Remote Automation Solutions FloBoss 104 Flow Manager Handleiding

Type
Handleiding
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 September 2015
Remote Automation Solutions
www.EmersonProcess.com/Remote
Onderdeel D301733X012
FloBoss
TM
104 Flow Manager
Afbeelding
1
. Naamplaatje FloBoss 104 Flow Manager
(ATEX-versie afgebeeld)
Gebruik dit instructieblad met de
Handleiding voor de
FloBoss 103 en FloBoss 104 Flow Manager
(onderdeel
D301153X012). Alle aandachtspunten en
omschrijvingen met betrekking tot de installatie en
het verhelpen van storingen vindt u in de handleiding.
De FloBoss 104 Flow Manager met ATEX- of IECEx-
keurmerk voor drukvastheid kan worden besteld met
optionele EIA-232 (RS-232)-communicatie,
inbelmodemcommunicatie of een Pulse Interface
Module (PIM).
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik van de
FloBoss 104
Bedrijfstemperatuur: -40 °C tot +75 °C.
Zorg dat de overdracht van de thermische vloeistof
het apparaat niet oververhit tot een temperatuur die
overeenkomt met de zelfontbrandingstemperatuur
van omringend gas.
Verklaring van overeenstemming
Remote Automation Solutions verklaart bij deze dat
het product FloBoss 104 voldoet aan de essentiële
eisen en overige van toepassing zijnde relevante
bepalingen van de Europese richtlijnen 2004/108/EG
(EMC), 94/9/EG (ATEX) en 97/23/EC (PED).
LET OP
Zorg als het apparaat in een gevaarlijke
omgeving wordt geïnstalleerd dat alle bij de
installatie gebruikte componenten geschikt
zijn voor gebruik in een dergelijke
omgeving. Installatie en onderhoud mogen
alleen plaatsvinden als de omgeving
daarvoor geen gevaar oplevert. Installatie in
een gevaarlijke omgeving kan leiden tot
persoonlijk letsel of materiële schade.
Schakel altijd eerst de stroom van de
FloBoss uit voor u werkzaamheden aan de
bekabeling uitvoert. Het bekabelen van
ingeschakelde apparatuur kan tot
lichamelijk letsel of schade aan het
apparaat leiden.
Neem bij werkzaamheden binnen in het
apparaat afdoende maatregelen om schade
aan de schakelingen door elektrostatische
ontladingen te voorkomen, bijvoorbeeld
door een geaarde polsband te dragen.
Open panelen slechts dan als zeker is dat de
omgeving ongevaarlijk is.
WAARSCHUWING
Aansluiting van de FB104 op een
ononderbroken voedingsbron zonder de
acculader te verwijderen kan leiden tot het
overladen van de accu en tot defecten. Zie
paragraaf 3.5.1, Mogelijkheid tot overladen, in
de Instructiehandleiding voor de FloBoss 103
en 104 Flow Manager (onderdeel
D301153X012).
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Pagina 2
Onderdeel D301733X012
SPECIFICATIES
VOEDING
Externe voedingsingang: 8-28 V dc, beschermd tegen
omgekeerde polariteit.
Ingangsstroom: 10-15 mA nominaal. 20 mA bij 100%
inschakelduur (acculaden niet inbegrepen).
BEHUIZING
Huis en deksel: Gegoten aluminiumlegering met
iriserende chromatering en lak. Versie in roestvast staal
(CF8M) leverbaar.
OMGEVING
Bedrijfstemperatuur: -40 tot +75 °C.
LCD-display: -20 tot +75 °C.
Opslagtemperatuur: -50 tot +85 °C.
Vochtigheidsgraad bedrijf: 5 tot 95%, niet-
condenserend.
GEWICHT
4,30 kg (9,5 lbs) (aluminium)
GOEDKEURINGEN:
ATEX Versie (drukvast en type n)
Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen:
(Drukvast) (Type n)
EN 60079-0 (2011) EN 60079-0 (2012)
EN 60079-1 (2007) EN 60079-15 (2010)
IEC 60529 IEC 60529
Gecertificeerd door LCIE als model W40116.
ATEX-cert LCIE 03ATEX6221 X
ATEX-cert LCIE 13ATEX1033 X
Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties:
Ex d IIB T5 Gb (T
amb
=75 °C), IP66
Ex nA IIB T3 Gc (T
amb
=75 °C), IP66
II 2/3 G. 0081
IECEx Versie (drukvast en type n)
Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen:
IEC 60079-0 (2011)
IEC 60079-1 (2007)
IEC 60079-15 (2010)
IEC 60529
Gecertificeerd door CSA als model W40149.
IEC-cert IECEx LCI 08.0039 (Drukvast)
IEC-cert IECEx LCI 08.0015 (Type n)
Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties:
Ex d IIB T5 Gb (T
amb
=75 °C), IP66
Ex nA IIC T3 Gc (T
amb
=75 °C), IP66.
IECEx Versie (alleen type n)
Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen:
IEC 60079-0 (2011)
IEC 60079-15 (2010)
IEC 60529
Gecertificeerd door CSA als model W40150.
IEC-cert IECEx LCI 08.0015 (Type n)
Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties:
Ex nA IIC T3 Gc (T
amb
=75 °C), IP66.
Voor het installeren, uitvoeren van onderhoud en
verhelpen van storingen aan het apparaat zijn de
volgende gereedschappen vereist:
Pc met Microsoft® Windows® 2000 (met Service Pack
2), Windows XP, Windows Vista of Windows 7
ROCLINK™ 800-configuratiesoftware
Kruiskopschroevendraaier
Bladschroevendraaier
Inbussleutel (M4)
1. De FloBoss 104 wordt geleverd in een doos. Haal het
apparaat uit de doos.
