Gewone geleiding
Handleiding voor installatie, gebruik en onderhoud – GAHP A
31
6
7. Draai de knop met de wijzers van de klok mee om de andere
parameters in het menu te doorlopen; de codes verschijnen in
volgorde (vb. display "2._20", "2._21", ... "2._25" = parameters 20,
21 ... 25 in menu 2), ofwel de letter "E" (= verlaten) op het einde
van de lijst.
8. Selecteer de parameter in kwestie (bv met de code 161 in het
menu 3); door te drukken op de knop; op het scherm verschijnt
de waarde die eerder was toegewezen aan de parameter, al-
leen-lezen of in te stellen (bijv. de waarde "45" voor de parame-
ter 161 in het menu 3 = gewenste watertemperatuur ingesteld
op 45 °C); als in plaats daarvan een waarde/instelling een com-
mando is dan verschijnt er een knipperend symbool (bv. "reS1"
om de blokkering van de vlam te resetten).
9. Druk op de knop om de waarde opnieuw te bevestigen; of
draai aan de knop om de waarden te wijzigen, druk daarna op
de knop om de nieuwe waarde te bevestigen of in te stellen.
Als het echter een commando van een actie van het toestel
betreft, drukt u op de knop om dit commando uit te voeren.
10. Om een menu met parameters of de lijst met menu's te verla-
ten en naar het bovenliggende niveau terug te keren, draai aan
de knop tot de letter "E" verschijnt om te verlaten, druk daarna
op de knop.
11. Plaatst u de afdekking terug op het elektrische paneel en
brengt u het voorpaneel weer aan.
5.3 DE INSTELLINGEN WIJZIGEN
De instellingen wijzigen via DDC of CCP/CCI
Als het apparaat is aangesloten op de besturing DDC of de be-
sturing CCP/CCI raadpleeg dan om de instellingen te verande-
ren de betreende handleiding.
Het setpunt van de watertemperatuur verhogen/verlagen
Het setpunt van de watertemperatuur bepaalt de temperatuur van de
aanvoer naar de installatie (water op de uitlaat uit het toestel) of de re-
tour naar de installatie (water op de inlaat naar het toestel). De instel-
ling van de temperatuur wordt bij de inbedrijfstelling door de techni-
sche dienst vooraf vastgelegd.
Als het apparaat niet is aangesloten op een DDC of CCP/CCI
besturing voor het verhogen/verlagen van het instelpunt van
de watertemperatuur, door middel van de kaart S61, ga dan als
volgt te werk:
1. Toegang tot parameter "161" in menu 3 (= setpunt water-
temperatuur) door de knop in te drukken en te draaien; op
het display moet "3.161" verschijnen (procedure Paragraaf
5.2
p.30
).
2. Toont de waarde van de parameter door op de knop te druk-
ken; het display toont de tevoren ingestelde waarde (10 tot 65
°C); om de bestaande waarde te bevestigen opnieuw de knop
indrukken, ga anders naar stap 3.
3. Draai de knop om de waarde te wijzigen, te verhogen of te ver-
lagen, en druk er op om de nieuwe waarde in te stellen.
4. Verlaat het menu 3 en de lijst van het het menu, selecteer en
druk tweemaal op de letter "E", en keer terug naar de normale
weergave van de gegevens van de gemeten temperatuur.
Complexe instellingen niet wijzigen
Om complexe instellingen te wijzigen is specieke kennis ver-
eist, evenals specieke installatietechnieken. Wendt u tot een
technische dienst.
6 GEWONE GELEIDING
Dit gedeelte richt zich tot de gebruiker.
6.1 WAARSCHUWINGEN
Algemene waarschuwingen
Lees aandachtig de waarschuwingen in het hoofdstuk
III.1
p. 4
voordat u het toestel gaat gebruiken: hierin staat
belangrijke informatie over de normen en de veiligheid.
Inbedrijfstelling door de technische dienst
De inbedrijfstelling mag uitsluitend door een technische dienst
worden uitgevoerd Robur (Hoofdstuk 5
p.29
).
Het toestel nooit zonder spanning stellen wanneer het in
werking is
De elektrische voeding NOOIT wegnemen terwijl het toestel in
werking is (behalve bij gevaar, zie hoofdstuk III.1
p. 4
), an-
ders kan het toestel of de installatie beschadigd raken.
6.2 INSCHAKELEN EN UITSCHAKELEN
Gewone start/stop
Het toestel mag uitsluitend worden in/uitgeschakeld door
middel van het speciaal daarvoor voorziene besturingsinrich-
ting (DDC, CCP/CCI of externe vrijgave).
Niet inschakelen/uitschakelen met de voedingsschakelaar
Het toestel niet inschakelen/uitschakelen met de elektrische
voedingsschakelaar. Dit kan schadelijk en gevaarlijk zijn voor
het toestel en voor de installatie.
Controles vooraleer in te schakelen
Controleer het volgende voordat u het toestel inschakelt:
gaskraan open
elektrische voeding van het toestel (hoofdschakelaar (GS) ON)
voeding DDC of CCP/CCI (indien aanwezig)
voorzien hydraulische circuit
Hoe inschakelen/uitschakelen
▶
Als het apparaat door een DDC of door een CCP/CCI wordt bediend,
(systemen (1) en (2) zie Paragraaf 1.7
p.16
) raadpleeg dan de be-
treende handleidingen.
▶
Als het apparaat wordt bediend door een externe vrijgave (d.w.z.
thermostaat, klok, knop,... met potentiaalvrij contact NA), (systeem
(3) zie paragraaf 1.7
p.16
), wordt het apparaat in/uitgeschakeld
door de posities AAN/UIT van de externe besturingsinrichting.
Wanneer het toestel eenmaal met het commando is ingeschakeld,
start/stopt het automatisch in normale bedrijfsomstandigheden vol-
gens de warmtevraag van het verbruikspunt, en levert warm water op