Reely 1407343 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Schiffsmodell „Mini Wavebreaker“
Ship Model „Mini Wavebreaker“
Modèle réduit de bateau « Mini Wavebreaker »
Modelschip „Mini Wavebreaker“
Best.-Nr. / Item No. / N° de commande / Bestelnr. 1407343
Bedienungsanleitung Seite 2 - 20
Operating Instructions Page 21 - 39
Notice d’emploi Page 40 - 58
Gebruiksaanwijzing Pagina 59 - 77
Version 02/16
7
59
Inhoudsopgave
Pagina
1. Inleiding .............................................................................................................................................................60
2. Verklaring van symbolen ....................................................................................................................................60
3. Voorgeschreven gebruik ....................................................................................................................................61
4. Productomschrijving ..........................................................................................................................................61
5. Leveringsomvang ..............................................................................................................................................62
6. Veiligheidsaanwijzingen .....................................................................................................................................63
a) Algemeen ....................................................................................................................................................63
b) Laadapparaat ..............................................................................................................................................64
c) Voor de ingebruikname ................................................................................................................................64
d) Tijdens het gebruik ......................................................................................................................................65
7. Voorschriften voor batterijen en accu´s .............................................................................................................66
8. Voorbereidingen .................................................................................................................................................67
a) Opladen van de vaaraccu ............................................................................................................................67
b) Ontvangstantenne monteren .......................................................................................................................68
c) Scheepsschroeven controleren ...................................................................................................................69
d) Antenne in de zender schroeven .................................................................................................................69
e) Batterij in de zender plaatsen ......................................................................................................................69
9. Ingebruikname ...................................................................................................................................................70
a) Zender .........................................................................................................................................................70
b) Vaaraccu plaatsen en aansluiten .................................................................................................................71
c) Stuurfuncties controleren .............................................................................................................................72
d) Bereiktest .....................................................................................................................................................73
e) De eerste vaart ............................................................................................................................................73
10. Scheepsschroeven vervangen ..........................................................................................................................75
11. Onderhoud en reiniging .....................................................................................................................................76
12. Verwijderen ........................................................................................................................................................76
a) Algemeen ....................................................................................................................................................76
b) Batterijen en accu´s .....................................................................................................................................76
13. Verklaring van overeenstemming (DOC) ...........................................................................................................77
14. Technische gegevens ........................................................................................................................................77
$
60
1. Inleiding
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit product.
Dit product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese normen.
Volg de instructies van de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat te handhaven en een ongevaarlijke
werking te garanderen!
Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Deze bevat belangrijke instructies voor de ingebruikname en
bediening. Let hierop, ook wanneer u dit product aan derden doorgeeft.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing om haar achteraf te raadplegen!
Alle vermelde bedrijfs- en productnamen zijn handelsmerken van de respectievelijke eigenaren. Alle rechten voor-
behouden.
Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk.
Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be
2. Verklaring van symbolen
Het symbool met de bliksem in een driehoek wordt gebruikt als er gevaar bestaat voor uw gezondheid (bv.
door elektrische schokken).
Een uitroepteken in een driehoek wijst op speciale gevaren bij gebruik, ingebruikneming of bediening.
Het „pijl“-symbool wijst op speciale tips en bedieningsvoorschriften.
61
3. Voorgeschreven gebruik
Dit product is een door een elektrisch aangedreven modelschip, dat met behulp van de meegeleverde afstandsbe-
diening, radiograsch bestuurd wordt. Het model is geschikt voor buitenshuis gebruik en mag uitsluitend in zoetwater
worden gebruikt.
De afstandsbedienings- en aandrijvingscomponenten mogen niet vochtig of nat worden. Hetzelfde geldt in het bijzon-
der voor het laadapparaat en de accu.
Het product is geen speelgoed. Het is niet geschikt voor kinderen onder de 14 jaar.
Volg alle veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing op. Deze bevat belangrijke informatie voor het
gebruik van het product.
U alleen bent verantwoordelijk voor een veilige werking van het model!
4. Productomschrijving
Bij het modelschip „Mini Wavebreaker“ gaat het om een model dat geschikt is voor beginners in de modelschipbouw.
Voor de nodige voorbereidingen en het later gebruik is slechts een beperkte kennis in de omgang met modelschepen
vereist.
Het wendbare modelschip is geschikt voor beginners in de modelscheepsbouw.
Het model is volledig vervaardigd uit kunststof (ABS) in een speciale vormgeving, de decoratie is reeds aangebracht.
De cabinekap is demonteerbaar.
De bestuurbare functies zijn: Vooruit, achteruit varen en van vaarrichting veranderen. De elektronica die hiervoor
nodig is, werd reeds in het model ingebouwd.
Een meegeleverd stekkerlaadapparaat dient om de vaaraccu op te laden.
Om de zender te gebruiken is een 9 V-blokbatterij nodig (type alkaline aanbevolen), die niet is inbegrepen.
62
5. Leveringsomvang
Het ontwerp van de boot en de zender kan van het in deze gebruiksaanwijzing getoonde ontwerp afwijken.
Let evt. op de afbeelding op de verpakking of het internet.
Afbeelding 1
1 Scheepsromp met cabinekap
2 Afstandsbediening
Voor het gebruik van de zender is nog een 9 V-blokbatterij nodig (niet inbegrepen). We raden u aan om
hoogwaardige alkalinebatterijen (geen accu) te gebruiken.
3 Rij-accu
4 Laadapparaat
5 Antennebuisje
6 Vervangscheepsschroef
7 Gebruiksaanwijzing (niet afgebeeld)
Geactualiseerde gebruiksinstructies:
1. Open www.conrad.com/downloads in een browser of scan de afgebeelde QR-
code.
2. Kies het documententype en de taal en vul het productnummer in het zoekveld
in. Nadat u de zoekopdracht heeft uitgevoerd, kunt u de weergegeven documen-
ten downloaden.
63
6. Veiligheidsaanwijzingen
Bij beschadigingen veroorzaakt door het niet opvolgen van deze gebruiksaanwijzing vervalt ieder
recht op garantie. Voor gevolgschade die hieruit ontstaat, zijn wij niet aansprakelijk!
Voor materiële schade of persoonlijk letsel, veroorzaakt door ondeskundig gebruik of het niet op-
volgen van de veiligheidsaanwijzingen, aanvaarden wij geen aansprakelijkheid! In zulke gevallen
vervalt de garantie.
Verder zijn normale slijtage en ongevalschade (vb. gebroken scheepsschroeven of aandrijvings- of af-
standsbedieningsonderdelen met waterschade) van de garantie en waarborg uitgesloten.
Geachte klant,
Deze veiligheidsvoorschriften dienen niet enkel ter bescherming van het product maar ook voor uw eigen
veiligheid en deze van anderen en dieren in de gebruiksomgeving. Lees daarom dit hoofdstuk zeer aan-
dachtig door voordat u het product gebruikt!
a) Algemeen
Let op, belangrijk!
Bij gebruik van het model kan het tot materiële schade of lichamelijke letsels komen. Houd rekening met het
feit dat u voor het gebruik van het model voldoende verzekerd bent, bijv. via een aansprakelijkheidsverze-
kering. Informeer indien u reeds beschikt over een aansprakelijkheidsverzekering voor u het model in bedrijf
neemt bij uw verzekering of het gebruik van het model mee verzekerd is.
Let op: In verschillende EU-landen bestaat op bepaalde wateren een gebruiksverbod voor alle modelsche-
pen!
Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het product of de
componenten niet toegestaan.
Het product is geen speelgoed. Het is niet geschikt voor kinderen onder de 14 jaar.
De afstandsbedienings- en aandrijvingscomponenten mogen niet vochtig of nat worden.
Het model is uitsluitend geschikt voor gebruik in zoetwater.
Gelieve u tot een ervaren modelsporter of een modelbouwclub te wenden als u nog niet genoeg kennis heeft voor
het gebruik van afstandsbediende modelschepen.
Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos liggen. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn.
Wendt u zich tot ons (zie hoofdstuk 1 voor de contactgegevens) of een andere vakman indien u vragen heeft die
niet met behulp van deze gebruiksaanwijzing opgehelderd kunnen worden.
64
b) Laadapparaat
• Het laadapparaat is gebouwd volgens veiligheidsklasse II. Als spanningsbron voor het laadapparaat mag
slechts een standaard contactdoos van het openbaar stroomnet worden gebruikt (voor de bedrijfsspan-
ning voor het laadapparaat, zie hoofdstuk „Technische gegevens“).
