Endres+Hauser KA iTEMP TMT142B Short Instruction

Type
Short Instruction
Products Solutions Services
Beknopte handleiding
iTEMP TMT142B
Temperatuurtransmitter
Deze beknopte handleiding is niet bedoeld als vervanging voor
de bedieningshandleiding behorende bij het instrument.
Zie voor gedetailleerde informatie de bedieningshandleiding
en andere documentatie.
Beschikbaar voor alle instrumentversies via:
Internet: www.endress.com/deviceviewer
Smartphone/tablet: Endress+Hauser bedieningsapp
KA00222R/15/NL/16.23-00
71632893
2023-01-31
iTEMP TMT142B
2 Endress+Hauser
Order code:
Ext. ord. cd.:
Ser. no.:
www.endress.com/deviceviewer Endress+Hauser
Operations App
XXXXXXXXXXXX
XXXXX-XXXXXX
XXX.XXXX.XX
Serial number
1.
3.
2.
A0023555
iTEMP TMT142B Inhoudsopgave
Endress+Hauser 3
Inhoudsopgave
1 Over dit document ................................................................ 3
1.1 Veiligheidsinstructies (XA) ............................................................... 3
1.2 Gebruikte symbolen .................................................................... 4
1.3 Gereedschapssymbolen .................................................................. 4
1.4 Geregistreerde handelsmerken ............................................................ 4
2 Veiligheidsinstructies ............................................................. 5
2.1 Voorwaarden voor het personeel ........................................................... 5
2.2 Bedoeld gebruik ....................................................................... 5
2.3 Arbeidsveiligheid ...................................................................... 5
2.4 Bedrijfsveiligheid ...................................................................... 5
3 Goederenontvangst en productidentificatie ....................................... 6
3.1 Goederenontvangst ..................................................................... 6
3.2 Productidentificatie ..................................................................... 7
3.3 Certificaten en goedkeuringen ............................................................. 7
4 Installatie ......................................................................... 8
4.1 Montagevoorwaarden ................................................................... 8
4.2 Montage van de transmitter .............................................................. 8
4.3 Controles voor de montage .............................................................. 10
5 Elektrische aansluiting .......................................................... 11
5.1 Aansluitspecificaties ................................................................... 11
5.2 Aansluiten van de sensoren .............................................................. 12
5.3 Aansluiten van het meetinstrument ........................................................13
5.4 Speciale aansluitinstructies .............................................................. 15
5.5 Waarborgen beschermingsklasse ..........................................................16
5.6 Aansluitcontrole ...................................................................... 16
6 Bedieningsmogelijkheden ....................................................... 17
6.1 Overzicht van de bedieningsmogelijkheden .................................................. 17
6.2 Configuratie transmitter ................................................................ 18
6.3 Toegang tot het bedieningsmenu via de SmartBlue-app ......................................... 18
7 Inbedrijfname ................................................................... 19
7.1 Inschakelen van de transmitter ........................................................... 19
1 Over dit document
1.1 Veiligheidsinstructies (XA)
Bij gebruik in explosiegevaarlijke omgeving, moet worden voldaan aan de nationale
regelgeving. Voor meetsystemen, welke in explosiegevaarlijke omgeving worden toegepast,
geldt bovendien de meegeleverde separate Ex-documentatie. Deze documentatie is integraal
onderdeel van deze bedieningshandleiding. De installatiespecificaties, aansluitgegevens en
veiligheidsinstructies moeten strikt worden aangehouden! Waarborg dat u de juiste Ex-
documentatie voor het juiste instrument met gebruikscertificaat voor gebruik in
explosiegevaarlijke omgeving gebruikt! Het nummer van de specifieke Ex-documentatie
(XA...) is op de typeplaat vermeld. Wanneer beide nummers op de Ex-documentatie en op de
typeplaat) exact overeenkomen, mag u deze Ex-documentatie gebruiken.
Over dit document iTEMP TMT142B
4 Endress+Hauser
1.2 Gebruikte symbolen
1.2.1 Veiligheidssymbolen
GEVAAR
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie. Wanneer deze situatie niet wordt vermeden zal
ernstig of dodelijk lichamelijk letsel ontstaan.
