Atlantic PLUTON 4132 B de handleiding

Categorie
Open haarden
Type
de handleiding
Présentation du matériel
Instructions pour l’installateur
Instructions pour l’utilisateur
Pièces détachées
Certificat de garantie
Document n° 1278-4 ~ 13/07/2007
Société Industrielle de Chauffage
BP 64 - 59660 MERVILLE - FRANCE
Téléphone : 03.28.50.21.00
Fax : 03.28.50.21.97
RC Hazebrouck
Siren 440 555 886
Matériel sujet à modifications sans préavis
Document non contractuel.
Pluton 4132 B - code 026 614
Chaudière convertible fioul/gaz
à équiper d’un brûleur fioul ou d'un brûleur gaz
Chauffage et production d’eau chaude sanitaire.
Notice de référence
destinée au professionnel
et à l’utilisateur
à conserver par l’utilisateur
pour consultation ultérieure
FR
NL
DE
ES PL
DE : Die deutschsprachige
Bedienungsanleitung ist auf Anfrage
zu erhalten bei atlantic,
Avenue Château Jaco 1 - 1410 Waterloo
Tel.: 02/357.28.20 - Fax : 02/353.21.82
Notice de référence “1278” 19
Pluton 4132 B, code 026 614
.22 142342 Joint de trappe .......Ø150....01
.23 142722 Joint .............20x27....03
.24 142726 Joint .............26x34....01
.25 142728 Joint .............33x42....02
.27 150000 Pièce folle M ........20x27....01
.28 157312 Passe-fil................... 02
.29 159200 Profilé...................1,96m
.30 159410 Purgeur automatique............01
.31 160706 Pied réglable ................04
.32 109928 Circulateur .................01
.33 110010 Clapet antiretour ......20x27....01
.34 122107 Écouvillon ..........20x80....01
.35 122108 Écouvillon plat.......20x80x30...01
.36 134503 Goujon ...................08
.38 182114 Tuyau eau froide ..............01
.39 182322 Tuyau de départ ..............02
.40 182544 Tuyau de départ ..............01
.41 182563 Flexible ...................01
.42 182564 Flexible ...................01
.43 189118 Vis en laiton .........d.10....01
.46 937243 Façade ...................01
.47 937241 Façade ...................01
.48 207325 Habillage arrière ..............01
.49 207333 Habillage arrière ..............01
.50 207332 Habillage arrière ..............01
.51 912455 Côté .....................02
.52 912458 Côté .....................02
.53 210233 Panneau avant ...............01
.54 244403 Support ...................02
.55 252676 AB Couvercle ..................01
.56 260603 AB Écran ....................01
.57 303864 Buse ............139/140 . . . 01
.58 904506 Ballon isolé avec trappe . . . AV .....01
.59 982118 Trappe avec anode.............01
.61 158995 Porte de foyer................01
.62 166705 Robinet de vidange.............01
.63 123066 Élément avant ...............01
.64 123067 Élément intermédiaire ...........01
.65 123069 Élément arrière ...............01
.66 445615 10 Patte de fixation ..............01
.67 164805 Regard de flamme .............01
.68 119603 Doigt de gant ................01
.69 164607 Réduction ..........40-20....01
.70 104851 Réduction ..........40-15....01
.71 159015 Prise de pression..............01
.72 141019 Isolant de porte ...............01
.73 982119 Trappe de visite ..............01
.74 101401 Anode ....................01
.75 111344 Couvercle isolant ..............01
.76 122517 Écrou ............20x27....01
.77 222210 Guide ....................02
.78 231719 Équerre ...................01
.79 281019 10 Socle ballon.................01
N° Code Désignation.........Type....Qté
Presentatie van het materiaal
Voorschriften voor de installateur
Instructies voor de gebruiker
Wisselstukken
Waarborg certifikaat
Document n° 1278-4 ~ 13/07/2007
Société Industrielle de Chauffage
BP 64 - 59660 MERVILLE - FRANCE
Telefoon : 03.28.50.21.00
Fax : 03.28.50.21.97
RC Hazebrouck
Siren 440 555 886
Materiaal dat zonder voorafgaand bericht
gewijzigd kan worden.
Niet bindend document.
Pluton 4132 B - code 026 614
Ombouwbare ketel brandolie/gas
om met een stookoliebrander fuel
een gasbrander uit te rusten
Verwarming en productie van sanitair warm water.
Gebruiksaanwijzing
bestemd voor de vakman
en de gebruiker
te behouden door de gebruiker
voor nadere consultatie.
FR
NL
DE
ES PL
DE : Die deutschsprachige
Bedienungsanleitung ist auf Anfrage
zu erhalten bei atlantic,
Avenue Château Jaco 1 - 1410 Waterloo
Tel.: 02/357.28.20 - Fax : 02/353.21.82
2 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
INHOUD
Voorstelling van het materiaal ...............................p.3
Verpakking................p.3
Materiaalinoptie.............p.3
Algemene kenmerken . . . . . . . . . . p. 5
Werkingsprincipe.............p.7
Voorschriftenvoordeinstallateur.............................p.8
Reglementaire installaties- en
onderhoudsvoorwaarden.........p.8
Destookplaats..............p.8
Omkeerbare haarddeur .........p.8
Afvoerleiding...............p.9
Aansluitleiding..............p.9
Hydraulische aansluitingen .......p.9
Aansluiting van de stookketel op de
verwarmingskring..............p.9
Aansluiting van de stookketel op de sanitaire
kring .................... p.10
Montage van de brander ........p.10
Aansluiting van de brandstoftoevoer. . p. 10
Elektrische aansluitingen . . . . . . . . p. 10
Verificatie en inwerkingstelling . . . . . p. 13
Regeling van de brander . . . . . . . . p. 13
Onderhoudsinstrukties . . . . . . . . . p. 13
Reinigingvandewarmtewisselaar....p.13
Onderhoud van de boiler .........p.13
Onderhoud van de brander ........p.13
Onderhoud van de schoorsteen ......p.13
Onderhoud van de veiligheidsonderdelen p. 13
Instructiesvoordegebruiker...............................p.14
Inwerkingstelling van de ketel .....p.15
Bedieningvandeinstallatie ......p.15
Veiligheid ketel .............p.16
Veiligheid brander............p.16
Stopzetten van de ketel en de brander p. 16
Ledigen van de ketel . . . . . . . . . . p. 16
Regelmatige controle . . . . . . . . . . p. 16
Onderhoudsinstrukties . . . . . . . . . p. 16
Wisselstukken ........................................p.17
S.I.C. feliciteert u met uw keuze.
S.I.C, ISO 9001 genormeerd, garandeert de kwaliteit van zijn apparaten en doet de belofte
zijn klanten tevreden te stellen.
Steunend op meer dan 80 jaar knowhow, gebruikt S.I.C. de meest geavanceerde
technologieën voor het ontwerp en de fabricage
van een volledig assortiment verwarmingsapparaten.
Dit document zal u helpen uw apparaat zo te installeren dat het optimaal functioneert,
voor uw comfort en uw veiligheid.
1 Voorstelling van het materiaal
1.1 Verpakking
1 pak:
-
Stookketel met mantel
-
Sanitaire regeling
1.2 Materiaal in optie
Hydraulische aansluitingskit E46/2 (074 187)
Regeling door kamerthermostaat met werking op
mengkraan TEX 33 (073 000) met hydraulische
aansluitingskit E46/2.
Regeling: RA 541 (072 181) ; RAX 531 (072 118) ;
RAX 532 (072 199)
Geïsoleerde kap
Sanitaire mengkraankit (074 181)
Stookoliebrander Stella 4035 BN
Gebruiksaanwijzing “1278” 3
Pluton 4132 B, code 026 614
4 0
P a
- 4 0
- 2 0
2 0
0
1 0
2 0
3 0 4 0
5 0
6 0 7 0
P a
P a
1 0
2 0
3 0 4 0 5 0 6 0 7 0
Fig. 1 - Lastverlies van de verbrandingsomloop
1 0
8
6
4
2
0
0
5 0 0
1 0 0 0
1 5 0 0
2 0 0 0
2 5 0 0
3 0 0 0
m b a r
Q ( l / h )
Fig. 2 - Lastverlies van de hydraulische omloop
5
10
15
20
25
min
20
30
40
60
70
50
° C
30
10 l/min
15 l/min
12,5 l/min
2
1
0
10
80
Fig. 3 - Sanitaire prestaties
À : Temperatuur steiging van de boiler
(zonder aftappen)
Á : Temperatuur van het sanitair warm water
(bij aftappen)
°C : Temperatuur van de sanitaire boiler.
min : À - Tijd nodig om op t° te komen ; Á - Aftaptijd
l/min : Aftapdebiet
0
1 0
2 0 3 0
4 0
5 0 6 0
7 0 8 0
9 0 1 0 0
5 0 0
1 0 0 0
1 5 0 0
2 0 0 0
2 5 0 0
3 0 0 0
3 5 0 0
4 0 0 0
4 5 0 0
5 0 0 0
5 5 0 0
6 0 0 0
6 5 0 0
7 0 0 0
7 5 0 0
° C
O h m s
Figuur 4 - Waarde in ohm van de voelers
(sanitaire voeler - ketelvoeler)
Dit toestel is overeenkomstig met:
- de gassrichtlijn 90/396/EEG en de rendementsrichtlijn 92/42/EEG volgens de
normen EN 303-1, EN 303-2 en EN 625,
- de richtlijn lage spanning 73/23/EEG volgens de norm EN 60335-1,
- de richtlijn betreffende de elektromagnetische compatibiliteit 89/336/EEG.
4 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
301
45°
M8
120
150
567
610
706
106
1670
1730
820
722
Vertrek
verwarming
Ø M 33x42
Retour
verwarming
Ø M 33x42
Rookuitlaat
Ø 139
Zijaanzicht
Achteraanzicht
Hoofdlijn brander
Fig. 5 - Afmetingen in mm (zonder optie)
567
610
1670
1730
1010
1374
364
1542
722
942
878
Vertrek/Retour verwarming
Ø M 33x42
Rookuitlaat
Ø 139
Vullen
Ø V 20x27
Sanitaire
aansluitingen Ø M 20x27
Evacuatiebuis van
de veiligheidsklep
Ø V 15x21
Zijaanzicht
Achteraanzicht
Fig. 6 - Afmetingen in mm (met materiaal in optie)
Alle verticale afmetingen zijn gemiddelde afmetingen waarop ongeveer 5 mm moeten bijgevoegd worden volgens de regeling van de voeten.
Alle verticale afmetingen zijn gemiddelde afmetingen waarop ongeveer 5 mm moeten bijgevoegd worden volgens de regeling van de voeten.
1.3 Algemene kenmerken
Model.....................Pluton____ ........4132 B
Code......................................026614
Rendementklasse ............................Lage temperatuur
Prestaties
Nuttig nominaal vermogen ................kW.........31,7
Vermogensbereik .....................kW.......22,4tot31,7
Maximaal calorifisch debiet................kW.........34,8
• Mazout
Temperatuur van de verbrande gassen (volgens vermogen) °C........181/202
Maximaal rookdebiet ..................m
3
/u..........23
Aangeraden mazoutbrander (*) ......................Stella4035 BN
•Gas
Temperatuur van de verbrande gassen (volgens vermogen) °C........170/199
Maximaal rookdebiet ..................m
3
/u..........20
Warmtewisselaar
Antaal tussenelementen .............................3
Waterinhoud (primaire kring) ..............liter..........44
Maximum gebruiksdruk verwarmingskring........bar..........3
Maximumwatertemperatuurvertrek ...........°C..........90
Minimumwatertemperatuurvertrek............°C..........30
Doorsnede rookuitlaatbuis ................mm........139/140
Optimale depressie van de schoorsteen .........Pa..........10
Sanitaire boiler
Waterinhoud .......................liter.........100
Maximum gebruiksdruk ..................bar..........7
Specifisch debiet ....................l/min.........17,5
Verbrandingskamer
Lengte ..........................mm.........420
Minimum doorsnede ...................mm.........260
Hoogte ..........................mm.........300
Verbrandingskamervolume ...............dm
3
..........20
Volumekantroken....................dm
3
.........12,2
Allerlei
Gewicht...........................kg.........230
Voedingsspanning (50 Hz) .................V.........230
Elektrisch vermogen ....................W..........80
(*) In geval van gebruik van een andere brander dan
degenen die in ons catalogus vermeld zijn, en in geval
van twijfel, de compatibiliteit van de ketel bij onze
technische diensten controleren.
