Agria 8000-53 de handleiding

Type
de handleiding
Lees voordat u de machine in gebruik neemt eerst de handleiding.
Volg veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen nauwkeurig op!
Handleiding nr. 998 893 08.09
&
CirkelmaaierCirkelmaaier
CirkelmaaierCirkelmaaier
Cirkelmaaier
80008000
80008000
8000
.
- 8000 511 53 cm
HandleidungHandleidung
HandleidungHandleidung
Handleidung
Vertaling van het oorspronkeijke handleidingVertaling van het oorspronkeijke handleiding
Vertaling van het oorspronkeijke handleidingVertaling van het oorspronkeijke handleiding
Vertaling van het oorspronkeijke handleiding
2 agria cirkelmaaier 8000
Symbolen, typeplaatje
Hier invullen:
Machine art. nr.: ..........................
Identificatie/machine nr.:
..........................................................
Motor type: ...................................
Motor nr.: ....................................
Datum aankoop: .........................
Typeplaatje: zie blz. 3/afb. A/17
Motortype en motornr. zie blz. 38/afb.
B/7.
Bij bestelling van reserveonderdelen
deze gegevens vermelden om fouten
bij levering te vermijden.
Alleen originele agria-reserve-
onderdelen gebruiken!
De technische gegevens, afbeeldin-
gen en maten in deze handleiding zijn
niet bindend. De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld. Wij
behouden ons het recht voor veran-
deringen aan te brengen, zonder
deze handleiding te wijzigen.
Levering:
l
handleiding
l
motor-handleiding
l
cirkelmaaier
Symbolen
W
waarschuwingsteken. Vindt u
bij passages die betrekking
hebben op uw veiligheid
belangrijke informatie
choke
brandstof
olie
motor-start
motortoerental
motor-stop
luchtfilter
zichtcontrole
maaiaandrijving
rijaandrijving
snel
langzaam
geopend (ontgrendeld)
gesloten (vergrendeld)
Hijspunt, bevestigingspunt
voor het opbergen en
vastsjorren
zie motor-handleiding
è - Serviceç= Laat dit
uitvoeren door een agria-vakgarage!
Opgelet, wat de motor betreft,
zijn hier enkel de hanteringen
uitgelegd, die voor de maaier nodig
zijn. Alle andere informatie over de
motor vindt u in de bijgeleverde
motor-handleiding!
agria cirkelmaaier 8000 3
Aanduiding van de onderdelen
Afb. A
1 Koppelingshendel voor maaiaandrijving (veiligheidsapparaat)
2 Koppelingshendel voor rijaandrijving (veiligheidsapparaat)
3 Schakelbeugel
4 Toerental-reguleerhendel
5 Stuur
6 Klemschroef
7 Aanslagbout
8 Motor
9 Afdekplaat vooraan (bescherminrichting)
10 Stootbeugel (bescherminrichting)
11 Beschermingsdoek vooraan (bescherminrichting)
12 Sikkelmes
13 Glijvlak
14 Omhulsel
15 Wiel
16 Beschermdoek achteraan
(bescherminrichting)
17 Typeplaatje /
Identificatie nr.
8000 511
2
6
7
12
11
10
13
3
4
5
8
9
1
14
15
17
16
4 agria cirkelmaaier 8000
Smeermiddelen en
anticorrosiemiddelen:
Gebruik voor de motor en
de transmissie de voorge-
schreven smeermiddelen
(zie ‘Technische gege-
vens’).
Voor ‘open‘ smeerpunten
en smeernippels advise-
ren wij het gebruik van
biologisch afbreekbare
olie of smeervet (volgens
de aanwijzingen in de
handleiding).
Voor het onderhoud van
de machines en werktui-
gen adviseren wij biolo-
gisch afbreekbare cor-
rosiewerende olie (niet
gebruiken op gelakte uit-
wendige bekledingen).
Het anticorrosiemiddel
kan met een kwast of met
een spuitbus worden aan-
gebracht.
Biologische smeermidde-
len en corrosiewerende
olie zijn milieuvriendelijk
omdat ze biologisch snel
afbreekbaar zijn.
Wanneer u biologisch af-
breekbare smeermidde-
len en corrosiewerende
olie gebruikt, gaat u be-
wust om met het milieu en
levert u een positieve bij-
drage aan de gezondheid
van mens, fauna en flora.
Onderhoud en
reparatie:
Bij de agria-dealer wer-
ken gekwalificeerde mon-
teurs die de machine vak-
kundig onderhouden en
repareren.
Voer grotere onderhouds-
en reparatiewerkzaamhe-
den alleen zelf uit wan-
neer u beschikt over het
juiste gereedschap en de
vereiste technische ken-
nis van machines en ver-
brandingsmotoren.
Klop nooit met harde
voorwerpen of metalen
gereedschappen tegen
het vliegwiel. Het kan
scheuren en tijdens ge-
bruik uiteen springen, zo-
dat verwondingen of ma-
teriële schade ver-
oorzaakt wordt. Demon-
teer het vliegwiel uitslui-
tend met passend ge-
reedschap.
Aanbevelingen
Brandstof:
Deze motor loopt zowel
op loodvrije normale en
superbenzine als op ge-
lode superbenzine.
Voeg aan de benzine
geen olie toe.
Wanneer om milieutech-
nische redenen loodvrije
benzine gebruikt wordt,
dient u bij motoren die lan-
ger dan 30 dagen niet
gebruikt worden de
brandstof af te tappen, om
afzetting van harsresidu’s
in de carburateur, het
brandstoffilter en de
brandstoftank te vermij-
den. U kunt de brandstof
ook vermengen met een
brandstofstabilisator.
Zie ook hoofdstuk ‘Motor
in conditie houden’.
agria cirkelmaaier 8000 5
Inhoudsopgave
Inhoud pakket ................................... 2
Symbolen, typeplaatje ...................... 2
Aanduiding van de onderdelen, ......
Afb. A .............................................. 3
Aanbevelingen .................................. 4
Aanwijzingen voor
uitpakken en montage ...................... 6
1. Veiligheidstechnische
aanwijzingen ................................... 8
2. Technische gegevens ............... 13
2.1 Cirkelmaaier type 8000 611 ..... 13
3. Machine- en
bedieningselementen................... 14
3.1 Motor......................................... 14
3.2 Toerentalhendel ........................ 15
3.3 Veiligheidsschakeling................ 15
3.4 Rijaandrijving ............................ 16
3.5 Maaiaandrijving ........................ 16
3.6 Maaibediening .......................... 16
3.7 Rijbediening .............................. 16
3.8 Schakelbeugel .......................... 16
3.9 Stuurstang ................................ 17
3.10 Transportpositie ...................... 17
3.11 Snijhoogte............................... 18
3.12 Staafhandvaten ...................... 18
4. Ingebruikname en bediening... 19
4.1 Eerste ingebruikname .............. 19
4.2 Motor starten ............................ 20
4.3 Motor afzetten........................... 21
4.4 Rijden........................................ 22
4.5 Stoppen .................................... 22
4.6 Maaien ...................................... 23
4.7 Stoppen .................................... 23
4.8 Gevarenzone ............................ 24
4.9 Maaien op hellingen ................. 25
4.10 Aanwijzing bij het maaien/
mulchen .......................................... 26
5. Onderhoud en reparatie ........... 27
5.1 Motor......................................... 27
5.2 Reinigen van het luchtrooster... 27
5.3 Koelsysteem ............................. 27
5.4 Uitlaat........................................ 27
5.5 Bediening toerental................... 27
5.6Transmissie................................ 28
5.7 Wielen ....................................... 28
5.8 Bowdenkabels .......................... 28
5.9 Beschermdoeken...................... 28
5.10 Vervangen van het mes .......... 29
5.11 Bijslijpen van de maaimessen 29
5.12 V-snaarspanning voor Rij-
aandrijving ...................................... 30
5.13 Schakeling voor rijaandrijving 30
5.14 Schakeling voor maaiaandrijving
30
5.15 Vervangen van het V-riem ...... 31
5.16 Mesrem................................... 31
5.17 Algemeen ............................... 32
5.18 De machine schoonmaken..... 32
5.19 Verwijdering ............................ 32
6. Storingen opsporen
en verhelpen.................................. 34
Lak, slijtageonderdelen................... 36
Onderhouds- en
inspectietabel................................ 37
Aanduiding van de onderdelen, ......
Afb. B ............................................ 38
Conformiteitsverklaring ............... 39
Let op uitklappagina’s!
Afb. A, Machine................................. 3
Afb. B, Motor ................................... 38
3
5
6
2
1
4
6 agria cirkelmaaier 8000
Aanwijzingen voor uitpakken en montage
Cirkelmaaier
voorbereiden op het
werk
De 4 zijden van de doos
opensnijden en naar beneden
klappen of het apparaat met
behulp van de staafhandvaten
A + B eruit tillen
è blz. 18
Het stuur (A/5) instellen op
de werkhoogte
è blz. 17
Stootbeugel (A/10)
-bescherminrichting-!
onmiddellijk na het uitpakken
in werkpositie monteren met
behulp van de afgebeelde
schroeven en ringen.
W
Het apparaat enkel in
werking zetten wanneer
alle beschermingsinrichtin-
gen zich in beschermende po-
sitie bevinden en goed
functioneren!
A/5
A/10
1
2
4
3
5
6
3
7
8
B
A
1 Omhulsel
2 Stootbeugel
3 Ring 8,4x25x1,6
4 Schroef 8x25
5 Plastieken ring 8,4x25x5
6 Borgmoer M8
7 Borgring 8
8 Schroef M8x1
agria cirkelmaaier 8000 7
De handleiding HONDA-motor lezen en in acht
nemen
Vul motorolie
è zie HONDA-motor-handleiding
Motoroliepeil controleren
è zie HONDA-motor-handleiding
Met brandstof vullen; normale benzine
è zie HONDA-motor-handleiding
Aanwijzingen voor uitpakken en montage
&
8 agria cirkelmaaier 8000
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u de machine in gebruik neemt
en volg de instructies nauwkeurig op.
Waarschuwingsteken
Dit symbool treft u aan bij alle passa-
ges die betrekking hebben op uw veilig-
heid. Breng ook andere gebruikers op
de hoogte van deze veiligheids-
aanwijzingen.
Gebruik conform de
bestemming
De cirkelmaaier is uitsluitend geschikt
voor het maaien van gras en
gelijkaardige planten, zoals dun niet
houten struikgewas in de land- en
bosbouw en voor het onderhoud van
groene zones en aanplantingen. Hij is
echter niet geschikt voor grasperken in
parken
!(
gebruik conform de
bestemming
).
Iedere andere toepassing geldt als niet
in overeenstemming zijnde met het doel
waarvoor de maaier gebouwd is. Voor
schade die door ondoelmatig gebruik
veroorzaakt wordt, kan de fabrikant niet
aansprakelijk worden gesteld. Dit risico
is geheel en al voor de gebruiker.
De door de fabrikant voorgeschreven
gebruiksvoorschriften, alsmede de voor-
schriften met betrekking tot controle,
onderhoud en reparatie dienen in acht
te worden genomen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor-
den gesteld voor schade die ontstaat
door eigenhandige wijzigingen aan de
machine.
Algemene
veiligheidsvoorschriften
Basisprincipe:
De gebruiker dient zich te houden aan
alle voorschriften ter voorkoming van
ongevallen, alsmede aan de algemeen
geldende regels wat betreft veiligheid,
arbeidsgeneeskunde en wegverkeer.
Bij gebruik van openbare wegen dienen
de geldende verkeersbepalingen in acht
te worden genomen.
Controleer voor ingebruikname van de
cirkelmaaier altijd eerst de verkeers- en
bedrijfsveiligheid.
De motormaaaier mag slechts gebruikt,
onderhouden en gerepareerd worden
door personen die over de benodigde
kennis beschikken en van de risico’s op
de hoogte zijn.
Personen beneden de 16 jaar mogen
de machine niet bedienen!
Werk alleen bij goed zicht en voldoende
licht.
De bestuurder moet goed aansluitende
werkkleding dragen. Wijde kledingstuk-
ken dienen vermeden te worden. Draag
altijd stevige schoenen!
De waarschuwings- en instructiebordjes
op de machine geven belangrijke aan-
wijzingen voor veilig gebruik. Volg deze
aanwijzingen nauwkeurig op, in het be-
lang van uw eigen veiligheid!
De motor moet uitgeschakeld worden
wanneer de machine buiten de te
bewerken zone op een motorvoertuig of
op een aanhangwagen getransporteerd
wordt.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
agria cirkelmaaier 8000 9
Blijf altijd op een veilige afstand van
draaiende werktuigen!
Voorzichtig met nalopende werktuigen.
Wachten tot het werktuig helemaal stil
staat!
Bij werkzaamheden met extern aange-
dreven machineonderdelen bestaat de
kans op beknellingen en andere verwon-
dingen!
Het is niet toegestaan tijdens de werk-
zaamheden mee te rijden op de maaier.
Instelling van het motortoerental niet
veranderen. Een verhoogd toerental
vergroot de kans op ongelukken.
Arbeids- en gevarenbereik
De gebruiker is op de werkplek tegen-
over derden verantwoordelijk.
Blijf buiten het gevarenbereik van de
cirkelmaaier.
Controleer voor het starten en wegrij-
den de omgeving van de maaier. Let
vooral op kinderen en dieren!
Voordat met de werkzaamheden begon-
nen wordt, dienen obstakels uit de weg
te worden geruimd. Let ook tijdens de
werkzaamheden op obstakels en haal
ze tijdig weg.
Bij werkzaamheden op omheinde plaat-
sen dient de veiligheidsafstand tot de
omheining in acht genomen te worden,
zodat de machine niet beschadigd
wordt.
Bediening en
veiligheidsmaatregelen
Voor de werkzaamheden
Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van
alle installaties en bedienings-
componenten, alsmede van het
functioneren ervan. In het bijzonder dient
u te weten hoe u de motor in geval van
nood snel en veilig afzet.
Controleer of alle veiligheidsmaatrege-
len zijn getroffen en in de juiste positie
zijn gebracht.
Starten
Start de motor niet in afgesloten ruim-
tes. De uitlaatgassen bevatten koolmo-
noxyide, dat zeer giftig is wanneer het
ingeademd wordt.
Voor het starten van de motor dienen
alle bedieningselementen in stand ‘neu-
traal’ te worden gezet.
Voor het starten van de motor niet vóór
de cirkelmaaier gaan staan.
Tijdens de werkzaamheden
Tijdens de werkzaamheden mag de
stuurstang nooit worden losgelaten.
Bedieningsstang tijdens de werkzaam-
heden nooit verstellen – ongevalsrisico!
