Hilti DS WS15 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Gebruiksaanwijzing nl
DS WS15
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
2
Inhoud
1. Algemene opmerkingen 3–4
2. Beschrijving 5–12
3. Werktuigen en toebehoren 13–16
4. Technische gegevens 17–20
5. Veiligheidsmaatregelen 21–25
6. Inbedrijfneming 27–37
7. Bediening en zaagproces 39–41
8. Onderhoud en reparaties 43–48
9. Fouten zoeken 49–55
10. Afvoer als afval 56
11. Fabrieksgarantie op de apparatuur 57
12. EG-conformiteitsverklaring (origineel) 58
OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
3
1. Algemene opmerkingen
Lees de gebruiksaanwijzing in ieder geval door
voordat u de machine in gebruik neemt.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing altijd bij de
machine.
Geef het draadzaagsysteem alleen samen met de
gebruikaanwijzing aan andere personen door.
Signaalwoorden en hun betekenis
1.1
Betekenis van de pictogrammen en andere
informatie
1.2
Waarschuwingssymbool
Aan besturingspaneel
DSW-WG
max 0.3 m
l2
l1
r1 = l1 x 2
r2 = l2 x 2
GEVAAR
Voor een direct dreigend gevaar dat tot ernstig letsel of
tot de dood leidt.
WAARSCHUWING
Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot ernstig let-
sel of tot de dood kan leiden.
ATTENTIE
Voor een eventueel gevaarlijke situatie die tot licht letsel
of tot materiële schade kan leiden.
AANWIJZING
Voor gebruikstips en andere nuttige informatie.
Algemene
waarschuwing
Waarschuwing:
elektriciteit
Waarschuwing:
vermijd handletsels
Waarschuwing
voor verwondingen
Werkhandschoenen
dragen.
Veiligheidsschoe-
nen dragen.
Licht Stofmasker
dragen.
Gehoorbescher-
ming dragen
Veiligheidsbril
dragen.
Helm dragen.
Veiligheidssymbolen
Laat afvalmateriaal
recycleren.
Lees de gebruiks -
aanwijzingen vóór
gebruik.
Symbolen
A
Ampère
V
Volt Wisselstroom
Diameter
Hz
Hertz
n
o
Nominaal
nullasttoerentall
/min
Omwentelingen
per minuut
rpm
Omwentelingen
per minuu
W
Watt
mm
Millimeter
< 4°C
358092
Om schade te vermijden bij vrieskou, moet het
koelcircuit van het systeem na gebruik met druklucht
worden uitgeblazen.
water in
max 6bar
357824
Om schade te vermijden, mag
een waterdruk van 6 bar niet
overschreden worden.
Aan de machine
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
4
1. Algemene opmerkingen
Aandrijvingseenheid met 2 motoren, draadopslag eenheid, geleiderollen, rijonderstel en stroomkabel voor
verbinding met het besturingspaneel
Besturingspaneel
Luchtcompressor
Drukluchtleidingen (2×7 m, 1×1 m)
Enkelvoudige rolbok
Watertoevoermondstuk, lang
Watertoevoermondstuk, flexibel
Waterslangen
Werktuigset
Draadafdekkingen
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
5
2. Beschrijving
Beschrijving 2.1 Toepassingsgebied 6
2.2 Basiscomponenten van de DS WS15 6
2.3 Bedieningselementen 6
2.4 Aandrijvingsprincipe 11
2.5 Voortbewegings- en opslagfunctie 11
2.6 Werking van de draadgeleiding 12
2.7 Veiligheidsconcept voor het werkgebied 12
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
6
Toepassingsgebied
De DS WS15 is een elektrisch aangedreven draadzaag
die met behulp van diamantdraden door bouwmateriaal
uiteenlopend van zwaar bewapend beton tot meters dik
metselwerk kan zagen. Met de passende toebehoren zijn
op vrijwel onbegrensde manieren allerlei soorten ope-
ningen en technische demontage van bouwconstructies
van elke vorm mogelijk. Normaal gesproken wordt er
nat, met waterkoeling, gezaagd, maar metselwerk kan
ook droog gezaagd worden.
Basiscomponenten van de DS WS 15
De basisuitrusting van de draadzaag bestaat uit de vol-
gende componenten aandrijving, besturingspaneel, com-
pressor, 2 enkelvoudige rolbokken, koffer met toebe-
horen en werktuigen, en 2 watertoevoermondstukken.
2.1
2.2
2. Beschrijving
Bedieningselementen
Aandrijving DS WS 15
2.3
Aandrijvingseenheid met 2 motoren, draadopslag -
eenheid, geleiderollen, rijonderstel en stroomkabel
voor verbinding met het besturingspaneel
Besturingspaneel met stopcontact voor 400 V-aan -
sluiting aan het elektriciteitsnet
Compressor 230 V voor de drukluchtvoorziening voor
de pneumatische voortbeweging
Enkelvoudige rolbok DS-WS-SPP
De basisuitrusting omvat 2 enkelvoudige rolbokken.
Deze zijn voor die meeste toepassingen voldoende.
Bij toepassingen op slecht toegankelijke plaatsen (in
kelders, hoeken, schachten) kunnen echter ook meer
dan 2 enkelvoudige rolbokken toegepast worden.
Koffer met toebehoren en werktuigen
Watertoevoermondstuk lang
Voor gebruik aan de achterkant van het te zagen object,
diep in de zaagsnede.
Watertoevoermondstuk flexibel
Voor gebruik op het punt waar de draad binnenkomt
aan de terugloopzijde (losse kant) aan de voorkant
van het te zagen object.

Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
7
2. Beschrijving
T-transportgreep uittrekbaar
Transportgreep opklapbaar
Transport- resp. hefstang om wielen op te tillen
Bevestigingsogen voor kraantransport
Kabel- en slangdepot
Stroomkabel 400 V voor aandrijvingsmotoren
Besturingsstroomkabel 24 V
2 drukluchtaansluitingen voor voortbewegings cilin-
der
1 wateraansluiting, watertoevoer van bouwplaats
 2 wateraansluitingen voor koelwater naar diamant-
draad
 2 grondplaten om de aandrijving aan de bodem vast
te maken
 In de hoogte verstelbare 3-punts poot


12
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
2. Beschrijving
 Geleiderol trekzijde, richting en positie verstelbaar
 Fixering inlooppositie van de diamantdraad
 Geleiderol draadterugloopzijde, richting verstelbaar
 Cilinder voor verticale zaaginrichting of greepstang
 Bankschroef om draad in te klemmen
 Stopelement drukluchtcilinder
 Beschermkap
 Aandrijvingswiel 1 280 vast
 Aandrijvingswiel 2 280 bewegend, om draad zaag
voort te bewegen
 Opslagwielen 280 bewegend, om draad zaag voort
te bewegen
 Opslagwielen 200 vast, wikkelopslageenheid
8








21
22

Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
9
2. Beschrijving
Bedieningselementen
Besturingspaneel DS WS 15
2.3
Transport- en hefstangen
Handgrepen transport
Bevestigingsoog voor kraantransport
Opklapbaar blad voor compressor
Stopcontact 400 V 32 A,
voeding van het elektriciteitsnet
2 stopcontacten 230 V
Ventilatie
Stopcontact 400 V 32 A,
voeding aandrijvingsmotoren
Stopcontact besturingsstroom 24 V
voor de aandrijving
 Drukluchtvoorziening, toevoer vanuit de compressor
 2 drukluchtaansluitingen, voeding van de aandrijving
 Vergrendeling van de beschermkap
3
4
2
5
6
1


Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
10
2. Beschrijving
 Vergrendeling van deksel van besturingspaneel
 Sleutel voor vergrendeling van besturingspaneel
 Elektrische hoofdschakelaar DS WS 15
 Digitale display zaagsnelheid diamantdraad in m/s
 Groen lampje "Bedrijfsklaar” (hoofdschakelaar stroom
AAN)
 Rood lampje = "Error”, zie "Fouten zoeken”
 Geel lampje = pneumatische voortbeweging tegen
achterste aanslag
 Wit lampje = koelwaterkraan is geopend
 Ampèremeter
 Voortbewegingsdruk in bar
 Toerentalregelaar draadaandrijving (bestuurt zaag-
snelheid )
 "ON”: aandrijving inschakelen, groen lampje
 "OFF”: aandrijving uitschakelen, rode druktoets
 Noodstopschakelaar
 Watertoevoer, I = AAN, groen lampje
 Watertoevoer, O = UIT, rode toets
 Besturing voortbeweging ↑↓ vooruit/achteruit
 Regeling voortbewegingkracht, draaiknop (let op druk
in bar ) ingedrukt = vergrendeld, uitgetrokken =
ontgrendeld
16
15
17 18 19 20 21
22
23
26
14
12 13
24 25 27 28 29
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
11
2. Beschrijving
Aandrijvingsprincipe
De draad wordt aangedreven door 2 elektromotoren met
aandrijvingswielen. De zaagdraad wordt in de vorm van
een acht om de aandrijvingswielen geleid, hetgeen tot
een optimale grip leidt. Motorkarakteristiek en -bestu-
2.4
Voortbewegings- en opslagfunctie
De voortbeweging van de draad werkt door middel van
een omgekeerd werkend katrolprincipe. De draad wordt
vooruit bewogen resp. ingetrokken door het uit elkaar
drukken van twee drukluchtcilinders. De achterste rol-
2.5
14
min 3,2 m – max 12,4 m
1
2
3
4
ca. 1,0 bar
ca. 1,5 bar
ca. 2,0 bar
ca. 2,5 bar
1
Guide Line
Richtwerte
ring zijn zo geconcipieerd dat er een groot aanzet- en
arbeidsmoment kan worden bereikt. De draadsnelheid
kan traploos van 0–27 m/s ingesteld worden.
len (opslagrollen 280 mm) zijn daartoe op een bewe-
gende slede gemonteerd. De maximale opslagcapaciteit
bedraagt 9,2 m draad. De minimaal benodigde draad-
lengte in de aandrijving bedraagt 3,2 m.
Draadcapaciteit Draad in de aandrijving Draadopslageenheid Materiaaldikte
Basiscapaciteit 3,2 m lengte per slag 2 m 1 m
1 opslagrol 4,6 m lengte per slag 2,4 m 1,9 m
Volle capaciteit 7,4 m lengte per slag 4,8 m 4,5 m
Richtwaarden
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
12
2. Beschrijving
Werking van de draadgeleiding
Aan de trekzijde en aan de terugloopzijde (of losse zijde)
van de draad zijn geleiderollen aangebracht. De draad
wordt via deze geleiderollen, die in elke gewenste rich-
ting instelbaar zijn, naar het te zagen object geleid. Aan
het object worden aan begin en eind van de zaagsnede
draadgeleidingen in de vorm van enkele of dubbele rol-
bokken, indaalrollen etc. gemonteerd. Zo wordt de draad
geleid en de draad zaagt een gecontroleerde boog. De
draadgeleidingen met rollen en geleidebuis voorkomen
ongecontroleerd wegspringen van de draad aan het eind
van het zagen en fungeren als veiligheidselement resp.
als draadopvang bij een eventuele breuk van de draad.
