Whirlpool PACHW2900CO Program Chart

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Program Chart
Gebruiksaanwijzing
-3-
PACHW2900CO
NEDERLANDS Gebruiksaanwijzing Pagina 4
-4-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
BELANGRIJK MOET WORDEN GELEZEN EN IN ACHT GENOMEN
Download de volledige gebruiksaanwijzing op docs.whirlpool.eu of bel het
telefoonnummer dat in het garantieboekje staat.
Lees voordat u het apparaat gaat gebruiken deze veiligheidsinstructies. Houd ze binnen
handbereik voor toekomstige raadpleging.
Deze instructies en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke
veiligheidsaanwijzingen, die te allen tijde moeten worden opgevolgd. De fabrikant kan
niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die het gevolg is van het niet opvolgen
van deze veiligheidsinstructies, oneigenlijk gebruik van het apparaat of een foute
instelling van de regelknoppen.
Het apparaat maakt gebruik van ontvlambaar koelmiddel (R290), de
maximumvulling van het koelmiddel is 0,22 kg. Het apparaat moet worden
gemonteerd, gebruikt en opgeslagen in een ruimte met een vloeroppervlakte van
minimaal 11 m
2
. En de kamer moet hoger zijn dan 2,2 m.
Het apparaat werd getest bij externe statische drukken tussen 0,95 MPa - 1,05 MPa.
Heel jonge kinderen (0-3 jaar) moeten uit de buurt van het apparaat worden
gehouden. Jonge kinderen (3-8
jaar) moeten uit de buurt van het apparaat worden
gehouden, tenzij ze constant onder toezicht staan. Kinderen vanaf 8
jaar en personen
met verminderde fysieke, sensorische of mentale vermogens of gebrek aan ervaring
en kennis, mogen dit apparaat gebruiken indien ze onder toezicht staan of instructies
hebben ontvangen over veilig gebruik en de mogelijke gevaren ervan begrijpen.
Kinderen mogen niet spelen met het apparaat. De reiniging en het onderhoud mogen
niet door kinderen worden uitgevoerd zonder toezicht.
TOEGESTAAN GEBRUIK
VOORZICHTIG: het apparaat is niet geschikt voor inwerkingstelling met een externe
timer of afzonderlijk systeem met afstandsbediening.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en gelijkaardige
toepassingen zoals: hotels en kantoren.
Dit apparaat is niet voor professioneel gebruik bestemd.
Zet de airconditioner altijd eerst uit met de afstandsbediening of de aan- en uittoets
op het paneel van het product.
Gebruik de stroomonderbreker van de voeding niet om het apparaat uit te zetten. Zet
het ook niet uit door de stekker uit te trekken.
Koppel de airconditioner los van de voeding als het apparaat voor een lange tijd niet
gebruikt zal worden of bij onweer.
Stop nooit voorwerpen in de luchtuitlaat, vanwege gevaar op verwondingen. Houd
de ventilatieopeningen van het apparaat vrij van obstakels.
-5-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
INSTALLATIE
Het apparaat moet gehanteerd en geïnstalleerd worden door twee of meer
personen - risico van verwondingen. Gebruik beschermende handschoenen om uit te
pakken en te installeren - risico voor snijwonden.
De installatie, inclusief elektrische aansluitingen, en herstellingen moeten worden
uitgevoerd door een gekwalificeerd technicus in overeenstemming met de nationale
bedradingsvoorschriften.
Repareer of vervang geen enkel onderdeel van het apparaat, behalve als dit expliciet
aangegeven wordt in de gebruikershandleiding.
Houd kinderen uit de buurt van de installatieplaats. Controleer na het uitpakken van
het apparaat of het tijdens het transport geen beschadigingen heeft opgelopen.
Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde
Klantenservice.
Na de installatie moet het verpakkingsmateriaal (plastic, piepschuim enz.) buiten het
bereik van kinderen bewaard worden - risico voor verstikking.
Het apparaat moet worden losgekoppeld van alle voedingen voordat u
installatiewerkzaamheden uitvoert wegens het risico op elektrocutie.
Tijdens de installatie dient u ervoor te zorgen dat het apparaat de voedingskabel niet
beschadigd - risico voor brand of elektrocutie. Activeer het apparaat alleen als de
installatie is voltooid.
Door de flexibele afvoerslang kan de airconditioner tussen 23” en 67” (60 cm en
170cm) van een raam of deur worden geplaatst.
Gebruik uw airconditioner niet in een vochtige ruimte, zoals een badkamer of een
wasruimte.
Koppel de voedingskabel los alvorens het apparaat te verplaatsen.
-6-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
ELEKTRISCHE WAARSCHUWINGEN
De voeding moet een nominale spanning hebben met een afzonderlijk circuit voor
het apparaat. De diameter van de voedingskabel moet voldoen aan de vereisten.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het elektriciteitsnet af te koppelen door de
stekker uit het stopcontact te halen. Het apparaat moet ook worden geaard volgens de
nationale elektrische veiligheidsnormen.
Er wordt aangeraden een zekering met een vertraging of installatieautomaat met een
vertraging te gebruiken. Alle bedrading moet voldoen aan de plaatselijke en nationale
elektrische voorschriften en moet door een gekwalificeerd elektricien worden geïnstalleerd.
Gebruik geen verlengsnoeren, meervoudige stopcontacten of adapters. Als de
installatie voltooid is, mogen de elektrische onderdelen niet meer toegankelijk zijn voor
de gebruiker. Gebruik het apparaat niet wanneer u natte voeten hebt of blootsvoets
bent. Gebruik het apparaat niet als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als het
apparaat niet goed werkt of als het beschadigd of gevallen is.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze door de fabrikant, zijn technicus of
een gelijkaardig gekwalificeerd persoon vervangen worden door een identieke kabel,
om gevaarlijke situaties te voorkomen. Er is namelijk risico op elektrocutie.
Zorg voor een veilige aarding en een massakabel die aangesloten is op het speciale
aardingssysteem van het gebouw en geïnstalleerd is door deskundigen. Het apparaat
moet voorzien zijn van een beveiligingsschakelaar tegen elektrische ontlading en
een hulpinstallatieautomaat met voldoende capaciteit. De installatieautomaat moet
tevens voorzien zijn van een magnetische en thermische schakelaar om beveiliging te
garanderen in geval van kortsluiting en overbelasting.
Het apparaat moet worden geïnstalleerd conform de nationale bedradingsvoorschriften.
Model 9K
Vereiste capaciteit van installatieautomaat 16A (type zekering: T3.15A/250VAC)
REINIGING EN ONDERHOUD
WAARSCHUWING: Het apparaat moet worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert; gebruik geen stoomreinigers - risico
van elektrocutie.