De contactdoos waarmee het laadapparaat wordt verbonden, moet makkelijk toegankelijk zijn.
Het laadapparaat is enkel geschikt voor een gebruik in droge en gesloten binnenruimtes. Het mag niet
vochtig of nat worden, raak het nooit met natte handen aan, er bestaat levensgevaar door elektrische
slag!
Trek het laadapparaat nooit aan het snoer uit de contactdoos. Raak het zijdelings aan de behuizing aan
en trek het dan uit de contactdoos.
Wanneer het laadapparaat tekenen van schade vertoont, mag u het niet beetpakken, er bestaat levens-
gevaar door elektrische schok!
Schakel eerst de netspanning voor de contactdoos, waaraan het laadapparaat is aangesloten uit (bijho-
rende zekeringsautomaat uitschakelen of zekering uitdraaien, vervolgens bijhorende FI-beschermscha-
kelaar uitschakelen zodat de contactdoos aan alle polen van de stroomtoevoer is afgesloten).
Trek pas daarna het laadapparaat uit de contactdoos. Het beschadigde laadapparaat moet op milieube-
wust verwijderd worden, gebruik het niet meer. Vervang het door een identiek laadapparaat.
Houd apparaten die op netvoeding werken buiten bereik van kinderen. Wees dus extra voorzichtig als
kinderen in de buurt zijn. Gebruik het laadapparaat op een plaats die niet bereikt kan worden door kinde-
ren.
Vermijd de volgende ongunstige omstandigheden op de bedrijfsplaats of tijdens het vervoer:
- vocht of een te hoge luchtvochtigheid
- Koude of hitte en direct zonlicht
- stof of brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen
- sterke trillingen, stoten, vallen
- sterke magnetische velden, bijv. in de buurt van machines of luidsprekers
Gebruik het laadapparaat nooit direct wanneer het van een koude in een warme ruimte is gebracht. Het
condenswater dat hierbij gevormd wordt kan in bepaalde gevallen het laadapparaat vernielen, bovendien
bestaat er levensgevaar door een elektrische schok! Laat het product eerst op kamertemperatuur komen
vooraleer u het aansluit en gebruikt. Dit kan soms meerdere uren duren.
Let bij het gebruik erop dat het snoer van het laadapparaat niet gebogen of platgedrukt wordt.
Behandel het product voorzichtig. Door stoten, schokken of een val - zelfs van geringe hoogte - kan het
beschadigd raken.
c) Voor de ingebruikname
Controleer of er binnen de reikwijdte van de afstandsbediening geen andere modellen gebruikt worden met hetzelf-
de afstandsbedieningskanaal (zendfrequentie). Anders kunt u de controle over uw model verliezen!
Controleer regelmatig de technische veiligheid van uw model en het afstandsbedieningssysteem. Let hierbij op
zichtbare beschadigingen, zoals defecte steekverbindingen of beschadigde kabels. Alle bewegende onderdelen
van het model moeten soepel werken en de lagers mogen geen speling vertonen.
65
De vaaraccu moet voor de ingebruikname van het model worden opgeladen.
Controleer de toestand van de batterij in de zender en vervang deze evt. Wij raden u ook aan om voor een lang en
storingsvrij gebruik in de zender een 9 V-blokbatterij (alkaline) te gebruiken en geen heroplaadbare accu.
Schakel steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de vaaraccu van het model aangesloten worden.
Wanneer u in een andere volgorde te werk gaat, kan het tot onvoorzienbare reacties van de ontvangstin-
stallatie in het model komen en kunnen de scheepspropellers ongewild opstarten! Er bestaat ongeval- en
verwondingsgevaar!
Controleer voor elke ingebruikname de correcte en vaste zitting van de scheepsschroeven en of ze beschadigd
zijn.
Let er bij draaiende scheepsschroeven op dat er geen voorwerpen of lichaamsdelen binnen het draai- en aanzuig-
bereik van de rotoren aanwezig zijn.
d) Tijdens het gebruik
Neem geen risico bij het gebruik van het model! Uw eigen veiligheid en die van uw omgeving is afhankelijk van uw
verantwoord gebruik van het model.
Een verkeerd gebruik van het product kan zware letsels en beschadigingen tot gevolg hebben! Houd daarom bij het
gebruik voldoende afstand tot personen, dieren en voorwerpen.
Kies een geschikte waterloop voor het gebruik van uw model. Bij twijfel vraagt u aan de verantwoordelijke voor de
waterloop, of het gebruik van uw model daar is toegelaten.
De gekozen waterloop moet voor het gebruik van uw model vrij zijn van slingerplanten (vb. zeegras). Er mogen ook
geen voorwerpen (vb. takken) in het water zwemmen.
Let bij de geselecteerde waterloop op stromingen en andere ongunstige omstandigheden, die het gebruik van het
model bemoeilijken of helemaal onmogelijk maken. Gevaar voor verlies van het model!
U mag het model alleen besturen als uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door
alcohol of medicijnen kunnen verkeerde reacties tot gevolg hebben.
Vaar niet rechtstreeks in de richting van in het water zwemmende personen of dieren.
Richt de antenne van de zender nooit direct op het model. Hierbij krijgt u in principe het kortste bereik tussen zender
en model. Een optimaal bereik verkrijgt u wanneer de antenne van de zender verticaal naar boven wijst (antenne
van de zender is parallel met de antenne van het model).
Zowel motoren, vaarregelaar als vaaraccu kunnen tijdens de werking van het model opwarmen. Pauzeer daarom
5 - 10 minuten voordat u de vaaraccu weer oplaadt of voordat u met een reserve-accu opnieuw start. De aandrijf-
motoren moeten zijn afgekoeld tot de omgevingstemperatuur.
Laat de afstandsbediening (zender) steeds ingeschakeld zolang het model in gebruik is. Ontkoppel na een uitvaart
altijd eerst de vaaraccu of schakel het model uit. Pas daarna mag de afstandsbediening worden uitgeschakeld.
In geval van een defect of een verkeerde werking moet eerst de oorzaak van de storing verholpen worden voordat
u het model weer start.
Stel het model en de afstandsbediening niet gedurende langere tijd bloot aan direct zonlicht of grote hitte.
66
7. Voorschriften voor batterijen en accu´s
Belangrijk!
Neem altijd de volgende informatie en veiligheidsvoorschriften in acht bij het gebruik van batterijen en
accu´s.
Wanneer u dit niet doet, bestaat levensgevaar door een elektrische schok. Er bestaat bovendien brand- en
explosiegevaar.
Houd batterijen/accu´s buiten het bereik van kinderen.
U mag batterijen/accu´s niet zomaar laten rondslingeren wegens het gevaar dat kinderen of huisdieren ze inslikken.
In dit geval dient u onmiddellijk een arts te raadplegen!
Voor het opladen neemt u de vaaraccu uit het model en plaats dit op een vuurvaste ondergrond. Zorg voor voldoen-
de afstand t.o.v. brandbare voorwerpen.
Aangezien zowel het oplaadtoestel als de vaaraccu tijdens het opladen warm worden, is het aangewezen te zorgen
voor voldoende verluchting. Dek het oplaadtoestel en de vaaraccu nooit af! Dit geldt uiteraard ook voor andere
laadapparaten en accu‘s.
U mag accu’s nooit onbewaakt laten tijdens het opladen.
Stel het laadapparaat en de vaaraccu niet bloot aan hoge/lage temperaturen, vocht of direct zonlicht.
Let bij de omgang met accu’s op de speciale veiligheidsaanwijzingen van de fabrikant!
Neem de vaaraccu uit het oplaadtoestel wanneer deze volledig is opgeladen.
Zorg dat batterijen/accu´s niet worden kortgesloten, doorboord of in vuur worden geworpen. Er bestaat explosiege-
vaar!
Lekkende of beschadigde batterijen/accu´s kunnen bij huidcontact bijtende wonden veroorzaken; draag in dit geval
veiligheidshandschoenen.
Gewone niet-oplaadbare batterijen mogen niet worden opgeladen. Er bestaat brand- en explosiegevaar! U mag
alleen accu´s opladen die hiervoor geschikt zijn. Gebruik geschikte opladers.
Let bij het plaatsen van de batterij (of accu´s) in de zender of bij de aansluiting van de vaaraccu aan het model op
de juiste polariteit (let op plus/+ en min/-).
Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de in de afstandsbediening geplaatste
batterij (of accu) verwijderen om schade door een lekkende batterij te voorkomen.
Laad NiMH-accu´s ten laatste om de 3 maanden op, aangezien anders door de zelfontlading een zogenaamde
diepontlading kan optreden waardoor de accu´s onbruikbaar kunnen worden.