Neem bij alle werkzaamheden met de
cirkelmaaier die afstand van de machine
in acht, waartoe u door de stuurstang
gedwongen wordt, vooral bij het nemen
van bochten!
Het is niet toegestaan tijdens de werk-
zaamheden en het transport op de ma-
chine mee te rijden.
Wanneer het snijwerktuig vastzit, moet
de motor worden afgezet en dient het
snijwerktuig met passend gereedschap
te worden schoongemaakt.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
10 agria cirkelmaaier 8000
Indien de cirkelmaaier beschadigd is,
moet de machine onmiddellijk worden
gestopt en de motor worden afgezet.
Laat de schade direct herstellen!
Bij een defect aan de stuurinrchting de
cirkelmaaier meteen stoppen en de
motor afzetten. Laat het defect direct
repareren!
Wanneer op hellend terrein wordt ge-
werkt verdient het aanbeveling, de
cirkelmaaier met een trekkabel of een
trekstang vast te houden, om te voor-
komen dat de machine wegschuift. De
bestuurder moet zich heuvelopwaarts
van de machine bevinden en dient
voldoende afstand te houden tot de
werktuigen!
Werk indien mogelijk dwars op de helling!
Beëindigen van de
werkzaamheden
Laat de cirkelmaaier nooit onbeheerd
achter als de motor nog loopt.
Zet de motor af voordat u de maaier
verlaat. Sluit daarna de brandstofkraan.
Tref de nodige voorzorgsmaatregelen
om gebruik door onbevoegden te ver-
hinderen. Haal de contactsleutel uit het
contact (indien aanwezig) of trek de bou-
giekap eruit.
Maai-inrichting
De scherpe kant van de maaimessen
kan bij onoplettendheid aanzienlijke ver-
wondingen veroorzaken!
Let er bij het vervangen van de maai-
messen op dat de schroefbeweging van
de richting van de snijkanten af beweegt.
Draag bij het slijpen van de messen een
veiligheidsbril en handschoenen.
Onderhoud en reiniging
Pleeg geen onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden aan de machine met
lopende motor.
Bij werkzaamheden aan de motor dient
de bougiekap altijd te worden verwijderd
(alleen bij benzinemotoren).
Zijn bepaalde beschermingsinrichtingen
of werktuigen aan slijtage onderhevig,
dan moeten deze regelmatig gecontro-
leerd en eventueel vervangen worden!
Beschadigde messen moeten vervan-
gen worden!
Gebruik bij het vervangen van de mes-
sen passend gereedschap en drag vei-
ligheidshandschoenen.
Zorg ervoor dat de cirkelmaaier schoon
blijven, om brandgevaar te vermijden.
Moeren en schroeven regelmatig con-
troleren of ze vast zitten en eventueel
aandraaien.
Na de onderhouds- en reinigingswerk-
zaamheden dienen de beschermings-
inrichtingen weer te worden aange-
bracht en in oorspronkelijke positie te
worden teruggebracht.
Altijd originele agria-reserveonderdelen
gebruiken. Andere reserveonderdelen
moeten kwalitatief gelijkwaardig zijn en
overeenkomen met de door de firma
agria vastgelegde technische eisen.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
agria cirkelmaaier 8000 11
Na gebruik wegzetten
Het parkeren van de cirkelmaaier in
ruimtes met open kachels is verboden.
Parkeer de cirkelmaaier niet in geslo-
ten ruimtes wanneer zich nog brandstof
in de brandstoftank bevindt. Benzine-
dampen zijn gevaarlijk.
Motor, brandstof en olie
Laat de motor niet in een gesloten
ruimte lopen vanwege verhoogde kans
op vergiftiging! Vervang defecte uitlaat-
pijpen daarom ook altijd direct.
Wees voorzichtig met brandstof van-
wege het brandgevaar. Vermijd open
vuur, vonken en hete motoronderdelen
tijdens het bijvullen van brandstof. Vul
geen brandstof bij in gesloten ruimtes.
Niet roken tijdens het tanken!
Tank alleen met uitgeschakelde en af-
gekoelde motor.
Zorg ervoor dat u geen brandstof morst,
gebruik een passende trechter.
Mocht er toch brandstof zijn gemorst,
schuif dan de cirkelmaaier aan de kant
voordat u de motor start.
Gebruik alleen brandstof van voorge-
schreven kwaliteit.
Bewaar de brandstof alleen in daarvoor
bestemde blikken.
Vloeistoffen die onder hoge druk ont-
snappen zoals bijv. brandstof, kunnen
de huid binnendringen en ernstige ver-
wondingen veroorzaken. Waarschuw
direct een arts!
Houd corrosiewerende middelen en sta-
bilisatoren altijd buiten het bereik van
kinderen. Bij misselijkheid en braak-
neigingen direct een arts waarschuwen.
In geval van contact met de ogen
meteen met veel water uitspoelen.
Vermijd het inademen van de dampen.
Lees de aanwijzingen op de verpakking!
Maak gebruikte spuitbussen (starthulp-
mengsel e.d.) helemaal leeg op een
vonk- en vlamvrije plaats voordat u deze
weggooit, eventueel als klein chemisch
afval behandelen.
Voorzichtig bij het aftappen van hete
olie, er bestaat verbrandingsgevaar.
Gebruik altijd olie van voorgeschreven
kwaliteit. Bewaar de olie alleen in daar-
voor bestemde kannetjes.
Olie, brandstof, vet en filters geschei-
den en volgens de voorschriften verwer-
ken.
Elektrische installatie
Dragers van een pacemaker mogen de
stroomvoerende onderdelen van het
ontstekingssysteem niet aanraken wan-
neer de motor loopt!
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
12 agria cirkelmaaier 8000
Beschrijving van de
waarschuwingssymbolen
Pas op:
Vóór de ingebruikname, de hand-
leiding en de veiligheidsaanwijzingen
lezen en in acht nemen.
Voor reinigings-, onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden motor afzetten en
bougiekap eruit trekken.
Enkel bijtanken wanneer de motor af-
gezet en afgekoeld is. Geen open vuur!
Niet roken!
De uitlaatgassen van de motor be-
vatten ademhalingsvergift - Afstand
houden. Laat de motor niet draaien in
een gesloten ruimte.
Hete onderdelen (bv. motor, vooral
uitlaat) – afstand houden. Alleen aanra-
ken wanneer ze afgekoeld zijn.
Tijdens de werking, voldoende af-
stand houden van de maaimessen.
De machineonderdelen enkel aan-
raken wanneer ze volledig tot stilstand
gekomen zijn.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
Gevaar omwille van weg-slingerende
delen bij draaiende motor - Veiligheidsaf-
stand van min. 30 m in acht nemen.
Kantelgevaar! Op geen hellingen van
meer dan 20° te rijden.
Bij werkzaamheden met de machi-
ne moeten individuele gehoorbescher-
mingen en een veiligheidsbril worden
gedragen.
Motoroliepeil minstens om de 8
bedrijfsuren controleren.
Draag altijd stevige
schoenen.
Veiligheidshandschoenen
gebruiken.
agria cirkelmaaier 8000 13
2. Technische gegevens
2.1 Cirkelmaaier: type 8000 511
Werkbreedte : .............................................................................................53 cm
Motor: viertaktmotor benzine OHV .................................. Honda GCV190
vermogen max.: bij 3600 min
-1
.................................................. 4,8 kW (6,5 PS)
koppel: ...............................................max. 13,7 Nm bij 2500 min
-1
minimaal toerental onbelast: ............................. 1550 - 1850 min
-1
maximaal toerental onbelast: ............................. 3000 ± 100 min
-1
brandstof: ...normale benzine; inhoud brandstoftank...0,91 liter
brandstofverbruik .......................................................... 310 g/kWh
luchtfilter: ...................................................................... droog filter
bougie: ..................................... NGK BPR6ES; BOSCH WR7DC
motorolie: .....................................................hoeveelheid ca. 0,55 l
SAE 10 W-40, klasse SG, SF (of hogere kwaliteit)
Maaiaandrijving: .............................V-snaarkoppeling met ingebouwde mesrem
.......................................................... Sikkelmes met mulchfunctie
Rijaandrijving: ....................................wormwielaandrijving, met klauwkoppeling
transmissieolie SAE 90
Rijsnelheden: ..........................................................................................2,4 km/h
Loopwielen: Rubber, AS-profiel ...........................................Ø320 mm x 85 mm
V-snaar: rijaandrijving............................................... 10x 475Li (ZX 497Lw)
maaiaandrijving.......................................... 13x1400Li (A1430Lw)
Stuurstang: ................................... zonder gereedschap in hoogte verstelbaar
Gebruik op hellingen:............................................................................. max. 20°
Geluidsniveau (waargenomen door de bestuurder) conform de EN 11201: .......
................................................................................. LpA= 82,3 dB
Geluidswaarde conform de EN ISO 3744:1995
gemeten: ................................................................. LWA= 91,2 dB
gewaarborgd: ............................................................. LWA= 92 dB
Trillingsniveau conform de ISO 5349, EN836 + A1+ A2: ....................... 2,8 m/s
2
Snijvermogen: .................................. Halmgras tot dun, niet houten struikgewas
Snijhoogte ....................................................................ca. 50 mm und 75 mm
Gewicht: ...............................................................................................70 kg
Afmetingen: ................................................................................... l = 1500 mm
.................................................................................... b = 660 mm
.................................................................................... h = 960 mm
............................................................ Transporthoogte = 660 mm
2
14 agria cirkelmaaier 8000
3
3. Machine- en bedieningselementen
De cirkelmaaier agria type 8000 is ge-
schikt voor het maaien van gras en ge-
lijkaardige planten, zoals dun niet hou-
ten struikgewas, in de land- en bosbouw
en voor het onderhoud van groene zo-
nes en aanplantingen. Hij is echter niet
geschikt voor grasperken in
parken
!(
gebruik conform de bestem-
ming
).
3.1 Motor
l
De viertakt benzinemotor wordt aan-
gedreven met normaal verkrijgbare ben-
zine (zie ook blz. 4: geadviseerde brand-
stof). Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren
(inrijperiode) mag de motor niet tot het
maximum worden belast.
Ook na de inrijperiode mag u als regel
niet meer gas geven dan nodig is.
I
Hoge toerentallen kunnen de
motor beschadigen en de le-
vensduur aanzienlijk beperken. Dit
geldt vooral als de motor onbelast
draait! Laat de motor nooit over z’n
toeren draaien, daardoor kan de mo-
tor direct defect raken.
Koeling
De motor wordt gekoeld met een venti-
lator. Zorg ervoor dat geen vuil of blader-
resten in de koelluchtzeef op de
repeteerstarter en de koelribben van de
cilinder worden aangezogen.
Stationaire toerental
Het stationaire toerental van de motor
moet juist zijn afgesteld. Wanneer de
toerentalhendel tegen de eindaanslag
in stationaire positie staat, moet de mo-
tor bij laag toerental zonder problemen
blijven lopen.
Luchtfilter
Het luchtfilter reinigt de aangezogen
lucht. Een vervuild luchtfilter kan het
motorvermogen ongunstig beïnvloeden.
Ontsteking
De motor is uitgerust met een
onderhoudsvrije, contactloze elektroni-
sche ontsteking. Het is aan te bevelen,
de noodzakelijke controles door een
vakman te laten uitvoeren.
Choke
De chokebediening is in de toerentalre-
gelaar ingebouwd.
Voor het starten met koude mo-
tor moet de choke worden ges-
loten.
Voor het starten met warme
motor en in de bedrijfspositie
moet de choke geopend zijn.
Brandstofkraan
De brandstofkraan (B/11) be-
vindt zich aan de carburateur.
agria cirkelmaaier 8000 15
3.2 Toerentalhendel
(Motor-uit-schakelaar)
Met de toerentalhendel (A/3) aan de stuurstang
wordt behalve de traploos toerental-regulering
ook de choke en de motor-uit-schakelaar
bediend. Schakelposities zie afb.
I
De toerentalhendel functioneert eveneens
als nood-uit-schakelaar. In noodsituaties
waarin snel handelen vereist is, moet deze in de
positie ‘STOP’ gebracht worden!
3.3 Veiligheidsschakeling
De cirkelmaaier is voor de maaiaandrijving en
de rijaandrijving uitgerust met veiligheids-kop-
pelingshendels.
l
STOP-positie: Door het loslaten van de kop-
pelingshendel (respectievelijk A/1 of A/2) wordt
de overeenkomstige aandrijving uitgeschakeld.
I
De koppelingshendels dienen ook als
nood-uit-schakelaar.
In gevaarlijke situaties, waarin de machine on-
middellijk moet worden stopgezet, dienen de
koppelingshendels te worden losgelaten, ze
draaien dan automatisch in „STOP“ positie! - de
maai- en rijaandrijving wordt uitgeschakeld.
3.4 Rijaandrijving
De rijaandrijving gebeurt via de transmissie aan
de wielen.
De schakeling wordt met de koppelingshendel
(A/2) aan het stuur uitgevoerd.
De wielen zijn uitgerust met een kogel-vrijloop-
koppeling om de hantering in bochten te verge-
makkelijken.
3. Machine- en bedieningselementen
3
16 agria cirkelmaaier 8000
3. Machine- en bedieningselementen
3.5 Maaiaandrijving
Het maaimechanisme wordt aangedreven door middel van een V-snaarover-
brenging en V-snaarkoppeling. De schakeling wordt met de koppelingshendel
(A/1) aan het stuur uitgevoerd.
Het maaimechanisme bestaat uit een sikkelmes en is met een mesrem -veilig-
heidsinrichting- uitgerust.
De stompe snijkanten kan men naslijpen en lichte verbuigingen kunnen recht
gemaakt worden. Sterk beschadigd of verbogen mes door een nieuw vervangen.
W
De cirkelmaaier pas in werking zetten wanneer het mes juist geplaatst
en bevestigd is en wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in be-
schermende positie bevinden en goed functioneren!
3
0
0
A/2
A/1
A/3
3.6 Maaibediening
De maaiaandrijving wordt ingeschakeld door aan
de koppelingshendel (A/1) op de stuurgreep te
trekken.
De koppelingshendel is uitgerust met een blok-
keerbeugel, waardoor het ongewenste aanzetten
wordt verhinderd. Vooraleer aan de koppelings-
hendel te trekken (A/1) dient de blokkeerbeugel
te worden ingedrukt.
De maaiaandrijving wordt uitgeschakeld door de
koppelingshendel (A/1) los te laten - veiligheids-
apparaat - en wordt door de mesrem heel snel
afgeremd.
3.7 Rijbediening
De rijaandrijving wordt ingeschakeld door aan
de koppelingshendel (A/2) op de stuurgreep te
trekken.
