Master DH 721 de handleiding

Type
de handleiding
Verwarmingselement
Koelingelement
met koelmiddel
Ventilator
Vochtige lucht
Droge, opgewarmde lucht
Microschakelaar
Compressor
Watertank
Hartelijk dank!
Hartelijk dank voor het kiezen van onze luchtontvochtiger. We hopen dat u tevreden
zult zijn met de vele voordelen die ons apparaat te bieden heeft.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de luchtontvochtiger
in gebruik neemt en bewaar de instructies goed en binnen handbereik, zodat u ze
desgewenst op een later tijdstip nog eens kunt raadplegen.
TECHNISCHE SPECIFICATIE
DH 721
Aansluitspanning 230V/50Hz
Stroomverbruik 490 W (RT 27 °C, Rh 60%)
Koelmiddel R134a
Hoeveelheid koelmiddel 210 g
Ontvochtigingscapaciteit 20 L/dag (RT 30 °C, RH 80%)
Werkingstemperatuur 5-35 °C
Capaciteit watertank 4,7 l
Afmetingen (BxDxH) 305x335x580 mm
Netto gewicht 22,5 kg
HOE WERKT EEN LUCHTONTVOCHTIGER
De luchtontvochtiger regelt de relatieve vochtigheid in afgesloten ruimtes door
lucht op te zuigen en over koelelementen te leiden. Het koude oppervlak van de
koelelementen laat het vocht in de lucht condenseren. Het condenswater wordt
opgevangen in de watertank. De gedroogde lucht wordt door de uitblaasrooster
weer in het vertrek geblazen. De lucht wordt nog iets opgewarmd, voordat deze
door een uitblaasrooster weer in het vertrek wordt geblazen
TOEPASSING
Deze luchtontvochtiger is ontworpen om de vochtigheid in afgesloten ruimtes
te regelen en om een gezond en comfortabel leefklimaat te creëren.
De luchtontvochtiger is geschikt voor gebruik in SOUTERRAINS, KELDERS,
OPSLAGRUIMTES, WANDKASTEN, BIJKEUKENS, KEUKENS, BIBLIOTHEKEN,
KUNSTGALERIES, ONDERGRONDSE RUIMTES, COMPUTERWINKELS,
ARCHIEVEN, HUISKAMERS, SLAAPKAMERS …
VEILIGHEID
Het apparaat moet altijd rechtop staan.
Vóór het aansluiten van uw luchtontvochtiger moet deze minimaal 1 uur rechtop
hebben gestaan na het transport ervan of nadat deze is gekanteld (bijv. tijdens
reiniging ervan).
Er moet minstens 15 cm vrije ruimte zijn rondom het apparaat.
Stop geen vreemde voorwerpen in de openingen (lucht in- en uitlaten).
Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van een verwarming of een andere
hittebron.
Mors of spuit geen water over het apparaat.
Controleer de netspanning. De luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor de
aansluitspanningen die staan aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant
van het apparaat.
Deze apparatuur is niet besteemd voor personen (waarin ook kinderen) met
beperkte fysieke, zintuiglijke en psychische vaardigheden of personen die geen
ervaring met of kennis van deze apparatuur hebben, mits het onder toezicht of
volgens gebruiksaanwijzing, die door de personen die voor de veiligheid van deze
apparatuur zijn verantwoordelijk plaatsvindt.
Het is verboden om kinderen alleen met de apparatuur te verlaten.
INSTRUCTIES VÓÓR HET GEBRUIK
LET OP!
• Het apparaat moet altijd rechtop staan. • Vóór het aansluiten van uw
luchtontvochtiger moet deze minimaal 1 uur rechtop hebben gestaan na het
transport ervan of nadat deze is gekanteld (bijv. tijdens reiniging ervan). •
Blokkeer de openingen (lucht in- en uitlaten) niet. • Controleer de netspanning.
De luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor de aansluitspanningen die staan
aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant van het apparaat. • Als de
stroomkabel van de luchtontvochtiger is beschadigd, dient deze vervangen te
worden door een deskundige servicemonteur om ieder risico te voorkomen. • Zet
het apparaat nooit aan en schakel het nooit uit door de stekker uit het stopcontact te
trekken. Gebruik hiervoor altijd de schakelaar op het bedieningspaneel. • Indien u het
apparaat wilt verplaatsen, dient u het eerst uit te zetten, de stekker uit het stopcontact
te halen en de watertank te legen. • Gebruik geen spray tegen ongedierte of anderen
brandbare schoonmaakmiddelen. • Reinig de luchtontvochtiger nooit door het
apparaat met water te besproeien of in water te dompelen.
