rende schaafas bij ondeskundige hantering van het
werkstuk.
Blessuregevaar door wegslingerend werkstuk bij on-•
deskundige houding of hantering, zoals werken zonder
aanslag.
Bedreiging van de gezondheid door houtstof en hout-•
spanen.
Het is absoluut noodzakelijk persoonlijke bescher-•
mingsuitrustingen zoals oogbescherming en stofmas-
ker te dragen. Afzuiginstallatie gebruiken!
Bedreiging van de gezondheid door lawaai. Bij het wer-•
ken wordt het toegestane lawaainiveau overtreden. Be-
slist persoonlijke beschermingsuitrusting zoals gehoor-
bescherming dragen.
Bedreiging door stroom, bij gebruik van elektrische aan-•
sluitleidingen die niet conform de regels zijn.
Verwerk alleen geselecteerd hout zonder slechte plek-•
ken, zoals:kwasten, dwarsscheuren, scheuren aan de
oppervlakte. Slecht hout wordt een risico bij het wer-
ken.
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen •
niet duidelijke overblijvende risico’s bestaan. Overblij-
vende risico’s kunnen worden verminderd door de vei-
ligheidsaanwijzingen en reglementair gebruik evenals
de handleiding voor gebruik in haar geheel in acht te
nemen.
m Elektrische aansluiting:
Leidingen van netaansluiting controleren. Geen gebrek-•
kige leidingen gebruiken. Zie elektrische aansluiting.
De draairichting van motor en werktuig in acht nemen, •
zie elektrische aan sluiting schaafmachine.
Installaties, reparaties en onderhoudswerkzaamheden •
van elektrische installaties mogen alleen door vakmen-
sen uitgevoerd worden.
Voor het verhelpen van storingen de machine uitscha-•
kelen. De netstekker eruit trekken.
Bij het verlaten van de werkplaats de motor uitschake-•
len.Netstekker eruit trekken.
Ook bij geringste verandering van plaats moet de ma-•
chine van ieder externe stroomtoevoer gescheiden zijn.!
Vóór de machine opnieuw in bedrijf genomen wordt
eerst weer volgens de regels aan het stroomnet aan-
sluiten.
De machine met CEE stekker aan het net aansluiten; de
toevoerleiding moet met 16 A beveiligd zijn.
Bij de bedieningsschakelaar op de groene drukknop druk-
ken, de schaafas begint te lopen(fig. 2)
Voor het uitschakelen op de rode drukknop drukken,
schaafas wordt binnen 10 seconden afgeremd.
Verandering draairichting
Bij netaansluiting of plaatsverandering moet de draairich-
ting gecontroleerd worden, eventueel moet de polariteit
door middel van een schroevendraaier verwisseld worden
(Machinestopcontact, fig. 3)
De geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar aangesloten.
De aansluiting komt overeen met de desbetreffende VDE-
en DIN regels. De netaansluiting van de klant evenals de
gebruikte verlengsnoeren moeten aan deze voorschriften
respectievelijk aan de lokale EVU- voorschriften voldoen.
Bedrijfsaard / inschakelingduur
De elektromotor is voor bedrijfsaard S 6/40 gedimensio-
neerd
S6 = ononderbroken bedrijf met intermitterende belasting
40% = betrokken op 10 min. 4min. belasting; 6min. Sta-
tionair
Bij overbelasting van de motor schakelt deze automatisch
uit, omdat een wikkelthermostaat in de motorwikkeling is
aangebracht. Na een tijd van afkoeling (verschillend wat
de tijd betreft ) laat de motor zich weer inschakelen.
Schadelijke elektrische aansluitleidingen
Aan elektrische aansluitleidingen ontstaan vaak isolatie-
beschadigingen.
Mogelijke oorzaken:
Knelplaatsen, als de aansluitleidingen langs raam- of •
deurkieren worden geleid.
Knikplaatsen door ondeskundige bevestiging of gelei-•
ding van de aansluitleiding.
Snijplaatsen door overrijden van de aansluitleiding•
Isolatiebeschadiging door het eruit rukken uit het wand-•
stopcontact.
Scheuren door veroudering van de isolatie. Zulk schade-•
lijke elektrische aansluitleidingen mogen niet gebruikt
worden en zijn wegens de beschadigingen van de iso-
latie levensgevaarlijk!
Elektrische aansluitleidingen regelmatig op schade con-
troleren. Let erop dat bij het controleren de aansluitlei-
ding niet aan het stroomnet verbonden is. Elektrische
aansluitleidingen moeten met de desbetreffende VDE- en
DIN- regels en de lokale EVE- voorschriften overeenkomen.
Gebruik alleen aansluitleidingen met aanduiding H 07 RN.
Een opdruk van de typebeschrijving op de aansluitkabel is
verplicht.
Verlengsnoeren moeten tot 25 m lengte een doorsnee van
1,5 kwadraatmillimeter, langer dan 25 m tenminste een
doorsnee van 2,5 kwadraatmillimeter hebben.
De netaansluiting wordt met 16 A traag beveiligd.
Draaistroommotor
De netspanning moet 380+420 V 50 Hz bedragen.
De netaansluiting en verlengingsleidingen moeten 5-aderig
zijn = 3 P + N + SL
Verlengsnoeren moeten een minimale doorsnee van 1,5
kwadraatmillimeter hebben.
De netaansluiting wordt maximaal met 16 A beveiligd.
Bij netaansluiting of verandering van plaats moet de draai-
richting gecontroleerd worden, eventueel moet de polari-
teit gewisseld worden.
Aansluitingen en reparaties van de elektrische uitrusting
mogen uitsluitend door een elektricien uitgevoerd worden.
Voor nadere inlichtingen s.v.p. volgende data vermelden:
Producent motor, motortype•
Stroomsoort van de motor•
Data van het machine- typeplaatje•
Data van de elektrische besturing•
Bij terugzending van de motor altijd de volledige aandrij-
vingseenheid met elektrische besturing mee sturen.
Onderhoud:
Onderhoud-, reparatie- en reinigingswerkzaamheden even-
als functiestoringen alleen bij uitgeschakelde aandrijving
uitvoeren. Machine via uitschakelaar uitschakelen, dan de
netstekker eruit trekken.
Alle bescherming- en veiligheidsinrichtingen moeten on-
middellijk na voltooide reparatie- en onderhoudswerk-