Vetus Bullflex Installatie gids

Type
Installatie gids
2 030205.10
Flexibele schroefaskoppeling BULLFLEX
Opstelling
In verband met de axiale beweging van de schroefas moet er tussen
het buitenlager en de naaf van de scheepsschroef een minimale
vrije ruimte zijn.
Stuwkracht
N.B. Bij vooruit varen moet het rubberdeel worden ingedrukt.
Toepassing van de Bullflex in combinatie met een V-drive keerkop-
peling is niet toegestaan!
Afwijkende (grotere)
schroefasdiameter
Verklein de schroefasdiame-
ter over de lengte van de
klembus (afmeting A’) naar
afmeting d’ van de koppeling,
zie Hoofdafmetingen. Radius
‘r’ minimaal 2 mm.
Uitlijnfout
De maximaal toelaatbare uit-
lijnfout van de schroefas is 2˚.
Centreer-ring
Een scheepsmotor op flexibele motorsteunen danst’ altijd.
Is de schroefas door één vast lager ondersteund dan fungeert de
Bullflex koppeling -mét de centreer-ring- als flexibel kogelgewricht,
zie A.
In het geval dat de schroefas star is opgesteld -dus door 2 (of meer)
vaste lagers wordt ondersteund- dan moet de schroefas niet beïn-
vloed kunnen worden door de motorbewegingen. Verwijder in dat
geval de centreer-ring, zie B.
Wanneer de lengte ‘L van de schroefas tussen het binnenste vaste
lager en de flens van de keerkoppeling meer is dan 20 x de schroefas-
diameter d, verwijder dan niet de centreerring.
Verwijderen centreer-ring:
Neem de bouten los. Neem de flens los van de naaf en verwijder
de centreer-ring . Plaats de flens terug en monteer de bouten (met
een borgmiddel, LOCTITE 222 Screwlock) en trek ze aan met het
opgegeven aanhaal moment T1’, zie tabel. Zorg er voor dat de
gaten in de flens en in het rubberelement tijdens de montage van de
bouten in lijn liggen. Vervorm hiervoor het rubberelement met
behulp van een lijmtang.
Duwend vooruit
Trekkend achteruit
Bullflex
1
2
4
8
12
16
32
M8
M10
M12
M14
M16
M16
M20
T1
25 Nm
50 Nm
90 Nm
140 Nm
220 Nm
220 Nm
430 Nm
Duwend vooruit
Trekkend achteruit
Bullflex 1
A
B
Bullflex 2, 4, 8, 12, 16, 32
A
B
Montage algemeen
Om een betrouwbaar
functionerende kop-
peling te verkrijgen
dienen alle bouten en
moeren met de opge-
geven momenten te
worden aangetrok-
ken. Gebruik hiervoor
een momentsleutel;
het op gevoel’ aan-
trekken leidt niet tot
bevredigende resulta-
ten.
De schroefas dient
over de lengte (L) in
de naaf te zijn gesto-
ken en as en de naaf
dienen vrij van vet en
vuil (*) te zijn.
Trek de bouten aan met het opgegeven aanhaalmoment T2’, zie
tabel.
Zorg er voor dat de rubber-
delen niet worden aangetast
door oplosmiddelen.
030205.10 3
Flexibele schroefaskoppeling BULLFLEX
NEDERLANDS
Bullflex
1
2
4
8
12
16
32
M10x30
M10x35
M12x40
M14x45
M16x50
M16x55
M20x70
T2
60 Nm
60 Nm
100 Nm
200 Nm
320 Nm
230 Nm
450 Nm
Technische gegevens
Bullflex 1 2 4 8 12 16 32
Max. koppel volgens DIN6270B 75 150 300 600 900 1200 2200 N.m
7,6 15 30 61 92 122 220 kgf.m
DIN6270A 45 90 200 410 540 935 1780 N.m
4,6 9 20 42 55 95 178 kgf.m
Max. vermogen volgens DIN6270B 0,8 1,6 3,1 6,3 9,4 12,6 23,0 kW/100 min
-1
1.1 2.1 4.3 8.5 12.8 17.1 31.3 hp/100 RPM
DIN6270A 0,5 0,9 2,1 4,3 7,1 9,8 18,6 kW/100 min
-1
0.6 1.3 2.8 5.8 9.6 13.3 25.3 hp/100 RPM
Massatraagheidsmoment J 23·10
-4
57·10
-4
158·10
-4
300·10
-4
595·10
-4
710·10
-4
2058·10
-4
kg.m
2
GD
2
0,009 0,023 0,063 0,12 0,23 0,28 0,82 kgf.m
2
Dyn. torsiestijfheid 460 820 1850 6850 10900 13700 24400 N.m/rad
12,46 6,99 3,10 0,84 0,52 0,42 0,23 ˚/100 N.m
Axiale drukstijfheid 1,3 3,2 3,9 5,3 6,5 6,7 7,9 kN/mm
133 331 395 542 665 678 804 kgf/mm
Axiale trekstijfheid 0,05 0,05 0,07 0,37 0,43 0,57 0,43 kN/mm
5 5 7 38 44 58 44 kgf/mm
Maximale hoekverplaatsing 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚
Max. toerental bij 3500 3250 3000 2500 2000 2000 1800
min
-1
, RPM
7000 6500 6000 5000 4000 4000 3600
Max. stuwkracht 2000 5000 5000 8000 9000 10000 20000 N
204 510 510 816 917 1020 2040 kgf
Gewicht, ca. 3 4,5 6,9 12 17 19 38 kg
Aanhaalmoment:
50 Nm (5 kg.m)
Aanhaalmoment:
50 Nm (5 kg.m)
LOCTITE 270 Studlock
LOCTITE 222 Screwlock
Oplosmiddelen