De rijaandrijving wordt uitgeschakeld door de kop-
pelingshendel (A/2) los te laten - veiligheidsap-
paraat.
3.8 Schakelbeugel
Met de schakelbeugel (A/3) kunnen beide
aandrijvingen samen worden ingeschakeld.
Vóór het aanzetten, blokkeerbeugel aan de kop-
pelingshendel (A/1) voor de maaiaandrijving in-
drukken.
De rij- en maaiaandrijving wordt uitgeschakeld
door de schakelbeugel (A/13) los te laten.
agria cirkelmaaier 8000 17
3
3.9 Stuurstang
Het stuur regelen:
1 Klemschroef A (A/6) ca. 1 draaiing lossen (tegen de wijzers van de klok in)
2 Aanslagbout B (A/7) ca. 3 draaiingen lossen (tegen de wijzers van de klok in)
3 Het stuur (A/5) op de gewenste hoogte of helemaal naar voren in de
transportpositie draaien en axiaal verschuiven tot de positiepijl C de twee gaatjes
aanwijst
4 Aanslagbout B vastdraaien, ca. 3 draaiingen in de richting van de wijzers van
de klok
5 Klemschroef A vastdraaien, ca. 1 draaiing in de richting van de wijzers van de
klok.
3.10 Transportpositie
W
Motor afzetten,
bougiekabel verwijderen.
Beschermingshandschoenen dragen.
Het stuur (A/4) kan in een plaatsbesparende
transportpositie gedraaid worden
l
Stuurstang èhoofdstuk 3.9
W
De cirkelmaaier enkel in werking
zetten wanneer het stuur in
werkpositie staat!
A/5
A/5
C
A/7
A/6
Transport-
positie
3. Machine- en bedieningselementen
18 agria cirkelmaaier 8000
3. Machine- en bedieningselementen
3
3.11 Snijhoogte
W
Motor afzetten,
bougiekabel verwijderen.
Beschermingshandschoenen
dragen.
De snijhoogte wordt ingesteld door de
twee glijvlakken (A/13) te verstellen die
aan het omhulsel met schroeven
bevestigd zijn.
Er kunnen twee verschillende
snijhoogtes ingesteld worden.
l
Basispositie: I = ca. 50 mm
l
Bovenste Snijhoogte: II = ca. 75 mm
3
1 Glijvlak
2 Schroef vooraan
3 Schroef achteraan
4 Zadelring
A
B
Instelling:
l
Schroef vooraan (2) een beetje losdraaien
l
Schroef achteraan (3) losdraaien en er volledig uitschroeven
l
Glijvlak in de volgende positie draaien en schroef achteraan (3) door het glijvlak
en de zadelring in het overeenkomstige gat aan het omhulsel steken
l
van de binnenkant van het omhulsel de borgmoer met ring erop schroeven en
vastdraaien
l
Schroef vooraan (2) vastdraaien
l
dezelfde verstellingsstappen aan het andere glijvlak uitvoeren.
I
De twee glijvlakken moeten op dezelfde hoogte ingesteld zijn.
3.12 Staafhandvaten
Om op te tillen, de machine te verla-
den en om het touw aan te hangen
voor werken op hellingen zijn de
staafhandvaten A en B voorzien.
W
Enkel goed functionerende
verladingsriemen gebruiken!
Nooit onder hangende ladingen
lopen of blijven staan. Levensge-
vaar!
agria cirkelmaaier 8000 19
4. Ingebruikname en bediening
4.1 Eerste ingebruikname
De levensduur en de bedrijfsveiligheid van de motor hangt grotendeels af van het
rijgedrag tijdens de inrijperiode. Laat een koude motor altijd eerst een paar minu-
ten warm draaien en belast de motor niet direct tot het maximum.
Laat de motor tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inrijperiode) nooit op volle toeren
draaien.
Onderhoud het filter goed en zorg voor schone brandstof. Gebruik alleen
merkbenzine.
Gebruik alleen verse en schone brandstof (niet ouder dan drie maanden), alleen
goedgekeurde, in de vakhandel verkrijgbare brandstofjerrycans gebruiken. Verroeste
jerrycans of nietbenzinedichte kunststof jerrycans mogen niet gebruikt worden.
Om startproblemen te voorkomen moet de brandstoftank voor de eerste ingebrui-
kname of na een periode van langere stilstand volgetankt worden.
Wees voorzichtig met brandstof.
Benzine is licht ontvlambaar en onder bepaalde omstandigheden
explosief!
l
Tank nooit in afgesloten ruimtes.
l
Alleen tanken met afgezette en afgekoelde mo-
tor.
l
Tank nooit in de omgevingvan open vuur, von-
ken of hete motoronderdelen.
l
Niet roken tijdens het tanken!
l
Mors geen brandstof, gebruik een passende
trechter.
De brandstoftank niet tot aan de rand voltanken
maar tot ca. 5 mm onder de rand, zodat de brand-
stof nog kan uitzetten.
Let ook op de aanwijzingen in de handleiding van de motor!
I
Let op: motor wordt vanuit de fabriek
zonder motorolie geleverd!
Vul motorolie bij voordat de machine in ge-
bruik wordt genomen
4
20 agria cirkelmaaier 8000
4
W
De cirkelmaaier pas in werking zetten
wanneer wanneer alle beschermings-
inrichtingen zich in beschermende positie
bevinden en goed functioneren!
4.2 Motor starten
W
Wees voorzichtig met het starten van de
motor in gesloten ruimtes. De uitlaatgassen
bevatten koolmonoxide, dit is zeer giftig
wanneer het ingeademd wordt.
Kom niet te dicht bij aangekoppelde werk-
tuigen.
Beschermingsmaatreelin zijn getroffen?
Motoroliepeil controleren.
Bougiekap plaatsen.
Luchtfilter schoon?
Voldoende brandstof in de brandstoftank?
Brandstofkraan openen.
Koude motor:
Toerentalhendel (A/3) in positie CHOKE brengen
warmer Motor:
Toerentalhendel op 2/3 gas zetten
De twee koppelingshendels (A/1 + A/2) in positie
"0"
Motor buiten het gevarenbereik starten
Na het starten de toerentalhendel in positie "min"
brengen
4. Ingebruikname en bediening
? ok
? ok
? ok
2/3
4
0
4
agria cirkelmaaier 8000 21
4. Ingebruikname en bediening
4.3 Afzetten van de motor
De twee koppelingshendels (A/1 + A/2) in positie
"0"
Toerentalhendel (A/3) in positie "min" zetten en
de motor ca. 30 seconden laten draaien
Toerentalhendel (A/3) in positie "STOP"
Brandstofkraan (B/11) sluiten.
Bougiekap (B/8) verwijderen - Machine beveiligen
tegen en gebruik door onbevoegden.
W
De motor laten afkoelen, alvorens in een
binnenruimte op te slaan.
W
Voor het afzetten van de motor mag de
choke-hendel niet in positie CHOKE worden
gebracht – brandgevaar!
I
Wanneer de motor gedurende langere tijd niet
wordt gebruikt, kan deze beter niet met de mo-
tor-uit-schakelaar worden uitgeschakeld. Sluit in dat
geval de brandstofkraan en laat de motor zo lang
lopen tot deze door gebrek aan brandstof vanzelf tot
stilstand komt. Dan is de carburateur leeg en kan
geen verharsing optreden.
I
De toerentalhendel dient ook als noodstop
schakelaar. Indien nodig hendel in positie
‘STOP’ brengen, de motor springt af.
6
30 sec.
4
0
22 agria cirkelmaaier 8000
4.4 Rijden
Motor starten zoals beschreven onder “Ingebruikna-
me”
Gehoorbescherming gebruiken en draag altijd
stevige schoenen
Toerentalhendel (A/3) op ca. 1/2 gas zetten
Rijaandrijving inschakelen
- Aan de koppelingshendel (A/2) op het handvat
trekken
Toerentalhendel bedienen naar gelang de
rijsnelheid
4.5 Stoppen
Rijaandrijving uitschakelen
- Koppelingshendel (A/2) loslaten
Toerentalhendel (A/3) op "min" zetten
4. Ingebruikname en bediening
4
1/2
0
4
agria cirkelmaaier 8000 23
4. Ingebruikname en bediening
4.6 Maaien
Motor starten zoals beschreven onder ‘motor
starten’
Gehoorbescherming en veiligheidsbril gebruiken
en draag altijd stevige schoenen
Toerentalhendel (A/3) in positie "max" zetten
Maaiaandrijving inschakelen
1. Blokkeerbeugel indrukken
2. Trekken aan de koppelingshendel (A/1) op het
handvat:
Langzaam aan de hendel trekken tot twee derden
van de hefhoogte, zodat de maairotor voldoende tijd
heeft om te beginnen draaien en zodat de motor niet
stilvalt. Het starten van de maairotor gaat gedeeltelijk
gepaard met het schuiven van de V-snaar en het
daarmee verbonden geluid.
Zodra de maairotor in beweging gezet wordt, de
koppelingshendel volledig tegen het handvat
trekken.
Bewgung gesetzt ist
Rijaandrijving inschakelen
l
Trekken aan de koppelingshendel (A/2) op het
handvat:.
I
Wanneer met de maaier gekeerd of achteruit
gereden wordt, is het niet nodig de maai-
aandrijving uit te schakelen, om de energie van de
draaiende rotoren niet onnodig te verspillen.
4.7 Stoppen
Maaiaandrijving en rijaandrijving uitschakelen
l
De twee koppelingshendels loslaten (A/1 en A/2)
Toerentalhendel (A/3) in positie "min" zetten
I
Na het beëindigen van de maaiwerkzaam-
heden of als de maaimachine verstopt is:
Rijaandrijving uitschakelen- de maaier blijft staan, de
maairotor blijft echter in beweging en snijdt zich vrij,
vervolgens de maaiaandrijving uitschakelen
Motor afzetten
4
max
2.
1.
0
0
24 agria cirkelmaaier 8000
4.8 Gevarenzone
W
Het is verboden in het gevaren-
zone van de maaier te vertoeven
tijdens het starten en tijdens de werk-
zaamheden.
De gebruiker is verantwoordelijk voor
ongevallen en gevaren die zich
voordoen met betrekking tot andere
personen of voorwerpen.
Daarom dient de gebruiker erop te let-
ten dat alle personen en dieren zich op
een veilige afstand van minstens 30m
bevinden.
Markeer voordat met de maaiwerkzaam-
heden begonnen wordt, het te maaien
oppervlak. Neem een veiligheidsmarge
met een afstand van ten minste 30 m in
acht (zie afb.).
Uit de waarschuwingsaanduidingen
moet blijken dat zich binnen dit bereik
geen personen mogen bevinden.
Wanneer zich personen of dieren bin-
nen dit bereik ophouden, moet de ma-
chine direct worden uitge-schakeld. De
machine mag niet eerder weer worden
gestart voordat het bereik vrij is.
Voordat met de werkzaamheden begon-
nen wordt, dienen obstakels uit de weg
te worden geruimd. Let ook tijdens de
werkzaamheden op obstakels en haal
ze tijdig weg.
Voor het starten, de onmiddellijke om-
geving controleren (kinderen).
Maaioppervlak
Veiligheidszone
Waarschuwingsaanduidingen
Gevarenzone
4. Ingebruikname en bediening
44
agria cirkelmaaier 8000 25
Maaien op
vlak terrein
Maaien op
hellingen
max
20°
4.9 Maaien op hellingen
W
Keine Hanglagen größer als
20° befahren
- Kantelgevaar!
in ehren
Wanneer op hellend terrein wordt ge-
werkt verdient het de aanbeveling, dat
de cirkelmaaier door een begeleider met
een trekkabel of een trekstang wordt
vastgehouden, om te voorkomen dat de
machine wegschuift. De begeleider
moet zich heuvelopwaarts van de ma-
chine bevinden en dient voldoende af-
stand te houden tot de werktuigen!
Werk indien mogelijk dwars op de
helling!
4. Ingebruikname en bediening
4
26 agria cirkelmaaier 8000
4.10 Aanwijzing bij het maaien/mulchen
De cirkelmaaier is bestemd voor het onderhoud van onregelmatig te maaien
grasperken. De mulchmachine snijdt de begroeiing in kleine stukken, die ter plekke
gelijkmatig worden rondgestrooid. Het resterende gras blijft zo niet op één enkele
plaats liggen en dient bovendien als natuurlijke meststof.
Handelwijze bij het mulchen
Mulchfrequentie: Het mulchen dient 3 - 4 x per jaar te worden uitgevoerd. Het
eerste mulchen dient bij het begin van de vegetatieperiode te worden uitgevoerd
en het laatste mulchen aan het einde van de vegetatieperiode. Het overige mul-
chen is afhankelijk van de omstandigheden voor de grasgroei.
Mulchprocedure: Gras met een hoogte tot 25 cm in één werkfase mulchen – de
maaihoogte instellen volgens de kwaliteit van de grasbegroeiing.
Gras met een hoogte van meer dan 25 cm in twee werkfasen mulchen, zie afb.
Voor de eerste werkfase de maaihoogte in de hoogste positie II instellen, zie
hoofdstuk 3.9 è pagina 18. In de tweede werkfase kan de maaihoogte worden
verlaagd in stand I.
4. Ingebruikname en bediening
Indien het te maaien oppervlak te dicht, doorgroeid, onderaan rottend is of plat
ligt, dient de werkbreedte van de maaier overeenkomstig te worden verminderen,
zodat het snijdsel niet voor de maaier opgehoopt wordt.
Indien dit toch zou gebeuren, de rijaandrijving uitschakelen, zodat de maaier het
opgehoopte snijdsel kan uitwerpen. Indien de machine toch verstopt geraakt, die-
nen de rij- en maaiaandrijving te worden uitgeschakeld, de motor afgezet en de
ruimte te worden gereinigd.
De maaihoogte wordt bepaald door de glijvlakken. De glijvlakken lopen evenredig
met het terrein. Daardoor is het mogelijk dat bij het maaien van zeer oneffen
terreinen, de snijhoogte niet evenredig uitvalt over het gehele terrein.
Tijdens het maaien erop letten dat de glijvlakken altijd tegen de grond liggen.
4
1ste werkfase 2de werkfase
agria cirkelmaaier 8000 27
Behalve het opvolgen van de bedieningsvoorschriften is het bovendien van groot be-
lang dat u aandacht besteed aan de volgende aanwijzingen omtrent onderhoud en
reparatie.
Let op: voer onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen uit
met een afgezette motor en wanneer de bougiekap verwijderd
is!
Draag bij werkzaamheden aan de maaimessen altijd veiligheidshand-
schoenen!