2. Zoek een geschikte locatie voor de FloBoss 104.
Controleer bij de keuze van de installatieplek alle vrije
ruimten. Zorg voor voldoende ruimte voor de bekabeling
en het uitvoeren van onderhoud. De optionele LCD moet
zichtbaar en toegankelijk zijn voor de operator op locatie.
Zie
afbeelding 8
.
3. De FloBoss 104 kan op een van de volgende manieren
worden gemonteerd:
Leidingsteun gemonteerd op leidingsteun van 2
inch. Gebruik de standaard Rosemount-
buisinstallatieset van 2 in (50 mm) (waarbij de
FloBoss 104 via impulsbuizen is verbonden met de
meter). Zorgt dat de leidingsteun voldoet aan alle
gewichtsvereisten en installeer conform lokale
bouwnormen. Zie
afbeelding 9
.
NB De Rosemount-buisinstallatieset is niet geschikt
voor de roestvaststalen behuizing. De klant dient zelf
voor geschikte montage te zorgen.
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Pagina 3
Onderdeel D301733X012
Rechtstreekse montage op een meterbehuizing.
4. De FloBoss moet goed worden geaard. De FloBoss
104 heeft één aardschroef op de buitenkant van de
behuizing en twee aardschroeven in de behuizing. Zie
afbeelding 2
.
A
Interne aardschroeven
B
Externe aardschroef
Afbeelding 2. Achterkant van FloBoss 104 (met
klemmenbord)
Door een correcte aarding van de FloBoss 104 worden
de effecten van elektrische stoorsignalen gereduceerd
en wordt het apparaat beschermd tegen
blikseminslag. De FloBoss beschikt over bescherming
tegen blikseminslag voor geïntegreerde
veldbedradingsingangen en -uitgangen. Installeer een
overspanningsbeveiliger op de serviceafsluiter op
systemen met gelijkspanningsvoeding om de
geïnstalleerde apparatuur te beschermen tegen
blikseminslag en spanningsschommelingen. U kunt ook
overwegen een telefoonoverspanningsbeveiliging te
installeren voor de optionele kaart voor
inbelmodemcommunicatie.
Alle aardverbindingen moeten maximaal een staaf- of
roosterimpedantie van 25 ohm hebben, zoals gemeten
met een aardtester. De aardingsgeleider mag een
maximale weerstand hebben van 1 ohm tussen het
aardpunt op de FloBoss-behuizing en de aardingsstaaf of
-rooster.
Als de impedantie tussen de leiding en het massapunt
groter is dan 2 ohm, moet de FloBoss elektrisch
geïsoleerd worden en moet er een aardingsstaaf of
aardingsroostersysteem worden geïnstalleerd.
Voor de I/O-signaalbedrading wordt een geïsoleerde,
afgeschermde, getwiste, tweeaderige kabel
aanbevolen. De getwiste twee aders en de
afscherming beperken door elektromagnetische
storingen, radiofrequentiestoringen en
overgangsstromen veroorzaakte foutsignalen tot een
minimum.
5. De FloBoss moet worden aangesloten op de
stroom, de I/O-instrumenten en de
communicatieapparatuur. Alle externe aansluitingen,
of veldklemmen, bevinden zich op het klemmenbord.
Op het klemmenbord kan bekabeling tot maximaal
1,29 mm (16 AWG) worden gebruikt.
De connectors op het klemmenbord van de FloBoss
zijn drukklemmen. De klem voor de ingangsspanning
(CHG+ / CHG) heeft een verwijderbare connector en
hiervoor kan bekabeling tot maximaal 1,29 mm (16
AWG) worden gebruikt. In alle gevallen moeten de
aansluitingen als volgt worden gemaakt: strip het
uiteinde van de ader (max. 6 mm), steek het gestripte
uiteinde van de ader in onder het klemplaatje onder de
aansluitschroef en draai dan de schroef aan tot 0,25
Nm.
De toegang tot de bedradingsaansluitingen wordt via
de veldbedradingsingangen verkregen. De
meegeleverde metalen blindstoppen moeten op hun
plaats blijven zitten in ongebruikte
bedradingsingangen om de drukvastheid van de
behuizing te handhaven. Als deze stoppen om enige
reden worden vervangen, mogen er uitsluitend
gecertificeerde pluggen of draadadapters worden
gebruikt die voldoen aan de productnormen of deze
overschrijden.
OPMERKINGEN:
Let op: De verbindingsschroeven niet te strak
aandraaien.
Controleer of de polen correct zijn aangesloten
vóór de stroom wordt ingeschakeld.
Er dient zo min mogelijk ongeïsoleerde ader
vrijgelaten te worden om kortsluiting te voorkomen.
Laat de draden bij de aansluitingen iets langer om
trekbelasting te voorkomen.
De FloBoss 104 accepteert ingangsvoltages van 8,0
volt tot 28 volt op de laadklemmen (CHG+ / CHG-)
zonder externe stroombeperking (de interne
stroombeperking is 200 mA).
De aansluitklemmen zijn voorzien van het opschrift
CHG+ voor een positieve elektrische aansluiting en
CHG- voor een negatieve elektrische aansluiting op
een label op het paneel met de aansluitklemmen. Zie
afbeelding 3
.
A
B
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Pagina 4
Onderdeel D301733X012
.