WAARSCHUWING
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie. Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan
ernstig of dodelijk letsel ontstaan.
VOORZICHTIG
Dit symbool wijst op een gevaarlijke situatie. Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan
licht of middelzwaar letsel ontstaan.
LET OP
Dit symbool bevat informatie over procedures of andere feiten, die niet kunnen resulteren in
persoonlijk letsel.
1.3 Gereedschapssymbolen
Symbool Betekenis
A0011220
Platte schroevendraaier
A0011219
Kruiskopschroevendraaier
A0011221
Inbussleutel
A0011222
Steeksleutel
1.4 Geregistreerde handelsmerken
HART®
Geregistreerd handelsmerk van de FieldComm Group, Austin, Texas, USA
Bluetooth®
Het Bluetooth® woordmerk en de logo's zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG,
Inc. en elk gebruik van dergelijke merken door Endress+Hauser gebeurt onder licentie. Andere
handelsmerken en handelsnamen zijn van de respectievelijke eigenaren.
iTEMP TMT142B Veiligheidsinstructies
Endress+Hauser 5
2 Veiligheidsinstructies
2.1 Voorwaarden voor het personeel
Het personeel voor installatie, inbedrijfname, diagnose en onderhoud moet aan de volgende
voorwaarden voldoen:
Opgeleide, gekwalificeerde specialisten moeten een relevante kwalificatie hebben voor
deze specifieke functie en taak.
Personeel moet zijn geautoriseerd door de exploitant/eigenaar van de installatie.
Bekend zijn met de nationale regelgeving.
Voor aanvang van de werkzaamheden: personeel moet de instructies in het handboek en
de aanvullende documentatie en de certificaten doorlezen (afhankelijk van de applicatie)
en begrijpen.
Personeel moet instructies opvolgen en voldoen aan de algemene voorschriften.
Het bedieningspersoneel moet aan de volgende eisen voldoen:
Personeel moet zijn geïnstrueerd en geautoriseerd conform de eisen gesteld aan de taak
door de exploitant van de installatie.
Personeel moet de instructies in deze handleiding opvolgen.
2.2 Bedoeld gebruik
Het instrument is een universele en door de gebruiker configureerbare
temperatuurkoptransmitter met één sensoringang voor een weerstandsthermometer (RTD),
thermo-elementen (TC), weerstands- en spanningssensoren. Het instrument is ontworpen
voor installatie in het veld.
Wanneer het instrument wordt gebruikt op een wijze die niet is gespecificeerd door de
fabrikant, kan de beveiliging die door het instrument wordt voorzien in gevaar komen.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door verkeerd gebruik of gebruik
niet conform de bedoeling.
2.3 Arbeidsveiligheid
Bij werken aan en met het instrument:
Draag de benodigde persoonlijke beschermingsuitrusting conform de nationale
voorschriften.
2.4 Bedrijfsveiligheid
Bedien het instrument alleen wanneer het in optimale technische conditie is, vrij van
fouten en storingen.
De operator is verantwoordelijk voor een storingsvrije werking van het instrument.
Goederenontvangst en productidentificatie iTEMP TMT142B
6 Endress+Hauser
Explosiegevaarlijke omgeving
Teneinde gevaar voor personen of voor de installatie te voorkomen, wanneer het instrument
wordt gebruikt in een explosiegevaarlijke omgeving (bijv. explosieveiligheid of
drukvatveiligheid):
Controleer aan de hand van technische gegevens op de typeplaat of het instrument
toegestaan is voor gebruik in de gevaarlijke omgeving. De typeplaat bevindt zich op de
zijkant van de transmitterbehuizing.
Houd de specificaties in de afzonderlijke aanvullende documentatie aan, welke een
integraal onderdeel is van deze handleiding.
Elektromagnetische compatibiliteit
Het meetsysteem voldoet aan de algemene veiligheidsvoorschriften en EMC-specificaties
conform de IEC/EN 61326 normen en NAMUR-aanbeveling NE 21.
LET OP
Het instrument mag alleen worden gevoed door een voedingseenheid met een
energiebegrensd circuit conform UL/EN/IEC 61010-1, hoofdstuk 9.4 en de voorschriften in
tabel 18.