67
8. Voorbereidingen
Het modelschip „Mini Wavebreaker“ wordt bedrijfsklaar geleverd. Voor de ingebruikname moeten slechts enkele
handelingen worden gesteld.
Voordat u het model in gebruik neemt, dient u eerst elk hoofdstuk zorgvuldig door te lezen. Voor een beter
begrip is altijd een afbeelding toegevoegd.
Voer de uit te voeren werkzaamheden aan de betreffende delen pas uit, als u de informatie goed begrijpt en
precies weet waar u moet op letten.
a) Vaaraccu opladen
Belangrijk!
De vaaraccu wordt met een laadapparaat uit de leveringsomvang opgeladen. Aangezien dit laadapparaat
niet over een automatische uitschakeling beschikt, moet u toezicht houden bij het opladen en de accu tijdig
van het laadapparaat afkoppelen.
Afbeelding 2
Steek het laadapparaat (1) in een normaal stopcontact.
Sluit de vaaraccu (2) aan de kabel van het laadapparaat aan. Let hierbij op de polariteit.
De stekker van de accu (3) en het laadapparaat (4) zijn verpolingsveilig. De „houderklem“ van de laadkabel (5) moet
in de „neus“ van de accustekker (6) vastklikken.
Nadat de accu met het laadapparaat werd verbonden, begint het opladen automatisch. Noteer of duid de starttijd
van het opladen aan.
68
Het opladen wordt niet automatisch door het laadapparaat beëindigd. Wanneer de accu volledig is opgeladen, moet
deze van het laadapparaat worden afgekoppeld.
Het opladen van een volledig lege accu duurt ca. 3 uur. U moet de accu ten laatste na deze tijdsspanne van het
laadapparaat ontkoppelen. Als een niet-volledig ontladen accu wordt opgeladen, verkort de maximum toegelaten
laadtijd overeenkomstig.
Een sterke opwarming van de accu kenmerkt eveneens het laadeinde aangezien de accu geen energie meer kan
opnemen en de laadstroom in warmte omzet.
b) Montage van ontvangstantenne
De ontvangstantenne wordt vanaf de rijrichting gezien achteraan rechts uit de scheepsromp naar buiten gebracht en
met een antennebuisje naar boven geleid.
Afbeelding 3
Draai de vergrendelingshendel 90° naar links of rechts (1) en heft de cabinekap op. Hiervoor is in de buurt van de
vergrendelingshendel aan de cabinekap een kleine neus (2) aangebracht, die het opheffen vergemakkelijken. Hef
de cabinekap achteraan op tot het voorste deel (3) uit de verankering loskomt.
Schuif de antenne van de ontvanger van de binnenkant van de boot naar buiten (4).
Voer de antenne in het antennebuisje en steek deze in de opening van de scheepsromp (5). Hierbij moet de antenne
volledig naar buiten worden getrokken en uit het antennebuisje steken.
Belangrijk!
Het bereik tussen zender en model kan bij een foutief geplaatste ontvangstantenne (de antenne ligt vb.
alleen in de scheepsromp) drastisch worden verkort. In dit geval is het model niet correct bestuurbaar.
Controleer voor elke vaart de correcte positie van de ontvangstantenne.
69
c) Controle van de scheepsschroeven
Controleer de scheepsschroeven en hun contramoeren voor elke vaart op haar vaste zitting en beschadigingen.
Beschadigde scheepsschroeven moeten voor het uitvaren worden vervangen. Indien u dit niet in acht neemt, kan het
gebeuren dat de scheepsschroeven tijdens de werking ongewild loskomen of breken. Hierbij bestaat het gevaar voor
verdere schade aan uw model. Bovendien kan uw model niet meer worden bestuurd.
In verband met de scheepsschroeven neemt u ook de verdere informatie in het hoofdstuk „Scheepsschroeven ver-
vangen“ in acht.
d) Antenne in de zender schroeven
Schuif de zenderantenne (zie afbeelding 4, pos. 1) in de zender en schroef deze voorzichtig vast. Gebruik hiervoor
geen gereedschap!
e) Batterij in de zender plaatsen
Open het batterijvak (2) aan de achterzijde van de zender door het deksel aan de geribbelde plaats naar beneden
te schuiven. Plaats nu een 9 V-blokbatterij (3) met de polen in de juiste richting. Let hiervoor op de markering van de
polen (plus/+ en min/-) in het batterijvak van de zender (4). Sluit het batterijvak weer.
Afbeelding 4
70
9. Ingebruikname
a) Zender
Afbeelding 5
De zender wordt met de schuifschakelaar (1) ingeschakeld („ON“ = aan). Trek in de vaarmodus de telescopische
zenderantenne (2) voorzichtig tot op de volledige lengte uit.
Met de stuurhendel voor de aandrijving (3) stuurt u vooruit of achteruit. Met de stuurhendel voor de besturing (4) stuurt
u de vaarrichting. Als een van beide stuurhendels wordt bediend, licht de LED (5) voor de functiecontrole op.
71
b) Vaaraccu plaatsen en aansluiten
Afbeelding 6
Verwijder de cabinekap, zoals beschreven in hoofdstuk 8. b).
De vaaraccu (1) wordt in de scheepsromp in een hiervoor voorziene accuhouder (2) geplaatst en met een elastiek
(3) aan de accuhouder vastgemaakt.
Schakel de zender in. De stuurhendel van de zender moet zich in de neutrale stand bevinden.
Plaats het schip op een geschikte ondergrond zodat de scheepsschroeven vrij kunnen worden bewogen.
Sluit de stekker (5) die zich op de accu bevindt aan het tegenstuk (6) van de stuurelektronica aan.
Let op dat de kabel niet in de draaibare aandrijfonderdelen (4) kan raken.
72
c) Stuurfuncties controleren
Nadat u de zender hebt ingeschakeld en de accu aan de besturingselektronica van het model hebt aanges-
loten, is uw model bedrijfsklaar. Ter controle van de stuurfuncties en later bij het bedrijf van het model trekt
u de zenderantenne voorzichtig tot op de volledige lengte uit. Alleen zo bereikt u het maximaal bereik van
de afstandsbediening.
Het model beschikt over een veiligheidsfunctie, die het opstarten van de motoren op het droge verhindert. De motoren
starten pas op, wanneer de beide sensoren (zie cirkelmarkering in afbeelding 7) in het water liggen en er zo een
elektrische overgangsweerstand volgt.
Plaats daarom het schip ter controle van de stuurfuncties in het water en houdt het vast.
Afbeelding 7
Belangrijk!
Door vervuiling (het schip werd vb. in een natuurlijke waterloop gebruikt) of een waterlm kan aan de
scheepsromp een overgangsweerstand ontstaan. Dit bewerkt het feit dat de elektronica ook in het droge
geactiveerd is, de scheepsschakeling is buiten bedrijf. De motoren zouden zo kunnen opstarten, verwon-
dingsgevaar! Daarom raden wij aan om na elke vaart de scheepsromp met een schone doek droog te
wrijven.
Controleer de functie vooruit en achteruit rijden: Met de aandrijfhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 3) kunt u
de vaarrichting van het model sturen. Als u de hendel naar voor schuift, moeten beide scheepschroeven draaien en
moet het schip vooruit varen. Wanneer u de hendel naar achter schuift, moeten beide scheepschroeven draaien en
moet het schip achteruit varen.
Het achteruit varen gebeurt uitsluitend met ca. 50% van het aandrijfvermogen en is ontworpen voor korts-
tondige vaarmanoeuvres. Aangezien door het achteruit varen het gevaar voor instromend water verhoogt
(water wordt door de aandrijfassen gedrukt; water kan via de cabinekap binnendringen), moeten lange
achteruitvaarten worden vermeden.
73
Bochten varen wordt gestuurd door het in- en uitschakelen van een motor. Als u vb. tijdens het vooruit varen met uw
model een bocht naar links wilt inleiden, dan wordt hiervoor de linker motor uitgeschakeld. De rechter motor loopt
hierbij verder.
Controleer de functie „Bocht naar links varen“. De aandrijfhendel blijft voor deze functiecontrole in de neutrale stand
staan. Schuif de stuurhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 4) naar links. Nu moet de rechter scheepsschroef
draaien.
Controleer de functie „Bocht naar rechts varen“. De aandrijfhendel blijft voor deze functiecontrole in de neutrale stand
staan. Schuif de stuurhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 4) naar rechts. Nu moet de linker scheepsschroef
draaien.
d) Bereiktest
Voor de eerste uitvaart moeten de vaaraccu en een eventueel geplaatste zenderaccu volgens de instructies van de
fabrikant opgeladen worden.
