Zanussi ZCB990XQ Handleiding

Categorie
Ovens
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

ZCB 990
Gebruiks
aanwijzing
Oven met
stoomfunctie
NL
2
Dit apparaat voldoet aan de volgende
EU-richtlijnen:
- 2006/95 (met betrekking tot de
Laagspanning);
- 2004/108 (met betrekking tot de
Elektromagnetische compatibiliteit);
en daaropvolgende wijzigingen.
Deze symbolen zullen u helpen de belangrijkste
informatie snel te vinden.
Veiligheidsinformatie
Stap-voor-stap-handleiding
Handige aanwijzingen en tips
Informatie over de bescherming
van het milieu
Inleiding op de instructies
)
Voor uw veiligheid 3
Beschrijving van de oven 5
Elektronisch programmeren 6
Wat te doen als u het apparaat voor
het eerst in gebruik neemt 7
De bereidingsfuncties 10
Het programmeren van de oven 11
Speciale functies 13
De bereiding met stoom 17
Bereiding met stoom 19
Adviezen voor het gebruik van de oven 21
Telescopische reksteunen 27
Bereidingstabellen 28
Reiniging en onderhoud 34
Problemen oplossen 41
Technische gegevens 43
Installatie 44
Technische assistentie en onderdelen 47
FABRIKANT:
ELECTROLUX ITALIA S.p.A.
C.so Lino Zanussi, 30
33080 PORCIA (PN) - Italië
Inhoudsopgave
3
Dit nieuwe apparaat is gemakkelijk in gebruik.
Toch is het belangrijk om dit boekje helemaal door te lezen voordat u het apparaat installeert
en in gebruik neemt. Op deze manier krijgt u het beste resultaat, voorkomt u onjuiste
bediening, gebruikt u het apparaat volkomen veilig en ontziet u het milieu.
Installatie
Het is gevaarlijk om wijzigingen aan de
eigenschappen van dit apparaat aan te
brengen.
De installatie van het apparaat en de
aansluiting op het elektriciteitsnet mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door erkende
vakmensen. Verzeker u ervan dat de stekker
uit het stopcontact is getrokken, voordat
u welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
Verzeker u ervan, nadat u het apparaat heeft
uitgepakt, dat het niet is beschadigd en dat het
aansluitsnoer in goede staat verkeert. Als dat
niet het geval is, dient u contact op te nemen
met uw vakhandelaar.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden als deze veiligheidsvoorschriften
niet worden opgevolgd.
Persoonlijke veiligheid
Dit apparaat mag uitsluitend door
volwassenen gebruikt worden. Zorg ervoor
dat kinderen de bedieningsknoppen
niet aanraken of met het apparaat gaan
spelen.
Het apparaat mag niet gebruikt worden door
kinderen of personen met sensorische,
verstandelijke of lichamelijke beperkingen of
met gebrek aan ervaring en kennis over het
gebruik van het apparaat, tenzij zij onder
toezicht staan van een voor hun veiligheid
verantwoordelijke persoon of instructies
hebben gekregen over het correcte gebruik
van het apparaat.
Dit apparaat wordt heet tijdens het koken en
blijft dit nog even, zelfs nadat het apparaat
uitgeschakeld is. Houd kinderen uit de
buurt tot het apparaat is afgekoeld.
Tijdens het gebruik
Dit product is ontworpen voor niet-
professioneel, huishoudelijk gebruik en voor
het bereiden van voedsel. Gebruik het
niet voor andere doeleinden.
Als u een stopcontact in de buurt van dit
apparaat gebruikt, let er dan op dat de snoeren
van elektrische huishoudelijke apparaten die
u gebruikt niet in aanraking komen met het
apparaat en dat ze op voldoende afstand
blijven van de hete onderdelen van dit
apparaat.
Dit apparaat wordt heet tijdens het koken en
blijft dit nog even, zelfs nadat het apparaat
uitgeschakeld is. Zorg ervoor dat u de
verwarmingselementen in de oven niet
aanraakt.
Pas bij het openen van de deur, tijdens
of aan het einde van de bereiding,
altijd op voor de hete luchtstroom die
uit de oven komt.
Verzeker u ervan dat alle bedieningsknoppen,
na gebruik van het apparaat, in de stand
“GESLOTEN” of “UIT” staan.
Gebruik de uitgeschakelde oven absoluut
niet om levensmiddelen of bakken op te
bergen: als de oven onbedoeld ingeschakeld
zou worden kan dit leiden tot schade en
ongevallen.
Voor uw veiligheid
4
Het is belangrijk dat dit
instructieboekje bij het apparaat
bewaard wordt, zodat u het later nog
eens kunt raadplegen. Als het
apparaat aan iemand anders verkocht
of geschonken wordt, zorg er dan
voor dat dit boekje aan de nieuwe
gebruiker gegeven wordt, zodat deze
op de hoogte is van de werking van
het apparaat en de bijbehorende
waarschuwingen.
Reiniging en onderhoud
Verzeker u ervan dat de stekker van het
apparaat uit het stopcontact is gehaald
voordat u welke reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden dan ook
verricht.
Houd het apparaat altijd goed schoon.
Voedselresten verhogen de kans op brand.
Gebruik geen stoom of stoomreinigers om
het apparaat schoon te maken.
Gebruik geen ruwe, schurende materialen of
metalen schrapers om de glazen
oppervlakken van de ovendeur schoon te
maken, deze kunnen het glas beschadigen
en/of laten barsten.
In geval van storingen nooit proberen het
apparaat zelf te repareren. Reparaties
uitgevoerd door ondeskundigen kunnen tot
schade en ongelukken leiden. Raadpleeg
deze gebruiksaanwijzing. Als u de informatie
die u nodig heeft niet kunt vinden, neem dan
contact op met het dichtstbijzijnde
servicecentrum. Reparaties aan dit
apparaat moeten worden uitgevoerd door
een erkend servicecentrum. Vraag altijd om
originele onderdelen.
Milieutips
Verpakking
Alle verpakkingsmaterialen zijn
milieuvriendelijk en kunnen worden
gerecycled. Help het milieu een handje door
het afval gescheiden af te voeren.
Apparaten die niet meer gebruikt worden
Apparaten die niet langer in gebruik zijn of
onbruikbaar zijn geworden, zijn niet zomaar
waardeloos afval. Door gescheiden
afvalinzameling kunnen verschillende
materialen die bij de productie van uw
apparaat gebruikt zijn, worden gerecycled.
Meer informatie over mogelijkheden over
afdanking kunt u bij de gespecialiseerde
verkoper of uw gemeente krijgen.
Wanneer een oud apparaat wordt
afgedankt, moet dit onbruikbaar worden
gemaakt door het elektriciteitssnoer af
te snijden.
Het symbool op het product of op de
verpakking geeft aan dat dit apparaat niet
behandeld mag worden als normaal
huishoudelijk afval, maar ingeleverd moet
worden bij een inzamelingspunt voor recycling
van elektrische en elektronische apparaten.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste
manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die
zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking.
Voor meer gedetailleerde informatie over de
recycling van dit product kunt u contact
opnemen met het gemeentehuis, de
plaatselijke afvalverwerkingsdienst of de
winkel waar het product is gekocht.
5
1
2
3
4
5
6
7
9
10
8
1. Bedieningspaneel
2. Ovenlampje
3. Grill
4. Ventilator
5. Identificatieplaatje van de oven
6. Controlelampjes voor bereiding met stoom
7. Watervullade
8. Stoomingang
9. Waterafvoerklep
10. Waterafvoersonde
Beschrijving van de oven
6
1. Schakelaar AAN / UIT
2. Drukknop voor de keuze van de bereidingsfunctie
3. Toets voor de keuze van snelopwarmfunctie
4. Toets “ ” (achteruit)
5. Toets “ ” (vooruit)
6. Instelling kookwekker, Bereidingsduur, Tijdstip einde bereiding
DISPLAY KLOKDISPLAY
TEMPERATUUR
DISPLAY
VAN DE
BEREIDINGSFUNCTIES
1 2 3 4 5 6
LET OP
Indien de elektrische stroom uitvalt, blijven
alle ingestelde gegevens gedurende
ongeveer 3 minuten in het geheugen
bewaard. Na afloop daarvan worden de
gegevens gewist en moeten ze, na herstel
van de elektrische stroom, opnieuw
ingesteld worden.
De bereidingsfuncties worden door een
elektronische programmeervoorziening
gecontroleerd.
U kunt willekeurig welke bereidingsfunctie,
temperatuur en bereidingsduur kiezen.
Elektronisch programmeren
7
Verwijder alle verpakkingsmaterialen
van uw nieuwe oven, met inbegrip van
reclamestickers en eventuele
beschermfolie.
Was alle accessoires die u in de oven vindt
zorgvuldig, voordat u met de eerste
bereiding begint.
Wanneer de oven voor de eerste keer
aangesloten wordt op het elektriciteitsnet of als de
energietoevoer hersteld wordt na een
onderbreking, moet u wachten tot de cijfers
“12.00” en het symbool op het display gaan
knipperen.
Om de oven te kunnen gebruiken moet het
huidige tijdstip worden ingesteld.
Om het juiste tijdstip in te stellen:
a) terwijl het symbool knippert, stelt u het uur
in met behulp van de toetsen “ ” of “
(Fig. 1). Het symbool verdwijnt ongeveer
5 seconden na de laatste instelling van het
uur (Fig. 2).
b) als het symbool niet meer knippert, drukt u
tweemaal op de toets .
Ga dan verder zoals beschreven onder punt
“a” (Fig. 3).