5.1 Motor
Onderhoud en reparatie bij de motor
5. Onderhoud en reparatie
5
5
5.2 Reinigen van het
luchtrooster
Na langer gebruik kan het koelsysteem
door vuil verstopt raken. Ter vermijding
van oververhitting en motorschade:
l
Reinig het luchtrooster (B/3) regelma-
tig om oververhitting en schade aan de
motor te voorkomen. Controleer het
rooster voor iedere ingebruikname.
5.3 Luchtkoelsysteem
Inwendige koelribben en vlakken ten-
minste iedere 100 bedrijfsuren (bij
sterke stofvorming eerder), of ten laatste
op het einde van het seizoen, reinigen.
Daartoe het ventilatorhuis (B/12) eraf
nemen. è - Serviceç
W
De geluidsdemper van de motor
wordt tijdens de werkzaam-
heden zeer heet
– geluidsdemper niet aanraken!
5.4 Uitlaat
Omgeving van de uitlaat (B/9)
regelmatig schoonmaken. Haal gras, vuil
en brandbare dingen weg.
W
- Brandgevaar! Voor iedere
inbedrijfname controleren.
5.5 Toerentalbediening
De toerentalbediening moet op de juiste
manier zijn ingesteld. De motor moet
met juist toerental gestart worden, func-
tioneren en worden afgezet.
è - Serviceç
5
5
28 agria cirkelmaaier 8000
5.6 Transmissie
l
De rijtransmissie is gevuld met permanente
cardanolie SAE 90.
l
Tijdens elke reiniging controleren of de trans-
missie geen olie verliest. De controle gebeurt
door de twee “kijkgaten” in het achterste deel
van de behuizingskap (D/6).
l
Indien een olielek vastgesteld wordt, dient
dit onmiddellijk te worden gerepareerd.
è - Serviceç
5.7 Wielen
l
Wielen op het einde van het seizoen van de
as monteren en reinigen.
l
Het binnenste gedeelte van de naaf (E/1)
opnieuw opvullen met vet van goede kwaliteit.
l
Het kopvlak van het kogelwiel (E/2) en de
oppervlakten van de vrijloopkoppeling (E/3)
invetten.
l
Monteer de wielen (A/15) met de profiel-
punten in de rijrichting (van boven op de wie-
len gezien), zodat de trekprestaties volledig
worden benut.
l
De moer (E/4) niet aanhalen tot aan de
aanslag - het wiel moet draaien met een beetje
speling.
l
De moer met een nieuwe splitpen vastzet-
ten.
5.8 Bowdenkabels
l
De bowdenkabels smeren met silicoonolie.
5.9 Beschermdoeken
Het beschermingsdoek vooraan (A/11) en de
beschermdoek achteraan(A/16 of D/11) voor
iedere ingebruikname controleren, beschadig-
de onderdelen vervangen.
W
Machine alleen in gebruik nemen
wanneer alle beschermingsinrich-
tingen zich in beschermende positie
bevinden en goed functioneren!
5. Onderhoud en reparatie
D
E
1
2
3
4
A/11
5
A/16
bzw.
D/11
A/11
agria cirkelmaaier 8000 29
5.10 Vervangen van het mes
W
Motor afzetten,
bougiekabel verwijderen!
Beschermingshandschoenen dragen
l
De mesbout (F/1) eruit schroeven, de rin-
gen (F/2, F/3) en schotelveer (F/4) eraf nemen
– bij het uittrekken van de mesbout (F/1) het
sikkelmes (F/5) vasthouden en dan de schroef
volledig naar beneden eruit trekken.
l Het sikkelmes eruit nemen.
l
Het stompe mes kan nageslepen worden
en lichte verbuigingen kunnen recht gemaakt
worden.- Sterk beschadigd of verbogen mes
door een nieuw vervangen.
l
De montage in omgekeerde volgorde
uitvoeren - op de juiste centrering van de
schotelveer (F/4) door de centreerring (F/3)
letten, de mesbout met 70 Nm vastdraaien.
l
De borgring (F/2) dient door een nieuwe te
worden vervangen
W
De mulcher niet gebruiken wanneer
het mes niet volledig aangebracht is
en goed vastzit!
Enkel originele vervangstukken van de
fabrikant gebruiken.
5.11 Bijslijpen van de maaimessen
W
Veiligheidsbril en
beschermings-
handschoenen dragen
Na het bijslijpen het sikkelmes uitbalanceren
è - Serviceç
5. Onderhoud en reparatie
5
5
F
1 Messchroef
2 Borgring
3 Centreerring
4 Schotelveer
5 Sikkelmes
6 Mesnaaf
agria-bestel nr. zie blz. 36
30 agria cirkelmaaier 8000
5.12 V-snaarspanning voor
Rijaandrijving
l
De onderste afdekplaat (D/5) eraf nemen
l
De moeren losdraaien (D/2)
l
De V-snaar voor de rijaandrijving (D/9) met
behulp van de moer (D/3) zodanig opspannen
dat de V-snaar nog ongeveer 10 – 15 mm kan
doorgeduwd worden en de V-snaar voor de
maaiaandrijving (D/8) los blijft
l
Moeren (D/2) weer vastdraaien
l
Afdekplaat (D/5) weer aanbrengen
I
De V-snaar niet opspannen als de
moeren (D/2) niet losgedraaid zijn!
5.13 Schakeling voor rijaandrijving
l
De instelling moet zodanig gebeuren dat de
machine niet achteruit kan rijden als de
rijaandrijving ingeschakeld is.
l
De instelling gebeurt met behulp van de stel-
schroef van de bowdenkabel (H/2) en de stel-
schroef aan de koppelingshendel (A/2).
5.14 Schakeling voor maaiaandrijving
Regelmatig de instelling van de spanrol voor
de maaiaandrijving controleren
l
De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) van
de cirkelmaaier nemen.
De bovenkant van de spanrol (G/1) moet
ongeveer 8 mm onder het bovenste niveau van
de behuizing liggen, indien niet, bijregelen door
mechanische buiging.
Indien de koppelingshendel voor de
maaiaandrijving (A/1) volledig ingedrukt is, dient
de spanrol (G/1) de V-snaar (D/8) voldoende
op te spannen - de veer aan de trekkabel dient
ongeveer 2 mm in verhouding tot de losse toe-
stand te worden voorgespannen - de trilling
van de rol dient met behulp van de stelschroef
van de bowdenkabel (H/1) en de stelschroef aan
de koppelingshendel (A/2) te worden verholpen.
l
De plastieken afdekplaat vooraan (A/9)
opnieuw aanbrengen.
5. Onderhoud en reparatie
W
Machine alleen in gebruik
nemen wanneer alle be-
schermingsinrichtingen zich in
beschermende positie bevin-
den en goed functioneren!
D
G
H
8 mm
1
2
5
agria cirkelmaaier 8000 31
5.15 Vervangen van het V-riem
è - Serviceç
l
Plastieken afdekplaat vooraan (A/9) en on-
derste afdekplaat (D/5) afnemen
l
Moeren (D/2 en D/3) losdraaien
l
Motor in richting van de mes-as verschuiven
l
V-snaar voor rijaandrijving (D/9) eruit nemen
l
V-snaarspaninrichting (D/4) eraf nemen
l
V-snaar voor maaiaandrijving (D/8) uit de
riemschijf (D/10) nemen
l
Riemschijf (G//2) van de mes-as uit de naaf
verwijderen (Schroef M6, 3 moeren M6)
l
V-snaar voor maaiaandrijving (D/8) eruit nemen
l
Montage uitvoeren in omgekeerde volgorde
l
V-snaar voor rijaandrijving opspannen
(èzie V-snaarspanning voor rijaandrijving)
l
Installatie van de spanrol controleren
(èzie schakeling voor maaiaandrijving)
l
Plastieken afdekplaat vooraan (A/9) en on-
derste afdekplaat (D/5) weer aanbrengen
5.16 Mesrem
De stoptijd van het sikkelmes voor iedere in-
gebruikname controleren – veiligheidsin-
richting-. Indien de stoptijd meer dan 7 secon-
den bedraagt nadat de maaiaandrijving vanuit
een max. motortoerental werd uitgeschakeld,
is vermoedelijk de remband defect of versle-
ten en dient deze te worden vervangen.
è - Serviceç
De remband bevindt zich achter de riemschijf (G/2).
l
De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) eraf
nemen
l
De remband vervangen
l
De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) op-
nieuw aanbrengen
l
De stoptijd van de sikkelmessen controle-
ren.
5. Onderhoud en reparatie
5
D
G
1
2
5
5
W
Gebruik alleen originele
speciale agria-V-snaren!
Machine alleen in gebruik ne-
men wanneer alle bescher-
mingsinrichtingen zich in be-
schermende positie bevinden
en goed functioneren!
32 agria cirkelmaaier 8000
5. Onderhoud en reparatie
5
5.17 Algemeen
Let op het verliezen van brandstof en olie,
eventueel opruimen.
Schroeven en moeren regelmatig contro-
leren, eventueel natrekken.
5.18 Reiniging
Machine
Na een schoonmaakbeurt met een hogedruk-
reiniger moeten de smeerplaatsen aan de
machine meteen worden gesmeerd, en de
machine dient kort te worden ingeschakeld, zo-
dat het binnengedrongen water eruit geslingerd
wordt.
De lagers moeten voorzien zijn van een
vetkraag die de lagers beschermt tegen het bin-
nendringen van vuil, plantensappen en vocht.
Motor
Reinig de motor met een doekje. Vermijd het
afspuiten van de motor met een sterke water-
straal, vocht in het ontstekings- en brandstof-
systeem kan leiden tot storingen.
5.19 Verwijdering
Wanneer de machine niet verder gebruikt
wordt, dienen de resterende brandstof en de
olievullingen in afsluitbare bakken te worden
geloosd
De machine, met de technische vloeistoffen,
dient ter verwijdering naar een recyclagebedrijf
te worden gebracht.
5
34 agria cirkelmaaier 8000
W
Let op de veiligheidsaanwijzingen! Laat grotere problemen aan de machine of de motor altijd op-
lossen door de agria-vakgararage, deze beschikkt over het juiste gereedschap. Ondeskundige
hulp kan grote schade veroorzaken.
storing mogelijke oorzaak oplossing pagina
Motor -Bougiekap is niet aangesloten Bougiekap aansluiten
start niet -Choke-hendel niet in positie CHOKE Choke-hendel in positie CHOKE brengen 20
-Brandstoftank leeg of Brandstoftank vullen
slechte brandstof met schone brandstof 19
-Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding reinigen
-Bougie defect Bougie schoonmaken,
afstellen of vervangen BM
-Motor teveel brandstof (verzopen) Bougie drogen, schoonmaken
en starten met volgas BM
-Valse lucht door losgelaten carburateur Bevestigingsschroeven natrekken
en aanzuigleiding
Motor -Motor loopt op choke Chokehendel in positie BEDRIJF brengen 20
hapert -Contactkabel zit los Bougiekap op de bougie vastklemmen,
af en toe bougiekabel vastklemmen,
bougiekab op de bougiekabel vastklemmen
-Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding schoonmaken, 19
of slechte brandstof schone brandstof tanken
-Luchttoevoer in de Brandstoftankdop vervangen
brandstoftankdop verstopt
-Water of vuil in het Brandstof aftappen en
brandstofsysteem schone brandstof tanken
-Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter schoonmaken of vervangen BM
-Carburateur verkeerd afgesteld Carburateur afstellen
¬
BM
Motor -Te weinig motorolie Meteen motorolie bijvullen BM
wordt -Ventilatiesysteem functioneert niet Luchtrooster schoonmaken, 27
te heet koelribben schoonmaken
¬
27
-Luchtfilter is verontreinigd Luchtfilter reinigen BM
-Carburateur is verkeerd afgesteld Carburateur afstellen
¬
BM
Motor -Ontsteking te krap afgesteld Bougie afstellen BM
haperingen -Stationair toerental Carburateur afstellen
¬
BM
bij hoge niet correct afgesteld
toerentallen
Motor -Ontsteking te ruim afgesteld, Bougie afstellen of vervangen BM
slaat bij Bougie defect
stationair -Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter reinigen BM
toerental -Carburateur niet correct afgesteld Carburateur afstellen
¬
BM
vaak af
Motor -Regelstangen zijn verontreinigd, Regelstangen schoonmaken BM
loopt klemmen
onregelmatig
6. Storingen opsporen en verhelpen
6
agria cirkelmaaier 8000 35
storing mogelijke oorzaak oplossing pagina
Motor -Motor-uit-schakeling Instelling trekkabel toerentalregeling
¬
BM
springt in is niet correct controleren
stoppositie
niet af
Motor -Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter reinigen BM
levert te -Cilinderkop los of Cilinderkop aandraaien,
¬
weinig afdichting beschadigd afdichting vervangen
vermogen -Te weinig compressie Motor laten controleren
¬
Rijaandrijving -Koppelingshendel is Schakeling voor rij- en maaiaandrijving
¬
30
of maai- niet correct ingesteld instellen
aandrijving
komt bij
losgelaten
koppelingshendels
niet tot
stilstand
Teveel -Bevestigingsbouten zijn los Bevestigingsbouten natrekken 29, 32
vibratie -Maaimessen los, verbogen of Motor direct afzetten!
niet correct ingesteld alle moeren en schroeven nalopen,
beschadigde onderdelen vervangen,
V-snaarspanning instellen 29, 30, 32
- Maaimes onbalans Maaimes uitlijnen
¬
29
¬
= Laat dit uitvoeren door een agria-vakgarage!
BM = Motor-handleiding
6. Storingen opsporen en verhelpen
6
36 agria cirkelmaaier 8000
agria-bestel nr.
Brandstof stabilisator:
79909 Brandstof stabilisator zak 5 g
Lak:
18103 Spuitlak berkengroen spuitbus 400 ml
71298 Spuitlak rood, RAL 2002 spuitbus 400 ml
50968 Spuitlak zwart spuitbus 400 ml
Verschleißteile:
76199 Luchtfilterelement, set
75999 Bougie NGK BPR6ES; Bosch WR7DC
479075 Sikkelmes 53 cm
28821 Mesbout M12x1,5x30 Qual. 8.8
77312 Borgring SKM12 (voor mesbout)
479074 V-snaar voor maaiaandrijving 13x1400Li
479073 V-snaar voor rijaandrijving 10x475Li
479080 Beschermingsdoek vooraan
479003 Beschermdoek achteraan
Let op: gebruik alleen de originele agria-V-snaren!