Omwille van de bedrijfsveiligheid raden wij u aan in de zender alleen een batterij te plaatsen en geen
accu.
Doe een bereiktest van de afstandsbediening. Neem daarvoor de zender en vervolgens het modelschip in gebruik
door de vaaraccu aan te sluiten. Controleer nu met een helper het bereik van uw afstandsbediening, waarbij de helper
uw bedrijfsklaar modelschip in het water houdt en u steeds verder van het model gaat wegstaan. De besturing moet
zonder storing werken op een afstand van tenminste 30 meter.
e) De eerste vaart
Het varen van het modelschip is nu toegestaan met een opgezette en vergrendelde cabinekap. Anders
kan opspattend water in het schip binnendringen en de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen
vernietigen. Verlies van garantie!
De besturingselektronica in het model heeft omwille van veiligheidstechnische redenen geen geïntegreerde
onderspanningsherkenning voor de vaaraccu. Wanneer de accu wordt uitgeschakeld om een schadelijke
diepontlading van de vaaraccu te vermijden, zou het model onbestuurbaar in het water drijven en eventueel
verloren gaan. Onderbreek daarom tijdig (ten laatste na een vaartijd van 8 tot 10 minuten) het varen om met
eigen kracht de oever te bereiken en een diepontlading van de vaaraccu te vermijden.
Het uitvaren in ongunstige omstandigheden, zoals sterke wind en hoge golven, is niet toegestaan en kan tot
verlies van het model leiden.
Als u tijdens het varen ongewone geluiden of een plots toerental- of snelheidsverlies vaststelt, moet het va-
ren onmiddellijk worden beëindigd en naar de oorzaak worden gezocht. In de meeste gevallen heeft zich vb.
zeegras rond de scheepsschroeven en/of de aandrijvingsassen gewikkeld, wat de aandrijving bemoeilijkt
of bijna tot stilstand kan brengen. Deze omstandigheid zou bij een verder gebruik eventueel tot vernietiging
van aandrijvingscomponenten leiden. Verlies van garantie!
Plaats het model voorzichtig en horizontaal in het water. Let daarbij op dat de scheepsschroeven niet aan de grond
lopen en vrij kunnen draaien.
Neem het model nooit vast in de buurt van de scheepsschroeven. Een ongewild opstarten van de scheeps-
schroeven leidt anders tot zware verwondingen!
74
Schuif de aandrijfhendel (afbeelding 5, pos. 3) naar voor. Het model begint vooruit te varen. Schuif de aandrijfhendel
(afbeelding 5, pos. 3) naar achter. Het model begint achteruit te varen. Wanneer u de stuurhendel van de afstandsbe-
diening (afbeelding 5, pos. 4) naar links of rechts draait, zal uw model een overeenkomstige bocht varen.
De vaartijd bedraagt naargelang de vaarstijl ca. 8 tot 10 minuten. Beeindig tijdig het uitvaren en vaar naar de oever.
Open de cabinekap en ontkoppel de vaaraccu. Schakel pas daarna de zender uit en controleer of er water in het
model is binnengedrongen. Binnengedrongen water moet onmiddellijk worden verwijderd. Let hierbij op dat dit water
tijdens het afvoeren niet in de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen raakt.
Het indringen van kleine hoeveelheden water (max. ca. 5 ml per vaart) is normaal, het water moet na elke
vaart worden verwijderd.
Na het uitvaren moeten de motoren en besturingselektronica tot de omgevingstemperatuur afkoelen. Neem
daarom voor de volgende uitvaart een pauze van ca. 5 tot 10 minuten. De cabinekap moet hierbij gedemon-
teerd blijven voor een betere koeling.
75
10. Scheepsschroeven vervangen
Er is telkens een links- en rechtsdraaiende reservescheepsschroef in de leveringsomvang inbegrepen. Let voor een
wissel op de in afbeelding 8 getoonde verschillende bladvormen van de scheepsschroeven.
Afbeelding 8
Om de scheepsschroeven te vervangen, gaat u als volgt te werk:
Verwijder de borgmoer. Bij de linker scheepsschroef moet u de moer naar links draaien om te verwijderen. Bij de
rechter scheepsschroef moet u deze naar rechts draaien. Houd hiervoor de betreffende motoras met een passende
tang aan de achterste moer van de scheepsschroef vast.
Verwijder de scheepsschroef van de as.
Monteer de nieuwe scheepsschroef op de as en maak deze met de contramoer vast.
Let bij de montage van de scheepsschroeven op de in afbeelding 8 getoonde bladvormen. Als de scheeps-
schroeven verkeerd worden gemonteerd, vaart het model in een cirkel (of het model in de plaats van vooruit,
achteruit vaart).
76
11. Onderhoud en reiniging
Voor een onderhouds- of reinigingsbeurt moet de accu van het model worden ontkoppeld.
Controleer regelmatig de aandrijving en stuurfuncties van de elektronica van uw model. Alle beweegbare onderdelen
moeten gemakkelijk kunnen bewegen, maar mogen geen speling in de lagers vertonen.
Reinig de buitenkant van de model uitsluitend met een zachte, licht vochtige doek. U mag in geen geval agressieve
reinigingsproducten of chemische oplosmiddelen gebruiken omdat hierdoor het oppervlak beschadigd kan worden.
Belangrijk!
Indien u beschadigde of versleten onderdelen moet vervangen, gebruik dan alleen originele reserveonder-
delen.
Beschadigingen aan de scheepsromp mag u uitsluitend met een geschikte lijm uitvoeren die ook voor kunststof (ABS)
is geschikt, maar niet wateroplosbaar is. Wij raden hiervoor het gebruik van 5-minuten epoxylijm aan.
12. Verwijderen
a) Algemeen
Verwijder het onbruikbaar geworden product volgens de geldende wettelijke voorschriften.
Verwijder de geplaatste batterijen/accu‘s en gooi deze afzonderlijk van het product weg.
b) Batterijen en accu´s
U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu’s in te leveren;
verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan!
Batterijen/accu´s die schadelijke stoffen bevatten, zijn gemarkeerd met nevenstaand symbool. Deze mogen
niet via het huisvuil worden afgevoerd. De aanduidingen voor irriterend werkende, zware metalen zijn:
Cd=cadmium, Hg=kwik, Pb=lood (betekenis staat op de batterij/accu, bijv. onder de hiernaast afgebeelde
containersymbolen).
Lege batterijen en niet meer oplaadbare accu´s kunt u gratis inleveren bij de verzamelplaatsen van uw gemeente,
onze lialen of andere verkooppunten van batterijen en accu´s.
Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen voor afvalscheiding en draagt u bij aan de bescherming van het milieu.
77
13. Verklaring van overeenstemming (DOC)
Hierbij verklaren wij, Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit product in overeenstem-
ming is met de algemene eisen en andere relevante voorschriften van de richtlijn 1999/5/EG.
De bij dit product behorende verklaring van conformiteit kunt u vinden op www.conrad.com.
14. Technische gegevens
Modelschip:
Lengte...................................................335 mm
Breedte .................................................114 mm
Gewicht vaarvaardig .............................297 g
Stuurfuncties .........................................vooruit/achteruit, links/rechts
Motoren ................................................2 (130 klasse)
Geringe afwijkingen in afmetingen en gewicht zijn productie-technisch bepaald.
Zender:
Bedrijfsspanning ...................................9 V/DC (1x blokbatterij)
Zendfrequentie .....................................27 MHz
Kanalen ................................................2
Bereik ...................................................ca. 50 m
Vaaraccu:
Nominale spanning ...............................4,8 V (4-cellen NiMH)
Accucapaciteit ......................................600 mAh
Laadapparaat:
Bedrijfsspanning ...................................230 V/AC, 50 Hz
Geschikt voor accutype ........................NiMH, 4 cellen
Laadstroom ...........................................200 mA
! Impressum
Dies ist eine Publikation der Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B. Fotokopie, Mikroverlmung, oder die Er-
fassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck,
auch auszugsweise, verboten. Die Publikation entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung.
© Copyright 2016 by Conrad Electronic SE.
( Legal Notice
This is a publication by Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microlming, or the capture in electronic
data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited. This publication
represent the technical status at the time of printing.
© Copyright 2016 by Conrad Electronic SE.
# Information légales
Ceci est une publication de Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu‘elle soit (p. ex. photocopie, microlm, saisie dans
des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l‘éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même
par extraits. Cette publication correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse.