Afbeelding 3. Klemmenbord
6. De FloBoss 104 wordt verzonden met de
NORM/RESET-jumper in de positie NORM en de
ON/OFF-jumper in de positie OFF.
Stroom toevoeren aan de FloBoss 104:
Draai de kapklem aan de onderkant van de
eindkap aan de voorkant (LCD-einde) los. Zie
afbeelding 4
.
Afbeelding 4. Kapklem
Schroef het deksel van de eindkap aan de
voorkant los.
Zet de spanningsjumper (bevindt zich op de LCD
indien geïnstalleerd, of op J1 op het
acculaderpaneel) op ON. Zie
afbeelding 5
en
afbeelding 6
.
A
NORM/RESET-jumper
B
ON/OFF-jumper
Afbeelding 5. Voorkant van FloBoss 104 (met LCD)
Plaats het deksel van de eindkap aan de voorkant
(aan de LCD-kant) en de kapklem terug.
Nadat de FloBoss 104 de diagnose bij het opstarten
(controle van RAM en andere inwendige functies)
heeft voltooid, geeft het optionele LCD-scherm de
datum en tijd weer om aan te geven dat de FloBoss
een geldige resetsequentie heeft uitgevoerd. Als de
LCD niet aan gaat, voer dan een probleemoplossing uit
om mogelijke oorzaken vast te stellen (zie stap 9).
A
ON/OFF-jumper
Afbeelding 6. Voorkant van FloBoss 104 (zonder LCD)
7. De FloBoss 104 moet worden geconfigureerd voordat
deze wordt gekalibreerd en in werking wordt gesteld.
Voer de configuratie uit met de ROCLINK 800-software,
die draait op een pc. De pc wordt normaliter verbonden
B
A
A
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Pagina 5
Onderdeel D301733X012
met de LOI-poort van de flowcomputer om
configuratiegegevens over te dragen naar de FloBoss
104, hoewel een groot deel van de configuratie offline
kan worden uitgevoerd en later naar de FloBoss kan
worden geladen.
De firmware van de FloBoss bevat
standaardparameters. Als de standaardinstelling
acceptabel is voor uw toepassing, kan deze
ongewijzigd worden gelaten. Voer aanpassingen aan
de FloBoss uit met de configuratiesoftware. Zie de
Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK™ 800-
configuratiesoftware
(onderdeel D301159X012).
8. Bij de kalibratieroutine kan 5-puntskalibratie
worden gebruikt, waarbij de drie middelste punten in
willekeurige volgorde kunnen worden gekalibreerd.
De lage of nullezing wordt eerst gekalibreerd, gevolgd
door de hoge of volledigeschaallezing. De drie
tussenliggende punten kunnen daarna desgewenst
worden gekalibreerd. De analoge ingangen voor
diagnose - logisch voltage (E1), accuvoltage (E2) en
printplaat/accutemperatuur (E5) - zijn niet ontworpen
om te worden gekalibreerd.
Als de optionele I/O-afsluitpunten zijn geïnstalleerd,
kan de analoge ingang worden gekalibreerd met de
ROCLINK 800-software.
De geïntegreerde ingangen waarvoor de 5-
puntskalibratie kan worden gebruikt, zijn:
Verschildruk op AI-punt A1.
Statische druk op AI-punt A2.
RTD-temperatuur op AI-punt A3.
Deze ingangen worden toegewezen aan de eerste drie
analoge ingangspunten. De kalibratieprocedure voor
deze ingangen staat beschreven in de
Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK 800-
configuratiesoftware
(onderdeel D301159X012).
9. Bepaal om problemen met de FloBoss 104 op te
lossen altijd eerst of het probleem door de configuratie of
door de hardware wordt veroorzaakt. Controleer de
configuratie in de ROCLINK 800-software om eventuele
incorrecte instellingen op te sporen. Controleer de
hardware op beschadigingen. Controleer de
klemmenborden op verkeerd gemaakte aansluitingen.
Als u problemen ondervindt met de FloBoss 104 die
softwaregerelateerd lijken te zijn, probeer dan de
FloBoss te resetten met een warme start, een koude
start of een jumperreset.
Als u problemen ondervindt die met de hardware te
maken lijken te hebben, controleert u de bekabeling.
Als u daarna nog steeds problemen ondervindt, vraag
dan toestemming aan het plaatselijke verkoopkantoor
voor retourzending.
Tijdens de werking kan de FloBoss 104 lokaal of op
afstand worden gemonitord (om actuele en
historische gegevens te bekijken of op te halen). De
lokale monitoring wordt uitgevoerd door te kijken op
het LCD-paneel of met de ROCLINK 800-software op
een pc die is aangesloten via de LOI-poort. De
monitoring op afstand wordt uitgevoerd via Comm 1
of Comm 2 van de FloBoss met ROCLINK 800-software
of via het hostsysteem. Zie
afbeelding 8
voor de
communicatieaansluitingen.
10. Om de FloBoss 104 buiten gebruik te stellen,
ontkoppelt u de voeding van de eenheid en haalt u
vervolgens alle externe draadverbindingen los.
Verwijder de gasleidingen. Verwijder ten slotte de
behuizing van de FloBoss van de leidingsteun of
meterbehuizing. De FloBoss kan voor transport in een
doos worden geplaatst.
LET OP
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de
gasleidingen van de FB104. Gebruik één
sleutel om te voorkomen dat de
sensoraansluiting beweegt, en gebruik een
tweede sleutel om de gasleiding te
ontkoppelen. Als de sensor draait, kan dat de
interne bedrading beschadigen.
Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Pagina 6
Onderdeel D301733X012
Afbeelding 7. Pulsinterfacebehuizing FB104
Let bij het aansluiten van gasdrukleidingen op de
optionele pulsinterfacemodule op de maximale
werkdruklimieten voor de individuele P1- en P2-
sensors op basis van het modelnummer van de
module.
Afbeelding 7
toont bijvoorbeeld een module
model PM24 met de bereikwaarden voor sensor P1
(300 psig/2068 kPa)
en P2 (1000 psig/6894 kPa).
MARKERING
SENSOR P1
MARKERING
SENSOR P2
OPTIONELE METERBEHUIZING
MODELNR. MODULE
(VOORBEELD
AFGEBEELD)
PULSINTERFACE
MODULESERIE
BEREIKCODE SENSOR P2
BEREIKCODE SENSOR P1
BEREIKCODE
MAX
BEDRIJFSDRUK
SENSORMARKERING
0 PLUG N.v.t.
1
100 psig
689 kPa
XXXXXX – 100
2
300 psig
2068 kPa
XXXXXX – 300
4
1000 psig
6094 kPa
XXXXXX – K1
Instructies voor veilig gebruik FloBoss 104 Pagina 7
Onderdeel D301733X012
A
Naamplaatje FloBoss 104
B
Label DVS-sensor
Afbeelding 8. Afmetingen FloBoss 104
A
½ - 14 NPT ingangen veldbedrading
Afbeelding 9. Montagestijl FloBoss 104
A
B
A
Instructies voor veilig gebruik FloBoss 104 Pagina 8
Ga voor klantenservice en ondersteuning naar
www.emersonprocess.com/remote/support
Hoofdkantoor:
Emerson Process Management
Remote Automation Solutions
6005 Rogerdale Road
Houston, TX 77072 U.S.A.
T +1 281 879 2699 | F +1 281 988 4445
www.EmersonProcess.com/Remote
© 2015 Remote Automation Solutions, een afdeling van Emerson Process Management. Alle
rechten voorbehouden.
Remote Automation Solutions is een divisie van Emerson Process Management en is niet
aansprakelijk voor technische of redactionele fouten in deze handleiding of eventuele we
glatingen uit
deze handleiding. REMOTE AUTOMATION SOLUTIONS BIEDT GEEN ENKELE GARANTIE, HETZIJ
IMPLICIET HETZIJ UITDRUKKELIJK, MET INBEGRIP VAN DE STILZWIJGENDE GARANTIES INZAKE
VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL IN VERBAND MET DEZE
HANDLEIDING EN REMOTE AUTOMATION SOLUTIONS KAN IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK
WORDEN GESTELD VOOR INCIDENTELE, PUNITIEVE, SPECIALE OF GEVOLGSCHADE INCLUSIEF DOCH
NIET BEPERKT TOT PRODUCTIEVERLIES, GEDERFDE WINST, GEDERFDE INKOMSTEN OF
GEBRUIKSDERVING EN GEMAAKTE KOSTEN INCLUSIEF DOCH NIET BEPERKT TOT
KAPITAALUITGAVEN, BRANDSTOF- EN ENERGIEKOSTEN EN AANSPRAKEN VAN DERDEN.
Emerson Process Management Ltd, Remote Automation Solutions (UK), is een volle
dochtermaatschappij van Emerson Electric Co. die handel drijft onder de naam Remote
Automation Solutions, een divisie van Emerson Process Management. FloBoss, ROCLINK,
ControlWave, Helicoid en OpenEnterprise zijn handelsmerken van Remote Automation
Solutions. AMS, PlantWeb, en het PlantWeb-logo zijn merken die in het bezit zijn van de divisie
Emerson Process Management van Emerson Electric Co. Emerson Process Management,
Emerson en het Emerson-logo zijn handels- en servicemerken van de Emerson Electric Co. Alle
andere merken zijn eigendom van hun respectieve eigenaars.
De inhoud van deze publicatie is uitsluitend ter informatie. Hoewel we uiterste zorg hebben
besteed aan de nauwkeurigheid van de informatie, kunnen er geen rechten of garanties,
expliciet of impliciet, met betrekking tot de producten of diensten die erin bes
chreven worden,
of het gebruik of de toepasbaarheid ervan, aan worden ontleend. Wij behouden ons het recht
voor de ontwerpen of specificaties van deze producten op elk moment en zonder voorafgaande
kennisgeving aan te passen of te verbeteren. De leveringsvoorwaarden van Remote
Automation Solutions, die op aanvraag verkrijgbaar zijn, zijn op alle verkopen van toepassing.
Remote Automation Solutions aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de selectie, het gebruik
of het onderhoud van producten. De aansprakelijk
heid voor de juiste selectie, het juiste gebruik
en het juiste onderhoud van producten van Remote Automation Solutions berust uitsluitend bij
de koper en de eindgebruiker.
Europa:
Emerson Process Management
Remote Automation Solutions
Unit 8, Waterfront Business Park
Dudley Road, Brierley Hill
Dudley UK DY5 1LX
T +44 1384 487200 | F +44 1384 487258
www.EmersonProcess.com/Remote
Noord- en Zuid-Amerika:
Emerson Process Management
Remote Automation Solutions
6005 Rogerdale Road
Houston TX USA 77072
T +1 281 879 2699 | F +1 281 988 4445
www.EmersonProcess.com/Remote
Midden-Oosten en Afrika:
Emerson Process Management
Remote Automation Solutions
Emerson FZE
P.O. Box 17033
Jebel Ali Free Zone South 2
Dubai V.A.E.
