0 607 352 114

Bosch 0 607 352 114, 0 607 352 109, 0 607 352 112, 0 607 352 113 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Bosch 0 607 352 114 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Nederlands1
3 609 929 977 • (04.10) T
1 ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR PERSLUCHTGEREEDSCHAPPEN
Lees alle voorschriften en
neem deze in acht. Wan-
neer de volgende veiligheids-
voorschriften niet in acht worden genomen, kunnen
een elektrische schok, brandgevaar of ernstige ver-
wondingen het gevolg zijn.
Bewaar de veiligheidsvoorschriften goed.
De hierna gebruikte begrippen „Persluchtgereed-
schap” en „Gereedschap” hebben betrekking op de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde persluchtgereed-
schappen.
Werkomgeving
Houd uw werkomgeving schoon en goed ver-
licht. Een rommelige of onverlichte werkomgeving kan
tot ongevallen leiden.
Werk met het gereedschap niet in een explosie-
gevaarlijke omgeving waarin zich brandbare
vloeistoffen, gassen of stof bevinden. Bij het be-
werken van het werkstuk kunnen vonken ontstaan die
stof of dampen ontsteken.
Houd toeschouwers, kinderen en bezoekers uit
de werkomgeving wanneer u het gereedschap
gebruikt. Wanneer u wordt afgeleid door andere per-
sonen, kunt u de controle over het gereedschap ver-
liezen.
Veiligheid van persluchtgereedschappen
Gebruik perslucht van kwaliteitsklasse 5 volgens
DIN ISO 8573-1 en een aparte verzorgingseen-
heid dichtbij het gereedschap. De toegevoerde
perslucht moet vrij van voorwerpen en vocht zijn om
het gereedschap te beschermen tegen beschadiging,
vervuiling en roestvorming.
Controleer aansluitingen en toevoerleidingen.
Alle verzorgingseenheden, koppelingen en slangen
moeten ten aanzien van druk en luchthoeveelheid zijn
afgestemd op de technische gegevens van het ge-
reedschap. Een te geringe druk heeft een nadelige in-
vloed op de werking van het gereedschap. Een te
hoge druk kan tot materiële schade of persoonlijk let-
sel leiden.
Bescherm de slangen tegen knikken, vernauwin-
gen, oplosmiddelen en scherpe randen. Houd de
slangen uit de buurt van hitte, olie en ronddraai-
ende delen. Vervang een beschadigde slang on-
middellijk. Een beschadigde toevoerleiding kan tot
een zwiepende persluchtslang leiden en kan verwon-
dingen veroorzaken. Opgewerveld stof of spanen kun-
nen tot ernstige oogverwondingen leiden.
Let erop dat slangklemmen altijd stevig vastge-
draaid zijn. Niet vastgedraaide of beschadigde slang-
klemmen kunnen de lucht ongecontroleerd laten ont-
wijken.
Veiligheid van personen
Wees aandachtig, let op wat u doet en ga met
verstand te werk bij het gebruik van het gereed-
schap. Gebruik het gereedschap niet wanneer u
moe bent of onder invloed staat van drugs, alco-
hol of medicijnen. Een moment van onoplettendheid
bij het gebruik van het gereedschap kan tot ernstige
verwondingen leiden.
Draag altijd een veiligheidsbril en beschermende
kleding. Het dragen van beschermende uitrusting als
stofmasker, slipvaste werkschoenen, helm of gehoor-
bescherming, afhankelijk van de aard en het gebruik
van het gereedschap, vermindert de kans op verwon-
dingen.
Voorkom per ongeluk inschakelen van het ge-
reedschap. Controleer dat de aan/uit-schakelaar
in de stand „Uit” staat voordat u het gereed-
schap aansluit op de persluchtvoorziening. Wan-
neer u bij het dragen van het gereedschap de vinger
aan de aan/uit-schakelaar heeft of het gereedschap
op de persluchtvoorziening aansluit terwijl de aan/uit-
schakelaar in de stand „Aan” staat, kan dit tot onge-
vallen leiden.
Verwijder instelgereedschappen voordat u het
gereedschap in gebruik neemt. Een instelgereed-
schap in een draaiend gereedschapdeel kan tot ver-
wondingen leiden.
Overschat uzelf niet. Zorg ervoor dat u stevig
staat en steeds in evenwicht blijft. Wanneer u ste-
vig staat en een goede lichaamshouding hebt, kunt u
het gereedschap in onverwachte situaties beter onder
controle houden.
Draag geschikte werkkleding. Draag geen los-
hangende kleding of sieraden. Houd haren, kle-
ding en handschoenen uit de buurt van bewe-
gende delen van het gereedschap. Loshangende
kleding, sieraden en lange haren kunnen door bewe-
gende delen worden meegenomen.
Wanneer stofafzuigings- of stofopvangvoorzie-
ningen gemonteerd kunnen worden, dient u zich
ervan te verzekeren dat deze zijn aangesloten en
juist worden gebruikt. Het gebruik van deze voor-
zieningen beperkt het gevaar door stof.
Adem de afgevoerde lucht niet rechtstreeks in.
Voorkom dat afgevoerde lucht in uw ogen te-
rechtkomt. De afgevoerde lucht van het persluchtge-
reedschap kan water, olie, metalen deeltjes of veront-
reinigingen uit de compressor bevatten. Dit kan
schade aan de gezondheid veroorzaken.
Zorgvuldige omgang met en gebruik van
persluchtgereedschappen
Gebruik klemmen of een bankschroef om het
werkstuk vast te zetten. Wanneer u het werkstuk
met de hand vasthoudt of tegen uw lichaam drukt,
kunt u het gereedschap niet veilig bedienen.
bu_3609929977_t.fm Seite 1 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands2
3 609 929 977 • (04.10) T
Overbelast het gereedschap niet. Gebruik voor
uw werkzaamheden het daarvoor bestemde ge-
reedschap. Met het geschikte gereedschap werkt u
beter en veiliger binnen het aangegeven capaciteits-
bereik.