Documenttranscriptie

Centreer-ring Opstelling Een scheepsmotor op flexibele motorsteunen ‘danst’ altijd. Is de schroefas door één vast lager ondersteund dan fungeert de Bullflex koppeling -mét de centreer-ring- als flexibel kogelgewricht, zie A. In verband met de axiale beweging van de schroefas moet er tussen het buitenlager en de naaf van de scheepsschroef een minimale vrije ruimte zijn. Stuwkracht In het geval dat de schroefas star is opgesteld -dus door 2 (of meer) vaste lagers wordt ondersteund- dan moet de schroefas niet beïnvloed kunnen worden door de motorbewegingen. Verwijder in dat geval de centreer-ring, zie B. oruit d vo Duwen ruit d achte n Trekke N.B. Bij vooruit varen moet het rubberdeel worden ingedrukt. Wanneer de lengte ‘L’ van de schroefas tussen het binnenste vaste lager en de flens van de keerkoppeling meer is dan 20 x de schroefasdiameter ‘d’, verwijder dan niet de centreerring. oruit d vo Duwen nd Trekke A A it achteru B B Toepassing van de Bullflex in combinatie met een V-drive keerkoppeling is niet toegestaan! Afwijkende (grotere) schroefasdiameter Verklein de schroefasdiameter over de lengte van de klembus (afmeting ‘A’) naar afmeting ‘d’ van de koppeling, zie Hoofdafmetingen. Radius ‘r’ minimaal 2 mm. Uitlijnfout De maximaal toelaatbare uitlijnfout van de schroefas is 2˚. 2  030205.10 Bullflex 1 Bullflex 2, 4, 8, 12, 16, 32 Verwijderen centreer-ring: Neem de bouten  los. Neem de flens  los van de naaf en verwijder de centreer-ring . Plaats de flens terug en monteer de bouten (met een borgmiddel, LOCTITE 222 Screwlock) en trek ze aan met het opgegeven aanhaal moment ‘T1’, zie tabel. Zorg er voor dat de gaten in de flens en in het rubberelement tijdens de montage van de bouten in lijn liggen. Vervorm hiervoor het rubberelement met behulp van een lijmtang. Bullflex 1 2 4 8 12 16 32 T1 M8 M10 M12 M14 M16 M16 M20 25 Nm 50 Nm 90 Nm 140 Nm 220 Nm 220 Nm 430 Nm Flexibele schroefaskoppeling BULLFLEX NEDERLANDS Montage algemeen Om een betrouwbaar functionerende koppeling te verkrijgen dienen alle bouten en moeren met de opgegeven momenten te worden aangetrokken. Gebruik hiervoor een momentsleutel; het ‘op gevoel’ aantrekken leidt niet tot bevredigende resultaten. LOCTITE 270 Studlock Aanhaalmoment: 50 Nm (5 kg.m) Bullflex 1 2 4 8 12 16 32 LOCTITE 222 Screwlock Aanhaalmoment: 50 Nm (5 kg.m) T2 M10x30 M10x35 M12x40 M14x45 M16x50 M16x55 M20x70 60 Nm 60 Nm 100 Nm 200 Nm 320 Nm 230 Nm 450 Nm Trek de bouten aan met het opgegeven aanhaalmoment ‘T2’, zie tabel. Oplosmiddelen De schroefas dient over de lengte (L) in de naaf te zijn gestoken en as en de naaf dienen vrij van vet en vuil (*) te zijn. Zorg er voor dat de rubberdelen niet worden aangetast door oplosmiddelen. Technische gegevens Bullflex 1 2 4 Max. koppel volgens DIN6270B 75 150 300 7,6 15 30 DIN6270A 45 90 200 4,6 9 20 Max. vermogen volgens DIN6270B 0,8 1,6 3,1 1.1 2.1 4.3 DIN6270A 0,5 0,9 2,1 0.6 1.3 2.8 8 12 16 32 600 61 410 42 900 92 540 55 1200 122 935 95 2200 220 1780 178 N.m kgf.m N.m kgf.m 6,3 8.5 4,3 5.8 9,4 12.8 7,1 9.6 12,6 17.1 9,8 13.3 23,0 31.3 18,6 25.3 kW/100 min-1 hp/100 RPM kW/100 min-1 hp/100 RPM 23·10-4 0,009 57·10-4 0,023 158·10-4 0,063 300·10-4 0,12 595·10-4 0,23 Dyn. torsiestijfheid 460 12,46 820 6,99 1850 3,10 6850 0,84 10900 0,52 13700 0,42 24400 0,23 Axiale drukstijfheid 1,3 133 3,2 331 3,9 395 5,3 542 6,5 665 6,7 678 7,9 804 kN/mm kgf/mm Axiale trekstijfheid 0,05 5 0,05 5 0,07 7 0,37 38 0,43 44 0,57 58 0,43 44 kN/mm kgf/mm Maximale hoekverplaatsing 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 2˚ 3500 7000 3250 6500 3000 6000 2500 5000 2000 4000 2000 4000 1800 min-1, RPM 3600 Max. stuwkracht 2000 204 5000 510 5000 510 8000 816 9000 917 10000 1020 20000 2040 N kgf Gewicht, ca. 3 4,5 6,9 12 17 19 38 kg Massatraagheidsmoment Max. toerental bij J GD2 2˚ 0˚ Flexibele schroefaskoppeling BULLFLEX 710·10-4 2058·10-4 0,28 0,82 kg.m2 kgf.m2 N.m/rad ˚/100 N.m 030205.10  3
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Vetus Bullflex Installatie gids

Type
Installatie gids