T +971 4 8118100 | F +971 4 8865465
www.EmersonProcess.com/Remote
Azië-Pacific:
Emerson Process Management
Remote Automation Solutions
1 Pandan Crescent
Singapore 128461
T +65 6777 8211| F +65 6777 0947
www.EmersonProcess.com/Remote
Remote Automation Solutions
Onderdeel D301733X012

Documenttranscriptie

Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Onderdeel D301733X012 September 2015 FloBoss 104 Flow Manager TM Verklaring van overeenstemming Remote Automation Solutions verklaart bij deze dat het product FloBoss 104 voldoet aan de essentiële eisen en overige van toepassing zijnde relevante bepalingen van de Europese richtlijnen 2004/108/EG (EMC), 94/9/EG (ATEX) en 97/23/EC (PED). LET OP Zorg als het apparaat in een gevaarlijke omgeving wordt geïnstalleerd dat alle bij de installatie gebruikte componenten geschikt zijn voor gebruik in een dergelijke omgeving. Installatie en onderhoud mogen alleen plaatsvinden als de omgeving daarvoor geen gevaar oplevert. Installatie in een gevaarlijke omgeving kan leiden tot persoonlijk letsel of materiële schade. Afbeelding 1. Naamplaatje FloBoss 104 Flow Manager (ATEX-versie afgebeeld) Gebruik dit instructieblad met de Handleiding voor de FloBoss 103 en FloBoss 104 Flow Manager (onderdeel D301153X012). Alle aandachtspunten en omschrijvingen met betrekking tot de installatie en het verhelpen van storingen vindt u in de handleiding. De FloBoss 104 Flow Manager met ATEX- of IECExkeurmerk voor drukvastheid kan worden besteld met optionele EIA-232 (RS-232)-communicatie, inbelmodemcommunicatie of een Pulse Interface Module (PIM). Speciale voorwaarden voor veilig gebruik van de FloBoss 104 Bedrijfstemperatuur: -40 °C tot +75 °C. Zorg dat de overdracht van de thermische vloeistof het apparaat niet oververhit tot een temperatuur die overeenkomt met de zelfontbrandingstemperatuur van omringend gas. Remote Automation Solutions www.EmersonProcess.com/Remote Schakel altijd eerst de stroom van de FloBoss uit voor u werkzaamheden aan de bekabeling uitvoert. Het bekabelen van ingeschakelde apparatuur kan tot lichamelijk letsel of schade aan het apparaat leiden. Neem bij werkzaamheden binnen in het apparaat afdoende maatregelen om schade aan de schakelingen door elektrostatische ontladingen te voorkomen, bijvoorbeeld door een geaarde polsband te dragen. Open panelen slechts dan als zeker is dat de omgeving ongevaarlijk is. WAARSCHUWING Aansluiting van de FB104 op een ononderbroken voedingsbron zonder de acculader te verwijderen kan leiden tot het overladen van de accu en tot defecten. Zie paragraaf 3.5.1, Mogelijkheid tot overladen, in de Instructiehandleiding voor de FloBoss 103 en 104 Flow Manager (onderdeel D301153X012). Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 SPECIFICATIES IECEx Versie (drukvast en type n) Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen: IEC 60079-0 (2011) IEC 60079-1 (2007) IEC 60079-15 (2010) IEC 60529 Gecertificeerd door CSA als model W40149. IEC-cert IECEx LCI 08.0039 (Drukvast) IEC-cert IECEx LCI 08.0015 (Type n) Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties: Ex d IIB T5 Gb (Tamb=75 °C), IP66 Ex nA IIC T3 Gc (Tamb=75 °C), IP66. VOEDING Externe voedingsingang: 8-28 V dc, beschermd tegen omgekeerde polariteit. Ingangsstroom: 10-15 mA nominaal. 20 mA bij 100% inschakelduur (acculaden niet inbegrepen). BEHUIZING Huis en deksel: Gegoten aluminiumlegering met iriserende chromatering en lak. Versie in roestvast staal (CF8M) leverbaar. OMGEVING Bedrijfstemperatuur: -40 tot +75 °C. LCD-display: -20 tot +75 °C. Opslagtemperatuur: -50 tot +85 °C. Vochtigheidsgraad bedrijf: 5 tot 95%, nietcondenserend. IECEx Versie (alleen type n) Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen: IEC 60079-0 (2011) IEC 60079-15 (2010) IEC 60529 Gecertificeerd door CSA als model W40150. IEC-cert IECEx LCI 08.0015 (Type n) Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties: Ex nA IIC T3 Gc (Tamb=75 °C), IP66. GEWICHT 4,30 kg (9,5 lbs) (aluminium) GOEDKEURINGEN: ATEX Versie (drukvast en type n) Beoordeeld volgens goedkeuringsnormen: (Drukvast) (Type n) EN 60079-0 (2011) EN 60079-0 (2012) EN 60079-1 (2007) EN 60079-15 (2010) IEC 60529 IEC 60529 Gecertificeerd door LCIE als model W40116. ATEX-cert LCIE 03ATEX6221 X ATEX-cert LCIE 13ATEX1033 X Productmarkeringen voor gevaarlijke locaties: Ex d IIB T5 Gb (Tamb=75 °C), IP66 Ex nA IIB T3 Gc (Tamb=75 °C), IP66 II 2/3 G. 0081 Onderdeel D301733X012 Pagina 2 Voor het installeren, uitvoeren van onderhoud en verhelpen van storingen aan het apparaat zijn de volgende gereedschappen vereist:  Pc met Microsoft® Windows® 2000 (met Service Pack 2), Windows XP, Windows Vista of Windows 7  ROCLINK™ 800-configuratiesoftware  Kruiskopschroevendraaier  Bladschroevendraaier  Inbussleutel (M4) 1. De FloBoss 104 wordt geleverd in een doos. Haal het apparaat uit de doos. 2. Zoek een geschikte locatie voor de FloBoss 104. Controleer bij de keuze van de installatieplek alle vrije ruimten. Zorg voor voldoende ruimte voor de bekabeling en het uitvoeren van onderhoud. De optionele LCD moet zichtbaar en toegankelijk zijn voor de operator op locatie. Zie afbeelding 8. 