Gebruik geen gereedschap waarvan de aan/uit-
schakelaar defect is. Gereedschap dat niet meer
kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
Onderbreek de persluchttoevoer voordat u het
gereedschap instelt, toebehoren wisselt of bij
een langdurige onderbreking van de werkzaam-
heden. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbe-
doeld inschakelen van het gereedschap.
Bewaar niet-gebruikte persluchtgereedschap-
pen buiten het bereik van kinderen. Laat het
persluchtgereedschap niet gebruiken door per-
sonen die er niet mee vertrouwd zijn en deze ge-
bruiksaanwijzing niet gelezen hebben. Perslucht-
gereedschappen zijn gevaarlijk wanneer deze door
onervaren personen worden gebruikt.
Verzorg het persluchtgereedschap zorgvuldig.
Controleer of bewegende delen van het gereed-
schap correct functioneren en niet vastklemmen
en of onderdelen gebroken of beschadigd zijn
die de werking van het persluchtgereedschap
kunnen beïnvloeden. Laat beschadigde delen
van het gereedschap repareren voordat u het
persluchtgereedschap weer in gebruik neemt.
Veel ongevallen hebben hun oorzaak in slecht onder-
houden gereedschappen.
Houd de inzetgereedschappen schoon. Zorgvul-
dig onderhouden inzetgereedschappen kunnen ge-
makkelijker worden gebruikt en zijn beter onder con-
trole te houden.
Gebruik persluchtgereedschappen, toebehoren,
inzetgereedschappen en dergelijke volgens deze
aanwijzingen en zoals voor dit speciale gereed-
schapstype voorgeschreven. Let daarbij op de
arbeidsomstandigheden en de uit te voeren
werkzaamheden. Het gebruik van het persluchtge-
reedschap voor andere dan de voorziene toepassin-
gen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Service
Laat het persluchtgereedschap alleen repareren
door gekwalificeerd, vakkundig personeel en al-
leen met originele vervangingsonderdelen. Daar-
mee wordt gewaarborgd dat de veiligheid van het
persluchtgereedschap in stand blijft.
2 GEREEDSCHAPSPECIFIEKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR HAAKSE PERSLUCHTSLIJPMACHINES
Voorkom contact met een span-
ningvoerende leiding. Het gereed-
schap is niet geïsoleerd. Contact met
een spanningvoerende leiding kan tot een elektrische
schok leiden.
Gebruik een geschikt detectieapparaat om ver-
borgen stroom-, gas- of waterleidingen op te
sporen of raadpleeg het plaatselijke energie- of
waterleidingbedrijf. Contact met elektrische leidin-
gen kan tot brand of een elektrische schok leiden. Be-
schadiging van een gasleiding kan tot een explosie lei-
den. Breuk van een waterleiding veroorzaakt materiële
schade en kan een elektrische schok veroorzaken.
Het bij het schuren, za-
gen, slijpen, boren en der-
gelijke werkzaamheden
vrijkomende stof kan kankerverwekkend zijn,
ongeboren leven beschadigen of het erfelijk ma-
teriaal veranderen. Enkele van de in dit stof aanwe-
zige bestanddelen zijn:
lood in loodhoudende verven en lakken;
kristallijne kiezelaarde in bakstenen, cement en an-
dere metselmaterialen;
arseen en chromaat in chemisch behandeld hout.
Het risico van een aandoening is ervan afhankelijk, hoe
vaak u aan deze stoffen bent blootgesteld. Ter beper-
king van het gevaar dient u alleen in goed geventileer-
de ruimten met de juiste beschermende uitrusting te
werken (bijvoorbeeld met speciaal geconstrueerde
adembeschermingsapparaten, die ook de kleinste
stofdeeltjes uitfilteren).
Veiligheidsvoorschriften voor alle
toepassingen
Veiligheidsvoorschriften voor slijpen, schuren
met schuurpapier, werkzaamheden met
draadborstels, polijsten en doorslijpen
Dit persluchtgereedschap is bestemd voor ge-
bruik als slijpmachine, schuurmachine met
schuurpapier en doorslijpmachine. Neem alle
waarschuwingen, aanwijzingen, afbeeldingen en
gegevens die u bij het persluchtgereedschap
ontvangt in acht. Als u de volgende aanwijzingen niet
in acht neemt, kan ernstig letsel het gevolg zijn.
Dit persluchtgereedschap is niet geschikt voor
werkzaamheden met draadborstels en polijst-
werkzaamheden. Toepassingen waarvoor het pers-
luchtgereedschap niet is voorzien, kunnen gevaren en
verwondingen veroorzaken.
bu_3609929977_t.fm Seite 2 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands3
3 609 929 977 • (04.10) T
Gebruik uitsluitend toebehoren dat door de fabri-
kant speciaal voor dit persluchtgereedschap is
voorzien en geadviseerd. Het feit dat u het toebeho-
ren aan het persluchtgereedschap kunt bevestigen,
waarborgt nog geen veilig gebruik.
Het hoogst toegestane toerental
van het inzetgereedschap moet
minstens even hoog zijn als het
maximale toerental dat op het
persluchtgereedschap is aangege-
ven. Toebehoren dat sneller draait dan
is toegestaan, kan onherstelbaar wor-
den beschadigd.
De buitendiameter en de dikte van het inzetge-
reedschap moeten overeenkomen met de maat-
gegevens van het persluchtgereedschap. Inzet-
gereedschappen met onjuiste afmetingen kunnen niet
voldoende afgeschermd of gecontroleerd worden.
Slijpschijven, flenzen, steunschijven en andere
inzetgereedschappen moeten nauwkeurig op de
uitgaande as van het persluchtgereedschap pas-
sen. Inzetgereedschappen die niet nauwkeurig op de
uitgaande as van het persluchtgereedschap passen,
draaien ongelijkmatig.
Gebruik geen beschadigde inzetgereedschap-
pen. Controleer voor het gebruik altijd inzetge-
reedschappen zoals slijpschijven op afsplinterin-
gen en scheuren, steunschijven op scheuren of
sterke slijtage en draadborstels op losse of ge-
broken draden. Als het persluchtgereedschap of
het inzetgereedschap valt, dient u te controleren
of het beschadigd is, of gebruik een onbescha-
digd inzetgereedschap. Als u het inzetgereed-
schap hebt gecontroleerd en ingezet, laat u het
persluchtgereedschap een minuut lang met het
maximale toerental lopen. Daarbij dient u en
dienen andere personen uit de buurt van het
ronddraaiende inzetgereedschap te blijven. Be-
schadigde inzetgereedschappen breken meestal ge-
durende deze testtijd.
