ProForm PFEVEL89716 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKERSHANDLEIDING
OPGELET
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze
handleiding door voordat u dit
apparaat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
Modelnummer PFEVEL89716.1
Serienummer
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
Sticker met
Serienummer
iconeurope.com
KLANTENSERVICE
Neem contact op met de
Klantendienst (zie informatie hier-
onder) of neem contact op met de
winkel waar u dit product gekocht
heeft wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken of
beschadigd zijn.
207 082 883
Maandag–Vrijdag 08:00–17:00
Website:
iconsupport.eu/nl
Email:
2
INHOUDSOPGAVE
PLAATSING WAARSCHUWINGSSTICKER
De hier afgebeelde waarschuwingssticker wordt
meegeleverd bij dit product. Bevestig de waarschu-
wingssticker bovenop de Engelse waarschuwing
op de aangegeven locatie. Bel, wanneer een
sticker ontbreekt of niet leesbaar is, het num-
mer op de voorkant van deze handleiding en
vraag om een gratis vervangende sticker. Plak
de sticker op de aangegeven plaats. Let op:
De sticker wordt mogelijk niet op ware grootte
weergegeven.
PLAATSING WAARSCHUWINGSSTICKER. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN ...................................................3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA ...........................................................6
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
DE ELLIPTISCHE TRAINER GEBRUIKEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ...............................................27
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
LIJST MET ONDERDELEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN .............................................Achterzijde
RECYCLINGINFORMATIE ............................................................Achterzijde
PROFORM en IFIT zijn gedeponeerd handelsmerken van ICON Health & Fitness, Inc. App Store is een handels-
merk van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen. Android en Google Play zijn handelsmerken van
Google LLC. Het Bluetooth
®
woord-teken en de logo’s zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
en worden gebruikt onder licentie. IOS is een handelsmerk of een geregistreerd handelsmerk van Cisco in de VS
en andere landen en wordt onder licentie gebruikt.
3
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies
in deze handleiding en alle waarschuwingen op uw elliptische trainer voordat u deze gebruikt om
het risico op brandwonden, brand, elektrische schok of ernstig letsel aan personen te verminderen.
ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit product.
1. Het is de verantwoordelijkheid van de
eigenaar om zich ervan te vergewissen
dat alle gebruikers van de elliptische trai-
ner voldoende op de hoogte zijn van alle
voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit
of enig ander oefenprogramma begint. Dit
is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar, of personen met bestaande
gezondheidsproblemen.
3. De elliptische trainer is niet bedoeld voor
gebruik door personen met verminderde
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke
vermogens of met een gebrek aan ervaring
en kennis, tenzij er toezicht is of tenzij zij
instructie hebben ontvangen over het gebruik
van de elliptische trainer door iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
4. Gebruik de elliptische trainer alleen zoals in
deze handleiding beschreven.
5. De elliptische trainer is alleen voor thuisge-
bruik bedoeld. Gebruik de elliptische trainer
niet commercieel, voor verhuur of institutio-
nele situatie.
6. Gebruik de elliptische trainer enkel binnens-
huis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats
de elliptische trainer niet in een garage, op
een overdekt terras of bij water.
7. Plaats de elliptische trainer op een vlakke
ondergrond en zorg ervoor dat er minstens
0,9 m vrije ruimte voor en achter en 0,6 m
vrije ruimte aan zijkanten van de elliptische
trainer is. Leg een matje onder de elliptische
trainer om uw vloer of de vloerbedekking te
beschermen.
8. Controleer steeds bij gebruik alle onderdelen
van de elliptische trainer en draai ze goed
vast. Vervang versleten onderdelen meteen.
9. Steek de stekker alleen in een geaard
stopcontact.
10. Pas het stroomsnoer niet aan en gebruik
geen adapter om het stroomsnoer op een
onjuist stopcontact aan te sluiten. Houd het
stroomsnoer uit de buurt van verwarmde
oppervlakken. Gebruik geen verlengsnoer.
11. Gebruik de elliptische trainer niet wanneer
het elektrische snoer of de stekker bescha-
digd is. Gebruik de loopband niet als hij niet
goed werkt.
12. GEVAAR: Verwijder altijd de sleutel, trek
de stekker uit het stopcontact, en zet de
stroomschakelaar in de stand Off (uit) wan-
neer u de elliptische trainer niet gebruikt
en voordat u de elliptische trainer reinigt.
Onderhoud, anders dan de procedures
in deze handleiding, dient uitsluitend te
worden uitgevoerd door een erkende
onderhoudsvertegenwoordiger.
13. Houd kinderen jonger dan 13 jaar en huisdie-
ren uit de buurt van de elliptische trainer.
14. De elliptische trainer is niet geschikt voor
personen die meer dan 136 kg wegen.
15. Draag geschikte kleding wanneer u de ellip-
tische trainer gebruikt; draag geen losse
kleding die vast kan komen te zitten in de
elliptische trainer. Draag altijd gymschoe-
nen tijdens het oefenen om uw voeten te
beschermen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
4
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
16. Houd de handgrepen of de armen van het
bovendeel vast bij het opstappen, het afstap-
pen of tijdens het gebruik van de elliptische
trainer.
17. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Diverse factoren kunnen invloed
hebben op nauwkeurigheid van de hartslag-
waarden. De hartslagmonitor dient slechts
om de hartslag globaal te meten, als hulp-
middel bij het oefenen.
18. Met de elliptische trainer kan men niet free-
wheelen; de pedalen blijven ronddraaien
totdat het vliegwiel stopt. Verlaag uw ets-
snelheid op een gecontroleerde manier.
19. Houd tijdens het gebruik van de elliptische
trainer uw rug recht. Krom uw rug niet.
20. Te veel oefeningen doen kan leiden tot
ernstig letsel of de dood. Als u pijn voelt,
kortademig of duizelig wordt tijdens het oefe-
nen, dient u onmiddellijk te stoppen en af te
koelen.
5
Fijn dat u voor de revolutionaire PROFORM
®
ENDURANCE 720 E elliptische trainer gekozen heeft.
De ENDURANCE 720 E elliptische trainer biedt een
aantal indrukwekkende functies die zijn ontwikkeld om
uw trainingen thuis effectiever en leuker te maken.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvul-
dig door voordat u de elliptische trainer begint te
gebruiken. Raadpleeg de kaft van deze handleiding
mocht u nog vragen hebben nadat u de handleiding
hebt doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt,
schrijf het productnummer en serienummer even op.
De plaats waar u de sticker van het modelnummer en
het serienummer kunt vinden wordt op de kaft van de
handleiding aangegeven.
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de teke-
ning hieronder en de verschillende onderdelen.
Hartslagmonitor
Accessoireshouder
Handvat
Speaker
Arm van het Bovendeel
Pedaal
Roller
Hendel
Loopvlak
Bedieningspaneel
Tablethouder
VOORDAT U BEGINT
Wiel
Stroomsnoer
Stroomschakelaar
Stelvoet
Lengte: 173 cm
Breedte: 66 cm
Gewicht: 89 kg
Pedaalhendel
6
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA
Raadpleeg bij de montage de onderstaande tekeningen om de kleine onderdelen te herkennen. Het getal tussen
haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind
van deze handleiding. Het nummer naast het sleutelnummer is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Let
op: Wanneer u een onderdeel niet in de zak met onderdelen kunt vinden, bekijk dan het apparaat om te
zien of het al gemonteerd is. Er kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd.
M10 x 122mm Schroef
(104)–4
M10 x 25mm
Schroef (99)–4
M8 x 38mm Bout
(96)–4
M4 x 16mm
Schroef
(101)–14
M8
Borgmoer
(102)–4
Tablethouderschroef
(111)–4
M5
Tussenring
(94)–2
M10 Gespleten
Tussenring
(105)–8
M8 x 28mm
Tussenring (97)–2
M8 x 22mm
Tussenring
(77)–2
M8 x 20mm
Schroef (126)–2
M8 x 13mm
Schroef (82)–4
7
De montage moet door twee personen uitgevoerd
worden.