3. De FloBoss 104 kan op een van de volgende manieren worden gemonteerd:  Leidingsteun gemonteerd op leidingsteun van 2 inch. Gebruik de standaard Rosemountbuisinstallatieset van 2 in (50 mm) (waarbij de FloBoss 104 via impulsbuizen is verbonden met de meter). Zorgt dat de leidingsteun voldoet aan alle gewichtsvereisten en installeer conform lokale bouwnormen. Zie afbeelding 9. NB De Rosemount-buisinstallatieset is niet geschikt voor de roestvaststalen behuizing. De klant dient zelf voor geschikte montage te zorgen. Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104  Rechtstreekse montage op een meterbehuizing. 4. De FloBoss moet goed worden geaard. De FloBoss 104 heeft één aardschroef op de buitenkant van de behuizing en twee aardschroeven in de behuizing. Zie afbeelding 2. Onderdeel D301733X012 Pagina 3 aanbevolen. De getwiste twee aders en de afscherming beperken door elektromagnetische storingen, radiofrequentiestoringen en overgangsstromen veroorzaakte foutsignalen tot een minimum. 5. De FloBoss moet worden aangesloten op de stroom, de I/O-instrumenten en de communicatieapparatuur. Alle externe aansluitingen, of veldklemmen, bevinden zich op het klemmenbord. Op het klemmenbord kan bekabeling tot maximaal 1,29 mm (16 AWG) worden gebruikt. A B A B Interne aardschroeven Externe aardschroef Afbeelding 2. Achterkant van FloBoss 104 (met klemmenbord) Door een correcte aarding van de FloBoss 104 worden de effecten van elektrische stoorsignalen gereduceerd en wordt het apparaat beschermd tegen blikseminslag. De FloBoss beschikt over bescherming tegen blikseminslag voor geïntegreerde veldbedradingsingangen en -uitgangen. Installeer een overspanningsbeveiliger op de serviceafsluiter op systemen met gelijkspanningsvoeding om de geïnstalleerde apparatuur te beschermen tegen blikseminslag en spanningsschommelingen. U kunt ook overwegen een telefoonoverspanningsbeveiliging te installeren voor de optionele kaart voor inbelmodemcommunicatie. Alle aardverbindingen moeten maximaal een staaf- of roosterimpedantie van 25 ohm hebben, zoals gemeten met een aardtester. De aardingsgeleider mag een maximale weerstand hebben van 1 ohm tussen het aardpunt op de FloBoss-behuizing en de aardingsstaaf of -rooster. Als de impedantie tussen de leiding en het massapunt groter is dan 2 ohm, moet de FloBoss elektrisch geïsoleerd worden en moet er een aardingsstaaf of aardingsroostersysteem worden geïnstalleerd. Voor de I/O-signaalbedrading wordt een geïsoleerde, afgeschermde, getwiste, tweeaderige kabel De connectors op het klemmenbord van de FloBoss zijn drukklemmen. De klem voor de ingangsspanning (CHG+ / CHG–) heeft een verwijderbare connector en hiervoor kan bekabeling tot maximaal 1,29 mm (16 AWG) worden gebruikt. In alle gevallen moeten de aansluitingen als volgt worden gemaakt: strip het uiteinde van de ader (max. 6 mm), steek het gestripte uiteinde van de ader in onder het klemplaatje onder de aansluitschroef en draai dan de schroef aan tot 0,25 Nm. De toegang tot de bedradingsaansluitingen wordt via de veldbedradingsingangen verkregen. De meegeleverde metalen blindstoppen moeten op hun plaats blijven zitten in ongebruikte bedradingsingangen om de drukvastheid van de behuizing te handhaven. Als deze stoppen om enige reden worden vervangen, mogen er uitsluitend gecertificeerde pluggen of draadadapters worden gebruikt die voldoen aan de productnormen of deze overschrijden. OPMERKINGEN:  Let op: De verbindingsschroeven niet te strak aandraaien.  Controleer of de polen correct zijn aangesloten vóór de stroom wordt ingeschakeld. Er dient zo min mogelijk ongeïsoleerde ader vrijgelaten te worden om kortsluiting te voorkomen. Laat de draden bij de aansluitingen iets langer om trekbelasting te voorkomen. De FloBoss 104 accepteert ingangsvoltages van 8,0 volt tot 28 volt op de laadklemmen (CHG+ / CHG-) zonder externe stroombeperking (de interne stroombeperking is 200 mA). De aansluitklemmen zijn voorzien van het opschrift CHG+ voor een positieve elektrische aansluiting en CHG- voor een negatieve elektrische aansluiting op een label op het paneel met de aansluitklemmen. Zie afbeelding 3. Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 Onderdeel D301733X012 Pagina 4 A B A B . Afbeelding 5. Voorkant van FloBoss 104 (met LCD) Afbeelding 3. Klemmenbord 6. De FloBoss 104 wordt verzonden met de NORM/RESET-jumper ON/OFF-jumper Plaats het deksel van de eindkap aan de voorkant (aan de LCD-kant) en de kapklem terug. NORM/RESET-jumper in de positie NORM en de ON/OFF-jumper in de positie OFF.  