Grundfos PM 1 Installation And Operating Instructions Manual

Type
Installation And Operating Instructions Manual
2
Declaration of Conformity
We Grundfos declare under our sole responsibility that the products
PM 1, to which this declaration relates, are in conformity with the
Council Directives on the approximation of the laws of the EC Member
States relating to
Electrical equipment designed for use within certain voltage limits
(2006/95/EC).
Standards used: EN 60730-1 and EN 60730-2-6.
Electromagnetic compatibility (2004/108/EC).
Standards used: EN 60730-1: 2000 and EN 60730-1, A16: 2007.
Konformitätserklärung
Wir Grundfos erklären in alleiniger Verantwortung, dass die Produkte
PM 1, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit den folgenden
Richtlinien des Rates zur Angleichung der Rechtsvorschriften der EG-
Mitgliedstaaten übereinstimmen
Elektrische Betriebsmittel zur Verwendung innerhalb bestimmter
Spannungsgrenzen (2006/95/EG).
Normen, die verwendet wurden: EN 60730-1 und EN 60730-2-6.
Elektromagnetische Verträglichkeit (2004/108/EG).
Normen, die verwendet wurden: EN 60730-1: 2000 und
EN 60730-1, A16: 2007.
Déclaration de Conformité
Nous Grundfos déclarons sous notre seule responsabilité que les
produits PM 1 auxquels se réfère cette déclaration sont conformes aux
Directives du Conseil concernant le rapprochement des législations des
Etats membres CE relatives à
Matériel électrique destiné à employer dans certaines limites
de tension (2006/95/CE).
Standards utilisés: EN 60730-1 et EN 60730-2-6.
Compatibilité électromagnétique (2004/108/CE).
Standards utilisés: EN 60730-1: 2000 et EN 60730-1, A16: 2007.
Dichiarazione di Conformità
Noi Grundfos dichiariamo sotto la nostra esclusiva responsabilità che
i prodotti PM 1 ai quali questa dichiarazione si riferisce sono conformi
alle Direttive del Consiglio concernente il ravvicinamento delle
legislazioni degli Stati membri CE relative a
Materiale elettrico destinato ad essere utilizzato entro certi limiti
di tensione (2006/95/CE).
Standard usati: EN 60730-1 e EN 60730-2-6.
Compatibilità elettromagnetica (2004/108/CE).
Standard usati: EN 60730-1: 2000 e EN 60730-1, A16: 2007.
Declaración de Conformidad
Nosotros Grundfos declaramos bajo nuestra única responsabilidad que
los productos PM 1 a los cuales se refiere esta declaración son
conformes con las Directivas del Consejo relativas a la aproximación de
las legislaciones de los Estados Miembros de la CE sobre
Material eléctrico destinado a utilizarse con determinadas límites
de tensión (2006/95/CE).
Normas aplicadas: EN 60730-1 y EN 60730-2-6.
Compatibilidad electromagnética (2004/108/CE).
Normas aplicadas: EN 60730-1: 2000 y EN 60730-1, A16: 2007.
Declaração de Conformidade
Nós Grundfos declaramos sob nossa única responsabilidade que os
produtos PM 1 aos quais se refere esta declaração estão em
conformidade com as Directivas do Conselho das Comunidades
Europeias relativas à aproximação das legislações dos Estados
Membros respeitantes à
Material eléctrico destinado a ser utilizado dentro de certos limites
de tensão (2006/95/CE).
Normas utilizadas: EN 60730-1 e EN 60730-2-6.
Compatibilidade electromagnética (2004/108/CE).
Normas utilizadas: EN 60730-1: 2000 e EN 60730-1, A16: 2007.
Δήλωση Συμμόρφωσης
Εμείς η Grundfos δηλώνουμε με αποκλειστικά δική μας ευθύνη ότι τα
προιόντα PM 1 συμμορφώνονται με την Οδηγία του Συμβουλίου επί της
σύγκλισης των νόμων των Κρατών Mελών της Ευρωπαικής Ενωσης σε
σχέση με τα
Ηλεκτρικές συσκευές σχεδιασμένες γιά χρήση εντός ορισμένων
ορίων ηλεκτρικής τάσης (2006/95/EC).
Πρότυπα που χρησιμοποιήθηκαν: EN 60730-1 και EN 60730-2-6.
Ηλεκτρομαγνητική συμβατότητα (2004/108/EC).
Πρότυπα που χρησιμοποιήθηκαν: EN 60730-1: 2000 και
EN 60730-1, A16: 2007.
Overeenkomstigheidsverklaring
Wij Grundfos verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat de
produkten PM 1 waarop deze verklaring betrekking heeft in
overeenstemming zijn met de Richtlijnen van de Raad inzake de
onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de
Lid-Staten betreffende
Elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde
spanningsgrenzen (2006/95/EG).
Normen: EN 60730-1 en EN 60730-2-6.
Elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EG).
Normen: EN 60730-1: 2000 en EN 60730-1, A16: 2007.
Försäkran om överensstämmelse
Vi Grundfos försäkrar under ansvar, att produkterna PM 1, som
omfattas av denna försäkran, är i överensstämmelse med Rådets
Direktiv om inbördes närmande till EU-medlemsstaternas lagstiftning,
avseende
Elektrisk utrustning avsedd för användning inom vissa
spänningsgränser (2006/95/EC).
Använda standarder: EN 60730-1 och EN 60730-2-6.
Elektromagnetisk kompatibilitet (2004/108/EC).
Använda standarder: EN 60730-1: 2000 och EN 60730-1, A16:
2007.
Vastaavuusvakuutus
Me Grundfos vakuutamme yksin vastuullisesti, että tuotteet PM 1, jota
tämä vakuutus koskee, noudattavat direktiivejä jotka käsittelevät EY:n
jäsenvaltioiden koneellisia laitteita koskevien lakien yhdenmukaisuutta
seur.:
Määrättyjen jänniterajoitusten puitteissa käytettävät sähköiset
laitteet (2006/95/EY).
