SICK LE20 Safety Evaluation Unit Handleiding

Type
Handleiding
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
508 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Deze publicatie is beschermd door de auteurswet. Alle rechten
berusten bij de firma SICK AG. Vermenigvuldiging van (delen van)
deze publicatie is uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de
auteurswet. Wijzigen of inkorten van deze publicatie is verboden
zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de firma
SICK AG.
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5098 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
1 Toegepaste symbolen in dit document....................................... 5 1 1
2 Veiligheid ..................................................................................................... 5 1 1
2.1 Reglementaire toepassing van het apparaat ....................511
2.2 Veiligheidsvoorschriften ....................................................................5 12
2.3 Algemene veiligheidsinstructie en
veiligheidsmaatregelen .....................................................................51 3
2.3.1 Instructies voor het veilig stellen van de
veiligheidsfunctie van LE 20 en
LE 20-Muting...........................................................................513
2.3.2 Instructies voor het veilig stellen van de
veiligheidsfunctie van LE 20-Muting ......................51 4
2.3.3 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij
gebruik van LE 20 met C 2000, M 2000
of enkelstraals veiligheidslichtschermen ............. 515
2.3.4 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij
gebruik van LE 20 met C 2000 of M 2000.....515
2.3.5 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij
gebruik van LE 20 met enkelstraals
veiligheidslichtschermen .................................................515
3 Productbeschrijving............................................................................... 518
3.1 Opbouw van het systeem ................................................................5 18
3.2 Opbouw en werkwijze van het apparaat................................5 19
3.3 Functies van de apparaten LE 20 en LE 20 muting ...520
3.3.1 Testfuncties ..............................................................................520
3.3.2 Herstartblokkering (RES) ..................................................52 1
3.3.3 Relaiscontrole (EDM) ..........................................................52 2
3.4 Functies van het apparaat LE 20 muting ............................5 22
3.4.1 Mutingwerking .........................................................................523
3.4.2 Rangschikking muting sensoren ................................524
3.4.3 Override........................................................................................526
3.5 Systeemcomponenten........................................................................527
3.6 Indicatieelementen...............................................................................52 9
4 Montage ........................................................................................................ 530
4.1 Uitvoering IP 20......................................................................................53 0
4.2 Uitvoering IP 65......................................................................................53 0
5 Elektronische installatie .................................................................... 5 31
6 Inbedrijfstelling ........................................................................................ 535
6.1 Overzicht van de stappen voor
de inbedrijfstelling .................................................................................535
6.2 Functietest ..................................................................................................53 5
6.3 Tests LE 20................................................................................................53 6
Inhoud
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
510 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
7 Onderhoud .................................................................................................... 538
7.1 Reparatie......................................................................................................538
7.2 Afvalverwijdering.....................................................................................539
8 Opsporen van fouten .............................................................................. 540
9 Technische gegevens ........................................................................... 541
9.1 Gegevensblad LE 20...........................................................................541
9.2 Technische gegevens relaismoduul UE 10-2OS ............543
10Schakelvoorbeelden............................................................................... 544
11Bijlage............................................................................................................ 546
11.1 Bestelgegevens LE 20.......................................................................546
11.2 Bestelgegevens LE 20 muting ....................................................5 46
11.3 Accessoires................................................................................................. 547
11.4 Maatschetsen...........................................................................................5 47
11.5 Testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen ..............548
11.5.1 WS/WE 12-2.............................................................................548
11.5.2 WS/WE 18-2.............................................................................550
11.5.3 VS/VE 18-2 ...............................................................................552
11.5.4 WS/WE 24-2.............................................................................554
11.5.5 WS/WE 27-2.............................................................................556
11.6 Conformiteit ...............................................................................................558
11.7 Checklist .......................................................................................................561
Inhoud
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5118 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 2
11
11
1 Toegepaste symbolen
in dit document
Bepaalde informatie in dit document wordt bijzonder
geaccentueerd om de snelle toegang tot deze informatie te
vergemakkelijken.
Een opmerking informeert over bijzonderheden van het apparaat
Een toelichting levert achtergrondinformatie; de toelichting
bevordert het begrip voor de technische samenhang bij de werking.
Een advies helpt u om optimaal te werk te gaan.
Waarschuwingsaanwijzing
Mogelijke gevaren bij niet-inachtneming.
¾ Waarschuwingsaanwijzingen altijd zorgvuldig lezen en opvolgen.
22
22
2 Veiligheid
Het apparaat kan zijn veiligheidsrelevante taak alleen vervullen
wanneer het correct wordt toegepast, dus "veilig" – d.w.z. foutloos
– wordt aangebracht en aangesloten.
De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 voldoet aan de
veiligheidsspecifieke eisen overeenkomstig EN 61496,
veiligheidscategorie type 2.
2.1 Reglementaire toepassing van het apparaat
De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 mag alleen in combinatie
met het veiligheidslichtscherm C2000, het veiligheidslichtscherm
met meervoudige stralen M 2000 of met geschikte testbare
enkelstraals veiligheidslichtschermen worden toegepast. De
eenheid vormt de verbinding tussen machinebesturing en
lichtscherm. Zij controleert overeenkomstig de eisen van de
categorie 2 periodiek de veilige functie van de aangesloten
veiligheidslichtschermen en schakelt bij het optreden van een fout
de gevaarlijke beweging uit. Bovendien rust zij een
lichtschermsysteem met extra veiligheid- en controlefuncties uit.
De werking van het apparaat is alleen toegestaan overeenkomstig
de technische specificaties.
Opmerking
Toelichting
Advies
Veiligheid
LET OP
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
512 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 2
Veiligheid
Bij elke andere toepassing en bij veranderingen aan het apparaat
– ook in het kader van montage en installatie komt elke aanspraak
op garantie tegenover SICK AG te vervallen.
2.2 Veiligheidsvoorschriften
Voor het gebruik en de installatie van de veiligheids-analyse-
eenheid LE 20 evenals voor de inbedrijfstelling en periodieke
technische controles gelden de nationale en internationale
wettelijke voorschriften, in het bijzonder
y de Machinerichtlijn 98/37 EEG,
y de Richtlijn over het gebruik van arbeidsmiddelen 89/655 EEG,
y de veiligheidsvoorschriften evenals
y de voorschriften ter voorkoming van ongevallen en
veiligheidsregels.
Fabrikanten en gebruikers van machines waaraan onze
veiligheidsvoorzieningen worden gebruikt, zijn ervoor
verantwoordelijk dat alle geldende veiligheidsvoorschriften en -
regels met de bevoegde autoriteiten worden afgestemd en
nageleefd.
Daarnaast moeten onze aanwijzingen, in het bijzonder
controlevoorschriften (zie hoofdstuk 6 Ingebruikname) in dit
gebruikershandboek (zoals Gebruik, Aanbouw, Installatie of
Integratie in de machinebesturing) beslist in acht worden genomen
en opgevolgd.
Controles moeten plaatsvinden door ter zake kundigen c.q. door
hiervoor bevoegde en aangewezen personen en moeten op
zodanige wijze schriftelijk worden vastgelegd dat ze te allen tijde
kunnen worden teruggelezen.
Dit gebruikershandboek moet ter beschikking worden gesteld aan
de werknemer (operator) aan de machine waaraan onze
veiligheidsvoorziening wordt gebruikt. De werknemer moet door
een ter zake kundige worden geïnstrueerd. Het
gebruikershandboek moet worden bewaard voor later gebruik.
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5138 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 2
Veiligheid
2.3 Algemene veiligheidsinstructie en
veiligheidsmaatregelen
De LE20 vodoet aan Klasse A, zoals gedefinieerd in de standaard
voor stralingsemissie; De LE20 mag daarom alleen in een
industriële omgeving worden toegepast.
Om de reglementaire toepassing van het apparaat te waarborgen
moeten de volgende punten in acht worden genomen.
2.3.1 Instructies voor het veilig stellen van de
veiligheidsfunctie van LE 20 en LE 20-Muting
1. De knoppen voor reset en override die voor het opheffen van de
herstartblokkering aan de LE 20 worden aangesloten, moeten
zodanig gerangschikt zijn dat deze niet vanuit de gevarenzone
bediend kunnen worden.
2. De hele gevarenzone moet vanuit de reset-knop en de override-
knop overgezien kunnen worden.
3. De externe voedingsspanning van het apparaat moet
overeenkomstig EN 60204 een kortdurende netuitval van
20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als
accessoires verkrijgbaar bij SICK (Siemens serie 6 EP 1).
4. De functietest voor de eerste inbedrijfstelling dient ter bevesti-
ging van de gestelde veiligheidseisen in de nationale /interna-
tionale voorschriften in het bijzonder van de richtlijn voor machi-
nes en het gebruik van arbeidsmiddelen. (EG verklaring van
overeenkomst).
5. De lichtschermen moeten zodanig worden aangebracht dat bij
een onderbreking van minimaal één lichtstraal het gevaarlijk
punt pas wordt bereikt nadat de gevaarlijke situatie
geëlimineerd is. Voorwaarde hiervoor is dat de vereiste
veiligheidsafstanden volgens EN 999 worden aangehouden.
6. De OSSD-uitgangen van de LE 20 moeten worden aangesloten
op geforceerde relais.
7. Verschuiven of verstellen van de veiligheidsvoorziening is
uitsluitend toegestaan aan vakbekwaam en getraind personeel.
8. In geval van verontreiniging of beschadiging van een lichtinval-
of -uitvalvlak moet het oppervlak worden gereinigd of de sensor
worden vervangen.
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
514 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 2
Veiligheid
2.3.2 Instructies voor het veilig stellen van de
veiligheidsfunctie van LE 20-Muting
1. Muting sensoren moeten zodanig gerangschikt zijn dat de
overbrugging niet onopzettelijk door een persoon kan worden
geactiveerd (zie afb. 2-1).
Afb. 2-1: Rangschikking van de muting sensoren
a
= tegenover elkaar liggende sensoren mogen niet gelijktijdig activeerbaar zijn
s
= naast elkaar liggende sensoren mogen niet gelijktijdig activeerbaar zijn
2. Muting mag alleen in de periode geactiveerd worden wanneer
het object de toegang tot de gevarenzone blokkeert.
3. Muting moet automatisch plaatsvinden, mag echter niet van een
enkel elektrisch signaal afhangen.
4. Muting mag niet volledig van softwaresignalen afhangen.
5. De muting toestand moet direct na het passeren van het object
worden opgeheven en de veiligheidsinrichting zodoende weer
effectief worden.
6. Voor de muting werking is ten minste een muting indicatielamp
noodzakelijk die de verhoging van het veiligheidsrisico tijdens
de muting fase aangeeft. Deze lamp is dwingend voorgeschre-
ven. Zonder deze is de muting functie niet mogelijk.
7. De hele gevarenzone moet vanuit de reset-knop en de override-
knop overgezien kunnen worden.
8. In geval van langere mutingcyli > 24 uur of langere stilstand
van de machine moet de correcte werking van de
mutingsensoren worden gecontroleerd.
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5158 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 2
Veiligheid
2.3.3 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van
LE 20 met C 2000, M 2000 of enkelstraals
veiligheidslichtschermen
De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met het
veiligheidslichtscherm C 2000, met veiligheidslichtscherm M 2000
of met het testbare enkelstraals veiligheidslichtscherm is
uitsluitend gewaarborgd als voldaan is aan de volgende condities:
1. Toegang tot de gevarenzone mag uitsluitend mogelijk zijn via
het veiligheidslichtscherm.
2. Over het lichtscherm heen klimmen, eronderdoor kruipen of
eromheen lopen mag niet mogelijk zijn.
3. Inbouw van het systeem moet plaatsvinden zonder
belemmering van de optische straleningang (bijv. geen extra
frontglas).
2.3.4 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van
LE 20 met C 2000 of M 2000
De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met het
veiligheidslichtscherm C 2000 of met veiligheidslichtscherm M
2000 is uitsluitend gewaarborgd als voldaan is aan de volgende
conditie:
y De installatie werd overeenkomstig de TECHNISCHE
BESCHRIJVING – VEILIGHEIDSLICHSCHERM C 2000/
VEILIGHEIDSLICHTGORDIJN MET MEERVOUDIGE STRALEN
M 2000/VEILIGHEIDSWERKINGSEENHEID LE 20 gepland.
2.3.5 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van
LE 20 met enkelstraals veiligheidslichtschermen
De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met
testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen is uitsluitend
gewaarborgd als voldaan is aan de volgende condities:
1. Enkelstraals veiligheidslichtschermen mogen uitsluitend worden
gebruikt als toegangsbeveiliging volgens EN 999. Gebruik als
vinger- en handbeveiliging is niet toegestaan.
2. Stoorstraling (bijv. directe/indirecte zonnestraling,
afstandsbedieningen) moet worden geëlimineerd omdat deze
de beschikbaarheid van enkelstraals veiligheidslichtschermen
kan reduceren.
3. Het aantal stralen van zender en ontvanger moet evenals de
afstand tussen de stralen overeenstemmen.
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
516 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 2
Wederzijdse beïnvloeding bij enkelstraals
veiligheidslichtschermen
Als verscheidene paren enkelstraals veiligheidslichtschermen
worden gebruikt moet beslist rekening worden gehouden met de
openingshoek van de sensoren om wederzijdse beïnvloeding te
voorkomen.
Bij montage van de zenders aan slechts één zijde mogen de
lichtstralen elkaar aan de ontvangerzijde niet zodanig overlappen
dat de lichtstraal van een zender twee ontvangers bereikt.
Bij afwisselende montage van de zenders en ontvangers (zie
afb. 2-2) moet worden veilig gesteld dat de lichtstraal van zender
S1 niet door ontvanger R3 en de lichtstraal van zender S3 niet
door ontvanger R1 kan worden ontvangen.
Afb. 2-2: Montage ter voorkoming van onderlinge optische beïnvloeding
4. Reflecterende oppervlakken die zich al binnen de zend- en
ontvangstbundel bevinden, daar worden neergezet of
aangebracht, kunnen spiegelingen veroorzaken waardoor een
object of persoon niet wordt gedetecteerd. Daarom moeten alle
reflecterende vlakken en voorwerpen (bijv. materiaalbakken) een
minimumafstand a rotatiesymmetrisch rondom de optische as
tussen zender en ontvanger aanhouden (zie afb. 2-3 en
afb. 2-4).
Veiligheid
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5178 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Afb. 2-3: Minimumafstand a tot reflecterende oppervlakken, correcte montage en
uitlijning
S = zender R = ontvanger D = afstand 'zender-ontvanger'
a = grens tot de gevarenzone s = reflecterend oppervlak
d = toegangsrichting tot de gevarenzone f = optische as
a = minimumafstand tot reflecterend oppervlak
Afb. 2-4: Minimumafstand a afhankelijk van afstand D voor testbare enkelstraals
veiligheidslichtschermen
Zo berekent u de minimumafstand a tot reflecterende
oppervlakken voor enkelstraals veiligheidslichtschermen met een
openingshoek van 10°:
y Als afstand D ≤ 3 m dan bedraagt de minimumafstand
a = 260 mm.
y Als de afstand D > 3 m dan berekent u de minimumafstand a
aan de hand van de volgende formule:
a [mm] = 88,2 x D [m]
Hoofdstuk 2
Veiligheid
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
518 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 3
Voorbeeld:
De afstand D tussen zender en ontvanger bedraagt 28 m.
Hieruit resulteert:
a [mm] = 88,2 x 28 [m] = 2469,6 mm
De minimumafstand a tot reflecterende oppervlakken moet in dit
voorbeeld 2469,6 mm bedragen.
33
33
3 Productbeschrijving
3.1 Opbouw van het systeem
Met de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 kan in verbinding met
de apparaten C 2000, M 2000 of 1 … 6 enkelstraals veiligheids-
lichtstralen een compleet veiligheidssysteem voor de bescherming
van personen aan machines of installaties worden opgebouwd.
Met de uitbreiding wordt de functieveelvoud van het
lichtschermsysteem.
In de maximale uitbreidingsfase bestaat het systeem uit een
lichtschermcascade met drie zender- /ontvangerparen c.q. twee
enkelstraals lichtstraalcascades met telkens drie zender-/ ont-
vangerparen, de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en vier
mutingsensoren. Een dergelijk systeem kan objecten, die in de
gevarenzone mogen binnentreden, onderscheiden van personen.
Het lichtschermsysteem stopt het gevaarlijke proces zodra een
persoon in de gevarenzone binnentreedt. Wanneer daarentegen
een bepaald object, zoals bijv. een materiaalpallet, in de
gevarenzone binnenkomt, werkt de machine of installatie zonder
onderbreking verder.
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5198 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Afb. 3-1: Maximale uitbouw van een lichtschermsysteem
a
= voedingseenheid d + f = LE 20 muting g = relaismoduul
s
= muting sensoren f = LE 20 h = lichtstraalcascade
3.2 Opbouw en werkwijze van het apparaat
De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 voert een periodieke
veiligheidstest van de aangesloten lichtschermen uit en breidt het
lichtschermsysteem uit met de veiligheidsfuncties herstartblok-
kering en relaiscontrole. De uitgebreide versie LE 20 muting is door
de toepassing van extra muting sensoren in staat om objecten die
door de lichtstralen in de gevarenzone binnendringen te
onderscheiden van personen en deze te laten passeren zonder
dat de machine uitschakelt.
De apparaten beschikken over de volgende functies:
LE 20 Testfunctie
Herstartblokkering (RES)
Relaiscontrole (EDM)
LE 20-Muting Testfunctie
Herstartblokkering (RES)
Relaiscontrole (EDM)
Muting
Override
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
520 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 3
LE 20
LE 20-Muting
Afb. 3-2: Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting
3.3. Functies van de apparaten LE 20 en LE 20 muting
3.3.1 Testfuncties
Test van de enkelstraals veiligheidslichtschermen
De correcte werkwijze van de testbare enkelstraals veiligheidslicht-
schermen wordt getest na het inschakelen en na indrukken van de
reset-knop. De verwerkingseenheid zendt via de aansluitingen
TEST A en TEST B een testsignaal aan de lichtschermzenders en
controleert de reactie van de lichtschermontvangers via de
signaalingangen SENSOR A en SENSOR B. Tijdens de werking wor-
den de testbare enkelstraals lichtschermen automatisch iedere 2 s
getest. Deze testroutine is alleen actief wanneer de ingang TEST/
NON bedraad is met 24 V. Bij het optreden van een fout gaan de
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5218 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
beide schakeluitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van de verwerkings-
eenheid onmiddellijk in de uittoestand. De test heeft geen invloed
op de veiligheidswerking van de aangesloten lichtschermen c.q.
lichtstraalcascade.
De beide uitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van de verwerkingseenheid
moeten in de machinebesturing met twee kanalen verder worden
geleid.
Daar C 2000 en M 2000 zich zelf testen worden alleen de
uitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van C 2000 en M 2000 aan
SENSOR A en SENSOR B van LE 20 aangesloten. De testingang van
C 2000 en M 2000 moet met TEST A of TEST B van LE 20
worden verbonden.
Externe test
Daar het LE-20 systeem zichzelf test is een externe test niet
noodzakelijk en moet de ingang TEST EXTERN aan 24 V worden
aangesloten. Wanneer de machinebesturing echter al voor een
externe test ontworpen werd, kan het LE 20 systeem voor de
externe test geconfigureerd worden. Voor dit doel wordt een
verbreekcontact op de ingang TEST EXTERN van de verwerkings-
eenheid aangesloten. Bij een schakeling aan deze ingang van
24 V is de zelftest van het apparaat actief. Wanneer door een
verbreekcontact het 24V signaal ten minste 30 ms lang wordt
uitgeschakeld, voert de verwerkingseenheid een extra testcyclus
uit. Daarbij worden de verwerkingseenheid en de veiligheidslicht-
schermen gecontroleerd. Voor de bevestiging van een succesvolle
zelftest gaan de beide OSSD uitgangen van de verwerkingseenheid
in de uittoestand. Daarna moet het verbreekcontact weer 24 V op
de ingang TEST EXTERN schakelen. Wanneer de test langer duurt
dan 150 ms moet de herstartblokkering geactiveerd worden.
Geen noodstopschakelaar op TEST EXTERN!
Op de ingang TEST EXTERN mag geen noodstopschakeling worden
aangesloten.
3.3.2 Herstartblokkering (RES)
Wanneer er een lichtstraal werd onderbroken bewerkstelligt de
herstartblokkering dat de machine pas weer start wanneer na het
vrij worden van de lichtweg de reset-knop - aansluiting aan klem
RES (Restart Locking Device) - ingedrukt en weer losgelaten word.
De reset-knop moet ook na het inschakelen van het apparaat
worden bediend. De functie kan geselecteerd en gedeselecteerd
worden.
Opmerking
Opmerking
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
LET OP
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
522 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Inbouwplaats van de reset-knop correct selecteren!
De reset-knop moet zodanig geïnstalleerd worden dat deze niet
vanuit de gevarenzone bediend en de hele gevarenzone bij het
bedienen van de toets overzien kan worden.
Terwijl de verwerkingseenheid op het herstartcommando wacht,
geeft een gele LED de wachttoestand aan. De herstartblokkering
wordt door de aansluiting van 0 V aan de klem RES DISABLE
geactiveerd en door 24V aan RES DISABLE gedeactiveerd.
Geen herstartblokkering wanneer RES DISABLE
gedeactiveerd is.
Wanneer de herstartblokkering via de klem RES DISABLE gede-
activeerd werd, moet de machinebesturing de functie van de
herstartblokkering overnemen.
3.3.3 Relaiscontrole (EDM)
De relaiscontrole controleert of het aangesloten schakelapparaat
(relais o.i.d.) in orde is en er geen contacten plakken. Hiertoe
verwerkt de verwerkingseenheid de terugmelding van de verbreek-
contacten aan de klem EDM (External Device Monitoring). Bij een
afwijking schakelt de LE 20 de OSSD uitgangen uit en gaat in de
fouttoestand. Bij actieve herstartfunctie zijn herhaalde inschakel-
pogingen mogelijk. De signaalwissel aan de EDM ingang moet
binnen 300 ms plaatsvinden. Bij gesloten schakelcontacten
moeten hier 24 V aanliggen. De relaiscontrole wordt door de
aansluiting van 0 V aan de klem EDM DISABLE geactiveerd en
door 24 V aan EDM DISABLE gedeactiveerd.
3.4 Functies van het apparaat LE 20 muting
De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 muting wordt toegepast,
wanneer bepaalde objecten bijv. materiaalpallets, de gevarenzone
mogen passeren. Zij zet dan gedurende het transport door de
lichtstralen van het veiligheidslichtscherm de bewaking van de
veiligheidslichtschermen buiten werking. Extra muting sensoren
registreren voor deze duur de aanwezigheid van het te transpor-
teren materiaal. Door de soort sensoren en de rangschikking ervan
is het mogelijk object en personen te onderscheiden. Daarbij
kunnen twee, drie of vier muting sensoren aan de
veiligheidsverwerkingseenheid worden aangesloten.
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
LET OP
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5238 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
3.4.1 Mutingwerking
De muting werking begint wanneer aan de volgende voorwaarden
is voldaan.
Muting voorwaarden
Hoofdstuk 3
Tab. 3-1: Muting voorwaarden
Aantal muting sensoren
Muting voorwaarden
M 1 & M 22
4 M 1 & M 2 of
M 3 & M 4
Tijdens de overname van de muting voorwaarden door
het andere sensorpaar is de muting voorwaarde korte
tijd M 1 & M 2 & M 3 & M 4 .
Tab. 3-2: Muting voorwaarden en gelijktijdigheidscontrole
Aantal muting sensoren
Muting voorwaarden + gelijktijdigheidscontrole
M 1 & M 2 moeten binnen 3 s actief worden.2
3 Eerst moet M 3 actief worden, dan M 1 & M 2 binnen 3 s.
M 3 mag pas vrij worden wanneer M 1 & M 2 actief
worden (herkenning correctheid)
4 M 1 & M 2 moeten binnen 3 s actief worden.
M 3 & M 4 moeten binnen 3 s actief worden.
Een sensorpaar mag pas vrij worden wanneer het
andere sensorpaar reageert.
De volgorde speelt daarbij geen rol.
Gelijktijdigheidscontrole
Naast de muting voorwaarden kan de gelijktijdigheidscontrole
geactiveerd worden (zie Tab. 5-3). Telkens een muting sensorpaar
moet dan binnen 3 s actief worden. De tab. 3-2 toont de precieze
voorwaarden afhankelijk van het aantal sensoren.
Sequentiecontrole
Naast de muting voorwaarden kan de sequentiecontrole geacti-
veerd worden (zie Tab. 5-3) De muting sensoren moeten dan in
een bepaalde chronologische volgorde reageren en weer vrij
worden. De tab. 3-3 toont de precieze voorwaarden afhankelijk van
het aantal sensoren.
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
524 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Opdat de muting voorwaarden vervuld zijn, mag het object zich
alleen op de beschreven wijze door de muting lichtstralen en het
veiligheidslichtscherm bewegen. Iedere andere objectbeweging
bijv. in de bewakingszone binnengaan en weer teruggaan of het
object uit het bewakingsgebied verwijderen, heeft een muting fout
ten gevolg, de OSSD uitgangen van de verwerkingseenheid
schakelen uit.
Het aantal muting sensoren configureren
Het aantal muting sensoren wordt met draadbruggen aan de
klemmen BIT 1 en BIT 2 geconfigureerd. De draadbruggen moeten
overeenkomstig Tab. 5-2 in hoofdstuk 5 met BIT 1 of BIT 2 en de
ernaast gelegen Intercon.+ -klemmen worden verbonden.
Muting bewakingen configureren
De beide muting bewakingen worden afhankelijk van het aantal
aangesloten muting sensoren geconfigureerd. De configuratie vindt
plaats door middel van draadbruggen tussen de klemmen
SEQUENCE of CONCURR. en de ernaast liggende klemmen
Intercon.+. De tabel 5-3 in hoofdstuk 5 toont hoe de draadbruggen
voor de verschillende muting bewakingen gelegd moeten worden.
3.4.2 Rangschikking muting sensoren
De muting sensoren moeten steeds zodanig gerangschikt worden
dat het materiaal zeker wordt herkend en een persoon de muting
functie niet kan activeren. Naast de algemene veiligheidsinstructies
uit hoofdstuk 2.3. adviseren wij de volgende principes in acht te
nemen:
1. Het materiaal (pallet, voertuig) moet door de muting sensoren
over de gehele lengte worden herkend, d.w.z. er mag geen
onderbreking van de uitgangssignalen van de sensoren optre-
den. Dit moet vooral in acht genomen worden wanneer het
materiaal verschoven op de pallet ligt of wanneer bij
verschillende transportgoederen de referentiehoogte voor de
sensoren verandert.
Opmerking
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
Tab. 3-3: Muting voorwaarden en sequentiecontrole
Aantal muting sensoren
Muting voorwaarden + sequentiecontrole
Sequentiecontrole niet mogelijk2
3 De muting sensoren moeten in de volgorde M 3 voor
M 1 & M 2 actief worden (richtingsherkenning)
4 De muting sensoren moeten in de volgorde M 1 voor
M 2 voor M 3 voor M 4 of M 4 voor M 3 voor M 2 voor
M 1 actief worden.
Bij richtingdetectie is alleen de volgorde van M 1
voor M 2 voor M 3 voor M 4 toelaatbaar.
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5258 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
2. De gehele rangschikking van het veiligheidslichtscherm en de
muting sensoren moeten zodanig worden gekozen dat voor het
nieuwe materiaal de eerste sensoren bereikt het voorafgaande
materiaal de laatste muting sensoren heeft gepasseerd en alle
muting sensoren gedeactiveerd zijn.
3. De sensoren moeten alleen het materiaal detecteren en niet het
transportmiddel (pallet of voertuig), zodat er geen persoon op
het transportmiddel in de gevarenzone kan binnengaan.
Afb. 3-3: De muting sensoren moeten de lading detecteren, niet de pallet.
a
= pallet s = materiaal d = muting sensor f = transportniveau
4. Daar de interne verwerkings van de sensorsignalen enige tijd in
beslag neemt mag het materiaal niet te dicht voor de licht-
stralen van het veiligheidslichtscherm geregistreerd worden.
Er moet daarom een minimum afstand worden aangehouden
(zie afb. 3-4.)
Afb. 3-4: Afstand detectielijn - muting sensoren.
Voor de detectielijn van de muting sensoren moet een minimum afstand tot de
stralen van het veiligheidslichtscherm worden aangehouden.
a = materiaal S = zender v = bandsnelheid [m/s]
R = ontvanger m = minimum afstand [m] M 1, M 2 = muting sensoren
Berekening van de minimum afstand:
m [m] = v [m/s] x 0,125 s
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
526 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
3.4.3 Override
De override functie dient om het object dat in het muting bereik is
achtergebleven na het optreden van een fout in het muting bereik
uit de bewakingszone te bewegen. De veiligheidsinrichting kan
ondanks onderbroken lichtstraal worden vrijgegeven. Daarvoor is
het noodzakelijk dat de muting sensoren een geldig muting signaal
afgeven. Deze mogelijkheid wordt weergegeven door de override
lamp. De override-knop moet ingedrukt en weer losgelaten worden.
pas wanneer alle muting sensoren gedeactiveerd zijn, keert het
systeem weer in de normale muting bewakingsfunctie terug.
Wanneer de fout in de muting werking herhaald optreedt moeten
het systeem en de rangschikking van de muting sensoren
gecontroleerd worden.
De override-functie wordt uitsluitend geactiveerd als de Override-
knop ten minste 28 ms wordt ingedrukt.
Nadat de override-knop werd ingedrukt moet de installatie na
uiterlijk 30 min. weer in de normale muting bewakingsfunctie
werken anders stopt e verwerkingseenheid het proces.
Aan klem 14 OVERRIDE LAMP kan een lamp worden aangesloten
die telkens oplicht wanneer de override-knop bediend kan worden.
Indien de override functie defect of niet aangesloten is, kan de
override functie niettemin geactiveerd worden (zie hoofdstuk 8) .
De override functie kan niet gedeactiveerd worden.
Installatieplaats van de override-knop en -lamp goed kiezen!
De override-knop moet zodanig geïnstalleerd worden dat deze niet
vanuit de gevarenzone bediend kan worden en dat de gevarenzone bij
het bedienen van de knop ingezien kan worden. De override lamp
moet vanuit het bedieningspaneel van de installatie zichtbaar zijn.
Als override-knop moet een maakcontact worden toegepast die bij
het bedienen 24V op de OVERRIDE ingang van de verwerkings-
eenheid schakelt.
Technische gegevens override lamp:
Bedrijfsspanning 24 V DC
Vermogen gloeilamp 1 ... 10 W
Max. leidinglengte 10 m
Kleur wit
Opmerking
Opmerking
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
Opmerking
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5278 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
3.5 Systeemcomponenten
Muting sensoren
In het algemeen kunnen alle soorten sensoren aan de
veiligheidsverwerkingseenheid worden aangesloten:
y optische sensoren
y inductieve sensoren
y mechanische schakelaars
y signalen uit een besturing
Zij moeten echter over de volgende technische gegevens beschikken:
Voedingsspanning 24 V DC
Sensoruitgang PNP (open collector) of relais
Signaalniveau, wanneer sensor
– object herkent high (≥ 15,5 V DC)
– object niet herkent low (≤ 10,5 V DC)
De veiligheid- en muting sensoren kunnen niet door de veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20 van spanning worden voorzien.
Wanneer de leidingen voor de mutingsensoren buiten de
schakelkast geïnstalleerd worden, moeten deze in aparte
mantelleidingen worden gevoerd.
Relaismoduul
De schakeluitgangen van de veiligheidsverwerkingseenheid zijn met
twee potentieelgebonden halfgeleider uitgangen max. uitgangsstroom
0,5 A uitgerust. Wanneer het schakelvermogen niet voldoende is of
wanneer er potentiaalvrije contacten nodig zijn kan een relaismoduul
met twee potentieelvrije relaiscontacten worden aangesloten.
54321
6
789
UE 10-2OS
Afb. 3-5: Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 met relaismoduul UE 10-2OS
Opmerking
Opmerking
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
528 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Muting indicatielamp
Om de muting functie te signaleren is een externe muting
indicatielamp noodzakelijk. Deze lamp is dwingend voorgeschre-
ven, zonder deze lamp is de muting functie niet mogelijk.
De functie van de muting indicatielamp wordt gecontroleerd. Voor
een redundante indicatie kunnen twee lampen worden aan-
gesloten-. Wanneer er slechts een lamp wordt gebruikt, moet deze
aan LAMP 1 worden aangesloten. LAMP 2 moet dan via een
draadbrug met de ernaast liggende Intercon. + -klem worden
verbonden. Indien LAMP 1 uitvalt, knippert LAMP 2 wanneer deze
aangesloten is en LAMP 1 kan - tijdens de werking - worden
uitgewisseld.
Muting lampen vanuit bedieningspaneel zichtbaar!
De muting lampen moeten vanuit het bedieningspaneel van de
installatie zichtbaar zijn.
Technische gegevens
Voedingsspanning 24 V DC
(van veiligheidsverwerkingseenheid)
Vermogen gloeilamp 1 ... 10 W
Max. leidinglengte 10 m
Bedrijfsduur gloeilamp ca. 2500 h
Bij SICK is de volgende muting indicatielamp als accessoire
verkrijgbaar:
Afb. 3-6: Muting indicatielamp met gloeilamp en bevestigingsset voor de
wandmontage, onderdeelnummer 2 020 743
Voor dit doel zijn tevens als accessoires leverbaar de LED-
mutinglampen met de onderdeelnummers 2 019 909 en
2 019 910 (elk met aansluitkabel).
Hoofdstuk 3
Productbeschrijving
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5298 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
3.6 Indicatieelementen
Op de frontplaat tonen drie LED's en een 7-segment-display status
en diagnoseinformatie.
Afb. 3-7: Indicatieelementen van de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en
LE 20 muting.
Hoofdstuk 3
Tab. 3-4: Indicatieelementen van de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en
LE 20 muting.
Nr.
OSSD uitgangen op UIT geschakeld
(lichtweg onderbroken)
OSSD-LED rood, brandt
Herstart-LED geel, brandt Wachten op herstartcommando (lichtweg vrij)
OSSD-LED groen, brandt OSSD uitgangen op AAN geschakeld
(lichtweg vrij)
Indicatie
a
s
d
f Override lamp brandt
(indien aangesloten)
Start door bedienen van de override-knop
mogelijk
g
7-sement-display
indicatie "uit"
indicatie
C
Weergave van foutcodes (zie hoofdstuk 8)
normale werkingstoestand
Evaluatieeenheid in muting toestand
h LAMP 1 brandt LE 20 in muting toestand
j LAMP 1 knippert Muting lamp 2 (aan LAMP 2) defect of brug tussen
LAMP 2 en Intercon. + niet aanwezig
k LAMP 2 knippert
(indien aangesloten)
Muting lamp 1 (aan LAMP 1) defect of niet
aangesloten
Productbeschrijving
Betekenis/ functie
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
530 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
44
44
4 Montage
4.1 Uitvoering IP 20
IP 20 behuizing alleen gebruiken voor schakelkastmontage!
De IP-20-behuizing mag uitsluitend worden gebruikt voor montage
in een schakelkast.
De montage van de IP20 uitvoering vindt plaats door het ineen-
klikken van de behuizing op een DIN-rail.
4.2 Uitvoering IP 65
1. Spanhefboom scharniersluitingen met een schroevendraaier
openen a en frontgedeelte behuizing afnemen s
(zie afb. 4-1).
Afb. 4-1: IP65 behuizing, frontgedeelte verwijderen
F
= frontgedeelte B = basisgedeelte
2. Gaten voor de bevestigingsschroeven van de behuizing boren,
evt. basisgedeelte als sjabloon gebruiken.
3. Basisgedeelte eraan schroeven.
4. Frontgedeelte erop zetten en de spanhefboom scharnierslui-
tingen sluiten.
Hoofdstuk 4
Montage
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5318 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
55
55
5 Elektronische installatie
Installatie spanningvrij schakelen!
Terwijl u LE 20 elektrisch aansluit zou de installatie onopzettelijk
kunnen starten.
¾ Zorg ervoor dat de installatie tijdens de elektronische installatie
in spanningsvrije toestand is.
OSSD-uitgangen van de testbare enkelstraals
veiligheidslichtschermen gescheiden voeren!
De leidingen van de OSSD-schakeluitgangen moeten tot de
aansluitingen SENSOR A en SENSOR B in aparte mantelleidingen
gescheiden van de overige leidingen worden gevoerd.
¾ Voer de elektronische aansluiting overeenkomstig het voor-
liggende schakelschema en de volgende klem aansluitings-
tabellen uit.
Bij de IP 65 behuizing moeten de klemmenblokken in de behuizing
overeenkomstig Afb. 5-1 voor de bedrading van de veiligheids-
lichtschermen en muting sensoren toegepast worden.
Afb. 5-1: klemmenblokken IP 65 behuizing
a
= voor veiligheidslichtschermen s = voor muting sensoren
Hoofdstuk 5
Opmerking
Elektronische installatie
LET OP
LET OP
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
532 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
*) Wanneer slechts een lichtschermpaar wordt aangesloten moet
tussen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een draadbrug worden
gelegd.
Hoofdstuk 5
Opmerking
Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting
Pin nr. Betekenis (I = ingang, O = uitgang)
Voedingsspanning, +24 V DC
Aanduiding
1
+24 V DC
2 0 V Voedingsspanning, 0 V
3 TEST EXTERN I: Zelftest LE 20 systeem = 24 V (externe test gedeactiveerd),
externe test LE 20 systeem = 0 V (externe test geactiveerd),
aansluiting op 24 V met NC-contact (verbreekcontact)
4
SENSOR A*) I: Aansluiting aan de uitgang (PNP of OSSD ) van het lichtscherm van kanaal A
TEST/NON
5 I: 0 V = testbare sensoren
24 V = lichtschermtype C 2000, M 2000
6
SENSOR B*) I: Aansluiting aan de uitgang (PNP of OSSD ) van het lichtscherm van kanaal B
7 RES I: Herstartblokkering aansluiting voor de NO contact (maakcontact tegen
24 V) van de reset-knop zonder herstartblokkering: nc
8 EDM I: Relaiscontrole
Aansluiting voor de twee verbreekcontacten van de schakelcontacten
aan 24V; EDM aan 24 V aansluiten wanneer EDM DISABLE gedeactiveerd is.
9 nc/Override Niet aangesloten bij LE 20 zonder muting (not connected)/
I: Aansluiting voor de NO-contact (maakcontact) van de override-knop, 24 V
10 EDM DISABLE I: relaiscontrole, 0V = geactiveerd, 24 V = gedeactiveerd
11 RES DISABLE I: herstartblokkering, 0V = geactiveerd, 24 V = gedeactiveerd
12 TEST A O: Testsignaal van het lichtscherm aan kanaal A
13
TEST B O: Testsignaal van het lichtscherm aan kanaal B
14 nc/
OVERRIDE LAMP
Niet aangesloten bij LE 20 zonder muting (not connected)/
Uitgang voor de override lamp, 24 V, PNP, I
max
= 500 mA
15 OSSD 1 O: Schakeluitgang 1, PNP, 500 mA
Tab. 5-1: Klemmenaansluiting verwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting
nc = niet aangesloten (not connected)
16 OSSD 2 O: Schakeluitgang 2, PNP, 500 mA
Elektronische installatie
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5338 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 5
Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 muting
Tab. 5-3: Configuratie van de mutingscontroles nc = niet aangesloten (not connected)
Aantal muting-
sensoren
SEQUENCECONCURR.
4
Muting controle:
Muting voorwaarde +
nc nc Sequentiebewaking
nc Intercon.+ gelijktijdigheidscontrole
Intercon.+
Intercon.+ (alleen mutingvoorwaarde)
3
nc nc Gelijktijdigheidscontrole met richtingscontrole
Intercon.+ Intercon.+ (alleen muting voorwaarde +) richtingscontrole
2
nc nc gelijktijdigheidscontrole
Intercon.+
Intercon.+ (alleen mutingvoorwaarde)
Pin nr.
Betekenis (I = ingang, O = uitgang)
O: 24 V PNP-uitgang voor aansturing van de muting lamp, I
max
= 500 mA
Aanduiding
18 LAMP 1
19 LAMP 2 I/O: 24 V, PNP uitgang voor de aansturing van een redundante muting lamp,
I
max
= 500 mA. Wanneer alleen lamp 1 (LAMP 1) wordt aangesloten
moet LAMP 2 met intercon.+ worden verbonden
20
Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U
B
)
Intercon.+21
22
CONCURR.
I: Gelijktijdigheidscontrole zie tab. 5-3
23 SEQUENCE I: Sequentiebewaking, zie tab. 5-3
24
I: Configuratie van het aantal geïnstalleerde muting lichtschermen:
Bit 1 Bit 2
nc nc 4 sensoren
Intercon.+ nc 3 sensoren
nc Intercon.+ 2 sensoren
Intercon.+ Intercon.+ niet toegelaten
28 Intercon.+
O: Hulpstuurspanning (U
B
)
Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U
B
)
25 Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U
B
)
26 BIT 2
27 BIT 1
O: Hulpstuurspanning (U
B
)
Tab. 5-2: Klemmenaansluiting LE 20 muting nc = niet aangesloten (not connected)
29 M 4 I: Muting lichtscherm 4
30
M 3
I: Muting lichtscherm 3
31 M 2 I: Muting lichtscherm 2
32 M 1
I: Muting lichtscherm 1
Elektronische installatie
Intercon.+ nc Sequentiebewaking met richtingbewaking
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
534 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Relaismoduul
De schakeluitgangen van de veiligheidsverwerkingseenheid zijn
met twee potentaalvrije halfgeleider uitgangen – max. uitgang-
stroom 0,5 A – uitgerust. Wanneer het schakelvermogen niet
voldoende is of wanneer er potentieelvrije contacten nodig zijn,
kan een relaismoduul met twee potentiaalvrije relaiscontacten
aangesloten worden.
Afb. 5-2: Klemmenbelegging relaismoduul
Hoofdstuk 5
Tab. 5-4: klemmenaansluiting relaismoduul
Pin nr.
Betekenis (I = ingang, O = uitgang)
I: Verbinding naar OSSD 1 van interface LE 201
Aanduiding
IN 1
2
COM
Aansluiting aan 0 V
3
IN 2 I: Verbinding naar OSSD 2 van interface LE 20
4
Monit. A O: Relaisuitgang, kant A van het NC contact aan
24 V DC aansluiten.
5 Monit. B O: Relaisuitgang, kant B van het NC contact aan
EDM van het interface LE 20 aansluiten
6 OSSD 1 B
O: Relaisuitgang, kant B van het NO contact van
uitgangsrelais 1
7
OSSD 1 A O: Relaisuitgang, kant A van het NO contact van
uitgangsrelais 1
8 OSSD 2 B O: Relaisuitgang, kant B van het NO contact van
uitgangsrelais 2
9 OSSD 2 A O: Relaisuitgang, kant A van het NO contact van
uitgangsrelais 2
Elektronische installatie
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5358 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
66
66
6 Inbedrijfstelling
6.1 Overzicht van de stappen voor
de inbedrijfstelling
Gevarenzone controleren!
Voor de inbedrijfstelling moet ervoor gezorgd worden dat er
niemand in de gevarenzone aanwezig is.
¾ Controleer de gevarenzone en beveilig deze tegen het betreden
door personen (bijv. door plaatsen van waarschuwingsborden,
aanbrengen van afschermingen e.d.) Neem de overeenkomstige
wetten en plaatselijke voorschriften in acht.
Veiligheidsvoorschriften in acht nemen!
Neem de veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 2 in acht.
Bij de inbedrijfstelling ondergaan alle functies van het apparaat
een functietest, die een veilige toepassing dient te garanderen. De
inbedrijfstelling wordt in de volgende stappen uitgevoerd:
6.2 Functietest
Functietest LE 20
y Machineuitschakeling bij onderbreking van ten minste een
lichtstraal van elk veiligheidslichtscherm.
Indien geconfigureerd:
y externe test
y herstartblokkering (RES)
y Relaiscontrole (EDM)
Tests LE 20 muting
y Machineuitschakeling bij onderbreking van ten minste een
lichtstraal van elk veiligheidslichtscherm.
Indien geconfigureerd:
y externe test
y herstartblokkering (RES)
y Relaiscontrole (EDM)
y muting functie en muting indicatielamp
y override functie en override lamp
Hoofdstuk 6
Inbedrijfstelling
LET OP
LET OP
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
536 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
6.3 Tests LE 20
Om de reglementaire toepassing te garanderen moeten de
volgende punten in acht worden genomen:
y De montage en de elektrische aansluiting mogen alleen door
deskundig personeel worden uitgevoerd.
Deskundig personeel heeft op grond van de vakkundige oplei-
ding en ervaring voldoende kennis op het gebied van het te te-
sten mechanische arbeidsmiddel en is zo ver vertrouwd met de
overeenkomstige wettelijke arbeidsvoorschriften, ongevalpreven-
tievoorschriften, richtlijnen en algemeen erkende regels van de
techniek (bijv. DIN normen, VDE bepalingen, technische regels
van andere lidstaten van de EG) dat het de arbeidsveilige toe-
stand van het mechanische arbeidsmiddel kan beoordelen. Dit
zijn in het algemeen deskundige van de fabrikant van de Con-
tactloos Werkende Veiligheidsinrichting (CWV) of ook personen
die bij de fabrikant van de CWV overeenkomstig werden
opgeleid, hoofdzakelijk met de controle van CWV werkzaam zijn
en hiermee door de exploitant van de CWV werden belast.
Aanbrengen van een informatiebord op de machine
Vóór de eerste ingebruikname moet op de machine een
informatiebord worden aangebracht, dat op de noodzaak van
regelmatige controles wijst.
1. Test voor de eerste inbedrijfstelling van de veiligheidsinrichting
van de machine door deskundige:
– De test voor de eerste inbedrijfstelling dient om de in de
nationale/internationale voorschriften, in het bijzonder in de
machinerichtlijn en richtlijn voor gebruikers van arbeidsmid-
delen, vereiste veiligheidseisen te bevestigen. (EG verklaring
van overeenkomst).
– Controle van de werking van de veiligheidsinrichting op de
machine in alle op de machine instelbare functies.
– Het bedieningspersoneel van de met de veiligheidsinrichting
beveiligde machine moet voor het begin van de werkzaam-
heden door de deskundige van de machineexploitant worden
geïnstrueerd. De exploitant van de machine is verantwoor-
delijk voor het inwerken.
2. Regelmatige controle van de veiligheidsinrichting door des-
kundige:
– Controle overeenkomstig de nationaal geldende voorschriften
in de hierin vermelde intervallen. Deze controles dienen voor
Hoofdstuk 6
Inbedrijfstelling
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5378 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
het ontdekken van veranderingen of manipulatie aan de
veiligheidsinrichting m.b.t. de eerste inbedrijfstelling.
– De controles moeten telkens bij belangrijke veranderingen
aan de machine of veiligheidsinrichting alsmede na het
ombouwen of repareren in geval van beschadigingen van de
behuizing, frontglas, aansluitkabel enz. worden uitgevoerd.
3. Dagelijkse controle van de veiligheidsinrichting doorbevoegde
en hiermee belaste personen.
– Controle op slijtage of beschadiging van de behuizing,
frontglas of elektrische aansluitkabel
– Controle of de veiligheidswerking voor de ingestelde functie
effectief is.
LE 20 met M 2000
¾ Dagelijks of voor elk begin van het werk door de exploitant
door volledige afdekking van elke lichtstraal. Bij gebruik van
afbuigspiegels direct voor en na de spiegel.
Daarbij mag alleen de rode LED aan LE 20 en M 2000
branden.
LE 20 met C 2000
¾ De teststaaf (zie typeplaatje "oplossend vermogen") op drie
plaatsen langzaam door het veiligheidsveld voeren:
1.Grenzen /markeringen van het veiligheidsveld dichtbij
de zender (toegangsopening)
2.Grenzen /markeringen van het veiligheidsveld dichtbij
de ontvanger
3.Grenzen van het veiligheidsveld in het midden tussen
zender en ontvanger
Daarbij mag alleen de rode LED aan LE 20 en C 2000
branden.
Enkelstraals veiligheidslichtschermen met LE 20
¾ Dagelijks of telkens vóór het begin van de werkzaamheden moet
door de exploitant de volgende controle worden uitgevoerd:
Volledige afdekking van elke lichtstraal met een hulpmiddel
dat geen licht doorlaat (∅ ≥ 30 mm) op de volgende punten:
1. direct vóór de zender
2. in het midden tussen zender en ontvanger of de
afbuigspiegels
3. direct vóór de ontvanger
4. bij gebruik van afbuigspiegels direct voor en na de spiegel.
Hoofdstuk 6
Inbedrijfstelling
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
538 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Dit moet tot het volgende resultaat leiden:
- De uitgangen van de ontvanger van het betreffende
enkelstraals veiligheidslichtscherm moeten uitschakelen en
- op de LE 20 mag uitsluitend de rode LED branden en
- zolang de lichtstraal onderbroken is, mag de actie die gevaar
oplevert niet gestart kunnen worden.
In geval van storingen de machine stilleggen!
Als tijdens de controle een of meer fouten optreden of als
controleresultaten niet worden bereikt dan moet de machine
worden stopgezet. Voor alle genoemde combinaties van apparaten
geldt: Zelfs als slechts op één punt de groene of groene en gele
LED op de ontvanger oplicht, dan moet de veiligheidsvoorziening
door een deskundige worden gecontroleerd. Aan de machine mag
dan niet worden gewerkt.
77
77
7 Onderhoud
7.1 Reparatie
De veiligheidsverwerkings-eenheden LE 20 en LE 20 muting
werken volledig onderhoudsvrij. Waneer het 7-segment-display
storingen weergeeft kunnen aan de hand van de tabel voor het
opsporen van fouten in hoofdstuk 8 maatregelen worden getroffen
voor het verhelpen van de storing.
Stopzetten van de machine als de maatregel mislukt is!
Als de maatregelen uit de foutzoektabel er niet voor gezorgd
hebben dat alle fouten verholpen zijn dan mag niet langer met de
machine worden gewerkt. De veiligheidsvoorziening moet dan door
een deskundige worden gecontroleerd.
Volledige functietest na het verhelpen van de storing
Na het verhelpen van een fout moet een volledige functietest
worden uitgevoerd.
Hoofdstuk 7
Onderhoud
LET OP
LET OP
LET OP
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5398 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Reparaties nooit zelf uitvoeren!
Reparaties aan de veiligheidsvoorziening mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door de Technische Dienst van SICK of door personeel
dat door SICK geautoriseerd is.
7.2 Afvalverwijdering
De veiligheids-analyse-eenheid LE 20 is zodanig geconstrueerd
dat deze het milieu zo min mogelijk belast. Hij verbruikt slechts
zeer weinig energie en overige bronnen. Houd tijdens het werk
altijd rekening met het milieu.
Het afdanken van onbruikbare of niet te repareren apparaten moet
altijd plaatsvinden volgens de geldende afvalverwerkings-
voorschriften (bijv. Europese afvalstofcode 16 02 14).
Wij zijn u graag van dienst bij het afdanken van deze apparaten.
Neem hiervoor contact op met ons.
Afvalscheiding
De afvalscheiding mag alleen plaatsvinden door personeel
met kennis van zaken!
Bij de demontage van de apparaten is voorzichtigheid geboden. Er
bestaat gevaar voor persoonlijk letsel.
Voordat de apparaten kunnen worden hergebruikt moeten de
diverse materialen van de LE 20 worden gescheiden.
1. Scheid de behuizing van de overige bestanddelen (in het
bijzonder van de printplaat).
2. Breng de gescheiden bestanddelen naar de inzamelpunten
(zie tab. 7-1).
Hoofdstuk 7
Bestanddelen
Product
Behuizing
Printplaten, kabels, connectors en
elektrische verbindingsstukken
Verpakking
Karton, papier
Polyetheenverpakkingen
Afdanking
Kunststofrecycling
Elektronicarecycling
Papier-/kartonrecycling
Kunststofrecycling
Tab 7-1: Overzicht van bestanddelen en inzamelpunten
Onderhoud
LET OP
LET OP
Opmerking
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
540 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
88
88
8 Opsporen van fouten
De verwerkingseenheid LE 20 bewaakt zich tijdens de werking zelf:
y Na het inschakelen loopt het apparaat door een zelftest waarbij
de elektronische hardwarecomponenten gecontroleerd worden.
y Wanneer bij de zelftest een fout wordt herkend geeft het
apparaat een foutmelding op het 7-segment-display weer en
stopt het gevaarlijke proces.
Hoofdstuk 8
Opsporen van fouten
7-segment-display: Oorzaak controleBetekenis
7
Verhelpen/maatregel
Override lamp defectof,
indien er geen override
lamp is aangesloten,
override functie actief
(start met override-knop
mogelijk).
Override lamp controleren,
indien aanwezig. Wanneer
de override functie actief is
moet de bewakingszone
binnen 30 minuten
gedurende een ogenblik vrij
zijn opdat de LE 20 niet in
de uit-toestand wisselt.
Override lamp vervangen,
1
),
2
)
a2 ,
afwisselend
8, knipperend
Fout bij de externe
relaiscontrole
EDM ingang niet bedraad of
relais dalen niet
Bedrading controleren, relais
controleren,
2
)
Fout van een lichtscherm,
ongeldige configuratie
Bedrading controleren, TEST/
NON ingang controleren
Bedrading corrigeren,
Veiligheidslichtschermen bij
de sensor controleren,
2
)
a4 ,
afwisselend
Override timeout fout Override langer dan 30 min.
actief
Rangschikking van de muting
sensoren controleren,
1
),
2
)
a5 ,
afwisselend
Overschrijding van de
gelijktijdigheidscontrole tijd
van 3 s
Muting sensor defect,
objectbeweging te langzaam
Objectbeweging controleren,
muting sensoren controleren,
1
)
a6 ,
afwisselend
Fout van de in- c.q.
uitschakelsequentie van de
muting-lichtschermen
Muting sensor defect Rangschikking van de muting
sensoren controleren,
1
)
a7 ,
afwisselend
Beide muting-lampen zijn
defect
Bedradingfout,
lampenslijtage
beide lampen vervangen,
1
),
2
)
e
Systeemfout Bedrijfsspanning uit- en weer
inschakelen
Apparaat vervangen
f1 o f f4 ,
afwisselend
Overstroom OSSD 1 of
OSSD 2
Bedrading van OSSD 1 en
OSSD 2 controleren
Stroomopname meten
(max. 500 mA),
2
)
f2 o f f5 ,
afwisselend
OSSD 1 of OSSD 2 heeft een
kortsluiting met 24 V
Bedrading van OSSD 1 en
OSSD 2 controleren
Kortsluiting verhelpen,
2
)
Tab. 8-1: Tabel voor het opsporen van fouten veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting
1
) Bewakings- en mutingzone vrijmaken (d.m.v. override-knop of handmatig)
2
) Bedrijfsspanning uit- en herinschakelaar
a3 ,
afwisselend
Override timeout Override-tijd verstreken Bedrading corrigeren,
lichtschermen controleren,
2
)
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5418 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
99
99
9 Technische gegevens
9.1 Gegevensblad LE 20
Hoofdstuk 9
Technische gegevens
7-segment-display Oorzaak, controleBetekenis Verhelpen/maatregel
f3 o f f6 ,
afwisselend
OSSD 1 of OSSD 2 heeft
kortsluiting met 0 V
Bedrading van OSSD 1 en
OSSD 2 controleren
Kortsluiting verhelpen,
2
)
f7 ,
afwisselend
Kortsluiting tussen OSSD 1 en
OSSD 2 of met 24 V
Bedrading van OSSD 1 en
OSSD 2 controleren
Kortsluiting verhelpen,
2
)
l2 ,
afwisselend
Ongeldige configuratie Configuratie bedrading
controleren, EDM ingang
aangesloten?
Bedrading corrigeren,
2
)
geen indicatie
Bedrijfsspanning buiten het
toegelaten bereik
Bedrijfsspanning meten Bedrading corrigeren,
spanningsbron controleren
Tab. 8-1: Tabel voor het opsporen van fouten veiligehidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting (vervolg)
2
) Bedrijfsspanning uit- en herinschakelaar
Elektrische gegevens
Voedingsspanning U
B
24 V DC –30 %/+20 %, 5 % restrimpel
1
)
Stroomopname
I
max
= 100 mA, muting-uitvoering: I
max
= 150 mA
Vermogensopname
4 W (zonder muting en override lampen)
Reactietijd totaal systeem
(afhankelijk van
systeemconfiguratie)
te berekenen aan de hand van de volgende
punten:
- C 2000/M 2000: 7 ms à 25 ms, afhankelijk van
veldbeveiligingshoogte en oplossend vermogen
- Enkelstraals veiligheidslichtscherm: max. 9 ms
- LE 20: 5 ms
- Relaismodule: 5 ms
Reactietijd voor testingang
max. 30 ms
Herstarttijd
max. 50 ms
Aansluitleidingen
0,5 mm
2
, lengte max. 30 m
2,5 mm
2
, lengte max. 150 m
Ingangen: signaalniveau aan/uit high: 15 V ... U
B
, low: 0 V ... 10 V
TEST EXTERN high: externe test inactief
low: externe test actief
impulsduur > 30 ms
Gelijktijdigheidscontrole Tijdvenster selecteerbaar: 3 s of ∞
Cyclustijd zelftest 2 s
Tab. 9-1: Gegevensblad LE 20
Inschakelduur (na spanning Aan)
ongeveer 2 s
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
542 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Uitgangen
Uitgangen OSSD 1, OSSD 2
(De waarden hebben betrekking
op de aansluiting op stekker van
het apparaat)
PNP bewaakt en kortsluitvast
Schakelstroom I
max
= 500 mA
Schakelspanning U
max
= UB – 2,0 V bij 500 mA
Schakelvermogen P
max
= 13,2 W
inductief schakelvermogen P
max ind
= 1 VA
Veiligheidsveld vrij U = Umax
Veiligheidsveld onderbroken U = 0 V
Reststroom bij signaalniveau "0" I = 0,1 mA
max. capacitieve last 200 nF bij I = 50 mA,
2,5 µF bij I = 500 mA
Tussenruimten bij test Testrate: 2 s
Breedte testpuls 150 µs ... 450 µs
TEST A, TEST B (inactief/actief)
U
B
– 3,5 V/0 V
Totale stroomTEST A + TEST B < 10 mA
max. capacitieve last 10 µF
OVERRIDE LAMP
24 V DC, 1
... 10 W
LAMP 1, 2
24 V DC, 1
... 10 W
Beschermklasse III
2
)
Soort beschermin IP 20, IP 65 optioneel
Veiligheidscategorie EN 61496, type 2
Eisen EN 61496
Tab. 9-1: Gegevensblad LE 20 (vervolg)
1
) De grenswaarden van de voedingsspanning mogen niet worden over- c.q.
onderschreden.
De externe voedingsspanning van de apparaten moet overeenkomstig
EN 60204 een kortdurende netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voe-
dingseenheden zijn bij SICK als accessoire verkrijgbaar
(Siemens serie 6 EP 1).
2
) De aan de in- en uitgangen aan te sluiten stroomcircuits moeten de in de
betreffende normen voorgeschreven lucht- en kruiptrajecten voor veilige
uitschakeling overeenkomstig PELV (EN 60204, 6-4) aanhouden.
–20 °C ... +60 °COmgevingstemperatuur werking
Opslagtemperatuur
–25 °C ... +75 °C
Luchtvochtigheid
(niet condenserend)
15
... 95 %
Trilbestendigheid 5 g/10 Hz ... 55 Hz overeenkomstig IEC 68-2-6
Schokbestendigheid
10 g/16 ms overeenkomstig IEC 68-2-29
Hoofdstuk 9
Technische gegevens
Bedrijfsdata
Elektromagnetische compatibiliteit EN 61000-6-4
EN 55011 Klasse A
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5438 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 9
Technische gegevens
9.2 Technische gegevens relaismoduul
UE 10-2OS
Tab. 9-2: Gegevensblad relaismoduul
Nominale spanning spoel
24 V DC –30 %/+20%
Spoelweerstand
Relaiscontacten
Schakelcontacten
Meldcontacten in serie
520 Ω ±10 %
Contactbelastbaarheid
max. schakelspanning
Schakelvermogen/-spanning
Schakelstroom
max. inschakelstroom/duur
Terugvaltijd (voor de berekening
van de reactietijd gebruiken)
Bedrijfstemperatuur
Mechanische levensduur
Elektrische levensduur
Bevestigingsrail
2 no
1 + 1 nc
max. 250 V AC
690 VA/230 V AC
72 W/24 V DC
20 mA
... 3 A
max. 15 A/20 ms
≤5 ms
–20 °C
... +60 °C
5 x 10
7
schakelcycli
1 x 10
5
schakelcycli
(afhankelijk van de belasting)
DIN (EN 50022-35)
Afvalstroom 4,2 mA
Aanhaaltijd ≤20 ms
Beschermingsgraad IP 20
Overspanningscategorie 3
Aansluitdoorsnede 0,5
... 2,5 mm
2
Mate van verontreiniging 2
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
544 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
11
11
1
00
00
0 Schakelvoorbeelden
Schakelvoorbeelden in uitklapbare deel
(pagina 675 ... 680):
a = uitgangscircuits. Deze contacten moeen zodanig in e de besturing
geïntegreerd worden dat bij geopend uitgangscircuit de gevaarlijke toestand
wordt opgeheven. Bij de categorieën 4 en 3 moet deze integratie 2-kanalig (X-
Y-paden) plaatsvinden. Het eenkanalig invoegen in de besturing (z-pad) is
alleen mogelijk bij eenkanalige besturing rekening houdend met de
risicoanalyse.
10-1: Verwerkingseenheid LE 20 met 6 veiligheidslichtschermen met
één straal VS/VE 18-2.
R
= ontvanger S = zender
Aanwijzing: wanneer slechts een lichtschermpaar wordt
aangesloten moet tusen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een extra
draadbrug worden gelegd.
Geconfigureerde functies:
y relaiscontrole
y herstartblokkering
y externe test
10-2: Verwerkingseenheid LE 20 met 4 veiligheidslichtschermen met
één straal (WS/WE 12-2, WS/WE 18-2, WS/WE 24-2 of WS/WE 27-2).
Aanwijzing: indien slechts een lichtschermpaar wordt aangesloten,
moet tussen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een extra draadbrug
worden gelegd. Combinatie van veiligheidslichtscherm is niet
toegestaan.
R
= ontvanger S = zender
Geconfigureerde functies:
y relaiscontrole
y herstartblokkering
y externe test
10-3: LE 20 eenheid met een cascadeC 2000
– C 2000 – M 2000
R
= ontvanger S = zender
Geconfigureerde functies:
y relaiscontrole
y herstartblokkering
y externe test
Hoofdstuk 10
Schakelvoorbeelden
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5458 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
10-4: Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000, 4 muting sensoren
en 2 muting indicatielampen
M
= muting sensor R = ontvanger S = zender
Geconfigureerde functies:
y relaiscontrole y herstartblokkering
y 2 muting sensoren y gelijktijdigheidscontrole
y override
10-5: Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000 en 4 muting
sensoren
M
= muting sensor R = ontvanger S = zender
Geconfigureerde functies:
y relaiscontrole y herstartblokkering
y 4 muting sensoren y gelijktijdigheidscontrole
y override
10-6: Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000-A/P en 3 muting
sensoren
M
= muting sensor R = ontvanger S = zender
Geconfigureerde functies :
y relaiscontrole y herstartblokkering
y 3 muting sensoren y gelijktijdigheidsbewaking
y override y sequentiebewaking
Hoofdstuk 10
Schakelvoorbeelden
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
546 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Uitvoering
IP 20, een 16-polige klemmenlijst als accessoire
noodzakelijk
IP 20 met schroef klemmenstekker
IP 20 met trekveer klemmenstekker
IP 65, een 16-polige klemmenlijst als accessoire
noodzakelijk
Type Bestel-nr.
IP 65 met schroef klemmenstekker
IP 65 met trekveer klemmenstekker
LE 20-2611
LE 20-2612
LE 20-2614
LE 20-1611
LE 20-1612
LE 20-1614
6 020 340
1 016 503
1 016 505
6 020 344
1 016 500
1 016 499
Tab 11-1: Bestelgegevens LE 20
Uitvoering
IP 20, een 15- en 16-polige klemmenlijst als
accessoire noodzakelijk
IP 20 met schroef klemmenstekker
IP 20 met trekveer klemmenstekker
IP 65, een 15- en 16-polige klemmenlijst als
accessoire noodzakelijk
Type Bestel-nr.
IP 65 met schroef klemmenstekker
IP 65 met trekveer klemmenstekker
LE 20-2621
LE 20-2622
LE 20-2624
LE 20-1621
LE 20-1622
LE 20-1624
6 020 341
1 016 502
1 016 501
6 020 345
1 016 498
1 016 497
Tab 11-2: Bestelgegevens LE 20-muting
1111
1111
11 Bijlage
11.1 Bestelgegevens LE 20
Hoofdstuk 11
Bijlage
11.2 Bestelgegevens LE 20 muting
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5478 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
11.3 Accessoires
11.4 Maatschetsen
Maatschetsen in uitklapbare deel (pagina 681 ... 684):
11-1: Mechanische afmetingen LE 20 met schroefklemmen
a
= aanzicht van onder d = aanzicht van voren
s
= zijaanzicht f = aanzicht van voren, schroef
klemmenstekker ingestoken
11-2: Mechanische afmetingen LE 20-muting met schroefklemmen
a
= aanzicht van onder d = aanzicht van voren
s
= zijaanzicht f = aanzicht van voren, schroef
klemmenstekker ingestoken
11-3: Mechanische afmetingen IP 65 behuizing voor LE 20 en LE 20
muting
11-4: Mecanische afmetingen relaismoduul
Hoofdstuk 11
Bijlage
Tab. 11-3: Accessoires LE 20 en LE 20-muting
Artikel
24 V voedingseenheid, 4 A, DC, U
v
= 120/230 V AC
Trekveer-klemmenstekker haaks voor LE 20, 16-polig
Bestel-nr.
6 010 362
6 020 597
Trekveer klemmenstekker haaks voor LE 20 15-polig
6 020 600
Schroef klemmenstekker voor LE 20, 16-polig
6 020 596
Schroef klemmenstekker voor LE 20, 15-polig 6 020 599
IP 65 behuizing voor LE 20 uitgerust met 8 x PG 7, 2 x PG 13,5
voorbereid voor de inbouw van LE 20
6 020 343
Muting indicatielamp met bevestigingsset
2 020 743
Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch
gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, klemmenlijst als accessoire
noodzakelijk
6 020 342
Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch
gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, inclusief schroef klemmenstekker
2 019 772
Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch
gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, inclusief trekveer klemmenstekker
2 019 771
LED-mutinglamp met kabel 2 m 2 019 909
LED-mutinglamp met kabel 10 m 2 019 910
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
548 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
11.5 Testbare enkelstraals
veiligheidslichtschermen
Maatschetsen en aansluitschema's in uitklapbare gedeelte
(pagina 685 ... 689):
Toepasbare types: WS/WE 12-2
WS/WE 18-2
VS/VE 18-2
WS/WE 24-2
WS/WE 27-2
11.5.1 WS/WE 12-2
Legenda bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte):
a = midden opstische as
s = controlelamp
d = bevestigingsboringen
f = insteller gevoeligheid (WE)
g = kijkgleuf
Betekenis van de LED's
Hoofdstuk 11
Bijlage
LED
Zender
groen, permanent licht
Betekenis
Tab 11-4: Betekenis van de LED's WS/WE 12-2
groen, uit
zender bedrijfsklaar
geen bedrijfsspanning
Ontvanger
geel, permanent licht
geel, knipperend
lichtweg vrij
optiek verontreinigd of systeem iets versteld
System inbegrepen zendeenheidBestel Nr. inbegrepen ontvangsteenheid
WS/WE 12-2
P 160
WS/WE 12-2
P 460
1 018 046
1 018 047
WS 12-2 D 160
WS 12-2 D 460
WE 12-2 P 160
WE 12-2 P 460
Bestelnummers voor systemen
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5498 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 11
Bijlage
1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms
overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1).
2) Zonder belasting
3) Mag U
V
-toleranties niet over- of onderschrijden
4) Bij T
U
= +25 °C en 100 mA uitgangsstroom
5) Signaallooptijd bij Ohmsche last
6) Bij licht/donkerverhouding 1:1
Type WS/WE 12-2
D 160
Zender WS 12-2 Ontvanger WE 12-2
D 460 P 160 P 460
–
–
Bestelnummer
2 021 439 2 021 441 2 021 440 2 021 442
Soort aansluiting, apparaatstekker
Kabellengte
Reikwijdte RW/reikwijdte max.
Voedingsspanning U
V
Stroomopname, max.
2
)
Rimpelspanning
3
)
Lichtzender
Diameter lichtvlek
Afbuighoek/ontvangsthoek
Schakeluitgangen
Signaalspanning HIGH/
max. schakeluitgang
Signaalspanning LOW
4
)/
max.schakelstroom
Uitgangsstroom I
A
max./
max. schakelvermogen
Pulldown weerstand
Reactietijd
5
); schakelvolgorde max.
6
)
Testingang TE
Zender aan
Zender uit
Soort bescherming
VDE beschermklasse
Veiligheidsschakelingen
Omgevingstemperatuur bedrijf T
U
Opslagtemperatuur T
L
Gewicht
2 m
4-polig
2 m
4-polig
type 0 ... 10 m/0 ... 12 m
DC 24 V –30 %, +20 %
1
)
35 mA 25 mA
<5 V
SS
LED, zichtbaar rood licht (880 nm),
pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 uur (bij T
U
= 25 °C)
ca. 500 mm in 10 m afstand
3,0° / 3,0°
PNP, Q en Q
U
V
– 2,5 V
ca. 0 V
100 mA
>10 k
Ω
max. 500 µs; 1000/s
TE overeenkomstig U
V
of niet geschakeld
TE overeenkomstig 0 V
IP 67
U
V
-aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q
beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stroomimpuls
–40
... +60 °C
–40 ... +75 °C
200 g
120 g
200 g
120 g
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
550 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 11
Bijlage
LED
Zender
groen, permanent licht
Betekenis
Tab. 11-5: Betekenis van de LED's WS/WE 18-2
groen, uit
zender bedrijfsklaar
geen bedrijfsspanning
Ontvanger
groen, permanent licht
groen, knipperend optiek verontreinigd of systeem iets versteld
System
inbegrepen zendeenheidBestel Nr. inbegrepen ontvangsteenheid
WS/WE 18-2
P 162
WS/WE 18-2
P 460
WS/WE 18-2
P 660
1 016 886
1 016 885
1 016 887
WS 18-2 D 162
WS 18-2 D 460
WS 18-2 D 660
WE 18-2 P 162
WE 18-2 P 460
WE 18-2 P 660
Bestelnummers voor systemen
11.5.2 WS/WE 18-2
Legenda bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte):
a = midden opstische as
s = controlelamp
d = bevestigingsboringen
f = insteller gevoeligheid (WE)
g = kijkgleuf
Betekenis van de LED's
lichtweg vrij
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5518 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 11
Bijlage
1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms
overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1).
2) Zonder belasting
3) Mag U
V
-toleranties niet over- of onderschrijden
4) Bij T
U
= +25 °C en 100 mA uitgangsstroom
5) Signaallooptijd bij Ohmsche last
6) Bij licht/donkerverhouding 1:1
Type WS/WE 18-2
D 162
Zender WS 18-2 Ontvanger WE 18-2
D 460 D 660 P 162 P 460 P 660
–
–
Bestelnummer
2 020 889 2 020 876 2 020 891 2 020 890 2 020 875 2 020 892
Soort aansluiting, apparaatstekker
Kabellengte
Reikwijdte RW/reikwijdte max.
Voedingsspanning U
V
Stroomopname, max.
2
)
Rimpelspanning
3
)
Lichtzender
Diameter lichtvlek
Afbuighoek/ontvangsthoek
Schakeluitgangen
Signaalspanning HIGH/
max. schakeluitgang
Signaalspanning LOW
4
)/
max.schakelstroom
Uitgangsstroom I
A
max./
max. schakelvermogen
Pulldown weerstand
Reactietijd
5
); schakelvolgorde max.
6
)
Testingang TE
Zender aan
Zender uit
Soort bescherming
VDE beschermklasse
Veiligheidsschakelingen
Omgevingstemperatuur bedrijf T
U
Opslagtemperatuur T
L
Gewicht
2 m
4-polig 6-polig
2 m
4-polig 6-polig
type 0 ... 10 m/0 ... 12 m
DC 24 V –30 %, +20 %
1
)
35 mA 25 mA
<5 V
SS
LED, zichtbaar rood licht, 660 nm) pulserend,
gemiddelde levensduur 100 000 h (bij T
U
= 25 °C)
ca. 300 mm in 10 m afstand
1,5° / 3,0°
PNP, Q en Q
U
V
– 2,9 V
ca. 0 V
100 mA
>10 k
Ω
max. 500 µs; 1000/s
TE overeenkomstig U
V
TE overeenkomstig 0 V
IP 67 IP 65 IP 67 IP 65
U
V
-aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q
beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stroomimpuls
–25
... +60 °C
–40 ... +75 °C
100 g 30 g 100 g 30 g
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
552 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Tab. 11-6: Betekenis van de LED’s VS/VE 18-2
LED
Ontvanger
Betekenis
Zender
amber, permanent licht
amber, permanent licht
Zender bedrijfsklaar
lichtweg vrij, ontvanger bedrijfsklaar
Bestelnummer voor systemen
Systeem Bestellnr. daarin aanwezige zendeenheid daarin aanwezige ontvangsteenheid
VS/VE 18-2
O 4550
6 011 845 VS 18-2 D 5550 VE 18-2 O 4550
VS/VE 18-2
O 4450
6 011 846
Bedrijfsreikwijdte 16 m, metalen behuizing, apparaatstekker M 12, 4-polig, haaks
VS 18-2 D 5450 VE 18-2 O 4450
Bedrijfsreikwijdte 16 m, metalen behuizing, apparaatstekker M 12, 4-polig, recht
Hoofdstuk 11
Bijlage
11.5.3 VS/VE 18-2
Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte):
a = bevestigingsmoer M18
s = bedrijfsindicatie (VS 18-2) ontvangstindicatie (VE 18-2)
Betekenis van de LED's
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5538 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 11
1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms
overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1)
2) Zonder belasting
3) Mag UV toleranties niet over- of onderschrijden
4) Bij T
U
= + 25°C en 100 mA uitgangsstroom
5) Signaallooptijd bij Ohmsche last
6) Bij licht/donkerverhouding 1:1
Type
D 5450 D 5550 O 4450 O 4550
Bestellnr.
Soort aansluiting, apparaatstekker
Reikwijdte RW/reikwijdte max.
Voedingsspanning U
V
Stroomopname, max.
2
)
Restrimpel, max.
3
)
Lichtzender LED, zichtbaar rood licht,
pulserend, gemiddelde levensduur
100 000 uur (bij T
U
= 25 °C)
Openingshoek/ontvangsthoek
Schakeluitgangen
Signaalspanning HIGH/
max. schakeluitgang
Signaalspanning LOW
4
)
Uitgangsstroom I
A
Reactietijd
5
); schakelfrequentie max.
6
)
Soort bescherming
VDE beschermklasse
Veiligheidsschakelingen U
V
-aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd,
beschermd tegen kortsluiting,
onderdrukking stoorimpuls
Omgevingstemperatuur bedrijf T
U
Gewicht
Type VS/VE 18-2 Zendeenheid VS 18-2 Ontvangsteenheid VE 18-2
6 011 849 6 011 847 6 011 850 6 011 848
4-polig, recht 4-polig, haaks 4-polig, recht 4-polig, haaks
DC 24V –30 %, +20 %
1
)
type 0
... 16 m/0 ... 22 m
35 mA 25 mA
ca. ±4°
PNP
ca. U
V
max. 1,2 V (I
A
= 100 mA)
100 mA
max. 2 ms; 250 Hz
IP 67
III DC-apparaat
–25
... +70 °C
ca. 250 g
10 %
Bijlage
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
554 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 11
Bijlage
11.5.4 WS/WE 24-2
Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte):
a = viziergroef
s = statusindicatie/ontvangstindicatie
d = optische as zender/ontvanger
f = bevestigingsdraad
g = bedieningselementen
Betekenis van de LED's
–
–
–
–
Bestelnummer voor systemen
Systeem
WS/WE 24-2
P 250
WS/WE 24-2
P 260
WS/WE 24-2
P 450
WS/WE 24-2
P 460
Bestel-nr. daarin aanwezige zendeenheid daarin aanwezige ontvangsteenheid
WS 24-2 D 250 WE 24-2 P 450
Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q klemaansluiting
1 018 049
1 018 050
1 018 051
1 018 052
WS 24-2 D 260 WE 24-2 P 260
Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q klemaansluiting, verwarming
WS 24-2 D 450 WE 24-2 P 450
Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig
WS 24-2 D 460 WE 24-2 P 460
Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig, verwarming
LED
groen, perm. licht
Zender
groen, uit
Ontvanger
geel, uit
geel, knipperend
Zender bedrijfsklaar
geen bedrijfsspanning of zendertest actief
(gedurende de test)
lichtweg vrij
lichtweg onderbroken of zendertest actief
optiek verontreinigd of systeem iets verkeerd afgesteld
Tab. 11-7: Betekenis van de LED's WS/WE 24-2
Betekenis
geel, perm. licht
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5558 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 11
Bijlage
1) Gevoeligheid instelbaar
2) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms
overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1)
3) Grenswaarde
4) Zonder belasting
5) Mag U
V
toleranties niet over- of onderschrijden
6) Bij T
U
= + 25°C en 100 mA uitgangsstroom
7) Signaallooptijd bij Ohmsche last
8) Bij licht/donkerverhouding 1:1
9) Meetspanning DC 50 V
Type WS/WE 24-2
D250 D 450 D460 P 250D260 P 260
Zender WS 24-2
P 450
Ontvanger WE 24-2
P 460
Bestelnummer
Soort aansluiting
2 021 448 2 021 450 2 021 452 2 021 454 2 021 449 2 021 451 2 021 453 2 021 455
Reikwijdte RW/reikwijdte max.
1
)
Voedingsspanning U
V
klemaansluiting
type 0
... 40 m/0 ... 50 m
DC 24V ± 20 %
2
)
3
)
apparaatstekker,
4-polig
klemaansluiting apparaatstekker,
4-polig
–
–
Stroomopname, max.
4
)
Restrimpel
5
)
Lichtzender
50 mA
<5 V
SS
LED, zichtbaar rood licht,
pulserend, gemiddelde levensduur
100 000 uur (bij T
U
= 25 °C)
Diameter lichtvlek
Afbuighoek/ontvangsthoek
Schakeluitgangen
Signaalspanning HIGH/max.
Schakeluitgang
Signaalspanning LOW
6
)/
max. schakelstroom
Uitgangsstroom I
A
max. /
max. schakelvermogen
Pulldown weerstand
Reactietijd
7
); schakelvolgorde max.
8
)
Testingang >>TE<<
Zender aan
Zender uit
VDE beschermklasse
9
)
Soort bescherming
Veiligheidsschakelingen
Omgevingstemperatuur bedrijf T
U
Opslagtemperatuur T
L
Gewicht
Verwarming frontschijven
70 mA 50 mA 70 mA 150 mA 170 mA 150 mA 170 mA
ca. 600 mm in 50 m afstand
ca. ±4°
PNP, Q en Q
U
V
– 2,9 V
ca. 0 V
100 mA
>10 k
Ω
max. 500 µs; 1000/s
TE overeenkomstig U
V
of niet geschakeld
TE overeenkomstig 0 V
IP 67
U
V
-aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q
beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stoorimpuls
–40
... +60 °C
–40
... +75 °C
ca. 330 g
z––zz––z
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
556 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
11.5.5 WS/WE 27-2
Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte):
a = bevestigingsboring
s = midden optische as
Betekenis van de LED's
LED
groen, perm. licht
Zender
groen, uit
Ontvanger
rood, permanent licht
groen knipperend
Zender bedrijfsklaar
geen bedrijfsspanning of zendertest actief
(gedurende de test)
lichtweg vrij
lichtweg onderbroken of zendertest actief
optiek verontreinigd of systeem iets verkeerd afgesteld
Tab. 11-8: Betekenis van de LED's WS/WE 27-2
–
–
–
–
Bestelnummer voor systemen
Systeem
WS/WE 27-2
F 450 S 05
WS/WE 27-2
F 730
WS/WE 27-2
F 750
WS/WE 27-2
F 460
Bestel-nr. daarin aanwezige zendeenheid daarin aanwezige ontvangsteenheid
WS 27-2 D 450 S 05 WE 27-2 F 450 S 05
Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig, verwarming
1 016 025
1 015 124
1 015 752
1 019 561
WS 27-2 D 730 WE 27-2 F 730
Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker 7-polig
WS 27-2 D 750 WE 27-2 F 750
Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker 7-polig, verwarming
WS 27-2 D 460 WE 27-2 F 460
Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig
Betekenis
Hoofdstuk 11
Bijlage
groen, perm. licht
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5578 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms
overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1)
2) Zonder belasting
3) Mag U
V
toleranties niet over- of onderschrijden
4) Bij T
U
= + 25°C en 100 mA uitgangsstroom
5) Signaallooptijd bij Ohmsche last
6) Bij licht/donkerverhouding 1:1
7) Meetspanning DC 50 V
Type WS/WE 27-2
D450 S05 D 730 D 750 F 450 S05D460 F 460
Zender WS 27-2
F 730
Ontvanger WE 27-2
F 750
Bestelnummer
Soort aansluiting, apparaatstekker
2 018 932 2 021 365 2 017 894 2 018 618 2 018 933 2 021 708 2 017 895 2 018 619
Reikwijdte RW/reikwijdte max.
Voedingsspanning U
V
4-polig
type 0
... 25 m/0 ... 35 m
DC 24V –30 %, +20 %
1
)
7-polig 4-polig 7-polig
–
–
Stroomopname, max.
2
)
Restrimpel
3
)
Lichtzender
45 mA
<5 V
SS
LED, zichtbaar rood licht,
pulserend, gemiddelde levensduur
100 000 uur (bij T
U
= 25 °C)
Diameter lichtvlek
Afbuighoek/ontvangsthoek
Schakeluitgangen
Signaalspanning HIGH/max.
Schakeluitgang
Signaalspanning LOW
4
)/
max. schakelstroom
Uitgangsstroom I
A
max. /
max. schakelvermogen
Pulldown weerstand
Reactietijd
5
); schakelvolgorde max.
6
)
Testingang >>TE<<
Zender aan
Zender uit
VDE beschermklasse
7
)
Soort bescherming
Veiligheidsschakelingen
Omgevingstemperatuur bedrijf T
U
Opslagtemperatuur T
L
Gewicht
Verwarming frontschijven
35 mA 35 mA 45 mA 45 mA 35 mA 35 mA 45 mA
ca. 1200 mm in 25 m afstand
ca. ±4°
PNP, Q en Q
U
V
– 2,9 V
ca. 0 V
100 mA
>10 k
Ω
max. 500 µs; 1000/s
TE overeenkomstig U
V
of niet geschakeld
TE overeenkomstig 0 V
IP 67
U
V
-aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q
beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stoorimpuls
–40
... +60 °C
–40
... +75 °C
ca. 100 g
z ––zz––z
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
558 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
11.6 Conformiteit
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5598 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
560 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5618 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden
11.7 Checklist
Checklist voor de fabrikant / inrichter voor de installatie van een
contactloos veiligheidssysteem (BWS)
De gegevens over de onderstaand vermelde punten moeten ten minste bij de
eerste inbedrijfstelling aanwezig zijn - echter afhankelijk van de applicatie. De
desbetreffende eisen werden door de fabrikant / inrichter gecontroleerd.
Deze checklist moet bewaard worden c.q. bij de machinedocumentatie worden
opgeborgen zodat deze bij terugkerende controles als referentie kan dienen.
1. Stemmen de veiligheidsvoorschriften overeen met de voor de machine
geldige richtlijnen / normen? ja : nee :
2. Staan de toegepaste richtlijnen en normen in de verklaring van
overeenkomst vermeld? ja : nee :
3. Voldoet de veiligheidsinrichting aan de vereiste besturingscategorie?
ja : nee :
4. Is de toegang tot /ingreep in de gevarenzone alleen via het veiligheidsveld
van de BWS mogelijk? ja : nee :
5. Werden er maatregelen getroffen die bij de beveiliging van de gevarenzone
een onbeschermd verblijf in de gevarenzone verhinderen (mechanische
inloopbeveiliging) of bewaken en zijn deze tegen verwijderen beveiligd?
ja : nee :
6. Werden er extra mechanische veiligheidsmaatregelen, die verhinderen dat
over het veiligheidsscherm heen, onder het veiligheidsscherm door en om
het veiligheidsscherm heen gegrepen kan worden, aangebracht en tegen
manipulatie beveiligd? ja : nee :
7. Werd de max. stoptijd c.q. nalooptijd van de machine nagemeten en (aan
de machine en/of in de machinedocumentatie) aangegeven en
gedocumenteerd? ja : nee :
8. Werd de noodzakelijke veiligheidsafstand van de BWS tot de dichtstbijzijnde
gevarenzone aangehouden? ja : nee :
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
Veiligheids-
verwerkingseenheid LE 20
562 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21
9. Werden de BWS-apparaten reglementair bevestigd en na de afstelling tegen
verschuiven beveiligd? ja : nee :
10.Functioneren de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen tegen elektrische
schokken (beschermklasse)? ja : nee :
11.Is het commandotoestel voor de reset van het (BWS) veiligheidssysteem c.q.
voor de herstart van de machine aanwezig en reglementair aangebracht?
ja : nee :
12.Werden de uitgangen van de BWS (OSSD) volgens de noodzakelijke
besturingscategorie geïntegreerd en komt deze integratie overeen met de
schakelschema's? ja : nee :
13.Werd de veiligheidsfunctie volgens de testaanwijzingen van deze
documentatie gecontroleerd? ja : nee :
14.Zijn bij elke instelling van de functiekeuzeschakelaar de aangegeven
veiligheidsfuncties effectief? ja : nee :
15.Worden de door de BWS aangestuurde schakelelementen, bijv. relais,
ventielen bewaakt? ja : nee :
16.Is de BWS tijdens de gehele gevaarlijke toestand effectief?
ja : nee :
17.Wordt bij het uit- c.q. inschakelen van de BWS en bij het omschakelen van
de functies of bij het omschakelen op een andere veiligheidsinrichting een
reeds begonnen gevaarlijke toestand gestopt? ja : nee :
18.Werd het aanwijzingsbord voor de dagelijkse controle goed zichtbaar voor
de operator aangebracht? ja : nee :
Deze checklist vervangt de eerste inbedrijfstelling en de regelmatige
controle door een ter zake kundige persoon niet.
Hoofdstuk 11
Bijlage
Bedieningshandleiding
LE 20
NL
5638 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden

Documenttranscriptie

Bedieningshandleiding Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Deze publicatie is beschermd door de auteurswet. Alle rechten berusten bij de firma SICK AG. Vermenigvuldiging van (delen van) deze publicatie is uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de auteurswet. Wijzigen of inkorten van deze publicatie is verboden zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de firma SICK AG. 508 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Inhoud LE 20 8 008 685/Q913/2007-05-21 1 Toegepaste symbolen in dit document ....................................... 5 1 1 2 Veiligheid ..................................................................................................... 5 1 1 2.1 Reglementaire toepassing van het apparaat .................... 5 1 1 2.2 Veiligheidsvoorschriften .................................................................... 5 1 2 2.3 Algemene veiligheidsinstructie en veiligheidsmaatregelen ..................................................................... 5 1 3 2.3.1 Instructies voor het veilig stellen van de veiligheidsfunctie van LE 20 en LE 20-Muting ........................................................................... 5 1 3 2.3.2 Instructies voor het veilig stellen van de veiligheidsfunctie van LE 20-Muting ...................... 5 1 4 2.3.3 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met C 2000, M 2000 of enkelstraals veiligheidslichtschermen ............. 5 1 5 2.3.4 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met C 2000 of M 2000 ..... 5 1 5 2.3.5 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met enkelstraals veiligheidslichtschermen ................................................. 5 1 5 3 Productbeschrijving ............................................................................... 5 1 8 3.1 Opbouw van het systeem ................................................................ 5 1 8 3.2 Opbouw en werkwijze van het apparaat ................................ 5 1 9 3.3 Functies van de apparaten LE 20 en LE 20 muting ... 5 2 0 3.3.1 Testfuncties .............................................................................. 5 2 0 3.3.2 Herstartblokkering (RES) .................................................. 5 2 1 3.3.3 Relaiscontrole (EDM) .......................................................... 5 2 2 3.4 Functies van het apparaat LE 20 muting ............................ 5 2 2 3.4.1 Mutingwerking ......................................................................... 5 2 3 3.4.2 Rangschikking muting sensoren ................................ 5 2 4 3.4.3 Override ........................................................................................ 5 2 6 3.5 Systeemcomponenten ........................................................................ 5 2 7 3.6 Indicatieelementen ............................................................................... 5 2 9 4 Montage ........................................................................................................ 5 3 0 4.1 Uitvoering IP 20 ...................................................................................... 5 3 0 4.2 Uitvoering IP 65 ...................................................................................... 5 3 0 5 Elektronische 6 Inbedrijfstelling ........................................................................................ 5 3 5 6.1 Overzicht van de stappen voor de inbedrijfstelling ................................................................................. 5 3 5 6.2 Functietest .................................................................................................. 5 3 5 6.3 Tests LE 20 ................................................................................................ 5 3 6 installatie .................................................................... 5 3 1 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 509 Bedieningshandleiding Inhoud Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 7 Onderhoud .................................................................................................... 5 3 8 7.1 Reparatie ...................................................................................................... 5 3 8 7.2 Afvalverwijdering ..................................................................................... 5 3 9 8 Opsporen van fouten .............................................................................. 5 4 0 9 Technische gegevens ........................................................................... 5 4 1 9.1 Gegevensblad LE 20 ........................................................................... 5 4 1 9.2 Technische gegevens relaismoduul UE 10-2OS ............ 5 4 3 1 0 Schakelvoorbeelden ............................................................................... 5 4 4 1 1 Bijlage ............................................................................................................ 5 4 6 1 1 . 1 Bestelgegevens LE 20 ....................................................................... 5 4 6 1 1 . 2 Bestelgegevens LE 20 muting .................................................... 5 4 6 1 1 . 3 Accessoires ................................................................................................. 5 4 7 1 1 . 4 Maatschetsen ........................................................................................... 5 4 7 1 1 . 5 Testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen .............. 5 4 8 11.5.1 WS/WE 12-2 ............................................................................. 5 4 8 11.5.2 WS/WE 18-2 ............................................................................. 5 5 0 11.5.3 VS/VE 18-2 ............................................................................... 5 5 2 11.5.4 WS/WE 24-2 ............................................................................. 5 5 4 11.5.5 WS /WE 27-2 ............................................................................. 5 5 6 1 1 . 6 Conformiteit ............................................................................................... 5 5 8 1 1 . 7 Checklist ....................................................................................................... 5 6 1 510 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Veiligheid Hoofdstuk 2 LE 20 1 Toegepaste symbolen in dit document Bepaalde informatie in dit document wordt bijzonder geaccentueerd om de snelle toegang tot deze informatie te vergemakkelijken. Opmerking Een opmerking informeert over bijzonderheden van het apparaat Toelichting Een toelichting levert achtergrondinformatie; de toelichting bevordert het begrip voor de technische samenhang bij de werking. Advies Een advies helpt u om optimaal te werk te gaan. Waarschuwingsaanwijzing Mogelijke gevaren bij niet-inachtneming. LET OP ¾ Waarschuwingsaanwijzingen altijd zorgvuldig lezen en opvolgen. 2 Veiligheid Het apparaat kan zijn veiligheidsrelevante taak alleen vervullen wanneer het correct wordt toegepast, dus "veilig" – d.w.z. foutloos – wordt aangebracht en aangesloten. De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 voldoet aan de veiligheidsspecifieke eisen overeenkomstig EN 61496, veiligheidscategorie type 2. 2.1 Reglementaire toepassing van het apparaat De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 mag alleen in combinatie met het veiligheidslichtscherm C2000, het veiligheidslichtscherm met meervoudige stralen M 2000 of met geschikte testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen worden toegepast. De eenheid vormt de verbinding tussen machinebesturing en lichtscherm. Zij controleert overeenkomstig de eisen van de categorie 2 periodiek de veilige functie van de aangesloten veiligheidslichtschermen en schakelt bij het optreden van een fout de gevaarlijke beweging uit. Bovendien rust zij een lichtschermsysteem met extra veiligheid- en controlefuncties uit. De werking van het apparaat is alleen toegestaan overeenkomstig de technische specificaties. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 511 Hoofdstuk 2 Bedieningshandleiding Veiligheid Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Bij elke andere toepassing en bij veranderingen aan het apparaat – ook in het kader van montage en installatie komt elke aanspraak op garantie tegenover SICK AG te vervallen. 2.2 Veiligheidsvoorschriften Voor het gebruik en de installatie van de veiligheids-analyseeenheid LE 20 evenals voor de inbedrijfstelling en periodieke technische controles gelden de nationale en internationale wettelijke voorschriften, in het bijzonder y de Machinerichtlijn 98/37 EEG, y de Richtlijn over het gebruik van arbeidsmiddelen 89/655 EEG, y de veiligheidsvoorschriften evenals y de voorschriften ter voorkoming van ongevallen en veiligheidsregels. Fabrikanten en gebruikers van machines waaraan onze veiligheidsvoorzieningen worden gebruikt, zijn ervoor verantwoordelijk dat alle geldende veiligheidsvoorschriften en regels met de bevoegde autoriteiten worden afgestemd en nageleefd. Daarnaast moeten onze aanwijzingen, in het bijzonder controlevoorschriften (zie hoofdstuk 6 Ingebruikname) in dit gebruikershandboek (zoals Gebruik, Aanbouw, Installatie of Integratie in de machinebesturing) beslist in acht worden genomen en opgevolgd. Controles moeten plaatsvinden door ter zake kundigen c.q. door hiervoor bevoegde en aangewezen personen en moeten op zodanige wijze schriftelijk worden vastgelegd dat ze te allen tijde kunnen worden teruggelezen. Dit gebruikershandboek moet ter beschikking worden gesteld aan de werknemer (operator) aan de machine waaraan onze veiligheidsvoorziening wordt gebruikt. De werknemer moet door een ter zake kundige worden geïnstrueerd. Het gebruikershandboek moet worden bewaard voor later gebruik. 512 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Veiligheid Hoofdstuk 2 LE 20 2.3 Algemene veiligheidsinstructie en veiligheidsmaatregelen De LE20 vodoet aan Klasse A, zoals gedefinieerd in de standaard voor stralingsemissie; De LE20 mag daarom alleen in een industriële omgeving worden toegepast. Om de reglementaire toepassing van het apparaat te waarborgen moeten de volgende punten in acht worden genomen. 2.3.1 Instructies voor het veilig stellen van de veiligheidsfunctie van LE 20 en LE 20-Muting 1 . De knoppen voor reset en override die voor het opheffen van de herstartblokkering aan de LE 20 worden aangesloten, moeten zodanig gerangschikt zijn dat deze niet vanuit de gevarenzone bediend kunnen worden. 2 . De hele gevarenzone moet vanuit de reset-knop en de overrideknop overgezien kunnen worden. 3 . De externe voedingsspanning van het apparaat moet overeenkomstig EN 60204 een kortdurende netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als accessoires verkrijgbaar bij SICK (Siemens serie 6 EP 1). 4 . De functietest voor de eerste inbedrijfstelling dient ter bevestiging van de gestelde veiligheidseisen in de nationale /internationale voorschriften in het bijzonder van de richtlijn voor machines en het gebruik van arbeidsmiddelen. (EG verklaring van overeenkomst). 5 . De lichtschermen moeten zodanig worden aangebracht dat bij een onderbreking van minimaal één lichtstraal het gevaarlijk punt pas wordt bereikt nadat de gevaarlijke situatie geëlimineerd is. Voorwaarde hiervoor is dat de vereiste veiligheidsafstanden volgens EN 999 worden aangehouden. 6 . De OSSD-uitgangen van de LE 20 moeten worden aangesloten op geforceerde relais. 7. Verschuiven of verstellen van de veiligheidsvoorziening is uitsluitend toegestaan aan vakbekwaam en getraind personeel. 8 . In geval van verontreiniging of beschadiging van een lichtinvalof -uitvalvlak moet het oppervlak worden gereinigd of de sensor worden vervangen. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 513 Hoofdstuk 2 Bedieningshandleiding Veiligheid Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 2.3.2 Instructies voor het veilig stellen van de veiligheidsfunctie van LE 20-Muting 1 . Muting sensoren moeten zodanig gerangschikt zijn dat de overbrugging niet onopzettelijk door een persoon kan worden geactiveerd (zie afb. 2-1). Afb. 2-1: Rangschikking van de muting sensoren a = tegenover elkaar liggende sensoren mogen niet gelijktijdig activeerbaar zijn s = naast elkaar liggende sensoren mogen niet gelijktijdig activeerbaar zijn 2 . Muting mag alleen in de periode geactiveerd worden wanneer het object de toegang tot de gevarenzone blokkeert. 3 . Muting moet automatisch plaatsvinden, mag echter niet van een enkel elektrisch signaal afhangen. 4 . Muting mag niet volledig van softwaresignalen afhangen. 5 . De muting toestand moet direct na het passeren van het object worden opgeheven en de veiligheidsinrichting zodoende weer effectief worden. 6 . Voor de muting werking is ten minste een muting indicatielamp noodzakelijk die de verhoging van het veiligheidsrisico tijdens de muting fase aangeeft. Deze lamp is dwingend voorgeschreven. Zonder deze is de muting functie niet mogelijk. 7. De hele gevarenzone moet vanuit de reset-knop en de overrideknop overgezien kunnen worden. 8. In geval van langere mutingcyli > 24 uur of langere stilstand van de machine moet de correcte werking van de mutingsensoren worden gecontroleerd. 514 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Veiligheid Hoofdstuk 2 LE 20 2.3.3 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met C 2000, M 2000 of enkelstraals veiligheidslichtschermen De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met het veiligheidslichtscherm C 2000, met veiligheidslichtscherm M 2000 of met het testbare enkelstraals veiligheidslichtscherm is uitsluitend gewaarborgd als voldaan is aan de volgende condities: 1 . Toegang tot de gevarenzone mag uitsluitend mogelijk zijn via het veiligheidslichtscherm. 2 . Over het lichtscherm heen klimmen, eronderdoor kruipen of eromheen lopen mag niet mogelijk zijn. 3 . Inbouw van het systeem moet plaatsvinden zonder belemmering van de optische straleningang (bijv. geen extra frontglas). 2.3.4 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met C 2000 of M 2000 De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met het veiligheidslichtscherm C 2000 of met veiligheidslichtscherm M 2000 is uitsluitend gewaarborgd als voldaan is aan de volgende conditie: y De installatie werd overeenkomstig de TECHNISCHE BESCHRIJVING – VEILIGHEIDSLICHSCHERM C 2000/ VEILIGHEIDSLICHTGORDIJN MET MEERVOUDIGE STRALEN M 2000/VEILIGHEIDSWERKINGSEENHEID LE 20 gepland. 2.3.5 Verifiëren van de veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 met enkelstraals veiligheidslichtschermen De veiligheidsfunctie bij gebruik van LE 20 in combinatie met testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen is uitsluitend gewaarborgd als voldaan is aan de volgende condities: 1 . Enkelstraals veiligheidslichtschermen mogen uitsluitend worden gebruikt als toegangsbeveiliging volgens EN 999. Gebruik als vinger- en handbeveiliging is niet toegestaan. 2 . Stoorstraling (bijv. directe/indirecte zonnestraling, afstandsbedieningen) moet worden geëlimineerd omdat deze de beschikbaarheid van enkelstraals veiligheidslichtschermen kan reduceren. 3 . Het aantal stralen van zender en ontvanger moet evenals de afstand tussen de stralen overeenstemmen. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 515 Hoofdstuk 2 Bedieningshandleiding Veiligheid Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Wederzijdse beïnvloeding bij enkelstraals veiligheidslichtschermen LET OP Als verscheidene paren enkelstraals veiligheidslichtschermen worden gebruikt moet beslist rekening worden gehouden met de openingshoek van de sensoren om wederzijdse beïnvloeding te voorkomen. Bij montage van de zenders aan slechts één zijde mogen de lichtstralen elkaar aan de ontvangerzijde niet zodanig overlappen dat de lichtstraal van een zender twee ontvangers bereikt. Bij afwisselende montage van de zenders en ontvangers (zie afb. 2-2) moet worden veilig gesteld dat de lichtstraal van zender S1 niet door ontvanger R3 en de lichtstraal van zender S3 niet door ontvanger R1 kan worden ontvangen. Afb. 2-2: Montage ter voorkoming van onderlinge optische beïnvloeding 4 . Reflecterende oppervlakken die zich al binnen de zend- en ontvangstbundel bevinden, daar worden neergezet of aangebracht, kunnen spiegelingen veroorzaken waardoor een object of persoon niet wordt gedetecteerd. Daarom moeten alle reflecterende vlakken en voorwerpen (bijv. materiaalbakken) een minimumafstand a rotatiesymmetrisch rondom de optische as tussen zender en ontvanger aanhouden (zie afb. 2-3 en afb. 2-4). 516 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 2 Veiligheid LE 20 Afb. 2-3: Minimumafstand a tot reflecterende oppervlakken, correcte montage en uitlijning S = zender R = ontvanger D = afstand 'zender-ontvanger' a = grens tot de gevarenzone s = reflecterend oppervlak d = toegangsrichting tot de gevarenzone f = optische as a = minimumafstand tot reflecterend oppervlak Afb. 2-4: Minimumafstand a afhankelijk van afstand D voor testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen Zo berekent u de minimumafstand a tot reflecterende oppervlakken voor enkelstraals veiligheidslichtschermen met een openingshoek van 10°: y Als afstand D ≤ 3 m dan bedraagt de minimumafstand a = 260 mm. y Als de afstand D > 3 m dan berekent u de minimumafstand a aan de hand van de volgende formule: a [mm] = 88,2 x D [m] 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 517 Hoofdstuk 3 Bedieningshandleiding Productbeschrijving Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Voorbeeld: De afstand D tussen zender en ontvanger bedraagt 28 m. Hieruit resulteert: a [mm] = 88,2 x 28 [m] = 2469,6 mm De minimumafstand a tot reflecterende oppervlakken moet in dit voorbeeld 2469,6 mm bedragen. 3 Productbeschrijving 3.1 Opbouw van het systeem Met de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 kan in verbinding met de apparaten C 2000, M 2000 of 1 … 6 enkelstraals veiligheidslichtstralen een compleet veiligheidssysteem voor de bescherming van personen aan machines of installaties worden opgebouwd. Met de uitbreiding wordt de functieveelvoud van het lichtschermsysteem. In de maximale uitbreidingsfase bestaat het systeem uit een lichtschermcascade met drie zender- /ontvangerparen c.q. twee enkelstraals lichtstraalcascades met telkens drie zender-/ ontvangerparen, de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en vier mutingsensoren. Een dergelijk systeem kan objecten, die in de gevarenzone mogen binnentreden, onderscheiden van personen. Het lichtschermsysteem stopt het gevaarlijke proces zodra een persoon in de gevarenzone binnentreedt. Wanneer daarentegen een bepaald object, zoals bijv. een materiaalpallet, in de gevarenzone binnenkomt, werkt de machine of installatie zonder onderbreking verder. 518 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Productbeschrijving Hoofdstuk 3 LE 20 Afb. 3-1: Maximale uitbouw van een lichtschermsysteem g = relaismoduul a = voedingseenheid d + f = LE 20 muting f = LE 20 h = lichtstraalcascade s = muting sensoren 3.2 Opbouw en werkwijze van het apparaat De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 voert een periodieke veiligheidstest van de aangesloten lichtschermen uit en breidt het lichtschermsysteem uit met de veiligheidsfuncties herstartblokkering en relaiscontrole. De uitgebreide versie LE 20 muting is door de toepassing van extra muting sensoren in staat om objecten die door de lichtstralen in de gevarenzone binnendringen te onderscheiden van personen en deze te laten passeren zonder dat de machine uitschakelt. De apparaten beschikken over de volgende functies: LE 20 Testfunctie Herstartblokkering (RES) Relaiscontrole (EDM) LE 20-Muting Testfunctie Herstartblokkering (RES) Relaiscontrole (EDM) Muting Override 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 519 Hoofdstuk 3 Bedieningshandleiding Productbeschrijving Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 LE 20 LE 20-Muting Afb. 3-2: Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting 3.3. Functies van de apparaten LE 20 en LE 20 muting 3.3.1 Testfuncties Test van de enkelstraals veiligheidslichtschermen De correcte werkwijze van de testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen wordt getest na het inschakelen en na indrukken van de reset-knop. De verwerkingseenheid zendt via de aansluitingen TEST A en TEST B een testsignaal aan de lichtschermzenders en controleert de reactie van de lichtschermontvangers via de signaalingangen SENSOR A en SENSOR B. Tijdens de werking worden de testbare enkelstraals lichtschermen automatisch iedere 2 s getest. Deze testroutine is alleen actief wanneer de ingang TEST/ NON bedraad is met 24 V. Bij het optreden van een fout gaan de 520 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Productbeschrijving Hoofdstuk 3 LE 20 beide schakeluitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van de verwerkingseenheid onmiddellijk in de uittoestand. De test heeft geen invloed op de veiligheidswerking van de aangesloten lichtschermen c.q. lichtstraalcascade. Opmerking De beide uitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van de verwerkingseenheid moeten in de machinebesturing met twee kanalen verder worden geleid. Opmerking Daar C 2000 en M 2000 zich zelf testen worden alleen de uitgangen OSSD 1 en OSSD 2 van C 2000 en M 2000 aan SENSOR A en SENSOR B van LE 20 aangesloten. De testingang van C 2000 en M 2000 moet met TEST A of TEST B van LE 20 worden verbonden. Externe test Daar het LE-20 systeem zichzelf test is een externe test niet noodzakelijk en moet de ingang TEST EXTERN aan 24 V worden aangesloten. Wanneer de machinebesturing echter al voor een externe test ontworpen werd, kan het LE 20 systeem voor de externe test geconfigureerd worden. Voor dit doel wordt een verbreekcontact op de ingang TEST EXTERN van de verwerkingseenheid aangesloten. Bij een schakeling aan deze ingang van 24 V is de zelftest van het apparaat actief. Wanneer door een verbreekcontact het 24V signaal ten minste 30 ms lang wordt uitgeschakeld, voert de verwerkingseenheid een extra testcyclus uit. Daarbij worden de verwerkingseenheid en de veiligheidslichtschermen gecontroleerd. Voor de bevestiging van een succesvolle zelftest gaan de beide OSSD uitgangen van de verwerkingseenheid in de uittoestand. Daarna moet het verbreekcontact weer 24 V op de ingang TEST EXTERN schakelen. Wanneer de test langer duurt dan 150 ms moet de herstartblokkering geactiveerd worden. Geen noodstopschakelaar op TEST EXTERN! LET OP Op de ingang TEST EXTERN mag geen noodstopschakeling worden aangesloten. 3.3.2 Herstartblokkering (RES) Wanneer er een lichtstraal werd onderbroken bewerkstelligt de herstartblokkering dat de machine pas weer start wanneer na het vrij worden van de lichtweg de reset-knop - aansluiting aan klem RES (Restart Locking Device) - ingedrukt en weer losgelaten word. De reset-knop moet ook na het inschakelen van het apparaat worden bediend. De functie kan geselecteerd en gedeselecteerd worden. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 521 Hoofdstuk 3 Bedieningshandleiding Productbeschrijving Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Inbouwplaats van de reset-knop correct selecteren! LET OP De reset-knop moet zodanig geïnstalleerd worden dat deze niet vanuit de gevarenzone bediend en de hele gevarenzone bij het bedienen van de toets overzien kan worden. Terwijl de verwerkingseenheid op het herstartcommando wacht, geeft een gele LED de wachttoestand aan. De herstartblokkering wordt door de aansluiting van 0 V aan de klem RES DISABLE geactiveerd en door 24V aan RES DISABLE gedeactiveerd. Geen herstartblokkering wanneer RES DISABLE gedeactiveerd is. LET OP Wanneer de herstartblokkering via de klem RES DISABLE gedeactiveerd werd, moet de machinebesturing de functie van de herstartblokkering overnemen. 3.3.3 Relaiscontrole (EDM) De relaiscontrole controleert of het aangesloten schakelapparaat (relais o.i.d.) in orde is en er geen contacten plakken. Hiertoe verwerkt de verwerkingseenheid de terugmelding van de verbreekcontacten aan de klem EDM (External Device Monitoring). Bij een afwijking schakelt de LE 20 de OSSD uitgangen uit en gaat in de fouttoestand. Bij actieve herstartfunctie zijn herhaalde inschakelpogingen mogelijk. De signaalwissel aan de EDM ingang moet binnen 300 ms plaatsvinden. Bij gesloten schakelcontacten moeten hier 24 V aanliggen. De relaiscontrole wordt door de aansluiting van 0 V aan de klem EDM DISABLE geactiveerd en door 24 V aan EDM DISABLE gedeactiveerd. 3.4 Functies van het apparaat LE 20 muting De veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 muting wordt toegepast, wanneer bepaalde objecten bijv. materiaalpallets, de gevarenzone mogen passeren. Zij zet dan gedurende het transport door de lichtstralen van het veiligheidslichtscherm de bewaking van de veiligheidslichtschermen buiten werking. Extra muting sensoren registreren voor deze duur de aanwezigheid van het te transporteren materiaal. Door de soort sensoren en de rangschikking ervan is het mogelijk object en personen te onderscheiden. Daarbij kunnen twee, drie of vier muting sensoren aan de veiligheidsverwerkingseenheid worden aangesloten. 522 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Productbeschrijving Hoofdstuk 3 LE 20 3.4.1 Mutingwerking De muting werking begint wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan. Muting voorwaarden Aantal muting sensoren Muting voorwaarden 2 M1&M2 4 M 1 & M 2 of M3&M4 Tijdens de overname van de muting voorwaarden door het andere sensorpaar is de muting voorwaarde korte tijd M 1 & M 2 & M 3 & M 4 . Tab. 3-1: Muting voorwaarden Gelijktijdigheidscontrole Naast de muting voorwaarden kan de gelijktijdigheidscontrole geactiveerd worden (zie Tab. 5-3). Telkens een muting sensorpaar moet dan binnen 3 s actief worden. De tab. 3-2 toont de precieze voorwaarden afhankelijk van het aantal sensoren. Aantal muting sensoren Muting voorwaarden + gelijktijdigheidscontrole 2 M 1 & M 2 moeten binnen 3 s actief worden. 3 Eerst moet M 3 actief worden, dan M 1 & M 2 binnen 3 s. M 3 mag pas vrij worden wanneer M 1 & M 2 actief worden (herkenning correctheid) 4 M 1 & M 2 moeten binnen 3 s actief worden. M 3 & M 4 moeten binnen 3 s actief worden. Een sensorpaar mag pas vrij worden wanneer het andere sensorpaar reageert. De volgorde speelt daarbij geen rol. Tab. 3-2: Muting voorwaarden en gelijktijdigheidscontrole Sequentiecontrole Naast de muting voorwaarden kan de sequentiecontrole geactiveerd worden (zie Tab. 5-3) De muting sensoren moeten dan in een bepaalde chronologische volgorde reageren en weer vrij worden. De tab. 3-3 toont de precieze voorwaarden afhankelijk van het aantal sensoren. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 523 Hoofdstuk 3 Bedieningshandleiding Productbeschrijving Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Aantal muting sensoren Muting voorwaarden + sequentiecontrole 2 Sequentiecontrole niet mogelijk 3 De muting sensoren moeten in de volgorde M 3 voor M 1 & M 2 actief worden (richtingsherkenning) 4 De muting sensoren moeten in de volgorde M 1 voor M 2 voor M 3 voor M 4 of M 4 voor M 3 voor M 2 voor M 1 actief worden. Bij richtingdetectie is alleen de volgorde van M 1 voor M 2 voor M 3 voor M 4 toelaatbaar. Tab. 3-3: Muting voorwaarden en sequentiecontrole Opmerking Opdat de muting voorwaarden vervuld zijn, mag het object zich alleen op de beschreven wijze door de muting lichtstralen en het veiligheidslichtscherm bewegen. Iedere andere objectbeweging bijv. in de bewakingszone binnengaan en weer teruggaan of het object uit het bewakingsgebied verwijderen, heeft een muting fout ten gevolg, de OSSD uitgangen van de verwerkingseenheid schakelen uit. Het aantal muting sensoren configureren Het aantal muting sensoren wordt met draadbruggen aan de klemmen BIT 1 en BIT 2 geconfigureerd. De draadbruggen moeten overeenkomstig Tab. 5-2 in hoofdstuk 5 met BIT 1 of BIT 2 en de ernaast gelegen Intercon.+ -klemmen worden verbonden. Muting bewakingen configureren De beide muting bewakingen worden afhankelijk van het aantal aangesloten muting sensoren geconfigureerd. De configuratie vindt plaats door middel van draadbruggen tussen de klemmen SEQUENCE of CONCURR. en de ernaast liggende klemmen Intercon.+. De tabel 5-3 in hoofdstuk 5 toont hoe de draadbruggen voor de verschillende muting bewakingen gelegd moeten worden. 3.4.2 Rangschikking muting sensoren De muting sensoren moeten steeds zodanig gerangschikt worden dat het materiaal zeker wordt herkend en een persoon de muting functie niet kan activeren. Naast de algemene veiligheidsinstructies uit hoofdstuk 2.3. adviseren wij de volgende principes in acht te nemen: 1 . Het materiaal (pallet, voertuig) moet door de muting sensoren over de gehele lengte worden herkend, d.w.z. er mag geen onderbreking van de uitgangssignalen van de sensoren optreden. Dit moet vooral in acht genomen worden wanneer het materiaal verschoven op de pallet ligt of wanneer bij verschillende transportgoederen de referentiehoogte voor de sensoren verandert. 524 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Productbeschrijving Hoofdstuk 3 LE 20 2 . De gehele rangschikking van het veiligheidslichtscherm en de muting sensoren moeten zodanig worden gekozen dat voor het nieuwe materiaal de eerste sensoren bereikt het voorafgaande materiaal de laatste muting sensoren heeft gepasseerd en alle muting sensoren gedeactiveerd zijn. 3 . De sensoren moeten alleen het materiaal detecteren en niet het transportmiddel (pallet of voertuig), zodat er geen persoon op het transportmiddel in de gevarenzone kan binnengaan. Afb. 3-3: De muting sensoren moeten de lading detecteren, niet de pallet. s = materiaal d = muting sensor f = transportniveau a = pallet 4 . Daar de interne verwerkings van de sensorsignalen enige tijd in beslag neemt mag het materiaal niet te dicht voor de lichtstralen van het veiligheidslichtscherm geregistreerd worden. Er moet daarom een minimum afstand worden aangehouden (zie afb. 3-4.) Afb. 3-4: Afstand detectielijn - muting sensoren. Voor de detectielijn van de muting sensoren moet een minimum afstand tot de stralen van het veiligheidslichtscherm worden aangehouden. a = materiaal S = zender v = bandsnelheid [m/s] R = ontvanger m = minimum afstand [m] M 1, M 2 = muting sensoren Berekening van de minimum afstand: m [m] = v [m/s] x 0,125 s 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 525 Hoofdstuk 3 Productbeschrijving Bedieningshandleiding Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 3.4.3 Override De override functie dient om het object dat in het muting bereik is achtergebleven na het optreden van een fout in het muting bereik uit de bewakingszone te bewegen. De veiligheidsinrichting kan ondanks onderbroken lichtstraal worden vrijgegeven. Daarvoor is het noodzakelijk dat de muting sensoren een geldig muting signaal afgeven. Deze mogelijkheid wordt weergegeven door de override lamp. De override-knop moet ingedrukt en weer losgelaten worden. pas wanneer alle muting sensoren gedeactiveerd zijn, keert het systeem weer in de normale muting bewakingsfunctie terug. Opmerking Wanneer de fout in de muting werking herhaald optreedt moeten het systeem en de rangschikking van de muting sensoren gecontroleerd worden. Opmerking De override-functie wordt uitsluitend geactiveerd als de Overrideknop ten minste 28 ms wordt ingedrukt. Nadat de override-knop werd ingedrukt moet de installatie na uiterlijk 30 min. weer in de normale muting bewakingsfunctie werken anders stopt e verwerkingseenheid het proces. Aan klem 14 OVERRIDE LAMP kan een lamp worden aangesloten die telkens oplicht wanneer de override-knop bediend kan worden. Opmerking Indien de override functie defect of niet aangesloten is, kan de override functie niettemin geactiveerd worden (zie hoofdstuk 8) . De override functie kan niet gedeactiveerd worden. Installatieplaats van de override-knop en -lamp goed kiezen! LET OP De override-knop moet zodanig geïnstalleerd worden dat deze niet vanuit de gevarenzone bediend kan worden en dat de gevarenzone bij het bedienen van de knop ingezien kan worden. De override lamp moet vanuit het bedieningspaneel van de installatie zichtbaar zijn. Als override-knop moet een maakcontact worden toegepast die bij het bedienen 24V op de OVERRIDE ingang van de verwerkingseenheid schakelt. Technische gegevens override lamp: Bedrijfsspanning 24 V DC Vermogen gloeilamp 1 ... 10 W Max. leidinglengte 10 m Kleur wit 526 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 3 Productbeschrijving LE 20 3.5 Systeemcomponenten Muting sensoren In het algemeen kunnen alle soorten sensoren aan de veiligheidsverwerkingseenheid worden aangesloten: y optische sensoren y inductieve sensoren y mechanische schakelaars y signalen uit een besturing Zij moeten echter over de volgende technische gegevens beschikken: Voedingsspanning Sensoruitgang Signaalniveau, wanneer sensor – object herkent – object niet herkent 24 V DC PNP (open collector) of relais high (≥ 15,5 V DC) low (≤ 10,5 V DC) Opmerking De veiligheid- en muting sensoren kunnen niet door de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 van spanning worden voorzien. Opmerking Wanneer de leidingen voor de mutingsensoren buiten de schakelkast geïnstalleerd worden, moeten deze in aparte mantelleidingen worden gevoerd. Relaismoduul De schakeluitgangen van de veiligheidsverwerkingseenheid zijn met twee potentieelgebonden halfgeleider uitgangen max. uitgangsstroom 0,5 A uitgerust. Wanneer het schakelvermogen niet voldoende is of wanneer er potentiaalvrije contacten nodig zijn kan een relaismoduul met twee potentieelvrije relaiscontacten worden aangesloten. UE 10-2OS 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Afb. 3-5: Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 met relaismoduul UE 10-2OS 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 527 Hoofdstuk 3 Productbeschrijving Bedieningshandleiding Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Muting indicatielamp Om de muting functie te signaleren is een externe muting indicatielamp noodzakelijk. Deze lamp is dwingend voorgeschreven, zonder deze lamp is de muting functie niet mogelijk. De functie van de muting indicatielamp wordt gecontroleerd. Voor een redundante indicatie kunnen twee lampen worden aangesloten-. Wanneer er slechts een lamp wordt gebruikt, moet deze aan LAMP 1 worden aangesloten. LAMP 2 moet dan via een draadbrug met de ernaast liggende Intercon. + -klem worden verbonden. Indien LAMP 1 uitvalt, knippert LAMP 2 wanneer deze aangesloten is en LAMP 1 kan - tijdens de werking - worden uitgewisseld. Muting lampen vanuit bedieningspaneel zichtbaar! LET OP De muting lampen moeten vanuit het bedieningspaneel van de installatie zichtbaar zijn. Technische gegevens Voedingsspanning Vermogen gloeilamp Max. leidinglengte Bedrijfsduur gloeilamp 24 V DC (van veiligheidsverwerkingseenheid) 1 ... 10 W 10 m ca. 2500 h Bij SICK is de volgende muting indicatielamp als accessoire verkrijgbaar: Afb. 3-6: Muting indicatielamp met gloeilamp en bevestigingsset voor de wandmontage, onderdeelnummer 2 020 743 Voor dit doel zijn tevens als accessoires leverbaar de LEDmutinglampen met de onderdeelnummers 2 019 909 en 2 019 910 (elk met aansluitkabel). 528 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Productbeschrijving Hoofdstuk 3 LE 20 3.6 Indicatieelementen Op de frontplaat tonen drie LED's en een 7-segment-display status en diagnoseinformatie. Afb. 3-7: Indicatieelementen van de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting. Nr. Indicatie Betekenis/ functie a OSSD-LED rood, brandt OSSD uitgangen op UIT geschakeld (lichtweg onderbroken) s Herstart-LED geel, brandt Wachten op herstartcommando (lichtweg vrij) d OSSD-LED groen, brandt OSSD uitgangen op AAN geschakeld (lichtweg vrij) f Override lamp brandt Start door bedienen van de override-knop mogelijk (indien aangesloten) g 7-sement-display indicatie "uit" indicatie C Weergave van foutcodes (zie hoofdstuk 8) normale werkingstoestand Evaluatieeenheid in muting toestand h LAMP 1 brandt j LAMP 1 knippert LE 20 in muting toestand k LAMP 2 knippert Muting lamp 1 (aan LAMP 1) defect of niet aangesloten (indien aangesloten) Muting lamp 2 (aan LAMP 2) defect of brug tussen LAMP 2 en Intercon. + niet aanwezig Tab. 3-4: Indicatieelementen van de veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 529 Hoofdstuk 4 Bedieningshandleiding Montage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 4 Montage 4.1 Uitvoering IP 20 IP 20 behuizing alleen gebruiken voor schakelkastmontage! LET OP De IP-20-behuizing mag uitsluitend worden gebruikt voor montage in een schakelkast. De montage van de IP20 uitvoering vindt plaats door het ineenklikken van de behuizing op een DIN-rail. 4.2 Uitvoering IP 65 1 . Spanhefboom scharniersluitingen met een schroevendraaier openen a en frontgedeelte behuizing afnemen s (zie afb. 4-1). Afb. 4-1: IP65 behuizing, frontgedeelte verwijderen F = frontgedeelte B = basisgedeelte 2 . Gaten voor de bevestigingsschroeven van de behuizing boren, evt. basisgedeelte als sjabloon gebruiken. 3 . Basisgedeelte eraan schroeven. 4 . Frontgedeelte erop zetten en de spanhefboom scharniersluitingen sluiten. 530 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 5 Elektronische installatie LE 20 5 Elektronische installatie Installatie spanningvrij schakelen! LET OP Terwijl u LE 20 elektrisch aansluit zou de installatie onopzettelijk kunnen starten. ¾ Zorg ervoor dat de installatie tijdens de elektronische installatie in spanningsvrije toestand is. OSSD-uitgangen van de testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen gescheiden voeren! LET OP De leidingen van de OSSD-schakeluitgangen moeten tot de aansluitingen SENSOR A en SENSOR B in aparte mantelleidingen gescheiden van de overige leidingen worden gevoerd. ¾ Voer de elektronische aansluiting overeenkomstig het voorliggende schakelschema en de volgende klem aansluitingstabellen uit. Opmerking Bij de IP 65 behuizing moeten de klemmenblokken in de behuizing overeenkomstig Afb. 5-1 voor de bedrading van de veiligheidslichtschermen en muting sensoren toegepast worden. Afb. 5-1: klemmenblokken IP 65 behuizing a = voor veiligheidslichtschermen 8 008 685/Q913/2007-05-21 s = voor muting sensoren © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 531 Hoofdstuk 5 Bedieningshandleiding Elektronische installatie Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting Pin nr. Aanduiding Betekenis (I = ingang, O = uitgang) 1 +24 V DC Voedingsspanning, +24 V DC 2 0V Voedingsspanning, 0 V 3 TEST EXTERN I: Zelftest LE 20 systeem = 24 V (externe test gedeactiveerd), externe test LE 20 systeem = 0 V (externe test geactiveerd), aansluiting op 24 V met NC-contact (verbreekcontact) 4 SENSOR A*) I: Aansluiting aan de uitgang (PNP of OSSD ) van het lichtscherm van kanaal A 5 TEST/NON I: 0 V = testbare sensoren 24 V = lichtschermtype C 2000, M 2000 6 SENSOR B*) I: Aansluiting aan de uitgang (PNP of OSSD ) van het lichtscherm van kanaal B 7 RES I: Herstartblokkering aansluiting voor de NO contact (maakcontact tegen 24 V) van de reset-knop zonder herstartblokkering: nc 8 EDM I: Relaiscontrole Aansluiting voor de twee verbreekcontacten van de schakelcontacten aan 24V; EDM aan 24 V aansluiten wanneer EDM DISABLE gedeactiveerd is. 9 nc/Override Niet aangesloten bij LE 20 zonder muting (not connected)/ I: Aansluiting voor de NO-contact (maakcontact) van de override-knop, 24 V 10 EDM DISABLE I: relaiscontrole, 0V = geactiveerd, 24 V = gedeactiveerd 11 RES DISABLE I: herstartblokkering, 0V = geactiveerd, 24 V = gedeactiveerd 12 TEST A O: Testsignaal van het lichtscherm aan kanaal A 13 TEST B O: Testsignaal van het lichtscherm aan kanaal B 14 nc/ OVERRIDE LAMP Niet aangesloten bij LE 20 zonder muting (not connected)/ Uitgang voor de override lamp, 24 V, PNP, I max = 500 mA 15 OSSD 1 O: Schakeluitgang 1, PNP, 500 mA 16 OSSD 2 O: Schakeluitgang 2, PNP, 500 mA Tab. 5-1: Klemmenaansluiting verwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting nc = niet aangesloten (not connected) Opmerking 532 *) Wanneer slechts een lichtschermpaar wordt aangesloten moet tussen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een draadbrug worden gelegd. © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Elektronische installatie Hoofdstuk 5 LE 20 Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 muting Pin nr. Aanduiding Betekenis (I = ingang, O = uitgang) 18 LAMP 1 O: 24 V PNP-uitgang voor aansturing van de muting lamp, I max = 500 mA 19 LAMP 2 I/O: 24 V, PNP uitgang voor de aansturing van een redundante muting lamp, Imax = 500 mA. Wanneer alleen lamp 1 (LAMP 1) wordt aangesloten moet LAMP 2 met intercon.+ worden verbonden 20 Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U B) 21 Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U B) 22 CONCURR. I: Gelijktijdigheidscontrole zie tab. 5-3 23 SEQUENCE I: Sequentiebewaking, zie tab. 5-3 24 Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U B) 25 Intercon.+ O: Hulpstuurspanning (U B) 26 BIT 2 27 BIT 1 I: Configuratie van het aantal geïnstalleerde muting lichtschermen: Bit 1 Bit 2 nc nc 4 sensoren Intercon.+ nc 3 sensoren nc Intercon.+ 2 sensoren Intercon.+ Intercon.+ niet toegelaten 28 Intercon.+ 29 M4 O: Hulpstuurspanning (U B) I: Muting lichtscherm 4 30 M3 I: Muting lichtscherm 3 31 M2 I: Muting lichtscherm 2 32 M1 I: Muting lichtscherm 1 Tab. 5-2: Klemmenaansluiting LE 20 muting nc = niet aangesloten (not connected) Aantal mutingsensoren CONCURR. SEQUENCE Muting controle: Muting voorwaarde + 4 nc nc Sequentiebewaking nc Intercon.+ gelijktijdigheidscontrole Intercon.+ nc Sequentiebewaking met richtingbewaking Intercon.+ Intercon.+ (alleen mutingvoorwaarde) nc nc Gelijktijdigheidscontrole met richtingscontrole 3 2 Intercon.+ Intercon.+ (alleen muting voorwaarde +) richtingscontrole nc nc gelijktijdigheidscontrole Intercon.+ Intercon.+ (alleen mutingvoorwaarde) Tab. 5-3: Configuratie van de mutingscontroles nc = niet aangesloten (not connected) 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 533 Hoofdstuk 5 Bedieningshandleiding Elektronische installatie Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Relaismoduul De schakeluitgangen van de veiligheidsverwerkingseenheid zijn met twee potentaalvrije halfgeleider uitgangen – max. uitgangstroom 0,5 A – uitgerust. Wanneer het schakelvermogen niet voldoende is of wanneer er potentieelvrije contacten nodig zijn, kan een relaismoduul met twee potentiaalvrije relaiscontacten aangesloten worden. Afb. 5-2: Klemmenbelegging relaismoduul Pin nr. Aanduiding 1 IN 1 I: Verbinding naar OSSD 1 van interface LE 20 2 COM Aansluiting aan 0 V 3 IN 2 I: Verbinding naar OSSD 2 van interface LE 20 4 Monit. A O: Relaisuitgang, kant A van het NC contact aan 24 V DC aansluiten. 5 Monit. B O: Relaisuitgang, kant B van het NC contact aan EDM van het interface LE 20 aansluiten 6 OSSD 1 B O: Relaisuitgang, kant B van het NO contact van uitgangsrelais 1 7 OSSD 1 A O: Relaisuitgang, kant A van het NO contact van uitgangsrelais 1 8 OSSD 2 B O: Relaisuitgang, kant B van het NO contact van uitgangsrelais 2 9 OSSD 2 A O: Relaisuitgang, kant A van het NO contact van uitgangsrelais 2 Betekenis (I = ingang, O = uitgang) Tab. 5-4: klemmenaansluiting relaismoduul 534 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Inbedrijfstelling Hoofdstuk 6 LE 20 6 6.1 Inbedrijfstelling Overzicht van de stappen voor de inbedrijfstelling Gevarenzone controleren! LET OP Voor de inbedrijfstelling moet ervoor gezorgd worden dat er niemand in de gevarenzone aanwezig is. ¾ Controleer de gevarenzone en beveilig deze tegen het betreden door personen (bijv. door plaatsen van waarschuwingsborden, aanbrengen van afschermingen e.d.) Neem de overeenkomstige wetten en plaatselijke voorschriften in acht. Veiligheidsvoorschriften in acht nemen ! Neem de veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 2 in acht. LET OP Bij de inbedrijfstelling ondergaan alle functies van het apparaat een functietest, die een veilige toepassing dient te garanderen. De inbedrijfstelling wordt in de volgende stappen uitgevoerd: 6.2 Functietest Functietest LE 20 y Machineuitschakeling bij onderbreking van ten minste een lichtstraal van elk veiligheidslichtscherm. Indien geconfigureerd: y externe test y herstartblokkering (RES) y Relaiscontrole (EDM) Tests LE 20 muting y Machineuitschakeling bij onderbreking van ten minste een lichtstraal van elk veiligheidslichtscherm. Indien geconfigureerd: y externe test y herstartblokkering (RES) y Relaiscontrole (EDM) y muting functie en muting indicatielamp y override functie en override lamp 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 535 Hoofdstuk 6 Inbedrijfstelling Bedieningshandleiding Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 6.3 Tests LE 20 Om de reglementaire toepassing te garanderen moeten de volgende punten in acht worden genomen: y De montage en de elektrische aansluiting mogen alleen door deskundig personeel worden uitgevoerd. Deskundig personeel heeft op grond van de vakkundige opleiding en ervaring voldoende kennis op het gebied van het te testen mechanische arbeidsmiddel en is zo ver vertrouwd met de overeenkomstige wettelijke arbeidsvoorschriften, ongevalpreventievoorschriften, richtlijnen en algemeen erkende regels van de techniek (bijv. DIN normen, VDE bepalingen, technische regels van andere lidstaten van de EG) dat het de arbeidsveilige toestand van het mechanische arbeidsmiddel kan beoordelen. Dit zijn in het algemeen deskundige van de fabrikant van de Contactloos Werkende Veiligheidsinrichting (CWV) of ook personen die bij de fabrikant van de CWV overeenkomstig werden opgeleid, hoofdzakelijk met de controle van CWV werkzaam zijn en hiermee door de exploitant van de CWV werden belast. Aanbrengen van een informatiebord op de machine LET OP Vóór de eerste ingebruikname moet op de machine een informatiebord worden aangebracht, dat op de noodzaak van regelmatige controles wijst. 1 . Test voor de eerste inbedrijfstelling van de veiligheidsinrichting van de machine door deskundige: – De test voor de eerste inbedrijfstelling dient om de in de nationale/internationale voorschriften, in het bijzonder in de machinerichtlijn en richtlijn voor gebruikers van arbeidsmiddelen, vereiste veiligheidseisen te bevestigen. (EG verklaring van overeenkomst). – Controle van de werking van de veiligheidsinrichting op de machine in alle op de machine instelbare functies. – Het bedieningspersoneel van de met de veiligheidsinrichting beveiligde machine moet voor het begin van de werkzaamheden door de deskundige van de machineexploitant worden geïnstrueerd. De exploitant van de machine is verantwoordelijk voor het inwerken. 2 . Regelmatige controle van de veiligheidsinrichting door deskundige: – Controle overeenkomstig de nationaal geldende voorschriften in de hierin vermelde intervallen. Deze controles dienen voor 536 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Inbedrijfstelling Hoofdstuk 6 LE 20 het ontdekken van veranderingen of manipulatie aan de veiligheidsinrichting m.b.t. de eerste inbedrijfstelling. – De controles moeten telkens bij belangrijke veranderingen aan de machine of veiligheidsinrichting alsmede na het ombouwen of repareren in geval van beschadigingen van de behuizing, frontglas, aansluitkabel enz. worden uitgevoerd. 3 . Dagelijkse controle van de veiligheidsinrichting doorbevoegde en hiermee belaste personen. – Controle op slijtage of beschadiging van de behuizing, frontglas of elektrische aansluitkabel – Controle of de veiligheidswerking voor de ingestelde functie effectief is. LE 20 met M 2000 ¾ Dagelijks of voor elk begin van het werk door de exploitant door volledige afdekking van elke lichtstraal. Bij gebruik van afbuigspiegels direct voor en na de spiegel. Daarbij mag alleen de rode LED aan LE 20 en M 2000 branden. LE 20 met C 2000 ¾ De teststaaf (zie typeplaatje "oplossend vermogen") op drie plaatsen langzaam door het veiligheidsveld voeren: 1 . Grenzen /markeringen van het veiligheidsveld dichtbij de zender (toegangsopening) 2 . Grenzen /markeringen van het veiligheidsveld dichtbij de ontvanger 3 . Grenzen van het veiligheidsveld in het midden tussen zender en ontvanger Daarbij mag alleen de rode LED aan LE 20 en C 2000 branden. Enkelstraals veiligheidslichtschermen met LE 20 ¾ Dagelijks of telkens vóór het begin van de werkzaamheden moet door de exploitant de volgende controle worden uitgevoerd: Volledige afdekking van elke lichtstraal met een hulpmiddel dat geen licht doorlaat (∅ ≥ 30 mm) op de volgende punten: 1. direct vóór de zender 2. in het midden tussen zender en ontvanger of de afbuigspiegels 3. direct vóór de ontvanger 4. bij gebruik van afbuigspiegels direct voor en na de spiegel. 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 537 Hoofdstuk 7 Onderhoud Bedieningshandleiding Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Dit moet tot het volgende resultaat leiden: - De uitgangen van de ontvanger van het betreffende enkelstraals veiligheidslichtscherm moeten uitschakelen en - op de LE 20 mag uitsluitend de rode LED branden en - zolang de lichtstraal onderbroken is, mag de actie die gevaar oplevert niet gestart kunnen worden. In geval van storingen de machine stilleggen! LET OP Als tijdens de controle een of meer fouten optreden of als controleresultaten niet worden bereikt dan moet de machine worden stopgezet. Voor alle genoemde combinaties van apparaten geldt: Zelfs als slechts op één punt de groene of groene en gele LED op de ontvanger oplicht, dan moet de veiligheidsvoorziening door een deskundige worden gecontroleerd. Aan de machine mag dan niet worden gewerkt. 7 Onderhoud 7.1 Reparatie De veiligheidsverwerkings-eenheden LE 20 en LE 20 muting werken volledig onderhoudsvrij. Waneer het 7-segment-display storingen weergeeft kunnen aan de hand van de tabel voor het opsporen van fouten in hoofdstuk 8 maatregelen worden getroffen voor het verhelpen van de storing. Stopzetten van de machine als de maatregel mislukt is! LET OP Als de maatregelen uit de foutzoektabel er niet voor gezorgd hebben dat alle fouten verholpen zijn dan mag niet langer met de machine worden gewerkt. De veiligheidsvoorziening moet dan door een deskundige worden gecontroleerd. Volledige functietest na het verhelpen van de storing LET OP 538 Na het verhelpen van een fout moet een volledige functietest worden uitgevoerd. © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 7 Onderhoud LE 20 Reparaties nooit zelf uitvoeren! LET OP Reparaties aan de veiligheidsvoorziening mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de Technische Dienst van SICK of door personeel dat door SICK geautoriseerd is. 7.2 Afvalverwijdering De veiligheids-analyse-eenheid LE 20 is zodanig geconstrueerd dat deze het milieu zo min mogelijk belast. Hij verbruikt slechts zeer weinig energie en overige bronnen. Houd tijdens het werk altijd rekening met het milieu. Het afdanken van onbruikbare of niet te repareren apparaten moet altijd plaatsvinden volgens de geldende afvalverwerkingsvoorschriften (bijv. Europese afvalstofcode 16 02 14). Opmerking Wij zijn u graag van dienst bij het afdanken van deze apparaten. Neem hiervoor contact op met ons. Afvalscheiding De afvalscheiding mag alleen plaatsvinden door personeel met kennis van zaken! LET OP Bij de demontage van de apparaten is voorzichtigheid geboden. Er bestaat gevaar voor persoonlijk letsel. Voordat de apparaten kunnen worden hergebruikt moeten de diverse materialen van de LE 20 worden gescheiden. 1. Scheid de behuizing van de overige bestanddelen (in het bijzonder van de printplaat). 2. Breng de gescheiden bestanddelen naar de inzamelpunten (zie tab. 7-1). Bestanddelen Afdanking Product Behuizing Printplaten, kabels, connectors en elektrische verbindingsstukken Kunststofrecycling Elektronicarecycling Verpakking Karton, papier Polyetheenverpakkingen Papier-/kartonrecycling Kunststofrecycling Tab 7-1: Overzicht van bestanddelen en inzamelpunten 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 539 Hoofdstuk 8 Bedieningshandleiding Opsporen van fouten 8 Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Opsporen van fouten De verwerkingseenheid LE 20 bewaakt zich tijdens de werking zelf: y Na het inschakelen loopt het apparaat door een zelftest waarbij de elektronische hardwarecomponenten gecontroleerd worden. y Wanneer bij de zelftest een fout wordt herkend geeft het apparaat een foutmelding op het 7-segment-display weer en stopt het gevaarlijke proces. 7-segment-display: Betekenis Oorzaak controle Override lamp defectof, indien er geen override lamp is aangesloten, override functie actief (start met override-knop mogelijk). Override lamp controleren, indien aanwezig. Wanneer de override functie actief is moet de bewakingszone binnen 30 minuten gedurende een ogenblik vrij zijn opdat de LE 20 niet in de uit-toestand wisselt. Fout bij de externe relaiscontrole EDM ingang niet bedraad of relais dalen niet afwisselend Fout van een lichtscherm, ongeldige configuratie a3, Bedrading controleren, TEST/ Bedrading corrigeren, NON ingang controleren Veiligheidslichtschermen bij de sensor controleren, 2) Override timeout Override-tijd verstreken Bedrading corrigeren, lichtschermen controleren, 2) Override timeout fout Override langer dan 30 min. actief Rangschikking van de muting sensoren controleren, 1 ), 2) 7 8, knipperend a2, afwisselend a4, afwisselend a5, afwisselend a6, Verhelpen/maatregel Override lamp vervangen, ), 2) 1 Bedrading controleren, relais controleren, 2) Overschrijding van de Muting sensor defect, Objectbeweging controleren, gelijktijdigheidscontrole tijd objectbeweging te langzaam muting sensoren controleren, 1 van 3 s ) Fout van de in- c.q. uitschakelsequentie van de muting-lichtschermen Muting sensor defect Beide muting-lampen zijn defect Bedradingfout, lampenslijtage Systeemfout Bedrijfsspanning uit- en weer Apparaat vervangen inschakelen afwisselend Overstroom OSSD 1 of OSSD 2 Bedrading van OSSD 1 en OSSD 2 controleren afwisselend OSSD 1 of OSSD 2 heeft een Bedrading van OSSD 1 en kortsluiting met 24 V OSSD 2 controleren afwisselend a7, afwisselend e f1 of f4 , f2 of f5 , Rangschikking van de muting sensoren controleren, 1) beide lampen vervangen, ), 2) 1 Stroomopname meten (max. 500 mA), 2) Kortsluiting verhelpen, 2) Tab. 8-1: Tabel voor het opsporen van fouten veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting 1 ) Bewakings- en mutingzone vrijmaken (d.m.v. override-knop of handmatig) 2 ) Bedrijfsspanning uit- en herinschakelaar 540 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Technische gegevens Hoofdstuk 9 LE 20 7-segment-display Betekenis Oorzaak, controle Verhelpen/maatregel Bedrading van OSSD 1 en OSSD 2 controleren Kortsluiting verhelpen, 2) afwisselend OSSD 1 of OSSD 2 heeft kortsluiting met 0 V Kortsluiting tussen OSSD 1 en Bedrading van OSSD 1 en OSSD 2 of met 24 V OSSD 2 controleren Kortsluiting verhelpen, 2) afwisselend Ongeldige configuratie Configuratie bedrading controleren, EDM ingang aangesloten? Bedrading corrigeren, 2) Bedrijfsspanning buiten het toegelaten bereik Bedrijfsspanning meten Bedrading corrigeren, spanningsbron controleren f3 of f6 , f7, l2, afwisselend geen indicatie Tab. 8-1: Tabel voor het opsporen van fouten veiligehidsverwerkingseenheid LE 20 en LE 20 muting (vervolg) ) Bedrijfsspanning uit- en herinschakelaar 2 9 Technische gegevens 9.1 Gegevensblad LE 20 Elektrische gegevens Voedingsspanning U B 24 V DC –30 %/+20 %, 5 % restrimpel 1) Inschakelduur (na spanning Aan) ongeveer 2 s Stroomopname Imax = 100 mA, muting-uitvoering: Imax = 150 mA Vermogensopname 4 W (zonder muting en override lampen) Reactietijd totaal systeem (afhankelijk van systeemconfiguratie) te berekenen aan de hand van de volgende punten: - C 2000/M 2000: 7 ms à 25 ms, afhankelijk van veldbeveiligingshoogte en oplossend vermogen - Enkelstraals veiligheidslichtscherm: max. 9 ms - LE 20: 5 ms - Relaismodule: 5 ms Reactietijd voor testingang max. 30 ms Herstarttijd max. 50 ms Aansluitleidingen 0,5 mm 2, lengte max. 30 m 2,5 mm 2, lengte max. 150 m Ingangen: signaalniveau aan/uit high: 15 V ... U B, low: 0 V ... 10 V TEST EXTERN high: externe test inactief low: externe test actief impulsduur > 30 ms Gelijktijdigheidscontrole Tijdvenster selecteerbaar: 3 s of ∞ Cyclustijd zelftest 2s Tab. 9-1: Gegevensblad LE 20 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 541 Hoofdstuk 9 Bedieningshandleiding Technische gegevens Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 Uitgangen Uitgangen OSSD 1, OSSD 2 (De waarden hebben betrekking op de aansluiting op stekker van het apparaat) PNP bewaakt en kortsluitvast Schakelstroom Imax = 500 mA Schakelspanning U max = UB – 2,0 V bij 500 mA Schakelvermogen P max = 13,2 W inductief schakelvermogen P max ind = 1 VA Veiligheidsveld vrij U = Umax Veiligheidsveld onderbroken U = 0 V Reststroom bij signaalniveau "0" I = 0,1 mA max. capacitieve last 200 nF bij I = 50 mA, 2,5 µF bij I = 500 mA Tussenruimten bij test Testrate: 2 s Breedte testpuls 150 µs ... 450 µs TEST A, TEST B (inactief/actief) U B – 3,5 V/0 V Totale stroomTEST A + TEST B < 10 mA max. capacitieve last 10 µF OVERRIDE LAMP 24 V DC, 1 ... 10 W LAMP 1, 2 24 V DC, 1 ... 10 W Bedrijfsdata Beschermklasse III2) Soort beschermin IP 20, IP 65 optioneel Veiligheidscategorie EN 61496, type 2 Eisen EN 61496 Elektromagnetische compatibiliteit EN 61000-6-4 EN 55011 Klasse A Omgevingstemperatuur werking –20 °C ... +60 °C Opslagtemperatuur –25 °C ... +75 °C Luchtvochtigheid (niet condenserend) 15 ... 95 % Trilbestendigheid 5 g/10 Hz ... 55 Hz overeenkomstig IEC 68-2-6 Schokbestendigheid 10 g/16 ms overeenkomstig IEC 68-2-29 Tab. 9-1: Gegevensblad LE 20 (vervolg) 1 ) De grenswaarden van de voedingsspanning mogen niet worden over- c.q. onderschreden. De externe voedingsspanning van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortdurende netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn bij SICK als accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1). 2 ) De aan de in- en uitgangen aan te sluiten stroomcircuits moeten de in de betreffende normen voorgeschreven lucht- en kruiptrajecten voor veilige uitschakeling overeenkomstig PELV (EN 60204, 6-4) aanhouden. 542 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Technische gegevens Hoofdstuk 9 LE 20 9.2 Technische gegevens relaismoduul UE 10-2OS Nominale spanning spoel 24 V DC –30 %/+20% Afvalstroom 4,2 mA Spoelweerstand 520 Ω ±10 % Relaiscontacten Schakelcontacten Meldcontacten in serie 2 no 1 + 1 nc Contactbelastbaarheid max. schakelspanning Schakelvermogen/-spanning Schakelstroom max. inschakelstroom/duur max. 250 V AC 690 VA/230 V AC 72 W/24 V DC 20 mA ... 3 A max. 15 A/20 ms Terugvaltijd (voor de berekening van de reactietijd gebruiken) ≤5 ms Aanhaaltijd ≤20 ms Bedrijfstemperatuur –20 °C ... +60 °C Beschermingsgraad IP 20 Overspanningscategorie 3 Mate van verontreiniging 2 Aansluitdoorsnede 0,5 ... 2,5 mm 2 Mechanische levensduur 5 x 10 7 schakelcycli Elektrische levensduur 1 x 10 5 schakelcycli (afhankelijk van de belasting) Bevestigingsrail DIN (EN 50022-35) Tab. 9-2: Gegevensblad relaismoduul 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 543 Hoofdstuk 10 Bedieningshandleiding Schakelvoorbeelden Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 10 Schakelvoorbeelden Schakelvoorbeelden in uitklapbare deel (pagina 675 ... 680): a = uitgangscircuits. Deze contacten moeen zodanig in e de besturing geïntegreerd worden dat bij geopend uitgangscircuit de gevaarlijke toestand wordt opgeheven. Bij de categorieën 4 en 3 moet deze integratie 2-kanalig (XY-paden) plaatsvinden. Het eenkanalig invoegen in de besturing (z-pad) is alleen mogelijk bij eenkanalige besturing rekening houdend met de risicoanalyse. 10-1: Verwerkingseenheid LE 20 met 6 veiligheidslichtschermen met één straal VS/VE 18-2. S = zender R = ontvanger Aanwijzing: wanneer slechts een lichtschermpaar wordt aangesloten moet tusen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een extra draadbrug worden gelegd. Geconfigureerde functies: y relaiscontrole y herstartblokkering y externe test 10-2: Verwerkingseenheid LE 20 met 4 veiligheidslichtschermen met één straal (WS/WE 12-2, WS/WE 18-2, WS/WE 24-2 of WS/WE 27-2). Aanwijzing: indien slechts een lichtschermpaar wordt aangesloten, moet tussen SENSOR A (4) en SENSOR B (6) een extra draadbrug worden gelegd. Combinatie van veiligheidslichtscherm is niet toegestaan. R = ontvanger S = zender Geconfigureerde functies: y relaiscontrole y herstartblokkering y externe test 10-3: LE 20 eenheid met een cascadeC 2000 – C 2000 – M 2000 R = ontvanger S = zender Geconfigureerde functies: y relaiscontrole y herstartblokkering y externe test 544 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Schakelvoorbeelden Hoofdstuk 10 LE 20 10-4: Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000, 4 muting sensoren en 2 muting indicatielampen M = muting sensor R = ontvanger S = zender Geconfigureerde functies: y relaiscontrole y 2 muting sensoren y override 10-5: Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000 en 4 muting sensoren R = ontvanger S = zender M = muting sensor Geconfigureerde functies: y relaiscontrole y 4 muting sensoren y override 10-6: y herstartblokkering y gelijktijdigheidscontrole Verwerkingseenheid LE 20 muting met M 2000-A/P en 3 muting sensoren R = ontvanger S = zender M = muting sensor Geconfigureerde functies : y relaiscontrole y 3 muting sensoren y override 8 008 685/Q913/2007-05-21 y herstartblokkering y gelijktijdigheidscontrole y herstartblokkering y gelijktijdigheidsbewaking y sequentiebewaking © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 545 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11 Bijlage 11.1 Bestelgegevens LE 20 Uitvoering Type Bestel-nr. IP 20, een 16-polige klemmenlijst als accessoire noodzakelijk LE 20-2611 6 020 340 IP 20 met schroef klemmenstekker LE 20-2612 1 016 503 IP 20 met trekveer klemmenstekker LE 20-2614 1 016 505 IP 65, een 16-polige klemmenlijst als accessoire noodzakelijk LE 20-1611 6 020 344 IP 65 met schroef klemmenstekker LE 20-1612 1 016 500 IP 65 met trekveer klemmenstekker LE 20-1614 1 016 499 Tab 11-1: Bestelgegevens LE 20 11.2 Bestelgegevens LE 20 muting Uitvoering Type Bestel-nr. IP 20, een 15- en 16-polige klemmenlijst als accessoire noodzakelijk LE 20-2621 6 020 341 IP 20 met schroef klemmenstekker LE 20-2622 1 016 502 IP 20 met trekveer klemmenstekker LE 20-2624 1 016 501 IP 65, een 15- en 16-polige klemmenlijst als accessoire noodzakelijk LE 20-1621 6 020 345 IP 65 met schroef klemmenstekker LE 20-1622 1 016 498 IP 65 met trekveer klemmenstekker LE 20-1624 1 016 497 Tab 11-2: Bestelgegevens LE 20-muting 546 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 11 Bijlage LE 20 11.3 Accessoires Artikel Bestel-nr. 24 V voedingseenheid, 4 A, DC, U v = 120/230 V AC 6 010 362 Trekveer-klemmenstekker haaks voor LE 20, 16-polig 6 020 597 Trekveer klemmenstekker haaks voor LE 20 15-polig 6 020 600 Schroef klemmenstekker voor LE 20, 16-polig 6 020 596 Schroef klemmenstekker voor LE 20, 15-polig 6 020 599 IP 65 behuizing voor LE 20 uitgerust met 8 x PG 7, 2 x PG 13,5 voorbereid voor de inbouw van LE 20 6 020 343 Muting indicatielamp met bevestigingsset 2 020 743 LED-mutinglamp met kabel 2 m 2 019 909 LED-mutinglamp met kabel 10 m 2 019 910 Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, klemmenlijst als accessoire noodzakelijk 6 020 342 Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, inclusief schroef klemmenstekker 2 019 772 Relaismoduul UE 10-2OS voor LE 20, 2 maakcontacten, mechanisch gedwongen, potentiaalvrij, IP 20, inclusief trekveer klemmenstekker 2 019 771 Tab. 11-3: Accessoires LE 20 en LE 20-muting 11.4 Maatschetsen Maatschetsen in uitklapbare deel (pagina 681 ... 684): 11-1: Mechanische afmetingen LE 20 met schroefklemmen d = aanzicht van voren a = aanzicht van onder f = aanzicht van voren, schroef s = zijaanzicht klemmenstekker ingestoken 11-2: Mechanische afmetingen LE 20-muting met schroefklemmen a = aanzicht van onder d = aanzicht van voren f = aanzicht van voren, schroef s = zijaanzicht klemmenstekker ingestoken 11-3: Mechanische afmetingen IP 65 behuizing voor LE 20 en LE 20 muting 11-4: Mecanische afmetingen relaismoduul 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 547 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.5 Testbare enkelstraals veiligheidslichtschermen Maatschetsen en aansluitschema's in uitklapbare gedeelte (pagina 685 ... 689): Toepasbare types: WS/WE WS/WE VS/VE WS/WE WS/WE 11.5.1 12-2 18-2 18-2 24-2 27-2 WS/WE 12-2 Legenda bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte): a = midden opstische as s = controlelamp d = bevestigingsboringen f = insteller gevoeligheid (WE) g = kijkgleuf Betekenis van de LED's LED Betekenis Zender groen, permanent licht zender bedrijfsklaar groen, uit geen bedrijfsspanning Ontvanger geel, permanent licht lichtweg vrij geel, knipperend optiek verontreinigd of systeem iets versteld Tab 11-4: Betekenis van de LED's WS/WE 12-2 Bestelnummers voor systemen System Bestel Nr. inbegrepen zendeenheid inbegrepen ontvangsteenheid WS/WE 12-2 P 160 1 018 046 WS 12-2 D 160 WE 12-2 P 160 WS/WE 12-2 P 460 1 018 047 WS 12-2 D 460 WE 12-2 P 460 548 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 11 Bijlage LE 20 Type WS/WE 12-2 Bestelnummer Zender WS 12-2 Ontvanger WE 12-2 D 160 D 460 2 021 439 2 021 441 Soort aansluiting, apparaatstekker Kabellengte 2m P 160 2 021 440 4-polig P 460 2 021 442 4-polig 2m Reikwijdte RW/reikwijdte max. type 0 ... 10 m/0 ... 12 m Voedingsspanning UV DC 24 V –30 %, +20 %1) Stroomopname, max.2) 35 mA Rimpelspanning 3) <5 VSS Lichtzender LED, zichtbaar rood licht (880 nm), pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 uur (bij T U = 25 °C) Diameter lichtvlek ca. 500 mm in 10 m afstand Afbuighoek/ontvangsthoek 3,0° / 3,0° 25 mA – PNP, Q en Q Schakeluitgangen Signaalspanning HIGH/ max. schakeluitgang U V – 2,5 V Signaalspanning LOW 4)/ max.schakelstroom ca. 0 V Uitgangsstroom IA max./ max. schakelvermogen 100 mA Pulldown weerstand >10 k Ω Reactietijd 5); schakelvolgorde max.6) max. 500 µs; 1000/s Testingang TE Zender aan TE overeenkomstig U V of niet geschakeld Zender uit TE overeenkomstig 0 V Soort bescherming IP 67 VDE beschermklasse – U V -aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stroomimpuls Veiligheidsschakelingen Omgevingstemperatuur bedrijf T U –40 ... +60 °C Opslagtemperatuur T L –40 ... +75 °C Gewicht 200 g 120 g 200 g 120 g 1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1). 2) Zonder belasting 3) Mag U V -toleranties niet over- of onderschrijden 4) Bij T U = +25 °C en 100 mA uitgangsstroom 5) Signaallooptijd bij Ohmsche last 6) Bij licht/donkerverhouding 1:1 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 549 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.5.2 WS/WE 18-2 Legenda bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte): a = midden opstische as s = controlelamp d = bevestigingsboringen f = insteller gevoeligheid (WE) g = kijkgleuf Betekenis van de LED's LED Betekenis Zender groen, permanent licht zender bedrijfsklaar groen, uit geen bedrijfsspanning Ontvanger groen, permanent licht lichtweg vrij groen, knipperend optiek verontreinigd of systeem iets versteld Tab. 11-5: Betekenis van de LED's WS/WE 18-2 Bestelnummers voor systemen System Bestel Nr. inbegrepen zendeenheid inbegrepen ontvangsteenheid WS/WE 18-2 P 162 1 016 886 WS 18-2 D 162 WE 18-2 P 162 WS/WE 18-2 P 460 1 016 885 WS 18-2 D 460 WE 18-2 P 460 WS/WE 18-2 P 660 1 016 887 WS 18-2 D 660 WE 18-2 P 660 550 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 11 Bijlage LE 20 Type WS/WE 18-2 Zender WS 18-2 D 162 Bestelnummer 2 020 889 D 460 Ontvanger WE 18-2 D 660 2 020 876 2 020 891 4-polig 6-polig Soort aansluiting, apparaatstekker Kabellengte 2m P 162 P 460 2 020 890 P 660 2 020 875 2 020 892 4-polig 6-polig 2m Reikwijdte RW/reikwijdte max. type 0 ... 10 m/0 ... 12 m Voedingsspanning UV DC 24 V –30 %, +20 %1) Stroomopname, max.2) 35 mA Rimpelspanning 3) <5 VSS Lichtzender LED, zichtbaar rood licht, 660 nm) pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 h (bij TU = 25 °C) Diameter lichtvlek ca. 300 mm in 10 m afstand Afbuighoek/ontvangsthoek 1,5° / 3,0° 25 mA – PNP, Q en Q Schakeluitgangen Signaalspanning HIGH/ max. schakeluitgang U V – 2,9 V Signaalspanning LOW 4)/ max.schakelstroom ca. 0 V Uitgangsstroom IA max./ max. schakelvermogen 100 mA Pulldown weerstand >10 k Ω Reactietijd 5); schakelvolgorde max.6) max. 500 µs; 1000/s Testingang TE Zender aan TE overeenkomstig U V Zender uit TE overeenkomstig 0 V Soort bescherming IP 67 IP 65 IP 67 IP 65 VDE beschermklasse – U V -aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stroomimpuls Veiligheidsschakelingen Omgevingstemperatuur bedrijf T U –25 ... +60 °C Opslagtemperatuur T L –40 ... +75 °C Gewicht 100 g 30 g 100 g 30 g 1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1). 2) Zonder belasting 3) Mag U V -toleranties niet over- of onderschrijden 4) Bij T U = +25 °C en 100 mA uitgangsstroom 5) Signaallooptijd bij Ohmsche last 6) Bij licht/donkerverhouding 1:1 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 551 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.5.3 VS/VE 18-2 Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte): a = bevestigingsmoer M18 s = bedrijfsindicatie (VS 18-2) ontvangstindicatie (VE 18-2) Betekenis van de LED's LED Betekenis Zender amber, permanent licht Zender bedrijfsklaar Ontvanger amber, permanent licht lichtweg vrij, ontvanger bedrijfsklaar Tab. 11-6: Betekenis van de LED’s VS/VE 18-2 Bestelnummer voor systemen Systeem Bestellnr. daarin aanwezige zendeenheid daarin aanwezige ontvangsteenheid VS/VE 18-2 O 4550 6 011 845 VS 18-2 D 5550 VE 18-2 O 4550 Bedrijfsreikwijdte 16 m, metalen behuizing, apparaatstekker M 12, 4-polig, haaks VS/VE 18-2 O 4450 552 6 011 846 VS 18-2 D 5450 VE 18-2 O 4450 Bedrijfsreikwijdte 16 m, metalen behuizing, apparaatstekker M 12, 4-polig, recht © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Bijlage Hoofdstuk 11 LE 20 Type VS/VE 18-2 Zendeenheid VS 18-2 Ontvangsteenheid VE 18-2 Type D 5450 D 5550 O 4450 O 4550 Bestellnr. 6 011 849 6 011 847 6 011 850 6 011 848 4-polig, haaks 4-polig, recht 4-polig, haaks Soort aansluiting, apparaatstekker 4-polig, recht Reikwijdte RW/reikwijdte max. type 0 ... 16 m/0 ... 22 m Voedingsspanning UV DC 24V –30 %, +20 %1) Stroomopname, max.2) 35 mA Restrimpel, max.3) 10 % Lichtzender LED, zichtbaar rood licht, pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 uur (bij T U = 25 °C) ca. ±4° Openingshoek/ontvangsthoek 25 mA Schakeluitgangen PNP Signaalspanning HIGH/ max. schakeluitgang Signaalspanning LOW 4) ca. U V Uitgangsstroom I A 100 mA max. 1,2 V (I A = 100 mA) Reactietijd5); schakelfrequentie max.6) Soort bescherming max. 2 ms; 250 Hz IP 67 VDE beschermklasse III DC-apparaat Veiligheidsschakelingen Omgevingstemperatuur bedrijf T U U V -aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stoorimpuls –25 ... +70 °C Gewicht ca. 250 g 1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1) 2) Zonder belasting 3) Mag UV toleranties niet over- of onderschrijden 4) Bij T U = + 25°C en 100 mA uitgangsstroom 5) Signaallooptijd bij Ohmsche last 6) Bij licht/donkerverhouding 1:1 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 553 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.5.4 WS/WE 24-2 Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte): a = viziergroef s = statusindicatie/ontvangstindicatie d = optische as zender/ontvanger f = bevestigingsdraad g = bedieningselementen Betekenis van de LED's LED Betekenis Zender groen, perm. licht Zender bedrijfsklaar groen, uit geen bedrijfsspanning of zendertest actief (gedurende de test) Ontvanger geel, perm. licht lichtweg vrij geel, uit lichtweg onderbroken of zendertest actief geel, knipperend optiek verontreinigd of systeem iets verkeerd afgesteld Tab. 11-7: Betekenis van de LED's WS/WE 24-2 Bestelnummer voor systemen Systeem Bestel-nr. daarin aanwezige zendeenheid WS/WE 24-2 P 250 1 018 049 WS 24-2 D 250 WS/WE 24-2 P 260 1 018 050 WS 24-2 D 260 WS/WE 24-2 P 450 1 018 051 WS 24-2 D 450 WS/WE 24-2 P 460 1 018 052 WS 24-2 D 460 554 daarin aanwezige ontvangsteenheid WE 24-2 P 450 – Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q klemaansluiting WE 24-2 P 260 – Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q klemaansluiting, verwarming WE 24-2 P 450 – Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig WE 24-2 P 460 – Bedrijfsreikwijdte 40 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig, verwarming © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Bijlage Hoofdstuk 11 LE 20 Type WS/WE 24-2 Zender WS 24-2 D 250 Bestelnummer D 260 Ontvanger WE 24-2 D 450 D 460 P 250 P 260 P 450 P 460 2 021 448 2 021 450 2 021 452 2 021 454 2 021 449 2 021 451 2 021 453 2 021 455 Soort aansluiting klemaansluiting apparaatstekker, klemaansluiting 4-polig Reikwijdte RW/reikwijdte max.1) type 0 ... 40 m/0 ... 50 m Voedingsspanning UV DC 24V ± 20 %2)3) Stroomopname, max.4) 50 mA Restrimpel5) <5 VSS Lichtzender Diameter lichtvlek LED, zichtbaar rood licht, pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 uur (bij T U = 25 °C) ca. 600 mm in 50 m afstand Afbuighoek/ontvangsthoek ca. ±4° 70 mA 50 mA 70 mA 150 mA 170 mA apparaatstekker, 4-polig 150 mA 170 mA – PNP, Q en Q Schakeluitgangen Signaalspanning HIGH/max. Schakeluitgang Signaalspanning LOW 6)/ max. schakelstroom Uitgangsstroom I A max. / max. schakelvermogen Pulldown weerstand UV – 2,9 V Reactietijd7); schakelvolgorde max.8) max. 500 µs; 1000/s ca. 0 V 100 mA >10 kΩ Testingang >>TE<< Zender aan TE overeenkomstig U V of niet geschakeld Zender uit TE overeenkomstig 0 V VDE beschermklasse9) Soort bescherming IP 67 Veiligheidsschakelingen – U V -aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stoorimpuls Omgevingstemperatuur bedrijf T U –40 ... +60 °C Opslagtemperatuur T L –40 ... +75 °C Gewicht ca. 330 g Verwarming frontschijven – z – z – z – z 1) Gevoeligheid instelbaar 2) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1) 3) Grenswaarde 4) Zonder belasting 5) Mag U V toleranties niet over- of onderschrijden 6) Bij T U = + 25°C en 100 mA uitgangsstroom 7) Signaallooptijd bij Ohmsche last 8) Bij licht/donkerverhouding 1:1 9) Meetspanning DC 50 V 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 555 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.5.5 WS/WE 27-2 Legende bij de maatschets (in het uitklapbare gedeelte): a = bevestigingsboring s = midden optische as Betekenis van de LED's LED Betekenis Zender groen, perm. licht Zender bedrijfsklaar groen, uit geen bedrijfsspanning of zendertest actief (gedurende de test) Ontvanger groen, perm. licht lichtweg vrij rood, permanent licht lichtweg onderbroken of zendertest actief groen knipperend optiek verontreinigd of systeem iets verkeerd afgesteld Tab. 11-8: Betekenis van de LED's WS/WE 27-2 Bestelnummer voor systemen Systeem Bestel-nr. daarin aanwezige zendeenheid WS/WE 27-2 F 450 S 05 1 016 025 WS 27-2 D 450 S 05 WS/WE 27-2 F 730 1 015 124 WS 27-2 D 730 WS/WE 27-2 F 750 1 015 752 WS 27-2 D 750 WS/WE 27-2 F 460 1 019 561 WS 27-2 D 460 556 daarin aanwezige ontvangsteenheid WE 27-2 F 450 S 05 – Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig, verwarming WE 27-2 F 730 – Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker 7-polig WE 27-2 F 750 – Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker 7-polig, verwarming WE 27-2 F 460 – Bedrijfsreikwijdte 35 m, PNP, Q + Q apparaatstekker M12, 4-polig © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Bijlage Hoofdstuk 11 LE 20 Type WS/WE 27-2 Zender WS 27-2 D 450 S 05 D 460 Bestelnummer Ontvanger WE 27-2 D 730 2 018 932 2 021 365 2 017 894 Soort aansluiting, apparaatstekker 4-polig 7-polig Reikwijdte RW/reikwijdte max. type 0 ... 25 m/0 ... 35 m Voedingsspanning UV DC 24V –30 %, +20 %1) D 750 F 450 S 05 F 460 F 730 F 750 2 018 618 2 018 933 2 017 895 2 018 619 4-polig Stroomopname, max.2) 45 mA Restrimpel3) <5 VSS Lichtzender LED, zichtbaar rood licht, pulserend, gemiddelde levensduur 100 000 uur (bij T U = 25 °C) Diameter lichtvlek ca. 1200 mm in 25 m afstand Afbuighoek/ontvangsthoek ca. ±4° 35 mA 35 mA 2 021 708 45 mA 45 mA 7-polig 35 mA 35 mA 45 mA – PNP, Q en Q Schakeluitgangen Signaalspanning HIGH/max. Schakeluitgang Signaalspanning LOW 4)/ max. schakelstroom Uitgangsstroom I A max. / max. schakelvermogen Pulldown weerstand UV – 2,9 V Reactietijd5); schakelvolgorde max.6) max. 500 µs; 1000/s ca. 0 V 100 mA >10 kΩ Testingang >>TE<< Zender aan TE overeenkomstig U V of niet geschakeld Zender uit TE overeenkomstig 0 V VDE beschermklasse7) Soort bescherming IP 67 Veiligheidsschakelingen – U V -aansluitingen tegen verkeerde polariteit beveiligd, uitgang Q en Q beschermd tegen kortsluiting, onderdrukking stoorimpuls Omgevingstemperatuur bedrijf T U –40 ... +60 °C Opslagtemperatuur T L –40 ... +75 °C Gewicht ca. 100 g Verwarming frontschijven z – – z z – – z 1) De externe spanningsvoeding van de apparaten moet overeenkomstig EN 60204 een kortstondige netuitval van 20 ms overbruggen. Geschikte voedingseenheden zijn als SICK accessoire verkrijgbaar (Siemens serie 6 EP 1) 2) Zonder belasting 3) Mag U V toleranties niet over- of onderschrijden 4) Bij T U = + 25°C en 100 mA uitgangsstroom 5) Signaallooptijd bij Ohmsche last 6) Bij licht/donkerverhouding 1:1 7) Meetspanning DC 50 V 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 557 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 11.6 558 Conformiteit © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Bijlage Hoofdstuk 11 LE 20 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 559 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 560 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding Hoofdstuk 11 Bijlage LE 20 11.7 Checklist Checklist voor de fabrikant / inrichter voor de installatie van een contactloos veiligheidssysteem (BWS) De gegevens over de onderstaand vermelde punten moeten ten minste bij de eerste inbedrijfstelling aanwezig zijn - echter afhankelijk van de applicatie. De desbetreffende eisen werden door de fabrikant / inrichter gecontroleerd. Deze checklist moet bewaard worden c.q. bij de machinedocumentatie worden opgeborgen zodat deze bij terugkerende controles als referentie kan dienen. 1 . Stemmen de veiligheidsvoorschriften overeen met de voor de machine geldige richtlijnen / normen? ja : nee 2 . Staan de toegepaste richtlijnen en normen in de verklaring van overeenkomst vermeld? ja : : nee : 3 . Voldoet de veiligheidsinrichting aan de vereiste besturingscategorie? ja : nee : 4 . Is de toegang tot /ingreep in de gevarenzone alleen via het veiligheidsveld van de BWS mogelijk? ja : nee : 5 . Werden er maatregelen getroffen die bij de beveiliging van de gevarenzone een onbeschermd verblijf in de gevarenzone verhinderen (mechanische inloopbeveiliging) of bewaken en zijn deze tegen verwijderen beveiligd? ja : nee : 6 . Werden er extra mechanische veiligheidsmaatregelen, die verhinderen dat over het veiligheidsscherm heen, onder het veiligheidsscherm door en om het veiligheidsscherm heen gegrepen kan worden, aangebracht en tegen manipulatie beveiligd? ja : nee : 7 . Werd de max. stoptijd c.q. nalooptijd van de machine nagemeten en (aan de machine en/of in de machinedocumentatie) aangegeven en gedocumenteerd? ja : nee : 8 . Werd de noodzakelijke veiligheidsafstand van de BWS tot de dichtstbijzijnde gevarenzone aangehouden? ja : nee : 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 561 Hoofdstuk 11 Bedieningshandleiding Bijlage Veiligheidsverwerkingseenheid LE 20 9 . Werden de BWS-apparaten reglementair bevestigd en na de afstelling tegen verschuiven beveiligd? ja : nee : 10. Functioneren de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen tegen elektrische schokken (beschermklasse)? ja : nee : 11. Is het commandotoestel voor de reset van het (BWS) veiligheidssysteem c.q. voor de herstart van de machine aanwezig en reglementair aangebracht? ja : nee : 12. Werden de uitgangen van de BWS (OSSD) volgens de noodzakelijke besturingscategorie geïntegreerd en komt deze integratie overeen met de schakelschema's? ja : nee : 13. Werd de veiligheidsfunctie volgens de testaanwijzingen van deze documentatie gecontroleerd? ja : nee : 14. Zijn bij elke instelling van de functiekeuzeschakelaar de aangegeven veiligheidsfuncties effectief? ja : nee : 15. Worden de door de BWS aangestuurde schakelelementen, bijv. relais, ventielen bewaakt? ja : nee : 16. Is de BWS tijdens de gehele gevaarlijke toestand effectief? ja : nee : 17. Wordt bij het uit- c.q. inschakelen van de BWS en bij het omschakelen van de functies of bij het omschakelen op een andere veiligheidsinrichting een reeds begonnen gevaarlijke toestand gestopt? ja : nee : 18. Werd het aanwijzingsbord voor de dagelijkse controle goed zichtbaar voor de operator aangebracht? ja : nee : Deze checklist vervangt de eerste inbedrijfstelling en de regelmatige controle door een ter zake kundige persoon niet. 562 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 8 008 685/Q913/2007-05-21 NL Bedieningshandleiding LE 20 8 008 685/Q913/2007-05-21 © SICK AG • Industrial Safety Systems • Duitsland • Alle rechten voorbehouden 563
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444
  • Page 445 445
  • Page 446 446
  • Page 447 447
  • Page 448 448
  • Page 449 449
  • Page 450 450
  • Page 451 451
  • Page 452 452
  • Page 453 453
  • Page 454 454
  • Page 455 455
  • Page 456 456
  • Page 457 457
  • Page 458 458
  • Page 459 459
  • Page 460 460
  • Page 461 461
  • Page 462 462
  • Page 463 463
  • Page 464 464
  • Page 465 465
  • Page 466 466
  • Page 467 467
  • Page 468 468
  • Page 469 469
  • Page 470 470
  • Page 471 471
  • Page 472 472
  • Page 473 473
  • Page 474 474
  • Page 475 475
  • Page 476 476
  • Page 477 477
  • Page 478 478
  • Page 479 479
  • Page 480 480
  • Page 481 481
  • Page 482 482
  • Page 483 483
  • Page 484 484
  • Page 485 485
  • Page 486 486
  • Page 487 487
  • Page 488 488
  • Page 489 489
  • Page 490 490
  • Page 491 491
  • Page 492 492
  • Page 493 493
  • Page 494 494
  • Page 495 495
  • Page 496 496
  • Page 497 497
  • Page 498 498
  • Page 499 499
  • Page 500 500
  • Page 501 501
  • Page 502 502
  • Page 503 503
  • Page 504 504
  • Page 505 505
  • Page 506 506
  • Page 507 507
  • Page 508 508
  • Page 509 509
  • Page 510 510
  • Page 511 511
  • Page 512 512
  • Page 513 513
  • Page 514 514
  • Page 515 515
  • Page 516 516
  • Page 517 517
  • Page 518 518
  • Page 519 519
  • Page 520 520
  • Page 521 521
  • Page 522 522
  • Page 523 523
  • Page 524 524
  • Page 525 525
  • Page 526 526
  • Page 527 527
  • Page 528 528
  • Page 529 529
  • Page 530 530
  • Page 531 531
  • Page 532 532
  • Page 533 533
  • Page 534 534
  • Page 535 535
  • Page 536 536
  • Page 537 537
  • Page 538 538
  • Page 539 539
  • Page 540 540
  • Page 541 541
  • Page 542 542
  • Page 543 543
  • Page 544 544
  • Page 545 545
  • Page 546 546
  • Page 547 547
  • Page 548 548
  • Page 549 549
  • Page 550 550
  • Page 551 551
  • Page 552 552
  • Page 553 553
  • Page 554 554
  • Page 555 555
  • Page 556 556
  • Page 557 557
  • Page 558 558
  • Page 559 559
  • Page 560 560
  • Page 561 561
  • Page 562 562
  • Page 563 563
  • Page 564 564
  • Page 565 565
  • Page 566 566
  • Page 567 567
  • Page 568 568
  • Page 569 569
  • Page 570 570
  • Page 571 571
  • Page 572 572
  • Page 573 573
  • Page 574 574
  • Page 575 575
  • Page 576 576
  • Page 577 577
  • Page 578 578
  • Page 579 579
  • Page 580 580
  • Page 581 581
  • Page 582 582
  • Page 583 583
  • Page 584 584
  • Page 585 585
  • Page 586 586
  • Page 587 587
  • Page 588 588
  • Page 589 589
  • Page 590 590
  • Page 591 591
  • Page 592 592
  • Page 593 593
  • Page 594 594
  • Page 595 595
  • Page 596 596
  • Page 597 597
  • Page 598 598
  • Page 599 599
  • Page 600 600
  • Page 601 601
  • Page 602 602
  • Page 603 603
  • Page 604 604
  • Page 605 605
  • Page 606 606
  • Page 607 607
  • Page 608 608
  • Page 609 609
  • Page 610 610
  • Page 611 611
  • Page 612 612
  • Page 613 613
  • Page 614 614
  • Page 615 615
  • Page 616 616
  • Page 617 617
  • Page 618 618
  • Page 619 619
  • Page 620 620
  • Page 621 621
  • Page 622 622
  • Page 623 623
  • Page 624 624
  • Page 625 625
  • Page 626 626
  • Page 627 627
  • Page 628 628
  • Page 629 629
  • Page 630 630
  • Page 631 631
  • Page 632 632
  • Page 633 633
  • Page 634 634
  • Page 635 635
  • Page 636 636
  • Page 637 637
  • Page 638 638
  • Page 639 639
  • Page 640 640
  • Page 641 641
  • Page 642 642
  • Page 643 643
  • Page 644 644
  • Page 645 645
  • Page 646 646
  • Page 647 647
  • Page 648 648
  • Page 649 649
  • Page 650 650
  • Page 651 651
  • Page 652 652
  • Page 653 653
  • Page 654 654
  • Page 655 655
  • Page 656 656
  • Page 657 657
  • Page 658 658
  • Page 659 659
  • Page 660 660
  • Page 661 661
  • Page 662 662
  • Page 663 663
  • Page 664 664
  • Page 665 665
  • Page 666 666
  • Page 667 667
  • Page 668 668
  • Page 669 669
  • Page 670 670
  • Page 671 671
  • Page 672 672
  • Page 673 673
  • Page 674 674
  • Page 675 675
  • Page 676 676
  • Page 677 677
  • Page 678 678
  • Page 679 679
  • Page 680 680
  • Page 681 681
  • Page 682 682
  • Page 683 683
  • Page 684 684
  • Page 685 685
  • Page 686 686
  • Page 687 687
  • Page 688 688
  • Page 689 689
  • Page 690 690

SICK LE20 Safety Evaluation Unit Handleiding

Type
Handleiding