Stroom toevoeren aan de FloBoss 104: Nadat de FloBoss 104 de diagnose bij het opstarten (controle van RAM en andere inwendige functies) heeft voltooid, geeft het optionele LCD-scherm de datum en tijd weer om aan te geven dat de FloBoss een geldige resetsequentie heeft uitgevoerd. Als de LCD niet aan gaat, voer dan een probleemoplossing uit om mogelijke oorzaken vast te stellen (zie stap 9).  Draai de kapklem aan de onderkant van de eindkap aan de voorkant (LCD-einde) los. Zie afbeelding 4. A Afbeelding 4. Kapklem  Schroef het deksel van de eindkap aan de voorkant los.  Zet de spanningsjumper (bevindt zich op de LCD indien geïnstalleerd, of op J1 op het acculaderpaneel) op ON. Zie afbeelding 5 en afbeelding 6. A ON/OFF-jumper Afbeelding 6. Voorkant van FloBoss 104 (zonder LCD) 7. De FloBoss 104 moet worden geconfigureerd voordat deze wordt gekalibreerd en in werking wordt gesteld. Voer de configuratie uit met de ROCLINK 800-software, die draait op een pc. De pc wordt normaliter verbonden Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 met de LOI-poort van de flowcomputer om configuratiegegevens over te dragen naar de FloBoss 104, hoewel een groot deel van de configuratie offline kan worden uitgevoerd en later naar de FloBoss kan worden geladen. De firmware van de FloBoss bevat standaardparameters. Als de standaardinstelling acceptabel is voor uw toepassing, kan deze ongewijzigd worden gelaten. Voer aanpassingen aan de FloBoss uit met de configuratiesoftware. Zie de Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK™ 800configuratiesoftware (onderdeel D301159X012). 8. Bij de kalibratieroutine kan 5-puntskalibratie worden gebruikt, waarbij de drie middelste punten in willekeurige volgorde kunnen worden gekalibreerd. De lage of nullezing wordt eerst gekalibreerd, gevolgd door de hoge of volledigeschaallezing. De drie tussenliggende punten kunnen daarna desgewenst worden gekalibreerd. De analoge ingangen voor diagnose - logisch voltage (E1), accuvoltage (E2) en printplaat/accutemperatuur (E5) - zijn niet ontworpen om te worden gekalibreerd. Als de optionele I/O-afsluitpunten zijn geïnstalleerd, kan de analoge ingang worden gekalibreerd met de ROCLINK 800-software. De geïntegreerde ingangen waarvoor de 5puntskalibratie kan worden gebruikt, zijn:  Verschildruk op AI-punt A1.  Statische druk op AI-punt A2.  RTD-temperatuur op AI-punt A3. Deze ingangen worden toegewezen aan de eerste drie analoge ingangspunten. De kalibratieprocedure voor deze ingangen staat beschreven in de Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK 800configuratiesoftware (onderdeel D301159X012). 9. Bepaal om problemen met de FloBoss 104 op te lossen altijd eerst of het probleem door de configuratie of door de hardware wordt veroorzaakt. Controleer de configuratie in de ROCLINK 800-software om eventuele incorrecte instellingen op te sporen. Controleer de hardware op beschadigingen. Controleer de klemmenborden op verkeerd gemaakte aansluitingen. Als u problemen ondervindt met de FloBoss 104 die softwaregerelateerd lijken te zijn, probeer dan de FloBoss te resetten met een warme start, een koude start of een jumperreset. Als u problemen ondervindt die met de hardware te maken lijken te hebben, controleert u de bekabeling. Als u daarna nog steeds problemen ondervindt, vraag dan toestemming aan het plaatselijke verkoopkantoor voor retourzending. Onderdeel D301733X012 Pagina 5 Tijdens de werking kan de FloBoss 104 lokaal of op afstand worden gemonitord (om actuele en historische gegevens te bekijken of op te halen). De lokale monitoring wordt uitgevoerd door te kijken op het LCD-paneel of met de ROCLINK 800-software op een pc die is aangesloten via de LOI-poort. De monitoring op afstand wordt uitgevoerd via Comm 1 of Comm 2 van de FloBoss met ROCLINK 800-software of via het hostsysteem. Zie afbeelding 8 voor de communicatieaansluitingen. 