Plaats alle onderdelen op een open plek en
verwijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het
verpakkingsmateriaal niet weg tot u volledig klaar
bent met de montage.
De linkeronderdelen staan aangegeven met “L” of
“Left” en de rechteronderdelen staan aangegeven
met “R” of “Right”.
Zie bladzijde 6 om kleine onderdelen te kunnen
herkennen.
Naast het meegeleverde gereedschap heeft u het
volgende gereedschap nodig:
een kruiskopschroevendraaier
twee verstelbare sleutels
een rubber hamer
Montage is makkelijker met uw eigen set sleutels.
Gebruik geen elektrisch gereedschap om schade
aan onderdelen te voorkomen.
MONTAGE
1
1. Ga naar iconsupport.eu op uw computer en
registreer uw product.
• hier wordt uw eigendom geregistreerd
activeert uw garantie
zorgt voor prioriteit bij klantondersteuning als u
ooit hulp nodig heeft
Let op: Bel wanneer u geen toegang tot internet
heeft, de Klantendienst (zie de kaft van de deze
handleiding) en registreer uw product.
2. Plaats met de hulp van een tweede persoon,
wat verpakkingsmateriaal (niet afgebeeld) onder
de achterkant van het Onderstel (1). Laat de
tweede persoon het Onderstel vasthouden
om te zorgen dat deze niet omvalt terwijl u
deze stap voltooit.
Maak de Achterste Stabilisator (2) aan het
Onderstel (1) vast met twee M10 x 122mm
Schroeven (104) en twee M10 Gespleten
Tussenringen (105).
Verwijder vervolgens het verpakkingsmateriaal
van de onderkant van het Onderstel (1).
2
1
2
104
105
8
3
2
106
15
3. Druk de Steunen van de Kap (106) aan de
onderkant van de Kap van de Achterste
Stabilisator (15) op de Achterste Stabilisator (2).
4
4. Plaats met de hulp van een tweede persoon, wat
van het verpakkingsmateriaal (niet afgebeeld)
onder de voorkant van het Onderstel (1). Laat
de tweede persoon het Onderstel vasthouden
om te zorgen dat deze niet omvalt terwijl u
deze stap voltooit.
Maak de Voorste Stabilisator (6) aan het
Onderstel (1) vast met twee M10 x 122mm
Schroeven (104) en twee M10 Gespleten
Tussenringen (105).
Verwijder vervolgens het verpakkingsmateriaal
van onder de voorkant van het Onderstel (1).
1
6
104
105
9
5. Richt de Staander (4) zoals is afgebeeld. Zorg
dat een tweede persoon de Staander vasthoudt
in de buurt van het Onderstel (1).
Zoek de draadband (A) in de onderkant van
de Staander (4). Bind het draadband aan de
Hoofddraad (110) zoals afgebeeld in de inzette-
kening. Trek vervolgens aan de bovenkant van
de draadband tot de Hoofddraad helemaal door
de Staander loopt.
Tip: Om te voorkomen dat de Hoofddraad
(110) in de Staander (4) valt, zet u de Hoofd-
draad vast met de draadband (A).
1
4
A
A
A
110
5
110
6
6. Tip: Vermijd het afklemmen van de Hoofd-
draad (110). Vermijd dat de aangegeven
plastic lipjes (B) beschadigd worden. Zorg dat
een tweede persoon de Staander (4) vasthoudt
in de buurt van het Onderstel (1).
Bevestig de Staander (4) met vier M10 x
25mm Schroeven (99) en vier M10 Gespleten
Tussenringen (105); draai alle Schroeven eerst
aan en draai ze daarna vast.
Vermijd het afklemmen
van de Hoofddraad
(110) en vermijd het
beschadigen van de
lipjes (B)
B
4
1
105
105
99
99
110
10
7
7. Smeer, door een plastic zakje te gebruiken om
uw vingers schoon te houden, een beetje van
het meegeleverd smeervet om de Zwenkas (35).
Steek vervolgens de Zwenkas door de Staander
(4) en leg deze in het midden. Tip: Het kan han-
dig zijn om een rubber hamer te gebruiken.
Zoek het Rechterbeen van het Bovendeel (60)
en richt deze zoals is afgebeeld.
Schuif een Tussenstuk van de Zwenkas (54) en
het Rechterbeen van het Bovendeel (60) op de
rechterkant van de Zwenkas (35).
Herhaal deze procedure voor het Linkerbeen
van het Bovendeel (46).
Draai vervolgens een M8 x 13mm Schroef (82)
en een M8 x 28mm Tussenring (97) tegelijker-
tijd in ieder uiteinde van de Zwenkas (35) vast.
60
54
46
82
97
82
97
35
4
Smeervet
8
8. Zoek de Rechterarm van het Bovendeel (61) en
richt deze zoals is afgebeeld.
Schuif de Rechterarm van het Bovendeel (61) op
het Rechterbeen van het Bovendeel (60).
Maak de Rechterarm van het Bovendeel
(61) vast met twee M8 x 38mm Bouten (96)
en twee M8 Borgmoeren (102). Zorg dat de
Borgmoeren in de zeshoekige gaten (C)
zitten.
Herhaal deze stap voor de Linkerarm van het
Bovendeel (47).
C
60
61
47
96
102
11
10
10. Tip: Vermijd dat de draden bekneld raken.
Bevestig het Bedieningspaneel (7) aan de
Staander (4) met vier M4 x 16mm Schroeven
(101); draai alle Schroeven eerst aan en draai
ze daarna vast.
7
101
101
4
Vermijd dat de
draden bekneld
raken
11
126
58
59
44
Smeervet
55
D
11. Richt de Rechterpedaalarm (58) zoals afge-
beeld, en breng smeervet aan op de as.
Bevestig de Rechterpedaalarm (58) aan de
Rechterrollerarm (59) met een M8 x 20mm
Schroef (126) en een Houder (55); zorg dat de
platte kant (D) van de Houder gericht is naar
de Rechterrollerarm.
Herhaal deze stap voor de Linkerpedaalarm
(44).
9
7
4
63
9. Maak het draadband rond de Hoofddraad (110)
los en gooi weg.
Terwijl een tweede persoon het Bedienings-
paneel (7) bij de Staander (4) vasthoudt, sluit u
de draden van het Bedieningspaneel aan op de
Hoofddraad (110) en op de Sensordraden (63).
Stop het overmatige draad in de Staander (4).
110
12
13
13. Draai de Achterste Kap van de Staander (81)
zoals afgebeeld.
Bevestig de Achterste Kap van de Staander
(81) aan de Staander (4) met vier M4 x 16mm
Schroeven (101); draai alle Schroeven eerst
aan en draai ze daarna vast.
Richt de Voorste Kap van de Staander (117)
zoals is afgebeeld.
Bevestig de Voorste Kap van de Staander (117)
rond de Staander (4) door deze in de Achterste
Kap van de Staander (81) te drukken.
101
81
117
4
60
46
12
12. Breng smeervet aan op een As van de
Pedaalarm (64).
Steek, terwijl een tweede persoon het voorste
uiteinde van de Rechterpedaalarm (58) aan de
binnenkant van de beugel van het Rechterbeen
van het Bovendeel (60) vasthoudt, de As van de
Pedaalarm (64) in beide onderdelen in de weer-
gegeven richting.
Schuif dan een M8 x 22mm Tussenring (77)
op een M8 x 13mm Schroef (82) en draai
de Schroef een paar slagen in de As van de
Pedaalarm (64) vast.
Draai vervolgens de As van de Pedaalarm
(64) en de M8 x 13mm Schroef (82) tegelijker-
tijd vast.