© Copyright 2016 par Conrad Electronic SE.
$ Colofon
Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microver-
lming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever.
Nadruk, ook van uittreksels, verboden. De publicatie voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen.
© Copyright 2016 by Conrad Electronic SE. V1_0216_01_DT

Documenttranscriptie

 Schiffsmodell „Mini Wavebreaker“  Ship Model „Mini Wavebreaker“  Modèle réduit de bateau « Mini Wavebreaker »  Modelschip „Mini Wavebreaker“ Best.-Nr. / Item No. / N° de commande / Bestelnr. 1407343  Bedienungsanleitung  Operating Instructions  Notice d’emploi  Gebruiksaanwijzing Seite 2 - 20 Page 21 - 39 Page 40 - 58 Pagina 59 - 77 Version 02/16 7 Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. $ Pagina Inleiding..............................................................................................................................................................60 Verklaring van symbolen.....................................................................................................................................60 Voorgeschreven gebruik.....................................................................................................................................61 Productomschrijving...........................................................................................................................................61 Leveringsomvang...............................................................................................................................................62 Veiligheidsaanwijzingen......................................................................................................................................63 a) Algemeen.....................................................................................................................................................63 b) Laadapparaat...............................................................................................................................................64 c) Voor de ingebruikname.................................................................................................................................64 d) Tijdens het gebruik.......................................................................................................................................65 Voorschriften voor batterijen en accu´s..............................................................................................................66 Voorbereidingen..................................................................................................................................................67 a) Opladen van de vaaraccu.............................................................................................................................67 b) Ontvangstantenne monteren........................................................................................................................68 c) Scheepsschroeven controleren....................................................................................................................69 d) Antenne in de zender schroeven..................................................................................................................69 e) Batterij in de zender plaatsen.......................................................................................................................69 Ingebruikname....................................................................................................................................................70 a) Zender..........................................................................................................................................................70 b) Vaaraccu plaatsen en aansluiten..................................................................................................................71 c) Stuurfuncties controleren..............................................................................................................................72 d) Bereiktest......................................................................................................................................................73 e) De eerste vaart.............................................................................................................................................73 Scheepsschroeven vervangen...........................................................................................................................75 Onderhoud en reiniging......................................................................................................................................76 Verwijderen.........................................................................................................................................................76 a) Algemeen.....................................................................................................................................................76 b) Batterijen en accu´s......................................................................................................................................76 Verklaring van overeenstemming (DOC)............................................................................................................77 Technische gegevens.........................................................................................................................................77 59 1. Inleiding Geachte klant, Hartelijk dank voor de aanschaf van dit product. Dit product voldoet aan de wettelijke nationale en Europese normen. Volg de instructies van de gebruiksaanwijzing op om deze status van het apparaat te handhaven en een ongevaarlijke werking te garanderen! Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Deze bevat belangrijke instructies voor de ingebruikname en bediening. Let hierop, ook wanneer u dit product aan derden doorgeeft. Bewaar deze gebruiksaanwijzing om haar achteraf te raadplegen! Alle vermelde bedrijfs- en productnamen zijn handelsmerken van de respectievelijke eigenaren. Alle rechten voorbehouden. Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk. Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be 2. Verklaring van symbolen Het symbool met de bliksem in een driehoek wordt gebruikt als er gevaar bestaat voor uw gezondheid (bv. door elektrische schokken). Een uitroepteken in een driehoek wijst op speciale gevaren bij gebruik, ingebruikneming of bediening. Het „pijl“-symbool wijst op speciale tips en bedieningsvoorschriften. 60 3. Voorgeschreven gebruik Dit product is een door een elektrisch aangedreven modelschip, dat met behulp van de meegeleverde afstandsbediening, radiografisch bestuurd wordt. Het model is geschikt voor buitenshuis gebruik en mag uitsluitend in zoetwater worden gebruikt. De afstandsbedienings- en aandrijvingscomponenten mogen niet vochtig of nat worden. Hetzelfde geldt in het bijzonder voor het laadapparaat en de accu. Het product is geen speelgoed. Het is niet geschikt voor kinderen onder de 14 jaar. Volg alle veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing op. Deze bevat belangrijke informatie voor het gebruik van het product. U alleen bent verantwoordelijk voor een veilige werking van het model! 4. Productomschrijving Bij het modelschip „Mini Wavebreaker“ gaat het om een model dat geschikt is voor beginners in de modelschipbouw. Voor de nodige voorbereidingen en het later gebruik is slechts een beperkte kennis in de omgang met modelschepen vereist. Het wendbare modelschip is geschikt voor beginners in de modelscheepsbouw. Het model is volledig vervaardigd uit kunststof (ABS) in een speciale vormgeving, de decoratie is reeds aangebracht. De cabinekap is demonteerbaar. De bestuurbare functies zijn: Vooruit, achteruit varen en van vaarrichting veranderen. De elektronica die hiervoor nodig is, werd reeds in het model ingebouwd. Een meegeleverd stekkerlaadapparaat dient om de vaaraccu op te laden. Om de zender te gebruiken is een 9 V-blokbatterij nodig (type alkaline aanbevolen), die niet is inbegrepen. 61 5. Leveringsomvang Het ontwerp van de boot en de zender kan van het in deze gebruiksaanwijzing getoonde ontwerp afwijken. Let evt. op de afbeelding op de verpakking of het internet. Afbeelding 1 1 Scheepsromp met cabinekap 2 Afstandsbediening Voor het gebruik van de zender is nog een 9 V-blokbatterij nodig (niet inbegrepen). We raden u aan om hoogwaardige alkalinebatterijen (geen accu) te gebruiken. 3 Rij-accu 4 Laadapparaat 5 Antennebuisje 6 Vervangscheepsschroef 7 Gebruiksaanwijzing (niet afgebeeld) Geactualiseerde gebruiksinstructies: 1. Open www.conrad.com/downloads in een browser of scan de afgebeelde QRcode. 2. Kies het documententype en de taal en vul het productnummer in het zoekveld in. Nadat u de zoekopdracht heeft uitgevoerd, kunt u de weergegeven documenten downloaden. 62 6. Veiligheidsaanwijzingen Bij beschadigingen veroorzaakt door het niet opvolgen van deze gebruiksaanwijzing vervalt ieder recht op garantie. Voor gevolgschade die hieruit ontstaat, zijn wij niet aansprakelijk! Voor materiële schade of persoonlijk letsel, veroorzaakt door ondeskundig gebruik of het niet opvolgen van de veiligheidsaanwijzingen, aanvaarden wij geen aansprakelijkheid! In zulke gevallen vervalt de garantie. Verder zijn normale slijtage en ongevalschade (vb. gebroken scheepsschroeven of aandrijvings- of afstandsbedieningsonderdelen met waterschade) van de garantie en waarborg uitgesloten. Geachte klant, Deze veiligheidsvoorschriften dienen niet enkel ter bescherming van het product maar ook voor uw eigen veiligheid en deze van anderen en dieren in de gebruiksomgeving. Lees daarom dit hoofdstuk zeer aandachtig door voordat u het product gebruikt! a) Algemeen Let op, belangrijk! Bij gebruik van het model kan het tot materiële schade of lichamelijke letsels komen. Houd rekening met het feit dat u voor het gebruik van het model voldoende verzekerd bent, bijv. via een aansprakelijkheidsverzekering. Informeer indien u reeds beschikt over een aansprakelijkheidsverzekering voor u het model in bedrijf neemt bij uw verzekering of het gebruik van het model mee verzekerd is. Let op: In verschillende EU-landen bestaat op bepaalde wateren een gebruiksverbod voor alle modelschepen! • Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het product of de componenten niet toegestaan. • Het product is geen speelgoed. Het is niet geschikt voor kinderen onder de 14 jaar. • De afstandsbedienings- en aandrijvingscomponenten mogen niet vochtig of nat worden. • Het model is uitsluitend geschikt voor gebruik in zoetwater. • Gelieve u tot een ervaren modelsporter of een modelbouwclub te wenden als u nog niet genoeg kennis heeft voor het gebruik van afstandsbediende modelschepen. • Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos liggen. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn. • Wendt u zich tot ons (zie hoofdstuk 1 voor de contactgegevens) of een andere vakman indien u vragen heeft die niet met behulp van deze gebruiksaanwijzing opgehelderd kunnen worden. 63 b) Laadapparaat • Het laadapparaat is gebouwd volgens veiligheidsklasse II. Als spanningsbron voor het laadapparaat mag slechts een standaard contactdoos van het openbaar stroomnet worden gebruikt (voor de bedrijfsspanning voor het laadapparaat, zie hoofdstuk „Technische gegevens“). • De contactdoos waarmee het laadapparaat wordt verbonden, moet makkelijk toegankelijk zijn. • Het laadapparaat is enkel geschikt voor een gebruik in droge en gesloten binnenruimtes. Het mag niet vochtig of nat worden, raak het nooit met natte handen aan, er bestaat levensgevaar door elektrische slag! • Trek het laadapparaat nooit aan het snoer uit de contactdoos. Raak het zijdelings aan de behuizing aan en trek het dan uit de contactdoos. • Wanneer het laadapparaat tekenen van schade vertoont, mag u het niet beetpakken, er bestaat levensgevaar door elektrische schok! Schakel eerst de netspanning voor de contactdoos, waaraan het laadapparaat is aangesloten uit (bijhorende zekeringsautomaat uitschakelen of zekering uitdraaien, vervolgens bijhorende FI-beschermschakelaar uitschakelen zodat de contactdoos aan alle polen van de stroomtoevoer is afgesloten). Trek pas daarna het laadapparaat uit de contactdoos. Het beschadigde laadapparaat moet op milieubewust verwijderd worden, gebruik het niet meer. Vervang het door een identiek laadapparaat. • Houd apparaten die op netvoeding werken buiten bereik van kinderen. Wees dus extra voorzichtig als kinderen in de buurt zijn. Gebruik het laadapparaat op een plaats die niet bereikt kan worden door kinderen. • Vermijd de volgende ongunstige omstandigheden op de bedrijfsplaats of tijdens het vervoer: - vocht of een te hoge luchtvochtigheid - Koude of hitte en direct zonlicht - stof of brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen - sterke trillingen, stoten, vallen - sterke magnetische velden, bijv. in de buurt van machines of luidsprekers • Gebruik het laadapparaat nooit direct wanneer het van een koude in een warme ruimte is gebracht. Het condenswater dat hierbij gevormd wordt kan in bepaalde gevallen het laadapparaat vernielen, bovendien bestaat er levensgevaar door een elektrische schok! Laat het product eerst op kamertemperatuur komen vooraleer u het aansluit en gebruikt. Dit kan soms meerdere uren duren. • Let bij het gebruik erop dat het snoer van het laadapparaat niet gebogen of platgedrukt wordt. • Behandel het product voorzichtig. Door stoten, schokken of een val - zelfs van geringe hoogte - kan het beschadigd raken. c) Voor de ingebruikname • Controleer of er binnen de reikwijdte van de afstandsbediening geen andere modellen gebruikt worden met hetzelfde afstandsbedieningskanaal (zendfrequentie). Anders kunt u de controle over uw model verliezen! • Controleer regelmatig de technische veiligheid van uw model en het afstandsbedieningssysteem. Let hierbij op zichtbare beschadigingen, zoals defecte steekverbindingen of beschadigde kabels. Alle bewegende onderdelen van het model moeten soepel werken en de lagers mogen geen speling vertonen. 64 • De vaaraccu moet voor de ingebruikname van het model worden opgeladen. • Controleer de toestand van de batterij in de zender en vervang deze evt. Wij raden u ook aan om voor een lang en storingsvrij gebruik in de zender een 9 V-blokbatterij (alkaline) te gebruiken en geen heroplaadbare accu. • Schakel steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de vaaraccu van het model aangesloten worden. Wanneer u in een andere volgorde te werk gaat, kan het tot onvoorzienbare reacties van de ontvangstinstallatie in het model komen en kunnen de scheepspropellers ongewild opstarten! Er bestaat ongeval- en verwondingsgevaar! • Controleer voor elke ingebruikname de correcte en vaste zitting van de scheepsschroeven en of ze beschadigd zijn. • Let er bij draaiende scheepsschroeven op dat er geen voorwerpen of lichaamsdelen binnen het draai- en aanzuigbereik van de rotoren aanwezig zijn. d) Tijdens het gebruik • Neem geen risico bij het gebruik van het model! Uw eigen veiligheid en die van uw omgeving is afhankelijk van uw verantwoord gebruik van het model. • Een verkeerd gebruik van het product kan zware letsels en beschadigingen tot gevolg hebben! Houd daarom bij het gebruik voldoende afstand tot personen, dieren en voorwerpen. • Kies een geschikte waterloop voor het gebruik van uw model. Bij twijfel vraagt u aan de verantwoordelijke voor de waterloop, of het gebruik van uw model daar is toegelaten. • De gekozen waterloop moet voor het gebruik van uw model vrij zijn van slingerplanten (vb. zeegras). Er mogen ook geen voorwerpen (vb. takken) in het water zwemmen. • Let bij de geselecteerde waterloop op stromingen en andere ongunstige omstandigheden, die het gebruik van het model bemoeilijken of helemaal onmogelijk maken. Gevaar voor verlies van het model! • U mag het model alleen besturen als uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door alcohol of medicijnen kunnen verkeerde reacties tot gevolg hebben. • Vaar niet rechtstreeks in de richting van in het water zwemmende personen of dieren. • Richt de antenne van de zender nooit direct op het model. Hierbij krijgt u in principe het kortste bereik tussen zender en model. Een optimaal bereik verkrijgt u wanneer de antenne van de zender verticaal naar boven wijst (antenne van de zender is parallel met de antenne van het model). • Zowel motoren, vaarregelaar als vaaraccu kunnen tijdens de werking van het model opwarmen. Pauzeer daarom 5 - 10 minuten voordat u de vaaraccu weer oplaadt of voordat u met een reserve-accu opnieuw start. De aandrijfmotoren moeten zijn afgekoeld tot de omgevingstemperatuur. • Laat de afstandsbediening (zender) steeds ingeschakeld zolang het model in gebruik is. Ontkoppel na een uitvaart altijd eerst de vaaraccu of schakel het model uit. Pas daarna mag de afstandsbediening worden uitgeschakeld. • In geval van een defect of een verkeerde werking moet eerst de oorzaak van de storing verholpen worden voordat u het model weer start. • Stel het model en de afstandsbediening niet gedurende langere tijd bloot aan direct zonlicht of grote hitte. 65 7. Voorschriften voor batterijen en accu´s Belangrijk! Neem altijd de volgende informatie en veiligheidsvoorschriften in acht bij het gebruik van batterijen en accu´s. Wanneer u dit niet doet, bestaat levensgevaar door een elektrische schok. Er bestaat bovendien brand- en explosiegevaar. • Houd batterijen/accu´s buiten het bereik van kinderen. • U mag batterijen/accu´s niet zomaar laten rondslingeren wegens het gevaar dat kinderen of huisdieren ze inslikken. In dit geval dient u onmiddellijk een arts te raadplegen! • Voor het opladen neemt u de vaaraccu uit het model en plaats dit op een vuurvaste ondergrond. Zorg voor voldoende afstand t.o.v. brandbare voorwerpen. • Aangezien zowel het oplaadtoestel als de vaaraccu tijdens het opladen warm worden, is het aangewezen te zorgen voor voldoende verluchting. Dek het oplaadtoestel en de vaaraccu nooit af! Dit geldt uiteraard ook voor andere laadapparaten en accu‘s. • U mag accu’s nooit onbewaakt laten tijdens het opladen. • Stel het laadapparaat en de vaaraccu niet bloot aan hoge/lage temperaturen, vocht of direct zonlicht. • Let bij de omgang met accu’s op de speciale veiligheidsaanwijzingen van de fabrikant! • Neem de vaaraccu uit het oplaadtoestel wanneer deze volledig is opgeladen. • Zorg dat batterijen/accu´s niet worden kortgesloten, doorboord of in vuur worden geworpen. Er bestaat explosiegevaar! • Lekkende of beschadigde batterijen/accu´s kunnen bij huidcontact bijtende wonden veroorzaken; draag in dit geval veiligheidshandschoenen. • Gewone niet-oplaadbare batterijen mogen niet worden opgeladen. Er bestaat brand- en explosiegevaar! U mag alleen accu´s opladen die hiervoor geschikt zijn. Gebruik geschikte opladers. • Let bij het plaatsen van de batterij (of accu´s) in de zender of bij de aansluiting van de vaaraccu aan het model op de juiste polariteit (let op plus/+ en min/-). • Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de in de afstandsbediening geplaatste batterij (of accu) verwijderen om schade door een lekkende batterij te voorkomen. • Laad NiMH-accu´s ten laatste om de 3 maanden op, aangezien anders door de zelfontlading een zogenaamde diepontlading kan optreden waardoor de accu´s onbruikbaar kunnen worden. 66 8. Voorbereidingen Het modelschip „Mini Wavebreaker“ wordt bedrijfsklaar geleverd. Voor de ingebruikname moeten slechts enkele handelingen worden gesteld. Voordat u het model in gebruik neemt, dient u eerst elk hoofdstuk zorgvuldig door te lezen. Voor een beter begrip is altijd een afbeelding toegevoegd. Voer de uit te voeren werkzaamheden aan de betreffende delen pas uit, als u de informatie goed begrijpt en precies weet waar u moet op letten. a) Vaaraccu opladen Belangrijk! De vaaraccu wordt met een laadapparaat uit de leveringsomvang opgeladen. Aangezien dit laadapparaat niet over een automatische uitschakeling beschikt, moet u toezicht houden bij het opladen en de accu tijdig van het laadapparaat afkoppelen. Afbeelding 2 • Steek het laadapparaat (1) in een normaal stopcontact. • Sluit de vaaraccu (2) aan de kabel van het laadapparaat aan. Let hierbij op de polariteit. De stekker van de accu (3) en het laadapparaat (4) zijn verpolingsveilig. De „houderklem“ van de laadkabel (5) moet in de „neus“ van de accustekker (6) vastklikken. • Nadat de accu met het laadapparaat werd verbonden, begint het opladen automatisch. Noteer of duid de starttijd van het opladen aan. 67 • Het opladen wordt niet automatisch door het laadapparaat beëindigd. Wanneer de accu volledig is opgeladen, moet deze van het laadapparaat worden afgekoppeld. Het opladen van een volledig lege accu duurt ca. 3 uur. U moet de accu ten laatste na deze tijdsspanne van het laadapparaat ontkoppelen. Als een niet-volledig ontladen accu wordt opgeladen, verkort de maximum toegelaten laadtijd overeenkomstig. Een sterke opwarming van de accu kenmerkt eveneens het laadeinde aangezien de accu geen energie meer kan opnemen en de laadstroom in warmte omzet. b) Montage van ontvangstantenne De ontvangstantenne wordt vanaf de rijrichting gezien achteraan rechts uit de scheepsromp naar buiten gebracht en met een antennebuisje naar boven geleid. Afbeelding 3 • Draai de vergrendelingshendel 90° naar links of rechts (1) en heft de cabinekap op. Hiervoor is in de buurt van de vergrendelingshendel aan de cabinekap een kleine neus (2) aangebracht, die het opheffen vergemakkelijken. Hef de cabinekap achteraan op tot het voorste deel (3) uit de verankering loskomt. • Schuif de antenne van de ontvanger van de binnenkant van de boot naar buiten (4). • Voer de antenne in het antennebuisje en steek deze in de opening van de scheepsromp (5). Hierbij moet de antenne volledig naar buiten worden getrokken en uit het antennebuisje steken. Belangrijk! Het bereik tussen zender en model kan bij een foutief geplaatste ontvangstantenne (de antenne ligt vb. alleen in de scheepsromp) drastisch worden verkort. In dit geval is het model niet correct bestuurbaar. Controleer voor elke vaart de correcte positie van de ontvangstantenne. 68 c) Controle van de scheepsschroeven Controleer de scheepsschroeven en hun contramoeren voor elke vaart op haar vaste zitting en beschadigingen. Beschadigde scheepsschroeven moeten voor het uitvaren worden vervangen. Indien u dit niet in acht neemt, kan het gebeuren dat de scheepsschroeven tijdens de werking ongewild loskomen of breken. Hierbij bestaat het gevaar voor verdere schade aan uw model. Bovendien kan uw model niet meer worden bestuurd. In verband met de scheepsschroeven neemt u ook de verdere informatie in het hoofdstuk „Scheepsschroeven vervangen“ in acht. d) Antenne in de zender schroeven Schuif de zenderantenne (zie afbeelding 4, pos. 1) in de zender en schroef deze voorzichtig vast. Gebruik hiervoor geen gereedschap! e) Batterij in de zender plaatsen Open het batterijvak (2) aan de achterzijde van de zender door het deksel aan de geribbelde plaats naar beneden te schuiven. Plaats nu een 9 V-blokbatterij (3) met de polen in de juiste richting. Let hiervoor op de markering van de polen (plus/+ en min/-) in het batterijvak van de zender (4). Sluit het batterijvak weer. Afbeelding 4 69 9. Ingebruikname a) Zender Afbeelding 5 De zender wordt met de schuifschakelaar (1) ingeschakeld („ON“ = aan). Trek in de vaarmodus de telescopische zenderantenne (2) voorzichtig tot op de volledige lengte uit. Met de stuurhendel voor de aandrijving (3) stuurt u vooruit of achteruit. Met de stuurhendel voor de besturing (4) stuurt u de vaarrichting. Als een van beide stuurhendels wordt bediend, licht de LED (5) voor de functiecontrole op. 70 b) Vaaraccu plaatsen en aansluiten Afbeelding 6 • Verwijder de cabinekap, zoals beschreven in hoofdstuk 8. b). • De vaaraccu (1) wordt in de scheepsromp in een hiervoor voorziene accuhouder (2) geplaatst en met een elastiek (3) aan de accuhouder vastgemaakt. • Schakel de zender in. De stuurhendel van de zender moet zich in de neutrale stand bevinden. • Plaats het schip op een geschikte ondergrond zodat de scheepsschroeven vrij kunnen worden bewogen. • Sluit de stekker (5) die zich op de accu bevindt aan het tegenstuk (6) van de stuurelektronica aan. Let op dat de kabel niet in de draaibare aandrijfonderdelen (4) kan raken. 71 c) Stuurfuncties controleren Nadat u de zender hebt ingeschakeld en de accu aan de besturingselektronica van het model hebt aangesloten, is uw model bedrijfsklaar. Ter controle van de stuurfuncties en later bij het bedrijf van het model trekt u de zenderantenne voorzichtig tot op de volledige lengte uit. Alleen zo bereikt u het maximaal bereik van de afstandsbediening. Het model beschikt over een veiligheidsfunctie, die het opstarten van de motoren op het droge verhindert. De motoren starten pas op, wanneer de beide sensoren (zie cirkelmarkering in afbeelding 7) in het water liggen en er zo een elektrische overgangsweerstand volgt. Plaats daarom het schip ter controle van de stuurfuncties in het water en houdt het vast. Afbeelding 7 Belangrijk! Door vervuiling (het schip werd vb. in een natuurlijke waterloop gebruikt) of een waterfilm kan aan de scheepsromp een overgangsweerstand ontstaan. Dit bewerkt het feit dat de elektronica ook in het droge geactiveerd is, de scheepsschakeling is buiten bedrijf. De motoren zouden zo kunnen opstarten, verwondingsgevaar! Daarom raden wij aan om na elke vaart de scheepsromp met een schone doek droog te wrijven. Controleer de functie vooruit en achteruit rijden: Met de aandrijfhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 3) kunt u de vaarrichting van het model sturen. Als u de hendel naar voor schuift, moeten beide scheepschroeven draaien en moet het schip vooruit varen. Wanneer u de hendel naar achter schuift, moeten beide scheepschroeven draaien en moet het schip achteruit varen. Het achteruit varen gebeurt uitsluitend met ca. 50% van het aandrijfvermogen en is ontworpen voor kortstondige vaarmanoeuvres. Aangezien door het achteruit varen het gevaar voor instromend water verhoogt (water wordt door de aandrijfassen gedrukt; water kan via de cabinekap binnendringen), moeten lange achteruitvaarten worden vermeden. 72 Bochten varen wordt gestuurd door het in- en uitschakelen van een motor. Als u vb. tijdens het vooruit varen met uw model een bocht naar links wilt inleiden, dan wordt hiervoor de linker motor uitgeschakeld. De rechter motor loopt hierbij verder. Controleer de functie „Bocht naar links varen“. De aandrijfhendel blijft voor deze functiecontrole in de neutrale stand staan. Schuif de stuurhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 4) naar links. Nu moet de rechter scheepsschroef draaien. Controleer de functie „Bocht naar rechts varen“. De aandrijfhendel blijft voor deze functiecontrole in de neutrale stand staan. Schuif de stuurhendel van de zender (afbeelding 5, pos. 4) naar rechts. Nu moet de linker scheepsschroef draaien. d) Bereiktest Voor de eerste uitvaart moeten de vaaraccu en een eventueel geplaatste zenderaccu volgens de instructies van de fabrikant opgeladen worden. Omwille van de bedrijfsveiligheid raden wij u aan in de zender alleen een batterij te plaatsen en geen accu. Doe een bereiktest van de afstandsbediening. Neem daarvoor de zender en vervolgens het modelschip in gebruik door de vaaraccu aan te sluiten. Controleer nu met een helper het bereik van uw afstandsbediening, waarbij de helper uw bedrijfsklaar modelschip in het water houdt en u steeds verder van het model gaat wegstaan. De besturing moet zonder storing werken op een afstand van tenminste 30 meter. e) De eerste vaart Het varen van het modelschip is nu toegestaan met een opgezette en vergrendelde cabinekap. Anders kan opspattend water in het schip binnendringen en de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen vernietigen. Verlies van garantie! De besturingselektronica in het model heeft omwille van veiligheidstechnische redenen geen geïntegreerde onderspanningsherkenning voor de vaaraccu. Wanneer de accu wordt uitgeschakeld om een schadelijke diepontlading van de vaaraccu te vermijden, zou het model onbestuurbaar in het water drijven en eventueel verloren gaan. Onderbreek daarom tijdig (ten laatste na een vaartijd van 8 tot 10 minuten) het varen om met eigen kracht de oever te bereiken en een diepontlading van de vaaraccu te vermijden. Het uitvaren in ongunstige omstandigheden, zoals sterke wind en hoge golven, is niet toegestaan en kan tot verlies van het model leiden. Als u tijdens het varen ongewone geluiden of een plots toerental- of snelheidsverlies vaststelt, moet het varen onmiddellijk worden beëindigd en naar de oorzaak worden gezocht. In de meeste gevallen heeft zich vb. zeegras rond de scheepsschroeven en/of de aandrijvingsassen gewikkeld, wat de aandrijving bemoeilijkt of bijna tot stilstand kan brengen. Deze omstandigheid zou bij een verder gebruik eventueel tot vernietiging van aandrijvingscomponenten leiden. Verlies van garantie! Plaats het model voorzichtig en horizontaal in het water. Let daarbij op dat de scheepsschroeven niet aan de grond lopen en vrij kunnen draaien. Neem het model nooit vast in de buurt van de scheepsschroeven. Een ongewild opstarten van de scheepsschroeven leidt anders tot zware verwondingen! 73 Schuif de aandrijfhendel (afbeelding 5, pos. 3) naar voor. Het model begint vooruit te varen. Schuif de aandrijfhendel (afbeelding 5, pos. 3) naar achter. Het model begint achteruit te varen. Wanneer u de stuurhendel van de afstandsbediening (afbeelding 5, pos. 4) naar links of rechts draait, zal uw model een overeenkomstige bocht varen. De vaartijd bedraagt naargelang de vaarstijl ca. 8 tot 10 minuten. Beeindig tijdig het uitvaren en vaar naar de oever. Open de cabinekap en ontkoppel de vaaraccu. Schakel pas daarna de zender uit en controleer of er water in het model is binnengedrongen. Binnengedrongen water moet onmiddellijk worden verwijderd. Let hierbij op dat dit water tijdens het afvoeren niet in de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen raakt. Het indringen van kleine hoeveelheden water (max. ca. 5 ml per vaart) is normaal, het water moet na elke vaart worden verwijderd. Na het uitvaren moeten de motoren en besturingselektronica tot de omgevingstemperatuur afkoelen. Neem daarom voor de volgende uitvaart een pauze van ca. 5 tot 10 minuten. De cabinekap moet hierbij gedemonteerd blijven voor een betere koeling. 74 10. Scheepsschroeven vervangen Er is telkens een links- en rechtsdraaiende reservescheepsschroef in de leveringsomvang inbegrepen. Let voor een wissel op de in afbeelding 8 getoonde verschillende bladvormen van de scheepsschroeven. Afbeelding 8 Om de scheepsschroeven te vervangen, gaat u als volgt te werk: • Verwijder de borgmoer. Bij de linker scheepsschroef moet u de moer naar links draaien om te verwijderen. Bij de rechter scheepsschroef moet u deze naar rechts draaien. Houd hiervoor de betreffende motoras met een passende tang aan de achterste moer van de scheepsschroef vast. • Verwijder de scheepsschroef van de as. • Monteer de nieuwe scheepsschroef op de as en maak deze met de contramoer vast. Let bij de montage van de scheepsschroeven op de in afbeelding 8 getoonde bladvormen. Als de scheepsschroeven verkeerd worden gemonteerd, vaart het model in een cirkel (of het model in de plaats van vooruit, achteruit vaart). 75 11. Onderhoud en reiniging Voor een onderhouds- of reinigingsbeurt moet de accu van het model worden ontkoppeld. Controleer regelmatig de aandrijving en stuurfuncties van de elektronica van uw model. Alle beweegbare onderdelen moeten gemakkelijk kunnen bewegen, maar mogen geen speling in de lagers vertonen. Reinig de buitenkant van de model uitsluitend met een zachte, licht vochtige doek. U mag in geen geval agressieve reinigingsproducten of chemische oplosmiddelen gebruiken omdat hierdoor het oppervlak beschadigd kan worden. Belangrijk! Indien u beschadigde of versleten onderdelen moet vervangen, gebruik dan alleen originele reserveonderdelen. Beschadigingen aan de scheepsromp mag u uitsluitend met een geschikte lijm uitvoeren die ook voor kunststof (ABS) is geschikt, maar niet wateroplosbaar is. Wij raden hiervoor het gebruik van 5-minuten epoxylijm aan. 12. Verwijderen a) Algemeen Verwijder het onbruikbaar geworden product volgens de geldende wettelijke voorschriften. Verwijder de geplaatste batterijen/accu‘s en gooi deze afzonderlijk van het product weg. b) Batterijen en accu´s U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu’s in te leveren; verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan! Batterijen/accu´s die schadelijke stoffen bevatten, zijn gemarkeerd met nevenstaand symbool. Deze mogen niet via het huisvuil worden afgevoerd. De aanduidingen voor irriterend werkende, zware metalen zijn: Cd=cadmium, Hg=kwik, Pb=lood (betekenis staat op de batterij/accu, bijv. onder de hiernaast afgebeelde containersymbolen). Lege batterijen en niet meer oplaadbare accu´s kunt u gratis inleveren bij de verzamelplaatsen van uw gemeente, onze filialen of andere verkooppunten van batterijen en accu´s. Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen voor afvalscheiding en draagt u bij aan de bescherming van het milieu. 76 13. Verklaring van overeenstemming (DOC) Hierbij verklaren wij, Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau, dat dit product in overeenstemming is met de algemene eisen en andere relevante voorschriften van de richtlijn 1999/5/EG. De bij dit product behorende verklaring van conformiteit kunt u vinden op www.conrad.com. 14. Technische gegevens Modelschip: Lengte...................................................335 mm Breedte..................................................114 mm Gewicht vaarvaardig..............................297 g Stuurfuncties..........................................vooruit/achteruit, links/rechts Motoren.................................................2 (130 klasse) Geringe afwijkingen in afmetingen en gewicht zijn productie-technisch bepaald. Zender: Bedrijfsspanning....................................9 V/DC (1x blokbatterij) Zendfrequentie......................................27 MHz Kanalen.................................................2 Bereik....................................................ca. 50 m Vaaraccu: Nominale spanning................................4,8 V (4-cellen NiMH) Accucapaciteit.......................................600 mAh Laadapparaat: Bedrijfsspanning....................................230 V/AC, 50 Hz Geschikt voor accutype.........................NiMH, 4 cellen Laadstroom............................................200 mA 77 ! Impressum Dies ist eine Publikation der Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B. Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers. Nachdruck, auch auszugsweise, verboten. Die Publikation entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung. © Copyright 2016 by Conrad Electronic SE. ( Legal Notice This is a publication by Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). All rights including translation reserved. Reproduction by any method, e.g. photocopy, microfilming, or the capture in electronic data processing systems require the prior written approval by the editor. Reprinting, also in part, is prohibited. This publication represent the technical status at the time of printing. © Copyright 2016 by Conrad Electronic SE. # Information légales Ceci est une publication de Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Tous droits réservés, y compris de traduction. Toute reproduction, quelle qu‘elle soit (p. ex. photocopie, microfilm, saisie dans des installations de traitement de données) nécessite une autorisation écrite de l‘éditeur. Il est interdit de le réimprimer, même par extraits. Cette publication correspond au niveau technique du moment de la mise sous presse. © Copyright 2016 par Conrad Electronic SE. $ Colofon Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden. De publicatie voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. © Copyright 2016 by Conrad Electronic SE. V1_0216_01_DT
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80

Reely 1407343 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor