22
DE INFORMATIEMODUS
Hetbedieningspaneelheefteeninformatie�instelling
die de informatie van de loopband bijhoudt en u uw
eigen bedieningspaneel-instellingen laat invoeren.
Om de informatiemodus te selecteren, houdt u de toets
Stop[STOP]ingedruktterwijludesleutelterugplaatst
in het bedieningspaneel en daarna de toets Stop weer
loslaat. Als de informatiemodus is geselecteerd, zal de
volgende informatie worden afgebeeld:
DeTijddisplaygeefthetaantalurenaandatdeloop-
band gebruikt is.
Deafstanddisplayzalhettotaalaantalkilometers(of
mijlen)datdeloopbandgedraaidheeftaangeven.
DeonderstedisplayzaldestatusvandeiFitLivemo-
duleaangeven.AlseeniFitLivemodulewordtaange�AlseeniFitLivemodulewordtaange�AlseeniFitLivemodulewordtaange-
sloten, toont het scherm de woorden WIFI MODULE.
Dedisplayzal,alseenUSB�moduleaangeslotenis,
de woorden USB/SD MODULE aangeven. Als er geen
module is aangesloten, toont de display de woorden
NO IFIT MODULE.
Als de informatiemodus is geselecteerd, zal het
scherm verschillende optionele schermen weer-
geven. Druk op de toets verlagen naast de Enter-
toets [ENTER] om elk van de volgende schermen
te selecteren:
1. UNITS: drukopdeEnter�toetsomdemeeteenheid
te wijzigen. Om de afstand in mijlen te bekijken,
selecteert u ENGLISH. Om de afstand in kilome- Om de afstand in kilome-Om de afstand in kilome-
ters te bekijken, selecteert u METRIC.
2. DEMO: het bedieningspaneel toont een demos-
tand, die ontwikkeld is voor gebruik als de loop-
band wordt geëtaleerd in een winkel. Terwijlde
demostand is aangezet, kunt u het bedieningspa-
neel normaal gebruiken wanneer u het snoer in
het stopcontact steekt, de stroomonderbreker in
de resetpositie geplaatst wordt, en de sleutel in het
bedieningspaneel gestoken wordt. Als u de sleutel
eruit haalt, dan blijven de displays verlicht hoewel
de toetsen niet werken. HetwoordON(aan)zal
op het scherm verschijnen wanneer de demostand
aan is. Om de demostand aan of uit te zetten, kunt
uopdeEnter�toetsdrukken.
3. CONTRAST LVL: drukopdetoetsenHelling
[INCLINE]verhogenenverlagenomhetcontrast-
niveau van de display aan te passen.
Als een module is aangesloten, kunt u ook het vol-
gende scherm selecteren:
4. TRAINER VOICE: drukopdeEnter�toetsomde
stem van de persoonlijke trainer aan of uit te
zetten.
Als een iFit Live module is aangesloten, kunt u ook
de volgende schermen selecteren:
5. DEFAULT MENU: het standaardmenu zal verschij-het standaardmenu zal verschij-
nen wanneer u de sleutel in het bedieningspaneel
steekt,ofwanneerudeThuis[HOME]toetsin-
drukt. DrukherhaaldelijkopdeEnter�toetsomhet
handmatigehoofdschermofdeiFitLive�schermals
standaardmenu te kiezen.
6. CHECK WIFI STATUS: drukopdeEnter�toetsom
destatusvanuwiFitLivemoduletebekijken. Het
onderste scherm toont het softwareversienummer,
denetwerk�SSID,hetnetwerkcoderingstype,de
verbindingsstatus, de draadloze signaalsterkte, het
IP-adres van de module, het aantal geregistreerde
gebruikers en hun namen, de resultaten van de
DNSzoekopdrachtendestatusvandeiFitLive
server.
7. SEND/RECEIVE DATA: druk om oefeningen, de
oefeninglogboeken en de updates te verzenden
enteontvangenopdeEnter�toets. Wanneerhet
proces voltooid is zullen de woorden TRANSFERS
DONE op het scherm verschijnen.
Om de informatiemodus te verlaten, dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te halen.