Optimale draadgeleiding is een van de belangrijkste en
meest veeleisende taken bij het draadzagen. De verde-
ling van de zaagsnede en de plaatsing van de rolbokken
bepalen de lengte en de kromming van de boog die door
de draad wordt gezaagd, waardoor de levensduur van
de draad en de zaagsnelheid beïnvloed worden.
Veiligheidsconcept voor het werkgebied
2.6
2.7
DSW-WG
l2
l1
r1 = l1 x 2
r2 = l2 x 2
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
13
3. Werktuigen en toebehoren
Werktuigen en toebehoren 3.1 Zaagdraden 14
3.2 Toebehoren voor verbinden van draden 14
3.3 Toebehoren voor vastzetten en gebruik
van draadgeleidingen en aandrijving 15
3.4 Ontkoppelrol DS-WSRW 16
3.5 Indaalrol DS-WSPW 16
3.6 Zaaginrichting verticaal DS-WSVC 16
3.7 Draadafdekking DSW-WG 16
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
14
3. Werktuigen en toebehoren
Zaagdraden
3.1
BELANGRIJK
In de elektrische draadzaag DS WS 15 mogen
alleen diamantdraden met rubber of plastic coating
en met veren tussen de kralen worden gebruikt.
De fabrikant moet een zaagsnelheid van minstens
30 m/s garanderen en de draad moet in de groe-
ven van de geleiderollen passen.
Het koppelen van stukken draad met verschillen-
de diameters en het gebruik van niet-ronde dra-
den of draden met losse zaagkralen of met bescha-
digde kerndraden is verboden!
De montage van de draad – en de reparatie bij breuk
– moet volgens de instructies van de draadleve-
rancier plaatsvinden.
Hilti diamantdraden met standaard 11 mm zijn
in vaste lengtes van 10 m, 14 m, 18 m, 22 m, 26 m
en 30 m verkrijgbaar (andere lengtes en andere
op aanvraag). Deze worden af fabriek met reeds
gemonteerde draadkoppelingen met snelsluiting
geleverd. Verschillende draadlengtes kunnen ook
met elkaar verbonden worden, maar alleen als de
diamantkralen dezelfde diameter hebben.
Diamantdraden met 9 mm kunnen met de rollen
voor de standaard 11 mm gebruikt worden. Voor
draden met < 8 mm en > 13 mm zijn rollen
met anderen groefbreedte of -diepte nodig.
Als diamantdraden zonder reeds gemonteerde kop-
pelingen worden gebruikt, moeten de koppelingen
volgens de instructies van de fabrikant gemonteerd
worden.
Toebehoren voor verbinden van draden
De duurzaamheid van de draadverbinding en de effi-
ciëntie bij het draadzagen hangen o.a. sterk af van het
gebruik van de optimale draadkoppelingen en de cor-
recte montage daarvan. De correcte draadverbinding is
3.2
Toepassingsadvies voor Hilti diamantdraad DS-W11
Naam Te bewerken materiaal Kleur- Afmetingen diamantdraad Draad 5,0 mm
Type code Kralen Diamantlaag Aantal
Specificatie Gewapend beton mm mm kralen/m
DS-W11BC Universeel, snel zagend geel 11 1,5 40
DS-W11LC Lange levensduur zwart 11 1,5 40
DS-W11M Metselwerk, sterk schurend materiaal paars 11 1,5 40
Toebehoren bij Hilti diamantdraden
Naam Opmerking/ Verpakking Bestelnaam
gebruik stuks
Crimptang Persen koppelingen/hulzen 1 DS-WSTHY
Koppeling Type snelsluiting 1 DS-WCMV
Pen Reservepen voor snelsluiting 10 DS-WP
Huls Reparatiehuls 5 DS-WS
O-ring Montage tussen koppeling/kraal 10 O-ring 10/4,7×2,5
Klembek Reservebek voor crimptang 2 DS-WJ
Afsnijapparaat Afsnijden van diamantdraad 1 DC125-S
een belangrijke factor voor de veiligheid bij het draad-
zagen. Hilti beveelt de volgende toebehoren voor draad-
verbinding aan. De montagehandleiding voor draad-
koppelingen vindt u in de verpakking voor de Hilti kop-
pelingen.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
15
3. Werktuigen en toebehoren
Toebehoren voor vastzetten en gebruik van draadgeleidingen en aandrijving
Werktuigset DS WS 15 draadzaag
Bestelnaam Aantal Gebruik
Werktuigset DS WS 15 Draadzagen
met:
Hilti plastic koffer 1 Operateur
Toebehoren, inhoud en lijst met toepassingen 1 Operateur
Toepassingen draadzagen 1 Operateur
Video draadzagen PAL VHS 1 Operateur
Ringsteeksleutel 19 mm 1 Montage rolbok
Ringsteeksleutel 18 mm 1 Montage rolbok
Hamer 1
1
/
2
kg 1 Voor anker, montage
Schroevendraaier 6 mm 1 Voor klemspil
BB blaasbalg 1 Ankergaten schoonblazen
Centimeter 2 m 1 Operateur
Waterpas 1 Operateur
Houten potlood 2 Operateur
Poetsdoek stof 1 Operateur
Hilti spray 1 Operateur
Hilti vet-dispenser 1 Operateur
Platte borstel 1 Operateur
Klemspil kort M12S 3 Rolbok, aandrijving
Spanmoer DD-CN-SML 3 Rolbok, aandrijving
Zetwerktuig HSD-G M12 1 Bevestiging ankers
Wateraansluitingsnippel 1 Watertoevoermondstuk
Dichting GK 5 Waterdichting voor 356700/5
Stalen wig 6 Vastzetten van betonblok
Toebehoren en verslijtende onderdelen bij Hilti draadzaagsystemen
Bestelnaam Aantal Gebruik
Klemspil lang M12L 1 Bevestiging rolbok, aandrijving
Compact anker HKD-D M12×50 50 Gat- 16 mm
Watertoevoermondstuk lang 1 Watertoevoer
Watertoevoermondstuk flexibel 1 Watertoevoer
Geleiderol DS-WSW200 1 Rolbokken, aandrijving WS15/WSS 30
Geleiderol DS-WSW140 1 Indaalzaag-omkeerrol
Aandrijvingswiel DS-WSW500 1 Aandrijving DS-WSS 30
Aandrijvingswiel DS-WSWD280 1 Aandrijving DS WS15
Opslagrol DS-WSWS280 1 Aandrijving DS WS15
Opslagrol DS-WSWS200 1 Aandrijving DS WS15
Kruisbuisklem 1 Montage geleiderollen
Dubbele buisklem 1 Buisverlenging
Buis 2ʺ×1 m (buiten 60,3 mm) 1 Buisverlenging
Stekker CEE 32 A (vrouwelijk) 1 voor verlengsnoer
Ronde zekering 3,15 A, 250 V snel 10 Besturingspaneel DS WS 15
Ronde zekering 0,63 A traag 10 Besturingspaneel DS WS 15
Smeltzekering 250 V, 40 A 5 Besturingspaneel DS WS 15
Crimptang DS-WSTHY 1 Vastpersen van koppelingen/hulzen
Koppeling DS-WCMV 1 Type snelsluiting
Pen WS-WP 10 Reservepen voor snelsluiting
Huls DS-WS 5 Reparatiehuls
O-ring 10/4,7×2,5 10 Montage tussen koppeling/kraal
Klembek DS-WJ 2 Reservebekken voor crimptang
3.3
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
16
3. Werktuigen en toebehoren
Ontkoppelrol DS-WSRW
Artikelnr. 315834
Wordt gebruikt bij veel toepassingen met grote muur-
dikte of lange zaagsneden. Hiermee wordt een optima-
le draadcontactlengte en een hoge zaagsnelheid bereikt.
3.4
Indaalrol DS-WSPW
Artikelnr. 365428 / 247620
Voor alle soorten indaaltoepassingen. Er zijn minstens
2 stuks nodig. Kan zo nodig ook aan de standaard van
de enkelvoudige rolbok gemonteerd worden.
3.5
Zaaginrichting verticaal DS-WSVC
Artikelnr. 339312
Voor eenvoudige snelle zaagsneden vlak onder de draad-
aandrijving. Er worden dan geen verdere rolgeleidingen
gebruikt (geen enkelvoudige rolbok). Optimaal voor toe-
passingen waarin de aandrijving normaal horizontal staat.
Voor het zagen van stukken plafond, draagbalken, etc.
3.6
Draadafdekkingen DSW-WG
Artikelnr. 365426
Draadafdekkingen moeten geplaatst worden in situa-
ties waarbij geen zekerheid bestaat dat er geen perso-
nen de gevarenzone binnenlopen terwijl de machine in
werking is, d.w.z. de zone waar rondvliegende deeltjes
een risico op letsel inhouden, of in situaties waarbij het
risico bestaat op beschadiging van eigendom of ande-
re uitrustingen binnen dit gebied.
3.7
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
17
4. Technische gegevens
Technische gegevens 4.1 Energievoorziening 18
4.2 Afmetingen en gewichten 18
4.3 Isolatieklasse 19
4.4 Klimaateisen voor gebruik en opslag 19
4.5 Technische gegevens 19
4.6 Geluidswaarden 20
4.7 Typeplaatje 20
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
18
4. Technische gegevens
Energievoorziening
Stroomvoorziening
Spanning elektriciteitsnet: 400 V 3-fasen, 50/60 Hz
Zekering: minstens 16 A, aanbevolen 32 A
Generator: Alleen generatoren met minstens 40 kVA toepassen
De generator moet in bij gebruik geaard zijn
Watervoorziening voor aandrijving en draadkoeling
Koelwater: min. 5 l/min bij max. 6 bar
Druklucht voor de aandrijving (compressor)
Min. 6 bar en 100 l/ min voor de pneumatische voortbeweging van de aandrijving
4.1
Afmetingen en gewichten
Aandrijving
L×B×H 1560×790×920 mm
Gewicht ca. 266 kg
4.2
Besturingspaneel
L×B×H 520×590×1080 mm
Gewicht ca. 68 kg
Enkelvoudige rolbok
Afmetingen 460×240×560 mm
Gewicht ca. 23 kg
Compressor
De door Hilti bijgeleverde compressor of een andere compressor die aan de genoemde technische gegevens
voldoet, kan gebruikt worden.
790
920
1590
520 590
1080
240
445
560
295
195
460
200
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
19
4. Technische gegevens
Isolatieklasse
Aandrijving IP 65 beschermd tegen waterstralen
(mag niet met hogedrukreiniger gereinigd worden)
Besturingspaneel IP 54 beschermd tegen spatwater
(mag niet met hogedrukreiniger gereinigd worden)
Klimaateisen voor gebruik en opslag
De nominale gegevens van de draadzaag DS WS15 zijn gegarandeerd tot op 2000 m boven zeeniveau.
Verder zijn de nominale gegevens gegarandeerd bij omgevingstemperaturen van –15° C tot +40° C
(bij –° C met voorverwarmd apparaat)
Het droge apparaat kan van –20° C tot +55° C opgeslagen worden.
