep het hoofdmenu op met toets MENU. ff Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets OK: NEDERLANDS 11.4 Installatie vullen DIAGNOSE  RELAISTEST INSTALLATIE  AFTAPPEN HYD MFG Info Geschikte toestellen voor ontharden en voor het vullen en spoelen van verwarmingsinstallaties zijn via de vakhandel verkrijgbaar. Materiële schade Schakel de installatie niet elektrisch in voordat u deze gaat vullen. D0000055788 ! ff Vul de verwarmingsinstallatie via de aftapkraan. ff Ontlucht het leidingsysteem. 11.4.2 SWW-boiler vullen ff Vul bet SWW-boiler via de koudwateraansluiting. ff Open alle na het toestel geplaatste aftapkranen totdat het toestel is gevuld en het leidingnet luchtvrij is. ff Stel het doorstroomvolume in. Let daarbij op het maximaal toegelaten doorstroomvolume bij een volledig geopende kraan (zie hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel"). Reduceer zo nodig het doorstroomvolume op de smoorklep van de veiligheidsgroep. ff Voer een dichtheidscontrole uit. ff Test het veiligheidsventiel. www.stiebel-eltron.com HSBC | 99 Installatie Elektrische aansluiting 11.5 Toestel ontluchten WAARSCHUWING elektrische schok Aansluiting op het elektriciteitsnet is alleen als vaste aansluiting mogelijk. Het toestel moet op alle polen met een afstand van minstens 3 mm van de aansluiting van het net kunnen worden losgekoppeld. Aan deze vereiste wordt voldaan met magneetschakelaars, vermogensschakelaars, zekeringen enz. ff Open tijdelijk de snelontluchter op de multifunctionele groep om te ontluchten. 2 D0000055606 1 1 Elektronica 2 Snelontluchter Materiële schade De luchtuitblaasopening in de gekartelde kap van de snelontluchter mag niet op de elektronica in de multifunctionele groep gericht zijn. ff Draai de luchtuitblaasopening in de richting die aangegeven is op de volgende afbeelding. Materiële schade Beveilig de stroomcircuits voor het toestel en de sturing afzonderlijk. ! Materiële schade Beveilig de stroomcircuits voor de compressor en de elektrische nood-/bijverwarming afzonderlijk. ! Materiële schade Houd rekening met de specificaties op het typeplaatje. De aangegeven spanning moet overeenkomen met de netspanning. Info De verklaring van goedkeuring van de bevoegde energiemaatschappij moet beschikbaar zijn om het toestel te kunnen aansluiten. De aansluitkast van het toestel bevindt zich achter de frontbekleding (zie hoofdstuk "Voorbereidingen/Transport en oplevering/ Frontbekleding demonteren/monteren"). D0000055605 ! ! Materiële schade Na het ontluchten dient u de snelontluchter opnieuw te sluiten. 12. Elektrische aansluiting WAARSCHUWING elektrische schok Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitingen en montage uit conform de voorschriften. Scheid alle polen van het toestel van de netaansluiting voor aanvang van alle werkzaamheden. D0000055594 ! ff Steek alle netaansluit- en sensorkabels door de kabeldoorvoer in het toestel. ff Sluit de netaansluit- en sensorkabels aan overeenkomstig de volgende gegevens. 100 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Elektrische aansluiting B 16 A B 16 A Toewijzing Elektrische nood-/ bijverwarming (DHC) 3-fasig Elektrische nood-/ bijverwarming (DHC) 1-fasig Sturing Kabeldoorsnede 2.5 mm² 1,5 mm² bij slechts twee belaste aders, aanleggen conform de geldende voorschriften 2.5 mm² 1,5 mm² bij plaatsing van een meeraderige elektriciteitskabel op een wand of in een elektriciteitsbuis op een wand 1,5 mm² 12.1 Elektrische nood-/bijverwarming en stuurspanning D0000056876 Zekering B 16 A HSBC 200 S: Elektrische aansluiting 1-fasig XD02 Toestelfunctie Werking van de elektrische nood-/bijverwarming Mono-energetisch De elektrische nood-/bijverwarming waarborgt de verbedrijf warmingswerking en het bereiden van hogere warmwatertemperaturen, wanneer het bivalentiepunt te laag is. Noodwerking Indien de warmtepomp bij een storing uitvalt, wordt het