VERWERKING VAN DE VERPAKKING
De verpakking kan volledig worden gerecycleerd, zoals door het recyclingssymbool wordt aangegeven. De diverse
onderdelen van de verpakking mogen daarom niet bij het gewone huisvuil worden weggegooid, maar moeten worden
afgevoerd volgens de plaatselijke voorschriften.
VERWERKING VAN HUISHOUDELIJKE APPARATUUR
Dit apparaat is vervaardigd van recycleerbaar of herbruikbaar materiaal. Verwerk het apparaat in overeenstemming met
plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking. Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van
huishoudelijke apparaten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel waar
u dit apparaat hebt gekocht. Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese Richtlijn 2012/19/EU inzake
Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit product correct wordt verwerkt, helpt
u schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen.
Het symbool
op het product of op de begeleidende documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval
behandeld mag worden, maar dat het ingeleverd moet worden bij een speciaal inzamelingscentrum voor de recyclage van
elektrische en elektronische apparatuur.
CONFORMITEITSVERKLARING
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen die onder het protocol van Kyoto vallen. Het koelgas bevindt zich in een
hermetisch afgesloten systeem (R290, GWP 3 ). Zie het beoordelingslabel voor meer gedetailleerde informatie.
-7-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Verklaring van de symbolen van de weergegeven eenheid.
WAARSCHUWING
Dit symbool geeft aan dat dit apparaat gebruik maakt van
een ontvlambaar koelmiddel.
Als het koelmiddel eruit is gelekt en wordt blootgesteld aan
een externe ontstekingsbron, is er brandgevaar
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft aan dat de gebruiksaanwijzing
zorgvuldig moet worden gelezen
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft aan dat de apparatuur moet worden
behandeld door servicepersoneel en volgens de
installatiehandleiding
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft aan dat er informatie beschikbaar is zoals
de gebruiksaanwijzing of de installatiehandleiding
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR SERVICEWERKZAAMHEDEN AAN APPARATEN
MET EEN SPECIFIEK KOELMIDDEL
Download de volledige gebruiksaanwijzing voor gedetailleerde methoden inzake installatie,
servicewerkzaamheden, onderhoud en reparatie op docs.whirlpool.eu.
Gebruik geen middelen om het ontdooiproces te versnellen of reinigingsmiddelen, behalve
degene die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Het apparaat moet worden opgeslagen in een goed geventileerde ruimte waarbij de
kamerafmetingen overeenkomen met de kamerafmetingen die zijn voorgeschreven voor het
gebruik van de machine; zonder voortdurend werkzame ontstekingsbronnen (zoals open vuur,
een werkzaam gasapparaat of een werkzaam elektrisch verwarmingsapparaat).
Niet doorboren of verbranden. Denk eraan dat de koelmiddelen geurloos kunnen zijn. Elke
persoon die aan een koelcircuit werkt of het openmaakt, moet op dat moment beschikken
over een geldig certificaat van een door de sector erkende beoordelingsbevoegdheid, dat zijn
bekwaamheid aangeeft dat hij veilig met koelmiddelen kan omgaan volgens een door de sector
erkende beoordelingsspecificatie. Zoals aangeraden, mogen onderhoudswerkzaamheden enkel
worden uitgevoerd door de fabrikant van de apparatuur. Onderhoud en herstellingen waarbij
de bijstand van ander gekwalificeerd personeel nodig is, moeten worden uitgevoerd onder
toezicht van een persoon die gekwalificeerd is om met ontvlambare koelmiddelen om te gaan.
Het apparaat moet worden geïnstalleerd, bediend en opgeslagen worden in een kamer met een
grotere vloeroppervlakte dan 11 m
2
. Het installeren van de leidingen moet worden uitgevoerd
in een kamer met een grotere vloeroppervlakte dan 11 m
2
. De leidingen moeten conform de
nationale gasvoorschriften zijn. De maximumvulling van het koelmiddel is 0,22 kg.
Wanneer flare-verbindingen worden hergebruikt, moet het flare-onderdeel opnieuw worden
gefabriceerd.
1. Het transport van uitrusting met ontvlambare koelmiddelen erin moet gebeuren
overeenkomstig de transportvoorschriften.
2. Het markeren van de uitrusting aan de hand van signalisatie moet gebeuren overeenkomstig
de plaatselijke voorschriften.
3. De verwerking van apparatuur die gebruik maakt van ontvlambare koelmiddelen moet
worden uitgevoerd in overeenstemming met de nationale voorschriften.
-8-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
4. Het opslaan van uitrusting / apparaten moet gebeuren overeenkomstig de instructies van de
fabrikant.
5. De opslagverpakkingsbescherming voor apparatuur moet zo gefabriceerd zijn dat
mechanische schade aan de apparatuur in de verpakking geen lek van de koelmiddellading
kan veroorzaken. Het maximumaantal stuks uitrusting dat samen mag worden opgeslagen,
wordt bepaald door plaatselijke voorschriften.
6. Informatie over servicewerkzaamheden.
6-1 Controles van de ruimte
Alvorens werkzaamheden uit te voeren aan een systeem met ontvlambare koelmiddelen, zijn er
veiligheidscontroles nodig om ervoor te zorgen dat het risico op ontbranding wordt beperkt.
Voor herstellingen van het koelsysteem, moeten aan de volgende voorzorgsmaatregelen
voldaan zijn alvorens werk uit te voeren op het systeem.
6-2 Werkprocedure
Werkzaamheden moeten worden uitgevoerd volgens een gecontroleerde procedure om het risico
op de aanwezigheid van ontvlambaar gas of ontvlambare dampen tijdens de uitvoering van het
werk te beperken.
6-3 Algemene werkruimte
Al het onderhoudspersoneel en anderen die in de omliggende ruimte werken moeten op de
hoogte worden gebracht van de aard van de werkzaamheden die worden uitgevoerd. Werken in
beperkte ruimtes moet worden vermeden.
6-4 Controle op de aanwezigheid van koelmiddel
De ruimte moet voor en tijdens de werkzaamheden gecontroleerd worden met een geschikte
koelmiddeldetector om ervoor te zorgen dat de technicus op de hoogte is van mogelijk
ontvlambare omgevingen. Zorg ervoor dat de uitrusting die lekken moet opsporen, gebruikt
mag worden bij ontvlambare koelmiddelen, dat ze m.a.w. geen vonken veroorzaakt, voldoende
afgedicht is of intrinsiek veilig is.
6-5 Aanwezigheid van een brandblusapparaat
Als er op de koelapparatuur of onderdelen ervan werkzaamheden moeten worden uitgevoerd die
hitte veroorzaken, dan moet er voldoende brandblusapparatuur binnen handbereik voorzien
zijn. Stel een poederblusser of CO2-brandblusser op in de buurt van de ruimte waar het vullen
met het koelmiddel plaatsvindt.
6-6 Geen ontstekingsbronnen
Iemand die werkzaamheden aan een koelsysteem uitvoert waarbij een leiding wordt blootgelegd
die met ontvlambaar koelmiddel gevuld is of was, mag geen enkele ontstekingsbron gebruiken
die brandgevaar of ontploffingsgevaar kan veroorzaken.
Alle mogelijke ontstekingsbronnen, waaronder sigaretten, moeten voldoende ver worden
gehouden van de plek van de installatie, de herstelling of het verwijderen en verwerken
waarbij mogelijk ontvlambaar koelmiddel kan vrijkomen in de omringende ruimte. Alvorens
werkzaamheden uit te voeren, moet de ruimte rond de apparatuur geïnspecteerd worden om
zeker te zijn dat er geen brand- of ontstekingsgevaar is. Verboden te roken”-signalisatie moet
zijn aangebracht.
6-7 Geventileerde ruimte
Zorg ervoor dat de ruimte in de open lucht is of voldoende geventileerd is alvorens het systeem
te openen of werkzaamheden die hitte veroorzaken, uit te voeren. Zorg voor een bepaalde
mate van ventilatie terwijl de werkzaamheden worden uitgevoerd. Door de ventilatie moet
eventueel vrijgekomen koelmiddel worden verspreid en, beter nog, worden afgevoerd naar de
buitenlucht.
-9-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
6-8 Controles van de koelapparatuur
Wanneer elektrische componenten worden vervangen, moeten de nieuwe componenten geschikt
zijn voor het doel en moeten ze voldoen aan de juiste specificaties. Te allen tijden moeten de
onderhouds- en servicevoorschriften van de fabrikant worden gevolgd. Raadpleeg bij twijfel
de technische afdeling van de fabrikant voor bijstand. De volgende controles moeten worden
uitgevoerd op apparatuur die gebruik maakt van ontvlambare koelmiddelen:
- De eigenlijke koelmiddellading hangt af van de afmetingen van de kamer waarin de onderdelen
die koelmiddel bevatten, worden geïnstalleerd;
- De ventilatieapparatuur en -uitlaten moeten naar behoren werken en niet zijn geblokkeerd;
- Als een onrechtstreeks koelcircuit wordt gebruikt, moet het hulpcircuit gecontroleerd worden
op de aanwezigheid van koelmiddel;
- De markering op de uitrusting moet nog altijd zichtbaar en leesbaar zijn. Markeringen en
signalisatie die niet leesbaar zijn, moeten worden gecorrigeerd;
- Koelleidingen en -componenten zijn op een plaats gemonteerd waar de kans klein is dat
ze worden blootgesteld aan stoffen die de koelmiddel bevattende componenten kunnen
aantasten, tenzij de componenten gemaakt zijn van materialen die inherent resistent zijn tegen
corrosie of voldoende beschermd zijn tegen corrosie.
6-9 Controles van elektrische apparaten
Herstellingen en onderhoud van elektrische componenten moeten worden voorafgegaan door
veiligheidscontroles en inspectieprocedures van de componenten. Als er een defect aanwezig is
die de veiligheid in het gedrang kan brengen, dan mag er geen elektrische voeding aangesloten
zijn op het circuit totdat het defect is verholpen. Als het defect niet meteen kan worden
verholpen maar de apparatuur moet blijven werken, dan moet er een geschikte tijdelijke
oplossing worden gebruikt. Dit moet worden gerapporteerd aan de eigenaar, zodat alle partijen
op de hoogte zijn. Als voorafgaande veiligheidscontroles moet men er onder meer voor zorgen:
- dat de condensators ontladen zijn: dit moet op een veilige manier gebeuren om de kans op
vonken te vermijden;
- dat er geen onder stroom staande elektrische componenten en bedrading blootgesteld zijn
tijdens het vullen, reinigen of ontluchten van het systeem;
- dat de apparatuur altijd geaard is.
7. Herstellingen aan afgedichte componenten
Tijdens reparaties aan afgedichte componenten moeten alle elektrische voedingen worden
losgekoppeld van de apparatuur waaraan gewerkt wordt, voordat de afgedichte elektrische
voeding naar de installatie wordt verwijderd tijdens de servicewerkzaamheden. Vervolgens moet
er een permanent werkende vorm van lekdetectie worden geplaatst op het meest kritieke punt
om te waarschuwen in geval van een mogelijk gevaarlijke situatie. Er moet speciale aandacht
worden besteed aan de volgende punten om te zorgen dat bij het werken aan elektrische
componenten . de behuizing niet zodanig wordt gewijzigd dat het beschermingsniveau wordt
beïnvloed. Dit is bijvoorbeeld schade aan kabels, een overmatig groot aantal aansluitingen,
klemmen die niet gemaakt zijn volgens de originele specificatie, schade aan afdichtingen, onjuiste
montering van pakkingbussen enz.
Zorg dat de apparatuur stevig gemonteerd is. Zorg dat afdichtingen of afdichtmaterialen niet
verslechterd zijn zodat ze niet meer geschikt zijn om te voorkomen dat er ontvlambare atmosferen
binnendringen. Vervangingsonderdelen moeten in overeenstemming met de specificaties van de
fabrikant zijn.
OPMERKING:
Het gebruik van siliconenafdichtmiddel kan de efficiëntie van bepaalde soorten
lekdetectieapparatuur belemmeren. Intrinsiek veilige componenten hoeven niet geïsoleerd te
-10-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
worden voordat er werkzaamheden aan worden verricht.
8. Herstellingen aan intrinsiek veilige componenten
Pas geen permanente inductieve belastingen of capaciteitsbelastingen toe op het circuit zonder
te verzekeren dat deze de toelaatbare spanning en stroom voor de gebruikte apparatuur niet
zullen overschrijden. Intrinsiek veilige componenten zijn de enige componenten waaraan gewerkt
mag worden terwijl ze onder stroom staan in de aanwezigheid van een ontvlambare atmosfeer.
De testapparatuur moet de juiste nominale waarden hebben. Vervang componenten alleen door
componenten die gespecificeerd zijn door de fabrikant. Andere componenten kunnen leiden tot
ontsteking van koelmiddelen in de atmosfeer door een lek.
9. Bekabeling
Controleer of de bekabeling niet blootgesteld is aan slijtage, aantasting, overmatige druk,
trilling, scherpe randen of andere negatieve omgevingseffecten. Bij de controle moet ook
rekening worden gehouden met de effecten van veroudering of continue trilling van bronnen als
compressoren of ventilatoren.
10. Detectie van ontvlambare koelmiddelen
In geen enkel geval mogen er mogelijke ontstekingsbronnen worden gebruikt bij het zoeken
naar of de detectie van koelmiddellekken. Een halogeen-lekdetector (of enige andere detector die
gebruikmaakt van een open vlam) mag niet worden gebruikt.
10. Lekdetectiemethoden
De volgende lekdetectiemethoden zijn acceptabel voor systemen die ontvlambare koelmiddelen
bevatten:
- Er moeten elektronische lekdetectors worden gebruikt om ontvlambare koelmiddelen te
detecteren, maar het kan zijn dat de gevoeligheid niet voldoende is, of dat het apparaat
opnieuw moet worden gekalibreerd (detectieapparatuur moet worden gekalibreerd in een
ruimte zonder koelmiddelen)
- Zorg ervoor dat de detector geen mogelijke ontstekingsbron vormt en geschikt is voor het
gebruikte koelmiddel.
- Lekdetectieapparatuur moet worden ingesteld op een percentage van het LFL van het
koelmiddel en moet worden gekalibreerd voor het gebruikte koelmiddel, waarbij het juiste
percentage gas (maximum 25%) wordt bevestigd.
- Lekdetectievloeistoffen zijn ook geschikt voor gebruik met de meeste koelmiddelen; het
gebruik van reinigingsmiddelen met chloor moet echter vermeden worden, omdat het chloor
kan reageren met het koelmiddel en de koperen leidingen kan aantasten.
- Als er een lek wordt vermoed, moeten alle open vlammen worden weggehaald/gedoofd.
- Als er een koelmiddellek wordt gevonden waarbij een leiding moet worden gesoldeerd, dan
moet al het koelmiddel worden verwijderd uit het systeem of worden geïsoleerd (door middel
van afsluitkleppen) in een deel van het systeem dat ver weg is van het lek.
11. Verwijdering en afvoer
- Wanneer u het koelcircuit opent om reparaties uit te voeren – of voor enig ander doel, –
dan moeten de conventionele procedures worden gebruikt. Het is belangrijk om de beste
werkpraktijken te volgen, omdat rekening gehouden moet worden met ontvlambaarheid.
De volgende procedure moet worden nageleefd::
- Verwijder het koelmiddel;
- Spoel het circuit met inert gas;
- Voer dit af;
- Spoel het circuit met inert gas;
- Open het circuit door snijden of solderen.
-11-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
De koelmiddelvulling moet worden opgevangen in de juiste opvangflessen. Het systeem moet
worden gespoeld met OFN om het apparaat veilig te maken voor ontvlambare koelmiddelen.
Dit proces moet zo nodig meerdere keren worden herhaald. Er mag geen perslucht of zuurstof
worden gebruikt voor deze taak. Het spoelen moet worden uitgevoerd door het vacuüm van
het systeem te verbreken met OFN; blijf het systeem vullen tot de werkdruk is bereikt,ontlucht
naar de atmosfeer, en trek het systeem weer vacuüm. Dit proces moet herhaald worden tot er
geen koelmiddel meer aanwezig is in het systeem. Wanneer de laatste OFN-vulling is gebruikt,
moet het systeem worden ontlucht tot atmosferische druk om de werkzaamheden te kunnen
uitvoeren. Deze procedure is van essentieel belang als er solderingen aan het leidingwerk moeten
worden uitgevoerd. Zorg dat de uitlaat voor de vacuümpomp niet in de buurt van mogelijke
ontstekingsbronnen ligt, dat er een vacuüm is in het systeem met OFN en dat er ventilatie
beschikbaar is.
12. Vulprocedures
Naast de conventionele vulprocedures moet aan de volgende vereisten worden voldaan:
- Zorg dat er geen verontreiniging van verschillende koelmiddelen optreedt bij het gebruik van
vulapparatuur.
- Slangen of leidingen moeten zo kort mogelijk zijn, zodat de hoeveelheid koelmiddel erin tot
een minimum wordt beperkt.
- Houd flessen in een geschikte positie overeenkomstig de instructies.
- Zorg ervoor dat het koelsysteem geaard is alvorens het systeem met koelmiddel te vullen.
- Etiketteer het systeem als het vullen voltooid is (als dit nog niet gedaan is).
- Wees uitermate voorzichtig dat het koelsysteem niet te vol wordt gevuld. Voordat het systeem
opnieuw wordt gevuld, moet het op druk worden getest met OFN.
Het systeem moet worden getest op lekken ná het vullen, maar vóór de inwerkingstelling.
Er moet een verdere lektest worden uitgevoerd voordat u de locatie verlaat.
13. Buitenwerkingstelling
Voordat deze procedure wordt uitgevoerd, is het van essentieel belang dat de technicus volledig
vertrouwd is met de apparatuur en alle details ervan. Het is een aanbevolen goede werkwijze om
alle koelmiddelen veilig terug te winnen. Voordat de taak wordt uitgevoerd, moet er een olie- en
koelmiddelmonster worden genomen voor het geval er analyse nodig is voor hergebruik van het
teruggewonnen koelmiddel. Het is van essentieel belang dat er elektrische stroom beschikbaar is
voordat de taak wordt aangevangen.
a. Maak uzelf vertrouwd met de apparatuur en de werking ervan.
b. Isoleer het systeem elektrisch.
c. Voordat u de procedure probeert uit te voeren, moet u ervoor zorgen dat:
- er mechanische behandelingsapparatuur beschikbaar is, indien nodig, voor het hanteren van
flessen koelmiddel;
- alle persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar zijn en op de juiste manier worden
gebruikt;
- een deskundig persoon te allen tijde toezicht houdt over het terugwinningsproces;
- terugwinningsapparatuur en flessen voldoen aan de geldende normen.
d. Pomp het koelsysteem leeg, indien mogelijk.
e. Als een vacuüm niet mogelijk is, maak dan een verdeelstuk zodat het koelmiddel uit
verschillende delen van het systeem kan worden verwijderd.
f. Zorg dat de fles op de weegschaal staat voordat de terugwinning plaatsvindt.
g. Start de terugwinningsmachine en bedien deze volgens de instructies.
h. Vul de flessen niet te vol. (Niet meer dan 80% volume bij vloeibare vulling).
-12-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
i. Overschrijd de maximale werkdruk van de fles niet, zelfs niet tijdelijk.
j. Wanneer de flessen correct gevuld zijn en het proces voltooid is, zorg er dan voor dat de flessen
en de apparatuur onmiddellijk van de locatie worden verwijderd en dat alle isolatiekleppen op
de apparatuur worden afgesloten.
k. Teruggewonnen koelmiddel mag niet in een ander koelsysteem worden geladen tenzij het
gereinigd en gecontroleerd is.
14. Etikettering
De apparatuur moet van een etiket worden voorzien met de vermelding dat hij buiten werking is
gesteld en dat het koelmiddel is verwijderd. Het etiket moet worden gedateerd en ondertekend.
Zorg dat er etiketten op de apparatuur zijn aangebracht met de vermelding dat de apparatuur
ontvlambaar koelmiddel bevat.
15. Terugwinning
Wanneer u koelmiddel uit een systeem verwijdert, voor servicewerkzaamheden of voor
buitenwerkingstelling, dan is de aanbevolen werkpraktijk om alle koelmiddelen veilig te
verwijderen. Zorg er bij het overhevelen van koelmiddel in flessen voor, dat alleen de juiste
flessen voor de terugwinning van koelmiddel worden gebruikt. Zorg ervoor dat het juiste
aantal flessen voor de totale lading van het systeem beschikbaar is. Alle te gebruiken flessen
moeten ontworpen zijn voor het teruggewonnen koelmiddel en geëtiketteerd zijn voor dat
koelmiddel (d.w.z. speciale flessen voor de terugwinning van koelmiddel). Flessen moet een
drukontluchtklep hebben met de bijbehorende afsluitkleppen, die in goede staat verkeren.
Lege terugwinningsflessen moeten worden geledigd en indien mogelijk gekoeld voordat de
terugwinning plaatsvindt. De terugwinningsapparatuur moet in goede staat verkeren met een
serie instructies m.b.t. de apparatuur bij de hand, en moet geschikt zijn voor de terugwinning
van ontvlambare koelmiddelen. Daarnaast moet er een gekalibreerde weegschaal aanwezig zijn,
die in goede staat verkeert. Slangen moeten lekvrije koppelingen hebben en in goede staat zijn.
Voordat u de terugwinningsmachine gebruikt, dient u te controleren of deze in goede werkstaat
verkeert, dat de machine op de juiste manier is onderhouden en dat eventuele bijbehorende
elektrische componenten afgedicht zijn ter voorkoming van ontsteking in het geval dat er
koelmiddel vrijkomt. Raadpleeg bij twijfel de fabrikant. Het teruggewonnen koelmiddel moet
worden teruggestuurd naar de leverancier in de correcte terugwinningsfles en met het relevante
ingevulde Afvaloverdrachtsformulier. Meng geen koelmiddelen in terugwinningsunits en vooral
niet in flessen. Als er compressoren of compressoroliën moeten worden verwijderd, zorg er dan
voor dat ze tot een acceptabel niveau zijn afgevoerd zodat er geen ontvlambaar koelmiddel in het
smeermiddel achterblijft. Het evacuatieproces moet worden uitgevoerd voordat de compressor
wordt teruggestuurd aan de leverancier. Er mag alleen elektrische verwarming worden gebruikt
op de compressorbehuizing om dit proces te versnellen. Wanneer de olie wordt afgevoerd uit
een systeem, moet dit op een veilige manier gebeuren. Wanneer u de airconditioner verplaatst
of verhuist, raadpleeg dan ervaren servicemonteurs om de unit los te koppelen en opnieuw te
installeren. Plaats geen andere elektrische producten of huishoudelijke eigendommen onder
de binnen- of buitenunit. De condensatie van de unit kan op uw eigendom druppelen en zo
beschadigingen of defecten veroorzaken. Houd de ventilatieopeningen van het apparaat
vrij van obstakels. Het apparaat moet worden opgeslagen in een goed geventileerde ruimte
waarbij de kamerafmetingen overeenkomen met de kamerafmetingen die zijn voorgeschreven
voor het gebruik van de machine. Het apparaat moet worden opgeslagen in een kamer
zonder voortdurend werkzaam open vuur (bijvoorbeeld een werkzaam gasapparaat) en
ontstekingsbronnen (bijvoorbeeld een werkzaam elektrisch verwarmingsapparaat). Herbruikbare
mechanische aansluitingen en flare-verbindingen zijn verboden.
-13-
Gebruikersinterface
Neem uw airconditioner in gebruik
1. Druk op de "ON/OFF"-toets (Aan- en uittoets)
om uw apparaat in of uit te schakelen.
2. Druk op de "Mode"-toets (Modustoets) om
de bedrijfsmodus te kiezen in de volgorde
Koelen, Drogen, Ventilator.
3. Druk op de toets voor het wijzigen van de
temperatuur om de gewenste temperatuur
in te stellen.
4. Druk op de "FAN"-toets (Ventilatortoets) om
het gewenste ventilatortoerental te kiezen in
de volgorde van Hoog, Gemiddeld of Laag.
OPMERKING:
* Wanneer de airconditioner voor de eerste keer wordt
ingeschakeld nadat de stekker is ingestoken, staat het
apparaat in de koelmodus.
* Het display van de airconditioner geeft de ingestelde
temperatuur weer.
Alleen in stand-bymodus geeft het display de
omgevingstemperatuur weer.
* Wanneer er van modus veranderd wordt terwijl de
airconditioner in werking is, wordt de compressor
gedurende 3 of 5 minuten uitgeschakeld om
vervolgens weer te worden ingeschakeld.
Als er gedurende deze tijd op een toets wordt gedrukt,
zal de compressor pas na 3 of 5 minuten extra weer
worden ingeschakeld.
* In de modi Koelen of Drogen zullen de compressor en
condenserventilator worden uitgeschakeld zodra de
kamertemperatuur de ingestelde temperatuur bereikt
* In de modus Alleen ventilator kan de temperatuur
NIET worden ingesteld.
* De onderstaande werkmodi kunnen enkel met de
afstandsbediening worden ingesteld.
* Na een stroomstoring zal uw airconditioner met
dezelfde instellingen beginnen werken als die van het
moment dat de stroom uitviel.
* Indien uw unit in een ZEER VOCHTIGE omgeving
werkt, dan zal er water worden opgevangen in de tank
in de unit. De airconditioner stopt met werken zodra
de watertank vol is en op het display zal “E5” worden
weergegeven om u te vragen het interne reservoir
leeg te maken. Achteraan het apparaat bevindt zich
een plastic leiding. Verplaats het apparaat naar een
veilige plek en leg de plastic leiding neer om het water
af te voeren.
* Het temperatuurdisplay toont “--” als de knop 6
th
sense
op de afstandsbediening wordt ingedrukt.
-14-
Afstandsbediening
Stop de batterijen in de afstandsbediening
1. Duw zachtjes met een pen op het batterijdeksel en
duw het in de door de pijl aangegeven richting om
het deksel te verwijderen, zoals afgebeeld.
2. Plaats 2 AAA-batterijen (1,5V) in het vakje. Zorg
ervoor dat de polariteiten “+” en “-” correct geplaatst
zijn.
3. Sluit het batterijdeksel op de afstandsbediening.
Standaardinstelling afstandsbediening
Telkens de batterijen van de afstandsbediening worden
vervangen, keert de afstandsbediening terug naar de
standaardinstelling, namelijk die van de modus Heat
Pump (Warmtepomp). De afstandsbediening van de
airconditioner met warmtepomp kan worden gebruikt
om airconditionermodellen van het type "Alleen koelen"
te bedienen.
De afstandsbediening kan de airconditioner bedienen
vanop een maximumafstand van 7 m.
Gebruik de afstandsbediening om het
apparaat te bedienen
Om het apparaat met de afstandsbediening in
werking te stellen, richt u de afstandsbediening op de
ontvanger op de binnenunit om de gevoeligheid van
ontvangst te garanderen.
Wanneer een opdracht verzonden wordt met de
afstandsbediening, knippert het symbool gedurende
1 seconde. Bij ontvangst van de opdracht zendt het
apparaat een pieptoon uit.
Signaalontvanger/
display
-15-
Afstandsbediening
Indicatorlampje koeling
Automatisch
ventilatortoerental
Indicatorlampje "6th
Sense" (Indicatorlampje
Zesde zintuig)
Signaalverzending
Indicatorlampje "Dry"
(Indicatorlampje Droog)
Hoog ventilatortoerental
Indicatorlampje "Sleep"
(Slaapindicatorlampje)
Display Timerinstelling
Indicatorlampje "Fan
only" (Indicatorlampje
Alleen ventilator)
Gemiddeld
ventilatortoerental
Indicatorlampje "Around
U" (Indicatorlampje
Omgeving)
Display
Temperatuurinstelling
Indicatorlampje
verwarming
(voor modellen met
warmtepomp)
Laag ventilatortoerental
Symbolen op display van afstandsbediening
Opmerking: gelieve de instructies te volgen die overeenkomen met de afstandsbediening die u heeft
ontvangen om de airconditioner te bedienen.
Functiebeschrijving van de toetsen
1.
"ON/OFF"-TOETS (AAN- EN UITTOETS)
Met deze toets schakelt u het apparaat in en/of uit.
2. "MODE"-TOETS (MODUSTOETS)
Met deze toets kiest u de bedrijfsmodus.
3. "FAN"-TOETS (VENTILATORTOETS)
Met deze toets kiest u het ventilatortoerental in de volgorde automatisch,
hoog, gemiddeld of laag.
4-5. "TEMPERATURE"-TOETS (TEMPERATUURTOETS)
Met deze toets kiest u de kamertemperatuur. U gebruikt de toets om
de tijd in de timermodus en de werkelijke tijd in te stellen.
6. "6th SENSE"-TOETS (TOETS ZESDE ZINTUIG)
Met deze toets wordt de werking van 6th Sense (Zesde zintuig) in- of
uitgeschakeld. In deze modus worden de temperatuur en het ventilatortoerental
automatisch ingesteld op basis van de eigenlijke kamertemperatuur.
7. "SWING"-TOETS (ZWENKTOETS)
Met deze toets kan de horizontale beweging van de lamellen worden uit-
of ingeschakeld. Bovendien kan de gewenste luchtstroomrichting omhoog/
omlaag worden ingesteld.
8. SLEEP-/DIMTOETS
1) Door kort in te drukken, wordt de sleep mode (slaapmodus) in- of
uitgeschakeld. De slaapmodus kan worden ingesteld in de werkingsmodus
Koelen of Drogen. Deze functie zorgt voor een comfortabelere slaapomgeving.
2) Door deze toets lang in te drukken (3 seconden), schakelt u de
displayverlichting op de unit aan of uit.
9. "AROUND U"-TOETS (OMGEVINGSTOETS)
Met deze toets schakelt u de functie Around U (Omgeving) in of uit.
Wanneer u deze toets indrukt, geeft de afstandbediening de eigenlijke
kamertemperatuur in de omgeving van de afstandsbediening door aan de binnenunit, en het apparaat zal overeenkomstig
deze temperatuur werken zodat u zich meer comfortabel voelt.
10. TIMERTOETS
U gebruikt de toets ook om in te stellen wanneer het apparaat moet inschakelen of om deze opdracht te annuleren.
U gebruikt de toets om in te stellen wanneer het apparaat moet uitschakelen of om deze opdracht te annuleren.
Kies de modus, ventilatorsnelheid en temperatuur met uitgeschakeld apparaat. Druk vervolgens op de toets Timer en
selecteer de tijd met de knoppen "+" en "-". De tijd kan van 1 uur tot 12 uur worden ingesteld.
1 - Als u het apparaat voor het eerst gebruikt nadat de batterijen zijn vervangen
Als u de timerknop indrukt nadat u de batterijen hebt vervangen, staat de standaardconfiguratie ingesteld: Koelen, 26 ºC,
automatische ventilatorsnelheid. De pictogrammen van modus (koeling), temperatuur en ventilatorsnelheid knipperen. De
gebruiker kan de modus, ventilatorsnelheid en temperatuur selecteren. Als u de knop voor de tweede keer indrukt, gaat u
naar de tijdinstelling. Het pictogram van de tijd (88:88) knippert en de gebruiker kan de tijd instellen met de knoppen “+” en
“-”. Druk de knop voor de derde keer in om de timer te bevestigen en te activeren
2 - Bij normaal gebruik
Druk op de timer om naar de laatste configuratie te gaan - modus, temperatuur en ventilatorsnelheid. De pictogrammen
van modus (koeling), temperatuur en ventilatorsnelheid knipperen. De gebruiker kan de modus, ventilatorsnelheid en
temperatuur selecteren. Als u de knop voor de tweede keer indrukt, gaat u naar de tijdinstelling. Het pictogram van de tijd
(88h) knippert en de gebruiker kan de tijd instellen met de knoppen “+” en “-”. Druk nogmaals op de knop ter bevestiging, de
timer wordt ingeschakeld. Als het aftellen is voltooid, schakelt het apparaat de gekozen instellingen in en het ledlampje en
het pictogram van de timer op de afstandsbediening gaan uit.
-16-
Onderhoud
De airconditioner aflaten
1. Druk op de "ON/OFF"-toets (AAN- EN UITTOETS) om de
airconditioner uit te schakelen.
2. Trek de stekker van de airconditioner uit of onderbreek
de stroomtoevoer.
3. Verplaats het apparaat voorzichtig en op een stabiele
manier naar de aflaatlocatie of naar buiten om het water
af te voeren. Verplaats de unit niet voordat al het water is
afgevoerd.
4. Verwijder de primaire afvoerplug en voer al het water af.
5. Verwijder de hoofdafvoerslang uit de slangenklem.
Verwijder de plug van het uiteinde van de
hoofdafvoerslang en voer al het water af.
OPMERKING: Om de airconditioner na gebruik op te slaan,
zie “Opslaan na gebruik“.
6. Plaats de primaire afvoerplug terug.
7. Bevestig de hoofdafvoerslang weer aan de klem van de
afvoerslang.
8. Zet de airconditioner weer op zijn plaats.
9. Steek de stekker van de airconditioner weer in en schakel
de stroomtoevoer weer in.
10. Druk op de "ON/OFF"-toets (AAN- EN UITTOETS) om de
airconditioner in te schakelen.
Reiniging van het luchtfilter
1. Druk op de "ON/OFF"-toets (AAN- EN UITTOETS) om de
airconditioner uit te schakelen.
2. Open het luik van het filterpaneel aan de achterkant van
de airconditioner en verwijder het.
3. Verwijder het luchtfilter van het luik van het filterpaneel.
4. Reinig het filter met een stofzuiger. Als het filter
heel vuil is, was het dan met warm water en zacht
reinigingsmiddel.
OPMERKING: Reinig het filter niet in de vaatwasser of met
chemische reinigingsmiddelen.
5. Droog het filter volledig met lucht voor maximale
efficiëntie alvorens het terug aan te brengen.
6. Breng het luchtfilter terug aan op het luik van het
filterpaneel.
7. Breng het luik van het filterpaneel terug aan.
8. Druk op de "ON/OFF"-toets (AAN- EN UITTOETS) om de
airconditioner in te schakelen.
Reiniging van de buitenkant
1. Trek de stekker van de airconditioner uit of onderbreek de
stroomtoevoer.
2. Verwijder het luchtfilter en reinig het apart.
Zie “Reiniging van het luchtfilter.
3. Reinig de buitenkant van de airconditioner met een
zachte vochtige doek.
4. Steek de stekker van de airconditioner weer in en schakel
de stroomtoevoer weer in.
5. Druk op de "ON/OFF"-toets (AAN- EN UITTOETS) om de
airconditioner in te schakelen.
Verwerking van de batterijen
Om natuurlijke grondstoffen te beschermen en hergebruik
van materiaal te stimuleren, vragen we u de batterijen te
scheiden van andere soorten afval en ze te recycleren via
het inzamelpunt waar u uw batterijen gratis kunt inleveren.
Opslaan na gebruik
1. Voer het water af (zie “De airconditioner aflaten”)
2. Laat de airconditioner gedurende ongeveer 12
uur aanstaan in de modus Alleen ventilator om de
airconditioner te drogen.
3. Trek de stekker van de airconditioner uit.
4. Verwijder de flexibele uitlaatslang en sla ze op met
de airconditioner in een schone droge ruimte. Zie
“Installatiehandleiding.
5. Verwijder de raamkit en sla hem op met de
airconditioner in een schone droge ruimte. Zie
“Installatiehandleiding.
6. Verwijder en reinig het filter. Zie “Reiniging van het
luchtfilter.
7. Reinig de buitenkant van de airconditioner. Zie
“Reiniging van de buitenkant.
8. Breng het filter weer aan.
9. Verwijder de batterijen en sla de afstandsbediening
op met de airconditioner in een schone droge
ruimte.
A. Luik van het filterpaneel
B. Luchtfilter
A. Afdekking hoofdafvoer
B. Plug hoofdafvoer
-17-
De draagbare airconditioner installeren
Afvoerslang en passtuk installeren
1. Rol de airconditioner naar de gekozen plaats. Zie
"Locatievereisten" op pagina 4.
2. Maak de afvoerslang klaar:
Druk het aansluitstuk en het passtuk voor de raamuitlaat in de
flexibele afvoerslang. Het aansluitstuk en het passtuk zijn
voorzien van klemmen die op de slang vastklikken.
3. Schuif het aansluitstuk in de gleuf aan de achterkant van de
airconditioner.
4. Schuif omlaag om de slang op zijn plaats te vergrendelen.
5. Controleer of de slang op zijn plaats is vergrendeld voordat u
deze gebruikt.
aansluitstuk
flexibele afvoerslang passtuk raamuitlaat
afvoerslang
A
A. Flexibele afvoerslang
-18-
Installatiehandleiding
Locatievereisten
OPMERKINGEN:
Door de flexibele uitlaatslang kan de airconditioner tussen
23 1/2” en 67” (60 cm en 170 cm) van een raam of deur
worden geplaatst.
Het apparaat met bijkomend verwarmingsapparaat moet
op een afstand van minstens 100 cm van ontvlambaar
oppervlakken worden geplaatst.
Het apparaat moet worden geïnstalleerd, bediend en
opgeslagen in een kamer met een vloeroppervlakte groter
dan 11 m² en hoger dan 2,2 m.
Plaatselijke airconditioners zijn ontworpen als bijkomende
koeling voor plaatselijke ruimtes in een kamer.
Om een goede ventilatie te garanderen, moet de afstand
van de retourluchtuitlaat tot de muur of andere obstakels
minstens 23 1/2” (60 cm) zijn.
Blokkeer de luchtuitlaat niet.
Zorg voor een eenvoudige toegang tot een geaard
stopcontact.
De universele Window Kit van het merk WPRO is online
verkrijgbaar en is compatibel met alle ramen en schuifdeuren
van aluminium, hout en PVC.
Elektrische vereisten
De plaatselijke airconditioner moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact van 220-240V / 50Hz met een
zekering van 20A.
Het is raadzaam om een zekering met een vertraging of
installatieautomaat met een vertraging te gebruiken.
Alle bedrading moet voldoen aan de plaatselijke en nationale
voorschriften voor elektrische voorzieningen en moet door
een gekwalificeerd elektricien worden geïnstalleerd.
Indien u vragen heeft, gelieve dan contact op te nemen met
een gekwalificeerd elektricien.
Gebruik uw stroomtoevoerkabel:
Steek de stroomtoevoerkabel in een geaard stopcontact.
De afvoerslang moet in de koelmodus worden aangesloten.
OPMERKINGEN:
Een beschadigde stroomtoevoerkabel moet worden
vervangen met een nieuw exemplaar afkomstig van de
fabrikant van het product en mag niet worden hersteld.
Bedrijfstemperatuur voor koelen 21°C - 35°C
Verticaal
schuifraam
Horizontaal
schuifraam
ontvlambare
oppervlakken
100 cm
60 cm - 170 cm
ontvlambare
oppervlakken
100 cm
60 cm - 170 cm
-19-
Probleemoplossing
Bedrijfsproblemen hebben vaak kleinschalige oorzaken. Gelieve de volgende tabel na te kijken en te
raadplegen alvorens contact op te nemen met de klantenservice. Zo bespaart u mogelijk tijd en onnodige
onkosten.
Probleem Analyse
Airconditioner werkt
niet
De stroomtoevoerkabel zit niet in het stopcontact. Steek hem in een geaard stopcontact. Zie
“Elektrische vereisten.
Er is een huishoudzekering gesprongen of een installatieautomaat werd ingeschakeld. Vervang de
zekering of reset de installatieautomaat. Zie “Elektrische vereisten.
De On/Off-toets (Aan- en uittoets) is niet ingedrukt. Druk op de "On/Off"-toets (Aan- en uittoets).
Er is een defect in de plaatselijke stroomtoevoer. Wacht tot er weer stroom is.
De gebruikte zekering met een vertraging of installatieautomaat met een vertraging heeft de
verkeerde capaciteit. Vervang de zekering of de installatieautomaat met een exemplaar met een
vertraging met de juiste capaciteit. Zie “Elektrische vereisten.
Door de airconditioner
springen er zekeringen
of worden er
installatieautomaten
ingeschakeld
Er worden te veel apparaten gebruikt op eenzelfde circuit. Onderbreek de stroomtoevoer naar
apparaten op hetzelfde circuit of verplaats ze.
U probeert de airconditioner te snel weer in te schakelen nadat u hem had uitgeschakeld. Wacht
minstens 3 minuten na de uitschakeling van de airconditioner alvorens hem weer in te schakelen.
U hebt gewisseld van modus. Wacht minstens 3 minuten na de uitschakeling van de airconditioner
alvorens hem weer in te schakelen.
Airconditioner lijkt te
vaak aan te staan
Staat er een deur of een raam open? Houd deuren en ramen gesloten.
In koelmodus: de airconditioner bevindt zich in een volle ruimte of er zijn apparaten die warmte
produceren werkzaam in de kamer. Gebruik afzuigventilatoren tijdens het koken of het baden
en probeer geen apparaten die warmte produceren te gebruiken tijdens het warmste gedeelte
van de dag. Plaatselijke airconditioners zijn ontworpen als bijkomende koeling voor plaatselijke
ruimtes in een kamer. Een airconditioner met een grotere capaciteit is mogelijk nodig afhankelijk
van de grootte van de kamer die wordt gekoeld.
De airconditioner werkt
maar even, maar de
kamer is koel noch heet
De ingestelde temperatuur verschilt weinig van de kamertemperatuur. Verlaag of verhoog de
ingestelde temperatuur.
Zie “Bedrijfsmodusbeschrijving”.
Foutcode display Als de unit foutcode E5 meldt, is het waterreservoir van de unit vol en moet u het water afvoeren,
zie “De airconditioner aftappen. Na het aflaten kan u de unit inschakelen.
Als de unit foutcode EI/E2/E3/E6/E7/EA meldt, gelieve dan de klantendienst te contacteren.
Airconditioner staat
aan maar koelt/
verwarmt niet
Het filter is vuil of geblokkeerd door afval. Reinig het filter.
De luchtuitlaat is geblokkeerd. Maak de luchtuitlaat vrij.
De ingestelde temperatuur is niet compatibel. In koelmodus: de ingestelde temperatuur is te
hoog.
Verlaag de ingestelde temperatuur.
De airconditioner
schakelt te vaak in en
uit
De airconditioner heeft niet de juiste capaciteit voor uw kamer. Controleer de koelcapaciteit van
uw plaatselijke airconditioner. Plaatselijke airconditioners zijn ontworpen als bijkomende koeling
voor plaatselijke ruimtes in een kamer.
Het filter is vuil of geblokkeerd door afval. Reinig het filter.
In de koelmodus is er te veel warmte of vocht (onbedekte kookpotten in gebruik, douches, enz.) in
de kamer. Gebruik een ventilator om warmte of vocht uit de kamer te verwijderen. Probeer geen
apparaten die warmte produceren te gebruiken tijdens het warmste gedeelte van de dag.
De lamellen zijn geblokkeerd. Installeer de airconditioner op een plek waar de lamellen niet
gehinderd worden door gordijnen, jaloezieën, meubels, enz.
De buitentemperatuur bedraagt minder dan 18°C. Probeer uw airconditioner niet in the cooling
mode te gebruiken wanneer de buitentemperatuur minder dan 18°C bedraagt.
Opmerking: Als de problemen zich blijven voordoen, schakelt u het apparaat uit en ook de stroomtoevoer.
Daarna neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Erkende Klantenservice van Whirlpool. Probeer niet het
apparaat zelf te verplaatsen, uit elkaar te halen of aanpassingen uit te voeren.
-20-
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice:
1. Probeer het probleem zelf op te lossen op basis van
de beschrijvingen in de “Probleemoplossing.
2. Schakel het apparaat uit en vervolgens weer in om te
kijken of de storing nog steeds optreedt.
Als de storing na bovengenoemde controles
aanhoudt, neem dan contact op met de
Klantenservice.
Geef het volgende:
een korte beschrijving van de storing;
het exacte model van de airconditioner;
het servicenummer (dit is het nummer onder het
woord Service op de servicesticker die is aangebracht
op de zij- of de onderkant van de binnenunit).
Het servicenummer staat ook vermeld in het
garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Als er reparatiewerkzaamheden moeten worden verricht,
neem dan contact op met de Klantendienst (Het gebruik
van originele onderdelen en een correcte reparatie
worden gegarandeerd).
U moet de originele factuur voorleggen.
Het niet opvolgen van deze instructies kan nadelige
gevolgen hebben voor de veiligheid en de kwaliteit
van het apparaat.
Opmerking: als u de volledige gebruiksaanwijzing van uw apparaat wil, kan u die downloaden op de website
door de onderstaande link te volgen: docs.whirlpool.eu a.d.h.v. de QR-code
Whirlpool EMEA
Via Pisacane 1
20016 PERO (MI) ITALY
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Whirlpool PACHW2900CO Program Chart

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Program Chart