Het in- en uitschakelen van de oven
De oven moet ingeschakeld worden voordat
u een functie/bereidingsprogramma kiest. Elke
keer als u op de toets drukt, verschijnt het
symbool van de oven op het display en gaat
de ovenverlichting branden.
U kunt de oven te allen tijde uitschakelen.
Om de oven uit te schakelen, op de toets
drukken: alle bereidingsfuncties/programma’s
worden onderbroken, de ovenverlichting gaat
uit en op het display verschijnt het huidige
tijdstip.
)
Wat te doen als u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
)
Afb. 3
Afb. 1
Afb. 2
8
Gedurende de eerste minuten van de
werking, IS HET ABSOLUUT NORMAAL dat er
rook en onaangename luchtjes uit de oven
komen. Dit wordt veroorzaakt door de opwarming
van de thermische isolatie en door
fabricageresten.
Daarom adviseren wij u de oven LEEG te
verwarmen voordat u met het normale gebruik
begint.
Om dit te doen gaat u als volgt te werk.
schakel de oven in met de toets .
druk tweemaal op de toets om de functie
“Boven- en onderwarmte” te kiezen
(Afb. 4).
gebruik de toets “ ” om de temperatuur in te
stellen op 250°C.
laat de oven LEEG gedurende ongeveer
45 minuten werken. Als u wilt kunt u de oven
voor een tijdsduur van 45 minuten
programmeren.
ventileer de ruimte gedurende de hele
handeling.
Wij adviseren u bovenstaande procedure te
herhalen met de functie “Hetelucht” en de
bereidingsfunctie “Dubbele Grill”
gedurende ongeveer 5-10 minuten.
Laat de oven na 45 minuten afkoelen, maak
daarna de binnenkant schoon met warm water en
een zacht reinigingsmiddel.
Pak, om de deur te openen, altijd de
handgreep in het midden vast
(Afb.5).
)
Afb. 5
Afb. 4
9
Zo kiest u een bereidingsfunctie
Schakel de oven in door op de toets te
drukken.
Druk op de toets om de gewenste functie
te kiezen. Elke keer als u op de toets
drukt, gaat er een symbool van de
bereidingsfuncties branden, waardoor
aangegeven wordt welke functie op dat
moment actief is.
Naast het bij de gekozen bereidingsfunctie
behorende symbool verschijnt het
overeenkomstige cijfer (Afb. 6).
Voor elke bereidingsfunctie verschijnt er op
het temperatuurdisplay de van te voren
ingestelde temperatuur.
Indien de van te voren ingestelde temperatuur
niet de gewenste temperatuur is, drukt u op
de toetsen “ ” en “ om de temperatuur in
stappen van vijf graden in te stellen.
Het symbool van de thermometer “ ” geeft
het niveau van de temperatuur in de oven
aan.
Wanneer de temperatuur van de oven het
ingestelde niveau bereikt, klinkt er een kort
geluidssignaal en stopt het symbool van de
thermometer “ ” met knipperen.
Het veranderen van de temperatuur
Druk op de toets , op het display wordt de
temperatuur aangegeven.
Gebruik de toetsen “ ” of “ ” om de van te
voren ingestelde temperatuur te veranderen
terwijl het symbool “°” knippert (Afb. 7). De
maximale temperatuur die geprogrammeerd
kan worden bedraagt 250°C.
Speciale functies
De volgende functies kunnen gekozen
worden door tegelijkertijd twee toetsen in te
drukken:
)
)
)
Afb. 6
Afb. 7
10
Kinderslot: druk op de toetsen “ ” en “ ”;
Geluidssignaal: druk op de toetsen
en “ ”;
Bereiding met hetelucht - De
warmte wordt gelijkmatig verdeeld
dankzij de werking van een ventilator.
De vooraf ingestelde temperatuur
bedraagt 175°C.
Onder- en bovenwarmte - De
warmte komt van boven en van onder.
De vooraf ingestelde temperatuur
bedraagt 200°C.
Enkele Grill - De oven geeft alleen
warmte van de bovenkant. De vooraf
ingestelde temperatuur bedraagt
250°C.
U kunt de temperatuur instellen tussen
200°C en 250°C.
Grillen met hetelucht - De warmte
komt alleen van boven en wordt
verdeeld door de ventilator. De vooraf
ingestelde temperatuur bedraagt
180°C. Kies een maximale
temperatuur van 200°C.
Pizzafunctie - De gecombineerde
werking van warmte van onder en
hetelucht die verdeeld wordt door de
ventilator maakt een gelijkvormige
bereiding van pizza’s of hartige
taarten. De vooraf ingestelde
temperatuur bedraagt 175°C.
Dubbele Grill - De oven geeft intense
warmte, alleen van boven. De vooraf
ingestelde temperatuur bedraagt 250°C.
U kunt de temperatuur instellen tussen
200°C en 250°C.
Onderwarmte - De oven geeft
gematigde warmte alleen van de
onderkant. De vooraf ingestelde
temperatuur bedraagt 250°C.
Bovenwarmte - De oven geeft
gematigde warmte alleen van de
bovenkant. De vooraf ingestelde
temperatuur bedraagt 250°C.
Ontdooien - De ventilator laat in de
oven koude lucht circuleren, waardoor
ingevroren levensmiddelen sneller
kunnen ontdooien.
Bereiding met stoom - De
gerechten worden met stoom
bereid.
De vooraf ingestelde temperatuur
bedraagt 140°C.
1
2
3
4
5
8
9
6
De bereidingsfuncties
7
10
Demofunctie: om deze functie te activeren
de aanwijzingen op pag. 14 opvolgen.
11
Het programmeren van de oven
Het gebruik van de kookwekker
Druk op toets om de functie Kookwekker
in te schakelen Het symbool begint te
knipperen en op het display verschijnen de
cijfers “0.00”.
Gebruik de toets “ ” om de gewenste tijdsduur
in te stellen. De maximale tijdsduur die u in
kunt stellen bedraagt 23 uur en 59 minuten.
Als de tijdsduur eenmaal is ingesteld, wacht
de kookwekker 3 seconden, daarna begint
het aftellen.
Na afloop van de ingestelde tijdsduur klinkt er
een geluidssignaal. Het geluidssignaal kan
worden uitgezet door op een willekeurige toets
te drukken. Het geluidssignaal wordt in ieder
geval automatisch uitgeschakeld na een minuut
(Afb. 9).
LET OP: de functie kookwekker
schakelt de oven NIET automatisch
uit, als deze in werking is.
U kunt de functie Kookwekker ook
instellen als de oven in stand-by
staat.
Om toegang te krijgen tot de instelling van
de kookwekker of om deze te veranderen:
Druk herhaaldelijk op de toets , totdat op
het display de symbolen en gaan
knipperen. Nu kunt u de instelling van de
kookwekker veranderen door op de toetsen
” of “ ” te drukken.
Zo schakelt u de kookwekker uit:
Druk op de toets , totdat de symbolen
en op het display beginnen te knipperen.
Druk op de toets “ ” totdat de cijfers “0.00”
op het display verschijnen (Afb. 10).
)
Afb. 9
Afb. 8
Afb. 10
12
De oven programmeren om uit te
schakelen
Zet uw gerecht in de oven, kies de
bereidingsfunctie en de gewenste temperatuur
(Afb. 11).
Druk op de toets om de functie
“Bereidingstijd” te kiezen (Afb. 12). Het
symbool “Bereidingstijd” knippert en op
het display verschijnen de cijfers “0.00”
Terwijl het symbool knippert, gebruikt u de
toets “ ” om de gewenste tijdsduur in te
stellen. De maximale tijdsduur die u in kunt
stellen bedraagt 23 uur en 59 minuten.
Als de tijdsduur eenmaal is ingesteld, wacht
de programmering 3 seconden, daarna begint
het aftellen.
Na afloop van de ingestelde tijdsduur wordt
de oven automatisch uitgeschakeld en klinkt
er een geluidssignaal. Op het display gaan
de cijfers “0.00” en het symbool knipperen.
Het geluidssignaal kan worden uitgezet door
op de toets te drukken.
De bereidingstijd annuleren:
Druk op de toets totdat het symbool
op het display gaat knipperen.
Druk op de toets “ ” totdat de cijfers “0.00”
op het display verschijnen (Afb. 13).
De oven programmeren om in- en uit
te schakelen
Stel de “Bereidingstijd” in zoals beschreven
op de vorige pagina.
Druk op de toets en kies de functie
“Bereidingstijd” die wordt aangegeven door
het symbool dat begint te knipperen.
Op het display verschijnt het tijdstip van het
einde van de bereidingstijd (dat wil zeggen,
het huidige tijdstip plus de ingestelde
bereidingstijd - Afb. 14).
)
Afb. 11
Afb. 12
Afb. 13
)
Afb. 14
13
Gebruik de toets “ ” om het gewenste tijdstip
van het einde van de bereiding in te stellen.
Als de tijdsduur eenmaal is ingesteld, wacht
de programmering 3 seconden, daarna begint
het aftellen.
Speciale functies
Automatische uitschakeling
Als u vergeet de oven uit te schakelen, dan
zal deze na verloop van tijd, afhankelijk van de
ingestelde temperatuur, uitgeschakeld worden
(Afb. 15).
Bij een temperatuur wordt de oven
van: uitgeschakeld na:
250° 3 uur
tussen 200 en 245° 5,5 uur
tussen 120 en 195° 8,5 uur
minder dan 120° 12 uur
Afb. 15
De oven wordt automatisch in- en
uitgeschakeld, het einde van de bereiding
wordt aangegeven met een geluidssignaal.