Käytetyt standardit: EN 60730-1 ja EN 60730-2-6.
Elektromagneettinen vastaavuus (2004/108/EY).
Käytetyt standardit: EN 60730-1: 2000 ja EN 60730-1, A16: 2007.
Overensstemmelseserklæring
Vi Grundfos erklærer under ansvar at produkterne PM 1 som denne
erklæring omhandler, er i overensstemmelse med Rådets direktiver om
indbyrdes tilnærmelse til EF medlemsstaternes lovgivning om
Elektrisk materiel bestemt til anvendelse inden for visse
spændingsgrænser (2006/95/EF).
Anvendte standarder: EN 60730-1 og EN 60730-2-6.
Elektromagnetisk kompatibilitet (2004/108/EF).
Anvendte standarder: EN 60730-1: 2000 og EN 60730-1, A16: 2007.
Deklaracja zgodności
My, Grundfos, oświadczamy z pełną odpowiedzialnością, że nasze
wyroby PM 1, których deklaracja niniejsza dotyczy, są zgodne
znastępującymi wytycznymi Rady d/s ujednolicenia przepisów
prawnych krajów członkowskich EG:
–wyposażenie elektryczne do stosowania w określonym zakresie
napięć (2006/95/EG).
zastosowane normy: EN 60730-1 i EN 60730-2-6.
zgodność elektromagnetyczna (2004/108/EG).
zastosowane normy: EN 60730-1: 2000 i EN 60730-1, A16: 2007.
57
INHOUD
Pagina
1. Symbolen die in dit document
gebruikt worden 57
2. Applicaties 57
2.1 Vloeistoffen 57
2.2 Vloeistoftemperatuur 57
2.3 Werkdruk 57
3. Installatie 57
3.1 Lokatie 58
4. Elektrische aansluiting 59
4.1 De units aansluiten met de gemonteerde
kabel en steker 59
4.2 De units aansluiten zonder aangebrachte
kabel en steker 59
4.3 Alternatieve voedingsbronnen 59
5. Bedieningspaneel 59
6. Inschakelen 60
7. Bedrijf 60
7.1 Normaal bedrijf 60
7.2 Storing in voedingsspanning 60
8. Functies 60
8.1 Anti-pendel 60
8.2 Droogloopbeveiliging 60
9. Bescherming tegen vorst 61
10. Lijst van alarmen 61
11. Technische specificaties 61
12. Storingstabel 62
13. Aanvullende product informatie 63
14. Afvalverwijdering 63
1. Symbolen die in dit document
gebruikt worden
2. Applicaties
De Grundfos PM 1 is ontworpen voor automatische
start/stop regeling van Grundfos pompen en andere
pompen voor watertoevoer.
Gebruikelijke applicaties zijn watervoorzieningsyste-
men en regenwatersystemen in
eensgezinswoningen
hoogbouw
vakantiewoningen
horticultuur en tuinieren
landbouw.
2.1 Vloeistoffen
Schone, dunne, niet-agressieve en niet-explosieve
vloeistoffen zonder vaste delen en vezels die de unit
mechanisch of chemisch kunnen aantasten.
Voorbeelden:
•drinkwater
regenwater.
2.2 Vloeistoftemperatuur
0 °C tot +40 °C.
2.3 Werkdruk
Max. 10 bar.
3. Installatie
Monteer de unit aan de perszijde van de pomp.
Zie afb. 2.
Wanneer er gepompt wordt vanuit een put, een boor-
gat, e.d. moet er altijd een terugslagklep aan de
zuigzijde van de pomp gemonteerd worden.
Het wordt aanbevolen om de unit d.m.v koppelingen
met het leidingwerk te verbinden.
De persaansluiting van de unit kan 360 ° worden
gedraaid. Zie afb. 1.
De zuigaansluiting is een geïntegreerd onderdeel
van de behuizing van de unit.
De unit heeft een ingebouwde terugslagklep.
Afb. 1 Draaiende persaansluiting
Waarschuwing
Lees voor installatie deze installatie- en
bedieningsinstructies door. De installa-
tie en bediening dienen bovendien vol-
gens de locaal geldende voorschriften
en regels plaats te vinden.
Waarschuwing
Als deze veiligheidsvoorschriften niet
in acht worden genomen, kan dit resul-
teren in persoonlijk letsel!
Voorzichtig
Als deze veiligheidsvoorschriften niet
in acht worden genomen, kan dit resul-
teren in technische fouten en schade
aan de installatie!
N.B.
Opmerkingen of instructies die het
werk eenvoudiger maken en zorgen
voor een veilige werking.
TM03 9706 1708
58
3.1 Lokatie
De plaats van installatie moet schoon en goed
geventileerd zijn.
De PM 1 moet zodanig worden gepositioneerd dat
deze is beschermd tegen regen en direct zonlicht.
Afb. 2 Installatievoorbeeld
De unit kan direct op de persaansluiting van de
pomp worden gemonteerd of tussen de pomp en het
eerste tappunt.
Pos. A in afb. 2:
Het is aanbevolen om de unit zodanig te installeren
dat het verschil in hoogte tussen de unit en het
hoogst gelegen tappunt niet uitstijgt boven:
1,5 bar uitvoering: 10 meter
2,2 bar uitvoering: 17 meter.
Pos. B in afb. 2:
Om een correcte werking te bereiken, moet de pomp
ten minste de volgende opvoerhoogte kunnen leve-
ren:
1,5 bar uitvoering: 24 meter
2,2 bar uitvoering: 31 meter.
Pos. C in afb. 2:
De unit moet zodanig worden gemonteerd dat het
bedieningspaneel zichtbaar en gemakkelijk toegan-
kelijk is. Zorg ervoor dat de zuig- en persaansluiting
correct zijn aangesloten.
Afb. 3 Montage posities
Pos. D in afb. 2:
Er mogen geen tappunten worden geïnstalleerd
tussen de pomp en de unit.
TM03 9364 4007
A
C
D
B
Voorzichtig
Om er voor te zorgen dat er geen water
de unit kan binnendringen, mag de unit
niet worden gemonteerd met kabelaan-
sluitingen die naar boven wijzen.
Zie afb. 3.
TM04 0335 1708
59
4. Elektrische aansluiting
4.1 De units aansluiten met de
gemonteerde kabel en steker
Sluit de unit aan met behulp van de meegeleverde
kabel.
4.2 De units aansluiten zonder
aangebrachte kabel en steker
1. Verwijder het besturingspaneel van de unit.
2. Voer de elektrische aansluiting uit zoals getoond
in afb. A of B, pagina 128, afhankelijk van het
type motor.
3. Monteer het bedieningspaneel met de vier monta-
geschroeven zodat beschermingsklasse IP65
wordt behouden.
4.3 Alternatieve voedingsbronnen
De PM 1 kan worden gevoed door een generator of
andere alternatieve voedingsbronnen, op voor-
waarde dat deze voldoen aan de voedingspannings-
eisen. Zie paragraaf 11. Technische specificaties.
5. Bedieningspaneel
Afb. 4 Bedieningspaneel
Waarschuwing
De elektrische aansluiting dient vol-
gens de lokaal geldende regels en nor-
men plaats te vinden.
Voordat u enige aansluitingen in de unit
maakt, dient u er zeker van te zijn dat
de voedingsspanning is uitgeschakeld
en dat deze niet per ongeluk kan wor-
den ingeschakeld.
De unit moet worden aangesloten op
een externe netschakelaar met een con-
tact-opening van ten minste 3 mm in
alle polen.
Uit voorzorg moet de unit worden ver-
bonden met een geaard stopcontact.
Het is aanbevolen om de permanente
installatie uit te rusten met een aardlek-
schakelaar (ELCB) met een stroom
<30 mA.
TM03 9360 1708
Pos. Beschrijving Functie
1 "Power on"
Het groene indicatielampje
brandt continu wanneer de
voedingsspanning is inge-
schakeld.
2 "Pump on"
Het groene indicatielampje
brandt continu wanneer de
pomp draait.
3 "Alarm"
Het rode indicatielampje
brandt continu of knippert
wanneer de pomp gestopt is
vanwege een storing.
Zie paragraaf
12. Storingstabel.
4[Reset]
De toets wordt gebruikt voor
Resetten van storingsmel-
dingen
aan- en uitzetten van de
anti-pendel functie.
Zie paragraaf 8.1 Anti-
pendel.
60
6. Inschakelen
1. Open een kraan in het systeem.
2. Schakel de voedingsspanning in.
3. Controleer dat de "Power on", Pump on" en
"Alarm" indicatielampjes kort oplichten.
– De pomp draait en er wordt druk opgebouwd in
het systeem.
4. Draai de kraan dicht.
5. Controleer of de pomp na een paar seconden
stopt en of het "Pump on" indicatielampje uit gaat.
Het systeem is nu gereed voor gebruik.
7. Bedrijf
7.1 Normaal bedrijf
Wanneer er verbruik is in het watervoorzienings-
syteem, zal de PM 1 de pomp starten wanneer er
aan de start voorwaarden van de unit is voldaan. Dit
gebeurt bijvoorbeeld wanneer er een kraan wordt
geopend, waardoor de druk in het systeem daalt.
De unit stopt de pomp weer als het verbruik stopt,
bijv. wannneer de kraan wordt dichtgedraaid.
7.1.1 Start en stop voorwaarden
Start voorwaarden
De unit zal de pomp starten wanneer ten minste aan
één van de volgende voorwaarden is voldaan:
Het debiet is groter dan Q
min.
.
De druk is lager dan p
start
.
Stop voorwaarden
De unit stopt de pomp met een tijdsvertraging van
10 seconden wanneer is voldaan aan de volgende
voorwaarden:
Het debiet is lager dan Q
min.
.
De druk is hoger dan p
stop
.
De p
start
, p
stop
en Q
min.
waarden worden getoond in
sectie 11. Technische specificaties.
7.2 Storing in voedingsspanning
In geval van een stroomstoring zal de pomp automa-
tisch herstarten wanneer de voedingsspanning her-
steld is en zal ten minste 10 seconden lang draaien.
De instelling van de anti-pendel functie wordt niet
beïnvloed door een storing in de voedingsspanning.
8. Functies
8.1 Anti-pendel
Als er een klein lek in het systeem is, of als er een
kraan niet geheel is dichtgedraaid, zal de unit de
pomp periodiek in- en uitschakelen. Om pendelen te
voorkomen, zal de anti-pendel functie van de unit de
pomp uistchakelen en een alarm aangeven.
Standaard instelling: De functie is ingeschakeld.
In- en uitschakelen van de functie
1. Houd [Reset] drie seconden ingedrukt totdat
"Power on" begint te knipperen.
2. Selecteer of de functie in- of uitgeschakeld dient
te zijn. Elke keer dat [Reset] wordt ingedrukt,
wordt er gewisseld tussen in- en uitgeschakeld.
"Pump on" is uit wanneer de functie is uitgescha-
keld.
"Pump on" is aan wanneer de functie is ingescha-
keld.
3. Houd [Reset] 3 seconden ingedrukt om terug te
gaan naar bedrijf.
Een pendel alarm resetten
Als er een pendel alarm is afgegeven, kan de pomp
worden herstart door op [Reset] te drukken.
8.2 Droogloopbeveiliging
De unit bevat droogloopbeveiliging die de pomp
automatisch uitschakelt in geval van drooglopen.
De droogloopbeveiliging functioneert anders tijdens
ontluchten en bedrijf.
8.2.1 Drooglopen tijdens ontluchten
Als de unit geen druk en geen debiet ontdekt binnen
5 minuten nadat het is aangesloten op de voedings-
spanning en de pomp is ingeschakeld, wordt het
droogloop alarm geactiveerd.
8.2.2 Drooglopen tijdens bedrijf
Als de unit geen druk en debiet ontdekt binnen
40 seconden tijdens normaal bedrijf, wordt het
droogloop alarm geactiveerd.
8.2.3 Resetten van het droogloop alarm
Als er een droogloop alarm is geactiveerd, kan de
pomp handmatig worden herstart door op [Reset] te
drukken. Als de unit geen druk en debiet ontdekt bin-
nen 40 seconden na herstarten, wordt het droogloop
alarm gereactiveerd.
N.B.
Als binnen 5 minuten na inschakelen
geen druk wordt opgebouwd in het sys-
teem, zal de droogloopbeveiliging wor-
den geactiveerd en de pomp worden
uitgeschakeld. Controleer de ontlucht
condities van de pomp voordat wordt
geprobeerd de pomp te herstarten.
Herstart de pomp door op [Reset] te
drukken.
N.B.
In geval van een heel laag verbruik, kan
de anti-pendel functie dit als pendelen
beschouwen en de pomp onopzettelijk
uitschakelen. Als dit gebeurt, kan de
functie worden uitgeschakeld.
Voorzichtig
Als er een droogloop alarm is afgege-
ven, moet de oorzaak worden gevonden
voordat de pomp wordt herstart, om
schade aan de pomp te voorkomen.
61
9. Bescherming tegen vorst
Als de unit wordt blootgesteld aan vorst tijdens perio-
des van inactiviteit, moeten de unit en het leiding-
werk worden afgetapt voordat de unit uit bedrijf wordt
genomen.
De unit heeft geen aftap mogelijkheden en moet
daarom worden verwijderd.
10. Lijst van alarmen
11. Technische specificaties
* De inschakeldruk (p
start
) is afhankelijk van de variant. Zie het typeplaatje.
De technische gegevens kunnen miniem zijn i.v.m. de pompgegevens. Zie de installatie- en bedieningsinstruc-
ties van de pomp.
Aanduiding Alarm Oorzaak
"Alarm" brandt continu. Drooplopen. De pomp heeft gedraaid zonder water.
"Alarm" knippert. Pendelen.
De pomp pendelt.
N.B.: Gebeurt alleen als de anti-pendel functie is
ingeschakeld. Zie paragraaf 8.1 Anti-pendel.
Gegevens 230 V model 115 V model
Voedingsspanning 1 x 230 V ± 10 % 1 x 115 V ± 10 %
Amperage 6 A 8 A
Frequentie 50/60 Hz
Maximale omgevingstemperatuur +50 °C
Vloeistoftemperatuur 0 °C tot +40 °C
p
start
1,5 of 2,2 bar*
p
stop
p
start
+ 0,4 bar
Q
min.
1,0 liter/min.
Tijdsvertraging tijdens uitschakelen 10 seconden
Maximale werkdruk PN 10 / 10 bar (1 MPa)
Beschermingsklasse IP65
Afmetingen Zie afb. C, pagina 128
62
12. Storingstabel
* Zie de service-instructies op www.grundfos.com > International website > WebCAPS > Service.
Waarschuwing
Voordat u met werkzaamheden aan de pomp/unit begint, dient u er zeker van te zijn dat de
voedingsspanning is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingeschakeld.
Storing Oorzaak Oplossing
1. Het groene "Power
on" indicatie-
lampje is uit.
a) De zekeringen in de elektrische
installatie zijn doorgebrand.
Vervang de zekeringen. Als de zekeringen
weer doorbranden, controleert u de elektri-
sche installatie.
b) De aardlekschakelaar of stroom-
onderbreker is aangeslagen.
Schakel de beveiliging weer in.
c) Geen voedingsspanning. Neem contact op met uw energiebedrijf.
d) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.*
2. Het groene "Pump
on" indicatie-
lampje is aan,
maar de pomp
schakelt niet in.
a) De voedingsspanning naar de
pomp wordt achter de unit afgeslo-
ten.
Controleer de steker en kabel aansluitin-
gen en controleer of de ingebouwde
stroomonderbreker is uitgeschakeld.
b) De motorbeveiliging van de pomp
is aangeslagen door overbelas-
ting.
Controleer of de motor/pomp verstopt is.
c) De pomp is defect. Repareer of vervang de pomp.
d) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.*
3. De pomp start niet
bij waterverbruik.
"Pump on" is uit.
a) Te groot hoogteverschil tussen de
unit en het tappunt.
Pas de installatie aan, of selecteer een unit
met een hogere inschakeldruk.
b) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.*
4. Frequente in-/uit-
schakelingen.
a) Lek in het leidingwerk. Controleer en repareer het leidingwerk.
b) Lekke terugslagklep. Reinig of vervang de terugslagklep.*
5. De pomp stopt
niet.
a) De pomp kan niet de noodzake-
lijke druk leveren.
Vervang de pomp.
b) Er is een unit met te hoge inscha-
keldruk geïnstalleerd.
Selecteer een unit met een lagere inscha-
keldruk.
c) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.*
d) De terugslagklep zit vast in open
positie.
Reinig of vervang de terugslagklep.*
6. Het rode "Alarm"
indicatielampje
brandt continu.
a) Drooplopen. De pomp heeft water
nodig.
Controleer het leidingwerk.
b) De voedingsspanning naar de
pomp wordt achter de unit afgeslo-
ten.
Controleer de steker en kabel aansluitin-
gen en controleer of de ingebouwde
stroomonderbreker is uitgeschakeld.
c) De motorbeveiliging van de pomp
is aangeslagen door overbelas-
ting.
Controleer of de motor/pomp verstopt is.
d) De pomp is defect. Repareer of vervang de pomp.
e) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.*
7. Het rode "Alarm"
indicatielampje
knippert.
a) Pendelen. Na gebruik is er een
kraan niet geheel dichtgedraaid.
Controler of alle kranen dicht zitten.
b) Pendelen. Er is een klein lek in het
systeem.
Controleer het systeem op lekkage.
63
13. Aanvullende product informatie
Aanvullende informatie en technische details voor de
Grundfos PM 1 is te vinden op www.grundfos.com >
International website > WebCAPS.
Mocht u vragen hebben, neem dan contact op met
de dichtsbijzijnde Grundfos vestiging.
14. Afvalverwijdering
Dit product, of onderdelen van dit product dienen op
een milieuvriendelijke manier afgevoerd te worden:
1. Breng het naar het gemeentelijke afvaldepot.
2. Wanneer dit niet mogelijk is, neemt u dan contact
op met uw Grundfos leverancier.
Wijzigingen voorbehouden.

Documenttranscriptie

Declaration of Conformity We Grundfos declare under our sole responsibility that the products PM 1, to which this declaration relates, are in conformity with the Council Directives on the approximation of the laws of the EC Member States relating to – Electrical equipment designed for use within certain voltage limits (2006/95/EC). Standards used: EN 60730-1 and EN 60730-2-6. – Electromagnetic compatibility (2004/108/EC). Standards used: EN 60730-1: 2000 and EN 60730-1, A16: 2007. Déclaration de Conformité Nous Grundfos déclarons sous notre seule responsabilité que les produits PM 1 auxquels se réfère cette déclaration sont conformes aux Directives du Conseil concernant le rapprochement des législations des Etats membres CE relatives à – Matériel électrique destiné à employer dans certaines limites de tension (2006/95/CE). Standards utilisés: EN 60730-1 et EN 60730-2-6. – Compatibilité électromagnétique (2004/108/CE). Standards utilisés: EN 60730-1: 2000 et EN 60730-1, A16: 2007. Declaración de Conformidad Nosotros Grundfos declaramos bajo nuestra única responsabilidad que los productos PM 1 a los cuales se refiere esta declaración son conformes con las Directivas del Consejo relativas a la aproximación de las legislaciones de los Estados Miembros de la CE sobre – Material eléctrico destinado a utilizarse con determinadas límites de tensión (2006/95/CE). Normas aplicadas: EN 60730-1 y EN 60730-2-6. – Compatibilidad electromagnética (2004/108/CE). Normas aplicadas: EN 60730-1: 2000 y EN 60730-1, A16: 2007. Δήλωση Συμμόρφωσης Εμείς η Grundfos δηλώνουμε με αποκλειστικά δική μας ευθύνη ότι τα προιόντα PM 1 συμμορφώνονται με την Οδηγία του Συμβουλίου επί της σύγκλισης των νόμων των Κρατών Mελών της Ευρωπαικής Ενωσης σε σχέση με τα – Ηλεκτρικές συσκευές σχεδιασμένες γιά χρήση εντός ορισμένων ορίων ηλεκτρικής τάσης (2006/95/EC). Πρότυπα που χρησιμοποιήθηκαν: EN 60730-1 και EN 60730-2-6. – Ηλεκτρομαγνητική συμβατότητα (2004/108/EC). Πρότυπα που χρησιμοποιήθηκαν: EN 60730-1: 2000 και EN 60730-1, A16: 2007. Försäkran om överensstämmelse Vi Grundfos försäkrar under ansvar, att produkterna PM 1, som omfattas av denna försäkran, är i överensstämmelse med Rådets Direktiv om inbördes närmande till EU-medlemsstaternas lagstiftning, avseende – Elektrisk utrustning avsedd för användning inom vissa spänningsgränser (2006/95/EC). Använda standarder: EN 60730-1 och EN 60730-2-6. – Elektromagnetisk kompatibilitet (2004/108/EC). Använda standarder: EN 60730-1: 2000 och EN 60730-1, A16: 2007. Overensstemmelseserklæring Vi Grundfos erklærer under ansvar at produkterne PM 1 som denne erklæring omhandler, er i overensstemmelse med Rådets direktiver om indbyrdes tilnærmelse til EF medlemsstaternes lovgivning om – Elektrisk materiel bestemt til anvendelse inden for visse spændingsgrænser (2006/95/EF). Anvendte standarder: EN 60730-1 og EN 60730-2-6. – Elektromagnetisk kompatibilitet (2004/108/EF). Anvendte standarder: EN 60730-1: 2000 og EN 60730-1, A16: 2007. 2 Konformitätserklärung Wir Grundfos erklären in alleiniger Verantwortung, dass die Produkte PM 1, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit den folgenden Richtlinien des Rates zur Angleichung der Rechtsvorschriften der EGMitgliedstaaten übereinstimmen – Elektrische Betriebsmittel zur Verwendung innerhalb bestimmter Spannungsgrenzen (2006/95/EG). Normen, die verwendet wurden: EN 60730-1 und EN 60730-2-6. – Elektromagnetische Verträglichkeit (2004/108/EG). Normen, die verwendet wurden: EN 60730-1: 2000 und EN 60730-1, A16: 2007. Dichiarazione di Conformità Noi Grundfos dichiariamo sotto la nostra esclusiva responsabilità che i prodotti PM 1 ai quali questa dichiarazione si riferisce sono conformi alle Direttive del Consiglio concernente il ravvicinamento delle legislazioni degli Stati membri CE relative a – Materiale elettrico destinato ad essere utilizzato entro certi limiti di tensione (2006/95/CE). Standard usati: EN 60730-1 e EN 60730-2-6. – Compatibilità elettromagnetica (2004/108/CE). Standard usati: EN 60730-1: 2000 e EN 60730-1, A16: 2007. Declaração de Conformidade Nós Grundfos declaramos sob nossa única responsabilidade que os produtos PM 1 aos quais se refere esta declaração estão em conformidade com as Directivas do Conselho das Comunidades Europeias relativas à aproximação das legislações dos Estados Membros respeitantes à – Material eléctrico destinado a ser utilizado dentro de certos limites de tensão (2006/95/CE). Normas utilizadas: EN 60730-1 e EN 60730-2-6. – Compatibilidade electromagnética (2004/108/CE). Normas utilizadas: EN 60730-1: 2000 e EN 60730-1, A16: 2007. Overeenkomstigheidsverklaring Wij Grundfos verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat de produkten PM 1 waarop deze verklaring betrekking heeft in overeenstemming zijn met de Richtlijnen van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende – Elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (2006/95/EG). Normen: EN 60730-1 en EN 60730-2-6. – Elektromagnetische compatibiliteit (2004/108/EG). Normen: EN 60730-1: 2000 en EN 60730-1, A16: 2007. Vastaavuusvakuutus Me Grundfos vakuutamme yksin vastuullisesti, että tuotteet PM 1, jota tämä vakuutus koskee, noudattavat direktiivejä jotka käsittelevät EY:n jäsenvaltioiden koneellisia laitteita koskevien lakien yhdenmukaisuutta seur.: – Määrättyjen jänniterajoitusten puitteissa käytettävät sähköiset laitteet (2006/95/EY). Käytetyt standardit: EN 60730-1 ja EN 60730-2-6. – Elektromagneettinen vastaavuus (2004/108/EY). Käytetyt standardit: EN 60730-1: 2000 ja EN 60730-1, A16: 2007. Deklaracja zgodności My, Grundfos, oświadczamy z pełną odpowiedzialnością, że nasze wyroby PM 1, których deklaracja niniejsza dotyczy, są zgodne z następującymi wytycznymi Rady d/s ujednolicenia przepisów prawnych krajów członkowskich EG: – wyposażenie elektryczne do stosowania w określonym zakresie napięć (2006/95/EG). zastosowane normy: EN 60730-1 i EN 60730-2-6. – zgodność elektromagnetyczna (2004/108/EG). zastosowane normy: EN 60730-1: 2000 i EN 60730-1, A16: 2007. 2. Applicaties INHOUD Pagina 1. 2. 2.1 2.2 2.3 3. 3.1 4. 4.1 4.2 4.3 5. 6. 7. 7.1 7.2 8. 8.1 8.2 9. 10. 11. 12. 13. 14. Symbolen die in dit document gebruikt worden Applicaties Vloeistoffen Vloeistoftemperatuur Werkdruk Installatie Lokatie Elektrische aansluiting De units aansluiten met de gemonteerde kabel en steker De units aansluiten zonder aangebrachte kabel en steker Alternatieve voedingsbronnen Bedieningspaneel Inschakelen Bedrijf Normaal bedrijf Storing in voedingsspanning Functies Anti-pendel Droogloopbeveiliging Bescherming tegen vorst Lijst van alarmen Technische specificaties Storingstabel Aanvullende product informatie Afvalverwijdering 57 57 57 57 57 57 58 59 De Grundfos PM 1 is ontworpen voor automatische start/stop regeling van Grundfos pompen en andere pompen voor watertoevoer. Gebruikelijke applicaties zijn watervoorzieningsystemen en regenwatersystemen in • eensgezinswoningen • hoogbouw • vakantiewoningen • horticultuur en tuinieren • landbouw. 59 2.1 Vloeistoffen 59 59 59 60 60 60 60 60 60 60 61 61 61 62 63 63 Schone, dunne, niet-agressieve en niet-explosieve vloeistoffen zonder vaste delen en vezels die de unit mechanisch of chemisch kunnen aantasten. Voorbeelden: • drinkwater • regenwater. Waarschuwing Lees voor installatie deze installatie- en bedieningsinstructies door. De installatie en bediening dienen bovendien volgens de locaal geldende voorschriften en regels plaats te vinden. 1. Symbolen die in dit document gebruikt worden 2.2 Vloeistoftemperatuur 0 °C tot +40 °C. 2.3 Werkdruk Max. 10 bar. 3. Installatie Monteer de unit aan de perszijde van de pomp. Zie afb. 2. Wanneer er gepompt wordt vanuit een put, een boorgat, e.d. moet er altijd een terugslagklep aan de zuigzijde van de pomp gemonteerd worden. Het wordt aanbevolen om de unit d.m.v koppelingen met het leidingwerk te verbinden. De persaansluiting van de unit kan 360 ° worden gedraaid. Zie afb. 1. De zuigaansluiting is een geïntegreerd onderdeel van de behuizing van de unit. De unit heeft een ingebouwde terugslagklep. Waarschuwing Als deze veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen, kan dit resulteren in persoonlijk letsel! N.B. Als deze veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen, kan dit resulteren in technische fouten en schade aan de installatie! TM03 9706 1708 Voorzichtig Opmerkingen of instructies die het werk eenvoudiger maken en zorgen voor een veilige werking. Afb. 1 Draaiende persaansluiting 57 3.1 Lokatie Pos. A in afb. 2: Het is aanbevolen om de unit zodanig te installeren dat het verschil in hoogte tussen de unit en het hoogst gelegen tappunt niet uitstijgt boven: 1,5 bar uitvoering: 10 meter 2,2 bar uitvoering: 17 meter. De plaats van installatie moet schoon en goed geventileerd zijn. De PM 1 moet zodanig worden gepositioneerd dat deze is beschermd tegen regen en direct zonlicht. Pos. B in afb. 2: Om een correcte werking te bereiken, moet de pomp ten minste de volgende opvoerhoogte kunnen leveren: 1,5 bar uitvoering: 24 meter 2,2 bar uitvoering: 31 meter. A Pos. C in afb. 2: De unit moet zodanig worden gemonteerd dat het bedieningspaneel zichtbaar en gemakkelijk toegankelijk is. Zorg ervoor dat de zuig- en persaansluiting correct zijn aangesloten. C Voorzichtig D Om er voor te zorgen dat er geen water de unit kan binnendringen, mag de unit niet worden gemonteerd met kabelaansluitingen die naar boven wijzen. Zie afb. 3. TM03 9364 4007 B Afb. 2 Installatievoorbeeld TM04 0335 1708 De unit kan direct op de persaansluiting van de pomp worden gemonteerd of tussen de pomp en het eerste tappunt. Afb. 3 Montage posities Pos. D in afb. 2: Er mogen geen tappunten worden geïnstalleerd tussen de pomp en de unit. 58 Waarschuwing De elektrische aansluiting dient volgens de lokaal geldende regels en normen plaats te vinden. Voordat u enige aansluitingen in de unit maakt, dient u er zeker van te zijn dat de voedingsspanning is uitgeschakeld en dat deze niet per ongeluk kan worden ingeschakeld. De unit moet worden aangesloten op een externe netschakelaar met een contact-opening van ten minste 3 mm in alle polen. Uit voorzorg moet de unit worden verbonden met een geaard stopcontact. Het is aanbevolen om de permanente installatie uit te rusten met een aardlekschakelaar (ELCB) met een stroom < 30 mA. 4.1 De units aansluiten met de gemonteerde kabel en steker 5. Bedieningspaneel TM03 9360 1708 4. Elektrische aansluiting Afb. 4 Bedieningspaneel Pos. Beschrijving Functie 1 "Power on" Het groene indicatielampje brandt continu wanneer de voedingsspanning is ingeschakeld. 2 "Pump on" Het groene indicatielampje brandt continu wanneer de pomp draait. "Alarm" Het rode indicatielampje brandt continu of knippert wanneer de pomp gestopt is vanwege een storing. Zie paragraaf 12. Storingstabel. [Reset] De toets wordt gebruikt voor • Resetten van storingsmeldingen • aan- en uitzetten van de anti-pendel functie. Zie paragraaf 8.1 Antipendel. Sluit de unit aan met behulp van de meegeleverde kabel. 4.2 De units aansluiten zonder aangebrachte kabel en steker 1. Verwijder het besturingspaneel van de unit. 2. Voer de elektrische aansluiting uit zoals getoond in afb. A of B, pagina 128, afhankelijk van het type motor. 3. Monteer het bedieningspaneel met de vier montageschroeven zodat beschermingsklasse IP65 wordt behouden. 4.3 Alternatieve voedingsbronnen De PM 1 kan worden gevoed door een generator of andere alternatieve voedingsbronnen, op voorwaarde dat deze voldoen aan de voedingspanningseisen. Zie paragraaf 11. Technische specificaties. 3 4 59 6. Inschakelen 1. Open een kraan in het systeem. 2. Schakel de voedingsspanning in. 3. Controleer dat de "Power on", Pump on" en "Alarm" indicatielampjes kort oplichten. – De pomp draait en er wordt druk opgebouwd in het systeem. 4. Draai de kraan dicht. 5. Controleer of de pomp na een paar seconden stopt en of het "Pump on" indicatielampje uit gaat. Het systeem is nu gereed voor gebruik. N.B. Als binnen 5 minuten na inschakelen geen druk wordt opgebouwd in het systeem, zal de droogloopbeveiliging worden geactiveerd en de pomp worden uitgeschakeld. Controleer de ontlucht condities van de pomp voordat wordt geprobeerd de pomp te herstarten. Herstart de pomp door op [Reset] te drukken. 7. Bedrijf 7.1 Normaal bedrijf Wanneer er verbruik is in het watervoorzieningssyteem, zal de PM 1 de pomp starten wanneer er aan de start voorwaarden van de unit is voldaan. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer er een kraan wordt geopend, waardoor de druk in het systeem daalt. De unit stopt de pomp weer als het verbruik stopt, bijv. wannneer de kraan wordt dichtgedraaid. 7.1.1 Start en stop voorwaarden Start voorwaarden De unit zal de pomp starten wanneer ten minste aan één van de volgende voorwaarden is voldaan: • Het debiet is groter dan Qmin.. • De druk is lager dan pstart. Stop voorwaarden De unit stopt de pomp met een tijdsvertraging van 10 seconden wanneer is voldaan aan de volgende voorwaarden: • Het debiet is lager dan Qmin.. • De druk is hoger dan pstop. De pstart, pstop en Qmin. waarden worden getoond in sectie 11. Technische specificaties. 7.2 Storing in voedingsspanning In geval van een stroomstoring zal de pomp automatisch herstarten wanneer de voedingsspanning hersteld is en zal ten minste 10 seconden lang draaien. De instelling van de anti-pendel functie wordt niet beïnvloed door een storing in de voedingsspanning. 60 8. Functies 8.1 Anti-pendel Als er een klein lek in het systeem is, of als er een kraan niet geheel is dichtgedraaid, zal de unit de pomp periodiek in- en uitschakelen. Om pendelen te voorkomen, zal de anti-pendel functie van de unit de pomp uistchakelen en een alarm aangeven. Standaard instelling: De functie is ingeschakeld. In- en uitschakelen van de functie 1. Houd [Reset] drie seconden ingedrukt totdat "Power on" begint te knipperen. 2. Selecteer of de functie in- of uitgeschakeld dient te zijn. Elke keer dat [Reset] wordt ingedrukt, wordt er gewisseld tussen in- en uitgeschakeld. "Pump on" is uit wanneer de functie is uitgeschakeld. "Pump on" is aan wanneer de functie is ingeschakeld. 3. Houd [Reset] 3 seconden ingedrukt om terug te gaan naar bedrijf. Een pendel alarm resetten Als er een pendel alarm is afgegeven, kan de pomp worden herstart door op [Reset] te drukken. N.B. In geval van een heel laag verbruik, kan de anti-pendel functie dit als pendelen beschouwen en de pomp onopzettelijk uitschakelen. Als dit gebeurt, kan de functie worden uitgeschakeld. 8.2 Droogloopbeveiliging De unit bevat droogloopbeveiliging die de pomp automatisch uitschakelt in geval van drooglopen. De droogloopbeveiliging functioneert anders tijdens ontluchten en bedrijf. Voorzichtig Als er een droogloop alarm is afgegeven, moet de oorzaak worden gevonden voordat de pomp wordt herstart, om schade aan de pomp te voorkomen. 8.2.1 Drooglopen tijdens ontluchten Als de unit geen druk en geen debiet ontdekt binnen 5 minuten nadat het is aangesloten op de voedingsspanning en de pomp is ingeschakeld, wordt het droogloop alarm geactiveerd. 8.2.2 Drooglopen tijdens bedrijf Als de unit geen druk en debiet ontdekt binnen 40 seconden tijdens normaal bedrijf, wordt het droogloop alarm geactiveerd. 8.2.3 Resetten van het droogloop alarm Als er een droogloop alarm is geactiveerd, kan de pomp handmatig worden herstart door op [Reset] te drukken. Als de unit geen druk en debiet ontdekt binnen 40 seconden na herstarten, wordt het droogloop alarm gereactiveerd. 9. Bescherming tegen vorst Als de unit wordt blootgesteld aan vorst tijdens periodes van inactiviteit, moeten de unit en het leidingwerk worden afgetapt voordat de unit uit bedrijf wordt genomen. De unit heeft geen aftap mogelijkheden en moet daarom worden verwijderd. 10. Lijst van alarmen Aanduiding Alarm Oorzaak "Alarm" brandt continu. Drooplopen. De pomp heeft gedraaid zonder water. "Alarm" knippert. Pendelen. De pomp pendelt. N.B.: Gebeurt alleen als de anti-pendel functie is ingeschakeld. Zie paragraaf 8.1 Anti-pendel. 11. Technische specificaties Gegevens Voedingsspanning Amperage Frequentie Maximale omgevingstemperatuur Vloeistoftemperatuur 230 V model 115 V model 1 x 230 V ± 10 % 1 x 115 V ± 10 % 6A 8A 50/60 Hz +50 °C 0 °C tot +40 °C pstart 1,5 of 2,2 bar* pstop p start + 0,4 bar Qmin. 1,0 liter/min. Tijdsvertraging tijdens uitschakelen 10 seconden Maximale werkdruk Beschermingsklasse Afmetingen PN 10 / 10 bar (1 MPa) IP65 Zie afb. C, pagina 128 * De inschakeldruk (pstart) is afhankelijk van de variant. Zie het typeplaatje. De technische gegevens kunnen miniem zijn i.v.m. de pompgegevens. Zie de installatie- en bedieningsinstructies van de pomp. 61 12. Storingstabel Waarschuwing Voordat u met werkzaamheden aan de pomp/unit begint, dient u er zeker van te zijn dat de voedingsspanning is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingeschakeld. Storing Oorzaak Oplossing 1. Het groene "Power on" indicatielampje is uit. a) De zekeringen in de elektrische installatie zijn doorgebrand. Vervang de zekeringen. Als de zekeringen weer doorbranden, controleert u de elektrische installatie. b) De aardlekschakelaar of stroomonderbreker is aangeslagen. Schakel de beveiliging weer in. c) Geen voedingsspanning. Neem contact op met uw energiebedrijf. d) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.* 2. Het groene "Pump on" indicatielampje is aan, maar de pomp schakelt niet in. 3. De pomp start niet bij waterverbruik. "Pump on" is uit. a) De voedingsspanning naar de Controleer de steker en kabel aansluitinpomp wordt achter de unit afgeslo- gen en controleer of de ingebouwde ten. stroomonderbreker is uitgeschakeld. b) De motorbeveiliging van de pomp is aangeslagen door overbelasting. Controleer of de motor/pomp verstopt is. c) De pomp is defect. Repareer of vervang de pomp. d) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.* a) Te groot hoogteverschil tussen de unit en het tappunt. Pas de installatie aan, of selecteer een unit met een hogere inschakeldruk. b) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.* 4. Frequente in-/uitschakelingen. a) Lek in het leidingwerk. Controleer en repareer het leidingwerk. b) Lekke terugslagklep. Reinig of vervang de terugslagklep.* 5. De pomp stopt niet. a) De pomp kan niet de noodzakelijke druk leveren. Vervang de pomp. b) Er is een unit met te hoge inschakeldruk geïnstalleerd. Selecteer een unit met een lagere inschakeldruk. 6. Het rode "Alarm" indicatielampje brandt continu. 7. Het rode "Alarm" indicatielampje knippert. c) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.* d) De terugslagklep zit vast in open positie. Reinig of vervang de terugslagklep.* a) Drooplopen. De pomp heeft water nodig. Controleer het leidingwerk. b) De voedingsspanning naar de Controleer de steker en kabel aansluitinpomp wordt achter de unit afgeslo- gen en controleer of de ingebouwde ten. stroomonderbreker is uitgeschakeld. c) De motorbeveiliging van de pomp is aangeslagen door overbelasting. Controleer of de motor/pomp verstopt is. d) De pomp is defect. Repareer of vervang de pomp. e) De unit is defect. Repareer of vervang de unit.* a) Pendelen. Na gebruik is er een kraan niet geheel dichtgedraaid. Controler of alle kranen dicht zitten. b) Pendelen. Er is een klein lek in het systeem. Controleer het systeem op lekkage. * Zie de service-instructies op www.grundfos.com > International website > WebCAPS > Service. 62 13. Aanvullende product informatie Aanvullende informatie en technische details voor de Grundfos PM 1 is te vinden op www.grundfos.com > International website > WebCAPS. Mocht u vragen hebben, neem dan contact op met de dichtsbijzijnde Grundfos vestiging. 14. Afvalverwijdering Dit product, of onderdelen van dit product dienen op een milieuvriendelijke manier afgevoerd te worden: 1. Breng het naar het gemeentelijke afvaldepot. 2. Wanneer dit niet mogelijk is, neemt u dan contact op met uw Grundfos leverancier. Wijzigingen voorbehouden. 63
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132

Grundfos PM 1 Installation And Operating Instructions Manual

Type
Installation And Operating Instructions Manual

in andere talen