Draag persoonlijke beschermende uitrusting.
Gebruik afhankelijk van de toepassing een volle-
dige gezichtsbescherming, oogbescherming of
veiligheidsbril. Draag voor zover van toepassing
een stofmasker, gehoorbescherming, werk-
handschoenen of speciaal schort dat kleine slijp-
en metaaldeeltjes tegenhoudt. Uw ogen moeten
worden beschermd tegen wegvliegende deeltjes die
bij verschillende toepassingen ontstaan. Een stof- of
adembeschermingsmasker moet het bij de toepassing
ontstaande stof filteren. Als u lang wordt blootgesteld
aan luid lawaai, kan uw gehoor worden beschadigd.
Let erop dat andere personen zich op een veilige
afstand bevinden van de plaats waar u werkt.
Ledereen die de werkomgeving betreedt, moet
persoonlijke veiligheidsuitrusting dragen. Brok-
stukken van het werkstuk of gebroken inzetgereed-
schappen kunnen wegvliegen en verwondingen ver-
oorzaken, ook buiten de directe werkomgeving.
Houd de persluchtslang uit de buurt van draaien-
de inzetgereedschappen. Als u de controle over het
gereedschap verliest, kan de persluchtslang worden
doorgesneden of meegenomen en uw hand of arm
kan in het ronddraaiende inzetgereedschap terechtko-
men.
Leg het persluchtgereedschap nooit neer voor-
dat het inzetgereedschap volledig tot stilstand is
gekomen. Het draaiende inzetgereedschap kan in
contact komen met het oppervlak, waardoor u de
controle over het persluchtgereedschap kunt verlie-
zen.
Laat het persluchtgereedschap niet lopen terwijl
u het draagt. Uw kleding of uw haar kan door toeval-
lig contact met het draaiende inzetgereedschap wor-
den meegenomen en het inzetgereedschap kan zich
in uw lichaam boren.
Gebruik het persluchtgereedschap niet in de
buurt van brandbare materialen. Vonken kunnen
deze materialen ontsteken.
Overige veiligheidsvoorschriften
voor alle toepassingen
Terugslag en bijbehorende waarschuwingen
Terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van een vastha-
kend of geblokkeerd draaiend inzetgereedschap, zoals een
slijpschijf, steunschijf, draadborstel, etc. Vasthaken of blokke-
ren leidt tot abrupte stilstand van het ronddraaiende inzetge-
reedschap. Daardoor wordt een ongecontroleerd perslucht-
gereedschap tegen de draairichting van het inzetgereedschap
versneld op de plaats van de blokkering.
Als bijvoorbeeld een slijpschijf in het werkstuk vasthaakt of
blokkeert, kan de rand van de slijpschijf die in het werkstuk in-
valt, zich vastgrijpen. Daardoor kan de slijpschijf uitbreken of
een terugslag veroorzaken. De slijpschijf beweegt zich ver-
volgens naar de bediener toe of van de bediener weg, afhan-
kelijk van de draairichting van de schijf op de plaats van de
blokkering. Hierbij kunnen slijpschijven ook breken.
Een terugslag is het gevolg van het verkeerd gebruik of onjuis-
te gebruiksomstandigheden van het persluchtgereedschap.
Terugslag kan worden voorkomen door geschikte voorzorgs-
maatregelen, zoals hieronder beschreven.
Houd het persluchtgereedschap goed vast en
breng uw lichaam en uw armen in een positie
waarin u de terugstotende krachten kunt opvan-
gen. Gebruik altijd de extra handgreep, indien
aanwezig, om de grootst mogelijke controle te
hebben over terugslagkrachten of reactiemo-
menten bij het op toeren komen. De bediener kan
door geschikte voorzorgsmaatregelen de terugslag-
en reactiekrachten beheersen.
Breng uw hand nooit in de buurt van ronddraai-
ende inzetgereedschappen. Het inzetgereedschap
kan bij de terugslag over uw hand bewegen.
bu_3609929977_t.fm Seite 3 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands4
3 609 929 977 • (04.10) T
Mijd met uw lichaam het gebied waarin het pers-
luchtgereedschap bij een terugslag wordt bewo-
gen. De terugslag drijft het persluchtgereedschap in
de richting die tegengesteld is aan de beweging van
de slijpschijf op de plaats van de blokkering
Werk bijzonder voorzichtig in de buurt van hoe-
ken, scherpe randen, etc. Voorkom dat inzetge-
reedschappen van het werkstuk terugspringen
en vastklemmen. Het ronddraaiende inzetgereed-
schap neigt er bij hoeken, scherpe randen of wanneer
het terugspringt toe om zich vast te klemmen. Dit ver-
oorzaakt een controleverlies of terugslag.
Gebruik geen houtzaagblad of getand zaagblad.
Zulke inzetgereedschappen veroorzaken vaak een te-
rugslag of het verlies van de controle over het pers-
luchtgereedschap.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften
voor slijp- en doorslijpwerkzaam-
heden
Gebruik altijd de beschermkap die voor het ge-
bruikte soort slijptoebehoren is voorzien. De be-
schermkap moet stevig op het persluchtgereed-
schap zijn aangebracht en zodanig zijn ingesteld
dat een maximum aan veiligheid wordt bereikt.
Dat wil zeggen dat het slijptoebehoren niet open
naar de bediener mag wijzen. Controleer regel-
matig dat de beschermkap onbeschadigd en ste-
vig op het persluchtgereedschap bevestigd is. De
beschermkap moet de bediener beschermen tegen
brokstukken en toevallig contact met het slijptoebeho-
ren.
Gebruik uitsluitend het voor het persluchtge-
reedschap toegestane slijptoebehoren en de
voor dit slijptoebehoren voorziene bescherm-
kap. Slijptoebehoren dat niet voor het persluchtge-
reedschap is voorzien, kan niet voldoende worden af-
geschermd en is niet veilig.
Slijptoebehoren mag alleen worden gebruikt
voor de geadviseerde toepassingsmogelijkhe-
den. Bijvoorbeeld: Slijp nooit met het zijvlak van
een doorslijpschijf. Doorslijpschijven zijn bestemd
voor materiaalafname met de rand van de schijf. Een
zijwaartse krachtinwerking op dit slijptoebehoren kan
het toebehoren breken.
Gebruik altijd onbeschadigde spanflenzen in de
juiste maat en vorm voor de door u gekozen slijp-
schijf. Geschikte flenzen steunen de slijpschijf en ver-
minderen zo het gevaar van een slijpschijfbreuk. Flen-
zen voor doorslijpschijven kunnen verschillen van de
flenzen voor andere slijpschijven.
Gebruik geen versleten slijpschijven van grotere
persluchtgereedschappen. Slijpschijven voor gro-
tere persluchtgereedschappen zijn niet geconstrueerd
voor de hogere toerentallen van kleinere persluchtge-
reedschappen en kunnen breken.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften
voor doorslijpwerkzaamheden
Voorkom blokkeren van de doorslijpschijf en te
hoge aandrukkracht. Slijp niet overmatig diep.
Een overbelasting van de doorslijpschijf vergroot de
slijtage en de gevoeligheid voor schuin draaien of blok-
keren, en daardoor de mogelijkheid van een terugslag
of breuk van het slijptoebehoren.
Mijd de omgeving voor en achter de ronddraai-
ende doorslijpschijf. Als u de doorslijpschijf in het
werkstuk van u weg beweegt, kan in het geval van een
terugslag het persluchtgereedschap met de draaiende
schijf rechtstreeks naar u toe worden geslingerd.
Als de doorslijpschijf vastklemt of als u de werk-
zaamheden onderbreekt, schakelt u het pers-
luchtgereedschap uit en houdt u het rustig tot de
schijf tot stilstand is gekomen. Probeer nooit om
de nog draaiende doorslijpschijf uit de groef te
trekken. Anders kan een terugslag het gevolg
zijn. Stel de oorzaak van het vastklemmen vast en
maak deze ongedaan. Controleer voordat u verder
werkt dat het slijptoebehoren onbeschadigd en cor-
rect bevestigd is.
Schakel het persluchtgereedschap niet opnieuw
in zolang het zich in het werkstuk bevindt. Laat
de doorslijpschijf eerst het volledige toerental
bereiken voordat u het doorslijpen voorzichtig
voortzet. Anders kan de schijf vasthaken, uit het
werkstuk springen of een terugslag veroorzaken.
Ondersteun platen of grote werkstukken om het
risico van een terugslag door een vastklemmen-
de doorslijpschijf te verminderen. Grote werkstuk-
ken kunnen onder hun eigen gewicht doorbuigen. Het
werkstuk moet aan beide zijden worden ondersteund,
vlakbij de slijpgroef en aan de rand.
Wees bijzonder voorzichtig bij invallend „door-
slijpen” in bestaande muren of andere plaatsen
zonder voldoende zicht. De invallende doorslijp-
schijf kan bij het doorslijpen van gas- of waterleidin-
gen, elektrische leidingen of andere objecten een te-
rugslag veroorzaken.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften
voor schuurwerkzaamheden met
schuurpapier
Gebruik geen schuurbladen met te grote afme-
tingen, maar houd u aan de voorschriften van de
fabrikant voor de maten van schuurbladen.
Schuurbladen die over de rand van de steunschijf uit-
steken, kunnen verwondingen veroorzaken en kunnen
tot blokkeren, scheuren van de schuurbladen of terug-
slag leiden.
bu_3609929977_t.fm Seite 4 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands5
3 609 929 977 • (04.10) T
SYMBOLEN
Belangrijk: De volgende symbolen kunnen voor het gebruik van het gereedschap van belang zijn. Zorg ervoor
dat u de symbolen en hun betekenis herkent. Het juiste begrip van de symbolen helpt u het gereedschap goed
en veilig te gebruiken.
Symbool Naam Betekenis
W
Hp
Watt
Horsepower
Capaciteit
Nm
ft-lbs
Newtonmeter
foot-pounds
Eenheid van energie, draaimoment
kg
lbs
Kilogram
pounds
Massa, gewicht
mm
in
Millimeter
inches
Lengte
min/s Minuten/seconden Tijdspanne, duur
bar/psi bar/pounds per square inch Luchtdruk
l/s
cfm
Liter per seconde
cubic feet/minute
Luchtverbruik
°C/°F Graden Celsius/
graden Fahrenheit
Temperatuur
dB Decibel Maat van relatieve geluidssterkte
Ø Diameter Bijv. schroefdiameter, slijpschijfdiameter etc.
min
-1
/n
0
Toerental Onbelast toerental
.../min Omwentelingen of bewegingen
per minuut
Omwentelingen, slagen, cirkelbanen etc.
per minuut
0 Stand: Uit Geen snelheid, geen draaimoment
Linksdraaien/rechtsdraaien Draairichting
//
UNF/
UNC
Binnenzeskant/buitenvierkant/
Unified National fijn schroefdraad/
Unified National grof schroefdraad
Soort gereedschapopname
Pijl Voer de handeling uit in de richting van de pijl
Waarschuwing Waarschuwt de gebruiker voor gevaren.
Gebodsteken Geeft aanwijzingen voor correct gebruik, zoals:
gebruiksaanwijzing lezen, veiligheidsbril opzetten
en onbelast toerental van het gereedschap in acht
nemen.
bu_3609929977_t.fm Seite 5 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands6
3 609 929 977 • (04.10) T
3 FUNCTIEBESCHRIJVING
1 Slangnippel
2 Geluiddemper
3 Extra handgreep
4 Handbescherming
5 Rubber steunschijf (inzetgereedschap)
6 Schuurblad
7 Spanflens voor vlakke schijven
8 Pensleutel
9 Spanflens
10 Slijp-, doorslijp- en afbraamschijf
(inzetgereedschap)
11 Draagflens
12 Schroef op beschermkap
13 Beschermkap
14 Uitgaande as
15 Sleutelvlak op uitgaande as
16 Ashals
17 Steeksleutel 17 mm
18 Aan/uit-schakelaar
(blokkeer- of dodemanschakelaar)
19 Aansluitstuk aan luchtingang
Afgebeeld en beschreven toebehoren wordt niet altijd
standaard meegeleverd.