10. Om de FloBoss 104 buiten gebruik te stellen, ontkoppelt u de voeding van de eenheid en haalt u vervolgens alle externe draadverbindingen los. Verwijder de gasleidingen. Verwijder ten slotte de behuizing van de FloBoss van de leidingsteun of meterbehuizing. De FloBoss kan voor transport in een doos worden geplaatst. LET OP Wees voorzichtig bij het verwijderen van de gasleidingen van de FB104. Gebruik één sleutel om te voorkomen dat de sensoraansluiting beweegt, en gebruik een tweede sleutel om de gasleiding te ontkoppelen. Als de sensor draait, kan dat de interne bedrading beschadigen. Instructies voor veilig gebruik - FloBoss 104 MARKERING SENSOR P1 MARKERING SENSOR P2 OPTIONELE METERBEHUIZING MODELNR. MODULE (VOORBEELD AFGEBEELD) PULSINTERFACE BEREIKCODE SENSOR P2 MODULESERIE BEREIKCODE SENSOR P1 BEREIKCODE MAX BEDRIJFSDRUK SENSORMARKERING 0 PLUG N.v.t. 1 100 psig 689 kPa XXXXXX – 100 2 300 psig 2068 kPa XXXXXX – 300 4 1000 psig 6094 kPa XXXXXX – K1 Afbeelding 7. Pulsinterfacebehuizing FB104 Let bij het aansluiten van gasdrukleidingen op de optionele pulsinterfacemodule op de maximale werkdruklimieten voor de individuele P1- en P2sensors op basis van het modelnummer van de module. Afbeelding 7 toont bijvoorbeeld een module model PM24 met de bereikwaarden voor sensor P1 (300 psig/2068 kPa) en P2 (1000 psig/6894 kPa). Onderdeel D301733X012 Pagina 6 Instructies voor veilig gebruik – FloBoss 104 Onderdeel D301733X012 Pagina 7 A B A B Naamplaatje FloBoss 104 Label DVS-sensor Afbeelding 8. Afmetingen FloBoss 104 A A ½ - 14 NPT ingangen veldbedrading Afbeelding 9. Montagestijl FloBoss 104 Instructies voor veilig gebruik – FloBoss 104 Onderdeel D301733X012 Pagina 8 Ga voor klantenservice en ondersteuning naar www.emersonprocess.com/remote/support Hoofdkantoor: Emerson Process Management Remote Automation Solutions 6005 Rogerdale Road Houston, TX 77072 U.S.A. T +1 281 879 2699 | F +1 281 988 4445 www.EmersonProcess.com/Remote Europa: Emerson Process Management Remote Automation Solutions Unit 8, Waterfront Business Park Dudley Road, Brierley Hill Dudley UK DY5 1LX T +44 1384 487200 | F +44 1384 487258 www.EmersonProcess.com/Remote Noord- en Zuid-Amerika: Emerson Process Management Remote Automation Solutions 6005 Rogerdale Road Houston TX USA 77072 T +1 281 879 2699 | F +1 281 988 4445 www.EmersonProcess.com/Remote Midden-Oosten en Afrika: Emerson Process Management Remote Automation Solutions Emerson FZE P.O. Box 17033 Jebel Ali Free Zone – South 2 Dubai V.A.E. T +971 4 8118100 | F +971 4 8865465 www.EmersonProcess.com/Remote Azië-Pacific: Emerson Process Management Remote Automation Solutions 1 Pandan Crescent Singapore 128461 T +65 6777 8211| F +65 6777 0947 www.EmersonProcess.com/Remote Remote Automation Solutions © 2015 Remote Automation Solutions, een afdeling van Emerson Process Management. Alle rechten voorbehouden. Remote Automation Solutions is een divisie van Emerson Process Management en is niet aansprakelijk voor technische of redactionele fouten in deze handleiding of eventuele weglatingen uit deze handleiding. REMOTE AUTOMATION SOLUTIONS BIEDT GEEN ENKELE GARANTIE, HETZIJ IMPLICIET HETZIJ UITDRUKKELIJK, MET INBEGRIP VAN DE STILZWIJGENDE GARANTIES INZAKE VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL IN VERBAND MET DEZE HANDLEIDING EN REMOTE AUTOMATION SOLUTIONS KAN IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR INCIDENTELE, PUNITIEVE, SPECIALE OF GEVOLGSCHADE INCLUSIEF DOCH NIET BEPERKT TOT PRODUCTIEVERLIES, GEDERFDE WINST, GEDERFDE INKOMSTEN OF GEBRUIKSDERVING EN GEMAAKTE KOSTEN INCLUSIEF DOCH NIET BEPERKT TOT KAPITAALUITGAVEN, BRANDSTOF- EN ENERGIEKOSTEN EN AANSPRAKEN VAN DERDEN. Emerson Process Management Ltd, Remote Automation Solutions (UK), is een volle dochtermaatschappij van Emerson Electric Co. die handel drijft onder de naam Remote Automation Solutions, een divisie van Emerson Process Management. FloBoss, ROCLINK, ControlWave, Helicoid en OpenEnterprise zijn handelsmerken van Remote Automation Solutions. AMS, PlantWeb, en het PlantWeb-logo zijn merken die in het bezit zijn van de divisie Emerson Process Management van Emerson Electric Co. Emerson Process Management, Emerson en het Emerson-logo zijn handels- en servicemerken van de Emerson Electric Co. Alle andere merken zijn eigendom van hun respectieve eigenaars. De inhoud van deze publicatie is uitsluitend ter informatie. Hoewel we uiterste zorg hebben besteed aan de nauwkeurigheid van de informatie, kunnen er geen rechten of garanties, expliciet of impliciet, met betrekking tot de producten of diensten die erin beschreven worden, of het gebruik of de toepasbaarheid ervan, aan worden ontleend. Wij behouden ons het recht voor de ontwerpen of specificaties van deze producten op elk moment en zonder voorafgaande kennisgeving aan te passen of te verbeteren. De leveringsvoorwaarden van Remote Automation Solutions, die op aanvraag verkrijgbaar zijn, zijn op alle verkopen van toepassing. Remote Automation Solutions aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de selectie, het gebruik of het onderhoud van producten. De aansprakelijkheid voor de juiste selectie, het juiste gebruik en het juiste onderhoud van producten van Remote Automation Solutions berust uitsluitend bij de koper en de eindgebruiker.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74

Remote Automation Solutions FloBoss 104 Flow Manager Handleiding

Type
Handleiding