3 Goederenontvangst en productidentificatie
3.1 Goederenontvangst
Ga als volgt te werk na ontvangst van het instrument:
1. Controleer of de verpakking niet is beschadigd.
2. Wanneer schade wordt vastgesteld:
Meld alle schade direct aan de fabrikant.
3. Installeer beschadigde componenten niet, omdat de fabrikant dan niet de
materiaalbestendigheid of het aanhouden van de originele veiligheidsvoorschriften kan
garanderen en ook niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor daaruit volgende
consequenties.
4. Vergelijk de leveringsomvang met de inhoud van uw bestelling.
5. Verwijder al het verpakkingsmateriaal dat bij het transport is gebruikt.
6. Komen de gegevens op de typeplaat overeen met de bestelinformatie op de pakbon?
7. Zijn de technische documentatie en alle andere noodzakelijke documenten bijv.
certificaten aanwezig?
Wanneer aan één van deze punten niet is voldaan, neem dan contact op met uw Sales
Center.
iTEMP TMT142B Goederenontvangst en productidentificatie
Endress+Hauser 7
3.2 Productidentificatie
De volgende mogelijkheden staan voor de identificatie van het instrument ter beschikking:
Specificaties typeplaat
Voer het serienummer van de typeplaat in Device Viewer (www.endress.com/deviceviewer)
in: alle gegevens betreffende het instrument en een overzicht van de technische
documentatie zoals meegeleverd met het instrument worden getoond.
Voer het serienummer op de typeplaat in de Endress+Hauser Operations App in of scan de
2-D matrixcode (QR-code) op de typeplaat met de Endress+Hauser Operations App: alle
informatie over het meetinstrument en de technische documentatie die hoort bij het
instrument wordt getoond.
3.2.1 Typeplaat
Het juiste instrument?
De typeplaat bevat de volgende informatie over het instrument:
Identificatie fabrikant, instrumentbenaming
Order code
Uitgebreide bestelcode
• Serienummer
Tagnaam (TAG)
Technische specificaties: voedingsspanning, stroomverbruik, omgevingstemperatuur,
communicatiespecifieke gegevens (optie)
• Beschermingsklasse
Goedkeuringen met symbolen
Vergelijk de informatie op de typeplaat met de bestelling.
3.2.2 Naam en adres van de fabrikant
Naam van de fabrikant: Endress+Hauser Wetzer GmbH + Co. KG
Adres van de fabrikant: Obere Wank 1, D-87484 Nesselwang of www.endress.com
3.3 Certificaten en goedkeuringen
Voor certificaten en goedkeuringen die gelden voor het instrument: zie de specificaties
op de typeplaat
Goedkeuringsgerelateerde gegevens en documenten: www.endress.com/deviceviewer
(voer het serienummer in)
3.3.1 HART® protocol certificaat
De temperatuurtransmitter is geregistreerd bij de HART® Field Comm Group. Het instrument
voldoet aan alle eisen van de HART® Communication Protocol Specifications.
Installatie iTEMP TMT142B
8 Endress+Hauser
4 Installatie
4.1 Montagevoorwaarden
4.1.1 Montagelocatie
Bij gebruik in explosiegevaarlijke omgeving moeten de grenswaarden uit de certificaten en
goedkeuringen worden aangehouden. Zie de Ex-certificaten.
4.1.2 Belangrijke omgevingscondities
• Omgevingstemperatuur:
Zonder display: –40 … +85 °C (–40 … +185 °F)
Met display: –40 … +80 °C (–40 … +176 °F)
Met overspanningsbeveiligingsmodule: –40 … +85 °C (–40 … +185 °F)
Klimaatklasse conform IEC 60654-1: Class Dx
Vochtigheid: toegestaan maximum 0 … 95 %
Beschermingsklasse IP 66/67, Type 4X
Hoogte tot 4 000 m (13 123 ft)
Overspanningscategorie: 2
Vervuilingsgraad: 2
Het display kan traag reageren bij temperaturen < –20 °C (–4 °F). De leesbaarheid van
het display kan niet worden gegarandeerd bij temperaturen < –30 °C (–22 °F).