Gebruiksaanwijzing “1278” 5
Pluton 4132 B, code 026 614
Figuur 7 - Geïsoleerde kap (optie)
6 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
1
17
7
18
19
9
20
3
4
21
9
5
162726251513
22
12
23
11
14
2
9
8
6
24
Figuur 8 - Schematische doorsnede van het apparaat
1
2
3
4
7
6
5
8
Figuur 9 - Controlecontrol
1 - Inspektieluik
2 - Huls voor de sanitaire
thermostatische voeler
3 - Sanitaire boiler van roestvrij staal
4 - Vertrek verwarming
5 - Retour verwarming
6 - Sanitair water
7 - Automatische ontluchter
8 - Controlecontrol
9 - Thermische isolatie
11 - Haarddeur
12 - Kijkluik
13 - Brander (optie)
14 - Handschoenvinger voor
thermostaat- en thermometervoelers
15 - Ledigingskraan
16 - Regelbare voeten
17 - Aansluitleiding
18 - Sanitaire circulatiepomp
19 - Antiretourklep
20 - Slang vertrek
21 - Slang retour
22 - Geïsoleerde kap (optie)
23 - Drukopneming
24 - Rookuitlaat
25 - Voorelement
26 - Tussenelement
27 - Achterelement
1 - Funktieschakelaar
- Stopzetten
- Voor sanitair warm water
alleen
- Voor de verwarming en het
sanitair warm water.
2 - Ketelthermostaat
3 - Thermometer (ketel t°)
4 - Herinschakelingsknop
(oververhittingsveiligheid)
5 - Controlelampje werking (groen)
6 - Controlelampje van de
sanitaire circulatiepomp 1 (groen)
7 - Controlelampje, veiligheid
brander (rood)
8 - Sanitaire regelaar
1.4 Werkingsprincipe
Veiligheid ketel
De veiligheidsthermostaat, met de hand
herinschakelbaar, is geregeld op 110 °C.
Op stand “radiator en kraan” (in de winter)
De brander werkt in alles of niets op aanvraag van de
ketelthermostaat (bereik 35 tot 90°C) of van de
eventuële kamerthermostaat.
De eventuële kamerthermostaat werkt op de
circulatie-pomp verwarming en de brander ofwel op de
brander alleen volgens de aansluiting.
In de stand “kraan” (in de zomer)
De brander werkt enkel op aanvraag van de sanitaire
regulatie van de boiler (type RS 3100).
Het sanitaire regelsysteem werkt met een absolute
voorrang voor het sanitair warm water door het
stilleggen van de verwarmingspomp, het starten van de
sanitaire pomp en het uitschakelen van de thermostaat
van de verwarmingsregeling.
Wanneer aan de sanitaire vraag is voldaan, wordt de
brander door de regeling gestopt maar het sanitaire
circuit blijft nog gedurende 4 minuten nadraaien (deze
tijd kan niet gewijzigd worden).
De ketelvoeler controleert de temperatuur van de
verwarmingsketel via de sanitaire vraag. Deze stopt de
brander wanneer de temperatuur van de
verwarmingsketel de insteltemperatuur van 80°C
overschrijdt.
Vorstvrije cyclus
De cyclus “vorstvrij” begint zodra de temperatuur van
de verwarmingsketel onder de 8 °C komt, waardoor de
brander in werking wordt gesteld.
Als de temperatuur in de verwarmingsketel 40 °C
bereikt, wordt de warmwater-circulatiepomp in werking
gesteld.
Als de temperatuur in de verwarmingsketel 46 °C
bereikt, stopt de brander.
Als de temperatuur in de verwarmingsketel opnieuw
onder de 15 °C komt, stopt de
warmwater-circulatiepomp.
Anti-legionella cyclus
Het systeem zal de temperatuur op 65 °C brengen
gedurende 4 minuten bij het aanzetten en vervolgens
iedere week indien de temperatuur lager is dan 65 °C.
Daarna gaat de normale werking weer in.
Als de modus “stop” of “vorstvrij” wordt ingesteld, wordt
de aan de gang zijnde warmwatercyclus onderbroken.
Als men terug gaat naar de modus voor normale
werking zal een anti-legionella cyclus op gang gebracht
worden.
Stopt van het sanitair warm water
De antivriesbescherming van het sanitair water is niet
gewaarborgd.
De brander werkt enkel op aanvraag van de
verwarming regulatie.
Gebruiksaanwijzing “1278” 7
Pluton 4132 B, code 026 614
2 Voorschriften voor de installateur
2.1 Reglementaire installaties- en
onderhoudsvoorwaarden
De installatie en het onderhoud van het toestel moeten
uitgevoerd worden door een gekwalificeerde vakman
volgens de reglementaire voorschriften en de regels
der kunst in voege ondermeer: de normen
NBN D 51.003, NBN B 61.001, NBN D 30.003 en het
Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties
(A.R.E.I.).
2.2 De stookplaats
De stookplaats zal aan de voorschriften die in voege
zijn, moeten beantwoorden.
De ketel moet geïnstalleerd worden in een geschikt en
goed verlucht lokaal.
Gas
Het volume van luchtverversing moet ten minste egaal
zijn aan (P(kW) x 2 ) m
3
/u.
De waarborg op de warmtewisselaar (plaatijzer of
gietijzer) zou vervallen in geval van plaatsing van het
toestel in een chloor behoudende omgeving (kapsallon,
wasserij, enz...).
De installatie van dit materiaal is verboden in een
badkamer of een waterplaats.
Om de onderhoudswerkzaamheden te
vergemakkelijken en een gemakkelijke toegang tot de
diverse inwendige elementen mogelijk te maken, moet
men voldoende ruimte rondom de ketel voorzien.
2.3 Omkeerbare haarddeur
De haarddeur wordt geleverd met de scharnieren aan
de linker kant en de sleutingen aan de rechterkant
(figuur 11).
Om de openingsrichting van de haarddeur om te keren,
moeten de scharnieren en de sluitschroeven gewoon
omgedraaid te worden (figuur 12).
8 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
Figuur 10 - Uitnemen van de sanitaire boiler
Figuur 11 Figuur 12
Om de behandeling en de installatie van het apparaat
te vergemakkelijken, de sanitaire boiler verwijderen:
-
De 3 schroeven losdraaien, de voorkant van de
boiler afnemen, de thermostaatvoelers aftrekken.
-
De sanitaire boiler optillen en wegnemen.
2.4 Afvoerleiding
De afvoerleiding moet overeenkomen met de geldende
reglementaire teksten en regels van het vak.
De afvoerleiding moet de juiste afmetingen hebben.
Minimale verplichtende sektie = 2,5 dm
2
voor een
schoorsteenhoogte van 5 tot 20 m, hetzij een
schoorsteenleiding van 16 cm ofwel in Ø 18 cm.
De schoorsteen mag niet op meer dan één toestel
aangesloten worden.
De schoorsteen moet waterdicht zijn.
Ze zal een voldoende thermische isolatie hebben, ten
einde kondensatie problemen te vermijden; zo niet
moet de verbuizing van de schoorsteen gedaan worden
en een systeem geplaats worden voor de rekuperatie
van het kondens.
De rooktemperaturen kunnen tamelijk laag zijn en het is
dus aangeraden van de verbuizing van de
schoorsteen te voorzien, ten einde kondensatie in de
schoorsteen te vermijden.
Een verbuizing voorzien die overeenkomt met de
gebruikte brandstof, eventueel een systeem toevoegen
voor de recuperatie van de condensaten.
2.5 Aansluitleiding
De schoorsteenaansluiting moet overeenkomen met de
geldende reglementaire teksten en regels van het vak.
Norme NBN 30.003
De schoorsteenleiding mag geen kleinere diameter
hebben dan de gasafvoerbuis van het toestel.
De plaatsing van een trekregelaar is aanbevolen
wanneer de depressie in de schoorsteen hoger is dan
30 Pa.
De verbindingspijp moet demonteerbaar zijn om de
onderhoudswerkzaamheden te vergemakkelijken.
De afvoerbuis achter het toestel zal op dichte wijze op
de schoorsteen verbonden worden.
2.6 Hydraulische aansluitingen
De aansluiting moet overeenkomen met de
reglementaire voorschriften en de regels der kunst in
voege.
Het toestel zal op de installatie aangesloten worden
door middel van Union-verbindingen en van kraantjes
om zijn demontage te vergemakkellijken.
Eventueel, de ketel met behulp van flexibels van 0,5 m
van de hydraulishe kring isoleren om het geluidsniveau
te verminderen dat te wijten is aan trillende
verspreidingen.
Monteer en sluit alle elementen van de sanitaire kit op
waterdichte wijze.
De montagerichting van de circulatiepompen en de
antiterugslagklep eerbiedigen (figuur 13).
2.6.1
Aansluiting van de stookketel op de
verwarmingskring
De circulatiepomp verwarming op de leiding vertrek of
retour plaatsen.
Voor een goede werking en om het geluidsniveau te
beperken, moet de circulatiepomp aan de installatie
aangepast worden. Eventueel de circulatiepomp van de
hydraulische kringloop isoleren met behulp van
flexibels ten einde het geluidsniveau te beperken dat te
wijten is aan trillende verspreidingen.
Een hopen of gesloten expansievat op de installatie
plaatsen.
De capaciteit van het expansievat moet aan de
afmetingen van de installatie aangepast zijn.
In geval van een gesloten expansievat is de montage
van een veiligheidsklep gekalibreerd op 3 bar
verplichtend.
De evacuatie van de veiligheidklep op de riolering
aansluiten.
Het expansievat, de toebehoren en de expansiebuis
moeten worden beschermd tegen vorst.
Indien het toestel op de hoge punt geplaatst wordt van
de installatie (b.v. op de zolder) zal een zekerheid
“gebrek aan water” geplaatst moeten worden.
Gebruiksaanwijzing “1278” 9
Pluton 4132 B, code 026 614
Figuur 13 - Sanitaire hydraulische aansluitingskit
2.6.2 Aansluiting van de stookketel op de
sanitaire kring
De sanitaire aansluitingen uitvoeren op het bovenste
van de boiler met de geleverde dichtingen.
Ingang SKW (sanitair koud water) - blauwkraagje
Uitgang SWW (sanitair warm water) - roodkraagje
Het isolerende deksel uitsnijden om de behandeling te
vergemakkelijken.
Op de ingang van het koude water een veiligheidsgroep
plaatsen met een klep gekalibreed op 7 bar. Deze groep
zal aangeloten worden op de riolering.
Ten einde de lediging te verzekeren van de boiler door
heveling, is het aangeraden de veiligheidsgroep onder
het niveau van de boiler te plaatsen.
Eventueel, op de uitgang sanitair warm water, een
thermostatische mengkraan plaatsen.
2.7 Montage van de brander
De brander op de haarddeur hechten.
-
Eerst de beschermdoppen van de schroefdraad
verwijderen.
2.8 Aansluiting van de brandstoftoevoer
Gas: De aansluiting van het toestel op het
gasdistributienet zal uitgevoerd moeten worden
volgens de voorschriften in voege.
Norm NBN 51-003).
De sektie van de buizen zal berekend worden in funktie
van de debieten en de druk van het distributienet.
Een gaskraan KVBG zal bij de ketel geplaatst worden.
Mazout : Zie de gebruiksaanwijzingen van de brander.
2.9 Elektrische aansluitingen
De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden
volgens de voorschriften van het Algemene Reglement
voor de Elektrische Installaties (A.R.E.I.).
De elektrische aansluitingen zullen uitgevoerd worden
wanneer alle andere montageoperaties uitgevoerd zijn
(vasthechten, aansluiten,....enz.).
De elektrische uitrusting van de ketel moet op de
aarding aangesloten worden.
Het is aanbevolen van de elektrische installatie uit te
rusten met een differentiële bescherming van 30 mA
(fig. 15).
Een tweepolige schakelaar buiten de ketel voorzien.
De schakelaar die op het controlebord staat ontslaat
niet van een reglementaire generale schakelaar op de
installatie te plaatsen.
Toegang tot de klemmenstrook:
-
Het deksel van de ketel verwijderen, eventueel het
controlebord kantelen.
De aansluitingen uitvoeren volgens de schema’s fig. 17
en 18.
De kabels (stroomvoeding, en circulatiepomp) langs de
draaddoorgangsgaten op het achterste van de ketel
binnen laten komen.
De sonde- en netkabels mogen niet in dezelfde
kabeldoorvoer en kabelbaan geplaatst worden.