Lak, slijtageonderdelen
agria cirkelmaaier 8000 37
6
Onderhouds- en inspectietabel
A = voor iedere ingebruikname
B = na iedere reinigingsbeurt
BM = Motor-handleiding
K = controle- en onderhoudswerkzaamheden kunnen door de bestuurder zelf worden uitgevoerd
W = servicewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een vakkundige garage
* = na 2 jaar
5 8 25 50 100 250
Veiligheidsschakelaar functie
controleren
K 15
Mesrem controleren K 31
Beschermdoeken controleren K 28
Luchtfilter controleren K BM
Koelluchtzeef reinigen K BM
Motoroliepeil controleren,
eventueel bijvullen
K K BM
Omgeving van de uitlaat reinigen K K 27
Maaimessen controleren K K K 29
Motorolie verversen, eerste keer, W BM
verdere keren W BM
Reinigen K 32
Schroeven en moeren controleren K 32
Luchtfilterinzet reinigen W W BM
Luchtfilter-papier-filterelement vervangen,
indien nodig eerder!
W W* BM
Bougie reinigen,
elektrodenafstand afstellen
W BM
Luchtkoelsysteem reinigen,
indien nodig eerder!
W 27
V-snaarspanning controleren 30
V-snaar controleren 30
Bougie vervangen K BM
Radnabe und Freilauf schmieren W W 28
Bowdenkabels smeren W 28
Controleren of de transmissie geen olie
verliest
K 28
Brandstofslangen vernieuwen W* BM
A
Steeds na bedrijfsuren
blz
min.
3mn
dl.
min.
jaarl. B
38 agria cirkelmaaier 8000
Afb. B
Motor HONDA GCV190
1 Brandstoftankdop
2 Startgreep
3 Luchtrooster
4 Olievulschroef, oliepeilstok
5 Luchtfilter
6 Carburateur, toerenregelaar
7 Identificatienummer motormodel
8 Bougie, bougiekap
9 Uitlaat met beschermingskap
10 Brandstoftank
11 Brandstofkraan
12 Ventilatorhuis
Aanduiding van de onderdelen
1
2312
5
11
10
6
7
4
9
8
agria-Werke GmbH
Bittelbronner Straße 42
D-7421
9 Möckmühl
Tel. +49/ (0)6298 /39-0
Fax +49/ (0)6298/39-111
Internet: www.agria.de
Uw agria dealer bij u in de omgeving:

Documenttranscriptie

Handleidung Vertaling van het oorspronkeijke handleiding Cirkelmaaier 8000 - 8000 511 53 cm . & Lees voordat u de machine in gebruik neemt eerst de handleiding. Volg veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen nauwkeurig op! Handleiding nr. 998 893 08.09 Symbolen, typeplaatje Hier invullen: Symbolen Machine art. nr.: .......................... Identificatie/machine nr.: W waarschuwingsteken. Vindt u bij passages die betrekking hebben op uw veiligheid .......................................................... belangrijke informatie Motor type: ................................... choke Motor nr.: .................................... brandstof Datum aankoop: ......................... olie Typeplaatje: zie blz. 3/afb. A/17 motor-start Motortype en motornr. zie blz. 38/afb. B/7. motortoerental Bij bestelling van reserveonderdelen deze gegevens vermelden om fouten bij levering te vermijden. Alleen originele agria-reserveonderdelen gebruiken! De technische gegevens, afbeeldingen en maten in deze handleiding zijn niet bindend. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld. Wij behouden ons het recht voor veranderingen aan te brengen, zonder deze handleiding te wijzigen. motor-stop luchtfilter zichtcontrole maaiaandrijving rijaandrijving snel langzaam Levering: geopend (ontgrendeld) l handleiding l motor-handleiding gesloten (vergrendeld) l cirkelmaaier Hijspunt, bevestigingspunt voor het opbergen en vastsjorren Opgelet, wat de motor betreft, zijn hier enkel de hanteringen uitgelegd, die voor de maaier nodig zijn. Alle andere informatie over de motor vindt u in de bijgeleverde motor-handleiding! 2 zie motor-handleiding è - Serviceç= Laat dit uitvoeren door een agria-vakgarage! agria cirkelmaaier 8000 Aanduiding van de onderdelen Afb. A 8000 511 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Koppelingshendel voor maaiaandrijving (veiligheidsapparaat) Koppelingshendel voor rijaandrijving (veiligheidsapparaat) Schakelbeugel Toerental-reguleerhendel Stuur Klemschroef Aanslagbout Motor Afdekplaat vooraan (bescherminrichting) Stootbeugel (bescherminrichting) Beschermingsdoek vooraan (bescherminrichting) Sikkelmes Glijvlak Omhulsel Wiel Beschermdoek achteraan (bescherminrichting) 17 Typeplaatje / 3 Identificatie nr. 1 2 4 5 6 7 8 17 9 16 15 10 14 13 11 12 agria cirkelmaaier 8000 3 Aanbevelingen Onderhoud en Smeermiddelen en Brandstof: anticorrosiemiddelen: Deze motor loopt zowel reparatie: Gebruik voor de motor en de transmissie de voorgeschreven smeermiddelen (zie ‘Technische gegevens’). op loodvrije normale en superbenzine als op gelode superbenzine. Voor ‘open‘ smeerpunten en smeernippels adviseren wij het gebruik van biologisch afbreekbare olie of smeervet (volgens de aanwijzingen in de handleiding). Wanneer om milieutechnische redenen loodvrije benzine gebruikt wordt, dient u bij motoren die langer dan 30 dagen niet gebruikt worden de brandstof af te tappen, om afzetting van harsresidu’s in de carburateur, het brandstoffilter en de brandstoftank te vermijden. U kunt de brandstof ook vermengen met een brandstofstabilisator. Voor het onderhoud van de machines en werktuigen adviseren wij biologisch afbreekbare corrosiewerende olie (niet gebruiken op gelakte uitwendige bekledingen). Het anticorrosiemiddel kan met een kwast of met een spuitbus worden aangebracht. Voeg aan de benzine geen olie toe. Zie ook hoofdstuk ‘Motor in conditie houden’. Biologische smeermiddelen en corrosiewerende olie zijn milieuvriendelijk omdat ze biologisch snel afbreekbaar zijn. Wanneer u biologisch afbreekbare smeermiddelen en corrosiewerende olie gebruikt, gaat u bewust om met het milieu en levert u een positieve bijdrage aan de gezondheid van mens, fauna en flora. 4 agria cirkelmaaier 8000 Bij de agria-dealer werken gekwalificeerde monteurs die de machine vakkundig onderhouden en repareren. Voer grotere onderhoudsen reparatiewerkzaamheden alleen zelf uit wanneer u beschikt over het juiste gereedschap en de vereiste technische kennis van machines en verbrandingsmotoren. Klop nooit met harde voorwerpen of metalen gereedschappen tegen het vliegwiel. Het kan scheuren en tijdens gebruik uiteen springen, zodat verwondingen of materiële schade veroorzaakt wordt. Demonteer het vliegwiel uitsluitend met passend gereedschap. Inhoudsopgave Inhoud pakket ................................... 2 Symbolen, typeplaatje ...................... 2 Aanduiding van de onderdelen, ...... Afb. A .............................................. 3 Aanbevelingen .................................. 4 Aanwijzingen voor uitpakken en montage ...................... 6 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen ................................... 8 2. Technische gegevens ............... 13 2.1 Cirkelmaaier type 8000 611 ..... 13 3. Machine- en bedieningselementen ................... 3.1 Motor ......................................... 3.2 Toerentalhendel ........................ 3.3 Veiligheidsschakeling ................ 3.4 Rijaandrijving ............................ 3.5 Maaiaandrijving ........................ 3.6 Maaibediening .......................... 3.7 Rijbediening .............................. 3.8 Schakelbeugel .......................... 3.9 Stuurstang ................................ 3.10 Transportpositie ...................... 3.11 Snijhoogte ............................... 3.12 Staafhandvaten ...................... 4. Ingebruikname en bediening ... 4.1 Eerste ingebruikname .............. 4.2 Motor starten ............................ 4.3 Motor afzetten ........................... 4.4 Rijden ........................................ 4.5 Stoppen .................................... 4.6 Maaien ...................................... 4.7 Stoppen .................................... 4.8 Gevarenzone ............................ 4.9 Maaien op hellingen ................. 4.10 Aanwijzing bij het maaien/ mulchen .......................................... 14 14 15 15 16 16 16 16 16 17 17 18 18 19 19 20 21 22 22 23 23 24 25 5. Onderhoud en reparatie ........... 5.1 Motor ......................................... 5.2 Reinigen van het luchtrooster ... 5.3 Koelsysteem ............................. 5.4 Uitlaat ........................................ 5.5 Bediening toerental ................... 5.6Transmissie ................................ 5.7 Wielen ....................................... 5.8 Bowdenkabels .......................... 5.9 Beschermdoeken ...................... 5.10 Vervangen van het mes .......... 5.11 Bijslijpen van de maaimessen 5.12 V-snaarspanning voor Rijaandrijving ...................................... 5.13 Schakeling voor rijaandrijving 5.14 Schakeling voor maaiaandrijving 5.15 Vervangen van het V-riem ...... 5.16 Mesrem ................................... 5.17 Algemeen ............................... 5.18 De machine schoonmaken ..... 5.19 Verwijdering ............................ 27 27 27 27 27 27 28 28 28 28 29 29 30 30 30 31 31 32 32 32 6. Storingen opsporen en verhelpen .................................. 34 1 2 3 4 5 Lak, slijtageonderdelen ................... 36 Onderhouds- en inspectietabel ................................ 37 Aanduiding van de onderdelen, ...... Afb. B ............................................ 38 Conformiteitsverklaring ............... 39 Let op uitklappagina’s! Afb. A, Machine ................................. 3 Afb. B, Motor ................................... 38 26 agria cirkelmaaier 8000 5 6 Aanwijzingen voor uitpakken en montage Œ A B Cirkelmaaier voorbereiden op het werk Œ De 4 zijden van de doos opensnijden en naar beneden klappen of het apparaat met behulp van de staafhandvaten A + B eruit tillen  è blz. 18 A/5  Het stuur (A/5) instellen op de werkhoogte è blz. 17 Ž Ž Stootbeugel (A/10) -bescherminrichting-! onmiddellijk na het uitpakken in werkpositie monteren met behulp van de afgebeelde W A/10 1 5 2 3 6 4 3 7 8 6 schroeven en ringen. Het apparaat enkel in werking zetten wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! 1 2 3 4 5 6 7 8 Omhulsel Stootbeugel Ring 8,4x25x1,6 Schroef 8x25 Plastieken ring 8,4x25x5 Borgmoer M8 Borgring 8 Schroef M8x1 agria cirkelmaaier 8000 Aanwijzingen voor uitpakken en montage  De handleiding HONDA-motor lezen en in acht nemen  &   Vul motorolie è zie HONDA-motor-handleiding ‘ ‘ Motoroliepeil controleren è zie HONDA-motor-handleiding ’ ’ Met brandstof vullen; normale benzine è zie HONDA-motor-handleiding agria cirkelmaaier 8000 7 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen 1 Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de machine in gebruik neemt en volg de instructies nauwkeurig op. Algemene veiligheidsvoorschriften Basisprincipe: Waarschuwingsteken Dit symbool treft u aan bij alle passages die betrekking hebben op uw veiligheid. Breng ook andere gebruikers op de hoogte van deze veiligheidsaanwijzingen. De gebruiker dient zich te houden aan alle voorschriften ter voorkoming van ongevallen, alsmede aan de algemeen geldende regels wat betreft veiligheid, arbeidsgeneeskunde en wegverkeer. Bij gebruik van openbare wegen dienen de geldende verkeersbepalingen in acht te worden genomen. Gebruik conform de bestemming Controleer voor ingebruikname van de cirkelmaaier altijd eerst de verkeers- en bedrijfsveiligheid. De cirkelmaaier is uitsluitend geschikt voor het maaien van gras en gelijkaardige planten, zoals dun niet houten struikgewas in de land- en bosbouw en voor het onderhoud van groene zones en aanplantingen. Hij is echter niet geschikt voor grasperken in parken!(gebruik conform de bestemming). De motormaaaier mag slechts gebruikt, onderhouden en gerepareerd worden door personen die over de benodigde kennis beschikken en van de risico’s op de hoogte zijn. Iedere andere toepassing geldt als niet in overeenstemming zijnde met het doel waarvoor de maaier gebouwd is. Voor schade die door ondoelmatig gebruik veroorzaakt wordt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld. Dit risico is geheel en al voor de gebruiker. De door de fabrikant voorgeschreven gebruiksvoorschriften, alsmede de voorschriften met betrekking tot controle, onderhoud en reparatie dienen in acht te worden genomen. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die ontstaat door eigenhandige wijzigingen aan de machine. 