KA01678T
2 Endress+Hauser
1
PZ 1
PZ 1
PZ 2
PZ 2
2
3
4
5
6
7
9
8
12 3 4 5
AB
A Aansluitkop conform DIN EN 50446 vorm B, directe installatie op het meetelement met
kabelwartel (middelste gat 7 mm (0,28 in))
B Met DIN-railclip op DIN-rail conform IEC 60715 (TH35)
Waarborg bij het installeren van het instrument in een aansluitkop, dat er
voldoende ruimte in de aansluitkop aanwezig is!
Procedure voor montage in een aansluitkop, pos. A:
1. Open het deksel van de aansluitkop (8).
2. Plaats de aansluitaders (4) van het meetelement (3) door het middengat
in de koptransmitter (5).
3. Plaats de montageveren (6) op de bevestigingsschroeven (7).
4. Plaats de montageschroeven (7) door de boringen aan de zijkant van de
koptransmitter en het meetelement (3). Zet vervolgens beide
montageschroeven vast met de borgringen (2).
5. Schroef vervolgens de koptransmitter (5) met het meetelement (3) vast
in de aansluitkop.
6. Dicht na het aansluiten (zie hoofdstuk "Elektrische aansluiting") het
deksel van de aansluitkop (8) weer af.
Procedure voor montage op een DIN-rail, pos. B:
1. Druk de DIN-railclip (4) op de DIN-rail (5) tot deze vastklikt.
2. Plaats de montageschroeven (1) door de boringen aan de zijkant van de
koptransmitter (2) en borg dit met de borgringen (3).
3. Schroef de koptransmitter (2) op de DIN-railclip (4).
Belangrijke omgevingscondities
Omgevingstemperat
uurbereik
–40 … +85 °C
(–40 … +185 °F)
Opslagtemperatuur –40 … +100 °C
(–40 … +212 °F)
Beschermingsklasse IP 20. na installatie,
hangt de
beschermingsklasse
af van de
aansluitkop.
Overspanningscateg
orie
II
Luchtvochtigheid Max. rel.
vochtigheid: 95%
Vervuilingsgraad 2
Hoogte ≤
4 000 m (4 374,5 ft)
Isolatieklasse Klasse III
Elektrische aansluiting
LVOORZICHTIG
‣Schakel de voedingsspanning uit voordat het instrument wordt geïnstalleerd
of aangesloten. Wanneer dit niet wordt aangehouden, kunnen onderdelen
van de elektronica onherstelbaar worden beschadigd.
LET OP
‣ ESD - elektrostatische ontlading. Bescherm klemmen tegen
elektrostatische ontlading. Indien dit niet wordt aangehouden kunnen
onderdelen van de elektronica onherstelbaar worden beschadigd.
Aansluitspecificaties
Voor de bedrading van de koptransmitter met schroefklemmen is een
kruiskopschroevendraaier nodig.
Ga als volgt verder voor het bedraden van een gemonteerde koptransmitter:
1. Open de kabelwartel en het behuizingsdeksel op de aansluitkop of de
veldbehuizing.
2. Installeer de kabels door de opening in de kabelwartel.
3. Sluit de kabels aan zoals getoond wordt in → 2.
4. Trek de kabelwartel weer vast en sluit het behuizingsdeksel.
Aansluiten van het instrument
Voedingsspanning Waarde voor explosieveilige omgeving, beschermd tegen
omgekeerde polariteit:
U = 8 … 35 VDC
Stroomverbruik I ≤ 3,5 mA
2 Transmitter gemonteerd in de aansluitkop
1 Sensoringang, TC
2 Sensoringang, RTD en Ω: 4-, 3- en 2-draads
3 CDI-interface
4 Voedingsspanning
Inbedrijfname
Activeer de voedingsspanning. Deze fase duurt ongeveer 4 seconden en
vervolgens start het normaal bedrijf. Deze transmitter kan via een PC worden
geprogrammeerd. Voor meer informatie over de "Configuratie", zie de betreffende
bedieningshandleiding.
Onderhoud en reiniging
Er zijn geen speciale onderhoudswerkzaamheden nodig voor het instrument. Een schone, droge doek kan worden gebruikt om het instrument schoon te
maken.