Scheppach hms 2600ci Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Scheppach hms 2600ci Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
nederlandse 31
Producent:
Fabricage van houtbewerkingmachines GmbH
Günzburger Strasse 69
D-89335 Ichenhausen
Geachte klant,
Wij wensen u veel plezier en succes bij het werken met uw
nieuwe machine.
Verwijzing:
De producent van dit apparaat is volgens de geldige wet
over aansprakelijkheden voor producten niet aansprakelijk
voor schade die aan of door dit apparaat ontstaat door:
Onjuiste behandeling•
Veronachtzaming van de handleiding voor gebruik•
Reparaties door derden, niet geautoriseerde vaklieden•
Inbouw en vervanging van niet originele reserveonder-•
delen
Niet reglementair gebruik•
Uitvallen van de elektrische installatie door verontacht-•
zaming van de elektrische voorschriften en de VDE(bond
Duitse elektrotechniek)-bepalingen 0100, DIN 57113/
VDE 0113.
Wij adviseren u:
Lees voor de montage en het in bedrijf stellen de gehele
tekst van de handleiding voor gebruik door.
Deze handleiding voor gebruik moet het u vergemakkelij-
ken uw machine te leren kennen en om de reglementaire
bedrijfsmogelijkheden te benutten.
De handleiding voor gebruik geeft belangrijke aanwijzingen
hoe u met de machine veilig, vakkundig en economisch
werkt, hoe u gevaren voorkomt, reparatiekosten kunt bespa-
ren, tijden van uitval kunt verminderen, de betrouwbaar-
heid en de levensduur van de machine kunt verhogen.
Aanvullend op de veiligheidsbepalingen van deze handlei-
ding voor gebruik moet u beslist de voor de werking van
de machine geldende voorschriften van uw land in acht
nemen.
De handleiding voor gebruik, verpakt in een plastiekhoes
ter bescherming tegen vuil en vocht, dient men dicht bij de
machine te bewaren. Zij moet door iedere gebruiker voor
begin van het werk gelezen en zorgvuldig in acht genomen
worden. Aan deze machine mogen alleen mensen werken
die voor haar gebruik zijn opgeleid en over de daaraan ver-
bonden gevaren zijn geïnformeerd. Men dient zich aan de
minimale leeftijdseis te houden.
Algemene aanwijzingen:
Controleer na het uitpakken alle onderdelen op even-•
tuele transportbeschadiging.Als er iets niet in orde is,
moet direkt de leverancier verwittigd worden. Bezwaren
achteraf worden niet in behandeling genomen.
Controleer, of de zending compleet is.•
Maakt u zich via de handleiding voor gebruik met het •
apparaat vertrouwd, voordat u ermee begint te wer-
ken.
Gebruik bij accessoires evenals bij versleten- en reser-•
veonderdelen alleen originele delen. Reserveonderdelen
verkrijgt u bij uw vakhandelaar.
Vermeld bij bestellingen onze artikelnummers, type en •
bouwjaar van het apparaat.
hms 2600ci
Omvang van levering
Schaafmachine hms 2600ci
Schaafasbescherming
Gecombineerde afzuigkap
Montagetoebehoren (bijzakje)
Vlakgeleider verstelbaar
Handleiding voor gebruik
Technische data
Bouwmaten L x B x H
mm (tussen haakjes
maten met onderstel)
1160 x 690 x 720 (1060)
Tafelhoogte mm
540
Vlaktafel L x B mm
je 500 x 310
Vandiktetafel L x B mm
590 x 250
Gewicht kg
135
Schaafas
Schaafassen ø mm
59
Snijcirkel ø mm
61
Materiaal schaafas
C45
Toerental max. 1/min
6500
Aantal schaafmessen
2
Afmeting
schaafmessen mm
3 x 18 x 260
Schaafmessen
bijslijpbaar t/m mm
15
Materiaal
schaafmessen mm
HSS nummer 3343
Doorvoer
Aantal aandrijfrollen
2
Oppervlakte
rubber
Aandrijfrollen ø mm
35,5
Lengte mm
307
Doorvoersnelheid
m/min
5,0
Uitschakelbaar
Nee
Aandrijving
Motor V/Hz
380420/50 220240/50
Opnameprestatie P1 W
2400 2340
Afgifteprestatie P2 W
1800 1750
Toerental 1/min
2800 2800
Bedrijfsaard
S6/40 % S6/40 %
Arbeidsdata
Schaafbreedte
vlakken max. mm
260
Spaandikte vlakken
max. mm
3
Schaafbreedte diktes
max. mm
250
Spaandikte diktes
max. mm
5
Doorlaat diktes min/
max. mm
5/210
Hoek
9045°
Aanslaglengte mm
900
Aanslaghoogte mm
150
Technische wijzigingen voorbehouden!