8 Personen beneden de 16 jaar mogen de machine niet bedienen! Werk alleen bij goed zicht en voldoende licht. De bestuurder moet goed aansluitende werkkleding dragen. Wijde kledingstukken dienen vermeden te worden. Draag altijd stevige schoenen! De waarschuwings- en instructiebordjes op de machine geven belangrijke aanwijzingen voor veilig gebruik. Volg deze aanwijzingen nauwkeurig op, in het belang van uw eigen veiligheid! De motor moet uitgeschakeld worden wanneer de machine buiten de te bewerken zone op een motorvoertuig of op een aanhangwagen getransporteerd wordt. agria cirkelmaaier 8000 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen Blijf altijd op een veilige afstand van draaiende werktuigen! Voorzichtig met nalopende werktuigen. Wachten tot het werktuig helemaal stil staat! Bij werkzaamheden met extern aangedreven machineonderdelen bestaat de kans op beknellingen en andere verwondingen! Het is niet toegestaan tijdens de werkzaamheden mee te rijden op de maaier. Instelling van het motortoerental niet veranderen. Een verhoogd toerental vergroot de kans op ongelukken. Arbeids- en gevarenbereik De gebruiker is op de werkplek tegenover derden verantwoordelijk. Blijf buiten het gevarenbereik van de cirkelmaaier. Controleer voor het starten en wegrijden de omgeving van de maaier. Let vooral op kinderen en dieren! Voordat met de werkzaamheden begonnen wordt, dienen obstakels uit de weg te worden geruimd. Let ook tijdens de werkzaamheden op obstakels en haal ze tijdig weg. Bij werkzaamheden op omheinde plaatsen dient de veiligheidsafstand tot de omheining in acht genomen te worden, zodat de machine niet beschadigd wordt. Bediening en veiligheidsmaatregelen Voor de werkzaamheden Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van alle installaties en bedieningscomponenten, alsmede van het functioneren ervan. In het bijzonder dient u te weten hoe u de motor in geval van nood snel en veilig afzet. Controleer of alle veiligheidsmaatregelen zijn getroffen en in de juiste positie zijn gebracht. Starten Start de motor niet in afgesloten ruimtes. De uitlaatgassen bevatten koolmonoxyide, dat zeer giftig is wanneer het ingeademd wordt. Voor het starten van de motor dienen alle bedieningselementen in stand ‘neutraal’ te worden gezet. Voor het starten van de motor niet vóór de cirkelmaaier gaan staan. Tijdens de werkzaamheden Tijdens de werkzaamheden mag de stuurstang nooit worden losgelaten. Bedieningsstang tijdens de werkzaamheden nooit verstellen – ongevalsrisico! Neem bij alle werkzaamheden met de cirkelmaaier die afstand van de machine in acht, waartoe u door de stuurstang gedwongen wordt, vooral bij het nemen van bochten! Het is niet toegestaan tijdens de werkzaamheden en het transport op de machine mee te rijden. Wanneer het snijwerktuig vastzit, moet de motor worden afgezet en dient het snijwerktuig met passend gereedschap te worden schoongemaakt. agria cirkelmaaier 8000 9 1 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen 1 Indien de cirkelmaaier beschadigd is, moet de machine onmiddellijk worden gestopt en de motor worden afgezet. Laat de schade direct herstellen! Bij een defect aan de stuurinrchting de cirkelmaaier meteen stoppen en de motor afzetten. Laat het defect direct repareren! Wanneer op hellend terrein wordt gewerkt verdient het aanbeveling, de cirkelmaaier met een trekkabel of een trekstang vast te houden, om te voorkomen dat de machine wegschuift. De bestuurder moet zich heuvelopwaarts van de machine bevinden en dient voldoende afstand te houden tot de werktuigen! Werk indien mogelijk dwars op de helling! Beëindigen van de werkzaamheden Laat de cirkelmaaier nooit onbeheerd achter als de motor nog loopt. Zet de motor af voordat u de maaier verlaat. Sluit daarna de brandstofkraan. Tref de nodige voorzorgsmaatregelen om gebruik door onbevoegden te verhinderen. Haal de contactsleutel uit het contact (indien aanwezig) of trek de bougiekap eruit. Maai-inrichting De scherpe kant van de maaimessen kan bij onoplettendheid aanzienlijke verwondingen veroorzaken! Onderhoud en reiniging Pleeg geen onderhouds- en reinigingswerkzaamheden aan de machine met lopende motor. Bij werkzaamheden aan de motor dient de bougiekap altijd te worden verwijderd (alleen bij benzinemotoren). Zijn bepaalde beschermingsinrichtingen of werktuigen aan slijtage onderhevig, dan moeten deze regelmatig gecontroleerd en eventueel vervangen worden! Beschadigde messen moeten vervangen worden! Gebruik bij het vervangen van de messen passend gereedschap en drag veiligheidshandschoenen. Zorg ervoor dat de cirkelmaaier schoon blijven, om brandgevaar te vermijden. Moeren en schroeven regelmatig controleren of ze vast zitten en eventueel aandraaien. Na de onderhouds- en reinigingswerkzaamheden dienen de beschermingsinrichtingen weer te worden aangebracht en in oorspronkelijke positie te worden teruggebracht. Altijd originele agria-reserveonderdelen gebruiken. Andere reserveonderdelen moeten kwalitatief gelijkwaardig zijn en overeenkomen met de door de firma agria vastgelegde technische eisen. Let er bij het vervangen van de maaimessen op dat de schroefbeweging van de richting van de snijkanten af beweegt. Draag bij het slijpen van de messen een veiligheidsbril en handschoenen. 10 agria cirkelmaaier 8000 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen Na gebruik wegzetten Het parkeren van de cirkelmaaier in ruimtes met open kachels is verboden. In geval van contact met de ogen meteen met veel water uitspoelen. Vermijd het inademen van de dampen. Lees de aanwijzingen op de verpakking! Parkeer de cirkelmaaier niet in gesloten ruimtes wanneer zich nog brandstof in de brandstoftank bevindt. Benzinedampen zijn gevaarlijk. Maak gebruikte spuitbussen (starthulpmengsel e.d.) helemaal leeg op een vonk- en vlamvrije plaats voordat u deze weggooit, eventueel als klein chemisch afval behandelen. Motor, brandstof en olie Voorzichtig bij het aftappen van hete olie, er bestaat verbrandingsgevaar. Laat de motor niet in een gesloten ruimte lopen vanwege verhoogde kans op vergiftiging! Vervang defecte uitlaatpijpen daarom ook altijd direct. Gebruik altijd olie van voorgeschreven kwaliteit. Bewaar de olie alleen in daarvoor bestemde kannetjes. Wees voorzichtig met brandstof vanwege het brandgevaar. Vermijd open vuur, vonken en hete motoronderdelen tijdens het bijvullen van brandstof. Vul geen brandstof bij in gesloten ruimtes. Niet roken tijdens het tanken! Tank alleen met uitgeschakelde en afgekoelde motor. Zorg ervoor dat u geen brandstof morst, gebruik een passende trechter. Olie, brandstof, vet en filters gescheiden en volgens de voorschriften verwerken. Elektrische installatie Dragers van een pacemaker mogen de stroomvoerende onderdelen van het ontstekingssysteem niet aanraken wanneer de motor loopt! Mocht er toch brandstof zijn gemorst, schuif dan de cirkelmaaier aan de kant voordat u de motor start. Gebruik alleen brandstof van voorgeschreven kwaliteit. Bewaar de brandstof alleen in daarvoor bestemde blikken. Vloeistoffen die onder hoge druk ontsnappen zoals bijv. brandstof, kunnen de huid binnendringen en ernstige verwondingen veroorzaken. Waarschuw direct een arts! Houd corrosiewerende middelen en stabilisatoren altijd buiten het bereik van kinderen. Bij misselijkheid en braakneigingen direct een arts waarschuwen. agria cirkelmaaier 8000 11 1 1. Veiligheidstechnische aanwijzingen 1 Œ  Ž   ‘ ’ “ ” • Beschrijving van de waarschuwingssymbolen Pas op: Œ Vóór de ingebruikname, de hand- ’ Gevaar omwille van leiding en de veiligheidsaanwijzingen lezen en in acht nemen. Voor reinigings-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden motor afzetten en bougiekap eruit trekken.  Enkel bijtanken wanneer de motor afgezet en afgekoeld is. Geen open vuur! Niet roken! weg-slingerende delen bij draaiende motor - Veiligheidsafstand van min. 30 m in acht nemen. “ Kantelgevaar! Op geen hellingen van meer dan 20° te rijden. ” Bij werkzaamheden met de machine moeten individuele gehoorbeschermingen en een veiligheidsbril worden gedragen. Ž De uitlaatgassen van de motor be- • Motoroliepeil vatten ademhalingsvergift - Afstand houden. Laat de motor niet draaien in een gesloten ruimte.  Hete onderdelen (bv. motor, vooral uitlaat) – afstand houden. Alleen aanraken wanneer ze afgekoeld zijn. minstens om de 8 bedrijfsuren controleren. Draag altijd stevige schoenen. Veiligheidshandschoenen gebruiken.  Tijdens de werking, voldoende afstand houden van de maaimessen. ‘ De machineonderdelen enkel aanraken wanneer ze volledig tot stilstand gekomen zijn. 12 agria cirkelmaaier 8000 2. Technische gegevens 2.1 Cirkelmaaier: type 8000 511 Werkbreedte : ............................................................................................. 53 cm Motor: viertaktmotor benzine OHV .................................. Honda GCV190 vermogen max.: bij 3600 min-1 .................................................. 4,8 kW (6,5 PS) koppel: ............................................... max. 13,7 Nm bij 2500 min-1 minimaal toerental onbelast: ............................. 1550 - 1850 min-1 maximaal toerental onbelast: ............................. 3000 ± 100 min-1 brandstof: ... normale benzine; inhoud brandstoftank...0,91 liter brandstofverbruik .......................................................... 310 g/kWh luchtfilter: ...................................................................... droog filter bougie: ..................................... NGK BPR6ES; BOSCH WR7DC motorolie: ..................................................... hoeveelheid ca. 0,55 l SAE 10 W-40, klasse SG, SF (of hogere kwaliteit) Maaiaandrijving: ............................. V-snaarkoppeling met ingebouwde mesrem .......................................................... Sikkelmes met mulchfunctie Rijaandrijving: .................................... wormwielaandrijving, met klauwkoppeling transmissieolie SAE 90 Rijsnelheden: .......................................................................................... 2,4 km/h Loopwielen: Rubber, AS-profiel ........................................... Ø320 mm x 85 mm V-snaar: Stuurstang: rijaandrijving ............................................... 10x 475Li (ZX 497Lw) maaiaandrijving .......................................... 13x1400Li (A1430Lw) ................................... zonder gereedschap in hoogte verstelbaar Gebruik op hellingen: ............................................................................. max. 20° Geluidsniveau (waargenomen door de bestuurder) conform de EN 11201: ....... ................................................................................. LpA= 82,3 dB Geluidswaarde conform de EN ISO 3744:1995 gemeten: ................................................................. LWA= 91,2 dB gewaarborgd: ............................................................. LWA= 92 dB Trillingsniveau conform de ISO 5349, EN836 + A1+ A2: ....................... 2,8 m/s2 Snijvermogen: .................................. Halmgras tot dun, niet houten struikgewas Snijhoogte .................................................................... ca. 50 mm und 75 mm Gewicht: ............................................................................................... 70 kg Afmetingen: ................................................................................... l = 1500 mm .................................................................................... b = 660 mm .................................................................................... h = 960 mm ............................................................ Transporthoogte = 660 mm agria cirkelmaaier 8000 13 2 3. Machine- en bedieningselementen De cirkelmaaier agria type 8000 is geschikt voor het maaien van gras en gelijkaardige planten, zoals dun niet houten struikgewas, in de land- en bosbouw en voor het onderhoud van groene zones en aanplantingen. Hij is echter niet geschikt voor grasperken in parken!(gebruik conform de bestemming). Stationaire toerental Het stationaire toerental van de motor moet juist zijn afgesteld. Wanneer de toerentalhendel tegen de eindaanslag in stationaire positie staat, moet de motor bij laag toerental zonder problemen blijven lopen. Luchtfilter 3.1 Motor 3 l De viertakt benzinemotor wordt aangedreven met normaal verkrijgbare benzine (zie ook blz. 4: geadviseerde brandstof). Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inrijperiode) mag de motor niet tot het maximum worden belast. Ook na de inrijperiode mag u als regel niet meer gas geven dan nodig is. Hoge toerentallen kunnen de motor beschadigen en de levensduur aanzienlijk beperken. Dit geldt vooral als de motor onbelast draait! Laat de motor nooit over z’n toeren draaien, daardoor kan de motor direct defect raken. I Koeling De motor wordt gekoeld met een ventilator. Zorg ervoor dat geen vuil of bladerresten in de koelluchtzeef op de repeteerstarter en de koelribben van de cilinder worden aangezogen. Het luchtfilter reinigt de aangezogen lucht. Een vervuild luchtfilter kan het motorvermogen ongunstig beïnvloeden. Ontsteking De motor is uitgerust met een onderhoudsvrije, contactloze elektronische ontsteking. Het is aan te bevelen, de noodzakelijke controles door een vakman te laten uitvoeren. Choke De chokebediening is in de toerentalregelaar ingebouwd. Voor het starten met koude motor moet de choke worden gesloten. Voor het starten met warme motor en in de bedrijfspositie moet de choke geopend zijn. Brandstofkraan De brandstofkraan (B/11) bevindt zich aan de carburateur. 14 agria cirkelmaaier 8000 3. Machine- en bedieningselementen 3.2 Toerentalhendel (Motor-uit-schakelaar) Met de toerentalhendel (A/3) aan de stuurstang wordt behalve de traploos toerental-regulering ook de choke en de motor-uit-schakelaar bediend. Schakelposities zie afb. De toerentalhendel functioneert eveneens als nood-uit-schakelaar. In noodsituaties waarin snel handelen vereist is, moet deze in de positie ‘STOP’ gebracht worden! I 3.3 Veiligheidsschakeling De cirkelmaaier is voor de maaiaandrijving en de rijaandrijving uitgerust met veiligheids-koppelingshendels. l STOP-positie: Door het loslaten van de koppelingshendel (respectievelijk A/1 of A/2) wordt de overeenkomstige aandrijving uitgeschakeld. De koppelingshendels dienen ook als nood-uit-schakelaar. In gevaarlijke situaties, waarin de machine onmiddellijk moet worden stopgezet, dienen de koppelingshendels te worden losgelaten, ze draaien dan automatisch in „STOP“ positie! - de maai- en rijaandrijving wordt uitgeschakeld. I 3.4 Rijaandrijving De rijaandrijving gebeurt via de transmissie aan de wielen. De schakeling wordt met de koppelingshendel (A/2) aan het stuur uitgevoerd. De wielen zijn uitgerust met een kogel-vrijloopkoppeling om de hantering in bochten te vergemakkelijken. agria cirkelmaaier 8000 15 3 3. Machine- en bedieningselementen 3.5 Maaiaandrijving Het maaimechanisme wordt aangedreven door middel van een V-snaaroverbrenging en V-snaarkoppeling. De schakeling wordt met de koppelingshendel (A/1) aan het stuur uitgevoerd. Het maaimechanisme bestaat uit een sikkelmes en is met een mesrem -veiligheidsinrichting- uitgerust. De stompe snijkanten kan men naslijpen en lichte verbuigingen kunnen recht gemaakt worden. Sterk beschadigd of verbogen mes door een nieuw vervangen. De cirkelmaaier pas in werking zetten wanneer het mes juist geplaatst en bevestigd is en wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! W 3 3.6 Maaibediening De maaiaandrijving wordt ingeschakeld door aan de koppelingshendel (A/1) op de stuurgreep te trekken. De koppelingshendel is uitgerust met een blokkeerbeugel, waardoor het ongewenste aanzetten wordt verhinderd. Vooraleer aan de koppelingshendel te trekken (A/1) dient de blokkeerbeugel te worden ingedrukt. De maaiaandrijving wordt uitgeschakeld door de koppelingshendel (A/1) los te laten - veiligheidsapparaat - en wordt door de mesrem heel snel afgeremd. 