Informatie over wettelijke voorschriften
151
5. Bijlage
21
Faxidentificatie
Volgens de Telephone Consumer Protection Act van 1991 is het
wettelijk verboden om met een computer of een ander
elektronisch apparaat faxberichten te verzenden tenzij ze
voorzien zijn van een duidelijke strook aan de onderkant of
bovenkant van iedere verzonden pagina of op de eerste pagina
met de volgende gegevens:
1 verzenddatum en -tijd;
2 naam van het bedrijf, de bedrijfsafdeling of afzender; en
3 telefoonnummer van het verzendapparaat, het bedrijf, de
bedrijfsafdeling of de persoon.
De telefoonmaatschappij kan wijzigingen aanbrengen in haar
communicatiefaciliteiten, in de werking van haar installaties of in
procedures waar dit redelijkerwijs noodzakelijk is voor de
bedrijfsvoering, mits dit niet indruist tegen de regels en
voorschriften van FCC Deel 68. Als van zulke wijzigingen
redelijkerwijs kan worden verwacht dat ze tot gevolg hebben dat
bepaalde telefoonrandapparatuur niet meer compatibel is met
de communicatiemiddelen van de telefoonmaatschappij, of dat
wijzigingen of modificaties van deze randapparatuur nodig zijn,
of op enige andere wijze materiële gevolgen hebben voor het
gebruik of de prestaties van de randapparaten, moet de klant
hiervan op adequate wijze schriftelijk op de hoogte worden
gesteld, zodat hij kan ononderbroken kan blijven genieten van
de service.
22
REN-nummer (Ringer Equivalence Number)
De aansluitfactor en het FCC-registratienummer voor dit
apparaat vindt u op een etiket aan de achterkant of op de
onderkant van het apparaat. In een aantal gevallen moet deze
informatie aan het telefoonbedrijf worden verstrekt.
De aansluitfactor is een getal dat aangeeft hoe zwaar een
apparaat de telefoonlijn belast. Hiermee kunt u bepalen hoeveel
apparaten u op dezelfde lijn kunt aansluiten voordat deze wordt
"overbelast". Als u te veel apparaten op dezelfde lijn aansluit,
ontstaan er problemen met het telefoneren en beantwoorden
van inkomende oproepen. Een veel voorkomend probleem is dat
de apparaten niet meer overgaan. Er mogen niet meer dan vijf
apparaten tegelijk worden aangesloten om er zeker van te zijn
dat de telefoonmaatschappij in staat is om de diverse diensten
ter beschikking te stellen. In een aantal gevallen kunnen er geen
vijf toestellen aangesloten worden. Als een aangesloten
telefoonapparaat niet goed werkt, moet u het onmiddellijk
loskoppelen van de telefoonlijn aangezien het schade kan
toebrengen aan het telefoonnet.
Dit apparaat is in overeenstemming met Deel 68 van de FCC-
regels en de vereisten die door de ACTA werden aangenomen.
Op de achterkant van dit apparaat bevindt zich een label dat
onder meer een product-id bevat met de notatie
US:AAAEQ##TXXXX. Dit nummer moet op verzoek worden
meegedeeld aan de telefoonmaatschappij.