Geluidskengetallen
De volgens EN 23746 voor het geluidsprestatieniveau
respectievelijk EN 31202 (correctiefactor K3 volgens aan-
hangsel A2 van EN 31204 berekend) voor het geluidsdruk
niveau op het werk vastgestelde geluidsemissiewaardes
bedragen op grond van de in ISO 7904 aanhangsel A ver-
melde arbeidscondities.
Geluid prestatieniveau in dB (vlakken)
Stationär
L
WA
= 93,8 dB (A)
Bewerking
L
WA
– 100,6 dB (A)
32 nederlandse
Geluidsdruk niveau op het werk in dB
Stationär
L
pAeq
= 88,0 dB (A)
Bewerking
L
pAeq
= 93,7 dB (A)
Geluidsprestatieniveau in dB (diktes)
Vrijloop
L
WA
= 94,8 dB (A)
Geluidsdruk niveau op het werk in dB
Stationär
L
pAeq
= 78,3 dB(A)
Bewerking
L
pAeq
= 84,3 dB (A)
De aangegeven waardes zijn emissiewaardes en hoeven
daarmee niet ook gelijk bepaalde arbeidsplaatswaardes
weer te geven.
Hoewel er een correlatie is tussen emissie- en immissiepei-
len kan daaruit niet met zekerheid worden afgeleid of ex-
tra voorzichtigheidsmaatregelen noodzakelijk zijn of niet.
Factoren, welke het actueel aanwezige immissieniveau op
het werk beïnvloeden komen voort uit de hoedanigheid van
de arbeidsruimte, andere geluidsbronnen, bv het aantal
machines en andere naburige arbeidsprocessen. De toege-
stane arbeidswaarden kunnen van land tot land variëren.
Maar juist deze informatie moet de gebruiker in staat stel-
len, gevaar en risico in te kunnen schatten.
Indicaties betreffende stofemissie:
De volgens de principes van onderzoek op stofemissies
(concentratieparameter) voor houtbewerkingmachines van
het vakcomité hout gemeten stofemissie waardes liggen
onder 2mg/m3. Daarmee kan bij aansluiten van de ma-
chine bij een reglementaire afzuiging binnen het bedrijf
van tenminste 20 m/s luchtsnelheid van een duurzaam vei-
lig nakomen van de in Duitsland geldige TRK grenswaarde
voor houtstof uitgegaan worden.
In deze handleiding voor gebruik hebben we de punten waar
het om uw veiligheid gaat, van dit teken voorzien: m
m Algemene veiligheidsaanwijzingen:
Scholing van de persoon, die de machine bedient
Geef de veiligheidsaanwijzingen aan iedereen die aan/•
met de machine gaat werken door.
De deze machine bedienende persoon moet tenminste •
18 jaar oud zijn. Leerlingen moeten tenminste 16 jaar
oud zijn en mogen alleen onder toezicht aan de ma-
chine werken.
Aan de machine werkende personen mogen niet wor-•
den afgeleid.
Houd kinderen uit de buurt van de aan het stroomnet •
aangesloten machine.
Nauw zittende kleding dragen. Sieraden, ringen en •
polshorloges uitdoen.
Alle veiligheids- en gevarenaanwijzingen betreffende de •
machine in acht nemen en in leesbare conditie hou-
den.
Uitkijken bij het werk: blessuregevaar voor vingers en
handen door. het roterende snijgereedschap.
Veiligheid opstelling
Let erop dat de schaafmachine bij de opbouw op vaste •
grond staat en veilig opgesteld is.
m Reglementair gebruik:
De schaafmachine, haar gereedschap en toebehoren •
zijn uitsluitend voor het bewerken van hout geconstru-
eerd.
De machine komt overeen met de EG-richtlijn voor ma-•
chines.
De machine is op één ploegendienst berekend. Inscha-•
kelduur: S 6 – 40%.
Alle gevaren- en veiligheidsaanwijzingen in acht ne-•
men.
Alle gevaren- en veiligheidsaanwijzingen voltallig in •
leesbare conditie bij de machine bewaren.
Bij gebruik van de machine in gesloten ruimtes moet •
deze aan een afzuiginstallatie zijn aangesloten. Voor
het afzuigen van houtspaanders of zaagmeel een af-
zuiginstallatie in gebruik nemen. De doorlaatsnelheid
aan het afzuigaansluitstuk moet 20 m/s bedragen, on-
derdruk 1200 Pa.
De inschakelingsautomatiek is als extra toebehoor te •
verkrijgen:
Type ALV 2 art.-nr. 79104010 230 V /50 Hz
Type ALV 10 art.-nr. 79104020 400 V /230 V/50 Hz
Bij het inschakelen van de arbeidsmachine start de af-•
zuiging na 2-3 seconden opstartvertraging automatisch
op. Hierdoor wordt overbelasting van de huiszekering
voorkomen.