4.2 Montage van de transmitter
4.2.1 Directe sensormontage
Wanneer de sensor stabiel is, kan het instrument direct op de sensor worden gemonteerd.
Wanneer de sensor onder een rechte hoek ten opzichte van de wartel moet worden
gemonteerd, verwissel dan de wartel en dummyplug.
iTEMP TMT142B Installatie
Endress+Hauser 9
12 3 4 5 6
A0041675
 1 Directe montage veldtransmitter op sensor
1 Beschermbuis
2 Meetelement
3 Halsnippel en adapter
4 Sensorkabels
5 Veldbuskabels
6 Afgeschermde veldbuskabel
1. Monteer de beschermbuis en schroef deze vast (1).
2. Schroef het meetelement met de halsnippel en de adapter in de transmitter (2). Dicht
het schroefdraad van de nippel en adapter af met siliconentape.
3. Installeer de sensorkabels (4) door de kabelwartel van de veldtransmitterbehuizing in
het aansluitcompartiment.
4. Plaats de veldtransmitter met het meetelement op de beschermbuis (1).
5. Monteer de afgeschermde veldbuskabel of veldbusconnector (6) op de
tegenoverliggende wartel.
6. Installeer de veldbuskabels (5) door de kabelwartel van de veldtransmitterbehuizing in
het aansluitcompartiment.
7. Schroef de kabelwartel vast zoals beschreven in het hoofdstuk Waarborgen van de
beschermingsklasse. De kabelwartel moet een de explosieveiligheidsvoorschriften
voldoen. →  16
4.2.2 Separate montage
LET OP
Zet de bevestigingsschroeven van de 2"-pijpmontagebeugel niet te strak vast om schade
te voorkomen.
Maximaal aandraaimoment = 6 Nm (4,43 lbf ft)
Installatie iTEMP TMT142B
10 Endress+Hauser
121 (4.8)
121 (4.8)
!6.4(0.25)
121 (4.8)
121 (4.8)
!6.4(0.25)
WR10 M6
A0007952
 2 Montage van de veldtransmitter via directe wandmontage of met een 2" pijpmontagebeugel
(316L), leverbaar als accessoire. Afmetingen in mm (in)
4.3 Controles voor de montage
Voer de volgende controles uit, na de installatie van het instrument:
Toestand en specificaties van het instrument Opmerkingen
Is het instrument beschadigd (visuele inspectie)? -
Komen de omgevingscondities overeen met de instrumentspecificatie (bijv.
omgevingstemperatuur, beschermingsklasse, enz.)?
iTEMP TMT142B Elektrische aansluiting
Endress+Hauser 11
5 Elektrische aansluiting
5.1 Aansluitspecificaties
LVOORZICHTIG
De elektronica kan onherstelbaar beschadigd raken
Schakel de voedingsspanning uit voordat het instrument wordt geïnstalleerd of
aangesloten. Wanneer dit niet wordt aangehouden, kunnen onderdelen van de elektronica
onherstelbaar worden beschadigd.
Voor het aansluiten van Ex-gecertificeerde instrumenten moeten de bijbehorende
instructies en aansluitschema's in de aanvullende Ex-documentatie bij deze
bedieningshandleiding worden aangehouden. Neem contact op met uw leverancier in geval
van vragen.
Sluit niets op de displayaansluiting aan. Een verkeerde aansluiting kan de elektronica
onherstelbaar beschadigen.
LET OP
Draai de schroefklemmen niet te vast omdat dit de transmitter kan beschadigen.
Maximaal aandraaimoment = 1 Nm (³⁄₄ lbf ft).
1.
2.
3.
4.
5.
3 mm
A0041651
Algemene procedure voor aansluiting op de klemmen:
1. Maak de dekselklem los.
2. Schroef het behuizingsdeksel met de O-ring af.
3. Verwijder de displaymodule van de elektronica.
4. Maak de twee bevestigingsschroeven op de elektronica los en verwijder de unit uit de
behuizing.
5. Open de kabelwartels aan de zijkant van het instrument.
Elektrische aansluiting iTEMP TMT142B
12 Endress+Hauser
6. Installeer de betreffende aansluitkabels door de openingen in de kabelwartel.
7. Sluit de sensorkabels en de veldbus-/voedingskabels aan zoals gespecificeerd in de
hoofdstukken "Aansluiten van de sensor" en "Aansluiten van het instrument".