BELANGRIJK!
Het apparaat mag niet worden gebruikt bij temperaturen onder 5 °C, om zo
ijsafzetting op de verdamper te voorkomen.
WERKING
1. Indicator aansluiting
2. Indicator volle tank
3. Schakelaar voor ventilatorsnelheid
4. Draaiknop vochtregeling
(hygrostaat)
BEDIENING
Zet de draaiknop voor vochtregeling
op de positie „MAX”
(de ontvochtigingscapaciteit groeit met de wijzers van de klok mee) of op “CNT”
voor voortdurende werking.
Zet de draaiknop voor vochtregeling op de positie “OFF” om het apparaat uit te
schakelen.
Ventilatorsnelheid instellen
De luchtontvochtiger heeft twee ventilatorsnelheden. In normale omstandigheden
dient de snelheid te worden ingesteld op
. Om het apparaat stiller te laten
werken snelheid instellen op
.
De schakelaar van de
watertank is ingedrukt
na montage van de tuit.
Tuit van de
vaste
waterafvoer
WATERAFVOER
WATERTANK LEGEN
Als de watertank vol is, wordt de luchtontvochtiger automatisch uitgeschakeld. De
indicator “tank vol” zal gaan branden. Pak het ingebouwde handvat vast en trek de
watertank horizontaal voorzichtig uit het apparaat.
Leeg de tank en schuif de tank voorzichtig weer op zijn plaats. Controleer of de
indicator “tank vol” uit is en of de luchtontvochtiger het weer doet. Indien dit niet zo
is, controleer of de tank goed op zijn plaats zit en corrigeer indien nodig.
VASTE WATERAFVOER
Wanneer de luchtontvochtiger wordt gebruikt in een ruimte met een hoge relatieve
luchtvochtigheid, zal het nodig zijn om het waterreservoir vaker te legen. In dat
geval verdient het aanbeveling om een aansluiting te maken met vaste afvoer. Dit is
mogelijk op de volgende manier:
1. Haal de watertank uit het apparaat.
2. Plaats de tuit zoals aangegeven in de afbeelding.
* Het apparaat zal niet aangaan zonder een watertank indien de tuit niet goed is
gemonteerd.
3. Sluit een uiteinde van de afvoerslang aan op de tuit.
4. Sluit het andere einde van de slang aan op een vaste waterafvoer en controleer
of de slang niet geknikt of gedraaid is.
5. Zorg ervoor dat het condenswater vrijelijk kan worden afgevoerd en dat de
afvoerslang goed vastzit.
6. Let erop dat bij koude weersomstandigheden de afvoerslang niet kan bevriezen.
ONDERHOUD
Alvorens (onderdelen van) het apparaat te reinigen resp. te vervangen, dient u de
stekker uit het stopcontact te halen.
SCHOONMAKEN VAN DE BUITENKANT
Gebruik alleen een zachte doek om de buitenkant van het apparaat schoon te
maken.
Gebruik geen bijtende of agressieve schoonmaakmiddelen in spray, benzine, of
stoffen met chemische middelen. Deze middelen kunnen het apparaat blijvend
beschadigen.
OPSLAG
Volg de onderstaande instructies op indien u de luchtontvochtiger gedurende een
langere periode niet wilt gebruiken:
Het apparaat uitschakelen, de voedingskabel uit het stopcontact trekken en
netjes oprollen.
Watertank legen en alle onderdelen goed drogen.
De luchtontvochtiger bedekken en het apparaat op een plaats bewaren waar het
niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht.
VERHELPEN VAN STORINGEN
DE LUCHTONTVOCHTIGER WERKT NIET:
Controleer of:
het apparaat is aangesloten op een stopcontact.
de regelaar van het vochtigheidsgehalte zich binnen de werkingspositie bevindt
de watertank juist is geïnstalleerd en niet vol is
de luchtinlaat of –uitlaat niet is verstopt
HET APPARAAT MAAKT VEEL LAWAAI:
Controleer of het apparaat stabiel staat op een effen oppervlak.
ER LOOPT WATER UIT DE LUCHTONTVOCHTIGER:
Controleer of:
de wateropeningen aan de bovenkant van de watertank niet verstopt zijn.
de afvoer van het condenswater niet is verstopt.

Documenttranscriptie

Hartelijk dank! Hartelijk dank voor het kiezen van onze luchtontvochtiger. We hopen dat u tevreden zult zijn met de vele voordelen die ons apparaat te bieden heeft. Lees eerst de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de luchtontvochtiger in gebruik neemt en bewaar de instructies goed en binnen handbereik, zodat u ze desgewenst op een later tijdstip nog eens kunt raadplegen. TECHNISCHE SPECIFICATIE DH 721 Aansluitspanning Stroomverbruik Koelmiddel Hoeveelheid koelmiddel Ontvochtigingscapaciteit Werkingstemperatuur Capaciteit watertank Afmetingen (BxDxH) Netto gewicht 230V/50Hz 490 W (RT 27 °C, Rh 60%) R134a 210 g 20 L/dag (RT 30 °C, RH 80%) 5-35 °C 4,7 l 305x335x580 mm 22,5 kg HOE WERKT EEN LUCHTONTVOCHTIGER De luchtontvochtiger regelt de relatieve vochtigheid in afgesloten ruimtes door lucht op te zuigen en over koelelementen te leiden. Het koude oppervlak van de koelelementen laat het vocht in de lucht condenseren. Het condenswater wordt opgevangen in de watertank. De gedroogde lucht wordt door de uitblaasrooster weer in het vertrek geblazen. De lucht wordt nog iets opgewarmd, voordat deze door een uitblaasrooster weer in het vertrek wordt geblazen Verwarmingselement Koelingelement met koelmiddel Ventilator Vochtige lucht Droge, opgewarmde lucht Microschakelaar Compressor Watertank TOEPASSING Deze luchtontvochtiger is ontworpen om de vochtigheid in afgesloten ruimtes te regelen en om een gezond en comfortabel leefklimaat te creëren. De luchtontvochtiger is geschikt voor gebruik in SOUTERRAINS, KELDERS, OPSLAGRUIMTES, WANDKASTEN, BIJKEUKENS, KEUKENS, BIBLIOTHEKEN, KUNSTGALERIES, ONDERGRONDSE RUIMTES, COMPUTERWINKELS, ARCHIEVEN, HUISKAMERS, SLAAPKAMERS … VEILIGHEID • Het apparaat moet altijd rechtop staan. • Vóór het aansluiten van uw luchtontvochtiger moet deze minimaal 1 uur rechtop hebben gestaan na het transport ervan of nadat deze is gekanteld (bijv. tijdens reiniging ervan). • Er moet minstens 15 cm vrije ruimte zijn rondom het apparaat. • Stop geen vreemde voorwerpen in de openingen (lucht in- en uitlaten). • Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van een verwarming of een andere hittebron. • Mors of spuit geen water over het apparaat. • Controleer de netspanning. De luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor de aansluitspanningen die staan aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant van het apparaat. • Deze apparatuur is niet besteemd voor personen (waarin ook kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke en psychische vaardigheden of personen die geen ervaring met of kennis van deze apparatuur hebben, mits het onder toezicht of volgens gebruiksaanwijzing, die door de personen die voor de veiligheid van deze apparatuur zijn verantwoordelijk plaatsvindt. Het is verboden om kinderen alleen met de apparatuur te verlaten. INSTRUCTIES VÓÓR HET GEBRUIK LET OP! • Het apparaat moet altijd rechtop staan. • Vóór het aansluiten van uw luchtontvochtiger moet deze minimaal 1 uur rechtop hebben gestaan na het transport ervan of nadat deze is gekanteld (bijv. tijdens reiniging ervan). • Blokkeer de openingen (lucht in- en uitlaten) niet. • Controleer de netspanning. De luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor de aansluitspanningen die staan aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant van het apparaat. • Als de stroomkabel van de luchtontvochtiger is beschadigd, dient deze vervangen te worden door een deskundige servicemonteur om ieder risico te voorkomen. • Zet het apparaat nooit aan en schakel het nooit uit door de stekker uit het stopcontact te trekken. Gebruik hiervoor altijd de schakelaar op het bedieningspaneel. • Indien u het apparaat wilt verplaatsen, dient u het eerst uit