PDRS 27 A1
NL
│
BE
│
55 ■
■ Het apparaat voor schroefverbindingen mag
uitsluitend door gekwalificeerde en opgeleide
personen worden geïnstalleerd, ingesteld of
gebruikt.
■ Het apparaat voor schroefverbindingen mag
niet worden gemodificeerd. Wijzigingen kunnen
de doeltreffendheid van de veiligheidsmaatre-
gelen verminderen en de risico's verhogen voor
wie het apparaat bedient.
■ De veiligheidsvoorschriften mogen niet verloren
gaan — geef ze aan degene die het apparaat
bedient.
■ Gebruik nooit een beschadigd apparaat voor
schroefverbindingen.
■ Het apparaat moet regelmatig onderhouden
worden om na te gaan of de meetwaarden
en gegevens van het relevante deel van ISO
11148 leesbaar op het apparaat staan. De
werknemer/gebruiker moet contact opnemen
met de fabrikant om, indien nodig, eventuele
vervangende etiketten aan te vragen.
Risico's door weggeslingerde delen
■ Wanneer het werkstuk of een van de accessoires
of zelfs het apparaat zelf breekt, kunnen delen
met hoge snelheid weggeslingerd worden.
■ Wanneer u met het apparaat werkt, het repa-
reert of onderhoudt of accessoires vervangt,
moet u daarbij altijd slagbestendige oogbe-
scherming dragen. De beschermingsgraad
moet voor elk afzonderlijk gebruik beoordeeld
worden.
■ Zorg ervoor dat het werkstuk goed vastgeklemd
wordt.
■ Controleer regelmatig of het toerental van het
persluchtapparaat niet hoger is dan het op het
persluchtapparaat aangegeven toerental. Deze
toerentalcontroles moeten zonder gemonteerd
hulpgereedschap plaatsvinden.
■ Zorg ervoor dat door het gebruik ontstane
vonken en fragmenten geen risico vormen.
■ Koppel het persluchtapparaat los van de pers-
luchttoevoer voordat u een opzetstuk of acces-
soires verwisselt of wanneer u het apparaat
instelt, onderhoudt of reinigt.
■ Zorg ervoor dat er ook voor andere personen
geen gevaar kan ontstaan.
Risico's door vastraken/opwikkelen
■ Risico's door vastraken/opwikkelen kunnen tot
verstikking, scalperen en/of snijwonden leiden
wanneer wijde kleding, sieraden, halskettingen,
haar of handschoenen niet uit de buurt van het
apparaat en de accessoires daarvan gehouden
worden.
■ Handschoenen kunnen vastraken in de draai-
ende aandrijving, wat tot letsel aan de vingers
of tot breuken kan leiden.
■ Bij draaiende machinebevestigingen en verleng-
stukken kunnen rubberen of met metaal ver-
sterkte handschoenen gemakkelijk vast komen
te zitten/opgewikkeld worden.
■ Draag geen loszittende handschoenen of hand-
schoenen met afgesneden of versleten vingers.
■ Houd nooit de motor, de bevestiging of de
verlengstukken vast.
■ Houd uw handen uit de buurt van de draaiende
motor.
■ Draag geschikte kleding. Draag geen wijde
kleding of sieraden. Houd haar, kleding en
handschoenen uit de buurt van het perslucht-
apparaat en bewegende delen. Loszittende
kleding, sieraden of haren kunnen door be-
wegende onderdelen gegrepen worden. Er
bestaat gevaar voor letsel.
Risico's tijdens het gebruik
■ Bij het gebruik van het apparaat kunnen de
handen van degene die het apparaat bedient
blootgesteld zijn aan risico's, zoals plet-, slag-
snij- en schaafwonden en aan warmte. Draag
geschikte handschoenen om de handen te
beschermen.
■ Degenen die het apparaat bedienen en on-
derhouden, moeten fysiek in staat zijn om de
grootte, het gewicht en het vermogen van het
apparaat te hanteren.
■ Houd het apparaat correct vast: wees voorbe-
reid op gebruikelijke of plotselinge bewegingen
– houd beide handen gereed.