Technische gegevens
Aandrijving DS WS 15 (gevoed en bestuurd vanuit het besturingspaneel DS WS 15)
Aandrijvingswielen 2× 280 mm
Nominaal vermogen P1 2×7,5 kW continu vermogen (= 15 kW aandrijvingsvermogen)
Draadsnelheid traploos 0–27 m/s
Draadopslag in de aandrijving maximaal 9,2 m (min. 3,2 m – max. 12,4 m draad)
Afmetingen aandrijving 1560×790×920 mm
Gewicht aandrijving ca. 266 kg
Beschermingsklasse IP 65
Kabellengte (binnen systeem) 7 m
Koeling elektromotoren 2×7,5 kW waterkoeling met min. 5 l/ min bij max. 6 bar
Besturingspaneel DS WS 15
Nominale spanning 400 V ~ 50/60Hz 3P+N+PE of 3P+PE (wisselstroom)
Nominale stroom 25 A
Zekering 32 A
Zekering min. 16 A
Elektriciteitsaansluiting net stopcontact 400V CEE32 (5-polig)
Reststroomonderbreker 30 mA in elektriciteitsvoorziening op de bouwplaats
Stuurspanning 24 V = (gelijkstroom)
Afmetingen besturingspaneel 520×590×1080 mm
Gewicht besturingspaneel ca. 68 kg
Beschermingsklasse IP 54
Generatorbedrijf min. 40 kVA
4.3
4.4
4.5
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
20
4. Technische gegevens
Compressor
Druklucht min. 6 bar
Luchtvolume min. 100 l/min
Aansluiting 230 V
Geluidswaarden
Machine: elektrische draadzaag DS WS15
Geluidsdrukniveau
volgens DIN EN ISO 3744* < 79 dB(A)
* gemeten op 2,8 m vanaf de aandrijving
Typeplaatje voor aandrijving en besturingspaneel
4.6
4.7
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
21
5. Veiligheidsmaatregelen
Veiligheidsmaatregelen 5.1 Beveiliging werkgebied 22
5.2 Werkvoorbereiding 22
5.3 Beveiliging van het te zagen object en afvoer van zaagslik 22
5.4 Reglementair gebruik, veiligheid tijdens het werken 23
5.5 Beveiliging tegen elektrische schokken 23
5.6 Veiligheidsmaatregelen voor transport 24
5.7 Algemene veiligheidsmaatregelen 25
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
22
5. Veiligheidsmaatregelen
Beveiliging werkgebied
Het zaaggebied moet zo worden beveiligd dat opera-
teurs, derden en inrichtingen niet door weggeslingerd
materiaal (steentjes, stukken draad, zaagslik e.d.) gewond
of beschadigd kunnen worden. Beveilig ook het niet direct
zichtbare gebied achter de plaats waar gezaagd wordt.
Het gevaarlijke gebied mag tijdens van het zagen NOOIT
betreden worden. Het omvat een gebied met een straal
van minstens het dubbele van de draadlengte die bij een
eventuele draadbreuk vrijkomt plus het gebied in het ver-
lengde van de as aan de draadtrekzijde. De operateur is
verantwoordelijk voor afzettingen en toegangscontro-
les. Het gevaarlijke gebied mag alleen worden betreden als
de noodstopschakelaar is ingedrukt.
Houd de vrije draadlengten tussen aandrijving en te
zagen object altijd zo kort mogelijk. Werk NOOIT zonder
dat aan het te zagen object of aan de zaagsnede draad-
geleidingen gemonteerd zijn! Bij een eventuele draad-
breuk wordt de draad automatisch in de holle as van de
geleiderol opgevangen, waardoor het gevaar van zweep-
slagen van de draad sterk gereduceerd wordt. Lange
vrije draadlengten kunnen bij een draadbreuk tot gevaar-
lijke zweepslagen leiden.
Werkvoorbereiding
Zaagwerkzaamheden beïnvloeden de statica. Boor-
en zaagwerkzaamheden moeten vooraf door de bouw-
directie goedgekeurd worden.
DSW-WG
l2
l1
r1 = l1 x 2
r2 = l2 x 2
5.2
5.1
Controleer of er zich geen gas-, water-, stroom- of
andere leidingen in het zaaggebied bevinden. Dicht bij
het zaaggebied liggende leidingen die b.v. door vallend
materiaal beschadigd zouden kunnen worden, moeten
afzonderlijk beschermd en eventueel buiten bedrijf gesteld
worden.
Zorg ervoor dat het gebruikte koelwater gecontroleerd
wegloopt of afgezogen wordt. Ongecontroleerd wegs-
tromend of rondspattend water kan tot schade of onge-
vallen leiden. Denk er ook aan dat water via niet-zicht-
bare, inwendige holle ruimtes kan wegstromen, b.v. in
metselwerk.
Let op invloeden vanuit de omgeving. Gebruik de draad-
zaag niet in ruimtes waar ontploffingsgevaar bestaat of
in de buurt van brandbare materialen, vloeistoffen of
gassen. Rondvliegende vonken of elektrostatische ont-
ladingen kunnen tot brand of explosies leiden.
Zaag geen materialen waarbij door het zaagproces
stof of damp kan ontstaan die gevaarlijk is zoor de gezond-
heid.
Zaag geen snel brandbare aluminium- en magnesi-
umlegeringen.
Beveiliging van het te zagen object en afvoer
van zaagslik
Om letsel en het vastlopen van de zaagdraad te voor-
komen moeten de losgezaagde blokken met stalen wig-
gen en/of steunen tegen ongecontroleerde beweging
worden beveiligd.
Zorg ervoor dat bij het zagen loskomende stukken
materiaal (betonblokken etc.) het werkgebied en de ope-
rateurs niet in gevaar brengen. Loskomende objecten,
zoals een los te zagen betonblok in het plafond, moeten
door steunen etc. tegen vallen beveiligd worden.
Gebruik voor het verwijderen en afvoeren van de los-
gezaagde objecten – die vaak vele tonnen wegen – alleen
goedgekeurde bevestigingen en hefwerktuigen van vol-
doende afmetingen
Men mag zich nooit binnen het bereik van aan een
kraan hangende lasten bevinden
De zaagplek en de ontstane opening moeten veilig en
goed zichtbaar afgezet zijn om te voorkomen dat er men-
sen kunnen vallen.
5.3
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
23
5. Veiligheidsmaatregelen
Vanuit het oogpunt van milieubescherming is het zon-
der geschikte voorbehandeling afvoeren van zaagslik in
het oppervlaktewater of in de riolering problematisch.
Informeer bij de lokale autoriteiten naar de bestaande voor-
schriften. Wij raden de volgende voorbehandeling aan:
Verzamel het zaagslik (b.v. met een industriezuiger).
Laat het slik neerslaan en voer het vaste deel af naar
een stortplaats voor bouwafval (uitvlokkingsmidde-
len kunnen het afscheidingsproces versnellen).
Voordat u het resterende water in de riolering laat
lopen, neutraliseert u het met neutralisatiemiddelen
of door het met veel water te verdunnen.
Reglementair gebruik, veiligheid tijdens het
werken
De draadzaag DS WS15 is ontwikkeld voor de tech-
nische sloop van staal-, beton- en steen- en metsel-
werkstructuren in boven- en ondergrondse bouw. Er kan
nat of droog gezaagd worden (normalerwijs wordt er nat
gezaagd). Hiervan afwijkend gebruik wordt beschouwd
als niet-reglementair en vereist overleg met de fabrikant.
De verantwoordelijke operateur moet zich bewust zijn
van de mogelijke gevaren en de verantwoordelijkheid
voor de veiligheid, ook van andere personen.
De draadzaag mag alleen bediend worden door spe-
ciaal geschoolde betonzagers, hierna operateurs genoemd.
Zij moeten met de inhoud van de gebruiksaanwijzing
vertrouwd zijn en door een Hilti specialist geschoold zijn
in het veilige gebruik van de machine.
Controleer voor het gebruik of de draadzaag, de com-
ponenten, de zaagdraad en de koppelingen goed wer-
ken. Verhelp eventuele schade voor het zagen.
Plaats het besturingspaneel zo ver mogelijk buiten de
gevarenzone en blijf tijdens het zagen bij het besturing-
spaneel.
De aandrijving moet op een solide, vlakke onder-
grond staan. Als de aandrijving op een stellage wordt
geplaatst, moet deze stabiel genoeg zijn en de aan-
drijving moet beveiligd zijn tegen verschuiven of val-
len. Een vallende aandrijving kan ernstige schade of
ernstig letsel veroorzaken.
Sluit de elektriciteitsvoorziening pas na het inrichten
aan de draadzaag aan.
5.4
Alleen zagen als de beschermkap op de aandrijving is
gemonteerd.
Het betreden van het gevaarlijk gebied (b.v. om de
rollen of de watertoevoer bij te stellen) is alleen toege-
staan wanneer de aandrijving uitgeschakeld is en het
aandrijvingswiel stilstaat. Schakel de stroomvoorzie-
ning uit of maak ze los voor het binnengaan van het
gevaarlijk gebied.
Houd u bij het zagen aan de aanbevolen richtwaarden
voor zaagsnelheid en voortbewegingsdruk.
Gebruik alleen zaagdraden die goedgekeurd zijn voor
een zaagsnelheid van minstens 30 m/sec en die een rub-
ber of plastic coating hebben.
Om veiligheidsredenen moet de vrije draadlengte altijd
zo kort mogelijk worden gehouden! Zo verkleint u bij een
eventuele draadbreuk het gevaar van zweepslagen.
Houd geen objecten met de hand in de draad om deze
b.v. als geïmproviseerde zaag te gebruiken.
Door gebruik van zaagdraden en draadkoppelingen
van goede kwaliteit (in combinatie met het geschikte
montagewerktuig) kan het aantal draadbreuken aan-
zienlijk verminderd worden.
Bij droogzagen, b.v. in metselwerk, moet een vol-
doende lange draad gebruikt worden. Dan kan de draad
tijdens het rondlopen afkoelen voordat hij weer in con-
tact komt met het te zagen object.
De draad kan heet worden; raak hem niet zonder
handschoenen aan!
Droog zagen kan enorm veel stof veroorzaken;
draag in dat geval een stofmasker!
Nationale voorschriften en wetten, de gebruiksaan-
wijzing en de veiligheidsmaatregelen voor de gebruikte
toebehoren (zaagdraad, bevestigingstoebehoren, etc.)
moeten in acht genomen worden.
Gebruik voor het vastzetten van de rolbokken en de
aandrijvingseenheid alleen materiaal van voldoende afme-
tingen (ankers, schroeven etc.). Aanbevelingen hiervoor
vindt u in de prospectus van de draadzaag.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
24
5. Veiligheidsmaatregelen
Gebruiken alleen toebehoren die in deze gebruiks-
aanwijzing aanbevolen worden. Zie hoofdstuk 3. Het
gebruik van andere toebehoren kan tot letsel of schade
leiden.
Bij gebruik van ladders, b.v. bij de montage van enkel-
voudige rolbokken aan de wand etc., moet u ervoor zor-
gen dat de ladder aan de voorschriften voldoet, niet
beschadigd is en stevig op de grond staat.