Na het uitschakelen van de arbeidsmachine loopt de •
afzuiging nog 3-4 seconden na en gaat dan automa-
tisch uit.
Het reststof wordt daarbij, zoals in de verordening voor ge-
vaarlijke stoffen geëist, afgezogen. Dit bespaart stroom
en reduceert het lawaai. De afzuiginstallatie loopt alleen
wanneer de arbeidsmachine werkende is.
Voor industriële werkzaamheden moet voor het afzuigen •
een stofafscheider gebruikt worden. Afzuiginstallaties
of stofafscheiders niet tijdens het lopen van de machine
uitschakelen of verwijderen.
De machine alleen in technisch onberispelijke staat en •
volgens de regels, bewust van veiligheid en gevaar, met
inachtneming van de gebruiksaanwijzing gebruiken! In
het bijzonder zulke storingen, die de veiligheid kunnen
verminderen, onmiddellijk oplossen (laten) !
Aan de veiligheids-, arbeids- en onderhoudsvoorschrif-•
ten van de fabrikant evenals aan de in de technische
data aangegeven afmetingen moet men zich houden.
De betreffende voorschriften ter voorkoming van onge-•
vallen en overige, algemeen erkende veiligheidstechni-
sche regels moeten in acht genomen worden.
De machine mag alleen door deskundige personen ge-•
bruikt, onderhouden of gerepareerd worden, deskundi-
gen, die ermee vertrouwd en over de gevaren ingelicht
zijn.
Eigenhandige veranderingen aan de machine sluiten •
de aansprakelijkheid van de producent voor de daaruit
voortvloeiende schade uit.
De machine mag alleen met het originele toebehoor en •
gereedschap van de producent gebruikt worden.
Ieder hiervan afwijkend gebruik geldt als niet conform •
de regels. Voor daaruit voortvloeiende schade is de pro-
ducent niet aansprakelijk, dit risico wordt alleen door
de gebruiker gedragen.
Montage:
Bij het leveringspakket behoren:
1 haakvormige sleutel.. 52/55
1 inbussleutel (zeskantig) SW 3
1 inbussleutel (zeskantig) SW 5
1 inbussleutel ( zeskantig) SW 10
Bij het leveringspakket behoort niet:
1 steeksleutel SW 13
Om verpakkingstechnische redenen is uw schaafmachine
niet compleet gemonteerd.
nederlandse 33
De schaafmachine mag niet aan de vlaktafels opgetild wor-
den!
Opstellen en justeren, fig. 4
De machine staat op 4 verstelbare rubberbuffers.
Bodemoneffenheid gelijkmaken. De onderste inbusmoeren
met sleutel los maken en de rubberbuffers respectievelijk
in- en uitdraaien.
De inbusmoeren weer aandraaien (contra).
Pas op!
De machine moet beslist waterpas gesteld worden.
Nadat de rubberbuffers zijn verwijderd kan de machine
door de boringen aan de bodem vast geschroefd worden.
Bij gebruik met onderstel de rubberbuffers demonteren en
aan het onderstel vastschroeven.
Vlakaanslag, fig. 5.1
Vlakaanslag op machine vastzetten.
Met behulp van een hoekaanslag is de positie 90° vast te
stellen .
Klemhendel vastzetten.
De vlakaanslag is van 90°-45° traploos zwenkbaar, waarbij
de klemhendels bij de zwenksegmenten los gezet moeten
worden.
Na iedere hoekinstelling met een hoekmeter aan de hand
van een monsterstuk de maatprecisie controleren.
Vlakaanslag instellen, fig. 5.2
Hoek 90°/40° controleren en via de cilinderschroeven M4
x 8 instellen.
1 = stelschroef hoek 90°
2 = stelschroef hoek 45°
Let op!
De vlakaanslag moet altijd goed bevestigd zijn.
Fig. 5.3
Het vastklemmen van de vlakaanslag gebeurt via een ex-
centrische hendel. (1)
De vlakaanslag is 260 mm boven de schaafbreedte ver-
stelbaar.
Let op!
De vlakaanslag moet altijd goed bevestigd zijn.
Schaafasbescherming, fig. 5.4
De schaafasbescherming op de opklapbare vlaktafel
schroeven.
De schaafasbescherming kan zonder werktuig afgezwenkt
worden. Doordat u de excentrische hendel naar boven
trekt, schaafasbescherming wegzwenken, excentrische
hendelweer naar beneden drukken.
Fig. 7 + 8
Let op: Nooit zonder schaafasbescherming bij het vlak-
schaven werken.
m Handleiding voor het gebruik
Gereedmaken en instellen van de machine
Verandering van toerusting, instel-, meet- en reinigings-•
werkzaamheden alleen bij uitgeschakelde motor uit-
voeren. Netstekker eruit trekken en op stilstand van
roterend werktuig wachten.