2
3
1
4
5
6
7
9
10
11
12
13
14
8
15
16
17
18
19
bu_3609929977_t.fm Seite 6 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands7
3 609 929 977 • (04.10) T
Gebruik volgens bestemming
Het gereedschap is bestemd voor het slijpen, doorslij-
pen en afbramen van metaal en steen. Met toegestaan
toebehoren kan het gereedschap ook worden ge-
bruikt voor het schuren met schuurpapier.
Bouwkundige aspecten
Als u met het gereedschap doorslijpwerkzaamheden
in muren wilt uitvoeren, moet u de in uw land geldende
bouwkundige voorschriften in acht nemen om het
draagvermogen van het bouwwerk niet in gevaar te
brengen. Raadpleeg daarom voor het begin van de
werkzaamheden de verantwoordelijke bouwkundige,
architect of met de leiding belaste bouwopzichter.
Conformiteitsverklaring
Wij verklaren op eigen verantwoording dat dit product
voldoet aan de volgende normen en normatieve docu-
menten: EN 792, volgens de bepalingen van de richt-
lijn 98/37/EG.
Robert Bosch GmbH, Geschäftsbereich Elektrowerkzeuge
Informatie over geluid en trillingen
Technische gegevens
Dr. Egbert Schneider
Senior Vice President
Engineering
Dr. Eckerhard Strötgen
Head of Product
Certification
Meetwaarden voor geluid bepaald volgens
EN ISO 15744.
Meetwaarden voor trillingen bepaald volgens
EN 28662 en EN ISO 8662.
0 607 352 109
0 607 352 112
0 607 352 113
0 607 352 114
0 607 352 117
0 607 352 118
0 607 352 119
0 607 352 120
Het A-gewaardeerde geluidsniveau van het gereed-
schap bedraagt kenmerkend:
Geluidsdrukniveau
dB(A) 81 83 81 83 81 81 83 83
Geluidscapaciteitniveau dB(A) 94 96 94 96 94 94 96 96
Meetonzekerheid K = dB 3 3 3 3 3 3 3 3
Draag oorbeschermers.
De gewaardeerde versnelling bedraagt kenmerkend m/s
2
3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5 3,5
Meetonzekerheid K = m/s
2
1,4 1,4 1,4 1,4 1,4 1,4 1,4 1,4
Haakse persluchtslijpmachine
Zaaknummer 0 607 352 ... ... 109 ... 112 ... 113 ... 114 ... 117 ... 118 ... 119 ... 120
Toerental onbelast min
-1
12000 7000 12000 7000 12000 12000 7000 7000
Toerentalgeregeld
Afgegeven vermogen W
Hp
550
0,74
550
0,74
550
0,74
550
0,74
550
0,74
550
0,74
550
0,74
550
0,74
Max. buitendiameter van de
slijpschijven
mm
in
125
5
125
5
125
5
125
5
125
5
125
5
125
5
125
5
Gereedschapopname/
Schroefdraad uitgaande as
M14
5/8"–11 UNC
Blokkeerschakelaar
Dodemanschakelaar ●●
Nominale druk bar/psi 6,3/91 6,3/91 6,3/91 6,3/91 6,3/91 6,3/91 6,3/91 6,3/91
Aansluitschroefdraad 1/4" NPT ●●●●●●●●
Inwendige slangdiameter mm
in
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
10
3/8"
Luchtverbruik bij belasting l/s
cfm
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
14,0
29,7
Gewicht volgens
EPTA-Procedure 01/2003
kg
lbs
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
1,6
3,5
bu_3609929977_t.fm Seite 7 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands8
3 609 929 977 • (04.10) T
4 MONTAGE
Beschermingsvoorziening monteren
Controleer dat het persluchtgereedschap niet op de
persluchtvoorziening is aangesloten voordat u de vei-
ligheidsvoorzieningen monteert.
Gebruik bij het slijpen en doorslijpen altijd de be-
schermkap 13. Breng bij het schuren met schuurpapier
altijd de handbescherming 4 op de extra handgreep 3
aan. Deze beschermingsvoorzieningen moeten u be-
schermen tegen brokstukken en onbedoeld contact
met het slijptoebehoren.
Beschermkap monteren
Draai de schroef 12 los
en plaats de bescherm-
kap 13 op de ashals 16.
Draai deze daarbij zo,
dat het gesloten gedeel-
te van de beschermkap
tijdens de werkzaamhe-
den naar u toe wijst. Zet
de beschermkap in de
geschikte stand vast
door de schroef 12 ste-
vig vast te draaien.
Extra handgreep
Schroef de extra handgreep 3 afhankelijk van de werk-
wijze rechts of links op de voorkant van het gereed-
schap vast.
Handbescherming
Voor alle werkzaamhe-
den met de rubber
steunschijf 5 dient u de
handbescherming 4 sa-
men met de extra hand-
greep 3 te monteren.
Luchtafvoer
Met een luchtafvoer kunt u de afvoerlucht via een af-
voerluchtslang van uw werkplek wegvoeren en tegelij-
kertijd een optimale geluiddemping bereiken. Boven-
dien verbetert u uw werkomstandigheden, aangezien
uw werkplek niet meer kan worden vervuild door olie-
houdende lucht en geen stof of spanen meer kunnen
worden opgewerveld.
Schroef de geluiddemper bij
de luchtafvoer 2 naar buiten
en vervang deze door de
slangnippel 22. Maak de
slangklem 20 van de luchtaf-
voerslang 21 los en bevestig
de luchtafvoerslang over de
slangnippel 22 met de slang-
klem door deze stevig vast te draaien.
Aansluiting aan de
persluchtvoorziening
Het gereedschap is ontworpen voor een bedrijfsdruk
van 6,3 bar (91 psi). Voor een maximaal vermogen be-
draagt de inwendige slangdiameter 10 mm bij een
aansluitschroefdraad van 1/4" NPT. Gebruik voor het
instandhouden van het volledige vermogen alleen
slangen tot een lengte van maximaal 4 meter.
De toegevoerde lucht mag geen deeltjes of vocht be-
vatten om de machine te beschermen tegen bescha-
diging, vervuiling en roestvorming.
Het gebruik van een luchtverzorgingseenheid is
noodzakelijk.
Hierdoor wordt een correcte werking van persluchtge-
reedschappen gewaarborgd. Lees de gebruiksaanwij-
zing van de verzorgingseenheid en neem deze in acht.
Alle armaturen, verbindingsleidingen en slangen moe-
ten zijn aangelegd in overeenstemming met de vereis-
te hoeveelheid perslucht.
Voorkom vernauwingen van de aanvoerleidingen bijv.
door drukken, knikken of trekken.
Controleer in geval van twijfel de druk bij de luchttoe-
voeropening van de machine met een manometer.
12
13
16
3
4
22
21
20
bu_3609929977_t.fm Seite 8 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands9
3 609 929 977 • (04.10) T
Aansluiting van de persluchtvoorziening aan
het gereedschap
Schroef de slangnippel 1 in het aansluitstuk op de
luchtingang 19.
Ter voorkoming van beschadigingen aan inwendige
ventieldelen van het gereedschap dient u bij het in- en
uitdraaien van de slangnippel 1 het uitstekende aan-
sluitstuk van de luchtingang 19 met een steeksleutel
(22 mm) tegen te houden.
Maak de slangklemmen 20 van de maximaal 4 meter
lange luchttoevoerslang 23 los en bevestig de lucht-
toevoerslang over de slangnippel 1 met de slangklem
door deze stevig vast te draaien.
Bevestig de luchttoevoerslang 23 altijd eerst aan
het gereedschap en vervolgens aan de verzor-
gingseenheid.
Stulp de luchttoevoerslang 23 over de koppelingsnip-
pel 24 en bevestig de luchttoevoerslang door de
slangklem 20 stevig vast te draaien.
Schroef in de luchtuitgang van de verzorgingseenheid
26 een automatische slangkoppeling 25. Met automa-
tische slangkoppelingen kan snel een verbinding tot
stand worden gebracht en wordt de luchttoevoer bij
het loskoppelen automatisch onderbroken.
Let erop dat u het gereedschap niet per ongeluk in-
schakelt wanneer u de koppelingsnippel 24 in de kop-
peling 25 steekt.
5 GEBRUIK
Onderbreek de persluchttoevoer voordat u het
gereedschap instelt, toebehoren wisselt of bij
een langdurige onderbreking van de werkzaam-
heden. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbe-
doeld inschakelen van het gereedschap.
De haakse slijpmachine wordt geleverd met be-
schermkap, steun- en spanflens en met instelgereed-
schap (pen- en steeksleutel), maar zonder inzetge-
reedschap.
Gebruik inzetgereedschap alleen voor de gead-
viseerde toepassingsmogelijkheden. Gebruik bij-
voorbeeld een doorslijpschijf nooit om af te bramen.
Het hoogst toegestane toerental
van het inzetgereedschap moet
minstens even hoog zijn als het
maximale toerental dat op het
persluchtgereedschap is aangege-
ven. Toebehoren dat sneller draait dan
is toegestaan, kan onherstelbaar wor-
den beschadigd.
Slijp-, doorslijp- en afbraamschijf
Neem de afmetingen van de slijpschijven 10 in acht.
Bijvoorbeeld 125 x 6 x 22,2 mm betekent een buiten-
diameter van 125 mm, een dikte van 6 mm en een in-
wendige gatdiameter van 22,2 mm. De inwendige gat-
diameter moet bij de draagflens 11 passen. Gebruik
geen reduceerstukken of adapters.
Inzetten
Nadat u de bescherm-
kap 13 heeft gemon-
teerd (zie Bescher-
mingsvoorzieningen
monteren), plaatst u
de draagflens 11 op
de uitgaande as 14.
Let erop dat er in de
draagflens 11 op de
centreerkraag een on-
beschadigde O-ring is
geplaatst. Als de O-ring ontbreekt of beschadigd is,
moet deze beslist worden vervangen voordat er een
slijpschijf wordt gemonteerd.
De O-ring wijst in de
richting van de slijp-
schijf. Plaats eerst de
slijp-, doorslijp- of af-
braamschijf 10 met de
zijde met het opschrift
naar beneden op de
uitgaande as 14.
Schroef vervolgens de
spanflens 9 zodanig
op de schroefdraad
van de uitgaande as dat de middelste uitsparing van
de spanflens naar u toe wijst. Schroef de spanflens 9
met de pensleutel 8 vast terwijl u de uitgaande as 14
tegenhoudt met de steeksleutel 17 op het sleutelvlak
van de as.
Controleer of het slijpgereedschap juist is ge-
monteerd en vrij kan draaien.
26
25
24
1
19
20
23
13
14
17
11
8
17
10
14
9
bu_3609929977_t.fm Seite 9 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands10
3 609 929 977 • (04.10) T
Verwijderen
Voorzichtig! Inzetgereedschappen kunnen bij
langdurig gebruik van het gereedschap heet
worden. Gebruik werkhandschoenen.
Om de slijp-, doorslijp-
of afbraamschijf 10 te
verwijderen, houdt u
de uitgaande as 14
met de steeksleutel 17
op het sleutelvlak van
de as vast.
Een vastzittende span-
flens 9 schroeft u met
de pensleutel 8 van de
uitgaande as, terwijl u
de uitgaande as met
de steeksleutel op het
sleutelvlak van de as
tegenhoudt.
Vervolgens kunt u de slijp-, doorslijp- of afbraamschijf
en bij haakse slijpmachines met een uitgaande as met
schroefdraad M14 de draagflens 11 van de uitgaande
as trekken. Bij haakse slijpmachines met een uitgaan-
de as met schroefdraad 5/8"–11 UNC moet de draag-
flens van de uitgaande as worden geschroefd.
Schuren met schuurpapier met
behulp van de rubber steunschijf
Inzetten
Nadat u de handbe-
scherming 4 samen
met de extra hand-
greep 3 heeft gemon-
teerd (zie Bescher-
mingsvoorzieningen
monteren), plaatst u
de rubber steunschijf 5
op de uitgaande as 14.
Plaats vervolgens het
schuurblad 6 op de
rubber steunschijf 5.
Bevestig het schuur-
blad 6 op de rubber
steunschijf door de
spanflens voor vlakke
schijven 7 op de uit-
gaande as 14 te plaatsen en met de pensleutel 8 ste-
vig op de uitgaande as te schroeven, terwijl u de uit-
gaande as 14 tegenhoudt met de steeksleutel 17 op
het sleutelvlak van de as. Let erop dat de spanflens
voor vlakke schijven 7 volledig in de uitsparing van de
rubber steunschijf is geschroefd, zodat deze tijdens de
schuurwerkzaamheden niet stoort en het schuurblad
stevig vast zit.
Gebruik uitsluitend schuurbladen die bij de rub-
ber steunschijf passen.
Verwijderen
Voorzichtig! Inzetgereedschappen kunnen bij
langdurig gebruik van het gereedschap heet
worden. Gebruik werkhandschoenen.
Schroef de spanflens voor vlakke schijven 7 met de
pensleutel 8 van de uitgaande as 14, terwijl u de uit-
gaande as tegenhoudt met de steeksleutel 17 op het
sleutelvlak 15 van de as.
Vervolgens kunt u het schuurblad 6 met de rubber
steunschijf 5 van de as trekken.
Ingebruikneming
De machine werkt optimaal bij een overdruk van
6,3 bar (91 psi), gemeten bij de luchttoevoeropening
terwijl de machine in werking is.
Bij een hogere nominale druk draait het ingezette toe-
behoren sneller dan toegestaan. Het kan onherstel-
baar worden beschadigd en lossplinterende delen
kunnen u verwonden.
Verwijder instelgereedschappen voordat u het
gereedschap in gebruik neemt. Een instelgereed-
schap in een draaiend gereedschapdeel kan tot ver-
wondingen leiden.
Als u het inzetgereedschap hebt gecontroleerd
en ingezet, laat u het persluchtgereedschap een
minuut lang met het maximale toerental lopen.
Daarbij dient u en dienen andere personen uit de
buurt van het ronddraaiende inzetgereedschap
te blijven. Beschadigde inzetgereedschappen breken
meestal gedurende deze testtijd.
In- en uitschakelen
Als het gereedschap niet start, bijvoorbeeld nadat het
langdurig niet is gebruikt, onderbreekt u de perslucht-
voorziening en draait u de motor meermaals door met
de steeksleutel 17 op het sleutelvlak 15 van de uit-
gaande as. Daardoor worden adhesiekrachten opge-
heven.
Type 0 607 352 109/... 112/... 117/... 119
Blokkeerschakelaar
Inschakelen:
Druk de aan/uit-schakelaar 18 naar
voren.
Uitschakelen:
Trek de aan/uit-schakelaar 18 naar
achteren om de vergrendeling los te
maken en de machine uit te scha-
kelen.
17
10
14
8
9
17
5
14
6
7
8
18
bu_3609929977_t.fm Seite 10 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands11
3 609 929 977 • (04.10) T
Type 0 607 352 113/... 114/... 118/... 120
Dodemanschakelaar
Inschakelen:
Druk op de aan/uit-schakelaar 18
en houd deze tijdens de werkzaam-
heden ingedrukt.
Uitschakelen:
Laat de aan/uit-schakelaar 18 los.
Tips voor de werkzaamheden
Onderbreek de persluchttoevoer voordat u het
gereedschap instelt, toebehoren wisselt of bij
een langdurige onderbreking van de werkzaam-
heden. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbe-
doeld inschakelen van het gereedschap.
Plotseling optredende belastingen leiden tot een
scherpe daling van het toerental of stilstand, maar
schaden de motor niet.
Schakel de machine uit bij een onderbreking
van de luchttoevoer of bij een vermindering
van de bedrijfsdruk. Controleer de bedrijfs-
druk en start de machine opnieuw bij optimale
bedrijfsdruk.
Werkzaamheden met de haakse slijpmachine
De keuze van de inzetgereedschappen, zoals slijp-,
doorslijp- of afbraamschijven, lamellenschijven en rub-
ber steunschijven met schuurblad, is afhankelijk van
de toepassing.
Optimale slijp- en schuurresultaten worden bereikt als u
het slijp- of schuurtoebehoren met lichte druk gelijkma-
tig heen en weer beweegt.
Te sterke druk vermindert de capaciteit van de machine
en laat het slijp- of schuurtoebehoren sneller verslijten.
Bij de keuze van geschikte slijp- of schuurgereed-
schappen geeft uw vakhandel u graag advies.
Schuren met de lamellenschijf
Bij een lamellenschijf zijn de schuurbladen als in een
waaier overlappend in een cirkel op een steunschijf
van metaal of kunststof aangebracht. Met de lamellen-
schijf kunt u ook gebogen oppervlakken en profielen
(contourschuren) bewerken.
Lamellenschijven zijn geluidarm, hebben een groot af-
namevermogen en lage schuurtemperaturen.
Doorslijpen met de doorslijpschijf
Doorslijpschijven dienen om diep te slij-
pen (doorslijpen) en hebben gewoonlijk
een dikte van 1 tot 3 mm. Dunnere
doorslijpschijven slijpen bij een verge-
lijkbare machinecapaciteit sneller dan
dikkere doorslijpschijven, draaien ech-
ter gemakkelijker schuin in het materi-
aal.
Let op de richting
waarin u werkt en
mijd het gebied
voor en achter de
ronddraaiende
schijf.
Laat de doorslijp-
schijf eerst het volle-
dige toerental berei-
ken voordat u deze
in het werkstuk laat
invallen. Werk met
een geringe aan-
drukkracht en voorkom blokkeren van de doorslijp-
schijf. Slijp niet overmatig diep, dat wil zeggen niet
dieper dan 20 % van de slijpschijfdiameter (zie Techni-
sche gegevens).
Afbramen met de afbraamschijf
Afbraamschijven zijn geschikt voor het
grof afslijpen van oppervlakken. U be-
reikt het beste slijpresultaat als u de af-
braamschijf met matige druk over het
werkstuk beweegt. Als u zacht materi-
aal bewerkt, dient u de afbraamschijf in
een kleine hoek over het werkstuk te geleiden, bij hard
materiaal in een iets grotere hoek.
Gebruik nooit doorslijpschijven voor afbraam-
werkzaamheden.
Schuren met schuurpapier met behulp van de
rubber steunschijf
Schuurpapier bestaat uit een ondergrond van speciaal
papier of weefsel met bindmiddel waarop de schuur-
korrel is gestrooid. De keuze van geschikt schuurpa-
pier is afhankelijk van het materiaal dat moet worden
bewerkt. Bosch biedt verschillende schuurbladkwali-
teiten aan, passend bij de rubber steunschijf. Uw vak-
handel geeft u graag advies.
18
bu_3609929977_t.fm Seite 11 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
Nederlands12
3 609 929 977 • (04.10) T
6 ONDERHOUD EN SERVICE
Onderhoud
Onderbreek de persluchttoevoer voordat u het
gereedschap instelt, toebehoren wisselt of bij
een langdurige onderbreking van de werkzaam-
heden. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbe-
doeld inschakelen van het gereedschap.
Meet regelmatig het onbelaste toerental van de
uitgaande as. Als de gemeten waarde meer dan
10 % boven de waarde in de tabel met Techni-
sche gegevens ligt, dient u het gereedschap door
een erkende Bosch-klantenservicewerkplaats
laten controleren. Bij een te hoog onbelast toerental
kan het inzetgereedschap breken. Bij een te laag toe-
rental wordt de arbeidscapaciteit minder.
Mocht de machine ondanks zeer zorgvuldige fabrica-
ge- en testmethoden toch defect raken, dient de repa-
ratie door een erkende servicewerkplaats voor Bosch
elektrisch gereedschap te worden uitgevoerd.
Vermeld altijd bij vragen en bestellingen van vervan-
gingsonderdelen het uit tien cijfers bestaande zaak-
nummer volgens het typeplaatje van de machine.
Reinig regelmatig de zeef aan de luchtingang van het
gereedschap. Schroef daarvoor de slangnippel 1 los
en verwijder stof- en vuildeeltje uit de zeef. Monteer
vervolgens de slangnippel weer stevig vast.
Ter voorkoming van beschadigin-
gen aan inwendige ventieldelen
van het gereedschap dient u bij
het in- en uitdraaien van de slang-
nippel 1 het uitstekende aansluit-
stuk van de luchtingang 19 met
een steeksleutel (22 mm) tegen te
houden.
Water- en vuildeeltjes in de perslucht
veroorzaken roestvorming en leiden tot
slijtage van lamellen, ventielen etc. Om
dit te voorkomen, laat u enkele drup-
pels motorolie in de luchtingang 19 lo-
pen. Sluit het gereedschap weer aan
op de persluchtvoorziening en laat het 5 tot 10 secon-
den lopen terwijl u de naar buiten lopende olie met een
doek opzuigt. Voer deze handeling altijd uit als het
gereedschap gedurende lange tijd niet wordt ge-
bruikt.
Bij alle Bosch-persluchtgereedschappen die niet be-
horen tot de CLEAN-serie (een bijzonder type pers-
luchtmotor dat met olievrije perslucht werkt), dient de
doorstromende perslucht voortdurend te worden ver-
mengd met een olienevel. De daarvoor noodzakelijke
persluchtolienevelaar bevindt zich in de persluchtver-
zorgingseenheid, die in de leiding voor het gereed-
schap is opgenomen (meer informatie daarover is ver-
krijgbaar bij de fabrikant van de compressor).
Gebruik voor het rechtstreeks smeren van het gereed-
schap of voor toevoeging in de verzorgingseenheid
motorolie SAE 10 of SAE 20.
Na ca. 150 bedrijfsuren dient de transmissie voor het
eerst door een vakman te worden gereinigd, vervol-
gens elke 300 bedrijfsuren. Na elke reiniging moet
deze worden gesmeerd met speciaal transmissievet.
Speciaal transmissievet 225 ml . . . . . 3 605 430 009
De motorlamellen moeten regelmatig door een vak-
man worden gecontroleerd en indien nodig worden
vervangen.
Laat onderhouds- en reparatiewerkzaamheden
alleen uitvoeren door gekwalificeerd, vakbe-
kwaam personeel. Daarmee wordt gewaarborgd dat
de veiligheid van de machine in stand blijft.
De klantenservice van Bosch voert deze werkzaamhe-
den snel en correct uit.
Voer smeer- en reinigingsmiddelen op een voor
het milieu verantwoorde wijze af. Neem de wet-
telijke voorschriften in acht.
Toebehoren
Alle machines kunnen worden uitgerust met slijp-,
doorslijp- en afbraamschijven en met een rubber
steunschijf met schuurblad.
Meer informatie over het volledige programma met
kwaliteitstoebehoren vindt u op het internet op
www.bosch-pt.com en
www.boschproductiontools.com, of vraag uw vak-
handel om advies.
Service
Robert Bosch GmbH is aansprakelijk voor de levering
volgens overeenkomst van deze machine in het kader
van de wettelijke of landspecifieke bepalingen. Neem
bij klachten over de machine contact op met de vol-
gende instantie:
Fax . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . +49 (711) 7 58 24 36
www.boschproductiontools.com
Afvoer van afval
Machine, toebehoren en verpakking dienen op een
voor het milieu verantwoorde manier te worden herge-
bruikt.
De kunststof delen zijn gekenmerkt om ze per soort te
kunnen recyclen.
Als uw gereedschap niet meer kan
worden gebruikt, kunt u het afgeven bij
een recyclingcentrum, bij uw leveran-
cier of bij een erkende Bosch-klanten-
service.
Wijzigingen voorbehouden
19
1
bu_3609929977_t.fm Seite 12 Montag, 11. Oktober 2004 12:17 12
1/164