De operateur moet ervoor zorgen dat er op geen
enkel moment tijdens het zagen andere personen in het
gevaarlijke gebied zijn; dit geldt ook voor het niet zicht-
bare gebied, b.v. aan de achterkant van het bewerkten
object. Indien nodig moet een voldoende groot gebied
afgezet worden of moeten er wachtposten opgesteld
worden.
Let steeds goed op. Observeer het zaagproces, de
waterkoeling en de omgeving van de werkplek. Werk
niet met de draadzaag als u ongeconcentreerd bent!
Het is verboden de draadzaag voor andere doelein-
den te gebruiken dan voor draadzagen; hij mag b.v. niet
als transport- of liftinrichting gebruikt worden.
Er mogen aan de draadzaag, met name aan aandrij-
ving en besturingspaneel, geen veranderingen worden
aangebracht!
Beveiliging tegen elektrische schokken
Controleer de draadzaag voor elke inbedrijfneming.
Controleer met name of elektriciteitskabels, stekkers en
slangen in goede staat zijn. Gebruik het apparaat niet als
het beschadigd is, als het niet compleet is of als de bedie-
ningselementen niet goed te gebruiken zijn. Laat de draad-
zaag in zulke gevallen door de Hilti service of door een
bevoegde reparatiemonteur of elektricien repareren.
Sluit de draadzaag alleen aan een elektrische voeding
aan die voorzien is van een aardgeleider en reststroom-
onderbreker. Controleer voor elk gebruik of deze goed
werken.
Controleer of de netspanning overeenkomt met de
specificatie op het typeplaatje.
Bescherm u tegen elektrische schokken, d.w.z. voor-
kom het aanraken van geaarde onderdelen, zoals bui-
zen, radiatoren en dergelijke.
5.5
Elektriciteitskabels en speciaal de stekkers daarvan
droog houden. Sluit de stopcontacten af met de bijge-
leverde afdekkingen wanneer ze niet worden gebruikt.
Wanneer u de elektrische voeding scheidt van bestu-
ringspaneel of stroomverdeler, moet u niet aan de kabel,
maar altijd aan de stekker trekken. Bescherm elektrici-
teitskabels tegen scherpen randen, inklemming, hitte en
olie.
Gebruik van verlengsnoeren: alleen voor het toepas-
singsgebied toegestane verlengsnoeren met kernen van
voldoende diameter gebruiken. Niet met opgerolde ver-
lengsnoeren werken. Anders kunnen vermogensverlies
aan het apparaat en oververhitting van de kabel ontstaan.
Vervang beschadigde verlengsnoeren.
Verbreek de elektrische voeding voordat u de deuren
van het besturingspaneel opent.
Verbreek de elektrische voeding voor reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden of bij wanneer u het werk
lang onderbreekt.
Als u een verhoogde nullaststroom van de aandrij-
vingsmotoren of vermogensverlies bij normaal zagen
vaststelt, is misschien een van de 3 smeltzekeringen
defect. Aandrijving en hoofdschakelaar uitschakelen,
deuren van het besturingspaneel met sleutel openen en
smeltzekeringen controleren/vervangen (zie ook hoofd-
stuk "Fouten zoeken”).
Veiligheidsmaatregelen voor transport
Beveilig de draadzaag bij transport tegen verschui-
ven.
Voorkom bij het dragen van zware objecten altijd een
gebukte houding, d.w.z. houd uw rug gestrekt.
Gebruik de voor het transport van aandrijving en bestu-
ringspaneel aanwezige grepen. Houd de grepen altijd
schoon en vrij van vet.
Kraantransport van aandrijving en besturingspaneel
mag alleen aan de daarvoor bestemde kraanogen plaats-
vinden.
Transport van de aandrijving terwijl deze rechtop staat,
mag wegens kantelgevaar altijd alleen met minstens 2
operateurs en op een stevige ondergrond plaatsvinden.
5.6
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
25
5. Veiligheidsmaatregelen
Algemene veiligheidsmaatregelen
Gebruik de elektrische draadzaag alleen als u de
gebruiksaanwijzing hebt gelezen, met de inhoud ver-
trouwd bent en voor het gebruik door een Hilti specia-
list in het veilige gebruik geschoold bent. Neem alle waar-
schuwingen en opmerkingen in acht.
Bewaar de gebruiksaanwijzing altijd bij de machine
en geef hem door aan de volgende gebruiker.
Bewaar de draadzaag wanneer deze niet wordt gebruikt
op een afgesloten, droge plaats buiten bereik van kin-
deren.
Zorgvuldige reiniging en het in acht nemen van de
voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden zijn voor-
waarden voor veilig gebruik zonder storingen.
Laat geen werktuigen (b.v. steeksleutels) in de machi-
ne achter. Controleer voor het inschakelen van de aan-
drijving of alle werktuigen verwijderd zijn.
Houd orde in het werkgebied en zorg voor goede ver-
lichting. Wanorde en onvoldoende verlichting verhogen
het gevaar van ongevallen.
Draag geschikte, niet te wijde werkkleding, helm, vei-
ligheidsbril, werkhandschoenen en veiligheidsschoenen.
Bij het werken in gesloten of slecht geventileerde ruim-
tes en bij droog zagen moet een stofmasker worden
gedragen.
Houd kinderen en andere personen uit de buurt van
uw werkplek en laat niemand de draadzaag, de kabels
en de diamantdraad aanraken.
Het niet in acht nemen van waarschuwingen en vei-
ligheidsinstructies kan tot levensgevaarlijk letsel en
grote materiële schade leiden.
Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kin-
deren of door zwakke, ongeschoolde personen.
5.7
Kinderen moet duidelijk worden gemaakt dat het
apparaat geen speelgoed is.
Stof van materiaal zoals loodhoudende verf, sommi-
ge houtsoorten, mineralen en metaal kunnen schad elijk
voor de gezondheid zijn. Het in contact komen met of
het inademen van dit stof kan leiden tot allergische reac-
ties en/of aandoeningen van de luchtwegen bij de gebrui-
ker of personen die zich in de buurt bevinden.
Bepaalde stoffen, zoals eiken- of beukenstof, staan bekend
als kankerverwekkend, in het bijzonder in combinatie
met houtbewerkingsmiddelen (chromaat, houtbescher-
mingsmiddelen). Asbesthoudend materiaal mag alleen
door vakkundig personeel worden bewerkt.
Zo mogelijk gebruik maken van stofafzuiging. Om een
betere stofafzuiging te verkrijgen, gebruikmaken van
een geschikte, door Hilti aanbevolen en op dit elek-
trisch apparaat afgestemde mobiele stofafzuiging voor
hout en/ of mineraalstof.
Zorg voor een goede ventilatie van de werkruimte. Het
wordt geadviseerd een ademmasker met filterklasse
P2 te dragen. De in uw land geldende voorschriften
bij de te bewerken materialen in acht nemen.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
26
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
27
6. Inbedrijfneming
Inbedrijfneming 6.1 Planning van de draadgeleiding 28
6.1.1 Positionering van de draadgeleiderollen 28
6.1.2 Draaddruk 28
6.2 Doorgaande gaten voor de draad 28
6.3 Installatie van de stroomvoorziening 28
6.4 Transport van de draadzaag 29
6.5 Bevestiging van draadgeleidingen en draadzaagaandrijving 30
6.6 Aansluiting van stroom, water en druklucht 30
6.7 Doorhalen en spannen van de zaagdraad 31
6.8 Inrichten van de draadkoeling 34
6.9 Basistoepassingen 34
6.9.1 Verticale zaagsnede standaard 34
6.9.2 Verticale zaagsnede met ontkoppelrol 34
6.9.3 Afstand tussen aandrijving en te zagen object 35
6.9.4 Optimale zaaglengte 35
6.9.5 Horizontale zaagsnede standaard 35
6.9.6 Horizontale zaagsnede bondig 36
6.9.7 Toepassing met indaalrollen 36
6.9.8 Gebruik van het verticale zaagapparaat 36
6.9.9 Handleiding draadafdekking 36
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
28
6. Inbedrijfneming
Planning van de draadgeleiding
Voor de installatie van de draadzaag en de draadge-
leidingen en het boren van de doorgaande gaten moet
u de volgorde van het werk en het werkproces nauw-
keurig bestuderen en plannen. Koelwatertoevoer en even-
tueel waterafvoer plannen.
Veiligheidsaspecten in acht nemen, afzettingen voor
derden, etc.
Vastzetten, demonteren en verplaatsen of transpor-
teren van het losgezaagde object plannen en maatrege-
len voorbereiden .
Positionering van de draadgeleiderollen
6.1
6.1.1
α
H
L
Vuistregel : rolafstand H = 0,2 m per meter zaaglengte L 
Zaaglengte L:
1,10
1,00
0,90
0,80
0,70
0,60
0,50
0,40
0,30
0,20
0,10
0,00
Rolafstand H (meter)
Invalshoek α (°)
0
1 meter 2 meter 3 meter 4 meter
51015202530
Draaddruk
6.1.2
90 85 80 75 70 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15
10 5 0
Invalshoek α (°)
70 
60 
50 
40
30
20
10
0
Draaddruk (N) x 10
α0
=90°
α1
=70°
α2
=20°
αe=0°
F
F
F
F
Doorgaande gaten voor de draad
Afhankelijk van situatie, ondergrond en aanwezigheid
van bewapening in het beton kunnen doorgaande gaten
worden gemaakt met een boorhamer en lange hamer-
boren of met een diamantboormachine op een standaard.
Afhankelijk van de dikte van het te zagen object en het
materiaal bevelen wij een boordiameter van 16 mm, 37
mm, 67 mm of 102 mm aan.
Afhankelijk van de toepassing hebt u ook toebehoren
en speciale oplossingen voor grote boordieptes nodig.
Installatie van de stroomvoorziening
AANWIJZING
De draadzaag DS WS 15 draait ook als de stroomtoevoer
slechts 4 aders heeft (1 aarde en 3 fases). Als de neutrale
ader ontbreekt, kunnen echter de 2x230 V contactdozen op
het besturingspaneel niet gebruikt worden. Dan is een apar-
te kabel voor 230 V noodzakelijk (voor compressor, licht of
boorhamer enz.).
Zorg ervoor dat de stroomtoevoer gezekerd is met
zekeringen van 32 A (minstens 16 A). Op de bouwplaats
moet voor aarding en reststroomonderbreker met 30
6.2
6.3
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
29
6. Inbedrijfneming
mA gezorgd zijn. Voor inbedrijfneming moet gecontro-
leerd worden of aardgeleider en reststroomonderbreker
goed werken.
Het 5-polige stopcontact 400 V 32 A aan het bestu-
ringspaneel mag niet veranderd of door een ander ver-
vangen worden. Zo nodig voorziet u uw elektriciteits-
verlengsnoer van het het bijgeleverde EURO-stopcon-
tact (400 V 32 A – 5-polig).
Kabeldoorsnede en maximale kabellengtes
Stroom F mm
2
F mm
2
F mm
2
F mm
2
F mm
2
A 2,5 4 6 10 16
16 49 m 78 m 117 m 195 m *
25 39 m 63 m 94 m 156 m 250 m
32 24 m 39 m 59 m 98 m 156 m
* Niet aanbevolen
Voorbeeld: bij een gemiddelde stroomaf-
name van 25 A en een kerndoorsnede van
4 mm2 mag de draadzaag maximaal 63 m
van de stroomverdeler verwijderd zijn.
Kabelaansluitingsschema Eurostekker 400 V 32 A (man-
nelijk) aan het besturingspaneel.
PE = aarde
N = neutraal
L1 = fase
L2 = fase
L3 = fase
De 2 stopcontacten 230 V kunnen belast worden met:
max. 2 x 800 W of
max. 1600 W totaal aan slechts 1 stopcontact
Transport van de draadzaag
Transporteer de aandrijving DS WS 15 in uw auto of
op de aanhanger alleen met omhoog geklapte wielen en
beveilig aandrijving, besturingspaneel en andere com-
ponenten met spangordels tegen verschuiven of omval-
len.
Gebruik voor het uit- en inladen in de auto of op de
aanhanger geschikt hefmateriaal of stabiele laadplat-
forms die niet verschuiven.
Het besturingspaneel DS WS15 kan probleemloos
aan de 2 handgrepen verplaatst worden. Het klapblad
6.4
F mm
2
achter het besturingspaneel kan beladen worden. Voor
kraantransport is een bevestigingsoog aanwezig.
De aandrijving DS WS15 kan op de in het zwaarte-
punt liggende transportwielen gemakkelijk over een sta-
biele ondergrond gereden worden met behulp van de
uittrekbare T-greep aan de achterkant. De wielen kun-
nen zonder moeite door één persoon met een hendel uit
de stilstaande positie in de rijpositie (en omgekeerd)
worden gebracht, waar ze vastgezet worden (zie figuur
, ). Voor kraantransport zijn er 2 bevestigingsogen
aangebracht.
1
2
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
30
6. Inbedrijfneming
Bevestiging van draadgeleidingen en draad-
zaagaandrijving
Voor efficiënt en veilig draadzagen is het noodza-
kelijk dat de apparatuur goed in positie is vastgezet.
Voor het vastzetten van de aandrijving en de enkel-
voudige rolbokken, ontkoppelingsrol etc. moeten beves-
tigingselementen worden gebruikt die geschikt zijn voor
de specifieke ondergrond.
In metselwerk kunnen b.v. ook doorgaande trek-
stangen gebruikt worden.
WAARSCHUWING
Gebruik voor de aanwezige ondergrond geschikte plug-
gen en neem de aanwijzingen van de fabrikant van de
pluggen in acht.
AANWIJZING
Hilti metalen hollewandpluggen, M12, zijn meestal
geschikt voor het bevestigen van diamantmachines
in ongescheurd beton. Onder bepaalde omstandig-
heden kan echter een alternatieve bevestiging nood-
zakelijk zijn. Wendt u zich bij vragen over de veilige
bevestiging tot de Expert Consulting van Hilti.
6.5
Spanmoer met zwenkbare grondplaat
Klemspil met dubbele schroefdraad
Doorgaand gat voor de diamantdraad
Nivelleerschroef
De hierbij aanbevolen klemspillen en spanmoeren
met zwenkbare grondplaat maken snel en goed beves-
tigen mogelijk. Belangrijk: klemspillen zijn aan slijtage
onderhevig! Voor het gebruik controleren of ze in goe-
de staat zijn, niet met een hamer recht maken!
Als alternatief kunnen voor het bevestigen van de aan-
drijving DS WS15 in plaats van ankers ook plafond-
stutten, snelspankolommen of spangordels gebruikt
worden.
Afhankelijk van de ondergrond hoeft de aandrijving
DS WS15 eventueel niet vastgezet te worden. Bij een
zachte of ruwe ondergrond is het gewicht van de aan-
drijving voldoende als reactiekracht voor het draadzagen.
Bij het vastzetten van de enkelvoudige rolbok hoe-
ven de ankers niet zeer nauwkeurig gepositioneerd te
worden. Dankzij het flexibele klemsysteem van de rol-
bokken kunnen de geleiderollen altijd nauwkeurig op
de zaagsnede uitgericht worden. Een benaderde posi-
tionering is voldoende (zie figuur).
Behalve de centrale klemspil kunnen de nivelleer-
schroeven van de rolbokken ook vastgedraaid worden.
Zo zit de draadgeleiding goed vast en raakt ook bij tril-
lingen niet los.
Aansluiting van stroom, water en druklucht
Zie ook hoofdstuk 2 "Beschrijving” van de draadzaag
Uitgangssituatie: draadzaag is geïnstalleerd, op
het besturingspaneel staan alle schakelaars op "UIT”
of "NEUTRAAL”, de noodstopschakelaar is ingedrukt.
400 V stroomkabel van het systeem en 24 V bestu-
ringskabel vanuit de aandrijving aan het besturingspa-
neel aansluiten.
Belangrijk: het besturingspaneel moet buiten de geva-
renzone van het draadzagen staan!
Het stopcontact van het 400 V-net- of verlengsnoer
aan het besturingspaneel aansluiten (EURO-stopcontact
400 V 32 A 5-polig).
6.6
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
31
6. Inbedrijfneming
De watertoevoer met minstens 5 l/min bij max. 6
bar waterdruk voor de aandrijving DS WS15 installe-
ren en aan de achterkant van de aandrijving aansluiten
met de snelsluitingswaterkoppelingen.
Van de voorkant van de aandrijving (bij de geleide-
rollen) via de snelsluitingswaterkoppelingen 2 koel-
waterslangen naar het zaagpunt leiden en aan het flexi-
bele watertoevoermondstuk en het lange watertoe-
voermondstuk aansluiten.
De hoofdschakelaar op het besturingspaneel op
"AAN” zetten; het controlelampje begint groen te bran-
den. Hiermee wordt bij de aandrijving automatisch het
uitstroom-waterventiel gesloten.
Opmerking: eventueel brandt ca. 6 seconden lang het
rode waarschuwingslampje "ERROR” (fout) tot de juis-
te spanningstoestand is bereikt.
De compressor aan de 230 V-aansluiting van het
besturingspaneel aansluiten en onmiddellijk inschake-
len. Zodra de compressor uitschakelt, d.w.z. als de
druktank vol is, de drukluchtslang van de compressor
aan het besturingspaneel aansluiten (1 leiding), met de
2 lange drukluchtslangen het besturingspaneel met de
aandrijving verbinden. De compressor schakelt zo nodig
automatisch weer in.
Waterkraan van de bouwplaats openen, het water
loopt nu nog niet door de machine naar de watertoe-
voermondstukken (water stroomt pas als het koelwa-
ter op het besturingspaneel ingeschakeld wordt).
Bij droogzaagtoepassingen (b.v. bij het zagen van
metselwerk wordt de zaagdraad niet gekoeld) moet de
aandrijving DS WS15 wel gekoeld worden. Dit kan bij
normale omgevingstemperaturen in plaats van met toe-
voer van vers water ook met een dompelpomp vanuit
een waterreservoir van 30–50 liter gebeuren. Het koel-
water kan dan vanuit een van de twee waterkranen aan
de voorkant van de aandrijving weer in het reservoir
teruggebracht worden, waardoor er een gesloten kring-
loop ontstaat.
Te geringe hoeveelheden koelwater of duidelijk meer
dan 20° C warm koelwater kunnen leiden tot voortijdig
reageren van de temperatuurschakelaar. De motoren
worden dan automatisch uitgeschakeld, het waar-
schuwingslampje "Error” gaat aan (zie ook het hoofd-
stuk Fout meldingen).
Doorhalen en spannen van de zaagdraad
Uitgangspositie: de lengte van de draad en de opti-
6.7
male positie van de aandrijving zijn bepaald, de aan-
drijving is op ongeveer de juiste afstand van het te zagen
object opgesteld. De draad is van draadkoppelingen
voorzien.
Belangrijk: de draad zo doorhalen dat de looprich-
ting klopt!
De vork-opening van de draadkoppelingen moet met
de pijlrichting op de draad overeenstemmen. Als de
richtingpijlen op de draad niet meer zichtbaar zijn, is
de looprichting aan de kraal te zien (kraal in licht conisch,
met de smalle kant vooruit in de looprichting, en de
diamanten laten in looprichting een "staart” achter zich).
De vanaf het te zagen object in de trekrichting lopen-
de draad wordt altijd via de onderste geleiderol, resp.
de onderste holle as in de aandrijving binnengevoerd.
Belangrijk: altijd de kortste vrije draadlengte als trek-
zijde gebruiken! Het systeem werkt zo efficiënter en
veiliger en de draad slijt minder.
Leid de draad vanaf de holle as van de onderste gelei-
derol van de aandrijving aan de trekzijde door de rol-
geleiding naar het dichtstbijzijnde doorgaande gat en
dan door het gat naar de achterkant van het te zagen
object. Vandaaruit terug door het volgende doorgaande
gat en de volgende rolgeleiding terug naar de losse
zijde (draadterugloopzijde) van de aandrijving .
1
2
3
4
Belangrijk: wij adviseren uiterlijk op dit moment, voor
het verbinden van de twee uiteinden van de draad, de
draad door vooruit en achteruit trekken met de hand iets
in het te zagen object te "in te zagen”, zodat ook gega-
randeerd is dat de draadgeleidingen in de juiste positie
komen en het zaagproces goed werkt.
Draai de zaagdraad nu 1–1,5 maal per meter tegen
de klok in, kijkend in de richting van het uiteinde van de
draad of de draadkoppeling. Verbind vervolgens de twee
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
32
6. Inbedrijfneming
Uitgaande van de bovenste geleiderol (holle as) aan
de losse zijde slaat u de verbonden draad nu om de aan-
In het ideale geval moet de aandrijving bij begin van
het zagen alleen voorzien zijn van de minimale draad-
lengte (minstens 3,2 m). Zo kan de objectdikte gezaagd
worden zonder dat u iets aan de draad hoeft te verande-
ren. U kunt echter ook met volle draadopslag beginnen.
De operateur aan het besturingspaneel zet de voort-
bewegingdruk met de drukregelaar op ca. 1 bar en spant
de draad met de voortbeweginghendel (figuur ). De
tweede operateur aan de aandrijving controleert tegelijk
of de draad correct op de opslagrollen ligt (figuur ).
De aandrijvingsmotor op de geleideslede met de hand
in de gewenste positie brengen. Daarvoor moeten de
twee drukluchtaansluitingen aan de achterkant van de
aandrijving aangesloten of met elkaar verbonden zijn
(om ervoor te zorgen dat de lucht in de drukluchtcilin-
ders kan circuleren).
1
uiteinden van de draad met de pen. Om deze bewerking
te vergemakkelijken is aan de voorkant van de aandrij-
ving een "bankschroef” voor het vastmaken van de draad
aangebracht. Het draaien zorgt voor het gelijkmatiger
verslijten van de zaagdraad.
drijvingswielen 280 mm (zie sticker op aandrijving)
en u fixeert de onderste geleiderol aan de trekzijde in de
corresponderende opslagpositie. Wikkel de draad zo
nodig één of meer keren over de opslagrollen. Hierbij
moet u eventueel de hele aandrijvingseenheid nog eens
naar achteren of naar voren zetten en dan fixeren.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
33
6. Inbedrijfneming
ATTENTIE
Houd de draad niet te dicht bij de rol.
De handen kunnen ingeklemd worden.
De onderste holle as met geleiderol op de corre-
sponderende opslagrol (let op de markeringsgroeven)
uitrichten en vastdraaien (figuur ).
hun plaats brengen. Let erop dat de geleiderollen van de
rolbok goed uitgericht zijn op de aandrijving. De exacte
uitrichting is bereikt als de draad in het midden van de
geleiderollen loopt.
Zo nodig (b.v. bij zeer zacht bouwmateriaal) de stop-
ring van de drukluchtcilinder aan de cilinder vastdraai-
en. Dit voorkomt dat de draad bij het op gang komen
vastloopt in het zachte materiaal (figuur ).
Na het spannen van de draad de beschermkap monte-
ren. Op een correcte vergrendeling letten. Alleen als de
beschermkap vergrendeld is, kan de aandrijving worden
gestart (figuur ).
Waarschuwing voor
handletsel
Werkhandschoenen
gebruiken
2
3
Het hele verloop van de draad controleren, eventueel
van geleiderollen gesprongen stukken draad weer op
4
5
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
Inrichten van de draadkoeling
Het is het beste als u van-
af de voorkant van de aan-
drijving van de 2 wateraan-
sluitingen met waterkraan
de "flexibele watertoevoer”
naar de draadinloop aan de
voorkant van het te zagen
object leidt en de tweede
waterkoeling "lange water-
toevoer” aan de achterkant van het object naar de dia-
mantdraad leidt. De watertoevoermondstukken in de
vorm van een wig kunnen in de zaagsleuf worden gesto-
ken of provisorisch vastgezet worden.
Bij droog draadzagen wordt het uitstromende water
vanuit de aandrijving niet naar het zaagpunt, maar naar
een afvoer of reservoir geleid.
De koelwatertoevoer wordt op het besturingspaneel
in- en uitgeschakeld.
Als voor de waterkoeling van de draad minder water
nodig is dan voor het koelen van de aandrijving, kan een
deel van het water via de tweede waterkraan aan de voor-
kant van de aandrijving direct in de afvoer geleid wor-
den.
6.8
34
6. Inbedrijfneming
Wateraansluiting naar
aandrijving
Watertoevoermondstuk
naar zaagsnede
Besturingspaneel water aan/uit
Basistoepassingen
Verticale zaagsnede standaard
Figuur: gebruik van enkelvoudige rolbok
(DS-WS-SPP)
Optimale lengte van zaagsnede
Geen nauwe bocht van de draad in het beton
Goed zaagvermogen (zaagsnelheid)
Normale draadslijtage
6.9
6.9.1
Verticale zaagsnede met ontkoppelrol
(DS-WSRW)
1e stap
Figuur: gebruik van dubbele rolbok (bestaande uit 2
stuks DS-WS-SPP)
Betrekkelijk korte zaagsnede
Groot zaagvermogen (zaagsnelheid)
Iets grotere draadslijtage
Attentie: als de zaagsnede zich de hoogte van rol
bereikt, deze omlaag draaien
6.9.2
Water
Water
Diamantdraad
trekzijde
Water
Water Ontkoppelrol
Diamantdraad
trekzijde
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
35
6. Inbedrijfneming
2e stap
Ongeveer in het midden van de zaagsnede de ont-
koppelrol activeren, d.w.z. de draad van onder af in de
zaagsnede brengen.
Dit kan, als de operateur buiten het gevaarlijke gebied
blijft, met een lang touw tijdens het zagen worden gedaan:
trek gewoon de bout uit de ontkoppelrol!
1
D
2
Wasser
Ausklinkrolle
Als de diamantdraad aan het einde van het zagen uit
de zaagsnede komt, wordt deze door rol
en rol
opgevangen.
Voorbeeld: verticaal zagen van een betonelement
met dubbele rolbok
Afstand tussen aandrijving en te zagen
object "D”
De afstand "D” tussen de aandrijving en het uit te
zagen object wordt door de toepassing bepaald. De ideale
afstand, d.w.z. de "vrije draadlengte”, bedraagt ca. 2–3
m, maar kan zonder meer ook 5–10 m bedragen. Bij nog
grotere afstanden moet de draad over een extra rolbok
worden geleid. De afstand "D” resp. de "vrije draadleng-
te” moet om veiligheidsredenen altijd zo kort mogelijk
worden gehouden.
6.9.3
Optimale zaaglengte "L”
De optimale zaaglengte "L”, d.w.z. de effectief in het
zaagproces functionerende draadlengte, bedraagt voor
de draadzaag DS WS15 ca. 2 tot 8 m. Daarmee werkt
de operateur het meest economisch, d.w.z. met een hoge
zaagsnelheid en een goede levensduur van de draad. .
Horizontale zaagsnede standaard
Aandrijving met trekzijde op korte afstand van het te
zagen object positioneren.
6.9.5
6.9.4
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
36
6. Inbedrijfneming
Bewegende rol
met kogellager in
het draaipunt
Bewegende rol
met kogellager
in het draaipunt
Diamantdraad
Klem-
schroef
Kogellager-
geleiding
Bewegende
rol
Zaag-
punt
Glijdende geleiding
kan met schroef
worden vastgezet
Klemschroef
glad zagen:
schroef los
Toepassing met indaalrollen
Indaaltoepassing in massieve ondergrond
Bij een zaaglengte van 2–3 m moeten de indaalrollen
ca. 20 tot 30 cm dieper gezet worden, omdat aan het ein-
de van de zaagsnede altijd een boog blijft staan.
6.9.7
Geleiderolbuis direct aan de voet bevestigd.
Geleiderolbuis met afstandsbuis bevestigd.
20–30 cm
162 mm
Horizontale zaagsnede bondig
De rolbok moet zo worden gemonteerd dat de bewe-
gende (gelagerde) geleiderol (met klemschroef aan de
achterzijde) bijna contact maakt met het vlak waarlangs
bondig gezaagd moet worden. Zorg voor max. ca. 1 cm
speling tussen het vlak van het object en de geleiderol.
Aan het begin van de zaagsnede moeten de bewe-
gende geleiderollen naar buiten staan. Ze zijn niet geblok-
keerd en kunnen vrij meedraaien.
Aan de einde van de zaagsnede zijn de rollen, het ver-
loop van de draad volgend, naar binnen gedraaid.
6.9.6
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
37
6. Inbedrijfneming
Bij "externe toepassing” van de indaalrollen worden
deze buiten het te zagen object gemonteerd. Daarvoor
worden ze met een kruisklem op de standaard van de
enkelvoudige rolbok gemonteerd. Zo kunt u zich de moeite
van het doorboren van het object besparen!
Gebruik van het verticale zaagapparaat
(DS-WSVC)
Hiervoor is geen rolbok nodig
De aandrijving staat direct op het te zagen object
Let erop dat aandrijving en draadgeleiding naar het
te zagen object onder de rechte hoek t.o.v. elkaar staan.
Dat kunt u instellen met het hoogteverstelmechanisme
aan de achterkant.
6.9.8
Handleiding draadafdekking DSW-WG
Het gevaarlijke gebied mag alleen worden betreden
als de noodstopschakelaar is ingedrukt
De draadafdekking altijd gebruiken, om de veiligheid van
de bouwplaats te verhogen. NOOIT het gevaarlijke gebied
betreden als de zaag in gebruik is.
De draadafdekking monteren aan de hand van onder-
staande handleiding. De draadafdekking kan ook worden
gemonteerd na de gehele opbouw van het systeem.
6.9.9
1
2
3
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
38
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
39
7. Bediening en zaagproces
Bediening en zaagproces 7.1 Controles voor het zagen 40
7.2 Opstarten 40
7.3 Zaagproces 40
7.4 Beëindigen van het zaagproces 41
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
40
7. Bediening en zaagproces
Controles voor het zagen
Voorbereidende werkzaamheden op de bouwplaats
moeten uitgevoerd zijn (stutten, gevaarlijk gebied afzet-
ten, wateropvang, etc.).
Rolbokken en aandrijving zijn correct bevestigd, de
draad is in de juiste looprichting gemonteerd, de draad-
afdekking is gemonteerd, de geleiding van de draad op
de rollen is gecontroleerd en de geleiderollen staan
vast. De koelwatertoevoer naar de zaagdraad is geïn-
stalleerd.
Stroom, druklucht en water zijn aangesloten. De elek-
triciteitsvoorziening heeft een aardgeleider en rest-
stroomonderbreker en is gecontroleerd. Water en dru-
klucht bevinden zich in het geoorloofde drukgebied.
Het besturingspaneel staat buiten het gevaarlijke
gebied, gevaarlijke zones voor en achter het te zagen
object zijn beveiligd en afgezet, er bevinden zich geen
personen in het gevaarlijke gebied.
Opstarten
Uitgangspositie: de hoofdschakelaar staat op "AAN”.
Controlelampje "Spanning” brandt groen. De compres-
sor resp. het systeem heeft druk. De voortbewegings-
hendel staat in de richting "zagen” (voortbeweging). De
andere schakelaars staan op "UIT” of "0”.
Zo nodig is bij metselwerk de onderste drukluchtci-
linder voor de voortbeweging gefixeerd met de stopring.
Aan de aandrijving de 2 waterkranen voor de water-
toevoer naar de zaagsnede openen.
Op het besturingspaneel met de draaiknop (uitge-
trokken) de voortbewegingdruk op ca. 1 bar instellen of
op de druk die afhankelijk van de gebruikte draad aan-
bevolen is.
Watertoevoer inschakelen "AAN”, controlelampje
begint wit te branden.
Aandrijving inschakelen (drukknop groen "DS WS15
Drive Unit").
Met toerentalregelaar draadaandrijving met gevoel
op gang laten komen; zodra de draad op laag toerental
loopt (ca. 3–10 m/s zaagsnelheid), deze enige seconden
lang laten inzagen. Kijk of de draad correct op alle gelei-
derollen loopt.
7.1
7.2
Dan met toerentalregelaar de motoren tot het gewens-
te of optimale toerental resp. zaagsnelheid van de draad
laten komen.
Richtwaarden voor de zaagsnelheid:
Aanbevolen Aanbevolen
Zaagmethode zaagsnelheid draadlengte
Nat zagen Ca. 20–25 m/s Zo kort mogelijke draad
Droog zagen Ca. 10–20 m/s Lange draad (voor koeling)
Voortbewegingdruk (bar) zo kiezen dat het stroom-
verbruik 25–30 A bedraagt. Bij 400 V met slechts 16 A
kan gezaagd worden, maar alleen met sterk verminderd
zaagvermogen!
Draaiknop voor de drukluchtregeling vastzetten (indruk-
ken)
De DS WS 15 zaagt nu automatisch; houd het zaag-
proces in het oog. Normaal moet er al kort na het begin
even gestopt worden, aandrijving "UIT” en op "NOOD-
STOP” drukken. Draadgeleiding nogmaals controleren
en watertoevoermondstukken bijstellen.
Zo nodig nu de stopring aan de drukluchtcilinder los-
zetten.
Zaagproces
"NOODSTOP” ontgrendelen, aandrijving starten (de
snelheid en de druk zijn al ingesteld en blijfven ongewij-
zigd); de motoren komen weer op gang. De draadzaag
zaagt nu automatisch.
Houd het zaagproces in het oog, met name de water-
koeling van de zaagdraad; zodra er bij het nat zagen stof
ontstaat, de waterkoeling weer bijstellen. Na ca. de helft
van de zaagsnede moet meestal ook de richting van de
geleiderollen veranderd worden.
Instructie voor het koelen van de draad
Zaagmethode Koeling Opmerking
Nat zagen Ca. 5 liter water GEEN Stofontwikkeling,
per min water bijstellen
Droog zagen "Luchtkoeling” – Zo nodig stof bij
lange draad draaduittrede wegzuigen
Het gele waarschuwingslampje I gaat aan en de
machine wordt uitgeschakeld: de bewegende aandrij-
ving is aan de aanslag of aan het einde van de voortbe-
weging, aandrijving "UIT” en "NOODSTOP” indrukken.
De koelwaterstroming stoppen.
De beschermkap losmaken van de aandrijving, de
bewegende aandrijvingsmotor met de hand of per dru-
kluchtbesturing in de voorste aandrijfpositie brengen.
7.3
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
41
7. Bediening en zaagproces
De vrijgekomen draad op de wikkel opwikkelen, opera-
teur 2 zorgt ervoor dat de draad correct in de opslagrollen
ligt, de holle as van de geleiderol aan de trekzijde overeen-
komstig de draadinloop in de wikkel opnieuw positioneren
en vastdraaien, de beschermkap weer monteren.
Als de draadopslageenheid in een extreme toepas-
sing niet voldoende is, trek de aandrijving dan gewoon
1–2 m naar achteren en zet de aandrijving weer vast.
De uitrichting van de geleiderollen controleren, zo
nodig bijstellen.
De voortbewegingsdruk opnieuw instellen, op de aan-
bevolen waarde volgens tabel, de druklucht-draaiknop
weer vergrendelen. De waterkoeling weer inschakelen.
”NOODSTOP” ontgrendelen, aandrijving "AAN” en
met toerentalregelaar weer langzaam op de gewenste of
optimale zaagsnelheid brengen. De DS WS15 zaagt nu
weer automatisch.
Het zaagproces in het oog houden. Bij overmatige
trillen van de zaagdraad controleert u de uitrichting van
de zwenk- of geleiderollen. Zo nodig ook draadsnelheid
en voortbewegingdruk iets veranderen.
Belangrijk: tijdens het zagen bij kritische of gevaarlij-
ke, onverwachte situaties – b.v. een draad springt uit een
geleiderol of er komt iemand onverwacht in het gevaar-
lijke gebied – op de ”NOODSTOP” knop drukken. De aan-
drijving wordt dan uitgeschakeld.
Het zaagverloop bij de geleiderollen nauwkeurig obser-
veren, machine uitzetten en de geleiderollen tijdig 180°
draaien voordat er in de holle as tussen de geleiderollen
gezaagd wordt!
Voldoende waterkoeling en ronde, geleidelijke zaag-
bogen zijn doorslaggevend voor een goed zaagresultaat
qua zaagsnelheid, veiligheid en levensduur van de draad.
Voor het bijstellen van de watertoevoer, voor het
zwenken van de geleiderollen, voor het wikkelen op
de opslageenheid en ook voor het schoonmaken van
onderdelen etc. moet de aandrijving uitgezet worden
en de ”NOODSTOP” ingedrukt worden!
Laat bij het aan- en uitzetten van de aandrijving (b.v.
tijdens het inrichten van de watertoevoer etc.) de inge-
stelde vermogensparameters voor aandrijvingstoeren-
tal en voortbewegingdruk (druklucht b.v. 1,5 bar) onver-
anderd, d.w.z. deze bedieningselementen blijven zoals
ze zijn.
Beëindigen van het zaagproces
Tegen het einde van de zaagsnede wordt de draad-
curve steeds vlakker, de zaagefficiëntie wordt minder, de
trekspanning op de zaagdraad neemt toe. Monteer zo
nodig de geleiderollen op de rolbokken verder van het
te zagen object weg aan het einde van de rolbok.
Voor het uiteindelijke doorzagen van het object moet
u controleren dat het (vrijkomende) object niet beweegt,
of vastgezet is of zich alleen in de gewenste richting kan
verplaatsen. Zet het object zo nodig nog met stalen wig-
gen vast.
In de laatste zaagfase de draadsnelheid sterk redu-
ceren. Normaal wordt de draad door de geleiderollen
opgevangen zonder eruit te springen. Na het doorzagen
de aandrijving uitzetten.
Op het besturingspaneel de bedieningsknoppen op
”UIT” of ”NEUTRAAL” zetten, op de ”NOODSTOP” druk-
ken. De hoofdschakelaar blijft op ”AAN”, de elektriciteit
blijft aangesloten.
Onmiddellijk na het beëindigen van de zaagsnede de
rolbokken met de geleiderollen aan het object en ook de
aandrijving met water afspuiten, speciaal de draadge-
leiderollen en de draadopslageenheid.
7.4
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
42
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
43
8. Onderhoud en reparaties
Onderhoud en reparaties 8.1 Reiniging van de draadzaag 44
8.2 Onderhoud 44
8.3 Verslijtende onderdelen 45
8.4 Service en reparaties 45
8.5 Elektrisch schema draadzaag – besturingspaneel 46
8.6 Elektrisch schema draadzaag – aandrijving 47
8.7 Pneumatisch schema draadzaag – aandrijving 48
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
44
8. Onderhoud en reparaties
Reiniging van de draadzaag
ATTENTIE
Haal de stekker uit het stopcontact.
ATTENTIE
Het apparaat, met name de greepgedeelten, schoon en
vrij van olie en vet houden. Gebruik geen siliconenhou-
dende reinigingsmiddelen.
Wij raden u aan de belangrijkste onderdelen van de
draadzaag ook tussen de afzonderlijke zaagsneden grof
schoon te maken. Hiervoor spuit u met de waterslang
de geleiderollen, de rolbokken, de voorkant van de aan-
drijving en de draadopslageenheid van de aandrijving af.
Voor de grondige dagelijkse reiniging alle bestu-
ringselementen op ”UIT” of ”NEUTRAAL” zetten. De
hoofdschakelaar op het besturingspaneel op ”UIT” zet-
ten en de stekker van de elektrische voeding eruittrek-
ken.
Was aan het einde van elke werkdag de hele installa-
tie, speciaal de hierboven genoemde onderdelen, gron-
dig met waterslang en borstel. Plan deze reiniging in uw
werkschema! Zo zorgt u ervoor dat u elke dag efficiënt
kunt werken. Bij niet gereinigde machines zitten de gelei-
derollen en de bewegende delen al na één nacht "muur-
vast” en moeten met grote moeite losgemaakt worden,
waarbij er gevaar van beschadiging bestaat!
Het besturingspaneel niet afspuiten, alleen met een
vochtige doek schoonvegen! Reinigen met een stoom-
spuitapparaat is verboden!
Controleer na het wassen/reinigen van de installatie
of de geleiderollen en bewegende delen licht lopen, con-
troleer optisch op fouten en controleer of de bedie-
ningselementen foutloos functioneren. Beschadigde of
slecht functionerende onderdelen moeten onmiddellijk
vervangen worden om ongevallen of dure schade te voor-
komen.
Bij temperaturen onder 0° C moet na het werk of na
het reinigen het koelwater uit de motoren geblazen wor-
den (met druklucht in de watertoevoer aan de aandrij-
ving blazen , aan de voorkant een van de 2 waterkra-
nen openen ). Blazen tot er geen water meer komt.
8.1
Onderhoud
Na het gebruik alle bewegende onderdelen reinigen
en oliën, en van tijd tot tijd met een vetpers de lagers van
de geleiding op de geleidingsstangen smeren . Zo
voorkomt u dat er water en vuil in de lagers komen en
deze onnodig verslijten.
8.2
Het in het besturingspaneel rechtsboven aanwezige
luchtfilter af en toe op vervuiling controleren, zo nodig
reinigen of vervangen.
2
1
1
2
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
45
8. Onderhoud en reparaties
Verslijtende onderdelen
In hoofdstuk 3 en in de brochure van de werktuig-
set staat een lijst met de belangrijkste verbruik- en ver-
slijtende onderdelen. Bepaalde onderdelen, zoals gelei-
derol, aandrijvingswiel, watertoevoermondstukken,
vindt u ook in de prospectus. Of neem contact op met
de Hilti vertegenwoordiger.
Service en reparaties
Als de draadzaag voortdurend goed gereinigd en
gesmeerd wordt, zijn er nauwelijks storingen te ver-
wachten. Alleen vuil en onjuiste bediening kunnen tot
storingen leiden!
De mechanische constructie van de draadzaag is
zeer eenvoudig. De operateur kan de installatie met de
aangeboden verbruiks- en verslijtende onderdelen zelf
mechanisch onderhouden en een geleiderol, aanslui-
tingsnippel etc. zelf vervangen.
Verdere onderdelen (reserveonderdelen) zijn zo
nodig bij de service verkrijgbaar en kunnen normaal
door de operateur zelf, door de Hilti specialist of de Hil-
ti monteur op de bouwplaats gemonteerd worden.
Om verschillenden redenen kan af en toe een van
de zekeringen in het besturingspaneel defect zijn.
Alle zekeringen zijn in de handel verkrijgbaar; in het
besturingspaneel is een set zekeringen aanwezig. De
zekeringen kunnen door de operateur zelf in het bestu-
ringspaneel vervangen worden. Zie de hoofdstukken
Toebehoren en Fouten zoeken.
Elektrische reparaties of instellingen (b.v. aan de
omvormer) mogen alleen door geschoold personeel
worden uitgevoerd. Een gebruiksaanwijzing voor de
omvormer is in het besturingspaneel bijgevoegd.
8.3
8.4
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
46
8. Onderhoud en reparaties
Elektrisch schema draadzaag – besturingspaneel
8.5
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
47
8. Onderhoud en reparaties
Elektrisch schema draadzaag – aandrijving
8.6
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
48
8. Onderhoud en reparaties
Pneumatisch schema draadzaag – aandrijving
8.7
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
49
9. Fouten zoeken
Fouten zoeken 9.1 Fouten zoeken in de samenhang met de diamantdraad 50
9.2 Verhelpen van storingen aan de draadzaag DS WS15 53
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
50
9. Fouten zoeken
Fouten zoeken in samenhang met de diamantdraad
Draadzaag DS WS 15 kan de draad niet starten
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te scherpe randen aan het beton Randen met Hilti combihamer breken en de diamant-
draad eerst met de hand heen en weer "inzagen”
Een nieuwe diamantdraad klemt in een zaagsnede die De zaagsnede met de versleten draad afmaken
met een versleten draad is gemaakt Een hulpboring aanbrengen waar de nieuwe draad
doorheen getrokken kan worden
Te grote zaaglengte van de diamantdraad in het beton Er moeten meer omkeerrollen of ontkoppelrollen
gemonteerd worden
De diamantdraad is te sterk gespannen De draadspanning reduceren met luchtdruk-
reguleerventiel
De diamantdraad slipt op de aandrijvingswielen door
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
De diamantdraad is te weinig gespannen De draadspanning verhogen met luchtdruk-reguleer-
ventiel
De rubberband van het aandrijvingswiel is te sterk afgesleten – Aandrijvingswiel vervangen
Bij het op gang komen springt de draad van de aandrijvingswielen
Mögliche Ursache Lösung / Massnahme
Opstartblokkering is niet gebruikt Opstartblokkering gebrui-
ken (klemstuk direct achter
de luchtcilinder positione-
ren en vastzetten)
9.1
Het betreden van het gevaarlijk gebied is alleen toegestaan
als de aandrijving is uitgeschakeld en het aandrijvingswiel
stilstaat. Voor het betreden van de het gevaarlijk gebied de
noodstopschakelaar bedienen.
Onderbreek vóór het openen van het bedieningspaneel de
elektriciteitsvoorziening door de stekker uit het stopcontact
te halen.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
51
9. Fouten zoeken
Sterke, ongelijkmatige, eenzijdige slijtage van de diamantdraad
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
De diamantdraad is voor het verbinden niet gedraaid Per meter diamantdraad ca. 1–1,5× naar links draaien
kijkend op het snijvlak van de draad
Na elke grote zaagsnede moet de draad opnieuw
gedraaid worden en wel met een verschillend aantal
slagen (soms meer, soms minder)
Draadbreuk direct achter de verbinder
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Zaagstraal van de diamantdraad in het beton is te nauw Extra omleidrollen monteren
Te lange draadkoppeling Kortere draadkoppeling monteren
I.p.v. stijve draadkoppeling de door Hilti aanbevolen
koppeling met snelsluiting monteren
De diamantdraad trekt zich uit de geperste verbinding
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Perstang verkeerd ingesteld Instelling perstangen controleren
Perstang met te weinig perskracht Min. perskracht 7 t (Hilti perstang 8 t)
Verkeerde of versleten persbekken Persbekken controleren, zo nodig vervangen
De draad is niet diep genoeg in de koppeling geschoven Bij alle koppelingen moet de draad altijd helemaal
ingeschoven worden. De draad moet clean en volgens
de voorschriften afgesneden worden.
De diamantdraad springt en vibreert zeer sterk
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te weinig draadspanning De draadspanning verhogen met luchtdruk-reguleer-
ventiel
De afstand tussen de geleidingsrollen is te groot Extra rolbokken monteren
(te lange vrije draadlengte) Kortere diamantdraad monteren
Aandrijving dichter bij te zagen object plaatsen
De diamantdraad trilt zeer sterk en met een hoge frequentie
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te hoge draadspanning De draadspanning reduceren met luchtdruk-reguleer-
ventiel
Verkeerd toerental Correct toerental instellen
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
52
9. Fouten zoeken
Te grote slijtage van diamantdraad
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te laag toerental en daardoor een te lage zaagsnelheid Aandrijftoerental resp. zaagsnelheid verhogen
van de diamantdraad
Te weinig koeling van de diamantdraad Meer watermondstukken bij het zaagpunt aanbrengen
Te korte zaaglengte Zaaglengte vergroten (contactlengte vergroten)
(contactlengte van de draad in het beton)
T.o.v. de zaaglengte wordt met een te hoge De draadspanning reduceren met luchtdruk-
draadspanning gewerkt reguleerventiel
Er wordt sterk schurend materiaal gezaagd Andere diamantdraad-specificatie kiezen
De looprichting van de draad wordt telkens weer veranderd De diamantdraad altijd in dezelfde voorgeschreven
looprichting monteren
Diamantdraad gaat in elkaar zitten
(diamantkralen worden samen met het verbindingsmateriaal en de steunveren op de draad samengeschoven)
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te weinig of helemaal geen koeling van de diamantdraad Ervoor zorgen dat er altijd genoeg water in het zaag-
punt komt
De diamantdraad wordt tijdens het zagen in de Met stalen wiggen moet het verschuiven van de
zaagsnede ingeklemd en geblokkeerd afzonderlijke betonelementen worden voorkomen
Eventueel moet los gesteente van het zaagpunt verwij-
derd worden
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
53
9. Fouten zoeken
Verhelpen van storingen aan de draadzaag DS WS 15
DS WS 15 start niet
De hoofdschakelaar is ingeschakeld, maar het groene lampje
"Bedrijfsklaar” brandt niet
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Geen spanning op de voedingskabel Netzekering in de schakelkast op
de bouwplaats controleren
(35–40 A)
Een fase heeft te weinig spanning De 3 fasen apart controleren
of ontbreekt Verlengsnoer en stekkers/stopcon-
tacten op fouten of los contact
controleren
Eventueel hulp van elektricien op
bouwplaats vragen
Zekering in de schakelkast defect Defecte zekering terugzetten
resp. vervangen
– Netzekering
– Trafozekering 3,15 AT
– Trafozekering 0,63 AT
1 relaisblok voor , ,
Reservezekeringen in het bestu-
ringspaneel    
9.2
Een van de volgende functies werkt niet
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Rood lampje links brandt niet, Relaisblok wisselen of
omvormer/aandrijvingsmotoren vervangen
draaien niet
Rood lampje midden links brandt Elektricien erbij halen,
niet, probleem thermische relais
contactverbreker, draadafdekking
Rood lampje midden rechts brandt Relaisblok wisselen of
niet, eindaanslag pneumatische vervangen
voortbeweging
Rood lampje rechts, Relaisblok wisselen of
waterventiel vervangen
Bij , , wordt hetzelfde relaistype gebruikt,
d.w.z. de relais , , zijn gelijk en kunnen met elkaar verwisseld
worden.
6
5
1 3
2 4
4
7
1
2 3 4
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
54
9. Fouten zoeken
DS WS 15 start niet
Het groene lampje "Bedrijfsklaar” brandt tegelijk met het rode
storingslampje (error)
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Stroom of besturingskabel van de Kabel aansluiten
aandrijving is bij het besturingspaneel
niet ingeplugd
Beschermkap aan de machine Beschermkap monteren
ontbreekt
Motoren te heet Meer koelwater, of kouder water
gebruiken
Omvormer overbelast Niet hoger dan met 30 A werken
Filter in de bodem van het
besturingspaneel controleren
(luchtstroming bij opening boven
aan het besturingspaneel moet
voelbaar zijn).
Resetten van de omvormer
Hoofdschakelaar uitschakelen en na
ca. 1 min. weer inschakelen.
DS WS 15 start niet
Het groene lampje "Bedrijfsklaar” brandt
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
NOODSTOP is ingedrukt – NOODSTOP ontgrendelen
DS WS 15 schakelt tijdens het werken uit en kan niet meer gestart
worden. Het groene lampje "Bedrijfsklaar” brandt en tegelijk brandt
ook het gele lampje van de pneumatische voortbeweging.
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
De luchtcilinders en de geleidingsslede Draad korter maken
zijn in de eindpositie (op de opslagwikkel opwikkelen)
of machine resetten
5
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
55
9. Fouten zoeken
230 V-stopcontact functioneert niet (geen spanning)
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Geen nulgeleider Toevoer controleren
Contactverbreker geactiveerd Contactverbreker resetten
Hoog stroomverbruik (meer dan 40 A) of omvormer is overbelast
Mogelijke oorzaak Oplossing/maatregelen
Te hoge draadspanning Druk verminderen met luchtdruk-
reguleerventiel
6
7
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
56
Alleen voor EU-landen
Geef elektrisch gereedschap niet met het
huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn inzake oude elektrische en
elektronische apparaten en de toepassing daarvan bin-
nen de nationale wetgeving, dient gebruikt elektrisch
gereedschap gescheiden te worden ingezameld en te
worden afgevoerd naar een recycle bedrijf dat voldoet
aan de geldende milieu-eisen.
10. Afvoer van de draadzaag DS WS 15
Hilti-apparaten zijn voor een groot percentage gefabri-
ceerd uit herbruikbaar materiaal. Voor hergebruik is cor-
recte materiaalscheiding noodzakelijk. In veel landen is
Hilti er al op ingesteld om uw oude apparaat voor recy-
cling terug te nemen. Vraag informatie hierover bij uw
verkoopadviseur of bij de klantenservice van Hilti.
Als u het apparaat zelf voor recycling gereed wilt maken,
neemt u het uit elkaar voor zover dat zonder speciaal
gereedschap mogelijk is en voert u de delen als afval af.
Afval voor hergebruik recyclen
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
57
11. Fabrieksgarantie op de apparatuur
Neem bij vragen over de garantievoorwaarden contact
op met uw lokale HILTI dealer.
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
58
12. EG-conformiteitsverklaring (origineel)
Geluidswaarden
Geluidsinformatie (volgens EN ISO 3744)
Apparaat: elektrische draadzaag DS WS 15
Typisch gewogen geluidsdrukniveau (A) op de
bedieningsplaats op 2,8 m van de aandrijving: 79 dB(A)
Voor de operateur is het dragen van oorbeschermers NIET vereist
EG-conformiteitsverklaring (origineel)
Product Elektrische draadzaag
Serienummer 403 tot 9999
Type DS WS15
Bouwjaar 2000
Wij verklaren, op onze eigen verantwoording, dat dit product overeenkomt met de volgende richtlijnen en normen:
tot 19 april 2016: 2004/108/EG, vanaf 20 april 2016: 2014/30/EU, 2006/42/EG, 2011/65/EU, EN 602041,
EN 12100.
Dit apparaat voldoet aan de betreffende norm onder de voorwaarde dat het kortsluitvermogen S
SC
op het aans-
luitpunt van de schakelkast met het openbare net groter dan of gelijk aan 3,2 MVA is. Het is de verantwoorde-
lijkheid van de installateur of de gebruiker van het apparaat ervoor te zorgen, eventueel na overleg met het
stroombedrijf, dat dit apparaat alleen wordt aangesloten op een aansluitpunt met een S
SC
-waarde groter dan of
gelijk aan 3,2 MVA.
12.1
12.2
Hilti Corporation, Feldkircherstrasse 100, FL-9494 Schaan
Paolo Luccini Johannes Wilfried Huber
Head of BA Quality and Process Management Senior Vice President
Business Area Electric Tools & Accessories Business Unit Diamond
06 / 2015 06 / 2015
Technische documentatie bij:
Hilti Entwicklungsgesellschaft mbH
Zulassung Elektrowerkzeuge
Hiltistrasse 6
86916 Kaufering
Deutschland
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
59
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
*339281*
339281
Hilti = registered trademark of Hilti Corp., Schaan
nl I 20150922
Hilti Corporation
LI-9494 Schaan
Tel.: +423 / 234 21 11
Fax:+423 / 234 29 65
www.hilti.com
Printed: 07.03.2016 | Doc-Nr: PUB / 5069755 / 000 / 03
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Hilti DS WS15 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding