114
ONGEMAKKEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
Wanneer de
hoofdschakelaar (2) op
“1” gezet wordt gaan de
waterreiniger niet van start.
Denkt u ook aan de
nota van de paragraaf
“Onderbreking van de
werking (Total Stop)”.
Er is een veiligheidsvoorziening
van de installatie waarop de
waterreiniger is aangesloten
in werking getreden (zekering,
dierentiaalschakelaar, enz.).
Schakel de veiligheidsvoorziening terug.
Bij een nieuwe inwerkingtreding dient
u de waterreiniger niet te gebruiken en
moet u zich tot een Gespecialiseerd
Technicus wenden.
De stekker van de voedingskabel
is niet juist naar binnen gestoken.
Trek de stekker uit het stopcontact en
steek de stekker weer opnieuw naar
binnen
De waterreiniger trilt erg en
is lawaaiig.
Het filter/de pakking voor de
wateraanzuiging (33) en/of het
lter in de wateringang is vuil.
Neem de aanwijzingen in acht die in
de paragraaf “Gewoon onderhoud” en
“Buitengewoon onderhoud” staan.
De watertoevoer is onvoldoende. Controleer of de kraan volledig open
is en of het bereik van de waterleiding
overeenkomt met hetgeen vermeld
wordt in de paragraaf “ Technische
kenmerken en gegevens”
De waterreiniger bereikt de
maximumdruk niet.
De mondstukhouderkop (18)
bevindt zich in de stand van lage
druk (Afb. 1-a).
Draai de mondstukhouderkop zoals
getoond wordt in Afb. 1-b.
Het watermondstuk (20) is
verstopt.
Vervang het mondstuk volgens hetgeen
vermeld wordt in de paragraaf “Gewoon
onderhoud”.
Schaarse aanzuiging van
reinigingsproduct.
De mondstukhouderkop (18) staat
niet in de stand van lage druk
(Afb. 1-b).
Draai de mondstukhouderkop zoals
getoond wordt in Afb. 1-a.
Het gebruikte reinigingsproduct
is te viskeus
Gebruik een reinigingsproduct dat
aanbevolen wordt door de Fabrikant, en
houdt u aan de verdunningen die op het
plaatje staan.
Ontbreken van product in de tank. Voeg product toe in de tank.
Er komt geen water uit het
watermondstuk(20).
Er ontbreekt water. Controleer of de kraan van de
waterleiding volledig open is.
Mondstuk water is verstopt. Reinig en/of vervang het mondstuk op
grond van hetgeen vermeld wordt in
de paragraaf “Gewoon onderhoud”.
De waterreiniger komt
tot stilstand tijdens de
werking.
Er is een veiligheidsvoorziening
van de installatie waarop de
waterreiniger is aangesloten
in werking getreden (zekering,
dierentiaalschakelaar, enz.).
Schakel de veiligheidsvoorziening terug.
Bij een nieuwe inwerkingtreding dient
u de waterreiniger niet te gebruiken en
moet u zich tot een Gespecialiseerd
Technicus wenden.
Er is een amperometrische
beveiliging in werking getreden.
Houdt u aan hetgeen vermeld wordt in de
paragraaf “Veiligheidsvoorzieningen”.
De hoofdschakelaar(2) is
gedraaid, de motor bromt
maar gaat niet van start
De elektrische installatie en/of het
verlengsnoer zijn niet geschikt.
Houdt u aan hetgeen vermeld wordt in
de paragraaf “Controles en aansluiting
op het elektriciteitsnet”.
De waterreiniger geeft
geen warm water af.
Het gasoliepeil in de tank bevindt
zich onder het minimum.
Voeg gasolie toe.
Het gasolielter is verstopt. Neem de aanwijzingen in acht die in de
paragraaf “Buitengewoon onderhoud”
staan.