te zetten, de stekker uit het stopcontact te halen en de watertank te legen. • Gebruik geen spray tegen ongedierte of anderen brandbare schoonmaakmiddelen. • Reinig de luchtontvochtiger nooit door het apparaat met water te besproeien of in water te dompelen. BELANGRIJK! Het apparaat mag niet worden gebruikt bij temperaturen onder 5 °C, om zo ijsafzetting op de verdamper te voorkomen. WERKING 1. Indicator aansluiting 2. Indicator volle tank 3. Schakelaar voor ventilatorsnelheid 4. Draaiknop vochtregeling (hygrostaat) BEDIENING • Zet de draaiknop voor vochtregeling op de positie „MAX” (de ontvochtigingscapaciteit groeit met de wijzers van de klok mee) of op “CNT” voor voortdurende werking. • Zet de draaiknop voor vochtregeling op de positie “OFF” om het apparaat uit te schakelen. Ventilatorsnelheid instellen De luchtontvochtiger heeft twee ventilatorsnelheden. In normale omstandigheden dient de snelheid te worden ingesteld op . Om het apparaat stiller te laten werken snelheid instellen op . WATERAFVOER WATERTANK LEGEN Als de watertank vol is, wordt de luchtontvochtiger automatisch uitgeschakeld. De indicator “tank vol” zal gaan branden. Pak het ingebouwde handvat vast en trek de watertank horizontaal voorzichtig uit het apparaat. Leeg de tank en schuif de tank voorzichtig weer op zijn plaats. Controleer of de indicator “tank vol” uit is en of de luchtontvochtiger het weer doet. Indien dit niet zo is, controleer of de tank goed op zijn plaats zit en corrigeer indien nodig. VASTE WATERAFVOER Wanneer de luchtontvochtiger wordt gebruikt in een ruimte met een hoge relatieve luchtvochtigheid, zal het nodig zijn om het waterreservoir vaker te legen. In dat geval verdient het aanbeveling om een aansluiting te maken met vaste afvoer. Dit is mogelijk op de volgende manier: 1. Haal de watertank uit het apparaat. 2. Plaats de tuit zoals aangegeven in de afbeelding. * Het apparaat zal niet aangaan zonder een watertank indien de tuit niet goed is gemonteerd. 3. Sluit een uiteinde van de afvoerslang aan op de tuit. 4. Sluit het andere einde van de slang aan op een vaste waterafvoer en controleer of de slang niet geknikt of gedraaid is. 5. Zorg ervoor dat het condenswater vrijelijk kan worden afgevoerd en dat de afvoerslang goed vastzit. 6. Let erop dat bij koude weersomstandigheden de afvoerslang niet kan bevriezen. De schakelaar van de watertank is ingedrukt na montage van de tuit. Tuit van de vaste waterafvoer ONDERHOUD Alvorens (onderdelen van) het apparaat te reinigen resp. te vervangen, dient u de stekker uit het stopcontact te halen. SCHOONMAKEN VAN DE BUITENKANT Gebruik alleen een zachte doek om de buitenkant van het apparaat schoon te maken. Gebruik geen bijtende of agressieve schoonmaakmiddelen in spray, benzine, of stoffen met chemische middelen. Deze middelen kunnen het apparaat blijvend beschadigen. OPSLAG Volg de onderstaande instructies op indien u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet wilt gebruiken: • Het apparaat uitschakelen, de voedingskabel uit het stopcontact trekken en netjes oprollen. • Watertank legen en alle onderdelen goed drogen. • De luchtontvochtiger bedekken en het apparaat op een plaats bewaren waar het niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht. VERHELPEN VAN STORINGEN DE LUCHTONTVOCHTIGER WERKT NIET: Controleer of: – het apparaat is aangesloten op een stopcontact. – de regelaar van het vochtigheidsgehalte zich binnen de werkingspositie bevindt – de watertank juist is geïnstalleerd en niet vol is – de luchtinlaat of –uitlaat niet is verstopt HET APPARAAT MAAKT VEEL LAWAAI: Controleer of het apparaat stabiel staat op een effen oppervlak. ER LOOPT WATER UIT DE LUCHTONTVOCHTIGER: Controleer of: • de wateropeningen aan de bovenkant van de watertank niet verstopt zijn. • de afvoer van het condenswater niet is verstopt.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124

Master DH 721 de handleiding

Type
de handleiding