Herhaal deze stap aan de andere kant van de
elliptische trainer.
82
77
58
64
Smeervet
13
14. Zoek de Voorste Kap van de Rechterarm (65) en
richt deze zoals is afgebeeld.
Maak de Voorste Kap van de Rechterarm (65)
aan het Rechterbeen van het Bovendeel (60)
vast met een M4 x 16mm Schroef (101).
Zoek vervolgens de Achterste Kap van
de Rechterarm (66) en richt deze zoals is
afgebeeld.
Bevestig de Achterste Kap van de Rechterarm
(66) rond het Rechterbeen van het Bovendeel
(60) door deze in de Voorste Kap van de Rechter-
arm (65) te drukken.
Herhaal deze stap aan de andere kant van de
elliptische trainer.
65
60
101
66
14
15. Zoek de Binnenste Kap van het Rechterbeen
(83) en richt deze zoals is afgebeeld.
Bevestig de Binnenste Kap van het Rechterbeen
(83) aan het Rechterbeen van het Bovendeel
(60) met een M4 x 16mm Schroef (101) en een
M5 Tussenring (94).
Zoek vervolgens de Buitenste Kap van het
Rechterbovenbeen (69) en richt deze zoals is
afgebeeld.
Bevestig de Buitenste Kap van het Rechter-
bovenbeen (69) rond het Rechterbeen van het
Bovendeel (60) door deze in de Binnenste Kap
van het Rechterbeen (83) te drukken.
Herhaal deze stap aan de andere kant van de
elliptische trainer.
60
94
101
69
15
83
14
75
118
73, 74
16. Richt de Kap van de Schermkap (118) en de
Schermkap (75) zoals getoond.
Druk de lipjes van de Kap van de Schermkap
(118) op het Linker- en het Rechterscherm (73,
74).
Druk de lipjes van de Schermkap (75) op het
Linker- en het Rechterscherm (73, 74).
16
17. Zoek de Achterste Kap van het Bedienings-
paneel (80) en richt deze zoals is afgebeeld.
Maak de Achterste Kap van het Bedienings-
paneel (80) aan de Staander (4) vast met twee
M4 x 16mm Schroeven (101).
Richt vervolgens de Voorste Kap van het
Bedieningspaneel (79) zoals is afgebeeld.
Bevestig de Voorste Kap van het Bedienings-
paneel (79) rond de Staander (4) door deze in
de Achterste Kap van het Bedieningspaneel (80)
te drukken.
79
4
80
101
17
15
18
19. Zorg ervoor dat alle onderdelen goed vastgedraaid zijn voordat u de elliptische trainer gaat gebrui-
ken. Er kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd. Leg een matje onder de elliptische trainer om de vloer te
beschermen.
18. Bevestig de Tablethouder (127) aan de ach-
terkant van het Bedieningspaneel (7) met
vier Tablethouderschroeven (111); draai alle
Schroeven eerst aan en draai ze daarna vast.
7
127
111
16
DE ELLIPTISCHE TRAINER GEBRUIKEN
HET STROOMSNOER INSTEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed
functioneren dan geeft de aarding de laagste weer-
standspad voor de elektriciteit om zodoende het
risico op een elektrische schok te verminderen. Het
stroomsnoer van dit product heeft een geaarde con-
ductor en een geaarde stekker. BELANGRIJK: Als
het stroomsnoer beschadigd is moet u het ver-
vangen met een door de fabrikant aanbevolen
stroomsnoer.
Volg de stappen hieronder voor het insteken van
het stroomsnoer.
1. Steek het aangegeven uiteinde van het stroom-
snoer in het stopcontact op het onderstel.
2. Steek dan de stroomkabel in een juist stopcontact
dat goed geïnstalleerd en geaard is volgens de
plaatselijke bepalingen en verordeningen.
GEVAAR: Een verkeerd stopcon-
tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektricien de aarding
nakijken als u niet zeker van bent dat het
stopcontact goed geaard is. Knoei niet aan de
stekker van het apparaat. Verander de stekker
die bij het product geleverd is niet - laat een
elektricien een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.
IT
FR/SP
UK
GR
RU
HU
AUS
Stopcontact van het Onderstel
Stroomsnoer
UK
Dubai
DU
GR
RU
HU
CZ
TR
RO
BU
UKR
SW
FR/
SP/
PL/
SK
IT
AUS
AUS
TYPE E
TYPE F
Stopcontact
17
DE ELLIPTISCHE TRAINER VERPLAATSEN
Gezien de afmetingen en de zwaarte van de ellip-
tische trainer, moet deze door twee personen
verplaatst worden. Ga aan de voorzijde van de
elliptische trainer staan, houd de staander (A) vast en
plaats één voet tegen een van de wielen (B). Trek aan
de staander en laat een tweede persoon de hendel
(C) optillen tot de elliptische trainer rolt op de wielen.
Verplaats de elliptische trainer voorzichtig naar de
gewenste plaats en laat hem dan op de vloer zakken.
DE ELLIPTISCHE TRAINER WATERPAS STELLEN
Draai als de elliptische trainer tijdens het gebruik enigs-
zins wiebelt aan een stelvoet of aan beide stelvoeten
(D) onder de achterste stabilisator of draai de stelvoet
(E) onder het midden van het onderstel tot het toestel
niet meer wiebelt.
DE TABLETHOUDER GEBRUIKEN
BELANGRIJK: De tablethouder (F) is ontwikkeld
om te gebruiken met de meest gebruikte formaten
tablets. Plaats geen ander elektronisch apparaat of
object in de tablethouder.
Plaats de onderste
rand van de tablet in
de houder om een
tablet in de tablethou-
der (F) te steken. Zorg
ervoor dat de tablet
stevig vastzit in de
tablethouder. Doe
deze handelingen in
omgekeerde volgorde
om de tablet uit de
tablethouder te halen.
A
C
B
D
E
F
18
DE STAND VAN DE PEDALEN VERANDEREN
Ieder pedaal (G) kan in verschillende standen wor-
den bijgesteld. Om de pedaal af te stellen trekt u de
pedaalhendel (H) naar buiten, beweegt u de pedaal in
de gewenste stand en laat u de pedaalhendel los in
een afstelgat onder het pedaal. Zorg ervoor dat beide
pedalen in dezelfde stand staan.
DE ELLIPTISCHE TRAINER VOOR OEFENINGEN
GEBRUIKEN
Zie de tekening rechts. Om de elliptische trainer te
monteren houdt u de handvatten (I) of de armen van
het bovendeel (J) vast en stapt u op het pedaal (G) dat
zich in de laagste positie bevindt. Stap vervolgens op
het andere pedaal. Duw op de pedalen tot u een vloei-
ende beweging bereikt. Let op: De pedalen kunnen
in beide richtingen draaien. Het wordt aanbevolen
om de pedalen in de richting van onderstaande pijl
te bewegen. Om af te wisselen, kunt u de pedalen
ook in de tegenovergestelde richting bewegen.
Wacht tot de pedalen (G) helemaal zijn gestopt voor
u van de elliptische trainer afstapt. Let op: Met de
elliptische trainer kan men niet freewheelen; de
pedalen blijven ronddraaien totdat het vliegwiel
stopt. Wanneer de pedalen tot stilstand zijn gekomen,
stapt u eerst van de hoogste pedaal. Stap vervolgens
van het laagste pedaal.
I
J
G
H
G
19
Ute
ELPE89716
PFEVEL89716
BEDIENINGSPANEEL-
DIAGRAM
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel bevat bepaalde keuzen om uw
oefeningen thuis effectiever en leuker te maken.
U kunt, als u de handmatige instelling gebruikt, de
weerstand van de pedalen en de helling van het
onderstel met één druk op de toets wijzigen. Het
bedieningspaneel zal tijdens uw oefening doorlo-
pend trainingsinformatie weergeven. U kunt zelfs
uw hartslag meten door gebruik te maken van de
handgreep-hartslagmonitor of door middel van een
optionele borstkas-hartslagmonitor (zie bladzijde
24 voor meer informatie).
Het bedieningspaneel biedt ook een keuze aan vooraf
ingestelde oefeningen. Elke oefening regelt automa-
tisch de weerstand van de pedalen en de hellingsgraad
van het loopvlak en vraagt u om de pedaalsnelheid
te variëren naargelang u de doeltreffende oefening
doorloopt.
U kunt ook uw tablet op het bedieningspaneel aanslui-
ten en de iFit
®
–Smart Cardio Equipment app gebruiken
om uw oefening-informatie vast te leggen en bij te
houden.
U kunt zelfs uw persoonlijke audiospeler aansluiten op
het geluidssysteem van het bedieningspaneel en naar
uw favoriete muziek of audioboeken luisteren terwijl u
oefent.
U kunt ook de oplaadpoort op het bedieningspaneel
gebruiken om uw USB-geschikte apparaat tijdens uw
oefeningen te gebruiken.
Voor gebruik van de handmatige modus, zie blad-
zijde 20. Voor gebruik van een vooraf ingestelde
oefening, zie bladzijde 23.
Voor gebruik van het geluidssysteem, zie blad-
zijde 24. Voor gebruik van de oplaadpoort, zie
bladzijde 24. Om uw tablet aan te sluiten op het
bedieningspaneel, zie bladzijde 25. Om uw hartslag-
monitor aan te sluiten op het bedieningspaneel,
zie bladzijde 25. Voor het wijzigen van de bedie-
ningspaneelinstellingen, zie bladzijde 26.
Let op: Als er een laagje plastic op het display ligt,
moet u dat verwijderen.
Let op: Het bedieningspaneel kan de snelheid en de
afstand in kilometers of mijlen weergeven. Om te zien
welk meetsysteem is gekozen, kijkt u naar stap 3 op
bladzijde 26. Om het eenvoudig te houden, verwijzen
alle instructies in deze paragraaf naar mijlen.
20
HET APPARAAT INSCHAKELEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de elliptische trainer
aan koude temperaturen blootgesteld is geweest,
deze tot kamertemperatuur komen voordat u hem
inschakelt. Als u dit niet doet kunt u het bedie-
ningspaneel of andere elektrische onderdelen
beschadigen.
Steek het stroomsnoer in
(zie HET STROOMSNOER
INSTEKEN op bladzijde
16). Zoek vervolgens naar
de stroomschakelaar op het
onderstel bij het stroomsnoer.
Druk de stroomschakelaar in de
reset-stand.
Het display gaat dan aan en het bedieningspaneel is
klaar voor gebruik.
Let op: Wanneer u het apparaat voor de eerste
keer aanzet, wordt het hellingsysteem mogelijk
automatisch gekalibreerd. Tijdens het kalibreren,
beweegt het loopvlak omhoog en omlaag. Wanneer het
loopvlak stopt met bewegen, wordt het hellingsysteem
gekalibreerd.
BELANGRIJK: Indien het hellingsysteem niet auto-
matisch kalibreert, kijkt u bij stap 3 op bladzijde 26
en kalibreert u het hellingsysteem handmatig.
BELANGRIJK: Het bedieningspaneel toont een
demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als de
elliptische trainer wordt geëtaleerd in een winkel.
Als de demo-instelling aan staat, gaat het bedie-
ningspaneel niet uit en reset de display niet als u
klaar bent met oefenen. Om de demo-instelling aan
of uit te zetten, zie DE INSTELLINGEN VAN HET
BEDIENINGSPANEEL WIJZIGEN op bladzijde 26.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1. Begin te stappen of druk op welke toets
van het bedieningspaneel dan ook om het
bedieningspaneel aan te zetten.
Zie HET APPARAAT INSCHAKELEN op bladzijde
20.
2. Kies de handmatige modus.
Druk op de toets Manual (handmatig) of Home op
het bedieningspaneel om de handmatige instelling
te kiezen.
Wanneer u een oefening gekozen heeft, kies dan
opnieuw de handmatige instelling door herhaalde-
lijk op de toets Home of de toetsen met de vooraf
ingestelde oefeningen te drukken.
3. Wijzig naar wens de weerstand van de pedalen
en de hellingsgraad van het loopvlak.
Tijdens het stappen kunt u de weerstand van de
pedalen veranderen door op de toenametoets en
de afnametoets Quick Resistance (snelle weer-
stand) te drukken, of te drukken op een van de
genummerde toetsen Quick Resistance.
Let op: Als u een toets hebt ingedrukt, zal het een
tijdje duren voordat de pedalen het gewenste weer-
standsniveau hebben bereikt.
U kunt om de beweging van de pedalen af te wis-
selen de helling van het loopvlak wijzigen. Om de
helling aan te passen, drukt u op de toename- en
afnametoets Quick Ramp (snel loopvlak) of op een
van de genummerde toetsen Quick Ramp (snel
loopvlak).
Let op: Als u op een toets drukt, dan zal het even-
tjes duren voordat het onderstel het gewenste
hellingsniveau bereikt.
A
21
4. Volg uw vordering op de display.
De display kan de volgende oefeninginformatie
bevatten:
Cals. (calorieën)—Deze weergave toont bij bena-
dering het aantal calorieën dat u verbrand hebt.
Cals./Hr (calorieën per uur)—Deze display-instel-
ling zal bij benadering het aantal calorieën dat u
per uur verbrandt, aangeven.
Dist. (afstand)—Deze display-instelling zal
de gestapte afstand in mijlen of in kilometers
aangeven.
Incline (helling)—Deze weergave toont de hel-
lingsgraad van het loopvlak gedurende enkele
seconden telkens wanneer de hellingsgraad
verandert.
Pulse (hartslag)—Deze display-instelling toont
uw hartslag wanneer u gebruik maakt van de
handgreep-hartslagmonitor of de optionele borst-
kas-hartslagmonitor (zie stap 5).
Resist. (weerstand)—Deze display-instelling zal
de weerstand van de pedalen aangeven.
RPM (TPM)—Deze display-instelling zal uw
stapsnelheid in toeren per minuut (tpm) aangeven.
Speed (snelheid)—Deze display-instelling zal
de trapsnelheid in mijlen of kilometers per uur
aangeven.
Time (tijd)—Deze display-instelling zal wanneer
de handmatige instelling gekozen wordt de verlo-
pen tijd aangeven. Wanneer een oefening wordt
geselecteerd, toont deze weergave de resterende
tijd van de oefening.
Het scherm heeft verschillende display tabbladen.
Druk herhaaldelijk op de toename- en de afna-
metoets naast de toets Enter totdat het gewenste
tabblad wordt weergegeven.
Speed (snelheid)—Dit tabblad zal een proel van
de snelheidsinstellingen van de oefening weer-
geven. Een nieuw segment zal aan het einde van
iedere minuut verschijnen.
My Trail (mijn route)—Dit tabblad zal een route
van 400 m aangeven. De knipperende rechthoek
zal uw vordering tijdens uw oefening aangeven.
Het My Trail (mijn route) -tabblad zal het aantal
rondjes aangeven dat u voltooit.
Calorie—Dit tabblad zal bij benadering het aan-
tal calorieën dat u verbrand heeft weergeven. De
hoogte van elk segment stelt het aantal verbrande
calorieën tijdens dat segment voor.
Resistance (weerstand)—Dit tabblad zal een
proel van de geschatte weerstandsinstelling van
de oefening weergeven. Er zal aan het eind van
elke minuut een nieuw segment verschijnen. Let
op: Tekst voor dit tabblad zal niet in de matrix
verschijnen.
Als u oefeningen doet, zal de oefeningintensiteit-
sniveaubalk het geschatte intensiteitsniveau van
uw oefening aangeven.
Om het bedieningspaneel te pauzeren, drukt u
op de toets Pause/End (pauzeren/eindigen) of de
toets Home of stopt u eenvoudigweg met trappen.
Als het bedieningspaneel wordt onderbroken, zal
de tijd op de display opikkeren. Om met uw oefe-
ning door te gaan, begin gewoon weer te stappen.
Druk herhaaldelijk op de toets Home om de oefe-
ning te onderbreken, om uw oefening resultaten te
bekijken en om de oefening te verlaten en naar de
handmatige instelling terug te gaan.
22
Om het volume van het bedie-
ningspaneel te wijzigen, drukt
u op de volume-toenametoets
en -afnametoets.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
U kunt uw hartslag meten met gebruik van de
handgreep-hartslagmonitor of de optionele
borstkas-hartslagmonitor (zie bladzijde 24 voor
informatie over de optionele borstkas-hart-
slagmonitor). Let op: Het bedieningspaneel
is compatibel met BLUETOOTH
®
Smart
hartslagmonitoren.
Let op: Wanneer u beide hartslagmonitoren
tegelijkertijd gebruikt, zal de borstkas-hartslag-
monitor prioriteit krijgen.
Als er velle-
tjes plastic op
de metalen
contactpun-
ten (B) van de
handgreep-hart-
slagmonitor
bevinden, ver-
wijder deze dan.
Om uw hartslag
te meten, houd
uw handen op de
handgreep-hart-
slagmonitor met de palmen van uw hand leunend
tegen de contactpunten. Beweeg uw handen niet
en houd de contacten niet te stevig vast.
Een hartsymbooltje zal, wanneer uw hartslag
gemeten kan worden, in de display knipperen
waarna uw hartslag weergegeven wordt. Voor een
correcte hartslagmeting, houdt u de contact-
punten ongeveer 15 seconden vast.
Als uw hartslag niet wordt weergegeven, ga dan
na of u uw handen zoals eerder beschreven op
de sensoren hebt geplaatst. Zorg ervoor dat u uw
handen niet te veel beweegt of houd de contacten
niet te stevig vast. Voor de beste werking maakt
u de contactpunten schoon met een zachte doek;
gebruik nooit alcohol, schuur- of chemische
middelen om de contactpunten schoon te
maken.
6. Zet de ventilator indien gewenst aan.
De ventilator heeft verschil-
lende snelheidsinstellingen.
Druk herhaaldelijk op de toe-
name- en afnametoets van de
ventilator om een ventilatorsnelheid te kiezen of om
de ventilator uit te zetten.
Let op: De ventilator gaat automatisch uit wan-
neer de pedalen ongeveer 30 seconden lang niet
bewegen.
7. Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u
klaar bent met oefenen.
Als de pedalen enkele seconden niet bewegen,
dan zult u een pieptoon horen en het bedie-
ningspaneel zal blijven stilstaan.
Als de pedalen enkele minuten niet bewegen en
niet op de toetsen gedrukt wordt, dan zal het bedie-
ningspaneel uitgeschakeld worden en zullen de
displays gereset worden.
Druk de stroomschakelaar in de stand Off (uit) en
trek de stekker uit wanneer u met oefenen klaar
bent. BELANGRIJK: Als u dit niet doet dan
kunnen de elektrische onderdelen van de ellip-
tische trainer voortijdig slijten.
B
23
EEN VOORAF INGESTELDE OEFENING
GEBRUIKEN
1. Begin te stappen of druk op welke toets
van het bedieningspaneel dan ook om het
bedieningspaneel aan te zetten.
Zie HET APPARAAT INSCHAKELEN op bladzijde
20.
2. Kies een vooraf ingestelde oefening.
Druk herhaaldelijk op de toets Calorie, Intensity
(intensiteit) of Speed (snelheid) om een vooraf
ingestelde oefening te kiezen totdat de gewenste
oefening op het scherm verschijnt.
De display zal, wanneer u een vooraf ingestelde
oefening kiest, de tijdsduur van de oefening, het
geschatte aantal calorieën dat u zult verbranden,
en de naam van de oefening weergeven. Een pro-
el van de snelheidsinstellingen van de oefening
verschijnt in de matrix.
De display toont ook de maximale etssnelheid
(tpm), het maximale weerstandsniveau en het
maximale hellingniveau.
3. Start de oefening.
Druk op de toets Quick Start (snelstart) of begin
met etsen om het programma te starten.
Elke oefening is verdeeld in 1-minuut segmen-
ten. Voor elk segment is een weerstand-, een
hellingsniveau en een doel-tpm (snelheid) gepro-
grammeerd. Let op: Hetzelfde weerstandsniveau,
hellingsniveau en/of doel-tpm kunnen voor opeen-
volgende segmenten geprogrammeerd worden.
Het weerstandsniveau en de doel-tpm voor het eer-
ste segment verschijnen in de matrix.
Tijdens de
oefening
tonen de
proelen
(C) op de
tabbladen
snelheid en
weerstand
uw vooruitgang. Het knipperend segment van het
proel stelt het huidige segment van de oefening
voor. De hoogte van het knipperende segment
geeft de doel-tpm of het weerstandsniveau van het
huidige segment aan.
Aan het einde van elke segment van de oefening,
zult u een aantal tonen horen en het volgende seg-
ment zal beginnen te knipperen. Als er een andere
weerstandsniveau, hellingsniveau en/of doel-tpm
zijn geprogrammeerd voor het volgende segment,
dan zullen het weerstandsniveau, het hellingsni-
veau en/of de doel-tpm een paar seconden lang in
de display verschijnen om u te waarschuwen. De
weerstand van de pedalen en het hellingsniveau
van het onderstel zullen dan veranderen.
Terwijl u oefent, wordt u aangegeven uw loopsnel-
heid zo dicht mogelijk bij uw doel-tpm voor het
huidige segment te houden. Als er een opwaarts
pijltje op de display verschijnt, moet u uw ritme
verhogen. Als een neerwaartse pijl verschijnt,
moet u uw snelheid verlagen. Als er geen pijl
verschijnt, behoudt u de huidige snelheid.
BELANGRIJK: De doel-tpm is uitsluitend
bedoeld om u te motiveren. Uw feitelijke snel-
heid kan langzamer zijn dan de doel-tpm. Zorg
ervoor dat u op een tempo stapt dat aangenaam
voor u is.
Als het weerstandsniveau of de hellingsgraad voor
het huidige segment te hoog of te laag is, kunt u de
instellingen handmatig wijzigen door op de toet-
sen Quick Resistance (snelle weerstand) of Quick
Ramp (snelle helling) te drukken. BELANGRIJK:
De pedalen zullen wanneer het huidige segment
van de oefening eindigt, automatisch aan het
geprogrammeerde weerstandsniveau van het
volgende segment aangepast worden en het
hellingsniveau zal automatisch op het gepro-
grammeerde hellingsniveau van het volgende
segment aangepast worden.
De oefening gaat zo verder tot het laatste onder-
deel is uitgevoerd.
Druk op de toets Pause/End (pauzeren/eindigen)
om de oefening op enig moment te stoppen of stop
met trappen. De tijd zal op de display knipperen.
Om de oefening te hervatten als het bedienings-
paneel is gepauzeerd, start u eenvoudigweg met
trappen.
Om de oefening te beëindigen als het bedie-
ningspaneel is gepauzeerd, drukt u opnieuw op de
toets Pause/End (pauzeren/eindigen). Dan ver-
schijnt een overzicht van de oefening gedurende
een paar seconden in de displays.
C
24
4. Volg uw vordering op de display.
Zie stap 4 op bladzijde 21.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op bladzijde 22.
6. Zet de ventilator indien gewenst aan.
Zie stap 6 op bladzijde 22.
7. Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u
klaar bent met oefenen.
Zie stap 7 op bladzijde 22.
HET GELUIDSSYSTEEM GEBRUIKEN
Om muziek of ingesproken boeken met de geluidsin-
stallatie van het bedieningspaneel te beluisteren, sluit
u een 3,5 mm mannetje tot mannetje audiokabel (niet
inbegrepen) in de aansluiting op het bedieningspaneel
en uw persoonlijke audio-speler; zorg ervoor dat de
audiokabel goed aangesloten is. Let op: Ga naar
uw plaatselijke elektronicawinkel om een audioka-
bel aan te schaffen.
Druk dan op de play-toets van
uw eigen audio-speler. Pas het
volume aan met de volume-toena-
metoets en -afnametoets op het
bedieningspaneel of de volumere-
gelknop op uw persoonlijke audiospeler.
DE OPLAADPOORT GEBRUIKEN
Het bedieningspaneel heeft een oplaadpoort die u kunt
gebruiken om USB-geschikte apparaten, zoals smartp-
hones, op te laden als u aan het oefenen bent.
Om de oplaadpoort te gebruiken, steekt u een USB-
oplaadkabel (niet meegeleverd) in de oplaadpoort op
het bedieningspaneel en in de aansluiting op uw appa-
raat; zorg ervoor dat de USB-oplaadkabel volledig
is ingestoken. Let op: De oplaadpoort kan niet worden
gebruikt voor het bekijken of versturen van gegevens
of om muziek via het geluidssysteem van het bedie-
ningspaneel af te spelen.
DE OPTIONELE BORSTKAS HARTSLAGMONITOR
Of uw doel is om
vet te verbran-
den of om uw
cardiovasculair
systeem te
verbeteren, de
sleutel tot het
bereiken van de
beste resultaten
is het behouden
van de juiste
hartslagwaarde tijdens uw oefening. De optionele
hartslagmonitor stelt u in staat om tijdens het oefenen
voortdurend uw hartslag te meten, en dat zal u helpen
om uw persoonlijke tnessdoelen te behalen. Voor
aankoop van de optionele borstkas-hartslagmoni-
tor kijkt u op de voorkant van deze handleiding.
Let op: Het bedieningspaneel is geschikt voor alle
Bluetooth
®
Smart hartslagmonitoren.
25
UW TABLET OP HET BEDIENINGSPANEEL
AANSLUITEN
Het bedieningspaneel ondersteunt Bluetooth-
verbindingen naar tablets via de iFit–Smart Cardio
Equipment app en naar compatibele hartslagmonito-
ren. Let op: Andere Bluetooth-verbindingen worden
niet ondersteund.
1. Download en installeer de iFit–Smart Cardio
Equipment app op uw tablet.
Open op uw iOS
®
of Android™ tablet, de App
Store℠ of de Google Play™ store, zoek naar de
gratis iFit–Smart Cardio Equipment app, en instal-
leer dan de app op uw tablet. Zorg ervoor dat de
optie Bluetooth op uw tablet is ingeschakeld.
Open dan de iFit–Smart Cardio Equipment app
en volg de instructies om een iFit-account aan te
maken en instellingen aan te passen.
2. Sluit uw hartslagmonitor indien gewenst aan op
het bedieningspaneel.
Indien u zowel uw hartslagmonitor en uw tablet
aansluit op het bedieningspaneel, dient u de hart-
slagmonitor eerder dan de tablet aan te sluiten.
Zie UW HARTSLAGMONITOR AANSLUITEN OP
HET BEDIENINGSPANEEL rechts.
3. Uw tablet aansluiten op het bedieningspaneel.
Druk op de toets iFit Sync op het bedieningspaneel;
het koppelingsnummer van het bedieningspaneel
zal in de display verschijnen. Volg vervolgens de
instructies op de iFit–Smart Cardio Equipment
app om uw tablet op het bedieningspaneel aan te
sluiten.
Als er een verbinding tot stand is gekomen dan zal
de LED-verlichting op het bedieningspaneel blauw
branden.
4. Leg uw oefeninginformatie vast en houd die bij.
Volg de instructies op de iFit–Smart Cardio
Equipment app om uw oefeninginformatie vast te
leggen en bij te houden.
5. Ontkoppel desgewenst uw tablet van het
bedieningspaneel.
Om uw tablet te ontkoppelen van het bedie-
ningspaneel, dient u eerst de ontkoppelingsoptie in
de iFit–Smart Cardio Equipment app te selecteren.
Houd vervolgens de toets iFit Sync op het bedie-
ningspaneel ingedrukt tot de LED-verlichting op het
bedieningspaneel groen brandt.
Let op: Alle Bluetooth-verbindingen tussen het
bedieningspaneel en andere toestellen (inclusief
tablets, hartslagmonitoren etc.) zullen losgekoppeld
worden.
UW HARTSLAGMONITOR AANSLUITEN OP HET
BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel is compatibel met alle Bluetooth
Smart hartslagmonitoren.
Druk op de toets iFit Sync op het bedieningspaneel om
uw Bluetooth Smart hartslagmonitor met het bedie-
ningspaneel te verbinden; het koppelingsnummer van
het bedieningspaneel zal in het display verschijnen.
Wanneer een verbinding tot stand is gekomen zal de
LED-verlichting op het bedieningspaneel tweemaal
rood knipperen.
Let op: Als er zich meer dan één compatibele hart-
slagmonitor in de nabijheid van het bedieningspaneel
bevindt, dan zal het bedieningspaneel verbinding
maken met de hartslagmonitor met het sterkste
signaal.
Om uw hartslagmonitor los te koppelen van het
bedieningspaneel, houdt u de toets iFit Sync op het
bedieningspaneel ingedrukt tot de LED-verlichting
groen gaat branden.
Let op: Alle Bluetooth-verbindingen tussen het bedie-
ningspaneel en andere toestellen (inclusief tablets,
hartslagmonitoren etc.) zullen losgekoppeld worden.
26
DE INSTELLINGEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
WIJZIGEN
1. Selecteer de instellingenmodus.
Om de instellingenmodus te kiezen druk op de ver-
snellingstoets. De instellingsinformatie verschijnt
op het scherm.
2. Navigeer door de instellingenmodus.
Als de instellingenmodus is geselecteerd, zal het
matrix van het scherm verschillende optionele
schermen weergeven. Druk op de toenametoets en
afnametoets naast de toets Enter om het gewenste
optionele scherm te selecteren.
Het onderste gedeelte van de display zal de
instructies voor het geselecteerde scherm weer-
geven. Zorg ervoor dat u de weergegeven
instructies in het onderste gedeelte van het
scherm opvolgt.
3. Verander desgewenst instellingen.
Units (eenheden)—De momenteel geselecteerde
meeteenheid verschijnt in de display. Druk her-
haaldelijk op de toets Enter om de meeteenheid
te wijzigen. Om de afstand in mijlen te bekijken,
selecteert u ENGLISH (Engels). Om de afstand
in kilometers te bekijken, selecteert u METRIC
(metrisch).
Incline System Calibration (kalibratie van het
hellingsysteem)—Als het hellingsysteem niet
goed werkt, moet het mogelijk gekalibreerd wor-
den. Om het hellingsysteem te kalibreren, drukt
u op de toename- of afnametoets Quick Ramp
(snelle helling). Tijdens het kalibreren, beweegt het
loopvlak omhoog en omlaag. Wanneer het loop-
vlak stopt met bewegen, wordt het hellingsysteem
gekalibreerd.
Contrast Level (contrastniveau)—Het huidig
geselecteerde contrastniveau verschijnt op de dis-
play. Druk op de toename- en afnametoets Quick
Resistance (snelle weerstand) om het contrastni-
veau bij te stellen.
Usage Information (gebruiksinformatie)—De
display zal het totaal aantal uren dat de elliptische
trainer is gebruikt en de totale gestapte afstand
(in mijlen of in kilometers) op de elliptische trainer
aangeven.
Demo—Het bedieningspaneel heeft een demo-in-
stelling, die ontwikkeld is voor als de elliptische
trainer in een winkel uitgestald wordt. Druk herhaal-
delijk op de toenametoets Quick Resistance (snelle
weerstand) om de demo-stand aan of uit te zetten.
4. De instellingenmodus verlaten.
Druk op de versnellingstoets om de instellingenmo-
dus te verlaten.
27
ONDERHOUD
Regelmatig onderhoud is belangrijk voor optimale wer-
king en vermindering van slijtage. Controleer steeds
bij gebruik alle onderdelen van de elliptische trainer
en draai ze goed vast. Vervang versleten onderdelen
meteen.
Gebruik een vochtige doek en een klein beetje
milde zeep om de elliptische trainer te reinigen.
BELANGRIJK: Houd vloeistoffen uit de buurt van
het bedieningspaneel om schade te voorkomen.
Houd het bedieningspaneel uit direct zonlicht.
PROBLEMEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
OPLOSSEN
Als het bedieningspaneel niet aan gaat, kijk dan na of
het stroomsnoer goed is aangesloten.
Als er lijnen verschijnen in de display van het bedie-
ningspaneel, raadpleegt u DE INSTELLINGEN VAN
HET BEDIENINGSPANEEL WIJZIGEN op bladzijde 26
en past u het contrastniveau van de display aan.
Als het bedieningspaneel uw hartslag niet goed
aangeeft wanneer u de handgreep-hartslagmonitor
vasthoudt of wanneer de aangegeven hartslag te hoog
of te laag blijkt, raadpleeg dan stap 5 op bladzijde 22.
PROBLEMEN VAN HET HELLINGSYSTEEM
OPLOSSEN
Als het loopvlak niet automatisch kalibreert, zie dan
stap 3 op bladzijde 26 en kalibreer het hellingsysteem.
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
28
DE SNELHEIDSSENSOR AFSTELLEN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed
weergeeft, moet u de snelheidssensor afstellen. Om de
snelheidssensor af te stellen, zet u eerst de stroom-
schakelaar in de stand Off (uit) en neemt u het
snoer uit het stopcontact.
Gebruik ver-
volgens een
standaard
schroeven-
draaier om de
linker Schijf
(71) er voor-
zichtig af te
wrikken.
Let op: Voor de duidelijkheid, het linkerscherm en de
linkerschijfring worden verwijderd weergegeven in de
onderstaande tekening.
Zoek vervolgens de Snelheidssensor (38). Draai de
Katrol (19) totdat een Magneet (43) op dezelfde hoogte
komt als de Snelheidssensor.
Draai de aangegeven M4 x 16mm Schroef (101) iets
los. Schuif de Snelheidssensor (38) dichter bij of ver-
der van de Magneet (43) en draai de Schroef opnieuw
vast.
Steek vervolgens de stekker in het stopcontact, druk
de stroomschakelaar in de reset-stand en beweeg
de Katrol (19) voldoende naar voren en naar achte-
ren, zodat de Magneet (43) herhaaldelijk voorbij de
Snelheidssensor (38) komt. Herhaal deze procedure
tot het bedieningspaneel de juiste informatie weergeeft.
Wanneer de snelheidssensor juist is afgesteld, drukt
u de stroomschakelaar in de stand Off (uit), haalt u de
stroomsnoer uit het stopcontact en maakt u de linker-
schijf weer vast. Steek het stroomsnoer vervolgens
weer in het stopcontact.
71
19
38
101
43
29
DE AANDRIJFRIEM AFSTELLEN
De aandrijfriem moeten bijgesteld worden wanneer
de pedalen slippen tijdens het stappen, ook wanneer
de weerstand tot de hoogste stand is ingesteld. Om
de aandrijfriem af te stellen, zet u eerst de stroom-
schakelaar in de stand Off (uit) en neemt u het
stroomsnoer uit het stopcontact.
Gebruik vervolgens
een standaard
schroevendraaier
om de Schermkap
(75) en de Kap
van de Schermkap
(118) voorzichtig te
verwijderen.
Raadpleeg montagestap 15 op bladzijde 13.
Verwijder de Buitenste en Binnenste Kappen van het
Rechterbeen van het Bovendeel (69, 83).
Raadpleeg montagestap 12 op bladzijde 12.
Verwijder de Rechterpedaalarm (58) van het Rechter-
been van het Bovendeel (60).
Verwijder vervolgens de M8 x 16mm Schroef (95), de
Kap van de Grote As (53), en de M8 Tussenring (niet
afgebeeld) van de rechter Crankarm (20). Verwijder
vervolgens voorzichtig de Rechterpedaalarm (58) en
de Rechterrollerarm (59) van de elliptische trainer.
Zie GEDETAILLEERDE TEKENING C op bladzijde
35. Zoek het Linker- en het Rechterscherm (73, 74).
Verwijder de M4 x 19mm Schroeven (5), de M4 x
25mm Schroeven (139) en de M4 x 48mm Schroef
(107) van het Linker- en het Rechterscherm; zorg
dat u de locatie van elke maat Schroef noteert.
Verwijder dan voorzichtig het Rechterscherm.
Maak vervolgens de Schroef van de Spanrol (89) los.
Draai de Bijstelschroef van de Riem (91) vast tot de
Aandrijfriem (113) strak staat. Maak dan de Schroef
van de Spanrol weer vast.
Wanneer de aandrijfriem juist is afgesteld, maakt u de
onderdelen die u heeft verwijderd weer vast. Steek dan
het stroomsnoer weer in het stopcontact.
75
118
95
58
59
20
53
113
91
89
30
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw
oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefe-
ninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of
uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren
van oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel
voor het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag
gebruiken als gids voor het vinden van het juiste inten-
siteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic-oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt u
uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden afge-
rond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getallen
boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone”. Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet Verbranden – Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi-
teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen
met uw hartslag in het middelste nummer van uw
trainingszone.
Aerobic-oefeningAls het uw doel is om uw hart
en vaatsysteem te versterken dan moet u een aero-
bic-oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere peri-
oden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming Up – Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening – Oefen gedurende 20
tot 30 minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningen-
programma, dient u uw hartslag niet langer dan 20
minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regel-
matig en diep bij het uitvoeren van de oefening; houd
uw adem niet in.
Afkoelen – Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING: Voordat
u begint met dit of een ander oefeningen-
programma, dient u een arts te consulteren.
Dit is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar of personen met bestaande
gezondheidsproblemen.
De hartslagmonitor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
hartslagmonitor is alleen bedoeld als hulpmid-
del bij de oefening voor het bepalen van de
hartslag over het algemeen.