Aansluitklem brander (5 contacten)
Uurteller: klemmen 4 (B4), 1 (neutraal) en 3 (aarde).
10 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
GS
MT
CAT
CC
R
VM
SSu
V.E
Figuur 14 - Principieel hydraulisch schema
CAT - Antithermosifonklep
CC - Circulatiepomp verwarming
GS - Veiligheidsgroep
MT - Thermostatische mengkraan
R - Installatie verwarming
SSu - Veiligheidsklep
VM - Mengkraan
VE - Gesloten expansievat
Klemmenstrook (18 contakten)
Kring 1
Circulatiepomp verwarming: klemmen 7, 8 en 9.
Kamerthermostaat met werking op de circulatiepomp:
Klemmen 10 en 11. - Op voorhand de shunt (10-11)
verwijderen.
Kamerthermostaat met werking op de brander:
Klemmen 12 en 13. - Op voorhand de shunt (12-13)
verwijderen.
Kring 2
Circulatiepomp verwarming: klemmen 14, 15 en 16.
Kamerthermostaat met werking op de circulatiepomp:
Klemmen 17 en 18. - Op voorhand de shunt (17-18)
verwijderen.
Veiligheid te weinig water: klemmen 4 en 5. Op
voorhand de shunt (4-5) verwijderen.
Voedingskabel: klem 1 (blauw), 2 (groen/geel) en
3 (rood).
-
Gebruik een soepele kabel van 3 x 0,75 mm
2
minimum
van het type H05VV-F.
-
De draadklemmen gebruiken om iedere toevallige
uitschakeling te vermijden.
De aardingsdraad moet langer zijn tussen zijn
aansluitklem en de draadklem dan de 2 andere draden.
De draadklem kan in ook welke kant gebruikt worden
volgens het aantal of de dikte van de kabels.
Gebruiksaanwijzing “1278” 11
Pluton 4132 B, code 026 614
12
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
N
L
230V~
Faze
Neutraal
Figuur 15 - Differentiële bescherming
Figuur 16 - Toegang tot de klemmenstrook
3
11
Aa
Ab
L
4
5
ME
4
b
a
c
TCh (35-90 °C)
3
1
Br
b
a
c
TSé (110 °C)
1
7
11
10 9 7
CC1
V-C1
Bc
Bd
V-M
1
V-B
5
N
13
12
1
CS
24
2
Co
Co
O
Molveno
Gottack
Aa
Ab
Bc
Bd
A1
A2
B3
B4
B1
B2
D3
D4
a
b
c
T. G
c
12
IMIT
c
12
JAEGER
124
Landis
123
TCh, TSé
TMn
TCh, TSé
TMn
Co
8
RS3100
10
N
L
Q1
Q3
K4
SSa
SCh
12 18
17
16
14
TA2/C2
CC2
TA1/C1
Aansluitingsklemmen installateur (18 polige)
Mannelijke aansluitklem (12 weg)
Vrouwelijke aansluitklem (12 weg)
Klemmenstrook brander (5 weg)
Aansluitingsklemmen sanitair (4 contacten)
Figuur 17 - Principieel electrisch schema
12 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
234567189
10
12
13
11
14 15 16 17 18
1
2
3
4
5
N
L
N
L
N
L
a
b
c
A
B
Bd
Ab
Bc
Aa
b
a
c
14 710
25811
36912
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
14
15
16
17
18
19
31
32
42
33
34
43
35
44
37
38
21
46
230V ~
12
13
1
N
3
L
CS
4
2
ACI
20
30
40
41
36
45
CC1
CC2
TSé (110 °C)
V-C1
Alim
ME
TA1/C1
TA1/Br
TA2/C2
V-B
Co
Br
TCh (35-90 °C)
V-M
Molveno
Gottack
Aa
Ab
Bc
Bd
A1
A2
B3
B4
B1
B2
D3
D4
a
b
c
T.G
c
12
IMIT
c
12
JAEGER
124
Co
L
N
T1
T2
S3
B4
26
50a
50c
50b
50d
50e
TMn, TCh
TSé
TMn, TCh
TSé
48
22
14 710
25811
36912
1
2
3
4
5
10
20
Onbestaande onderdelen,
wanneer de ketel uitgerust
is met een andere regeling
dan RS 3100.
Figuur 18 - Elektrisch kablering (Stookketel)
Alim Electrische voeding
Br Brander (zie de gebruiksaanwijzingen van
de brander).
CC1 Circulatiepomp verwarming 1
CC2 Circulatiepomp verwarming 2
Co Funktieschakelaar
ME Veiligheid te weinig water (of shunt)
N Neutraal
L Faze
TA1/C1 Shunt of Kamerthermostaat 1 met werking
op circulatiepomp 1.
TA1/Br Shunt of Kamerthermostaat 1 met werking
op de brander
TA2/C2 Shunt of Kamerthermostaat 2 met werking
op circulatiepomp 2.
TCh Ketelthermostaat
TSé Veiligheidsthermostaat
V-C1 Controlelampje van verwarming 1
circulatiepomp (groen)
V-M Controlelampje werking (groen)
V-B Controlelampje, veiligheid brander (rood)
Zie tevens de gebruiksaanwijzingen
van de brander.
2.10 Verificatie en inwerkingstelling
De installatie spoelen en de dichtheid ervan
controleren.
De installatie met water vullen.
F
Belangrijk ! De sanitaire boiler vullen en onder
druk zetten voordat men met het vullen van de
installatie begint.
Gedurende het vullen van de installatie, niet de
circulatiepomp laten draaien, alle afblaaskranen
openen van de installatie ten einde de lucht te
verwijderen van de kanalisaties.
De afblaaskranen sluiten en het water laten bijkomen
totdat de druk van de kringloop 1,5 tot 2 bar bereikt.
De klassieke verificaties uitvoeren van de brander en
zijn energie aanvoer.
Controleren of de kalibrering van het spuitstuk evenals
de regeling van de verbrandingskop wel
overeenkomen met het gewenste vermogen van het
toestel.
De goede hechting van de elektrische aansluitingen op
de aansluitklemmen controleren.
Het toestel op het net aansluiten en inschakelen (zie
instrukties voor de gebruiker).
2.11 Regeling van de brander
Zie de gebruiksaanwijzingen van de brander.
2.12 Onderhoudsinstrukties
Vóór iedere tussenkomst dient de elektrische voeding
uitgeschakeld en de brandstofleiding afgesloten te
worden.
2.12.1 Reiniging van de warmtewisselaar
De stookketel moet regelmatig gereinigd worden ten
einde een goed rendement te kunnen behouden. In
funktie v.d. gebruiksomstandigheden gebeurt deze
operatie één of twee maal per jaar.
-
De voorkant van de ketel afnemen.
-
De voorscherm verwijderen.
-
De haarddeur openen met de brander erop.
-
De wisselaar reinigen met de borstels. De vertikale
rookkanalen tussen de verbrandingskamer en de
lateralen kanalen niet vergeten.
-
De roetafval verwijderen en de deur dicht doen.
2.12.2 Onderhoud van de boiler
Het onderhoud van de boiler moet één maal per jaar
gedaan worden.
-
De boiler ledigen door de klep van de veiligheidsgroep
te openen
-
De inlaatluik afnemen.
-
Het eventuële kalkbezinksel in de boiler verwijderen.
-
Zorgvuldig het kalkbezinksel op de aquastaathuls
verwijderen. Daarvoor, geen metalische gereedschap
gebruiken noch kemische of schurende produkten.
-
Bij iedere opening van de controleluik moet de
dichting vervangen worden.
-
De luik terugplaatsen en de moeren “in kruis” terug
vastdraaien.
Niet vergeten de sanitaire sonde in zijn huls terug te
plaatsen.
2.12.3 Onderhoud van de brander
Het regelmatige onderhoud van de brander (cel,
spuitstuk, verbrandingskop, elektrode, pompfilter) moet
worden uitgevoerd door een vakman, 1 of 2 maal per
jaar, naargelang de gebruiksomstandigheden.
Deze onderhoudsoperaties worden beschreven in de
technische gebruiksaanwijzingen van de brander.
Na terugplaatsing moet er een verbrandingscontrole
worden uitgevoerd teneinde de afstelling van de
brander na te gaan en controleren dat deze afstelling
overeenkomt met het vermogen van de ketel.
2.12.4 Onderhoud van de schoorsteen
De schoorsteen moet ten minste 1 maal per jaar door
een vakman gereinigd worden.
2.12.5 Onderhoud van de veiligheidsonderdelen
Iedere jaar, de goede werking van het
expansiesysteem controleren. De druk van de
expansievat en de tarrabepaling van de vieligheidsklep.
De veiligheidsgroep die op de ingang van het sanitair
koud water staat ook controleren.
Gebruiksaanwijzing “1278” 13
Pluton 4132 B, code 026 614
Figuur 19 - Verbrandingsomloop
3 Instructies voor de gebruiker
De installatie en de eerste inwerkingsstelling van de
ketel moeten uitgevoerd worden door een installateur
centrale verwarming die U alle nodige informaties zal
verschaffen over de ontsteking en de regeling van de
ketel.
De elektrische uitrusting van de ketel moet op de
aarding aangesloten worden.
Brandstoft: Uw verwarmingstoestel is uitgerust met
een brander die werkt op huisbrandolie, of een brander
die werk op gas.
De brandstoft moet vrij zijn van onzuiverheden en
water.
14 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
12
5
6
12
13
14
15
16
3
4
7
8
9
10
11
7
Figuur 20 - Bedienings-en controle onderdelen
1 Sanitaire regelaar
2 Ketelthermostaat
3 Funktieschakelaar
Stopzetten
Voor sanitair warm water alleen.
Voor de verwarming en het sanitair warm water.
4 Kijkluik
5 Herinschakelingsknop (branderveiligheid)
6 Ledigingskraan
7
Deblokkering van de circulatiepomp*
8
Regeling van de mengkraan*
9 Automatische ontluchter*
10
Testknop van de veiligheidsklep*
11 Manometer* (installatie hydraulische druk)
12 Thermometer (ketel t°)
13 Herinschakelingsknop (oververhittingsveiligheid)
14 Controlelampje werking (groen)
15 Controlelampje van verwarming circulatiepomp 1
(groen)
16 Controlelampje, veiligheid brander (rood)
* : Optie hydraulische aansluitingskit
3.1 Inwerkingstelling van de ketel
Zich ervan verzekeren dat de installatie met water
gevuld is en dat de druk op de manometer voldoende
hoog is, tussen 1,5 en 2 bar.
-
De kraan van de brandstoft voedleiding openen.
-
Elektrisch aansluiten.
-
De schakelaar (kent. 3, fig. 20) op “radiator en kraan”
plaatsen.
Voor de verwarming en het sanitair warm water.
-
De schakelaar op “kraan” plaatsen.
Voor sanitair warm water alleen.
-
De ketelthermostaat (kent. 2, fig. 20) regelen om de
gewenste temperatuur van de ketel te bekomen
- zacht weer: 50 tot 60 °C,
- koud weer: 60 tot 70 °C,
- zeer koud weer: 70 tot 85 °C.
-
De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur
zetten.
Indien de installatie uitgerust is met een
kamerthermostaat, deze op de gewenste temperatuur
zetten.
Als de ketel niet vertrek
-
Controleren of de kamerthermostaat, als die bestaat,
in aanvraag is.
-
Controleren of de ketelthermostaat, in aanvraag is.
-
Controleren of de veiligheidsthermostaat
ingeschakeld is (Zie hierna § veiligheid ketel).
- Controleren dat de brander niet in veiligheid staat (Zie
hierna § veiligheid brander).
Indien de ketel uitgerust is met een regeling (andere
dan RS 3100), de gebruiksaanwijzing van deze
regeling navolgen.
3.2 Bediening van de installatie
De instrukties volgen van Uw installateur-chauffagist.
Regelmatig de waterdruk in de verwarmingskring
(tussen 1,5 en 2 bar).
Winter werking
-
De schakelaar op “radiator en kraan” plaatsen.
-
De ketelthermostaat regelen om de gewenste
temperatuur van de ketel te bekomen.
-
De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur
zetten.
-
Als de installatie voorzien is van een mengkraan, stel
deze dan in om de gewenste temperatuur te krijgen in
het verwarmingssysteem.
-
De eventuële kamerthermostaat op de gewenste
kamertemperatuur zetten.
Zomer werking
-
De schakelaar op “kraan” plaatsen.
-
De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur
zetten.
-
Als de installatie voorzien is van een mengkraan, stel
de hendel van de mengkraan in op 0 om circulatie in
het verwarmingscircuit te voorkomen.
Gebruiksaanwijzing “1278” 15
Pluton 4132 B, code 026 614
Zeer koude
winter
Zomer
Stopzetten
70 tot
85 °C
7 tot 10
50 tot
60 °C
Koude
winter
Zachte
winter
60 tot
70 °C
5 tot 8
4 tot 7
-
-
0
-
Figuur 21 - Bediening van de installatie
Figuur 22 - Bedieningsknop
(55 tot 75 °C) : Regelbereik temperatuur sanitair
water
-
De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur
zetten.
: Als er bijgevuld wordt gaat het groene
lampje boven de potentiometer van de regulateur
branden.
: Waakregime met vorstvrij bescherming.
De ketel voert geen lading van sanitair warm water
uit.
De cyclus “vorstvrij” begint zodra de temperatuur van
de verwarmingsketel onder de 8 °C komt.
: Stopt van het sanitair warm water
De antivriesbescherming van het sanitair water is
niet gewaarborgd.
De brander werkt enkel op aanvraag van de
verwarming regulatie.
3.3 Veiligheid ketel
Wanneer de temperatuur in het verwarmingslichaam
boven de 110 °C gaat, is de ketel beveiligd door een
veiligheidsthermostaat.
De knop losdraaien (fig. 23) en herwapenen wanneer
de watertemperatuur opnieuw normaal geworden is.
Indien dit incident zich herhaalt, de installateur
verwittigen.
3.4 Veiligheid brander
Wanneer het controlelampje (kent. 5 of 16 , fig. 20) van
de brander aangaat, wordt deze laatste door zijn
veiligheidssysteem geblokkeerd, de brander
herwapenen (fig. 24).
Indien dit incident zich herhaalt, het volgende
controleren:
- De kraan van de voedleiding openen is.
- Het stookolieniveau in de tank controleren; indien dit
normaal is, de filter reinigen die op de leiding staat.
Als de brander dan nog niet gaat, nadat hij
heringeschakeld is geworden, de chauffagist roepen.
3.5 Stopzetten van de ketel en de
brander
In geval van een korte stilstand: de funkties schakelaar
van het controlebord op “O” zetten.
In geval van een lange stilstand: de hoofdschakelaar
van de verwarming uitschakelen en de
brandstoftvoeding sluiten.
Wanneer er vorstgevaar is, de installatie ledigen.
3.6 Ledigen van de ketel
Voor de ketel en de installatie volledig ledigen:
De aftapkranen bovenaan de installatie en de
ledigingskraan van de ketel openen.
3.7 Regelmatige controle
Gedurende de werking van de ketel mag er in de
stookruimte geen rook uit de ketel of het afvoerleiding
ontsnappen.
Het mazoutverbruik en de staat van de mazouttank
moeten regelmatig gecontroleerd worden teneinde een
lek dadelijk op te sporen.
Om de drie maanden de filter van de mazoutvoeding
reinigen.
In geval van abnormale werking, de elektrische voeding
uitschakelen, de mazoutkraan sluiten en onmiddellijk
Uw installateur raadplegen.
3.8 Onderhoudsinstrukties
De onderhoudsoperaties moeten regelmatig gedaan
worden ten einde de werking van de toestel in alle
veiligheid te waarborgen.
De stookketel, de brander en de muurdoorvoerpijp
moeten 1 tot 2 keren per jaar gereinigd en
gecontroleerd worden en dit volgens de
gebruiksomstandigheden.
De schoorsteen moet een keer per jaar gecontroleerd
en gereinigd worden.
Dit onderhoud dient uitgevoerd te worden door een
vakman, die tevens de veiligheidselementen van de
ketel en de installatie zal controleren.
Alle geëmailleerde delen van de mantel kunnen
gereinigd worden met een zachte droge of een beetje
vochtig ge-maakte lap.
Gebruik geen schuurmiddelen.
16 Gebruiksaanwijzing “1278”
Pluton 4132 B, code 026 614
Figuur 23 - Herinschakelingsknop
(oververhittingsveiligheid)
Figuur 24 - Controlelampje, veiligheid brander -
Herinschakelingsknop
4 Wisselstukken
Voor elke bestelling van wisselstukken, het volgende
aanduiden: het type en codenummer van het toestel, de
beschrijving en het codenummer van het stuk.
Het aanduidingsplaatje bevindt zich op het
achtermantel.
Pluton 4132 B, code 026 614
Gebruiksaanwijzing “1278” 17
Pluton 4132 B, code 026 614
1
11
5
52
19
143
12
8
13 18 17
15
4
8
17
21
10
6
7
16
20
Figuur 25 - Overzicht onderdelen (controlebord)
. 1 106322 Klemmenstrook ........4x1.....01
. 2 106323 Klemmenstrook ........5x1.....01
. 3 110706 Schakelaar .................01
. 4 110765 Connector M .........7x1.....01
. 5 110770 Klemmenstrook .......12x1....01
. 6 165330 Regelaar ..........RS3100 . . . 01
. 7 109340 Kabelboom voeding ............01
. 8 149883 Knop..................... 02
.10 109214 Elektrisch kabel........5x1....2,2m
.11 174208 Klemmenstrookhouder ...........06
.12 177120 Controlebord ................01
.13 178617 Thermometer ................01
.14 178924 Thermostaat ........35-90°C...01
.15 178925 Thermostaat.........110°C ....01
.16 198731 Ketelvoeler ..........2m ....01
.17 191015 Controlelampje ...............02
.18 191025 Controlelampje ...............01
.19 241703 Steun ....................01
.20 198734 Sanitaire voeler........4m ....01
.21 977042 Controlebord ................01
N° Code Beschrijving.........Type...Aantal
Gebruiksaanwijzing “1278” 19
Pluton 4132 B, code 026 614
.22 142342 Dichting ...........Ø150....01
.23 142722 Dichting ...........20x27....03
.24 142726 Dichting ...........26x34....01
.25 142728 Dichting ...........33x42....02
.27 150000 Platen stuk M met dichting . 20x27 ....01
.28 157312 Draaddoorvoerring .............02
.29 159200 Profiel ................... 1,96m
.30 159410 Automatische ontluchter ..........01
.31 160706 Regelbare voeten..............04
.32 109928 Circulatiepomp ...............01
.33 110010 Antiretourklep ........20x27....01
.34 122107 Borstel ............20x80....01
.35 122108 Vlakke borstel .......20x80x30...01
.36 134503 Snelle stift..................08
.38 182114 Buizen sanitair ...............01
.39 182322 Vertrekbuis ................. 02
.40 182544 Vertrekbuis ................. 01
.41 182563 Flexibel ...................01
.42 182564 Flexibel ...................01
.43 189118 Vijs ..............d.10....01
.46 937243 Voorfront ..................01
.47 937241 Voorfront ..................01
.48 207325 Achtermantel ................01
.49 207333 Achtermantel ................01
.50 207332 Achtermantel ................01
.51 912455 Kant ..................... 02
.52 912458 Kant ..................... 02
.53 210233 Frontpaneel .................01
.54 244403 Houder ................... 02
.55 252676 AB Deksel .................... 01
.56 260603 AB Scherm ................... 01
.57 303864 Buis .............139/140 . . . 01
.58 904506 Geïsoleerde boiler met inspektieluik AV.....01
.59 982118 Bezoeksflens met anode..........01
.61 158995 Deur .....................01
.62 166705 Ledigingskraan ...............01
.63 123066 Voorelement ................01
.64 123067 Tussenelement ...............01
.65 123069 Achterelement ...............01
.66 445615 10 Hechtingspoot ...............01
.67 164805 Kijkluik.................... 01
.68 119603 Huls voor voelers ..............01
.69 164607 Reductie ...........40-20....01
.70 104851 Reductie ...........40-15....01
.71 159015 Drukopneming ...............01
.72 141019 Deurisolatie ................. 01
.73 982119 Bezoeksflens ................01
.74 101401 Anode .................... 01
.75 111344 Isolerende deksel..............01
.76 122517 Moer .............20x27....01
.77 222210 Geleider ................... 02
.78 231719 Winkelhaak ................. 01
.79 281019 10 Voetstuk boiler ...............01
N° Code Beschrijving.........Type...Aantal
§ Waarborg certifikaat §
§ Waarborg
De voorschriften van dit waarborgbewijs zijn niet
uitsluitend voor de aankoper van het materiaal van
voordeel te kunnen trekken van de wettelijke
waarborgen, wat betreft de verborgen defekten of
fouten, die van toepassing zijn in het land waar de
ketel verkocht wordt.
Onze toestellen worden gedurende 2 jaar
gewaarborgd tegen ieder materiaal of
konstruktiefout. Deze waarborg omvat de
vervanging van de oorspronkelijke stukken die
defekt bevonden werden door onze dienst
“Waarborg controle”, transport en
verpakkingskosten zijn ten laste van de gebruiker.
Zekere stukken of onderdelen krijgen een
verlengde waarborg:
- boiler, inox of geëmailleerd: 5 jaar
- gietijzeren of plaatijzeren warmtewisselaars: 3
jaar
§ Geldigheid van de waarborg
De waarborg is maar alleen geldig voor ketels die
geplaatst en geregeld werden door een herkende
installateur en voor ketels die gebruikt en
onderhouden worden volgens de voorschriften die
vermeld staan in onze gebruiksaanwijzingen.
§ De waarborg dekt niet :
- de lichtjes, de smeltzekeringen, de gietijzeren
onderdelen die rechtstreeks in kontakt zijn met het
gloeiende houtskool van de ketels die met vaste
brandstoffen werken.
- de beschadigingen die ontstaan zijn ingevolge
buitenelementen aan de ketel (terugslag in de
schoorsteen, onweereffekten, vocht, niet
overeenkomende druk en onderdruk, thermische
stoten, vuurslagen, enz...).
- de beschadigingen van elektrische delen,
ingevolge aansluitingen op een net waarvan de
spanning, opgenomen aan de ingang van het
toestel, hoger of lager dan 10% zou zijn dan de
nominale spanning van 230 V.
- de waarborg van het toestel zou vervallen in geval
van het gebruik van een niet aanbevolen branstof
- de waarborg op de warmtewisselaar (plaatijzer of
gietijzer) zou vervallen in geval van plaatsing van
het toestel in een chloor behoudende omgeving
(kapsallon, wasserij, enz...).
- voor geen enkel geval mag ons schade- en
interestvergoeding gevraagd worden.
Wij voorbehouden ons het recht, zonder
voorafgaand bericht, alle veranderingen die door
onze technische- en handelsdiensten als nodig
beschouwd werden, op ons materiaal aan te
brengen.
De kenmerken, afmetingen en inlichtingen die op
onze dokumenten staan vermeld, worden als
stelpost gegeven en verbinden in niets onze
maatschappij.
CONFORMITEITSVERKLARING
Wij ondergetekende, Société Industrielle de Chaudière, verklaren hierbij dat onderstaande
verwarmingsketels, gecommercialiseerd onder het merk atlantic franco belge”, met het CE certificatietype
1312 AT 2733 en onderworpen aan een fabricatietoezicht door CERTIGAZ, conform gefabriceerd zijn aan
het type dat onderworpen werd aan het certificaat, en voldoen aan de Europese Richtlijnen die op dit type van
toepassing zijn, en aan het Koninklijk Besluit van 8 januari 2004 betreffende de uitstoot van schadelijke
stoffen.
Société Industrielle de Chaudière

Documenttranscriptie

Document n° 1278-4 ~ 13/07/2007 FR Pluton 4132 B - code 026 614 NL DE ES PL DE : Die deutschsprachige Bedienungsanleitung ist auf Anfrage zu erhalten bei atlantic, Avenue Château Jaco 1 - 1410 Waterloo Tel.: 02/357.28.20 - Fax : 02/353.21.82 Chaudière convertible fioul/gaz à équiper d’un brûleur fioul ou d'un brûleur gaz Chauffage et production d’eau chaude sanitaire. Notice de référence destinée au professionnel et à l’utilisateur à conserver par l’utilisateur pour consultation ultérieure Présentation du matériel Instructions pour l’installateur Instructions pour l’utilisateur Pièces détachées Certificat de garantie Société Industrielle de Chauffage BP 64 - 59660 MERVILLE - FRANCE Téléphone : 03.28.50.21.00 Fax : 03.28.50.21.97 RC Hazebrouck Siren 440 555 886 Matériel sujet à modifications sans préavis Document non contractuel. Pluton 4132 B, code 026 614 N° .22 .23 .24 .25 .27 .28 .29 .30 .31 .32 .33 .34 .35 .36 .38 .39 .40 .41 .42 .43 .46 .47 .48 .49 .50 .51 .52 .53 .54 .55 .56 .57 .58 .59 .61 .62 .63 .64 .65 .66 .67 .68 .69 .70 .71 .72 .73 .74 .75 .76 .77 .78 .79 Code 142342 142722 142726 142728 150000 157312 159200 159410 160706 109928 110010 122107 122108 134503 182114 182322 182544 182563 182564 189118 937243 937241 207325 207333 207332 912455 912458 210233 244403 252676 260603 303864 904506 982118 158995 166705 123066 123067 123069 445615 164805 119603 164607 104851 159015 141019 982119 101401 111344 122517 222210 231719 281019 Désignation . . . . . . . . . Type . . . . Qté Joint de trappe . . . . . . . Ø 150 . . . Joint . . . . . . . . . . . . . 20x27 . . . Joint . . . . . . . . . . . . . 26x34 . . . Joint . . . . . . . . . . . . . 33x42 . . . Pièce folle M . . . . . . . . 20x27 . . . Passe-fil . . . . . . . . . . . . . . . . . . Profilé . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Purgeur automatique . . . . . . . . . . . Pied réglable . . . . . . . . . . . . . . . Circulateur . . . . . . . . . . . . . . . . Clapet antiretour . . . . . . 20x27 . . . Écouvillon . . . . . . . . . . 20x80 . . . Écouvillon plat. . . . . . . 20x80x30 . . Goujon . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tuyau eau froide . . . . . . . . . . . . . Tuyau de départ . . . . . . . . . . . . . Tuyau de départ . . . . . . . . . . . . . Flexible . . . . . . . . . . . . . . . . . . Flexible . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vis en laiton . . . . . . . . . d. 10 . . . Façade . . . . . . . . . . . . . . . . . . Façade . . . . . . . . . . . . . . . . . . Habillage arrière . . . . . . . . . . . . . Habillage arrière . . . . . . . . . . . . . Habillage arrière . . . . . . . . . . . . . Côté . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Côté . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Panneau avant . . . . . . . . . . . . . . Support . . . . . . . . . . . . . . . . . . AB Couvercle . . . . . . . . . . . . . . . . . AB Écran . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Buse . . . . . . . . . . . . 139/140 . . Ballon isolé avec trappe . . . AV . . . . Trappe avec anode . . . . . . . . . . . . Porte de foyer. . . . . . . . . . . . . . . Robinet de vidange . . . . . . . . . . . . Élément avant . . . . . . . . . . . . . . Élément intermédiaire . . . . . . . . . . Élément arrière . . . . . . . . . . . . . . 10 Patte de fixation . . . . . . . . . . . . . Regard de flamme . . . . . . . . . . . . Doigt de gant . . . . . . . . . . . . . . . Réduction . . . . . . . . . . 40-20 . . . Réduction . . . . . . . . . . 40-15 . . . Prise de pression . . . . . . . . . . . . . Isolant de porte . . . . . . . . . . . . . . Trappe de visite . . . . . . . . . . . . . Anode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Couvercle isolant . . . . . . . . . . . . . Écrou . . . . . . . . . . . . 20x27 . . . Guide . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Équerre . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Socle ballon . . . . . . . . . . . . . . . . Notice de référence “1278” . 01 . 03 . 01 . 02 . 01 . 02 1,96 m . 01 . 04 . 01 . 01 . 01 . 01 . 08 . 01 . 02 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 . 02 . 01 . 02 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 . 01 . 01 19 Document n° 1278-4 ~ 13/07/2007 FR Pluton 4132 B - code 026 614 NL DE ES PL DE : Die deutschsprachige Bedienungsanleitung ist auf Anfrage zu erhalten bei atlantic, Avenue Château Jaco 1 - 1410 Waterloo Tel.: 02/357.28.20 - Fax : 02/353.21.82 Ombouwbare ketel brandolie/gas om met een stookoliebrander fuel een gasbrander uit te rusten Verwarming en productie van sanitair warm water. Gebruiksaanwijzing bestemd voor de vakman en de gebruiker te behouden door de gebruiker voor nadere consultatie. Presentatie van het materiaal Voorschriften voor de installateur Instructies voor de gebruiker Wisselstukken Waarborg certifikaat Société Industrielle de Chauffage BP 64 - 59660 MERVILLE - FRANCE Telefoon : 03.28.50.21.00 Fax : 03.28.50.21.97 RC Hazebrouck Siren 440 555 886 Materiaal dat zonder voorafgaand bericht gewijzigd kan worden. Niet bindend document. Pluton 4132 B, code 026 614 S.I.C. feliciteert u met uw keuze. S.I.C, ISO 9001 genormeerd, garandeert de kwaliteit van zijn apparaten en doet de belofte zijn klanten tevreden te stellen. Steunend op meer dan 80 jaar knowhow, gebruikt S.I.C. de meest geavanceerde technologieën voor het ontwerp en de fabricage van een volledig assortiment verwarmingsapparaten. Dit document zal u helpen uw apparaat zo te installeren dat het optimaal functioneert, voor uw comfort en uw veiligheid. INHOUD Voorstelling van het materiaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . p. 3 Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . p. 3 Algemene kenmerken . . . . . . . . . . p. 5 Materiaal in optie . . . . . . . . . . . . . p. 3 Werkingsprincipe . . . . . . . . . . . . . p. 7 Voorschriften voor de installateur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . p. 8 Reglementaire installaties- en onderhoudsvoorwaarden. . . . . . . . . p. 8 De stookplaats . . . . . . . . . . . . . . p. 8 Omkeerbare haarddeur . . . . . . . . . p. 8 Afvoerleiding . . . . . . . . . . . . . . . p. 9 Aansluitleiding . . . . . . . . . . . . . . p. 9 Aansluiting van de brandstoftoevoer. . p. 10 Elektrische aansluitingen . . . . . . . . p. 10 Verificatie en inwerkingstelling . . . . . p. 13 Regeling van de brander . . . . . . . . p. 13 Onderhoudsinstrukties . . . . . . . . . p. 13 Reiniging van de warmtewisselaar . . . . p. 13 Hydraulische aansluitingen . . . . . . . p. 9 Onderhoud van de boiler . . . . . . . . . p. 13 Aansluiting van de stookketel op de verwarmingskring . . . . . . . . . . . . . . p. 9 Onderhoud van de brander . . . . . . . . p. 13 Aansluiting van de stookketel op de sanitaire kring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . p. 10 Onderhoud van de veiligheidsonderdelen p. 13 Onderhoud van de schoorsteen . . . . . . p. 13 Montage van de brander . . . . . . . . p. 10 Instructies voor de gebruiker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . p. 14 Inwerkingstelling van de ketel . . . . . p. 15 Stopzetten van de ketel en de brander p. 16 Bediening van de installatie . . . . . . p. 15 Ledigen van de ketel . . . . . . . . . . p. 16 Veiligheid ketel . . . . . . . . . . . . . p. 16 Regelmatige controle . . . . . . . . . . p. 16 Veiligheid brander. . . . . . . . . . . . p. 16 Onderhoudsinstrukties . . . . . . . . . p. 16 Wisselstukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . p. 17 2 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 1 Voorstelling van het materiaal Verpakking 1.1 P a • 1 pak: 4 0 - Stookketel met mantel - Sanitaire regeling 2 0 0 Materiaal in optie 1.2 11 00 22 00 33 00 44 00 55 00 66 00 P a 77 00 - 2 0 • Hydraulische aansluitingskit E46/2 (074 187) • Regeling door kamerthermostaat met werking op - 4 0 P a mengkraan TEX 33 (073 000) met hydraulische aansluitingskit E46/2. Fig. 1 - Lastverlies van de verbrandingsomloop • Regeling: RA 541 (072 181) ; RAX 531 (072 118) ; RAX 532 (072 199) • Geïsoleerde kap • Sanitaire mengkraankit (074 181) • Stookoliebrander Stella 4035 BN m b a r 1 0 8 6 4 2 °C 80 0 0 70 5 0 0 1 0 0 0 2 0 0 0 1 5 0 0 2 5 0 0 3 0 0 0 Q ( l/h ) 1 60 Fig. 2 - Lastverlies van de hydraulische omloop 50 10 l/min 2 12,5 l/min 40 15 l/min 30 20 10 5 10 15 20 25 30 min Fig. 3 - Sanitaire prestaties À : Temperatuur steiging van de boiler (zonder aftappen) Á : Temperatuur van het sanitair warm water (bij aftappen) °C : Temperatuur van de sanitaire boiler. min : À - Tijd nodig om op t° te komen ; Á - Aftaptijd l/min : Aftapdebiet O h m s 0 7 5 7 0 6 5 6 0 5 5 5 0 4 5 4 0 3 5 3 0 2 5 2 0 1 5 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5 0 0 0 1 0 2 0 3 0 4 0 5 0 6 0 7 0 8 0 9 0 1 0 0 °C Figuur 4 - Waarde in ohm van de voelers (sanitaire voeler - ketelvoeler) Dit toestel is overeenkomstig met: - de gassrichtlijn 90/396/EEG en de rendementsrichtlijn 92/42/EEG volgens de normen EN 303-1, EN 303-2 en EN 625, - de richtlijn lage spanning 73/23/EEG volgens de norm EN 60335-1, - de richtlijn betreffende de elektromagnetische compatibiliteit 89/336/EEG. Gebruiksaanwijzing “1278” 3 Pluton 4132 B, code 026 614 722 1730 Vertrek verwarming Ø M 33x42 1670 Rookuitlaat Ø 139 150 120 706 Hoofdlijn brander 567 Retour verwarming Ø M 33x42 45° M8 301 106 610 820 Achteraanzicht Zijaanzicht Alle verticale afmetingen zijn gemiddelde afmetingen waarop ongeveer 5 mm moeten bijgevoegd worden volgens de regeling van de voeten. Fig. 5 - Afmetingen in mm (zonder optie) Sanitaire aansluitingen Ø M 20x27 722 Vertrek/Retour verwarming Ø M 33x42 Evacuatiebuis van de veiligheidsklep Ø V 15x21 Vullen Ø V 20x27 1730 1542 1670 Rookuitlaat Ø 139 942 567 610 364 878 1010 1374 Achteraanzicht Zijaanzicht Alle verticale afmetingen zijn gemiddelde afmetingen waarop ongeveer 5 mm moeten bijgevoegd worden volgens de regeling van de voeten. Fig. 6 - Afmetingen in mm (met materiaal in optie) 4 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 1.3 Algemene kenmerken Model . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Pluton _ _ _ _ . . . . . . . . 4132 B Code . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 026 614 Rendementklasse . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Lage temperatuur Prestaties Nuttig nominaal vermogen . . . . . . . . . . . . . . . . kW . . . . . . . . . 31,7 Vermogensbereik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . kW . . . . . . . 22,4 tot 31,7 Maximaal calorifisch debiet. . . . . . . . . . . . . . . . kW . . . . . . . . . 34,8 • Mazout Temperatuur van de verbrande gassen (volgens vermogen) °C . . . . . . . . 181 / 202 Maximaal rookdebiet . . . . . . . . . . . . . . . . . . m3/u. . . . . . . . . . 23 Aangeraden mazoutbrander (*) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Stella 4035 BN • Gas Temperatuur van de verbrande gassen (volgens vermogen) °C . . . . . . . . 170 / 199 Maximaal rookdebiet . . . . . . . . . . . . . . . . . . m3/u. . . . . . . . . . 20 Warmtewisselaar Antaal tussenelementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Waterinhoud (primaire kring) . . . . . . . . . . . . . . liter. . . . . . . . . . 44 Maximum gebruiksdruk verwarmingskring. . . . . . . . bar . . . . . . . . . . 3 Maximum watertemperatuur vertrek . . . . . . . . . . . °C. . . . . . . . . . 90 Minimum watertemperatuur vertrek . . . . . . . . . . . . °C. . . . . . . . . . 30 Doorsnede rookuitlaatbuis . . . . . . . . . . . . . . . . mm . . . . . . . . 139/140 Optimale depressie van de schoorsteen . . . . . . . . . Pa. . . . . . . . . . 10 Sanitaire boiler Waterinhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . liter . . . . . . . . . 100 Maximum gebruiksdruk . . . . . . . . . . . . . . . . . . bar . . . . . . . . . . 7 Specifisch debiet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . l/min . . . . . . . . . 17,5 Verbrandingskamer Lengte . . . . . . . . . . . Minimum doorsnede . . . . Hoogte . . . . . . . . . . . Verbrandingskamervolume Volume kant roken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . mm . . . . . . . . . 420 mm . . . . . . . . . 260 mm . . . . . . . . . 300 dm3 . . . . . . . . . . 20 dm3 . . . . . . . . . 12,2 Allerlei Gewicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . kg . . . . . . . . . 230 Voedingsspanning (50 Hz) . . . . . . . . . . . . . . . . . V . . . . . . . . . 230 Elektrisch vermogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . W. . . . . . . . . . 80 (*) In geval van gebruik van een andere brander dan degenen die in ons catalogus vermeld zijn, en in geval van twijfel, de compatibiliteit van de ketel bij onze technische diensten controleren. Figuur 7 - Geïsoleerde kap (optie) Gebruiksaanwijzing “1278” 5 Pluton 4132 B, code 026 614 17 1 6 8 1 - Inspektieluik 2 - Huls voor de sanitaire thermostatische voeler 3 - Sanitaire boiler van roestvrij staal 4 - Vertrek verwarming 5 - Retour verwarming 6 - Sanitair water 7 - Automatische ontluchter 8 - Controlecontrol 9 - Thermische isolatie 11 - Haarddeur 12 - Kijkluik 13 - Brander (optie) 14 - Handschoenvinger voor thermostaat- en thermometervoelers 15 - Ledigingskraan 16 - Regelbare voeten 17 - Aansluitleiding 18 - Sanitaire circulatiepomp 19 - Antiretourklep 20 - Slang vertrek 21 - Slang retour 22 - Geïsoleerde kap (optie) 23 - Drukopneming 24 - Rookuitlaat 25 - Voorelement 26 - Tussenelement 27 - Achterelement 7 18 9 19 2 9 14 20 11 3 23 4 12 24 22 21 9 5 13 15 25 26 27 16 Figuur 8 - Schematische doorsnede van het apparaat 1 3 2 8 1 - Funktieschakelaar - Stopzetten - Voor sanitair warm water alleen - Voor de verwarming en het sanitair warm water. 4 7 6 5 2 - Ketelthermostaat 3 - Thermometer (ketel t°) 4 - Herinschakelingsknop (oververhittingsveiligheid) 5 - Controlelampje werking (groen) 6 - Controlelampje van de sanitaire circulatiepomp 1 (groen) 7 - Controlelampje, veiligheid brander (rood) 8 - Sanitaire regelaar Figuur 9 - Controlecontrol 6 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 1.4 Werkingsprincipe Veiligheid ketel De veiligheidsthermostaat, met de hand herinschakelbaar, is geregeld op 110 °C. Op stand “radiator en kraan” (in de winter) De brander werkt in alles of niets op aanvraag van de ketelthermostaat (bereik 35 tot 90°C) of van de eventuële kamerthermostaat. De eventuële kamerthermostaat werkt op de circulatie-pomp verwarming en de brander ofwel op de brander alleen volgens de aansluiting. In de stand “kraan” (in de zomer) De brander werkt enkel op aanvraag van de sanitaire regulatie van de boiler (type RS 3100). Het sanitaire regelsysteem werkt met een absolute voorrang voor het sanitair warm water door het stilleggen van de verwarmingspomp, het starten van de sanitaire pomp en het uitschakelen van de thermostaat van de verwarmingsregeling. Wanneer aan de sanitaire vraag is voldaan, wordt de brander door de regeling gestopt maar het sanitaire circuit blijft nog gedurende 4 minuten nadraaien (deze tijd kan niet gewijzigd worden). De ketelvoeler controleert de temperatuur van de verwarmingsketel via de sanitaire vraag. Deze stopt de brander wanneer de temperatuur van de verwarmingsketel de insteltemperatuur van 80°C overschrijdt. Gebruiksaanwijzing “1278” Vorstvrije cyclus De cyclus “vorstvrij” begint zodra de temperatuur van de verwarmingsketel onder de 8 °C komt, waardoor de brander in werking wordt gesteld. Als de temperatuur in de verwarmingsketel 40 °C bereikt, wordt de warmwater-circulatiepomp in werking gesteld. Als de temperatuur in de verwarmingsketel 46 °C bereikt, stopt de brander. Als de temperatuur in de verwarmingsketel opnieuw onder de 15 °C komt, stopt de warmwater-circulatiepomp. Anti-legionella cyclus Het systeem zal de temperatuur op 65 °C brengen gedurende 4 minuten bij het aanzetten en vervolgens iedere week indien de temperatuur lager is dan 65 °C. Daarna gaat de normale werking weer in. Als de modus “stop” of “vorstvrij” wordt ingesteld, wordt de aan de gang zijnde warmwatercyclus onderbroken. Als men terug gaat naar de modus voor normale werking zal een anti-legionella cyclus op gang gebracht worden. Stopt van het sanitair warm water De antivriesbescherming van het sanitair water is niet gewaarborgd. De brander werkt enkel op aanvraag van de verwarming regulatie. 7 Pluton 4132 B, code 026 614 2 Voorschriften voor de installateur 2.1 Reglementaire installaties- en onderhoudsvoorwaarden De installatie en het onderhoud van het toestel moeten uitgevoerd worden door een gekwalificeerde vakman volgens de reglementaire voorschriften en de regels der kunst in voege ondermeer: de normen NBN D 51.003, NBN B 61.001, NBN D 30.003 en het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (A.R.E.I.). 2.2 Om de behandeling en de installatie van het apparaat te vergemakkelijken, de sanitaire boiler verwijderen: - De 3 schroeven losdraaien, de voorkant van de boiler afnemen, de thermostaatvoelers aftrekken. - De sanitaire boiler optillen en wegnemen. De stookplaats De stookplaats zal aan de voorschriften die in voege zijn, moeten beantwoorden. De ketel moet geïnstalleerd worden in een geschikt en goed verlucht lokaal. Gas Het volume van luchtverversing moet ten minste egaal zijn aan (P(kW) x 2 ) m3/u. De waarborg op de warmtewisselaar (plaatijzer of gietijzer) zou vervallen in geval van plaatsing van het toestel in een chloor behoudende omgeving (kapsallon, wasserij, enz...). De installatie van dit materiaal is verboden in een badkamer of een waterplaats. Om de onderhoudswerkzaamheden te vergemakkelijken en een gemakkelijke toegang tot de diverse inwendige elementen mogelijk te maken, moet men voldoende ruimte rondom de ketel voorzien. 2.3 Omkeerbare haarddeur De haarddeur wordt geleverd met de scharnieren aan de linker kant en de sleutingen aan de rechterkant (figuur 11). Om de openingsrichting van de haarddeur om te keren, moeten de scharnieren en de sluitschroeven gewoon omgedraaid te worden (figuur 12). Figuur 10 - Uitnemen van de sanitaire boiler Figuur 11 8 Figuur 12 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 2.4 Afvoerleiding De afvoerleiding moet overeenkomen met de geldende reglementaire teksten en regels van het vak. De afvoerleiding moet de juiste afmetingen hebben. Minimale verplichtende sektie = 2,5 dm 2 voor een schoorsteenhoogte van 5 tot 20 m, hetzij een schoorsteenleiding van 16 cm ofwel in Ø 18 cm. De schoorsteen mag niet op meer dan één toestel aangesloten worden. De schoorsteen moet waterdicht zijn. Ze zal een voldoende thermische isolatie hebben, ten einde kondensatie problemen te vermijden; zo niet moet de verbuizing van de schoorsteen gedaan worden en een systeem geplaats worden voor de rekuperatie van het kondens. De rooktemperaturen kunnen tamelijk laag zijn en het is d u s a a n g e r a d e n v a n d e ve r b u i z i n g va n d e schoorsteen te voorzien, ten einde kondensatie in de schoorsteen te vermijden. Een verbuizing voorzien die overeenkomt met de gebruikte brandstof, eventueel een systeem toevoegen voor de recuperatie van de condensaten. 2.5 Aansluitleiding De schoorsteenaansluiting moet overeenkomen met de geldende reglementaire teksten en regels van het vak. Norme NBN 30.003 De schoorsteenleiding mag geen kleinere diameter hebben dan de gasafvoerbuis van het toestel. De plaatsing van een trekregelaar is aanbevolen wanneer de depressie in de schoorsteen hoger is dan 30 Pa. De verbindingspijp moet demonteerbaar zijn om de onderhoudswerkzaamheden te vergemakkelijken. De afvoerbuis achter het toestel zal op dichte wijze op de schoorsteen verbonden worden. 2.6 Hydraulische aansluitingen De aansluiting moet overeenkomen met de reglementaire voorschriften en de regels der kunst in voege. Het toestel zal op de installatie aangesloten worden door middel van Union-verbindingen en van kraantjes om zijn demontage te vergemakkellijken. Eventueel, de ketel met behulp van flexibels van 0,5 m van de hydraulishe kring isoleren om het geluidsniveau te verminderen dat te wijten is aan trillende verspreidingen. Monteer en sluit alle elementen van de sanitaire kit op waterdichte wijze. De montagerichting van de circulatiepompen en de antiterugslagklep eerbiedigen (figuur 13). Gebruiksaanwijzing “1278” Figuur 13 - Sanitaire hydraulische aansluitingskit 2.6.1 Aansluiting van de stookketel op de verwarmingskring • De circulatiepomp verwarming op de leiding vertrek of retour plaatsen. Voor een goede werking en om het geluidsniveau te beperken, moet de circulatiepomp aan de installatie aangepast worden. Eventueel de circulatiepomp van de hydraulische kringloop isoleren met behulp van flexibels ten einde het geluidsniveau te beperken dat te wijten is aan trillende verspreidingen. • Een hopen of gesloten expansievat op de installatie plaatsen. De capaciteit van het expansievat moet aan de afmetingen van de installatie aangepast zijn. In geval van een gesloten expansievat is de montage van een veiligheidsklep gekalibreerd op 3 bar verplichtend. De evacuatie van de veiligheidklep op de riolering aansluiten. Het expansievat, de toebehoren en de expansiebuis moeten worden beschermd tegen vorst. • Indien het toestel op de hoge punt geplaatst wordt van de installatie (b.v. op de zolder) zal een zekerheid “gebrek aan water” geplaatst moeten worden. 9 Pluton 4132 B, code 026 614 Elektrische aansluitingen 2.6.2 Aansluiting van de stookketel op de sanitaire kring 2.9 De sanitaire aansluitingen uitvoeren op het bovenste van de boiler met de geleverde dichtingen. Ingang SKW (sanitair koud water) - blauwkraagje Uitgang SWW (sanitair warm water) - roodkraagje Het isolerende deksel uitsnijden om de behandeling te vergemakkelijken. Op de ingang van het koude water een veiligheidsgroep plaatsen met een klep gekalibreed op 7 bar. Deze groep zal aangeloten worden op de riolering. Ten einde de lediging te verzekeren van de boiler door heveling, is het aangeraden de veiligheidsgroep onder het niveau van de boiler te plaatsen. Eventueel, op de uitgang sanitair warm water, een thermostatische mengkraan plaatsen. De elektrische aansluiting moet uitgevoerd worden volgens de voorschriften van het Algemene Reglement voor de Elektrische Installaties (A.R.E.I.). De elektrische aansluitingen zullen uitgevoerd worden wanneer alle andere montageoperaties uitgevoerd zijn (vasthechten, aansluiten,....enz.). De elektrische uitrusting van de ketel moet op de aarding aangesloten worden. Het is aanbevolen van de elektrische installatie uit te rusten met een differentiële bescherming van 30 mA (fig. 15). Een tweepolige schakelaar buiten de ketel voorzien. De schakelaar die op het controlebord staat ontslaat niet van een reglementaire generale schakelaar op de installatie te plaatsen. 2.7 Montage van de brander Toegang tot de klemmenstrook: De brander op de haarddeur hechten. - Eerst de beschermdoppen van de schroefdraad verwijderen. 2.8 Aansluiting van de brandstoftoevoer Gas: De aansluiting van het toestel op het gasdistributienet zal uitgevoerd moeten worden volgens de voorschriften in voege. Norm NBN 51-003). De sektie van de buizen zal berekend worden in funktie van de debieten en de druk van het distributienet. Een gaskraan KVBG zal bij de ketel geplaatst worden. - Het deksel van de ketel verwijderen, eventueel het controlebord kantelen. De aansluitingen uitvoeren volgens de schema’s fig. 17 en 18. De kabels (stroomvoeding, en circulatiepomp) langs de draaddoorgangsgaten op het achterste van de ketel binnen laten komen. De sonde- en netkabels mogen niet in dezelfde kabeldoorvoer en kabelbaan geplaatst worden. Aansluitklem brander (5 contacten) Uurteller: klemmen 4 (B4), 1 (neutraal) en 3 (aarde). Mazout : Zie de gebruiksaanwijzingen van de brander. MT CAT - Antithermosifonklep CC - Circulatiepomp verwarming GS - Veiligheidsgroep MT - Thermostatische mengkraan R - Installatie verwarming SSu - Veiligheidsklep VM - Mengkraan VE - Gesloten expansievat CAT CC SSu V.E VM GS R Figuur 14 - Principieel hydraulisch schema 10 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 Klemmenstrook (18 contakten) 230 V ~ Kring 1 Neutraal Faze • Circulatiepomp verwarming: klemmen 7, 8 en 9. • Kamerthermostaat met werking op de circulatiepomp: Klemmen 10 en 11. - Op voorhand de shunt (10-11) verwijderen. • Kamerthermostaat met werking op de brander: Klemmen 12 en 13. - Op voorhand de shunt (12-13) verwijderen. L N 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Kring 2 • Circulatiepomp verwarming: klemmen 14, 15 en 16. • Kamerthermostaat met werking op de circulatiepomp: Figuur 15 - Differentiële bescherming Klemmen 17 en 18. - Op voorhand de shunt (17-18) verwijderen.  • Veiligheid te weinig water: klemmen 4 en 5. Op voorhand de shunt (4-5) verwijderen. • Voedingskabel: klem 1 (blauw), 2 (groen/geel) en 3 (rood). - Gebruik een soepele kabel van 3 x 0,75 mm2 minimum van het type H05VV-F. - De draadklemmen gebruiken om iedere toevallige uitschakeling te vermijden. De aardingsdraad moet langer zijn tussen zijn aansluitklem en de draadklem dan de 2 andere draden. De draadklem kan in ook welke kant gebruikt worden volgens het aantal of de dikte van de kabels. L TCh, TSé TMn a b c B1 B2 T.G c 1 2 IMIT c 1 2 B3 D3 JAEGER 1 2 4 B4 D4 Landis 1 2 3 Co Molveno Gottack 3 4 ME 5 Aa A1 Ab A2 Bc Bd O Figuur 16 - Toegang tot de klemmenstrook N 1 V-B V-M 1 Aa TCh (35-90 °C) 4 a Co b 5 TSé (110 °C) c c 13 12 a b Br 8 Ab 10 11 7 12 Bc 1 3 1 V-C1 Co CC1 11 TA1/C1 10 9 18 TA2/C2 17 16 7 Bd CC2 14 CS 2 4 2 Aansluitingsklemmen sanitair (4 contacten) SSa L K4 Q1 Q3 N Mannelijke aansluitklem (12 weg) Vrouwelijke aansluitklem (12 weg) Aansluitingsklemmen installateur (18 polige) SCh RS3100 Klemmenstrook brander (5 weg) Figuur 17 - Principieel electrisch schema Gebruiksaanwijzing “1278” 11 Pluton 4132 B, code 026 614 Br N T1 T2 S3 B4 L 50d 50b 50e 26 50c CC1 ME Alim CC2 TA1/Br TA1/C1 CS TA2/C2 N 2 3 1 L L N 4 N 11 9 L ACI 230V ~ 50a 14 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 4 5 40 V-B 2 5 3 8 6 35 N L 1 2 3 4 13 7 34 1 31 43 42 41 33 32 V-M TSé (110 °C) c 37 21 a b 44 V-C1 A 17 12 B Aa 36 Bc 38 18 Ab Bd Co 30 22 19 10 15 48 Co Molveno Gottack Aa A1 Ab A2 B2 Bc B3 D3 Bd B4 D4 46 B1 1 4 7 10 2 5 8 11 3 6 9 12 TCh (35-90 °C) c 20 a b 45 16 5 TMn, TCh TSé a b c T.G c 1 2 IMIT c 1 2 2 10 JAEGER 1 2 4 4 Onbestaande onderdelen, wanneer de ketel uitgerust is met een andere regeling dan RS 3100. 1 4 7 10 2 5 8 11 3 6 9 12 1 3 20 Zie tevens de gebruiksaanwijzingen van de brander. Figuur 18 - Elektrisch kablering (Stookketel) Alim Electrische voeding Br Brander (zie de gebruiksaanwijzingen van de brander). TA1/Br Shunt of Kamerthermostaat 1 met werking op de brander TA2/C2 Shunt of Kamerthermostaat 2 met werking op circulatiepomp 2. CC1 Circulatiepomp verwarming 1 CC2 Circulatiepomp verwarming 2 Co Funktieschakelaar ME Veiligheid te weinig water (of shunt) N Neutraal L Faze TA1/C1 Shunt of Kamerthermostaat 1 met werking op circulatiepomp 1. 12 TCh Ketelthermostaat TSé Veiligheidsthermostaat V-C1 Controlelampje van verwarming 1 circulatiepomp (groen) V-M Controlelampje werking (groen) V-B Controlelampje, veiligheid brander (rood) Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 2.10 Verificatie en inwerkingstelling • De installatie spoelen en de dichtheid ervan controleren. • De installatie met water vullen. F Belangrijk ! De sanitaire boiler vullen en onder druk zetten voordat men met het vullen van de installatie begint. Gedurende het vullen van de installatie, niet de circulatiepomp laten draaien, alle afblaaskranen openen van de installatie ten einde de lucht te verwijderen van de kanalisaties. De afblaaskranen sluiten en het water laten bijkomen totdat de druk van de kringloop 1,5 tot 2 bar bereikt. • De klassieke verificaties uitvoeren van de brander en zijn energie aanvoer. • Controleren of de kalibrering van het spuitstuk evenals de regeling van de verbrandingskop wel overeenkomen met het gewenste vermogen van het toestel. • De goede hechting van de elektrische aansluitingen op de aansluitklemmen controleren. • Het toestel op het net aansluiten en inschakelen (zie instrukties voor de gebruiker). 2.11 Regeling van de brander Zie de gebruiksaanwijzingen van de brander. 2.12 Onderhoudsinstrukties Vóór iedere tussenkomst dient de elektrische voeding uitgeschakeld en de brandstofleiding afgesloten te worden. 2.12.1 Reiniging van de warmtewisselaar De stookketel moet regelmatig gereinigd worden ten einde een goed rendement te kunnen behouden. In funktie v.d. gebruiksomstandigheden gebeurt deze operatie één of twee maal per jaar. - De voorkant van de ketel afnemen. - De voorscherm verwijderen. - De haarddeur openen met de brander erop. - De wisselaar reinigen met de borstels. De vertikale rookkanalen tussen de verbrandingskamer en de lateralen kanalen niet vergeten. - De roetafval verwijderen en de deur dicht doen. 2.12.2 Onderhoud van de boiler Het onderhoud van de boiler moet één maal per jaar gedaan worden. - De boiler ledigen door de klep van de veiligheidsgroep te openen Gebruiksaanwijzing “1278” Figuur 19 - Verbrandingsomloop - De inlaatluik afnemen. - Het eventuële kalkbezinksel in de boiler verwijderen. - Zorgvuldig het kalkbezinksel op de aquastaathuls verwijderen. Daarvoor, geen metalische gereedschap gebruiken noch kemische of schurende produkten. - Bij iedere opening van de controleluik moet de dichting vervangen worden. - De luik terugplaatsen en de moeren “in kruis” terug vastdraaien. Niet vergeten de sanitaire sonde in zijn huls terug te plaatsen. 2.12.3 Onderhoud van de brander Het regelmatige onderhoud van de brander (cel, spuitstuk, verbrandingskop, elektrode, pompfilter) moet worden uitgevoerd door een vakman, 1 of 2 maal per jaar, naargelang de gebruiksomstandigheden. Deze onderhoudsoperaties worden beschreven in de technische gebruiksaanwijzingen van de brander. Na terugplaatsing moet er een verbrandingscontrole worden uitgevoerd teneinde de afstelling van de brander na te gaan en controleren dat deze afstelling overeenkomt met het vermogen van de ketel. 2.12.4 Onderhoud van de schoorsteen De schoorsteen moet ten minste 1 maal per jaar door een vakman gereinigd worden. 2.12.5 Onderhoud van de veiligheidsonderdelen I e d e r e j a a r, d e g o e d e w e r k i n g v a n h e t expansiesysteem controleren. De druk van de expansievat en de tarrabepaling van de vieligheidsklep. De veiligheidsgroep die op de ingang van het sanitair koud water staat ook controleren. 13 Pluton 4132 B, code 026 614 3 Instructies voor de gebruiker De installatie en de eerste inwerkingsstelling van de ketel moeten uitgevoerd worden door een installateur centrale verwarming die U alle nodige informaties zal verschaffen over de ontsteking en de regeling van de ketel. De elektrische uitrusting van de ketel moet op de aarding aangesloten worden. Brandstoft: Uw verwarmingstoestel is uitgerust met een brander die werkt op huisbrandolie, of een brander die werk op gas. De brandstoft moet vrij zijn van onzuiverheden en water. 7 3 2 1 12 7 13 8 9 14 10 15 11 16 4 5 6 1 Sanitaire regelaar 9 Automatische ontluchter* 2 Ketelthermostaat 10 Testknop van de veiligheidsklep* 3 Funktieschakelaar 11 Manometer* (installatie hydraulische druk) Stopzetten 12 Thermometer (ketel t°) Voor sanitair warm water alleen. 13 Herinschakelingsknop (oververhittingsveiligheid) Voor de verwarming en het sanitair warm water. 14 Controlelampje werking (groen) 4 Kijkluik 5 Herinschakelingsknop (branderveiligheid) 6 Ledigingskraan 7 Deblokkering van de circulatiepomp* 15 Controlelampje van verwarming circulatiepomp 1 (groen) 16 Controlelampje, veiligheid brander (rood) * : Optie hydraulische aansluitingskit 8 Regeling van de mengkraan* Figuur 20 - Bedienings-en controle onderdelen 14 Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 3.1 Inwerkingstelling van de ketel Zich ervan verzekeren dat de installatie met water gevuld is en dat de druk op de manometer voldoende hoog is, tussen 1,5 en 2 bar. - De kraan van de brandstoft voedleiding openen. - Elektrisch aansluiten. - De schakelaar (kent. 3, fig. 20) op “radiator en kraan” plaatsen. Zeer koude winter 70 tot 85 °C Koude winter 60 tot 70 °C Zachte winter Zomer Stopzetten 50 tot 60 °C - - 0 - Voor de verwarming en het sanitair warm water. - De schakelaar op “kraan” plaatsen. Voor sanitair warm water alleen. 7 tot 10 5 tot 8 4 tot 7 - De ketelthermostaat (kent. 2, fig. 20) regelen om de gewenste temperatuur van de ketel te bekomen - zacht weer: 50 tot 60 °C, - koud weer: 60 tot 70 °C, - zeer koud weer: 70 tot 85 °C. - De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur zetten. Figuur 21 - Bediening van de installatie Indien de installatie uitgerust is met een kamerthermostaat, deze op de gewenste temperatuur zetten. Als de ketel niet vertrek - Controleren of de kamerthermostaat, als die bestaat, in aanvraag is. - Controleren of de ketelthermostaat, in aanvraag is. - Controleren of de veiligheidsthermostaat ingeschakeld is (Zie hierna § veiligheid ketel). - Controleren dat de brander niet in veiligheid staat (Zie hierna § veiligheid brander). • Indien de ketel uitgerust is met een regeling (andere dan RS 3100), de gebruiksaanwijzing van deze regeling navolgen. 3.2 Bediening van de installatie De instrukties volgen van Uw installateur-chauffagist. Regelmatig de waterdruk in de verwarmingskring (tussen 1,5 en 2 bar). Winter werking - De schakelaar op “radiator en kraan” plaatsen. - De ketelthermostaat regelen om de gewenste temperatuur van de ketel te bekomen. - De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur zetten. - Als de installatie voorzien is van een mengkraan, stel deze dan in om de gewenste temperatuur te krijgen in het verwarmingssysteem. - De eventuële kamerthermostaat op de gewenste kamertemperatuur zetten. Zomer werking - De schakelaar op “kraan” plaatsen. - De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur zetten. - Als de installatie voorzien is van een mengkraan, stel de hendel van de mengkraan in op 0 om circulatie in het verwarmingscircuit te voorkomen. Gebruiksaanwijzing “1278” Figuur 22 - Bedieningsknop (55 tot 75 °C) : Regelbereik temperatuur sanitair water - De sanitair regelaar op de gewenste temperatuur zetten. : Als er bijgevuld wordt gaat het groene lampje boven de potentiometer van de regulateur branden. : Waakregime met vorstvrij bescherming. De ketel voert geen lading van sanitair warm water uit. De cyclus “vorstvrij” begint zodra de temperatuur van de verwarmingsketel onder de 8 °C komt. : Stopt van het sanitair warm water De antivriesbescherming van het sanitair water is niet gewaarborgd. De brander werkt enkel op aanvraag van de verwarming regulatie. 15 Pluton 4132 B, code 026 614 3.3 Veiligheid ketel Wanneer de temperatuur in het verwarmingslichaam boven de 110 °C gaat, is de ketel beveiligd door een veiligheidsthermostaat. De knop losdraaien (fig. 23) en herwapenen wanneer de watertemperatuur opnieuw normaal geworden is. Indien dit incident zich herhaalt, de installateur verwittigen. 3.4 Veiligheid brander Figuur 23 - Herinschakelingsknop (oververhittingsveiligheid) Wanneer het controlelampje (kent. 5 of 16 , fig. 20) van de brander aangaat, wordt deze laatste door zijn veiligheidssysteem geblokkeerd, de brander herwapenen (fig. 24). Indien dit incident zich herhaalt, het volgende controleren: - De kraan van de voedleiding openen is. - Het stookolieniveau in de tank controleren; indien dit normaal is, de filter reinigen die op de leiding staat. Als de brander dan nog niet gaat, nadat hij heringeschakeld is geworden, de chauffagist roepen. 3.5 Stopzetten van de ketel en de brander In geval van een korte stilstand: de funkties schakelaar van het controlebord op “O” zetten. In geval van een lange stilstand: de hoofdschakelaar van de verwarming uitschakelen en de brandstoftvoeding sluiten. Wanneer er vorstgevaar is, de installatie ledigen. 3.6 Ledigen van de ketel Voor de ketel en de installatie volledig ledigen: De aftapkranen bovenaan de installatie en de ledigingskraan van de ketel openen. 3.7 Regelmatige controle Gedurende de werking van de ketel mag er in de stookruimte geen rook uit de ketel of het afvoerleiding ontsnappen. Het mazoutverbruik en de staat van de mazouttank moeten regelmatig gecontroleerd worden teneinde een lek dadelijk op te sporen. Om de drie maanden de filter van de mazoutvoeding reinigen. In geval van abnormale werking, de elektrische voeding uitschakelen, de mazoutkraan sluiten en onmiddellijk Uw installateur raadplegen. 16 Figuur 24 - Controlelampje, veiligheid brander Herinschakelingsknop 3.8 Onderhoudsinstrukties De onderhoudsoperaties moeten regelmatig gedaan worden ten einde de werking van de toestel in alle veiligheid te waarborgen. De stookketel, de brander en de muurdoorvoerpijp moeten 1 tot 2 keren per jaar gereinigd en gecontroleerd worden en dit volgens de gebruiksomstandigheden. De schoorsteen moet een keer per jaar gecontroleerd en gereinigd worden. Dit onderhoud dient uitgevoerd te worden door een vakman, die tevens de veiligheidselementen van de ketel en de installatie zal controleren. Alle geëmailleerde delen van de mantel kunnen gereinigd worden met een zachte droge of een beetje vochtig ge-maakte lap. Gebruik geen schuurmiddelen. Gebruiksaanwijzing “1278” Pluton 4132 B, code 026 614 4 Wisselstukken Voor elke bestelling van wisselstukken, het volgende aanduiden: het type en codenummer van het toestel, de beschrijving en het codenummer van het stuk. Het aanduidingsplaatje bevindt zich op het achtermantel. Pluton 4132 B, code 026 614 N° 21 2 10 4 5 3 14 12 11 1 8 8 19 15 13 6 Code Beschrijving. . . . . . . . . Type . . . Aantal 106322 106323 110706 110765 110770 165330 109340 149883 109214 174208 177120 178617 178924 178925 198731 191015 191025 241703 198734 977042 Klemmenstrook . . . . . . . . 4x1. . Klemmenstrook . . . . . . . . 5x1. . Schakelaar . . . . . . . . . . . . . . Connector M . . . . . . . . . 7x1. . Klemmenstrook . . . . . . . 12x1 . Regelaar . . . . . . . . . . RS 3100 Kabelboom voeding . . . . . . . . . Knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . Elektrisch kabel. . . . . . . . 5x1 . . Klemmenstrookhouder . . . . . . . . Controlebord . . . . . . . . . . . . . Thermometer . . . . . . . . . . . . . Thermostaat . . . . . . . . 35-90°C Thermostaat . . . . . . . . . 110°C . Ketelvoeler . . . . . . . . . . 2 m . Controlelampje . . . . . . . . . . . . Controlelampje . . . . . . . . . . . . Steun . . . . . . . . . . . . . . . . . Sanitaire voeler. . . . . . . . 4 m . Controlebord . . . . . . . . . . . . . 5 . 1 . 2 . 3 . 4 . 5 . 6 . 7 . 8 .10 .11 .12 .13 .14 .15 .16 .17 .18 .19 .20 .21 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 2,2 m . 06 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 . 01 . 01 . 01 . 01 18 17 17 7 16 20 Figuur 25 - Overzicht onderdelen (controlebord) Gebruiksaanwijzing “1278” 17 Pluton 4132 B, code 026 614 N° .22 .23 .24 .25 .27 .28 .29 .30 .31 .32 .33 .34 .35 .36 .38 .39 .40 .41 .42 .43 .46 .47 .48 .49 .50 .51 .52 .53 .54 .55 .56 .57 .58 .59 .61 .62 .63 .64 .65 .66 .67 .68 .69 .70 .71 .72 .73 .74 .75 .76 .77 .78 .79 Code 142342 142722 142726 142728 150000 157312 159200 159410 160706 109928 110010 122107 122108 134503 182114 182322 182544 182563 182564 189118 937243 937241 207325 207333 207332 912455 912458 210233 244403 252676 260603 303864 904506 982118 158995 166705 123066 123067 123069 445615 164805 119603 164607 104851 159015 141019 982119 101401 111344 122517 222210 231719 281019 Beschrijving. . . . . . . . . Type . . . Aantal Dichting . . . . . . . . . . . Ø 150 . . . Dichting . . . . . . . . . . . 20x27 . . . Dichting . . . . . . . . . . . 26x34 . . . Dichting . . . . . . . . . . . 33x42 . . . Platen stuk M met dichting . 20x27 . . . Draaddoorvoerring . . . . . . . . . . . . Profiel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Automatische ontluchter . . . . . . . . . Regelbare voeten. . . . . . . . . . . . . Circulatiepomp . . . . . . . . . . . . . . Antiretourklep . . . . . . . . 20x27 . . . Borstel . . . . . . . . . . . . 20x80 . . . Vlakke borstel . . . . . . . 20x80x30 . . Snelle stift . . . . . . . . . . . . . . . . . Buizen sanitair . . . . . . . . . . . . . . Vertrekbuis . . . . . . . . . . . . . . . . Vertrekbuis . . . . . . . . . . . . . . . . Flexibel . . . . . . . . . . . . . . . . . . Flexibel . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vijs . . . . . . . . . . . . . . d. 10 . . . Voorfront . . . . . . . . . . . . . . . . . Voorfront . . . . . . . . . . . . . . . . . Achtermantel . . . . . . . . . . . . . . . Achtermantel . . . . . . . . . . . . . . . Achtermantel . . . . . . . . . . . . . . . Kant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Kant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Frontpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . Houder . . . . . . . . . . . . . . . . . . AB Deksel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . AB Scherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . Buis . . . . . . . . . . . . . 139/140 . . Geïsoleerde boiler met inspektieluik AV . . . . Bezoeksflens met anode . . . . . . . . . Deur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ledigingskraan . . . . . . . . . . . . . . Voorelement . . . . . . . . . . . . . . . Tussenelement . . . . . . . . . . . . . . Achterelement . . . . . . . . . . . . . . 10 Hechtingspoot . . . . . . . . . . . . . . Kijkluik. . . . . . . . . . . . . . . . . . . Huls voor voelers . . . . . . . . . . . . . Reductie . . . . . . . . . . . 40-20 . . . Reductie . . . . . . . . . . . 40-15 . . . Drukopneming . . . . . . . . . . . . . . Deurisolatie . . . . . . . . . . . . . . . . Bezoeksflens . . . . . . . . . . . . . . . Anode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Isolerende deksel. . . . . . . . . . . . . Moer . . . . . . . . . . . . . 20x27 . . . Geleider . . . . . . . . . . . . . . . . . . Winkelhaak . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Voetstuk boiler . . . . . . . . . . . . . . Gebruiksaanwijzing “1278” . 01 . 03 . 01 . 02 . 01 . 02 1,96 m . 01 . 04 . 01 . 01 . 01 . 01 . 08 . 01 . 02 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 . 02 . 01 . 02 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 01 . 02 . 01 . 01 19 § Waarborg certifikaat § § Waarborg § De waarborg dekt niet : De voorschriften van dit waarborgbewijs zijn niet uitsluitend voor de aankoper van het materiaal van voordeel te kunnen trekken van de wettelijke waarborgen, wat betreft de verborgen defekten of fouten, die van toepassing zijn in het land waar de ketel verkocht wordt. - de lichtjes, de smeltzekeringen, de gietijzeren onderdelen die rechtstreeks in kontakt zijn met het gloeiende houtskool van de ketels die met vaste brandstoffen werken. - de beschadigingen die ontstaan zijn ingevolge buitenelementen aan de ketel (terugslag in de schoorsteen, onweereffekten, vocht, niet overeenkomende druk en onderdruk, thermische stoten, vuurslagen, enz...). - de beschadigingen van elektrische delen, ingevolge aansluitingen op een net waarvan de spanning, opgenomen aan de ingang van het toestel, hoger of lager dan 10% zou zijn dan de nominale spanning van 230 V. - de waarborg van het toestel zou vervallen in geval van het gebruik van een niet aanbevolen branstof - de waarborg op de warmtewisselaar (plaatijzer of gietijzer) zou vervallen in geval van plaatsing van het toestel in een chloor behoudende omgeving (kapsallon, wasserij, enz...). - voor geen enkel geval mag ons schade- en interestvergoeding gevraagd worden. W i j v o o r b e h o u d e n o n s h e t r e c h t , zo n d e r voorafgaand bericht, alle veranderingen die door onze technische- en handelsdiensten als nodig beschouwd werden, op ons materiaal aan te brengen. De kenmerken, afmetingen en inlichtingen die op onze dokumenten staan vermeld, worden als stelpost gegeven en verbinden in niets onze maatschappij. O n ze t o e s t e l l e n w o r d e n g e d u r e n d e 2 j a a r gewaarborgd tegen ieder materiaal of k o n s t r u k t i e f o u t . D e ze w a a r b o r g o m v a t d e vervanging van de oorspronkelijke stukken die defekt bevonden w erden door onze dienst “Waarborg controle”, transport en verpakkingskosten zijn ten laste van de gebruiker. Zekere stukken of onderdelen krijgen een verlengde waarborg: - boiler, inox of geëmailleerd: 5 jaar - gietijzeren of plaatijzeren warmtewisselaars: 3 jaar § Geldigheid van de waarborg De waarborg is maar alleen geldig voor ketels die geplaatst en geregeld werden door een herkende installateur en voor ketels die gebruikt en onderhouden worden volgens de voorschriften die vermeld staan in onze gebruiksaanwijzingen. CONFORMITEITSVERKLARING Wij ondergetekende, Société Industrielle de Chaudière, verklaren hierbij dat onderstaande verwarmingsketels, gecommercialiseerd onder het merk “atlantic franco belge”, met het CE certificatietype n° 1312 AT 2733 en onderworpen aan een fabricatietoezicht door CERTIGAZ, conform gefabriceerd zijn aan het type dat onderworpen werd aan het certificaat, en voldoen aan de Europese Richtlijnen die op dit type van toepassing zijn, en aan het Koninklijk Besluit van 8 januari 2004 betreffende de uitstoot van schadelijke stoffen. Société Industrielle de Chaudière
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Atlantic PLUTON 4132 B de handleiding

Categorie
Open haarden
Type
de handleiding