verwarmingsvermogen overgenomen door de elektrische nood-/bijverwarming. HSBC 200: Elektrische aansluiting 3-fasig aansluitvermogen 2,9 kW 5,9 kW Kabeldoorsnede 2.5 mm² 2.5 mm² 2.5 mm² D0000055646 Klemaansluiting PE N PE N L2 PE N L3 L2 PE PE PE N N N L L L Stuurspanning Materiële schade ff Sluit aan de pompaansluitingen alleen energiezuinige circulatiepompen aan die door ons goedgekeurd zijn. XD01.2 Vrijgavesignaal voor warmtepomp EVU Vrijgavesignaal Eventueel toebehoren van de pompmodule Elektrische nood-/bijverwarming (DHC) aansluitvermogen 2,9 kW 5,9 kW 8,8 kW Klemaansluiting ff Sluit de kabels voor de elektrische nood/-bijverwarming met het gewenste vermogen aan volgens de tabel. ! XD02 Elektrische nood-/bijverwarming (DHC) 1 2 L1 L1 L1 ff Sluit de elektrische nood/-bijverwarming met het gewenste vermogen aan volgens de tabel. bk 3 bu gnye 3 br bk L N AA01-X2.4 PE  N AA01-X2.14 PE  D0000082613 bu AA01-X1.6 www.stiebel-eltron.com HSBC | 101 NEDERLANDS Het is uit het oogpunt van beveiliging verplicht de volgende kabeldoorsnedes te installeren: Installatie Elektrische aansluiting Aansluitconfiguratie Warmtepompmanager  N PE   N PE  X1.1 CAN A X1.13 X1.12 X1.11 X1.10 X1.9 X1.8 X1.7 X1.6 X1.5 X1.4 X1.3 X2.11 X2.10 AA01 (WPM) 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 3 + IN + IN 1 2 1 2 + L H + L H D0000082589 L N PE CAN B X1.18 X1.17 X1.16 X1.15 X1.14 L N PE X2.13 X2.12 L N PE X2.14 L N PE X2.15 L N PE CAN A X1.19 L N PE X2.9 L N PE CAN B X2.1 X2.2 X2.3 X2.4 X2.5 L N PE X2.7 L N PE X2.8 L N PE X2.6 L N PE T L‘ L* + L H T L L N PE + L H X1.2 WAARSCHUWING elektrische schok Aan de laagspanningsaansluitingen van het toestel mogen alleen componenten aangesloten worden die met veiligheidslaagspanning (SELV) werken en een veilige scheiding ten opzichte van de netspanning verzekeren. Wanneer andere componenten worden aangesloten, kunnen delen van het toestel en aangesloten componenten onder netspanning staan. ff Gebruik uitsluitend door ons toegelaten componenten. Veiligheidslaagspanning X1.1 + + CAN (aansluiting voor warmtepomp en warmCAN A - tepompuitbreiding WPE) L L H H X1.2 + + CAN (aansluiting voor afstandsbediening FET CAN B - en Internet Service Gateway ISG) L L H H X1.3 Signaal 1 Buitensensor Massa 2 X1.4 Signaal 1 Buffersensor (verwarmingscircuitsensor 1) Massa 2 Veiligheidslaagspanning X1.5 Signaal 1 Aanvoersensor Massa 2 X1.6 Signaal 1 Verwarmingscircuitsensor 2 Massa 2 X1.7 Signaal 1 Verwarmingscircuitsensor 3 Massa 2 X1.8 Signaal 1 Sensor warmwaterboiler Massa 2 X1.9 Signaal 1 Bronsensor Massa 2 X1.10 Signaal 1 2e warmteopwekker (2.WE) Massa 2 X1.11 Signaal 1 VL koelen Massa 2 X1.12 Signaal 1 Circulatiesensor Massa 2 X1.13 Signaal 1 Afstandsbediening FE7/Telefoonschakelaar/ Massa 2 Stooklijnoptimalisatie/SG Ready Signaal 3 X1.14 ongeregeld 12 V + Analoge ingang 0...10 V Ingang IN GND X1.15 ongeregeld 12 V + Analoge ingang 0...10 V Ingang IN GND X1.16 Signaal 1 PWM-uitgang 1 Massa 2 X1.17 Signaal 1 PWM-uitgang 2 Massa 2 X1.18 + + CAN (aansluiting voor afstandsbediening FET CAN B - en Internet Service Gateway ISG) L L H H X1.19 + + CAN (aansluiting voor warmtepomp en warmCAN A - tepompuitbreiding WPE) L L H H Netspanning X2.1 L L N PE X2.2 L' (EVU ingang) L* (pompen L) X2.3 L N PE X2.4 L N PE X2.5 L N PE X2.6 L N PE X2.7 L N PE X2.8 L N PE X2.9 L N PE X2.10 L N PE X2.11 L N PE L L N Voeding L' L* (pompen L) L N PE L N PE L N PE L N PE L N PE L N PE L N PE L N PE L N PE L' (EVU ingang) L* (pompen L) Verwarmingscircuitpomp 1 Verwarmingscircuitpomp 2 Verwarmingscircuitpomp 3 Bufferpomp 1 Bufferpomp 2 Warmwatercirculatiepomp Bronpomp/ontdooien Storingsuitgang Circulatiepomp/2. WE warm water 102 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Elektrische aansluiting L N L N 5 N 6 5 N 12.2 Sensormontage 2. WE verwarming 12.2.1 Buitentemperatuursensor AF PT PE Koelen De buitentemperatuursensors zijn zeer belangrijk voor de goede werking van de verwarmingsinstallatie. Schenk daarom aandacht aan een correcte plaatsing en een goede isolatie van de buitentemperatuursensors. PE PE Mengklep verwarmingscircuit 2 (‌X 2.14.1 Mengklep OPEN‌ ‌X 2.14.2 Mengklep DICHT‌) PE Mengklep verwarmingscircuit 3 (‌X 2.15.1 Mengklep OPEN‌ ‌X 2.15.2 Mengklep DICHT‌) Info Bij iedere fout aan het toestel schakelt uitgang X2.10 een 230 V-signaal. Bij tijdelijke fouten schakelt de uitgang gedurende een bepaalde periode het signaal door. Bij fouten die tot een permanente uitschakeling van het toestel leiden, schakelt de uitgang voortdurend door. L L N PE X1.1 CAN A X1.2 CAN B AA01 + L H 1 2 1 2 1 2 1 2 D0000084470 L N PE + L H X1.6 X1.5 X1.4 X1.3 X2.3 X2.1 X2.2 L N PE X2.4 L‘ L* X2.5 X2.2 L N PE L L N PE Montage ff Trek het deksel eraf. ff Bevestig het onderste gedeelte met de meegeleverde schroef. ff Sluit de elektriciteitskabel aan. ff Sluit de buitentemperatuursensor op AA01-X1.3 aan. ff Zet het deksel erop. Het deksel moet hoorbaar vergrendelen. X2.6 L N PE X2.4 L N PE X2.5 L‘ L* X2.3 L L N PE X2.1 Eventueel toebehoren veiligheidstemperatuurbegrenzer voor vloerverwarming STB-FB -- Plaats de buitentemperatuursensor op een noord- of noordoostmuur. -- Let erop dat de buitentemperatuursensor onbeschermd aan weersinvloeden blootstaat, maar niet direct in de zon. -- Monteer de buitentemperatuursensor niet boven ramen, deuren en luchtkokers. -- Neem de volgende minimale afstanden in acht: 2,5 m van de grond, 1 m zijdelings van ramen en deuren. N ff Verwijder de brug aan AA01 tussen X2.1 (L) en X2.2 (L*). PE ff Sluit de veiligheidstemperatuurbegrenzer STB-FB op AA01 L tussen X2.1 (L) en X2.2 (L*)N aan. www.stiebel-eltron.com HSBC | 103 NEDERLANDS 6 D0000082609 Netspanning X2.12 L N PE X2.13 L N PE X2.14 Mengklep OPEN N PE Mengklep DICHT X2.15 Mengklep OPEN N PE Mengklep DICHT Installatie Ingebruikname 12.2.2 Evt. toebehoren temperatuursensor bij oppervlaktekoeling Bij oppervlaktekoeling is de montage van een als toebehoren verkrijgbare temperatuursensor vereist. ff Demonteer de frontbekleding (zie hoofdstuk "Voorbereidingen/Transport en oplevering/Frontbekleding demonteren/ monteren"). 6 5 4 3 2 1 + LH D0000082612 12.3.2 Afstandsbediening FET Met afstandsbediening FET kunt u de bedrijfsmodus en de gevraagde kamertemperatuur voor verwarmingscircuit 1 of verwarmingscircuit 2 met ± 5 °C kiezen. ff Sluit de afstandsbediening op AA01-X1.2 aan. 13. Ingebruikname D0000062830 Voor de ingebruikname kunt u een beroep doen op onze klantenservice (tegen betaling). ff Steek de temperatuursensor in sensorhuls "Sensor WP koelen optioneel". ff Sluit de temperatuursensor op AA01-X1.11 aan. 12.3.1 Afstandsbediening FE 7 Materiële schade Bij vloerverwarmingen moet u rekening houden met de maximale systeemtemperatuur. ff Controleer of de verwarmingsinstallatie met de juiste druk gevuld is en de snelontluchter gesloten is. ff Controleer of de buitensensor op de juiste wijze geplaatst en aangesloten is. ff Controleer of de aansluiting op het net op deskundige wijze is uitgevoerd. ff Controleer of de signaalkabel naar de warmtepomp (BUS-kabel) juist aangesloten is. 26_21_01_0008 321 1 13.1 Controles voor ingebruikname van de warmtepompmanager ! 12.3 Afstandsbediening 3 Als u het toestel commercieel gebruikt, dient u voor de ingebruikname rekening te houden met de eventuele voorschriften van de bedrijfsveiligheidsverordening. Meer informatie hieromtrent vindt u bij de bevoegde toezichthoudende instantie (in Duitsland is dat bijv. TÜV). Met de afstandsbediening FE 7 kunt u de gevraagde kamertemperatuur voor verwarmingscircuit 1 of verwarmingscircuit 2 alleen in automatische werking met ± 5 °C wijzigen. Bovendien kunt u de bedrijfsmodus kiezen. ff Sluit de afstandsbediening op AA01-X1.13 aan. 104 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Ingebruikname 13.2 Ingebruikname