Schroef de schroefklemmen vast na de bedrading. Zet de kabelwartels weer vast en monteer
het instrument weer in omgekeerde volgorde van de demontage. Zie ook de informatie in het
hoofdstuk "Waarborgen van de beschermingsklasse". Reinig het schroefdraad in de
behuizingsdeksel en de behuizingsbasis en smeer deze indien nodig. (aanbevolen
smeermiddel: Klüber Syntheso Glep 1). Schroef het behuizingsdeksel weer vast, plaats de
dekselklem en zet deze ook vast.
5.2 Aansluiten van de sensoren
LET OP
ESD - elektrostatische ontlading. Bescherm klemmen tegen elektrostatische ontlading.
Indien dit niet wordt aangehouden kunnen onderdelen van de elektronica onherstelbaar
worden beschadigd.
A0052568
 3 Klembezetting van de veldtransmitter
A Sensoringang, thermokoppel (TC) en mV
B Sensoringang, RTD en Ω, 4-, 3- en 2-draads
C Busafsluitweerstand en voedingsspanning
In geval van een thermokoppelmeting (TC), kan een RTD Pt100 2-draads sensor worden
aangesloten om de referentietemperatuur te meten. Deze wordt aangesloten op
klemmen 1 en 3. De gebruikte referentieaansluiting wordt geselecteerd in het menu:
Applicatie → Sensor → Referentieaansluiting
Voor meer informatie over de parameterbeschrijving, zie de betreffende
bedieningshandleiding.
iTEMP TMT142B Elektrische aansluiting
Endress+Hauser 13
5.3 Aansluiten van het meetinstrument
5.3.1 Kabelwartels of -doorvoeren
LVOORZICHTIG
Risico op schade
Wanneer het instrument niet is geaard nadat de behuizing is geïnstalleerd, adviseren wij
de aarding uit te voeren via één van de aardschroeven. Houd het aardingsconcept van de
installatie aan! Houd de kabelafscherming tussen de gestripte veldbuskabel en de aardklem
zo kort mogelijk! Aansluiting van de functionele aarde kan nodig zijn om functionele
redenen. Het aanhouden van de lokale elektrotechnische voorschriften is verplicht.
Wanneer de afscherming van de veldbuskabel is geaard op meer dan één punt in systemen
zonder aanvullende potentiaalvereffening, kunnen voedingsfrequentie-
compensatiestromen optreden, die de kabel of afscherming beschadigen. In dergelijke
gevallen moet de afscherming van de veldbuskabel slechts aan één zijde worden geaard,
d.w.z. het mag niet worden aangesloten op de aardklem van de behuizing. De afscherming
welke niet wordt aangesloten moet worden geïsoleerd!
Kabelspecificatie
Een normale installatiekabel is voldoende wanneer alleen het analoge signaal wordt
gebruikt.
Gebruik van een afgeschermde kabel wordt voor HART®-communicatie geadviseerd.
Let op het aardingsconcept van de installatie.
De klemmen voor de veldbusaansluiting hebben een geïntegreerde ompoolbeveiliging.
Aderdiameter: max. 2,5 mm²
Houd de algemene procedure aan. →  11
1
2
3
4
+
-
1
2
3
4
+
-
3
4
-
+
!
A0041526
 4 Aansluiten van het instrument op de veldbuskabel
1 Veldbus-aansluitklemmen - veldbuscommunicatie en voedingsspanning
2 Afgeschermde veldbuskabel
3 Aardklemmen, intern
4 Aardklem, extern
Elektrische aansluiting iTEMP TMT142B
14 Endress+Hauser
5.3.2 Aansluiten van de HART®-communicatieweerstand
Wanneer de HART® communicatieweerstand niet in de voedingseenheid is geïntegreerd,
is het noodzakelijk een communicatieweerstand van 250 Ω op te nemen in de 2-draads
kabel. Zie voor de aansluiting ook de documentatie zoals gepubliceerd door de HART®
FieldComm Group, met name HCF LIT 20: “HART, a technical summary”.