0 A/1 A/3 3.7 Rijbediening A/2 0 De rijaandrijving wordt ingeschakeld door aan de koppelingshendel (A/2) op de stuurgreep te trekken. De rijaandrijving wordt uitgeschakeld door de koppelingshendel (A/2) los te laten - veiligheidsapparaat. 3.8 Schakelbeugel Met de schakelbeugel (A/3) kunnen beide aandrijvingen samen worden ingeschakeld. Vóór het aanzetten, blokkeerbeugel aan de koppelingshendel (A/1) voor de maaiaandrijving indrukken. De rij- en maaiaandrijving wordt uitgeschakeld door de schakelbeugel (A/13) los te laten. 16 agria cirkelmaaier 8000 3. Machine- en bedieningselementen A/5 A/6 Transportpositie A/7 3 C 3.9 Stuurstang Het stuur regelen: 1 Klemschroef A (A/6) ca. 1 draaiing lossen (tegen de wijzers van de klok in) 2 Aanslagbout B (A/7) ca. 3 draaiingen lossen (tegen de wijzers van de klok in) 3 Het stuur (A/5) op de gewenste hoogte of helemaal naar voren in de transportpositie draaien en axiaal verschuiven tot de positiepijl C de twee gaatjes aanwijst 4 Aanslagbout B vastdraaien, ca. 3 draaiingen in de richting van de wijzers van de klok 5 Klemschroef A vastdraaien, ca. 1 draaiing in de richting van de wijzers van de klok. 3.10 Transportpositie A/5 Motor afzetten, bougiekabel verwijderen. Beschermingshandschoenen dragen. W Het stuur (A/4) kan in een plaatsbesparende transportpositie gedraaid worden l Stuurstang èhoofdstuk 3.9 De cirkelmaaier enkel in werking zetten wanneer het stuur in werkpositie staat! W agria cirkelmaaier 8000 17 3. Machine- en bedieningselementen 3.11 Snijhoogte W 1 2 3 4 3 Motor afzetten, bougiekabel verwijderen. Beschermingshandschoenen dragen. De snijhoogte wordt ingesteld door de twee glijvlakken (A/13) te verstellen die aan het omhulsel met schroeven bevestigd zijn. Glijvlak Schroef vooraan Schroef achteraan Zadelring Er kunnen twee verschillende snijhoogtes ingesteld worden. l Basispositie: I = ca. 50 mm l Bovenste Snijhoogte: II = ca. 75 mm Instelling: l Schroef vooraan (2) een beetje losdraaien l Schroef achteraan (3) losdraaien en er volledig uitschroeven l Glijvlak in de volgende positie draaien en schroef achteraan (3) door het glijvlak en de zadelring in het overeenkomstige gat aan het omhulsel steken l van de binnenkant van het omhulsel de borgmoer met ring erop schroeven en vastdraaien l Schroef vooraan (2) vastdraaien l dezelfde verstellingsstappen aan het andere glijvlak uitvoeren. I De twee glijvlakken moeten op dezelfde hoogte ingesteld zijn. 3.12 Staafhandvaten A B Om op te tillen, de machine te verladen en om het touw aan te hangen voor werken op hellingen zijn de staafhandvaten A en B voorzien. Enkel goed functionerende verladingsriemen gebruiken! Nooit onder hangende ladingen lopen of blijven staan. Levensgevaar! W 18 agria cirkelmaaier 8000 4. Ingebruikname en bediening 4.1 Eerste ingebruikname De levensduur en de bedrijfsveiligheid van de motor hangt grotendeels af van het rijgedrag tijdens de inrijperiode. Laat een koude motor altijd eerst een paar minuten warm draaien en belast de motor niet direct tot het maximum. Laat de motor tijdens de eerste 20 bedrijfsuren (inrijperiode) nooit op volle toeren draaien. Onderhoud het filter goed en zorg voor schone brandstof. Gebruik alleen merkbenzine. Gebruik alleen verse en schone brandstof (niet ouder dan drie maanden), alleen goedgekeurde, in de vakhandel verkrijgbare brandstofjerrycans gebruiken. Verroeste jerrycans of nietbenzinedichte kunststof jerrycans mogen niet gebruikt worden. Om startproblemen te voorkomen moet de brandstoftank voor de eerste ingebruikname of na een periode van langere stilstand volgetankt worden. Wees voorzichtig met brandstof. Benzine is licht ontvlambaar en onder bepaalde omstandigheden explosief! l Tank nooit in afgesloten ruimtes. l Alleen tanken met afgezette en afgekoelde motor. l Tank nooit in de omgevingvan open vuur, vonken of hete motoronderdelen. l Niet roken tijdens het tanken! l Mors geen brandstof, gebruik een passende trechter. De brandstoftank niet tot aan de rand voltanken maar tot ca. 5 mm onder de rand, zodat de brandstof nog kan uitzetten. I Let op: motor wordt vanuit de fabriek zonder motorolie geleverd! Vul motorolie bij voordat de machine in gebruik wordt genomen Let ook op de aanwijzingen in de handleiding van de motor! agria cirkelmaaier 8000 19 4 4. Ingebruikname en bediening De cirkelmaaier pas in werking zetten wanneer wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! W ? ok Œ 4.2 Motor starten W  Wees voorzichtig met het starten van de motor in gesloten ruimtes. De uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, dit is zeer giftig wanneer het ingeademd wordt. Ž ? ok Kom niet te dicht bij aangekoppelde werktuigen.  ? ok Beschermingsmaatreelin zijn getroffen? Œ Motoroliepeil controleren.   Bougiekap plaatsen. 44 Ž Luchtfilter schoon? ‘  Voldoende brandstof in de brandstoftank? 2/3 ’ 0 Brandstofkraan openen. ‘ Koude motor: Toerentalhendel (A/3) in positie CHOKE brengen warmer Motor: Toerentalhendel op 2/3 gas zetten “ ’ De twee koppelingshendels (A/1 + A/2) in positie "0" “ Motor buiten het gevarenbereik starten ” ” Na het starten de toerentalhendel in positie "min" brengen 20 agria cirkelmaaier 8000 4. Ingebruikname en bediening 4.3 Afzetten van de motor Œ 0 Œ De twee koppelingshendels (A/1 + A/2) in positie "0"  6 30 sec.  Toerentalhendel (A/3) in positie "min" zetten en de motor ca. 30 seconden laten draaien Ž Ž Toerentalhendel (A/3) in positie "STOP"   Brandstofkraan (B/11) sluiten.   Bougiekap (B/8) verwijderen - Machine beveiligen 4 tegen en gebruik door onbevoegden. W W I De motor laten afkoelen, alvorens in een binnenruimte op te slaan. I De toerentalhendel dient ook als noodstop schakelaar. Indien nodig hendel in positie ‘STOP’ brengen, de motor springt af. Voor het afzetten van de motor mag de choke-hendel niet in positie CHOKE worden gebracht – brandgevaar! Wanneer de motor gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, kan deze beter niet met de motor-uit-schakelaar worden uitgeschakeld. Sluit in dat geval de brandstofkraan en laat de motor zo lang lopen tot deze door gebrek aan brandstof vanzelf tot stilstand komt. Dan is de carburateur leeg en kan geen verharsing optreden. agria cirkelmaaier 8000 21 4. Ingebruikname en bediening 4.4 Rijden Œ Œ Motor starten zoals beschreven onder “Ingebruikname”   Gehoorbescherming gebruiken en draag altijd stevige schoenen Ž 1/2 ŽToerentalhendel (A/3) op ca. 1/2 gas zetten  Rijaandrijving inschakelen  - Aan de koppelingshendel (A/2) op het handvat trekken  Toerentalhendel bedienen naar gelang de rijsnelheid 44 Œ 4.5 Stoppen 0 Œ Rijaandrijving uitschakelen - Koppelingshendel (A/2) loslaten  22  Toerentalhendel (A/3) op "min" zetten agria cirkelmaaier 8000 4. Ingebruikname en bediening 4.6 Maaien Œ Œ Motor starten zoals beschreven onder ‘motor starten’  Gehoorbescherming en veiligheidsbril gebruiken  Ž en draag altijd stevige schoenen ŽToerentalhendel (A/3) in positie "max" zetten  Maaiaandrijving inschakelen max  1. Blokkeerbeugel indrukken 2. 1.  2. Trekken aan de koppelingshendel (A/1) op het handvat: Langzaam aan de hendel trekken tot twee derden van de hefhoogte, zodat de maairotor voldoende tijd heeft om te beginnen draaien en zodat de motor niet stilvalt. Het starten van de maairotor gaat gedeeltelijk gepaard met het schuiven van de V-snaar en het daarmee verbonden geluid. Zodra de maairotor in beweging gezet wordt, de koppelingshendel volledig tegen het handvat trekken. gnu weB tz es g tsi  Rijaandrijving inschakelen Œ0 0 l Trekken aan de koppelingshendel (A/2) op het handvat:. Wanneer met de maaier gekeerd of achteruit gereden wordt, is het niet nodig de maaiaandrijving uit te schakelen, om de energie van de draaiende rotoren niet onnodig te verspillen. I 4.7 Stoppen Œ Maaiaandrijving en rijaandrijving uitschakelen l De twee koppelingshendels loslaten (A/1 en A/2)  Ž  Toerentalhendel (A/3) in positie "min" zetten Na het beëindigen van de maaiwerkzaamheden of als de maaimachine verstopt is: Rijaandrijving uitschakelen- de maaier blijft staan, de maairotor blijft echter in beweging en snijdt zich vrij, vervolgens de maaiaandrijving uitschakelen I ŽMotor afzetten agria cirkelmaaier 8000 23 4 4. Ingebruikname en bediening Gevarenzone 4.8 Gevarenzone Het is verboden in het gevarenzone van de maaier te vertoeven tijdens het starten en tijdens de werkzaamheden. W De gebruiker is verantwoordelijk voor ongevallen en gevaren die zich voordoen met betrekking tot andere personen of voorwerpen. Daarom dient de gebruiker erop te letten dat alle personen en dieren zich op een veilige afstand van minstens 30m bevinden. Markeer voordat met de maaiwerkzaamheden begonnen wordt, het te maaien oppervlak. Neem een veiligheidsmarge met een afstand van ten minste 30 m in acht (zie afb.). 4 Uit de waarschuwingsaanduidingen moet blijken dat zich binnen dit bereik geen personen mogen bevinden. Wanneer zich personen of dieren binnen dit bereik ophouden, moet de machine direct worden uitge-schakeld. De machine mag niet eerder weer worden gestart voordat het bereik vrij is. Voordat met de werkzaamheden begonnen wordt, dienen obstakels uit de weg te worden geruimd. Let ook tijdens de werkzaamheden op obstakels en haal ze tijdig weg. Voor het starten, de onmiddellijke omgeving controleren (kinderen). Œ Maaioppervlak  Veiligheidszone Ž Waarschuwingsaanduidingen 24 agria cirkelmaaier 8000 4. Ingebruikname en bediening 4.9 Maaien op hellingen W max 20° Maaien op vlak terrein Maaien op hellingen Keine Hanglagen größer als 20° befahren - Kantelgevaar! n i nerh Wanneer op hellend terrein wordt gewerkt verdient het de aanbeveling, dat de cirkelmaaier door een begeleider met een trekkabel of een trekstang wordt vastgehouden, om te voorkomen dat de machine wegschuift. De begeleider moet zich heuvelopwaarts van de machine bevinden en dient voldoende afstand te houden tot de werktuigen! Werk indien mogelijk dwars op de helling! 4 agria cirkelmaaier 8000 25 4. Ingebruikname en bediening 4.10 Aanwijzing bij het maaien/mulchen De cirkelmaaier is bestemd voor het onderhoud van onregelmatig te maaien grasperken. De mulchmachine snijdt de begroeiing in kleine stukken, die ter plekke gelijkmatig worden rondgestrooid. Het resterende gras blijft zo niet op één enkele plaats liggen en dient bovendien als natuurlijke meststof. Handelwijze bij het mulchen Mulchfrequentie: Het mulchen dient 3 - 4 x per jaar te worden uitgevoerd. Het eerste mulchen dient bij het begin van de vegetatieperiode te worden uitgevoerd en het laatste mulchen aan het einde van de vegetatieperiode. Het overige mulchen is afhankelijk van de omstandigheden voor de grasgroei. Mulchprocedure: Gras met een hoogte tot 25 cm in één werkfase mulchen – de maaihoogte instellen volgens de kwaliteit van de grasbegroeiing. Gras met een hoogte van meer dan 25 cm in twee werkfasen mulchen, zie afb. Voor de eerste werkfase de maaihoogte in de hoogste positie II instellen, zie hoofdstuk 3.9 è pagina 18. In de tweede werkfase kan de maaihoogte worden verlaagd in stand I. 4 1ste werkfase 2de werkfase Indien het te maaien oppervlak te dicht, doorgroeid, onderaan rottend is of plat ligt, dient de werkbreedte van de maaier overeenkomstig te worden verminderen, zodat het snijdsel niet voor de maaier opgehoopt wordt. Indien dit toch zou gebeuren, de rijaandrijving uitschakelen, zodat de maaier het opgehoopte snijdsel kan uitwerpen. Indien de machine toch verstopt geraakt, dienen de rij- en maaiaandrijving te worden uitgeschakeld, de motor afgezet en de ruimte te worden gereinigd. De maaihoogte wordt bepaald door de glijvlakken. De glijvlakken lopen evenredig met het terrein. Daardoor is het mogelijk dat bij het maaien van zeer oneffen terreinen, de snijhoogte niet evenredig uitvalt over het gehele terrein. Tijdens het maaien erop letten dat de glijvlakken altijd tegen de grond liggen. 26 agria cirkelmaaier 8000 5. Onderhoud en reparatie Behalve het opvolgen van de bedieningsvoorschriften is het bovendien van groot belang dat u aandacht besteed aan de volgende aanwijzingen omtrent onderhoud en reparatie. Let op: voer onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen uit met een afgezette motor en wanneer de bougiekap verwijderd is! Draag bij werkzaamheden aan de maaimessen altijd veiligheidshandschoenen! 5.1 Motor Onderhoud en reparatie bij de motor 5.2 Reinigen van het luchtrooster 5.4 Uitlaat Na langer gebruik kan het koelsysteem door vuil verstopt raken. Ter vermijding van oververhitting en motorschade: 5 l Reinig het luchtrooster (B/3) regelmatig om oververhitting en schade aan de motor te voorkomen. Controleer het rooster voor iedere ingebruikname. 5.3 Luchtkoelsysteem Inwendige koelribben en vlakken tenminste iedere 100 bedrijfsuren (bij sterke stofvorming eerder), of ten laatste op het einde van het seizoen, reinigen. Daartoe het ventilatorhuis (B/12) eraf nemen. è - Serviceç W Omgeving van de uitlaat (B/9) regelmatig schoonmaken. Haal gras, vuil en brandbare dingen weg. W - Brandgevaar! Voor iedere inbedrijfname controleren. 5 5.5 Toerentalbediening De toerentalbediening moet op de juiste manier zijn ingesteld. De motor moet met juist toerental gestart worden, functioneren en worden afgezet. è - Serviceç De geluidsdemper van de motor wordt tijdens de werkzaamheden zeer heet – geluidsdemper niet aanraken! agria cirkelmaaier 8000 27 5. Onderhoud en reparatie 5.6 Transmissie D l De rijtransmissie is gevuld met permanente cardanolie SAE 90. l Tijdens elke reiniging controleren of de transmissie geen olie verliest. De controle gebeurt door de twee “kijkgaten” in het achterste deel van de behuizingskap (D/6). l Indien een olielek vastgesteld wordt, dient dit onmiddellijk te worden gerepareerd. è - Serviceç 5.7 Wielen E 1 2 3 5 A/11 4 l Wielen op het einde van het seizoen van de as monteren en reinigen. l Het binnenste gedeelte van de naaf (E/1) opnieuw opvullen met vet van goede kwaliteit. l Het kopvlak van het kogelwiel (E/2) en de oppervlakten van de vrijloopkoppeling (E/3) invetten. l Monteer de wielen (A/15) met de profielpunten in de rijrichting (van boven op de wielen gezien), zodat de trekprestaties volledig worden benut. l De moer (E/4) niet aanhalen tot aan de aanslag - het wiel moet draaien met een beetje speling. l De moer met een nieuwe splitpen vastzetten. 5.8 Bowdenkabels l De bowdenkabels smeren met silicoonolie. 5.9 Beschermdoeken A/16 bzw. D/11 A/11 28 Het beschermingsdoek vooraan (A/11) en de beschermdoek achteraan(A/16 of D/11) voor iedere ingebruikname controleren, beschadigde onderdelen vervangen. Machine alleen in gebruik nemen wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! W agria cirkelmaaier 8000 5. Onderhoud en reparatie 5.10 Vervangen van het mes W Motor afzetten, bougiekabel verwijderen! Beschermingshandschoenen dragen l De mesbout (F/1) eruit schroeven, de ringen (F/2, F/3) en schotelveer (F/4) eraf nemen – bij het uittrekken van de mesbout (F/1) het sikkelmes (F/5) vasthouden en dan de schroef volledig naar beneden eruit trekken. F l Het sikkelmes eruit nemen. l Het stompe mes kan nageslepen worden en lichte verbuigingen kunnen recht gemaakt worden.- Sterk beschadigd of verbogen mes door een nieuw vervangen. l De montage in omgekeerde volgorde uitvoeren - op de juiste centrering van de schotelveer (F/4) door de centreerring (F/3) letten, de mesbout met 70 Nm vastdraaien. l De borgring (F/2) dient door een nieuwe te worden vervangen 5 1 2 3 4 5 6 Messchroef Borgring Centreerring Schotelveer Sikkelmes Mesnaaf agria-bestel nr. zie blz. 36 W De mulcher niet gebruiken wanneer het mes niet volledig aangebracht is en goed vastzit! Enkel originele vervangstukken van de fabrikant gebruiken. 5.11 Bijslijpen van de maaimessen W Veiligheidsbril en beschermingshandschoenen dragen Na het bijslijpen het sikkelmes uitbalanceren è - Serviceç agria cirkelmaaier 8000 29 5 5. Onderhoud en reparatie 5.12 V-snaarspanning voor Rijaandrijving D l De onderste afdekplaat (D/5) eraf nemen l De moeren losdraaien (D/2) l De V-snaar voor de rijaandrijving (D/9) met behulp van de moer (D/3) zodanig opspannen dat de V-snaar nog ongeveer 10 – 15 mm kan doorgeduwd worden en de V-snaar voor de maaiaandrijving (D/8) los blijft l Moeren (D/2) weer vastdraaien l Afdekplaat (D/5) weer aanbrengen De V-snaar niet opspannen als de moeren (D/2) niet losgedraaid zijn! I G 5.13 Schakeling voor rijaandrijving 1 8 mm 2 l De instelling moet zodanig gebeuren dat de machine niet achteruit kan rijden als de rijaandrijving ingeschakeld is. l De instelling gebeurt met behulp van de stelschroef van de bowdenkabel (H/2) en de stelschroef aan de koppelingshendel (A/2). 5.14 Schakeling voor maaiaandrijving Regelmatig de instelling van de spanrol voor de maaiaandrijving controleren l De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) van de cirkelmaaier nemen. 5 H Œ De bovenkant van de spanrol (G/1) moet ongeveer 8 mm onder het bovenste niveau van de behuizing liggen, indien niet, bijregelen door mechanische buiging.  Indien Machine alleen in gebruik nemen wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! W 30 de koppelingshendel voor de maaiaandrijving (A/1) volledig ingedrukt is, dient de spanrol (G/1) de V-snaar (D/8) voldoende op te spannen - de veer aan de trekkabel dient ongeveer 2 mm in verhouding tot de losse toestand te worden voorgespannen - de trilling van de rol dient met behulp van de stelschroef van de bowdenkabel (H/1) en de stelschroef aan de koppelingshendel (A/2) te worden verholpen. l De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) opnieuw aanbrengen. agria cirkelmaaier 8000 5. Onderhoud en reparatie 5.15 Vervangen van het V-riem D è - Serviceç l Plastieken afdekplaat vooraan (A/9) en onderste afdekplaat (D/5) afnemen l Moeren (D/2 en D/3) losdraaien l Motor in richting van de mes-as verschuiven l V-snaar voor rijaandrijving (D/9) eruit nemen l V-snaarspaninrichting (D/4) eraf nemen l V-snaar voor maaiaandrijving (D/8) uit de riemschijf (D/10) nemen l Riemschijf (G//2) van de mes-as uit de naaf verwijderen (Schroef M6, 3 moeren M6) G 1 l V-snaar voor maaiaandrijving (D/8) eruit nemen 2 l Montage uitvoeren in omgekeerde volgorde l V-snaar voor rijaandrijving opspannen (èzie V-snaarspanning voor rijaandrijving) l Installatie van de spanrol controleren (èzie schakeling voor maaiaandrijving) l Plastieken afdekplaat vooraan (A/9) en onderste afdekplaat (D/5) weer aanbrengen 5 5 5.16 Mesrem W Gebruik alleen originele speciale agria-V-snaren! Machine alleen in gebruik nemen wanneer alle beschermingsinrichtingen zich in beschermende positie bevinden en goed functioneren! De stoptijd van het sikkelmes voor iedere ingebruikname controleren – veiligheidsinrichting-. Indien de stoptijd meer dan 7 seconden bedraagt nadat de maaiaandrijving vanuit een max. motortoerental werd uitgeschakeld, is vermoedelijk de remband defect of versleten en dient deze te worden vervangen. è - Serviceç De remband bevindt zich achter de riemschijf (G/2). l De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) eraf nemen l De remband vervangen l De plastieken afdekplaat vooraan (A/9) opnieuw aanbrengen l De stoptijd van de sikkelmessen controleren. agria cirkelmaaier 8000 31 5. Onderhoud en reparatie Œ 5.17 Algemeen Œ Let op het verliezen van brandstof en olie, eventueel opruimen.   Schroeven en moeren regelmatig controleren, eventueel natrekken. 5.18 Reiniging Machine Na een schoonmaakbeurt met een hogedrukreiniger moeten de smeerplaatsen aan de machine meteen worden gesmeerd, en de machine dient kort te worden ingeschakeld, zodat het binnengedrongen water eruit geslingerd wordt. De lagers moeten voorzien zijn van een vetkraag die de lagers beschermt tegen het binnendringen van vuil, plantensappen en vocht. Motor Reinig de motor met een doekje. Vermijd het afspuiten van de motor met een sterke waterstraal, vocht in het ontstekings- en brandstofsysteem kan leiden tot storingen. 55 5.19 Verwijdering Wanneer de machine niet verder gebruikt wordt, dienen de resterende brandstof en de olievullingen in afsluitbare bakken te worden geloosd De machine, met de technische vloeistoffen, dient ter verwijdering naar een recyclagebedrijf te worden gebracht. 32 agria cirkelmaaier 8000 6. Storingen opsporen en verhelpen W Let op de veiligheidsaanwijzingen! Laat grotere problemen aan de machine of de motor altijd oplossen door de agria-vakgararage, deze beschikkt over het juiste gereedschap. Ondeskundige hulp kan grote schade veroorzaken. storing mogelijke oorzaak oplossing Motor start niet - Bougiekap is niet aangesloten - Choke-hendel niet in positie CHOKE - Brandstoftank leeg of slechte brandstof - Brandstofleiding verstopt - Bougie defect Bougiekap aansluiten Choke-hendel in positie CHOKE brengen Brandstoftank vullen met schone brandstof Brandstofleiding reinigen Bougie schoonmaken, afstellen of vervangen Bougie drogen, schoonmaken en starten met volgas Bevestigingsschroeven natrekken - Motor teveel brandstof (verzopen) - Valse lucht door losgelaten carburateur en aanzuigleiding Motor hapert af en toe - Motor loopt op choke - Contactkabel zit los - Brandstofleiding verstopt of slechte brandstof - Luchttoevoer in de brandstoftankdop verstopt - Water of vuil in het brandstofsysteem - Luchtfilter verontreinigd - Carburateur verkeerd afgesteld Motor wordt te heet - Te weinig motorolie - Ventilatiesysteem functioneert niet - Luchtfilter is verontreinigd - Carburateur is verkeerd afgesteld 6 pagina 20 19 BM BM Chokehendel in positie BEDRIJF brengen Bougiekap op de bougie vastklemmen, bougiekabel vastklemmen, bougiekab op de bougiekabel vastklemmen Brandstofleiding schoonmaken, schone brandstof tanken Brandstoftankdop vervangen Brandstof aftappen en schone brandstof tanken Luchtfilter schoonmaken of vervangen Carburateur afstellen Meteen motorolie bijvullen Luchtrooster schoonmaken, koelribben schoonmaken Luchtfilter reinigen Carburateur afstellen 20 19 ¬ BM BM ¬ ¬ BM 27 27 BM BM ¬ BM BM Motor haperingen bij hoge toerentallen - Ontsteking te krap afgesteld - Stationair toerental niet correct afgesteld Bougie afstellen Carburateur afstellen Motor slaat bij stationair toerental vaak af - Ontsteking te ruim afgesteld, Bougie defect - Luchtfilter verontreinigd - Carburateur niet correct afgesteld Bougie afstellen of vervangen BM Luchtfilter reinigen Carburateur afstellen BM BM Motor loopt onregelmatig - Regelstangen zijn verontreinigd, klemmen Regelstangen schoonmaken 34 agria cirkelmaaier 8000 ¬ BM 6. Storingen opsporen en verhelpen storing mogelijke oorzaak oplossing Motor springt in stoppositie niet af - Motor-uit-schakeling is niet correct Instelling trekkabel toerentalregeling controleren Motor levert te weinig vermogen - Luchtfilter verontreinigd - Cilinderkop los of afdichting beschadigd - Te weinig compressie Luchtfilter reinigen Cilinderkop aandraaien, afdichting vervangen Motor laten controleren Rijaandrijving - Koppelingshendel is of maainiet correct ingesteld aandrijving komt bij losgelaten koppelingshendels niet tot stilstand Schakeling voor rij- en maaiaandrijving instellen Teveel vibratie Bevestigingsbouten natrekken Motor direct afzetten! alle moeren en schroeven nalopen, beschadigde onderdelen vervangen, V-snaarspanning instellen Maaimes uitlijnen - Bevestigingsbouten zijn los -Maaimessen los, verbogen of niet correct ingesteld - Maaimes onbalans pagina ¬ BM BM ¬ ¬ ¬ 30 29, 32 29, 30, 32 ¬ 29 ¬ = Laat dit uitvoeren door een agria-vakgarage! BM = Motor-handleiding 6 agria cirkelmaaier 8000 35 Lak, slijtageonderdelen agria-bestel nr. Brandstof stabilisator: 79909 Brandstof stabilisator zak 5g 18103 Spuitlak berkengroen spuitbus 400 ml 71298 Spuitlak rood, RAL 2002 spuitbus 400 ml 50968 Spuitlak zwart spuitbus 400 ml Lak: Verschleißteile: 76199 Luchtfilterelement, set 75999 Bougie NGK BPR6ES; Bosch WR7DC 479075 Sikkelmes 53 cm 28821 Mesbout M12x1,5x30 Qual. 8.8 77312 Borgring SKM12 (voor mesbout) 479074 V-snaar voor maaiaandrijving 479073 V-snaar voor rijaandrijving 479080 Beschermingsdoek vooraan 479003 Beschermdoek achteraan 13x1400Li 10x475Li Let op: gebruik alleen de originele agria-V-snaren! 36 agria cirkelmaaier 8000 Onderhouds- en inspectietabel Steeds na bedrijfsuren A Veiligheidsschakelaar functie controleren Mesrem controleren Beschermdoeken controleren Luchtfilter controleren Koelluchtzeef reinigen Motoroliepeil controleren, eventueel bijvullen Omgeving van de uitlaat reinigen Maaimessen controleren Motorolie verversen, eerste keer, verdere keren Reinigen Schroeven en moeren controleren Luchtfilterinzet reinigen 5 min. 3mn min. 8 25 50 100 250 dl. jaarl. B K 15 K K K K 31 28 BM BM K K BM K K K K W K W K K W W Luchtfilter-papier-filterelement vervangen, indien nodig eerder! Bougie reinigen, elektrodenafstand afstellen Luchtkoelsysteem reinigen, indien nodig eerder! V-snaarspanning controleren V-snaar controleren Bougie vervangen Radnabe und Freilauf schmieren Bowdenkabels smeren Controleren of de transmissie geen olie verliest Brandstofslangen vernieuwen 6 A = B = BM = K = W = * = blz W W* 27 29 BM BM 32 32 BM BM W BM W 27 K W W W K W* 30 30 BM 28 28 28 BM voor iedere ingebruikname na iedere reinigingsbeurt Motor-handleiding controle- en onderhoudswerkzaamheden kunnen door de bestuurder zelf worden uitgevoerd servicewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een vakkundige garage na 2 jaar agria cirkelmaaier 8000 37 Aanduiding van de onderdelen Afb. B Motor HONDA GCV190 1 Brandstoftankdop 2 Startgreep 3 Luchtrooster 4 Olievulschroef, oliepeilstok 5 Luchtfilter 6 Carburateur, toerenregelaar 7 Identificatienummer motormodel 8 Bougie, bougiekap 9 Uitlaat met beschermingskap 10 Brandstoftank 11 Brandstofkraan 12 Ventilatorhuis 12 5 3 2 6 1 11 10 7 8 4 9 38 agria cirkelmaaier 8000 agria-Werke GmbH Bittelbronner Straße 42 D-74219 Möckmühl Tel. +49/ (0)6298 /39-0 Fax +49/ (0)6298/39-111 e-mail: [email protected] Internet: www.agria.de Uw agria dealer bij u in de omgeving:
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Agria 8000-53 de handleiding

Type
de handleiding