23
EEN IFIT-TRAINING GEBRUIKEN
Het bedieningspaneel biedt toegang tot een grote en
gevarieerde bibliotheek van iFit-trainingen wanneer u
de iFit-app naar uw smart-toestel downloadt en dit op
het bedieningspaneel aansluit.
Let op: Het bedieningspaneel ondersteunt Bluetooth-
verbindingen naar smart-toestellen via de iFit-app en
naar compatibele hartslagmonitoren. Andere Bluetooth-
verbindingen worden niet ondersteund.
1. Download en installeer de iFit-app op uw
smart-toestel.
Open op uw iOS
®
of Android™ smart-toestel, de
App Store℠ of de Google Play™ winkel, zoek naar
de gratis iFit-app, en installeer dan de app op uw
smart-toestel. Zorg ervoor dat de Bluetooth-
optie op uw smart-toestel is ingeschakeld.
Open dan de iFit-app en volg de instructies om een
iFit-account aan te maken en instellingen aan te
passen.
Neem de tijd om de iFit-app te ontdekken en meer
te weten te komen over de functies en instellingen
ervan.
2. Sluit uw hartslagmonitor indien gewenst aan op
het bedieningspaneel.
Indien u zowel uw hartslagmonitor als uw
smart-toestel op het bedieningspaneel wilt aan-
sluiten, dient u eerst uw hartslagmonitor aan
te sluiten voordat u uw smart-toestel aansluit.
Zie UW HARTSLAGMONITOR OP HET BEDIE-
NINGSPANEEL AANSLUITEN op bladzijde 24.
3. Uw smart-toestel aansluiten op het
bedieningspaneel.
Druk op het bedieningspaneel op de iFit Sync
toets. Het koppelingsnummer van het bedie-
ningspaneel wordt op het display weergegeven.
Volg vervolgens de instructies op de iFit-app om
uw smart-toestel op het bedieningspaneel aan te
sluiten.
Als er een verbinding tot stand is gebracht, brandt
de LED-verlichting op het bedieningspaneel con-
tinu blauw.
4. Kies een iFit-training.
Druk in de iFit-app op de toetsen onderaan het
scherm voor het selecteren van het hoofdmenu
(toets Home) of de trainingsbibliotheek (toets
Browse).
Als u een training uit het hoofdmenu of de
trainingsbibliotheek wilt selecteren, drukt u een-
voudigweg op de gewenste trainingstoets op het
scherm. Veeg of tik met uw vinger over het scherm
om omhoog of omlaag te scrollen.
Als u een training kiest, geeft het scherm een
overzicht van de training weer met informatie over
de duur en de afstand van de training, en het
geschatte aantal calorieën dat u tijdens de training
verbrandt.
5. De training starten.
Druk op Start Workout (training starten) om de
training te starten.
Tijdens sommige trainingen zal een iFit-coach u
begeleiden tijdens een videotraining. Druk op de
geluidstoets (muzieknoten-symbool) om muziek-,
trainerstem- en volume-opties voor de training te
selecteren.
Tijdens sommige trainingen geeft het scherm een
kaart van de route en toont een marker uw voort-
gang. Druk op de toetsen op het scherm om de
gewenste kaartopties te selecteren.
Als het weerstands- of hellingsniveau voor het
huidige segment te hoog of te laag is, kunt u de
instelling handmatig wijzigen door op de toetsen
Resistance (weerstand) of Ramp (hellingsvlak)
te drukken. BELANGRIJK: De crosstrainer zal,
wanneer het huidig segment van de training
eindigt, automatisch aan het geprogrammeerde
weerstands- en hellingsniveau van het volgend
segment aangepast worden.
Let op: Het caloriedoel dat in de trainingsbe-
schrijving wordt weergegeven, is een schatting
van het aantal calorieën dat u tijdens de training
verbrandt. Het daadwerkelijke aantal calorieën
dat u verbrandt hangt af van verschillende fac-
toren, waaronder uw gewicht. Bovendien zal een
handmatige aanpassing van het weerstandsni-
veau of het hellingsniveau van het hellingsvlak
tijdens de training, invloed hebben op het aantal
calorieën dat u zult verbranden.