TMT142B
FieldCare/
DeviceCare
HART®
Modem
PLC
200
3
2
³250 Ω
PMC731: PIC0001
Online
1 >Group Select
2 PV 0.7 bar
HELP SEND HOME
1
A0041589
 5 HART®-verbinding met andere voedingseenheden die geen ingebouwde HART®-
communicatieweerstand hebben
1 Configuratie via Field Xpert SMT70
2 HART® handcommunicator
3 HART® communicatieweerstand
5.3.3 Afscherming en aarding
De specificaties van de FieldComm Group moeten tijdens de installatie worden aangehouden.
iTEMP TMT142B Elektrische aansluiting
Endress+Hauser 15
200
1
2
3
4
A0010984
 6 Afscherming en aarding van de signaalkabel aan één uiteinde met HART®-communicatie
1 Voedingseenheid
2 Aardpunt voor afscherming HART®-communicatiekabel
3 Aarding van de kabelafscherming aan één uiteinde
4 Optionele aarding van het veldinstrument, geïsoleerd van kabelafscherming
5.4 Speciale aansluitinstructies
Wanneer het instrument is uitgerust met een overspanningsbeveiligingsmodule, wordt de bus
aangesloten en de voeding toegevoerd via de schroefklemmen op de
overspanningsbeveiligingsmodule.
4
+
-
1
2
3
+
-
3
4
S1
S2
-
+
!
+
1
-
2
A0052605
 7 Elektrische aansluiting overspanningsbeveiliging
1 Sensoraansluiting
2 Busafsluitweerstand en voedingsspanning
Elektrische aansluiting iTEMP TMT142B
16 Endress+Hauser
5.5 Waarborgen beschermingsklasse
Het instrument voldoet aan de voorwaarden van de IP67-beschermingsklasse. Het voldoen
aan de volgende punten is na de installatie in het veld of service verplicht om te waarborgen
dat de IP67-beschermingsklasse behouden is:
De behuizingsafdichtingen moeten schoon en onbeschadigd zijn wanneer deze in de
afdichtingsgroef wordt geplaatst. De afdichtingen moet worden gedroogd, gereinigd of
vervangen indien nodig.
De aansluitkabels moeten de gespecificeerde externe diameter hebben (bijv. M20x1,5,
kabeldiameter 8 … 12 mm).
Zet de kabelwartel stevig vast. →  8,  16
De kabels moeten in een lus naar beneden lopen voordat deze de kabelwartels ingaan
("waterafvoer"). Dit betekent dat eventueel gevormd vocht de wartel niet kan binnendringen.
Installeer het instrument zodanig, dat de kabelwartels niet naar boven wijzen.
→  8,  16
Plaats dummy pluggen in niet gebruikte kabelwartels.
Verwijder de afdichtring niet uit de kabelwartel.
A0024523
 8 Aansluittips voor behoud van de IP67 beschermingsklasse
5.6 Aansluitcontrole
Toestand en specificaties van het instrument Opmerkingen
Is het instrument en de kabel beschadigd (visuele
inspectie)?
--
Elektrische aansluiting Opmerkingen
Komt de voedingsspanning overeen met de informatie op
de typeplaat?
U = 11 … 36 VDC
Zijn de gemonteerde kabels voldoende trekontlast? Visuele inspectie
Zijn de voedings- en signaalkabels goed aangesloten? →  11
Zijn alle schroefklemmen voldoende vastgezet?
Zijn alle kabelinvoeren gemonteerd, vastgezet en lekdicht?
Behuizingsdeksel geïnstalleerd en stevig vastgezet?
iTEMP TMT142B Bedieningsmogelijkheden
Endress+Hauser 17
6 Bedieningsmogelijkheden
6.1 Overzicht van de bedieningsmogelijkheden
6.1.1 Meetwaardedisplay en bedieningselementen
Lokale bediening
1. 2.
3.
3 mm
4.
5. ON
OFF
Bluetooth
ON
OFF
Bluetooth
1
A0041867
1 CDI-interface
Procedure voor instellen van de DIP-schakelaar:
1. Verwijder de dekselklem..
2. Schroef het behuizingsdeksel met de O-ring af.
3. Verwijder indien nodig het display met de montageset van de elektronicamodule.
4. Configureer de Bluetooth®-functie overeenkomstig met de DIP-schakelaar. Algemeen
geldt het volgende: schakel naar ON = functie actief, schakel naar OFF = functie
uitgeschakeld.
5. Configureer de hardware-schrijfbeveiliging overeenkomstig met de DIP-schakelaar.
Algemeen geldt het volgende: schakelaar ingesteld op gesloten hangslotsymbool =
functie actief, schakelaar in gesteld op open hangslotsymbool = functie uitgeschakeld.
Monteer het behuizingsdeksel weer in omgekeerde volgorde nadat de hardware-instellingen
zijn afgerond.
Bedieningsmogelijkheden iTEMP TMT142B
18 Endress+Hauser
6.2 Configuratie transmitter
De transmitter en het meetwaardedisplay worden geconfigureerd via het HART®-protocol of
de CDI (= Endress+Hauser Common Data Interface). De volgende bedieningstools staan
daarvoor ter beschikking:
Bedieningstools
FieldCare, DeviceCare, Field Xpert
SMT70
(Endress+Hauser)
SIMATIC PDM
(Siemens)
AMS Device Manager
(Emerson Process Management)
Field Communicator TREX, 475
(Emerson Process Management)
De configuratie van de instrumentspecifieke parameters wordt in detail beschreven in de
bedieningshandleiding van het instrument.
6.3 Toegang tot het bedieningsmenu via de SmartBlue-app
Draadloze Bluetooth®-technologie
Signaaloverdracht via draadloze Bluetooth®-technologie gebruikt een cryptografische
techniek die is geteste door het Fraunhofer Institute
Het instrument is niet zichtbaar via de Bluetooth®-technologie zonder de SmartBlue-app,
DeviceCare of FieldXpert SMT70
Slechts één point-to-point verbinding wordt gemaakt tussen een meetinstrument en een
smartphone of tablet
De draadloze Bluetooth®-interface kan worden uitgeschakeld via SmartBlue, FieldCare
en DeviceCare of een hardware DIP-schakelaar
De SmartBlue-app is beschikbaar als gratis download voor Android-apparaten(Google
Playstore) en iOS-apparaten (iTunes Apple Shop) : Endress+Hauser SmartBlue
Direct naar de app met de QR-code:
A0037924
Download de SmartBlue-app:
1. Installeer en start de SmartBlue-app.
Een live list toont alle beschikbare instrumenten.
2. Selecteer het instrument uit de live list.
Het login-dialoogvenster wordt geopend.
iTEMP TMT142B Inbedrijfname
Endress+Hauser 19
Inloggen:
3. Voer de gebruikersnaam in: admin
4. Voer het initiële wachtwoord in: serienummer van het instrument.
5. Bevestig uw invoer.
De instrumentinformatie wordt geopend.
Na het succesvol verbinden, begint het instrument gedurende 60 seconden te knipperen.
Dit is bedoeld voor de idendificatie van het instrument. Deze functie wordt gebruikt voor
de eenvoudige identificatie vanhet instrument on-site in het veld.
Navigeer door de verschillende informatiepunten betreffende het instrument: veeg over
het scherm opzij.
7 Inbedrijfname
7.1 Inschakelen van de transmitter
Schakel, wanneer u de controles voor de aansluiting heeft uitgevoerd, de voedingsspanning in.
Na het inschakelen doorloopt de transmitter interne testfuncties. Gedurende dit proces,
verschijnen een aantal meldingen met instrumentinformatie op het display.
Indien de inschakelprocedure niet succesvol verloopt, wordt het bijbehorende diagnose-event,
afhankelijk van de oorzaak, getoond. Een gedetailleerde lijst met diagnose-events en de
bijbehorende troubleshooting-instructies zijn opgenomen in de bedieningshandleiding.
Het instrument is na circa 7 seconden in bedrijf. Na een succesvol verlopen
inschakelprocedure wordt het normale meetbedrijf gestart. Meetwaarden en statuswaarden
verschijnen op het display.
www.addresses.endress.com
*71632893*
71632893
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Endres+Hauser KA iTEMP TMT142B Short Instruction

Type
Short Instruction