31
1 1 Onderstel
2 1 Achterste Stabilisator
3 1 Loopvlak
4 1 Staander
5 6 M4 x 19mm Schroef
6 1 Voorste Stabilisator
7 1 Bedieningspaneel
8 2 Rollergeleider
9 1 Plaat van het Rechterpedaal
10 1 Kap van het Loopvlak
11 1 Hellingmotor
12 1 Arm van de Hellingmotor
13 1 Arm van het Loopvlak
14 1 Roller van het Loopvlak
15 1 Kap van de Achterste Stabilisator
16 2 Spoor
17 2 Grote Huls van het Onderstel
18 1 Crank
19 1 Katrol
20 2 Crankarm
21 4 M4 x 10mm Schroef
22 1 Spanrol
23 1 M10 x 15mm Schroef
24 1 M10 x 95mm Bout
25 1 Weerstandmotor
26 1 M10 x 42mm Bout
27 4 Tussenstuk
28 1 Eddymechanisme
29 1 As van het Vliegwiel
30 4 Stabilisatorkap
31 1 Controller
32 1 Stroomschakelaar
33 2 Stelvoet
34 2 Wiel
35 1 Zwenkas
36 2 Huls van de Staander
37 1 Accessoireshouder
38 1 Snelheidssensor/Draad
39 1 Klem
40 2 Lager van het Onderstel
41 1 Kleine Borgring
42 1 Huls
43 2 Magneet
44 1 Linkerpedaalarm
45 1 Linkerrollerarm
46 1 Linkerbeen van het Bovendeel
47 1 Linkerarm van het Bovendeel
48 1 Haarspeldsplitpen
49 1 Linkerpedaal
50 6 M10 Borgmoer
51 2 Roller
52 1 Rechterpedaal
53 4 Askap
54 2 Tussenstuk van de Zwenkas
55 2 Houder
56 4 Huls van de Rollerarm
57 6 Lager van de Grote Arm
58 1 Rechterpedaalarm
59 1 Rechterrollerarm
60 1 Rechterbeen van het Bovendeel
61 1 Rechterarm van het Bovendeel
62 2 Greep
63 2 Sensormodule/Draad
64 2 As van de Pedaalarm
65 1 Voorste Kap van de Rechterarm
66 1 Achterste Kap van de Rechterarm
67 1 Voorste Kap van de Linkerarm
68 1 Achterste Kap van de Linkerarm
69 1 Buitenste Kap van het Rechterbeen
70 1 Buitenste Kap van het Linkerbeen
71 2 Schijf
72 1 Binnenste Kap van het Linkerbeen
73 1 Linkerscherm
74 1 Rechterscherm
75 1 Schermkap
76 1 Zijkap van de Linkerpedaalarm
77 2 M8 x 22mm Tussenring
78 2 Sleutel
79 1 Voorste Kap van het
Bedieningspaneel
80 1 Achterste Kap van het
Bedieningspaneel
81 1 Achterste Kap van de Staander
82 10 M8 x 13mm Schroef
83 1 Binnenste Kap van het Rechterbeen
84 3 M10 Tussenring
85 2 Tussenstuk van het Lager
86 2 M10 x 58mm Bout
87 1 Zijkap van de Rechterpedaalarm
88 1 Schroef van de Zwenkas
89 1 Schroef van de Spanrol
90 3 M6 Grote Tussenring
91 1 Afstelschroef van de Aandrijfriem
92 2 M10 x 19mm Schroef
93 4 M4 x 12mm Schroef
94 2 M5 Tussenring
95 8 M8 x 16mm Schroef
96 4 M8 x 38mm Bout
97 2 M8 x 28mm Tussenring
98 2 M8 x 18mm Tussenring
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
LIJST MET ONDERDELEN
Modelnr. PFEVEL89716.1 R1018A
32
99 4 M10 x 25mm Schroef
100 4 Lager van het Been
101 33 M4 x 16mm Schroef
102 6 M8 Borgmoer
103 8 M6 x 12mm Schroef
104 4 M10 x 122mm Schroef
105 8 M10 Gespleten Tussenring
106 3 Steun van de Kap
107 1 M4 x 48mm Schroef
108 2 M6 x 13mm Schroef
109 2 M10 x 60mm Bout
110 1 Hoofddraad
111 4 Tablethouderschroef
112 1 Trekontlastinghuls
113 1 Aandrijfriem
114 4 M4 x 40mm Schroef
115 1 Beugel van de Controller
116 2 Schijfring
117 1 Voorste Kap van de Staander
118 1 Kap van de Schermkap
119 1 Stroomsnoer
120 1 As van het Loopvlak
121 6 Kleine Huls van het Onderstel
122 1 Gaffelpen
123 1 Plastic Tussenstuk
124 2 M4 x 19mm Zelftappende Schroef
125 2 Bumper
126 2 M8 x 20mm Schroef
127 1 Tablethouder
128 1 Plaat van het Linkerpedaal
129 1 Linkerpedaalhendel
130 2 Pedaalpen
131 2 Pedaalveer
132 2 As
133 2 M6 Moer met Zeshoekige Ronde
Kop
134 1 Rechterpedaalhendel
135 8 M6 Kleine Tussenring
136 4 M6 x 12mm Schroef
137 2 Kleine Lager van de Arm
138 2 M4 x 16mm Machineschroef
139 2 M4 x 25mm Schroef
140 1 Kleine Stelvoet
141 1 Doorvoerhuls
* Gereedschap voor het Monteren
* Pakje Smeervet
* Gebruikershandleiding
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
Let op: Deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande bericht gewijzigd worden. Zie de achterkant
van deze handleiding voor informatie over het bestellen van vervang onderdelen. *Deze onderdelen zijn niet
afgebeeld.
33
41
1
3
10
12
11
14
26
16
18
19
13
15
84
84
92
92
106
17
20
20
21
21
114
21
21
22
29
50
38
24
39
40
40
101
101
50
43
43
48
23
84
50
31
27
82
101
78
78
86
86
88
90
89
90
50
90
91
102
108
108
113
120
121
121
121
121
121
122
102
115
32
114
101
17
123
112
2
28
30
30
33
33
105
104
101
101
6
34
34
124
125
125
124
105
50
104
101
101
109
109
30
30
93
25
42
140
GEDETAILLEERDE TEKENING A
Modelnr. PFEVEL89716.1 R1018A
34
GEDETAILLEERDE TEKENING B
46
129
130
131
132
134
9
45
44
47
52
49
56
56
58
53
53
57
57
57
57
137
60
101
66
68
101
62
65
67
70
72
69
83
87
76
101
101
95
95
95
95
82
82
96
94
94
97
97
100
100
100
100
101
103
102
101
133
135
136
136
135
135
103
128
56
56
59
53
53
57
137
95
95
126
61
62
96
101
102
101
51
98
8
95
51
98
95
8
85
55
85
55
126
64
77
82
64
77
82
Modelnr. PFEVEL89716.1 R1018A
35
GEDETAILLEERDE TEKENING C
7
36
36
99
99
35
37
81
54
54
63
71
71
74
79
73
75
80
101
105
141
105
138
101
101
5
139
5
107
101
138
101
139
5
5
5
5
101
127
111
110
119
118
116
116
117
4
101
101
Modelnr. PFEVEL89716.1 R1018A
Voor het bestellen van reserveonderdelen, raadpleegt u de voorzijde van deze handleiding. Om u van dienst te
kunnen zijn moet u de volgende informatie bij de hand hebben als u contact met ons opneemt:
het modelnummer en het serienummer van het product (zie de voorzijde van deze handleiding)
de naam van het product (zie de voorzijde van deze handleiding)
het onderdeelnummer en beschrijving van het/de reserveonderdeel (delen) (zie de ONDERDELENLIJST en de
GEDETAILLEERDE TEKENING achterin deze handleiding)
BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN
Onderdeelnr. 404274 R1018A Gedrukt in China © 2018 ICON Health & Fitness, Inc.
Dit elektronische product mag niet worden weggegooid bij het normale huis-
houdelijke afval. Voor milieubehoud, moet dit product overeenkomstig de
wetgeving worden gerecycled na aoop van de levensduur.
Maak gebruik van recyclingfaciliteiten die bevoegd zijn om dit type afval te verza-
melen in uw gebied. Door dit te doen helpt u mee aan het behoud van natuurlijke
bronnen en verbetert u de Europese normen van milieubescherming. Indien u
meer informatie nodig heeft over veilige en juiste afvoermethoden, kunt u contact
opnemen met het plaatselijke stadskantoor van de winkel waar u dit product heeft
gekocht.
RECYCLINGINFORMATIE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

ProForm PFEVEL89716 de handleiding

Type
de handleiding