Het geluidssignaal kan worden uitgezet door
op de toets te drukken.
Om de bereidingstijd te annuleren de
aanwijzingen in de vorige paragraaf
opvolgen.
Gebruik van de restwarmte
Als u de automatisch uitschakeling van de oven
programmeert, zal deze enkele minuten eerder
uitgeschakeld worden. Op die manier maakt de
restwarmte in de oven de bereiding af, waardoor u
energie bespaart. De aanwijzingen op het display
blijven echter staan tot het tijdstip van het einde van
de bereiding.
Deze speciale functie werkt niet als de ingestelde
bereidingstijd minder dan 15 minuten bedraagt.
Kinderslot
Met het kinderslot kunt u de oven vergrendelen,
zodat deze niet per ongeluk ingeschakeld kan
worden.
14
Als de oven ingeschakeld is, schakelt u hem uit
door op de toets te drukken.
Houd tegelijkertijd de toetsen en “
gedurende minstens 3 seconden ingedrukt.
Er klinkt een kort geluidssignaal en op het
display verschijnt de tekst “SAFE” (Afb. 16).
Nu is de oven beveiligd. Er kan geen enkele
bereidingsfunctie gekozen worden.
Het kinderslot uitschakelen: druk tegelijkertijd
op de toetsen en “ ” en houd ze minstens
3 seconden ingedrukt. Er klinkt een kort
geluidssignaal en op het display verdwijnt de tekst
“SAFE” en de oven kan weer gebruikt worden
(Afb. 17).
Demofunctie
Deze functie kan gebruikt worden om in de winkels
en showrooms de werking van de oven te laten
zien zonder enig energieverbruik, behalve voor
de ovenverlichting en de ventilator.
Om deze functie in te schakelen moet het apparaat
in de toestand van voor ingebruikneming
verkeren, of wanneer de oven voor het eerst
wordt aangesloten op het elektriciteitsnet of in geval
van herstel van de energietoevoer na een
onderbreking.
Om de demofunctie te activeren wachten tot op
het display de cijfers “12.00” en het symbool
gaan knipperen.
Daarna gaat u als volgt te werk:
1. Druk op de toets gedurende ongeveer 2
seconden (Afb. 18). Er klinkt een kort
geluidssignaal.
2. Druk tegelijkertijd op de toetsen en “ ”.
Er klinkt een kort geluidssignaal en op het
display verschijnen de continu brandende
cijfers “12.00” (Afb. 19).
Afb. 16
Afb. 17
Afb. 19
Afb. 18
15
3. Door op de toets te drukken, verschijnt het
symbool permanent op het display om
aan te geven dat de demofunctie actief is.
Alle functies van de oven kunnen geselecteerd
worden.
Om de demofunctie uit te schakelen: verzeker
u ervan dat het apparaat in stand-by staat en
herhaal bovenstaande handelingen.
De functie blijft actief ook als de
stroomtoevoer na een onderbreking
weer hersteld wordt.
Snel verwarmen
Nadat u de gewenste bereidingsfunctie hebt
gekozen en de bereidingstemperatuur hebt
ingesteld, begint de oven voor te verwarmen tot
de ingestelde temperatuur bereikt is.
De verwarmingsfase van de oven duurt
ongeveer 10-15 minuten, afhankelijk van de
gekozen bereidingsfunctie en de ingestelde
temperatuur.
Als u de ingestelde temperatuur in minder tijd
wilt bereiken kunt u de functie “Snel opwarmen”
gebruiken.
1. schakel de oven door op toets te drukken;
2. kies de bereidingsfunctie zoals beschreven in
de vorige pagina’s;
3. stel de temperatuur in met behulp van de
toetsen “ ” en “ ”. De temperatuurindicatie
op het display gaat knipperen;
4. druk op de toets . De tekst “FHU” verschijnt
op het display (Fig. 20);
5. Wanneer de temperatuur van de oven het
ingestelde niveau bereikt, klinkt er een kort
geluidssignaal en verschijnt de indicatie van
de ingestelde temperatuur op het display.
Deze functie kan gebruikt worden door
willekeurig welke bereidingsfunctie en
temperatuur te kiezen.
B
Afb. 20
Deze functie kan gebruikt worden
als u eerst een andere kookfunctie
hebt gekozen, behalve de
stoomfunctie.
16
Geluidssignaal
Deze functie kan gebruikt worden om een kort
geluidssignaal te activeren wanneer elke
willekeurige toets wordt ingedrukt.
Om deze functie in te schakelen moet het
apparaat in stand-by staan.
Houd de toetsen en “ ” gedurende
ongeveer 3 seconden ingedrukt. Er klinkt een
kort geluidssignaal.
Nu is het geluidssignaal actief.
Om het geluidssignaal uit te schakelen
bovenbeschreven handelingen herhalen.
Foutcode
De elektronische programmering voert
constant een systeemdiagnosetest uit. Als enkele
parameters niet juist zijn, bijv. door een onjuist
gebruik van de oven, schakelt de
bedieningseenheid de in gebruik zijnde functies uit
en verschijnt er een bijbehorende foutcode op het
display (letter “F” gevolgd door cijfers - Afb. 21).
Zie hoofdstuk “Het oplossen van storingen”
voor nadere details.
Afb. 21
17
Het gebruik van het waterreservoir
1. Kies de functie “stoom” .
2. Trek eerst het reservoir naar buiten, in de
richting zoals aangegeven op Afb. 22.
3. Helemaal tot de eindaanslag naar buiten
trekken (Fig.23).
4. Vul het reservoir met water tot het
“Controlelampje reservoir vol” gaat branden.
Sluit het reservoir weer door druk uit te oefenen
op het midden van het deksel (Afb. 24).
5. Om het reservoir te sluiten, het naar binnen
duwen tot het weer op zijn oorspronkelijke
plaats zit.
Afb. 22
Afb. 23
Afb. 24
De bereiding met stoom
18
De voorbereiding van de oven voor
bereidingen met stoom
Voor bereidingen met stoom moet het
reservoir, dat zichtbaar is op het
voorpaneel, met water gevuld
worden.
Om het te vullen, de watervullade naar buiten
trekken (
volg de procedure van pagina 17)
, en het
water met een maatbeker erin gieten (Afb. 25) tot
het controlelampje “reservoir vol” gaat
branden. Denk eraan dat het waterreservoir met
maximaal 800 cc water kan worden gevuld.
Zet de dop weer op zijn plaats en sluit de lade. Nu is
de oven klaar voor een bereiding met stoom.
Als u teveel water in het reservoir giet,
zal een beveiligingsafvoer het in de
oven laten lopen.
Veeg het overtollige water onmiddellijk op
met een spons of doek. (Afb. 26)
Afb. 25
Afb. 26
Controlelampje reservoir vol
Geeft aan dat de oven klaar is voor een bereiding
met stoom.
Controlelampje reservoir leeg
Geeft aan dat het waterreservoir leeg is en dat u
geen bereiding met stoom kunt starten.
19
Adviezen en tips voor de bereiding met stoom
Zet geen deksels op uw schotels, daardoor
kan de stoom niet in aanraking komen met de
gerechten.
U kunt uw gerechten ook rechtstreeks op het
rooster bereiden (Afb. 28). In dat geval niet
vergeten wat water in de lekbak te gieten en
deze onder het rooster te plaatsen.
Zo wordt het vet dat tijdens de bereiding smelt
opgevangen en het water voorkomt dat het vet
verbrandt en er onaangename luchtjes of rook
ontstaan.
Als u de deur wilt openen om de bereidingen
te controleren, denk er dan aan de functie
STOOM eerst uit te schakelen. Na de
controle de deur weer sluiten en de bereiding
met stoom opnieuw kiezen.
Voor de bereiding met stoom gaat u als
volgt te werk:
1. Voor elke bereiding met stoom het reservoir
vullen, zoals aangegeven op pagina 17. De
800 cc (0,8 l) water is genoeg voor ongeveer
40/45 minuten bereidingstijd".
2. Bereid dan uw gerechten voor in schalen die
geschikt zijn voor gebruik in de oven, zet ze
op het rooster (Afb. 27) op het in de
bereidingstabel aanbevolen niveau. Het 2°
niveau van beneden geeft over het algemeen
de beste resultaten.
3. Kies de functie “stoom” .
4. Kies een temperatuur tussen 130 en 230 °C.
Denk eraan dat de bereiding met stoom
boven 230 °C geen goede resultaten
oplevert.
5. Gooi het reservoir na elke bereiding met
stoom leeg (volg daarvoor de procedure
op pag. 38).
Afb. 27
)
De stoom begint uit de oven te komen
als de oven de ingestelde temperatuur
bereikt heeft.
Een eventuele vorming van condens op
de ruit van de deur, op de wanden en de
bodem van de oven brengt de werking
ervan niet in gevaar. Wij adviseren u de
condens na afloop van de bereiding af te
vegen.
Wees voorzichtig bij het openen van
de ovendeur want er ontsnapt
onmiddellijk hete stoom.
Afb. 28
Bereiding met stoom
20
De accessoires voor de bereiding met stoom
(verkrijgbaar in een afzonderlijke set) bieden de
mogelijkheid de bereiding met stoom uit te breiden,
u kunt, bijvoorbeeld, specifieke bereidingen voor
groente, vis, enz. maken.
De accessoires bestaan uit:
- een dieetvorm, bestaande uit twee halve schalen
van speciaal glas met een uitsparing voor de
plaatsing van een stoominjector (Afb. 29);
- een klein rooster dat geplaatst kan worden in de
dieetvorm om de levensmiddelen op te leggen;
- 2 injectoren voor bereidingen met stoom;
- een bijzondere sonde die gebruikt kan worden
voor de bereidingen met stoom met de twee
verschillende injectoren, die gebruikt worden
zoals weergegeven op de Afb.en 29 en 30, door
deze in de sonde zelf te plaatsen.
Afb. 29
Accessoires voor de bereiding met stoom
De bereiding met stoom in de dieetvorm is met
name geschikt voor groenten: de smaak wordt
verbeterd zonder toevoeging van water en de
voedingswaarden van de levensmiddelen blijven
onveranderd.
De bereiding met directe stoom (Afb. 30) die
gebruik maakt van de injector met gaatjes is ideaal
voor kip en kalkoen. Het vlees wordt dankzij de
stoom ook van binnen gaar, terwijl de buitenkant
roze gebraden wordt dankzij de onder- en
bovenwarmte, waardoor het vlees mals, zacht en
smaakvol wordt. De gaten van de injector mogen
niet geblokkeerd worden; daarom moet de injector
altijd in de holte van de kip of kalkoen geplaatst
worden, zoals aangegeven op Afb. 30.
Afb. 30
Het uiteinde van de sonde met het
metalen element moet in het gat van de
naar buiten komende stoom geplaatst
worden. De twee injectoren moeten
geplaatst worden aan het andere uiteinde
van de sonde.
21
Niveaus van de oven
Op de zijkanten van de oven zijn de NIVEAUS
aangegeven waarop u de hoogte van het rooster
kunt afstellen (afb. 31).
Wees voorzichtig bij het plaatsen en
verwijderen van het rooster en de lekbak
om de geëmailleerde delen van de oven
niet te beschadigen.
Alle bereidingen moeten uitgevoerd
worden met gesloten deur.
Gebruik altijd ovenhandschoenen als u
gerechten uit de oven haalt.
De oven werkt op temperaturen van tussen
30°C en 250°C. Gebruik daarom houders
die bestand zijn tegen dergelijke
temperaturen (bijv. metalen schalen,
ovenschalen, keramische ovenschalen).
Deze oven is uitgerust met een exclusief
bereidingssysteem dat zorgt voor een
natuurlijke luchtcirculatie en de afvoer van de
bereidingsdampen.
Hierdoor kunt u gerechten in een constant
vochtige omgeving bereiden waardoor ze
zacht van binnen en knapperig van buiten
worden. Bovendien worden de bereidingstijd
en het energieverbruik tot een minimum beperkt.
Tijdens de bereiding kan er stoom ontstaan,
die bij het openen dan de deur naar buiten
komt. Dit is helemaal normaal.
Pas bij het openen van de deur, tijdens
of aan het einde van de bereiding,
altijd op voor de hete luchtstroom die
uit de oven komt.
Wanneer de damp op de deur van de
oven slaat, verandert hij in condens.
4
3
2
1
Afb. 31
Adviezen voor het gebruik van de oven
22
Om de vorming van condens te
beperken moet u de oven gedurende
ongeveer 10 minuten voordat u met
de bereiding begint voorverwarmen.
Wij adviseren u de condens na afloop
van de bereiding af te vegen
Zet tijdens de bereiding nooit
voorwerpen op de bodem van de oven
en bedek deze niet met aluminiumfolie,
daardoor kan het email beschadigd raken en
uw gerechten bederven. Zet uw houders,
vuurvaste schalen, aluminiumfolie op het op
de juiste wijze in de geleiders van de oven
geplaatste rooster.
Tijdens bereidingen met olie of vet
(bijvoorbeeld bij het frituren), opletten dat
de levensmiddelen niet te heet worden:
deze kunnen namelijk bij hoge temperaturen
in brand vliegen.
Wanneer u gerechten in de oven zet of eruit
haalt, ervoor zorgen dat de toevoegingen
(olie, saus, gesmolten vet) niet in grote
hoeveelheden op de bodem van de oven
terechtkomen. Maak in dat geval de bodem
van de oven zorgvuldig schoon voordat u
aan een volgende bereiding begint. Daarmee
voorkomt u ook dat er onaangename rook en
geurtjes ontstaan.
Veiligheidsthermostaat
Om oververhitting van de oven te voorkomen, is
het apparaat uitgerust met een
veiligheidsvoorziening die in werking treedt zodra
zich een storing van de hoofdthermostaat voordoet.
In dat geval wordt de elektrische voeding
onderbroken: probeer deze storing niet zelf
op te lossen maar neem contact op met het
dichtstbijzijnde servicecentrum.
Koelventilator
De oven is voorzien van een ventilator om het
bedieningspaneel, de knoppen en de handgreep
van de deur af te koelen. De ventilator wordt
ongeveer 10 minuten na het begin van de bereiding
automatisch ingeschakeld. Tijdens de werking
komt er een warme luchtstroom uit de openingen
onder het bedieningspaneel.
Om gevaarlijke oververhitting te voorkomen blijft
deze ventilator werken OOK NA
UITSCHAKELING van de oven, totdat de
temperatuur een normaal niveau heeft
bereikt. De ventilator wordt automatisch
uitgeschakeld.
23
Adviezen voor de bereiding van
vlees en vis
Vlees kan in geschikte ovenschotels gelegd
worden, of direct op het rooster.
In dat laatste geval ALTIJD wat water in de
lekbak gieten en deze op de geleiders onder
de grill plaatsen.
Zo wordt het vet dat tijdens de bereiding smelt
opgevangen en het water voorkomt dat het vet
verbrandt en er onaangename luchtjes of rook
ontstaan.
Wit vlees, gevogelte en vis vereisen over het
algemeen een bereiding op gematigde temperatuur
(tussen 150°C en 175°C), terwijl de bereiding
“saignant” van rood vlees gedurende korte tijd
een temperatuur van tussen 200°C en 250°C
vereist.
Adviezen voor de bereiding van
gebak en koekjes
Gebak vereist een gematigde temperatuur, van
150°C tot 200°C.
Voordat u gebak bereidt de oven altijd gedurende
minstens 10 minuten voorverwarmen, en de deur
van de oven na aanvang van de bereiding altijd
gesloten houden.
Adviezen voor bereidingen met de
grill
Als u vlees of vis met de grill wilt bereiden, smeer
dit dan lichtjes in en leg het op het rooster.
Bij de bereiding met de grill komt de warmte
uitsluitend van boven, daarom moet het rooster
afhankelijk van de dikte van het vlees of de vis op
de hoge of lage geleiders geplaatst worden. Ook
in dit geval, moet u er ALTIJD aan denken de
lekbak, nadat u hier ongeveer twee glazen
water ingegoten hebt, op de onderste
geleiders te plaatsen, maar niet op de bodem
van de oven.
Als u de functie grillen met hetelucht
gebruikt, kies dan een maximale temperatuur
van 200°C.
Een eventuele vorming van condens
op de ruit van de deur, op de wanden
en de bodem van de oven brengt de
werking ervan niet in gevaar.
Wij adviseren u de condens na afloop
van de bereiding af te vegen.
24
Gebruik met hete lucht
De lucht in de oven wordt verwarmd door het
element rond de ventilator, die zich achter het
achterpaneel bevindt. De ventilator zorgt ervoor
dat de hetelucht in de oven circuleert, waardoor
de temperatuur in de oven gelijkmatig blijft.
Deze bereidingsfunctie biedt de volgende
voordelen:
- Sneller voorverwarmen
Doordat de heteluchtoven snel op
temperatuur komt, is het over het algemeen
niet nodig om de oven voor te verwarmen.
Wellicht heeft u echter toch 5-7 minuten extra
bereidingsduur nodig. Voor recepten die
hogere temperaturen vereisen, zoals brood,
pasteien, scones of soufflés, verkrijgt u de
beste resultaten als de oven eerst wordt
voorverwarmd.
-
Lagere temperaturen
Bereidingen met hetelucht vereisen over het
algemeen lagere temperaturen dan
bereidingen met onder- en bovenwarmte.
Houd de aanbevolen temperaturen in de
bak- en braadtabel aan. Verminder bij uw
eigen recepten de temperatuur met ongeveer
20-25°C (indien deze recepten zijn berekend
voor gebruik met boven- en onderwarmte).
-
Gelijkmatige warmteverdeling bij bakken
De heteluchtoven verwarmt alle inzetniveaus
gelijkmatig Dit betekent dat verschillende
baksels met hetzelfde voedsel tegelijk in de
oven bereid kunnen worden. De baksels op
het bovenste niveau kunnen echter iets
bruiner worden dan die op het onderste
niveau.
Dit is helemaal normaal. Er vindt geen
smaakoverdracht plaats tussen de gerechten.
Het gebruik van de heteluchtoven
1. Oven inschakelen.
2. Druk op de functieknop en selecteer de
functie “Hetelucht” .
3. Pas, indien nodig, de temperatuurinstelling aan
met de toets “ ” of “ ”.
Traditionele bereiding (onder- en
bovenwarmte)
- De warmte wordt het beste verdeeld bij
gebruik van het middelste niveau. Om de
onderkant van het gerecht extra te bruinen
hoeft u alleen het rooster maar lager te zetten.
Om de bovenkant van het gerecht extra te
bruinen, het rooster hoger zetten.
- Het materiaal en de afwerking van de
bakplaten en schalen is van invloed op de
mate waarin het voedsel een bruin korstje
krijgt. Emaillegoed, donkere of zware
bakvormen en materiaal met een anti-
aanbaklaag zorgen voor een betere
bruinering. Glazen ovenschalen en bakplaten
van glanzend aluminium of staal reflecteren
de warmte en verminderen de bruinering.
- Zet gerechten altijd in het midden van het
rooster, om een gelijkmatige bruining te
garanderen.
- Plaats schalen op een bakplaat van de juiste
afmeting, om te voorkomen dat er voedsel op
de bodem van de oven wordt gemorst en
ervoor te zorgen dat de oven gemakkelijker
kan worden gereinigd.
- Plaats schalen, blikken of bakplaten niet direct
op de bodem van de oven, deze wordt erg
heet en kan beschadigd raken. Als u deze
instelling gebruikt komt de warmte van zowel
het bovenste als het onderste element.
Hiermee kunt u op een enkel niveau gerechten
bereiden, dit is met name geschikt voor
gerechten die extra bruinering vergen, zoals
quiches en vlaaien.
25
Gratins, lasagna’s en ovenschotels die ook wat
extra bruinering aan de bovenkant vergen
kunnen ook heel goed bereid worden in de
conventionele oven.
Hoe u de conventionele oven kunt gebruiken
1. Oven IN schakelen.
2. Selecteer de functie Boven- en onderwarmte
door op de functietoets te drukken tot het
symbool op het display verschijnt.
Bovenwarmte
Deze functie is geschikt voor het afmaken van
gekookt voedsel, bijv. lasagne, gehakt met een
korst van aardappelpuree, bloemkool met kaas
enz.
Onderwarmte
Deze functie is uitermate geschikt voor het blind
bakken van taartbodems. Tevens kan deze functie
worden gebruikt om ervoor te zorgen dat het
basisdeeg van quiches of hartige taarten gaar is.
Grillen
- De meeste gerechten kunnen het beste op
het rooster in de grillpan worden geplaatst.
Hierdoor wordt een maximale luchtcirculatie
gerealiseerd en bevindt het voedsel zich niet
in maar boven het vet en de vleessappen.
Indien gewenst kunnen gerechten zoals vis,
lever en niertjes direct op de grillpan worden
geplaatst.
- Droog het voedsel vóór het grillen goed af,
zodat het niet gaat spatten. Strijk mager vlees
en vis licht in met een beetje olie of gesmolten
boter, zodat de gerechten tijdens de bereiding
mals blijven.
- Overige ingrediënten, zoals tomaten en
champignons, kunnen tijdens het grillen van
vlees onder de grill worden geplaatst
- Voor het roosteren van brood raden we u
aan het bovenste inzetniveau te gebruiken.
- Indien nodig moet het voedsel tijdens de
bereiding worden omgedraaid.
Het gebruik van de grote grill
1. Oven IN schakelen.
2. Selecteer de functie Grote grill door op de
functieknop te drukken tot het symbool
op het display verschijnt.
3. Pas, indien nodig, de temperatuurinstelling aan
met de toets “ ” of “ ”.
4. Pas het niveau van het rooster en de grillpan
aan voor de verschillende diktes van het
voedsel. Plaats het voedsel dicht bij het element
als u het snel wilt bereiden en iets verder weg
voor een behoedzamer bereiding.
Verwarm de grill een paar minuten voor op de
hoogste stand, voordat u vlees gaat
dichtschroeien of toast gaat maken. Pas indien
nodig de warmte-instelling en de stand van het
rooster tijdens de bereiding aan.
Tijdens het bereiden zullen de koelventilator en
het controlelampje van de thermostaat op dezelfde
manier werken zoals beschreven is voor de
functie met hete lucht.
Gebruik van de kleine grill
De kleine grill zorgt voor snelle, directe hitte in het
middelste gedeelte van de grillpan. Door de kleine
grill te gebruiken voor de bereiding van kleinere
hoeveelheden kunt u energie besparen.
Gebruik van de kleine grill
1. Oven IN schakelen.
2. Selecteer de kleine grill door op de functietoets
te drukken tot het symbool op het
display verschijnt.
3. Pas, indien nodig, de temperatuurinstelling
aan met de toets “ ” of “ ”.
4. Pas het niveau van het rooster en de
grillpan aan voor de verschillende diktes
van het voedsel en volg de instructies
voor het grillen.
26
Grillen met hetelucht
Grillen met hetelucht is een alternatieve
bereidingsmethode voor gerechten die anders
met de normale grill bereid worden. Het
grillelement en de hete lucht werken afwisselend,
zodat de hete lucht rond de gerechten circuleert.
De noodzaak om het voedsel te controleren en
om te draaien is daardoor minder. Grillen met
hetelucht minimaliseert kookluchtjes in de keuken
Met uitzondering van toast en biefstukken, die van
binnen rood moeten blijven, kunt u alle
levensmiddelen met hete lucht bereiden die u
normaal met boven- en onderwarmte zou
bereiden. De bereiding gaat langzaam, daarom
heeft het voedsel meestal iets langer nodig om
gaar te worden bij gebruik van de grill met hete
lucht in vergelijking met de bereiding met een
conventionele grill. Een van de voordelen is dat
grotere hoeveelheden tegelijkertijd bereid
kunnen worden.
1. Oven IN schakelen.
2. Selecteer de functie Grillen met hetelucht door
op de functieknop te drukken tot het
symbool op het display verschijnt.
3. Druk, indien nodig, op de toets “ ” of “ ”.
Om de temperatuurinstelling aan te passen.
4. Pas het niveau van het rooster en de grillpan
aan voor de verschillende diktes van het
voedsel en volg de instructies voor het grillen.
Pizzafunctie
Het onderste element geeft directe warmte af voor
de onderkant van de pizza-, quiche- of
pasteibodem, terwijl de ventilator de lucht rond het
beleg resp. de pasteivulling laat circuleren.
Voor de beste resultaten raden wij u het gebruik
van de onderste inzetniveaus aan.
Het gebruik van de Pizzafunctie
1. Oven IN schakelen.
2. Selecteer de functie Pizza door op de
functieknop te drukken tot het symbool
op het display verschijnt.
3. Pas, indien nodig, de temperatuurinstelling
aan met de toets “ ” of “ ”.
Ontdooien
De ovenventilator werkt zonder warmte en laat
de lucht in de oven op kamertemperatuur
circuleren. Hierdoor wordt het voedsel sneller
ontdooid. Houd er echter rekening mee dat de
temperatuur in de keuken van invloed is op de
snelheid van het ontdooien. Deze functie is
bijzonder geschikt om kwetsbare levensmiddelen
te ontdooien, die door opwarmen beschadigd
raken, bijvoorbeeld taarten met crèmevulling,
ijstaarten, gebak, brood en bakwaren van
gistdeeg.
1. Schakel de oven in door op de toets in te
drukken
2. Selecteer de functie Ontdooien door op de
functieknop te drukken tot het symbool
op het display verschijnt.
3. Op het display verschijnt de weergave “def”.
27
Plaats de telescopische geleiders met het
blokkeersysteem op het gewenste niveau, zoals
getoond op de afbeeldingen hiernaast.
De “stopelementen” aan de uiteinden
van de geleider MOETEN naar boven
wijzen.
De telecopische geleiders kunnen afzonderlijk
worden aangeschaft.
Zorg ervoor dat allebei de
telescopische rails op een gelijk
niveau liggen.
Elk niveau kan voorzien worden van
telescopische geleiders, dit maakt het plaatsen of
verwijderen van de rekken makkelijker.
- Trek de rechter en linker telescopische
reksteunen helemaal naar buiten, zoals
getoond op de afbeelding.
- Plaats het rek of de grillpan op de telescopische
reksteunen, duw ze daarna voorzichtig
helemaal in de oven (zie afbeelding).
Probeer niet om de ovendeur te
sluiten als de telescopische
reksteunen niet volledig in de oven
zitten. Hierdoor kunnen het emaille
en het glas van de deur beschadigd
raken.
Telescopische reksteunen en andere
accessoires worden erg heet;
gebruik ovenhandschoenen of
dergelijke.
Vervangbare telescopische geleiders
Telescopische reksteunen
1
2
°C
°C
Stopelement
28
in bakvorm
Bereiding met onder- en bovenwarmte en bereiding met hetelucht
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven
gedurende ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
}
}
}
Bereiding
met hetelucht
Bereiding met onder-
en bovenwarmte
GEWICHT
IN
GR.
Duur
van de
bereiding
minuten
GERECHT
°C
AANTEKENINGEN
°C
in bakvorm
voor gebak
GEBAK
Van roerdeeg
2 170 2 (1en3)* 160 45 ~ 60
Kruimeldeeg, taartbodem
2 170 2 (1en3)* 160 20 ~ 30
Kwarktaart 1 160 2 150 60 ~ 80
Appeltaart 1 180 2 (1en3)* 170 40 ~ 60
Strudel 2 175 2 150 60 ~ 80
Vlaaien 2 175 2 (1en3)* 160 30 ~ 40
Fruitcake 1 175 1 160 45 ~ 60 in broodvorm
Biscuittaart 1 175 2 (1en3)* 160 30 ~ 40 in bakvorm
Panettone 1 170 1 160 40 ~ 60
Gebak in broodvorm 1 60 1 160 50 ~ 170 in broodvorm
Kleine taart
(van roerdeeg) 2 175 2 (1en3)* 160 25 ~ 35
Koekjes (kruimeldeeg) 2 160 2 (1en3)* 150 20 ~ 30
Schuimgebak 2 100 2 (1en3)* 100 90 ~ 120
Focaccia 2 190 2 (1en3)* 180 12 ~ 20
Soezen, soesjes 2 200 2 (1en3)* 190 15 ~ 25
BROOD EN PIZZA
1000 Witbrood 1 190 2 180 40 ~ 60 1 of 2 broden
500 Roggebrood 1 190 1 180 30 ~ 45 in broodvorm
500 Broodjes 2 200 2 (1en3)* 175 20 ~ 35 6 of 8 broodjes
250 Pizza 1 210 2 (1en3)* 190 15 ~ 30 op lekbak
HARTIGE TAARTEN
en GEVULDE PASTA
Van pasta 2 200 2 (1en3)* 175 40 ~ 50
Van groente 2 200 2 (1en3)* 175 45 ~ 60
Quiches 1 200 2 (1en3)* 180 35 ~ 45
Lasagna 2 180 2 160 45 ~ 60
Cannelloni 2 200 2 175 40 ~ 55
Tempe-
ratuur
4
3
2
1
Tempe-
ratuur
Gebruiks
Gebruiks
in bakvorm
De aangegeven bereidingstijden en temperaturen zijn richtwaardes en kunnen aan uw persoonlijke wensen aangepast worden.
(*) In geval van bereiding met hetelucht op meerdere niveaus kunt u beter de tussen haakjes aangegeven niveaus gebruiken.
4
3
2
1
Bereidingstabellen
29
AANTEKENINGEN:
De aangegeven bereidingstijden en temperaturen zijn richtwaardes en kunnen aan uw persoonlijke
wensen aangepast worden.
(*) In geval van bereiding met hetelucht op meerdere niveaus kunt u beter de tussen haakjes
aangegeven niveaus gebruiken.
Bereiding
met hetelucht
Bereiding met onder-
en bovenwarmte
GEWICHT
IN
GR.
Duur
van de
bereiding
minuten
GERECHT
°C
AANTEKENINGEN
°C
Tempe-
ratuur
4
3
2
1
4
3
2
1
Tempe-
ratuur
NiveauNiveau
VLEES
1000 Runderbraadstuk 2 190 2 175 50 ~ 70 Bereid op het rooster
1200 Varkensbraadstuk 2 180 2 175 100 ~ 130 Bereid op het rooster
1000 Kalfsbraadstuk 2 190 2 175 90 ~ 120 Bereid op het rooster
1500
Rosbief
(saignant)
2 210 2 200 50 ~ 60 Bereid op het rooster
(medium)
2 210 2 200 60 ~ 70
(doorbakken) 2 210 2 200 70 ~ 80
2000 Varkensschouder 2 180 2 170 120 ~150 Met zwoerd
1200 Lamsvlees 2 190 2 175 110 ~ 130 Bout
1000 Kip 2 190 2 175 60 ~ 80 heel
4000 Kalkoen 2 180 2 160 210 ~ 240 heel
1500 Eend 2 175 2 160 120 ~ 150 heel
3000 Gans 2 175 2 160 150 ~ 200 Heel
1200 Konijn 2 190 2 175 60 ~ 80 In stukken
1200 Varkenspoot 2 180 2 160 100 ~ 120 2 poten
1500 Haas 2 190 2 175 150 ~ 200 stukken
800 Fazant 2 190 2 175 90 ~ 120 Heel
- Gehaktbrood 2 180 2 160 40 ~ 60 in broodvorm
VIS
1200 Forellen - Zeebrasem 2 190 2 (1 en 3)* 175 30 ~ 40 3-4 hele vissen
1500 Tonijn - Zalm 2 190 2 (1 en 3)* 175 25 ~ 35 4-6 plakken
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven
gedurende ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
30
Rollade (kalkoen) 1 1000 3 200 30-40 20-30
Haantje 2 800 3 200 25-30 20-25
Halve kip 2 1000 3 200 25-30 20-30
Kippenpoten 6 3 200 15-20 15-18
Kwartels 4 500 3 200 25-30 20-25
Groentegratin - 3 200 20-25 -
St. Jakobsschelpen
6 3 200 15-20 -
Makrelen 2-4 3 200 15-20 10-15
Vis in moten 4-6 800 3 200 12-18 8-10
Kant
Boven
°C
tempe-
ratuur
Aantal
Stuks
Grammen
Hoeveelheid
Duur bereiding
in minuten
Kant
Onder
Bereiding met
de grill met hete
lucht
Niveau
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven
gedurende ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
GERECHT
Bereiding met de grill met hetelucht
Haasbiefstukken 4 800 3 250 12-15 12-14
Runderlappen 4 600 3 250 10-12 6-8
Halve kip 2 1000 3 250 30-35 25-30
Kippenborst 4 400 3
250
12-15 12-14
Varkenskarbonades
4 600 3 250 12-16 12-14
Hamburger 6 600 3 250 10-15 8-10
Saucijzen 8 3 250 12-15 10-12
Spiezen 4 3 250 10-15 10-12
Vis, filets (tong) 4 400 3 250 12-14 10-12
Gevulde toast 4-6 3 250 5-7
Witbrood voor toast 4-6 3 250 2-4 2-3
Aantal
Stuks
Gewicht
in
gr.
Hoeveelheid
GERECHT
Kant
Boven
Duur bereiding in
minuten
Kant
Onder
Grilleren
Niveau
Grilleren
°C
Tempe-
ratuur
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven
gedurende ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
Als u de functie grillen met hetelucht gebruikt, kies dan een maximale temperatuur
van 200°C.
4
3
2
1
4
3
2
1
31
Functie “Pizza”
AANTEKENINGEN
GEWICHT
IN
GR.
GERECHT
Niveau
700 Pizza 1 200 15 ~ 25 op lekbak
500 Kleine pizza’s 1 200 10 ~ 20 in bakvormen
of op het rooster
500 Focaccia 1 200 15 ~ 25 in bakvorm
Bereiding met de functie “Pizza”
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven
gedurende ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
tempe-
ratuur
°C
Duur van
de bereiding
minuten
4
3
2
1
32
Functie “Stoom”
AANTEKENINGEN
GERECHT
Niveau
GEBAK
Appeltaart* 2 160 120 in taartvorm cm20
Vlaaien 2 175 30-40 in taartvorm cm26
Vruchtencake 2 160 80-90 in taartvorm cm26
Biscuittaart 1 160 35-45 in taartvorm cm26
Panettone* 2 150 100-110 in taartvorm cm20
Plumcake* 2 160 40-50 in broodvorm
Gebakjes 3 165 25-30 op bakblik
Koekjes 3 150 20-35 op bakblik
Zoete broodjes* 2 200 12~20 op bakblik
Croissants* 3 180 20-30 op bakblik
BROOD EN PIZZA
Wit brood* 1000 g 2 190 50-60 1-2 broden gr.500
Broodjes* 500 g 2 190 20-30 6-8 broodjes op bakblik
Pizza 1 200 20-30 op bakblik
OVENSCHOTELS
met groente 1 175 30-40 pyrexschaal
Quiches 2 200 35-45 in vorm
Lasagna 2 190 45-60 pyrexschaal
Gestoomde
aardappelen 1 180 60-70 pyrexschaal
Gegratineerde
aardappelen 1 185 50-60 pyrexschaal
Bereiding met de functie “Stoom”
“*”De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voorverwarmen. U moet de oven gedurende
ongeveer 10 minuten voorverwarmen voordat u met de bereiding begint.
tempe-
ratuur
°C
Duur van de
bereiding
minuten
GEWICHT
IN
gr
4
3
2
1
33
VLEES
Varkensbraadstuk 1000 g 2 180 90-100 Bereid op rooster
Kalfsvlees 1000 g 2 180 90-100 Bereid op rooster
Rosbief 1000 g
saignant 2 210 44-50 Bereid op rooster
medium 2 210 51-55 Bereid op rooster
doorbakken 2 210 55-60 Bereid op rooster
Lamsvlees 1000 g 2 175 120-150 Bout
Kip 1000 g 2 200 50-60 Heel
kalkoen 4000 g 1 175 150-180 Heel
Eend 1 175 150-180 Heel
Gans 3000 g 1 160 120-150 Heel
Konijn 2 180 90-120 In stukken
VIS
Forel 1500 g 2 180 30-45 3-4 vissen
Tonijn 1200 g 2 180 35-60 4-6 filets
Stokvis 2 210 20-30
Functie “Stoom”
AANTEKENINGEN
GERECHT
Niveau
tempe-
ratuur
°C
Duur van de
bereiding
minuten
GEWICHT
IN
gr
4
3
2
1
Bereiding met de functie “Stoom”
OPMERKING: Volgens de bereidingstijd in de tabellen moet het reservoir meer dan eenmaal worden
bijgevuld. Als het water op is, gaat het signaallampje “reservoir leeg” branden
34
Algemene reiniging
Verzeker u ervan dat de stekker van
het apparaat uit het stopcontact is
gehaald voordat u welke reinigings-
of onderhoudswerkzaamheden ook
verricht.
Gebruik geen stoom of
stoomreinigers om het apparaat
schoon te maken.
Als u gebruik wilt maken van reinigings-
producten in spuitbussen, wees dan heel
voorzichtig en richt de straal nooit op de
elektrische spiralen die voor de
verwarming zorgen (goed herkenbaar in
het bovenste gedeelte van de oven) of op
de bol van de thermostaat die boven op
de achterkant zit.
Het schoonmaken van de oven
Maak de geëmailleerde delen schoon met lauw
water, reinigingsmiddel en een zachte spons.
Gebruik geen producten als schuursponsjes,
staalwol, harde afwasborstels of zuren (zoals
bijvoorbeeld ontkalkingsproducten), deze kunnen
het email beschadigen.
Na het reinigen goed afspoelen en afdrogen met
een zachte doek of een zeem.
Als de vlekken hardnekkig zijn, gebruik dan geen
schuurmiddelen (bijvoorbeeld schuurpoeders).
Gebruik normale reinigingsmiddelen of, anders,
een met lauwe azijn bevochtigde doek, laat dit
enige tijd intrekken op de vlek.
Fruit bevat zuren die, als ze tijdens de
bereiding verhit worden, vlekken
veroorzaken die heel moeilijk te
verwijderen zijn. Dit kan van invloed zijn
op de glans van het email, maar brengt
de werking van de oven niet in gevaar.
Om deze vlekken te voorkomen, de oven
na elke bereiding met fruit goed
schoonmaken. Voorkom dat restjes van de
bereiding bij de volgende bereiding
verbranden.
Reiningin en obderhoud
35
Ovendeur
De ovendeur bestaat uit twee glasplaten. Om het
schoonmaken makkelijker te maken kunt u de
ovendeur losmaken en de binnenste platen
verwijderen.
Let op - De ovendeur moet
gedemonteerd worden voordat u hem
schoon kunt maken. De ovendeur kan
onverwacht dichtvallen als u probeert
de binnenste platen te verwijderen als
de deur nog aan de oven bevestigd is.
Ga voor de demontage als volgt te werk.
1. Zet de deur helemaal open.
2. Ga naar de twee scharnieren van de deur.
3. Til de hendel op de twee scharnieren op en
trek deze naar voren.
4. Houd de deur vast aan beide buitenranden en
sluit de deur ong. 45°.
5. Trek de deur naar voren en verwijder hem uit
zijn zitting.
6. Leg de deur op een stevige ondergrond en
bescherm het oppervlak van het handvat met
een zachte doek.
7. Maak het vergrendelingssysteem los om de
binnenste platen te verwijderen.
)
36
8. Draai de vergrendelingen 90° en trek ze uit
hun zittingen.
9. Til de bovenste plaat voorzichtig een stukje op
en trek de plaat, die herkenbaar is aan de
versieringen op alle vier de kanten, eruit.
Maak de ovendeur schoon met lauw water en een
zachte doek. Gebruik geen metalen sponsjes,
staalwol of zuren, die het speciale
thermoreflecterende oppervlak van de binnenste
ruiten kunnen beschadigen.
Zet de binnenste ruiten na het schoonmaken weer
in de deur. Monteer de deur weer aan de oven;
ga in omgekeerde volgorde van de demontage te
werk. Let op de juiste uitlijning van de ruiten.
Ga als volgt te werk om dat te doen:
De binnenste ruit met de sierrand aan de
4 kanten moet zo gemonteerd worden dat de
versiering naar de buitenkant van de oven
gericht is. De ruit is goed geplaatst als u geen
ruw oppervlak voelt als u met uw vinger over
de versiering gaat.
De binnenruit moet in zijn sponning geplaatst
worden zoals aangegeven op de afbeelding.
Nadat u de ruiten in de ovendeur geplaatst heeft
moet u ze vastzetten zoals beschreven in punt 8.
Maak de ovendeur nooit schoon als
hij nog warm is, de ruiten zouden
kunnen barsten. Als u krassen of
scheuren in de glasplaat constateert,
onmiddellijk contact opnemen met
de Klantenservice en de platen laten
vervangen.
Modellen van roestvrij staal of aluminium:
Maak de ovendeur en het bedieningspaneel van
roestvrij staal of aluminium schoon met een vochtige
spons en droog hem zorgvuldig af met een zachte
doek. Gebruik geen metalen sponsjes, staalwol,
zuren of schuurmiddelen, deze kunnen krassen
veroorzaken op het oppervlak.
)
90°
1
2
37
Reiniging van de afdichting van de ovendeur
Rond de opening van de oven is een afdichting
aangebracht.
Controleer de toestand van deze
afdichting regelmatig. Maak bij
gelegenheid de afdichting schoon,
zonder schurende voorwerpen of
producten te gebruiken. Als u
beschadigingen aan de afdichting
constateert, onmiddellijk contact
opnemen met de dichtstbijzijnde
Klantenservice. Gebruik de oven niet
tot de afdichting vervangen is.
Ovenrekken en reksteunen
Laat de ovenrekken en reksteunen in warm water
met afwasmiddel weken en verwijder hardnekkig
vuil met een goed met reinigingsmiddel doorweekt
schoonmaaksponsje.
Goed afspoelen en met een zachte doek afdrogen.
De ophangroosters met telescopische, uittrekbare
geleiders kunnen in zijn geheel verwijderd worden,
om ze schoon te kunnen maken.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1. verwijder de voorste schroef terwijl u met de
andere hand de reksteun vasthoudt;
2. maak de achterste haak los en neem de
reksteun weg;
3. zet de steun na het schoonmaken terug door de
procedure in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Zorg ervoor dat de borgmoeren van de reksteun
goed vastgedraaid zijn.
U kunt alleen de telescopische geleiders
verwijderen, door de lementen te
deblokkeren, zoals getoond op pagina 27.
De telescopische, uittrekbare geleiders mogen
niet in de afwasmachine gewassen worden.
Let op, de wieltjes mogen niet ingevet worden.
Verwijder de telescopische rails niets
voordat de oven afgekoeld is.
Trek de telescopische rails niet geheel
uit om ze van de zij rails te halen.
Scherpe kanten kunnen ongelukken
veroorzaken.
38
Afb. 32
Vervanging van het ovenlampje
Verzeker u ervan dat de stekker uit
het stopcontact is getrokken.
Het ovenlampje moet specifieke kenmerken
hebben:
1. het moet bestand zijn tegen hoge temperaturen
(tot 300 graden);
2. voeding van 230 V (50 Hz);
3. vermogen van 15 W/25 W;
4. aansluiting van type E 14.
Om het lampje te vervangen gaat u als volgt te werk
(Afb. 32):
1. schroef het glazen beschermkapje van het
lampje los;
2. draai het oude lampje los;
3. schroef het nieuwe lampje erin;
4. zet het glazen beschermkapje weer op zijn
plaats;
5. steek de stekker weer in het stopcontact.
39
Het waterreservoir leeg maken
Zorg ervoor dat het apparaat
afgekoeld is voordat u verder gaat
met leeghalen.
Ga voor het leeg maken van het reservoir
te werk zoals hieronder is aangegeven:
1. Maak de sonde voor de afvoer van het water
klaar. Bevestig aan een van de uiteinden het
verbindingsstuk aangegeven met de letter (A)
in Afb. 33.
2. Leg het vrije uiteinde (B) van de afvoersonde
in een willekeurige bak;
3. Zet de deur van de oven (Afb. 34) open en
steek het verbindingsstuk (A), zoals op Afb. 35
a, in de afvoerklep (C) die in de hoek
linksonder van de ovendeur zit. Het
verbindingsstuk (A), moet met een lichte druk
in de richting die aangegeven is op de Afb., in
de klep (C) gestoken worden, waardoor het
water naar buiten kan stromen.
4. Wanneer al het water weggelopen is, het
verbindingsstuk losmaken van de klep
(Afb. 35 b).
Afb. 33
Afb. 34
A
B
C
Afb. 35 a
)
C
Afb. 35 b
40
Reiniging van het reservoir
Zoals bij alle apparaten die water gebruiken
(bijvoorbeeld strijkijzers), is het volstrekt normaal
dat ook in uw oven kalk gevormd wordt. Na een
bepaald aantal bereidingen met stoom, kan de kalk
die is neergeslagen in het reservoir leiden tot een
vermindering van die stoom. Na ongeveer 6
maanden werking kan er een bepaalde
hoeveelheid kalk zijn gevormd, het is dus raadzaam
de onderdelen van de oven die voor de stoom
zorgen zorgvuldig schoon te maken.
In dat geval gaat u als volgt te werk:
Maak het reservoir leeg zoals beschreven op
pagina 36.
- Nadat u het water uit het reservoir heeft
afgetapt, maakt u een oplossing klaar van 800
cc. water en 50-60 gram (gelijk aan twee volle
lepels) citroenzuur.
Citroenzuur is een voedingsstof; het ziet
eruit als witte korreltjes, net als suiker. Het
wordt normaliter gebruikt in de
levensmiddelenindustrie en is verkrijgbaar
in wijnwinkels, bij goedvoorziene
drogisten en op bepaalde plaatsen ook
bij de apotheek.
- Giet deze oplossing in de vullade.
- Laat de oplossing van citroenzuur ongeveer
60 minuten in het reservoir staan, de oven
moet koud zijn.
- Schakel de oven in, kies de stoomfunctie op
een temperatuur van tussen 130 en 230 °C.
Schakel de oven na ongeveer 20-25 minuten
uit.
- Laat de oven afkoelen en laat de inhoud van
het reservoir weglopen volgens de eerder
beschreven procedure.
- Na afloop van deze handeling het reservoir
een aantal keren doorspoelen, door water in
de vullade te gieten en via de afvoersonde
weg te laten lopen, tot het water geen sporen
)
van kalk meer vertoont. Verwijder eventuele
kalkaanslag op de ovenruimte met een doek.
Tijdens deze handeling zal er in de oven en de
omgeving ervan de karakteristieke geur van citroen
hangen. Als u voorziet dat u de oven gedurende
een periode langer dan 2-3 weken niet zult
gebruiken, adviseren wij u het water dat nog in het
reservoir in de oven zit af te tappen.
Reiniging van de afvoersonde
Maak na elke reiniging de sonde zorgvuldig schoon.
Deze kunt u met de hand in lauw water met normaal
afwasmiddel wassen. Gebruik geen zuren,
spuitbussen of dergelijke op de onderdelen van de
stoomsonde om beschadigingen te voorkomen.
Aanwijzingen voor het gebruik van
verschillende soorten water
Als u gebruik maakt van natuurlijk mineraal water,
of in ieder geval water met weinig kalk, wordt de
frequentie van de reinigingscycli drastisch beperkt
(bijvoorbeeld, elke 100 -150 bereidingen). Als er
in uw huisinstallatie een zuiveringssysteem of
waterontharder is geïnstalleerd, kan het water uit
de kraan zonder problemen gebruikt worden.
Eventueel gebruik van hard water (d.w.z.
met een hoog kalkgehalte) betekent dat u
vaker schoon zult moeten maken, maar
brengt de algemene werking van het
apparaat absoluut niet in gevaar.
41
OPLOSSING
Controleer of u nauwkeurig de gebruiksaanwijzing
van de oven opgevolgd heeft.
of
Controleer de veiligheidsschakelaars (“aardlek”)
van de elektrische installatie. Als de storing
betrekking heeft op uw installatie, wend u dan tot een
elektricien.
Draai de keuzeknop op een functie
of
Schaf bij een Klantenservice een lampje aan dat
bestand is tegen hoge temperaturen en monteer dit
volgens de aanwijzingen in de betreffende
paragraaf.
Raadpleeg deze gebruiksaanwijzing
(zie paragraaf “Adviezen voor het gebruik van de
oven”).
Laat de gerechten niet langer dan 15-20 minuten
na de bereiding in de oven staan.
Wij verzoeken u de foutcode te noteren en door
te geven aan onze service-afdeling.
PROBLEEM
DE OVEN WERKT NIET.
DE OVENVERLICHTING BRANDT NIET.
DE OVEN DOET ER TE LANG OVER OM
GERECHTEN TE BEREIDEN OF WERKT TE
SNEL.
ER SLAAT VOCHT NEER OP DE
GERECHTEN EN OP DE BINNENKANT
VAN DE OVEN.
DE FOUTCODE “F.. VERSCHIJNT IN HET
DISPLAY“.
Sommige storingen kunnen veroorzaakt worden door onvoldoende onderhoud of nalatigheid en
kunnen makkelijk worden opgelost zonder tussenkomst van de Technische dienst.
Problemen oplossen
42
OPLOSSING
U heeft te veel water in het reservoir gegoten.
Schakel alle functies van de oven uit, veeg daarna
al het overtollige water met een spons of doek weg.
Vul het waterreservoir tot het controlelampje gaat
branden. Als er water in de oven gaat stromen en
het controlelampje “reservoir vol” nog niet brandt,
is de tussenkomst van een technicus nodig.
Vul het reservoir. Als na het bijvullen van 800 cc water
in het reservoir het signaallampje nog steeds blijft
branden, is er sprake van een storing. Neem contact
op met de klantenservice
Controleer of de stoomfunctie is gekozen
Sluit de ovendeur goed.
Vul het waterreservoir.
Maak het waterreservoir schoon (zoals
beschreven in de betreffende paragraaf).
Het ingangsgat van de stoom in de oven kan
verstopt zijn. Verwijder de kalk waardoor het gat
verstopt is.
PROBLEEM
ER LIGT WATER IN DE OVEN
CONTROLELAMPJE “RESERVOIR VOL”
IS UIT
CONTROLELAMPJE “RESERVOIR LEEG”
BRANDT
DE STOOM WERKT NIET
43
Minimale afmetingen inbouwruimte
hoogte in kolom: 580 mm
onder aanrecht: 593 mm
breedte 560 mm
diepte 550 mm
Nuttige afmetingen ovenruimte
hoogte 335 mm
breedte 395 mm
diepte 400 mm
bruikbare inhoud 53 l
Vermogen verwarmingselementen
Verwarmingselementen boven + onder 1800 W
Bovenste verwarmingselement 800 W
Onderste verwarmingselement 1000 W
Verwarmingselement enkele grill 1650 W
Verwarmingselement dubbele grill 2450 W
Bereiding met hetelucht 2080 W
Functie grillen met hetelucht 1650 W
Pizzafunctie 2025 W
Stoomfunctie 2825 W
Ovenlampje 25 W
Ventilator oven 25 W
Koelventilator 25 W
Totaal vermogen maximaal
2825 W
Voedingsspanning (50 Hz) 230 V
Technische gegevens
44
NOODZAKELIJKE RUIMTE VOOR DE OVEN
PLAATSING IN KOLOM
Plaatsing tussen aanbouwmeubelen
Voor een goede werking van het in een
aanbouwmeubel geplaatste apparaat is het
noodzakelijk dat dit meubel geschikte kenmerken
heeft. In overeenstemming met de
veiligheidsvoorschriften moet de beveiliging tegen
eventueel contact met de elektrische onderdelen
en onderdelen die voorzien zijn van functionele
bescherming verzekerd worden door een goede
inbouw van het apparaat.
Alle beveiligingsonderdelen, ook een eventuele
afdekplaat (bijvoorbeeld als het apparaat aan het
einde of het begin van de aanbouwmeubelen
geplaatst wordt), moeten zodanig bevestigd worden
dat ze zonder hulp van welk gereedschap dan ook
niet verwijderd kunnen worden.
Het verdient aanbeveling het apparaat op een
bepaalde afstand te plaatsen van koel- of
vrieskasten, want de hitte die veroorzaakt wordt
zou de werking daarvan negatief kunnen
beïnvloeden.
PLAATSING ONDER HET AANRECHT
Installatie
45
Bevestiging aan het meubel
• Zet het apparaat in de ruimte.
• Open de deur van de oven en bevestig
het lichaam van de oven aan het meubel
met vier houtschroeven (B - zie Afb. 36)
die goed passen in de gaten die speciaal
daarvoor op de randen van de omtrek
gemaakt zijn, waarin u de bijgeleverde
afstandsstukken (A geplaatst heeft - zie
Afb. 36).
Indien er ook een elektrische kookplaat geplaatst
wordt, moet de elektrische aansluiting van de plaat
en die van de oven gescheiden worden
uitgevoerd, zowel om elektrische redenen als om
eventuele verwijdering van de oven uit het
meubel te vergemakkelijken.
Eventuele verlengsnoeren moeten geschikt zijn
voor het vereiste vermogen.
Elektrische aansluiting
Let voor het aansluiten op het volgende:
1. De zekering en de huisinstallatie moeten op
de max. belasting van het apparaat berekend
zijn (zie typeplaatje).
2. De huisinstallatie moet voorzien zijn van een
aardaansluiting overeenkomstig de geldende
voorschriften.
3. De wandcontactdoos (type Perilex als de
oven in combinatie met een elektrische
kookplaat is uitgevoerd) en de meerpolige
installatieautomaat of groepsschakelaar
moeten ook na de installatie van het apparaat
makkelijk bereikbaar zijn.
Het apparaat wordt stekkerklaar geleverd. Het
aansluitsnoer moet worden aangesloten op een
geaarde wandcontactdoos (230 V~, 50 Hz type
Perilex als de oven in combinatie met een
elektrische kookplaat is uitgevoerd). Deze
wandcontactdoos moet overeenkomstig de
voorschriften geïnstalleerd zijn.
Als aansluitsnoer zijn, met inachtneming van de
Afb. 36
46
Afb. 37
nominale doorsneden, volgende types geschikt:
H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RR-F, H05 VV-F,
H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F.
Als de aansluiting zonder stekker wordt
uitgevoerd, of als de stekker niet toegankelijk is,
moet er tussen het apparaat en de aansluiting op
het stroomnet een meerpolige stroomonderbreker
(bijv. zekeringen, LS-schakelaar) met een minimale
afstand tussen de contacten van 3 mm
aangebracht worden. De schakelaar mag de
aardleiding nergens onderbreken. De geel-
groene aardleiding dient 2-3 cm langer te zijn dan
alle andere kabels.
Het aansluitsnoer moet in ieder geval zodanig
geplaatst zijn, dat het nergens 50°C (boven
kamertemperatuur) bereikt.
Na de aansluiting moeten de
verwarmingselementen gecontroleerd worden,
door ze ongeveer 3 minuten te laten werken.
Klemmenbord
De oven is voorzien van een makkelijk toegankelijk
klemmenbord, dat berekend is voor de werking
op een éénfase-stroomvoorziening van 230 V
(Afb. 37).
Letter L - Onder stroom staande klem
Letter N- Neutrale klem
of E - Aardeklem
47
Als de controles die wij voorstelden in het
hoofdstuk “Het oplossen van storingen” het
probleem niet opgelost hebben, neem dan contact
op met de dichtstbijzijnde erkende Technische
assistentiedienst, vermeldt daarbij het soort
storing, het model van het apparaat (Mod.), het
productnummer (Prod. n°) en het
fabricagenummer (Ser. N°) die u op het
identificatieplaatje van de oven kunt vinden.
Het plaatje zit op de buitenkant van de oven en wordt
zichtbaar als u de deur opendoet, op de plaats die
aangegeven is op Afb. 38.
De originele onderdelen, gecertificeerd door de
fabrikant van het product, en voorzien van dit
merkteken kunt u alleen vinden bij onze
servicecentra en bij winkels die geautoriseerd zijn
voor de verkoop van onderdelen.
Afb. 38
Technische assistentie en onderdelen
48
35907-1101 R.C 02/09
www.zanussi.nl
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Zanussi ZCB990XQ Handleiding

Categorie
Ovens
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor