12
•Komnooitmetuwvingersof
handen in de buurt van het
maalwerk en/of de opvangbak als
het apparaat in werking is.
•Laathetsnoernietvrijhangenof
in aanraking komen met een heet
oppervlak (bv. een kookplaat).
•Gebruikhetapparaatnietals
het netsnoer bschadigd is.
•Dompelhetapparaatnooiton-
der in water en gebruik bij het
schoonmaken geen scherpe en
schurende reinigingsmiddelen of
harde borstels.
•Plaatsgeenonderdelenvanhet
apparaat in de vaatwasser.
•Maakhetmaalwerkaltijdschoon
met een zachte borstel. Gebruik
bij het reinigen geen water en zeep.
•Kinderenmogennietditapparaat
gebruiken. Het apparaat en het
powersnoer moeten goed wegge-
houden worden van kinderen.
•Hetapparaatkangebruiktworden
door personen met een fysieke,
sensorische of geestelijke beperking
of door personen die niet over
voldoende ervaring en/of kennis
beschikken. Dit kan op voorwaarde
dat er iemand toezicht houdt
of heeft uitgelegd hoe ze het
apparaat moeten gebruiken en
welke gevaren daarmee gepaard
gaan en zij dit begrepen hebben.
•Kinderenmogennietmethet
apparaat spelen.
•Hetvervangenvanhetnetsnoer
en alle andere reparaties mogen
slechts uitgevoerd worden door
de klantendienst van Melitta
®
of
een geautoriseerde reparatieser-
vice.
•Hetgebruikvannietdoorde
fabrikant aanbevolen of verkochte
onderdelen kan brand, elektrische
schokken of letsel veroorzaken.
2. Voorafgaand aan de
ingebruikneming
•Haaldekoemolenuitdeverpakking.
•Alsonderdeelvanhetproductieproceswordt
gecontroleerd of alle apparaten perfect functioneren.
Er kunnen restanten van bv. koepoeder zijn. Reinig
vóór het eerste gebruik de behuizing, de maalkamer,
de opvangbak en het deksel (zie punt 5 “De koemolen
reinigen”).
•Bevestigdeopvangbakmethetdekselenhetdeksel
van de molen zelf op de juiste plaats. De koemolen werkt
pas als het deksel op de maalkamer is bevestigd en
de bak voor gemalen koe met deksel ingebracht is.
•Demolenisuitsluitendbedoeldvoorkoebonen.
Controleer of zich in het apparaat geen vreemde
voorwerpen of voedingsmiddelen bevinden.
•Controleerofdenetspanninginuwhuisovereen-
komt met die op het typeplaatje aan de onderkant
van het apparaat.
•Steekdestekkerinhetstopcontact.
3. De kofemolen gebruiken
•Controleerofdestekkervanhetapparaatinhet
stopcontact zit.
•Neemhetdekselwegdoorhetrechtomhoogte
tillen .
•Vuldemaalkamermetdegewenstehoeveelheid
koebonen (max. 200 g). Vul alleen koebonen in
het bonenreservoir .
OPGELET: Bij gebruik van ongeschikte bonensoorten
kan de molen verstopt raken. Gebruik geen
gevriesdroogde of gekarameliseerde koebonen en vul
het reservoir niet met gemalen koe.
•Plaatshetdekselterugopdemolen.
•Viademaalinstelknopkandegrofheidvandemaling
worden ingesteld. Zet de maalinstelknop in de stand
van de gewenste grofheid . Tijdens het malen mag
de grofheid worden aangepast.
OPMERKING: De maalinstelknop heeft 17 standen:
stand 1 (
) voor de fijnste maling, stand 17 (
)
voor de grofste.
•Zetdekopjesinstelknopindestandvanhetgewenste
aantal kopjes . Er zijn standen voor 2 tot 14
kopjes.
•Drukopdeaan-/uitknopomdebonentemalen.
De gemalen koe komt via de vulkoker in de
opvangbak terecht. OPMERKING: De opvangbak
mag niet volledig worden gevuld omdat het apparaat
anders verstopt kan raken.
•Alsdegekozenhoeveelheidkoeisgemalen,wordt
de molen automatisch uitgeschakeld.
•Alsueenhooggeluidhoort,zijnerkoebonenin
de maalkamer vastgeraakt. Druk op de Aan-/uitknop
om het apparaat uit te zetten en trek de stekker
uit het stopcontact . Reinig de koemolen zoals
uiteengezet in punt 5.
•Neemdeopvangbakuithetapparaatvanzodra
de laatste koebonen gemalen zijn . Tik om de