37
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aandrijfsysteem voor •
het starten van de motor.
Als het snijgarnituur bij stationair toerental ronddraaien, zet u de •
motor uit en verlaagt u het stationair toerental.
Bediening
In geval van nood zet u de motor onmiddellijk uit.•
Als u tijdens gebruik een ongebruikelijke situatie opmerkt (bijv. •
geluid, trillingen), zet u de motor uit. Gebruik het gereedschap
niet meer totdat de oorzaak is opgespoord en verholpen.
Het snijgarnituur blijft gedurende een korte tijd doordraaien nadat •
de gashendel van de motor is losgelaten. Raak het snijgarnituur
niet onmiddellijk aan.
Terwijl de motor slechts stationair loopt, maakt u het gereedschap •
vast aan het schouderdraagstel.
Gebruik tijdens het werk het schouderdraagstel. Houd het •
gereedschap stevig tegen uw rechterzij (zie afb. 4).
Houd de voorhandgreep met uw linkerhand vast, en houd •
de achterhandgreep met uw rechterhand vast, ongeacht of u
links- of rechtshandig bent. Vouw uw vingers en duimen om de
handgrepen.
Probeer nooit de apparatuur met één hand te bedienen. Als u de •
controle over het gereedschap verliest, kan dat leiden tot ernstig
of fataal letsel. Om de kans op verwonding te verkleinen, houdt u
uw handen en voeten uit de buurt van het snijgarnituur.
Reik niet te ver. Zorg altijd voor een stevige stand en goede •
lichaamsbalans. Kijk uit voor verborgen obstakels, zoals
boomstronken, boomwortels en greppels, om te voorkomen dat
u valt.
Werk nooit op een ladder of in een boom om te voorkomen dat u •
de controle over het gereedschap verliest.
Nadat tegen het gereedschap is gestoten of het is gevallen, •
controleert u de conditie van het gereedschap voordat u de
werkzaamheden hervat. Controleer het brandstofsysteem
op brandstoekkage, en de bedieningselementen en
veiligheidsvoorzieningen op een juiste werking. Als enige
beschadiging zichtbaar is of u twijfelt, vraagt u een erkend
Dolmar-servicecentrum om inspectie en reparatie.
Raak het tandwielhuis niet aan. Het tandwielhuis wordt tijdens •
gebruik erg warm.
Neem een pauze om te voorkomen dat u door vermoeidheid de •
controle over het gereedschap verliest. Wij adviseren u ieder uur
10 tot 20 minuten te rusten.
Wanneer u het gereedschap achterlaat, al is het maar even, •
zet u altijd de motor uit of verwijdert u de accu. Een onbeheerd
gereedschap met een draaiende motor kan door onbevoegden
worden gebruikt en tot een ernstig ongeval leiden.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aandrijfsysteem voor •
het juiste gebruik van de gashendel en vergrendelingsknop.
Leg tijdens of na gebruik het warme gereedschap niet op droog •
gras of brandbare materialen.
Als gras of takken bekneld raken tussen het snijgarnituur en de •
beschermkap, zet u altijd de motor uit en trekt u de bougiekap
eraf of verwijdert u de accu voordat u ze verwijdert. Als u dat toch
doet, kan door onbedoeld draaien van het snijblad ernstig letsel
ontstaan.
Als het snijgarnituur stenen of andere harde voorwerpen raakt, •
moet u de motor onmiddellijk uitschakelen en het snijgarnituur
controleren.
Controleer het snijgarnituur tijdens bedrijf veelvuldig op barsten •
of beschadigingen. Voordat u inspecteert, zet u de motor uit en
wacht u tot het snijgarnituur volledig tot stilstand is gekomen.
Vervang een beschadigd snijgarnituur onmiddellijk, ook wanneer
het slechts oppervlakkige barsten vertoont.
Maai nooit boven heuphoogte.•
Nadat u de aan/uit-schakelaar hebt ingeknepen, wacht u tot het •
snijgarnituur een constant toerental heeft bereikt alvorens het
maaien te starten.
Bij gebruik van een metalen snijblad, zwaait u het gereedschap •
gelijkmatig in halve cirkels van rechts naar links, zoals een zeis
wordt gebruikt.
Snijgarnituren
Gebruik een geschikt snijgarnituur voor de geplande •
werkzaamheden.
Nylondraad-snijkoppen (voor graskantmaaiers) zijn geschikt voor
het maaien van een gazon.
Metalen snijbladen zijn geschikt voor het maaien van onkruiden,
hoog gras, struiken, heesters, ondergroei, kreupelhout en
dergelijke.
Gebruik nooit andere messenbladen, waaronder metalen
meerdelige kettingen en vlegelmessen. Dit kan leiden tot ernstig
letsel.
Gebruik altijd de beschermkap van het snijgarnituur die geschikt •
is voor het snijgarnituur dat u gebruikt.
Bij gebruik van een metalen snijblad voorkomt u dat terugslag •
kan optreden en bent u altijd voorbereid op per ongeluk
optredende terugslag. Raadpleeg het hoofdstuk “Terugslag”.
Terugslag (stoot van het snijblad) (zie afb. 5 en 6)
Terugslag (stoot van het snijblad) is een plotselinge reactie op •
een klemzittend of vastgelopen snijblad. Zodra dit optreed wordt
het gereedschap met grote kracht zijwaarts of in de richting van
de gebruiker geworpen en kan het ernstig letsel veroorzaken.
Terugslag treedt met name op wanneer u met het snijblad •
binnen het snijbladsegment tussen 12 en 2 uur tegen een hard
voorwerp, struiken en takken met een diameter van 3 cm of meer
komt.
Om terugslag te voorkomen:•
gebruikt u het snijblad binnen het snijbladsegment tussen 8 en –
11 uur;
gebruikt u het snijblad nooit binnen het snijbladsegment tussen –
12 en 2 uur;
gebruikt u het snijblad nooit binnen het snijbladsegment tussen –
11 en 12 uur en tussen 2 en 5 uur, behalve indien de gebruiker
goed opgeleid en erg ervaren is en dit op zijn/haar eigen
verantwoordelijkheid doet;
gebruikt u het snijblad nooit dichtbij harde voorwerpen, zoals –
afrasteringen, muren, boomstammen en stenen, en
houdt u het snijblad nooit verticaal voor werkzaamheden zoals –
het maaien van graskanten of snoeien van heggen.
Trillingen
Personen met een slechte bloedsomloop die worden blootgesteld •
aan sterke trillingen, kunnen verwondingen aan bloedvaten of het
zenuwstelsel oplopen. Trillingen kunnen de volgende symptomen
veroorzaken in de vingers, handen of polsen: “slapen”
(ongevoeligheid), tintellingen, pijn, stekend gevoel, veranderen
van huidskleur of van de huid. Als een van deze symptomen zich
voordoet, raadpleegt u uw huisarts!
Om de kans op deze “witte-vingerziekte” te verkleinen, houdt •
u uw handen warm tijdens het werk en onderhoudt u het
gereedschap en de accessoires goed.
Vervoer
Alvorens het gereedschap te vervoeren, zet u de motor uit en •
trekt u de bougiekap eraf of verwijdert u de accu. Bevestig de
beschermkap op het snijblad.
Wanneer u het gereedschap vervoert, draagt u het horizontaal •
door de aandrijfas vast te pakken. Houd de hete uitlaatdemper uit
de buurt van uw lichaam.
Wanneer u het gereedschap in een voertuig vervoert, zet u het •
goed vast om te voorkomen dat het omvalt. Als u dat niet doet,
kan brandstof gemorst worden en kan het gereedschap en
andere bagage beschadigd worden.
Onderhoud
Laat uw gereedschap onderhouden door ons erkende •
servicecentrum dat altijd uitsluitend gebruikmaakt van originele
vervangingsonderdelen. Onjuiste reparatie en slecht onderhoud
kan de levensduur van het gereedschap verkorten en de kans op
ongevallen vergroten.
Voordat u enige onderhouds-, reparatie- of •
schoonmaakwerkzaamheden uitvoert aan het gereedschap, zet u
altijd de motor uit en trekt u de bougiekap eraf of verwijdert u de
accu. Wacht totdat de motor is afgekoeld.
Om de kans op brand te verkleinen, mag u nooit onderhouds- of •
reparatiewerkzaamheden uitvoeren in de buurt van een vuur.
Draag altijd veiligheidshandschoenen wanneer u het snijblad •
hanteert.
Verwijder altijd stof en vuil vanaf het gereedschap. Gebruik •
voor dit doel nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol, enz.
Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of barsten van de
kunststofdelen.
Draai na gebruik alle schroeven, bouten en moeren vast, •
uitgezonderd de stelschroeven van de carburateur.