8
Inhoud
Uitpakken ...........................................................10
Naam en functie van elk onderdeel ................... 11
Dioptrieknop/oogdop/statuslampje .................13
Benaming van elk onderdeel van het
objectief ..........................................................14
Voorbereiding van de camera ............................15
De batterij opladen .........................................15
De batterij plaatsen .........................................
16
De geheugenkaart plaatsen ...........................17
Het objectief bevestigen/loskoppelen.............18
Bevestiging van de camerariem .....................19
Pictogrammen ................................................22
Selectie van menu’s en opties ...........................24
Het instelwiel gebruiken .................................24
[Fn] gebruiken
................................................25
Scherm en geluid instellen ................................. 26
Het type weergave wijzigen............................26
Het gebruikersscherm instellen
....................26
De schermweergave instellen ........................27
Eenvoudig foto’s maken .....................................
28
om betere foto’s te maken .................................29
De camera op de juiste manier vasthouden 29
Image stabilization
........................................29
De sluiterknop half indrukken ....................... 29
Voorkomen dat het onderwerp niet
scherp is ....................................................... 30
Automatische of handmatige scherpstelling
instellen ..........................................................32
Zoomen .........................................................32
Optische beeldstabilisatie (OIS) ...................33
De OIS-knop in de menuoptie gebruiken .....33
Scherptedieptecontrole ..............................34
De Smart Auto-modus gebruiken ......................35
De programmamodus gebruiken
.......................36
Diafragmawaardeprioriteit, sluiterprioriteit of de
handmatige modus gebruiken ...........................37
Diafragmawaardeprioriteit gebruiken .............37
Diafragmawaarde ...........................................
37
Sluiterprioriteit gebruiken ................................ 38
Sluitertijd .........................................................38
De handmatige modus gebruiken ..................39
De modi nacht/portret/landschap gebruiken ......40
De nachtmodus gebruiken .............................40
De portretmodus gebruiken
............................40
De landschapsmodus gebruiken .................... 40
De scènemodus gebruiken ................................41
De beautyshot-modus gebruiken ..................42
Een video opnemen ........................................... 43
Meer informatie over de basale
opnamefuncties ..................................................45
Resolutie en beeldkwaliteit instellen ..................46
Een resolutie instellen ...................................46
De beeldkwaliteit van foto’
s instellen .............47
De videokwaliteit instellen .............................47
De zelfontspanner gebruiken .............................48
De zelfontspanner instellen ..........................48