van de warmtepompmanager Veiligheidstemperatuurbegrenzer Info Bij temperaturen lager dan -15 °C kan de veiligheidstemperatuurbegrenzer worden geactiveerd. Het toestel kan al tijdens de opslag of het transport aan deze temperaturen zijn blootgesteld. Voer de ingebruikname van de warmtepompmanager en alle instellingen in overeenstemming met de bedienings- en installatiehandleiding van de warmtepompmanager uit. Info Controleer of in de warmtepompmanager voor het warmwaterbedrijf optie "PARALLELLE WERKING" ingesteld is. Bij deze instelling wordt de laadpomp ook in het warmwaterbedrijf geactiveerd. ff Controleer of de veiligheidstemperatuurbegrenzer is geactiveerd. HSBC 200 Instellingen van de warmtepompmanager: ff Roep het hoofdmenu op met toets MENU. ff Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets OK: INSTELLING  WARM WATER  BASISINSTELLING  WARMWATERBEDRIJF Waarde PARALLELLE WERKING D0000055607 Info Bij de eenfasige aansluiting moet de warmtepompmanager voor de berekening van de warmtehoeveelheid als volgt ingesteld worden. Instellingen van de warmtepompmanager: ff Roep het hoofdmenu op met toets MENU. ff Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets OK: HSBC 200 S 1 Waarde INSTELLING  VERWARMEN  ELEKTRISCHE NAVERWARMING  AANTAL TRAPPEN 2 D0000084474 Instelling voor oppervlaktekoeling 1 Resettoets van de veiligheidstemperatuurbegrenzer ! Materiële schade Condensatie door het niet bereiken van het dauwpunt kan tot materiële schade leiden. De HSBC is daarom uitsluitend toegelaten voor oppervlaktekoeling. Instelling van de warmtepompmanager voor oppervlaktekoeling: ff Roep het hoofdmenu op met toets MENU. ff Kies het menu of de waarde en bevestig telkens met toets OK: INSTELLING  KOELEN  KOELEN  BASISINSTELLING  VERMOGEN KOELEN  ACTIEVE KOELING  OPPERVLAKTEKOELING  GEVRAAGDE AANVOERTEMP.  HYSTERESIS AANVOERTEMP  GEVRAAGDE KAMERTEMP www.stiebel-eltron.com Waarde AAN Specifiek voor de installatie AAN Specifiek voor de installatie Specifiek voor de installatie Specifiek voor de installatie HSBC | 105 NEDERLANDS 1 Installatie Ingebruikname 13.3 Circulatiepompen Wilo-Para .../Sc Ontluchten Installatie op een correcte manier vullen en ontluchten. Verlicht display (leds) Meldingsweergave: LED gaat groen branden in normaal bedrijf LED brandt/knippert bij storing Weergave van het gekozen regelingstype Δp-v, Δp-c en constant-toerental Weergave van de gekozen karakteristiek (I, II, III) binnen het regelingstype Weergavencombinaties van de LED’s tijdens de ontluchtingsfuncties, handmatige herinschakeling en vergrendeling 3 sec Indien de pomp niet vanzelf ontlucht: Ontluchtingsfunctie via de bedieningstoets activeren, 3 seconden indrukken, vervolgens loslaten. De ontluchtingsfunctie start en houdt ongeveer 10 minuten aan. De bovenste en onderste LED-rijen knipperen afwisselend met een afstand van 1 seconde. Om te annuleren de bedieningstoets 3 seconden indrukken. Info 10min Na het ontluchten toont de LED-weergave de eerder ingestelde waarden van de pomp. Bedieningstoets Indrukken Regelingstype selecteren Selectie van de karakteristiek (I, II, III) binnen het regelingstype Lang indrukken Ontluchtingsfunctie activeren (3 seconden indrukken) Handmatige herinschakeling activeren (5 seconden indrukken) Knop blokkeren/deblokkeren (8 seconden indrukken) Ontluchtingsfunctie activeren (3 seconden indrukken) Handmatige herinschakeling activeren (5 seconden indrukken) Knop blokkeren/deblokkeren (8 seconden indrukken) Regelingstypen en functies Verschildruk variabel Aanbeveling bij tweepijpsverwarmingssystemen met ∆p-v (I, II, III) radiatoren voor het reduceren van stromingsgeluiden aan thermostaatventielen. H/m De pomp reduceert de opvoerhoogte tot de helft bij een dalend debiet in het leidingnet. Besparing van elektrische energie door de aanpassing van de opvoerhoogte aan de debietbehoefte en geringere stroomsnelheid. Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter selectie. Verschildruk constant Aanbeveling bij vloerverwarmingen of bij grote lei∆p-c (I, II, III) dingen of alle toepassingen zonder veranderlijke buisnetwerkkarakteristiek (bijv. oplaadpompen), alsmede III enkelebuis-verwarmingssystemen met verwarmingselementen. II Regelingstype instellen Regelingstype selecteren De LED-selectie van de regelingstypes en de bijbehorende karakteristieken vindt rechtsom plaats. Bedieningstoets kort (ca. 1 seconde) indrukken. LED’s geven het ingestelde regelingstype en de karakteristiek aan. De weergave van de mogelijke instellingen hierna: BedieLed-weergave Regelingstype ningstoets Karakteristiek 1x Constant toerental II 2x Constant toerental I 3x Verschildruk variabel ∆p-v III 4x Verschildruk variabel ∆p-v II 5x Verschildruk variabel ∆p-v I 6x Verschildruk constant ∆p-c III 7x Verschildruk constant ∆p-c II 8x Verschildruk constant ∆p-c I *9x Constant toerental III III II I Q/m³/ h H/m I Q/m³/ h Constant toerental (I, II, III) H/m De regeling houdt de ingestelde opvoerhoogte constant, onafhankelijk van het getransporteerde debiet. Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter selectie. Aanbeveling voor installaties met onveranderlijke installatieweerstand die een constant debiet vragen. De pomp loopt op drie vooraf aangegeven niveaus voor constant toerental (I, II, III). III II I Q/m³/ h Info Fabrieksinstelling: Constant-toerental, karakteristiek III (*) Met de 9e knopdruk is de basisinstelling (constant-toerental / karakteristiek III) weer bereikt. 106 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Buitendienststelling 13.4 Overdracht van het toestel SWW-boiler aftappen ff Leg aan de gebruiker de werking van het toestel uit en maak hem vertrouwd met het gebruik ervan. ff Wijs de gebruiker op mogelijk gevaar. ff Overhandig deze handleiding. VOORZICHTIG verbranding Tijdens het aftappen kan er heet water uit het toestel lopen. ! Materiële schade Houd rekening met de temperatuurgrenzen en het minimale circulatievolume aan de warmteafgiftezijde (zie hoofdstuk "Technische gegevens/gegevenstabel"). ! Materiële schade Tap bij een volledig uitgeschakelde warmtepomp en in geval van vorstgevaar de installatie af (zie hoofdstuk "Onderhoud/SWW-boiler aftappen"). ff Wanneer de installatie buiten werking wordt gesteld, zet de warmtepompmanager dan op stand-by, zodat de veiligheidsfuncties ter bescherming van de installatie (bijv. vorstbescherming) actief blijven. 15. Onderhoud WAARSCHUWING elektrische schok Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitingen en montage uit conform de voorschriften. WAARSCHUWING elektrische schok Koppel alle polen van het toestel los van de netspanning voordat u met de werken begint. Boiler warm drinkwater reinigen en ontkalken ! Materiële schade Gebruik geen ontkalkingspomp en geen ontkalkingsmiddelen om de boiler te reinigen. ff Reinig het toestel via de revisieflens. Zie voor het aanzetkoppel van de flensschroeven het hoofdstuk "Technische gegevens / Afmetingen en aansluitingen". Signaalanode vervangen ff Vervang de signaalanode als deze is versleten. D0000055788 Buffervat aftappen ff Tap de boiler voor warm drinkwater af via de aftapkraan. ff Tap het buffervat af via de aftapkraan. www.stiebel-eltron.com HSBC | 107 NEDERLANDS 14. Buitendienststelling D0000055604 ff Sluit de afsluitklep in de koudwateraanvoerleiding. ff open de warmwaterklep van alle aftappunten. Installatie Technische gegevens 16. Technische gegevens 16.1 Afmetingen en aansluitingen 16.1.1 HSBC 200 | HSBC 200 S 871 e01 c01 d01 1328 c10 c12 1160 b01 662 577 10-20 1360 1844 1908 340 94 e02 c06 d02 680 177 595 510 425 340 170 D0000055503 85 b01 c01 c06 c10 c12 d01 d02 e01 e02 Doorvoer elektr. kabels Koudwatertoevoer Warmwateruitloop Circulatie Veiligheidsventiel afvoer WP-aanvoer WP-retour Verwarming aanvoer Verwarming retour Diameter Diameter Buitenschroefdraad Diameter Diameter Diameter Diameter Diameter mm mm mm mm mm mm mm HSBC 200 HSBC 200 S 22 22 G 1/2 22 28 28 22 22 22 22 G 1/2 22 28 28 22 22 108 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Technische gegevens Overige afmetingen en aansluitingen i18 h16 i01 h08 h16 h53 i01 Sensor WP-koelen optioneel Warmwatersensor Sensor verwarming Flens i18 Veiligheidsanode Diameter mm Diameter Diameter Diameter Steekcirkeldiameter Schroeven Aanzetkoppel Binnendraad mm mm mm mm NEDERLANDS h08 D0000060246 h53 HSBC 200 HSBC 200 S 9,5 9,5 9,5 9,5 140 120 M 10 55 G 1 1/4 Nm 9,5 9,5 140 120 M 10 55 G 1 1/4 16.1.2 Toebehoren HSBC-HKM e30 170 e31 622 c e30 e31 Aanvoer verw. gemengd Retour verw. gemengd www.stiebel-eltron.com Diameter Diameter mm mm 1 D0000056347 10-20 1908 85 HSBC-HKM 22 22 HSBC | 109 Installatie Technische gegevens 16.2 Elektriciteitsschema HSBC 200 EB01 L N ws (PWM) M 1~ br (GND) XE03 3 L N PE KF22 1 L N 3 KF21 1 3 M 1~ KF20 MA10 N 3 2 1 X59 L N PE L N PE L N PE L N PE MFG N L3 L2 L1 2 3 4 5 DHC (MFG) AA01 AA06 AA07 EB01 BF01 BP10 BT01 BT02 BT06 BT20 BT55 MA10 MA14 MA15 Laagspanning (Warmtepompmanager WPM) Bedieningseenheid Elektronische bijverwarming MFG Bijverwarming MFG (n.a. bij HSBB/HSBC 200 S BE) Debiet en temperatuur verwarmingscircuit Druksensor verwarmingscircuit Temperatuursensor WP-aanvoer Temperatuursensor WP-retour Temperatuursensor WP buffervat (n.a. bij HSBB en TSBB eco) Temperatuursensor WW-boiler VTB MFG (handmatig terugschakelend) Motor pomp verwarmingscircuit (n.a. bij HSBB en TSBB eco) Motor bufferlaadpomp (PWM/1-10V) Motor omschakelventiel verwarming-WW XD01.2 L1 1 2 2 N 3 Netz KF20 KF21 KF22 XD01.1 XD01.2 XD02 XD04.2 XD05 XD11 XD20 XE03 AA01-X1.1 AA01-X1.2 AA01-X1.3 4 L 1 L’ X2.14 XD01.1 1  N PE   N PE  X2.15 L N PE XD02 X2.2 L N PE L N PE AA07 1 L N PE X2.6 31 X2.7 21 X2.8 11 L N PE BT55 <T X2.9 32 X2.11 X2.10 22 X2.13 X2.12 12 X2.3 L N PE X2.4 L‘ L* X2.5 L L N PE X2.1 MA14 AA01 (WPM 2 EVU Relais bijverwarming MFG Relais bijverwarming MFG Relais bijverwarming MFG Aansluitklem elektriciteitsnet Aansluitklemmen contact energiemaatschappij Aansluitklem MFG-net Aansluitklem externe laagspanning Aansluitklem BUS Aansluitklem sturing Klem hoofdaansluiting intern Aardingsklem sturing Stekker CAN A (aansluiting WP) Stekker CAN B (aansluiting FET/ ISG) Stekker buitentemperatuursensor 110 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Technische gegevens 16.3 Elektriciteitsschema HSBC 200 S EB01 L N ws (PWM) M 1~ br (GND) XE03 L N 3 KF21 1 3 M 1~ KF22 MA10 N N L X59 L L N PE L N PE L N PE L N PE MFG N 2 L 3 N 4 L 5 XD02 AA01 AA06 AA07 EB01 BF01 BP10 BT01 BT02 BT06 BT20 BT55 MA10 MA14 MA15 Laagspanning (Warmtepompmanager WPM) Bedieningseenheid Elektronische bijverwarming MFG Bijverwarming MFG (n.a. bij HSBB/HSBC 200 S BE) Debiet en temperatuur verwarmingscircuit Druksensor verwarmingscircuit Temperatuursensor WP-aanvoer Temperatuursensor WP-retour Temperatuursensor WP buffervat (n.a. bij HSBB en TSBB eco) Temperatuursensor WW-boiler VTB MFG (handmatig terugschakelend) Motor pomp verwarmingscircuit (n.a. bij HSBB en TSBB eco) Motor bufferlaadpomp (PWM/1-10V) Motor omschakelventiel verwarming-WW L1 1 2 2 N 3 XD01.1 KF20 KF21 KF22 XD01.1 XD01.2 XD02 XD04.2 XD05 XD11 XD20 XE03 AA01-X1.1 AA01-X1.2 AA01-X1.3 4 L 1 L’  N PE  X2.14  N PE  X2.15 L N PE 1 X2.2 L N PE L N PE AA07 1 X2.6 KF20 1 L N PE X2.7 3 L N PE X2.8 11 X2.9 21 L N PE BT55 <T X2.11 X2.10 12 X2.13 X2.12 22 X2.3 L N PE X2.4 L‘ L* X2.5 L L N PE X2.1 MA14 AA01 (WPM 2 XD01.2 Relais bijverwarming MFG Relais bijverwarming MFG Relais bijverwarming MFG Aansluitklem elektriciteitsnet Aansluitklemmen contact energiemaatschappij Aansluitklem MFG-net Aansluitklem externe laagspanning Aansluitklem BUS Aansluitklem sturing Klem hoofdaansluiting intern Aardingsklem sturing Stekker CAN A (aansluiting WP) Stekker CAN B (aansluiting FET/ ISG) Stekker buitentemperatuursensor 112 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Technische gegevens 16.4 Gegevens over het energieverbruik Productgegevensblad: Warmwaterboiler volgens verordening (EU) nr. 812/2013 Fabrikant Modelidentificatie van de leverancier Energieklasse Warmhoudverliezen Boilervolume W l HSBC 200 233510 STIEBEL ELTRON HSBC 200 B 55 189 HSBC 200 S 234801 STIEBEL ELTRON HSBC 200 S B 55 189 16.5 Gegevenstabel Hydraulische gegevens Nominale inhoud warmwaterboiler voor tapwater Nominale inhoud bufferreservoir Oppervlakte warmtewisselaar Inhoud warmtewisselaar Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 1,0 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 1,5 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp warmtepomp bij 2,0 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 1,0 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 1,5 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 1 bij 2,0 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 1,0 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 1,5 m³/h Extern beschikbaar drukverschil circulatiepomp verwarmingscircuit 2 (optioneel) bij 2,0 m³/h Werkingsgebied Max. toegelaten druk warmwaterboiler voor tapwater Testdruk tapwaterboiler Max. doorstroomvolume Max. toegelaten druk bufferreservoir Testdruk buffervat Max. toegelaten temperatuur Max. toegelaten temperatuur aan primaire zijde Eisen waterkwaliteit Waterhardheid pH-waarde Zuurstof (ontzouten) Geleidbaarheid (ontharden) Geleiding (ontzouten) Chloride (ontharden) Zuurstof 8-12 weken na vulling (ontharden) Zuurstof 8-12 weken na vulling (ontzouten) Verbruik Verbruik nood-/bijverwarming Verbruik laadpomp max. max. verbruik circulatiepomp verwarmingszijde Energiegegevens Energieverbruik in stand-by/24 u bij 65 °C Energieklasse Elektrische gegevens Nominale spanning sturing Fasen sturing Beveiliging sturing Nominale spanning nood-/bijverwarming Fasen nood-/bijverwarming Beveiliging bijkomende verwarming Frequentie Uitvoeringen Beschermingsgraad (IP) HSBC 200 233510 HSBC 200 S 234801 l l m² l hPa hPa hPa hPa hPa hPa hPa hPa hPa 168 100 3,3 21 656 527 210 725 663 444 665 518 189 168 100 3,3 21 656 527 210 725 663 444 665 518 189 MPa MPa l/min MPa MPa °C °C 1,0 1,5 25 0,3 0,45 95 75 1,0 1,5 25 0,3 0,45 95 75 °dH μS/cm μS/cm mg/l mg/l mg/l ≤3 8,0-8,5 8,0-10,0 <1000 20-100 <30 <0,02 <0,1 ≤3 8,0-8,5 8,0-10,0 <1000 20-100 <30 <0,02 <0,1 kW W W 8,8 60 60 5,9 60 60 kWh 1,3 B 1,3 B V 230 1/N/PE 1 x B 16 400 3/N/PE 3 x B 16 50 230 1/N/PE 1 x B 16 230 2/N/PE 2 x B 16 50 IP20 IP20 A V A Hz 114 | HSBCwww.stiebel-eltron.com Installatie Technische gegevens Afmetingen Hoogte Breedte Diepte Kantelmaat Gewichten Gewicht gevuld Gewicht leeg HSBC 200 HSBC 200 S mm mm mm mm 1908 680 871 2107 1908 680 871 2107 kg kg 471 203 471 203 Overige gegevens m HSBC 200 S 234801 2000 NEDERLANDS Maximale opstelhoogte HSBC 200 233510 2000 Garantie Voor toestellen die buiten Duitsland zijn gekocht, gelden de garantievoorwaarden van onze Duitse ondernemingen niet. Bovendien kan in landen waar één van onze dochtermaatschappijen verantwoordelijk is voor de verkoop van onze producten, alleen garantie worden verleend door deze dochtermaatschappij. Een dergelijk garantie wordt alleen verstrekt, wanneer de dochtermaatschappij eigen garantievoorwaarden heeft gepubliceerd. In andere situaties wordt er geen garantie verleend. Voor toestellen die in landen worden gekocht waar wij geen dochtermaatschappijen hebben die onze producten verkopen, verlenen wij geen garantie. Een eventueel door de importeur verzekerde garantie blijft onverminderd van kracht. Milieu en recycling Wij verzoeken u ons te helpen ons milieu te beschermen. Doe de materialen na het gebruik weg overeenkomstig de nationale voorschriften. www.stiebel-eltron.com HSBC | 115 Deutschland STIEBEL ELTRON GmbH & Co. KG Dr.-Stiebel-Straße 33 | 37603 Holzminden Tel. 05531 702-0 | Fax 05531 702-480 [email protected] www.stiebel-eltron.de Verkauf Tel. 05531 702-110 | Fax 05531 702-95108 | [email protected] Kundendienst Tel. 05531 702-111 | Fax 05531 702-95890 | [email protected] Ersatzteilverkauf Tel. 05531 702-120 | Fax 05531 702-95335 | [email protected] Australia France Austria STIEBEL ELTRON SAS 7-9, rue des Selliers B.P 85107 | 57073 Metz-Cédex 3 Tel. 0387 7438-88 | Fax 0387 7468-26 [email protected] www.stiebel-eltron.fr Slovakia TATRAMAT - ohrievače vody s.r.o. Hlavná 1 | 058 01 Poprad Tel. 052 7127-125 | Fax 052 7127-148 [email protected] www.stiebel-eltron.sk Switzerland STIEBEL ELTRON Ges.m.b.H. Gewerbegebiet Neubau-Nord Margaritenstraße 4 A | 4063 Hörsching Tel. 07221 74600-0 | Fax 07221 74600-42 [email protected] www.stiebel-eltron.at Hungary STIEBEL ELTRON Kft. Gyár u. 2 | 2040 Budaörs Tel. 01 250-6055 | Fax 01 368-8097 [email protected] www.stiebel-eltron.hu STIEBEL ELTRON AG Industrie West Gass 8 | 5242 Lupfig Tel. 056 4640-500 | Fax 056 4640-501 [email protected] www.stiebel-eltron.ch Belgium Japan Thailand STIEBEL ELTRON bvba/sprl 't Hofveld 6 - D1 | 1702 Groot-Bijgaarden Tel. 02 42322-22 | Fax 02 42322-12 [email protected] www.stiebel-eltron.be China STIEBEL ELTRON (Tianjin) Electric Appliance Co., Ltd. Plant C3, XEDA International Industry City Xiqing Economic Development Area 300085 Tianjin Tel. 022 8396 2077 | Fax 022 8396 2075 [email protected] www.stiebeleltron.cn Czech Republic STIEBEL ELTRON spol. s r.o. K Hájům 946 | 155 00 Praha 5 - Stodůlky Tel. 251116-111 | Fax 235512-122 [email protected] www.stiebel-eltron.cz Finland STIEBEL ELTRON OY Kapinakuja 1 | 04600 Mäntsälä Tel. 020 720-9988 [email protected] www.stiebel-eltron.fi 4<AMHCMO=bjcaeg> NIHON STIEBEL Co. Ltd. Kowa Kawasaki Nishiguchi Building 8F 66-2 Horikawa-Cho Saiwai-Ku | 212-0013 Kawasaki Tel. 044 540-3200 | Fax 044 540-3210 [email protected] www.nihonstiebel.co.jp Netherlands STIEBEL ELTRON Asia Ltd. 469 Moo 2 Tambol Klong-Jik Amphur Bangpa-In | 13160 Ayutthaya Tel. 035 220088 | Fax 035 221188 [email protected] www.stiebeleltronasia.com United Kingdom and Ireland STIEBEL ELTRON Nederland B.V. Daviottenweg 36 | 5222 BH 's-Hertogenbosch Tel. 073 623-0000 | Fax 073 623-1141 [email protected] www.stiebel-eltron.nl STIEBEL ELTRON UK Ltd. Unit 12 Stadium Court Stadium Road | CH62 3RP Bromborough Tel. 0151 346-2300 | Fax 0151 334-2913 [email protected] www.stiebel-eltron.co.uk Poland United States of America STIEBEL ELTRON Polska Sp. z O.O. ul. Działkowa 2 | 02-234 Warszawa Tel. 022 60920-30 | Fax 022 60920-29 [email protected] www.stiebel-eltron.pl STIEBEL ELTRON, Inc. 17 West Street | 01088 West Hatfield MA Tel. 0413 247-3380 | Fax 0413 247-3369 [email protected] www.stiebel-eltron-usa.com Russia STIEBEL ELTRON LLC RUSSIA Urzhumskaya street 4, building 2 | 129343 Moscow Tel. 0495 7753889 | Fax 0495 7753887 [email protected] www.stiebel-eltron.ru Irrtum und technische Änderungen vorbehalten! | Subject to errors and technical changes! | Sous réserve d‘erreurs et de modifications techniques! | Onder voorbehoud van vergissingen en technische wijzigingen! | Salvo error o modificación técnica! | Excepto erro ou alteração técnica | Zastrzeżone zmiany techniczne i ewentualne błędy | Omyly a technické změny jsou vyhrazeny! | A muszaki változtatások és tévedések jogát fenntartjuk! | Отсутствие ошибок не гарантируется. Возможны технические изменения. | Chyby a technické zmeny sú vyhradené! Stand 9375 A 319204-41139-9437 STIEBEL ELTRON Australia Pty. Ltd. 6 Prohasky Street | Port Melbourne VIC 3207 Tel. 03 9645-1833 | Fax 03 9645-4366 [email protected] www.stiebel.com.au

STIEBEL ELTRON HSBC 200 Operation Instruction

Documenttranscriptie

STIEBEL ELTRON HSBC 200 Operation Instruction

in andere talen

Gerelateerde artikelen

Andere documenten