Alle beschermings- en veiligheidsvoorzieningen moeten •
na afgesloten reparatie- en onderhoudswerkzaamheden
onmiddellijk weer terug gemonteerd worden.
Defecte schaafmessen (scheuren of dergelijke) onmid-•
dellijk vervangen. Zie vervanging van messen!
De werking van de terugslagbeveiliging voor iedere ploe-•
gendienst controleren. De punten van de grijpers moe-
ten scherpe kanten hebben.
Alle beschermings- en veiligheidsaanwijzingen moeten •
na afgesloten reparatie- en onderhoudswerkzaamheden
onmiddellijk weer terug gemonteerd worden.
Dikte- en vlakschaven
De maximale toerental van de schaafas is 6500 1/•
min
De schaafas werd in overeenstemming met de DIN EN •
847-1 vervaardigd.
Pas beginnen te werken, als het volle toerental is be-•
reikt
De bedienplaats van de machine vrijhouden van spaan-•
ders en houtafval.
Voor het afzuigen van houtspaanders en houtstof moet •
een afzuiginstallatie gebruikt worden. De stromings-
snelheid bij het afzuig aansluitstuk moet min. 20 m/s
bedragen.
Werk uitsluitend met scherp geslepen messen. Stompe •
schaafmessen verhogen het gevaar op terugslag.
Bij het bewerken van langere werkstukken (langer dan •
de machinetafel) moeten dollies (extra toebehoor) ge-
bruikt worden.
Vlakken: Bij het vlakken tot 75 mm werkstuksterkte
moet de schaafasbescherming vanuit boven het werk-
stuk en het schaafas afdekken.
Bij een werkstukbreedte van meer dan 75 mm zet u de •
beschermende geleider van de schaafasbescherming tot
op werkstukbreedte aan. Let erop de gesloten hand met
de duim ertegen op het werkstuk te leggen.
Voegen: Het werkstuk wordt tegen de vlakaanslag ge-•
legd. De beschermende geleider van de schaafasbe-
scherming op werkstukbreedte instellen en het op de
tafel laten opleggen.
Vlakken en voegen van kleine dwarsdoorsnede (richels
en plinten): Bij het vlakken wordt het werkstuk net als
bij werkstukken t/m 75 mm dikte met plat erop liggende
handen naar voren geschoven. Bij het voegen wordt het
werkstuk met beide handen en gesloten vuisten tegen
de hulpaanslag (extra toebehoor) gedrukt en naar voren
geschoven. De beschermingsinrichting is tot aan de aan-
slag geplaatst en ligt boven op het werkstuk.
Vlakken en voegen van korte werkstukken: Bij het vlak-
ken wordt het werkstuk met de platte hand op de ma-
chinetafel gedrukt en met het door de rechter hand ge-
leide schuifhout vooruit geschoven. De linker hand glijdt
over de beschermingsinrichting, zodra het werkstuk op
de afnametafel ligt wordt de druk met de linker hand
op de afnametafel gewisseld. Bij het voegen wordt het
werkstuk met de linker hand en gesloten vuist tegen de
aanslag en op de tafel gedrukt en met het schuifhout
vooruit geschoven.
Afschuinen of verzinken: Het werkstuk wordt tegen de •
profielaanslag aan geplaatst. De beschermingsgeleider
van de schaafasbescherming op de werkstukbreedte af-
stellen en het werkstuk op de tafel laten opleggen. Het
werkstuk wordt met de linker hand en gesloten vuist
tegen de aanslag en de afnametafel gedrukt en met
gesloten rechter hand vooruit geschoven.
In bedrijf nemen:
Neem voor het in bedrijf nemen de veiligheidsaanwijzingen
in acht. Alle beschermings- en hulpinrichtingen moeten
gemonteerd zijn.
Verandering van toerusting, instel-, meet- en reinigings-
34 nederlandse
werkzaamheden alleen bij uitgeschakelde motor uitvoeren.
Netstekker eruit trekken!
Vlakschaven– spaanafname, fig. 6.1
De spaanafname bij het vlakschaven is via de zwenkhendel
1 traploos van 0-3 mm instelbaar.
Bij het vlakschaven moet de diktebank tussen de 90 en
210 mm ingesteld zijn. Let op, anders wordt de afzuigkap
ingeklemd! Fig. 6.2
Bij langere werkstukken (langer dan machine- of afname-
tafel) moet een rolbok (extra toebehoor) of iets dergelijks
gebruikt worden.
Vlakschaven– schaafasbescherming . Fig. 7
Bij het vlakken tot 75 mm werkstuksterkte moet de schaaf-
asbescherming vanuit boven het werkstuk en het schaafas
afdekken. Bij een werkstukbreedte van meer dan 75 mm
stelt u de beschermingsgeleider van de schaafasbescher-
ming tot op de werkstukbreedte af. Let erop de handen
gesloten met de duim ertegen op het werkstuk te leggen.
1 vlakaanslag
2 schaafasbescherming
Voegen, fig. 8
Gebruik voor deze arbeidsgang de vlakaanslag, de schaaf-
asbescherming op de vlaktafel laten opliggen en de be-
schermingsgeleider tot aan de werkstukbreedte stellen.
Druk het werkstuk tegen de schaafaanslag aan en geleid
het nu met beide handen over de schaafas.
Zodra de plank ver genoeg in de afnametafel steekt, legt u
de linker hand erop en schuift u het zonder onderbreking
over de as van de messen.
Vlakschaven– spaanuitwerping, fig. 9
Bij het vlakken moet de afsteltafel vergrendeld zijn. De
afzuigslang op de afzuigkap zetten. Verbonden met een
afzuiginstallatie kan dan afgezogen worden. Diameter van
het afzuig aansluitstuk is 100 mm
Vandikte schaven – machineinstelling, fig. 10.1
De tafelvergrendeling omhoog trekken en de vlaktafel uit-
klappen. Hoogteafstelling van de vlaktafel helemaal naar
boven zetten. De uitwerpkap hoog zwenken en vergrende-
len.(pijl) Afzuig aansluitstuk opsteken en kartelmoer vast
schroeven. Verbonden met een afzuiginstallatie kan dan
afgezogen worden.
Vandikte schaven – tafelafstelling, fig. 10.2
De vandiktetafel is via het handwiel in hoogte verstelbaar.
De geïntegreerde indicatie van de positie geeft de doorlaat-
hoogte van 5-210 mm aan.
Een omdraaiing van het handwiel komt overeen met 2
mm.
De vandiktetafel en de vlaktafels altijd harsvrij maken.
Spandikte max. 3 mm.
De deelstrepen op de schaalverdelingsring maken een ver-
fijning van de instelling mogelijk, waarbij 1 deelstreep met
0.05 mm overeenkomt.
Motor V-snaar spanning, fig. 11, 12, 12.1 + 12.2
Opgelet!
De platte riem en de V-snaar na de eerste ingebruikna-•
me na 3 uur gebruik bijspannen. Verder dient de riem-
spanning regelmatig na 40 uur gebruik gecontroleerd
en, indien nodig, aangespannen te worden.
4 inbusschroeven op beide binnenkanten van de behui-•
zing verwijderen, fig. 11
Beide zijwanden verwijderen•
Spanmoer A aan beide kanten los maken (fig. •
13.1+13.2)
Motorkantelsteun naar beneden drukken•
Zijwanden weer vastmaken.•
Aandrijfrol V-snaar spanning, fig. 11, 12 + 13.3
4 inbusschroeven aan de binnenkant van de behuizing •
verwijderen, fig. 11 + 12
Schroef “C” losdraaien, V-snaar aanspannen, schroef •
“C” terug vastdraaien.
Zijwand afnemen
4 inbusmoeren B los maken, fig. 13.3•
Riem op spanning brengen•
4 inbusmoeren weer aantrekken•
Zijwand weer bevestigen•
Instelling aandrijfrol, fig. 14
Om een perfecte doorvoer te garanderen moeten de druk-
veren op de ernaast staande maten ingesteld worden.
Vervangen van de aanvoer-aandrijfrol, fig. 15
De voering van de aandrijfrollen is van slijtvast rubber.
Bij jarenlang gebruik kan een zekere slijtage optreden die
het vervangen van de aanvoer- aandrijfrol noodzakelijk
maakt.
1 aandrijfrol
2 lagerverbinding
3 kettingwiel
4 spiraalstift
5 drukveer
6 zeskantige moer
Het vervangen gaat als volgt:
Aan beide binnenkanten per kant 4 inbusschroeven ver-•
wijderen, fig. 11 + 12
Aan beide kanten de afdekking eraf nemen
Doorvoerketting afnemen•
Aandrijfrol (1) na verwijdering van de zeskantmoer(6) eruit
halen
Vervanging van het kettingwiel op nieuwe aandrijfrol
Inbouw van de nieuwe aandrijfrol•
Aansluitend de machine weer completeren.•
Zekering vlaktafel
Om een onbedoeld sluiten van de vlaktafel te voorkomen is
de vlaktafel met een draaibaar schaarvormig mechanisme
uitgerust.
Bij het sluiten van de vlaktafel moet geen extra zekering ver-
wijderd worden.
Vlaktafel, fig. 6.1
De spaanafname bij het vlakken is via de draaihendel trap-
loos van 0-3 mm instelbaar.
Verschuift de vlaktafel vanzelf tijdens het werk dan is een
nauwkeurige spaanafname niet meer mogelijk. In dit geval
moeten de 4 zeskantige schroeven steviger aangedraaid
worden zodat de vlaktafel de ingestelde spaanafname au-
tomatisch bijhoudt.
m Nog overblijvende risico’s:
De machine is volgens de stand van de techniek en erkende
veiligheidstechnische regels gebouwd. Toch kunnen onder
het werken nog enkele overblijvende risico’s optreden.
Blessuregevaar voor handen en vingers door de rote-•
nederlandse 35
rende schaafas bij ondeskundige hantering van het
werkstuk.
Blessuregevaar door wegslingerend werkstuk bij on-•
deskundige houding of hantering, zoals werken zonder
aanslag.
Bedreiging van de gezondheid door houtstof en hout-•
spanen.
Het is absoluut noodzakelijk persoonlijke bescher-•
mingsuitrustingen zoals oogbescherming en stofmas-
ker te dragen. Afzuiginstallatie gebruiken!
Bedreiging van de gezondheid door lawaai. Bij het wer-•
ken wordt het toegestane lawaainiveau overtreden. Be-
slist persoonlijke beschermingsuitrusting zoals gehoor-
bescherming dragen.
Bedreiging door stroom, bij gebruik van elektrische aan-•
sluitleidingen die niet conform de regels zijn.
Verwerk alleen geselecteerd hout zonder slechte plek-•
ken, zoals:kwasten, dwarsscheuren, scheuren aan de
oppervlakte. Slecht hout wordt een risico bij het wer-
ken.
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen •
niet duidelijke overblijvende risico’s bestaan. Overblij-
vende risico’s kunnen worden verminderd door de vei-
ligheidsaanwijzingen en reglementair gebruik evenals
de handleiding voor gebruik in haar geheel in acht te
nemen.
m Elektrische aansluiting:
Leidingen van netaansluiting controleren. Geen gebrek-•
kige leidingen gebruiken. Zie elektrische aansluiting.
De draairichting van motor en werktuig in acht nemen, •
zie elektrische aan sluiting schaafmachine.
Installaties, reparaties en onderhoudswerkzaamheden •
van elektrische installaties mogen alleen door vakmen-
sen uitgevoerd worden.
Voor het verhelpen van storingen de machine uitscha-•
kelen. De netstekker eruit trekken.
Bij het verlaten van de werkplaats de motor uitschake-•
len.Netstekker eruit trekken.
Ook bij geringste verandering van plaats moet de ma-•
chine van ieder externe stroomtoevoer gescheiden zijn.!
Vóór de machine opnieuw in bedrijf genomen wordt
eerst weer volgens de regels aan het stroomnet aan-
sluiten.
De machine met CEE stekker aan het net aansluiten; de
toevoerleiding moet met 16 A beveiligd zijn.
Bij de bedieningsschakelaar op de groene drukknop druk-
ken, de schaafas begint te lopen(fig. 2)
Voor het uitschakelen op de rode drukknop drukken,
schaafas wordt binnen 10 seconden afgeremd.
Verandering draairichting
Bij netaansluiting of plaatsverandering moet de draairich-
ting gecontroleerd worden, eventueel moet de polariteit
door middel van een schroevendraaier verwisseld worden
(Machinestopcontact, fig. 3)
De geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar aangesloten.
De aansluiting komt overeen met de desbetreffende VDE-
en DIN regels. De netaansluiting van de klant evenals de
gebruikte verlengsnoeren moeten aan deze voorschriften
respectievelijk aan de lokale EVU- voorschriften voldoen.
Bedrijfsaard / inschakelingduur
De elektromotor is voor bedrijfsaard S 6/40 gedimensio-
neerd
S6 = ononderbroken bedrijf met intermitterende belasting
40% = betrokken op 10 min. 4min. belasting; 6min. Sta-
tionair
Bij overbelasting van de motor schakelt deze automatisch
uit, omdat een wikkelthermostaat in de motorwikkeling is
aangebracht. Na een tijd van afkoeling (verschillend wat
de tijd betreft ) laat de motor zich weer inschakelen.
Schadelijke elektrische aansluitleidingen
Aan elektrische aansluitleidingen ontstaan vaak isolatie-
beschadigingen.
Mogelijke oorzaken:
Knelplaatsen, als de aansluitleidingen langs raam- of •
deurkieren worden geleid.
Knikplaatsen door ondeskundige bevestiging of gelei-•
ding van de aansluitleiding.
Snijplaatsen door overrijden van de aansluitleiding•
Isolatiebeschadiging door het eruit rukken uit het wand-•
stopcontact.
Scheuren door veroudering van de isolatie. Zulk schade-•
lijke elektrische aansluitleidingen mogen niet gebruikt
worden en zijn wegens de beschadigingen van de iso-
latie levensgevaarlijk!
Elektrische aansluitleidingen regelmatig op schade con-
troleren. Let erop dat bij het controleren de aansluitlei-
ding niet aan het stroomnet verbonden is. Elektrische
aansluitleidingen moeten met de desbetreffende VDE- en
DIN- regels en de lokale EVE- voorschriften overeenkomen.
Gebruik alleen aansluitleidingen met aanduiding H 07 RN.
Een opdruk van de typebeschrijving op de aansluitkabel is
verplicht.
Verlengsnoeren moeten tot 25 m lengte een doorsnee van
1,5 kwadraatmillimeter, langer dan 25 m tenminste een
doorsnee van 2,5 kwadraatmillimeter hebben.
De netaansluiting wordt met 16 A traag beveiligd.
Draaistroommotor
De netspanning moet 380+420 V 50 Hz bedragen.
De netaansluiting en verlengingsleidingen moeten 5-aderig
zijn = 3 P + N + SL
Verlengsnoeren moeten een minimale doorsnee van 1,5
kwadraatmillimeter hebben.
De netaansluiting wordt maximaal met 16 A beveiligd.
Bij netaansluiting of verandering van plaats moet de draai-
richting gecontroleerd worden, eventueel moet de polari-
teit gewisseld worden.
Aansluitingen en reparaties van de elektrische uitrusting
mogen uitsluitend door een elektricien uitgevoerd worden.
Voor nadere inlichtingen s.v.p. volgende data vermelden:
Producent motor, motortype•
Stroomsoort van de motor•
Data van het machine- typeplaatje•
Data van de elektrische besturing•
Bij terugzending van de motor altijd de volledige aandrij-
vingseenheid met elektrische besturing mee sturen.
Onderhoud:
Onderhoud-, reparatie- en reinigingswerkzaamheden even-
als functiestoringen alleen bij uitgeschakelde aandrijving
uitvoeren. Machine via uitschakelaar uitschakelen, dan de
netstekker eruit trekken.
Alle bescherming- en veiligheidsinrichtingen moeten on-
middellijk na voltooide reparatie- en onderhoudswerk-
36 nederlandse
zaamheden weer gemonteerd worden.
De vlaktafels en de vandiktetafel altijd harsvrij houden.
Bij uw vakhandelaar verkrijgt u Pharmol-HEK harsverwij-
deraar concentraat artikelnummer 6100 9700.
Het lager van de schaafas en werktuigspil is van een door-
lopende smering voorzien. In nieuwe staat optredende op-
warming ligt aan de bouwaard en gaat na een tijdje over.
De aandrijfrollen regelmatig reinigen.
Het glijlager van deaandrijfrollen, de afstelspindels van de
vandiktetafel, hun lagers en de aandrijfas met koppeling
na de eerste 5 arbeidsuren oliën. Bij verder gebruik om de
20 arbeidsuren.
De spanning van de ketting controleren. Indien nodig na-
spannen en oliën. Bij het spannen van de ketting van de
vandiktetafel moet op de parallelliteit van de vandiktetafel
gelet worden.
Schaafmes
De in de fabriek ingezette schaafmessen zijn bedrijfsklaar
geslepen en correct ingesteld.
Alleen goed scherp geslepen en precies ingestelde schaaf-
messen garanderen veilig werk.
Wij adviseren:
Houd altijd een tweede set schaafmessen voor het vervan-
gen gereed.
Reserve schaafmessen verkrijgt u bij uw vakhandelaar on-
der artikelnummer 6200 4134.
Voedingseenheid fig. 13.2 – Opgelet!
De kunststof tandwielen, kettingwielen evenals de ketting
en de lagerbouten moeten elk na 40 uur gebruik regel-
matig ingevet worden.
Schaafmessen slijpen
Stompe schaafmessen verhogen het gevaar op ongelukken,
de arbeidsprestatie is niet meer gegarandeerd.
De schaafmessen alleen tot 15 mm meshoogte bijslijpen.
De snijhoek van een mes dient 40+/- 2 graden te bedra-
gen. Voor het naslijpen van de schaafmessen deze aan een
geautoriseerde slijperij uitbesteden of naar de fabriek te-
rugsturen.
Schaafmes inzetten, fig. 16
1 stelschroef
2 drukschroef
3 schaafmes
4 conische stelring
5 markeringen
6 instelkaliber
Bij het inzetten moet erop gelet worden, dat
er blessuregevaar voor vingers en handen bestaat.•
de opspanvlaktes in het messenas en de conische stel-•
ringen schoongemaakt worden.
de geslepen schaafmessen vrij van olie zijn.•
alleen nageslepen messen per paar ingezet worden•
het inzetten van schaafmessen en conische stelringen •
volgens afbeelding gebeurt.
schaafmessen en conische stelringen aan beide kanten •
met de messenas afsluiten.
alle klemschroeven stevig aangetrokken worden.•
(8,9N/m)
Let op!
De aanwijzingen voor de messenbevestiging, voor overstek
van messen, voor messendikte, voor min. voorspanlengte
en voor het optimale aantrekmoment van de mes bevesti-
gingschroeven moeten precies aangehouden worden.
Schaafmes instellen, fig. 17
Voor het instellen het meegeleverde instelkaliber ge-•
bruiken.
Eerst een schaafmes instellen, dan het tweede schaaf-•
mes.
Het schaafmes via de stelschroeven wederzijds verstel-•
len tot dat de snede het op de opklapbare vlaktafel op-
gelegde instelkaliber aanraakt.
De rechter markering aan het instelkaliber hoort con-•
form de afbeelding aan tafelbladbegin aan te liggen.
Bij het draaien van het schaafas mag het meenemen •
van het instelkaliber maximaal tot de tweede marke-
ring gebeuren.
De instelling links en rechts buiten aan het schaafmes •
uitvoeren.
De drukschroeven van de conische stelring met steek-•
sleutel SW 8 vast aantrekken. (8,9 N/m)
Het tweede schaafmes op dezelfde manier instellen •
en klemmen.
Na ieder messenwissel laten proefdraaien en daarna de •
drukschroeven natrekken (8,9 N/m).
Voor het in werking stellen van de schaafas moet gecontro-
leerd worden of volgens de hierboven beschreven aanwij-
zingen te werk is gegaan.
Voor het inschakelen van de machine dienen de algemene
veiligheidsaanwijzingen in acht genomen te worden.
nederlandse 37
Fouten opsporen
Voor het verhelpen van storingen altijd eerst machine uitschakelen. Trek de stekker uit het stopcontact.
Fehler Mögliche Ursache Behebung
Onregelmatig en onderbroken transport
bij vandikteschaven
Er zit hars op de vandiktetafel resp. de
tafel is niet met olie ingesmeerd.
Vandiktetafel regelmatig reinigen en
besproeien (glijspray). Dit geldt vooral
voor houtsoorten die veel vocht of hars
bevatten.
Fout in werkstuk bij vlakschaven Dit ligt aan onjuist ingestelde
schaafmessen.
De instelling van de schaafmessen
moet uiterst nauwkeurig en met
behulp van het instelkaliber worden
uitgevoerd.
Werkstukonnauwkeurigheid bij het
vlakschaven (hol, bol)
Bij vlaktafels die niet exact parallel
staan door onjuist transport of
dergelijke.
Stel de starre vlaktafel 1 mm boven de
schaafas en parallel met de basisplaat
in.
Elektrotechnische onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door een gekwalificeerde elektricien worden uitgevoerd!
Voor de verwijdering van de machine dienen de lokale wettelijke bepalingen in acht te worden genomen.
Verklaring conform EG-richtlijnen
Hierbij verklaren wij, de Scheppach Fabrikation von Holzbearbei-
tungsmaschinen GmbH, Günzburger Str. 69, D-89335 Ichen-
hausen, dat de navolgend aangeduide machine op grond van
haar constructie en bouwaard evenals in de door ons in omloop
gebrachte uitvoering met de desbetreffende bepalingen van de
EG- richtlijnen overeenkomt.
Bij een wijziging aan de machine verliest deze verklaring haar
geldigheid.
Aanduiding van de machine:
Schaafmachine
Type machine:
hms 2600ci, Art.-Nr. 7137 0901, 7137 0902
Geldende EG-richtlijnen:
EG-machinerichtlijn 98/37/EG (< 28.12.2009),
EG-machinerichtlijn 2006/42/EG (> 29.12.2009),
EG-laagspanningsrichtlijn 2006/95/EWG,
EG-EMV richtlijn 2004/108/EWG.
Toegepaste geharmoniseerde Europese normen:
EN 55014, EN 55 104,EN 60555-2, EN 60204-1, EN861, EN 847-1,
EN 12100-2
Gemelde instantie:
Fachausschuss Holz, 70504 Stuttgart; Prüf- und Zertifizierungsstelle
im BG-PRÜFZERTIFIKAT (Wettelijke ongevallenverzekering hout,
keurings- en certificeringsinstantie)
Ingeschakeld i.v.m. :
EG- typekeuring, certificaatnummer: 041051
GS – keuring, certificaatnummer: 041052
BS – stofgecontroleerd, certificaatnummer: 041053
Plaats en datum:
Ichenhausen, 26 september 2005
Handtekening:
p.p.Wolfgang Windrich (product manager)
1/88